Jaargang 29 - nummer 11
November 2003
KONINKLIJKE VERENIGING VAN OPRUSTGESTELDE OFFICIEREN - KRING LIMBURG
Woordje van de voorzitter
Geld, een verhaal woensdag 03 december ‘03 Brussel
D LtKol Herman Schrijvers
Nationale Bank Wij nodigen U uit op woensdag 03 december 2003 voor een bezoek aan de tentoonstelling te Brussel met als thema : “Geld, een verhaal”. Programma:
Verplaatsing per trein - voor eigen rekening Heenreis Terugreis 09.31 u - Hasselt 17.46 u 09.46 u - Sint Truiden 17.27 u 10.57 u - Brussel Centraal 16.20 u
18.43 u 18.25 u 17.20 u
Bij aankomst in Brussel - korte wandeling naar de club Prince Albert 12.00 u - lunch : 3 gangenmenu met wijn 14.00 u - Bezoek aan de tentoonstelling in Nationale Bank “ Geld, een verhaal” omstreeks 16.00 u - facultatieve shopping of terugreis.
e seizoenen blijken terug hun normale ritme te hebben gevonden. Na de mooie zomer en nazomer nu ook een echte herfst. Met Allerheiligen hebben we reeds meerdere vriesnachten gehad, en volgens de voorspellers gaan we deze keer ook een echte winter tegemoet. Afwachten maar. De actualiteit wordt beheerst door de controverse rond het migrantenstemrecht. De eensgezindheid in onze paarse coalitie is ver zoek, en wat tegen de borst stoot is het opvallend misprijzen voor de mening van de overgrote meerderheid van onze bevolking door de rode kopstukken. Benieuwd hoe dat gaat aflopen. Het proces Cools, dat meer dan 10 jaar te laat komt, werpt een ontluisterende schaduw over onze justitie. Hopelijk is dit geen triest voorsmaakje van het schouwspel dat ons te wachten zou kunnen staan als volgend jaar eindelijk het proces Dutroux van start gaat. Het nieuws echter dat me de laatste dagen een beetje meer in de ban heeft gehouden betrof het lot van de
Inschrijven : Telefonisch op het nummer 011.228848 vóór 14 november 03 Vermits de plaatsen in de club Prins Albert beperkt zijn, zal een eventuele loting tijdens het korpsmaal van 18 november, de ‘gegadigden’ aanwijzen. Indien u weerhouden wordt, ontvangt u een uitnodiging tot betaling van € 12 per persoon (lunch en gidsing inbegrepen - verplaatsing niet inbegrepen) Geld, een verhaal Eindelijk een tentoonstelling waar geld ook fun is ! De Belgische frank verdwijnt definitief van het toneel en de Nationale Bank wuift hem eervol uit. Adieu frank, leve de euro! De Nationale Bank van België stelt haar historische gebouwen voor de eerste keer open om je mee op reis te nemen in de fascinerende wereld van het geld. Geld spreekt tot de verbeelding, zowel in zijn tastbare als in zijn abstracte vorm. Geld in al zijn facetten is een complex gebeuren: je verneemt er alles over op een boeiende, interactieve manier. Worden we rijker als we meer biljetten drukken? Wat gebeurt er nu precies op de internationale markten? Hoe pak je valsmunters aan? De euro: hoe en waarom? De Nationale Bank schets de geschiedenis van het geld. Geld van bij ons en van elders, geld van gisteren en geld van vandaag… Geld dat je kunt voelen, geld van steen of zout, van metaal of papier, geld dat je niet eens kunt zien, geld als een druk op een knop.
(Vervolg op pagina 2)
In dit nummer : Woordje van de voorzitter Korpsmaal - 18 nov 2003 Geld, een verhaal - 03 dec 03 In en Uit document Verslag ‘Maas en Bocholt’ ‘Voorbij …’ - Luc Vandenborne ‘Saint-Amour en Rhum Bacardi’ - Jef Schoups ‘Royal Flight’ - Marcel Demot Verslag Polen : Monique Van Camp Brusselse Tijdingen Varia
K.V.O.O. - LIMBURG
- 2-
november 2003
Woordje van de Voorzitter (Vervolg van pagina 1)
meer dan 40 ingesloten mijnwerkers op 800 m diepte in een troosteloze mijn ergens in Rusland. Gelukkig heeft men deze mensen toch praktisch allemaal in twee fasen kunnen redden. Wat ik daarbij schrijnend vond was het bericht dat deze mijnwerkers, zoals de meeste van hun collega’s in heel Rusland, sinds het begin van dit jaar geen enkel loon meer ontvangen hebben, gezien de lamentabele economische toestand. Al die vervallen, onveilige mijnen zouden enkel in werking gehouden worden om de mensen bezig te houden, omdat er toch geen ander werk te vinden is. Toevallig las ik dan vanmorgen in de sportbladzijden van de krant de story van de 37-jarige Rus Abramovitch, goed voor een geschat vermogen van 5 miljard Euro. Op enkele jaren tijd was die er in geslaagd zich in de entourage van Jeltsin te werken, en aldus zijn onmetelijke rijkdom te vergaren op een eerder dubieuze wijze. In plaats van zich nu een beetje te bekommeren om de economische noden van zijn land amuseert deze “sportliefhebber” zich nu met het verbrassen van zijn geld door b.v. de voetbalclub Chelsea FC op te kopen voor 43 miljoen Euro, met inbegrip van de 120 miljoen Euro schulden, en 164 miljoen Euro te vergooien aan het aankopen van spelers. Men moet het echter niet zo ver gaan zoeken om dingen te ontdekken waarover men zich terecht vragen kan stellen. Dat vele grootverdieners met hun vermogen zogezegd uitwijken naar Monaco of een ander belastingparadijs, om aldus te ontsnappen aan onze fiscus, is algemeen geweten. Maar de laatste tijd blijken ook steeds meer sportlui en artiesten juist over de grens te gaan wonen, omdat dat fiscaal voordeliger is. Onze wet schijnt inderdaad een speciale regeling te voorzien, enkel voor sportmensen en podiumkunstenaars, die dan slechts 18% belastingen moeten betalen op wat ze in ons land verdienen. Iemand die door vaak hard te moeten werken zijn brood verdient kan niet van dit gunstregime profiteren, maar voor de beide bevoorrechte categorieën, die dikwijls zo al extravagante sommen binnen rijven, scheelt het toch een flinke slok op de borrel. Er valt hen natuurlijk niets te verwijten als zij van de (Vervolg op pagina 3)
K.V.O.O.
Aan Tilly Deroo, wensen voor een spoedig herstel na een heelkundige 07.10 ingreep en attentie, haar overgemaakt door Romain en Greta 04.11 Christiaens. Tilly is thuis herstellend., zij en Geert danken KVOO Aan Roger De Groote, wensen voor een spoedig herstel en attentie na 10.10 heelkundige ingreep. Roger is hersteld en neemt deel aan het korpsmaal. Aan Willy en Nieke De Wulf, rouwbeklag bij het overlijden van de 13.10 15.10 moeder van Nieke : Mevrouw Maria Celine Wouters. Dank ontvangen. 16.10 Van Plaatscommandant Leopoldsburg Astrid op 18.10 tot 1800 uur.
- toelating openingsuur bar
23.10 Aanvraag en ontvangst laatste schijf administratieve kredieten : € 545 24.10 Van LtGen Jef Schoups :“…. Ik was bezig in Elsenborn met het Eurocorps, maar stel je voor, een mobile Recce zijn kist (Passat diesel) valt plat. Nu sta ik hier drie dagen met een electronische panne. Dus … tijd om mijn artikel te schrijven”. - ‘ Saint-Amour en Rhum Bacardi’ - pg 9 27.10 Van Marcel Demot artikel ‘Royal Flight’ - pg 12 27.10 Van Luc Vandenborne artikel ‘ Voorbij …’ - pg 6 27.10 Van Frans Boons - 5 foto’s van de reis naar Polen - pg 14 29.10 Van Marcel Demot - Woordje van de voorzitter - pg 1 29.10 Van de Gouverneur van de Provincie Limburg : uitnodiging aan KVOO Limburg voor het Te Deum van 15 november 2003 Aan KVOO Nationaal - verslag activiteiten oktober 2003
29.10
29.10 Beleggingsclub KVOO Limburg : Wegens reorganisatie van het
Banksysteem, moeten alle leden een kopie (recto-verso) van hun identiteitskaart overmaken aan de secretaris van de Beleggingsclub, en dit vóór 24 november 2003. Nieuwe leden : VAN DEN BOSCH Leo - LtGen PsTp Leopold I laan, 5 3970 Leopoldsburg
Tel : 011.402980
Leden-Sympathisanten : 3 voorstellen - dagorde 08 dec 03
NOVEMBER 1 november : Allerheiligen KVOO LIMBURG herdenkt haar leden van wie in de voorbije 12 maanden afscheid moest worden genomen : Mevrouw Kenis-Smolders Frida LtKol Valère Ackaert Mevrouw Vinkenroye-Bonneux Mariette 11 november : Wapenstilstand 15 november : Koningsdag 1100 uur : Te Deum - Hasselt 18 november : Korpsmaal 1200 uur : Villa Astrid - Leopoldsburg
K..V.O.O. -- LIMBURG LIMBURG K.V.O.O.
juni – juli 1999 november 2003
Woordje van de Voorzitter (Vervolg van pagina 2)
geboden opportuniteit gebruikmaken, maar waarom de legalisering van deze flagrante ongelijkheid? En dan maar jacht maken op de kleine garnalen die, na al hun belastingen plichtbewust te hebben betaald, toch nog een centje over houden, en het aandurven de couponnetjes hiervan in Luxemburg te gaan innen. Het is ook weer de periode van de 11.11.11.-acties, waarbij er wordt getracht de ergste noden in de wereld wat te lenigen. Overal zetten zich mensen in om wat geld te gaan inzamelen bij andere mensen die het dikwijls ook al niet te breed hebben. Als men dan wat later de ingezamelde resultaten van al deze moeite bekendmaakt, dan blijkt dat maar klein bier in vergelijking met b.v. de prijzenpot van één of ander tennistornooitje of de transfersom van deze of gene voetballer. Ik weet wel, het ene heeft niets met het andere te maken, maar toch… Maar het is eveneens de periode van ons jaarlijks Korpsmaal, en ook nu zullen we er weer van genieten om samen een fijne namiddag te kunnen doorbrengen in een gezellige en aangename sfeer. Uw voorzitter, Marcel
Korpsmaal 18 november 2003 Het Korpsmaal van onze Kring is een jaarlijkse traditie waarop de echtgenotes of de partners van de leden eveneens zijn uitgenodigd. Was u vorig jaar verhinderd hebben uw vrienden u toen gemist - zorg dat je er dit jaar bent ! Het wordt een gezellig treffen. Kledij : burger - stadskledij. De tafelschikking wordt aan de hand van uw keuze opgemaakt. U kunt dus met uw vrienden aan dezelfde tafel aanzitten. Er heerst absoluut rookverbod in het restaurant ! Na de maaltijd is de bar ter beschikking tot 18.00 uur.
- 3-3-
LIDGELDEN 2004 Wij nodigen U uit om Uw lidgeld - nationaal 2004 Uw bijdrage voor de Voorzorgskas - Limburg Uw bijdrage voor de Verzekering - Limburg Uw eventuele bijdrage voor één der Nationale fondsen (Verdediging- , Hulp-, Kol. Brasseur-, Steunfonds) vóór 15 dec 2003 op rekening 961-1951400-46 van K.V.O.O. - LIMBURG te willen storten LIDGELD 2004
VOORZORGSKAS
VERZEKERING
NATIONAAL
LIMBURG
LIMBURG
Lid
Echtgenote
Lid
Echtgenote
€
€
€
€
€
LtGen
31
1,25
1,25
1,25
1,25
GenMaj
29
1,25
1,25
1,25
1,25
Kol
24
1,25
1,25
1,25
1,25
LtKol
23
1,25
1,25
1,25
1,25
Maj
21
1,25
1,25
1,25
1,25
Cdt
17
1,25
1,25
1,25
1,25
Weduwe
12
1,25
Sympathisant
20
1,25
1,25 1,25
1,25
1,25
Ter attentie van de nieuwe leden : wij innen het lidgeld Nationaal op rekening KVOO Limburg en maken dit gezamenlijk over aan Brussel. Indien u het lidgeld toch rechtstreeks aan Brussel zou betalen, dan wensen wij omwille van administratieve redenen de datum van uw storting te kennen. De bijdragen Voorzorgskas en Verzekering moeten hoe dan ook op de rekening van KVOO Limburg worden gestort. De betaling van de voorzorgskas is een statutaire verplichting voor de leden
Beleggingsclub Winst!! Of Verlies ??
Maandag 24 november om 1630 u.
Voor nieuwe kandidaatbeleggers blijven de toetredingsvoorwaarden nog steeds zeer gunstig - ook nu - met de beleggingen in euro ! Aarzel dus niet en meldt u bij Herman Schrijvers.
Danstee Wij nodigen U uit op de koffie- , taartdansnamiddag van :
25 november om 14u30 Ekkelgardenstraat, 12 3500 Hasselt Inschrijvingen telefonisch op het nummer 011.228848 vier dagen vóór datum van de danstee. De stortingen van €4 per persoon met code TD/11 moeten toekomen vóór 20 Nov op rekening 961-1951400-46 van KVOO LIMBURG
K..V.O.O. -- LIMBURG LIMBURG K.V.O.O.
juni – juli 1999 november 2003
Bocholt en de Maas - 14 okt 2003 Op uitnodiging van onze collega Bert Swennen namen drieëntwintig leden op 14 oktober 2003 deel aan het bezoek aan Ophoven en Bocholt. Het werd een bijzonder interessante dag zodat de thuisblijvers ook ditmaal meer dan ongelijk hadden. Na de ochtendkoffie in het Tegelhuisje in Ophoven gaf de Heer Winnen, beheerder van T.V. Rikin ( de verenigde grinduitbaters) ons een interessante briefing over de grindwinning langs de boorden van de Maas. Doorheen het labyrint van wetten en decreten, waarbij vaak een beslissing van vier ministers moet worden afgedwongen, schetste hij de juridische en administratieve problemen waarmee de uitbaters te kampen hebben. Ook schonk hij ruim aandacht aan het technisch aspect van zijn onderneming die 3.000 werknemers tewerkstelt. Vervolgens gingen wij aan boord van de ‘Paep van Meinecom II’ voor een meer dan twee uren durende rondvaart. In Marec, de blauwe oase van Limburg en tevens de grootste Europese jachtbinnenhaven, gleden wij langs honderden sierlijke jachten die na hun druk zomerseizoen er een veilig onderkomen hebben opgezocht. Dan draaide de ‘Paep’ de ‘Middenplas’ op, waar een vijftiental reusachtige baggerboten het grind van de bodem scheppen. Onvoorstelbaar om te zien hoe hier gigantische drijvende fabrieken onvermoeid en aan een hels tempo de aanmerende schepen vullen. Het opgehaalde grind/zand/watermengsel wordt naar boven gebracht door middel van schraapemmers die een capaciteit van maar liefst 2 ton hebben. De inhoud wordt op een zeef gestort om het zand af te scheiden, dat na een wasbeurt in een schip wordt geladen. Het grofste grind belandt in een tweede schip om te worden afgevoerd naar een brekerij waar het wordt gekloven. Aan boord van de bagger wordt ondertussen het kleinere kaliber opnieuw gesorteerd, herhaaldelijk gespoeld, om vervolgens naargelang de kwaliteit te worden ingescheept voor verwerking in beton of voor gebruik bij wegenwerken. Indrukwekkende activiteiten die een overweldigende indruk maakten en heel wat vragen opriepen. Wij voeren nog voorbij aan een soort schiereiland waar niet gebruikt zand en leem met waterdruk terug worden opgespoten, terwijl een bulldozer er huzarenkunstjes moest uithalen om met zijn gewicht het water uit het mengsel te persen met het risico om zelf in de glibberige massa weg te zinken. Op het middaguur legden wij terug aan bij het Tegelhuisje waar onze voorzitter onze eminente gids dankte en waar vervolgens een uitgebreide lunch werd geserveerd. Voor het namiddagprogramma moesten wij ons verplaatsen naar Bocholt. Tijdens een briefing in het Proef- en Vormingscentrum, een annex van het Biotechnicum, maakten wij kennis met de opgezette projecten van stalinfrastructuur, agrarisch natuurbeheer en kleinschalige waterzuivering. Vooral de uiteenzetting over de geprogrammeerde robot die zonder tussenkomst van de landbouwer 60 koeien voert en melkt, kende heel wat belangstelling. Voorbij de tijd dat de kinderen van veehouders de koeien twee maal per dag moesten bijeen drijven voor een paar uur durende melkbeurt, zeven dagen op zeven en in alle weersomstandigheden. Tijdens het bezoek aan de (Vervolg op pagina 5)
- 4-3-
K..V.O.O. -- LIMBURG LIMBURG K.V.O.O.
juni – juli 1999 november 2003
- 5-3-
(Vervolg van pagina 4)
stal zagen wij de robot in actie. Met deze techniek is de melkproductie met 20% gestegen, de dieren zijn veel rustiger en gezonder, en men kan probleemloos medicatie aan zieke dieren toedienen zonder risico dat de afvalstoffen in de melk terechtkomen. Het spreekt vanzelf dat het geheel valt of staat met de bereidheid van de koe om een bezoek te brengen aan de melkautomaat, maar dit heeft men opgelost door haar bij elke beurt automatisch met een extra portie krachtvoer te belonen. De kosten vallen best mee en worden inclusief de afschrijving op 1 BEF/liter berekend. Nog een kort bezoek aan het percolatierietveld dat het afvalwater zuivert dat afkomstig is van het melkhuisje en de schoolhoeve. Het vuile water wordt eerst opgevangen in septische putten en na buffering over het filterbed, dat met riet is beplant, gepompt. Daar infiltreert het verticaal en stroomt het via 2 drainageleidingen weg tot op de bodem. Nog een kleine behandeling voor het verwijderen van fosfaten en meteen heeft men een natuurlijke oplossing voor een dwingend ecologisch probleem. In een aanpalend lokaal werd via infopanelen, schaal- en demomodellen verduidelijkt hoe de verschillende elektromechanische waterzuiveringssystemen werken. Ook hier felicitaties en dank voor de gastheer. Voor het derde luik van de dag wandelden wij naar de brouwerij Martens voor een bezoek aan het museum. Jean Martens (°1919) heeft hier in het ouderlijk huis een verbazingwekkende collectie samengebracht die de geschiedenis vertelt van de bierkunst doorheen de industriële geschiedenis vanaf 1758 tot nu. Het is het grootste brouwerijmuseum in Europa - niet minder dan 4.000 m2 groot - dat bovendien in een prachtige industriële en archeologische architecturale omgeving is gehuisvest. Onze gids toonde ons de werking van allerhande toestellen als weekkuipen, moutploegen, kastenwenders, kookketels, wortkoelers, beslagkuipen, vatenpektoestellen - honderden collectiestukken - boordevol nostalgie uit de brouwerijgeschiedenis van acht generaties. De tocht ging door een traditionele mouterij, een indrukwekkende brouwzaal, langs de nostalgische vaten- en flessenwerkplaats, kostbare brouwerskarren tot in de stemmige gelagzaal waar de Heer Jean Martens ons kwam vervoegen. Hier dankte onze voorzitter Kolonel Vl. SBH Marcel Demot, de gids voor de deskundige en boeiende rondleiding om vervolgens namens de deelnemers de initiatiefnemer en organisator van deze prachtige dag, onze collega Cdt Bert Swennen, te danken en te feliciteren. Beste Bert, het was een onvergetelijke dag - een excursie gekruid met tal van superlatieven - waaraan wij de allerbeste herinneringen bewaren. Bedankt en proficiat! JH. 1
Vervolg op pagina 5. 1
K..V.O.O. -- LIMBURG LIMBURG K.V.O.O.
juni – juli 1999 november 2003
- 6-3-
Voorbij … Kapitein ter zee Luc Vandenborne Genk 24/10/03 stijlrijk begin gaf maar moest eindigen in een meer of minne braspartij. Samen Het is altijd goed zijn met enkele vroegere koopvaardijofficieziekte te kennen. De mijne is ADD ren en de cadetten van de Mercator (attention defection disorder.) Wat het vormden ze de kern van onze Marine in juist betekent weet ik niet, veronderstel de jaren 50 en 60. De Jules was eind 50 dat het niet te weten deel uitmaakt van de oudste die in Oostende overbleef, de ziekte maar ’t is goed gevonden. Ben rond zijn levensgang deden de wildste tot de vaststelling gekomen dat ik me verhalen de ronde. Verhalen die welisalleen nog op iets kan concentreren als waar enkel op fluistertoon werden voort ik tuinier of fiets. Wel zo’n vorm van verteld want de man voerde een echt verregaande afwezigheid noem ik dus schrikbewind. Men was nooit veilig. Op elke ADD. Vorige week, nu wel definitief plaats, op elk uur van dag of nacht kon het einde van de mooie zomer, heb ik de hij te voorschijn komen. Men kon nog tuin zijn winterrust geregeld. Net voor tot in het hopeloze zijn best doen hij had ik aan de fysieke pijniging begon las ik de gave om de minste futiliteit die verde oproep om in te schrijven voor deel- keerd zat op te merken. Als hij dan losname aan ons korpsmaal.15 November brak was de ellende niet te overzien, de was dus het onderwerp van mijn con- wereld zou weten dat je een nietsnut centratie. Alhoewel, is het concentratie was en het vocabulaire die dat duidelijk als men zijn gedachten laat slippen naar moest maken is in geen enkel woordenvroegere, bijna heroïsche, korpsmaaltij- boek terug te vinden. Het geluk was vijf jaar aan mijn den? Naar de figuren die toen je leven zijde, tot 59 was ik nooit echt met de bepaalden. geconfronteerd. Toen besliste Na de verloedering van “Le petit man Casino” was de “Macumba” zowat “the ergens een hele gare vent dat ik een place to be” in het Oostende van de pril- walfunctie kreeg en dat nog wel in de le jaren zestig. Daar vielen we dus bin- staf van Comarost.Ik had net enkele nen op een 15/11, na een copieuze en hemels mooie jaren achter de rug. Mijn wel overgoten maaltijd ”Champagne laatste drie Commandanten a/b van mijvieux si non je nenvegers waren echt geschenken van ferme ta boîte” hierboven. Meer mens dan militair, bezei de Jules. Ik kwame zeemannen en lui. Dus doe maar weet niet of hij jongen. In mijn eigenzinnigheid ben ik als plaatscom- pas goed als ik het alleen voor het zegmandant daar de gen heb, dus, hier was ik op mijn best. macht toe had (Anekdote) In de periode 57/58 was ik maar ik weet wel eerste officier a/b van de M926 en werd dat we champag- “de pé” bij ons ingescheept als “additional for training”. De pé ( was ne dronken. De Jules zijn bijnaam) was van de eerste nawas de toenmalige Comarost, het opera- oorlogse sessie van de Zeevaartschool tionele commando dat later Comopsnav en vervoegde na een paar jaren koopwerd. Een slanke, rijzige figuur met een vaardij de Marine.Hij werd ingezet bij wat gestuikte bovenrug. Hij beweerde het opruimen van de mijnen langs onze dat die, bijna bult, het resultaat was van stranden. Bij het terugkeren van zijn zijn beroep en heeft jaren, vruchteloos, dagtaak raakte zijn transport onder de getracht er een invaliditeitsvergoeding kusttram en de man lag maanden in een voor te krijgen. In de dertiger jaren was coma. Hij kreeg gedurende jaren een job hij officier a/b van de Mercator en aan de wal maar moest uiteindelijk inbelandde eind 40, via Dakar en Congo schepen om zijn loopbaan niet in gevaar uiteindelijk in Engeland waar de beman- te brengen. Nu heb ik veel gelachen met ning deel ging uitmaken van de Toon Hermans, Sonnevelt, Freek Dejon“Belgian Section RN”. Daar kregen ze ge en anderen maar ik blijf erbij dat de dus die opleiding die elke 15/11 een pé nog van een ander kaliber was. Hij
sprak geen goed Nederlands en evenmin goed Frans, hij sprak echt Brussels.Hij had geen teksten nodig maar sprak over alles wat rond hem gebeurde en had op het leven een kijk die van alles wat hij zag, hoorde of voelde een klucht maakte. Eén grap, nooit iemand beledigend of pijn doende maar zo groot in eenvoud dat men niet meer lachte maar gierde. Verder over die mooie tijd. Begin 59 werd ik aangeduid om één van de in Antwerpen gebouwde “Inshore Minesweepers “ over te nemen. Ook hier had ik een ideale commandant. Die MSI’s (type Hasselt nu in die stad afgemeerd) waren zowat het grootste misbaksel dat ooit door iemand werd ontworpen. (geen verder commentaar anders stijgt mijn temperatuur) Aan boord waren nog werken bezig en er was dus geen ruimte voor ons om eender wat te doen. De bemanning bleef meest van de tijd in Merksem (fort) en de twee officieren met een paar o/officieren speelden zowat drie maand aan een stuk met de kaarten in de “Spek en Eieren”, de uitbating waar de dokwerkers hun boterham kwamen eten met …ja spek en eieren natuurlijk. Na eindelijk de proefvaarten en wat opwerking kregen we de opdracht de schietzone van Lombardzijde te bewaken. Het was een mooie zomer en drie maand lang hebben we er met bootje varen geweldig van genoten. Kwam Augustus en “ik vloog aan de wal”. Adjunct van de N 3 belast met mobilisatie en alarmplannen. Van mobilisatie wist ik alleen maar dat het, rond de tijd van mijn eerste communie, in 40 ook mobilisatie was. Ik moest Marcel V. vervangen, een van de favorieten van de Jules. Want zo zat hij in mekaar eenmaal dat hij voor je was dan (Vervolg op pagina 7)
K.V.O.O. - LIMBURG
(Vervolg van pagina 6)
Voorbij …. was dat ook sterk en definitief. Vóór ik er toekwam wist ik reeds dat hij me totaal onbekwaam achtte om de job te doen. Langs alle mogelijke wegen trachtte hij de mutatie te voorkomen..Jammer genoeg zonder succes. Niemand heeft, veronderstel ik, last zich voor te stellen in welke gemoedstoestand ik aantrad en met welke rust in mijn ziel ik mijn nabije toekomst overschouwde. Ik vond een stortplaats van papier met op elke farde minstens vertrouwelijk of NATO secret. Marcel moest onmiddellijk inschepen en van overname met uitleg was geen sprake. De wereld rondom scheen me trouwens erg schuw van al die kasten met geheime stukken. 1MC S. was mijn secretaris. Hij wist meer over mobilisatie want hij had er in 40 ingezeten en toen hij op een morgen (ik geloof in Lanklaar) van zijn uitkijkpost in de kerktoren kwam werd hij meteen gevangen genomen dus….. Voor de Jules was ik complete “quantité négligable”, ik had niemand iets misdaan maar was geen blik waardig. Dus ik begon te lezen, te lezen en te lezen (precies de premier werk, werk, en werk)en evenmin als de premier begreep ik een snars van hoe het moest. Ellende boven ellende na drie weken kregen we midden in de nacht een oefening HO (handhaving “der” orde). De OVW had wel een dossier maar begreep er geen snars van en ik nog minder. De zaak liep niet in het honderd maar in de tienduizenden. Ja, en wie stond daar plots? Juist de Jules. Ik zou nu Diewertje Diekema kunnen citeren en beschrijven hoe de schipper zich voelde toen hij door de vader van Diewertje door het venster werd gekipperd nadat hij de kant van Diewertje had aangeraakt. Maar dat doe ik niet omdat één woord volstaat:”lawine”. Wist reeds lang dat de man me niet mocht maar het puin van woorden dat ik over me heen kreeg tart de verbeelding. En toch, toch viel er een last van me en in de duisternis van zijn woordenvloed zag ik licht, ik zag me terug aan boord
november 2003
en glimlachte. Dat volstond voor een nieuwe scheldpartij en de uiteindelijke vraag of ik het misschien amusant vond. Echt moedig ben ik dus niet en het is pas later dat ik ontdekte dat er momenten van kilte zijn waar een mens alles durft. Mezelf verbazend zei ik doodgemodereerd dat noch de OVW noch ik er iets mee te maken hadden dat “zijn” dossiers “parce que finalement vous êtes responsable” een puinhoop waren. Nooit vergeet ik zijn blik maar even kalm antwoordde hij:”Je hebt juist zes maanden om mijn dossiers in orde te brengen, binnen zes maanden spreken we opnieuw”. Mijn schip verdween over de horizon en mijn schouders zakten wel 10cm. Om standaardtaal te gebruiken “ik stortte me in het werk”. Met een verbetenheid die ik nooit voordien en nog veel minder later bij mezelf heb ontdekt. Eén ton, misschien niet, maar honderden kilo’s papier werden opgeruimd. Zowat iedereen vroeg me, met meestal een meewarige glimlach, waarmee ik bezig was. Iedereen wist van de storm waar ik het centrum van was en die pas over zes maanden echt zou losbarsten. De Jules eiste dat alle deuren op zijn staf steeds openstonden zodat, ook al stond er een intercom, hij iemands naam kon brullen die dan veiligheidshalve binnen de minuut bij hem stond. Ik zat recht in zijn vizier en als hij naar de opsroom liep passeerde hij mijn bureau. Hij moest dikwijls over de puinhoop van papier stappen maar gunde de ellende geen blik. Ik was deel van de ellende en kreeg geen woord, geen blik, geen wedergroet. Toen ik na een paar weken de opruiming had voltooid en de indruk kreeg dat ik nu zo ongeveer wist waarover het ging begon ik aan de opbouw. Ik zocht en kreeg steun. Van de N5 de kalme maar oh zo scherpe Willy P., van Raymond G. de man van de ops (beiden nochtans echte favorieten van de baas), van de N4 in mindere mate maar hij stelde me wel zijn RO ter beschikking voor een transportplan. Die kerel ontwikkelde in een paar maanden een plan dat naar inhoud en voorstelling slechts één naam verdiende “kunst”. Ik kreeg steun van al mijn collega’s in de korpsen die trouwens met dezelfde hoop onbruikbare spullen waren geconfronteerd. Zelf schreef ik een compleet nieuw alarmplan waarbij elke maatregel werd geanalyseerd en elke te nemen
-7-
actie werd vermeld. Mijn baas de N3 Walter L.liet me volledige vrijheid, omdat, naar ik vermoed, hijzelf niet in de rel wilde worden betrokken. Toen ik besefte dat enkele heren in de staf en de korpsen niet op mijn vragen antwoordden begon ik me in te dekken en stelde mijn vragen schriftelijk. Het geluk was me nogmaals genadig toen de Jules ergens rond Nov 59 voor drie maand naar de USA ging. Een stafcursus zei men maar in feite was het een drie maanden lange rondreis. Verlost van de dagelijkse, pijnlijke, confrontatie ging ik nog harder tekeer en kreeg een echte kick van het werk. Ik werkte overdag en 's nachts droomde ik ervan. Mijn enthousiasme werkte aanstekelijk. We voelden en zagen iets groeien dat we enkele maanden voordien voor onmogelijk hielden. We kregen de indruk dat we afrekenden met een generatie. Tijd gaat snel maar in dit geval gebruikte ik hem wel. Alhoewel gewapend voelde ik me benauwd over hoe “la confrontation enunciada” zou verlopen. Misschien niet dag op dag maar wel daaromtrent kreeg ik bezoek van de verantwoordelijke voor mob en alarm bij de staf in Brussel, een soort inspectie. Het was een van de vele exlandmachters die de marine vervoegde (om welke reden?) FKP Beatse. De overlopers werden gebruikt voor allerhande administratieve taken waar onze anciens geen broertje maar een ganse familie aan dood hadden. Ik presenteerde met fierheid ons werk aan deze zeer vriendelijke man. Twee uur lang viel hij van de ene verbazing in de andere. Toen zei hij, net voor de middag, ik moet je baas even gaan zien. Vijf minuten later schalde mijn naam en ik voelde dat de stem de gewone nijdigheid miste. De Jules kijktme, voor het eerst in maan(Vervolg op pagina 8)
K.V.O.O. - LIMBURG
(Vervolg van pagina 7)
Voorbij …. den, in de ogen, en zei “Beatse zegt dat je uitstekend werk hebt geleverd”. Ik dankte. Hij zei:”Je hoeft me niet te danken, dank alleen jezelf. Tegen Beatse had ik verteld dat nog een reeks problemen moesten worden uitgeklaard omdat ik van enkele mensen onvoldoende medewerking kreeg. Ter ondersteuning toonde ik hem de reeks, schriftelijk, gestelde vragen waar ik geen antwoord op kreeg. Ik wist niet dat hij de lijst had meegegraaid en zag ze tot mijn verbazing in de handen van de Jules. Hij zei me te gaan zitten en begon de vermelde namen te brullen, per telefoon verwittigde hij “de rosse”V.S., FKP en korpscommandant van de basis in Oostende, (nochtans ook geen katje om…..hij heeft het me trouwens nooit vergeven dat hij vijf minuten kreeg om de kubieke meter boeken betreffende NCSO (naval control of shipping), die hij resoluut had geweigerd, in ontvangst te nemen. Er volg-
november 2003
de, in mijn tegenwoordigheid, scheldpartijen tegen mensen die allemaal ouder waren dan ik en waarbij hen duidelijk werd gemaakt dat ze nog niet waard waren mijn schoenen te poetsen. Zo goed was ik plots. Daar en dan trad ik toe tot zijn grote vertrouwelingen. Vier jaar, tot een paar maand voor hij bd werd, bleef ik op mijn stoel zitten, mijn mening werd in alles gevraagd, waar hij ging moest ik gaan. (dus ook naar de Macumba). Ik leerde dat hij, niettegenstaande alles, een mens was zoals de anderen met slechte maar ook goede kanten. Hij bleek zeer gevoelig voor mensen die door een of andere tegenslag werden getroffen. Ik mocht hem zeggen dat ik zijn methode om zijn autoriteit in stand te houden niet de beste vond. In zijn reactie snauwde hij dat hij beter wist van goed en kwaad dan een snotneus maar dat hij nu eenmaal zo was opgevoed. Nu mag Steve van Hasselt een sluwe zijn maar tegenover de Jules was hij een kleine jongen. De man leefde intuïtief en instinctief. Hij vroeg je mening of je legde hem een nota voor en in menig geval zei hij dat je volledig juist zat maar………….en dan voorspelde hij telkens weer, in detail, hoe men aan de andere kant zou reageren en wat je
BRUSSELSE TIJDINGEN Vergadering Raad van Beheer van 15 oktober 2003 te LAKEN Bij de opening van de vergadering om 10.00 Hr heette onze Algemeen Voorzitter (AV), Gen DERWAEL, iedereen welkom, en werd er een ogenblik stilte in acht genomen ter nagedachtenis van Gen DEWANDRE, oud Algemeen Voorzitter, en van Kol SBH WAUTERS, oud voorzitter van de Kring O-Vlaanderen, die onlangs overleden zijn. De AV bracht dan een kleine hulde aan Cdt DELAUNOY, die volgende maand zijn activiteiten als Adm secretaris beëindigt, en drong nogmaals aan op het vinden van een opvolger.
-8-
moest aanpassen om hun reactie te voorkomen. Dikwijls weigerde hij te tekenen en vo o r s p el d e dan dat Brussel (want dat was de vijand) wel eerst zou actie nemen en hoe wij ze dan zouden terechtwijzen. Nooit, in vier jaren, heb ik geweten dat hij zich vergiste. Toen ik mijn tuinwerk, als een geroutineerde gemeentewerkmens steunend op de steel van mijn spade, overschouwde zag ik mijn laatste beeld van de Jules terug. Het was ergens in de mid-90 op een receptie in Zeebrugge (hij was dan al een stuk in de 80. Hij was rustig aan ’t praten met een paar vroegere vrienden (?) terwijl zijn ogen het gezelschap afzochten. Plots zag hij onze aalmoezenier V.P. in de verte en riep hem toe:”He Padre…..et les femmes ça va”? De schurk had nog niets van zijn streken verloren. Zo zie je maar tot wat die ADD een mens kan brengen, LVdb
en wezen zich bevonden kort na WO II. Gezien de evolutie van ons sociaal systeem in België en de mogelijke tussenkomsten van CDSCA wordt er praktisch geen beroep meer gedaan op deze fondsen. Daarom wordt er gedacht aan het herleiden van deze fondsen tot b.v. twee : het verdedigings- en promotiefonds “GrégoireBrasseur” het steunfonds voor de publicaties Dit gegeven zal nader uitgewerkt worden tegen de volgende Algemene Vergadering. Er zijn nog verschillende kringen die hun bijlage aan de nieuwe Infobrochure dienen over te maken. De AV herinnerde er aan dat zijn mandaat ten einde loopt in april 2004. Er loopt een gerechtelijke procedure, aangebracht door Ere Kol MAB VAN HOCHT van de Kring Antwerpen, betreffende een anomalie bij de perequatie van de pensioenen van de brevethouders (SBH, MAB, IMM) die ingingen vóór 01 juni 1994. Belanghebbende kreeg in eerste aanleg gelijk, doch de Dienst Pensioenen ging in beroep en kreeg onlangs gelijk. De beheerraad besliste unaniem om financieel tussen te komen bij een procedure in Cassatie, en dat voor een bedrag van € 1.300, t.t.z. de kosten van de haalbaarheidsstudie.
Goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering op 19 juni 2003. De schatbewaarder stelde dan de evolutie van het budget 2003 voor, met de toestand op 30 september 2003. Bij de rubriek “Adm kosten” waren er o.m. door een defecte PC en een panne aan het fotokopieerapparaat onvoorziene kosten, zodat de uitgaven daar opliepen tot 147% i.p.v. de geplande 75%. Voor de andere rubrieken waren de uitgaven echter lager, zodat het globale gerealiseerde budget met 70% zeker in evenwicht was. De vergadering werd afgesloten door een tafelronde, Actueel zijn er vier verschillende soorten steunfondsen, en nadien volgde traditiegetrouw het aperitief en het middagdie voornamelijk hun oorsprong vonden in de soms nete- maal. lige situatie waarin sommige officieren of hun weduwen Marcel DEMOT
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
-9-
“ Saint-Amour en Rhum-Bacardi” LtGen Jef Schoups Bilzen is herschapen in een enorm hemelbed. Op de stoepen en in de portalen liggen minnende paartjes; je slentert er tussen wijnflessen en bierblikjes; jongens met lange lokken tot op de schouders, in jeans en met kleurige tatoeages dolen rond aan de zijde van meisjes in losse topjes en lederen minirokjes – alles ongewoon. Het is zeer druk en de terrasjes rond het marktplein draaien op volle toeren. Het verstand van de high-society staat erbij stil: “Waar gaat dat allemaal naar toe in ons Demerstadje?”. Maar toch, ’s avonds drijft nieuwsgierigheid hen terug naar de jazz-weide, de Kattenberg en omgeving om toch maar iets op te vangen van wat ze vroeger nooit hadden gezien of beleefd (toch niet in ’t openbaar). Jazz Bilzen 1968, hoe ben ik nu daar geraakt op die warme zomerdag in augustus, tussen duizenden jongeren, flikkerende spots, Ferre Grignard en de Pebbles? Gewoonweg : een liefje en een uitdaging. Het liefje was mij eigenlijk niet bekend. Eén van mijn vrienden deed eerder al een bod maar paste niet in de normen. Maar hij kende “die roste met stekels” en die zou misschien aan de verwachtingen beantwoorden. De uitdaging: ik rookte niet maar stapte toch dat winkeltje tegenover het station binnen. Boven op het pakje sigaretten dat ik er kocht kreeg ik twee biertjes, dat was een gulle bediening. Nu rook ik nog niet, de bier-
tjes koop ik zelf. Met Alexa heb ik nu al vele jaren lief en leed gedeeld. In Stockem en Aarlen is er niet zoveel te beleven in de weekends; toen niet en nu nog niet. Vandaar dat ik een culturele uitstap in België om mijn streek te herontdekken als tijdverdrijf wel naar waarde kon schatten. Jazz-Bilzen wordt echter niet elk weekend ingericht en de romantiek van de verliefdheid op onze ouderdom (dat waren 23 en 28 jaar samen) vind je niet zo maar dadelijk in het gras of onder een podium (ik had al genoeg in tentjes geslapen). Vandaar leer ik dan de toestanden in de Lorka en de Edelweiss ontdekken en wordt mijn muzikaal erfgoed aangevuld met Tom Jones en Engelbert Humperdinck. Oh ja – dat ook nog; bij de Rudi’s in Genk voel ik me pas goed in mijn sas: Oberbayermusik, stampvol, dansen moet zo echt niet; alleen de stoere borst drukken tegen de boezem van je partner en met je achterste andere kontjes wegduwen om toch een plaatsje te hebben om rond te draaien en mee te zingen. Foto’s uit die dagen heb ik nog genoeg, maar hoe gaat dat? Toen waren we jong en schoon – nu alleen nog schoon – dus gaan we naar een nieuw verhaal. Nauwelijks had Eddy Merckx als winnaar van de Ronde van Frankrijk de aankomst op de Champs Elysées overschreden in 1969, nog wel met bijna 20 minuten voorsprong, of ik kon mijn boel in mijn kevertje laden om voor een half
“ Ecole de cavalerie “
“… alleen nog schoon …” jaar de cours des capitaines in Saumur in de Franse Pantserschool te volgen. Een test voor de ontluikende liefdeshistorie en een dakvenster naar een ander stukje hemel, niet boven België. Dat is dus mooi meegenomen. Met een vertrek vroeg in de nacht houd ik nog genoeg dag over om er een onderkomen te zoeken. Ik kom uiteindelijk terecht in een heel rustig hotelletje en dat is er nog: Hotel Central – rue Daillé. Aan de receptie zit een jonge juffrouw, Suzanne, die een beetje lissspelt en zoals het later zal blijken, de dochter des huizes is. Met heel veel gentillesse toont ze me enkele kamers. Uiteindelijk is er tussen al die vertrekjes niet veel verschil tot ze me zegt: “ J’ai encore un petit coin très agréable” en zoiets sla je niet af … toch niet voor meer dan één maand. En daar gaan we dan voor een onderneming, niet ABL, eens iets anders en echt verschillend, want enige Belg. Onze divisiecommandant is een speciale vermelding waard: LigerBelair, een klinkende naam, zoiets als die van een cavalerieofficier oude stijl zou je denken, maar dat is hij niet … “Nounours” is zijn bijnaam. Hij is gehuwd met een comtesse, zijn officiersjob is een “loisir”, want in VosneRomaneé hebben ze een kasteeltje en een domein waarvan we regelmatig een fles Saint-Amour proeven. De winter (Vervolg op pagina 10)
K.V.O.O. - LIMBURG
(Vervolg van pagina 9)
Saint-Amour en Rhum-Bacardi brengt hij door in Strasbourg, daarna trekt hij naar het zuiden, de wijngaarden in. Nog steeds in contact. Een prima onderrichter met een ruime blik op de inzet van de verschillende pantsereenheden, zware tanks, verkenning en operationele verdediging van het grondgebied. Elke kaderoefening begint zeer vroeg in de morgen, loopt uit op een discussie rond het middaguur en eindigt rond 1300 Hr in een gezellig restaurant met een déjeuner tot 1700 Hr vooraleer we terug naar de school keerden. Hij bezit een kaart van de hele Loire-vallei gemerkt met alle bezienswaardigheden en uitzonderlijke eethoekjes; een onuitputtelijke bron van levensfilosofie bovendien. Elk jaar weer probeert hij me te strikken rond Nieuwjaar voor een “gueuleton au château” – maar ik ben daarop nog niet ingegaan omdat je nooit weet of dat wel voor karnaval zou afgelopen zijn. Vier maanden lang, zaterdagmorgen van 0800 – 1300 Hr : vlaggengroet met sabel vóór de school; één uur de synthese schrijven van een voorgelezen tekst; drie uur de commentaar maken over die tekst. De verbeteraars zijn niet mals in hun evaluatie. De naam van een jonge prof herinner ik me nog goed: de Boissieu, een man met wortels in een literaire familie wanneer je hem les hoorde geven, bijgestaan door Kolonel Poisson, een categorieke en mathematische geest. Die oefeningen hebben hun vruchten afgeworpen: je kon, bij wijze van spreken, zes vellen papier gestructureerd volschrijven over een vuilbak. In de zomer van 1970 bij onze huwelijksreis keren we door de Loire-vallei terug naar huis. Het is juli, de tijd van het ruiterfeest “Carrousel de Saumur”, met onder meer het Cadre Noir, maar ook de tijd om vrienden te bezoeken, wijnkelders, paddestoelenkwekerijen, kastelen en restaurantjes binnen te lopen en ook om een drietal dagen weer een kijkje te nemen in dat “petit coin très agréable” van hotel Central. Er verandert niet veel op een jaartje, ook daar niet, maar alle romantiek van mijn vrijgezellentijd wordt van tafel geveegd toen we bij het openplooien van ons bedsteetje een drietal rode hondsvlooien met bekwame spoed van tussen de lakens zien wippen. Een ongevraagd supplement dat je als jonggehuwde niet echt nodig hebt.
november 2003
- 10 -
Toch heeft de Loire-vallei van haar aantrekkingskracht en charme bij ons niets verloren: verscheidene malen keerden we er weer; onlangs nog in de lente van 2001, we waren toen 30 jaar gehuwd. Een vlo trekt het niet zo lang. De wittebroodsweken in Belgisch Lotharingen duurden niet lang want na een jaartje kon ik met een boekentas, boterhammetjes en een thermos koffie weer naar school trekken, een grote school voor eminente militaire denkers en toekomstige strategen. Samen met Rolle Reynders, Erik Simons en Jef Colla verplaatsen we hele legercorps door Europa, schrijven operatieorders en stellen vuurplannen op voor meer veldartillerie dan België ooit heeft gehad. Geachte professor Swijsen die ons in Brasschaat de basisbegrippen al had bijgebracht en onze collegaartilleurs zien al de granaten van die twee veldartilleriegroeperingen tussen de struiken neerdwarrelen. Stel eens voor: tweemaal één Bn SP – twee Bn 155 Tr – vijf Bn 155 SP – drie Bn 8” SP en één Bn 762 RW – ik kan zo doorgaan, maar onze dames haken bij deze lijn wellicht af. Niet doen! We gaan als normale mensen door. Ik heb daar één praktische vaardigheid verworven, en eigenlijk geheel onverwachts. Gezien de uitgestrektheid van de operatietonelen zijn we genoodzaakt een deel van ons leven tussen grote houten panelen door te brengen om testen en examens af te leggen. Daarvoor moet je nauwkeurig vele landkaarten precies tegen elkaar gespijkerd krijgen zonder teveel plooien en overlappingen – een hele bezigheid. Nochtans is dat van onschatbare waarde gebleken bij mijn tal-
rijke verhuizingen later, wanneer ik iedere keer ganse banden behangpapier tegen de wand moest zien te krijgen … zo zie je maar … Te pas en te onpas reizen we rond met verkleinde modellen van die panelen, naar huis, om ’s avonds onze vrije tijd nuttig te besteden. Gewoonlijk komt daarvan niet zoveel terecht en soms loeren hinderlagen op de weg naar huis. Om in Kortenberg te geraken moet ik Evere voorbij en daar las ik wel eens een tussenstop in; avenue de l’optime – net zo’n adres heb je nodig om te overleven. Met genoeg verfrissingen kan ik er mijn behendigheid in tafelvoetbal oefenen bij vader en moeder Colla, in tornooien met de zonen en ook de ouders. Een uurtje is daar te kort voor, dus … ’t Zijn trouwens de enige uren sport in de week want het officiële wekelijkse programma van het instituut voorziet alleen intellectuele activiteiten. Een ingangstest bij het begin van de twee studiejaren heeft immers uitgewezen dat er nog ernstig aan het aspect algemene ontwikkeling moet worden gewerkt. Ik heb nog de lijst van de 75 vragen “Wat zegt u: Saveguard – Galosh – Verdrag van Nassau – Den Haag 1960 – Nadge – Plan Morgenthau – Doctrine Hallstein – Leer Sokolovsky ?” en ga zo maar door. Weet je het nog? Heb je het ooit geweten? ’t Was zoiets als één tegen honderd maar minder spectaculair en zonder prijzen. Naar één activiteit kijken we allen wel met spanning uit: de eindestudie reis. Enkele herinneringen heb ik gehouden zoals sommige nota’s die het programma uitleggen. Tijdens de afgelopen twee jaar deden wij als stagiairs
“ Zonder planken “
(Vervolg op pagina 11)
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
(Vervolg van pagina 10)
Saint-Amour en Rhum-Bacardi nucleaire doelenanalyse, verdeelden we kilotons over het terrein, verplaatsten we divisies over stromen en planden we hele luchtvervoerde operaties met duizenden soldaten en tonnen materieel en bevoorrading. Nu, in mei 1973 liggen daar van de schooldirectie en de begeleidende professoren de dienstvoorschriften. Enkele snapshots toch om jullie een beeld te geven: “De studiereis van de 89 divisie zal plaats hebben van vrijdag 27 april 73 tot vrijdag 18 mei 73 … bij wijze van inleiding; Kapt Simons zal verantwoordelijk zijn voor het laden van het reisgoed in de camion 3 ton …; Kledij : pet … niet versleten; vest … knopen goed geblonken; en zo voort … Zomertenue : broek … fris en gestreken … Lichte kledij: naar willekeur, evenwel lange broek verplichtend”. Dan natuurlijk de lijst van de coördinatieofficieren en officieren met dagdienst zoals dat in een georganiseerd gezelschap hoort. Dus staan we daar met al de geleerde krijgskunst van de laatste twee jaren en fris in de broek, op tijd, bij de militaire luchthaven naast de DC-6 voor het appel bij het vertrek. Vele uren vliegen, twee haltes, op de Azoren en de Bermuda eilanden, kaarten, lezen, slapen, eten, maar het loont de moeite: niemand was
er immers ooit geweest. Onze rondleiding begint in Mexico waar we de piramiden van de zon en de maan bezoeken in Teotihuacan, een stad die haar bloeitijd als metropool kende in de vroege Middeleeuwen wanneer op ons continent in Constantinopel de Hagia Sophia werd gebouwd. In Mexico-stad lopen we over het Drie Culturenplein, stappen in het antropologisch museum binnen en op onze terugweg laat op de avond treffen we de Mariachis-muzikanten. De bezienswaardigheden liggen niet zo maar op een autoritje van elkaar. De DC-6 doet goed dienst: naar Oaxaca en Monte-Alban; naar Merida en de archeologische plaatsen van Uxmal en Chichen-Itza – wedden dat je dat alles vindt op het internet? Een luchtig bezoek, het vermelden waard, is dat aan de Rhum-Bacardi fabriek. Het is nog steeds snikheet; de kelen zijn dorstig, de broek nog steeds fris en het verstand een beetje beneveld op het einde van de rijkelijke afscheidsreceptie. Na een hele week rondreizen in Mexico spookten de Azteken, Maya’s, Zapoteken, Tolteken en andere stammen door onze geesten en zagen we Hernan Cortes weer naar Montezuma trekken voor onderhandelingen in Tenochtitlan. Heel veel vreemde woorden, moest je nieuwsgierigheid door dat boeiend verleden zijn opgewekt. Heel vlug moeten we overschakelen want na enkele uren vliegen staan we in Panama voor een militaire rondleiding door de zone van het kanaal, de Miraflores-sluizen en de Amerikaanse guerrillaschool. Alles veel te kort om er een duurzame indruk aan over te houden. Dat zal niet zo zijn voor onze
Chicken - Itza
- 11 -
“Zapoteek - of gewoon Wiemesmeer volgende bestemming – Venezuela. Het is al avond wanneer we landen op de luchthaven Maiquetia in Caracas en we per autobus vertrekken naar Circulo de la Fuerzas Armadas – zoiets als de Club Prince Albert in ’t groot: een exotische tuin, palmbomen, honderdduizenden krekels die een welkomstconcert geven, brede wit-marmeren gangen, alles om van “paf” te staan. Tijd voor een zwempartijtje en een verfrissing bij nacht in het tropische zwembad en dan naar bed. ’s Anderendaags bij dageraad zie ik pas goed waar ik sta wanneer ik uit mijn kamervenster kijk, met vóór de club een drukke laan en eventjes daarachter een heuvelrug, hoog en lang, vol met krotten, hopen platen, ijzer, karton, samengewrongen tot onderkomens – schrijnende armoede … maar zolang we er zullen zijn komen we daarin niet terecht. Daarover wordt zelfs niet gepraat en die mensen krijgen we niet te zien. Wel schitterende recepties met stokstijve opgeblonken generaals en officieren, verblindende briefings, militaire scholen en een marinebasis. Het burgerlijk luik van het programma mag er ook zijn: een boottocht in Maracaïbo met een bezoek aan het industriegebied en aan het petrochemisch complex van El-Tablazo, een tocht naar het ontwikkelingsgebied van de Orinoco ( Ciudad Guyana en het staalcomplex Sidor). In piekfijn Duits gehoord: “Toen ik hier ben aangekomen kwam het erop aan (Vervolg op pagina 12)
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
(Vervolg van pagina 11)
Saint-Amour en Rhum-Bacardi dag en nacht te werken: paaltjes zetten en draad spannen. Hoe meer je afbakende per dag, hoe rijker grondbezitter je werd.” Het was in zijn geheel een weerzinwekkende vertoning die ik nooit eerder had meegemaakt. Hetzelfde lamentabele schouwspel wordt vertoond in Columbië, in en rond Bogota, met arrogante ontplooiïngen van militaire escortes, holle tirades en schermen met veel militaire organisatietabellen. Een straaltje zonneschijn in het goudmuseum waar we toch een beetje te zien krijgen van het rijke indianenverleden, en dan nog een bombastische zoutkathedraal in Zipaquira. Onze vrienden
die veel korterbij in Polen de omgeving van Wielieczka bezochten hebben het met hun keuze zeker bij het rechte eind. Op vrijdag 18 mei 1973 landen we rond 1700 Hr, nog steeds fris in de broek, terug op de militaire luchthaven van Melsbroek. We staan in de startblokken voor een Belgisch weekend van rust en bezinning want maandag kruipen we weer achter de plankencomplexen van de krijgsschool om ons uitgangsexamen af te leggen. Veel documentatie van onze trip heb ik niet bewaard, het nodige, in de hoop dat ooit in mijn leven mijn wegen eens aan die oorden voorbij lopen. Totnogtoe helaas niet, ondanks de verleiding om er hier tijdens de koude wintermaanden onderuit te glippen. Ik heb oprechte bewondering voor Arnoud Raskin, de ex-student van Bilzen,
- 12 -
die in enkele Zuid-Amerikaanse landen rondtrekt met zijn mobiele schooltjes. Hij zegt ergens zelf “een druppel op een hete plaat” … maar toch – hij doet het. Hij voelt zich betrokken en begaan met de straatkinderen die hij uit de leegloperij en de drugs tracht te houden en die hij een klein beetje opvoeding en sociaal gevoel aanleert. Er zouden meer van die mensen moeten zijn die daar niet alleen voorbijreizen maar die de handen uit de mouwen steken om bij te dragen tot de bevrijding uit de ellende en de onderdrukking van die jongeren en om hen te begeleiden op de weg naar een menswaardig bestaan. “Menslief, ik hou van je …” zou Phil Bosmans zeggen.
Jef.
Herinneringen aan een Royal Flight Marcel Demot In onze Nieuwsbrief van vorige maand vergastte Gen Schoups ons weer eens op een boeiend relaas over een aantal memorabele episoden uit zijn loopbaan, doorspekt met pittige details en aandacht voor mensen die er hier en daar een rol in hebben gespeeld. Bij het lezen van de paragraaf over het bezoek van Koning Boudewijn aan de oefening van de Recce Gpg en aan de families in het garnizoen Arolsen kwamen ook bij mij een hele hoop herinneringen aan die bewuste 07 november 1984 boven. De suggestie van Gen Schoups in één van zijn voorgaande schriftstukjes indachtig, om, indien wij raakpunten tussen zijn en onze vroegere belevenissen
zouden herkennen, ook eens een verhaaltje uit de oude doos te brengen, dook ik in mijn archieven en diepte een bijna 20 jaar oude videoband op. Hij bevat de korte reportages van zowel de toenmalige BRTN als de RTBF over het bezoek van de Koning aan dat maneuver “BLACK SNOW” in de streek van de Weser en het Eggegebirge. Ik was toentertijd CO van het 17 Escadrille Licht Vliegwezen in Werl, en een paar dagen op voorhand kreeg ik onverwacht de vertrouwelijke opdracht het luchttransport van de Koning en zijn gevolg te organiseren en uit te voeren. Dat gevolg, gaande van ordonnansoffi-
cier, lijfwachten, ministers en kabinetschefs, ambassadeur, tot JS, GS, OBBSD, enz, was zeer omvangrijk, en er waren niet minder dan achttien helikopters Alouette nodig, met elk drie passagiers aan boord, om het hele gezelschap te vervoeren. Bovendien zou er zoveel media-aandacht zijn vanwege de Belgische en Duitse pers en TV, dat er nog eens evenveel helikopters nodig waren voor het vervoeren van al deze ploegen, doch deze formatie zou onafhankelijk en ver genoeg uit de buurt van onze koninklijke formatie opereren, en de organisatie ervan viel ten laste van een andere escadrille. Voor het gros van de deelnemende eenheden zou het bezoek van de Koning een verrassing betekenen, en slechts een beperkt aantal ingewijden werden voordien op de hoogte gebracht. Maar natuurlijk mocht er, o.m. gezien de internationale media-aandacht, niets aan het toeval worden overgelaten. Ik ga u niet vervelen met details over de voorbereiding, maar het kwam er vooral op aan om in de nabijheid van het HK en de ontplooide commandoposten van de deelnemende eenheden en bij sommige strategische punten voldoende uitgestrekte en veilige landingsplaatsen te vinden voor onze 18 toestellen. Ik zal het enkel hebben over een paar luchtige anekdoten die ik mij herinner van de uitvoering zelf, om letterlijk in geuren (Vervolg op pagina 13)
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
- 13 -
(Vervolg van pagina 12)
Herinneringen aan een Royal Flight en kleuren te illustreren dat, ondanks al het protocol en de ernst die gepaard gaan met een dergelijke operatie, er toch nog verrassingen kunnen opduiken. In de vroege morgen van 07 november 1984 vlogen we met onze formatie naar de Britse RAF basis van Gütersloh, waar even later de koninklijke Boeing van onze Luchtmacht zou landen. Alles verliep zoals gepland : voorstelling aan de Koning, verdeling van de VIP’s over de helikopters, opstijgen, het weer was goed, en even later waren we op weg naar het HK COMRECCE ergens tussen het Eggegebirge en de Weser. Uit voorzorg had ik onze korpsadjudant, Adjt Chef Vl Roger Debruyne, een ancien van 2L en 4L, aangeduid om als verkenner steeds een twintigtal minuten vóór de formatie uit te vliegen, om eventuele onvoorziene omstandigheden tijdig te kunnen opvangen. Het was een zeer aangename vlucht, met Koning Boudewijn naast mij op de zetel van de co-piloot en de OBBSD, Gen De Boodt, samen met de ordonnansofficier, Gilbert Schrijvers, een oude vriend uit mijn genieperiode, op de achterbank. De Koning kon zo aangenaam converseren dat men zich dadelijk op zijn gemak voelde. Hij genoot van de prachtige herfstkleuren van de uitgestrekte wouden van het Sauerland en het Hessense landschap die onder ons voorbijgleden. Een formatie jets die aan de horizon opdook werd waarschijnlijk nieuwsgierig bij het zien van onze kilometerlange helikopterformatie, en kwam even van zeer dichtbij een kijkje nemen. Het bleken Belgische F16’s te zijn, en toen de Koning de driekleurige kokardes op vleugels en romp opmerkte was hij erg enthousiast, en wuifde vriendelijk terug naar de piloten, vooraleer deze weg zwenkten om even later weer aan de horizon te verdwijnen. En dan, een kwartiertje vooraleer we onze eerste bestemming zouden bereiken, een radioberichtje van onze verkenner: “Kolonel, een probleem…” – gelukkig was het een standaardprocedure dat we bij niet-tactische vluchten de volumeknoppen van de radio van de passagiers steeds volledig dicht draaiden vóór het vertrek – “…die onnozelaar van een buur van de boer is zijn veld volop aan het besproeien met
beer…niet uit te houden… dat mogen we de Koning niet aandoen!”. Bleek inderdaad dat het veld juist windopwaarts van de weide die wij hadden geselecteerd als landingsplaats, werd bemest met een wel erg onwelriekend goedje. Gelukkig had Roger reeds het initiatief genomen om, in overleg met het betrokken HK, een nieuwe koeienvrije weide te lokaliseren, een kilometer of wat naar het Westen, en daar zijn helikopter als merkpunt in de hoek van de weide te plaatsen. En inderdaad, even later konden we zonder problemen landen op de nieuwe locatie, zonder dat de Koning of iemand anders van het hoge gezelschap iets van het incident gemerkt hadden. Nu we het toch over anekdoten in “geuren” en kleuren hebben, dat was nog niet alles wat de geuren betreft. Terwijl de hoge bezoekers werden ontvangen en gebrieft in het HK COMRECCE wisselden de piloten hun eerste ervaringen uit, waarbij vooral Adjt Vl Sam Brabants, een ervaren, altijd goed geluimde oud Grenadier, een wel erg sappig verhaaltje opdiste. Hij vloog met toestel nummer 3 of 4, en de hoge gast op zijn linker voorzetel was toenmalig defensieminister Vreven. Waarschijnlijk verwachtte deze laatste, de vroegere loopgraven in de IJzervlakte indachtig, dat een slagveld altijd synoniem was van een overvloed aan modder, en dus had hij voor alle zekerheid een paar rubberlaarzen meegebracht. Tijdens de vlucht bemerkte Sam op zeker ogenblik dat de minister, stevig vastgesnoerd in zijn veiligheidsgordels, wanhopige pogingen aan het doen was om de veters van zijn schoenen te berei-
ken, hetgeen natuurlijk niet lukte. Sam suggereerde van liever even te wachten tot na de landing om dan, comfortabel gezeten op de rand van de cockpitvloer, de schoenen te vervangen door de laarzen, waarmee de minister onmiddellijk instemde. Na de landing in de reeds voorheen vermelde weide was de minister gehaast om vaste grond onder de voeten te krijgen, maar toen bleek dat de weide blijkbaar toch nog niet erg lang koeienvrij was, want hij pletste resoluut met zijn linkervoet in een grote verse koeienvlaai die zich exact onder de deur van de helikopter bevond. Het moet een fameuze spetter geweest zijn want niet alleen zijn schoen zat compleet onder de groene smurrie, maar ook de ministeriële sok deelde in de spatten. Veel tijd om ongelukkig te zijn over het ontstane probleem had hij niet, en blijkbaar voelde hij er niet veel voor om daar met zijn blote voet in het zicht van de voorbijwandelende personaliteiten te blijven zitten. Hij stapte dus zonder dralen met slechts één sok aan in zijn rubberlaarzen, vertrouwde zijn besmeurde attributen toe aan Sam, en voegde zich bij de rest van het gezelschap. Sam, die nooit om een grapje verlegen zat, beweerde bij hoog en bij laag dat hij de bewuste valstrik niet had zien liggen bij het landen, doch de nauwkeurigheid waarmee hij zijn helikopter er naast had gezet, en de pretlichtjes in zijn ogen als hij er over vertelde, deden mij eerder het tegendeel vermoeden. Ik heb hem echter altijd, tot op de dag van vandaag, het voordeel van de twijfel gegund, en een dik jaar (Vervolg op pagina 14)
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
menten, en we stelden het dan ook zeer op prijs dat de Britten de volledige verHerinneringen aan lichting van hun vliegveld op volle een Royal Flight sterkte hadden ingeschakeld, want het later, toen Roger met pensioen vertrok, was reeds goed donker toen we een half verkoos ik Sam als onze nieuwe uur na zonsondergang de basis bereikten. korpsadjudant.
(Vervolg van pagina 13)
Een paar uurtjes later, tijdens de volgende vlucht, bleek weer dat Koning Boudewijn, in de intimiteit van de cockpit, helemaal geen belang hechtte aan protocol en veel meer genoot van een gezellig gesprekje. Ik zag er dan ook geen graten in om het onheil dat minister Vreven overkomen was in voorzichtige bewoordingen aan de Koning te vertellen. Hij kon er hartelijk om lachen, zodat ik zelfs durfde suggereren om terloops even te informeren of de minister geen koude voeten had in die grote laarzen. Ik weet niet of de Koning dat gedaan heeft, maar het schijnt dat hij en de minister toch een paar keren samen aan het lachen waren. Naar verluid zou minister Vreven nadien, bij één van de bezochte regimenten – misschien het 1 JP? – een paar soldatensokken cadeau hebben gekregen.
Toen de Koning bij het uitstappen op de voor hem zo typische minzame manier afscheid nam zei hij dat hij een zeer fijne dag had beleefd, en ik voelde dat hij dat echt meende. Wij waren tevreden dat we ons bescheiden steentje hadden kunnen bijdragen aan het welslagen van de hele onderneming, zij het dan ook met een geurtje. En om het geheel volledig positief af te ronden stopte het een tijdje na het ver-
- 14 -
trek van de koninklijke Boeing met regenen, en kregen we nog voldoende zichtbaarheid om in nachtvlucht, in kleine V-formaties van drie toestellen, onze thuisbasis Werl te vervoegen. Een pintje op de goede afloop van een onderneming smaakt toch altijd beter in de eigen bar dan ergens op vreemde bodem. Mijn logboek vermeldde voor die 07 november 1984 een totale vluchtduur van 3 Hr 10 Min met de Koning aan boord, en 35 Min nachtvlucht. De videofilm in kwestie, waar toch wel enkele bekende gezichten in voorkomen, kunnen we misschien bij gelegenheid eens bekijken bij een volgende maandelijkse activiteit.
Marcel
Toen we ’s avonds, na nog een koninklijk bezoek aan de families in het garnizoen Arolsen, terugvlogen naar de basis Gütersloh was het beginnen motregenen, met als gevolg dat de zichtbaarheid fel was verminderd en de duisternis snel inviel. Onze toestellen waren niet uitgerust voor vluchten op instru-
REISVERSLAG POLEN 13 SEPTEMBER 2OO3 TOT 22 SEPTEMBER 2OO3 Tekst : Monique Van Camp Foto’s : Frans Boons DEEL 2
Zakopane - Houten Kerkje
18 september 2OO3 dag 6 Krakow - Czestochowa Warschau of Warszawa.
De dorpjes ten Noorden van Krakow bieden hetzelfde beeld als deze ten Zuiden. De grond ziet er karig uit en is verdeeld in kleine percelen. Zoals in heel OostEuropa vinden we hier de typische platte boerenkarren met een klein paard. Hier en daar staan ook hier één of twee koeien aan een paaltje op een grasveldje. De Polen houden heel veel van bloemen want in alle tuinen staan massa’s perkplanten, veel dahlia’s en asters. Deze vinden we dan in de steden terug in kleine stalletjes. De keuze is soms wel uitgebreid tot vele soorten rozen, enz Ik heb opgemerkt dat de groenten en het
fruit de helft goedkoper zijn voor prima kwaliteit Na wat files wegens de onvermijdelijke wegenwerken arriveerden we in Czestochowa, het bedevaartsoord van de Zwarte Madonna. Na de Mis verdween het beeld achter een gouden scherm, begeleid door de muziekkapel. De relatief kleine kerk was overladen met goud en de Poolse pelgrims toonden een ongewone devotie voor ons Westerlingen. Alle priesters liepen in soutane gekleed en bracht voor ons het beeld uit onze jeugd terug. De kerk met de Zwarte Madonna is (Vervolg op pagina 15)
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
(Vervolg van pagina 14)
maar één gebouw van het ganse com-
POLEN
Wroclaw - Oud Stadhuis
- 15 -
de familie voor de keuze Kasja en haar oudere broer naar de Nederlandse basisschool te sturen of naar de Russische school voor diplomatenkinderen. De vooruitziende ouders meenden terecht dat de kinderen later nog genoeg de kans zouden krijgen Russisch te leren, ook een Slavische taal zoals het Pools. Maar de kennis van het Nederlands zou de kinderen in hun latere leven meer kunnen dienen. De ouders vermoedden op dat ogenblik niet dat de vrije weg naar het Westen zo kort bij was. Ons bezoek aan de stad begon met een kort ritje met de bus, voorbij aan enkele Westerse ambassades. De gebouwen van de VS zijn van ver te herkennen: de bewaking lijkt wel een versterkte burcht. Om de hoek was de vertegenwoordiging van Zweden te herkennen met de vlaggen halfmast voor de vermoorde minister van Buitenlandse Betrekkingen. Onze eerste wandeling ging door het Lazienkipark met zomerpaleis gebouwd door Poniatowski. Hij was de minnaar van Catharina de Grote van Rusland en had alles in zijn hoofd behalve politiek. Dat kwam zijn minnares heel goed uit want zij dacht verder dan haar liefdesnachten. Poniatowski heeft toch belangrijke en mooie dingen voor het nageslacht achtergelaten. Hij was een kunstminnaar in al zijn vormen. Zo verzamelde hij 25OO schilderijen, liet het prachtige park aanleggen rondom dat zomerpaleis met een klassiek amfitheater. De zuilen werden nagebouwd zoals de Griekse tempels er in die tijd uitzagen.
kochten mooie jonge meisjes nog wat anders dan champignons en bosbessen…. We naderen Warschau op 5O km en doorkruisen een groot gebied waar fruit gekweekt wordt. Zoals dat in Haspengouw het geval is, staan ook hier de producten te koop langs de weg. De grote verbindingsweg naar Warschau is hier aan herstelling toe en de busvering wordt ernstig op de proef gesteld. Om 17u3O arriveren we aan het MDM hotel in het centrum van de stad. De Voorbij Czestochowa verandert het naam op het linnen, bestek, badges allandschap in grote vlakten, op plateaus lerhande tonen nog de naam Serena uit Kleine anekdote: toen de Nazitroepen hun vernielingswerk inspecteerden na gelijkend. vervlogen tijden. het bombardement van het kasteel, zaHeel vruchtbaar schijnt de grond niet te zijn en heel weinig bewerkt. De platte- Vlugge beslissers krijgen de kans naar gen zij het theater deels in puin (dachten landsbevolking is heel erg verspreid en een Chopinrecital te gaan in de salons zij) dus is het huidige nog in gebruik de dorpen zijn dunbevolkt. Daarentegen van een kasteel gelegen in het beroemde open theater voor 1OOO gasten echt hebben de grote steden een miljoenen Lazienkipark. Drie kandidaten laten origineel. Dat kan van weinig gebouwen deze kans niet voorbijgaan. gezegd na de grondige vernieling van de bevolking. stad Warschau. Zij kende toch twee Intermezzo : De chauffeur stopt aan een 19 september 2OO3 dag 7 opstanden tijdens WO II: de opstand in tankstation, de eerste keer, en bij het Warschau het joodse getto en later de opstand van vertrek wegen we 569 liter diesel de andere Poolse burgers van Warschau zwaarder…De tanks kunnen 8OO liter Een hele lieve gids, Kasja is haar naam, veroorzaakten verschrikkelijke wraakbevatten… begeleidt ons deze voormiddag voor acties door de Nazidictatuur. Enkele kilometer verder zaten ontelbare een bezoek aan de Poolse hoofdstad. Zij Aan deze gebeurtenissen herinneren mensen langs de viervaksbaan om de spreekt voortreffelijk Nederlands. De monumenten voor de 4OO.OOO joodse zelfgeplukte champignons en andere voor de hand liggende vraag waar zij burgers die op een of andere wijze uit vruchten te verkopen. Zelfs kinderen onze taal geleerd had werd vlug beanthun stad zijn verdreven, gedeporteerd of zaten met hun emmertje op klanten te woord. Toen haar vader jaren geleden ter plaatse omgekomen in tragische omwachten. Hier en daar, naast een gam- aangeduid werd om te werken op de standigheden. Zij vertegenwoordigden mele oude bus tot bar omgevormd, ver- Poolse ambassade in Nederland stond (Vervolg op pagina 16)>> plex. De “Jasna Gora” is de naam van het domein waar oorspronkelijk Hongaarse monniken hun klooster bouwden om de streek te kerstenen. Verschillende musea, kloostergebouwen en een grote kerk zonder stoelen bieden plaats aan duizenden pelgrims. Nog te zwijgen van de honderdduizenden bezoekers bij een Pausbezoek. Ook hier weer viel het op dat reuze parkings en accommodaties voor een grote mensentoeloop voldoende voorhanden waren.
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2002
(Vervolg van pagina 15)
POLEN een derde van de toenmalige bevolking. Nu telt Warschau 1,7 miljoen inwoners. Opvallend was ook het monument voor de gedeporteerde Poolse burgers naar Siberië door de Russen. Het monument voor de onbekende soldaat is indrukwekkend. Een grote esplanade leidt naar het monument waar twee soldaten de erewacht optrekken. Op grote marmeren platen staan alle fronten vermeld waar Poolse soldaten, samen met de geallieerden, hun jonge leven hebben gelaten. Weer in de bus rijden we langs de mooiste straat van de stad, de Novy Swiat, naar de busparking bij de rivier Wisla (Weichsel) om dan het oudste stadsgedeelte te voet te bezoeken. Een tip voor Belgische stadsplanners: de pronkstraat is enkel toegankelijk voor taxi’s en toeristenbussen. De 1O meter brede voetpaden nodigen uit tot flaneren en genieten. In alle rust kan men voorbij het presidentieel paleis wandelen, het vroegere koninklijk paleis. Ook de knusse oude stad is autovrij en Kasja, onze gids, vertelt ronduit over haar stad en bewogen geschiedenis. De zegezuil met koning Sigismund Wasa is het kenmerk van het oude Polen. Tot voor enkele jaren werd gerestaureerd en wederopgebouwd om de vernielingen van WO II te herstellen. In de mooie patriciërshuizen op het gezellige marktplein van de oude stad kan men naar
hartelust kuieren langs galeries, souvenirzaken, terrasjes, heel mooie juwelierszaken met zilveren voorwerpen en barnsteen juwelen. Warschau is een wereldstad met enorm brede boulevards, 4 tot 6 rijvakken met hoofdzakelijk westerse wagens. Burgers maken druk gebruik van het openbaar vervoer, bussen en trams. De parken met veel zitbanken en prachtige bloemperken en Engelse grasperken vormen een oase van rust voor de ontelbare mensen tussen O en 99 jaar Wat opvalt zijn de ontelbare mensen die de stad schoon houden. Je hoeft niet bang te zijn om te vallen over allerlei troep. Honden zie je ook weinig in het straatbeeld, ook een zorg minder om de straten schoon te houden. In het Lazienkipark werden de eerste herfstbladeren met veel ijver verwijderd. De voetpaden in alle bezochte steden kunnen wedijveren met veel Westerse steden. Zelfs de zijstraten zijn in orde. Na de middag hadden we vrije rondgang in de stad. In de buurt van het “Cultuurpaleis” een mastodont van een gebouw, bevindt zich het inkoopcentrum voor de modale burger. Grootwarenhuis, supermarkt en veel andere winkels doen heel westers aan. Totaal anders was het gesteld met 2 overdekte markten, reuzegroot, tropisch warm op de mooie septemberdag, een totaal ander koperspubliek. Als toerist leken we wel verdwaald op die plaats maar het was heel interessant te zien waar en voor wie er nog een inhaalbeweging nodig is om meer aan te sluiten
- 16 -
bij de welstand van de kleine groep aan de top. De gemiddelde lonen voor de werknemers laten nog geen grote sprongen toe. Het moet gezegd dat Warschau het economisch al veel beter doet dan de andere steden. Kasja zei zelfs dat de rest van het land een beetje jaloers is op de bevolking van de hoofdstad. Een fenomeen dat overal op te merken valt. Het devies van beleidsvoerders is toch vaak: “Eerst oompje en dan oompjes kinderen.”
2O september 2OO3 dag 8 Warschau - Torun - Poznan (Torn en Posen in het Duits) Nic Roggen heeft in zijn informatie teruggevonden waarom de Zwarte Madonna een litteken vertoont op haar rechterwang. De Hussieten zouden ooit zijn binnengevallen en de iconen met hun zwaarden hebben beschadigd. Voor de Byzantijnen betekende dit dat de devotie voor die iconen zou verhogen. Die vraag is daarmee beantwoord. Dank je Nic. Om 8 uur stipt vertrekken we naar Torun, het rijkste stadje wat monumenten betreft, zegt men. Serge had een treurige mededeling. De 88jarige moeder van een deelnemer aan deze reis was overleden en het echtpaar Brouns moest hun reis afbreken en naar België terugkeren met het vliegtuig. We hebben hen niet persoonlijk kunnen condoleren, maar iedereen had met dit sympathieke echtpaar te doen. Toch ging voor ons de reis verder zoals gepland maar die dag hebben meerdere mensen nog aan hen gedacht. Ten noorden van Warschau zien we een landbouwgebied met iets grotere percelen en zelfs tractors die de velden ploegen om het wintergraan te zaaien. De aardappeloogst is volop aan de gang en gebeurt met veel handen, soms met de machine. De huisjes zijn zeer klein en eenvoudig maar de bloemen, de fruitbomen en de scharrelkippen zijn meestal aanwezig. Het landschap wordt ook vlakker. De zon is nog altijd van de partij en laat de herfstkleuren schitteren. We arriveerden ’s middags in het middeleeuwse stadje Torun en hadden de tijd voor een gezellig middagmaal.
Monique Van Camp Krakau - Kathedraal
…… Wordt vervolgd
K.V.O.O. - LIMBURG
november 2003
Koninklijke Vereniging van Oprustgestelde Officieren v.z.w.
K.V.O.O. - LIMBURG Nieuwsbrief November 2003 verschijnt maandelijks op 300 exemplaren
- 17 -
In de volgende nieuwsbrief : Woordje van de Voorzitter Nieuwjaarsreceptie - 13 januari 2004 In en Uit document Verslag Korpsmaal - 18 november 03 Verslag Brussel - 03 december 03 Artikel door Jef Schoups Verslag Polen - vervolg Nr 3. Lidgelden 2004 - stand van zaken Varia Deadline volgend nummer : 01 Dec 2003
Eindredactie, lay-out, verzending : Secretariaat Groepering Limburg Verantwoordelijke uitgever : Jos HERMANS Helbeekplein 3 bus 7 3500 Hasselt Tel / Fax : 011.228848 GSM : 0472/825510 - E-mail :
[email protected] - Web-pagina : http://users.belgacom.net/kvoo.limburg