Iconografisch onderzoek Grünewald: Isenheimer Altar Valerie Maas en Anne Nobels, VT2
-
1. Pre-iconografische beschrijving Opsomming van alles wat te zien is in het kunstwerk zonder verbanden te leggen
Het eerste aanzicht Panelen van links naar rechts 1.
Een man met een stok, deze man heeft een baard en een rode mantel met hieronder een zwart gewaad. De man staat op een voetstuk met bladeren (van de druivenplant) eronder, voor een zuil. Op de achtergrond is een vrouwelijk, niet menselijk wezen te zien.
2.
Aan de linkerkant staat een man die een vrouw vasthoud. De man heeft langere haren en ziet er jong uit, hij heeft een rode mantel. De vrouw die hij vast heeft, heeft een wit gewaad aan en valt achteruit, ze bid. Voor deze man en vrouw zit nog een vrouw, geknield. Zij heeft lange blonde haren en heeft een pot naast haar staan, ze heeft haar handen in elkaar gevouwen. Aan het kruis hangt een man, met zijn armen gespreid en een doek om zijn heupen. Rechts hiernaast staat een lam, deze heeft een kruis vast en heeft een kelk bij zich, hier druppelt bloed in. Daarnaast staat een man met een boek in zijn handen, bij zijn mond staat een tekst. Hij heeft een rood kleed aan.
3.
Een man met pijlen door zijn lichaam, de man heeft een rood kleed. Hij staat op een voetstuk met bladeren(van de klimopplant) eronder, voor een zuil. Op de
achtergrond is een lichte lucht te zien met twee vrouwelijke figuren met vleugels. Zij houden een gouden ring vast.
Onderste paneel 4.
Er ligt een man, dit is dezelfde man als de man aan het kruis in het middenpaneel. De man wordt vastgehouden door een man schuin achter hem, hij draagt een donker rood gewaad. Achter de liggende man zitten twee vrouwen. Een vrouw met een wit kleed en haar handen in elkaar gevouwen en een andere vrouw met een rood met zwart gewaad, ook zei heeft haar handen in elkaar gevouwen. Hiernaast is een rode graftombe te zien, in de grond. Op de achtergrond is het donker en is een landschap met bomen en een berg zichtbaar.
Het tweede aanzicht Panelen van links naar rechts. 1. Een knielende vrouw in donkerblauw gewaad met gevouwen handen. Voor haar ligt een open boek. Een mannelijk figuur met vleugels en een scepter in een geel met rood gewaad. Hij wijst met zijn rechterhand naar het vrouwelijke figuur. Deze figuren bevinden zich in een kerkelijk gebouw. Het gebouw bevat kruisribgewelven en spitsbogen. Er hangt een rood gordijn en een groen gordijn waarmee een deel van het gebouw zou kunnen worden afgesloten, in dit geval hangen ze open. In de linker bovenhoek van het paneel is een beeld van een mannelijk figuur met veel gezichtsbeharing en een doek rond zijn hoofd zichtbaar. Hij houd een boek open gericht naar de toeschouwer. 2.
Een overkapping met aparte spitsbogen en een plat dak. Het is versierd met uitsneden van planten. Op de vier goud gekleurde pilaren in de hoeken van de overkapping staan menselijke figuren. Van links naar rechts: Man in een groen gewaad met veel gezichtsbeharing. Hij houd een boek vast. Man in een licht blauw gewaad en een hoed met veel gezichtsbeharing. Hij houd beiden handen in de richting van de derde persoon(ze lijken te discussiëren). De derde persoon is ook een mannelijk figuur met veel gezichtsbeharing. Hij heeft een groen gewaad aan met een blauw doek erover. Hij maakt hand gebaren terug naar de tweede persoon. Het vierde figuur is een mannelijk figuur zonder gezichtsbeharing. Hij maakt een hand gebaar met een hand omhoog(boven arm recht vooruit, onder arm omhoog) en de andere omlaag(arm schuin omlaag gericht).
Tussen de tweede en derde goud gekleurde pilaar is ook nog een figuur zichtbaar. Een man met veel gezichtsbeharing en een groen en licht blauw gewaad. Hij houd zijn armen over elkaar gevouwen op zijn borst gedrukt. Onder de overkapping(voorste opening) zijn een aantal gevleugelde figuren te zien. De drie voorste figuren hebben snaarinstrumenten vast. De meest vergelegen gevleugelde figuren zijn zichtbaar in een ring van blauw licht. Het middelste figuur is in een gouden kleur geschilderd de rest voornamelijk in blauw. Het middelste figuur lijkt een hoofddeksel te hebben. Aan de zijkant van de overkapping zijn in de opening ook een drietal figuren te zien: twee zwevende gevleugelde figuren met een scepter en een kroon en een staande vrouw met een diadeem. Ze maakt een handgebaar(handen plat tegen elkaar met duimen omhoog gericht) richting de vrouw op het derde gedeelte van dit aanzicht. Ze heeft ook een dikke buik. Op de voorgrond zijn nog een tweetal voorwerpen te zien: een glazen kan met lange tuit en een tobbe met een wit doek eroverheen. 3.
Een zittende vrouw houd een pasgeborene in haar armen. De vrouw heeft een roodgewaad aan met een blauwe cape en de pasgeborene heeft enkel een witte doek deels om zich gewikkeld. Hij heeft ook nog een kralenketting vast. Een tweetal voorwerpen is te zien op de voorgrond een pot en een kribbe(deels achter de zittende vrouw). Achter de zittende vrouw staat links een vijgenboom en rechts groeien rode rozen. Ook is er een muur met een poort zichtbaar met rechts in de verte een kerkelijk gebouw. Hoog in de lucht is een mannelijk figuur met veel gezichtsbeharing, zittend op een troon met een scepter in zijn rechterhand, zichtbaar. Hij heeft een bol met een kruis erop in zijn andere hand. Onder hem is een groot aantal gevleugelde figuren zichtbaar. Iets aan de rechterkant bij een groene berg zijn nog een viertal figuren te zien. Twee gevleugelde en twee staande mannelijke figuren waarvan een met een wandelstok.
4.
In het midden vrij hoog in het beeld is een opstijgende man zichtbaar. Hij houd zijn armen omhoog met de handpalmen naar de toeschouwer gericht. Zijn huid is erg licht van kleur, bijna wit, en hij heeft wonden in beide handen en voeten. Om hem heen is een bol van licht zichtbaar. Zijn gewaad loopt van rood over naar blauw. Onder de opstijgende man is een graftombe van roodkleurige steen te zien. Op de grond zijn vier mannelijke figuren zichtbaar. Alle vier de mannen vallen naar de grond en lijken in pijn. Ze dragen gevechtskleding(helmen en beschermende kleding) en hebben zwaarden. Een van hen heeft ook een bijl. Op de achtergrond is een rotsachtig landschap zichtbaar met op de voorgrond nog een boomstronk.
Onderste paneel 5. Zelfde als het eerste aanzicht.
Het derde aanzicht Panelen van links naar rechts 1.
Er zijn op de voorgrond twee mannen te zien. De linker man draagt een blauw gewaad. Hij heeft zijn rechterhand omhoog alsof hij discussieert of praat met de rechter man. In zijn linker hand houd hij een stok vast. De man zit op een rots. De rechter man draagt een gewaad wat gemaakt lijkt van gevlochten touwen. Ook hij houd zijn rechterhand op. De man heeft veel gezichtsbeharing en lijkt op een stoel te zitten. Tussen de twee mannen staat een hert. Alles speelt zich af in een beboste omgeving. In de lucht hangt een vogel, deze heeft een stuk brood in zijn bek.
2.
Het middelste paneel bestaat uit drie delen. In elk deel is een duidelijk hoofdfiguur zichtbaar. Dit paneel is een houtsnede en het is bijna volledig goud geschilderd, enkele details zijn gekleurd. Boven de panelen is een versiering aangebracht, met planten vormen. In deze versieringen zijn ook nog vogels(duiven) terug te vinden. Van links naar rechts: Een mannelijke figuur met een gewaad met rood(rode handschoenen) en witte details. Hij heeft een mijter op en in zijn linker hand een staf, met zijn rechter hand wijst hij naar links. Aan zijn voeten zit een klein mannelijk figuur in een biddende houding. Een mannelijke figuur zittend op een stoel met een helemaal goud gewaad en veel gezichtsbeharing. In zijn rechterhand houd hij een stok en in zijn linkerhand een boek. Hij heeft een doek gewikkeld om zijn hoofd. Aan de linker kant knielt een klein mannelijk figuur op zijn rechterhand heeft hij een vogel. Aan de rechterkant aan de
voet van het grote mannelijke figuur staat een varken. Daarnaast nog een knielend mannelijk figuur met een varken op zijn arm. Hij heeft een doek om zijn hoofd gewikkeld en wijst met zijn rechterhand omhoog. In de versiering boven deze voorstelling zijn nog een aantal gevleugelde figuren zichtbaar: een adelaar, een os, een mens, en een leeuw. Op het laatste gedeelte is weer een mannelijk figuur zichtbaar. Hij heeft een hoed en een gouden gewaad met rood kledingstuk eronder. Met zijn linkerhand houd hij een boek vast en met zijn rechterhand wijst hij naar rechts. Aan zijn rechtervoet ligt een leeuw. Boven alle drie de hoofdfiguren in deze voorstelling is een dakgewelf zichtbaar. Ze bestaan uit verschillende ingewikkelde ribgewelven. 3.
Een man is liggend zichtbaar, het is dezelfde man als bij punt 1. Ook hier draagt hij een blauw gewaad, dit keer met rood eronder. Ook hier heeft de man een stok vast. Er zijn vreemde wezens zichtbaar, sommigen houden een stok op. Zij lijken de man aan te vallen. Rechts op de voorgrond is papier met een tekst erop zichtbaar. De tekst is onleesbaar. Linksonder is een boek zichtbaar. Er is een hut, vervallen huis op de achtergrond en hier rechts van is een beboste omgeving. Daarachter zijn witte bergen zichtbaar. In de lucht is een mannelijk figuur zichtbaar, hij heeft een scepter. Daaronder is een persoon zichtbaar, deze lijkt ook een scepter bij zich te houden.
Onderste paneel 4. Het onderste paneel bestaat uit vijf delen. In de vier buitenste delen zijn twaalf mannelijke figuren zichtbaar. In elk deel drie. In het middelste deel zit één iets groter mannelijk figuur. Van links naar rechts: Drie mannen van verschillende leeftijden, te zien aan de gezichtsbeharing. De twee meest rechts kijken in een boek. Drie verschillende mannen. De meest linkse met een schelp en een hoofddeksel en de meest rechtse met een doos. Het iets grotere mannelijk figuur. Hij houd een bol met een kruis vast in zijn linkerhand en maakt een handgebaar met het andere. Weer drie andere mannen. De linkse heeft een kelk vast, de middelste lijkt een gedraaid kruis op zijn rug te hebben en de rechtse wijst naar de kelk. De laatste drie mannen. De linkse heeft een boek vast en de middelste leest mee. De rechtse man heeft een gevlochten baard.
-
2. Iconografische beschrijving Het onderwerp vaststellen(de dingen die we gezien hebben in verband leggen)
Het eerste aanzicht Panelen van links naar rechts. 1. Sint Antonius de Grote Antonius is een Christelijke heilige en kluizenaar. Hij word gezien als de vader van het kloosterwezen. 2.
De kruisiging van Christus Doordat Christus zich opofferde aan het kruis, werd de verlossing van de mens mogelijk. Het gaat om de bevrijding van de door de hele mensheid geërfde zonde van Adam. Maria, Johannes de evangelist , Maria Magdalena en Johannes de Doper zijn de andere personen zichtbaar op het werk.
3.
Sint Sebastiaan Sebastiaan was een Christen in het geheim. Toen zijn vrienden Marcus en Marcellinus om hun geloof werden veroordeeld, kwam Sebastiaan naar voren om hun bij te staan. Hij werd voor straf beschoten met pijlen. Zijn wonden waren ernstig, maar niet dodelijk.
Onderste paneel 4. Graflegging van Christus Maria Magdalena en Maria zitten bij het graf van Christus. Johannes de Evangelist houd Christus vast onder zijn armen.
Het tweede aanzicht Panelen van links naar rechts. 1. De Annunciatie De annunciatie is een voorstelling van het bezoek van de aartsengel Gabriël aan Maria. Gabriël verteld haar dat God haar heeft uitkozen om de moeder van zijn Zoon te worden. De knielende vrouw is Maria en de gevleugelde persoon is de engel Gabriël. 2.
Engelen concert (incarnatie) Engelen als musici rond Maria en kind. Eerbetoon van de engelen.
3.
Maria en kind (incarnatie) De geboorte van Christus. Het woord Incarnatie wordt ook wel gebruikt voor de gebeurtenis van het menselijk worden van god in Christus. De zittende vrouw is Maria en de pasgeborene is Jezus Christus. De mannelijke figuur in de linker bovenhoek is God.
4.
De wederopstanding van Christus Soldaten hielden de wacht voor het graf van Christus omdat de joodse leiders bang waren dat de discipelen het lichaam zouden stelen(om te kunnen beweren dat hij was opgestaan). Jezus had zelf al aangekondigd dat hij na drie dagen uit de dood zal verrijzen.
Onderste paneel 5. Graflegging van Christus Zie het eerste aanzicht (punt 4)
Het derde aanzicht Panelen van links naar rechts 1.
Het bezoek van Antonius aan Paulus de kluizenaar Op zijn negentigste ging Antonius op reis om de kluizenaar Paulus te zoeken. Paulus was toen honderd dertien. Een centaur en sater wezen Antonius de weg naar Paulus. De twee mannen omhelsden elkaar en er streek een raaf neer met brood. De vogel had Paulus veertig jaar lang brood gebracht.
2.
Kerkvader Augustinus Invloedrijke theoloog en schrijver van het Christendom. Bekend om zijn teksten over de liefde van god voor de mens. Sint Antonius de Grote Antonius is een Christelijke heilige en kluizenaar. Hij word gezien als de vader van het kloosterwezen. Kerkvader Hiëronymus Invloedrijke theoloog en schrijver van het Christendom. Hij zou een doorn uit de poot van een leeuw gehaald hebben waarna deze hem trouw bleef.
3.
De verzoeking van Antonius Antonius kreeg tijdens zijn leven in de woestijn sterke hallucinaties. Deze “verzoeking” neemt twee vormen aan, erotische visioenen en aanvallen van boze geesten. Dit laatste is hier van toepassing. De demonen vallen Antonius aan en sleuren hem omhoog. De demonen slaan op de vlucht als God aan hen verschijnt in een helder licht.
Het onderste paneel 4.
Christus en zijn twaalf apostelen
Het middelste figuur in de voorstelling is Christus de andere twaalf figuren zijn de twaalf apostelen.
-
3. Iconografische interpretatie De diepere betekenis of inhoud van het kunstwerk, expliciet bedoelt door de kunstenaar, zoeken
Het eerste aanzicht Panelen van links naar rechts 1. Sint Antonius Sint Antonius: Te herkennen aan zijn stok Stok met een knop in de vorm van een Griekse T: Het taukruis of antoniuskruis. Waarom de tau met Antonius verbonden raakte is niet zeker. Misschien is het simpelweg een kruk, om kreupelen en lammen bij te staan of het symbool van onsterfelijkheid. Voetstuk met bladeren(van de druivenplant): Druivenplant word als symbool gebruikt als prefiguratie van de kruisdraging. Staat in verband met de andere panelen, Christus aan het kruis en de Klimop op het voetstuk van St. Sebastiaan dat staat voor onsterfelijkheid. Vrouwelijk, niet menselijk wezen: Duivel, Hel vrouw Waarschijnlijk een van de demonen uit het verhaal ‘De verzoeking van Antonius’. (aanzicht 3, punt 3).
2.
De kruisiging van Christus Johannes de Evangelist: Johannes is jong afgebeeld, als apostel. Ook is hij afgebeeld als trooster van Maria. Het is een uitbeelding van een deel uit het evangelie van Johannes (19: 26-17). Christus vertrouwd Maria voor zijn dood aan Johannes toe. Maria: Maria is o.a te herkennen aan haar wit gewaad. Het wit staat voor haar maagdelijkheid. Maria wordt ondersteund door Johannes, omdat ze tijdens de kruisiging en de kruisafneming drie keer flauw viel. Maria Magdalena: Maria Magdalena is in de vroegere Renaissance rood gekleed. Ze heeft weelderig blond haar. Ze heeft vaak een pot met olie bij, waarmee zij Christus voeten zalfde. Ze heeft haar handen zo gevouwen dat het wanhoop en gebed in één gebaar is. Christus: Christus hangt aan het kruis, aan zijn houding en gezichtsuitdrukking is te zien dat hij lijdt. Ook draagt hij een doornen krans en een lendendoek, duidelijke attributen van Jezus aan het kruis.
Johannes de doper: Een van Johannes attributen is een lam. Vierde evangelie (1:36). ‘En toen hij Jezus zag gaan, zeide hij: zie, het lam Gods!’ De tekst die staat bij Johannes de doper. Illum oportet crescere, me autem minui: ‘Hij moet groter worden, ik kleiner’ (Joh: 3.30)
Tekst boven het kruis van Christus INRI: Afk. Latijnse tekst: ‘Iesus Nazarenus Rex Judaeorum’, wat betekend: Jezus van Nazareth, koning der Joden. Het lam bloed in de miskelk, ook draagt hij een kruis. Miskelk: Hierin wordt het bloed van Christus opgevangen en het staat als het symbool voor de ‘eucharistie en doop’. Lam: Een attribuut van Johannes de doper. Ook is het een symbool voor Christus. Kruis: Symbool van Christus zijn opoffering en van het Christelijke geloof.
3.
Sint Sebastiaan Sint Sebastiaan: Is te herkennen aan de pijlen door zijn lichaam Pijlen: Niet alleen een wapen, maar ook een overbrenger van ziekte, in het bijzonder de pest. Bladeren op de zuil(van de klimopplant): Staan voor onsterfelijkheid (zie druivenplant punt 1)
Onderste paneel 4. Graflegging van Christus Christus: Zijn doornen krans is afgenomen en ligt nu naast de graftombe. Zijn wonden zijn een teken van de kruisiging. Maria, Maria Magdalena, Johannes de Evangelist: Ze zijn ook bij de kruisiging van Christus aanwezig(zie punt 2)
Het tweede aanzicht Panelen van links naar rechts. 1. De Annunciatie Maria: o.a. Te herkennen aan haar blauwe gewaad Aartsengel Gabriël: o.a. Te herkennen aan het attribuut dat hij vast heeft: een scepter met een knop in de vorm van een fleur de lis. (aartsengel: goddelijke boodschapper) Het boek op de grond voor Maria: Het boek der Wijsheid. Wanneer ze met dit boek is afgebeeld wordt ze de Maagd van Wijsheid, Virgo Sapientissima, genoemd. Beeld van een mannelijk figuur met boek: Dit is de profeet Jesaja. Hij houd een boek vast richting de toeschouwer. De tekst is niet te lezen, maar zal waarschijnlijk de tekst van deze profeet ‘Ecce virgo concipiet et pariet filium’ (Zie, de jonkvrouw zal zwanger worden en een zoon baren) uitbeelden. Deze wordt in de kunst vaak bij de Annunciatie verbeeld.
2.
Engelen concert (incarnatie) De zwangere vrouw: Deze kan staan voor een terugblik. Een terugblik van Maria die zwanger is van Christus Ook een toekomstvisioen is mogelijk. Ze is de toekomstige koningin van de Hemel. Overkapping: De overkapping is een baldakijn. Dit is een overkapping gedragen op vier steunpunten. Vaak vier stokken met een stoffen overkapping. In dit geval is de Baldakijn gemaakt van harde materialen met nog wel een doek aan de onderkant van het ‘dak’. De functie was eerst simpelweg beschutting, maar al snel werd het een symbool van waardigheid. Op de vier goud gekleurde pilaren van deze overkapping staan vier mannen, deze mannen zijn profeten. Profeten: De vijf mannelijke figuren op de pilaren van het baldakijn en (één) er tussen zijn profeten.
Tobbe: De tobbe is teken dat het gaat om de geboorte van Christus. Glazen kan: De glazen kan is een ampul of buret. Dit is een glazen of metalen schenkkannetje dat tijdens de katholieke Mis wordt gebruikt om water en wijn in de miskelk te gieten.
3.
Maria en kind (incarnatie) God: God houd een scepter en een rijksappel(de bol met het kruis erop) vast. Dit is een teken van vorstelijkheid. Twee engelen en twee staande mannen: Een van de mannen houd een stok vast. Een wandelstok, attribuut van een herder. Kralenketting: Pasgeboren Christus houd een kralenketting vast. Dit is een Rozenkrans. (Gebed voor Maria) De vijgenboom: Verwijst naar Adam en Eva(de zonde van Adam). Rode rozen: De rode rozen staan voor de marteldood. Rozen zonder doornen(niet te zien of dat in dit geval geld) is verbonden met Maria, omdat zij vrij is van zonde en daarom werd zij ook wel ‘roos zonder doornen’ genoemd. Kribbe: Dat het gaat om de geboorte is o.a. te zien aan de kribbe.
4.
De wederopstanding van Christus Zwaard: Attribuut van een soldaat.
Onderste paneel 5. Graflegging van Christus
Het derde aanzicht Panelen van links naar rechts 1.
Het bezoek van Antonius aan Paulus de kluizenaar Sint Antonius de Grote: Te herkennen aan zijn antoniuskruis(zie eerste aanzicht, punt 1) Paulus: Te herkennen omdat hij afgebeeld is als oude man. Hert: Her i.p.v. een het gebruikelijke varken, deze pasten beter bij de omgeving(Egyptische woestijn). Zie punt 2(varken) voor meer uitleg. Raaf: Bracht veertig jaar lang brood aan Paulus. Ook als Antonius bij Paulus is komt de raaf brood brengen.
2.
Kerkvader Augustinus, Sint Antonius de Grote, Kerkvader Hiëronymus Kerkvader Augustinus: Te herkennen aan de mijter en kromstaf Mannelijk figuur rechts van hem: Jean d’Orliac, door hem werd de bouw mede mogelijk gemaakt(onder andere door donatie van geld). Sint Antonius de Grote: Te herkennen aan zijn antoniuskruis(zie eerste aanzicht, punt 1) Daarnaast blijft zijn baard bij elke verbeelding in dit werk hetzelfde: een in twee gespleten baard. Varken: Ook het varken is een attribuut van Antonius. De Antonieten(leden van een verpleegorde) hielden varkens. Het vlees van deze varkens werd gebruikt als geneesmiddel tegen de ziekte het antoniusvuur. Het mannelijke figuur dat een varken vast houd is zo’n Antoniet. Mannelijk figuur met vogel: De vogel is een haan. Dit figuur brengt de haan als offer aan Antonius. Adelaar, os, mens en leeuw met vleugels: Dit is een symbolische verbeelding van de vier evangelisten: Johannes, Lucas, Matteüs en Marcus. Kerkvader Hiëronymus: Te herkennen aan de leeuw. Door het verwijderen van een doorn uit de poot van een leeuw bleef deze hem trouw.
3.
De verzoeking van Antonius Sint Antonius de Grote: Te herkennen aan zijn antoniuskruis(zie eerste aanzicht, punt 1) God: God houd een scepter vast. Een teken van macht. Demonen: Zijn o.a. te herkennen, omdat ze Antonius aanvallen en doordat de demonen op de achtergrond op de vlucht slaan voor God.
Onderste paneel 4.
Christus en zijn twaalf apostelen Christus (het middelste figuur): Hij is afgebeeld met lang golvend zwart haar en korte baard. Doordat hij centraal en groter is afgebeeld o.a. duidelijk dat het om Christus gaat. De twaalf apostelen: JOHANNES, zit links van Christus. Hij is te herkennen aan zijn glad geschoren gezicht(zo word hij doorgaans op andere werken uit de Middeleeuwen verbeeld). (zesde van rechts) JAKOBUS DE MEERDERE, te herkennen aan de schelp die hij vasthoud. (vierde van links) JAKOBUS DE MINDERE, lijkt op Christus van beharing (tweede van links)
ANDREAS, te herkennen aan het X-vormig houtenkruis op zijn rug. Hieraan was Andreas gekruisigd. (vijfde van rechts) FILIPPUS, BARTOLOMEÜS, MATTEÜS, TOMAS, SIMON, JUDAS TADDEÜS, JUDAS
ISKARIOT en PETERUS zijn de overige apostelen.
-
4. Iconografische interpretatie Waarom is het gemaakt zoals het is gemaakt?
Mathis Gothardt Neithard, ookwel Mathias Grünewald (1470-1528), maakte dit polyptiek ca. 15101515. Hij schilderde dit polyptiek voor het hoogaltaar van de ziekenhuiskapel in het antonietenklooster Isemheim bij Colmar in de Elzas. De kruisiging op het buitenpaneel had een speciale betekenis en bedoeling. Patiënten kwamen in de ziekenhuiskapel om zich voor te bereiden op een medische behandeling, vaak voor de pest en het antoniusvuur(een ziekte die een brandende pijn veroorzaakt in de ledermaten door het eten van met moederkoorn besmet graan). Men zocht meestal hulp voor de zieken bij de vier heiligen aan de voet van het kruis, en ook bij St. Sebastiaan en St. Antonius, wie op de zijpanelen zichtbaar zijn. Hoewel ziekte vaak werd gezien als straf voor een zonde, werd het ook gezien als een bewijs van goddelijke genade, waardoor je zielenheil kon worden herstelt. Men moest lijden voor Christus. Dus het polyptiek had als doel de zieken en zwakken geestelijke steun te bieden. Ook was Antonius de beschermheilige van de orde die o.a. dit ziekenhuis in bezit had. Op zondag gingen de deuren open, zodat het tweede aanzicht zichtbaar werd. De Annunciatie, de Incarnatie en de Opstanding. En op feestdagen was ook het gebeeldhouwde zichtbaar. De houtsneden zijn gemaakt door Niklas Hagenauer en Desiderius Beichel. Het middelste paneel met Antonius in het midden is gemaakt door Niklas Hagenauer. Het onderste paneel met Christus en de twaalf apostelen door Desiderius Beichel. Het iconografisch programma van het altaarstuk lijkt afgeleid te zijn van de geschriften van St. Brigitta van Zweden (1303-1373). De gotische elementen die terug keren bij een aantal panelen zeggen iets over de tijd, waarin het is gemaakt. Zoals de kruisrib gewelven en spitsbogen. Opvallend: Christus aan het kruis Christus werd nergens in de westerse kunst zo aangrijpend afgebeeld als hier. Zijn lichaam is overdekt met wonden en striemen van zweepslagen ook zijn pestbulten te zien. Hij hangt zwaar en levenloos aan het kruis. Zijn vingers zijn verkrampt omhoog geheven en uit zijn wonden op zijn voeten stroomt bloed. Dat Christus ook aan de pest lijd zou een troost moeten zijn voor de patiënten die in het ziekenhuis terecht kwamen. Hij leeft als het ware met hun mee.
-
Bronnenlijst
Boeken Rosa Giorgi, Engelen en duivel, Amsterdam 2006, kunst bibliotheek Isbn: 90-5544-635-1 James Hall, Hall’s Iconografisch Handboek, Onderwerpen, symbolen en motieven in de beeldende kunst, Leiden 2011 Isbn: 978-90-74310-05-2 Louis Goosen, Van Abraham tot Zacheüs, Thema’s uit het Oude en het Nieuwe Testament in religie, beeldende kunst, literatuur, muziek en theater, Amsterdam 2009, Van A tot Z reeks. Isbn: 978-90-8506-759-7 Hugh Honour & John Fleming, Algemene kunstgeschiedenis, Amersfoort 2011. Isbn: 978-90-290-8517-5 Stephen Farthing, 1001 schilderijen Die je gezien moet hebben!, Kerkdriel 2011, 1001 series (1001 before you die) Isbn: Georg Scheja, The Isenheim Altarpiece, 1969 Isbn: 8109-0190-0 Wilhelm Fraeger, Grünewald, 1983 Isbn: 3-406-09738-3
Internet Sint Antonius abt; http://www.adolphus.nl/xus/antonius.html 5 november 2012 Wikipedia, Wederopstanding van Christus; http://nl.wikipedia.org/wiki/Wederopstanding_van_Christus 30 oktober 2012