Inhoudstafel
Inleiding ..................................................................................................................... 4 Het doel van de as “DUURZAME VOEDING” van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu ................................................................................... 6 Titel 1: Regels en handelswijze van de as « Duurzame voeding » van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu .................................................................. 15 Titel 2: De ondersteuningsstrategie bij de conversie van de actoren in het kader van de as “DUURZAME VOEDING” van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu ................................................................................. 20 Titel 3: De acties en de engagementen van de partners. .................................... 30 Titel 4: Lijst van de betrokken partners ................................................................ 38 Bijlage: Actiefiches ................................................................................................ 42
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 2/42
1
Overzichtstabel van de afbeeldingen Afbeelding 1 – Aansluiting van de as ‘Duurzame Voeding’ op de andere assen van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu ............................................ 5 Afbeelding 2 – Waardenketen van een agro-voedingssysteemErreur ! Signet non défini. Afbeelding 3 – Kwantitatieve analyse van de werkgelegenheid in een duurzaam voedingssysteem in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Bron : FUSL/Greenloop -« Duurzaam voedingssysteem - Potentiële werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest». Juni 2012) ............... 11 Afbeelding 4 – Het agro-voedingssysteem in Brussel: huidige situatie ..................... 20 Afbeelding 5 – Het Duurzaam voedingssysteem in Brussel: gewenste situatie ........ 23 Afbeelding 6 - De strategie van het Akkoord ............................................................ 24 Afbeelding 7 – De cyclus van de onderneming......................................................... 27 Afbeelding 8 - Lijst van de acties en de piloten......................................................... 34 Afbeelding 9 - Overzichtstabel van de Piloten en de verschillende acties .............. 38 Afbeelding 10 - Lijst van de betrokken instellingen ................................................... 39
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 3/42
2
Inleiding Een initiatief van de Regering De Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu is één van de vijf prioritaire domeinen dat in de New Deal (Pact voor een Duurzame Stedelijke Groei) aan bod komen. Een van de doelstellingen van de New Deal is de mogelijkheid scheppen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om op korte en middellange termijn en op een meer adequate manier een antwoord te bieden op de uitdagingen van werkgelegenheid, opleiding en onderwijs. Dit zijn uitdagingen die meer dan ooit op de voorgrond treden door de gevolgen van de economische en financiële crisis maar ook door de gevolgen ervan voor ons leefmilieu en de levenskwaliteit. In uitvoering van haar legislatuurakkoord heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering ervoor gekozen om het oorspronkelijke mechanisme van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu te gebruiken om alle gewestelijke actoren te mobiliseren rond enkele domeinen die overeenkomen met de belangrijke uitdagingen op het gebied van het leefmilieu en die een duurzame verbetering van de werkgelegenheid in het Gewest met zich mee kunnen brengen. Het concept Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu vertrekt vanuit de vaststelling dat de uitdagingen inzake leefmilieu een essentiële bron van werkgelegenheid en economische groei vertegenwoordigen voor ondernemingen die zich snel zullen kunnen aanpassen. Het idee van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu bestaat er daarom in die economische sectoren te stimuleren die het meest veelbelovend zijn in termen van groei en werkgelegenheid en hen te ondersteunen in hun overgang naar meer duurzaamheid om zo het concurrentievermogen van de Brusselse bedrijven te verbeteren en de werkgelegenheid van de Brusselaars, met inbegrip van de laaggeschoolden, uit te breiden. Om dit te verwezenlijken stelt de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu een nieuwe bestuursdynamiek voor, in die zin dat ze de publieke, associatieve en privéactoren rond overlegacties wil mobiliseren en op elkaar afstemmen. Het project is echt innoverend, aangezien het niet alleen gaat om klassieke beraadslaging en deelname, maar ook over het nauw betrekken van alle betrokken partijen om te komen tot een echt collectief en individueel engagement van samenwerking met het oog op het verwezenlijken van gedeelde doelstellingen, namelijk de ontwikkeling van groene niches en het scheppen van duurzame werkgelegenheid. Deze dynamiek komt er ter ondersteuning van een reeks initiatieven met de sterke ambitie om van Brussel een model te maken op het gebied van duurzame ontwikkeling. Op 20 juni 2013 werd een vierde as van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu inzake Duurzame Voeding bij regeringsbesluit in het leven geroepen. Deze vierde as komt er in navolging van de eerste as ‘Duurzaam Bouwen’, de tweede as ‘Water’ en de derde as ‘Grond- en Afvalstoffen’. De Alliantie WerkgelegenheidLeefmilieu - Duurzame Voeding was ook een prioriteit voor de regering en de Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 4/42
3
sociale partners tijdens de Buitengewone Sociale Top van 21 mei 2013 en het Regeringsseminarie van 24 en 25 mei 2013. Het overleg inzake de 4e as van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, voornamelijk ‘Duurzame Voeding’, heeft op twee niveaus plaatsgevonden: een rechtstreeks overleg van de actoren op het terrein en een overleg tussen de interprofessionele sociale partners via de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze vierde as ligt in lijn met de eerste drie assen ‘Duurzaam bouwen’ (opgestart in 2010), ‘Water’ (2011), ‘Grond- en Afvalstoffen’ (2012), zowel op het vlak van de samenhang als de continuïteit. Zo sluiten bepaalde maatregelen, die in het kader van de afzonderlijke assen werden genomen, aan op elkaar om tot een overgangseconomie te komen. Afbeelding 1 – Aansluiting van de as ‘Duurzame Voeding’ op de andere assen van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu
As 1 Duurzaam bouwen
Preven e Levenscyclus en duurzame Brusselse werkgelegenheid
• Energiezuinig bouwen • Duurzame materialen en technieken
Gebr B uik m odemsa nerin aken g va Slibb n de wat erwe ehee gen r
Ste Ver delijke spil ling landbo u teg eng w aan
• Renovatie van het Grijs Netwerk • Herstel van het hydrografisch netwerk • Ontwikkelen van het Blauw+ netwerk
e n van d r make ing a a b g in w Doordr en de bebou water grond en van regen mak Gebruik
As 4 Duurzame voeding
n
As 2 Water
i al e at er em l rzam afva D u u Bo u w
Sta ds p va lan n h nin et g w wa a te arin rg eïn de l te eve gr ee nsc rd ycl is us
S vo ac tad ed vi sp se te la lsy ite nn st n v ing ee a m n e wa ge en ar ïn s in te te de gr de ee lij rd k zij n
• Toegang tot kwaliteitsvolle voeding • De voedselafdruk verkleinen • De voedselsystemen opnieuw in evenwicht brengen
As 3 Grond- en afvalstoffen • Gebruik maken van de secundaire grondstoffen • De activiteiten verstevigen die verband houden met het hergebruik, de verdeling en recyclage
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 5/42
4
Volgens het Brussels Observatorium voor Gezondheid en Welzijn vinden steeds meer Brusselaars de weg naar gezonde voedingsgewoonten. Zo zou een op vier consumenten biovoeding kopen. Hierbij dient te worden opgemerkt dat het leefmilieu ook een steeds grotere rol speelt bij de voedingskeuze van de consument.1 Om tegemoet te komen aan de stijgende vraag naar duurzame voeding onder de Brusselse bevolking, heeft de Brusselse regering in april 2011 een programma gelanceerd met een reeks ondersteunende acties. Dit programma is gericht op de huishoudens en de collectieve consumptiestructuren zoals kantines, horecazaken en de evenementensector. Het programma bestaat uit een aantal acties die het mogelijk maken om de duurzaamheidscriteria te integreren in de overheidsopdrachten, de overgang in de kantines te begeleiden, de korte ketens te verstevigen en de aankoop van streek- en seizoensgebonden producten te stimuleren. Bovendien coördineert het Gewest het Europese URBACT2-project om de overgang van het voedselsysteem rond de volgende drie thema’s te ondersteunen: Growing, Delivering en Enjoying. Onlangs nog werd het lastenboek Biogarantie voor de grootkeukens erkend door de regering. Door deze acties op te zetten kunnen er nieuwe resultaten worden geboekt: de vraag naar een kwaliteitsvolle voeding kan worden opgekrikt, in het bijzonder met behulp van de collectieve consumptiestructuren (kantines, evenementen, horecazaken…) die het duurzaamheidsmodel in hun aankopen en werkwijzen hebben geïntegreerd. Momenteel is meer dan 12% van de maaltijden die dagelijks in de grootkeukens worden opgediend, verbonden met het project ‘Duurzame kantines’ dat door Leefmilieu Brussel wordt gecoördineerd. Het komt er dus op aan om de huidige stijgende vraag naar duurzame voeding in het oog te houden en aan deze vraag te kunnen voldoen door het aanbod van duurzame voeding op de Brusselse markt uit te breiden.
Het doel van de as “DUURZAME VOEDING” van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu De voeding: maatschappelijke uitdagingen Het domein van de voeding brengt een aantal maatschappelijke uitdagingen met zich mee en vergt dus ook bepaalde politieke acties. Kwaliteitsvolle voeding vervult inderdaad een belangrijke rol op het gebied van de volksgezondheid, de levenskwaliteit en kan ook een bijdrage betekenen op het sociale niveau en op het vlak van het leefmilieu. Tegelijkertijd is het ook een bron van werkgelegenheid. Bovendien moet bij de invoering van kwaliteitsvolle voeding het recht op voedsel van kansarme personen worden gewaarborgd.
1
Bronnen: Attentes de consommation, OIVO, 2011 (Vertaling: Consumptieverwachting)
2
De partners van dit project zijn Brussels Environment van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Hoofdpartner) (België), het stadsbestuur van Bristol (Verenigd Koninkrijk), de stad Messina (Italië), de gemeente Amersfoort (Nederland), de stad Lyon (Frankrijk), de stad Göteborg (Zweden), de gemeente Vaslui (Roemenië), het stadsbestuur van Ourense (Spanje), de stad Oslo (Noorwegen) en de Athens development and destination management agency nv (Griekenland).
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 6/42
5
Als we de gezondheidstoestand van de Europese burgers bekijken, dan zien we dat meer dan 20% van de Europese bevolking met overgewicht of zwaarlijvigheid te kampen heeft (ongeveer 11% 3 van de Brusselse bevolking lijdt aan zwaarlijvigheid). Dit kan leiden tot voedingsgerelateerde, niet-overdraagbare of chronische aandoeningen die de belangrijkste doodsoorzaak vormen. De afgelopen 10 jaar is het aandeel van sterfte door diabetes ten opzichte van alle andere doodsoorzaken samen gestegen. Bovendien blijkt uit de analyses van het FAVV dat bijna 80% van het fruit en 60% van de groenten die in België worden verkocht reststoffen van pesticiden bevatten. Hoewel voedingsgerelateerde aandoeningen bij alle lagen van de bevolking voorkomen, worden de kwetsbare groepen in het bijzonder getroffen aangezien zij minder toegang hebben tot kwaliteitsvolle voeding. Bovendien wordt de levenskwaliteit verhoogd wanneer men gemakkelijk toegang heeft tot gezonde, lekkere en gediversifieerde voeding, en wanneer er meer landbouwgronden beschikbaar zijn. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest doen meer dan 32.000 personen een beroep op voedselhulp. Deze situatie verergert. Het wordt moeilijker om erop in te spelen vanwege de bevoorradingsmoeilijkheden waarmee de sector te kampen heeft en vanwege de vermindering van het Europese programma voor voedselhulp. Als we het Brusselse leefmilieu bekijken, dan zien we dat de voedselafdruk van de huishoudens 30% van hun ecologische voetafdruk bedraagt. Op wereldvlak is de werking van het landbouw- en voedselmodel mede verantwoordelijk voor, en tegelijkertijd ook slachtoffer van, de klimaatverandering die door de mens wordt teweeggebracht. Volgens de FAO zijn de landbouw en ontbossing (meestal om nieuwe landbouwgronden vrij te maken) verantwoordelijk voor ongeveer een derde van de broeikasgassen die wereldwijd worden uitgestoten als gevolg van menselijke activiteiten. Van de uitstoot van broeikasgassen die rechtstreeks afkomstig is van de landbouw, wordt 38% door kunstmeststoffen veroorzaakt en 31% door de veestapel. De schakels binnen de waardeketen (transport, verwerking, distributie en de afvalverwerking) van de landbouw- en voedingssector zijn ook in grote mate verantwoordelijk voor de uitstoot van broeikasgassen. Volgens recente schattingen, zouden alle activiteiten die verband houden met de voedingssector samen verantwoordelijk zijn voor 50% van de broeikasgassen. Volgens het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) manifesteert de klimaatverandering zich hoofdzakelijk door meer droogte en overstromingen, de opflakkering van ziekten en insecten die de gewassen in gevaar brengen en de oogsten bedreigen. Insecten, ziekten en onkruid zijn verantwoordelijk voor een verlies van meer dan 40% van de wereldwijd beschikbare voedingsgewassen. Het huidige voedselsysteem heeft momenteel te lijden onder de gevolgen van de klimaatverandering aangezien het niet is aangepast aan deze veranderingen. Maar tegelijkertijd is het systeem ook een van de belangrijkste factoren die aan de basis liggen van deze klimaatverandering.
3
Bron: Overzicht gezondheid 2010 van het Brussels Observatorium voor Gezondheid en Welzijn
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 7/42
6
Op het vlak van de biodiversiteit is het bovendien belangrijk om zowel direct als indirect in te grijpen. Direct ingrijpen, kan door te strijd aan te binden met de uniformering en de kleiner wordende verscheidenheid in het voedingsaanbod. Indirect ingrijpen is mogelijk door zoveel mogelijk gebruik te maken van milieuvriendelijke productie- en verwerkingstechnieken. Op het vlak van de werkgelegenheid brengt de voedingssector ook enkele uitdagingen met zich mee die van essentieel belang zijn. Niet alleen omdat het één van de belangrijkste sectoren is op het vlak de werkgelegenheid in het Gewest, maar ook omdat de subsectoren, zoals de productiesector en de verwerkende sector, de laatste jaren een dalende werkgelegenheid hebben gekend, met name door de delokalisatie van activiteiten. Uit een onderzoek dat door het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid (Actiris)4 in 2012 werd uitgevoerd, bleek daarentegen dat de werkgelegenheid in de duurzame voedingssector ondanks de crisis verder is gegroeid, en dit in vergelijking met andere activiteitensectoren. Kenmerkend aan deze sector is dat een groot deel van de arbeidskrachten bestaat uit arbeiders, werknemers jonger dan 25 jaar, laag- en middelmatig geschoolde arbeiders en arbeiders die in Brussel wonen. Met deze studie willen we het potentieel aan werkgelegenheid beoordelen binnen een duurzaam Brussels voedselsysteem, volgens enkele ambitieuze schattingen zou de sector voor heel wat nieuwe banen kunnen zorgen. De doelstelling is om 2.000 nieuwe banen te creëren tegen 2020.
Duurzame Voeding – de referentiedefinities in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Er bestaan verschillende definities die ‘Duurzame Voeding’ omschrijven. De definities die in het kader van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu werden gekozen zijn de volgende: 1. De definitie van het Sustainable Food Laboratory5 die wordt gebruikt door de Raad voor Duurzame Ontwikkeling Een duurzaam voedselsysteem vormt een garantie voor het recht op voeding, respecteert het principe van de voedselsoevereiniteit, laat iedereen toe om over gezonde voeding te beschikken tegen een toegankelijke prijs en waakt erover dat de eindprijs van een product niet alleen de productiekosten weerspiegelt maar ook rekening houdt met alle externe sociale kosten en kosten die verband houden met het leefmilieu. Het systeem maakt gebruik van grondstoffen en bronnen (inclusief het verrichte werk en de natuurlijke bronnen zoals de bodem, het water en de biodiversiteit) “at their rate of recovery” en respecteert de verschillende facetten van de voedingscultuur. Alle actoren van de voedselketen en de overheden moeten hun bijdrage leveren om een dergelijk systeem van duurzame voeding uit te bouwen.
4
Saint-Louis studie Brussel, Greenloop, Observatorium voor de Werkgelegenheid (Actiris): Duurzaam voedingssysteem – Potentiële werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, juni 2012
5
http://www.sustainablefoodlab.org
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 8/42
7
2. De definitie die werd opgesteld door het Netwerk van Brusselse Actoren voor Duurzame Voeding (RABAD)
6
:
Duurzame voeding wordt gekenmerkt door: Iedereen wereldwijd moet toegang hebben tot kwaliteitsvolle voeding, dat wil zeggen gediversifieerde, gezonde en evenwichtige voeding die beantwoordt aan de levensbehoeften en bijdraagt tot het welzijn en de gezondheid; Het recht op voedselsoevereiniteit. Met andere woorden het recht waarover de Staten beschikken om hun eigen beleid en strategieën uit te stippelen inzake de productie en consumptie van duurzame voeding (toegang tot landbouwgrond, landbouwproductie voor de lokale markt, enz.) , zonder aan dumping in andere landen te doen; Een lagere impact op het leefmilieu over de hele levenscyclus heen, van het veld tot de vork (productie- en verwerkingsmethode, transport, verpakking, stockage, bereiding...) en voedingsgewoonten met een kleinere ecologische voetafdruk. De productiemethodes moeten ervoor zorgen dat de landbouwgronden vruchtbaar blijven, de biodiversiteit optimaal behouden blijft, het welzijn van het vee wordt gerespecteerd en er geen genetisch gemodificeerde organismen worden gebruikt (dankzij de biologische methodes kunnen deze criteria worden gerespecteerd). Het gebruik van streek- en seizoensgebonden producten. Het respecteren van sociale rechten en mensenrechten over de hele productie- en distributieketen heen, ook in de HoReCa. Fairtrade en een correcte prijs voor de producent, zowel in het Noorden als in het Zuiden; Transparante praktijken, zichtbaarheid en traceerbaarheid, het informeren van de consumenten; Het behoud en de ontwikkeling van lokale landbouwbedrijven en ambachtelijke bedrijven, van de korte ketens, en het scheppen van een vertrouwensrelatie tussen producent en consument. Het verspreiden van culinaire gewoontes, het overdragen van traditionele kennis en het stimuleren van creativiteit, het ontdekken van smaken, het smeden van sociale en vriendschappelijke banden via de voeding. Bovendien onderstreept de Raad voor het Leefmilieu van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het belang van een kwaliteitsvol leefmilieu om voeding te kunnen produceren die kwalitatief hoogstaand is, zowel wat de voedingsstoffen, de gezondheid als het leefmilieu betreft. Daarbij onderstreept de Raad in het bijzonder ook het belang van het grond- en oppervlaktewater.
6
www.rabad.be/
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 9/42
8
Duurzame voedingssystemen – de behoefte om in te zetten op het geheel van de schakels Een voedselsysteem omvat “alle processen die te maken hebben met het voorzien van voeding voor een bevolkingsgroep, voornamelijk alle benodigde input en de producten en diensten die tijdens elke fase van de waardeketen worden gegenereerd. De voedingssystemen spelen zich af in een bepaalde sociale, politieke, economische en milieucontext. Deze context en de voedingssystemen beïnvloeden elkaar wederzijds.” (Goodman, 1997) Een voedingssysteem wordt daarom door tal van elementen gekenmerkt: De geografische nabijheid tussen productie en consumptie (“food miles”), het aantal tussenschakels, het belang van de verwerking, de bewaarmethodes, de manier waarop het werk wordt georganiseerd, de concurrentie en het kader waarin het goederenverkeer zich afspeelt, de voedingswaarde van de eindproducten, enz. In het Dualine-rapport “Durabilité de l’alimentation face à de nouveaux enjeux” (vertaling: “Nieuwe uitdagingen voor de duurzame voeding.”) van 2011, beschrijft het INRA (het Franse Nationaal Instituut voor Landbouwkundig Onderzoek) de volgende subsystemen inzake voeding: het huishoudelijke voedingssysteem, het lokale voedingssysteem, het territoriale voedingssysteem, het agro-industriële voedingssysteem en het voedingssysteem met gedifferentieerde kwaliteit. Dit laatste systeem overkoepelt alle eerder vermelde systemen.
De werkgelegenheid: huidige status en potentiële werkgelegenheid voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Uit het onderzoek van het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid (Actiris) in het kader van de studie van de Facultés Saint Louis en het bureau Greenloop7, blijkt dat duurzame voeding goed is voor 2.500 banen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waarvan bijna 1.000 in de distributiesector. De twee andere belangrijke subketens zijn de HoReCa en de verwerkende sector. De overige banen zijn verdeeld over de productie-, afvalverwerkings- en opleidingssector. Het onderzoek toont verder ook aan dat de duurzame voedingssector ondanks de crisis verder is gegroeid en dat de sector zich in vergelijking met andere activiteitensectoren onderscheidt op het vlak van de arbeidskrachten. Een groot deel hiervan bestaat uit arbeiders, werknemers jonger dan 25 jaar, laag- en middelmatig geschoolde arbeiders en arbeiders die in Brussel wonen. In dezelfde studie wordt ook het werkgelegenheidspotentieel van een duurzaam Brussels voedselsysteem beoordeeld. Volgens enkele ambitieuze schattingen zou de sector van de stedelijke landbouwproductie het grootste werkgelegenheidspotentieel bieden, op voorwaarde dat deze multifunctioneel, milieuvriendelijk en voldoende arbeidsintensief is. Een van de doelstellingen is om 2.000 nieuwe banen te creëren tegen 2020. Het staat vast: het telen van voedingsgewassen in de steden is een fenomeen dat overal ter wereld terug de kop opsteekt. Volgens de FAO voeden de stedelijke en randstedelijke landbouw
7
Saint-Louis studie Brussel, Greenloop, Observatorium voor de Werkgelegenheid (Actiris): Duurzaam voedingssysteem – Potentiële werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, juni 2012
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 10/42
9
de monden van om en bij de 700 miljoen stadsbewoners, ofwel een kwart van de wereldbevolking die in steden leeft. Er zouden tegen 2020 ongeveer 1.000 extra banen in de verwerkings- en distributiesector en in de horeca kunnen komen dankzij de afzetmogelijkheden die deze Brusselse stedelijke productie met zich meebrengt. In de opleidings- en afvalverwerkingssector zouden er uiteindelijk ongeveer 200 nieuwe banen kunnen ontstaan. In dat opzicht is het totale werkgelegenheidspotentieel 3.200 banen. De 4e as 'Duurzame Voeding' van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu vormt een enorme kans voor de politieke spelers om in te gaan op deze recente vraag naar kwaliteitsvolle voeding en de voordelen ervan ten volle te benutten, zowel op het vlak van werkgelegenheid als voor het leefmilieu. Daarvoor moet er echter een nieuwe visie komen, zowel over de manier waarop de voedingssystemen georganiseerd worden als over de waardeketen van het voedingssysteem in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Afbeelding 2 – Waardeketen van een agro-voedingssysteem
Afbeelding 3 – Kwantitatieve analyse van de werkgelegenheid in een duurzaam voedingssysteem in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Bron: FUSL/Greenloop –
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
al st of Ve fe n r O en pl ig ei in di gs ng l e ss ve ec n/ to r
Af v
ur en Toe te ri s ns m ec e / to r m
Ev e
ne
Tr a ec a/
Tr ai te
i te
ur
ec a Ho r
or ri b ut
ie /h
rib Di st
Di st
Ho r
ec a
ie ut
g kin we r Ve r
Pr
od
uc
ti e
“Duurzaam voedingssysteem – Potentiële werkgelegenheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest". Juni 2012)
Page 11/42
10
Door de nodige kennis en vaardigheden op te doen, wil de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu de ondernemingen, werknemers en werkzoekenden helpen om zich voor te bereiden zodat ze de kansen kunnen benutten die hen worden aangeboden. De bedoeling is om een multisectorieel pact te sluiten tussen de overheden, de operatoren, de sociale partners en de actoren uit de sector zodat de Brusselse ondernemingen in staat zijn om de vruchten te plukken van deze ontwikkeling en het grote werkgelegenheidspotentieel kunnen benutten, met inbegrip van de banen waarvoor lager geschoolde arbeiders in aanmerking komen. Om de ontwikkeling van de voedingssector te ondersteunen en deze vorm te geven, worden onder meer de overheids- en semi-overheidsoperatoren gemobiliseerd die betrokken zijn bij de voedingssector. Op die manier wordt het mogelijk om een aantal spelers beter te identificeren en te kenschetsen, zoals de markten, de instellingen voor onderzoek en innovatie die voor vernieuwing kunnen zorgen, de instellingen die voor goede praktijken zouden kunnen zorgen, economische omkadering, alsook het onderwijs en de beroepsvormings- en inschakelingssector. In het regeringsakkoord van 2009-2014 wordt de betrokkenheid van de KMO’s en de ZKO’s, alsook de actoren uit de sociale economie benadrukt.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 12/42
11
De methodologie van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu De methodologie van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – As 4 ‘Duurzame Voeding’ is vastgelegd in het regeringsbesluit van 20 juni 2013. Deze methodologie bestaat uit twee fases: een uitwerkingsfase waarvan dit document het eindresultaat is; een uitvoeringsfase die van start gaat bij de ondertekening van het Akkoord. De uitwerkingsfase werd geleid door een comité met de minister van Leefmilieu, Energie en Stadsvernieuwing, de minister van Werkgelegenheid, Economie en Wetenschappelijk onderzoek en de Minister-President. Een onafhankelijke coördinator werd aangesteld om de uitwerking van de processen in goede banen te leiden en de beslissingen van de stuurgroep uit te voeren. De werkzaamheden tijdens de uitwerkingsfase werden uitgevoerd door drie ateliers waaraan zowel overheids- als privéactoren hebben deelgenomen. Elk atelier werd toegespitst op een bepaalde categorie van behoeften bij de actoren: 1. Ondersteuningsmiddelen voor de ketens; 2. Ondersteuningsmiddelen voor de ondernemingen; 3. Inschakeling, opleiding en onderwijs, onderzoek en innovatie. De ateliers werden enerzijds georganiseerd om de behoeften van de actoren met betrekking tot de thematiek van het atelier te bepalen, en anderzijds om over concrete oplossingen na te denken om aan deze behoeften te voldoen. De ateliers zelf hebben aanleiding gegeven tot de oprichting van werkgroepen die verantwoordelijk waren voor bepaalde gemeenschappelijk acties. In het gehele proces werden ruim honderd afgevaardigden van privé- en overheidsinstellingen en sociale partners betrokken. Dit Akkoord is dus het resultaat van een uitgebreid proces waaraan tal van partijen hebben deelgenomen. Het proces heeft aanleiding gegeven tot 51 concrete acties waarvoor een principeakkoord tussen alle betrokken partners bestaat. In de tweede fase van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – 4e as ‘Duurzame Voeding’ zullen deze acties in overleg worden uitgevoerd. Deze fase zal van start gaan van zodra het huidig Akkoord is ondertekend. De regels en werkwijzen die het verloop van deze tweede fase zullen bepalen, staan beschreven in de volgende paragrafen.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 13/42
12
Structuur van de huidige overeenkomst De huidige overeenkomst heeft betrekking op de doelstellingen, de partners en de werking van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu. Het staat stil bij een eerste reeks van coherente en afgestemde acties, die gericht zijn op het vergemakkelijken van de ontwikkeling van de agrovoeding sector in Brussel. Deze acties vormen het resultaat van diepgaand denkwerk en van een intensieve dialoog van meerdere maanden tussen de ondertekenende partijen en gaan vergezeld van concrete verbintenissen. Het is op de volgende manier gestructureerd:
Titel 1: Regels en handelswijze van de Alliantie
Titel 2: Strategie van ondersteuning bij de ontwikkeling van de sector
Titel 3: Acties en verbintenissen van de partners
Titel 4: Lijst van de betrokken partners
Titel5: Verbintenis van de belanghebbende partijen
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 14/42
13
Titel 1: Regels en handelswijze van de as « Duurzame voeding » van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu Artikel 1: Principes van het verloop In tegenstelling tot het klassieke verloop van een ontwikkelingsprogramma van een sector (diagnose, uitwerking van een plan, uitvoering van een of meerdere maatregelen volgens de betrokken domeinen), wil het proces van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu - vierde as “Duurzame voeding” geïntegreerd zijn: alle behoeften die bestaan in de sector worden in overweging genomen en worden voorzien van gecoördineerde antwoorden door de verschillende betrokken operatoren8. De benadering is ook volkomen participatief, in die zin dat het de operatoren zelf zijn die onderling overleg plegen en met de vertegenwoordigers van de sector, om zelf uitgedachte acties voor te stellen om zo het best mogelijke antwoord te bieden op competitiviteitbehoeften van de sector en behoeften inzake de kwalificaties van de betrokken werknemers en werkzoekenden, en om vervolgens die acties in een transparant en overeengekomen kader uit te voeren. Dit originele verloop heeft meerdere voordelen:
vaststelling van realistische acties omdat ze rechtstreeks verband houden met de behoeften van de doelgroepen en de realiteit binnen het werk van de operatoren; mobilisatie van de operatoren vanaf het ontwerp en bijgevolg instemming met de acties nog voordat de fase van uitvoering wordt gelanceerd; het op gang brengen van een dynamiek van samenwerking tussen operatoren van verschillende aard, die gedurende de fase van uitvoering zal worden vervolgd.
Het proces van opbouw en interventie is herhalend en ontwikkelt zich zoals cycli van het type “PDCA” (kwaliteitscirkel van Deming): plan – actie opvolging – bijsturing:
de operatoren denken na en documenteren zich over de behoeften van de ondernemingen, ze stellen een eerste reeks van acties vast om hierop een antwoord te bieden; parallel aan de uitvoering van de eerste vastgestelde acties blijven de werkgroepen samenkomen om de voortgang van deze acties te meten en te werken aan de verbetering van het antwoord op de bestaande behoeften en de vaststelling van eventuele behoeften die onvoldoende worden vervuld; regelmatig worden nieuwe acties vastgesteld en uitgevoerd die behoeften kunnen vervullen die zijn opgedoken na het vervullen van de eerste behoeften.
In die zin moet de vierde as “Duurzame voeding” van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu worden opgevat als een evolutief proces, eerder dan als een strategisch plan: de voorgestelde acties door de Werkgroepen en aanvaard door de betrokken actoren vormen slechts een eerste geheel van maatregelen naar aanleiding van welke het denkwerk voldoende ver was om een onmiddellijke uitvoering toe te laten. Andere acties zijn eveneens tijdens de werkgroepen te berde gebracht, maar zij vragen niettemin om aanvullende analyse
8
De term « operatoren » verwijst hier naar alle overheidsinstellingen, semioverheidsinstellingen of privé-instellingen die diensten verschaffen aan ondernemingen of die in aanmerking komen om dit te doen. De administraties, de ION maar ook de beroepsfederaties, de vertegenwoordigers van de sector en de sociale partners behoren hiertoe.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 15/42
14
en gedachtewisseling om het voorwerp te kunnen uitmaken van voldoende stabiele actiefiches waarover een brede consensus bestaat. Deze acties zullen worden uitgevoerd zodra ze rijp genoeg zijn en zullen tijdens de regelmatige updates in de tekst van de Overeenkomst geïntegreerd worden. De concrete regels en handelswijze die de uitvoering en het onderhoud van deze dynamiek mogelijk maken, worden in de volgende delen beschreven. Artikel 2: Opvolgingscomité De sturing van de uitvoering van de as “Duurzame voeding” van de Alliantie wordt gegarandeerd door een gemengd Opvolgingscomité dat is samengesteld uit leden van het Brussels Comité voor Economisch en Sociaal Overleg, beperkt voor wat de vertegenwoordigers van de Regering betreft tot de 3 ministers die de Alliantie uitdragen, en uitgebreid voor wat de vertegenwoordigers van de voedselsector betreft, waarbij het evenwicht tussen de vertegenwoordigers van de verschillende bestanddelen onder de sociale partners (werkgevers, middenstand, social profit en vakbondsorganisaties) wordt nageleefd. Daarenboven, in functie van de dagorde van het opvolgingscomité, zullen de andere betrokken ministers uitgenodigd worden. Concreet is het dan ook als volgt samengesteld:
3 vertegenwoordigers van de Regering voor de Alliantie, in het bijzonder de Minister belast met Leefmilieu, Energie en Stadsvernieuwing, coördinator van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu As 4 « Duurzame voeding », de Minister belast met Economie, Tewerkstelling en Wetenschappelijk Onderzoek en de Minister-President; 1 vertegenwoordiger van Brussel Leefmilieu 2 coördinatoren van de New Deal 6 vertegenwoordigers van de sociale partners (BECI – VOB, Kamer van de Middenstand, BCSPO, ABVV, ACV, ACLVB). 3 vertegenwoordigers van de Federaties, zoals de FEVIA, de HoReCa en het RABAD. 3 syndicale vertegenwoordigers van de sector
Het Opvolgingscomité telt maximaal 18 leden, aan deze leden worden vertegenwoordigers van de andere betrokken ministers toegevoegd in functie van één of meerdere punten op de dagorde. Het comité kan ook, in functie van de behoeften van de opvolging, deskundigen uitnodigen. Het Opvolgingscomité wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de minister van Leefmilieu en komt minstens één keer om de zes maanden samen. Het kan echter op elk ogenblik worden opgeroepen, en met het oog op het weghalen van een hindernis, tussenkomen of om zich uit te spreken over de transversale problemen die niet onmiddellijk door een van de werkgroepen worden behandeld. Het Opvolgingscomité:
verzekert tijdens de uitvoering de naleving van de geest, doelstellingen, regels en werkingsprincipes van de Alliantie Werkgelegenheid- Leefmilieu – derde as “Duurzame voeding”; neemt akte van de opvolgingsrapporten die door de Coördinatie worden gemaakt;
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 16/42
15
bekrachtigt de voorstellen tot heroriëntering of nieuwe acties die door de Werkgroepen worden geformuleerd; beslist om nieuwe acties te lanceren die volgen op de verwezenlijking van voorafgaande acties, op een evolutie van behoeften van ondernemingen die werd vastgesteld of op het optreden van nieuwe factoren die een rem zetten op het proces; beslist eventueel over de stopzetting of de heroriëntering van acties waarvan de vooruitgang wordt beoordeeld als onvoldoende of waarvan de doeltreffendheid teleurstelt; komt tussen om te herinneren aan de werkingsprincipes van de Overeenkomst of om ze op te helderen tussen de partners die dit nodig hebben, en indien noodzakelijk, om de hardnekkige meningsverschillen tussen partners aan te pakken, na eventuele raadpleging van de operatoren die bij de betreffende acties betrokken zijn; stuurt, oriënteert en ondersteunt de coördinatiestructuur; brengt jaarlijks verslag aan de Regering uit over de vooruitgang van de uitvoering van de Overeenkomst door tussenkomst van de dragende kabinetten.
Artikel 3: De Werkgroepen
De partners komen in principe één keer om de vier maanden in de Thematische Werkgroepen samen om de met het thema van de Werkgroep gerelateerde factoren die een rem zetten op de conversie van de sector door te nemen, samen acties uit te denken om de factoren die een rem zijn uit de weg te ruimen en samen de uitvoering van deze acties op te volgen.
De thema's van de Werkgroepen worden door het Opvolgingscomité omschreven.
Er zijn momenteel drie Werkgroepen, met de volgende thema's: 1. Ondersteuningsmiddelen voor de ketens; 2. Ondersteuningsmiddelen voor de ondernemingen; 3. Inschakeling, opleiding en onderwijs, onderzoek en innovatie. De Werkgroepen zijn toegankelijk voor alle geïnteresseerde partners. De rol van de Werkgroepen is:
de factoren te analyseren die een rem zetten op de betrokkenheid van de Brusselse ondernemingen op de werven opgestart door de operatoren van de voedingssector in Brussel; uit te zoeken hoe elk van de diensten geleverd aan ondernemingen en aan de werknemers van de voedingssector, aan de werkzoekenden en toekomstige werknemers (leerlingen en studenten) kan verbeterd worden, om zo beter deze remmende factoren uit de weg te ruimen en zo de ontwikkeling van de sector te vergemakkelijken; uit te zoeken hoe deze verbetering van de dienstverlening te ondersteunen door de samenhang, de toegankelijkheid, de doelmatigheid en de efficiëntie van het globale aanbod aan bedrijven en werknemers, werkzoekenden en toekomstige werknemers (leerlingen en studenten) te versterken; in dit kader, de studie, het ontwerp, de planning en de uitvoering van de acties te sturen om rechtstreeks de geleverde diensten en/of het aanbod van diensten te verbeteren, meer bepaald door te werken aan het rationaliseren
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 17/42
16
van het aanbod, de coördinatie, de samenwerking tussen operatoren, de omvang en de doeltreffendheid van hun diensten; de nodige informatie te verzamelen en te analyseren om de vooruitgang, de verwezenlijkingen, de efficiëntie en de doeltreffendheid van de acties en in het algemeen, de gelijkwaardigheid van het aanbod van de operatoren, en ook hun vooruitgang te volgen; eventuele heroriënteringen van bestaande acties voor te stellen; na te denken over nieuwe voor te stellen acties na de uitvoering van de eerdere acties, de ontwikkeling van behoeften van ondernemingen of bij het optreden van nieuwe remmende factoren.
Artikel 4: De Piloten Elke actie, ongeacht of ze het voorwerp uitmaakt van een collegiale uitvoering, wordt onder de verantwoordelijkheid van een piloot geplaatst. De piloot is de operationele verantwoordelijke van de uitvoering van de actie, zonder noodzakelijkerwijs de uitvoerder van de actie te zijn. Hij is verantwoordelijk voor:
het nemen van initiatief om de betrokken partners bij de actie te mobiliseren; het geven van de nodige impuls voor de uitvoering van deze actie; het uitbrengen van verslag aan de Werkgroep en aan de Coördinatie over de vooruitgang en de resultaten van de actie in het kader van het opvolgingssysteem.
Een actie kan van meerdere piloten uitgaan. De piloot omringt zich elke keer als dat nodig is met een Subwerkgroep. Hij kan steunen op de coördinatiestructuur om de vergaderingen van deze Subwerkgroep aan te sturen en te organiseren. Artikel 5: De Medewerkers De Medewerker staat in voor het deel van de actie die hem aanbelangt in overleg met de Piloot en met de andere Medewerkers. Om dit te bewerkstelligen beschikt hij over de mogelijkheid om voorstellen te formuleren die de actie kan versterken dankzij zijn ervaring of zijn institutionele rol. Te dien einde moet hij:
actief meewerken aan de werkgroepen op vraag van de Piloten; in het geval hij niet gevraagd wordt, de Piloot eraan herinneren dit te doen; deel te nemen aan de vergaderingen van de werkgroepen; eventueel aan de werkgroep verslag uit te brengen over een deel van het werk; de coördinatie te informeren in geval van een probleem of blokkering.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 18/42
17
Artikel 6: De coördinatie De Regering duidt een coördinatiestructuur aan waarvan het de rol is om:
de vergaderingen van de Werkgroepen op een viermaandelijkse basis te organiseren en voor te bereiden; de piloten bij de uitvoering van hun actie en de oplossing van problemen die bij de uitvoering ervan werden ondervonden te ondersteunen; een instrument voor de algemene opvolging in te voeren en dit van de piloten, van de Werkgroepen en van het Opvolgingscomité ter beschikking te stellen. Dit instrument zal de nodige indicatoren bevatten voor de opvolging van de acties, maar ook impactindicatoren zoals de schepping van banen (met een focus op Brussel), de ontwikkeling van de sector en de milieuimpact. De tijdens de hele duur van de Alliantie geïdentificeerde en verzamelde indicatoren zullen bovendien beschikbaar zijn voor een expostevaluatie; de onderlinge samenhang van de acties en de globale samenhang van het actieplan te bewaken, inzonderheid acties die worden voorgesteld en opgevolgd door de verschillende Werkgroepen; verslag uit te brengen aan het Opvolgingscomité over het werk van de Werkgroepen, de vooruitgang van de uitvoering en de doeltreffendheid van de acties; de factoren vast te stellen die vanuit hun aard een rem zetten op de uitvoering van de acties en/of de goede werking van de Alliantie; de oplossing van operationele problemen op zich te nemen, meer bepaald door het aanbrengen van steun aan de piloten die daarom vragen; de strategische of institutionele problemen vast te stellen en ze mee te delen aan het Opvolgingscomité wanneer een interventie nodig is; een verband leggen tussen de gevoerde concrete acties, waar dit vereist is. Er zal een synthese aan de het Opvolgingscomité en de Regering worden voorgelegd. Er dienen samenwerkingsverbanden te worden opgezet tussen het Waals en Vlaams Gewest inzake de voedingsmiddelen die in beide Gewesten worden geproduceerd.
Artikel 7: Uitvoeringsproces Vanaf de lancering van het actieplan (eerder voor bepaalde acties) beginnen de operatoren onder het toeziend oog van de Piloten aan de uitvoering te werken. De Piloten maken regelmatig een verslag op over de gang van zaken, gericht aan de bevoegde Werkgroep, de Coördinatie en de Subwerkgroep die de actie uitvoert. Nieuwe acties worden onderworpen aan de reflectie van de Werkgroepen, ofwel omdat nieuwe pistes werden vastgesteld, ofwel omdat verkennende acties, die de noodzaak om te handelen bevestigen, tot een resultaat hebben geleid. Deze nieuwe acties worden in de vorm van fiches beschreven die door de Werkgroepen via de Coördinatie aan het Opvolgingscomité worden voorgelegd; de Coördinatie neemt de nodige initiatieven om de kwaliteit en de gelijkwaardigheid van de actie en haar stroomlijning met de strategie van de Alliantie en andere lopende acties te verzekeren. Na bekrachtiging door het Opvolgingscomité kan de uitvoering van de actie beginnen. Elk jaar worden de nieuwe acties die werden uitgevoerd in de loop van het jaar of die uit te voeren zijn, in een update van de tekst van de Overeenkomst voorgesteld. Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 19/42
18
Titel 2: De ondersteuningsstrategie bij de conversie van de actoren in het kader van de as “DUURZAME VOEDING” van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu De strategie van de as ‘Duurzame Voeding’ (artikel 10) van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu is gebaseerd op een analyse van de huidige situatie (artikel 8) van de sector en heeft als bedoeling op een coherente manier een actieplan op te stellen (artikel 11) om de ondernemingen te stimuleren en hen te ondersteunen bij hun conversie-inspanningen. Dit teneinde de gewenste situatie (artikel 9) te bereiken waarbij het regionale aanbod in staat is om aan de huidige en toekomstige vraag te beantwoorden van de sector van de duurzame voeding, en tegelijkertijd ook werkgelegenheid in Brussel schept. Artikel 8: De huidige situatie Afbeelding 4 - Het agro-voedingssysteem in Brussel: huidige situatie
Production • Techniques d’agriculture urbaine méconnues • Modèle agroindustriel dominant • Peu de lien avec les producteurs de la périphérie • Disparition des petits producteurs • Concurrence avec le bâti • Perte de lien entre consommateurs et producteurs
Transformation
Distribution • Les prix pratiqués ne couvrent pas les coûts pour les petits producteurs
• Coût énergétique lié à l’éclatement géographique des sous traitants • Manque d’information claire pour le consommateur • Besoins non couverts de produits durables de 4ème et 5ème gamme (prêt à consommer ou traiteur) • Normes peu adaptées aux petits ateliers
• La normalisation (taille, forme, ..) des produits frais disqualifie une partie de la production durable • Les distributeurs ne connaissent pas la diversité des produits locaux • Pas de plateforme de grossistes en AD
Consommation
• le consommateur ne connaît plus le juste prix • Perte de connaissance en matière culinaire ainsi que de produits locaux et de saison • Impact du marketing • Méconnaissance d’un modèle économique durable • Gaspillage • Inégalités sociales marquées
Gestion peu créatrice d’emploi
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 20/42
19
De veranderende vraag zal onvermijdelijk een impact hebben op de ondernemingen binnen de hele waardeketen: op de landbouwproductiemiddelen en landbouwgrondstoffen, op de verwerking en bewaring van deze grondstoffen om voedingsproducten te produceren en deze via groothandel of detailhandel op de markt te brengen, en op alle nodige diensten die verbonden zijn met de verschillende sectoren (transport, financiering, onderzoek, opleiding, administratie,…). Ook de manier van werken in de HoReCa zal hierdoor evolueren. De bestaande bedrijven moeten dus evolueren en de oprichting van nieuwe bedrijven moet worden ondersteund om aan deze vraag van gedifferentieerde kwaliteitsvolle voeding te kunnen voldoen. Op die manier zal het Brussels Hoofdstedelijk Gewest opnieuw een toegevoegde waarde kunnen creëren (zoals een hogere productie en verwerking van voedingsmiddelen, en niet enkel de distributie ervan). We stellen vast dat de actoren uit de landbouw- en voedingssector of de horeca die deze verandering hebben onderkend, regelmatig contact opnemen met de Brusselse overheidsactoren en hen om ondersteuning vragen om de hinderpalen waarmee ze te kampen hebben weg te werken. Deze hinderpalen zijn van velerlei aard: een tekort aan grondige kennis over het potentieel van nieuwe markten, een tekort aan houvast om hun onderneming en producten van de concurrentie te onderscheiden, een tekort aan toegang tot kwaliteitsvolle grondstoffen, een tekort aan innovatie in de productie, moeilijkheden in de logistieke processen van voedingsmiddelen en verwerkte producten met gedifferentieerde kwaliteit, een tekort aan biologische verpakkingen, een tekort aan kennis tussen de actoren onderling binnen de waardeketen (van de stedelijke en randstedelijke productie tot de consumptie), de afwezigheid van gestructureerde ketens voor duurzame voeding, de moeilijkheid om personeel met de nodige vaardigheden inzake duurzame voeding te vinden (in het bijzonder met betrekking tot de productiesector, de verwerkende sector en de horeca), Hieronder volgen de grootste obstakels die dienen te worden weggewerkt om de overgang naar Duurzame Voeding zo goed mogelijk te laten verlopen: 1) Transversaal: a. Het onevenwicht tussen de verschillende voedingssystemen9 dat de kleine actoren benadeelt; b. Het huidige tekort aan een geïntegreerd model dat een duurzaam beheer over de hele keten moet stimuleren; c. Het tekort aan innoverende business modellen inzake Duurzame Voeding; d. Het tekort aan kennis en innoverende praktijken op het gebied van Duurzame Voeding en streek- en seizoensgebonden producten bij de kleine verwerkingsbedrijven en –verdelers, bij de horeca en de consumenten 2) Per schakel: a. Productie: tekort aan intra-urbane productie en het ontbreken van een link tussen de randstedelijke landbouw en het Brussels
9
In het Dualine-rapport “Durabilité de l’alimentation face à de nouveaux enjeux, questions à la recherche.” (vertaling: “Nieuwe uitdagingen voor de duurzame voeding, stof voor onderzoek.”) van 2011, beschrijft het INRA de volgende voedingssystemen: het huishoudelijke voedingssysteem (VS), het lokale VS, het territoriale VS, het agro-industriële VS, het VS met gedifferentieerde kwaliteit.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 21/42
20
b.
c.
d.
e.
Hoofdstedelijk Gewest, waardoor de kennis van de Brusselse bevolking inzake voeding vermindert. Verwerking: een tekort aan structuren en knowhow in het BHG inzake verwerking (in het bijzonder het 4e en 5e gamma), de delokalisatie van verwerkende bedrijven, het ontbreken van een link tussen de onverkochte producten in de productiesector en de verwerkende sector enerzijds en de distributiekanalen die gespecialiseerd zijn in de verkoop van deze producten anderzijds; Distributie: te weinig kennis over en gebrek aan structuur van de korte ketens, kleine buurtwinkels die over te weinig kennis beschikken en moeilijkheden ondervinden om aan gedifferentieerde kwaliteitsproducten te geraken, slechte economische omstandigheden voor de producenten die actief zijn in de groothandel; Te weinig structurele banden tussen de sociale actoren en de distributiesector met het oog op een betere toegankelijkheid voor iedereen: De HoReCa en de grootkeukens: onvoldoende verspreiding van de begeleidingsmethodes en programma’s voor de overgang
Artikel 9: Gewenste situatie Duurzame voeding betekent onder andere dat alle Brusselaars, tegen een betaalbare prijs, gezonde voeding moeten kunnen kopen die het leefmilieu beschermt en de culturele diversiteit bewaart. Het proces dat met de term “Duurzame Voeding” wordt aangeduid betekent dat:
er een geïntegreerde aanpak wordt ontwikkeld van alle schakels van het systeem
alle consumenten toegang moeten krijgen tot voeding die volgens milieuvriendelijke methodes geproduceerd wordt en respectvol zijn tegenover de werkkrachten. Dit kan worden verwezenlijkt door een beter evenwicht te vinden tussen de verschillende voedingssystemen.
de verschillende voedingssystemen dienen op elkaar te worden afgestemd zodat ze duurzamer worden. Het komt er daarbij op aan om: -
de ontwikkeling van systemen transversaal te ondersteunen
-
de voedingssystemen te herlokaliseren
-
alle Brusselse ondernemingen (voornamelijk ZKO’s en de KMO's) te ondersteunen zodat ze worden gestimuleerd om nog duurzamer te worden, zowel op het vlak van de processen als op het gebied van het aanbod.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
van
gedifferentieerde
kwaliteit
Page 22/42
21
Afbeelding 5 – Het Duurzaam voedingssysteem in Brussel: gewenste situatie
PRODUCTIE : - De voedselproductie is geïntegreerd in de Stad en is gekend door de inwoners - De korte ketens zijn meer gestructureerd en beter gekend - Producten van gedifferentieerde kwaliteit - Billijke vergoeding
VERWERKING :
GROND- EN AFVALSTOFFEN :
- Streekgebonden verwerking die aangepast is aan de vraag - Valorisatie van de niet verkochte producten
Methanisering en compostverwerking Productie van compost en energie op basis van organisch afval
- Evenwicht van de voedselsystemen - Evolutie naar Duurzame Economie
DISTRIBUTIE
CONSUMPTIE :
- De keten is gestructureerd - De sector is vertrouwd met de lokale producten en promoot deze ook - De producenten kunnen hun productiekosten dekken
- De horeca en de grootkeukens passen een duurzaam en rendabel economisch model toe - De duurzame voeding is voor iedereen toegankelijk
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 23/42
22
Artikel 10: De strategie van het Akkoord Om de gewenste visie te verwezenlijken gebruikt de regering twee bijkomende hefbomen: het programma met steunacties om de vraag naar duurzame voeding te stimuleren en de ontwikkeling van het aanbod via de Alliantie WerkgelegenheidLeefmilieu.
Afbeelding 1 – De strategie van het Akkoord
* In lan nover *D dbo en ek e ort uw on n ste ek d ete derst elijk e un e ns s m en ule ren
PRODUCTIE : - De voedselproductie is geïntegreerd in de Stad en is gekend door de inwoners - De korte ketens zijn meer gestructureerd en beter gekend - Producten van GROND- EN AFVALSTOFFEN : gedifferentieerde kwaliteit Methanisering en - Billijke vergoeding compostverwerking Productie van compost en energie op basis van organisch afval
De Stad Brussel in overgang naar Duurzame Voeding
r en ct o e a de d oor van s v aken p o -sh l uitm gang rks wo ie dee Over king • d oo o-c *c
CONSUMPTIE : - De horeca en de grootkeukens passen een duurzaam en rendabel economisch model toe - De duurzame voeding is voor iedereen toegankelijk
Stand van zaken van vraag en aanbod in het BHG De modellen versterken die ervoor zorgen dat de actoren van de verschillende schakels van de keten dichter bij elkaar worden gebracht Economische modellen ondersteunen die zijn aangepast aan de duurzaamheidscriteria
et en h ens udigen k u otke reenvo erven e w , g ro reca chten v gi en o h a ie e r d d d p n n va ore idso gang overhe r de act o over e *De d van d rzien vo o bo aan iding vo le * Op
VERWERKING : - Streekgebonden verwerking die aangepast is aan de vraag - Valorisatie van de niet verkochte producten
DISTRIBUTIE - De keten is gestructureerd - De sector is vertrouwd met de lokale producten en promoot deze ook - De producenten kunnen hun productiekosten dekken
*O ple ov iding erh ve eid rsc *D h e lo *To sopd affe gis ol k rach n ov te n e r ek its ver ste rke n
Om deze geleidelijke en duurzame transitie van de voedingssector in Brussel te verwezenlijken en rekening houdend met de gemaakte vaststellingen, komt het erop neer om: Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 24/42
23
1. Een stand van zaken op te maken over het aanbod en de vraag in het BHG, de verschillende schakels op elkaar af te stemmen en een duurzame en winstgevende economie te steunen Een studie in drie luiken zal toelaten om de voedingssituatie (of de voedingsstromen) in Brussel beter te identificeren: Stand van zaken in verband met het aanbod; Stand van zaken in verband met de vraag van de particulieren; Stand van zaken in verband met de vraag van de HoReCa waaronder de grootkeukens. 2. De intra- en peri-urbane Landbouw tot vernieuwing aanzetten en steunen en de korte ketens begunstigen in samenwerking met de naburige regio’s: De hefboom die gelinkt is met de « productieschakel » beantwoordt gelijktijdig aan meerdere doeleinden: a. Op transversale wijze de intra- en peri-urbane landbouw steunen laat toe om de slagsterkte van het Gewest te vergroten door het netwerk in het Brussels Gewest in evenwicht te brengen en ook meer diversiteit te hebben in het voedingssysteem. b. De intra – en peri-urbane landbouw laat toe een lokaal Voedingssysteem (VS) te ontplooien en op die manier de korte ketens te bevorderen. c. De urbane landbouw kan de burgers/consumenten helpen om voor duurzame voeding te kiezen dankzij de nabijheid van die landbouw met de consument; op die wijze zal ze tevens de huishoudelijke voedingssystemen begeleiden. 3. De actoren van de verwerking mobiliseren met het oog op een intensivering van de lokalisatie in het Brussels Gewest De verwerking kan een belangrijke schakel zijn voor de Duurzame Voeding door de nabijheid tussen productie en verbruik te bevorderen (lokale VS en territoriale VS); door aan de behoeften van de stedelijke klanten tegemoet te komen, die deze “klaar om te bereiden” producten willen gebruiken; en door een sterke link te bewerkstelligen inzake de strijd tegen voedingsverspilling. Om dit te kunnen doen moet men de betrokken actoren mobiliseren, hen aanzetten tot de oprichting van ZKO’s en hen test-ruimten voorstellen met het oog op het creëren van nieuwe activiteiten. Tot slot, door het recupereren van de overschotten en de onverkochte hoeveelheden is het mogelijk om kwaliteitsvolle, herverpakte voeding aan te bieden.
4. De overgang verzekeren van de actoren van de Distributie:
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 25/42
24
De actoren van de groothandel zijn momenteel hoofdzakelijk afhankelijk van de agroalimentaire VS terwijl ze vaak rechtstreeks worden aangesproken door de consument om over informatie te beschikken met betrekking tot duurzame producten beschikbaar op de markt. Het komt erop aan om al de actoren, meer specifiek de detailhandelaars alsook de actoren van de korte ketens, de mogelijkheid te bieden om toegang te krijgen tot kwaliteitsvolle producten en uit de nabijheid (lokale VS, territoriale VS en VS met gedifferentieerde kwaliteit). Begeleidingssystemen en -middelen zullen aangeboden worden om de aangeboden producten te leren kennen. Begeleiding zal tevens aangeboden worden om de actoren de mogelijkheid te bieden om beter te reageren op de behoeften van duurzame overheidsopdrachten. 5. De transitie begeleiden van de Consumptieschakel – sector HoReCa en grootkeukens, en de toegang voor allen tot kwaliteitsvoeding bevorderen Om de transitie te verzekeren moet de sector van de HoReCa en de grootkeukens voldoende geïnformeerd en gevormd worden op basis van erkende duurzame en winstgevende economische modellen. Om de toegang tot kwaliteitsvolle en streekgebonden voeding te bevorderen en in aanvulling tot de verwerkingsactiviteiten, moeten de actoren geprofessionaliseerd worden alsook de initiatieven van de sector die instaan voor voedselhulp. De culturele diversiteit inzake voeding moet tevens worden bevorderd (bijvoorbeeld door aan de voedselbehoeften tegemoet te komen van bevolkingsgroepen met een verschillende culturele achtergrond, onder andere door de specifieke ingrediënten te kweken die gevraagd worden door deze burgers).
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 26/42
25
Artikel 11: De behoeften van de ondernemingen In overeenstemming met de drie eerste assen van de Alliantie WerkgelegenheidLeefmilieu worden de voorgestelde acties vergeleken met het model van de ontwikkelingscyclus van de onderneming. Het op elkaar aansluiten van deze behoeften, hieronder voorgesteld, beantwoord aan een circulaire logica die het positieve versterkingsdynamisme vertegenwoordigt van de Alliantie op het economische systeem. Deze voorstelling is per definitie schematisch, het is duidelijk dat de ondernemingen, in hun dagelijkse realiteit, behoeften hebben die verschillen in orde en iteratief zijn. Om de adequatie te stimuleren tussen de markten, de ondernemingen en de behoeften inzake duurzame ontwikkeling van de agrovoedingssector, zal de as “Duurzame Voeding” van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu op specifieke en versterkte wijze een antwoord bieden op de behoeften kenbaar gemaakt door de ondernemingen tijdens de verschillende fasen van hun parcours waarbij ze hun capaciteiten aanbieden aan de verschillende markten.
Afbeelding 2 – De cyclus van de onderneming
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 27/42
26
BEHEERSEN De eerste aanzet om bedrijven te betrekken bij de agrovoedingsketen is het verwerven, door bedrijfsleiders, kaderleden en werknemers, van een betere kennis van de markt en haar specificiteit:
kennis i.v.m. de toekomstige markten, soorten beroepen en werken;
concurrentie, opportuniteiten geboden door de kleine marktsegmenten;
kosten en risico’s;
de producten, hun economische waarde en de uitvoeringstechnieken;
de manier om de reconversie van hun bedrijf te verzekeren (uitwerken van een business plan, analyse van de behoeften en competenties…).
Het is slechts wanneer dit beheersingsniveau voldoende hoog is dat de ondernemingen werkelijk zullen beslissen om interesse te tonen voor de markten. WERKNEMERS VORMEN Om nieuwe markten te veroveren of hun aanwezigheid te versterken op reeds bestaande markten, zullen de ondernemingen de deskundigheid van hun werknemers en hun ondernemingen moeten kunnen aanpassen/verbeteren. Om deze optimale duurzame aanpak te kunnen verzekeren, zullen de ondernemingen meer beroep moeten kunnen doen op opleidingsmogelijkheden voor hun werknemers. De voornaamste hindernissen die zullen moeten worden weggenomen zijn: de bestaande opleidingen aanpassen door modules toe te voegen over duurzame voeding en innoverende pilootopleidingen opstarten; opleidingsmodules die beantwoorden aan geïdentificeerde behoeften systematiseren de voortgezette opleiding van de opleiders steunen VERKOPEN De moeilijkheid vandaag voor de ondernemingen is dat ze een slechte kennis hebben van de duurzaamheidscriteria en van de toegang tot producten afkomstig van minder dominante voedingssystemen: of ze denken dat ze niet in staat zijn om toegang te hebben tot de producten of ze herkennen de meerwaarde van een duurzame aanpak niet. Het is dus belangrijk om deze kennis te versterken en ook de samenwerking tussen de verschillende schakels van het netwerk maar ook de waardeketen van de voedingssystemen op elkaar af te stemmen die onderscheiden zijn van andere industriële agrovoedingssystemen opdat de Brusselse ondernemingen hun ontwikkeling zouden kunnen versterken. De transitie naar duurzame overheidsopdrachten moet op dezelfde wijze worden bevorderd. De beroepsverenigingen en –federaties kunnen de ondernemingen steun verlenen bij hun ontwikkeling door informatie te verschaffen over het bestaan van de markten (met inbegrip van de onverkochte producten), over de bestaande procedures en incentives. Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 28/42
27
BESTELLINGEN NALEVEN Van zodra de markten verworven zijn, zal de onderneming haar bestellingen moeten naleven. Hiervoor moet een strategische analyse aangevat worden samen met de andere ondernemingen uit de sector om de te respecteren procedures onder elkaar te verdelen om zo een betere toegang te hebben tot de producten, onder andere door middel van gemeenschappelijke logistieke platformen. ZICH KENBAAR MAKEN OP DE MARKT De activiteiten ten voordele van de Duurzame Voeding worden vergemakkelijkt dankzij een betere verspreiding van de informatie. Bovendien is het belangrijk om de Consumptiebedrijven (HoReCa en grootkeukens) te helpen om hun meerwaarde inzake Duurzame Voeding te ontwikkelen. ZICH ONTWIKKELEN Om de duurzame voeding te ontwikkelen, moet het onderzoek naar weinig ontwikkelde domeinen zoals de stadslandbouw en food design worden ontwikkeld. Een geheel aan acties hebben tot doel om de verworvenheden inzake onderzoek en innovatie beter af te stemmen op de bedrijfswereld door het oprichten van onderzoeksruimten en het lanceren van pilootprojecten. Daarenboven moeten de nog op te richten ondernemingen of zij die in ontwikkeling zijn de uitvoering kunnen verzekeren van de veiligheidsnormen inzake voeding. INVESTEREN De kleine operatoren van de opkomende netwerken moeten financieringsbronnen kunnen vinden om hun aanpak te ontwikkelen. AANWERVEN De kwestie van de behoeften van de ondernemingen inzake aanwerving staat centraal in het kader van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu. In het kader van de Duurzame Voeding komt het er dus op neer om activiteitensectoren te doen ontstaan – onder andere de productie – die bijzonder bijdragen tot jobcreatie. Door middel van de opleiding van de werkzoekenden is het zaak om het geheel van de actoren, die instaan voor opleiding, te sensibiliseren voor de bestaande mutaties.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 29/42
28
Titel 3: De acties en de engagementen van de partners. De acties die door de actoren werden geïdentificeerd zullen aan de behoeften moeten beantwoorden zoals voorgesteld in artikel 11 en zullen uitgevoerd worden op basis van de beschikbare budgettaire en menselijke middelen volgens de prioriteit van de maatregelen, bepaald door de Regering. Ze worden bijgevolg georganiseerd volgens maatregelen die beantwoorden aan deze behoeften. De structuur vindt u hieronder; de beschrijvende fiches van deze acties worden u in bijlage gegeven.
Maatregel 1: Beheersen -
Actieplan 1.1 : de huidige markten identificeren
-
Actieplan 1.2 : het toekomstige netwerk organiseren
-
Een studie maken over het voedingsaanbod en de distributie van voeding Een studie maken over de vraag naar voeding – luik vraag van de particulieren Een studie maken over de vraag naar en het aanbod van voeding uitgaande van de grootkeukens en de HoReCa (met inbegrip van de sociale restaurants) Versterking van de verankering en de herlocalisatie van de voedingsverwerking in Brussel (voorgestelde titel: een studie maken over de huidige situatie en het potentieel van de duurzame voedingsverwerking in Brussel) De verschillende mogelijke synergieën identificeren tussen de verschillende potentiële en huidige projecten inzake duurzame voeding in het BHG De toegang tot informatie en de goede toepassing van de regels inzake voedselveiligheid vergemakkelijken voor de kleinste actoren
Een kadaster opmaken van het bestaande en het potentieel inzake intra- en peri-urbane productie en de resultaten van de studie verspreiden over het potentieel aan urbane productie (intra en peri) Transversaal Plan duurzame voeding Steun aan de stedelijke landbouw in Brussel Steun voor de oprichting van ZKO’s duurzame voeding gebaseerd op innoverende business modellen
Actieplan 1.3 : de ondernemingen informeren
De manier waarop de meerkost van de overgang naar duurzame voeding in de grootkeukens en de Horeca kan beperkt worden bestuderen en erover communiceren
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 30/42
29
De handelaars (in voedingsmiddelen en horeca) bewust maken voor Duurzame Voeding en een begeleiding voorzien aangepast aan de integratie en de valorisatie van Duurzame Voeding in hun aanbod Lerend netwerk voor de ondernemingen uit de voedingssector ingeschreven in het duurzame proces Stimuleren van de nieuwe actoren uit de distributiesector Duurzame Voeding De voedingsdistributie op de markten steunen
Maatregel 2: Werknemers vormen -
Actieplan 2.1 : innoverende opleidingen opstarten
-
Actieplan 2.2: duurzaamheid integreren in de bestaande opleidingen
-
Informatiesessies en basisopleiding en oriëntatie i.v.m. nieuwe beroepen in duurzame voeding De opleidingen uitbreiden en het geheel aan opleidingen voor UL verenigen om een gemeenschappelijk programma te definiëren De opportuniteit bestuderen om een pilootopleiding op te starten in UL ondernemerschap
Een basismodule in DV De specificiteiten van DV (vervolg van de AF 41) integreren in de opleidingen voor de middenstand bestemd voor de werknemers en bedrijven uit de sector van de voedingsgerelateerde beroepen.
Actieplan 2.3: de voortgezette opleiding van de opleiders in DV steunen
Basismodule in Duurzame Voeding (DV): Opstarten van opleidingen bestemd voor het onderwijzend personeel en de opleiders Opleiding tot opvoeder, opleider-animator in opleiding tot duurzame voeding
Maatregel 3: Verkopen -
Actieplan 3.1: de overheidsopdrachten duurzaam maken
-
(MBHG): Integreren van duurzaamheidscriteria in het programma "groenten en fruit" op school (BL): De kennis en de hulpmiddelen verbeteren met als doel het opstellen van de duurzame Overheidsopdrachten te vergemakkelijken bij de overheidsinstellingen, scholen, zorgstructuren en rusthuizen
Actieplan 3.2 : De toegang versterken tot de alternatieve VS
(SAGAL+Abattoir) Platform korte keten: de diversiteit verhogen van de producten met bestemming van de SAGAL (Solidaire
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 31/42
30
-
AankoopGroep voor Artisanale Landbouw) door de oprichting van een logistiek platform voor kwetsbare en droge producten Het aanbod aan onderscheidde kwaliteit vergroten bij Mabru MBHG-Carrefour: op duurzame wijze lokale producten commercialiseren in de groothandel Aanmoedigen om beroep te doen op de sector van het aangepast werk voor de verwerking en toelevering van duurzame voeding in het Brussels Gewest Invoering van een bevoorradingsplatform voor de sociale kruideniers (REPIS – netwerk van sociale kruideniers)
Actieplan 3.3 : de niet-verkochte producten valoriseren
Organisatie van een workshop om het logistieke aspect van de recuperatie/distributie van onverkochte producten te verbeteren Een structuur voor recuperatie, verwerking en herverpakking van onverkochte producten creëren op de site van Mabru en bij de ondernemingen van de sociale economie AF XL Een instelling voor sociale economie creëren belast met recuperatie van de onverkochte goederen en de voorbereiding van maaltijden De actoren opleiden van de verenigingen die instaan voor de ophaling van voedselschenkingen (in Duurzame Voeding) met als doel het vergemakkelijken van de ophaling van deze schenkingen
Maatregel 4: Bestellingen naleven -
Actieplan 4.1: de toegang tot distributie van duurzame producten versterken AF 25bis (te bepalen): Studie over de opportuniteit om een marktcentrale op te richten in Brussel
Maatregel 5: Erkend worden door de markt -
Actieplan 5.1: de toegang tot informatie vergemakkelijken
-
Oprichting van een portal Duurzame Voeding
Actieplan 5.2: duurzame referenties creëren
Het ‘merkteken’ duurzaamheid in kantines testen Begeleidingsprogramma’s DV voor de sectoren die ernaar vragen, naar analogie met wat reeds bestaat voor de grootkeukens
Maatregel 6: Zich ontwikkelen -
Actieplan 6.1: Innovatie steunen
De intra en peri-urbane landbouw in de academische sector: betrokkenheid, thematische werkgroepen, onderzoek-actie en integratie in de universitaire opleiding
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 32/42
31
-
Betere valorisatie van organisch afval om de stedelijke landbouw te bevoorraden met kwaliteitsvol compost Building integrated greenhouse (BIG)
Plan 6.2: Onderzoeken
Het oprichten van een financieringsprogramma « Living labs in Brussels » om het onderzoek en de ontwikkeling van de duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan te moedigen en te steunen Sociale conservenfabriek: Test-ruimte van duurzame verwerking Projectoproep « Urban Food Design » Piloot experiment : mutualisering van de logistieke diensten om de milieugebonden en economische impact van de distributie te verminderen
Maatregel 7: Investeren Multidisciplinaire steunverlening aan de netwerken via financiering en begeleiding van de operatoren
Maatregel 8: Aanwerven -
Actieplan 8.1: Roepingen aanmoedigen
-
Een symposium organiseren over Stedelijke Landbouw Ontwikkeling van 4 Assen voor een Centrum Duurzame Voeding in Neerpede Centrum voor ontwikkeling van duurzame voeding (Bellevue site) InspiratieTuin van de boerderij Nos Pilifs
Actieplan 8.2 : De arbeidsmarkt voeden
De specificiteit van DV integreren in de bestaande opleidingen voor werkzoekenden in de voedselgerelateerde sector
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 33/42
32
Afbeelding 3 – Lijst van de acties en piloten
N°
Actie
Piloot (piloten)
1
De verschillende mogelijke synergiën identificeren tussen de verschillende potentiële en huidige projecten met betrekking tot duurzame voeding in het BHG.
Leefmilieu Brussel, MBHG Landbouw
2
Transversaal Plan duurzame voeding
Leefmilieu Brussel, MBHG Landbouw
3 4 5
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Een kadaster opmaken van het bestaande en potentiële inzake intraLeefmilieu Brussel, en peri- stedelijke productie en het verspreiden van de studie over MBHG Landbouw het potentieel aan stedelijke productie (intra en peri) MBHG – Leefmilieu Een symposium organiseren over Urbane Landbouw Brussel Hoe kan het verbeteren van de opwaardering van organische afval zorgen dat de stedelijke landbouw wordt bevoorraad met Brussel Leefmilieu kwaliteitsvol compost Het Groen en Blauw De ontwikkeling van de 4 assen voor een Centrum Duurzame huis, dienst duurzame Voeding Neerpede ontwikkeling van de gemeente Anderlecht Inspiratie Tuin van de boerderij Nos Pilifs Ferme Nos Pilifs Gemeente van Centrum voor ontwikkeling van duurzame voeding (Bellevue site) Molenbeek Een organisatie van sociale economie in het leven roepen belast met recuperatie van niet-verkochte producten en de voorbereiding van Gemeente van Elsene maaltijden Versterking van de verankering en herlocalisatie van de FEVIA voedingstransformatie in Brussel Het aanbod aan kwaliteit vergroten bij Mabru Mabru Verhoging diversiteit van de producten met bestemming van de SAGAL door het oprichten van een logistiek platform voor kwetsbare SAGAL netwerk en droge producten Het op de markt brengen op duurzame wijze van lokale producten Brussel Leefmilieu, van de groothandel MBHG Landbouw Een studie verwezenlijken over het aanbod en de voedingsdistributie Een studie uitvoeren over de vraag naar voeding – luik vraag van de particulieren Een studie uitvoeren over de vraag naar voedingsmiddelen door de grootkeukens en de HoReCa (met inbegrip van de sociale restaurants)
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Leefmilieu Brussel, MBHG Landbouw Brussel Leefmilieu Brussel Leefmilieu
Page 34/42
33
N°
Actie
Piloot (piloten)
20 21
Een workshop organiseren met het oog op de verbetering van de logistiek rond de recuperatie/distributie van onverkochte voedingsmiddelen. Een structuur – van sociale en solidaire economie - opzetten belast met recuperatie, verwerking en herverpakking van onverkochte voedingsmiddelen op de site van Mabru Het opzetten van een bevoorradings platform voor de sociale kruideniers (REPIS). Projectoproep « Food Design urbain » Ontwerp van een portal Duurzame Voeding
22
Lerend netwerk voor de ondernemingen uit voedingssector ingeschreven in het duurzame proces
17
18 19
23 24 25
de
Steun tot oprichting verlenen aan de kleine ondernemingen in de sector van de duurzame voeding die gebaseerd zijn op innoverende business modellen FINANCIERING: Transversale steun aan de netwerken d.m.v. financiering en begeleiding van de operatoren Steun aan de urbane landbouw in Brussel
FBMD
RABAD FBMD, Rode Kruis MAD Leefmilieu Brussel BECI
Groupe One CREDAL Début des haricots
26
De toegang tot informatie vergemakkelijken en de goede toepassing Haute Ecole Lucia De van de regels inzake voedselveiligheid voor de kleine actoren. Brouckère - CIRIHA
27
Sociale conservenfabriek: verwerking
28
Building integrated greenhouse (BIG)
29
De nieuwe actoren in de sector van de distributie van DV stimuleren Atrium
30
De handelaars (in voedingsmiddelen en horeca) bewust maken voor Duurzame Voeding en een begeleiding voorzien aangepast aan de integratie en de valorisatie van Duurzame Voeding in hun aanbod
Atrium
31
De voedselverdeling op de markten ondersteunen
Atrium
Test-ruimte
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
van
duurzame
CREDAL
Leefmilieu Brussel
4/11/2013
Page 35/42
34
32 33 34 35 36 37 38
De duurzaamheidscriteria integreren in het programma « groenten en fruit » op school De opportuniteit onderzoeken om een marktcentrale te creëren van duurzame voedingsmiddelen voor de overheidsdiensten Een progressief referentiekader inzake duurzaamheid vastleggen voor sommige sectoren met betrekking tot voeding Het « merk » duurzaamheid voor de kantines testen De kennis omtrent en de middelen voor het opstellen van duurzame overheidsopdrachten verbeteren ten aanzien van de overheidsinstellingen, scholen, zorgcentra en rusthuizen Begeleidingsprogramma’s met het oog op DV voor de sectoren die ernaar vragen, zoals dit reeds bestaat voor de grootkeukens De elementen noodzakelijk om één (meerdere) voorbeeld/demonstratie keuken(s) in te richten identificeren
MBHG-Landbouw MBHG Leefmilieu Brussel Leefmilieu Brussel Leefmilieu Brussel Bioforum Referentiecentrum HoReCa
39
De intra en peri-urbane landbouw in de academische sector: betrokkenheid, thematische werkgroepen, onderzoek-actie en integratie in de universitaire opleiding
Ecole Interfacultaire de Bio-ingénieurs ULB
40
Het oprichten van een financieringsprogramma « Living labs in Brussels » om het onderzoek en de ontwikkeling van de duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan te moedigen en te steunen
Innoviris
41
Een basismodule in DV
Referentiecentrum HoReCa
42
De specificiteiten van DV (vervolg fiche 41) integreren in de bestaande opleidingen voor de werkzoekenden in de voedingsgerelateerde beroepen.
Bruxelles formation
43
De specificiteiten van DV (vervolg van de AF 41) integreren in de opleidingen voor de middenstand bestemd voor de werknemers en bedrijven uit de sector van de
EFPME
voedingsgerelateerde beroepen. 44 45 46
Basismodule in Duurzame Voeding (DV): Opstarten van opleidingen bestemd voor het onderwijzend personeel en de opleiders
Het aantal opleidingen vermeerderen + alle opleidingen m.b.t. UL (Urbane landbouw) verenigen om een gemeenschappelijk programma te definiëren. De opportuniteit bestuderen om een pilootopleiding in ondernemersschap in UL te lanceren.
Haute Ecole Lucia De Brouckère, CIRIHA Missions locales van Elsene en Etterbeek EFPME
47
Beroep doen op aangepast werk aanmoedigen m.b.t. de verwerking en toelevering van duurzame voedingsmiddelen in het BHG.
FEBRAP
48
De manier waarop de meerkost van de overgang naar duurzame voeding in de grootkeukens en de Horeca kan beperkt worden bestuderen en erover communiceren
Leefmilieu Brussel
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 36/42
35
49 50 51
Informatiesessies en basis/oriëntatie-opleidingen voor de beroepen in de sectoren van de duurzame voeding. De actoren van de verenigingen die instaan voor voedselgiften (in Duurzame Voeding) vormen om zo de giften te vergemakkelijken. Opleiding van opvoeders opleiders-maatschappelijk werkers in opvoeding tot de duurzame voeding.
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Rencontre des Continents RABAD Rencontre des Continents
Page 37/42
36
Titel 4: Lijst van de betrokken partners Afbeelding 4 – Overzichtstabel van de Piloten van de verschillende acties
Piloot
Atrium BECI Bioforum
Werkgroepen Steunmiddelen Steunmiddelen Steunmiddelen Versterking van de netwerken
Leefmilieu Brussel
Bruxelles Formation Referentiecentrum HoReCa CIRIHA Gemeente Elsene Gemeente Molenbeek CREDAL Rode Kruis Début des Haricots Ecole Interfacultaire de Bio-ingénieurs, ULB EFPME FBMD FEBRAP FEVIA Groupe One Innoviris Mabru MAD Het Groen en Blauw huis Mission locale van Etterbeek Mission locale van Elsene MBHG - Landbouw Ferme Nos Pilifs
Steunmiddelen
Fiches 29, 30, 31 22 37 1, 2, 3, 4, 5, 13, 14, 15, 16 21, 28, 33, 34, 35, 36
Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Steunmiddelen Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Steunmiddelen Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Versterking van de netwerken Versterking van de netwerken Steunmiddelen Versterking van de netwerken Steunmiddelen
48 42 38 41 26 44 9 1 24, 27 19 25
Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I
39
Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Versterking van de netwerken Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Versterking van de netwerken Steunmiddelen Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Versterking van de netwerken Versterking van de netwerken Versterking van de netwerken
43, 46 17, 19 47 10 23 40 11 20 6
Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I
45
Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Versterking van de netwerken Steunmiddelen Versterking van de netwerken
45 1, 2, 3, 14 32 7
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 38/42
37
Werkgroepen Versterking van de netwerken RABAD Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Rencontre des Continents Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I Netwerk SAGAL Versterking van de netwerken Dienst duurzame ontwikkeling Gemeente Versterking van de netwerken Anderlecht Piloot
Fiches 18 50 49 12 6
Afbeelding 5 – Lijst van de betrokken instellingen
Instelling Abatan Abattoirs BAO Net Brussel Academie voor Schone Kunsten Administratie voor Economie en Tewerkstelling FAVV Alimentation 21 Amphora APAM APAQ-W Atelier Groot Eiland Atrium VSGB Voedselbank BECI Bellevue Bioforum Bioguide Biosain Brussels Invest-Export Leefmilieu Brussel Bruxelles Formation Cactus Carrefour Belgium Referentiecentrum HoReCa CEFL CEMEA Instelling Ceria Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Statuut Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Piloot Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Statuut Medewerker Page 39/42
38
Certisys CIRIHA COCOF Coduco Comeos Gemeente Anderlecht Gemeente Elsene Gemeente Molenbeek OCMW Anderlecht OCMW Ukkel CREDAL Rode Kruis Début des Haricots Eco Innovation Ecole Interfacultaire de Bio-ingénieurs ULB EFPME Epicerie du CPAS de Charleroi Epicerie les Bon Villers Epicerie Maison des familles EVA Faculté d'Agronomie ULB FBMD FBMD FEBRAP FEVIA Food Design Food Fiction FWB Gestionnaires de marché Greenloop Groupe GIRAF Groupe One Heureux Nouveau IEB IFP Influences-végétales Innoviris Institut E. Gryzon Institut R. Lambion Institut Redoute Peiffer Karikol Instelling Le Byrrh Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Piloot Medewerker Medewerker Piloot Piloot Piloot Medewerker Piloot Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Piloot Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Statuut Medewerker 4/11/2013
Page 40/42
39
Le Chant des Cailles Les Jeunes Jardiniers Mabru MAD Het Groen en Blauw Huis Maizenne MCPro Mission locale van Etterbeek Mission locale van Elsene Mission locale van Sint-Gillis MBHG – Landbouw Natagora Nature & Progrès Ferme Nos Pilifs Observatorium voor de Werkgelegenheid Observatorium voor Gezondheid en Welzijn in BrusselHoofdstad Haven van Brussel RABAD Rencontre des Continents Netwerk van de SAGAL SAW-B GOMB SDS Serre-Outil Dienst Duurzame Ontwikkeling van de Gemeente Anderlecht Gemeentelijke diensten Groene ruimten Snijboontje Simply Food TCO Terre en vue Test Aankoop Travail et Vie UCM UFLED Universiteit van Gent Viangro Village Finance Village Partenaire VLACO Instelling VUB Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
Medewerker Medewerker Piloot Piloot Piloot Medewerker Medewerker Piloot Piloot Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Piloot Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Piloot Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Statuut Medewerker
4/11/2013
Page 41/42
40
Worms
Medewerker
Bijlage: Actiefiches De actiefiches met betrekking tot de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu as Duurzame Voeding worden hierna toegevoegd
Charter Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu, as Duurzame Voedingi
4/11/2013
Page 42/42
41
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 01
De verschillende mogelijke synergiën identificeren tussen de verschillende te identificeren potentiële en huidige projecten m.b.t. duurzame voeding ATELIER: VERSTERKING VAN NETWERKEN
COPILOTEN : BIM/MBHG CEL LANDBOUW
Functionele link met de AF n°3, 21, 14 en 22
Uitvoeringsdatum :
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n°
2014
Beschrijving Duurzame voeding ontwikkelt zich op progressieve wijze in Brussel. De doelstelling van deze fiche is al de bestaande of in wording zijnde projecten in Brussel te kunnen identificeren met inbegrip van de mogelijke synergieën tussen deze projecten. In een eerste fase wordt een inventaris opgemaakt van de huidige projecten en zij die in voorbereiding zijn om voor elk van hen een identificatiefiche op te maken. Deze fiche zal aangevuld worden door de projectdragers op basis van een voorbeeldmodel. Op basis van deze fiches zullen de projecten in kaart worden gebracht. Het zou interessant zijn om de link te leggen met fiche 3 die tot doel heeft het in kaart brengen van de beschikbare gronden. De tweede fase bestaat uit het identificeren van de synergieën tussen de verschillende projecten op basis van op voorhand geïdentificeerde criteria (geografische nabijheid, complementariteit van de activiteiten, doelgroepen…). Link met de economische ontwikkeling De projectdragers en de economische en politieke beslissingnemers hebben niet altijd een duidelijk zicht op wat er reeds in Brussel gedaan wordt. Deze actie moet het mogelijk maken om een accuraat beeld te geven van de projecten met betrekking tot duurzame voeding in Brussel en om medewerkingen aan te moedigen. Ze zorgt er ook voor dat de projectdragers van nieuwe projecten deze beter kunnen positioneren ten aanzien van de bestaande projecten. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Het doel is om alle projecten met betrekking tot duurzame voeding in het BHG te identificeren en de samenwerkingen te stimuleren. Doelgroep Projectdragers
Soort instrument Informatie
Opleiding/inschakeling Politiek en overheidsinstellingen
Fiche action n° 01 > Atelier: Versterking van de netwerken
42
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget Nagaan hoe het in kaart brengen van de projecten kan verlopen samen met fiche 3. De cartografie integreren in het web portaal (zie fiche 21). Een budget van 10.000 € voorzien voor het verwezenlijken van de cartografie. Voornaamste activiteiten en deadlines
Uitwerking van een onderzoeksformulier via een werkgroep: oktober tot december 2013; Verzending van het formulier met de hulp van de verenigingen die als schakel fungeren: januari 2014; Antwoorden ontvangen ten laatste: eind maart 2014; Identificatie van de mogelijke synergieën tussen de projecten: april 2014 tot eind juni 2014; In kaart brengen van de verschillende projecten: juli 2014 tot eind december 2014.
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Copiloot
BIM
Opvolging van de inventaris voor de aspecten die betrekking hebben tot zijn bevoegdheden (onderzoek) + identificatie van de synergieën tussen de projecten – cartografie op het web portaal
Copiloot
MBHG/cel landbouw
Opvolging van de inventaris (onderzoek) + identificatie van de synergieën tussen de projecten + link met de fiches 9 & 13 voor het in kaart brengen.
Medewerkers
Nos Pilifs
Aanbrengen van informaties
BECI
Aanbrengen van informaties
FEVIA
Informeren over de projecten waar we kennis van hebben om zo de databasis te actualiseren.
Gemeente van Anderlecht (Duurzame Ontwikkeling)
Informatie geven over de Neerpede zone
Te betrekken instellingen: -
Elke rojectdrager in het kader van Duurzame Voeding
Fiche action n° 01 > Atelier: Versterking van de netwerken
43
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 2
Transversaal plan voor duurzame voeding ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN Functionele link met AF nr. PILOOT : BIM CO-PILOOT : MBHG/LANDBOUW
Link Einde/Begin /// Begin/Einde met fiche nr.
Uitvoeringsdatum: 2013 2015 (vervolgens opvolging & uitvoering)
Beschrijving Context (Duurzame) voeding is een thema dat vele facetten heeft: milieu, gezondheid, landbouw, werkgelegenheid, maar ook ruimtelijke ordening, mobiliteit, ... Op het niveau van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: - De Minister van Leefmilieu heeft actieprogramma's uitgewerkt rond duurzame voeding die in lijn liggen met haar bevoegdheden: “Voor een duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: actieplan ter ondersteuning van de vraag” (2012), en een programma gelinkt aan het moestuinnetwerk (2012). - Het kabinet bevoegd voor Milieu is op dit moment bezig met de uitvoering van deze programma's. Bovendien is het kabinet de lead partner van het Europese project URBACT “sustainable food for urban communities”, dat een (regionaal) actieplan wil ontwikkelen. Bovendien bevat het afvalplan (2010) een aantal voorschriften rond voedselverspilling. - De cel landbouw van het ministerie heeft een programma uitgewerkt voor de verdeling van groeten en fruit aan kinderen uit lagere scholen. Bovendien gaat de cel door met het beheer van het programma “melk op school”. Het Gewest heeft drie controleorganen erkend die de bio-operatoren aanduiden op basis van de Brusselse en Europese wetgeving. - Het GPDO-project bevat “prioritaire acties” rond duurzame voeding, maar deze zijn heel erg algemeen en niet echt concreet om uitgevoerd te worden. Op het niveau van de gemeenten: Heel wat lokale Agenda's 21 bevatten acties gelinkt aan duurzame voeding. Project De doelstelling van de fiche is om een “Regionaal transversaal plan rond duurzame voeding” te ontwikkelen. Dit plan zal ervoor zorgen dat: - de actieprogramma's op elkaar aansluiten, er een evaluatie en opvolging komt op langere termijn, er aanpassingen komen... ; - de acties die banen scheppen in een globaler kader kunnen worden geplaatst, om zo de vraag en het aanbod op een coherente manier op elkaar af te stemmen; - er op termijn een coördinatie zal voorzien worden (een continu overlegplatform) met een orgaan dat zich zal bezig houden met de opvolging en dialoog, van het type “Raad duurzame voeding”; - er verder kan gewerkt worden aan een gemeenschappelijke visie over wat duurzame voeding juist is; - er kwalitatieve en kwantitatieve doelstellingen kunnen bepaald worden en dat er indicatoren ontwikkeld kunnen worden
Actiefiche nr. 02 > Atelier: versterking van de netwerken
44
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Link met de economische ontwikkeling De acties van de Alliantie maken integraal deel uit van het plan. De bevordering van de werkgelegenheid inzake duurzame voeding zal versterkt worden door dit transversaal plan waar de acties voor vraag en aanbod deel van zullen uitmaken. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie De doelstelling is om een coherent transversaal stappenplan uit te werken, om zo een duurzaam voedingsbeleid uit te kunnen werken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest waarin alle acties gebundeld zijn voor vraag en aanbod. Doelgroep
Soort instrument
Alle doelgroepen, per sector
planning
Budget Menselijke middelen – personen officieel aangesteld door hun voogdijminister. Als de regering beslist om een bindend statuut te geven aan dit plan, dan zou een budget moeten worden voorzien voor de uitvoering van een effectenstudie en een openbaar onderzoek. Budget voor de effectenstudie 30.000€ (2014) Budget voor een openbaar onderzoek van beperkte omvang 20.000€ (2016) Op termijn: Budgettaire middelen voor de uitvoering van het plan (hangt af van de geplande acties). Voornaamste activiteiten en deadlines Oprichting van een werkgroep(eind 2013) Ontwerpplan – Bespreking met stakeholders (2014) Als de regering een bindend statuut geeft aan dit plan, dan kan de effectenstudie uitgevoerd worden eind 2014 en kan het openbaar onderzoek opgestart worden in 2015, zodat er datzelfde jaar een goedkeuring kan komen van de regering. Partnership Engagementen van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM
Coördinatie van de opstelling van het plan, link lokaal plan URBACT
Co-piloot
MBHG/landbouw
Meewerken aan de opstelling van het plan en opvolging
Medewerker
VSGB
Verbinding tussen gemeenten en regio, deelname aan de werkgroep
Te betrekken instellingen: Betrokken regionale overheden : BAO, GOMB, Ministerie van Economie & Werkgelegenheid, Haven van Brussel, Actiris, GIMB, Atrium, ATO.. Instellingen in de gezondheidssector : COCOF/VGC, federale niveau Stakeholders, CE, CES Actiefiche nr. 02 > Atelier: versterking van de netwerken
45
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 03
Een kadaster opmaken van de bestaande en potentiële oppervlakken gebruikt voor landbouwproductie en groententeelt in het BHG en ook in de peri-urbane zone ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN Functionele link met AF nr./ COPILOOT : MBHG CONPILOOT : BIM
Uitvoeringsdatum: 2013-2014
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche nr./
Beschrijving Het wordt vandaag de dag steeds moeilijker om in Brussel gronden te vinden die kunnen dienen voor de productie van landbouwproducten en voedsel. Als iemand een landbouwproject wil opstarten, dan is één van de grootste problemen de zoektocht naar een stuk grond. Deze actie gaat over de opstelling van een kadaster. Door dit grondregister en de bekendmaking ervan zal de zoektocht naar gronden gemakkelijker worden, omdat niet alleen de bestaande gronden die gebruikt worden voor de productie van landbouwproducten en voedsel erin zullen worden opgenomen, maar ook de mogelijke daarvoor bestemde gronden. Het spreekt voor zich dat de meerderheid van de landbouwgronden buiten Brussel liggen; daarom moeten ook deze peri-urbane gronden in het kadaster opgenomen worden. De studie kan gebaseerd worden op twee lopende studies:
De eerste studie werd opgestart door Leefmilieu Brussel in 2013 en wordt uitgevoerd door BRAT. De studie bekijkt de mogelijkheid tot groenteteelt in het BHG en heeft als doel het opstellen van een kwalitatieve en kwantitatieve inventaris van de bestaande groentetuinen en gronden die mogelijk gebruikt kunnen worden als groentetuinen. De missie van BRAT strekt zich uit tot alle terreinen die voor landbouw kunnen gebruikt worden, zo kan er worden nagedacht over de economische ontwikkelingsmogelijkheden voor de urbane landbouw. Toch is het niet onmiddellijk de bedoeling om landbouwbedrijven te gaan oprichten. Deze studie is beperkt tot het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en houdt dus geen rekening met de peri-urbane zone.
De tweede studie, die ook in 2013 werd opgestart door Leefmilieu Brussel, gebeurt in samenwerking met VLM (de Vlaamse Landmaatschappij) en wordt geleid door het studiebureau SUM. Deze studie gaat over de opstelling van een interregionaal masterplan voor de zone waarvan Neerpede, Vlezenbeek en Sint-Anna-Pede, gelegen in de het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Anderlecht) en in Vlaanderen, deel uitmaken.
Actiefiche nr. 03 > Atelier: Versterking van de netwerken
46
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
De twee betrokken regio's streven dezelfde strategische doelstellingen na voor deze periurbane zone, namelijk het behoud en de valorisatie van de kwaliteit van het landschap, het ecologisch patrimonium en de agrarische functie, ... De ontwikkeling van het masterplan Neerpede-Vlezenbeek-St-Anna-Pede bevat verschillende fases: namelijk de inventarisering, de ontwikkeling van een operationele visie en een communicatiestrategie. Link met de economische ontwikkeling Dankzij het kadaster, zullen landbouwprojecten gemakkelijker uitgevoerd kunnen worden. Het zal ervoor zorgen dat er een duidelijker beeld komt van de beschikbare plaatsen voor nieuwe landbouwprojecten. Met de komst van stadslandbouwers en groentetelers zullen nieuwe economische ontwikkelingen zich kunnen ontplooien. Door rekening te houden met de peri-urbane zone zal dit kadaster toelaten om projecten te ontwikkelen op een grotere, interregionale schaal. De productie komende van deze gronden zal een antwoord bieden op de Brusselse vraag naar voeding. Doelstellingen/ te verwachten resultaten van de actie De hoofddoelstelling bestaat erin een beeld te krijgen van de mogelijkheden van de landbouwproductie in Brussel en omgeving. Het kadaster moet opgesteld worden in samenwerking met de twee andere studies hierboven aangehaald. Eens het kadaster is opgesteld, is het heel erg belangrijk om dit ook bekend te maken. Doelgroep
Soort instrument
Verenigingen actief in de urbane landbouw. Iedereen die wil starten in de urbane landbouw.
Budget BRAT: 78 000 € BTW inbegrepen voor openbare aanbestedingen – reeds vastgelegd SUM: 195 000 € BTW inbegrepen voor openbare aanbestedingen (LB neemt 60% voor haar rekening) – reeds vastgelegd Voor de opstelling van het kadaster moet er een budget voorzien worden voor openbare aanbestedingen van ongeveer 70.000 €. Voornaamste activiteiten en deadlines -
Oktober 2013: 1e vergadering van de werkgroep voor de uitwerking van een lastenboek. (bestuderen van de conclusies van de studie van BRAT)
Actiefiche nr. 03 > Atelier: Versterking van de netwerken
47
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
-
Januari 2014: 2e vergadering van de werkgroep voor de uitwerking van een lastenboek. (bestuderen van de conclusies van de studie van SUM)
-
Maart 2014: Uitschrijven van de openbare aanbesteding ter uitvoering van de studie.
-
Mei 2014: Begin van de studie.
-
December 2014: Einde van de studie.
Partnership
Engagement van de actoren : Rol
Actor
Engagement
Co-Piloot
MBHG
Start van de studie voor de opstelling van een grondregister
Co-Piloot
BIM
Beheer van de studie over de mogelijke groententeelt in het BHG beschreven hierboven De link verzekeren met de fiche “aanbod”
Medewerker
Gemeente Anderlecht (Duurzame ontwikkeling)
Informatie over de zone van Neerpede - Deelname aan de werkgroep
Terre en vue, Le Début des Haricots
- Verspreiding van de cijfers en informatie in ons bezit
Regio Vlaanderen Dirk Van Ghizegem, studiedienst, administratie landbouw & visserij
Informatie over de peri-urbane zone
Gemeenten/OCMW/VSGB
Link met de gronden die eigendom zijn van de gemeenten en OCMW’s
Te betrekken instellingen: Alle publieke en privé instellingen die gronden bezitten die zouden kunnen dienen voor landbouw of groenteteelt worden in deze studie betrokken. BECI: voor de verspreiding van de resultaten, via hun netwerk.
Actiefiche nr. 03 > Atelier: Versterking van de netwerken
48
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 04
Een symposium organiseren over urbane landbouw ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN COPILOTEN : BIM/MBHGCEL LANDBOUW
Functionele link met fiche n °3
Uitvoeringsdatum :
Link Einde/Begin /// Begin/Einde met fiche n°
Sept 2013 – mei 2014
Beschrijving Context Om de ontwikkeling van de urbane landbouw in Brussel te bevorderen, moet het concept kenbaar en geloofwaardig gemaakt worden. Er moet bovendien ook een antwoord geboden worden op de vragen van de projecthouders. De bedoeling bestaat erin de Brusselse actoren te inspireren, maar ook te positioneren als dynamische actor in het netwerk van steden die actief zijn rond dit onderwerp (Rotterdam, Berlijn, Montréal, Detroit, NY…) door Brusselse projecten te steunen. Project MBHG/cel landbouw en BIM gaan samen een symposium organiseren over urbane landbouw dat zal gehouden worden begin 2014. De mogelijkheid om andere symposia over urbane landbouw te organiseren, met name in het kader van de beurs AGRIBEX (de Brusselse landbouwbeurs) in december 2015 zal bestudeerd worden. Verdelen van de bevoegdheden tussen de twee copiloten: elkaar aanvullen op vlak van de thema’s: - MBHG: over de technieken en methodes gebruikt bij urbane landbouw, de reglementering en hulp aan de landbouw; - BIM: over de plaats van landbouw in de stad in het kader van de urbane renovatie en de duurzame stad, over de milieukwesties (vermindering van de Brusselse voetafdruk rond voeding, milieu-impact van landbouwproductie, impact van vervuiling op de kwaliteit van de grond en de landbouwproducten). Er zullen tussenkomsten gevraagd worden om aan te tonen hoeveel verschillende benaderingen er zijn en ook hoe divers ze zijn: collectieve burgerinitiatieven voor projecten over urbane landbouwproducten. Projecten in Brussel zullen met elkaar verbonden worden, in verschillende dimensies: namelijk op agronomisch, economisch en stedenbouwkundig vlak. De acties zullen opgenomen worden in een uitgave die zal dienen als referentiewerk. Concept: Symposium van één of meerdere dagen met: - Toonaangevende sprekers - Video’s/films van buitenlandse experimenten - (Bestaande) tentoonstelling van Strategic Design Scenario - Ateliers rond landbouw in het BHG Mogelijke thema’s: - Management/Business models voor projecten - Urbane landbouw en openbaar beleid
Actiefiche nr. 04 > Atelier: versterking van de netwerken
49
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
“Beperkingen” van de stad: ruimte/vervuiling/technieken Landbouwmodel voor de urbane landbouw Een urbane voedingsketen ontwikkelen: verdeling en bewerking van producten uit de stad - Urbane landbouw en peri-urbane landbouw: rivalen of vullen ze elkaar aan? - Gebreken in de ketens van de urbane landbouw: uitrusting, rekening houden met de stedenbouwkundige context, … - Ketens voor kweek van vis en insecten - Hoe kan de economische begeleiding verbeteren om leefbare businesses op te starten; ter illustratie de opleidingen die aan de gang zijn in het kader van de Missions locales (St Gillis, Etterbeek, Elsene). Elk atelier wordt ingeleid door een uiteenzetting die het onderwerp plaatst in de context en die getuigenissen bevat. Het debat wordt voorbereid – de kwesties zullen besproken worden binnen de stuurgroep en zullen voorgesteld worden aan alle deelnemers. -
Doelgroep: Brusselse actoren uit de sectoren: stedenbouwkunde, urbane landbouw, politiek/beslissing/administratie, ondernemingen en verenigingen, universiteiten en studenten (agronomie, economie, politieke wetenschappen…). Organisatie: De basisorganisatie overlaten (via een overeenkomst na een openbare aanbesteding) aan een externe partner. Deze conventie gaat over de organisatie van het seminarie, maar ook over de voorbereidende/verkennende fase die dient om inspirerende projecten uit het buitenland te verkennen (deze verkenning zal steunen op de uitgevoerde studies inzake de mogelijkheden voor de werkgelegenheid in de landbouwsector en de business models). Een stuurgroep (piloten)/ wetenschappelijk comité opstellen: - één of meerdere voorzitter(s) aanduiden (uitwisseling van kennis en competenties van een stedenbouwkundige en een landbouwkundige); - Deelnemers: vertegenwoordigers van het kabinet, vertegenwoordigers van LB, medewerkers, … Link met de economische ontwikkeling Het symposium moet Brusselse projecthouders inspireren/informeren, zowel voor bestaande projecten als voor toekomstige projecten, werkmiddelen verschaffen en contacten leggen om mogelijke partnerships te bewerkstelligen. Het symposium kan er ook toe leiden dat er een netwerk ontstaat voor de promotie van en samenwerking tussen de sector van de urbane landbouw in Brussel.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Ontwikkelen van activiteiten rond urbane landbouw in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: nieuwe ontwikkelingen voor bestaande projecten of nieuwe activiteiten. Doelgroep Projecthouders
Soort instrument informatie
Opleiding/inschakeling
Actiefiche nr. 04 > Atelier: versterking van de netwerken
50
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Stedenbouw Politiek en openbare instellingen Budget
Logistieke organisatie door LB – kost : huur zaal, catering, vertaling… (volgens omvang, uiteenzettingen…): 25.000€ – 45.000€ Uitbesteding voor het ontwikkelen van een programma (zoeken naar sprekers, opstellen programma, presentatiemogelijkheden, organisatie en animatie van de ateliers): 15.000€ Opstelling en uitgifte van de documenten rond het symposium : ?
Voornaamste activiteiten en deadlines Logistieke organisatie: midden 2013 (9 maanden voor het evenement) -> begin 2014 Openbare aanbesteding voor het programma: midden 2013 Werkgroep rond de inhoud: oktober 2013 – februari 2014 Het evenement: begin 2014 Uitgifte en verdeling van de publicatie ivm het symposium: heel 2014 Partnership Engagement van de actoren : Rol
Actor
Engagement
Copiloot
BIM
Logistieke organisatie, openbare aanbesteding voor het programma, opvolging van de inhoud
Copiloot
MBHG/cel landbouw
Opvolging van de inhoud voor de materies die hen aanbelangen
Medewerkers
Le champ des cailles / Début des Haricots
Geïnteresseerd om mee na te denken over het evenement in de mate de beschikbaarheden. Kunnen een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van het programma en als deelnemers aan het evenement (ferme du chant des cailles, urbaan landbouwbedrijf,…)
SDS
Heeft een tentoonstelling gemaakt in het kader van het Europees project CORPUS – waaronder posters over voeding -> bijdragen met alle of een deel van het materiaal van deze tentoonstelling als dit aansluit op het thema!
Nos Pilifs
Geïnteresseerd, ontdekking van de waterkerskwekerij van Laken en het project Jard’Inspriation
ULB/GIRAF
Stuurgroep (rekening houden met zowel de stedenbouwkunde als de agro-ecologie)
Te betrekken instellingen: -
Studiebureau’s voor de oproep tot onderaanneming
Actiefiche nr. 04 > Atelier: versterking van de netwerken
51
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 5
Organisch afval beter opwaarderen om de urbane landbouw te bevoorraden met kwaliteitsvolle compost ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
PILOOT: BIM
Functionele link met de AF n° (zie ook alliantie afval)
Uitvoeringsdatum :
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n°…
2014 - 2015
Beschrijving De huidige grote interesse voor de ontwikkeling van stadslandbouw zowel voor de particulieren (collectieve moestuinen, moestuinen in vierkant, enz.) als voor de professionals ( projecten rond groenteteelt in de stad, voedselvoorziening via korte circuits, regionale projecten enz.) maakt dat de vraag naar kwaliteitsvolle gronden en bodemverbeteraars zal blijven toenemen. Vermits dat het merendeel van deze projecten milieugebonden zijn houdt dit in dat er geen chemische producten worden gebruikt (meststoffen/pesticiden) en er dus moet worden beroep gedaan op organische of minerale bodemverbeteraars van ecologische kwaliteit. Het is dus belangrijk dat een aanbod aan kwaliteitsvolle compost, afkomstig uit de regio, zich zou ontwikkelen. Momenteel is het productie-en verkoopnetwerk van compost weinig ontwikkeld in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Slechts enkele producenten zijn hierin actief zoals BrusselCompost en bedrijven gespecialiseerd in het onderhoud van parken en tuinen (de boerderij NOS PILIFS bijvoorbeeld). Bovendien is het aanbod aan kwaliteitsvolle compost beperkt hoewel de vraag groot is volgens de boerderij Nos Pilifs. Bijgevolg moeten de producten afkomstig van stedelijke compost en/of van versnelde compostering platforms de volgende voordelen aanbieden: - kwaliteit - toeleveringslogistiek en distributie In het kader van de lokale productie van compost kan men volgende klanten hebben: 1. Particulieren (individuele tuinen, collectieve moestuinen, enz.) ; 2. Boomkwekers-tuinders; 3. Privé-bedrijven die instaan voor het beheer van parken en tuinen; 4. Stadsboerderijen; 5. Diensten voor gemeentelijke groene ruimten; 6. BIM en andere overheidsdiensten; Het project bestaat erin om: Een overzicht te hebben van wat bestaat inzake gegevens De vraag evalueren (kwalitatief en kwantitatief) van de verschillende doelgroepen// balkontuinen, moestuinen in vierkant, gemeenschappelijke moestuinen, stedelijke groenteteelt, projecten rond stadsboerderijen op de daken, enz.//(m.b.t. producten, kwaliteit, beschikbaarheid, de prijs die men bereid is te betalen…) De kwantitatieve en kwalitatieve behoeften definiëren van het Brusselse publiek
Actiefiche n° 05 > Atelier: versterking van de netwerken
52
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
De criteria nader bepalen van een kwaliteitsvol aanbod (definiëren van de technische normen) Op kwantitatieve en kwalitatieve wijze het aanbod aan compost evalueren – De kwaliteit bestuderen van de compost die momenteel wordt geproduceerd op gecentraliseerde en gedecentraliseerde wijze voor de groenteteelt/Analyseren wat op de markt beschikbaar is De ontwikkelingsmogelijkheden van de activiteiten rond kwaliteitsvolle compostering in Brussel evalueren De vraag kenbaar maken Het aanbod kenbaar maken, deze toegankelijk maken, de erkenning toelaten van het specifieke Brusselse aanbod door de verschillende kwaliteiten te onderscheiden.
Link met de economische ontwikkeling De behoeften beter kennen en de kwaliteitscriteria voor een « compost » product nader bepalen zal bijdragen tot de opkomst en de rendabiliteit van de compostereingsnetwerken van bio-afval. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie De kwaliteit bestuderen van de gecentraliseerde en gedecentraliseerde compost voor de groenteteelt/bestuderen wat reeds op de markt bestaat De vraag bestuderen van de verschillende doelgroepen (m.b.t. het product, de kwaliteit, de beschikbaarheid, de prijs), nagaan wat er bestaat Het bestuderen/invoeren van de noodzakelijke sorteringen, ruimtebeheer, transport… Het aanbod kenbaar maken, een specifieke erkenning toelaten van het Brusselse aanbod Doelgroep Betrokken professionals Potentiële kopers
Soort instrument Studie Communicatie
Budget De kwaliteit van de gecentraliseerde en gedecentraliseerde compost voor groenteteelt bestuderen/bestuderen wat de markt reeds aanbiedt: 30 000 € De vraag van de verschillende doelgroepen bestuderen (m.b.t. het product, de kwaliteit, de beschikbaarheid, de prijs die men bereid is te betalen…): 30 000 € De aanbod kenbaar maken, een specifieke erkenning toelaten van het Brusselse aanbod: vanaf 20 000 €… Voornaamste activiteiten en deadlines Poolshoogte nemen over het bestaande: 2014 Bijzonder Bestek het aanbod bestuderen (kwantiteit, kwaliteit):2014 Bijzonder Bestek de vraag bestuderen van de verschillende doelgroepen (m.b.t. het product, de kwaliteit, de beschikbaarheid, de prijs die men bereid is te betalen…) en de mogelijkheden m.b.t. de ontwikkeling van composteringsactiviteiten in het BHG: 2014
Actiefiche n° 05 > Atelier: versterking van de netwerken
53
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Communicatie, het aanbod kenbaar maken, een specifieke erkenning toelaten van het Brusselse aanbod:2015
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM
Opstarten en opvolging van de overheidsopdrachten Bijdragen tot promotie
Medewerker
MBHG/cel landbouw
Opvolging van de compostmarkt wat het aspect van de valorisatie betreft van de compost
WORMS
Een netwerk ontwikkelen voor het composteren van bio-afval in Brussel. Meewerken aan het denkproces als expert in valorisatie van bio-afval (gedecentraliseerde compostering) en die over een goede biochemische kennis beschikt inzake compost en de verwachtingen van de verschillende actoren betrokken bij de productie.
Nos Pilifs
De mogelijkheden evalueren : - om een composteringsnetwerk te onwikkelen van groenafval in Brussel (aanbod van groenafval en vraag naar compost voor particulieren/professionals) - om een composteringscentrum te creëren van groenafval - om het aanbod te diversifiëren (specifieke mengelingen en verpakkingen) - om aan sensibilisatie te doen (alternatief voor substraten op basis van turf, valorisatie van lokale afvalstoffen…)
Net Brussel
/
VSGB
Reflectie-atelier met de diensten voor groene ruimte van de gemeenten
Te betrekken instellingen: -
Vlaco
-
Brussels Waste Network : Technische-economische studie voor compostering op de site van de Slachthuizen van Anderlecht (door Ecores voor Atrium Kuregem) – o.a. business modellen en financiële plannen
Actiefiche n° 05 > Atelier: versterking van de netwerken
54
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 6 Ontwikkeling van projecten voor sociale economie in het kader van het Centrum Duurzame Voeding in Neerpede ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
PILOOT: Vzw Groen en Blauw
Functionele link met AF's
Uitvoeringsdatum :
Huis (Gemeente Anderlecht)
N° 1, 2, 3, 4, 8, 24, 25, 26, 27, 29, 31, 32, 35, 43, 45, 46, 49
Start : 01/2014
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF's nr. …
12 maanden
Beschrijving Het Groen en Blauw Huis is een semi-gemeentelijke vzw (opgericht in november 2012) met als 1 maatschappelijk doel het behoud van de landelijke zones van NEERPEDE door belangstelling te wekken voor duurzame voeding en biodiversiteit (workshops, wandelingen, kookateliers, voordrachten...). Om dit behoud zo goed mogelijk te verzekeren, wenst het Groen en Blauw Huis er 2 een CENTRUM DUURZAME VOEDING (CDV) te ontwikkelen. Hiermee kan tegemoet gekomen worden aan het toenemend aantal aanvragen, komt er een actor op het terrein om deze aanvragen te behandelen, en wordt een plaatselijke dynamiek gecreëerd met een regionale draagwijdte (gekoppeld aan een project voor een regionale Agrobiopool). Dit CDV wordt een instrument om duurzame voeding als een coherent en geïntegreerd systeem te benaderen waarvan de schakels - opleiding, productie, distributie, consumptie, opvoeding - mekaar onderling versterken. In dit CDV - dat een platform biedt voor experimenten en expertise op het vlak van urbane en peri-urbane landbouw - wensen we een PRODUCTIEAS te ontwikkelen, om sociaaleconomische projecten voor voedselproductie (landbouw, transformatie...) op te zetten die in het kader passen van het 'Duurzame Voedingssysteem' en in aanraking komen met alle schakels ervan. Ons sensibiliseringswerk in de Brusselse alfabetiseringshuizen, de OCMW's en de Missions Locales heeft ons in staat gesteld de belangen, wensen, vragen en dynamiek omtrent duurzame voeding en bestaande of te creëren beroepen in kaart te brengen. In dit stadium staat het CDV nog in zijn kinderschoenen: het beschikbaar stellen van de middelen en de coördinatie van het personeel van het gehele project vereist de samenstelling van een volwaardige equipe (het Groen en Blauw Huis beschikt momenteel slechts over een enkele 0,8VTE). Wat de steun 1 Neerpede is een historische corridor op het vlak van groenteteelt en -distributie van het Pajottenland naar Brussel en heeft talrijke troeven: leefmilieu: luchtkwaliteit, biodiversiteit gelinkt met het groene netwerk en de geklasseerde zones / natuurgebieden (verbeteringsdynamiek op te volgen) landelijk centrum van de streek : landbouwers & groentekwekers, bruegheliaans landschap, grenzend aan het Pajottenland (streekplan), landelijke pendant van het regionale bosgebied zichtbaarheid : vgl. bestaande of op stapel staande regionale projecten: Groene Wandeling, Recreatief Centrum van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Agrobiopool in de regionale boerderij (contact : Nicolas JOSCHKO, Kabinet Huytebroeck). 2 Het CDV steunt op vier ontwikkelingsassen : AS 1 : SENSIBILISERING : gezondheidskost individu / planeet AS 2 : CONSUMPTIE : ondersteuning van de stedelijke en randstedelijke landbouw, met name door het in balans brengen van vraag en aanbod (organisatie van bezoeken ter plaatse, gegroepeerde aankopen...) AS 3 : OPLEIDING : opleidingen rond stadslandbouw en duurzame voeding bevorderen AS 4 : PRODUCTIE : een meer duurzame stedelijke en randstedelijke landbouw bevorderen
Actiefiche nr. 06 > Atelier: versterking van de netwerken 55
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
van de Alliantie betreft, lijkt het ons essentieel om gedurende een eerste jaar een Verantwoordelijke Sociale Economie (1 VTE) aan te werven om deze brede pilootprojecten te ontwikkelen (vgl. schakels van het 'Duurzame Voedingssysteem', zie hierboven).
Link met de economische ontwikkeling Het CDV wil mensen die professioneel aan de slag willen op het gebied van duurzame voeding (stedelijke en randstedelijke landbouw, transformatie van plaatselijke producties in Neerpede...) een platform voor expertise en experimenten in Neerpede aanbieden. De meeste van deze mensen hebben reeds een aanzienlijke knowhow en sommigen zijn van plan hun eigen werk verder te ontwikkelen. De Verantwoordelijke Sociale Economie (gesteund door het AWL) zal in samenwerking met Credal toezien op het goede verloop van deze (twee of drie) pilootprojecten voor sociale economie, rekening houdend met de andere ontwikkelingsassen van het CDV (zie hieronder). Voorts leiden deze andere assen van het CDV eveneens tot een indirecte creatie van arbeidsplaatsen voor lesgevers, producenten, ondernemers, animatoren, koks, restauranthouders, traiteurs...: AS 1 SENSIBILISERING : het aanbod en de vraag stimuleren AS 2 CONSUMPTIE : het aanbod en de vraag verhogen (op elkaar afstemmen & networking) AS 3 OPLEIDING : de kwaliteit van het aanbod verbeteren, de vraag stimuleren AS 4 PRODUCTIE: de kwantiteit van het aanbod verbeteren, de vraag stimuleren
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie De aanwerving van een Verantwoordelijke Sociale Economie voor de AS PRODUCTIE van het CDV zal de goede ontwikkeling verzekeren van de projecten voor sociale economie. Zijn werk zal met name gericht zijn op de drie andere ontwikkelingsassen van het CDV: -
-
DE AS SENSIBILISERING : hij zal de vrijwilligers - die hij ontmoette in de alfabetiseringshuizen, de OCMW's en de missions locales - naar de professionaliserende groepen oriënteren. DE AS OPLEIDING: hij zal algemene opleidingen duurzame voeding organiseren (korte en lange cyclussen) en ontmoetingen met boeren (vooral zij die actief zijn in de stedelijke en randstedelijke landbouw) of andere personen die beroepen uitoefenen die verband houden met de projecten... DE AS CONSUMPTIE : hij zal de afzet van de productie voorzien via verkooppunten van lokale en bioproducten en andere diverse (aan verenigingen gelinkte of informele) netwerken; hij zal gegroepeerde aankopen organiseren evenals bezoeken aan de productieplaatsen...
Doelgroep Vooral werklozen, alfabetiseringshuizen, missions locales
Soort instrument afkomstig OCMW's
uit en
* Bestaand publieksnetwerk * Verantwoordelijke Sociale Economie (gesteund door de AWL) * Communicatie (via de site van het Groen en Blauw Huis, evenals netwerken zoals RABAD, Réseau ID, het BIM, het Participatiehuis in Anderlecht…)
Budget
Verantwoordelijke Sociale Economie
vo AS PRODUCTIE van het CDV van het Groen en Blauw Huis or de 55 560€ ofwel een VTE gedurende een jaar
Begeleiding door CREDAL zie engagement hieronder (projetct 4A) 7 260€ voor 10 dagen TOTAAL : 62 820€ Actiefiche nr. 06 > Atelier: versterking van de netwerken
56
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Voornaamste activiteiten en deadlines ste
1 semester 2014: Oriëntatie en groepering van de personen die wensen te beginnen met een professionele activiteit als voedselproducent (via onze bestaande en te creëren netwerken) Studie van de projecten voor sociale economie (businessplan, financiële, fiscale en juridische aspecten…) – in samenwerking met Credal Organisatie van de opleiding duurzame voeding – in samenwerking met Rencontre des Continents Organisatie van ontmoetingen met landbouwers of andere beroepen die verband houden met de projecten e
3 trimester 2014 : Begin van de voedselproductieprojecten e 4 trimester 2014 : Organisatie van de afzet van de eerste productie ; organisatie van de bezoeken aan de productieplaatsen ; evaluatie van het werk van de Verantwoordelijke Sociale Economie Volgende jaren: Ontwikkeling op grotere schaal van de projecten rond sociale economie evenals van het CDV, in nauwe samenwerking met de regionale boerderij en haar operatoren (experiment en expertise op het vlak van stedelijke en randstedelijke landbouw)
Rol Piloot
Copiloot
Medewerker
Medewerker
Medewerker
Actor vzw Groen en Blauw Huis Dienst DO Gemeente Anderlecht Mission locale Gemeente Anderlecht Rencontre des Continents Dienst Economie Gemeente Anderlecht
Engagement Coördinatie van de redactie van de fiche en van de actie Betrokkenheid bij de redactie en het opvolgen van de actie + steun wat betreft de 4 assen Organisatie van de opleidingen (nader te bepalen akkoord)
in
randstedelijke
landbouw
Organisatie van de opleiding in duurzame voeding Promotie van de ontluikende economische voorbehoud van goedkeuring van de schepen)
activiteiten
(onder
Medewerker
Credal
Medewerker
Travail et Vie
Begeleiding bij de creatie van leefbare sociale-economie-projecten (businessplan, financiële, fiscale en juridische aspecten) en potentiële toegang tot de sociale conservenfabriek in een verder stadium (zie AF Credal) Ter beschikkingstelling van een braakliggend terrein van 800 m² in Kuregem
Medewerker
Début des Haricots
Steun aan de ontwikkeling van projecten rond stedelijke landbouw in Brussel (zie AF 22)
Medewerker
Dienst Gemeentelijke Eigendommen Gemeente Anderlecht
Ter beschikkingstelling van terreinen in Neerpede door de gemeente Anderlecht (als groot-eigenaar van de zone)
Actiefiche nr. 06 > Atelier: versterking van de netwerken 57
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Medewerker
Institut Redouté Peiffer
Principieel akkoord voor deelname (concretisering in september 2013)
van
de
tuinbouwschool
Te betrekken instellingen: Alfabetiseringshuizen, OCMW, Missions locales (Elsene, Etterbeek…), het Participatiehuis van Anderlecht, Producenten (in Neerpede en elders), Eco Innovation, MBHG (Marco Volpe), RABAD, Réseau ID, BIM, SA Abattoir, Crabe Asbl, EFPME, Bruxelles-Formation, ULB (Faculté d'Agronomie), Greenloop
Actiefiche nr. 06 > Atelier: versterking van de netwerken 58
4
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 7
Inspiratietuin van de boerderij Nos Pilifs ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN Functionele link met AF n° PILOOT : BOERDERIJ NOS PILIFS
Uitvoeringsdatum : 2013-2016
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met
AF n°
Belangrijkste schakels (productie=> consumptie en levenseinde)
Het aanbod op het vlak van duurzame voeding wordt momenteel gestructureerd en georganiseerd in netwerken die in het kader van de sociale economie passen. Zie ook de talrijke andere actiefiches rond de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu. Overigens zijn we met onze VZW al actief in talrijke schakels van de keten productie => consumptie => levenseinde:
de creatie en het onderhoud van groene gebieden vanuit een puur ecologisch perspectief; interventie in de individuele of collectieve moestuinen; aanleg van groendaken; vermenigvuldiging van inheemse planten; verwerking van groenafval met verkoop van compost (zie actiefiche rond compost); verkoop van milieuvriendelijke producten voor de tuin en de moestuin; organisatie van tuiniercursussen in het teken van 'biodiversiteit' en 'geïntegreerd beheer’; uitbating van de Waterkerskwekerij van Laken als stedelijk producent; binnenkort: aanleg van een collectieboomgaard, project didactisch bijenhuis; kweek van kippen met vrije uitloop die uitsluitend ter plaatse worden verkocht; samenstelling en verdeling van honderden manden met biogroenten per week ; via de site voor onlineverkoop www.fermenospilifsshop.be kan een steeds ruimer gamma aan bio- en lokale producten worden verdeeld ; ons bakkersatelier is bio; organisatie door l’Epicerie van cursussen « levende keuken » met gebruik van lokale en bioproducten; sensibilisering van kinderen via de Kinderboerderij.
Al deze activiteiten zijn opgevat als werk in een beschutte werkomgeving en leveren 170 banen op waarvan er 140 zijn voorbehouden aan gehandicapte personen. Via dit initiatief willen we de reflexen 'duurzame voeding' en 'respect voor de natuur' vanuit de basis aankweken, want als men de mentaliteit wil veranderen op het vlak van zoiets gevoeligs als voeding, zijn opleidingen en een kwalitatieve productie onontbeerlijk. In deze fiche richten we ons vooral op de schakel opleiding in productie.
Beschrijving van het project Het project: Bouw van een centrum voor praktische opleidingen op het vlak van de productie van duurzame voeding in het noorden van Brussel. Doel van dit centrum: Naast het aspect sensibilisering dat al aan bod komt in onze Kinderboerderij en de diverse activiteiten van de Boerderij, wensen we een maximum aantal volwassen gehandicapten en/of mensen die
AF 07> Atelier : Versterking van de netwerken
59
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
moeilijk toegang krijgen tot de arbeidsmarkt professioneel op te leiden voor beroepen in het ecologisch beheer van groene zones en zones voor groenteteelt. A/ Opleiden: De crisis treft onze beschutte werkplaatsen hard: het werk dat ons doorgaans wordt toevertrouwd verdwijnt, waardoor we een hoge graad van economische werkloosheid kennen. Niettemin leert de ervaring dat er werk genoeg is op het gebied van het beheer van groene zones: een job die geknipt is voor onze eerste doelgroep, gehandicapte personen, maar ook voor mensen die om andere redenen moeilijk toegang krijgen tot de arbeidsmarkt. Bovendien blijkt uit de bestekken en de eisen van de klanten in het algemeen belangstelling voor een ecologisch beheer van de groene zones. Weinig vaklui zijn momenteel echter bekwaam om er op een dynamische manier op te reageren, met name anders dan door de natuur haar gang te laten gaan zonder in te grijpen. Ecologisch beheer wil niet zeggen geen beheer en is iets wat je leert. Tenslotte is er een stijgende vraag naar de aanleg, inrichting en bebouwing van percelen voor biogroenteteelt in Brussel. Ook hier is er duidelijk een markt, maar het ontbreekt aan professionele personen die aan deze vraag kunnen voldoen. Ons project bestaat erin alle bestaande professionele actoren die dat wensen de nodige instrumenten te geven en nieuwe actoren te vormen om deze uitdaging op een efficiënte manier aan te gaan. B/ Experimenteren: dit centrum wordt een plaats waar de theorie gekoppeld zal worden aan het in praktijk brengen van vernieuwende ecologische principes. C/ Mobiliseren: plaatselijke verenigingen die rond de natuur werken een vergaderruimte aanbieden, of een plaats waar hun zichtbaarheid wordt verhoogd, zodat meer mensen warm gemaakt kunnen worden voor de zaak van duurzame ontwikkeling in het dagelijks leven. Ligging: Het centrum zou gevestigd worden in het noorden van Brussel, aan de rand van het toekomstige 'Stadsbos van Neder-Over-Heembeek' tegenover Boerderij Nos Pilifs. Infrastructuur: Vereisten van het gebouw waarin het centrum zich kan ontwikkelen: voorbeeldfunctie, in het landschap geïntegreerd, toegankelijk (PBM) en multifunctioneel om ruimte te kunnen besparen. Het zal over de nodige infrastructuur beschikken om onderdak te geven aan: de sectie 'Kinderboerderij' van Boerderij Nos Pilifs, ateliers voor ecologische tuinbouw voor volwassenen (theorie en praktijk), werknemers uit de sector en werkzoekenden, een labo voor analyse van en onderricht over biodiversiteit, stagiairs van tuinierscholen, vergaderzalen voor diverse verenigingen die rond de natuur werken, kooklessen voor kinderen en volwassenen, en lokalen nodig voor de werking. Het terrein zal gebruikt worden voor observatiezones en praktische oefeningen.
Belangrijkste actoren Leefmilieu Brussel, bioproducenten, tuinderijscholen, OCMW, Stad Brussel, Agenda 21, natuurverenigingen
Doelpubliek klant werknemers uit de sector, werkzoekenden, wijkverenigingen.
Identificatie van multifunctionele instrumenten die duurzame voeding ten goede komen Dit project houdt zich bezig met de instrumenten die alle acties zullen versterken die ondernomen worden in het kader van de Alliantie Werkgelegenheid-duurzame voeding: de sensibilisering en de vorming zowel van het publiek als van de professionele producenten en de versterking van de netwerken van duurzame voeding (productiewijze, partnership, transformatie en verkoop).
Operationele doelstellingen van het project (aantal opgeleide personen, aantal opgerichte bedrijven, …) en toegevoegde waarde in vergelijking met wat reeds bestaat - Opleiding 1/ Momenteel één beschutte werkplaats, Boerderij Nos Pilifs, praktijk ecologisch tuinieren (+/- 40 banen)
AF 07> Atelier : Versterking van de netwerken
60
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
3 Beschutte werkplaatsen zijn actief in traditioneel tuinieren (+/- 230 banen) de 2/ Een 5 beschutte werkplaats start met deze activiteit (6 banen) Dat komt neer op +/- 240 bestaande werknemers om op te leiden. 3/ Er moet gezorgd worden voor een pool van werknemers die opgeleid zijn voor dit beheer om de omzet te garanderen. 4/ Andere beschutte werkplaatsen en bedrijven voor sociale economie moeten ertoe gebracht worden hun activiteiten te diversifiëren en dit beheer te beoefenen. - Sensibilisering van de 3.000 kinderen die een dag doorbrengen op de Boerderij en opleiding van de 650 volwassenen die in aanraking komen met de tuinierateliers die parallel worden georganiseerd. Sinds haar oprichting heeft de Boerderij haar activiteiten alsmaar meer gediversifieerd en steeg het aantal werknemers gestaag. Dit project zal ontegensprekelijk tot nieuwe rechtstreekse en onrechtstreekse engagementen leiden.
Steunpunten : opleiding, economisch project, …. Opleiding en omscholing van gehandicapte werknemers wier werkkansen in het gedrang komen door de huidige crisis van de sector. Openstelling van deze opleidingen voor betrokkenen van bedrijven die ijveren voor sociale integratie. De openstelling van dit centrum voor verenigingen en voor lessen voor het grote publiek zal bovendien de productie- en distributieketens van duurzame voeding een grotere bekendheid geven.
Partnership Rol
Actor
Omschrijving
Piloot / Copiloot
Boerderij Nos Pilifs / Leefmilieu Brussel
Bezielers van het project en mede-auteurs van het beheerscontract
Medewerker
Febrap
Vertegenwoordigers van de actoren van de sociale integratie-economie (gehandicapte personen)
Mogelijke partners
Het Groen en Blauw Huis, Jardins de Pomone, Village Partenaire, I. Redouté Peiffer, Zonnebloem, natuurverenigingen..
Om een netwerk van Brusselse projecten te ontwikkelen.
Kalender en Budget Fase I Haalbaarheidsstudie 27.500 € Met dit bedrag kan een consultancy-opdracht gefinancierd worden om het project te bestuderen (zoeken naar partners, vestigingsproject, businessplan en strategisch plan). (Wij wensen dat deze studie uitgevoerd wordt in het kader van de Alliantie WerkgelegenheidLeefmilieu) Fase II Optie op het verwerven van een terrein, zoniet wordt ons terrein gebruikt maar met een lichter programma. Architecturale voorbereiding van het te bouwen complex Fase III Bouw en opstarten van de activiteiten. (Voor Fases II en III rekenen we op steun van EFRO).
AF 07> Atelier : Versterking van de netwerken
61
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 8 Centrum voor ontwikkeling van duurzame voeding (Bellevue site) ATELIER : VERSTERKING VAN DE NETWERKEN Functionele link met AF’s n°/ PILOOT : GEMEENTE SINTJANS MOLENBEEK
Uitvoeringsdatum : 2013-2015
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° …
Beschrijving
De Bellevue site langs het kanaal maakt een grondige transformatie door. Een deel van de site werd omgevormd tot hotel (privé uitgebaat), het andere is eigendom van de gemeente en zal gebruikt worden door openbare actoren (OCMW, Mission Locale) en particuliere actoren (Atelier Groot Eiland, ART2WORK). De gemeente voorziet ook de oprichting van een hotel annex opleidingscentrum voor beroepen in de hotelsector (in samenwerking met de Mission Locale). Atelier Groot Eiland, dat de lokalen op het gelijkvloers zal betrekken (met o.a. een professionele keuken) is een organisatie voor sociale economie die al eerder rond duurzame voeding werkte via het sociale restaurant 'Heksenketel' (o.a. recuperatie en verwerking van onverkochte voedingsmiddelen) en het arbeidszorgproject Artizan (pedagogisch spel, winkel met lokale en fair trade producten, eigen producten, verspreiding van biomanden met Nos Pilifs). De gemeente ontwikkelt ook de aanleg van een moestuinsite (via Grootstedenbeleid 20132014), een essentiële schakel in het project. Deze gemengde site (wijkfunctie en productieve functie), die ecologisch en functioneel wordt (directe link met het sociale restaurant en het verwerkings- en productieatelier dat hier gepland is), zal gelegen zijn op de Bellevue site. De site zal geleid en uitgebaat worden door Atelier Groot Eiland en openstaan voor andere lokale actoren (restaurant Les Uns et les Autres, Mission Locale, plaatselijke collectieven). De site zou gestructureerd kunnen worden als coöperatieve of deel gaan uitmaken van de coöperatieve die voorzien is in het globale Bellevueproject (zie hieronder - in onderzoek). De ontwikkeling van een bijkomende moestuinsite op het dak van het Bellevuegebouw is niet uitgesloten (in onderzoek via Grootstedenbeleid). De Bellevue site is gelegen op een strategische plaats voor de stedelijke en economische ontwikkeling van het Gewest. De gemeente wenst dus op deze site een 'Centrum voor ontwikkeling van duurzame voeding' te ontwikkelen met drie luiken:
1) Productie/verwerking/bewaring: productie van grondstoffen (fruit en groenten, specerijen) en van plaatselijke producten (confituur...), verwerking van producten afkomstig uit het circuit van onverkochte levensmiddelen en diverse manieren van bewaring (conserves, versnijding/mixen, taarten, enz.) vooral ten behoeve van de sociale horeca, de twee hotels op de site, kleine gespecialiseerde winkels, collectieve instanties (scholen, crèches, enz.) aanwezig in de gemeente. Een samenwerking met
Actiefiche n° 08 > Atelier : Versterking van de netwerken
62
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
de sociale kruidenierszaak Amphora in het kader van de recuperatie van onverkochte levensmiddelen is ook mogelijk. Een meer diepgaande marktstudie zal het potentieel van de markt voor deze producten in de Brusselse regio moeten aantonen. Deze activiteiten zullen plaatsvinden in de professionele keuken van Atelier Groot Eiland op het gelijkvloers - die ook 's avonds open is - en in de lokalen die zullen worden ingericht op de derde verdieping (500 m² beschikbaar). Een verkooppunt op de site in de bestaande winkel van Artizan kan ook overwogen worden. 2) Sensibilisering/Opleiding/Informatie: er worden verscheidene activiteiten voorzien bestemd voor een divers publiek (volwassenen in opleiding, kinderen, scholen, jongeren, bewoners...) die de kennis en deskundigheden op het vlak van duurzame voeding ten goede moeten komen. Er wordt gedacht aan animaties en opleidingsmodules rond moestuinen, het verwerkings- en productieatelier, de keuken, de consumptie (educatieve spelen, ateliers, pedagogische animaties, kooklessen met vergeten streekproducten, enz.). Op termijn wordt het Centrum ook ontwikkeld tot een plaats voor strategische informatie, conferenties, colloquia, forums en opleidingen op het vlak van duurzame voeding - strategische positionering rekening houdend met de ontwikkeling van de Bellevue site (onder andere de hotelbedrijfactiviteiten).
3) Opleiding/integratie/scheppen van banen: via de activiteiten uiteengezet in punten 1 en 2 wordt het SPI de belangrijkste as van het project. Het gaat om het opzetten van een gevarieerd socioprofessioneel integratieparcours dat de bekwaamheden van het doelpubliek valoriseert en diversifieert (in het bijzonder jonge werkzoekenden en horecapersoneel). Het project zal hen in staat stellen in aanraking te komen met vernieuwende banen en benaderingen; ecologische groenteteelt die 'functioneel' is (bestemd voor restaurants) en collectief (de gemeenschappelijk aanpak), productie van lokale producten, slowfood-aanpak, transformatieactiviteiten, conditionering van onverkochte levensmiddelen... Via het project kunnen ze ook gevarieerde technische vaardigheden ontwikkelen: productie, groenteteelt, transformatie, verkoop/commerciële aanpak, sensibilisering. Op basis van deze drie luiken wordt dus de oprichting beoogd van een functioneel centrum dat toont hoe een compleet proces van duurzame voeding (van productie tot consumptie) in mekaar zit en dit via een SPI-dynamiek. Via deze drie luiken wil het Centrum voor ontwikkeling van duurzame voeding ook innovatie uitlokken en ondersteunen in alle activiteiten die met duurzame voeding te maken hebben in de zone langs het kanaal en/of in de Brusselse regio. Het zal als roeping hebben de interactie tussen (plaatselijke en regionale) actoren te stimuleren en bestaande of toekomstige netwerken van duurzame voeding te stimuleren/ondersteunen. Dankzij de nabijheid van twee hotels zal het centrum ook onderdak kunnen geven aan meetings, conferenties, ateliers, opleidingen, buitenlandse experten, vrijwilligers, studenten, enz. Een link met andere economische activiteiten en projecten (o.a. AWL - O&O) die verbonden zijn aan de site en de geplande activiteiten (transport, recuperatie en opwaardering van afval, enz.) zijn eveneens mogelijk. Voor de verscheidene geplande functies kunnen diverse partners gezocht worden. Hoe deze partnerships worden ingevuld zal afhangen van de beoogde functies, maar het hoofddoel blijft de promotie van de economische en pedagogische activiteiten van de actoren en netwerken van duurzame voeding.
Actiefiche n° 08 > Atelier : Versterking van de netwerken
63
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Aan de site kan ook een virtueel platform gekoppeld worden dat producenten en consumenten met mekaar in contact brengt, de verspreiding van informatie vergemakkelijkt, het mogelijk maakt interessante niches te ontdekken, enz. Om het project te schragen overweegt de Gemeente de oprichting van een coöperatieve die ook openstaat voor privé-coöperanten, naar het model van de coöperatieve Livingstone. Link met de economische ontwikkeling
De Gemeente wenst op de site een duurzame, rendabele economische activiteit te ontwikkelen die werkgelegenheid schept en de plaatselijke economie stimuleert. De bescheiden schaal van het project zal eerder een voordeel dan een belemmering zijn, aangezien deze het mogelijk maakt een economische activiteit te ontwikkelen in een meer geruststellende context (geen grote investeringen, minder risico's) die als voorbeeld kan dienen voor anderen en ook de ontwikkeling mogelijk maakt van andere acties in het kader van de AWL (bijvoorbeeld het stimuleren van de vraag en het op elkaar afstemmen van vraag en aanbod).
Doelstellingen / verwachte resultaten van de actie
Een toonaangevend project op een strategische plaats in de stedelijke ontwikkeling van het Gewest dat het mogelijk maakt: -
een site te ontwikkelen die als voorbeeld kan dienen van de overkoepeling van het hele proces van duurzame voeding; een rendabele economische activiteit te ontwikkelen die duurzame voeding produceert en ondersteunt in een vernieuwende SPI-dynamiek; de bewoners bewust maken over de uitdagingen op het gebied van voeding en op die manier de vraag stimuleren; werkgelegenheid scheppen en een gevarieerd parcours voor professionele integratie ontwikkelen; innovatie in duurzame voeding stimuleren en ondersteunen; bijdragen tot de internationale uitstraling van het Gewest en haar toekomstige projecten.
-
-
Doelpubliek
Type instrument
-
Hotels, sociale horeca, gemeenschappen, particulieren
Productie, transformatie en verkoop
-
Het grote publiek (kinderen, jongeren, volwassenen)
Sensibiliseringsacties
-
Werknemers (doelpubliek)
Opleidings- en integratieparcours
-
Producenten
Platform en verspreiding van informatie
-
Andere actoren qua duurzame voeding
Innovatie teweegbrengen ondersteunen
Actiefiche n° 08 > Atelier : Versterking van de netwerken
64
en
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget
De site voor de moestuin wordt door de partners beschouwd als een essentiële schakel in de ontwikkeling van het project. Het is een belangrijke hefboom van de ontwikkeling van het gehele voorgestelde proces, zowel op het functionele als het methodologische vlak. De site is bovendien reeds in de maak, dankzij een subsidie binnen Grootstedenbeleid toegekend voor de jaren 2013 en 2014 (10.000 €). Er dienen ook middelen vrijgemaakt om de ontwikkeling te steunen van de luiken 'sensibilisering/opleiding en 'transformatie/productie' (momenteel wordt een studie uitgevoerd voor rekening van Atelier Groot Eiland waarmee onder andere het potentieel wordt onderzocht van de artisanale producten die AGE van plan is te produceren). Het opzetten en ontwikkelen van het project werd samen met de copiloot van het project (Atelier Groot Eiland) als volgt begroot:
Personeelskosten : - 1 VTE beheerder van de moestuinsite en het project « centrum voor duurzame voeding » Werkingskosten : - Onderhoudsgerief moestuin (gereedschap, planningbord…) - Logistiek materiaal link moestuin/keuken (bakken, karretjes, opberggerief…) - Dragers en visuals voor de communicatie op de site en erbuiten - Ontwikkeling van de pedagogische, didactische, informatieve en sensibiliserende instrumenten voor het « centrum duurzame voeding » - Diverse werkingskosten Investeringskosten : - Infrastructuur atelier voor transformatie/fabricatie van artisanale producten - Installatie kweekserres (2e ontwikkelingsfase) - Bijkomende onderhoudselementen (waterreservoirs, irrigatiesysteem..) Totaal
2014
2015
48000
48000
1000
500
1000
500
/
2000
/
3000
1500
1500
/ / / 51500
8000 7500 2000 72500
124500
Voornaamste activiteiten en deadlines -
-
Bepaling van de economische activiteiten (haalbaarheidsstudie, financieel plan, identificatie klanten): oktober 2013-maart 2014 Opleiding van de beheerder van de moestuin, van de assistent-beheerders en andere helpers/gebruikers (via Grootstedenbeleid): oktober 2013 – december 2013 Personeel: jobprofiel, opleidings- en integratieplan, eventuele overeenkomsten met het Gewest voor PTP (programme de transition professionnelle)-contracten of andere: januari 2014-juni 2014 Inrichting van de moestuin en start van een eerste kweekseizoen voor de moestuinsite + opvolging (via Grootstedenbeleid): januari - maart 2014
Actiefiche n° 08 > Atelier : Versterking van de netwerken
65
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
-
Oprichting coöperatieve (zoektocht naar coöperanten, statuten, …): maart 2014-juni 2014 Start transformatieactiviteiten: september 2014 (zie ook planning van de werken op de Bellevue site) Start sensibiliseringsactiviteiten: september 2014 Start activiteiten die te maken hebben met innovatie : 2015 Platform en verspreiding van informatie: 2015
Partnership
Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Gemeente SintJans Molenbeek
Coördinatie - supervisie van het project
Copiloot
Atelier Groot Eiland
Ontwikkeling van het project – luik integratie en opleiding – ontwikkeling van de activiteiten rond duurzame voeding
Medewerkers
Eco-innovation (ook eventueel als copiloot)
Ontwikkeling van het project – luik transformatie grondstoffen en sensibilisering
Rabad
Betrekken van leden van het netwerk – steun luik onverkochte levensmiddelen
Te betrekken instellingen: -
MaBru, Nos Pilifs, Coopburo, Vert d’Iris, Haven van Brussel
-
Privé-partners voor de oprichting van de coöperatieve (zie model Livingstone)
De gemeente heeft tot hier toe contact opgenomen met: - Mabru (distributieplatform) - Nos Pilifs - Atelier Groot Eiland - Les Uns et les autres (sociaal restaurant) - Eco-innovation - Coopburo - Rabad - Le début des Haricots - Mission Locale - Gasal - Slachthuizen - Het Groen en Blauw Huis - De Haven van Brussel (as transport via waterweg)
Actiefiche n° 08 > Atelier : Versterking van de netwerken
66
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 09 Een organisatie van SSE in het leven roepen voor socioprofessionele integratie met als project de recuperatie, transformatie en verdeling van onverkochte voedingswaren (vanuit sociaal en gemengd oogpunt) en de sensibilisering rond duurzame voeding. ATELIER : VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
Functionele link met AF's nr. PILOOT : VZW RE FRESH Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF's nr.
Uitvoeringsdatum: 09/2013 - ... het doel is permanent te worden
Beschrijving
ALGEMENE DOELSTELLINGEN: 1. Het opheffen van de dubbele hinderpaal van de kostprijs en het gebrek aan kennis (knowhow) die de toegang tot gezonde, verse, evenwichtige en duurzame voeding belemmeren voor een kansarm publiek. 2. Het bevorderen van de vermenging van het publiek (economische en sociale situatie, socioculturele achtergrond) en de sociale cohesie. 3. Het versterken van de link tussen sociale hulp en duurzame ontwikkeling; de families, met inbegrip van mensen die voedselhulp krijgen, voorstellen consumenten-actoren te worden. 4. De voedselverspilling van grootwarenhuizen en gezinnen verminderen. 5. Laaggeschoolde werknemers opleiden en tewerkstellen in een netwerk dat in ontwikkeling is. 6. De plaatselijke, sociale en solidaire economie ontwikkelen in de wijk in kwestie. HISTORISCH OVERZICHT EN VASTSTELLING : Verspilling van voedsel heeft een sociaal en ecologisch niet te verantwoorden kostprijs. Hoe minder begoed families zijn, hoe minder verse en gezonde voedingswaren ze nuttigen en hoe minder ze gevoelig zijn voor het gegeven duurzame voeding. De klassieke voedselhulp biedt zelden een oplossing en is vaak stigmatiserend. Recuperatie en recyclage evenals een bevoorrading bij niet-industriële productiecircuits maken het mogelijk duurzame voeding tegen een zacht prijsje aan te bieden. Dit moet vergezeld gaan met een doelgerichte sensibilisering (verse seizoensgebonden etenswaren koken, zonder nood aan een uitgebreide uitrusting, resten hergebruiken...) die de link tussen het sociale en het duurzame verstevigt en eetgewoonten blijvend verandert. Het laaggeschoolde publiek heeft vaak weinig toekomstmogelijkheden. Nochtans biedt de sector van de duurzame voeding en de recuperatie nieuwe perspectieven voor deze werkzoekenden. Dit project past in de dynamiek van een wijkcontract (Maelbeek) waaraan verscheidene verenigingen meewerken die te maken hebben met duurzame voeding. Het is een werk in fasen dat gebruik maakt van netwerken (collectieve aankoopgroepen, collectieve moestuinen, compost, sensibilisering, gezelligheid, vermenging van bevolkingsgroepen). Een voormalig gemeentelijk restaurant (+ tuin) neemt deel aan het project. ACTIES : Een systematische analyse van de hierboven beschreven noden en vaststellingen noopt ons tot het volgen van een brede netwerkaanpak, die het mogelijk maakt te profiteren van de specifieke expertise van elk van de betrokkenen, een verscheiden publiek te bereiken en te werken rond Actiefiche n° 09 > Atelier: Versterking van de netwerken
67
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
meerdere onderling verbonden probleemstellingen om zo coherente antwoorden te formuleren op plaatselijk en maatschappelijk niveau. Doelstellingen op korte termijn (bv. een behoeftig gezin hoogwaardige voedselhulp geven) maken het mogelijk doelstellingen op middellange termijn na te streven (bv. deze families laten deelnemen aan de workshops) en op lange termijn (bv. hen ertoe brengen hun consumptiegewoonten te veranderen om niet meer afhankelijk te zijn van voedselhulp en de weg te vinden naar duurzame voeding). o o o
o o o
o
Oprichting van een vzw voor 'sociale economie' Opening van een gezellig verkooppunt waar ook workshops en feestelijke evenementen zullen plaatsvinden Recuperatie van onverkochte of onverkoopbare voedingswaren (bij een grootwarenhuis contacten met Delhaize maar ook rechtstreeks met de plaatselijke producenten via Le Début des Haricots en het netwerk van de Brusselse SAGAL-groepen - contacten te concretiseren) Behandeling, transformatie en opwaardering van deze voedingswaren (aandacht voor de kwaliteit en de aantrekkelijkheid van de producten, communicatie en aangename lokalen...) Verschillende verkoopprijzen voor een behoeftig publiek en het grote publiek (doel: nietstigmatisering) Opleiding en tewerkstelling van laaggekwalificeerd personeel (socioprofessionele integratie via Mission Locale): Module van ongeveer 300 u basisopleiding + 120 u per jaar (gedurende 3 jaar) voortgezette opleiding waaronder lessen Nederlands, nodig om werk te vinden na het integratiecontract: Basis tuinbouw (kweek en pluk, onderhoud van de moestuin, behandeling van de groenten, enz.) + keuken (transformatie van de genoemde producten), Verkoop/etalage/contact klanten/beheer kassa, Logistiek (bewaring, stockage, inventaris, hygiënenormen, koude keten, enz.) Sensibiliseringsateliers (bewaar- en recuperatietechnieken, in weinig tijd gezond en vers koken met een beperkt budget en uitrusting, seizoensgebonden keuken...) en gezellige evenementen (via partnerverenigingen)
Link met de economische ontwikkeling
Versterking en stimulering van het economisch en sociaal weefsel door: Het scheppen van banen en opleiding: ontwikkeling van een project voor sociale economie en steun aan een kandidaatondernemer (M/V) gecoacht door Start Création (1 VTE) tewerkstelling van een 2de VTE werkkracht (keuken, omkadering van personeel uit socioprofessionele integratieprogramma's) werkaanbiedingen en opleidingen in een sector in ontwikkeling (4 integratiebanen of art. 60 opgeleid en gevolgd door de Mission Locale) Strijd tegen armoede en kansarmoede Opzetten van een degelijk plaatselijk institutioneel, commercieel en verbindend netwerk dat in alle stadia actief is Opzetten van een commerciële activiteit die sociaal vernieuwend is en een aantrekkelijk voedselaanbod heeft (oprichting van een vzw voor 'sociale economie') Ontwikkeling op lange termijn van een goed consumptiepatroon bij het publiek Doelstellingen / verwachte resultaten van de actie
tewerkstelling en opleiding van 6 personen (2+4) lancering van een nieuwe plaatselijke socio-economische dynamiek hoogwaardige voedselhulp aan 30 gezinnen gezond, duurzaam en aantrekkelijk traiteuraanbod voor het grote publiek
Actiefiche n° 09 > Atelier: Versterking van de netwerken
68
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
sensibilisering van zowel het kansarme als het grote publiek omtrent gezonde en duurzame voeding en meer algemeen het niet-verspillen vermindering van het voedselafval met waarde” X”
Doelpubliek
laag of heel laag geschoolde werkzoekenden
socio-economisch kwetsbaar publiek (o.a. via OCMW)
grote publiek
Type instrument Integratie- en opleidingsparcours in een sector in ontwikkeling Hoogstaande voedselhulp Aanbod van hoogstaande producten vergelijkbaar met die van een traiteur
iedereen (kansarm + grote publiek)
Sensibilisering en ontwikkeling van goede patronen op het vlak van de consumptie van duurzame voeding
Budget
Zie: voorzien globaal lanceringsbudget + eerste jaar. Uitleg: de benodigde middelen dienen om de personeelskosten te dekken. Als we uitgaan van de toekenning van een subsidie van de FOD integratie, bedraagt het te dekken saldo voor het eerste jaar 29.280 €. Maar we weten nog niet welk bedrag toegekend zal worden aan het project, en het gaat hoe dan ook om een impulspremie die slechts één keer zal worden toegekend. De vraag aan het gewest dekt dus wel degelijk, voor 4 jaar, de aanwerving van een voltijdse coördinator. Dit kan een Geco zijn.
Voornaamste activiteiten en deadlines
° Tegen 15.10.13 (Fase 0): –voltooiing van het businessplan –oprichting van de vzw, communicatie van de details (registratienummer, rekening, btw enz.) –indiening vraag goedkeuring PIOW ° Van 15.10.13 tot 31.03.14 (Fase I): –aanwerving ondernemer/coördinator van het project (indien nodig om budgettaire redenen, aanvankelijk halftijds) –voortzetting zoektocht naar middelen (Cocof, Koning Boudewijnstichting...) –ontwerp communicatieplan –aankoop van uitrusting en inrichting van het lokaal (wijkcontract) –aanwerving van de rest van het personeel –afronding overeenkomsten met winkels en producenten + partnerverenigingen –methodologische begeleiding en specifieke opleidingen bij experten op het vlak AWL ° van 15.03.14 – 15.05.14 (Fase II): –lancering van het integratieprogramma –plannen van de activiteiten van de ateliers –lancering van de communicatie door het OCMW naar zijn begunstigden + communicatie naar het grote publiek ° van 15.05.14 – 15.10.14 en vervolg tot het einde van het wijkcontract (2017) (Fase III en IV): –officiële inhuldiging –start van de ateliers –einde van de lanceringsperiode: tussentijdse evaluatie, daarna jaarlijkse frequentie –indiening subsidieaanvraag ESF voor het vervolg en de ontwikkeling van het project Actiefiche n° 09 > Atelier: Versterking van de netwerken
69
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
We wensen er een leefbaar en langdurig project van te maken, door de ontwikkeling van een traiteuren cateringdienst voor bedrijven, grootkeukens en plaatselijke instellingen.
Partnership
Engagement van de actoren : Rol
Actor
Engagement
Piloot
Vzw Re;Fresh
Coördinatie van het project
(in oprichting)
Medewerking aan de dynamiek van een plaatselijk netwerk Onderhandeling met de handelszaken van haar territorium over de recuperatie van onverkochte eetwaren Werkgever
Copiloot
Gemeente Elsene
Terbeschikkingstelling van lokalen voor keuken / kruidenierszaak / gastentafel / tuin Medewerking aan de dynamiek van een plaatselijk netwerk Logistieke en financiële steun in de mate van haar mogelijkheden
Medewerkers
Mission Locale Elsene
Medewerking aan de projectontwikkeling
OCMW
Medewerking aan de projectontwikkeling
Opleiding en opvolging van het integratieparcours van de personen in SPI
Bemiddelaar met het doelpubliek wat betreft de voedselhulp en artikel 60. Te betrekken instellingen: -
Le Début des haricots, la Foire aux savoir-faire, Bouillon Malibran voor een samenwerking in het kader van de ateliers en sensibiliseringsactiviteiten (eerste contacten gelegd in het kader van het wijkcontract), principieel akkoord over het partnership, aan het programma wordt momenteel de laatste hand gelegd
-
De handelaars van het territorium die voorstander zijn van het recupereren van onverkochte eetwaren
-
Chef-koks of restaurants die bereid zijn mee te werken door een speciaal 'recuprecept' te bedenken om de communicatie van het project te steunen
-
De bezielers van de fiches 9, 20, 22 en 51 voor de nuttige expertise die ze kunnen meebrengen
NB: Vzw Re; Fresh is in oprichting, het gaat om een vzw voor sociale economie (dus onafhankelijk van de gemeente). De statuten zullen ten laatste op 15 oktober beschikbaar zijn.
Actiefiche n° 09 > Atelier: Versterking van de netwerken
70
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 10
Verdere verankering en herlokalisatie van de voedingsovergang in Brussel ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN PILOOT : FEVIA
Functionele link met actiefiche nr. Duur uitvoering: / 1 jaar Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche nr. /
Beschrijving De voedingsindustrie is een belangrijke industriële sector op vlak van werkgelegenheid in Brussel. Toch neemt het aantal werknemers in de voedingssector in Brussel af, terwijl deze in de andere regio’s van het land gelijk blijft (en zelfs stijgt). Er is een toekomstvisie nodig die de sterktes van de sector ontwikkelt, die kansen grijpt, die de zwakheden weg werkt en die moeilijkheden overwint. Een volledige studie in samenwerking met de bedrijven uit de voedingssector in Brussel, moet ervoor zorgen dat een dergelijke toekomstvisie wordt ontwikkeld en moet de belangrijkste beleidslijnen uitstippelen. Essentiële basisvragen moeten beantwoord worden door deze studie. Hoe zal de voedingsindustrie in Brussel verder evolueren als het beleid hetzelfde blijft? Welke zijn de activiteiten in de voedingsindustrie die ervoor zorgen dat er nieuwe duurzame markten ontstaan voor bewerkte producten in de specifieke Brusselse context? Welke maatregelen moeten er genomen worden om op een duurzame wijze de ontwikkeling en het behoud van de voedingssector in Brussel te ondersteunen? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de profielen van de actieve beroepsbevolking beter aansluiten bij de Brusselse voedingssector? Hoe kunnen we van Brussel een ontwikkelingspool en exportpool maken voor voedingsproducten? Hoe kunnen we de productiekosten doen dalen in Brussel om de concurrentiekracht van de bedrijven te versterken? Samengevat: hoe kunnen we voor een verankering en een duurzame groei zorgen van de voedingsindustrie in Brussel? Een volledige economische studie zal worden uitgevoerd in nauwe samenwerking met de Brusselse bedrijven en deze studie moet ervoor zorgen dat deze toekomstvisie ontwikkeld wordt.
Link met de economische ontwikkeling Op basis van omzetcijfers speelt de voedingsindustrie in Brussel een bescheiden rol. Met een omzet van naar schatting 809 miljoen euro in 2012 vertegenwoordigde de Brusselse voedingsindustrie ongeveer twee procent van de totale omzet binnen de Belgische voedingsindustrie.
Actiefiche nr. 10 > Atelier: versterking van de netwerken 71
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
In België is de voedingsindustrie een echte KMO sector, en dit geldt zeker voor Brussel. Ongeveer 66.4% van de tewerkstelling bevindt zich in vestigingen met minder dan 100 werknemers, en maar liefst 61% van de vestigingen stelt minder dan 5 personen te werk. Ook in vergelijking met de andere regio’s stelt Brussel duidelijk meer werknemers te werk in kleine vestigingen: in Brussel bedraagt het gemiddeld aantal werknemers per vestiging 10,8 in vergelijking met 18,5 en 14, 2 voor Vlaanderen en Wallonië. Op basis van berekeningen in Belfirst zijn er slechts acht voedingsbedrijven in Brussel actief die meer dan 250 werknemers tewerkstellen. Dit betekent niet de voedingsindustrie in Brussel geen belangrijke rol speelt, of beperkte groeimogelijkheden heeft. In tegendeel. De tewerkstelling in de Brusselse voedingsindustrie houdt relatief stand in vergelijking met de rest van de Brusselse industrie. In 2012 werden er naar schatting 3678 plaatsen ingevuld en bevond 16.5% van Brusselse industriële tewerkstelling zich in de voedingsindustrie. De voedingsindustrie stelt ook relatief veel laag en midden geschoolden te werk. Voor deze kwetsbare groep is een duurzame verankering van de voedingsindustrie in Brussel dus onontbeerlijk. Sinds 2004 is de werkgelegenheid in absolute aantallen wel afgenomen met 17%. Bij de verdeling van de werknemers over de verschillende subsectoren is er een heel eigen Brusselse dynamiek: 43% van de werknemers wordt tewerkgesteld bij artisanale en industriële bakkerijen. Daarnaast neemt de sector “andere voedingsmiddel” (chocolade, suiker, koffie, bereide maaltijden,…) nog eens 29% van de tewerkstelling voor zijn rekening. Tezamen vertegenwoordigen deze twee subsectoren dus 72% van de tewerkstelling binnen de Brusselse voedingsindustrie. Voor België als geheel is dit slechts 46,1%. De tewerkstelling in de Brusselse voedingsindustrie is dus erg geconcentreerd in twee sectoren.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie 1. Een toekomstvisie ontwikkelen voor de Brusselse voedingsindustrie die bepaalt welke maatregelen er moeten genomen worden om op een duurzame wijze de ontwikkeling en het behoud van de voedingssector in Brussel te ondersteunen. 2. Bedrijven actief in de Brusselse voedingssector laten deelnemen aan een denkoefening over hun eigen toekomst. Doelgroep
Soort instrument
Bedrijven actief in de voedingssector in Brussel Overheden, ondersteuningsdiensten voor bedrijven,…
Budget 40.000 € voor de uitvoering van de studie
Voornaamste activiteiten en deadlines Actiefiche nr. 10 > Atelier: versterking van de netwerken 72
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Periode Begin– einde 0 – 12 maanden
Duur van de uitvoering 40 dagen
Taken Uitvoering van de studie
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
FEVIA
Uitvoering van de studie in samenwerking met een gespecialiseerd bureau
Copiloot
Brusselse overheid, dienst bevoegd voor economie
Levert statistieken, voorafgaande analyses of studies in andere sectoren
Medewerker
BECI
Globale visie op de industriële problematiek in Brussel
Te betrekken instellingen: BAO, het Brussels observatorium voor de werkgelegenheid, Actiris
Actiefiche nr. 10 > Atelier: versterking van de netwerken 73
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 11
Het divers kwaliteitsaanbod in Mabru uitbreiden ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN PILOOT : MABRU
Functionele link met fiche n° 01, Duur uitvoering: 02, 04 et 08 Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche n°. /
Beschrijving De vroegmarkt van Brussel is een groothandelsmarkt met vooral landbouwproducten bestemd voor professionele inkopers uit de handel, de horeca en ambulante handelaars. De faciliteiten van deze markt, ideaal gelegen in het hartje van Brussel, worden beheerd door de vzw Mabru die daarvoor werd opgericht in 1992 door de stad. Via de acties beschreven in deze fiche, wil Mabru zijn aanbod aan duurzame producten doen groeien (streekproducten, lokale producten, bioproducten, artisanale producten enz.) en de lokale kwaliteitsproducten van producenten die al aanwezig zijn op de markt meer bekendheid geven. Assen van de gekozen acties As 1 – Voorafgaand onderzoek. Eerst en vooral gaat het erom het huidige en het toekomstige kader van de vraag en het aanbod van de professionele actoren (diegenen die al aanwezig zijn op de vroegmarkt en/of toekomstige) inzake duurzame voeding beter te definiëren, zowel op kwantitatief vlak als op kwalitatief vlak. As 2 - Communicatie. Op voorwaarde en in navolging van de resultaten van het voorgaande onderzoek zal het vooral gaan om het organiseren van communicatieve acties. Deze acties moeten ervoor zorgen dat de ontwikkeling van de vraag en het aanbod van duurzame producten mogelijk wordt op de vroegmarkt en dat beiden op elkaar afgestemd worden. Enerzijds zal gecommuniceerd worden naar de leveranciers van duurzame producten toe om 1 een aanbod te creëren en anderzijds ook naar huidige en toekomstige kopers toe om de vraag te stimuleren. De bedoeling is om de specifieke handel in duurzame voedingsproducten te doen groeien, zodanig dat de vroegmarkt erkend wordt als de bevoorradingsplaats bij uitstek voor professionals met een volledig gamma producten bestaande uit zowel duurzame als conventionele producten. In een latere fase kan deze communicatie omgezet worden in concrete acties, zoals het organiseren van een, in eerste instantie, experimentele landbouwersmarkt in de vroegmarkt. As 3 – Transversaal overleg. Het installeren van één of meerdere verdeler(s) (die werken voor gespecialiseerde kleine producenten) van duurzame producten in de vroegmarkt van Mabru, zou een enorme troef zijn om de weerhouden doelstelling te behalen. In dat opzicht is het voldoende dat bepaald wordt wat de mogelijke hefbomen zouden kunnen zijn die overheid moet bewerkstelligen om voor de komst van dergelijke verdelers te zorgen. Link met de economische ontwikkeling Professionals uit de horecasector die op zoek zijn naar duurzame producten/streekproducten op grote schaal worden vaak geconfronteerd met het gebrek aan een gecentraliseerd en divers aanbod in de Brusselse regio. Ze worden dus verplicht om hun aankopen buiten Brussel te doen, waar de producenten zich bevinden. Mabru wil op zijn terreinen een Actiefiche nr. 11 > Atelier: versterking van de netwerken 74
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
antwoord bieden op die vraag komende van professionals en bijgevolg ook de economische ontwikkeling en banen die uit deze vraag voort komen ondersteunen binnen Brussel. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de acties Mabru verder ontwikkelen en bekendheid geven als de ultieme bevoorradingsplaats voor professionals met een volledig gamma aan zowel duurzame als conventionele producten. De bedoeling bestaat erin meer actoren aan te trekken uit de sector van de duurzame voeding en om een beter antwoord te bieden op de problemen waarmee kleine producenten af te rekenen krijgen (tijdsgebrek en gebrek aan middelen, mobiliteitsprobleem). Banen scheppen in de sector van de duurzame voeding in de hoofdstad. Een beter beheer inzake mobiliteit in Brussel. Doelgroep
Soort instrument
Voor de leveranciers :
Voornamelijk communicatie: naar leveranciers toe over het bestaan van een platform die het aanbod van duurzame producten wil vergroten en naar klanten toe over de mogelijkheid om dergelijke producten te kopen op de markt.
De verdelers van duurzame producten De producenten van duurzame producten Voor de klanten : Professionals uit de horecasector Inkopers voor de grootkeukens/verenigingen Handelszaken uit de buurt (kruidenierszaken, buurtwinkels) Ambulante groentenkwekers
De aanwezigheid van een facilitator in Mabru om aan de leveranciers uit te leggen hoe ze zich kunnen vestigen op de markt.
Budget ACTIE COMMUNICATIE PRODUCENTEN Wenselijke POST uitgaven Documentatie voor producenten die aanwezig zijn in Mabru Personeels(veldbezoeken om het kosten aanbod te karakteriseren en communicatiemateriaal) Enquête bij de producenten van PersoneelsBioforum en van Karikol kosten om het aanbod te definiëren Enquête bij abonnees/klanten van PersoneelsMabru en leden van kosten verenigingen die de vraag vertegenwoordigen Communicatiemiddelen Personeelskosten (uitwerking) Communicatiemiddelen Compensatie van (verspreiding in de derden en onderaanalgemene pers en in de nemers gespecialiseerde pers)
Eenheid
Geschatte hoeveelheid
Eenheidsk ost
Geschatte kost
uren voltijds equivalent
160
50
8.000
uren voltijds equivalent
148
50
7.400
uren voltijds equivalent
148
50
7.400
uren voltijds equivalent
40
50
2.000
forfait (BTW inbegrepen)
1
10.000
10.000
Actiefiche nr. 11 > Atelier: versterking van de netwerken 75
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Transversaal overleg/ identificering van de hefbomen (as 2) Administratief beheer van het project (gedurende een geschatte periode van 12 maanden)
Personeelskosten
uren voltijds equivalent
40
50
2.000
Administra-tieve kosten
uren voltijds equivalent
48
50
2.400
Bijhorende uitgaven
Personeelskosten
forfait (BTW inbegrepen)
1
500
500
Algemene coördinatie en opvolging (gedurende een geschatte periode van 12 maanden)
Personeelskosten
uren voltijds equivalent
96
80
7.680
Totaal
uren VTE
680
Euro
47.380
Voornaamste activiteiten en deadlines Creëren en stimuleren van het aanbod van en de vraag naar duurzame producten Activiteiten : Aanbod Deadlines Definiëren van het aanbod van de producenten die al aanwezig zijn op de vroegmarkt (bezoek aan hun velden, nodige documentatie voor de communicatiecampagne, definiëren van de producenten per kaart, per regio, per categorie van producten en per productiemethode) Onderzoek en stimulans van het aanbod van producenten die lid zijn van 1 Bioforum, Karikol (of andere verenigingen)
Van oktober 2013 tot oktober 2014, gedurende een gans jaar want seizoensproductie Van oktober 2013 tot december 2013
Activiteiten : Vraag
Deadlines
Enquête bij de professionele actoren in de voedingssector in Brussel, zoals de klanten van de vroegmarkt alsook de leden van het RABAD, Karikol en het BRC horeca (bv: Brusselse chefs)
Van januari 2014 tot maart 2014
Communicatie acties Definiëren van de communicatiestrategie rond het gedifferentieerd aanbod van Mabru Ontwikkelen van het nodige communicatiemateriaal Lancering van de communicatiecampagne rond duurzame producten op de markt
April 2014 Mei 2014 September 2014
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Mabru
Het project leiden en doen slagen door de hulp van de medewerkers, op voorwaarde dat een adequate financiële steun wordt toegezegd. Het project verder opvolgen en kenbaar maken.
Medewerker
Biosain
Distributieplatform voor duurzame producten gelegen in Louvain-La-Neuve.
Medewerker
RABAD
Zijn netwerk aanspreken om de bestaande vraag naar de vroegmarkt te krijgen.
Medewerker
Karikol
Mabru opnemen in de “Slow Food” gids gepubliceerd door Karikol voor de week “Proef Brussel”. Kenbaar maken bij het comité van chefs die op zoek zijn naar streekproducten.
1
. Er zou een link kunnen gelegd worden met fiche 8.b Uitvoeren van een studie over de vraag naar voeding van grootkeukens en horeca (ook van sociale restaurants) en over het aanbod van duurzame voeding, meer bepaald van producten van het 4 e en 5e gamma.
Actiefiche nr. 11 > Atelier: versterking van de netwerken 76
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Partnership Medewerker
BIM
Cafetaria’s/ziekenhuizen/scholen informeren.
Medewerker
BIOFORUM
Doorgeven van gegevens van actoren die interessant kunnen zijn voor het project en informatie doorgeven van het project aan zijn leden. Samenwerken aan de enquête onder producenten die lid zijn om te weten te komen of ze hun producten willen aanbieden op Mabru en wat hun wensen/problemen zijn,…
Medewerker
Maxence Osnoy
Project rond het kweken van champignons (oesterzwammen, shitake) met koffiegruis in oude gerecycleerde containers. Mogelijkheid tot verkoop op de vroegmarkt.
Medewerker
BRC Horeca
Zijn netwerk aanspreken om de bestaande vraag naar de vroegmarkt te krijgen.
Medewerker
Centre de référence CC Wallonië
Hangt nog af van het toekomstige activiteitenprogramma van het centre de référence CC (het gaat dus nog niet om een engagement in dit stadium): informatie op grote schaal verspreiden onder de actoren uit de landbouwwereld, ervoor zorgen dat deze actoren proactief opzoek gaan naar mogelijke geïnteresseerde producenten, zelfs organiseren van ontmoetingen tussen producenten en Mabru en op zoek gaan naar oplossingen voor logistieke problemen (transport en verkoop ter plaatse).
Te betrekken instellingen: Lopend : Topino, grote chefs die voor bio openstaan (Christian Tirilly, Pascal de Valkeneer) en Efarmz.
Actiefiche nr. 11 > Atelier: versterking van de netwerken 77
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 12
Producten voor de SAGAL diversifiëren door de oprichting van een logistiek platform voor delicate en droge producten ATELIER: Versterking van de netwerken PILOTEN : SAGAL NETWERK
Functionele link met fiche nr. 2, 3, 14, 15, 16, 17, 19, 25
Duur van de uitvoering : 2014-2015 (24 maanden)
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche nr./
Beschrijving Initieel was de vraag van de SAGAL groter dan het aanbod. Bijgevolg hebben de groetenkwekers in alle hoeken van het gewest geleverd zonder stil te staan bij de logistiek. Het resultaat daarvan is dat zij heel wat tijd verliezen bij hun verplaatsingen (wat minder tijd voor de klanten oplevert, maar ook een hoger brandstofverbruik). Mogelijke oplossingen: ● Een eerste mogelijke oplossing zou de groepering van de SAGAL’s zijn per wijk. ● Een tweede mogelijke oplossing is het oprichten van één of meerdere hubs op strategische plaatsen of aan de verschillende toegangen tot het BHG. ● Een derde oplossing is gelinkt aan de diversiteit van de geleverde producten aan de SAGAL: oprichting van toonbanken/opslagplaatsen in de Brusselse wijken.
Link met de economische ontwikkeling De verschillende oplossingen zullen ervoor zorgen dat het SAGAL-netwerk performanter en rationeler zal worden op logistiek vlak en dat het model zich verder zal kunnen ontwikkelen op grotere schaal en elders. Zo zal het nieuwe model een beter antwoord bieden op de noden van de producenten en zal een grotere diversifiëring van de aangeboden producten in de korte keten mogelijk worden. Het zal ook zorgen voor nieuwe banen in de sector van productie en distributie van voedsel en zal voor een stabieler inkomen zorgen voor de producenten. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie
1. Studie- en testfase Een haalbaarheidsstudie moet aantonen in welke richting we moeten evolueren; Eén of meerdere testprojecten moeten tonen hoe het project mogelijk moet worden gemaakt.
Om deze verandering binnen het SAGAL-netwerk voor te bereiden, beginnen we met een reflectiefase over hoe de projecten tot een goed einde kunnen worden gebracht. Deze zal door een externe partij georganiseerd worden. We denken dat deze onderzoeksactie het beste antwoord is op de huidige noden en stellen dus voor dat een onderzoeker wordt
Actiefiche nr. 12 > Atelier: versterking van de netwerken
78
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
afgevaardigd uit een andere structuur (universiteit of andere) om het SAGAL-netwerk van binnen uit te onderzoeken. Dat zal ervoor zorgen dat er een studie uitgevoerd kan worden die rekening houdt met de realiteit van het SAGAL-netwerk.
2. Uitvoeringsfase
3. Evaluatiefase In deze fase zullen de verschillende doelstellingen van het project geëvalueerd kunnen worden en indien nodig kunnen de uitgedokterde oplossingen aangepast worden. Deze oplossingen kunnen dan vervolgens toegepast worden in andere wijken/zones. Doelgroep
Soort instrument
Leden van het Brusselse SAGAL-netwerk (op dit ogenblik 60)
Haalbaarheidsen aanvaardbaarheidsstudie
De landbouwers van het netwerk (op dit ogenblik 15)
informatievergaderingen collectieve beslissingen
enquêtes
interviews
ateliers waar gewerkt wordt aan de opbouw
Slachthuizen van Anderlecht De overheden
en
Budget Vraag : 71.500 €
Opleidingen personeel
1.000,00 €
1.000,00 €
Verplaatsingskosten België
1.000,00 €
1.000,00 €
Huren en huurkosten Kosten telefoon, website, post Verzekeringen Aankoop materiaal
250,00 €
250,00 €
500,00 €
500,00 €
250,00 € 500,00 €
250,00 € 500,00 €
500,00 €
500,00 €
750,00 €
750,00 €
Organisatie van conferenties, vergaderingen Kosten voor promotie en publicatie Bezoldigingen van derden en onderaannemers
10.000,00 € 1 haalbaarheidsstudie
2.000,00 €
39.750,00 €
31.750,00 €
Actiefiche nr. 12 > Atelier: versterking van de netwerken
1 tussenkomst van externen voor de evaluatie
71.500,00 €
79
80
e
2 trim. 2014
Actiefiche nr. 12 > Atelier: versterking van de netwerken
Studie rond de sociale en milieugebonden impact van de logistiek van het SAGALnetwerk, gezien zijn geografische organisatie Haalbaarheidsstudie rond de groepering van de SAGAL’s* Test van de regroepering Uitvoering van de regroepering Evaluatie Heroriëntatie Haarlbaarheidsstudie rond de oprichting van een HUB* Test van een HUB Oprichting van een HUB Evaluatie Heroriëntatie Haalbaarheidsstudie rond de oprichting van toonbanken * Test van een toonbank Oprichting van een toonbank Evaluatie Heroriëntatie
1 trim. 2014
e
Voornaamste activiteiten en deadlines
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
e
3 trim. 2014
e
4 trim. 2014
e
1 trim. 2015
e
2 trim. 2015
e
3 trim. 2015
e
4 trim. 2015
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Partnership Engagementen van de actoren : Rol
Actor
Engagement
Piloot
SAGAL-netwerk
Ontwikkeling van de assen zoals beschreven in de resultaattekst van de haalbaarheidsstudies uitgevoerd door een extern onderzoeksbureau
Medewerkers
Slachthuizen van Anderlecht
HUB voor droge producten en andere
Verwerkingsplaats
Mogelijkheid tot vervoer via waterwegen
Versnijden van vlees ter plaatse is mogelijk.
Ervaring rond het organiseren van markten Le Début des Haricots VZW
Urbane landbouwcoöperatieve in Anderlecht (cf. fiche nr. 22)
Te betrekken instellingen: -
/
Actiefiche nr. 12 > Atelier: versterking van de netwerken 81
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 13
Duurzame commercialisering van lokale producten in de groothandel ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
Functionele link met AF n° PILOTEN: BIM CO-PILOOT: MBHG / LANDBOUW
Uitvoeringsdatum: Te bepalen
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Momenteel worden producten van lokale producenten in het Brussels Gewest hoofdzakelijk gepromoot via specifieke distributiekanalen. Toch is gebleken dat bepaalde actoren uit de groothandel in staat zijn om een nuttige en aanvullende rol te spelen om producten van gedifferentieerde kwaliteit te promoten, net zoals ze dat hebben gedaan voor de bioproducten. Door hen hierbij nauw te betrekken zou er een groter doelpubliek kunnen worden bereikt en zouden zowel het aanbod als de vraag naar streekgebonden producten kunnen stijgen. Op het vlak van de groothandel zijn er verschillende actoren die actief zijn in de duurzame voedingssector: bioproducten, seizoensgebonden producten, Belgische producten, duurzame visserij, milieubeheer, streekgebonden producten… Als we naar de streekgebonden producten kijken, dan stellen we vast dat deze slechts op kleine schaal worden gepromoot en nog maar weinig zichtbaar zijn. Verschillende actoren hebben echter wel een aanpak om “Belgische producenten” te promoten. Een lokale aanpak om de producent en zijn producten in de verf te zetten, is echter veel minder aanwezig. Deze actie zou er dus in bestaan om de producten van lokale producenten te promoten in de groothandel. 1) In een 1e fase heeft een veldwerker zich kandidaat gesteld om een pilootfase in de supermarkt tot een goed einde te brengen. Zo heeft Carrefour Belgium al ruim 1 jaar een project in de Waalse provincies, en wil het in navolging van dat experiment hetzelfde doen in het Brussels Gewest. In een 1e fase zouden de streekgebonden producten dus bij Carrefour Belgium in het Brussels Gewest worden gecommercialiseerd, net zoals dat in alle Waalse provincies is gedaan. Dit project is gelanceerd in samenwerking met de Waalse provincies (2012 - tot op heden), en het is de bedoeling dit volgens dezelfde methode in het Brussels Gewest te lanceren. 2) In een 2e fase zou deze ervaring kunnen worden gedeeld met andere distributieketens, aangezien de eerste fases door Carrefour zijn uitgewerkt volgens de “Carrefourmethode”. Andere actoren kunnen andere methodes ontwikkelen indien zij dat wensen. Link met de economische ontwikkeling De lokale productie ondersteunen en ontwikkelen door lokale en producentvriendelijke producten te commercialiseren. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie De lokale producten en producenten bekendheid geven.
Actiefiche nr. 13 > Atelier: versterking van de netwerken
82
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
De relatie tussen de lokale producenten en distributeurs verankeren: commercialiseringscharter Het omzetcijfer en de mogelijke werkgelegenheid bij de lokale producenten doen groeien. Doelgroep
Soort instrument
Burgers-klanten; de lokale producenten
Partnership Communicatie
Budget De actie uitwerken: eigen budget van Carrefour Belgium Budget gelinkt aan de EAN-codes ? Bijkomstige budgetten: zie medewerkers Voornaamste activiteiten en deadlines Men moet rekenen op een maand voor de voorbereiding, een maand voor het onderzoek en het lanceren van de producten. Pas daarna kan de commercialiseringsfase van start gaan. De bedoeling is om het project gedurende zes maanden tot één jaar continu te ondersteunen. Vervolgens kan het naar de andere winkels of merken worden uitgebreid. Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM
Algemene communicatie, opvolging
Copiloot
MBHG - Cel Landbouw / Economie
Rol van de provincies (nog in te vullen na contact) – Promoten van de producenten - Controle
Medewerker
Carrefour Belgium
Operator van het pilootproject in de 1 fase
Medewerker
Viangros of andere logistieke actor
Logistiek
CERIA
marketing, productanalyse
COMEOS
Waarnemer, op het gepaste ogenblik: verspreiding resultaten
e
Te betrekken instellingen: -
Frank Mesdag Credal – link naar studie over de overwonnen obstakels in verband met de kleine producenten Waalse provincies (Hainaut développement, BEP)
Actiefiche nr. 13 > Atelier: versterking van de netwerken
83
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 14
Een studie verwezenlijken over het voedingsaanbod en de voedingsdistributie in het BHG ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
COPILOTEN: MBHG EN DE LANDBOUWCEL VAN HET MBHG
Functionele link met AF’s n° 1, 9, 13, 14, 15, 16
Uitvoeringsdatum: Een jaar 2013 - 2014
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° / Beschrijving Context: Om een ambitieus project als dit te kunnen doen slagen en de vraag naar “duurzame” voeding bij de Brusselaars te doen stijgen, moeten er realistische en concrete doelstellingen worden vastgelegd. Deze doelstellingen kunnen enkel worden geïdentificeerd indien we de aanvangssituatie die we willen verbeteren goed gekend is. Toch wordt er momenteel weinig kennis vergaard en geanalyseerd omtrent de vraag naar voeding in het BHG. Deze kennis zou de Brusselse beslissingsmakers nochtans helpen om verantwoorde keuzes te maken. De bedoeling van deze actie is een stand van zaken te maken van: 1. het voedingsaanbod, zowel voor de horeca, kantines als particulieren 2. de voedingsdistributie Beschikbare inspiratiebronnen in bijlage Actie 1) Aanbod De studie “Who feeds Bruxelles?” moet voor het gewest worden uitgevoerd. Deze studie moeten de volgende zaken aan het licht brengen: -
De kenmerken van het aanbod: o Beschrijving van het beschikbare aanbod aan voeding in het BHG (wat, hoeveelheid, biokwaliteit of andere) o Afkomst (BHG, plaats te bepalen, België, Europa, wereld)?
-
De productie
-
De verwerking: o Beschrijving van de voedselvolumes die in Brussel worden verwerkt (wat, hoeveelheid, kwaliteit) o Beschrijving van de verwerking van de Brusselse onverwerkte voedselproductie in Brussel o Stand van zaken van de Brusselse verwerkingsbedrijven 2) Voedingsdistributie
De distributiesector speelt een essentiële rol bij het efficiënt verspreiden van duurzame voeding.
Actiefiche nr. 14 > Atelier: versterking van de netwerken
84
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Dankzij de studie moet er een duidelijk beeld komen over het voedseldistributiesysteem in Brussel. De studie zou daarom een antwoord moeten bieden op de volgende vragen: -
-
-
-
-
Hoe groot is het aandeel van voedingsproducten dat geproduceerd en/of verwerkt wordt in Brussel en dat enerzijds in het BHG blijft en anderzijds wordt geëxporteerd (naar waar en hoe?)? Wat is het volume van landbouwproducten en voedingsmiddelen dat elke dag in Brussel binnenkomt? Hoe geraken die voedingsmiddelen tot in Brussel en hoe circuleren ze daar? Waar worden ze opgeslagen, wat is hun bruikbare en gebruikte capaciteit? Welke zijn de logistieke hubs? Hoe zit het voor de Brusselse markt met het volume en de verdeling van de voedingsmiddelen tussen de overheidsopdrachten, de grootkeukens, de horeca, de groothandel, de lokale overheidsopdrachten en de makers van biomanden. Waar gaan de onverkochte producten naartoe? Welke zijn de belangrijkste actoren binnen de Brusselse voedingsmiddelendistributie? Hoeveel daarvan zijn al betrokken bij een duurzame aanpak (eerst dient te worden verduidelijkt wat er verstaan wordt onder “duurzame aanpak”)? Welke indicatoren moeten er worden gebruikt om het aandeel te kennen van de duurzame voeding binnen de voedingsstromen die de Brusselaars voeden?
In deze studie moeten het aanbod en de distributie van voeding volgens de verschillende types consumenten worden onderverdeeld: huishoudens, horeca, grootkeukens, overheidsverbruik, … In de studie moet worden bepaald welke categorieën zullen worden gebruikt: fruit, groenten, eiwitten, zuivelproducten, basisproducten (kruiden, bloem,…), verwerkte, verse, ingeblikte, diepvriesproducten, …? Dankzij de studie zullen ook een aantal acties kunnen worden geïdentificeerd die het aanbod aan duurzame voeding kracht kunnen bijzetten en de ecologische voetafdruk van de logistieke processen kunnen beperken. Link met de economische ontwikkeling Dankzij deze studie zal het mogelijk worden om een duidelijk beeld te krijgen van de voedingsstromen in het BHG, zowel kwalitatief als kwantitatief. De studie zal als referentie kunnen dienen wanneer er beslissingen moeten worden genomen om de Brusselse netwerken te versterken en de werkgelegenheid aan te zwengelen alsook om de evolutie hieromtrent te volgen. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie -
Een goede kennis van de voedingsstromen in Brussel: soort, afkomst, producent, … Een kennis van de huidige afkomst Een beoordeling van de veerkrachtigheid inzake voeding in het BHG Een schattingsmethodologie vanuit de duurzame voeding binnen die voedingsstromen
Doelgroep
Soort instrument Studie
Actiefiche nr. 14 > Atelier: versterking van de netwerken
85
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget Verzamelen en analyseren van bestaande gegevens, nagaan welke gegevens ontbreken en nog dienen te worden verzameld: 10.000 € Offerte: 85.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines 2013: Opstellen van bestekken met ondersteuning van een werkgroep 2014: Studie, verzamelen en analyseren van de bestaande gegevens 2015: Studie, conclusies, aanbevelingen Studie: 1 jaar Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Copilotering
BIM
Coördinatie van de aanbesteding van de studie over het voedingsaanbod en de distributie van voeding in het BHG
Copilotering
Landbouwcel van het MBHG
Medewerking aan de studie, informatie over de productie, contacten met de andere gewesten inzake de productie
Medewerkers
Rencontre des Continents
Zal deelnemen aan de werkgroep
Nationale Statistiek
Medewerker, heeft een hele reeks relevante statistieken aangeleverd
Viangros
Heeft geen tijd gehad om te reageren. Zal contact met ons opnemen om de samenwerking met betrekking tot deze fiche te specifiëren.
Bioforum
Gegevens
Brussels InvestExport
Werkgroep
Het APAQ-W
Het APAQ-W beschikt over gegevens met betrekking tot het periurbane aanbod
Comeos
Samenwerking met de werkgroep.
Mabru
Mabru verbindt zich ertoe de auteurs van de studie te ontmoeten.
Fevia
Fevia stelt haar expertise ter onzer beschikking en is bereid om contacten met de Brusselse deelnemende bedrijven uit de voedingssector te organiseren.
La Ferme Nos Pilifs
Medewerker, gegevens
SAGAL / Maarten Roels
Opvolging van de studie vanuit het oogpunt van de korte ketens
De Slachthuizen van Anderlecht
Samenwerking met de werkgroep.
Actiefiche nr. 14 > Atelier: versterking van de netwerken
86
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
BECI
Samenwerking met de werkgroep.
Te betrekken instellingen: Travail et Vie, Brussels Studies, Maison verte et bleue, Carrefour, FBMD, universiteiten
Actiefiche nr. 14 > Atelier: versterking van de netwerken
87
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 15
Een studie verwezenlijken over de vraag naar voeding – in het bijzonder de vraag bij particulieren ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
PILOTEN: BIM
Functionele link met AF’s n° 1, 9, 13, 14, 15, 16
Uitvoeringsdatum: 2013-2014
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Context Om een ambitieus project als dit te kunnen doen slagen en de relatieve vraag naar “duurzame” voeding bij de Brusselaars te doen stijgen, moeten er enkele realistische en concrete doelstellingen worden vastgelegd. Deze doelstellingen kunnen enkel worden vastgelegd met een goede kennis van de aanvangssituatie die we willen verbeteren. Toch wordt er momenteel weinig kennis vergaard en geanalyseerd omtrent de vraag naar voeding. Deze kennis zou de Brusselse beslissingsmakers kunnen helpen om verantwoorde keuzes te maken. Om het aanbod aan duurzamere voeding en werkgelegenheid uit te kunnen breiden in deze sector moet het worden afgestemd op de evolutie van de vraag. Het is dus belangrijk om de vraag heel goed te kennen. Enerzijds om het aanbod uit te kunnen breiden en anderzijds om ook de vraag naar duurzamere voeding te stimuleren. Actie Studies uitvoeren om de voedingskeuze van de “Brusselaars” in het algemeen en bepaalde specifieke doelpublieken in het bijzonder te kennen. Verder ook de obstakels en hefbomen identificeren die mensen verhinderen om andere voedingsgewoonten aan te nemen. In die studies moeten de volgende zaken worden vermeld: - De huidige voedingskeuze en -gewoonten, en de duurzaamheid van deze vraag (bio…) - Wat de bevolking verlangt maar niet vindt, of tenminste niet “in de buurt” vindt. - Grote evolutieve tendensen - Beslissingscriteria die verschillende doelgroepen hanteren tijdens hun aankopen - Obstakels / hefbomen om over te kunnen schakelen naar duurzamere voeding - Inschatten van de behoeften op middellange termijn, rekening houdend met de veranderende mentaliteit en de context (bijv. minder vlees eten en meer eiwitvervangers voor de traditionele vleesconsumptie) - De indicatoren om de evolutie van de duurzaamheid van de vraag op te volgen Deze studie moet de volgende zaken bevatten: - Bibliografische studie: gegevens inzake de gezondheid, universiteiten, tendensen, aanbevelingen omtrent indicatoren en het beleid dat moet worden gevoerd… - Kwalitatieve onderzoeken - Algemene opiniepeiling (groot publiek) - Enquêtes bij specifieke groepen
Actiefiche nr. 15 > Atelier: versterking van de netwerken
88
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Link met de economische ontwikkeling De vraag, behoeften en verwachtingen beter begrijpen om de ontwikkeling van de lokale voedingsketens correct bij te kunnen sturen (bijv. aanbeveling over de soort lokale gewassen die kunnen worden gelanceerd, in het bijzonder kruiden, groenten en de ontwikkeling van nieuwe voedingsproducten en diensten, …). Een stand van zaken opmaken over de duurzaamheid van de vraag, obstakels en kansen identificeren die respectievelijk moeten worden weggewerkt en aangegrepen om de gewoontes te veranderen en de vraag naar duurzame voeding te verhogen. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie -
Een idee krijgen over de huidige en toekomstige behoeften Een idee krijgen over de producten en diensten die aan deze vraag zouden kunnen voldoen Een doelgerichte aanpak voor specifieke doelgroepen
Doelgroep
Soort instrument
Groot publiek
Studie
Specifieke doelgroepen dienen te worden bepaald (a priori: jongeren, zwakkere groepen, met een diverse culturele achtergrond)
Budget Doorlichting en analyses van de bestaande gegevens (BSI), nagaan welke gegevens ontbreken en welke in de volgende fases moeten worden verzameld: 10.000 €. Aanbesteding voor een kwalitatieve studie (literatuur + contacten + aanbevelingen): 20.000 € Opiniepeiling bij het grote publiek: 30.000 € Opiniepeiling/enquêtes voor specifieke doelgroepen: 30.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines 2013 Opstellen van bestekken, bibliografische studie, opvolging van de studie Verzamelen van informatie via contacten (zie medewerker) Opstellen van bestek, opiniepeiling bij het grote publiek en opvolging 2014 Opstellen van een bestek voor een specifiek doelpubliek en opvolging Conclusies & aanbevelingen Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM
Coördinatie bestekken Bestaande studies ter beschikking stellen
Actiefiche nr. 15 > Atelier: versterking van de netwerken
89
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Medewerker
Landbouwcel/MBHG
Link met de fiches 3 en 14 (offerte, kadaster)
Rencontre des Continents
Kwalitatieve gegevens op vraag van specifieke doelgroepen
Observatorium voor Gezondheid en Welzijn
Bron van gegevens
Nationale Statistiek
Bron van gegevens
COMEOS
Te bepalen
ATRIUM
Te bepalen
Bioforum
Bron van gegevens
FEVIA
Te bepalen
Brussels InvestExport
Bron van gegevens
Voorbeeld van de bronnen: project “Meesterkok" (obstakels, hefbomen, thema's, voedingsgewoonten); project Bouillon Malibran, via hun netwerk
Te betrekken instellingen (zie ook bijlagen: bronnen van gegevens) -
Zie ook bijlagen: Instellingen, bronnen van gegevens
-
Brussels Studies
-
RABAD
-
De Fédération des Maisons Médicales
-
Universiteiten
Actiefiche nr. 15 > Atelier: versterking van de netwerken
90
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 16
Een studie uitvoeren over de vraag naar voedingsmiddelen uitgaande van de grootkeukens en de horeca (met inbegrip van de sociale restaurants) ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
PILOOT : BRUSSEL LEEFMILIEU
Functionele link met de AF n° 08a en 08b, 45bis en 47
Uitvoeringsdatum : 2014
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF nr. /
Beschrijving We wensen een stand van zaken op te maken van de Brusselse horecazaken (restaurants, snackbars, cafés, grootkeukens, sociale restaurants) inzake hun voedingsvraag en gewoonten: welke producten gebruiken ze op dit moment, hoe duurzaam zijn ze reeds, hoe staan ze hier tegenover, aan welke producten hebben ze nood … Op basis van deze resultaten willen we de prioriteiten van ons programma voor de horecasector bepalen voor de transitie naar meer duurzame voeding. We wensen te weten op welke doelgroep we ons het beste richten om het meeste milieuwinst te kunnen boeken binnen de mogelijkheden van het programma en met welke hulpmiddelen. Er werd reeds een stand van zaken opgemaakt van de Brusselse grootkeukens door Food in Mind in 2012. De volgende aspecten werden nagegaan: - wat verstaan de grootkeukens zelf onder een duurzame voeding - hoe duurzaam zijn de grootkeukens reeds - zijn de grootkeukens gemotiveerd om over te schakelen naar meer duurzaamheid en willen ze hier tijd en geld in steken - waar hebben de grootkeukens nood aan bij de overschakeling naar meer duurzaamheid - zijn de grootkeukens op de hoogte van ons project ‘duurzame grootkeukens’ Om na te gaan hoe duurzaam de grootkeukens reeds zijn, werden zowel gegevens over de opgediende voeding (gemiddelde portie vlees, beschikbaarheid van kraantjeswater, aanbod seizoensproducten, …) als over de omkadering (opleidingen voorzien, sensibilisatieacties, projectteam, …) onderzocht. Andere studies die interessant zijn en moeten bekeken worden: - "Améliorer l’offre en matière d’alimentation saine dans les écoles et les collectivités : expériences et pistes pour relever le défi" – Document van de Koning Boudewijnstichting (2008) - Speciale uitgave rond voeding van Alter Echos "Social et Alimentation Durable". N°344-345
Actiefiche n° 16> Atelier : versterking van de netwerken
91
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu – Duurzame voeding
-
Het resultaat van de reflectiedag van 17 april van Association 21 http://www.associations21.org/Le-mercredi-17-avril-2013-Journee en http://www.associations21.org/17-avril-2013-quelles-alliances & : http://www.associations21.org/17-avril-2013-rapport-de-l-atelier
: :
Het is de bedoeling om de aspecten die reeds voor de grootkeukens werden onderzocht, ook te onderzoeken voor de andere horecasectoren, via een studie. Daarbij kan men zich baseren op de bovenvermelde studie van Food in Mind. Het doel van de studie is een nulmeting op te maken zodat acties later kunnen geëvalueerd worden. Met deze studie wensen we ook de knelpunten te kennen waarom horecazaken het moeilijk hebben om over te schakelen naar een duurzame voeding (geen vraag van de klanten, moeilijk om producten te bekomen, leveringsproblemen, aanpassing van keuken nodig, gebrek aan kennis voor bereiding, …) Link met de economische ontwikkeling Eens de ontbrekende schakels om de horecasector te helpen bij hun transitie naar duurzame voeding, geïdentificeerd zijn, kunnen deze ontwikkeld worden. Het zal hier gaan om schakels binnen de voedingsketen (leveranciers, verwerkers, …) en dus met een (sociaal) economisch belang.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Doel: De horecasector helpen bij hun transitie naar duurzame voeding door ontbrekende producten en schakels te identificeren en te ontwikkelen. Verwachte resultaten: - Stand van zaken van voedingsvraag en -gewoonten van de Brusselse horecasector - Identificatie van te ontwikkelen initiatieven om ontbrekende duurzame voedingsproducten tot bij de horecazaken te brengen (al dan niet gebaseerd op sociale economie) (Dit resultaat hangt ook af van de studie omtrent het aanbod van voeding voor de horecasector, zie fiche 1)
Doelgroep Brusselse horecasector : Restaurants, snackbars, cafés, grootkeukens, sociale restaurants
Soort instrument Overheidsopdracht om studie te lanceren.
Budget Studie voedingsvraag door Brusselse horecazaken : 30.000€ Voornaamste activiteiten en deadlines De studie om de horecazaken in kaart te brengen, zal worden uitbesteed. In het lastenboek wordt aan de inschrijver gevraagd het volgende te beschrijven in zijn offerte: - hoe hij tot de gevraagde gegevens kan komen en geeft reeds een voorbeeld van een eerste vragenlijst
Actiefiche n° 16> Atelier : versterking van de netwerken
92
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu – Duurzame voeding
-
hoeveel en welke horecazaken zullen ondervraagd worden en op welke manier hoe hij de juiste contactpersonen zal bereiken die in staat zijn de gevraagde informatie te verschaffen
Het is de bedoeling om een representatief zicht te hebben van de Brusselse horecazaken. De methodologie moet volledig transparant zijn. Het onderzoek moet opnieuw kunnen worden uitgevoerd door Leefmilieu Brussel in een later stadium, zodat een consistente monitoring op langere termijn kan uitgevoerd worden om de acties rond een duurzame voeding te kunnen evalueren. Indien het budget het toelaat, wensen we ook aanbevelingen te vragen aan de uitvoerder van de studie en de opportuniteiten te identificeren. Planning: Februari 2014: Opmaak bestek ‘Studie stand van zaken van de horecasector inzake hun voedingsvraag en –gewoonten’ Maart 2014: Aanvraag goedkeuring kabinet April 2014: Publicatie bestek Juni 2014: Start studie September 2014: Ontvangst resultaten studie Partnership Engagement van de actoren : Rol
Actor
Piloot
Engagement
Brussel Leefmilieu
Medewerkers
MBHG cel Landbouw Bioforum Federatie HORECA/Comeos
Lanceren van een overheidsopdracht voor de studie ‘vraag en aanbod’ Werkt mee aan de reflectie en opvolging Enquête naar de grootkeukens toe Comeos : werkt mee aan de reflectie, gegevens
Te betrekken instellingen: -
cateringbedrijf (Sodexo, TCO, Compass Group, …)
-
kantines (scholen, kinderopvang, bedrijven, rusthuizen, ziekenhuizen, …)
-
leveranciers (Biofresh, Deli XL, …)
-
verwerkers (Travail et vie, …)
-
studiebureaus (EcoRes, Greenloop, Coduco, …)
-
betrokken belangenverenigingen (Vredeseilanden, …)
-
FBMD Federatie Horeca
Actiefiche n° 16> Atelier : versterking van de netwerken
93
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 17
Een workshop organiseren om het logistieke proces voor het recupereren/verdelen van onverkochte voedingsmiddelen te verbeteren ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
COPILOTEN: FMD - FBMD BE
Functionele link met AF’s n° 50 en 18 en 19
Uitvoeringsdatum: 5 maanden
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° …
Beschrijving Elk jaar haalt de sector van de voedselhulp gratis verschillende duizenden tonnen voedingsmiddelen op uit de groothandelsketens en de voedingsmiddelensector. Het gaat hierbij om onverkochte voedingsmiddelen die perfect geschikt zijn voor consumptie. Deze worden ofwel rechtstreeks door de organisaties op het terrein opgehaald, ofwel door de Voedselbank Brussel-Brabant (VBBB) die deze voedingsmiddelen centraliseert en vervolgens herverdeelt aan verenigingen die actief zijn op het terrein en zich inzetten voor minderbedeelden. Toch glippen nog steeds grote hoeveelheden voedingsmiddelen die perfect geschikt zijn voor consumptie door de mazen van dit “recuperatienet”. Daarom werd zowel in het politieke kamp als binnen de actoren op het terrein een denkoefening gehouden die heeft geleid tot een reeks voorstellen (voorstel tot ordonnantie inzake het valoriseren van onverkochte producten, en pilootprojecten waarbij verenigingen de onverkochte producten valoriseren en ondernemingen uit de sociale economie die actief zijn op het gebied van voedselhulp, …). De actie bestaat erin om een debat te lanceren tussen alle betrokken actoren om te kijken welke hefbomen kunnen worden ingezet om meer onverkochte voedingsmiddelen ter beschikking te stellen aan de sector van de voedselhulp. Verder moeten er oplossingen worden voorgesteld op basis van goede praktijken die reeds in België en in het buitenland bestaan. Functionele links met andere acties: Verschillende acties die in het kader van de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu Duurzame Voeding werden voorgesteld, hebben als doel de sector van de voedselhulp beter te bevoorraden. De FMD - FBMD ziet erop toe dat er samenwerkingsverbanden worden aangeknoopt met de andere bevoorradingsprojecten waar de federatie aan deelneemt, die elkaar aanvullen en nauw op elkaar aansluiten (AF 50, 17, 19): - Actiefiche 17 heeft een heel ruim actiebereik. De oplossingen die na de rondetafel werden voorgesteld zullen ondersteuning bieden aan specifieke acties. Voorbeelden daarvan zijn actiefiche 50, die als doel heeft om een heel specifiek bevoorradingssegment te ontwikkelen (opzetten van lokale samenwerkingsverbanden met sociale restaurants voor het recupereren van verse voedingsmiddelen), en actiefiche 18 die als doel heeft onverkocht fruit en groenten van MABRU te recupereren. - Actie 17 zal ook ondersteuning kunnen bieden om een permanent bevoorradingsplatform op te zetten voor de sector van de voedselhulp, zoals in
Actiefiche nr. 17 > Atelier: versterking van de netwerken
94
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
actiefiche 19 wordt voorgesteld. Kenmerkend voor dit platform is dat het zich voornamelijk richt op de aankopen, vooral van de sociale kruidenierszaken.
Link met de economische ontwikkeling 1. Meer werkgelegenheid De actie bestaat erin de behoeften en de middelen te identificeren die moeten worden ingezet om het recuperatieproces van onverkochte voedingsmiddelen te optimaliseren ten voordele van de voedselhulp. Door deze middelen uit te bouwen zullen er onmiddellijk nieuwe banen worden gecreëerd. Voorbeelden van banen: chauffeurs-leveranciers, beheerder van de gegevensbank. 2. Ondersteuning ter ontwikkeling van projecten in de sociale economie, met name de voedselhulp Door de bevoorrading te verbeteren zullen er makkelijker nieuwe sociale kruidenierszaken en projecten in de sociale en solidaire economie, met name de voedselhulp, kunnen worden opgestart. Onrechtstreeks zullen er banen worden gecreëerd doordat deze actie de projecten zal ondersteunen. 3. Versterking van de partnerschappen tussen de verschillende socioeconomische sectoren Deze actie zal voor een extra dynamiek en versterking zorgen tussen de structuren die voedselhulp verlenen (verenigingen en OCMW) en de actoren uit de voedingsketen zodat de voedselverspilling tot een minimum kan worden beperkt. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Het doel van deze actie is de behoeften en de prioritaire actiemogelijkheden te identificeren zodat de onverkochte (en onverkoopbare) voedingsmiddelen uit de voedingsketen beter kunnen worden gevaloriseerd. Dit is ten bate van de mensen die een beroep doen op de voedselhulp in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Resultaten: Er worden op twee vlakken resultaten verwacht. Enerzijds zal de beschikbare hoeveelheid voedsel stijgen zodat de verenigingen die voedselhulp verlenen beter worden bevoorraad. Anderzijds zal de kwaliteit van de voedselhulp en de sociale begeleiding van de begunstigden verbeteren: opzetten van nieuwe reële partnerschappen tussen organisaties die voedselhulp verlenen (verenigingen en OCMW) en actoren uit de voedingsketen; verhogen van de diversiteit en kwaliteit van de producten die ter beschikking gesteld worden van de mensen die een beroep doen op voedselhulp. Dit zal een gunstig effect hebben op de gezondheid van deze begunstigden. de bevoorradingskosten zullen dalen waardoor de organisaties die de voedselhulp verlenen zich meer kunnen toespitsen op de sociale begeleiding van de begunstigden. Doelgroep Doelgroep 1: de begunstigden van de voedselhulp Doelgroep 2: de verenigingen en OCMW die actief zijn op het gebied van voedselhulp Doelgroep 3: actoren uit de voedingsketen
Actiefiche nr. 17 > Atelier: versterking van de netwerken
Soort instrument Benchmarking Rondetafel
95
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget Budget: akkoord van +/- 5.000 € Opgelet: In 2014 moet er extra budget worden voorzien om de acties uit te rollen die tijdens de eerste fase werden geïdentificeerd. Een exact budget zal na afloop van de actie in december 2013 kunnen worden meegedeeld. Voornaamste activiteiten en deadlines Fase 1 (juli-september 2013) - Een benchmarking uitvoeren van de projecten rond de valorisatie van onverkochte voedingsmiddelen in andere gewesten en buurlanden. Fase 2 (oktober 2013) - Rondetafel & debat over de prioritaire behoeften voor een betere valorisatie van de onverkochte voedingsmiddelen in het Brussels gewest. Het debat zal worden ingeleid en gevoed op basis van de voorstelling van de resultaten van de benchmarking en van de reeds eerder in Brussel uitgevoerde initiatieven. Verwacht aantal deelnemers: 20-30 personen. De rondetafel zal bestaan uit: de belangrijkste Brusselse actoren op het gebied van voedselhulp: de Voedselbank Brussel-Brabant, Federatie van de Maatschappelijke diensten, Netwerk van de sociale kruidenierszaken (Repis), sociale restaurants (Restos du Coeur, enz.), sociale kruidenierszaken (OCMW Sint-Agatha Berchem, Amphora, enz.), enz.; vertegenwoordigers van lokale actoren uit de voedingsmiddelensector: FWA, Fugea, Viangro, Mabru, Comeos, FEVIA, enz.; vertegenwoordigers vanuit de overheid: FAVV, BIRB, ministeriële kabinetten, enz.; actoren uit het verenigingsleven en de sociale economie: Nature & Progrès, SAGAL, Eco-Innovation, enz. Fase 3 (november 2013) - Verslag van de opdracht Samenvatting van het benchmarking-onderzoek: voorstelling van ongeveer vijf projecten (context, betrokken actoren, obstakels en hefbomen, belangrijkste resultaten, beoordeling van de reproduceerbaarheid voor het Brussels Gewest) Max. 2 pagina’s per project Lijst van de uitgenodigde en aanwezige actoren. Verslag van de rondetafel waarin de belangrijkste actiemogelijkheden die werden geïdentificeerd duidelijk naar voren komen. Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
FBMD
Copiloot
BE
Deskundige Toeleiding naar de sector van de voedselhulp Principeakkoord Lanceren van de aanbesteding Integratie van de conclusies in de werkplannen en programma’s Akkoord
Actiefiche nr. 17 > Atelier: versterking van de netwerken
96
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Te betrekken instellingen: Voedselbank Brussel-Brabant, FEVIA, COMEOS, ministeriële kabinetten die betrokken zijn bij de voedselhulp (COCOF, GGC), Netwerk van de sociale kruidenierszaken (REPIS), Overleg Voedselhulp, Resto du Coeur, OCMW, FAVV, VIANGRO, MABRU, Eco-innovation, FUGEA, FWA, BIRB.
Actiefiche nr. 17 > Atelier: versterking van de netwerken
97
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 18
Een structuur creëren voor het recupereren, verwerken en herverpakken van onverkochte producten op de Mabru (de Brusselse Vroegmarkt) in SSE ATELIER: VERSTERKING VAN DE NETWERKEN
Functionele link met AF n° 11 PILOOT: RABAD
Uitvoeringsdatum: Naar schatting 12 maanden
Beschrijving De bedoeling van het project is om een structuur te creëren voor het recupereren, verwerken en herverpakken van onverkocht fruit en groenten op de Brusselse Vroegmarkt (Mabru). De structuur die dient te worden opgezet (of de integratie van deze activiteit binnen een bestaande structuur) zal moeten beantwoorden aan de doelstellingen en aan het oogmerk van de sociale en solidaire economie. Bovendien is het de bedoeling om samen te werken met de organisaties die actief zijn op het gebied van de voedselhulp zodat onverkochte producten die worden herverpakt of verwerkt door deze organisaties kunnen worden gebruikt. Dit soort activiteiten werd reeds in andere landen uitgerold. Zo willen we de aandacht vestigen op het Franse initiatief dat werd gelanceerd op de markt van Rungis (“le Potager de Marianne”, de moestuin van Marianne) en waarbij in 2012 om en bij de 480 ton onverkochte groenten en fruit werden opgehaald. Momenteel wordt er een diagnose en haalbaarheidsstudie uitgevoerd. Nadat deze zijn afgerond, zal het mogelijk zijn om de modi operandi, de organisatiemethode, de middelen en voorwaarden voor de lancering van dit project te bepalen. (De bedoeling van de diagnose en de haalbaarheidsstudie is na te gaan hoe het project moet worden beheerst en beheerd om de economische haalbaarheid ervan te garanderen. Bovendien worden ook de aspecten van de sociale economie en de link met de sector van de voedselhulp onderzocht). Indien de haalbaarheidsstudie uitwijst dat het project economisch haalbaar is, zal deze activiteit eerst via een pilootfase worden uitgetest. Deze pilootfase zal 14 maanden in beslag nemen en zal het mogelijk maken om: - de reële gegevens te verzamelen (zowel kwalitatief als kwantitatief) over de vraag en het aanbod van onverkocht fruit en groenten over één volledig jaar, - te bepalen welke de operationele beperkingen zijn (relaties tussen “donoren en leveranciers”, fysieke volumes en opslag, logistiek beheer, versheid van de producten, justin-time beheer, beheer van de relatie tussen de klanten en de geldschieters), - te bevestigen hoeveel tijd er nodig is om de activiteit goed te beheren en welke beheersmiddelen er nodig zijn, - te bepalen welke operationele regelingen er moeten worden getroffen met de organisaties die actief zijn op het gebied van voedselhulp, - het business en financieel plan indien nodig bij te sturen, een vademecum van de activiteit en een gedetailleerd activiteitenrapport op te stellen. Bovendien zal deze pilootfase voldoende gedetailleerde documentatie opleveren om de actie op andere plaatsen, waar ook onverkochte producten kunnen worden gevaloriseerd, te herhalen.
Actiefiche nr. 18 > Atelier: versterking van de ketens
98
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Ten slotte zal de pilootfase het mogelijk maken om de activiteit uit te testen, waardoor de investeringsbehoefte, de werkingskosten en de personeelskosten tot een minimum zullen kunnen worden herleid. Link met de economische ontwikkeling Impact op de economische ontwikkeling: - er worden economische activiteiten en nieuwe banen gecreëerd in de sociale economie (naar schatting 5 VTE’s); - er wordt een economische activiteit gecreëerd door onverkochte producten te hervaloriseren (zuivere waardecreatie); - opzetten van partnerschappen met de sector van de voedselhulp (hulpbehoevende huishoudens houden meer budget over); - uittesten van een nieuw economisch model in Brussel. Bovendien creëert de actie ook een meerwaarde voor het leefmilieu (strijd tegen het verspillen van voedingsmiddelen) en op sociaal vlak (een kwetsbare groep krijgt toegang tot gezondere voeding). Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie 1. De haalbaarheidscriteria van het (piloot)project bepalen; 2. Het proefproject uitvoeren 3. Op basis van de resultaten van de piloot een structuur opzetten voor het recupereren/verwerken/herverpakken van onverkochte producten (of integratie in een bestaande structuur) 4. Werkgelegenheid genereren bij de doelgroep van de sociale economie 5. Ervoor zorgen dat het fruit en de groenten (hoeveelheid dient te worden bepaald) dat momenteel op de composthoop belandt of gedeeltelijk als afval wordt verwerkt, gerecupereerd en gevaloriseerd wordt. 6. Een partnerschap tussen deze structuur en de voedselhulp uitbouwen. Doelgroep Structuren uit de voedselhulp (voornamelijk de sociale restaurants en de sociale kruidenierszaken)
Soort instrument Genereren van economische activiteit / Hervaloriseren van onverkochte groenten & fruit van de Brusselse Vroegmarkt (Mabru)
Budget Op korte termijn Brusselse Vroegmarkt: naar schatting 40u werk op het terrein voor het stellen van de diagnose, het uitvoeren van de haalbaarheids- en marktstudie van het project (juni tot oktober 2012), tegen een uurtarief van 50 €. In totaal 2000 €. Federatie van de Maatschappelijke Diensten: naar schatting 1 dag per maand werk gedurende de 6 maanden waarin de haalbaarheidsstudie van het project loopt. Dagtarief van 308 €. In totaal 1850 €. Op middellange en lange termijn In deze fase is het voor ons niet mogelijk om het totale vereiste budget voor de lancering van het project te bepalen. Dat is een van de doelstellingen van de haalbaarheidsstudie die in deze fiche wordt vernoemd. Toch kunnen we samengevat stellen dat het totale budget voor de actie zich binnen de volgende grenzen zal bevinden: -jaarlijkse personeelskosten (1 coördinator VTE): 60.000 €; -investeringen (de lokalen en uitrusting aanpassen): tussen 10.000 € en 80.000 €;
Actiefiche nr. 18 > Atelier: versterking van de ketens
99
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
-jaarlijkse werkingskosten (huur, logistiek, verbruiksgoederen, communicatie, …); tussen 20.000 € en 120.000 €. Daarvan dienen de inkomsten van de activiteit nog te worden afgetrokken. Deze kunnen momenteel niet precies becijferd worden (het cijfergedeelte van de marktstudie over de vraag is momenteel lopende). Voornaamste activiteiten en deadlines Mei tot oktober 2013: diagnose en haalbaarheidsstudie Vanaf oktober 2013, in functie van de resultaten van de haalbaarheidsstudie zal het erop aankomen: -ofwel het pilootproject te lanceren en de activiteit operationeel te maken (oktober 2013 tot januari 2015); -ofwel het project grandeur nature te lanceren, samen met alle doelstellingen en functionaliteiten die daaraan verbonden zijn (oktober 2013); -ofwel nieuwe operationele partnerschappen/afzetmarkten/operationele werking na te streven om de continuïteit van het project te garanderen. Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
RABAD
Ervoor zorgen dat de oorspronkelijke doelstellingen van het project worden nageleefd en dat de hoofdfases goed worden uitgevoerd.
Medewerker
Groupe One
Ervoor zorgen dat het project en de doelstellingen goed worden uitgevoerd.
Medewerker
Mabru
Deelnemen aan het diagnoseproces en de markt- en haalbaarheidsstudie.
Medewerker
Travail & Vie
Deelnemen aan het diagnoseproces en de markt- en haalbaarheidsstudie.
Medewerker
FBMD
Deelnemen aan het diagnoseproces en de markt- en haalbaarheidsstudie, en ervoor zorgen dat er voldoende rekening wordt gehouden met de aspecten aangaande voedselhulp.
Medewerker
Amphora
Het project mee helpen te ontwikkelen en ervoor zorgen dat er voldoende rekening wordt gehouden met de aspecten aangaande voedselhulp.
Informeren
BIM
Informeren
Medewerker
Snijboontje
Het project mee helpen te ontwikkelen en ervoor zorgen dat er voldoende rekening wordt gehouden met de aspecten aangaande voedselhulp.
Medewerker
ECFG
De informatie omtrent het project doorspelen, deelnemen aan de enquête onder de medewerkers van het ECFG en over het project communiceren van zodra het gelanceerd is.
Medewerker
Entraide et Culture (Vorst)
Het project mee helpen te ontwikkelen en ervoor zorgen dat er voldoende rekening wordt gehouden met de aspecten aangaande voedselhulp.
Informeren
Project Bellevue fiche 2
Informeren
Te betrekken instellingen: Andere actoren die actief zijn in (a) de voedselhulp, (b) de voedselproductie en sociale economie en (c) de distributiesector van voedingsmiddelen. Deze zullen zeker en vast betrokken worden in de loop van het project. Actiefiche nr. 18 > Atelier: versterking van de ketens
100
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 19
Oprichting van een bevoorradingsplatform voor sociale kruideniers (REPIS) ATELIER : VERSTERKING VAN DE NETWERKEN PILOTEN : FÉDERATIE VAN DE BICOMMUNAUTAIRE MAATSCHAPPELIJKE DIENSTEN (FDSS-FBMD)
Functionele link met fiche n° 17 en 18
Duur uitvoering:
Link Einde/Begin// Begin/Einde met fiche n° …
16 maanden
Beschrijving Het concept van de sociale kruideniers kent een groeiend succes als instrument voor sociale actie.1 Projecten rond verschillende sociale kruidenierszaken zijn op dit moment lopende. Het netwerk van de sociale kruideniers Wallonië-Brussel (REPIS), waar op dit moment 15 verenigingen en OCMW’s deel van uitmaken en dat 44 sociale kruideniers vertegenwoordigt, zou zich dus snel moeten kunnen ontwikkelen in de komende jaren. De bevoorradingsproblematiek is één van de grootste zorgen van de sociale kruideniers. Deze sociale kruideniers verkopen voedingsproducten aan een lagere prijs dan de marktprijs aan gezinnen in moeilijke omstandigheden. De winstmarge is nul of er wordt zelfs verlies gemaakt, daardoor is dit concept zo fragiel. Voor de ontwikkeling en de permanente vestiging van sociale kruideniers is er nood aan innovatieve oplossingen om de financiële en logistieke last van de bevoorrading en de aankoop van het voedingsmiddelen te verlichten. De noden van de sociale kruideniers inzake bevoorrading, alsook hun leveranciers en de bedragen van de huidige aankopen zijn gekend (bv: totaal van de aankopen voor de sector in 2010: 669.146€/jaar). De strategie van het project bestaat erin prospectie uit te voeren en aankopen volledig of gedeeltelijk te groeperen om zo de onderhandelingscapaciteit van de sociale kruideniers te vergroten, om de kosten te drukken en om de logistiek te vergemakkelijken voor elke entiteit. Link met de economische ontwikkeling -
-
De sociale kruideniers zijn een plaats van socio-professionele inschakeling voor weinig opgeleide werkzoekenden in de sector van de voedingsdistributie2 De oprichting van een bevoorradingsplatform zal nieuwe banen scheppen en zal zorgen voor de opleiding van het personeel dat er werkt aan de behandeling en in de logistiek. 5 VTE te bevestigen door een businessplan: 1 coördinator, 2 chauffeurs/leveranciers, 1 stockbeheerder, 1 handler De sociale kruidenierszaak is ook een plaats voor de inschakeling van de klanten
1 “Een sociale kruidenierszaak is een winkel waar mensen met economische en/of sociale problemen kwalitatieve voedings- en gezondheidsproducten kunnen kiezen en kopen aan een lagere prijs dan de marktprijs. Het is ook een aangename, kwaliteitsvolle plaats waar ook de mogelijkheid bestaat om een gesprek te voeren en om steun te krijgen.” Zie Charter van het netwerk van de sociale kruideniers (REPIS) aangenomen in september 2011 en “Stand van zaken rond de sociale kruideniers en de oprichting van een netwerk van sociale kruideniers in Wallonië en Brussel”, Crédal en FdSS 2010 (zie www.fdss.be) 2 Volgens het onderzoek van FdSS-FBMD en Crédal, bij een groep van 29 sociale kruideniers, zijn er 232 mensen aan het werk als werknemer of op vrijwillige basis. 17% van die mensen werden aangenomen onder een contract art. 60.
Actiefiche nr. 19 > Atelier: versterking van de netwerken 101
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Doelstelling: Zorgen voor een stabiele en kwaliteitsvolle bevoorrading voor de sociale kruideniers door de oprichting van een bevoorradingsplatform voor de sociale economie. De verwachte resultaten voor de stabiliteit: ondertekenen van conventies met de leveranciers van voedingsmiddelen; regelmatige leveringen en aantrekkelijke prijzen; gediversifieerde bevoorradingsbronnen. De verwachte resultaten voor de kwaliteit: de groepering van de aankopen en het ontstaan van marges zorgen ervoor dat de nadruk meer op de kwaliteit van de producten gelegd kan worden; meer variëteit in de producten (fruit, groenten, enz.); doordat de bevoorrading door een externe partner wordt uitgevoerd, kunnen de sociale kruideniers meer gaan focussen op de sociale begeleiding van de begunstigden (culinaire workshops, deelname van de begunstigden, enz.). Doelgroep Doelgroep 1: de begunstigden van de sociale kruideniers Doelgroep 2: de mensen die werken bij het bevoorradingsplatform, doelgroep van de sociale en solidaire economie (ISP/ETA)
Soort instrument Business plan Coördinatie
Budget Uitgaven Coördinator voor de oprichting van het platform (1VTE - PC 332-1,80- 7 jaar anciënniteit) Secretariaat (0,33 VTE - PC 332- 1,39 -10 jaar anciënniteit) Business plan (500€ BTW inbegrepenx20dagen) Huur bureau, telecom, elektriciteit, enz. Opslagruimte van +/- 200 m² met laadkades Stockbeheerder (2 VTE onder contract art. 60) Uitrusting (transpallet, enz.) TOTAAL (*) Ter beschikking gesteld door het OCMW van Ukkel
Bedrag 64.500 € 15.000 € 10.000 € 15.880 € (*) (*) (*) 105.380€
Opgelet: een extra budget voor de uitvoering van fase 2 zou kunnen gevraagd worden na het afronden van het businessplan (februari 2014). Dit budget zou voor eventuele logistieke investeringen dienen (bv. koelwagen), voor de aankoop van materiaal of voor de communicatiekosten en de beheerskosten. Voornaamste activiteiten en deadlines Fase 1 – november 2013 tot februari 2014 – Opstelling van een businessplan Het businessplan heeft als doel het uitdokteren van een operationeel model en moet de volgende punten duidelijk stellen: - Welke financiële strategie moet er gebruikt worden om het project permanent te maken? Welke bijdrage moet er gevraagd worden aan de kruidenierszaken? Welke terugkerende subsidies zouden er verkregen kunnen worden? - Onder welke juridische vorm moet er gewerkt worden? Actiefiche nr. 19 > Atelier: versterking van de netwerken 102
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
-
Een sleutelfactor voor het slagen van het project is de aanknoping van een groot aantal sociale kruideniers om een voldoende groot aankoopvolume te bereiken zodat er kan gewerkt worden aan de marges en dat er gewicht in de schaal geworpen kan worden bij onderhandelingen. Welke dienstverlening moet er aangeboden worden aan de sociale kruideniers om ervoor te zorgen dat ze deelnemen aan het project (bv. Verzekeren van leveringen)?
Fase 1 bis – januari 2014 – aanwerving van 1 projectcoördinator voor de uitvoering van fase 2 Fase 2 – februari 2014 tot februari 2015 –creëren van een structuur en lancering van het project - Opstellen van de statuten; - Ontwikkelen van partnerships; - Starten van het project (mei 2014); - Starten van de bevoorrading - testfase; - zoeken naar financiering om het project permanent te maken Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
FdSS-FBMD
Coördineert de actie en verzekert de uitwerking in samenwerking met het Rode Kruis en het bureau van het REPIS-netwerk. Zorgt er ook voor dat er samenwerkingen ontstaan met andere bevoorradingsprojecten waaraan ook meegewerkt wordt (fiches 45, 45 bis en 46)
Copiloot
Rode Kruis
Coördineert de actie en verzekert de uitwerking in samenwerking met de FdSS-FBMD en het bureau van het REPIS-netwerk
Medewerker
OCMW van Ukkel
Op beslissing van het sociaal actiecomité (07/2013) heeft het OCMW van Ukkel zich geëngageerd om de oprichting van het platform te ondersteunen door het ter beschikking stellen van: een opslagplaats van +/- 200m² met laadkades, 2 stockbeheerders onder artikel 60, een deel van de onmisbare uitrusting (transpallet, enz.)
Medewerker
Sociale Kruidenier Amphora
Lid van het bureau van REPIS en partner van de actie
Medewerker
OCMW Les Bons Villers
Lid van het bureau van REPIS en partner van de actie
Medewerker
OCMW van Charleroi
Lid van het bureau van REPIS en partner van de actie
Te betrekken instellingen: COMEOS, Belgische Federatie van Voedselbanken, Ferme Nos Pilifs, BIOFORUM
Actiefiche nr. 19 > Atelier: versterking van de netwerken 103
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 20
Oproep tot projectvoorstellen urbane food design ATELIER : VERSTERKING VAN DE NETWERKEN Functionele link met fiche n° / PILOTEN : MAD COPILOOT BIM
Link Einde/Begin/// Begint/Einde met fiche n° /
Uitvoeringsdatum: 2014 -> 2015
Beschrijving Waarover hebben we het? Design (Larousse): “discipline die streeft naar de harmonisering van de menselijke omgeving, gaande van de conceptualisering van objecten tot aan de stedenbouw”. Food design is de vorm van design toegepast op het voedingssysteem. Het is een instrument waarmee het individu en zijn omgeving, de manier waarop hij zich voedt, in vraag kan stellen. Het gaat hier dus niet om het artistieke aspect (food art), noch om het esthetische, maar wel om de functionaliteit, het pragmatische antwoord op een problematiek. Hoe kunnen we moestuinen in de stad opstarten die niet vernield zullen worden? Hoe kunnen we de hoeveelheid voedselafval verminderen? Food design stelt innovatieve oplossingen voor als antwoord op de vragen rond de overgang naar een duurzame voeding. Food design houdt zich bezig met het ontwikkelen van producten die gelinkt zijn aan nieuwe functionaliteiten (specifieke verpakkingen voor een nieuwe manier van consumeren, stadsmoestuinen beschermen tegen vossen, enz.), maar denkt ook na over stedelijke uitvoeringsscenario’s (welke middelen moeten opgezet worden om ervoor te zorgen dat het project blijft duren? Hoe de publieke opinie scharen achter een project?) en over scenario’s die ruimdenkendheid moeten stimuleren, die nieuwsgierigheid opwekken, die het gedrag beïnvloeden en zelfs schokken veroorzaken (over voeding moet nagedacht worden). Het is een soort van universele communicatie, zeer efficiënt want ze werkt in op de vijf zintuigen en op de emotionele intelligentie. In het kort, food design denkt na over nieuwe globale consumptiemodellen en/of productiemodellen die gaan in de richting van duurzame voeding. In deze modellen zit de productie, de verwerking, de distributie, de verpakking, de nieuwe stedelijke consumptiemodellen, het transport van de producten, de meubels, enz. Als voorbeeld nemen we “les Ekovores” (Frankrijk) -> designideeën rond “stedelijke meubelen”: lokale technische en praktische oplossingen voor de ideale voedingswereld (kippenhok, compost, drijvende moestuinen, verplaatsbare serres…). Ook op globaler vlak kunnen we ook de andere initiatieven van de stad Nantes als voorbeeld nemen tijdens de workshop voorzien in de actie. Een ander voorbeeld, in het kader van de wedstrijd “design for change”, is het project van een student aan La Cambre (“Lopins de terre”) waarbij bakken grond verhuurd worden om zo thuis, in een appartement, te kunnen kweken. Acties: 1) Een inventaris opstellen van wat reeds gerealiseerd is, van de noden inzake duurzame voeding gelinkt aan de mogelijkheden van de urbane food design (BIM). 2) Communiceren van wat al gerealiseerd is en van de noden tijdens een workshop waaruit ideeën moeten voortspruiten voor de oproep tot projectvoorstellen en voor het werk in de het hoger onderwijs (BIM). 3) Lanceren van een oproep tot creativiteit onder designers rond duurzame voeding en design in het kader van een “wedstrijd”. De uitvoering van het project van de laureaat zal gefinancierd worden door de opstart van een start-up. Eventuele hulp bij het aanvragen van patenten voor meerdere actoren. Het MAD zou de oproep lanceren en een gemengde jury Actiefiche nr. 20 > Atelier: Versterking van de netwerken
104
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
zou de laureaat uitkiezen. Het MAD beschikt over de vaardigheden voor het bieden van hulp bij de uitvoering van professionele projecten. 4) Tegelijkertijd de resultaten op grote schaal verspreiden, onder een groot publiek van professionals en privé personen. 5) De designscholen ook betrekken bij het project. Bepaalde scholen zoals La Cambre nemen de problematiek rond food design op in hun programma. Er wordt gevraagd aan de studenten om nieuwe actiemethodes te ontwikkelen die een antwoord kunnen bieden op de problemen van de toekomst. Nieuwe en vaak relevante ideeën kunnen daardoor ontstaan. Het MAD kan contact opnemen met de designscholen om hen te vragen na te denken over de problematiek van de duurzame voeding, een wedstrijd te organiseren, een tentoonstelling en de resultaten ervan door te spelen naar een uitgebreid publiek (zowel privé als professioneel). Link met de economische ontwikkeling
Steunen van de ontwikkeling van een start-up die duurzame voeding en design (moderniteit) met elkaar samen brengt. Kiezen voor een efficiënt project in termen van banen scheppen. De vraag tegemoet komen door de uitwerking en verdeling van nieuwe duurzame economische modellen en/of antwoorden op een bestaande, niet uitgesproken, vraag naar diensten die de huidige bestaande modellen ondersteunen en aanmoedigen (de problematiek rond de seizoensgebonden groetenmanden: hoe kunnen we aan klantenbinding doen?). Scheppen van banen/oprichten van dienstenbedrijven die verband houden met dit project.
Doelstellingen/ te verwachten resultaten van de actie -
-
Oprichting van een start-up. Interesse wekken bij andere actoren om zich te engageren in dit domein. Bijdragen tot gemakkelijke technische oplossingen voor problemen rond productie/transport/opslag/consumptie van duurzame voeding in een stedelijke context. Veranderingen in het gedrag, aanpassen van de vraag.
Doelgroep
Soort instrument
Designers en alle beroepen gelinkt aan de voedingssector
Ondersteuning
Grote publiek
Communicatie
Budget 2014: Inventaris van wat reeds gerealiseerd is & de noden- workshop (LB): 10.000 € Organiseren van de oproep (MAD): 15.000 € 2015: Uitvoering van de start-up (MAD) : 50.000 € Communicatie (LB) : 10.000 € Coördinatie MAD 10.000 €
Actiefiche nr. 20 > Atelier: Versterking van de netwerken
105
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Voornaamste activiteiten en deadlines 2014: inventaris van wat reeds gerealiseerd is & de noden, workshop en organisatie van de oproep 2015: valorisatie van de projecten - communicatie 2015: opzet van de start-up Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
MAD (mode and design center)
Organisatie van de oproep tot creativiteit, de laureaat begeleiden
Copiloot
BIM
Inventaris van wat reeds gerealiseerd is & de noden; organiseren van de workshop, bijdrage tot de richtlijnen voor de oproep tot projectvoorstellen, deelname aan de jury
Medewerker
Food Fiction
Steunt de organisatie en volgt de oproep op
SDS
Studenten van La Cambre volgend jaar laten werken rond dit onderwerp
Te betrekken instellingen: -
BAO, projecten Impulsera en BSE
Actiefiche nr. 20 > Atelier: Versterking van de netwerken
106
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 21
Opzetten van een portaalsite voor duurzame voeding ATELIER: STEUNMIDDELEN
PILOOT: BIM
Functionele link met AF’s n° 00 en Uitvoeringsdatum: 00 en 00 Sept 2013 - midden 2014 Link Einde/Begin/// Begin/Einde met (vervolgens update) AF n° …
Beschrijving Context Momenteel is de informatie omtrent duurzame voeding slecht toegankelijk aangezien ze versnipperd is over de websites van tal van actoren. Zo zijn er heel wat catalogi waarin het aanbod van producenten staat, maar er is geen enkele catalogus die alle informatie bevat. Om het aanbod bekend te maken en de vraag te doen groeien is het van essentieel belang om een Brussels webportaal te creëren waarop alle bestaande informatie inzake duurzame voeding wordt verzameld en gegroepeerd. Bovendien zouden er eigen artikels moeten worden gepubliceerd en zouden de bezoekers (via links) moeten worden doorgestuurd naar de relevante informatiebronnen. Project Een gewestelijk webportaal creëren voor duurzame voeding. 1) Inhoud De bedoeling van het portaal is dat de bezoeker op basis van de informatie die hij/zij zoekt wordt doorgestuurd naar de meest relevante sites. Het gaat dus om een eenvoudige site zonder specifieke functionaliteiten (geen forum, inschrijvingen, …): een aantal pagina’s met, afhankelijk van het doelpubliek en de subthema’s, een kleine introductietekst en enkele links naar de relevante actoren. Hierbij worden 2 doelgroepen beoogd: professionals, particulieren. Voorbeelden (niet-exhaustieve lijst!): informatie met een economisch karakter (bijvoorbeeld bestaande financiële ondersteuning in Brussel voor de ontwikkeling van ondernemingen) of informatie over voortgezette opleidingen voor slagers, links naar de operatoren in de verkoop (markten, biomanden, winkels, online verkoop, restaurants, SAGAL, …), een link naar het programma fruit & groenten op school, een link naar tools die helpen bij de overgang… Een werkgroep (zie medewerkers) zal deelnemen aan de denkoefening over de inhoud en de structuur. 2) Structuur en technische aspecten van de portaalsite De site zou door de gewestelijke site "Brussel, Duurzame stad” http://www.villedurable.be/ kunnen worden gehost (er zou dan een afzonderlijke portaalsite zijn die onafhankelijk functioneert en rechtstreeks bereikbaar is, maar toch in de structuur van de bestaande site
Actiefiche nr. 21 > Atelier: Steunmiddelen
107
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
kan worden opgenomen. Deze portaalsite zou hetzelfde design hebben als de site “duurzame stad” en zou technisch compatibel zijn met de sites van het BIM). Deze site wordt momenteel al beheerd wordt door het BIM. Ondanks het gewestelijke karakter van de portaalsite, zullen er dus geen specifieke extra middelen nodig om deze upto-date te houden. Om een snelle toegang te kunnen garanderen zullen de domeinnamen moeten worden aangekocht (bijv.: alimentationdurable.be – 2 talen). Het spreekt voor zich dat deze portaalsite gelinkt moet zijn aan de gewestelijke (portaal)sites, minstens www.irisnet.be en de website van het ministerie van Economie en Werkgelegenheid (met name: Hulp aan bedrijven, BRUCOFO,…) 3) Invulling van de portaalsite Het BIM zal als eerste de inhoud voor de site voorzien en deze ook up-to-date houden. Daarvoor heeft het BIM wel een eerste aanzet nodig qua informatie. De actoren van de Alliantie zullen hiervoor worden aangesproken, maar er moet ook een kleine studie worden uitgevoerd om de zaken verder uit te kunnen diepen. Bovendien moet er financiële ondersteuning worden verleend aan bepaalde belangrijke sites waarnaar zal worden verwezen (zoals Bioguide, een project dat grotendeel op vrijwillige basis draait, maar toch regelmatig steun nodig heeft om verder te kunnen groeien). NB: daarnaast wil het BIM in ieder geval een nieuwe rubriek ‘voeding’ opzetten in het kader van de ontwikkeling van de 4e versie van haar eigen website. Deze rubriek zal ook een informatiebron zijn voor verschillende doelgroepen op het vlak van de ecologische aspecten van de voeding. Link met de economische ontwikkeling Particulieren en professionals helpen/ondersteunen bij hun zoektocht naar de juiste (economische) actor of het juiste programma. Tools aanreiken om hen te ondersteunen bij de overgang naar duurzame voeding. De bedoeling is om alle economische actoren uit de duurzame voedingssector te promoten en de vraag te stimuleren. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Om het aanbod bekend te maken en de vraag te stimuleren is het van essentieel belang dat de bestaande informatie inzake duurzame voeding verzameld en gegroepeerd wordt om zo de internetbezoeker naar de juiste informatie te gidsen. Doelgroep
Soort instrument
Particulieren, bedrijven
Informatie
Economische actoren die betrokken zijn bij de overgang
Budget
Aankoop van domeinnaam: 2.000 € (2013) Aanbesteding voor het ontwerp van de portaalsite: 20.000 € (2014) Aanbesteding voor het verzamelen van de informatie: 10.000 € (2014)
Actiefiche nr. 21 > Atelier: Steunmiddelen
108
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget voor het up-to-date houden is inbegrepen in het budget van het beheer van de site van “Brussel Duurzame stad” (die wordt beheerd door het BIM)
Voornaamste activiteiten en deadlines Ontwerp van de site, werkgroep: 2013 Invulling van de site: vanaf eind 2013, terugkerend Ondersteuning aan de bemiddelingsactoren: terugkerend Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM
Coördinatie, lancering en opvolging van de aanbestedingen, invulling van de site, updaten
Medewerker
MBHG LANDBOUWCEL BEW
/ en
Deelname werkgroep, doorsturen van informatie Link naar pagina’s die onder hun bevoegdheid vallen (biocertificaat, programma fruit en groenten op school, melkprogramma, …)
Bioguide
Deelname aan de werkgroep (Yves Deplasse - verantwoordelijke web).
RABAD
Samenwerking werkgroep
Nature & Progrès
Contactfiches & publicaties ter beschikking stellen
La Ferme Nos Pilifs
Als Brussels medewerker
RDC
Samenwerking met de werkgroep. Er niet alleen voor zorgen dat er in de structuur van de site voldoende verwezen wordt naar informatie over hun activiteiten, maar ook over het thema DV en bijbehorende informatie voor de mensen die hun opleidingen volgen.
Alimentation 21
Samenwerking met de werkgroep.
Karikol
De producentengids aanbrengen
Credal
Informatie en werkervaring op het gebied van het Waals Gewest aanbrengen -> site inzake de korte ketens
IEW
Samenwerking met de werkgroep - de portaalsite in Wallonië verbinden via referentiecentrum voor korte ketens.
VSGB
Informatie naar de gemeenten, OCMW (lokale overheden), werkgroep…
BECI
Werkgroep, link leernetwerk
Atrium
Werkgroep
Te betrekken instellingen: -
Alle actoren die eventueel aan de portaalsite kunnen worden gelinkt.
Actiefiche nr. 21 > Atelier: Steunmiddelen
109
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 22
Lerend netwerk voor bedrijven in de voedingssector met een lopende procedure rond duurzaamheid ATELIER : STEUNMIDDELEN Link met AF n° 21, 23, 28, 48 PILOOT : BECI
Duur van de uitvoering: minimum 18 maanden
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF / Beschrijving
Deze actie moet bedrijven uit de voedingssector van het BHG aanmoedigen en ondersteunen in de overgang naar een economisch model gebaseerd op de principes van de duurzame ontwikkeling. Daarom voorziet deze actie de ontwikkeling van een lerend netwerk van bedrijven die zich willen toespitsen op duurzaamheid of die er al mee bezig zijn en hen hierbij begeleiden. Deze aanpak omvat niet alleen de management systemen, maar ook de goederen en producten die door de bedrijven geleverd worden. In elk geval is het de bedoeling dat de deelnemende bedrijven aangemoedigd worden om na te denken over hun business-model, zodat het compatibel wordt met de principes van een duurzame ontwikkeling. Het netwerk is gebaseerd op het model van het Brussels Waste Network (BWN), waaraan BECI reeds werkt in samenwerking met het BIM. BECI is daarenboven al bezig met duurzaamheid in de voedingssector in het kader van Interreg IVb ResilieNtWEB-project, getrokken door het BIM, waaraan ook Greenloop meewerkt als technisch partner. BECI heeft dus genoeg ervaring om een lerend netwerk in de voeding te coördineren en op punt te stellen. Er zal nauw worden samengewerkt met Actiefiche 23 getrokken door Groupe One, die zich bezighouden met de steun aan nieuwe bedrijven die van bij het begin vernieuwende principes van duurzaamheid wensen toe te passen. De hele voedingssector wordt bij de actie betrokken: urbane landbouw, verwerking, verdeling, bevoorrading en Horeca. Met andere woorden alle actoren en bedrijven die reeds gevestigd zijn in de Brusselse regio, evenals de nieuwe (in samenwerking met Groupe One), ongeacht de grootte (ZKO, KMO, grote bedrijven). Het netwerk moet kunnen voldoen aan alle reële behoeften van de bedrijven. Het is dan ook nodig volgende acties te coördineren:
Door een enquête en ronde-tafelgesprekken maar ook door middel van de resultaten van de verscheidene studies gevoerd in het kader van de Alliantie, probeert men de behoeften van de bedrijven te identificeren (op alle gebiedien: productie, supply chain, managment,…). Deze actie wordt gevoerd in nauw samenwerkingsverband met de federaties uit de sector.
De diensten definiëren die ter beschikking worden gesteld van de bedrijven, rekening houdend met hun reële behoeften en deze diensten aanpassen in functie van de vooruitgang in de sector.
Identificatie van exepertise met betrekking tot: o
voeding: technische aspecten met inbegrip van voedselveiligheid en economische aspecten;
Actiefiche n° 22 > Atelier: Steunmiddelen
110
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
o
duurzaamheid, met de nadruk op de voedingsaspecten: nieuwe netwerken, vernieuwing, enz. ….
Op die manier wordt alle informatie samengebracht waardoor het gemakkelijker wordt gezamenlijk na te denken over de overgang van de voedingssector naar een nieuw economisch model dat beter beantwoord aan duurzame ontwikkeling.
Door middel van seminaries en ronde-tafelgesprekken moet er worden bijdragen tot de uitwisseling van informatie en werkmethodes, tussen zowel leden van het netwerk als tussen de deskundigen.
In nauwe samenwerking met de actoren reeds werkzaam in de sector (bij. FEVIA, COMEOS) de voedingsbedrijven inlichten over een hele reeks onderwerpen zoals: o
Best practices i.v.m. sociale en milieuvriendelijke werkmethodes
o
Wetgeving met betrekking tot openbare aanbestedingen (zie ook AF 48)
o
Financiële hulpverlening (zie ook de AF «Transversale hulp door financiering en begeleiding van operatoren »)
o
Beheer van grondstoffen (water en energie inbegrepen) en afval (samen met BWN),
o
Nieuwe business-modellen (samen met AF 23 en Groupe One), enz. ...
Deze aspecten worden besproken tijdens workshops en dankzij het regelmatig posten van artikels op de portaalsite van « Duurzame Voeding » die zal opgezet worden dankzij de uitvoering van fiche 21.
Een facilitator /contactpersoon ter beschikking stellen van de bedrijven, die ook als een soort « helpdesk » zal fungeren. Concreet zal deze facilitator vooral het netwerk levendig moeten houden, informatiesessies en workshops organiseren, projecten beheren, nieuwe regelgeving communiceren en sensibilisering voeren bij de Brusselse bedrijven.
Oproepen tot voorstel van projecten naar de federaties binnen de sector en naar bedrijfsgroepen om op die manier vernieuwende acties aan te moedigen, met uitsluiting van de acties met betrekking tot milieuvriendelijk management (omdat er voor deze initiatieven reeds ondersteuningsprogramma`s bestaan). De pilootprojecten krijgen steun wat betreft de werkwijze en qua publieke en privéfinanciering. Deelnemers communiceren de resultaten naar hun leden toe om zo een groot aantal bedrijven te kunnen bereiken.
Het netwerk kan evolueren naar een soort cluster zoals Eco-Build zodat deze actie een blijvend karakter krijgt indien de bedrijven hiervoor interesse tonen. Groupe One zal zijn medewerking verlenen om de middelen ter ondersteuning van deze actie te ontwikkelen - zie ook AF 23 in verband met het opstarten van kleine ondernemingen in de voedingssector. De actie wordt gebaseerd op de verschillende onderzoeken die werden uitgevoerd in het kader van de Alliantie.
Link met de economische ontwikkeling
Verbeteren van know-how van de bedrijven binnen de voedingssector en aanmoediging van een overgang naar nieuwe « duurzame » economische modellen.
Aamoedigen van het gebruik van milieuvriendelijke werkmethodes.
Verbeteren van de concurrentiemogelijkheden tussen de deelnemende bedrijven.
Ondersteunen van nieuwe lokale en economische activiteit (in samenwerking met Groupe One).
Actiefiche n° 22 > Atelier: Steunmiddelen
111
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Doelstellingen en verwachtingen van de actie
De verwachtingen van de bedrijven worden geïdentificeerd via een bottom-up analyse.
Identificatie van expertise en mogelijkheid tot het consulteren van deze informatie door de bedrijven vergemakkelijken.
Bedrijven worden geïnformeerd en gesensibiliseerd rond alle aspecten van de “voeding”, “duurzaamheid”, “nieuwe business-duurzame modellen”.
Pilootprojecten rond het thema duurzame ontwikkeling en nieuwe economische netwerken (bijvoorbeeld urbane landbouw) over een tijdspanne van 18 maanden.
Doelgroep
Soort instrument
Bedrijven in de voedingssector.
XXX
Federaties binnen de sector (Fevia, Comeos, Horeca,…)
Budget -
½ VTE: 58 500 € Werkingskosten, uitrusting, documentatie, expertise, communicatie, organisatie van evenementen en andere activititeiten : 20 500 €
Totaal : 79.000 €
Voornaamste activiteiten en deadlines
Oct – dec. 2013 o
Identificatie van de behoeftes van de ondernemingen (zie ook fiche 26bis)
o
Identificatie van de expertisepolen
o
Communicatie over het netwerk
Jan. – maart 2014 o
Ontwikkeling van de werkmiddelen (samen met 26bis)
o
Oproep tot projecten en startvergadering
April 2014 – April 2015 – Bestuur van de projecten + informatiesessies / workshops (3 tot 4)
April 2015 – Mei 2015 – resultatenanalyse met eventuele evolutie naar een cluster Duurzame Voeding om het aanbod blijvend te maken.
Actiefiche n° 22 > Atelier: Steunmiddelen
112
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Partnership
Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BECI
Medewerker
Groupe One
Netwerk onderhouden Facilitator / Helpdesk Beheer en opvolging van de pilootprojecten Expertise in verband met nieuwe business-modellen In contact brengen met het netwerk van nieuwe bedrijven. Begeleiding van initiatieven rond het tot stand brengen van nieuwe activiteiten binnen bestaande bedrijven. Expertise rond voeding, wetgeving, milieu, duurzame ontwikkeling binnen de sector van de voedselverwerking. Hulp bij identificatie van de behoeftes en van de hulpmiddelen. Bijdrage tot het verspreiden van information en goede werkmethoden. Vinden van interessante sprekers.. Uitwisseling van informatie. Communicatie. Expertise wat betreft financiering , lokale productie en coöperatief ondernemen.
(suggesties)
Medewerker
Fevia
Medewerker
BIM
Medewerker
Crédal
Te betrekken instellingen: -
BAO, AWL Comeos, Karikol, Atrium,
Actiefiche n° 22 > Atelier: Steunmiddelen
113
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 23
Steun aan de oprichting van kleine ondernemingen in de sector van de Duurzame Voeding gebaseerd op innoverende business modellen ATELIER: STEUNMIDDELEN
PILOOT : GROUPE ONE
Link met AF n° 29, 30, 22, 45, 46, Uitvoeringsdatum: 49 minimum 1 jaar
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Groupe One bestaat reeds meer dan 10 jaar in Brussel en steunt de oprichting van duurzame bedrijven (ZKO-type). Volgens statistieken van de ondernemingsloketten (zoals Le Village Partenaire te Sint-Gillis, gespecialiseerd in steun aan oprichting van duurzame bedrijven) tonen meer en meer bedrijfsleiders interesse in de voedingssector en in het bijzonder in de verschillende vormen duurzame voeding. Bedoeling is dat kandidaat-ondernemers die geïnteresseerd zijn in duurzame voeding beroep kunnen doen op een gespecialiseerde dienst in duurzame voeding, geleverd door Groupe One. Zij hebben een jarenlange ervaring in de sector en in de ontwikkeling van specifieke hulpmiddelen. Zij werken onder meer samen BECI en hun actie 22 ‘Réseau Apprenant - Lerend Netwerk’, gericht naar bedrijven die de overgang willen maken. Daarenboven zal Groupe One zijn ervaring inzake het opmaken van innoverende business modellen valoriseren, zodat de dragers van het project een vernieuwende positie op de markt kunnen innemen. Telkens zal het aspect Duurzame Voeding bij elk project worden ondersteund, zowel wat het business model (om de positie en vernieuwing van het nieuwe bedrijf te stimuleren) als het business- en financieringsplan betreft, die bepalend zijn voor de strategische, operationele en financiële richting. Vanuit een strategisch oogpunt heeft dit project tot doel het promoten van duurzame innoverende business modellen en die bijdragen tot jobcreatie. Men komt op die manier tegemoet aan de socio-economische (herlocalisatie, stimuleren van plaatselijke tewerkstelling) en milieu uitdagingen (reductie van de impact van de sector op het milieu, verbetering van de voedselkwaliteit). De actie richt zich tot de projecten van ZKO’s via alle schakels van de voedingssector: (buiten-)stedelijke productie, verwerking, verdeling/ logistiek en Horeca. De ZKO’s die hun business-model reeds aan het heroriënteren zijn in de richting van Duurzame Voeding worden ook aangesproken (zij hebben dezelfde eisen als de opstartende bedrijven). De begeleiding biedt het volgende aan: - Sensibiliseren van kandidaat-ondernemers voor het oprichten van bedrijven in de sector van de Duurzame Voeding; - Bedrijven met een project krijgen hulp bij uitwerking van hun business model (individuele en groepssessies); - Informatie over de verscheidene toeleveringskanalen;
Actiefiche n° 23> Atelier: Steunmiddelen
114
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
-
-
-
Informatie over de gekende leveranciers van duurzame voeding (plaatselijke productie, groothandelaars, leveringsvoorwaarden …), gebaseerd op de bestaande gegevens (voor bijvoorbeeld bioproducten, fair trade en lokale productie); Connecties met bestaande actoren om samenwerking en partnerschappen te vergemakkelijken (zorgt voor meer bestendigheid voor de opstartende bedrijven); Hulp met de uitwerking van een business plan; De projectdragers worden geïnformeerd over de juiste financiële hulp (leningen) – structurele hulp; De projectdragers worden naar de juiste structuren gestuurd voor gespecialiseerde raad in verband met alternatieve bedrijfsstructuren (coöperatieven, sociale economie); De projectdragers worden in contact gebracht met bedrijven die reeds overgestapt zijn naar Duurzame Voeding of die eraan denken;
Hulpmateriaal voor de uitvoering zal ontwikkeld worden in samenwerking met « Lerend Netwerk » van de BECI (AF 22) en zal vooral gericht zijn op: - Toeleveringsnetwerken van lokale productie - Juridische aspecten - Technische aspecten - Verduurzaming van voedingsbedrijven - Goede werkmethodes Deze hulpmiddelen kunnen evenzeer worden gebruikt voor de AF 29 en 30, voorgesteld door Atrium. Verband met de economische ontwikkeling
Ondernemen in Duurzame Voeding wordt gestimuleerd
Stimuleren van de samenwerking tussen bedrijven en ontwikkelen/structureren van lokale netwerken
Jobcreatie
Herlocalisatie van de economie via Duurzame Voeding
Doelstellingen en te verwachten resultaten van de actie -
-
Gestructureerd aanbod van begeleiding bij opstarten van bedrijven werkzaam in Duurzame Voeding Uitwerking van een business model rond Duurzame Voeding Verbetering van duurzaamheid van de bedrijfsprojecten rond Duurzame Voeding Stimuleren van een netwerk van ondernemers in Duurzame Voeding, die kunnen doorgroeien via Lerend Netwerk (AF22) Oprichting van bedrijven met jobs die kunnen gedelokaliseerd worden Samenbrengen van actoren, werkzaam in Duurzame Voeding
Doelgroep
Soort instrument
Kandidaat-ondernemers
Coaching, hulpmiddelen voor coaching
Begeleidende structuren
Netwerk, expertise
Actiefiche n° 23> Atelier: Steunmiddelen
115
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget Voor2014 : ½ ZKO Groupe One : 30.000 € Communicatie : 5.000 €
Totaal : 35.000 € Belangrijkste activiteiten en deadlines Fase 1 - Oktober-December 2013: identificatie van de begeleidende hulpmiddelen en nodige methodologie, d.m.v. bottom-up analyse (feedback van de begeleiding) Fase 2 –Januari - April 2014: ontwikkeling van de hulpmiddelen Fase 3 - Mei 2014-Juni 2014: voorbereiding van de communicatie rond de begeleiding Fase 4 - Juli-December 2014 : testfase en samenbrengen van de besluiten Fase 5 –Vanaf 2015: bestendiging van het aanbod en overdracht naar de Brusselse begeleidende structuren Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actoren
Engagement
Piloot
Groupe One
Ontwerp van begeleidende methodologie Ontwerp van begeleidende hulpmiddelen, zowel individueel als collectief Opvolging van de projectdragers tot aan het opstarten van het bedrijf(vernieuwend business model) Schakel tussen actie en Lerend Netwerk (AF 26)>uitwisseling van hulpmiddelen, gerichte communicatie
Medewerking
BECI
Schakel tussen actie en Lerend Netwerk (AF 26) Doorsturen naar Groupe One : 1) kandidaat-ondernemers in Duurzame Voeding; 2) Zeer kleine ondernemingen die hun business-model moeten aanpassen
Village Partenaire
Medewerking bij aanwerven van projectdragers Persoonlijke financiële opvolging van de projectdragers
Te betrekken instellingen: -
ABE (1819)
-
Plaatselijke ondernemingsloketten
-
Village Finance
-
CREDAL
-
SAW-B
-
Brufotec
-
BRC Horeca
Actiefiche n° 23> Atelier: Steunmiddelen
116
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 24 ONDERSTEUNING FINANCIERING
Overkoepelende steun aan de netwerken via financiering en begeleiding van de operatoren ATELIER: STEUNMIDDELEN
PILOOT: CREDAL
Functionele link met AF’s n° 1, 2, 8, 18, 19, 25
Uitvoeringsdatum: Januari - december 2014
Wat het operationele deel betreft Beschrijving Om alle opeenvolgende netwerken binnen de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu Duurzame Voeding (Productie/Verwerking-bewaring/Distributie-logistiek/Horeca-collectieve kantines) te kunnen implementeren, moeten er specifieke en krachtige operatoren optreden die de zaken kunnen coördineren. Opleiding, sensibilisering en communicatie zijn van essentieel belang indien we duurzame werkgelegenheid willen scheppen en stabiele markten willen garanderen. Een juridisch, stedenbouwkundig en financieel kader zijn onmisbaar. De actie die door Crédal wordt voorgesteld maakt deel uit van de financiële ondersteuningsmiddelen en de begeleiding die tot een economisch en financieel duurzaam model moeten leiden. Toegang tot kapitaal is inderdaad een bijzonder complex gegeven in de voedingssector en de voedselverwerkende sector. Om te kunnen voldoen aan de gezondheidsnormen zijn grote investeringen nodig. De banken valoriseren de verwerkte producten niet en vrezen dat dit soort van “weldoende” projecten zonder begeleiding kopje onder zou kunnen gaan. Crédal CV CVBASO is een coöperatieve die kredieten verleent en al bijna 30 jaar actief is in Brussel en Wallonië. De financiële producten die worden aangeboden (uitsluitend kredieten) zijn bestemd voor organisaties waarvan het maatschappelijk belang is aangetoond (sociale economie en verenigingen) en voor mensen die met hun kredietvraag niet terecht kunnen bij de banken. Dankzij het veelzijdige aanbod van kredieten kunnen heel wat verschillende soorten projecten worden ondersteund. Van een collectief project met grote financiële behoeften tot een klein project voor zelftewerkstelling van een (toekomstig) zelfstandige. Zo is het mogelijk om operatoren in te zetten die betrokken zijn bij de verschillende fases in alle netwerken van de duurzame voeding: Kredieten bedoeld voor projecten voor ondernemingen uit de sociale economie (solidair krediet): investeringskredieten op korte, middellange of lange termijn tot 500.000 €, thesauriekredieten. Tal van coöperatieven of vennootschappen met sociaal oogmerk hebben hierop reeds een beroep gedaan. Kredieten voor klassieke ondernemingen die projecten hebben met een sterke maatschappelijke impact (krediet Impact+): deze kunnen tot 100.000 € bedragen. Kredieten voor (toekomstige) zelfstandigen die geen toegang hebben tot bankkrediet en hun project uitwerken in een sector die duurzame ontwikkeling nastreeft (microkrediet Duurzame Ontwikkeling). Deze worden met name vaak gebruikt door groentetelers of jonge landbouwers die eigenhandig een zaak opstarten (geen familiebedrijf). Deze kunnen tot 25.000 € bedragen. Kredieten met een maximumbedrag van 15.000 € voor (toekomstige) ondernemers en voor mensen die niet in aanmerking komen voor een bankkrediet omdat ze onvoldoende waarborgen kunnen bieden, ofwel omdat ze investeren in een “risicosector”. Actiefiche nr. 24 > Atelier: Steunmiddelen
117
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Dit is vaak het geval voor projecten in de horeca of in de transportsector. (klassiek microkrediet). Een crowdfunding platform, dat momenteel wordt opgericht, zal in 2013 ondersteuning bieden aan duurzame ontwikkelingsprojecten De mogelijkheid om kapitaal vrij te maken voor ondernemingen die actief zijn in alle netwerken van de duurzame voedingssector en via de Europese coöperatieve TAMA het idee van de sociale economie aanhangen.
De meeste partners en operatoren voor wie de actiefiches bedoeld zijn, kunnen in aanmerking komen voor deze financiële ondersteuning, al dan niet in samenwerking met financiële partners uit de overheidssector (GIMB, EFRO) of de private sector (banken, business angels). Bovendien heeft Crédal sinds jaar en dag ervaring met het financieren van ondernemingen en heeft het heel wat nuttige kennis op het gebied van begeleiding, wat een extra troef is. Het agentschap verleent advies en geeft begeleiding aan startende en reeds opgestarte ondernemingen uit de sociale economie, en dit zowel op juridisch (statuten, contracten) als op financieel gebied (business plan, ondersteuningsmiddelen voor pilotering). Crédal Entreprendre biedt omkadering aan het traject dat zelfstandige ondernemers afleggen: van de voorbereidingen van de opstart tot aan de start zelf, en dat gedurende de eerste twee jaar waarin het project wordt ontplooid. Crédal verleent dus ondersteuning op twee vlakken, met name financiering en financiële begeleiding aan personen en projecten uit alle netwerken binnen de duurzame voedingssector. Link met de economische ontwikkeling
Begeleiding op financieel vlak van individuele en collectieve projecten die economisch haalbaar zijn. Financiering van projecten: o Ontwikkeling van individuele of collectieve ondernemingen die economische activiteit genereren en voor financiële en sociale inclusie zorgen. o Creëren van betaalde banen en zelftewerkstelling o Herwaardering van stedelijke sites en vergroening van de stad waardoor de hoofdstad aantrekkelijker wordt Economische operatoren die elkaar aanvullen in contact brengen met elkaar
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie
Nieuwe ondernemingen en banen creëren binnen alle domeinen van de netwerken van de duurzame voedingssector: landbouw, voedselverwerkende sector, logistiek, transport, horeca Versterking van de werking van private en overheidsinstellingen die betrokken zijn bij de acties. Zij mobiliseren het spaargeld van de burgers en brengen financiële middelen samen die worden vrijgemaakt ten bate van de lokale economie. Naast de rechtstreekse economische impact, zal er ook financiële steun zijn voor het opzetten van nieuwe voedselsystemen voor de Brusselaars. Hierdoor zal het sociaal contact worden vergoot en zullen er gevoelige verbeteringen zijn op het gebied van de volksgezondheid.
Actiefiche nr. 24 > Atelier: Steunmiddelen
118
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Doelgroep Collectieve ondernemingen - alle actoren van de netwerken
Individuele ondernemers – alle actoren van de netwerken
Sociale uitkeringstrekkers en mensen die niet bij de bank terecht kunnen (Toekomstige) landbouwers Lokale of gewestelijke overheden
Soort instrument Begeleiding bij het structureren van coöperatieve projecten of vennootschappen met een sociaal oogmerk: juridisch, financieel, administratief, commercieel Financiering van collectieve ondernemingen, coöperatieven of vennootschappen met een sociaal oogmerk Begeleiding en financiering van verenigingsprojecten Begeleiding en financiering van ondernemingen zonder sociaal oogmerk, maar met een sterke meerwaarde voor de maatschappij. Begeleiding bij de voorbereiding van de oprichting van een onderneming en ook na de opstart, opstellen van een business plan, ondersteuning bij de financiering, ondersteuning aan de ondernemers opdat ze zelfstandig hun onderneming zouden kunnen leiden. Financiering van ondernemingen Begeleiding en financiering van projecten van ondernemingen
Zoeken naar financieringsmogelijkheden om landbouwareaal aan te kopen Financiering of cofinanciering van de renovatie van gebouwen in de stad
Budget 1/2
VTE van januari tot december 2014: 30.000 €
Voornaamste activiteiten en deadlines De fases waarin het project wordt opgedeeld hangen af van hoe het Brussels Gewest het project wil laten evolueren en van het belang dat eraan wordt toegekend. Fase 1: Begeleiding in het zoeken naar financiering Mobiliseren van bestaande middelen o Toegang tot krediet: Crédal, Participatiefonds, Brussoc o Preactiviteitsbeurzen, innovatiebeurzen voor Duurzame Ontwikkeling, beurzen van Village Finance, Impulcera beurzen o Toegang tot kapitaal via de Europese coöperatieve Tama voor omvangrijke projecten. Voorbereiding, beheer en begeleiding van de aanvragen Advies inzake de financiële haalbaarheid van de activiteit Vervolgens Fase 2: Overgang naar voltijds Fase 3: Uitwerking van een financieel totaalproduct dat specifiek bestemd is voor de duurzame voedingssector in Brussel: krediet, garantie, begeleiding en begeleidingsmaatregelen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (rentesubsidies, gewestelijke garantie, enz.)
Actiefiche nr. 24 > Atelier: Steunmiddelen
119
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Piloot
Crédal
Medewerker
Groupe One
Engagement Financiering Begeleiding Ervaring delen inzake begeleiding en DV; bepalen van projectdragers om naar financiering te zoeken; delen van ondersteuningsmiddelen inzake de begeleiding van een opstartende onderneming, zowel vóór als na de opstart (output van fiche 23).
Te betrekken instellingen: TAMA European cooperative, Brussoc, de GIMB, Directie Steun aan Ondernemingen, Village finance, Impulcera, Terre en vue, business angels.
Actiefiche nr. 24 > Atelier: Steunmiddelen
120
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 25
De ontwikkeling van de stedelijke landbouw in Brussel ondersteunen ATELIER: STEUNMIDDELEN
PILOOT: VZW “LE DÉBUT DES HARICOTS”
Functionele link met AF’s nr. 3, 6, 23, 39 Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF nr. /
Uitvoeringsdatum: 15 maanden (oktober 2013 tot december 2014)
Beschrijving De bedoeling van het project is om de kleine landbouwers die zich beroepsmatig in Brussel en in de Brusselse randstad willen vestigen te ondersteunen en dit vestigingsproces te vereenvoudigen. Hiervoor dienen enkele obstakels uit de weg te worden geruimd, zoals de toegang tot landbouwgrond, de toegang tot kapitaal en de moeilijkheid om als zelfstandig landbouwer te starten. De hoofddoelstellingen zijn het scheppen van werkgelegenheid, het ondersteunen en bevorderen van de voedselproductie met oog voor het leefmilieu en de arbeidskrachten, het commercialiseren van de korte ketenproductie en het sensibiliseren van de Brusselse bevolking inzake duurzame voeding en kleinschalige landbouw. Om deze doelstellingen te kunnen behalen wordt het project in 2 fases opgedeeld: Fase 1: Haalbaarheidsstudie en inventarisering Fase 2: Ontwikkeling van ondersteunende structuren voor de stedelijke landbouw in Brussel Fase 1: Haalbaarheidsstudie en inventarisering: Via deze fase wordt het mogelijk om de haalbaarheid van de stedelijke en randstedelijke landbouwprojecten in kaart te brengen en alle informatie, bestaande middelen en structuren te verzamelen die ervoor zorgen dat kleine landbouwers zich in Brussel kunnen vestigen. Dit zijn de verschillende onderzoeksdomeinen die wij voorstellen: 1. Toegang tot gronden: een overzicht opstellen van de terreinen die in aanmerking komen als landbouwgrond in Brussel: de verschillende zones in Brussel bepalen die interessant kunnen zijn op het gebied van de landbouw. De betrokken eigenaars, lokale overheden en landbouwers ontmoeten + een gegevensbank met de verzamelde informatie opzetten. Nauwe samenwerking met het MBHG om dubbel werk te vermijden (AF 3). + Studie van de mogelijke overeenkomsten die met de grondeigenaars kunnen worden gesloten, alsook de modaliteiten voor de terbeschikkingstelling van deze gronden.
Actiefiche nr. 25 > Atelier: Steunmiddelen 121
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
2. Een Brusselse gids opstellen voor landbouwers die zich in Brussel willen vestigen:
Bestaande ondersteunende structuren: stand van zaken en beoordeling van de bestaande structuren in België en elders die ervoor zorgen dat landbouwers zich makkelijker kunnen vestigen (coöperatieven, ondernemingscouveuses, lokale economieloketten, vzw’s, …) en een studie over de mogelijke synergieën tussen deze structuren om de ontwikkeling van de landbouw in Brussel te bevorderen. Ontmoetingen en networking tussen bestaande structuren voor kleine startende landbouwers: le Crabe, Agricovert, les Grosses Légumes, Point Vert, Point Ferme, MAP, Fugea, het Waals Gewest, het Vlaams Gewest, le Germoir (Rijsel), initiatieven in het Verenigd Koninkgrijk, ...
Het inventariseren en opstellen van modellen van business plannen voor groentetelers die zich in de stad en randstad willen vestigen: de bestaande business plannen verzamelen en deze aanpassen aan de Brusselse context (in samenhang met AF 23 van Groupe One en AF 24 van Credal).
Opstellen van een financieel plan waarin de volgende zaken zijn opgenomen: de rentabiliteitsdrempel die behaald moet worden, de investeringsbehoeften, de kasbehoeften, de vooruitzichten op lange termijn, de schatting van de kosten, enz.
De stappen die moeten worden ondernomen om een premie, subsidie, toestemming, vergunning te verkrijgen om zich in de landbouwsector in Brussel te vestigen.
Denkoefening over de rol en de impact van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in Brussel.
Het structureren van de afzetmarkten voor korte ketenproducten in Brussel, als aanvulling op andere vergelijkbare initiatieven die in het kader van het AWL DV zijn ontwikkeld.
3. Studie over de vraag van landbouwers om zich in Brussel te vestigen: organiseren van een atelier (+/- mei 2014) waarbij groentetelers en toekomstige groentetelers worden uitgenodigd die zich beroepsmatig willen vestigen in deze sector: alle obstakels in kaart brengen + actiemogelijkheden voorstellen + een lijst opstellen met de informatie die moet worden verspreid en uitgewisseld over hoe men zich als groenteteler kan vestigen. 4. Synergie tussen wetenschappelijk onderzoek en concrete projecten: de behoeften op het terrein laten doorstromen naar de universiteiten zodat er coherente afstudeerprojecten en doctoraten over kunnen worden gemaakt. Denkoefening over de mogelijke partnerschappen tussen de onderzoekers en professionals uit de landbouwsector: opzetten van proefpercelen, case study,… Deze as zal worden gecoördineerd door de ULB (Marjolein Visser) - AF 39 Fase 2: Ontwikkeling van ondersteunende structuren voor de stedelijke landbouw in Brussel: Wij stellen voor om 3 structuren op te richten die elkaars werking zullen versterken: 1/ een productiesite: een boerderij met ruimtes die worden voorbehouden aan beroepslandbouwers, kleinere ruimtes die ter beschikking staan van landbouwers in opleiding om hun activiteit gedurende twee jaar uit te testen en ten slotte enkele gemeenschappelijke ruimtes om het project kracht bij te zetten: boomgaard, proefpercelen voor wetenschappelijk onderzoek, kleinschalige veefokkerij, composteerplaats, onthaal van bezoekers,…)
Actiefiche nr. 25 > Atelier: Steunmiddelen
122
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
2/ een coöperatieve: het samenvoegen van de productie- en commercialiseringsmiddelen, de mogelijkheid om de productie van de landbouwers in opleiding op de markt te brengen 3/ een ondersteuningscel voor landbouwers die zich beroepsmatig willen vestigen: omkadering en het lanceren van een kandidaatoproep voor mensen (in opleiding) die hun activiteit gedurende twee jaar willen uittesten, algemene organisatorische ondersteuning van deze landbouwers in opleiding, de link leggen naar organisaties die ondersteuning bieden aan personen die zich als zelfstandige willen vestigen, terreinen zoeken die dicht bij de productiesite liggen zodat de landbouwers zich definitief kunnen vestigen. Link met de economische ontwikkeling Fase 1: Voorafgaande studies en inventarisering van de operationele middelen die moeten worden ingezet Fase 2: Het opzetten van ondersteuningsmiddelen die de werkgelegenheid bevorderen in de landbouwsector (1 tot 2 VTE’s per hectare voor de groenteteelt) en in de sectoren die verband houden met de ontwikkeling van de Brusselse keten van ecologische producten. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Fase 1: Het potentieel van de stedelijke en randstedelijke landbouw in Brussel beoordelen: uitwisselen van informatie uit AF 3 (kadaster) en de business plannen. De nodige informatie inzake de ondersteuning en ontwikkeling van de stedelijke landbouw in Brussel verzamelen en deze ter beschikking stellen (via een blog?). Beoordeling van de vraag en interesse naar het opstarten van een zelfstandige activiteit in de stedelijke landbouw (workshop) Fase 2: Werkgelegenheid scheppen, landbouwondersteunende structuren opzetten (coöperatieve, ondersteuningscel,…), jaarlijks 2 tot 6 nieuwe landbouwers opleiden; Een voorstellingsruimte voor het grote publiek (ter sensibilisering) opzetten die overeenstemt met de realiteit van de kleinschalige landbouw (transparantie doorheen alle aspecten van het project). Doelgroep
Professionele landbouwers Voor de ondersteuningscel: ◦ de werkzoekenden ◦ de deeltijdse werknemers die als zelfstandige in bijberoep willen starten ◦ iedereen die zich beroepsmatig omschoolt
Soort instrument Fase 1: werkgroepen en workshop Fase 2: boerderij, coöperatieve en ondersteuningscel
Inzake opleiding en sensibilisering: alle doelgroepen
Budget FASE 1: 1,5 VTE gedurende 15 maanden voor het coördineren van de assen 2 en 3 van het project + de link met de andere fiches garanderen: 85.000 € 12 werkdagen met Crédal over juridische aspecten (terbeschikkingstelling van gronden, aangepaste structuur, bestuur) en financiële aspecten, met name de ondersteuningsmiddelen voor het opstarten van de zelfstandige activiteit + denkoefening over het GLB = 9.600 Actiefiche nr. 25 > Atelier: Steunmiddelen
123
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
organiseren van een workshop (locatie, communicatie, onthaal,…): 1.000 € kosten voor de bezoeken en ontmoetingen in België en in het buitenland (transport, logistiek,…): 3.000 € beheerskosten: 9.000 €
TOTAAL = 107.600 € FASE 2: Potentiële financiering EFRO?
Voornaamste activiteiten en deadlines Fase 1: opstart in oktober/november 2013 3 gemeenschappelijke vergaderingen met alle medewerkers (+/- november 2013, juni 2014 en december 2014) Werkgroepen per as: 1 à 2 vergaderingen/maand Regelmatige vergaderingen met de instellingen betrokken bij de studie 2 tot 3 bezoeken in het buitenland. Deadlines: +/- mei: workshop over de vestiging in de landbouwsector in Brussel oktober 2014: de blog online plaatsen (info en ondersteuningsmiddelen voor het opstarten van de zelfstandige activiteit) december 2014: beoordeling van de stedelijke en randstedelijke landbouw in Brussel Fase 2: lancering in januari 2015 Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
vzw “Début des Haricots”
Coördinatie
Medewerkers
Crédal
As 1,2: ondersteunende structuren, juridische en financiële aspecten, soort overeenkomsten, denkoefening over het GLB
“Maison Verte et Bleue” en “Terre” met het oog op een CVBA
As 1, 2, 3: toegang tot de gronden en ondersteuning bij het opstarten van de zelfstandige activiteit
MBHG
As 1, 2: toegang tot de gronden, toegang tot financiële ondersteuning en denkoefening over het GLB
“Village partenaire”, Groupe One (en Greenloop?)
As 2: business modellen en financieel plan, structurering van de afzetmarkten voor korte ketenproducten in Brussel.
ULB (Marjolein Visser)
As 4: Synergie tussen het wetenschappelijk onderzoek en de praktijk op het terrein
Te betrekken instellingen: Greenloop Actiefiche nr. 25 > Atelier: Steunmiddelen
124
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 26
De toegang tot informatie en de correcte toepassing van de regels inzake voedselveiligheid voor de kleinste actoren vereenvoudigen ATELIER: STEUNMIDDELEN
Functionele link met AF n° 22 PILOTEN: HAUTE ÉCOLE LUCIA DE BROUCKÈRE – CIRIHA (CENTRUM VOOR INFORMATIE EN ONDERZOEK OMTRENT VOEDSELINTOLERANTIE EN -HYGIËNE)
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Uitvoeringsdatum: 8 maanden (vakantieperiodes niet inbegrepen)
Beschrijving Voorwoord Deze fiche moet worden beschouwd als een eerste stap die nodig is om de algemene doelstelling uit actiefiche 22 te kunnen bereiken. Beschrijving - De behoeften van de Zeer Kleine Ondernemingen (ZKO's) bepalen in het kader van de horizontale aanpak inzake de voedselwetgeving; - De toegang vereenvoudigen tot informatie omtrent de regelgeving inzake voedselveiligheid bij de ZKO's. Link met de economische ontwikkeling -
-
Door een lijst op te stellen van de documenten over de horizontale aanpak inzake de voedselwetgeving, zullen ZKO's het makkelijker krijgen om uit de startblokken te schieten; Dit zal voor nieuwe banen zorgen in de voedingsmiddelensector. Dit werk zal de bestaande ZKO's ook helpen om zich in orde te stellen met de vereisten van het FAVV, en zal hen specifieke kennis bijbrengen over hun werkgebied. Als gevolg zal de concurrentiekracht van deze ZKO’s stijgen, wat een rechtstreekse positieve invloed zal hebben op de werkgelegenheid.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie 1. Het benutten en updaten van de lijst van de ZKO’s die actief zijn op het gebied van duurzame voeding. Deze lijst is opgesteld door Saint-Louis/Greenloop aan het begin van de studie over de werkgelegenheid binnen de sector van de DV. 2. Op basis van de website van het FAVV een inventaris opmaken van de bestaande middelen (officiële teksten, brochures, check-lists,…) over de horizontale aanpak inzake de voedselwetgeving (in samenwerking met het agentschap). 3. Case studies uitvoeren (2 of 3 ZKO’s) om de aandacht te vestigen op de moeilijkheden inzake voedselveiligheid waarmee de ZKO’s worden geconfronteerd. 4. Deze ZKO’s helpen om te voldoen aan de vereisten van het FAVV. 5. Bij het begin van punten 2 en 3 een vragenlijst opstellen (gesloten vragen) waarin de voornaamste teksten uit de horizontale wetgeving worden opgenomen. Op die manier kunnen de kennis en de behoeften van de ZKO’s in kaart worden gebracht (opstellen van een vragenlijst / pre-test / verzending en opvolging / verwerking / interpretatie). 6. Bij het begin van stappen 2, 3, 4 en 5:
Actiefiche nr. 26 > Atelier: Steunmiddelen
125
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
a. De behoefte aan gemeenschappelijke begeleiding inzake de wetgeving (FAVV) nagaan van de ZKO’s. b. Enkele pistes voorstellen om eventueel verder te gaan met fiche 19. Doelgroep
Soort instrument
ZKO’s uit de voedingsmiddelensector
Werkzaamheden binnen de ZKO’s Vragenlijsten Gesprekken
Budget 1. Een inventaris opmaken van de ZKO’s die actief zijn op het gebied van duurzame voeding - Piloot + Senselia 5 dagen 2. Op de website van het FAVV de bestaande middelen verzamelen (in samenwerking met het agentschap). piloot 2 dagen 3. Case studies uitvoeren (piloot en tijd ZKO’s of deelnemers 6 dagen) 9 dagen 4. Deze ZKO’s helpen om te voldoen aan de vereisten van het FAVV (10 dagen/onderneming + tijd deelnemers 9 dagen) (piloot en deelnemende ZKO’s) 39 dagen 5. Een vragenlijst / pre-test (piloot) opstellen 5 dagen 6. Verzending / opvolging en verwerking / interpretatie / pistes (piloot) 20 dagen 7. Coördinatie van het project (vergaderingen, de deadlines vastleggen, contacten met de medewerkers, centralisatie van de informatie, opstellen van de rapporten…) Lobbyen voor bepaalde actoren (1/2 dag per week) (piloot) 30 dagen 8. Werkings- en verplaatsingskosten 200 € 9. Totaal: 90 pilootdagen + 15 dagen ZKO’s + ½ Senselia + werkingskosten ½ tijds bachelor dieetleer gedurende 1 jaar 1 ½ maand coördinatie aan de btw) Senselia ½ dag ZKO's 15 dagen Werking / verplaatsing Totaal
18.000 € (niet onderworpen aan de btw) 18.000 euro (niet onderworpen 600 € (inclusief BTW) 3.000 € 200 € 39.800 €
Voornaamste activiteiten en deadlines Periode Begin - einde 0 - 3 maanden
Looptijd van het werk 5 dagen
1 - 3 maanden
2 dagen
3 - 4 maanden 4 maanden -
9 dagen 39 dagen
4 - 5 maanden 5 ½ - 11 maanden
5 dagen 30 dagen
Actiefiche nr. 26 > Atelier: Steunmiddelen
Taken Een inventaris opmaken van de ZKO's die actief zijn op het gebied van duurzame voeding Op de website van het FAVV de bestaande middelen verzamelen (in samenwerking met het agentschap) Case studies uitvoeren Deze ZKO's helpen om te voldoen aan de vereisten van het FAVV. een vragenlijst / pre-test (piloot) opstellen Verzending / opvolging en verwerking / interpretatie / pistes (piloot)
126
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
11 - 12 maanden 0 - 12 maanden
Balans - pistes 30 dagen
Coördinatie van het project: Lobbyen voor bepaalde actoren Opmerking: de vakantieperiodes zijn niet inbegrepen in de planning van de taken
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Haute École Lucia de Brouckère – CIRIHA (Centrum voor informatie en onderzoek omtrent voedselintolerantie en -hygiëne)
Coördinatie van fiche 19
Directeur-Voorzitter: Meneer Patrick Dysseler Verantwoordelijke CIRIHA: Mevrouw Ghislaine Dufourny Medewerker
De boerderij “Nos Pilifs” -
Meneer Guy Van Malleghem
Début des Haricots – Meneer Antoine Sterling
Deelname aan punten 3-4 en vergaderingen. +/- 5 werkdagen Deelname aan punten 3-4 en vergaderingen. +/- 5 werkdagen
Travail et vie – Meneer Thierry Valentin
Deelname aan punten 3-4 en vergaderingen. +/- 5 werkdagen
Senselia - Meneer Raphaël Dugaillez
Deelname aan punt 1 (1/2 dag)
Medewerkers: Alle stappen en documenten valideren die werden gebruikt in het kader van actiefiche 26. Te betrekken instellingen: FAVV De beroepsfederaties (Fedis) CQPF (Wallonië) - Brufotec (Brussel)
Actiefiche nr. 26 > Atelier: Steunmiddelen
127
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 27 CONSERVERIE SOCIALE (SOCIAAL INMAAKATELIER)
Testruimte voor duurzame verwerking ATELIER: STEUNMIDDELEN
PILOOT: VZW CREDAL
Functionele link met AF’s n° 10, 11, 19, 25, 23, 38, 41, 42
Uitvoeringsdatum: Fase 1: oktober 2013 juni 2015
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met
Beschrijving Vzw Crédal maakt deel uit van een burgerlijke coöperatieve die alternatieve kredieten verleent. De activiteiten van de vzw bestaan uit drie luiken: ethisch en solidair beleggen, kredieten en microkredieten, begeleiding van zelfstandige ondernemers en bedrijven die actief zijn in de sociale economie, zowel vóór als na de oprichting. Obstakels: Tal van projectdragers die actief zijn in de kleinschalige voedselverwerkende sector stappen uit projecten die nochtans een economische meerwaarde bieden en arbeidsintensief zijn. Ze worden namelijk geconfronteerd met twee grote obstakels: - Om een keuken in orde te brengen met de gezondheidsnormen moeten er investeringen van ruim 50.000 € worden gedaan. De toegang tot kapitaal is echter heel beperkt. - Bijgevolg valt deze sector uit de boot voor ondernemingscouveuses en activiteitencoöperatieven. Deze bieden de kandidaat-ondernemers de mogelijkheid om hun beroep uit te testen en zo het risico te beperken vóór ze opstarten. Een begeleidende testfase is de ontbrekende schakel die ervoor moet zorgen dat projecten die werden stopgezet opnieuw op de rails worden geplaatst en dat hun continuïteit wordt verzekerd. Dit geldt vooral voor deze sector waar het aantal faillissementen bijzonder hoog ligt. Bovendien wordt de sector van de voedselhulp geconfronteerd met bevoorradingsproblemen door het feit dat er minder onverkochte producten in de supermarkten zijn en het Europees programma voor voedselhulp aan de minstbedeelden (EPVM) is stopgezet. Globaal genomen hebben de minderbedeelden moeilijk toegang tot gezonde, streekgebonden en duurzame voeding. Om deze obstakels uit de weg te ruimen stelt Crédal het project Conserverie Sociale voor, een atelier waar voeding wordt ingemaakt volgens de normen van het FAVV. Dit atelier staat ter beschikking van: - Projectdragers uit de duurzame voedselverwerkende sector die zich in de test- en opstartfase bevinden. Voor ze hun vleugels uitspreiden, kunnen ze op die manier hun activiteiten uittesten in het kader van een volledig en coherent begeleidingsproces dat zowel voor als na de oprichting wordt aangeboden: o Terbeschikkingstelling van materiaal o Het ontwikkelen en uitbouwen van projecten inzake verwerking: De haalbaarheid van het project bestuderen, de ondernemersvaardigheden testen en ontplooien, een actieplan opstellen; Testmodule: werken aan de productefficiëntie, 2 dagen coaching in de keuken. Uitwerken van een businessplan en financieel plan dat verankerd is in de praktijk; Juridische en administratieve begeleiding; Opstartmodule: 2 maanden tot één jaar in de keuken; Actiefiche nr. 27 > Atelier: Steunmiddelen
128
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Marketing en commercialisering in korte keten; Professionele begeleiding: advies over productefficiëntie, specifiek cateringbeheer, zoeken naar leveranciers en uitrusting; Gedeelde begeleiding op het vlak van de boekhouding zal worden overwogen; Begeleiding op het vlak van duurzaamheid (Groupe One). o Uitwerking van de projecten om zelfstandig aan de slag te gaan: De bevoorradings- en commercialiseringskanalen valideren en het financieel plan finetunen. Op zoek gaan naar de gepaste plek voor de werkplaats voor het personeel, aankoop van het materiaal (2e hands) Spaargeld, beurs- en/of kredietaanvraag voor extra kapitaal - Doelgroepen met een bescheiden inkomen (samenwerking met de OCMW’s, sociale kruidenierszaken, sociale restaurants -de zogeheten “Restos du Coeur”-, solidaire tuinen, wijkverenigingen, enz.) o Initiatie in technieken voor het conserveren van verse streekgebonden producten (tomatencoulis, pompoen ingemaakt in bokalen, drogen, inleggen in azijn, fermenteren, vruchtenpasta, soepen, enz.) o Een installatie ter beschikking stellen die voldoet aan de normen binnen de verwerkingssector. o Animatie rond gezonde voeding (inclusief werk omtrent voedingsleer). o Zoeken naar potentiële bronnen van verse producten die worden afgedankt of tegen afdankprijzen worden aangeboden (ochtendmarkten, seizoenspieken, kleinschalige moestuinproductie, groentetelers,…) o Ter aanvulling, het ter beschikking stellen aan (verenigingen van) burgers en producenten. Link met de economische ontwikkeling - Structurele, commerciële, administratieve, organisatorische en financiële begeleiding van individuele en collectieve projecten die economisch haalbaar zijn. - Ontwikkeling van individuele of collectieve ondernemingen die economische activiteit genereren en voor financiële en sociale inclusie zorgen. - Zelfcreatie van werkgelegenheid en oprichting van ondernemingen in de sociale economie - Operatoren met elkaar in contact brengen die elkaar kunnen aanvullen Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie De bedoeling van het project Conserverie Sociale is om Zeer Kleine Ondernemingen (ZKO’s) op te richten die op een ambachtelijke wijze verwerkte producten produceren (bijvoorbeeld: traiteurdienst, snacks, jam, sapjes, koekjes, soepen, droge voedingswaren, conserven, …) op basis van landbouwoverschotten en producten die in de groothandel niet verkocht raken. Dankzij de arbeidsintensieve verwerking wordt er een grote meerwaarde gecreëerd.
Actiefiche nr. 27 > Atelier: Steunmiddelen
129
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Doelgroep De dragers van de individuele projecten in de voedselverwerkende sector (zelfcreatie van werkgelegenheid) en de collectieve projecten (sociale economie) Minderbedeelde doelgroep
De (verenigingen van) producenten De (verenigingen van) burgers
Soort instrument Gedeelde keuken, mogelijkheid om zaken uit te testen Gestructureerde begeleiding Doelgerichte opleidingen Een keuken ter beschikking stellen die voldoet aan de normen inzake voedselveiligheid Sensibilisering/Opleidingen omtrent duurzame voeding/gezondheid Mogelijke toegang Afnemen van overschotten Mogelijke toegang
Budget Op 20 maanden
Totaal budget
Gevraagd budget
84.500 36.500
Buiten het gevraagde budget 28.500 23.500
Personeel Medewerkers: Professionele, duurzame coaching en inclusief ondernemerschap Werking: communicatie, selectie, back office, huurkosten Aanvullend klein keukengereedschap Totaal budget
28.000
28.000
0
27.000 176.000
20.000 100.000
7.000 76.000
56.000 13.000
Voornaamste activiteiten en deadlines Fase 1: Proefneming (vergt een gedeeltelijke financiering van het Gewest) - Oktober 2013 - mei 2014: o Lancering van het project o Animatie inzake gezonde voeding en bewaartechnieken voor verse voedingswaren o Toegang tot de gedeelde tool: De eerste golf van projectdragers in de verwerkende sector start met de proefmodule en schakelt vervolgens over op de opstartmodule. De tweede golf van projectdragers start met de proefmodule. Eerste opleidingen à la carte.
- Juni 2014 tot juni 2014: De eerste zelfstandig werkende ateliers o Voortzetting van het animatiewerk rond gezonde voeding en bewaartechnieken voor verse voedingswaren (validatie van de doelgroepen, de testfase van de organisatie en de nodige begeleiding). o De eerste golf van projectdragers gaat verder met de opstartmodule en begint met de uitwerking van de projecten om zelfstandig aan de slag te gaan. De tweede golf van projectdragers schakelt over op de opstartmodule. Vervolg van de à la carte opleidingen. o Uitbreiding en uitwerking van de op zichzelf functionerende werkplaats: Het financiële, juridische en bestuurlijke kader uitwerken zodat de proefruimte van de Conserverie Sociale (die in fase 2 concreet vorm zal krijgen) een blijvend karakter krijgt. Fase 2: Operationalisering van de op zichzelf functionerende werkplaats (vergt geen financiering van het Gewest) - 2015-2020 (aanvraag bij het EFRO voor de investeringen, resultaten van de activiteit voor de HR) De investeringen verwezenlijken; de opstart in gang zetten; omkadering voor de werkplaats.
Actiefiche nr. 27 > Atelier: Steunmiddelen
130
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Partnerships Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot Copiloot
vzw Crédal vzw Crédal Entreprendre
Medewerker
Afhankelijk van de keuze van de locatie: Zie “Te betrekken instellingen” Groupe One en Village partenaire
Projectdrager Begeleiding stroomopwaarts en heroriëntering van de projectdragers die daar behoefte aan hebben. Gestructureerde en commerciële begeleiding. Analyse van de behoefte aan een gespecialiseerde Brusselse couveuseonderneming. Begeleiding bij het professioneler maken van het product, specifiek cateringbeheer, klantencontact. Korte opleidingsmodules die gericht zijn op duurzame voeding voor de projectdragers (die al toegang hebben tot het beroep) en de (verenigingen van) burgers. Voorbereidende begeleiding en heroriëntering van de projectdragers die daar behoefte aan hebben. Korte opleidingen in duurzaam ondernemen. Link met fiche 26 bis. Krediet voor de inrichting van een persoonlijke ruimte na afloop van de proeffase.
Medewerker
Medewerker
CVBA SO CREDAL
Te betrekken instellingen: Travail et Vie, Pôle Bellevue, Overmolen, Bhyrr, La tricoterie, opleidingscentra (waaronder Ciriha, Ceria), Chez les filles, Atelier des tanneurs, de gemeente Molenbeek, Maison Verte et Bleue.
Actiefiche nr. 27 > Atelier: Steunmiddelen
131
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 28
Building Integrated Greenhouse ATELIER: STEUNMIDDELEN Functionele link met fiche n °/ PILOOT : BIM
Uitvoeringsdatum: 2012-2016
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche n° /
Beschrijving Het project heeft als doel om: -
De vastgestelde technische en architecturale beperkingen bij de integratie van stedelijke serres in gebouwen te bestuderen (BIG = Building Integrated Greenhouse). Een oplossing te zoeken voor de vastgestelde technische en architecturale beperkingen (innovatieve technieken). 2 of 3 pilootwerven op te volgen waarbij privé investeerders betrokken zijn. De hulpmiddelen voor de opstart van projecten rond indoor farming/stedelijke serres te optimaliseren -> Optimalisatie door het ontwikkelen van een software en op basis van de resultaten van de pilootprojecten, opgevolgd tussen 2013 en 2015, rond stedelijke serres op het dak gelinkt aan de korte tot zeer korte distributieketens.
Link met de economische ontwikkeling -
-
Nieuw aan te boren markt voor bouwondernemingen, want het aantal mogelijke daken in het BHG wordt geschat op 4377, goed voor +/- 5 miljoen te valoriseren vierkante meters Economische voordelen voor de bouwsector worden nog onderzocht
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie - Een inventaris van de beschikbare platte daken - Een hulpmiddel voor het nemen van beslissingen voor bouwpromotoren en investeerders (Toolbox) - Een berekening van de winst op economisch vlak en op vlak van energie voor de bouwsector - Beschrijvende fiches van de 20 interessantste types serres in de Brusselse context - Een economische studie rond 5 mogelijke serres Doelgroep
Soort instrument
Bouwondernemingen Investeerders, eigenaars en bouwpromotoren
Actiefiche nr. 28 > Atelier: Steunmiddelen
132
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Budget 150.000 € (komende van Interreg) 85.000 € zonder BTW voor uitwerking van de toolkit Voornaamste activiteiten en deadlines - Dit project wordt meegefinancierd door het INTERREG-project. Einddatum van het project: augustus 2015 - Optimaliseringsfase van de middelen: 2015/2016 - 2 of 3 “pilootwerven” om de 3 meest belovende soorten serres voor de Brusselse daken te testen. Bouw van de serres door privé investeerders tegen 2015. - 16 pilootbedrijven uit de bouwsector die werken rond de oplossingen van de vastgestelde technische en architecturale beperkingen (onderzochte innovatieve technieken) Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM – Etienne Aulotte
Piloot van het INTERREG-project en van het BIG-project
Copiloot
BIM – Joelle Van Bambeke
Copiloot van het project
Medewerker
CBBH
De eerste twee medewerkers zullen helpen bij het identificeren van de bedrijven die interesse hebben in het op zoek gaan naar oplossingen voor de vastgestelde technische en architecturale beperkingen.
BECI GREENLOOP LATERAL THINKING FACTORY
De laatste twee stellen innovatieve oplossingen voor
Te betrekken instellingen: -
X
Actiefiche nr. 28 > Atelier: Steunmiddelen
133
Transitie naar Duurzame voeding
ACTIEFICHE 29
Aanmoedigen van nieuwe actoren in de sector van de Distributie van Duurzame Voeding ATELIER: STEUNMIDDELEN Link met AF n° PILOOT: ATRIUM
Duur van uitvoering: 24 maanden
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Context : In Brussel, zoals elders, zijn de eerste drie jaar na het opstarten van een bedrijf vaak de meest cruciale en delicate: ofwel lukt het ofwel mislukt het. Vele kandidaat-ondernemers hebben het moeilijk om hun opstartende activiteiten te financieren hoewel het business-model er veelbelovend uitziet. Dit is niet anders voor projecten rond Duurzame Voeding. Tijdsgebrek en beperkte middelen belemmeren dat de handelaars de juiste locatie vinden. Actie : Gedurende de eerste drie jaar (maximum) wordt er gezorgd voor een kapitaalinjectie door bijvoorbeeld een deel van de huur over te nemen of door te helpen bij investeringen. In het kader van het project Open Soon, stelde Atrium een jury samen van Zakelijke planning, bestaande uit specialisten uit de privé en openbare sector, gefinancierd door FEDER. Ze komen maandelijks samen en analyseren de businessplannen, geven raad indien nodig en spreken zich uit over de leefbaarheid van de projecten die hen worden voorgelegd. De afgeronde projecten die leefbaar worden geacht kunnen genieten van een premie gelijkwaardig aan 6 maanden huurgeld. Een Premie voor Duurzame Voeding kan worden aangewend tijdens volgende procedure: projecten die goedgekeurd worden door de jury en die beantwoorden aan de principes van de Alliantie, kunnen genieten van een extra premie, samen met die van Open Soon. Dankzij de financiële steun kunnen handelszaken hun activiteiten starten en zich concentreren op het voortbestaan van hun zaak. Men denkt hier aan bijvoorbeeld biokruidenierszaken, een duurzaam en lokaal koffiekraam, een fietsronde om lokale fruit- en groentenmanden te verdelen. Link met de economische ontwikkeling Nieuwe commerciële projecten houden bij voorkeur rekening met de nieuwste handelstendensen en werken hun projecten in die zin volledig uit. Uit een studie van
Actiefiche n° 29 > Atelier: Steunmiddelen
134
Transitie naar Duurzame voeding
Dedicated Research1, uitgevoerd in 2010 in opdracht van Atrium, wijst uit dat Duurzame Voeding in de stad een sector met veel toekomst is. De opening van elke nieuwe handelszaak binnen deze sector beantwoordt aan een specifiek en zeer duidelijk alternatief, en betekent een nieuwe afzetmarkt voor de producenten die steeds beter georganiseerd zijn.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie 4 premies worden uitgewerkt over een tijdspanne van 2 jaar (4 nieuwe handelszaken kunnen geopend worden) Doelgroep
Middel
Projectdragers werkzaam rond voeding
Vestigingspremie
Budget -
4 premies aan een gemiddelde van 5.000 € = 20.000 € Communicatie (aanpassing van de bestaande communicatie, folders): 3.000 €
De communicatiedienst van Open Soon verzorgt de communicatie en dan vooral voor het dichte netwerk van partners, rechtstreeks en actief betrokken bij het project, omdat zij de voornaamste actoren zullen zijn.
Voornaamste activiteiten en deadlines Bewerkstelligen van het reglement en van de overeenkomsten van het moment dat een project en budget ontvankelijk zijn bevonden. Op punt stellen van de communicatie, vanaf het moment dat een project wordt gevalideerd. Maandelijkse bijeenkomst van de jury van Open Soon. Toekennen van de premies, ofwel door hulp bij het investeren, ofwel door operationele hulp (tussenkomst bij eerste huur). Partnership
Engagement van de actoren: Rol Piloot
Actoren
Engagement
Atrium
Copiloot Medewerkers
1
Village Partenaire
Technische analyse van de aspecten die beantwoorden aan Duurzame Voeding in de projecten voorgelegd aan de jury
Marktonderzoek 2010, Potentieel van een voedingswinkel in Brussel, Atrium, 2010.
Actiefiche n° 29 > Atelier: Steunmiddelen
135
Transitie naar Duurzame voeding
Huidige leden van de jury (GELs, BAO, BECI, Credal, Minale Design Strategy, AWLE, …)
Kwalitatieve en kwantitatieve analyse van de business plannen voor de activiteiten die door de jury worden opgevolgd
BIM
Deelname aan de jury wanneer de kandidaat-projecten worden voorgelegd die dingen naar een Premie voor Duurzame Voeding.
Te betrekken instellingen: /
Actiefiche n° 29 > Atelier: Steunmiddelen
136
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 30
De handelaars (voeding en horeca) sensibiliseren inzake DV en hen aangepaste begeleiding bieden om DV binnen hun aanbod te integreren en te valoriseren ATELIER: STEUNMIDDELEN
PILOOT: ATRIUM
Functionele link met AF’s n° 22 en 34 Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Uitvoeringsdatum: 12 maanden Van 01/01/2014 tot 31/12/2014
Beschrijving Context Samen met de markten en supermarkten zijn de buurtwinkels en lokale handelszaken het belangrijkste distributiekanaal van voedingsmiddelen naar de consument toe. Tot op heden zijn er te weinig handelszaken die deze “duurzame” producten aanbieden. Daar bestaan verschillende voor (ze kennen de leveranciers niet, de kosten, de tijd die ze erin moeten steken, weinig interesse, …) In het licht van de huidige context waarin het geglobaliseerde voedingssysteem aan geloofwaardigheid heeft ingeboet (afval, fraude, gezondheid, smaak, …), is de consument steeds meer op zijn hoede en is hij op zoek naar kwaliteitsvolle producten van betrouwbare leveranciers. Getuige daarvan is de groeiende populariteit van de “biomand”. Door zich te informeren, kennis op te doen en duurzame voeding aan te bieden, kunnen de handelaars een concurrentievoordeel verwerven en hebben ze een troef in handen om in te spelen op de veranderende vraag van de consument. Actie Pilootproject in 3 fases bij 5 tot 10 handelswijken in Brussel. Gerichte actie voor de voedingswinkels (en de horecazaken, te bevestigen). Fase 0/ Bepalen van de pilootwijken die voldoende “rijp” zijn voor de actie Bepalen van een reeks criteria om na te gaan of een wijk voldoende rijp is (bijv.: - er kan in het bijzonder aandacht worden besteed aan de synergieën tussen deze actie en de reeds bestaande initiatieven; vooral de wijken waar het project met de aanvullende munteenheid “Eco Iris” momenteel wordt gelanceerd) Overzicht van de potentiële wijken en handelszaken. Activering van de lokale partners: Gemeenten (Evere, Schaarbeek, Sint-Gillis, Jette, Ukkel - te bevestigen) en verenigingen. A/ Sensibilisering van de handelaars inzake duurzame voeding Infobrochures (definitie van het concept ‘duurzaamheid’, de toegevoegde waarde voor de handelaar die voedingswaren verkoopt, beschrijving van de Atrium actie) Vergaderingen en ontmoetingen met de handelaars om de obstakels te identificeren die hen ervan weerhouden om DV in hun aanbod te integreren. Gesensibiliseerde handelaars met elkaar in contact brengen via het BECI leernetwerk (AF26).
Actiefiche nr. 30 > Atelier: Steunmiddelen
137
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Deelname aan de werkgroep van AF27 (een progressief referentiekader inzake duurzaamheid opstellen) met het oog op de mogelijke creatie van een herkenningssysteem voor geëngageerde handelaars (met BIM en andere nog nader te bepalen medewerkers) B/ Begeleiding van de handelaars die hebben ingetekend op het project Een “toolkit” ter beschikking stellen waarin tools zitten die de integratie van DV in het aanbod van de handelaar vergemakkelijkt, zoals een lijst van leveranciers (via Groupe One of andere), of een verkoopdisplay voor duurzame producten, zelfklevers of andere vormen van merchandising naar de consument toe. De exacte inhoud van deze toolkit zal in fase A worden bepaald (identificatie van de obstakels) De handelaar ontwerpt en ondertekent een charter en engageert zich op die manier om in zijn aanbod voorrang te geven aan duurzame voeding Informatie via het BECI leernetwerk C/ Communicatie naar het grote publiek / pers Communicatie op lokaal niveau (de buurtbewoners en klanten): de “duurzame” lokale handelszaken in het daglicht stellen Communicatie op gewestelijk niveau. Een drager ontwikkelen en verspreiden (web en/of print) waarmee de voedingswinkels en handelszaken die deelnemen aan het project kunnen tonen dat ze het duurzaamheidsconcept, en in het bijzonder de Atrium actie, aanhangen. Pers: de deelnemende handelaars op de voorgrond plaatsen in het bijzijn van de partners en de lokale en gewestelijke overheden. Link met de economische ontwikkeling
Ondersteuning aan bestaande handelszaken: verankering van de werkgelegenheid. Voortdurende opleiding van de handelaars en aanpassingsvermogen ten opzichte van de vraag van de consument. Valoriseren van lokale handelszaken. Heroriëntering van de uitgaven van de huishoudens aan voedingswaren en ondersteuning van de duurzame lokale economie.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie
Sensibilisering van de lokale handelaars inzake duurzame voeding. Uitbreiding van duurzame voedingsproducten in het aanbod van de Brusselse handelszaken. Valorisatie van de duurzame voeding en lokale handelszaken bij de klanten.
Doelgroep Lokale handelaars die voedingswaren verkopen + horecazaken (nog te bevestigen, want verschillende toolkit)
Klanten
Actiefiche nr. 30 > Atelier: Steunmiddelen
Soort instrument Enquêtes, ontmoetingen, opleiding, networking, sensibiliseringsbrochure, toolkit, promotietools Communicatiecampagne: Brochure, gids, herkenningssysteem
138
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Budget voor 5 handelswijken Sensibilisering (enquêtes, ontmoetingen, networking, brochures) Toolkit Communicatiecampagne
7.000 € 18.000 € 10.000 €
Dit geraamde budget is het minimum om de basis van het project in 5 handelswijken te kunnen verwezenlijken. Dit budget zal in elke projectfase worden herberekend en herbekeken zodat het project optimaal kan worden uitgevoerd. De extra kosten zullen door de partners en/of Atrium worden gedragen. Voornaamste activiteiten en deadlines Fase 0/ Bepalen van de pilootwijken die voldoende “rijp” zijn voor de actie januari tot maart 2014 Fase A/ Sensibilisering van de handelaars omtrent duurzame voeding maart tot oktober 2014 Fase B/ Begeleiding van de handelaars die hebben ingetekend op het project juni tot december 2014 Fase C/ Communicatie naar het grote publiek / pers juni tot december 2014 Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Atrium
Identificatie van de wijken Zoeken naar lokale partners Sensibilisering van de handelaars Identificatie van obstakels Uitwerking, realisatie en verspreiding van de toolkit Uitwerking en realisatie van de communicatie campagne
Medewerker
BECI
Link met fiche 22 die door BECI wordt gepiloteerd, om de handelaars die via het “Leernetwerk” deel uitmaken van het project te sensibiliseren en informeren. Dit zal ook de uitwisseling van ervaringen en best practices tussen de deelnemende handelszaken bevorderen, en het zal ervoor zorgen dat de verschillende tools worden verspreid die ook nog worden ontwikkeld. Deelname aan de werkgroep voor het creëren van een herkenningssysteem.
Groupe One
Link met fiche 23 van Groupe One voor de uitwerking van een DV toolkit en ondersteuning van de promotiecampagne van DV: -Integratie van tools die de overgang naar duurzame voeding bevorderen (lijst van leveranciers van DV, ondersteuningsmiddelen voor commerciële initiatieven die verband houden met DV, tool voor het promoten en vereenvoudigen van de korte ketens); -De deelnemende handelaars in contact brengen met de actoren
Actiefiche nr. 30 > Atelier: Steunmiddelen
139
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
die reeds actief zijn in de sector van de DV. -Deelname aan het uitwerken van de sensibiliseringsbrochures en van de gids ‘Duurzame Voeding in Brussel”. Village Finance
Onder de wijken en handelszaken die zich binnen de Prioritaire Interventiezone bevinden, wordt er een selectie van kandidaten gemaakt. Er wordt ook een jury samengesteld die beurzen voor Duurzaam Ondernemen kan toekennen aan de handela(a)r(en) die het meest opmerkelijke initiatief in de wijk heeft/hebben genomen.
Leefmilieu Brussel
Ondersteuning bij het opstellen van de sensibiliseringbrochure voor de handelaars. Ondersteuning en deelname aan de werkgroep en denktank inzake het referentiekader (AF 34).
Te betrekken instellingen: -
ACR+, Comeos.
Actiefiche nr. 30 > Atelier: Steunmiddelen
140
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 31
Ondersteuning van de voedingsdistributie op de markten. ATELIER: STEUNMIDDELEN Link met AF PILOOT : ATRIUM
Duur van de uitvoering : 12 maanden
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF /
Beschrijving Context : De Brusselse markten worden beschouwd als de grote verdelers van voedingsmiddelen ten behoeve van de eindverbruikers. Sommige markten draaien zeer goed, andere hebben moeite om overeind te blijven. Een van de redenen hiervoor is dat men op sommige markten meer kleding, accessoires en cosmetica aan stuntprijzen vindt dan voeding. In termen van oppervlakte en aantal kraampjes moeten voedingskramen vaak wijken voor non-food, dit betekent een daling van de verkoop van voeding. Deze daling weerspiegelt twee elementen: Enerzijds vindt de verbruiker een goedkoop aanbod van kant-en-klare maaltijden in de supermarkt en is het koken reeds afgeleerd; Anderzijds is er een gebrek aan verkopers die niet alleen hun product verkopen, maar ook raad geven en voor een zekere traditie staan. Actie Uitwerking van een ambulante stand die kan gebruikt worden op alle Brusselse markten om de producten die ter plaatse worden verkocht aan te prijzen. Iemand met uitstraling neemt de leiding en begint boodschappen te doen bij de aanwezige marktkramers. Op didactische wijze maakt hij iets klaar met de groenten, fruit en andere producten die hij gekocht heeft, verdeeld dit onder de toehoorders en creëert op die manier een happening. De recepten die worden uitgewerkt, worden diezelfde morgen nog geprint en uitgedeeld aan de voorbijgangers. Op ludieke manier: Wordt aangetoond dat men op eenvoudige, toffe en goedkope manier kan koken met verse producten van de markt; Worden de verkopers aangespoord hun producten te verkopen met raad en bereidingstips. Het feit van er een happening rond te maken, zorgt voor een grootschaliger effect. Deze ambulante stand kan dagelijks aanwezig zijn tijdens de weekmarkten, zeker aan het begin van elk seizoen, (4 keer per jaar) of volgens een kalender die nog moet worden uitgewerkt (in functie van de deelnemende koks).
Actiefiche n° 31 > Atelier : Steunmiddelen
141
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Verband met de economische ontwikkeling De bedoeling is tweeledig: enerzijds wordt er gewerkt aan het voortbestaan van de markten, die het moeilijk hebben hun oppervlakte te vullen. Anderzijds wordt het beroep van marktkramer opgewaardeerd. Daarenboven vraagt het beroep van marktkramer een beperkte financiële inbreng bij de opstart en kan zo een oplossing bieden voor beginnende zelfstandigheden. Als laatste is het ook de bedoeling dat meer verbruikers hun geld gaan besteden aan verse en weinig bewerkte producten in plaats van aan kant-en-klare voeding en zo naar meer duurzaam over te stappen. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Stijging van de verkoop van voedingswaren op de markten tijdens de happening. Op langere termijn wordt gestreefd naar meer duurzaamheid van voedingswaren (seizoensgebonden, verkorting van de keten,…). Verbeteren van het klantgericht advies van de verkopers naar de klant toe om op langere termijn meer voedingswaren te zien op de markten.
Doelgroep Klanten van de markt Marktkramers in voeding
Soort instrument Regelmatige ludieke happenings, verspreiding van eenvoudige en seizoensgebonden recepten Sensibilisering rond de kwaliteit van de producten en rond klantgericht advies
Budget -
Aankoop van het materiaal (stand, kookgerief, …): 5.000€ Communicatie - werking (logo, webpagina, drukwerk van de recepten, logement voor koks indien nodig …) 5.000 €
De communicatie is bewust beperkt omdat de happenings zeer lokaal zijn en voor onmiddellijke reactie en gevolgen moeten zorgen.
Belangrijkste activiteiten en deadlines Een volledige week aan het begin van elk seizoen, op alle Brusselse markten.
Actiefiche n° 31 > Atelier : Steunmiddelen
142
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Partnership
Engagement van de actoren: Gezien het project bestaat uit happenings op heel specifieke momenten, wordt het enkel bestuurd door Atrium.
Rol Piloot
Actoren
Engagement
Atrium
Te betrekken instellingen:
Verscheidene organisaties zullen gecontacteerd worden voor tijdelijke en operationele hulp (uitwisselen van contacten en nuttige gegevens, enz.)
BIM Beheerders van de markten Koks
Actiefiche n° 31 > Atelier : Steunmiddelen
143
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 32
Integratie van duurzaamheid in het programma « Fruit en groenten op school ». ATELIER : STEUNMIDDELEN Link met AF /
Uitvoeringsdatum:
PILOOT : MBHG
2013-2014
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF / Beschrijving De Europese Unie ontwierp het programma « Fruit en groenten op school » om de schoolgaande jeugd vertrouwd te maken met landbouwproducten. Basisscholen krijgen subsidies om alle kinderen een portie fruit en groenten te geven. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest cofinanciert dit Europese initiatief. De scholen die meewerken geven wekelijks een portie fruit of groenten aan de leerlingen gedurende het hele jaar, dit komt overeen met 30 porties per jaar. Een lijst met producten wordt per trimester samengesteld, zodat seizoensgebonden groenten en fruit worden aangeboden. Bovendien moeten het Europese producten zijn. De maximale subsidie per leerling en per schooljaar bedraagt 10,50 euro. Het programma « Fruit en groenten op school » is echter meer dan alleen fruit en groenten uitdelen en gaat gepaard met pedagogische activiteiten en sensibiliseringscampagnes. Het BIM werkt mee aan dit programma door pedagogisch materiaal ter beschikking te stellen van de scholen.
Link met de economische ontwikkeling Stimuleren van de fruit- en groentenconsumptie. Ondersteunen van lokale productie. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Een lijst van lokale producenten opstellen die duurzame producten kunnen leveren aan de scholen. Er moet nagegaan worden of de scholen leveringen kunnen ontvangen. Doelgroep
Soort instrument
De basisscholen
Lijst van producenten en leveranciers
Budget Geen budget nodig
Actiefiche n° 32 > Atelier : Steunmiddelen
144
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Belangrijkste activiteiten en deadlines -
September 2013: contacten moeten gelegd worden met de verscheidene producenten en leveranciers van duurzame producten in en rond de stad.
-
Januari 2014: eerste versie van de lijst.
-
Juni 2014: definitieve versie van de lijst.
-
September 2014: de lijst moet ter beschikking worden gesteld aan de scholen.
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actoren
Engagement
Piloot
MBHG
Opmaken van de lijst en ter beschikking stellen van de deelnemende scholen
Copiloot
BIM
Bijdrage tot de promotie van het pedagogisch project rond voeding, gericht naar de scholen. Ter beschikking stellen van pedagogisch materiaal.
Medewerkers
Netwerk van GASAL
Ter beschikking stellen van de lijst van de producenten van het GASAL-netwerk
Bioforum
Ter beschikking stellen van een lijst met biologische fruit – en groentekwekers uit Wallonië en met de leveranciers die al deelnemen aan dit programma.
Saveurs Paysannes
Ter beschikking stellen van lijsten met lokale producenten
Te betrekken instellingen: -
Ferme nos Pilifs
-
Le Début des Haricots
Actiefiche n° 32 > Atelier : Steunmiddelen
145
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 33
Nagaan of het opportuun is om een aankoopcentrale voor duurzame voeding voor de overheidsdiensten op te richten ATELIER: STEUNMIDDELEN
Functionele link met AF n° 22, 36 COPILOTEN:
Uitvoeringsdatum: 1 jaar
MBHG LANDBOUWCEL/BIM
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Context Sommige overheidsdiensten / grootkeukens stuiten op bevoorradingsproblemen op het gebied van duurzame voeding omdat de bestellingen niet groot genoeg zijn om de producten regelmatig te laten leveren. Actie In het licht van deze vaststelling zou er moeten worden nagegaan of het opportuun is om lokale aankoopcentrales voor duurzame voeding voor de overheidsdiensten op te richten. Deze studie zou een antwoord moeten bieden op de volgende vragen:
Bestaan er dergelijke centrales die toegankelijk zijn voor de Brusselse overheidsdiensten en grootkeukens? Het kabinet Di Antonio van het Waals Gewest werkt momenteel aan een aankoopcentrale voor streekgebonden producten die in de korte ketens worden verkocht (markt voor producten en niet voor diensten). Er zou een brug moeten worden geslagen met dit project en dienen te worden gekeken naar hoe deze projecten elkaar kunnen versterken. Is het opportuun en haalbaar om nieuwe aankoopcentrales te ontwikkelen? Wie zou deze centrale kunnen oprichten en coördineren? Wie zou er van de diensten van deze centrale gebruik kunnen maken? Over welke producten zou het gaan? Hoe kan een aankoopcentrale worden opgericht zonder de kleine producenten daarbij te benadelen? Op basis van welk mechanisme zou deze centrale werken?
Link met de economische ontwikkeling Door aankoopcentrales voor duurzame voeding te promoten zouden de overheidsdiensten en grootkeukens toegang krijgen tot duurzame voeding, wat een positief effect zou hebben op de vraag en voor een hefboomeffect kunnen zorgen op de uitbreiding van het aanbod.
Actiefiche nr. 33 > Atelier: Steunmiddelen
146
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Advies geven over het feit of een aankoopcentrale voor duurzame voeding al dan niet opportuun is. Concrete voorstellen formuleren opdat de Brusselse overheidsdiensten en grootkeukens toegang zouden krijgen tot een dergelijke aankoopcentrale.
Doelgroep
Soort instrument
De gemeentebesturen en lokale grootkeukens
studie
Budget Studie over de oprichting van een aankoopcentrale = €10.000 Voornaamste activiteiten en deadlines Studie over de oprichting van een aankoopcentrale: Lancering en toekenning in 2014 Uitvoering van de opdracht in 2014 Dialoog aanknopen met het WG met betrekking tot hun aankoopcentrale voor streekgebonden producten in de korte ketens, en de mogelijke synergieën met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest identificeren. Andere gelijkaardige initiatieven in het Vlaams Gewest en de andere aanpalende gewesten identificeren. Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Copilotering
MBHG
Contact met de andere gewesten
Copilotering
BIM
Te bepalen Overheidsopdrachten
Medewerker
Te betrekken instellingen:
-
Fevia UCM Comeos Voogdij over de lokale besturen van het ministerie van het Brussels Gewest.
Actiefiche nr. 33 > Atelier: Steunmiddelen
147
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 34
Een progressief referentiesysteem opstellen rond duurzaamheid voor bepaalde sectoren met vragen omtrent voeding ATELIER: STEUNMIDDELEN
Functionele link met AF nr. 35 PILOTEN: BRUSSEL
LEEFMILIEU
Uitvoeringsdatum: 2014 - 2015
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF nr. /
Beschrijving
Leefmilieu Brussel ontwikkelt momenteel een referentiesysteem inzake Duurzame Voeding voor de grootkeukens (en in een 2e fase voor de horecazaken). De haalbaarheid van het systeem (met de beschikbare middelen) moet worden beoordeeld. Zo zal het systeem in 8 grootkeukens en horecazaken worden getest. Zodra het systeem operationeel is, zal het in 8 grootkeukens en horecazaken worden uitgetest. Voor wat de horecasector betreft heeft Karikol, het Convivium Slow Food in Brussel, een lastenboek samengesteld voor een actie om slow food te promoten. Deze actie vindt jaarlijks in september plaats. Gedurende één week kunnen de Brusselaars slow food (gezonde, rechtvaardige en correcte voeding) ontdekken in de restaurants die enkele menu’s voorstellen die in het lastenboek beschreven staan. Het voorstel is om na te gaan of de andere schakels van het systeem ook behoefte hebben aan een referentiekader inzake “duurzame voeding”: landbouw, verwerking, verkooppunten,… Indien zou blijken dat een dergelijk systeem wenslijk is, zal er in nauwe samenwerking met de betrokken actoren een voorstel worden uitgewerkt en uitgetest. Of deze actie zal worden ontwikkeld hangt af van de resultaten van de haalbaarheidsstudie over het referentiesysteem voor de grootkeukens. Deze acties kan in twee fases worden onderverdeeld: - de sectoren identificeren die vragende partij zijn voor een referentiekader inzake duurzame voeding (grootkeukens, horecazaken, landbouwers, de verwerkende sector, verkooppunten,…) - een referentiekader ontwikkelen in samenwerking met de geïdentificeerde sectoren, rekening houdend met: het aanbod van Leefmilieu Brussel en Karikol aan de grootkeukens en horecazaken, het lastenboek Biogarantie® en de beschikbare middelen.
Actiefiche n° 34 > Atelier : Steunmiddelen
148
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Link met de economische ontwikkeling Door duurzame praktijken te identificeren kunnen de ondernemingen een concurrentievoordeel verwerven en kan hun klantenbestand stabiel blijven of zelfs groter worden. Bovendien kunnen de ondernemingen op die manier bij andere ondernemingen, grootkeukens en overheidsdiensten die een duurzamere aanpak aanhangen nieuwe afzetmarkten aanboren. Deze erkenning is ook een uithangbord voor de ondernemingen en laat hen toe zich zo positioneren. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Te verwachten resultaten:
Identificatie van de sectoren die vragende partij zijn naar duurzame voeding
Uitwerken van een referentiesysteem dat beantwoordt aan de behoeften van de actoren uit de betrokken sectoren
Doelgroep
Soort instrument
Te bepalen
Budget Studie om de sectoren te identificeren: 10.000 € Uitwerking van een referentiekader: zal in functie staan van het aantal geïdentificeerde sectoren Evaluatie: uitwerking van een eenvoudig referentiekader voor 2 sectoren: 30.000 € (15.000 € per sector)
Totaal: 40.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines September 2014: resultaten van de haalbaarheidsstudie over het referentiesysteem van de grootkeukens. Oktober 2014: onderzoek om na te gaan welke sectoren vragende partij zijn naar een referentiekader inzake duurzame voeding, motivering en verwachtingen op dit gebied. Januari 2015: start van de uitwerking van een referentiekader voor de geïdentificeerde sectoren.
Actiefiche n° 34 > Atelier : Steunmiddelen
149
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Leefmilieu Brussel
Aanbestedingen voor de 3 fases, opvolging (erop toezien dat de systemen eenvoudig zijn, zonder verspilling van menselijke middelen)
Copiloot
Karikol
Meewerken aan de denkoefening voor de restaurantsector
Medewerker
Min landbouw
Werkt samen met de Csc bio
Ciriha
Brengt de link aan met het referentiesysteem aangaande de vorming rond dit thema
Atrium FEVIA
Bioforum
Meewerken aan de denkoefening voor sector van de “kleine handelszaken” Een van de eerste sectoren waaraan BE denkt is de verwerkingssector. FEVIA is dan ook heel geïnteresseerd om als medewerker deel te nemen (ter beschikking stellen van hun expertise, link met andere gelijkaardige initiatieven in de buurlanden,…) Neemt deel aan de GT over de haalbaarheidsstudie van een erkenningssysteem van de kantines
Te betrekken instellingen: - Te bepalen naargelang de geïdentificeerde sectoren
Actiefiche n° 34 > Atelier : Steunmiddelen
150
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 35
Testen van « referentiekader » voor duurzaamheid van kantines ATELIER : STEUNMIDDELEN Link met AF n°34 PILOOT: LEEFMILIEU BRUSSEL
Duur van uitvoering: Start : oktober 2013
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF /
Beschrijving Leefmilieu Brussel wenst een referentiesysteem voor duurzame kantines in te voeren. De bedoeling is een genormaliseerd label en een onafhankelijke controle-instantie te creëren die structureel kunnen helpen bij de overgang naar meer duurzaamheid. Zo wordt de aanpak geloofwaardig en gaat men greenwashing tegen. Bovendien zorgt zo’n systeem ervoor dat kantines progressief en blijvend de weg opgaan naar duurzame voeding en dat het project niet beperkt blijft tot enkele punctuele acties. Een referentiesysteem maakt een evaluatie mogelijk van de vooruitgang die kantines en cateringbedrijven maken naar duurzamere voeding. Bovendien zorgt zo’n systeem voor meer zichtbaarheid zodat personeel en klanten geïnformeerd worden over de overgang. Leefmilieu Brussel is op dit moment een referentiesysteem aan het uitwerken rond duurzame voeding voor de kantines (einde voorzien voor september 2013). De ontwikkeling ervan werd voorbereid tijdens twee workshops waaraan de belangengroepen deelnamen. Het systeem zal worden uitgetest in 8 kantines en grootkeukens om de aantrekkelijkheid en het in werking stellen te testen, zowel naar de bedrijven als naar de klant.
Link met de economische ontwikkeling Door het referentiesysteem kunnen de bedrijven zich concurrentieel opstellen in hun sector. Het label wordt een communcatie-item en zorgt voor trouwe klanten.
Doelstellingen /te verwachten resultaten van de actie Doelstelling Een referentiesysteem uitwerken inzake duurzame voeding voor kantines van verschillende instellingen (scholen, ziekenhuizen, rusthuizen, bedrijven, kinderdagverblijven, …) en cateringbedrijven die actief zijn in grootkeukens en horecazaken. De bedoeling is dat het systeem zo wordt opgevat dat kantines worden aangemoedigd de overgang te maken.
Actiefiche n° 35 > Atelier : Steunmiddelen
151
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Het controle- en toekenningsmechanisme mag geen noemenswaardige financiële meerkost met zich meebrengen m.b.t. het budget en het personeel. Verwachte resultaten: 1) Uitwerken en testen van een referentiesysteem inzake duurzame voeding voor kantines en cateringbedrijven
Het referentiesysteem moet aan de volgende voorwaarden voldoen: - Budgetvriendelijk (voor controlerende instantie en voor vragende partij) - Gebruiksvriendelijk (voor vragende partij en voor controlerende instantie) - De prioriteit gaat naar de voedingscriteria zonder de zorg voor het milieu uit het oog te verliezen - De verschillende aspecten van een duurzame voeding moeten aan bod komen (lokale seizoensproducten, milieuvriendelijke kweek, afwisseling tussen dierlijke en plantaardige eiwitten, vermijden van voedselverspilling, …) - Toepasbaar in alle soorten kantines (intern of extern beheerd, die 1 of verschillende menu’s voorstellen, voor verschillende doelpublieken, grote of kleine ruimtes, …) en horecazaken - Gemakkelijk communiceer- en begrijpbaar - Op die manier uitgewerkt dat de grootkeukens kunnen blijven evolueren en verbeteren (verschillende niveaus en verschillende benaderingen) - Voorstellen van een Biogarantie®-lastenboek voor grootkeukens en horecazaken 2) Referentiesysteem in werking stellen Doelgroep
Soort instrument
Grootkeukens
Budget Haalbaarheidsstudie: opgenomen in het werkprogramma van Leefmilieu Brussel. Operationeel erkenningssysteem: de projecten geselecteerd na de oproep “duurzame grootkeukens” worden getest (start: zomer van 2013) Voornaamste activiteiten en deadlines 2013/2014 : een referentiesysteem wordt uitgewerkt en zal getest worden in 8 grootkeukens. Resultaten hiervan worden verwacht tegen eind september 2014. Het referentiesysteem zal getest worden op de projecten van de oproep voor “duurzame grootkeukens” (de zomer van 2013 werden gelanceerd). Grootkeukens die aan deze projecten deelnemen, zullen een certificaat kunnen bekomen op het einde van hun project (ten laatste in maart 2015). Drie niveaus van certificaat worden toegekend: beginner – aan het verbeteren – aan het perfectioneren. De verschillende begeleiders die de grootkeukens begeleiden, zullen ingelicht worden over de criteria en over de manier van evalueren zodat zij kunnen inschatten of de grootkeukens al dan niet in aanmerking komen voor een certificaat. In 2015 zal het referentiesysteem op gewestelijk niveau worden uitgebouwd, mits eventuele aanpassingen na de testfase.
Actiefiche n° 35 > Atelier : Steunmiddelen
152
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actoren
Engagement
Piloot
Leefmilieu Brussel
Uitvoering van de haalbaarheidsstudie van een erkenningssysteem voor duurzame grootkeukens via een overheidsopdracht. Operationeel maken van het erkenningssysteem.
Copiloot
Catherine Piette
Medewerking bij ontwikkeling en uitwerking van het systeem
Medewerkers
Meremans Dominique
Promotie van duurzaamheid en gezondheid in grootkeukens, vooral in scholen
Simply Food
Medewerking tijdens testfase op het terrein
Alimentation 21 EVA – Annemarie Ijkema
Medewerking bij ontwikkeling en uitwerking van het systeem en begeleiding van grootkeukens bij invoering van de “Donderdag Veggiedag”
BioForum Wallonië – Frederique Hellin
Vervolg van de medewerking bij de uitwerking van het systeem
CIRIHA
Start van de overgang naar een duurzame campus en kantine; hiervoor moet een referentiekader worden opgesteld.
Te betrekken instellingen: De betrokken belangenpersonen en -groepen bij de uitwerking van een erkenningssysteem voor grootkeukens: EcoRes
Cordelia
Orfinger
Bioforum Wallonië
Sylvie
Morcillo
Bioforum Wallonië
Frederique
Hellin
Simply Food
Catherine
Closson
Vredeseilanden
Katharina
Beelen
PODDO
Martine
Vandervennet
Certisys
Blaise
Hommelen
TUV nord Integra
Bart
Maes
TCO
Jeanne
Collard
Sodexo
Florence
Rossi
Compass Group
Dominique
Meremans
EVA
Annemarie
Ijkema
Leefmilieu Brussel
Florence
Loozen
Karikol
Catherine
Piette
Actiefiche n° 35 > Atelier : Steunmiddelen
153
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 36
Verbeteren van de kennis en de middelen om de opstelling van duurzame overheidsopdrachten te vergemakkelijken bij openbare instellingen, scholen, zorginstellingen en rusthuizen ATELIER : STEUNMIDDELEN Functionele link met fiche n° 22, 28 PILOTEN : LEEFMILIEU BRUSSEL
Duur uitvoering : Eén jaar
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met Fiche n°
Beschrijving Context
Het BHG heeft de laatste jaren verschillende acties ondernomen om het toevoegen van sociale en milieuvriendelijke clausules in overheidsopdrachten aan te moedigen. Verschillende opleidingen en werkmiddelen worden ter beschikking gesteld van de overheidsinkopers. Deze middelen en criteria zijn van toepassing op overheidsaankopen voor voeding en worden progressief gebruikt door de aankopers zoals scholen, gemeenten en regionale besturen. Toch wordt met sociale en milieucriteria in overheidsopdrachten rond voeding nog niet altijd rekening gehouden en bepaalde actoren zijn er zich weinig of niet van bewust; dat is bijvoorbeeld het geval voor ziekenhuizen en rusthuizen. Acties De zichtbaarheid van de middelen verhogen bij scholen, zorginstellingen en rusthuizen: 1. Om de scholen die onder de wetgeving van de overheidsopdrachten vallen te bereiken lijkt het ons nodig om: het verschil te maken tussen scholen die onder overheidsopdrachten vallen en scholen die er niet onder vallen; een inventaris op te maken met contactpersonen uit elke instelling die betrokken moeten worden; actief de bestaande middelen voor duurzame voeding te verspreiden onder de aangeduide personen. 2. Om de rusthuizen en de ziekenhuizen te bereiken, lijkt het ons nodig om: de contactpersonen voor voeding te verzamelen in het grootste deel van de bedoelde instellingen, een aantal middelen specifiek aan te passen voor deze instellingen en een specifieke opleiding uit te werken en/of een workshop te organiseren om zo te proberen alle belanghebbende partijen voor de voeding samen te brengen. Deze aanpassing zou kunnen gebeuren op basis van een evaluatie via een vragenlijst die verstuurd wordt
Actiefiche nr. 36 > Atelier : Steunmiddelen
154
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
naar de betrokken personen (opstellers van het lastenboek, verplegend personeel,…) of via een uitwisselingsmoment van een halve dag. de good practices te analyseren van buiten het BHG of uit het buitenland (Meals on wheels in het Maxima Medisch centrum in Nederland, Ziekenhuis Gasthuisberg in Leuven, initiatief van Sodexo in Antwerpen) die zouden kunnen worden toegepast in Brussel (zie studie Benchmarking van duurzame kantines).
Link met de economische ontwikkeling De ziekenhuizen en rusthuizen vertegenwoordigen samen heel wat maaltijden per dag. Als deze instellingen de duurzaamheid van hun maaltijden verbeteren, dan is dit een economische kans voor mogelijke aanbieders die klaar zijn om een duurzaam voorstel op tafel te leggen, met name lokale producenten en leveranciers. Doelstellingen/ te verwachten resultaten van de actie
Oplijsten van scholen, zorginstellingen en rusthuizen die onder de wetgeving van de overheidsopdrachten vallen om zo een lijst te verkrijgen voor de verspreiding van de bestaande middelen en hen te kunnen uitnodigen voor opleidingen die georganiseerd worden in het kader van de duurzame overheidsaankopen.
Oplijsten van de contactpersonen uit de rusthuizen, zorginstellingen en scholen die onder de wetgeving van de overheidsopdrachten vallen.
Creëren van adequate middelen om de ziekenhuizen en rusthuizen te helpen om de duurzaamheidscriteria te integreren in de overheidsopdrachten.
Organiseren van een opleiding voor alle betrokken partijen uit de ziekenhuizen en rusthuizen.
Verzamelen van een reeks relevante good practices voor Brussel op het vlak van duurzame voeding in scholen, zorginstellingen en ziekenhuizen die onder de wetgeving van de overheidsopdrachten vallen.
Doelgroep Gemeentescholen Ziekenhuizen en rusthuizen die vallen onder de wetgeving van de overheidsopdrachten
Soort instrument Standaard lastenboeken Opleidingen Database
Budget Overheidsopdracht voor het organiseren van een specifieke opleiding en/of workshop voor overheidsopdrachten voor duurzame voeding in rusthuizen en ziekenhuizen + uitwerking van specifieke middelen voor dit type instellingen (standaard lastenboeken) = 15.000 €
Actiefiche nr. 36 > Atelier : Steunmiddelen
155
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Voornaamste activiteiten en deadlines Overheidsopdracht voor het organiseren van een specifieke opleiding en/of workshop voor overheidsopdrachten voor duurzame voeding in rusthuizen en ziekenhuizen + uitwerking van specifieke middelen voor dit type instellingen (standaard lastenboeken): Uitschrijven en toekenning in 2014 Uitvoering van de overheidsopdracht in 2014 Partnership Engagementen van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
BIM
Overheidsopdracht voor het organiseren van een specifieke opleiding en/of workshop voor overheidsopdrachten voor duurzame voeding in rusthuizen en ziekenhuizen + uitwerking van specifieke middelen voor dit type instellingen (standaard lastenboeken)
Te betrekken instellingen: -
Bestuur op lokaal niveau : bevoegd voor overheidsopdrachten
-
TCO
Actiefiche nr. 36 > Atelier : Steunmiddelen
156
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 37
Begeleidingsprogramma’s om naar DV te evolueren voor de sectoren die er behoefte aan hebben, zoals dit reeds bestaat voor de grootkeukens ATELIER : STEUNMIDDELEN Functionele link met AF n°/ PILOOT : BRUSSEL LEEFMILIEU
Duur van uitvoering : 2013-2015
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Vaststelling en context
Leefmilieu Brussel heeft sinds 2008 een programma om grootkeukens te helpen bij het overschakelen naar een duurzame voeding. Leefmilieu Brussel biedt gratis opleidingen en begeleiding aan en stelt verschillende hulpmiddelen ter beschikking alsook een helpdesk. In de voorgaande begeleidingscycli van Leefmilieu Brussel zien we dat de zorgsector minder vertegenwoordigd is. In 2013 gaat een pilootproject van start met de Irisziekenhuizen om de voedselverspilling in kaart te brengen. In 2013 zal Leefmilieu Brussel een projectoproep lanceren gericht aan instellingen met een grootkeuken en cateringbedrijven om een project rond duurzame voeding uit te werken. Alle sectoren kunnen hierop reageren: ziekenhuizen, rusthuizen, scholen, bedrijven, gevangenissen, … Beschrijving van de overwogen acties
1) Alle sectoren kunnen reageren op de projectoproep voor grootkeukens die gelanceerd wordt in juli 2013. De ingediende projecten zullen worden geanalyseerd en zoveel mogelijk worden ondersteund. 2) Ook de resultaten van het pilootproject in de Irisziekenhuizen zal worden geanalyseerd. 3) Als er sectoren zijn die na de projectoproep nog vragende partij zijn voor een ondersteuning bij het overschakelen naar een duurzame voeding in hun grootkeuken, kunnen pilootprojecten met begeleiding worden uitgewerkt volgens het volgende stramien: - Zoeken naar de bestaande best practices - Studie naar de behoeften/verplichtingen/stand van zaken - Een actieplan invoeren - Uitvoeren van de acties - Evaluatie
Actiefiche nr. 37 > Atelier : Steunmiddelen 157
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Link met de economische ontwikkeling Er worden dagelijks 270.000 maaltijden geserveerd in de Brusselse grootkeukens. Door hen te helpen bij het overschakelen naar een duurzame voeding met onder andere lokale seizoensproducten, of producten komende uit het korte circuit, kan een lokale economie in de hand worden gewerkt. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie
-
Ondersteuning van vragende sectoren bij het omschakelen naar een duurzame voeding in de grootkeuken.
Doelgroep -
Soort instrument
Hangt af van de vraag
Budget -
Pilootprojecten 2014 : 15.000 € Pilootprojecten 2015 : 10.000 €
Voornaamste activiteiten en deadlines 1) September 2013: Projecten van de projectoproep analyseren en ondersteunen 2) December 2013: Resultaten van pilootproject in de Irisziekenhuizen analyseren 3) 2014: Ondersteunen van projecten van sectoren die na de projectoproep 2013 nog vragende partij zijn voor hulp bij de overschakeling naar een duurzame voeding in de grootkeuken Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Brussel Leefmilieu
Coördinatie van de opstelling van de fiche en ondersteuning van projecten ‘duurzame grootkeukens’
Medewerkers
Te betrekken federaties in functie van de betrokken sectoren
Te bepalen in een tweede fase
Te betrekken instellingen: -
FAVV
-
NVGP
-
Organisaties die begeleiding kunnen voorzien : BioForum Wallonie, Ecores, Coduco, EVA, Alimentation 21, Philippe Renard, Damien Poncelet, …
Actiefiche nr. 37 > Atelier : Steunmiddelen 158
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 38 Logistieke oplossing voor lokale producenten in de korte keten LOG4LOC (Logistics for Local) ATELIER: STEUNMIDDELEN COPILOTEN : SODEXO EN VIANGRO
Functionele link met fiche n° …
Uitvoeringsdatum :
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche n° …
2014
Beschrijving Het gaat hier om een project van economische aard, maar ook milieu, gezondheid en het sociale aspect komen aan bod. De bedoeling van het project is om: de economische activiteit van de lokale producenten in de korte keten te ondersteunen, net alsook de lokale werkgelegenheid, deze producten toegankelijker te maken o.a. op economisch vlak en dit voor alle consumenten, bij te dragen aan duurzame mobiliteit: logistieke concentratie en optimalisering = o verkorten van de afstanden die de producenten afleggen (voorkomen dat elke producent rechtstreeks levert aan elke site). Een gelijkaardig project werd uitgevoerd rond zeer verse producten: producenten van vers vlees, vers gevogelte, verse vis, verse groenten en fruit leveren dagelijks in één enkel traject, het gaat hier om een logistiek platform dat alle bestellingen van 600 restaurants verzamelt. Het platform zorgt voor 1 enkele levering met producten van 4 verschillende producenten die voorheen rechtstreeks werden geleverd door 4 verschillende producenten. Resultaat = 900.000km minder afgelegd door de producenten op jaarbasis -> 718 ton minder CO2-uitstoot op jaarbasis o verminderen van het aantal vrachtwagens in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG): bijdrage tot het verhinderen van het dichtslibben van de wegen en bijdrage tot de vermindering van de stadsvervuiling o vermijden om een ander platform uit te werken en zo verkeersopstoppingen in de hand te werken (geen extra rondes) o milieuoptimalisatie: gebruik maken van de vrachtwagens “die leeg terug keren” om producten op te halen bij lokale producenten / gebruik maken van het feit dat de vrachtwagens al leveren bij de restaurants om ook duurzame producten tijdens deze rondes mee te leveren De doelstelling van het project is om een logistieke oplossing te ontwikkelen (gebaseerd op een bestaand logistiek platform) om voor een maximalisatie en samenkomst te zorgen van: het productaanbod komende van lokale producenten in de korte keten de vraag komende van grootkeukens uit het BHG
Actiefiche n° 38> Atelier: Steunmiddelen 159
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Onder lokaal verstaan wij producten die gekweekt worden in België, met een regionaal accent door de voorkeur te geven aan producten uit het BHG als de productie er aanwezig is. Onder korte keten verstaan wij één enkele logistieke tussenschakel tussen de producent (alleenstaand of onder de vorm van een coöperatieve) en de grootkeukens beheerd door Sodexo. Het belang van het project bestaat ook in: het innovatieve karakter ervan: er bestaat geen enkel fysiek logistiek werkmiddel in België, en bijgevolg dus ook niet in het BHG, die de verdeling van lokale producten in de korte keten bij de horeca en de grootkeukens verzorgt het maximaliseren van de impact van de aanpak. Een hefboomeffect zal er komen dankzij de 2 schakelactoren in het project: 1. Sodexo: bedrijf dat diensten aanbiedt rond Levenskwaliteit, waaronder catering, en zijn hoofdzetel heeft in Oudergem in het BHG / verzorgt 260.000 maaltijden per dag in België en meer bepaald in het BHG 50.000 maaltijden per dag vooral voor onze doelgroep van consumenten, waaronder ook mensen in moeilijke situaties (voorbeelden: beheer van het restaurant van Spullenhulp met werkgelegenheid voor mensen in socio-economische moeilijkheden, levering van maaltijden voor scholen gelegen in achtergestelde gemeenten, voor oudere mensen die soms helemaal alleen leven, …) 2. EFL (Easy Fresh Logistics): gelegen in Anderlecht in het BHG. Het is een logistiek platform voor zeer verse voedingsproducten dat actief is in de sector van de Food Service en dat over het hele land, zowel voor het afhalen van producten bij Brusselse producenten of zelfs producenten uit de 2 andere regio’s, alsook voor het afleveren bij Brusselse restaurants en bij restaurants uit de 2 andere regio’s. EFL is een filiaal van de groep Viangro, opgericht in 1961 en waar 700 (vooral Brusselse) werknemers werken. 3. Partnership bestaat sinds 2009 (met EFL) en sinds 1970 (met Viangro) en heeft reeds zijn nut bewezen. Link met de economische ontwikkeling Het gaat hier om een project van economische aard, maar ook milieu, gezondheid en het sociale aspect komen aan bod. De bedoeling van het project is om: de economische activiteit van de producenten in de korte keten te ondersteunen, net alsook de lokale werkgelegenheid deze producten toegankelijker te maken o.a. op economisch vlak en dit voor alle consumenten
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Methodologie rond het oprichten van een netwerk van lokale producenten en consumenten en rond een logistieke oplossing (de organisatorische en administratieve aspecten inbegrepen). Communicatie met de doelgroep.
Actiefiche n° 38> Atelier: Steunmiddelen 160
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Doelgroep
Soort instrument
-
Lokale producenten van producten zoals vlees, gevogelte, groenten, fruit en melkproducten, met voorrang voor producenten gevestigd in het BHG, als de productie er bestaat. Indien dit niet het geval is dan kiezen voor producenten gevestigd in het Waals Gewest (WG) of het Vlaams Gewest (VG)
-
Grootkeukens en consumenten in het BHG, maar ook in het WG en het VG, beheerd door Sodexo. In het BHG is dat goed voor 50.000 consumenten per dag in bedrijven, scholen, ziekenhuizen en rusthuizen. In België is dat in het totaal goed voor 260.000 consumenten per dag.
Budget 15.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines
1. Verkennende fase (oktober 2013 – januari 2014): inventaris van het aanbod en de vraag 2. Ontwikkelingsfase van de methodologie (januari 2014 – augustus 2014) 3. Pilootfase (februari 2014 – juni 2014) 4. Evaluatie fase en consolidatie (juli 2014 – oktober 2014) 5. Ontplooiingsfase: vanaf november 2014 Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Copiloot
SODEXO
Copiloot
VIANGRO/EFL
Uitwerking van de logistieke oplossing
Medewerkers
Ministerie van het BHG
Inventaris van lokale producenten
APAQ-W
Inventaris van lokale producenten
Ministerie van Landbouw en Visserije van het VG
Inventaris van lokale producenten
Cel korte ketens van het WG
Inventaris van lokale producenten
BIM
Synergie met de projectoproep voeding, integratie met de procjecten « kantines », verspreiding van de methodologie
Te betrekken instellingen: Lokale producenten Actiefiche n° 38> Atelier: Steunmiddelen 161
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 39 Intra- en peri-urbane landbouw in de academische sector: betrokkenheid, thematische werkgroepen, onderzoek-actie en integratie in de universitaire opleiding. ATELIER : Inschakeling, opleiding, onderwijs / 0&I
PILOTEN : ULB - SERVICE D’ECOLOGIE DU PAYSAGE ET SYSTEMES DE PRODUCTION VEGETALE
Functionele link met AF 2, 25, 40
Duur uitvoering : 2 jaar (24 maanden) Hernieuwbaar 2 jaar
Beschrijving Deze actiefiche heeft als uitgangspunt dat in de huidige sociale, ecologische en economische context, de intra- en peri-urbane landbouw enerzijds meer aandacht nodig heeft en anderzijds dat er een kloof bestaat tussen de kennis en de onderzoeksprojecten van de wetenschappers en de realiteit op het terrein. Bepaalde onderzoekers werken rond deze thema’s maar vaak op een ongecoördineerde en afzonderlijke wijze. De actoren op het terrein in dit domein worden steeds talrijker, sommigen met een eigen expertise, anderen willen graag van start gaan of hebben heel wat ervaring gebaseerd op verschillende innoverende methodes (Ngo’s en vzw’s, landbouwers en ondernemers, gemeenten en “het grote publiek”). Bij deze experimenten kan echter weinig afstand genomen worden omwille van de korte periode waarover ze uitgevoerd worden, aan het tekort aan expertise gezien er weinig kwalitatieve informatie beschikbaar of verspreid is, aan de rem op een goede uitvoering, enz.
Het is dus noodzakelijk dat: 1) er een ontmoetingsplaats komt waar uitwisselingen mogelijk zijn om deze twee polen samen te brengen, 2) er samengewerkt wordt om de noden, de vaardigheden en de mogelijkheden van iedereen te kunnen identificeren, om zo een “gemeenschappelijke kennis” op te kunnen bouwen. Tot slot, bestaat er een groeiende vraag en interesse, waarop tot op heden geen antwoord op geboden wordt, omtrent: 3) het ernstig overwegen om deze thema’s in de academische opleiding van toekomstige Belgische professionals op te nemen (bio-ingenieurs, geografen, enz.). Het bouwen aan gemeenschappelijke kennis rond urbane landbouw is een complex proces. Er moet bij dit proces niet alleen rekening gehouden worden met een grote groep diverse actoren, maar ook met een grote transversaliteit, want urbane landbouw heeft zowel Actiefiche nr. 39 > Atelier : Onderwijs, opleiding, inschakeling + O&I 162
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
betrekking op aspecten uit de “pure wetenschappen” (biologie, chemie, enz.), maar ook op dynamieken uit de sociale antropologie en de economie. Deze kennis is “dynamisch”, want ze houdt enkel steek in een reële context, op het terrein, dat een constante ontwikkeling doormaakt van zijn noden, enz. Dat is de reden waarom de voorgestelde strategie zich baseert op de oprichting van thematische onderzoeks-actiegroepen, die bestaan uit de genoemde actoren uit de intraen peri-urbane landbouw en de uitwerking van transversale onderzoeks-actieprojecten, toegepast in landbouwbedrijven en op reële processen. Deze projecten kunnen : o Toegepast worden van op het niveau van een “landbouwbedrijf” tot op het niveau van het Gewest; o Uitgewerkt worden aan de hand van de opvolging van wat er gedaan wordt tot de experimenten rond nieuwe technieken en methodes, ofwel bij landbouwbedrijven, ofwel op daarvoor uitgeruste experimentele terreinen (ULB, Neerpede-CERIA). Om te antwoorden op de 3 geïdentificeerde noodzaken, stelt deze actiefiche de volgende stappen voor: Een eerste fase die bestaat uit 1) de identificatie en het opstellen van een netwerk van de actoren op het terrein en de academici die werken rond UL via thematische onderzoeks-actiegroepen, om 2) zo te concretiseren via onderzoeksactieprojecten. Dit zal zorgen voor het ontstaan van de eerste groepswerken en het schrijven van de eerste masterproeven (MP), voornamelijk over landbouwkunde. Een tweede fase voor de 3) duurzame integratie van de verworven kennis in de universitaire opleiding, geleidelijk aan mogelijk door het volgen van de logische structuur “groepswerken -> MP -> doctoraatsthesissen -> opname in de universitaire opleiding”. Link met de economische ontwikkeling
Opzetten van een netwerk van deskundige personen-middelen in de landbouwkundige methodes die voortvloeien uit de UL Ondersteunen van de nood aan onderzoek, kennis en expertise die nodig is om de sector van de UL te ontwikkelen en te professionaliseren Kunnen bepalen (met cijfers, betrouwbare gegevens) wat het “productiepotentieel” is van het BHG (intra- en peri-urbaan) op vlak van kwantiteit en op vlak van (levens-)kwaliteit.
Doelstellingen / te verwachten resultaten Voornaamste doelstelling : Ontwikkelen van een urbane landbouw in het BHG die duurzaam is op vlak van de middelen en die bovendien economisch levensvatbaar is. Deze duurzame urbane landbouw moet gebaseerd zijn op een reële expertise en moet een antwoord bieden op de noden en prioriteiten van de actoren op het terrein. Tussentijdse resultaten: Fase 1
Een netwerk van personen/middelen in de UL (academici en mensen op het terrein) wordt opgezet.
Actiefiche nr. 39 > Atelier : Onderwijs, opleiding, inschakeling + O&I 163
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
De actoren van op het terrein die willen starten of zich verder ontwikkelen in de UL worden betrokken en hun noden en prioriteiten in O&O worden geïdentificeerd en geconcretiseerd via de onderzoeks-actieprojecten.
Fase 2
De dynamische kennis van de UL wordt geïntegreerd in de universitaire opleiding. Doelgroep
Soort instrument
Academici en Brusselse en Belgische studenten
Thematische onderzoeks-actiegroepen
Actoren van de UL :
Coördinatie dankzij het aannemen van een coördinator
-
Particulieren (houders van stadstuintjes)
-
Professionals of wie het wil worden (verenigingen, ondernemers)
-
De overheden die hen steunen (gemeentes, missions locales)?
Onderzoeks-actieprojecten De eerste onderzoeks-actieprojecten kunnen deelnemen aan de oproep tot projectvoorstellen “Living Lab” van Innov’Iris en andere subsidiërende overheden
Budget Jaarlijkse schatting : 66.000,- tot 84.000,- EUR: Functie van coördinator 1 VTE(of 4/5) 3.000,- EUR: Werkingskosten (verplaatsingen, enz.) 2.000,- EUR: Organisatie van conferentie(s)/seminarie(s) waar de thematische groepen elkaar kunnen ontmoeten 5.000,- EUR: Organisatie van studiereis/reizen (success stories) 94.000, - EUR : Totaal
Voornaamste activiteiten en deadlines Fase 1 Jaar 1 Okt-Dec 2013 (3 maanden): Identificatie van de betrokken of geïnteresseerde academische actoren uit de urbane landbouw (intra- en peri-urbane) in het BHG en van de actoren op het terrein reeds actief in de UL (urbane landbouw) of die projecten willen opstarten (verenigingen, gemeentes, ondernemers) Jan-Feb 2014 (2 maanden): Opzetten van een netwerk (internationaal en lokaal) en samenstelling van de thematische werkgroepen. Maart-Juni 2014 (4 maanden): Ontwerp van de eerste onderzoeks-actieprojecten en werven van fondsen -> Voorstel van de eerste werken van de universitaire werkgroepen. Juni-Sept 2014 (3 maanden): Goedkeuring van de eerste financieringen (“living lab”, enz.) en opstart van de eerste experimenten die geen investeringen nodig hebben. Jaar 2 Okt 2014 – juli 2015 (10 maanden): Opzetten en start van de eerste projecten, opvolging. Schrijven van de eerste MP.
Actiefiche nr. 39 > Atelier : Onderwijs, opleiding, inschakeling + O&I 164
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Aug – Sept 2015 (2 maanden): Evaluatie van de eerste resultaten. Voorstellen voor doctoraatsthesissen.
Fase 2 (Sept 2015 – Sept 2017) Voortgang van het onderzoek-actie (opvolging van de bestaande thematische groepen, creatie van nieuwe groepen en lancering van nieuwe projecten, enz.) Continue verrijking van de universitaire opleiding “ groepswerken MP doctoraatsthesissen integratie in de universitaire opleiding” (cf. Gedetailleerde bijlage).
Partnership Engagement van actoren : Rol
Actor
Engagement
Piloot
Marjolein Visser
Coördinatie
Co-piloot
Noémie Maughan
Coördinatie
Medewerkers
Début des Haricots vzw
In samenhang met actiefiche 25, deelname aan de thematische groepen, voorbereiden van de terreinen voor experimenten, case studies, enz.
Innov’Iris
Tetra vzw (Claire de Crayencour)
In samenhang met actiefiche 40, Haalbaarheidsstudie: identificatie van de noden voor onderzoek en innovatie, identificatie van en bespreking met mogelijke begunstigden, financieringsmodaliteit, enz. Deelname aan thematische groepen, voorbereiding van de terreinen voor experimenten, case studies, enz.
Te betrekken instellingen: Academici : - ULB : Pierre Meerts, Thomas Drouet, Nausicaa Noret, Charles De Cannière, Eléonore Wolff - UGent : Dirk Reheul, Maarten Roels - UCL : Julie Hermesse - KUL : Erik Matthijs - Andere onderzoekers van de groep GIRAF : Pierre Stassart, Audrey Vankeerberghen, Gaëtan Van Loqueren, Pablo Servigne, Nathalie Erbouts Actoren op het terrein : - Eco-Innovation, Nos Pilifs, het Groen en Blauw Huis, Greenloop - Gemeentes (Gray-Kroonlaan tuin Elsene, Participatieve tuinen van Etterbeek, enz.) - Institut Redouté-Peiffer, afdeling tuinbouw - Projecten Choux de Bruxelles, Abbatoirs, Hippodroom van Bosvoorde, Terra Reversa (Vera Dua) ; Wervel (Jeroen Watté), Ferme du champ des cailles…
Actiefiche nr. 39 > Atelier : Onderwijs, opleiding, inschakeling + O&I 165
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 40
Oprichting van een financieringsprogramma “Living labs in Brussels” om het onderzoek rond en de ontwikkeling van duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan te moedigen en te steunen. ATELIER : ONDERWIJS, OPLEIDING, INSCHAKELING, O&I Functionele link met AF n° 39
Uitvoeringsdatum: Begin : november 2013 einde : december 2014.
PILOOT : INNOVIRIS Beschrijving Innoviris is een instelling van openbaar nut dat als missie heeft de technologische innovatie te promoten en te steunen door het financieren van onderzoeksprojecten en ontwikkelingsprojecten (prototypes) van bedrijven en instellingen die aan onderzoek doen in de regio Brussel. De update in 2012 van het Gewestelijk plan voor Innovatie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vernoemt inderdaad het stimuleren van de “ontwikkeling en innovaties via “living labs”.” Innoviris stelt dus de volgende actie voor: het oprichten van een nieuw steunprogramma voor projecten van het type “Living Lab” voor onderzoek rond en ontwikkeling van duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Figuur 1 - Structuur van de actie "Living lab" Een « Living Lab » (figuur 1) is een actieve structuur samengesteld uit een experimenteel platform waaraan verschillende experimentele onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten worden toegevoegd. Deze structuur zorgt ervoor dat nieuwe technologieën en wetenschappelijke kennis concreet getest en geëvalueerd kunnen worden. Het gaat om een omgeving waar organisaties innoverende technologieën, producten, diensten en concepten kunnen testen in samenwerking met onderzoeksorganisaties (universiteiten, hogescholen en onderzoekscentra). Een representatief staal van individuen kan daarvoor gebruikt worden en deze kunnen onmiddellijk geïntegreerd worden in hun privé omgeving of in hun professioneel kader. De uiteindelijke gebruikers worden dus betrokken in de conceptualisering, het onderzoek en de evaluatie van het volledige innovatieproces.
Actiefiche nr. 40 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
166
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Om de oprichting van de “living labs” voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in de sector van de duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te steunen, stelt Innoviris voor om het steunprogramma “Living labs in Brussels” op te starten. Ter illustratie zou Innoviris bijvoorbeeld twee living labs kunnen steunen, één voor een landbouwproject in volle grond (actief platform 1), waaraan verschillende analyses zouden kunnen worden gekoppeld zoals een agronomische (project 1), een analyse van het ecosysteem (project 2) en een economische analyse (project 3). Daarnaast een tweede bovengronds landbouwproject (actief platform 2), waaraan andere soorten onderzoeks- of ontwikkelingsprojecten zouden kunnen worden gekoppeld. Om dit programma op te kunnen opzetten, zal Innoviris een proces volgen dat bestaat uit 2 fases. Een voorbereidende fase en een uitvoeringsfase. 1 Voorbereidende fase. De voorbereidingsfase heeft als doelstelling het operationeel maken van het financieringsmiddel (“living labs in Brussels”). Deze fase bevat twee studies : 1.1
een studie over de praktische modaliteiten van het financieringsprogramma “living lab in Brussels”. Tot op vandaag beschikt Innoviris niet over een programma dat toestaat om via één zelfde actie de verschillende actoren van een living lab te subsidiëren (bedrijven, universiteiten, vzw’s en gemeenten). Het zal met name belangrijk zijn om de precieze modaliteiten en de legale basis voor de financiering van vzw’s en gemeentes te bepalen. Deze studie zal voornamelijk uitgevoerd worden door Innoviris, steunend op nauwlettende adviezen voornamelijk voor de juridische aangelegenheden.
Laat het duidelijk zijn dat de resultaten van deze studie het kader van dit programma rond duurzame voeding zal gaan bepalen, maar ook dat van toekomstige programma’s “living lab in Brussels”, die Innoviris zal voorstellen in andere sectoren. 1.2
een studie rond benchmarking, een identificatie van de nood aan onderzoek en innovatie, een identificatie van en een gesprek met de belangrijkste actoren en een evaluatie van de mogelijkheden op het vlak van economische valorisatie. Het resultaat van deze studie zal onder andere een lijst met mogelijke “living labs” zijn. De studie zal er ook voor zorgen dat het duidelijk wordt hoe de procedure voor de oproep tot projectvoorstellen er moet uitzien. Deze studie zal geleid worden door Innoviris, maar de uitvoering ervan zal uitgegeven worden.
2 Uitvoeringsfase. Op basis van de resultaten van de haalbaarheidsstudie die werd uitgevoerd tijdens de voorbereidende fase, en indien die resultaten overtuigend zijn, zal Innoviris een operationeel voorstel formuleren, dat de vorm van een projectoproep kan aannemen, en eventueel de opstelling van gerichte projecten begeleiden en de ingestuurde projecten selecteren. Link met de economische ontwikkeling De innovaties en onderzoeksactiviteiten, uitgevoerd in het kader van de financieringsprogramma’s die zullen worden geëvalueerd, zullen moeten inzetten op de economische, sociale en ecologische ontwikkeling van het BHG. Doelstellingen / te verwachten resultaten Oprichting van een financieringsprogramma “Living labs” om onderzoek rond en de ontwikkeling van duurzame voeding in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te steunen en aan te moedigen. Doelgroep
Soort instrument
Gemeenten
Subsidies voor onderzoek en ontwikkeling
Openbare instellingen
Actiefiche nr. 40 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
167
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Vzw’s Bedrijven Universiteiten, hogescholen, onderzoekscentra Budget In functie van de resultaten van de haalbaarheidsstudie :
Voornaamste activiteiten en deadlines 1. Bepaling van de voorwaarden voor de oproep tot projectvoorstellen, waaronder de wettelijke basis. November-februari 2013. 2. Haalbaarheid : benchmarking, identificatie van de nood aan onderzoek en innovatie, identificatie van en bespreking met mogelijke begunstigden, analyse van de aspecten van economische valorisatie, enz. November 2013- februari 2014. 3. Lancering van de oproep tot projectvoorstellen. Maart 2014. 4. Opstelling van de projecten. April-juli 2014. 5. Evaluatie en selectie van de projecten. September-november 2014 6. Start van de projecten. Januari 2015. Partnership Engagement van de actoren : Rol
Actor
Piloot
INNOVIRIS
Te betrekken instellingen: De lijst van te betrekken instellingen zal worden verduidelijkt in het kader van de eerste fase van de haalbaarheidsstudie. Als aanwijzing, hieronder een eerste lijst van instellingen die waarschijnlijk betrokken zullen worden : -
Het kabinet van minister Fremault BE Consultancy bureau gespecialiseerd in de sector GOMB Universiteiten, hogescholen en onderzoekscentra
Actiefiche nr. 40 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
168
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 41
Basismodule duurzame voeding ATELIER: ONDERWIJS – OPLEIDING – INSCHAKELING / O&I Link met AF PILOTEN : HAUTE ECOLE LUCIA DE BROUCKERE – CIRIHA (CENTRE D’INFORMATION ET DE RECHERCHE SUR LES INTOLERANCES ET L’HYGIENE ALIMENTAIRES)
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF /
Duur van de uitvoering: 7 maanden (vakanties niet inbegrepen)
Beschrijving Algemene doelstelling: Oprichten van een opleidingsmodule voor professionelen, leerkrachten, leerlingen, leerjongens en –meisjes, werkzoekenden. Specifieke objectieven: de opleidingsmodule moet worden opgenomen in: o het programma voor permanente vorming van leerkrachten o de praktijklessen van de leerlingen tijdens de opleiding en stages o permanente vorming van arbeiders o opleiding voor professionele integratie van werkzoekenden o het aanbod van opleidingen voor zelfstandigheden. Verband met de economische ontwikkeling De opleiding moet worden opgebouwd in functie van de bezorgdheden en de realiteit van de bedrijven. Het doelpubliek zal tijdens de opleidingen de nodige hulpmiddelen toegereikt krijgen om: hun middelen optimaal te beheren de leveranciers te kiezen de producten te kiezen (lokale, seizoensgebonden, bio, streekgebonden) een seizoensgebonden menu op te stellen een financieel interessant menu op te stellen afval en verspilling te beheren Op rationele wijze met kwaliteitsvolle verse producten werken kan een manier zijn om een antwoord te bieden aan de steeds grotere eisen van de klanten en tegelijk de kosten te beheersen.
Doelstellingen en verwachtingen van de actie 1. Een inventaris opstellen van de reeds bestaande opleidingen die met deze module kan aangevuld worden. 2. Een opleidingsprogramma opstellen in samenwerking met een chef die de realiteit goed kent en die reeds werkt volgens de principes van duurzaamheid. Op die manier probeert men zo dicht mogelijkheid bij de behoeften van het bedrijfsleven te komen
Actiefiche n° 41 > Atelier: Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I
169
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
en kan men concreet over « duurzame voeding » spreken, realistische voorstellen doen die bruikbaar zijn in het bedrijfsleven. De opleiding is dus zeer praktijkgericht en gebruikt bestaande situaties. 3. De aanpak moet worden aangepast in functie van het doelpubliek. 4. Informatie wordt verspreid in functie van het doelpubliek a. b. c. d.
Conferentiecentra; Fonds voor beroepsopleidingen – Horeca Formation Bruxelles Verschillende onderwijsnetten + IFC ; Organisaties rond inschakeling
5. Realisatie van opleidingen Doelgroep
Soort instrument
Werkzoekenden die ingeschreven zijn voor professionele opleidingen voor keuken en zaal Arbeiders via opleidingen binnen de sector voor voortgezette vorming Bedrijfsleiders in de Horeca via het aanbod van opleidingen voor de middenstand Leerlingen en leerjongens en -meisjes Praktijkleerkrachten Hotel - Voeding Leerkrachten Algemene keuken Budget -
Inventaris van het bestaande aanbod opleidingen Zoeken naar professionelen in Duurzame Voeding
Taken
Aantal dagen
Schatting
Inventaris van het bestaande aanbod opleidingen 2
558,00 € projectverantwoordelijke
Zoeken naar professionelen in Duurzame Voeding Ontwikkeling van het programma van de opleidingen
6
1 674,00 €
projectverantwoordelijke
6
1 674,00 €
projectverantwoordelijke
Opstarten van pilootprojecten Informatieverspreiding
5
1 395,00 €
projectverantwoordelijke
4
1 116,00 €
projectverantwoordelijke
Actiefiche n° 41 > Atelier: Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I
170
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Kostprijs voor 5 pilootopleidingen (5 x verschillend doelpubliek) TOTAAL
-
-
2
11 616,00 €
Leerkracht
18 033,00 €
Ontwikkeling van het programma van de opleidingen: o Gedetailleerde pedagogische doelstellingen o Exacte inhoud o Aangepaste pedagogie in functie van het doelpubliek Opstarten van pilootprojecten Informatieverspreiding door Horeca Be Pro ten gunste van bovenvernoemd doelpubliek.
BioForum treedt op als consulent in Duurzame Voeding * voor de realisatie van het gedeelte « Ontwikkeling van het programma van de opleidingen ». Het overeengekomen tarief hiervoor is: 3 dagen aan 480 €/dag. Dit maakt een totaalbedrag van 1440 €, bij te voegen aan het budget. Deze consultancy moet ervoor zorgen dat de basisprincipes van duurzame voeding worden gegeven in de type-opleidingen en dat er een uitwisseling en toegevoegde waarde van contacten en ervaringen rond dit thema plaatsvindt. * er wordt een speciale overeenkomst voorzien tussen beide partijen, geldig voor een specifieke opdracht in het onderdeel « Ontwikkeling van het programma van de opleidingen ». Partnership Engagement de actoren: Rol
Actor
Mondeling engagement
Piloot
Horeca Be Pro
Ja
Medewerkers
Haute Ecole Lucia de Brouckère / CIRIHA
Ja
IFP – De Heer J.D. Hennebert
Ja
BioForum Wallonie
Ja
Bruxelles Formation BIM
Actiefiche n° 41 > Atelier: Onderwijs, Opleiding, Inschakeling / O&I
171
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 43 Integreren van de specificiteiten van DV in de opleidingen van het netwerk van de middenklasse voor werknemers en bedrijven uit de voedingsgerelateerde sector ATELIER: INSCHAKELING, OPLEIDING, ONDERWIJS, O&I Functionele link met fiche n° 44 PILOOT : EFPME Link Begin : Fiche n° 41
Duur uitvoering : Hangt af van de afloop van fiche nr. 41
Beschrijving Rekening houden met duurzame voeding bij de opleidingen voor bedrijfsleiders afgestudeerd aan de EFP hangt af van de aanpassing van de inhoud van de bestaande opleidingen. De inzet bestaat er dus in om de assen gedefinieerd in fiche nr. 41 in de praktijk te brengen, eerst en vooral voor de beroepsprofielen en de opleidingen uitgewerkt door de SFMQ (deze profielen zouden dan als basis dienen voor alle operatoren uit de opleidingssector en de partners in het onderwijs van de SFMQ) en vervolgens voor de opleidingsprogramma’s van de EFP en de IFAPME-centra. Link met de economische ontwikkeling In de veronderstelling dat de Brusselse economische markt (waaronder de arbeidsmarkt) evolueert in de richting van duurzame voeding, zullen de mensen die een aangepaste opleiding hebben gevolgd een aanzienlijk concurrentieel voordeel genieten. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie 1. aanpassing van de opleiding 2. opstart van basisopleidingen rond de duurzame aanpak voor voeding Doelgroep Verantwoordelijken voor de opleiding tot bedrijfsleider “restaurantwezen”, “catering”
Soort instrument Opleidings- en beroepsprofielen, inhoud van de opleiding
Budget Geen budget gevraagd
Actiefiche nr. 43 > Atelier: Inschakeling opleiding onderwijs / O&I
172
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Voornaamste activiteiten en deadlines 1. Zodra fiche nr. 41 is afgerond en op voorwaarde dat de bestaande inhoud niet in gevaar wordt gebracht, kunnen de voorschriften uit fiche nr. 41 geïntegreerd worden in de opleidingen voor bedrijfsleiders “restaurantwezen” en “catering”. 2. Verdeling van de conclusies uit fiche nr. 41 aan de actoren uit de opleidingssector (SFMQ, Altis, SFPME, IFAPME) om hen ertoe aan te zetten deze aanbevelingen om te zetten. Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
EFP
Bijdrage bij de aanpassing van de opleiding
Medewerker
Te bepalen
…
Te betrekken instellingen: -
SFPME, ALTIS, SFMQ, IFAPME
Actiefiche nr. 43 > Atelier: Inschakeling opleiding onderwijs / O&I
173
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
ACTIEFICHE 44
Basismodule voor duurzame voeding (DV) Ontwerp van opleidingen voor het onderwijzend personeel en de opleiders ATELIER : ONDERWIJS – OPLEIDING – INSCHAKELING / 0&I PILOOT: HAUTE ECOLE LUCIA DE BROUCKERE / CIRIHA (CENTRE D’INFORMATION ET DE RECHERCHE SUR LES INTOLERANCES ET L’HYGIENE ALIMENTAIRES)-
Link met AF 41 en 49
Duur van uitvoering 8 maanden
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF /
Beschrijving Algemene doelstelling : Sensibiliseren van leerkrachten en opleiders rond integratie van het concept van DV tijdens de lessen algemene vorming of andere opleidingssituaties (praktijkwerk). Specifieke doelstellingen : Ontwerpen van een aangepaste opleidingsmodule DV voor het onderwijzend personeel; Integreren van de inhoud van deze opleidingsmodule in het studiepakket van de leerkrachten secundair onderwijs, georganiseerd door de bevoegde instanties van de verschillende netwerken. Verband met de economische ontwikkeling De opleidingen voor de voedingsberoepen afstemmen op de eisen van het werkterrein zodat: er uitmuntendheidspolen kunnen gevormd worden van voedingsberoepen binnen de bestaande onderwijsinstellingen; pertinente bekwaamheidscompetenties verworven worden door leerlingen en studenten waardoor hun kans op tewerkstelling toeneemt. De integratie van het concept DV in de opleidingen Personenzorg (kinderopvang, familiehulp,…) heeft als belangrijkste doelstelling de burger te sensibiliseren en zal een (indirecte) impact hebben op de economische ontwikkeling (duurzame aankopen). Doelstellingen en verwachtingen van de actie 1. In kaart brengen van de mogelijke interventieniveaus. a. Vastleggen van de behoeftes i. Vindt men duurzaamheid en DV terug in de profielen van de voedingsberoepen en in hun opleiding? ii. Bestaan er acties of middelen of opleidingen/sensibilisering, al dan niet geformaliseerd, rond DV voor de leerkrachten en de opleiders? b. Bepalen op welk niveau DV zo gunstig en efficiënt mogelijk te introduceren (basisopties secundair onderwijs, bekwaamheidsreferenties, inventariseren van opleidingsinstellingen voor permanente vorming, …) 2. Bepalen van een of meerdere opleidingsmodules in functie van de geïdentificeerde behoeftes:
Actiefiche n° 44 > Atelier: Onderwijs – Opleiding – Inschakeling / O&I
174
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
a. Bepalen van de inhoud van de in te richten opleiding(en), rekening houdend met het doelpubliek en in samenwerking met de actiefiches 41 en 49 b. Op basis van het onderzoek van de fiches betreffende de activiteiten die kunnen gebruikt worden in de klassen of tijdens ateliers over milieuzorg en duurzame ontwikkeling, materiaal en/of opleiding/ sensibilisering die werden opgetekend onder punt 1 en als resultaat van eigen ervaring (actiefiches 44 en 49). 3. Voorbereiding van de verschillende opleidingen en van middelen in samenwerking met onze medewerkers en gebaseerd op de actiefiches 41 en 49 a. Middelen en methode worden uitgekozen b. Bestaande middelen worden uitgekozen en eventueel aangepast 4. Informatie wordt verspreid via de referentiekanalen van de verschillende netwerken a. Bestaande opleidingsorganen van de verschillende netwerken en tussen de netwerken, opgenomen in de opleidingencatalogi (FWB-SeGEC-CPEONSFELSI) ; b. Vestigingsdirecties via hun inrichtende macht c. Relevante milieufiches (Ere: Espace Rural et Environnement) of via de gespecialiseerde onderwijspers d. Opleidingsinstellingen die opleidingen organiseren betreffende voedingsberoepen (IFC, HORECA, CAF-Forcar, FCC, IFP,…). 5. Verwezenlijking van enkele opleidingen Doelgroep
Instrument
Leerkrachten algemene en praktijkvakken. Postbedeling Instellingen die de gegroepeerde basisopties geven in sector 4 : Hotelbedrijf-Voeding, sector 8 : Personenzorg, sector 9 : Toegepaste Gesprekken wetenschappen, enz. Budget In kaart brengen van de mogelijke interventieniveaus 20 dagen Bepalen van een of meerdere opleidingsmodules in functie van de geïdentificeerde behoeftes 2 dagen Voorbereiding van de verschillende opleidingen en van materiaal 8 dagen Informatie wordt verspreid 2 dagen Verwezenlijking van enkele opleidingen 2 dagen Coördinatie van het project (vergaderingen, wachttijden, contacten met medewerkers, centraliseren van informatie, schrijven van verslagen,…) lobbying door actoren (1/2 dag / week) 18 dagen Secretariaatskosten (posters, post, maaltijden, opleidingsmateriaal,…) 2000 € Influences végétales (investering in tijd en transport) 4100 € Bioforum Wallonie - Bruxelles 1440 € Instituut E. Gryzon 4000 € Instituut R. Lambion 4000 € Budget : Deeltijds dieetkundige 18 000 € (niet onderworpen aan BTW) Coördinatie 10 800 € (niet onderworpen aan BTW) + Secretariaatskosten + Influences végétales + Bioforum + Instituut E. Gryzon + Instituut R. Lambion 15 340 € Totaal : € 44 140
Actiefiche n° 44 > Atelier: Onderwijs – Opleiding – Inschakeling / O&I
175
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
Belangrijkste activiteiten en deadlines Periode (in maanden) (begin/einde) 0-3 maanden 2,5- 4 maanden
Werkduur
Taken
20 dagen 10 dagen
In kaart brengen van de mogelijke interventieniveaus Bepalen van een of meerdere opleidingsmodules in functie van de geïdentificeerde behoeftes en ze voorbereiden Informatie wordt verspreid Verwezenlijking van enkele opleidingen Coördinatie van het project
3,5 – 7 maanden 2 dagen 5 – 8 maanden 2 dagen 0-8 maanden Opmerking: de vakanties werden niet in de planning opgenomen.
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actoren
Engagement
Piloot
Haute Ecole Lucia de Brouckère / CIRIHA (Centre
Coördinatie actiefiche
d’Information et de Recherche sur les Intolérances et l’Hygiène Alimentaires)
De heer Patrick Dysseler – Mevrouw Ghislaine Dufourny Medewerker
Rencontre des continents
Deelname aan project (punt 2)
Horeca Ne Pro – Mevrouw V. Demont
Deelname aan project (punt 2)
Vertegenwoordiger van het Kabinet van Mevrouw de Minister Marie-Martine Schyns : Monsieur Patrick Beaudelot
Projectondersteuning en -sturing
Instituut E. Gryzon – De heer G. Kinart
Ondersteuning en deelname aan project (punten 1-2-4)
Instituut R. Lambion – Mevrouw C. Cuppens
Ondersteuning en deelname aan project (punten 1-2-4)
Bioforum Wallonië - Mevrouw Dekoninck (+ zie opmerking verder)
Bioforum zal werken als consultant* in Duurzame Voeding voor het realiseren van fase 2a. Volgend tarief wordt hiervoor voorzien: 3 dagen aan 480€/dag, voor een totaalbedrag van 1440€. De integratie van de criteria van Duurzame Voeding moet via deze consultancy verzekerd worden in de standaardmodule. Ook moeten er contacten en ervaring aangebracht worden betreffende deze opleidingsthema’s * de consultancy wordt bepaald door een onderlinge conventie tussen beide partijen voor een welbepaalde prestatie binnen fase 2a
Influences-végétales – Mevrouw Sylvie Deschampheleire
Actieve deelname aan het project (punten 2-3-5). In totaal zo’n 80u = dienstverlening van 4000€ (+ verplaatsingskosten)
Bruxelles environnement Mevrouw J. De Ridder
Actieve deelname aan het project (punt 2). Budget en timing ingerekend in arbeidstijd.
Te betrekken instellingen: Burgercel en Duurzame Ontwikkeling binnen de FWB cel duurzame ontwikkeling (De heer E. Rifaut) Onderwijsnetten / Organisatorische macht van de scholen / de scholen Opleidingsinstellingen : IFAPME – SFPME – HORECA – IFP / IFC / … Actiefiche n° 44 > Atelier: Onderwijs – Opleiding – Inschakeling / O&I
176
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
ACTIEFICHE 45
De opleidingen verruimen + de opleidingen in UL (urbane landbouw) onder één koepel brengen om tot een gemeenschappelijk programma te komen ATELIER: ONDERWIJS OPLEIDING INSCHAKELING / O&I
PILOTEN: MISSION LOCALE ELSENE & ETTERBEEK
Functionele link met AF’s n° 23 en 49 en 51 Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Uitvoeringsdatum: Herfst 2013 - eind 2014 (en eventueel langer indien het programma verlengd wordt…)
Voorwoord Strategische tabel voor de verdeling van de fiches, op basis van fiche 45 Deze actiefiche is gelinkt aan de actiefiches 23, 49 en 51. Gemeenschappelijke basis (AF 49)
- Rencontre des Continents - Groupe One / Village Partenaire Informatiesessie “de beroepen binnen de Duurzame Voeding” + basisopleiding over de beroepen binnen de sector van de - Missions Locales (Elsene, StDuurzame Voeding Gillis, Etterbeek) Groupe One / Village Partenaire (AF 23)
Begeleiding van projecthouders van de projecten rond sociale economie en duurzame voeding. (Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Specifieke begeleiding Mission Locale Elsene & Etterbeek (AF 45)
Uitgebreide opleiding rond DV, aangevuld met een dimensie “animatie” voor de “socioprofessionele inschakelingsprofielen”. (Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Rencontre des Continents (AF 51)
Opleiding van toekomstige opvoeders/opleiders/animators van duurzame voeding. (Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Elke structuur kan tussenkomen in de AF van de anderen voor een specifieke module
Gemeenschappelijke coördinatie van de tussentijdse fase en de opvolging (AF 49) - Rencontre des Continents > Professionele balans na 6 maanden - Groupe One / Village Partenaire > Professionele oriëntatie - Missions Locales (Elsene, St-Gillis, > Verdeling van de middelen Etterbeek) > Oprichten netwerk Groupe One / Village Partenaire Mission Locale Elsene & Etterbeek Rencontre des Continents (AF 23) (AF 45) (AF 51)
Uitvoering van het project rond Tewerkstelling in een project Tewerkstelling of lancering sociale economie door de uitgewerkt door de van een associatief project projecthouder projecthouder of in een associatief project
Actiefiche nr. 45 > Atelier: Inschakeling, opleiding, onderwijs / O&I
177
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
Beschrijving De verschillende bestaande opleidingen over Urbane Landbouw en Duurzame Voeding coherent op elkaar afstemmen; samenwerken om een overkoepelende en gemeenschappelijke initiatiemodule rond DV op te zetten (zie fiche 41) en een beroepsopleidingsprogramma opzetten/uitbreiden in de ecologische Tuinbouw voor laaggeschoolde werkzoekenden (mensen in beroepsinschakeling). Om bestaande opleidingen op elkaar te kunnen afstemmen moet er een inventaris van de acties worden gemaakt. Op dit ogenblik kunnen wij al stellen dat de volgende vormingsactoren en -operatoren hierbij betrokken zouden moeten worden: - Mission locale van Sint-Gillis - De vereniging “Rencontre des Continents” - La Maison verte et bleue (te bevestigen) - De gemeente Etterbeek Verschillende van deze actoren zouden geïnteresseerd zijn in het organiseren gemeenschappelijke informatiesessies over beroepen en opleidingen op het gebied van en tonen ook interesse voor de overkoepelende initiatiemodule over DV in het licht actiefiche 49 (piloot: “Recontre des continents”). Dit project draagt bij tot de verruiming de opleidingen die hier worden vermeld.
van DV, van van
In 2014 zou het bestaande programma uitgebreid worden met een opleiding in de ecologische tuinbouw die in 2013 werd gehouden door Mission Locale Elsene en Etterbeek en door Bruxelles Formation en het Europees Sociaal Fonds werden gefinancierd (630 + 152u). Het zou de bedoeling zijn om deze opleiding verder aan te vullen vanuit twee extra assen. Op die manier kan aan de vraag van de markt en van de actoren uit het verenigingsleven worden voldaan. - Animatie - opleiding op basis van de “tuin” tool; - De ondernemerszin ontwikkelen (beheer…); afstemmen op fiche 49 (Rencontre des Continents): nog niet gebudgetteerd in deze versie. Link met de economische ontwikkeling Polyvalente vaardigheden ontplooien waardoor werknemers in verschillende activiteiten van de waardeketen kunnen worden ingeschakeld: van de productie tot de verkoop, ook activiteiten uitvoeren zoals die van animator, raadgever (particulieren, ondernemingen en grootkeukens) en gids (parcours in de natuur, stedelijke moestuintjes,…). Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie De bestaande opleidingsmogelijkheden inzake DV en UL verduidelijken, zowel voor de werkzoekenden als voor de actoren uit het verenigingsleven en de overheid; bruggen slaan en de verschillende “sectorspecifieke” parcours versterken door aanvullende opleidingen aan te bieden die niet met elkaar in concurrentie treden. Ervoor zorgen dat er in de opleiding tuinbouw plaats is voor polyvalente vaardigheden waardoor mensen economisch sterker staan, dat er ook knowhow en technieken worden aangeleerd om mensen te sensibiliseren, en werken aan een verantwoordelijker consumptiepatroon.
Actiefiche nr. 45 > Atelier: Inschakeling, opleiding, onderwijs / O&I
178
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
Doelgroep
Soort instrument
Werkzoekenden, projectdragers
Coördinatie
Actoren uit de verenigings- en opleidingssector
Regelgeving/specificatie Beroepsopleiding Begeleiding op het vlak van socioprofessionele inschakeling
Budget 350u extra opleiding (animatie met verkrijgen van getuigschrift en basis bedrijfsbeheer) in vergelijking met het huidige programma: Personeelskosten: 31.680 € animatie: 350u x 70€/u = 24.500 € voorbereiding & organisatie (20 werkdagen / opleidingscyclus): 4.300 € coördinatie: 10% van (24.500 € + 4.300 €) : 2.880 € Beheer en extra werkingskosten voor de Missions locales: 20% van 31.680 €, ofwel 6.336 € Kosten voor stagiaires: 12 stagiaires x 1.20 € x 350u: 5.040 € Activiteiten rond inventarisering en networking: 2.000 € TOTAAL= 45.056 € Voornaamste activiteiten en deadlines -
De bestaande acties inventariseren en de reikwijdte van elke opleiding bepalen: eind oktober 2013
-
Het bepalen van de inhoud, het aantal tijdseenheden, het op elkaar afstemmen, het pedagogische programma: december 2013
-
Opstarten van de gemeenschappelijke basis: januari-februari 2014 (zie AF 55/44)
-
Beroepsopleiding in ecologische tuinbouw: maart 2014 tot november 2014
-
Opleidingsmodule tot animator in UL: vanaf april 2014
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Mission locale van Elsene en Etterbeek
Een korte inventaris opmaken van de opleidingsacties omtrent DV, en een opleiding in ecologische tuinbouw tot een goed einde brengen waarin plaats is voor een as “animatie en opleiding inzake het leefmilieu” en een as “ondernemerschap en beheer".
Actiefiche nr. 45 > Atelier: Inschakeling, opleiding, onderwijs / O&I
179
Alliantie Werkgelegenheid – Leefmilieu - Duurzame voeding
Copilotering Medewerkers
Le Début des Haricots Rencontres des continents
-
Meehelpen aan het opzetten van een coherent parcours en een gestructureerd en duidelijk opleidingsaanbod voor werkzoekenden en Brusselse projectdragers in de UL, en dit op termijn ook uitbreiden naar DV.
Mission Locale van Sint-Gilles
-
Oriëntering van de doelgroep voor socioprofessionele inschakeling.
-
Het opleidingsprogramma mee helpen uit te bouwen.
-
Begeleiding en beroepsoriëntering na de opleiding.
-
Opstellen van de module “animatie in de SL” in samenwerking met alle medewerkers.
CEMEA
Te betrekken instellingen: - vzw “le crabe” - Eco-innovation - Tetra/ Deltae - Institut Redouté Peiffer - La Maison Verte et Bleue
Actiefiche nr. 45 > Atelier: Inschakeling, opleiding, onderwijs / O&I
180
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 46 Bestuderen van de mogelijkheid tot het oprichten van een pilootopleiding in ondernemerschap rond DV ATELIER : INSCHAKELING, OPLEIDING, ONDERWIJS / O&I Functionele link met fiche n°: / PILOOT : EFPME
Duur uitvoering: 1 jaar
Begin : november 2013 Einde : november 2014
Beschrijving
De ontwikkeling van een sector die zich toespitst op duurzame voeding hangt af van de ondernemerscapaciteiten van de mensen die willen gaan ondernemen in dit domein. De partners uit fiche nr. 46 zullen de mogelijkheid evalueren om een specifieke opleiding op te starten voor ondernemerschap in de sector van de duurzame voeding en desgevallend ook de grote lijnen uitstippelen die in dezelfde lijn liggen als de acties uit andere fiches rond duurzame voeding. Ten laatste zullen zij ook de mogelijke actoren identificeren die een rol kunnen spelen bij het uitwerken van dit project. Link met de economische ontwikkeling
In de veronderstelling dat de Brusselse economische markt (waaronder de arbeidsmarkt) evolueert in de richting van duurzame voeding, zullen de mensen die een aangepaste opleiding hebben gevolgd een aanzienlijk concurrentieel voordeel genieten. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie
1. Analyseren van de mogelijkheid en de haalbaarheid van één of meerdere opleiding(en) rond ondernemerschap in de sector van de duurzame voeding 2. De grote lijnen van een dergelijke opleiding uitstippelen 3. Partnerships ontwikkelen tussen actoren in de opleidingssector voor de opstart van een pilootproject.
Doelgroep Ondernemers in de sector van de duurzame voeding
Actiefiche nr. 46 > Atelier : Inschakeling opleiding onderwijs / O&I
Soort instrument Programma van de opleiding
181
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Budget
5000 € Voornaamste activiteiten en deadlines
1. Vergaderingen waar nagedacht zal worden over mogelijkheid en haalbaarheid van specifieke opleidingen. 2. Opstelling van een rapport. Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
EFP
Coördinatie van de fiche en opstelling van het eindrapport
Mogelijke medewerkers
…
Te betrekken instellingen: -
Food Design, rencontre des continents, début des haricots, Greenloop, Faculteit landbouwkunde van de ULB (Marjolein Visser)
Actiefiche nr. 46 > Atelier : Inschakeling opleiding onderwijs / O&I
182
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 47
Beroep doen op aangepast werk aanmoedigen m.b.t de verwerking en toelevering van duurzame voedingsmiddelen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ATELIER: ONDERWIJS – OPLEIDING – INSCHAKELING / O&I
Link met AF PILOOT: FEBRAP
Duur van uitvoering : 1 jaar
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF /
Beschrijving Context: De Brusselse Beschutte Werkplaatsen bieden werk aan 1450 mensen die leven met een handicap en aan 400 bekwame begeleiders. Een tekort aan handenarbeid zorgt er sinds enkele jaren voor dat de sector al een tijdje in de problemen zit. Men vreest voor de werkzekerheid van mensen die leven met een handicap. De economische werkloosheid is de laatste drie jaar en sinds het ontstaan van de Beschutte Werkplaatsen nog nooit zo hoog geweest. Dit feit is belangrijk voor onze structuur omdat tewerkstelling van personen die leven met een handicap ons hoofddoel is. De beschutte Werkplaatsen zijn dus op zoek naar nieuwe activiteiten. De vzw’s zijn reeds op zoek naar nieuwe professionele activiteiten om zich daarin te kunnen specialiseren en zodoende een globaal en technisch aanbod aan hun klanten te kunnen bieden. In tijden van crisis is het echter moeilijk om eerlijke concurrentie te kunnen voeren en exclusief te blijven. Sommige werkplaatsen werden al aangepast om een betere productiviteit te hebben door hun meest bekwame werknemers te selecteren en/of door gedeeltelijk te mechaniseren. De zwakste werknemers worden op deze manier buiten spel gezet, terwijl ze eigenlijk de hoofdreden van bestaan zijn voor de Beschutte Werkplaatsen. Nieuwe beroepen met betrekking tot de verwerking, voorbereiding en levering van duurzame voeding zouden ALLE mensen met een handicap aan het werk kunnen zetten, zelfs de minst autonome (bijvoorbeeld: Werk en Leven en Ferme Nos Pilifs). Voorziene acties: Deze nieuwe activiteiten of core business hebben zichtbaarheid nodig om voldoende werkvolume te voorzien en verschillende ploegen aan het werk kunnen (blijven) stellen. De overwogen acties hebben tot doel verscheidene informatiekanalen te creëren of aan te wenden om een coherente communicatiestrategie te voeren naar de professionelen uit de HoReCa en uit de duurzame voedingssector. Voorbeelden van activiteiten die gelinkt kunnen worden aan duurzame voeding gericht naar de doelgroep (HoReCa en producenten) en die zichtbaarheid vereist.
Fiche action n° 47 > Atelier: Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
183
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
- bio vroegmarkt voor professionelen uit de HoReCa (Ferme Nos Pilifs) - punctuele of structurele manuele hulp voor infrastructuur (keukens) van traiteurs en restauranthouders (Travail et Vie) - creatie en onderhoud van stadsmoestuinen (4 Beschutte Werkplaatsen doen aan tuinbouw) Middelen: - Opstarten van een Newsletter rond het thema « Duurzame voeding en Beschutte Werkplaatsen ». FEBRAP beschikt over een kwalitatieve lijst van 1000 Brusselse besluitvormers (vertegenwoordigers van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen MVW, besluitvormers betreffende publieke markten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en particulieren die begaan zijn met werk en handicap). Allen zullen ze twee tot drie keer per jaar een Newsletter krijgen rond de activiteiten van de Brusselse Beschutte Werkplaatsen. Deze contactlijst kan aangevuld worden met de mailadressen van het doelpubliek (professionelen uit HoReCa en productie van duurzame voeding). - Creatie van een online-video (NL/FR) rond het aanbod van de Beschutte Werkplaatsen m.b.t. duurzame voeding (verspreid via de newsletter en geplaatst op Dailymotion, Youtube, onsadapte.be, sociale netwerken – Facebook-pagina van de FEBRAP en Twitter – en op de websites van de betrokken Beschutte Werkplaatsen). - Aanpassing van de website van de federatie (NL/FR): - update en integratie van de nieuwe activiteiten rond duurzame voeding door de leden van de FEBRAP via de zoekmachine; - integratie van de online-video (de video is « zwaar » en heeft invloed op de ranking bij het gebruiken van een zoekmachine). - Aanpassing van de websites (NL/FR) van de federatie - zodat de online-video en ander promotiemateriaal rond duurzame voeding kan geïntegreerd worden van de leden van Febrap: -
website www.travie.be, website www.fermenospilifs.be, website van de 4 Beschutte Werkplaatsen die aan tuinbouw doen (moestuinen).
- Online verwijzing op de zoekmachines via Adwords Google (NL/FR). - Ontwerp van grafisch promotiemateriaal (NL/FR) om promotieplatforms te voeden (websites, voorstellingen, materiaal voor beurzen) rond mogelijkheden met de Brusselse Beschutte Werkplaatsen. - Aanwezigheid op evenementen rond duurzame voeding en speciaal daarvoor gemaakt promotiemateriaal (NL/FR). - Organisatie van een originele happening rond « duurzame voeding » om de schakel tussen Producent > Beschutte Werkplaats > Consument duidelijk te maken (NL/FR). - Andere promotiecampagnes binnen het professioneel circuit, in functie van de mogelijkheden die zich aanbieden (nog te bepalen bij de uitwerking van de communicatiestrategie).
Fiche action n° 47 > Atelier: Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
184
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Link met de economische ontwikkeling Deze actiefiche dient om de aangeboden diensten rond duurzame voeding van de Brusselse Beschutte Werkplaatsen te leren kennen, hun activiteiten te kunnen versterken zodat zij blijvend werk kunnen verschaffen aan de zwakste die leven met een handicap. Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie 1/ Behoud van tewerkstelling voor de arbeiders van de Brusselse Beschutte Werkplaatsen, die momenteel werken in sectoren die structureel lijden onder de crisis: men hoopt 20 arbeiders met een handicap te kunnen tewerkstellen in de nieuwe sector. 2/ Tewerkstellen van werklozen. Een verhoging en specialisatie van het werkvolume kan leiden tot het aannemen van arbeiders met een handicap en begeleiders met specifieke bekwaamheden. Doelgroep -
Restaurants (gewone en sociale)
-
Grootkeukens
-
Soort instrument
Partners in duurzame voeding die lokaal verwerkte producten willen aanbieden
-
Traiteurs
-
Producenten
Budget Onderhoud van de Database newsletter + ontwerp newsletter : Online-video : Aanpassing websites: Adwords campagne : Ontwerp en grafisch materiaal:
1.500 € 2.000 € 1.000 € 8.000 € 4.000 €
Origineel event :
9.500 €
Totaal : 26.000 euro Voornaamste activiteiten en deadlines Goedkeuring van de Actiefiche door de regering + 1 maand = afwerking van de communicatiestrategie (operationeel gedeelte) + 3 maanden = afwerking van het charter en van het grafisch ontwerp voor de uitwerking van het promotiemateriaal + 5 maanden = realisatie van de online-video + verspreiding van alle promotiemateriaal via de verschillende mediakanalen (websites, newsletter, sociale media …) + 6 maanden = origineel event rond « duurzame voeding »
Fiche action n° 47 > Atelier: Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
185
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actoren
Engagement
Piloot
Febrap
Coördinatie en uitwerking van de communicatiemiddelen en van het evenement
Medewerkers
Werk en Leven
Input voor de realisatie en uitwerking van de communicatiemiddelen en van het evenement.
Ferme Nos Pilifs La Serre-Outil APAM Les Jeunes Jardiniers + andere Beschutte Werkplaatsen, die een activiteit rond duurzame voeding willen ontwikkelen
Te betrekken instellingen: In functie van de belangen van FeBIO en/of andere organsiaties die zich met socioprofessionele integratie bezighouden en diensten willen aanbieden rond duurzame voeding, kan deze fiche worden uitgebreid naar alle sociale economie en niet alleen naar Beschutte Werkplaatsen ( mits een aanpassing van het budget en van de te voeren communicatie)
Fiche action n° 47 > Atelier: Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
186
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 48
Bestuderen van en communiceren over de manieren om de meerkost gelinkt aan de transitie naar duurzame voeding in de sectoren van de grootkeukens en de HORECA te beperken ATELIER: ONDERWIJS - OPLEIDING – INSCHAKELING / O&I
PILOOT : BRUSSEL LEEFMILIEU
Functionele link met AF n°00 en 00 Duur van uitvoering: en 00 2013-2015 Link Einde/Begin/// Begin/Einde met AF n° /
Beschrijving Eén van de remmen voor de Transitie is dat de traditionele sector binnen de grootkeukens en de horecazaken niet gelooft in de rendabiliteit van het duurzaam voedingsmodel en bijgevolg het nut er niet van inziet om over te schakelen. Vandaar de vraag om een rendabiliteitstudie uit te voeren over het duurzaam voedingsmodel zodat de verschillende betrokken actoren zich kunnen voorbereiden en overschakelen naar een duurzame voeding. Karikol heeft reeds een studie uitgevoerd over de remmen en hefbomen voor een overschakeling naar een duurzame voeding binnen de horecasector. Leefmilieu Brussel voert op dit moment ook een studie uit naar de kosten en besparingen die gepaard gaan bij de verschillende acties om over te schakelen naar een duurzame voeding bij grootkeukens. Deze studie loopt op zijn einde. De resultaten worden nog in een communiceerbare vorm gegoten. Leefmilieu Brussel zal deze resultaten vervolgens bekend maken via haar verschillende kanalen: website, nieuwsbrief grootkeukens, opleidingen, … Daarnaast is het ook de bedoeling om een workshop te organiseren om deze resultaten te presenteren en samen met de grootkeukens oplossingen uit te werken met de problemen die ze zelf tegenkomen. In een tweede fase zal een rendabiliteitstudie voor de rest van de horecasector worden gelanceerd, na het uitvoeren van een literatuurstudie en de analyse van de studie van Karikol. Er kan ook gedacht worden aan het zoeken van inspirerende voorbeelden van restaurants die aan het overschakelen zijn naar een duurzame voeding. Ook hier is het de bedoeling om nadien de horecasector te informeren van de resultaten. De verspreiding van deze resultaten kan gebeuren via de kanalen van Leefmilieu Brussel, maar ook via de kanalen van ABE, BECI, horecafederatie, UCM, UNIZO, … Er kan eveneens een workshop worden georganiseerd met de presentatie van de resultaten en de uitwerking van oplossingen voor specifieke problemen van de aanwezigen. Link met de economische ontwikkeling Indien wordt aangetoond dat het duurzaam voedingsmodel rendabel is, kunnen de grootkeukens en horecazaken overschakelen naar een duurzame voeding en creëert dit afzetmogelijkheden voor producenten en verwerkers van duurzame voedingsproducten.
Actiefiche n° 48 > Atelier: Onderwijs – Opleiding – Inschakeling / O&I
187
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Doel: De remmen en hefbomen voor een overschakeling naar een duurzame voeding wat betreft de rentabiliteit binnen de horecasector identificeren en de sector hierover informeren met als doel hen aan te zetten tot het overschakelen naar een duurzame voeding en hen hiervoor hulpmiddelen aan te reiken. Verwachte resultaten: - Overzicht van remmen en hefbomen voor een overschakeling naar een duurzame voeding wat betreft de rentabiliteit binnen de horecasector - Verspreiding van vergaarde informatie - Horecasector motiveren om over te schakelen naar een duurzame voeding Doelgroep
Soort instrument
Grootkeukens Horecazaken
Overheidsopdracht om rentabiliteitsstudie te lanceren
Budget Bekendmaking resultaten studie grootkeukens en organisatie workshop: valt binnen het werkprogramma van Leefmilieu Brussel Studie horecasector via een overheidsopdracht: 30.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines Grootkeukens September 2013: verspreiding resultaten studie Januari 2014: workshop met presentatie van resultaten Horecasector (behalve grootkeukens) Sept.2014: Literatuurstudie uitvoeren en analyse van de nog te onderzoeken elementen Oktober 2014: opmaak bestek rendabiliteitstudie November 2014: goedkeuring vragen aan kabinet December 2014: Lanceren van bestek Februari 2015: Start studie Mei 2015: Resultaten studie Juni 2015: Verspreiding resultaten studie September 2015: Organisatie workshop met presentatie van resultaten Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Leefmilieu Brussel
Verspreiden van resultaten studie grootkeukens en organisatie workshop. Lancering studie horeca en verspreinding
Copiloot
Karikol
Reflectie en verspreiding van de resultaten voor de HORECA
Medewerker
Bioforum
Steun ten aanzien van de berekende cijfers voor de kantines
Philippe Renard
Steun voor animatie theoretische opleidingen en praktijk op basis van het concrete
Te betrekken instellingen Voor de communicatie van de resultaten van de horecastudie: ABE, BECI, horeca federatie, UCM, UNIZO Actiefiche n° 48 > Atelier: Onderwijs – Opleiding – Inschakeling / O&I
188
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
ACTIEFICHE 49
Informatiesessies, basisopleidingen en oriëntatiecursussen m.b.t. de verschillende beroepen binnen de duurzame voedingssector ATELIER: ONDERWIJS OPLEIDING INSCHAKELING / O&I
Functionele link met AF’s n° 23 en Uitvoeringsdatum: PILOOT: RENCONTRE DES 45 en 51 CONTINENTS Link Einde/Begin/// Begin/Einde met 2 tot 6 maanden AF n° …
Beschrijving Voorwoord: Strategische tabel voor de verdeling van de fiches, op basis van fiche 45 Deze actiefiche is gelinkt met de actiefiches 23, 45 en 51. Gemeenschappelijke basis (AF 49)
- Rencontre des Continents - Groupe One / Village Partenaire Informatiesessie “de beroepen binnen de Duurzame Voeding” + basisopleiding over de beroepen binnen de sector van de - Missions Locales (Elsene, StDuurzame Voeding Gillis, Etterbeek) Groupe One / Village Partenaire (AF 23)
Begeleiding van projecthouders van de projecten rond sociale economie en duurzame voeding. (Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Specifieke begeleiding Mission Locale Elsene & Etterbeek (AF 45)
Uitgebreide opleiding rond DV, aangevuld met een dimensie “animatie” voor de “socioprofessionele inschakelingsprofielen”. (Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Rencontre des Continents (AF 51)
Opleiding van toekomstige opvoeders/opleiders/animators van duurzame voeding. (Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Elke structuur kan tussenkomen in de AF van de anderen voor een specifieke module
Gemeenschappelijke coördinatie van de tussentijdse fase en de opvolging (AF 49) - Rencontre des Continents > Professionele balans na 6 maanden - Groupe One / Village Partenaire > Professionele oriëntatie - Missions Locales (Elsene, St-Gillis, > Verdeling van de middelen Etterbeek) > Oprichten netwerk Groupe One / Village Partenaire Mission Locale Elsene & Etterbeek Rencontre des Continents (AF 23) (AF 45) (AF 51)
Uitvoering van het project rond Tewerkstelling in een project Tewerkstelling of lancering sociale economie door de uitgewerkt door de van een associatief project projecthouder projecthouder of in een associatief project
Actiefiche nr. 49 > Atelier: Onderwijs opleiding inschakeling / O&I
189
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Voornaamste activiteiten en deadlines: Fases Fase 1: November-Januari 2014: Samen een model voor “informatiesessies” uitbouwen, samen een programma en algemeen plan voor basisopleidingen uitbouwen, de inhoud vastleggen: Uitwerking / Validatie door de partners, verwezenlijking van een “opleidingskit” (opleidingsmiddelen) over de beroepen binnen de sector van de DV, opzetten van de logistieke aspecten van de opleiding en de informatiesessie. Fase 2: Januari - Februari 2014: Uitwerken van de promotiecampagne en recruteren van deelnemers, opzetten van de informatiesessies. Fase 3: Midden tot eind februari: Verwezenlijking van de basisopleiding (periode te bepalen), oriëntering van de deelnemers naar de meest geschikte opleiding: projectdragers uit de sociale economie voor DV, individueel opleidingstraject voor socioprofessionele inschakeling in de sector van de DV, toekomstige vormingswerkers/opleiders/animatoren in de non-profiten verenigingssector inzake DV, een groep deelnemers opstellen Fase 4: Maart-December: Gediversifieerde begeleiding en opleiding (wat de methode, de thema’s en duurtijd betreft) in functie van de vormingsketens (andere actiefiches 7, 23, 52). Gemeenschappelijke coördinatie van de tussenfase en opvolging van groepen deelnemers (frequentie van de coördinatie nog te bepalen): professionele balans, beroepsoriëntering, delen van resources, networking Fase 5: Het project beoordelen en de opleiding 1 tot 2 keer jaarlijks herhalen. Fase 6: Vanaf 2015: het aanbod verankeren door het in de Brusselse opleidingsstructuren in te bedden. Beoogde basisinhoud Mensen die een opleiding volgen toelaten om de verschillende facetten van de duurzame voeding te ontdekken door praktijk, theorie en bezoeken te combineren. De bestaande en potentiële beroepen in de sector ontdekken. Alle onderwerpen moeten bij wijze van introductie worden aangesneden. Deze zullen verder worden uitgediept tijdens de gedifferentieerde opleidings- en begeleidingsfase. Deze maakt geen deel uit van deze actiefiche. Alle onderwerpen die aan bod komen betreffen telkens een domein dat specifiek is voor een van de medewerkers, meerdere medewerkers of externe partners. De onderwerpen zullen bij het collectief opstellen van het opleidingsprogramma verder worden verfijnd. Tijdens de informatiesessie en de basisopleiding zullen de volgende zaken aan bod komen: Praktijkgericht: Beheer en logistiek van de korte ketens (nieuwe kanalen), aanleren van culinaire technieken en knowhow die in verband staan met de DV, opleiding in stedelijke landbouw. Theoretisch gericht: Globale uitdagingen die verband houden met DV (voedselsoevereiniteit, economie, gezondheid, leefmilieu, sociaal aspect, agro-ecologie, huidige landbouwwereld), uitdagingen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest inzake DV (consumptiepatroon en voedingsgewoonten van de Brusselaars, economisch profiel van het BHG inzake DV (productie, verwerking, tussenpersonen, horeca…), toegang tot landbouwgronden, moeilijkheden en huidige situatie op het vlak van logistieke bevoorrading, sociale en verenigingsdynamieken binnen de DV, verbanden met het Waals en Vlaams Gewest), definitie van het ondernemerschap en de duurzame economie, economisch beheer van de korte ketens, nieuwe kanalen, specifiek beheer voor bepaalde soorten handelszaken (kruidenierszaken, horeca, kantines…).
Actiefiche nr. 49 > Atelier: Onderwijs opleiding inschakeling / O&I
190
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
Link met de economische ontwikkeling Investeren in de lokale economie, overgang van een niche-economie naar een gewestelijke economie, creatie van nieuwe beroepen en innoverende economische initiatieven (zelfstandig of kleine ondernemingen uit de sociale economie, duurzame sociale horeca, stedelijke beroepsmatige landbouw, buurtwinkels die DV aanbieden, ambachtelijke praktijken inzake DV (verwerking, lichte mechanisatie, enz.), valorisatie van onderbenutte knowhow (ambacht, culinaire kennis, landbouw), nieuwe kanalen goed benutten, de socioprofessionele inschakeling ontwikkelen, de dynamieken inzake DV in de non-profit- en verenigingssector uitbreiden: collectieve bevoorrading via moestuinen en stedelijke landbouw, sociale kruidenierszaken, collectieve volkskantines, verschillende sensibiliseringsmodules inzake DV, het lokale economische circuit in België nieuw leven inblazen door onrechtstreeks werkgelegenheid in de landbouwsector -in samenwerking met de twee andere gewesten- te ondersteunen en te ontwikkelen. De productie van Belgische duurzame voedingsproducten stimuleren en benutten (met name streekgebonden, verse, seizoensgebonden en weinig verwerkte landbouwproducten die ethisch verantwoord en puur zijn). Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie
In samenspraak met verschillende actoren uit de verschillende soorten beroepen 1 of meerdere informatiesessies organiseren. Deze zijn bestemd voor een publiek dat meer wil werken in de duurzame voedingssector, of zich meer op deze sector wil richten. De mensen zin doen krijgen om zich beroepsmatig te engageren op het vlak van DV. Opleiding over duurzame voeding voorzien voor mensen die in het Brussels Gewest een beroep uitoefenen dat verband houdt met dit thema. Dit zou via een basisopleidingscyclus verlopen. De deelnemers zo goed mogelijk doorverwijzen naar de begeleidingsstructuur die het best overeenstemt met hun behoeften en wensen op professioneel vlak. Een overkoepelend orgaan creëren voor coördinatie en overleg met betrekking tot de 3 begeleidingprocessen die verband houden met deze actiefiche. In functie van het doelpubliek DV-projecten identificeren en lanceren die zinvol zijn voor hen en een sociaal-economisch oogmerk hebben en/of uit de nonprofit/verenigingssectoren komen. Bijdragen tot een betere voedselsoevereiniteit in België en Brussel in solidariteit met de rest van de planeet.
Doelgroep
Soort instrument
Werkzoekenden, publiek van de Missions Locales socioprofessionele inschakeling, zelfstandigen of nieuwe ondernemers en projectdragers, personen in beroepsomschakeling, vormingswerkers/opleiders/animatoren, werknemers uit sociale kruidenierszaken / sociale restaurants
Informatiesessie Opleidingsmodule
Budget Te voorzien voor 2014: > 1/2 VTE Rencontre des Continents (coördinatie, uitwerking, prestaties inbegrepen): 24.000 € Post voor de medewerkers > Uitwerken van het pakket infosessie + opleiding: 10 werkdagen / medewerker: 15.000 € > Prestaties per medewerker en opleiding (2.500 €/opleiding): 10.000 €
Actiefiche nr. 49 > Atelier: Onderwijs opleiding inschakeling / O&I
191
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu – Duurzame voeding
> Communicatie: 2.000 € > Logistiek: huur zalen, drukwerk, catering: 3.000 € > Handelingen van buitenaf: 1.000 € Totaal: 55.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines
/ Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Rencontre des Continents
Coördinatie van de opleiding
Medewerkers
> Mission Locale Elsene > Mission Locale Etterbeek
Begeleiding en beroepsoriëntering na opleiding
Missions Locale Sint-Gillis >Groupe One >Village partenaire
Eventueel advies en tussenkomst voor de modules die betrekking hebben op economisch beheer.
Belangrijke opmerking! Het opzetten en voorbereiden van de opleiding (fase 1), met name de keuze van de inhoud en de middelen in functie van de beoogde doelgroepen, zal in nauwe samenwerking gebeuren met de dragers van fiches 41 en 44. Deze samenwerking zal geen budgettaire impact hebben. Deze valt namelijk onder het project dat hierboven wordt beschreven.
Te betrekken instellingen: Als partners: Début des Haricots, Maison verte et bleue, De FBCMW, Bruxelles Formation, Alimentation 21, Het netwerk van de SAGAL’s.
Actiefiche nr. 49 > Atelier: Onderwijs opleiding inschakeling / O&I
192
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 50 DE ACTOREN VAN DE VERENIGINGEN DIE INSTAAN VOOR DE VOEDSELGIFTEN (IN DUURZAME VOEDING)VORMEN OM ZO DE GIFTEN TE VERGEMAKKELIJKEN ATELIER: ONDERWIJS OPLEIDING INSCHAKELING / O&I Functionele link met fiche n° 17 Uitvoeringsdatum: PILOTEN: RABAD FBMD EN LEEFMILIEU BRUSSEL
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche nr. …
1 jaar (verlenging valt te overwegen)
Beschrijving
In 2012 werd een pilootproject uitgevoerd door het sociaal restaurant Groot Eiland, de vzw SESO (verdeling van voedselpakketten) en Delhaize om een recuperatiesysteem te testen voor verse voedingsmiddelen die niet konden worden verkocht in de supermarkten en dit ten voordele van de voedselhulp. Dit project werd tot stand gebracht dankzij de steun van Leefmilieu Brussel en heeft geleid tot de publicatie van een brochure: “Recuperatie van verse voedingsmiddelen in samenwerking met supermarkten: De methode stap per stap voor sociale restaurants”. (zie www.fdss.be) Doelstelling: In navolging van dit pilootproject heeft deze actiefiche tot doel om samenwerkingen tussen supermarkten en hulporganisaties voor voeding op lokaal niveau te promoten en te vergemakkelijken om: - meer leveringen van verse voedingsmiddelen met een goede voedingswaarde te bewerkstelligen om zo de kwaliteit van de voedingshulp op te krikken; - te strijden tegen voedselverspilling op lokaal niveau Doelgroep: Prioritair zijn de sociale restaurants. Andere organisaties die voedselhulp bieden kunnen er in tweede instantie van genieten. Deze tweede mogelijkheid hangt af van de beslissing van het FAVV. Acties : - Organisatie van informatiesessies en opleidingen (bv. reglementering FAVV, bewaringstechnieken, enz...) om zo de werknemers (en de vrijwilligers) op te leiden om deze recuperatieprojecten en/of bewerkingsprojecten van onverkochte voedingsmiddelen op te starten. - Oprichten van een helpdesk om de sociale restaurants te begeleiden (en de structuren werkzaam in de voedingshulp) bij het opstarten van dit soort projecten: zoeken naar partners, antwoorden op praktische vragen, bezoeken van pilootprojecten, begeleiding ter plaatse, enz. - Functionele links met actiefiche nr. 17 De beschreven actie is zeer specifiek zowel op vlak van producten als op vlak van geografische reikwijdte en doelgroep:
Actiefiche nr. 50 > Atelier : Onderwijs - Opleiding – Inschakeling / O&I
193
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
o Het gaat hier over de recuperatie van verse producten, die een speciale behandeling nodig hebben vanwege hun vergevorderd bederfelijk karakter.
o Het gaat hier over samenwerkingen op lokaal niveau. o Prioritair gaat het hier over sociale restaurants. De beschreven actie gaat trouwens over de opleiding en de informatie om samenwerkingen te vergemakkelijken. Actie 50 kan eventueel voor de levering van de voedingshulp steunen op de logistieke antwoorden die geboden worden naar aanleiding van actiefiche n° 17. Winst op verschillende vlakken:
-
Op economisch vlak: snellere herintegratie van personeel in sociale herinschakeling in de klassieke economie dankzij hun bijscholing; Op sociaal vlak en op vlak van gezondheid: verbetering van de kwaliteit van de voedselhulp (verse voedingsmiddelen met goede voedingswaarde); Op vlak van milieu: voorkomen van voedselverspilling.
Historiek en mogelijke actoren voor deze actie: RABAD heeft een werkgroep opgericht rond voedselverspilling, onder andere FBMD maakt deel uit van deze werkgroep. Een pilootproject is ontstaan rond de recuperatie van onverkochte producten van supermarkten die bewerkt en geserveerd werden door Groot Eiland in hun sociaal restaurant. De resultaten van dit project tonen aan dat er economische voordelen bestaan, in termen van een verhoogde professionele herinschakeling van het personeel in het sociaal restaurant. De nood bestaat om de mensen in de sector van de voedselhulp beter op te leiden. Om de sector te helpen zich te professionaliseren, zou RABAD of FBMD een specifieke subsidie kunnen krijgen in het kader van deze actie. De voorstelling van de brochure die werd uitgegeven in het kader van dit project heeft de aandacht van 40 organisaties weten te trekken die heel erg geïnteresseerd waren om een eigen gelijkaardig project op te starten. Het pilootproject met Atelier Groot Eiland heeft de volgende economische voordelen aangetoond (door een vertrouwelijkheidsclausule met Delhaize kunnen de exacte cijfers niet gepubliceerd worden):
De kosten-batenanalyse heeft aangetoond dat het project op financieel vlak erg interessant was voor Atelier Groot Eiland. Het project zorgde voor een verlaging van de kosten voor verse groenten met 25% en een verlaging van 10-15% van de totale kosten. Uitbreiding van het restaurant te wijten aan een verhoging van het aantal bezoekers Meer opleidingsmogelijkheden (nieuwe bewaartechnieken, ...) voor het keukenpersoneel. Dat zorgt ervoor dat ze meer kans hebben om heringeschakeld te worden op de klassieke arbeidsmarkt.
Link met de economische ontwikkeling Versterking en stimulering van het lokale economische en sociale weefsel door: ◦ een betere opleiding van het keukenpersoneel in socio-professionele herinschakeling in de sociale restaurants dankzij de mogelijkheid om een groot gamma aan producten klaar te maken (wild, kreeft, ...) ;
Actiefiche nr. 50 > Atelier : Onderwijs - Opleiding – Inschakeling / O&I
194
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
◦ algemene verbetering van de opleiding van de werknemers (en vrijwilligers) in de sector van de voedselhulp: bewaartechnieken, valorisatie en bewerking van producten, enz... Dit zorgt voor een snellere inschakeling in de klassieke economie waar er een vraag bestaat naar gekwalificeerd horeca personeel. Scheppen van banen voor de lesgever(s) Kostenvermindering voor de sociale restaurants. Dat zorgt ervoor dat zij kunnen investeren in andere projecten Stijging van de inkomsten door verkoop van gerecupereerde en bewerkte producten (soep, sap, ...) via een lokaal verdelingssysteem (link met fiche n° 5). Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie -
20 Brusselse sociale restaurants (en sociale organisaties) betrekken bij deze inspanning. Scheppen van banen en verbetering van de aanwervingskansen voor het opgeleide personeel bij professionele herinschakeling (150 personen in 20 organisaties). Sensibilisering van de voedselhulpstructuren die deel uitmaken van het Overleg over Voedselhulp in Brussel rond deze inspanning. Doelgroep
Soort instrument
Sociale restaurants
Informatiesessie
Andere voedselhulporganisaties (verdeling van pakketten en sociale kruidenierswinkels) die in tweede instantie kunnen genieten van het project als de opgelegde procedures van het FAVV dit toestaan)
Begeleiden van projecten
Distributiesector
Budget Subsidiebudget 6.000€ voor de opleidingen en 9.000€ voor de helpdesk (per jaar). Totaal = 15.000€ Deze actie komt bovenop actie 17 die groter is. Voornaamste activiteiten en deadlines Het project zal uitgevoerd worden gedurende 1 jaar (met verlenging indien nodig): Voorstelling van het project tijdens de plenaire sessie van het Overleg voor Voedselhulp (eerste semester) 2x3 informatiesessies van een halve dag voor de opleiding van de sociale restaurants (max. 20 personen per opleiding): Praktische organisatie van het project Voedselveiligheid Keukentechnieken en valorisatie van de producten
Actiefiche nr. 50 > Atelier : Onderwijs - Opleiding – Inschakeling / O&I
195
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Helpdesk - gedurende de hele periode na de eerste informatiesessie: ter beschikkingstelling van de coördinator om de voedselhulporganisaties te begeleiden bij de opstelling van de recuperatieprojecten rond voedingsmiddelen op lokaal niveau Evaluatie van het project en perspectieven met de partners
Partnership
Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Rabad
Organiseren van de opleidingen en de helpdesk runnen Promoten van het project bij hun leden
Medewerker
FBMD
Promoten van het project bij hun leden
Medewerker
Leefmilieu Brussel
Opvolging van de subsidies en promoten van het project
Medewerker
Maizenne
Promoten van het project bij hun leden
Te betrekken instellingen: -
FBMD en Maizenne
Actiefiche nr. 50 > Atelier : Onderwijs - Opleiding – Inschakeling / O&I
196
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
ACTIEFICHE 51
Opleiding van opvoeders-opleiders-animators in opvoeding in duurzame voeding. ATELIER : ONDERWIJS OPLEIDING INSCHAKELING / O&I Functionele link met fiche n° 23, PILOOT : RENCONTRE DES CONTINENTS
Uitvoeringsdatum:
45, 49
Link Einde/Begin/// Begin/Einde met fiche nr. …
6 maanden tot 1 jaar
Beschrijving Vooraf: Deze actiefiche is één van de drie onderverdelingen van actiefiche 49. Deze treedt in werking in navolging van de eerste etappes uit actiefiche 49. Gemeenschappelijk deel (AF 49)
- Rencontre des Continents - Groupe One / Village Partenaire Informatiesessie "de beroepen van de Duurzame Voeding" + basisopleiding voor de beroepen van de Duurzame Voeding - Missions locales (Ixelles, St Gilles, Etterbeek) Groupe One / Village Partenaire (AF 23)
Specifieke begeleiding Mission Locale van Elsene & Etterbeek (AF 45)
Rencontre des Continents (AF 51)
Begeleiding van projecthouders van de projecten rond sociale economie en duurzame voeding.
Uitgebreide opleiding rond DV, aangevuld met een dimensie “animatie” voor de “socioprofessionele inschakelingsprofielen”.
Opleiding van toekomstige opvoeders/opleiders/animators van duurzame voeding.
(Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
(Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
(Duur hangt af van het opleidingsprogramma)
Elke structuur kan tussenkomen in de AF van de anderen voor een specifieke module Gemeenschappelijke coördinatie en opvolging (AF 49) - Rencontre des Continents > Professionele balans na 6 maanden - Groupe One / Village Partenaire > Professionele oriëntatie - Missions locales (Elsene, St Gillis, > Verdeling van de middelen Etterbeek) > Oprichten netwerk Mission Locale van Elsene & Groupe One / Village Partenaire Etterbeek Rencontre des Continents (AF 23) (AF 45) (AF 51)
Uitvoering van het project rond Tewerkstelling in een project Tewerkstelling of lancering sociale economie door de uitgewerkt door de van een associatief project projecthouder projecthouder of in een associatief project
Actiefiche nr. 51 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
197
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Korte beschrijving De voorgestelde actie is de opstart van een gecertificeerde en kwalitatieve opleiding voor toekomstige educatieve actoren gespecialiseerd in DV (opvoeders, opleiders, animators). Het feit dat er toekomstige “contactpersonen “ opgeleid worden is een middel om alles wat met DV te maken heeft te verspreiden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Soort inhoud van de opleiding De inhoud van deze opleiding zal vooral gericht zijn op een pedagogische methodologie gebruikt om duurzame voeding aan te kaarten. Zo zullen de deelnemers echte vaardigheden verwerven inzake animatie, onderwijs en opleiding. Er zal meer gebeuren dan enkel en alleen kwesties rond voeding aanhalen en in perspectief plaatsen. We willen ook echte werkmiddelen geven aan de deelnemers om groepen te animeren en te begeleiden (volwassen, jongeren, alfa, multicultureel, enz.) met verschillende technieken aangepast aan de context, het thema en het publiek. Doelgroep Toekomstige professionals in het onderwijs opleiden om zo pedagogische methodes te ontwikkelen en om groepen te begeleiden tijdens bijvoorbeeld een atelier rond het recht op voedsel, een kookworkshop, de lancering van een gemeenschappelijk project rond duurzame voeding met de lokale instellingen, gemeenten, ... Deze “OOA's” worden dus opgeleid om pedagogische middelen en leermiddelen te ontwikkelen voor verschillende contexten en concrete projecten. Link met de economische ontwikkeling Een globale, complete en systematische aanpak ontwikkelen en diverse werkmiddelen voor de animatie of informatieve werkmiddelen verschaffen aan de mensen met een “OOA” profiel. Dit is nodig om hun educatieve doelstellingen te kunnen bereiken binnen de specifieke structuren waarin ze werken. Deze opleiding, erkend door de sector, zou ervoor kunnen zorgen dat de animators gemakkelijker werk vinden in de sector van de socioculturele animatie rond voeding en zou er zelfs voor kunnen zorgen dat er een nieuwe dynamiek ontstaat binnen organisaties die werken rond DV.
Doelstellingen / te verwachten resultaten van de actie Algemene doelstelling : Elk jaar 1 of 2 groepen van 20 opvoeders/opleiders/animators vormen tijdens een socio-educatieve opleiding van 4 tot 6 maanden, erkend door de sector van de DV, met een socio-educatieve oriëntatie. Op termijn erkenning, na een testperiode, van de opleiding. De ontwikkeling van projecten rond DV in het BHG bevorderen door versterking en/of ontwikkeling van dynamieken en processen ter bevordering van de ontwikkeling van de DV in de verenigings- en non-profit sector. Personen helpen een baan te vinden in de non-profit sector of de sector van de verenigingen die werken rond duurzame voeding.
Actiefiche nr. 51 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
198
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
Doelgroep
Soort instrument
Toekomstige opleid(st)ers/animators of opvoeders (opvoedsters), projectverantwoordelijken
- Opleidingsmodules - Stages (professionele onderdompeling) - Educatieve gids over DV
Budget > Een VTE Rencontre des Continents (coördinatie, ontwikkeling, prestaties inbegrepen): 48.000 € > Logistiek: huur zalen, drukwerk, catering, bezoeken: 5000 € > Externe interventies: 5000 € ----------------Total : 58.000 € Voornaamste activiteiten en deadlines Contact met partners om samen te werken aan de opleiding en om de stages te organiseren: via de Franstalige gemeenschap, de netwerken van de DV in Brussel, enz. Meer concrete planning : Januari 2014 tot september 2014 :
December 2013 - Januari 2014 : oprichting van een pedagogische opleiding en ontmoetingen met de partners. Opleidingsprogramma uitstippelen en steun zoeken voor deze opleiding. Februari 2014: inschrijving en rekrutering van deelnemers op basis van ingediende kandidaturen en persoonlijke gesprekken. Maart - April 2014: Opleidingsperiode (duur nog te bepalen) Mei/ Juni : > Stageperiode (4 tot 6 weken) en opvolging van de stagiairs. > Bepaling van de inhoud voor de perfectioneringsfase. Te bepalen periode: Opleiding: Perfectioneringsweken (1 tot 2 weken). Te bepalen periode: (1 maand) >Opvolging van de stagiairs en oriëntatie. >Validatie van hun opleiding en certificering. > Tewerkstelling in de sector van de verenigingen en de non-profit sector.
Partnership Engagement van de actoren: Rol
Actor
Engagement
Piloot
Rencontre des Continents
> Coördinatie van de opleiding > Uitvoering van de pedagogische inhoud van de opleiding > Opvolging van de deelnemers
Medewerkers
> Mission Locale d’Ixelles > Mission Locale d’ Etterbeek
> Professionele begeleiding en oriëntatie na de opleiding
> Mission Locale de StGilles
Actiefiche nr. 51 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
199
Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu– Duurzame voeding
> Group One > Village Partenaire
> Eventuele raadgevende functie en interventie voor modules rond economisch beheer
> Bruxelles Formation
> Evoor zorgen dat de pilootopleiding een erkende gekwalificeerde opleiding wordt > Eventuele oriëntatie van de opleiding
> Het Groen en Blauw Huis
> Eventuele hulp bij het uitwerken van bepaalde modules
Belangrijke opmerking! : Het opbouwen en de voorbereiding van de opleiding (fase 1) in termen van inhoud en werkmiddelen in functie van de doelgroepen, zal gebeuren in nauwe samenwerking met CIRIHA, uit actiefiche n° 44. Deze samenwerking zal geen invloed hebben op budgettair niveau. Dit alles is opgenomen in het project zoals hierboven beschreven.
Te betrekken instellingen:
SAW-B voor eventuele interventies
FBMD voor eventuele interventies
SIEP en CFA asbl
Actiefiche nr. 51 > Atelier : Onderwijs Opleiding Inschakeling / O&I
200