H ET PENSIOEN VAN
DE ON DER N E ME R LOGISCH EN FLEXIBEL
Het pensioen van de ondernemer
1
Disclaimer De inhoud van deze uitgave pretendeert geen exactheid of volledigheid. Doel van deze uitgave is onder nemers een idee te geven van de aspecten die aan bod zullen komen in de samenwerking met pensioen adviseurs, fiscalisten, juristen, notarissen en accountants bij het organiseren van hun oudedagsvoor ziening en/of het verkopen van hun bedrijf. De vermelde informatie geeft hoofdlijnen aan. De (wettelijke) detaillering hiervan kan op voor u relevante punten afwijken. Wilgenhaege Vermogensbeheer B.V. heeft de inhoud van dit boek zo zorgvuldig mogelijk samengesteld, maar kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele fouten in de tekst of voor de gevolgen van onvolledigheid of onjuistheid. Wilgenhaege Vermogensbeheer B.V. sluit hierbij iedere aansprakelijkheid uit voor schade, waaronder begrepen directe of indirecte schade, als gevolg van het gebruik van de informatie uit dit boek. Wilgenhaege Vermogensbeheer B.V. staat geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten te Amsterdam en beschikt over een vergunning op grond van artikel 2:96 Wet op het financieel toezicht. Wilgenhaege Vermogensbeheer B.V. is lid van het Dutch Securities Institute (DSI). Wilgenhaege Vermogensbeheer B.V. heeft op grond van artikel 2:80 Wet op het financieel toezicht een vergunning bij de Autoriteit Financiële Markten voor het bemiddelen in hypothecair krediet, levens verzekeringen, schadeverzekeringen en spaarrekeningen onder vergunningsnummer 12009220. De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
2
Jerry Langelaar, algemeen directeur van Wilgenhaege Vermogensbeheer, heeft een nuttig en informatief boek geschreven over enkele voor ondernemers belangrijke financiële onderwerpen waarmee zij in hun werkzaam leven als ondernemer te maken krijgen. De stijl is sober en rechttoe rechtaan, de behandeling van zaken als pensioen, de waarde van de onderneming, de opbouw van vermogen en de perspectieven en valkuilen van beleggen illustratief en effectief besproken. In kort bestek krijgt de lezer een goed beeld van de hoofdzaken, die bij deze onderwerpen aan de orde zijn. De auteur put uit zijn eigen ervaring indien hij zijn lezers enigszins vaderlijk doch met de beste bedoelingen toespreekt. Hij waarschuwt voor overschatting bij het verkopen van de eigen onderneming, maar ook voor onderschatting van het eigen oordeel wanneer onduidelijke beleggingen lonken. “Durf in dat geval op jezelf te vertrouwen”, zo sluit hij zijn geschrift af. Een oordeel dat ik alleen maar kan onderschrijven. Prof. Dr. Arnold Heertje
“Ik zie met genoegen dat een vermogensbeheerder als Wilgenhaege zich inspant om heldere voorlichting te geven, zonder dat er meteen een commercieel doel achter zit. Uiteraard is er een belang. Hoe beter de doelgroep geïnformeerd is, hoe minder ruis er op de lijn zal zitten, wanneer het tot zaken doen komt”. Mr. Arthur Docters van Leeuwen
Het pensioen van de ondernemer
3
VOORWOORD
Je bent ondernemer, want je hebt een eenmanszaak of een BV. De vrijheid, de arbeidsvreugde en de onafhankelijkheid passen bij je. Je bent erin gerold of je hebt je hart gevolgd. Zelfstandigheid brengt verantwoordelijkheden met zich mee. Dat is niet erg, als je je maar realiseert dat, hoewel we in een verzorgingsstaat leven, je als ondernemer desalniettemin in hoge mate op jezelf bent aangewezen.
DEEL I: BASISKENNIS Bij arbeidsongeschiktheid zul je zelf moeten zorgen voor een voorziening. Je wilt vast iets achter de hand hebben voor tijden dat het met je onderneming minder gaat. En de belangrijkste uitdaging: je pensioenvoorziening. Als je 67 jaar oud bent krijg je AOW. Dat geldt voor elke Nederlands ingezetene, dus ook voor ondernemers. Dat is in elk geval iets.
D E E L I I : D E V E R K O O P O P B R E N G S T VA N JE BEDRIJF Er komt een tijd dat je je onderneming overdraagt, verkoopt of beëindigt. Je rekent tegen die tijd ongetwijfeld op een goede verkoopopbrengst van je bedrijf, misschien wel hoog genoeg om daar ongestoord je verdere leven van te genieten. Zeker als je tijdig de juiste maatregelen hebt genomen om er fiscaal zo gunstig mogelijk uit te springen. Op één paard wedden is echter niet verstandig. Er zijn voorbeelden te over van ondernemers die er net zo over dachten als jij nu doet. Voor hen pakte het uiteindelijk anders uit. Het blijft nu eenmaal moeilijk om 10, 20 of 30 jaar vooruit te kijken.
4
DEEL I I I: LOGICA Met gezond verstand en ‘logica’ kun je een eind komen. Inkomen om van te leven kan uit vele bronnen komen. Uit de verkoop van je bedrijf, een pensioenverzekering, spaargeld, beleggingen (in de BV en/of daarbuiten), huuropbrengsten uit onroerend goed, lijfrenteverzekeringen of spaarplannen. Je hebt de vrijheid om daar zelf invul ling aan te geven. Dat is een voorrecht, maar zeker geen gemakkelijke opgave. Wij verstrekken je dan ook graag de logica achter het opbouwen en opeten van vermo gen. Als je die logica begrijpt, en dat is goed te doen, kun je die overal op toepas sen! Het is belangrijk dat je begrijpt dat je vermogen op termijn zomaar 50% lager kan zijn dan verwacht, afhankelijk van de rendementen die worden gerealiseerd. De stand van de rente op je pensioendatum kan ook sterk variëren, wat zomaar 50% minder inkomen (uit vermogen) kan opleveren. Op reële gronden zou je dus maar 25% van het inkomen kunnen hebben dan waar je nu vanuit gaat...
D E E L I V: D E LO G I CA AC HTE R B E L E G G E N Jouw gelden in pensioenverzekeringen worden belegd. Kies je ervoor om zelf ver mogen op te bouwen in jouw (pensioen)vennootschap of in privé, dan zal je waar schijnlijk ook een deel van jouw vermogen beleggen. Je moet daarbij niet denken als een ondernemer. Weten wat je kunt doen, maar vooral weten wat je absoluut niét moet doen. Wij hebben de tekst en de voorbeelden bij “het opeten van vermogen” en “het op bouwen van vermogen” zodanig opgesteld, dat je eenvoudig met de bedragen die op jou van toepassing zijn zélf aan de slag kunt. Als je kunt vermenigvuldigen en delen is dat al voldoende om persoonlijk maatwerk te leveren.
Het pensioen van de ondernemer
5
Dit boekje kan een handig hulpmiddel voor je zijn. Het helpt je om op een verstan dige manier zélf zaken op te pakken én om een goede sparringpartner te zijn in discussies met pensioenadviseurs, beleggingsadviseurs, vermogensbeheerders en accountants. Ik hoop dan ook dat je het met plezier zult lezen. Jerry Langelaar, Algemeen Directeur Wilgenhaege Vermogensbeheer BV
6
DAN KWO OR D
Dit boekje is tot stand gekomen mede dankzij de nuttige inbreng van Peter Buitendijk, pensioenadviseur van Bartels & Slot uit Hoofddorp (bartelsslot.nl), Sander Brouwer FB, fiscalist bij De Hooge Waerder Accountants uit Alkmaar (dehoogewaerder.nl), Jan-Just Meerman, Raymond Schrama, alsmede Rik Tulen, zonder wiens belangrijke ondersteuning in de afgelopen maanden de totstandkoming onmogelijk zou zijn geweest.
Het pensioen van de ondernemer
7
Inhoudsopgave Voorwoord
4
Dankwoord
7
DEEL I: BASISKENNIS Hoofdstuk 1 Het begrip ‘pensioen’ 1.1 AOW als basisvoorziening 1.2 Een pensioen als aanvulling op AOW 1.3 Voor- en nadelen van pensioenverzekering 1.4. Belastingvoordeel tot 33,65% 1.5 Advieswijzer 1.6 Zou je een miljoen schenken aan een verzekeringsmaatschappij? 1.7 Weet je hoe oud je wordt? 1.8 Pensioentekort 1.9 Oudedagsreserve (OR) (Voorheen Fiscale Oudedagsreserve (FOR)) 1.10 Alternatieven voor een pensioenverzekering
12 13 13 13 15 16 17 18 19 19 21 21
Hoofdstuk 2 Lijfrente- en koopsompolissen 2.1 Wat is een koopsompolis? 2.2 Wat is een lijfrenteverzekering? 2.3 Belangrijke begrippen 2.4 Uitrekenen hoeveel premie je mag aftrekken 2.5 Wanneer en hoe de lijfrente laten uitkeren? 2.6 Stakingswinst omzetten in een lijfrente
23 23 23 24 25 25 26
Hoofdstuk 3 Lijfrentebank(of pensioen)sparen 3.1 In het kort 3.2 Pensioen opbouwen 3.3 Pensioen uitkeren 3.4 Overbruggingslijfrente 3.5 Banksparen en overlijden
27 27 28 28 29 29
8
Hoofdstuk 4 Pensioenverzekering 4.1 Deelnemen aan de collectieve regeling van de onderneming 4.2 Individuele pensioenverzekering 4.3 De kosten van een pensioenverzekering
30 30 30 32
Hoofdstuk 5 Pensioen in eigen beheer
33
DEEL II: DE VERKOOPOPBRENGST VAN JE BEDRIJF Hoofdstuk 6 Jouw bedrijf is geld waard
36 37
Hoofdstuk 7 Je verkoopt je bedrijf maar één keer
38
Hoofdstuk 8 Methoden om de waarde van je bedrijf te berekenen 8.1 Discounted Cash Flow-Methode 8.2 De intrinsieke waardebepaling 8.3 De rentabiliteit
39 39 40 41
Hoofdstuk 9 Verkoopopbrengst en waardering 9.1 Waarde is nog geen prijs 9.2 Wat voor type is de koper? 9.3 Je bedrijf moet er goed bij staan
42 42 43 43
Hoofdstuk 10 De waarde van je bedrijf kan fluctueren…
44
Hoofdstuk 11 Fiscale aspecten 11.1 Verkoop van BV 11.2 Verkoop van eenmanszaak, maatschap of VOF
47 47 47
Het pensioen van de ondernemer
9
DEEL III: LOGICA Hoofdstuk 12 De logica van het opeten van vermogen 12.1 Doelvermogen 12.2 Rendement afromen 12.3 Gepland onttrekken 12.4 Hoeveel vermogen is nodig voor € 1.000 netto per maand?
50 51 52 53 55 57
Hoofdstuk 13 De logica van het opbouwen van vermogen 13.1 Tijdig beginnen met vermogensopbouw 13.2 Hoeveel bouw je op in 10 jaar 13.3 Je kiest voor een opbouwperiode van 20 jaar 13.4 Je kiest voor een opbouwperiode van 30 jaar 13.5 Samenvatting van de uitkomsten 13.6 Voor rendement op vermogen hoeft je niet te werken!
60 61 62 63 65 66 67
Hoofdstuk 14 De factoren tijd, rendement en rente
69
Hoofdstuk 15 Inflatie en deflatie 15.1 Inflatie 15.2 Deflatie
71 71 73
DEEL IV: DE LOGICA ACHTER BELEGGEN Hoofdstuk 16 Waarom (moeten) beleggingen rendement genereren?
74 75
Hoofdstuk 17 Waardoor wordt een koers beïnvloed?
78
Hoofdstuk 18 Financiële markten zijn machtiger dan jij
81
10
Hoofdstuk 19 Statistieken helpen je niet verder 19.1 Rendementen over verschillende periodes 19.2 Jouw beleggingshorizon is die van een ander niet 19.3 Wat mag je van beleggingsportefeuilles verwachten?
82 82 84 87
Hoofdstuk 20 De grootste fout die je kunt maken als je je bedrijf verkoopt
90
Hoofdstuk 21 Onderschat jezelf niet
92
Bijlagen Bijlage I: AOW bedragen per 1 januari 2014 Bijlage II: Wanneer krijg je AOW?
93 94 98
Het pensioen van de ondernemer
11
DEEL I BASISKENNIS
12
1 HET BEGRIP ‘PENSIOEN’ 1.1 AOW ALS BASISVO ORZI EN I NG Als Nederlands ingezetene kom je in aanmerking voor een AOW-uitkering (voor de periode dat je in Nederland hebt gewoond), of je nu in loondienst hebt gewerkt, ondernemer bent (geweest) of zelfs helemaal nooit gewerkt hebt. Je nationaliteit doet daarbij niet ter zake. In de 50 jaar voorafgaand aan de AOW-gerechtigde leeftijd bouw je 2% AOW rechten per jaar op (50x2%=100%). Op basis van de tarieven die gelden per 1 januari 2014 is de volledige AOW afgerond € 1.100 bruto per maand voor een alleenstaande of € 760 bruto per maand als je samenwonend of gehuwd bent (en allebei 67 jaar of ouder bent). In bijlage I tref je de uitvoerige overzichten aan. Verderop in dit hoofdstuk (paragraaf 1.5) kun je zien hoeveel -of hoe weinig- belasting je hierover verschuldigd bent. De AOW-gerechtigde leeftijd wordt volgens een bepaalde staffel –zie bijlage II- geleidelijk verhoogd van 65 naar 67 jaar. 1.2
EEN PENSIOEN ALS AANVULLING OP AOW
De AOW alleen is voor de meeste mensen niet voldoende om van te leven. Om die reden kun je een extra inkomenspost bij elkaar sparen voor na je pensioendatum. Dit extra inkomen noemt men pensioen. Let wel, inkomen sparen voor later is duur! Een pensioen(verzekering) bestaat niet alleen uit een inkomenscomponent die je vanaf je pensioendatum van inkomen voorziet. Een pensioen(verzekering) bestaat uit meerdere componenten, te weten:
Het pensioen van de ondernemer
13
Spaarcomponent Kenmerk van het spaarelement: het deel van de premie dat hiervoor is bestemd, wordt belegd. Je krijgt daar ‘ooit’ inkomen voor terug - Ouderdomspensioen: het inkomen (voor jou en je partner) dat je gedurende je werkzame leven bij elkaar spaart om vanaf je pensioendatum van te kunnen leven (bovenop de AOW). Risicocomponenten Kenmerk van de risicopremie: met dit deel van de premie dek je risico’s af. Als het af te dekken risico zich niét voordoet -en dat hopen we uiteraard- is de premie voor niets betaald. Je bouwt hier geen kapitaal mee op. Je krijgt er in dat opzicht niets voor terug. - Partnerpensioen: inkomen voor je partner als je voor je pensioendatum komt te overlijden. - Wezenpensioen: inkomen voor je kinderen in het geval je zou komen te overlijden (meestal totdat ze 21 jaar oud zijn, al kun je in sommige gevallen kiezen voor een latere leeftijd, voor bijvoorbeeld een studie). - Premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid: om er voor te zorgen dat de premies voor je pensioen betaald blijven worden voor het geval je arbeidsongeschikt zou raken. In de meeste gevallen zal je inkomen bij arbeidsongeschiktheid (fors) lager zijn dan wat je gewend bent. Als je deze component dan niet hebt verzekerd, blijf je vanuit een (substantieel) lager inkomen de toch al hoge pensioenpremies betalen. Dat is in de meeste gevallen ondoenlijk. Je zou dan uitkomen op een (fors) lager inkomen nu, én ook nog eens een (fors) lager pensioeninkomen omdat je de premies niet meer kunt betalen. - Arbeidsongeschiktheidspensioen: direct inkomen als je arbeidsongeschikt raakt tot aan je pensioendatum. Dit hoeft niet in een pensioen opgenomen te worden, je kunt ook een ‘losse’ arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten.
14
1.3
V O O R - E N N A D E L E N VA N PENSIOENVERZEKERING
Aan een pensioenverzekering zitten voor- en nadelen, maar wat voor de één een voordeel is, is een nadeel voor de ander. Er bestaat in dat opzicht niet zoiets als ‘de absolute waarheid’. Het is heel persoonlijk en dat laat een ieder de ruimte om, al dan niet onder begeleiding van een accountant of pensioenprofessional, zijn of haar persoonlijke oplossing na te streven. 1.3.1
A F D E K K E N VA N R I S I C O C O M P O N E N T E N IS PERSOONLIJK
De risicocomponenten (partnerpensioen, wezenpensioen, premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid en/of arbeidsongeschiktheidspensioen) zijn belangrijk. In hoge mate ook een kosten-/batenanalyse, afhankelijk van je gezinssituatie (hoe is het inkomen en pensioen van je partner opgebouwd?) én afhankelijk van de risico-in schattingen die je maakt. Wij gaan ervan uit dat je niet weet wanneer je komt te overlijden, een goed pensioen voor je nabestaanden is in dat geval wenselijk. Dit kun je via je pensioen regelen, maar dat hóeft niet. Je kunt ook een (hoge) overlij densrisicoverzekering afsluiten, daar bouw je geen kapitaal in op. Als je die op jonge leeftijd afsluit is de premie te overzien. Er komt alleen een som (netto!) geld vrij als je overlijdt. Op deze som is dan weer de logica van het opeten van vermogen van toepassing (deel III). Hoe groot is de kans dat je arbeidsongeschikt wordt? En, als je iets serieus mankeert, kun je dan nog (deels) werken en inkomen genereren? Los van het feit dat er beroepen zijn waarbij de kans op arbeidsongeschiktheid groter is -je ziet dit terug in de hoogte van de premie-, spelen je medische verleden en levens wijze ook een rol. Wij kunnen er in zijn algemeenheid niets over zeggen. Je doet er goed aan om, eventueel samen met je partner, aan de hand van meerdere offertes en een goede adviseur de mogelijkheden naast elkaar te zetten. Je kiest dan wat het beste bij je past, of, en dat komt ook voor, wat je er ‘maximaal’ voor over hebt of kunt missen. Los daarvan is het opbouwen van een spaarpot, of een beleggingspor tefeuille, altijd verstandig. Hoe meer kapitaal je achter de hand hebt, hoe lager de behoefte tot het afsluiten van risicoverzekeringen wordt.
Het pensioen van de ondernemer
15