Testreis BAAV : Ieper – Poperinge // INHOUDELIJKE BEGELEIDING -
Reisleider
-
Ipad voor een gedeelte van de deelnemers, met extra’s bij elk onderdeel.
Dag 1: Ieper 08.30u vertrek: (vanaf Kortrijk) - Inleiding door reisleider op de bus: WO1 // 2-daagse EXTRA’S ONDERWEG 1 1) kaart algemene inleiding: België en Noord-Frankrijk (inval en eerste gestabiliseerde frontlijn) 2) Kaart Westhoek / frontstreek : IJzerfront – Ieperboog 3) Kaart Meenseweg 4) drie luchtfoto’s: Zillebeke, Railway Dugouts Burial Ground: 1915 – 1918 - 2010 10.00u Bezoek aan 1) IFFM of NIET 2) 1) IFFM
A. 1 uur bezoek : na één uur bus naar Klein-Rijsel (aperitief en terug => lunch) B. 2 uur bezoek: => lunch
2) Vestingwandeling van Menenpoort tot Rijselpoort (begeleiding door reisleider) 12.30u LUNCH in Museumcafé 14 – 17.30 u BATTLEFIELDTRIP (één groep) met de bus Ontmoeting met PERSONEN uit ontmoetingskiosken 8 personen verdeeld over 2 groepen (wie IFFM niet bezocht heeft, krijgt personages wel te zien op de reis) Vestingenroute Vestingen: Personage 1: Gilbert FRANKAU, Brits auteur, werkte mee aan de eerste
nrs. van de WIPERS TIMES. Op de wandeling: enkele pagina’s uit Wipers Times tonen, fragment van een gedicht van Frankau (in Nl vertaling) EXTRA op tablet: volledig gedicht The City of Fear, Ypres, January 1916 Een volledig nr van de Wipers Times. Rondrit in de IEPERBOOG Zes personages op elkaar afgestemd. 14.00u : We rijden via Rijselseweg en Vaartstraat (verwijzen naar verhaal van The Bluff – zie Wipers Times advert) naar => 14.15u: HILL 60: Bezoek aan Hill 60 en Caterpillar. Personage 2 : Alexander HOOD, sergeant 1st Australian Tunnelling Coy. Australiër die betrokken was de werken aan de Berlin tunnel onder Hill 60. Sergeant Hood zal daarna worden ingezet bij andere ondergrondse werken. Van het werk bij Hoge (onze volgende halte) bestaat een foto. Op de bus: fragment uit “Beneath Hill 60”
18 september 1917, tunnellers van de 1st Australian Tunneling Company werken aan een dugout om hun Brigade hoofdkwartier in onder te brengen. Deze dugout bevond zich 8 meter onder de grond, bij Hoge Crater (Ieper). Van links naar rechts: sapper Edward Andersen , Joseph Mullins, George Mann, Joseph Brindley en Sergeant Hood. Op dezelfde dag, op dezelfde plaats, verkende Sergeant Hood een communicatietunnel. Hij sneuvelde anderhalve maand later, Op 31 oktober 1917, bij Halfway House Dugout in de buurt van de Meenseweg (AWM)
14.50u. : Bus rijdt langs Pappotstraat naar Meenseweg en stopt aan => 15.00u.: Hooge Crater Museum. Halte voor koffie of the met stuk taart. 15.30u wandeling van Hoge Crater over het oude slagveld naar => BELLEWAERDE Ridge {Evt. i.e. indien de technologie klaar geraakt, lopen we over het oude slagveld: het gekende blauwe bolletje van gps-applicatie, met als onderlaag een luchtfoto uit 1917 } In elk geval: Ontmoeting met Personages 3 & 4: August BIRK: 2 x gewond, 1 x krijgsgevangen, vocht mee op Bellewaerde Ridge. Zijn eenheid schiet laatste hoektoren van belfort in spaanders.
Lt. Richard Radford TURNER. Een infanterieofficier in het 13th R.Sussex, komt om in de gevechten na de ontploffing van de Hornby-mijn op 3 februari 1917. De Hornby krater is nog altijd te zien aan de rand van het bosje bij Bellewaerde.
EXTRA’s op tablet: Gegeorefreerde kaart van de mijnenoorlog bij Bellewaerde, het meest noordelijke slagveld waar het mijnwapen werd ingezet.
16.10u. : bus komt wandelaars ophalen aan de Oude Kortrijkstraat. Rijdt naar => 16.15u. : Franse begraafplaats ST.CHARLES de POTYZE Personage 5: Joseph DUVAL, Franse soldaat begraven op deze begraafplaats. Hij is een van de ca 12.000 Franse soldaten die op vandaag nog begraven zijn in Vlaanderen en net over de grens in Frans-Vlaanderen (Duinkerke, Malo-les-Bains, Zuydcoote, Hazebrouck). Tienduizenden anderen werden na de oorlog gerepatrieerd of kregen helemaal nooit een gekend graf. Daardoor is de franse visuele aanwezigheid op vandaag veel kleiner dan wat het geval was in de historische werkelijkheid.
Joseph Duval werd geboren op 16 januari 1875 in Mézières (Ile et Vilaine, Frankrijk). Zijn legerdienst vervult hij bij het 41ste Regiment d’Infanterie. Wanneer de oorlog uitbreekt werkt hij voor de Franse staat, in de dienst “Waters en Bossen”. Hij is gehuwd en heeft een dochter. Na de mobilisatie vervoegt het 76ste Régiment d’Infanterie Territoriale in Vitré. Op 8 augustus 1914 vertrekt Josephs eenheid naar het noordwesten om er de kustverdediging op zich te nemen. Op 5 oktober vertrekt het 76ste R.I.T. per boot naar Duinkerke om zo snel mogelijk het Franse leger in België te versterken. Vanaf 15 oktober 1914 bevindt Joseph Duval zich met zijn eenheid, het 76ste Regiment d’Infanterie Territoriale zich bij Ieper, waar het enkele voorlopige loopgraven aanlegt. Vanaf 20 oktober bezet het 76e RIT een loopgraaf ten oosten van Langemark. De reserve en het hoofdkwartier bevinden zich in Pilkem. Een dag later krijgt Joseph Duvals eenheid hevige beschietingen te verduren en wordt het verplicht zich terug te trekken. De eerste doden vallen te betreuren. De volgende dagen neemt het 76ste R.I.T. actief deel aan bloedige gevechten in de nabijheid van Bikschote. Joseph Duval neemt einde oktober –begin november 1914 actief deel aan de Eerste Slag bij Ieper. De gevechten vinden plaats in chaotische omstandigheden en er is nog geen doorlopende frontlijn. Op 9
november noteert de rapporteur van het 76e R.I.T. dat de vijandelijke artillerie met steeds meer precisie de loopgraven onder vuur neemt. Vanaf 10 november vindt een buitengewoon krachtige beschieting plaats. Dezelfde dag sterft Joseph Duval bij granaatinslag in de nabijheid van het gehucht Pilkem, ten noorden van Ieper. Hij is dan 39 jaar. Nu bevindt zijn graf zich op de Franse militaire begraafplaats Saint-Charles-de-Potyze aan de Zonnebeekseweg te Ieper, graf 2104. 16.45u Busrit via Wieltje en St.Juliaan naar => 17.00u LANGEMARK, Soldatenfriedhof Bij het bezoek aan de grote concentratiebegraafplaats ontmoeten we o.a. Personage 6: Hans Christensen BONDE: een Duitse Deen, vader van 2, toch opgeroepen, gesneuveld dr artillerievuur bij Vijfwegen. Overgebracht in de jaren 1950, toen begraafplaats Vijfwegen werd opgedoekt en de lichamen werden overgebracht naar Langemark.
17.30u Terug naar Ieper via Pilkem en Boezinge. Onderweg ontmoeten we (zonder halte) Personage 7: Maria VANDEPUTTE, alias “Little Mary” “36 koebeesten hebben we achtergelaten toen we vluchtten voor de gaze. En mijn moeder is dan ’s anderendaags weergekeerd achter één koetje, over den tranché, en dat koetje, haar kalvetje was toch dood, heeft ze dan meegebracht en we hebben dat de hele oorlog gehouden voor de melk. We hebben daarmee koffie gegeven en melkchocolade voor de soldaten. We hadden die melk daarvoor nodig en voor de jongens.”
Maria Vandeputte, vluchteling uit Boezinge op 22 april 1915, zij vlucht als elfjarige met haar familie resp. naar Vlamertinge, Poperinge en Haringe. In Poperinge krijgt ze als verkoopstertje van warme chocolademelk, van de Britse soldaten de bijnaam “Little Mary”. Op de weg Boezinge - Ieper laten we een stukje zien van een interview uit 2003, toen ze 99 jaar oud was.
Aankomst Ieper: +/- 17.50u Inchecken NOVOTEL 19.45u verzamelen bij Menenpoort voor Last Post 20.30u: diner in … ? Dag 2: Poperinge 09.00u.: vertrek met de bus naar Lijssenthoek, via het slagveld van begin mei 1918 van de Franse 32e Divisie. 09.15u.: aankomst bij No.10 French cemetery (Kleine Vierstraat, Kemmel) Het verhaal van de slag van het 80e RI op 4 & 5 mei 1918, in het kader van de Kemmelslag. Onmoeting met Personage 8: Valentin BROTHIER, soldat 80 RI.
Hij raakte zwaargewond op het slagveld samen met zijn kapitein. Ze werden via Poste de Secours Millekruis geëvacueerd naar het Franse veldhospitaal bij Lijssenthoek. Daar overleden beiden (of waren ze bij aankomst reeds overleden). Ze liggen begraven op Lijssenthoek. Het is pas in 2000 dat de familie het graf van Valentin Brothier voor het eerst kon lokaliseren.
Bezoek interpretatiecentrum en begraafplaats Lijssenthoek (zie verder programma Yvan). Bij bezoek dodencellen (site stadhuis). Personage 9: Serj. John T. WALL, 3/Worcs., geëxecuteerd in Poperinge op 6 september 1917. “Misdrijf” begaan op de Bellewaerde Ridge (zie dag 1).