. ——w— i ï L / v i c o ü u n c r t u RECHTS- EN BESTUURSKUNDIG A D V ( S E U R
Hulp bijhethuishouden:schoonmaak ofzorg? Mr. TimH.G.Robbe 1 1. Inleiding In februari van ditjaar publiceerde ik in Zorgvisie een artikel waarin ik aangaf dat 5 de hulp bij het huishouden niet Europees aanbestedingsplichtig is. 2 Op mijn stelling kwam nogal wat kritiek van juristen en inkopers.3 Daarom onderbouwde ik mijn stelling met een paper, dat ik in mei 2009 verspreidde en dat handelde over het gebruik van objectieve criteria bij het vaststellen van een duidelijk grensoverschrijdend belang.4 In het paper leg ik een verbinding tussen het ioaanbestedingsrecht en het mededingingsrechtelijke leerstuk van de relevante marktafbakening. Als voorbeeldcasus nam ik in dat paper de hulp bij het huishouden op. Omdat bij toepassing van het leerstuk van de relevante marktafbakening blijkt dat geen sprake is van een duidelijk grensoverschrijdend belang, concludeerde ik ook hier dat de hulp bij het huishouden niet aan een Europese aanbestedingsplicht is isonderworpen op basis van wet- en regelgeving noch op basis van het Verdrag EG. Toch lijken velen nog niet overtuigd. Men hoeft de aanbestedingskalender maar te raadplegen om te zien dat gemeenten nog steeds massaal de hulp bij het huishouden Europees aanbesteden.5 Wij lijken het er allemaal over eens dat er geen grensoverschrijding 20 plaatsvindt bij de aanbestedingen hulp bij het huishouden, wat het nut van een verplichting tot Europees aanbesteden al ter discussie behoort te stellen. De kritiek lijkt zich echter toe te spitsen op mijn argument dat de hulp bij het huishouden een zogenaamde bijlage 2B dienst is bij het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten (Bao), namelijk zorg en maatschappelijke dienstverlening. 25 Criticasters blijven beweren dat hulp bij het huishouden voor het overgrote deel uit schoonmaak bestaat. Zij beargumenteren dit door te stellen dat de verhouding tussen de zogenaamde hulp bij het huishouden 1 en hulp bij het huishouden 2 inmiddels 80%/20% is. Zij zeggen dat hulp bij het huishouden 1hetzelfde is als schoonmaak. Omdat schoonmaak vervolgens een bijlage 2A dienst is bij het Bao, zou het Bao in 30 zijn geheel van toepassing zijn. In dat geval houdt mijn bewering geen stand omdat mijn argumenten niet kloppen. Tijd voor een nader onderzoek van de casus dus. Hierbij zal ik aantonen dat het beschouwen van hulp bij het huishouden 1 als schoonmaak juridisch gezien te kort door de bocht is. Bovendien speelt de verhouding hulp bij het huishouden l/hulp bij het huishouden 2 in het geheel geen 35 rol bij de vaststelling of sprake is van een 2A of een 2B dienst.
2. Bijlage 2van het Bao Voor degenen die nog niet goed zijn ingeleid in het aanbestedingsrecht, is het noodzakelijk eerst te verduidelijken wat men bedoelt met bijlage 2A- en bijlage 2Bdiensten. Het Bao is van toepassing op aanbestedingen van overheidsopdrachten 40 voor werken, leveringen en diensten die een bepaalde drempelwaarde overstijgen.6 Voor diensten is deze drempelwaarde momenteel € 206.000,00 exclusief BTW. Besteedt een gemeente een dienst dus aan en heeft de te sluiten overeenkomst een
een overeenkomst met derden te kunnen sluiten. Voor wat betreft diensten kent het Bao echter een eigenaardigheid. Zo kent het een bijlage 2, waarop alle mogelijk aan te besteden diensten zijn gecategoriseerd. Deze bijlage 2 valt uiteen in categorieën die onder een zogenaamde A-lijst vallen, 5 dit zijn dus de bijlage 2A-diensten, en categorieën die onder een zogenaamde B-lijst vallen, de bijlage 2B-diensten. Het Bao stelt dat het in zijn geheel van toepassing is op de 2A-diensten.7 Besteedt een gemeente dus een dienst aan die valt onder een categorie die voorkomt op bijlage 2A, dan moet zij per definitie de procedures uit het Bao volgen. Dit uiteraard alleen als de waarde van de overeenkomst de iogenoemde drempelwaarde overschrijdt. Is echter sprake van een dienst die valt onder een categorie die voorkomt op bijlage 2B, dan stelt het Bao dat slechts twee artikelen uit dat Bao van toepassing zijn: de verplichting non-discriminatoir de dienst te specificeren én de verplichting achteraf bekend te maken met wie zij een overeenkomst heeft gesloten.8 Het Bao schrijft dus niet voor dat een gemeente 15 verplicht een in het Bao opgenomen aanbestedingsprocedure moet doorlopen. Het Hof van Jusitie EG heeft nu in verschillende uitspraken aangegeven dat als sprake is van een bijlage 2B-dienst, de Europese aanbestedingswetgeving inderdaad slechts gedeeltelijk van toepassing is.9 Echter, als sprake is van een duidelijk grensoverschrijdend belang, dan is een gemeente nog altijd verplicht op 20 basis van het Verdrag EG aanbestedingsbeginselen na te leven.10 Dit om de vrije handel tussen Lidstaten van de EG, gegarandeerd door het Verdrag EG, niet te dwarsbomen. Is dat belang echter afwezig, dan is de gemeente Europees aanbestedingsrechtelijk gezien vrij in haar handelen. Het moge nu duidelijk zijn dat als hulp bij het huishouden een bijlage 2B25 dienst is, de gemeenten dus niet hoeven aan te besteden. Het staat immers vast dat geen sprake is van een duidelijk grensoverschrijdend belang. Zelfs criticasters zullen dit beamen. Is de hulp bij het huishouden echter een bijlage 2A-dienst, dan is nu ook duidelijk dat mijn bewering inderdaad in het geheel niet opgaat. Hoe nu vast te stellen of hulp bij het huishouden een bijlage 2A- of een bijlage 2B-dienst is? 30 Daarvoor neem ik eerst de voorziening hulp bij het huishouden, zoals bijna alle gemeenten die specificeren, onder de loep.
3.Dsvoorziening Iiülo bi' het huishouden Gemeenten hebben op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) een zorgplicht voor de hulp bij het huishouden. Om deze vorm te geven maken zij veelal 35 gebruik van het indicatieprotocol dat het Centrum Indicatiestelling voor de Zorg (CIZ) gebruikte toen de voorziening nog onderdeel uitmaakte van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De door gemeenten gebruikte protocollen noemen vaak de volgende activiteiten die een zorginstelling moet uitvoeren in het kader van de hulp bij het huishouden: 40
1. 2. 3. 4. 45 5.
Boodschappen doen Broodmaaltijd bereiden Warme maaltijd bereiden Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen) Zwaar huishoudelijk werk (stofzuigen, ramen lappen)
8. Andere helpen in huis met zelfverzorging 9. Andere helpen in huis met de maaltijdbereiding 10. Dagelijkse organisatie van het huishouden 5 De activiteiten 1 tot en met 7 noemt men vaak hulp bij het huishouden type 1, de activiteiten 8tot en met 10noemt men vaak hulp bij het huishouden type 2. Hulp bij het huishouden 1 is een lichtere variant van de voorziening dan hulp bij het huishouden 2. Voor hulp bij het huishouden 2 zijn dan ook meer ervaren, duurdere en beter opgeleide arbeidskrachten nodig. Uit onderzoeken naar afgegeven indicaties iobij verschillende gemeenten, uitgevoerd door Factum Advies, is gebleken dat de activiteiten 4 en 5 het meeste voorkomen." Deze twee activiteiten vinden apart plaats of in combinatie met andere activiteiten. Elke activiteit kent voorts zijn eigen handelingen. Hieronder geef ik een overzicht van de handelingen die vallen onder activiteit 4 en activiteit 5. 15
Activiteit 4 (licht huishoudelijk werk) bestaat meestal uit de volgende handelingen: 1. Afwassen 2. Hand- en spandiensten (geen boodschappen doen) 3. Opruimen 20 4. Stof afnemen/ragen 5. Bedden opmaken Activiteit 5 (zwaar huishoudelijk werk) bestaat uit meestal de volgende activiteiten: 1. Stofzuigen 25 2. Schrobben, dweilen, soppen: sanitair en keuken 3. Bedden opmaken en verschonen 4. Opruimen huishoudelijk afval Voorts zij opgemerkt dat burgers alleen in aanmerking komen voor de voorziening 30 als sprake is van problemen met betrekking tot zelfredzaamheid of maatschappelijke participatie. Hierop is de zorgplicht die de gemeente heeft op basis van de Wmo te herleiden. Daarnaast schrijven gemeenten veelal verplicht voor dat zorgaanbieders moeten voldoen aan bijvoorbeeld een Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector, Wet Medenzeggenschap Cliënten Zorgsector, et cetera. Van het in te zetten personeel 35 eisen zij bovendien vaardigheden als een signaleringsfunctie, om aan te kunnen geven of een cliënt zwaardere of meer zorg nodig heeft. De hulp bij het huishouden bestaat gezien voorgaande uit verschillende activiteiten. Onder die activiteiten vallen zowel handelingen die aan te merken zijn als "schoonmaak", als handelingen die aan te merken zijn als "zorg en 40 maatschappelijke diensten". Kijken wij in bijlage 2 van het Bao, dan mag het niet verbazen dat "schoonmaak" een categorie is die voorkomt op bijlage 2A (Categorie 14) en "zorg en maatschappelijke diensten" een categorie is die voorkomt op bijlage 2B (Categorie 25). Er is dus sprake van samenloop van A- en B diensten. Welke regels uit het Bao zijn nu van toepassing?
45 4.Samenloop van bijlage 2A-en bijlage 2Bdiensten en CPC codes
waarde de doorslag geeft voor welke regelingen uit de Europese aanbestedingswetgeving van toepassing zijn. Deze rechtsregel is ook opgenomen in het Bao.12 Om vast te stellen welke component de hoogste waarde heeft, moet men volgens het Hof kijken naar de zogenaamde Central Product Classification (CPC). 5 Dit is een codetabel voor economische activiteiten opgesteld door de Verenigde Naties. Men moet de diensten dus met behulp van de CPC classificeren, vervolgens vaststellen of de CPC een bijlage 2A- of een bijlage 2B-dienst betreft en tot slot beoordelen welke diensten de hoogste waarde hebben. De CPC codes die een rol spelen bij de hulp bij het huishouden zijn mijns 10 inziens de volgende: 87403 voor Janitorial services: Services consisting in cleaning and maintaining dwellings and other buildings. Included here arefloor cleaning and waxing, interior wall cleaning, fumiture polishing and other janitorial and maintenance services, 93191 voor Deliveries and related services, nursing services, (...) Services in thefield of nursing (without admission) care, advice and prevention 15for patients at home, (...), 93323 voor Welfare services not delivered through residential institutions Welfare services not including lodging services, e.g. (...) old age visiting services, household budget counselling services, and other community and neighbourhood services. CPC 87403 betreft een dienst die voorkomt op bijlage 2A van het Bao, te weten "schoonmaak". CPC 93191 en 93323 betreffen diensten 20 die voorkomen op bijlage 2B van het Bao, te weten "zorg en maatschappelijke diensten".
5.Deanalysevan de hulp bij het huishouden op basis van de CPC Wij kunnen nu de handelingen die zorgaanbieders verrichten, die onderdeel uitmaken van de activiteiten genoemd in het indicatieprotocol van het CIZ, in kaart 25 brengen en vervolgens de CPC toekennen. Eerst gaan wij dan ook de CPC codes toewijzen aan de verschillende activiteiten. Daarbij heb ik de CPC 93191 en 93323 samengevoegd in één CPC, te weten 93191. In het genoemde indicatieprotocol is overigens ook het aantal uren opgenomen dat een zorgaanbieder aan een activiteit mag besteden. Dit is al in onderstaande tabel verwerkt. De relevantie hiervan zal ik 30 hierna duidelijk maken.
0J u
's z
c c
2§ o. .52
< 1 Boodschappen doen
•ï
1
O O
l
Boodschappen samenstellen
93191
Boodschappen inkopen en opslaan - wekelijks
93191
Broodmaaltijd bereiden broodmaaltijd klaarzetten
- 1,75.
-.".'•-....-l'
93191 mini
'3
f.
<
u % ex c 3
•° c
ai £2
V CL. U
opslaan enbeheer levensmiddelenvoorraad
93191
afwassen en opruimen
93191
3 Warme maaltijd bereiden
3,5
i
tafel dekken en afruimen
93191
eten bereiden
93191
voorbereiden
93191
koken
93191
opslaan enbeheer levensmiddelenvoorraad
93191
afwassen en opruimen
93191
4 Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen, etc.)
1
i
afwassen
93191
hand-en spandiensten
93191
opruimen
93191
stof afnemen, ragen
85330
bedden opmaken
93191
Zwaar huishoudelijk werk (huisschoonmaken, stofzuigen, 5 wc/badkamer reinigen,etc.)
i
1,5
stofzuigen
85330
schrobben, dweilen, soppen: sanitairenkeuken
85330
bedden opmaken/verschonen
93191
opruimen huishoudelijk afval
',Ï6. Dewas doen
93191
A-fiï. M'~' -i:
kledingen linnengoed sorteren enwassen inwasmachine
93191
centrifugeren, ophangen, afhalen
93191
was drogen in droogmachine
93191
vouwen, strijken (alleen bovenkleding), opbergen
93191
ophangen en afhalen wasgoed
93191
7 Huishoudelijke spullen inorde houden 8 Andere helpen inhuis met zclfVcrzorging wassen en aankleden
0
ï
10
2
93191
93191
> 'S [>
1)
o. c:
<
7-
3" s -e o
s> je
u
H JS
CL
o
maaltijden voorbereiden
93191
sfeer scheppen, spelen
93191
opvoedingsactiviteiten
93191
9 Anderehelpen inhuismet maaltijdbereiding
10
2
hulpbij eten en/of drinken
93191
maaltijden voorbereiden
93191
10 Dagelijkse organisatie vanhet huishouden
0,5
2
administratieve werkzaamheden t.b.v. de klant
93191
organisatie huishoudelijke activiteiten
93191
plannen en beheren van middelen m.b.t.het huishouden
93191
11 Advies,instructie en voorlichting
1,5
2
instructie omgaan met hulpmiddelen
93191
instructie lichthuishoudelijk werk
93191
instructietextielverzorging-boodschappen doen-koken
93191
TOTAALAANTAL URENPER WEEK
31,75
*Activiteit8&9wordensamentotmaximaal40uurper weekgeïndiceerd.Daaromgemiddeldnaar20,endanper activiteit 10uuromeenreëelbeeldteschetsen In de volgende stap van onze analyse gaan wij uit van 100 indicatiebeschikkingen voor hulp bij het huishouden. Uit de al eerder genoemde onderzoeken van Factum Advies is gebleken dat bij 100 indicatiebeschikkingen in ieder geval altijd activiteit s5 aanwezig is. Een indicatiebeschikking heeft dan dus betrekking op óf alleen activiteit 5 óf activiteit 5 plus één of meer activiteiten hulp bij het huishouden 1 en/of één of meer activiteiten hulp bij het huishouden 2. Op basis van gegevens uit dezelfde onderzoeken komt dan het beeld naar voren zoals weergeven in de volgende tabel. Onder "Aandeel A" en "Aandeel B" verstaan wij dan de CPC die iovan toepassing zijn op een activiteit gerelateerd aan bijlage 2A bij het Bao, "schoonmaak", en aan bijlage 2B bij het Bao, "zorg en maatschappelijke diensten".
— Aandeel A 100
1
Aantal indicaties
2
Activiteit 5
59
AandeelIS
29,50
29,50
3
Activiteit 5+ntype1
34
8,10
25,90
4
Activiteit 5+ntype2
7
0,75
6,25
5
Totaal
100
38,35
61,65
Ad. 2.Helft CPC codesisAdienst (schoonmaak), helft isBdienst (verzorging), indicaties is dus 50-50 (hetaantal uren isdusook 50-50) Ad. 3Zie berekening hieronder: a.
Aantal uren activiteiten type HH1excl.Activiteit 5(Bdienst)*
8,25
b.
Gemiddeld aantal uren type HH1excl.Activiteit 5
c.
Aantal uren activiteit 5
1,65
d.
Aantal urenactiviteit 5-->Adienst (50%)
0,75
e.
Aantal uren activiteit 5-->Bdienst (50%)
0,75
f.
Aantal uren Adienst isdusd.
0,75
g.
Aantal urenBdienst isdusb.+e.
2,4
h.
PercentageAdienst optotaal
24%
i.
Percentage Bdienst optotaal
76%
1,5
* stofafnemen inactiviteit4 isteverwaarlozen ophettotaal (dit isweleenA dienst) Ad. 4Zie berekening hieronder: a.
Aantal urentypeHH2 excl.Activiteit 5(Bdienst)
22
b.
Gemiddeld aantal urentypeHH2 excl.Activiteit 5
5,5
c.
Aantalurenactiviteit 5
d.
Aantal uren activiteit 5-->Adienst (50%)
0,75
1,5
e.
Aantal uren activiteit 5-->Bdienst (50%)
0,75
f.
AantalurenAdienst isdusd.
0,75
g.
Aantal uren Bdienst isdusb.+e.
6,25
h.
PercentageAdienst optotaal
11%
i.
PercentageBdienstoptotaal
89%
Gezien voorgaande maakt het dus ook niet uit of een gemeente een lager tarief hanteert voor hulp bij het huishouden 1of een zogenaamde gemengd tarief hanteert, waarbij zij hetzelfde tarief hanteert voor hulp bij het huishouden 1 en voor hulp bij het huishouden 2. Het zal per definitie zo zijn dat in de hulp bij het huishouden de 5 handelingen met een CPC die gerelateerd is aan bijlage 2B bij het Bao, "zorg en „i
i::i,~ ,J:„
— ~ J ~ u~uu„
TJr
^rn„^-„ , \r,
„„
Gemeente hanteert twee tarieven: €20,00 voor HH1 €24,00 voor HH2 Uren zijn berekend door aantal indicaties x uren Zievoor urenaantalien ad3 en ad4 in voorgaande berekening. 1
Aantal indicaties
2
4
Activiteit 5(uitgevoerd door HH1) Activiteit S+ntype 1 (uitgevoerd doorHHl) Activiteit 5+ntype 2 (uitgevoerd door HH2)
5
Totaal
3
<
<
ca c
5
3
co
is
5
100 59
44,25
44,25
€885,00
€885,00
34
44,25
81,60
€ 885,00
€ 1.632,00
7
44,25
43,75
€ 1.062,00
€ 1.050,00
100
132,75
169,60
€2.832,00
€3.567,00
Gemeente hanteert één tarief: € 22,00voor HH1envoor HH2
<
<
CO
(0 fO
c:
3
5
5
1
Aantal indicaties
100
2
Activiteit 5 (uitgevoerd door HH1)
59
44,25
44,25
€ 973,50
€973,50
3
Activiteit 5+ntype i (uitgevoerd doorHHl)
34
44,25
81,60
€973,50
€ 1.795,20
4
Activiteit 5+ntype 2 (uitgevoerd doorHH2)
7
44,25
43,75
€973,50
€962,50
5
Totaal
100
132,75
169,60
€2.920,50
€3.731,20
In zowel het scenario waarin de gemeente twee tarieven hanteert als in het scenario waarin de gemeente één tarief hanteert, is de verhouding 2A/2B-diensten 44%/56%. Uit het voorbeeld blijkt overigens dat de verhouding hulp bij het huishouden 1/huln bij het huishouden 2 eruit ziet als volgt: 5
Totaal aan uren uitgevoerd hulp bij het huishouden 1= 44,25 +44,25 + 44,25 + 81,60 = 214,35 Totaal aan uren uitgevoerd door hulp bij het huishouden 2 = io44,25 + 43,75 = 88,00 Totaal aan uren uitgevoerd = 214,35 + 88,00 = 302,35 isHulp bij het huishouden 1= (214,35 / 302,35 =) 70% Hulp bij het huishouden 2 = (88,00/ 302,35 =) 30%
echter heb willen aantonen met dit paper is dat aanbestedingsrechtelijk gezien deze verhouding er weinig toe doet! De verhouding bijlage 2A/bijlage 2B-diensten blijkt namelijk 44%/56% te zijn omdat de hulp bij het huishouden 1tevens voor een groot deel uit bijlage 2B-diensten bestaat. Het aandeel bijlage 2B-diensten is in de 5 voorziening hulp bij het huishouden daarom van een grotere waarde dan het aandeel bijlage 2A-diensten. Aanbestedingsrechtelijk gezien, zowel het Bao als de rechtsregel van het Hof van Justitie EG volgend zoals gegeven in de al aangehaalde uitspraak Felix/Swoboda, moeten wij dus concluderen dat de regels uit het Bao, van toepassing op de aanbesteding van bijlage 2B-diensten, van toepassing is op de 10 aanbestedingen hulp bij het huishouden. Dat is mooi. Aangezien wij al weten dat er geen duidelijk grensoverschrijdend belang is bij deze opdrachten, blijft mijn stelling dus overeind en hoeft de gemeente de voorziening hulp bij het huishouden niet aan te besteden op basis van wet- en regelgeving noch op basis van de (beginselen) van het Verdrag EG. is6. S a m e n v a t t i n g Mijn stelling is dat de hulp bij het huishouden niet Europees hoeft te worden aanbesteed op basis van wet- en regelgeving noch op basis van het Verdrag EG. Dit omdat de hulp bij het huishouden mijns inziens een bijlage 2B-dienst is en bovendien geen sprake is van een duidelijk grensoverschrijdend belang. Er is 20 consensus over het feit dat er bij de aanbesteding van hulp bij het huishouden geen duidelijk grensoverschrijdend belang is. Discussiepunt is gebleven of de voorziening daadwerkelijk een bijlage 2B-dienst is. Criticasters beweren dat de hulp bij het huishouden een bijlage 2A-dienst is, omdat uit de praktijk blijkt dat de zogenaamde hulp bij het huishouden 1 verhoudingsgewijs een groter aandeel heeft dan de 25 zogenaamde hulp bij het huishouden 2. Zij beweren voorts dat hulp bij het huishouden 1 schoonmaak is. Uit een analyse van de voorziening blijkt echter dat deze zowel bijlage 2A elementen kent, als bijlage 2B elementen. Op basis van het vonnis van het Hof van Justitie EG Felix Swoboda moet dan met behulp van de CPC worden vastgesteld welke elementen de hoogste waarde hebben. Bij het toekennen 30 van de CPC aan de verschillende onderdelen van de hulp bij het huishouden is gebleken dat de verhouding bijlage 2A/bijlage 2B 44%/56% is. Dat de verhouding hulp bij het huishouden l/hulp bij het huishouden 2 70%/30% is doet gezien het vonnis van het Hof van Justitie EG niet ter zake. De hulp van het huishouden 1 bestaat namelijk ook voor een groot gedeelte uit bijlage 2B-diensten. Aangezien de 35 bijlage 2B component in de hulp bij het huishouden de hoogste waarde heeft, zijn op de aanbesteding van de voorziening de regels uit het Bao met betrekking tot bijlage 2B diensten van toepassing. Dit betekent, mede gezien het feit dat dus geen sprake is van een duidelijk grensoverschrijdend belang, dat geen aanbestedingsverplichting bestaat op basis van wet- en regelgeving noch op basis van het Verdrag EG. 40N o t e n 1 Mr. Tim H.O. Robbe is Europees jurist en bestuurskundige. Hij is eigenaar van Robbe Adviesbureau enpartner bij Factum Aanbestedingsadvies. 2 Robbe, T.H.G., "Aanbestedingen hulp bij het huishouden mogelijk niet nodig - Europese rechtspraak ooent deuren naar nieuwe moaeliikheden". In: Zorevisie. februari 2009. "HUID bii het
3 Zie reacties van o.a. mr. L. Terpstra op de website van Zorgvisie en van Prof. Dr. J. Telgen in het tijdschrift ZKopers. 4 Robbe, T.H.O., "Objectieve criteria bij het vaststellen van een duidelijk grensoverschrijdend belang".Mei2009,niet gepubliceerd. 5
Met als interessante uitzonderingen de gemeente de Bild, die mijn redenering wel lijkt te volgen,
enn de gemeente Westerveld-Scherpenzeel, die een uitzonderingsprocedure gebruikt (de concurrentiegerichtedialoog). Artikel 1 subh,i,jjo.Artikel 7Bao. Artikel 20Bao. 8 Artikel 21 Bao. 9 HvJ EGAn Post 10 HvJEGConame, HvJEGAn Post, HvJ EG SECAP " Deze onderzoeken zijn niet openbaar. Zij bevestigen echter het beeld dat ook uit andere onderzoeken naar indicatiestellingen uit de Wmo blijkt. 12 Artikel 22Bao. 6 7
X X X
GemeenteAmsterdam Gemeenteraad Gemeenteblad
Voordracht voor de raadsvergadering van 15 en 16 december 2010
Jaar
2010
Afdeling
1
Nummer
810
Publicatiedatum
10december2010
Agendapunt
29A
Datumindiening
22september2010
Tekstwordtgepubliceerdin Onderwerp Gemeenteblad
Initiatiefvoorstel vande raadsleden mevrouwVander Pligtenmevrouw Burkevan 22september 2010inzake bestuurlijke aanbesteding iVtefdeze vcerd'acnr?te:!en .vu uvoernetvolgendebesluitte nemen
Tekstwordtgepubliceerd in Oegemeenteraad vanAmsterdam Gemeenteblad
Gezien hetinitiatiefvoorstelvanderaadsledenmevrouwVander Pligten mevrouw Burkevan22september 2010 inzake bestuurlijke aanbesteding, besluit
I. intestemmenmetgenoemd initiatiefvoorstel; ü. kenniste nemenvande bestuurlijke reactieop het initiatiefvoorstel.
Wettelijke grondslag
Gemeentewet art. 147a,lid1 Initiatiefvoorstel
Inleiding Amsterdam bereidteen nieuwetraditionele aanbesteding voorvoordethuiszorg. Traditioneel:erbestaat namelijkookeenanderemaniervanaanbesteden. Bestuurlijk aanbesteden. Het bestuurlijk aanbesteden heeft allerleivoordelen,nietindelaatste plaatsvoordezorgvrager. DeSPende PvdAstellen indeze notitievoordethuiszorg voor 2011enverder ook bestuurlijk aantebesteden. Boskoop Op maandag 30augustus hebbenwethouderWimvander Hoeknamensde gemeente Boskoopenvijfzorgaanbieders eenconvenantgetekend ophetgebied van hulp bijhet huishouden. Hetconvenant isuniek: erkan nietalleen hulp bijhet huishouden gebodenworden,maarookanderevormen vanzorg-endienstverlening. Omdat ergewerktgaatworden meteenzogenaamd 'Zorgleefplan', hoeftdethuiszorg niet Europees aanbesteed teworden. Boskoop isdaarmee deeerstezelfstandige gemeente inNederlanddieeenbestuurlijke aanbestedingsprocedure voor hulp bijhet huishouden doorloopt.
Jaar Afdeling Nummer Datum
2010 GemeenteAmsterdam 1 Gemeenteraad 810 10december2010 Voordrachtvoorderaadsvergaderingvan15en16december2010
Bestuurlijkeaanbesteding,devoordelen Eenbestuurlijkeaanbesteding levertvoorallepartijenvoordelenop.Zowordteen convenantafgesloten voorzevenjaar inplaatsvanvoorvierjaar bijeen Europese aanbesteding. Hetconvenant kandaarna nogtweemaalstilzwijgend meteenjaar wordenverlengd.Hetvoordeel hiervan isdatallebetrokkenen,zowelde zorgaanbieders alsdemensendiezorg nodighebben,voorlangetijdwetenwaarzij aantoezijn.Zorgaanbieders kunnendaardoor investeren indezorg enhun werknemerszekerheid bieden.Hetvoordeelvoor mensendiezorg nodig hebben voor langeretijd, isdatzijeen relatiekunnen opbouwen metdepersoon diehen komt helpen. Enzijmogenzelfkiezentusseneenaantalgeselecteerdezorgaanbieders, wat eengoede invloed heeftopde kwaliteitvandezorg-endienstverlening. Inhetconvenantworden kwaliteitseisen gesteldaanzoweldedienstverlening alsaan hetpersoneelvan dezorgaanbieders. Indiengewenst kunnen bovendien andere zorgaanbiederszo meegaandoenenalsernieuweontwikkelingenzijnkanhet convenantworden aangepast. Samenvattend:terwijlhetineengewone aanbesteding tochvooralom het beste bestekofoverde besteofferte envoor4jaar langallesmin ofmeer muurvast ligt,gaat hetbijeen bestuurlijke aanbesteding omhet gezamenlijk regelenvandebest mogelijkezorgenhulpendatvooreenlangeretijd. Werken meteenZoroleefplan, devoordelen Hetbelangrijkste voordeelvaneenZorgleefplan isdatzorgvragers een heelscala aanhulpgeboden kanworden,afhankelijk vanwaardecliënt behoefte aanheeft. De klantisdandusecht koning.Dezewerkwijzevoorkomtdatmensenvereenzamen en eengroter beroepgaandoenophetzorgbudget. Dethuiszorg dieopdit momentaangebodenwordt, bestaatsec uit huishoudelijk werk. InhetZorgleefplan hebbendemedewerkers ookeensignaalfunctie. Behoeften enwensenvandeklantwordenvastgelegd ineenpersoonlijkZorgleefplan.Doorhet werken meteenpersoonlijkZorgleefplanwordteractiever metdecliënt meegedacht zodatdie,ondanks beperkingen, het levenzoveel mogelijk kanvoortzetten zoals hij/zijdatgraagzouwillen.Metdezewerkwijzewordtooksamenwerking binnende zorgketen gestimuleerd.Het uiteindelijkedoel isbetere kwaliteitvandezorg-en dienstverlening,waardoor cliëntenactiever kunnenblijven,meer meekunnendoenin desamenleving endaardoor langergezond blijvenenmindersnelvereenzamen. Stukken Meegestuurd Terinzagegelegd
Bestuurlijke reactie ophet initiatiefvoorstel vanderaadsleden mevrouwVanderPligt en mevrouw Burkevan22 september2010 inzakebestuurlijke aanbesteding n.v.t. Oeledenvandegemeenteraad vanAmsterdam
M.M.vander Pligt U.P. Burke
R
31.347
Inïtïatïefvoorstel-Kant Vaststelling van basistarieven voor huishoudelijke verzorging Dit initiatiefvoorstel van het lid Kant (SP) beoogt via een wijziging van Wet maatschappelijke ondersteuning basistarieven voor de huishoudelijke verzorging in te stellen. Hiermee wil de indiener de kwaliteit van die zorg verbeteren. Door het vastleggen van basistarieven moeten zorgaanbieders altijd een prijs ontvangen die minimaal gelijk is aan de kostprijs voor het leveren van kwalitatief goede zorg onder fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden. Metdit voorstel moeten gemeenten rekening houden met de reële basistarieven van huishoudelijke verzorging. Gemeenten krijgen de plicht om te zorgen voor de continuïteit van de huishoudelijke zorg van een kwalitatief hoog niveau,dezogenaamde zorgplicht. Dezesamenvatting is gebaseerdop het wetsvoorstel en dememorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
31.353
Initiatiefvoorstel-Kant Beëindiging verplichting t o t het aanbesteden van huishoudelijke verzorging Dit initiatiefvoorstel van het lid Kant (SP) beoogt via een wijziging van Wet maatschappelijke ondersteuning de verplichte aanbesteding van huishoudelijke verzorging te beëindigen. Hiermee wil de indiener de kwaliteit van die zorg verbeteren. De indiener vindt dat de concurrentie en marktwerking in dezorg ten koste gaat van de kwaliteit, scholing en arbeidsomstandigheden van het personeel. Daarnaast leidt aanbesteding tot concurrentie op prijs en niet tot verbetering van de prijs-kwaliteitverhouding. Gemeenten krijgen de plicht om te zorgen voor de continuïteit van de huishoudelijke zorg van een kwalitatief hoog niveau,de zogenaamde zorgplicht.
Dezesamenvatting isgebaseerd op het wetsvoorstel ende memorie vantoelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
31.375
Initiatiefvoorstel-Kant Bekostiging van huishoudelijke verzorging door specifieke uitkeringen Dit initiatiefvoorstel van het lid Kant (SP) beoogt door een wijziging van Wet maatschappelijke ondersteuning het gemeentelijke beleid op het gebied van de huishoudelijke verzorging door middel van specifieke uitkeringen te laten plaatsvinden. Door de bekostiging van de huishoudelijke verzorging via een doeluitkering te laten verlopen wil de indiener zorgen dat de gelden voor deze huishoudelijke verzorging ook echt voor deze verzorging gebruikt worden. Dezesamenvatting isgebaseerdop het wetsvoorstel en dememorie vantoelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
^
% rw-W7
«
1
1
0
0
4
4
0
3
*
GEMEENTE BOSKOOP
besluitenlijst van de vergadering van burgemeester en wethouders op 28 september 2010
Aanwezig: J. ROsdijk
^ burgemeester
G.JLDazier....,
, wethouder
WJ.C. vander Hoek...., wethouder J. Perfors,,.,.
,...,...., secretaris
Afwezig (m.k,):
Vergaderingvanburgemeesterenwethouders Datum;
0 5 OKT 2010
Agendanummen B_
ƒ |
conformadvies
ii
bespreken Beslissing:
(5M2222SL \
1rtv
W1
U
«^vy GEMEENTE BOSKOOP AKKOORDUJ3T behorendebiidebesluitenlijst vanb&w van28september 2010. Nr PG inhoud
Besluit
Portefeuillehouder:J.Rijsdijk 1
BMO
MandateringWaboenISMH DeinwerkingtredingvandeWabovraagt aanpassingvanonsmandaatbesluit.De wijzigingenzijnopgenomenindeconcept 7*wijzigingBesluit Mandatering gemeente Boskoop.
2
BMO
3
GW
Persbericht persgesprek30 september 2010 Persberichtover devastgestelde onderwerpen voor hetpersgesprek van 30september 2010 (m.u.v.Kadernota alcohofmatigingsbeleïd). HüisnummeringParklaantweedegedeelte HüisnummeringParklaan-öost(Parklaan tweedegedeelte) moetwordenvastgesteld inverbandmet denieuwbouw ter plaatse. Debestaandehuisnummers 11A, 11Den 15 moetenwordenvernummerd.
1 De7"wijziging Besluit Mandatering gemeente Boskoop2003 vaststellen; 2 Dedirectieverzoekenhetopdit besluit gebaseerdeDirectiebesluit mandatering gemeenteBoskoop2003 overeenkomstig tewijzigen; 3 Devaststellingvandeonder 1en 2 genoemdebesluitenpublicereninde GouweKoerierendegeconsolideerde tekstenplaatsenopdewebsiteenop intranet. Akkoordgaanmetdetekstendit persbericht uitdelenaandeaanwezigejournalisten bijhet persgesprek op30 september 2010 enaan deoverigemediaversturenop 1oktober 2010, HüisnummeringParklaan-OostvaststeHen conformhuïsrtummertekenlng(nummers 5 t/m207 oneven),bestaandehuisnummers 11A, 110 en 15vernummerenIn respectievelijk 125, 135en181metIngang van 15oktober 2010.
Portefeuillehouder: G,J.Dazler 4
iBL
Wabosamenwerking milieudienstMiddenHolland' DeinvoeringvandeWabovraagt om aanpassingvanbestaandeafsprakentussen degemeenteendeexternepartners (overheidsinstantiesenanderepartners)over deinhoudelijke kwaliteit,termijnen, vereffeningvankosten bijadviesverlening voorendoor partners.Metdemilieudienst Midden-Holland ishieromtrent inmiddels overeenstemmingbereiktendeze overeenstemmingisneergelegdinde bijgaandedienstverleningsovereënkomst,met werkafspraken.
Aangaanvandienstverleningsovereënkomst metdemilieudienst Midden-Holland.
Portefeuillehouder: WJ.C. vanêmHoek 5
GW
Wmo,afrondingaanbesteding Hulpbijhet huishouden Metde5zorgaanbiedersdiehetConvenant Hulpbijhet Huishoudenhebbenondertekend zijnandereUitvoeringsafspraken gemaakt. Denotitieinformeertoverderesultatenvan het gevolgdecommunicatietraject ende onderhandelingen.Conclusiersdatde uiteindelijkeuurprijsvergelijkbaar ismet
Voorkennisgevingaannemen.
AKKOORDLUST behorendebijdebesluitenlijstvanb&wvan28 september 2010, Nr PG Besluit Inhoud omliggende gemeenten,maarde kwaliteitsafspraken duidelijkbeter zijn. 6 IBL Overheveling budgettenmaatregel Akkoordgaartmetdeoverhevelingvan de binnenklimaat kredietendiebetrekkinghebben op Op 14september 201Öishetcollege verbetermaatregelenbinnenmilieu 2011. akkoordgegaanmetdeoverhevelingvaneen aantalkredietendiebetrekking hebbenophet huisvestingsprogramma 2010naar 2011, uitgezonderddekredietendiebetrekking hebbenopdesubsidievoor verbetermaatregelenbinnenmilieu.Dé minister van OC&Wheeftechterde realisatiedatum voorde verbetermaatregelen uitgesteldtot 4 september 2011. 7 WB VerkoopgrondAzalealaanaanLiander/Nuon 1 PerceelB5935 gedeeltelijk{Wmz} 2 Liander/Nuonwil 16m grondaande overeenkomstigtekeningIP2-1S832 Azalealaankopentenbehoevevaneen verkopenaanNuonvooreenbedragvan nieuwteplaatsentraforuimte. Erzijn.geen C'2.178*08<16x4136.13);belemmeringenomtot verkoopovertegaan. 2 Degetekendeovereenkomsttoezenden aanPLP notarissen. 8 Selectieaccountant BNO Hetraadsvoorstelvaststellen. Selectieaccountant voordeperiode2010 t/m 2012 enzomogelijk eenverlenging tot aandefusiedatum.