Provincie West-Vlaanderen - Gemeente Zonnebeke
verzoek tot raadpleging bij het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan augustus 2009
Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
Contactpersoon Agentschap Ondernemen: Bart Candaele Koning Albert II-laan 35 1030 Brussel 02/553 42 82
Provincie West-Vlaanderen - Gemeente Zonnebeke
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ..............................................................................................................................................................2 1
Inleiding .................................................................................................................................................................3
2
Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het plan............................................................................5 2.1 Aanleiding voor opmaak van het plan .........................................................................................................5 2.2 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het voorgenomen plan .............................................5
3
4
Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ....................................................................................6 3.1.1
De bindende bepalingen........................................................................................................................6
3.1.2
Het richtinggevend gedeelte .................................................................................................................6
Bestaande feitelijke en juridische toestand .......................................................................................................9 4.1 Bestaande feitelijke en juridische toestand ..................................................................................................9 4.1.1
Bestaande feitelijke toestand.................................................................................................................9
4.1.2
Bestaande juridische toestand ..............................................................................................................9
4.2 Bestaande ruimtelijke structuur...................................................................................................................10 5
Onderzoek tot milieueffectrapportage............................................................................................................12 5.1 Aanzienlijke milieuproblematiek gekend?..................................................................................................12 5.2 Onderzoek noodzaak passende beoordeling ............................................................................................12 5.3 Kader voor bijlage I/II-projecten...............................................................................................................14 5.4 Vermoeden van significante milieueffecten ..............................................................................................14 5.5 Watertoets.......................................................................................................................................................21
6
Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven .........................................................................24 6.1.1
7
Visie voor landbouw, natuur en bos regio Kust-polders-westhoek.............................................24
Vertaling naar verordenende stedenbouwkundig voorschriften en op te heffen voorschriften...........26
Inhoudsopgave ..............................................................................................................................................................2 1
Inleiding .................................................................................................................................................................3
2
Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het plan............................................................................5 2.1 Aanleiding voor opmaak van het plan .........................................................................................................5 2.2 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het voorgenomen plan .............................................5
3
4
Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ....................................................................................6 3.1.1
De bindende bepalingen........................................................................................................................6
3.1.2
Het richtinggevend gedeelte .................................................................................................................6
Bestaande feitelijke en juridische toestand .......................................................................................................9 4.1 Bestaande feitelijke en juridische toestand ..................................................................................................9 4.1.1
Bestaande feitelijke toestand.................................................................................................................9
4.1.2
Bestaande juridische toestand ..............................................................................................................9
4.2 Bestaande ruimtelijke structuur...................................................................................................................10 5
Onderzoek tot milieueffectrapportage............................................................................................................12
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
2
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
5.1 Aanzienlijke milieuproblematiek gekend?..................................................................................................12 5.2 Onderzoek noodzaak passende beoordeling ............................................................................................12 5.3 Kader voor bijlage I/II-projecten...............................................................................................................14 5.4 Vermoeden van significante milieueffecten ..............................................................................................14 5.5 Watertoets.......................................................................................................................................................21 6
Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven .........................................................................25 6.1.1
7
Visie voor landbouw, natuur en bos regio Kust-polders-westhoek.............................................25
Vertaling naar verordenende stedenbouwkundig voorschriften en op te heffen voorschriften...... 2827
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
3
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
2
Provincie West-Vlaanderen - Gemeente Zonnebeke
1 Inleiding Voorliggend document is een verzoek tot raadpleging. Het verzoek tot raadpleging bij het voorgenomen RUP wordt opgemaakt door het Agentschap Ondernemen van de Vlaamse Overheid, conform het protocol ‘taakverdeling inzake de verplichtingen voor een plan-m.e.r. voor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan – afspraken over de verantwoordelijke instantie voor de plan-m.e.r. voor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan’. Dit Protocol legt de afspraken gemaakt op de Vlaamse Regering van 21 april 2006 (VR/2006/2104/DOC.0356 BIS) vast. Het betreft afspraken aangaande de instanties en beleidsdomeinen die bij delegatie instaan voor het voldoen aan de verplichtingen inzake plan-m.e.r., de opmaak van een plan-MER of bij het onderzoek tot milieueffectenrapportage, voor gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen. De essentiële inhoud van het verzoek tot raadpleging werd verwerkt in het voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in de zin van het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening van 18 mei 1999.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
3
Provincie West-Vlaanderen - Gemeente Zonnebeke
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
4
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
2 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het plan 2.1
Aanleiding voor opmaak van het plan
De aanleiding voor de opmaak van dit gewestelijk RUP is het afgeleverde positief planologisch attest voor het bedrijf N.V. Westtrucks te Zonnebeke op 17 juli 2007. In het afgeleverd attest werd gesteld dat het RUP dat naar aanleiding van dit planologisch attest wordt opgemaakt, alle bedrijven gelegen binnen de bedrijvenzone Polderhoek omvat en dat er aandacht moet worden geschonken aan de landschappelijke inpassing van het terrein.
2.2
Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het voorgenomen plan
De doelstelling van het plan is om na te gaan welke bedrijven in het bedrijventerrein Polderhoek geconfronteerd worden met uitbreidingsproblemen die enerzijds te wijten zijn aan de juridische context (vernietiging BPA Polderhoek-uitbreiding door de Raad van State) en anderzijds veroorzaakt worden door de configuratie van het terrein, waardoor uitbreidingen onmiddellijk aansluitend bij de huidige bedrijfsvoering onmogelijk zijn. Het BPA Polderhoek-uitbreiding werd door de Raad van State vernietigd omdat naar het oordeel van de Raad van State onvoldoende gemotiveerd werd waarom een bijzonder plan van aanleg werd vastgesteld afwijkend van het gewestplan. De reikwijdte van het plan zal zich uitstrekken tot het bestaande rechtsgeldige deel van het BPA Polderhoek, de delen van het vernietigde BPA Polderhoek uitbreiding die kunnen verantwoordt worden vanuit de behoeften van de bestaande bedrijven, en een gedeelte van het agrarisch gebied aan de oostzijde van de Reutelhoekstraat aangezien de oppervlakte beschikbaar binnen Polderhoek – uitbreiding niet toereikend is voor de gemotiveerde behoeften van de bedrijven. Het plan zal zich beperken tot de maatregelen die in verband met deze problematiek vastgelegd kunnen worden in een verordenend ruimtelijk uitvoeringsplan. Indien inhoudelijk verantwoord kunnen flankerende maatregelen deel uitmaken van de beslissing van de Vlaamse Regering over het RUP of over het proces tot ontwikkeling van het gebied. Het plan zal zoveel mogelijk het gebied als één geheel bestemmen, met één voorschrift. Indien vanuit ruimtelijk ontwerp of actorenoverleg dit noodzakelijk of wenselijk blijkt kunnen voorschriften voor bijvoorbeeld een bufferstrook of een gebied met overgangsbepalingen m.b.t. de bestaande toestand opgenomen worden. Gedetailleerde voorschriften over bouwwijze, materiaalgebruik, inrichting van voortuinstroken,… zullen in principe geen deel uitmaken van dit plan. Indien later blijkt dat dergelijke bepalingen gewenst zijn, kan de gemeente de bestemming verfijnen in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Wel bevat het plan een duidelijke stimulans vanuit stedenbouwkundig voorschrift 1.2 voor enerzijds zuinig ruimtegebruik en anderzijds een kwaliteitsvolle aanleg van het plangebied en afwerking van de bedrijfsgebouwen. Onder zuinig ruimtegebruik wordt verstaan dat de bedrijven in meerdere lagen bouwen – zonder evenwel de maximale bouwhoogte te overschrijden aangezien deze ingegeven is vanuit landschappelijke overwegingen- en dat ze gebouwen maximaal groeperen als de bedrijfsactiviteit dit toelaat.. De kwaliteitsvolle aanleg van het plangebied en de afwerking van de bedrijfsgebouwen zal beoordeeld worden in het kader van de aanvraag van stedenbouwkundige vergunning. Eventueel kunnen tijdens de plenaire vergadering van het RUP de voor- en nadelen van het opnemen van principes van duurzaam, energiezuinig en milieuvriendelijk bouwen in de toelichtende kolom bij dit stedenbouwkundig voorschrift afgewogen worden. In principe zal het plan dit echter niet opleggen aangezien dit deel uitmaakt van het stimulerend beleid van onder andere het beleidsveld Economie (ecologiepremie, infosessies accountmanagers AO, werking bedrijventerreinmanagementprojecten, desgevallend voorwaarden verkrijgen subsidies aanleg bedrijventerrein) en deze principes moeten afgewogen worden tegenover de algemeen beschikbare materialen op de markt en de aard van de activiteiten en de financiële draagkracht van de verschillende ondernemingen gevestigd op het bedrijventerrein. Het RUP heeft niet de ambitie om bedrijven die vanuit hun aard of financiële draagkracht niet kunnen voldoen aan deze principes uit te sluiten.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
5
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
3 Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 3.1.1
De bindende bepalingen De gemeente Zonnebeke ligt in het buitengebied. Het bedrijventerrein Polderhoek is dus gelegen in het buitengebied. In gemeenten buiten de economische knooppunten kan maximaal 500ha als bedrijventerrein voor historisch gegroeide bedrijven worden afgebakend.
3.1.2
Het richtinggevend gedeelte Om op lange termijn op vlak van economische activiteiten concurrrentieel te blijven moet Vlaanderen ruimte en economie beter op elkaar afstemmen. De troeven voor het versterken van de economische potenties liggen in de concentratiegebieden voor economische activiteiten, namelijk de poorten en de economische knooppunten. Daarnaast maken ook bedrijven met hoge toegevoegde waarde, een aanzienlijke tewerkstelling, internationale uitstraling en imago in gemeenten buiten de economische knooppunten deel uit van de Vlaamse economische structuur. Uiteraard moet de ontwikkeling van deze bedrijven worden gegarandeerd. Een ‘historisch gegroeid bedrijf’ (RSV p. 452) is gelegen in een gemeente buiten de economische knooppunten, heeft een ruimtelijke problematiek die best op bovenlokaal niveau wordt afgewogen, is morfologisch en ruimtelijk verweven met de omgeving en heeft een specifieke sociaal-economische relatie met die omgeving. Omwille van de verantwoordelijkheid van de gemeente inzake de verlening en/of de advisering van de milieuvergunning, de kennis en inschatting van de plaatselijke toestand en met name de bepaling van de draagkracht van de ruimte, is het aan de gemeente deze problematiek te signaleren en een principieel standpunt in te nemen. De afweging en bestemming in een ruimtelijk uitvoeringsplan gebeurt door het Vlaams gewest, in overleg met de gemeente en de provincie. Wat betreft de bestemmingen in het gewestplan, kan een historisch gegroeid bedrijf ofwel gelegen zijn in industrie- of KMO-gebied, en een uitbreiding vragen in een aangrenzend open ruimtegebied, ofwel volledig zonevreemd gelegen zijn. De beoordeling van de ontwikkelings- en uitbreidingsmogelijkheden gebeurt in beide gevallen aan de hand van volgende principes uit het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (p.453): -
een maximale verweving van de economische activiteit met de activiteiten in haar (bebouwde of onbebouwde) omgeving wordt nagestreefd, waarbij goed nabuurschap het uitgangspunt moet vormen; goed nabuurschap is afhankelijk van het ruimtelijk functioneren van het gebied, de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van het gebied en van de aard en het karakter van het bedrijf en de bedrijfsactiviteit;
-
alle mogelijkheden en voorzieningen (op milieuhygiënisch vlak, qua mobiliteitsproblematiek, …) voor ontwikkeling op de bestaande locatie worden uitputtend aangewend;
-
de ruimtelijke implicaties bij een herlocalisatie (bijkomende infrastructuur voor nieuwe lokale en regionale bedrijventerreinen, bijkomend ruimtegebruik, versnipperen van onbebouwde ruimte, vermindering van de ontwikkelingsmogelijkheden voor natuur, landbouw en bos, …) worden afgewogen tegenover de ruimtelijke implicaties van een ontwikkeling op de bestaande locatie;
-
de ruimtelijke draagkracht van de omgeving mag niet worden overschreden; de ruimtelijke draagkracht is niet in algemene regels te vatten, deze wordt gebied per gebied bepaald; historisch gegroeide situaties en hinder zijn medebepalend voor de draagkracht;
-
er wordt ten aanzien van de ontwikkeling van de economische activiteit een maximale beleidszekerheid en beleidscontinuïteit nagestreefd, zowel in de ruimte als in de tijd; de verwachte ontwikkeling en uitbreiding van het bedrijf moeten goed ingeschat worden,
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
6
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
evenals bedrijfseconomische implicaties (efficiënte organisatie van de bedrijfsgebouwen, verbeterde ontsluiting, …) volgens het principe van de best beschikbare technologie zonder overmatige kost. Deze principes mogen niet los gezien worden van de vooropgestelde multifunctionele ontwikkelingen, en worden gekaderd binnen de uitgangshouding van duurzame ruimtelijke ontwikkeling met aandacht voor kwaliteit en gebaseerd op ruimtelijke draagkracht. De bedrijven gevestigd op Polderhoek in Zonnebeke worden elk afzonderlijk beschouwd als een historisch gegroeid bedrijf, gelegen in een gemeente van het buitengebied. Sedert 1988 is het bedrijventerrein ingevuld met grotere en kleinere bedrijven, die verder gegroeid zijn na de goedkeuring van het BPA “Polderhoek uitbreiding” in 1997. In het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (goedgekeurd op 4 november 2004) is door de gemeente Zonnebeke het bedrijventerrein Polderhoek voorgesteld als een groepering van bovenlokale bedrijven, waarbij sommige een uitbreidingsbehoefte hebben. De uitbreiding van deze bedrijven moet bovenlokaal worden afgewogen. Gezien de bovenlokale problematiek is een bestendiging en uitbreiding overwogen op gewestelijk niveau binnen de principes van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. De ontwikkelingsmogelijkheden met kwalitatieve vereisten zijn vastgelegd in dit gewestelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
7
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
8
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
4 Bestaande feitelijke en juridische toestand 4.1
Bestaande feitelijke en juridische toestand
Het plangebied is gesitueerd op het grondgebied van de gemeente Zonnebeke. Kaart 0: Situering plangebied
4.1.1
Bestaande feitelijke toestand
De bestaande feitelijke toestand wordt weergegeven op de volgende kaart: Kaart 1: Bestaande feitelijke toestand: luchtfoto met aanduidingen
4.1.2
Bestaande juridische toestand
De bestaande juridische toestand wordt weergegeven op de volgende kaarten. De relevante juridische elementen worden aangehaald in de onderstaande tabellen. Kaart 2: Bestaande juridische toestand: gewestplan, gewestplanwijzigingen en ruimtelijke uitvoeringsplannen Kaart 3: Bestaande juridische toestand: andere plannen Plan
Naam
Gewestplan(nen) of gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen
Gewestplan nr. 5 Ieper-Poperinge (KB 14.08.1979).
Provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen
/
Gemeentelijke plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen
BPA Polderhoek
Verkavelingsvergunningen
/
Beschermde monumenten
/
Beschermde dorpsgezichten
/
Beschermde landschappen Vogelrichtlijngebieden (SBZ-V)
/
Habitatrichtlijngebieden (SBZ-H)
BE250003 ‘Westvlaams Heuvelland”
Ramsargebieden
/
Gebieden van het duinendecreet
/
Gebieden van het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) Gebieden van het Integraal Verwevings- / en Ondersteunend Netwerk (IVON) Vlaamse of erkende natuurreservaten
/
Bosreservaten
/
Beschermingszones grondwaterwinning / Bevaarbare waterlopen
/
Onbevaarbare waterlopen
Scheriabeek (niet gecategoriseerd)
Gewestwegen
A 19
Spoorwegen
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
9
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
4.2
Bestaande ruimtelijke structuur
Ruimtelijke kenmerken van de omgeving Macroniveau
Het bedrijventerrein Polderhoek is gelegen in Zonnebeke, in de deelgemeente Beselare. De gemeente maakt deel uit van het groot aaneengesloten landbouwgebied, de Westhoek. Volgens de Atlas van de Traditionele Landschappen van Antrop ligt de gemeente Zonnebeke in twee verschillende gebieden. Het westelijke gedeelte van de gemeente is gelegen in de Westhoek, een open, maar sterk versnipperd grondgebonden landbouwgebied. Het zachtgolvend landschap vertoont parallelle golvingen die noordwest-zuidoost lopen. De beekvalleien zijn diep ingesneden en hebben geen alluvium. Het oostelijk gedeelte maakt deel uit van het gaaf landschap ‘Rug van Westrozebeke’ volgens het provinciaal ruimtelijk structuurplan en in de relictzone ‘Rug van Westrozebeke’ zoals opgenomen in de Landschapatlas Vlaams Gewest, de waterscheidingskam tussen het Leie- en het Ijzerbekken. Op de rug komen bosjes voor. Kenmerkend zijn de panoramische gezichten en de verspreide bewoning met kleine kerndorpen. Zonnebeke kent een goede bereikbaarheid door de onmiddellijke aansluiting via de N303 en de N332, in het provinicaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen beide geselecteerd als secundaire weg II , op de A19, in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geselecteerd als primaire weg II. Mesoniveau
Het bedrijventerrein Polderhoek ligt ten zuidoosten van de dorpskern van Zonnebeke, op de verbindingsweg tussen Geluveld en Beselare. Het bedrijventerrein ligt ingesloten tussen de A19, de Polderhoekstraat, Kasteelstraat en Reutelhoekstraat. De ontsluiting van het bedrijf gebeurt via de Kasteelstraat. Vanaf de Wervikstraat verplaatst het vrachtverkeer zich hoofdzakelijk naar de A19. Kenmerken van het plangebied
Ruimtelijke kenmerken: De huidige activiteiten bevinden zich tussen de Polderhoekstraat, Kasteelstraat, Reutelhoekstraat en de autosnelweg A19. Het is evident dat in de eerste plaats de vrijliggende gebieden in dit gebied in aanmerking komen voor eventuele uitbreidingen. Voor de uitbreidingsnoden die hier kunnen worden opgevangen is het dan ook niet zinvol om alternatieve lockaties aansluitend bij het bedrijventerrein Polderhoek te bekijken. In het geval de uitbreidingsbehoeften omvangrijker zijn dan wat de vrijliggende percelen kunnen opvangen, zal worden gezocht naar mogelijkheden voor uitbreiding van de bestaande bedrijven aansluitend bij de huidige bedrijvenzone. Uit de bestaande toestand kan worden gesteld dat een uitbreiding naar het zuiden geen alternatief is, gezien de barrières van de A19 en de Kasteelstraat (brug over de snelweg). Aan de noordwestelijke grens is het terrein nu gedeeltelijk uitgegraven en is er hogergelegen bebouwing aanwezig. Tevens zou een noordwestelijke uitbreiding inhouden dat de Reutelhoekstraat en de Polderhoekstraat moet opgewaardeerd en verbreed worden om bruikbaar te zijn voor zwaar vervoer. De aan te leggen wegenis is in dat geval zeer lang en er zal bijkomende hinder zijn voor ongeveer zeven woningen. Dit wordt om al deze redenen niet gezien als een redelijk alternatief voor verdere uitbreiding van Polderhoek. Ruimtelijke vraag van de bedrijven: Onderstaande tabel geeft een overzicht van de uitbreidingsnood van de verschillende bedrijven, en wat de randvoorwaarden zijn vanuit de bestaande bedrijfsvoering. Bedrijf
Activiteit
Osteyn en Cie NV
Bouw- en dakwerken
Deslee Textiles
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
Terreinen in polderhoek uitbreiding
Bijkomende oppervlakte (in m²)
-
0
ja
0
10
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Poppies
ja
5.000
Ropa NV
-
10.000
Vecari
-
5.000
Gabecon
ja
12.550
Heating Service
-
15.000
West Trucks
volledig
10.000
Mylle Guido
volledig
0
De bestaande terreinen in Polderhoek en Polderhoek-uitbreiding zijn, op de noordoostelijk percelen na, in eigendom van bestaande bedrijven. Deze hadden, bij de goedkeuring van het BPA PolderhoekUitbreiding de percelen gekocht om er hun toenmalige uitbreidingsnoden op te vangen. Sommige bedrijven kregen vergunningen voor de vernietiging van het BPA door de Raad van State, andere geplande investeringen werden niet of slechts gedeeltelijk uitgevoerd. De bedrijven hebben nog steeds de intentie en de plannen om het gebied ten westen van de Reutelhoekstraat volledig in gebruik te nemen, zodra de bestemming dit toelaat. Daarbovenop hebben sommige bedrijven nog uitbreidingsvragen, die ze liefst aansluitend of in de onmiddellijke omgeving van hun huidige vestiging laten plaatsvinden. Zowel ruimtelijk als economisch heeft dit duidelijke voordelen, zoals zuinig ruimtegebruik, efficiënte benutting van investeringen en beperken van transport tussen verschillende vestigingen van hetzelfde bedrijf. De onderbouwde vragen naar uitbreiding komen voor in de laatst kolom. Heating Service voorziet dat bij uitbreiding de bestaande terreinen (ca 7700 m²) zullen worden verlaten en het bedrijf volledig verhuist naar de nieuwe locatie aan de Reutelhoekstraat. Wanneer dit wordt verrekend, is de bruto-vraag naar uitbreiding, bovenop de percelen die in gebruik of aangekocht zijn op Polderhoek, ongeveer 5 ha.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
11
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
5 Onderzoek tot milieueffectrapportage In dit hoofdstuk wordt achtereenvolgens nagegaan - of er in het plangebied al een aanzienlijke milieuproblematiek gekend is; - of er voor het voorgenomen plan een passende beoordeling vereist is conform het natuurdecreet; - of het voorgenomen plan het kader vormt voor vergunningen van bijlage I/II-projecten volgens de projectMER-regelgeving - of er een vermoeden bestaat van significante milieueffecten Wanneer blijkt dat er reeds een planMER opgemaakt is, of er een studie beschikbaar is die voldoet aan de kenmerken van een MER kan een ontheffing van plan-merplicht gevraagd worden o.b.v. de decreetswijziging van 8 mei 2009 (B.S.: 3 juli 2009, inwerkingtreding 13 juli 2009). Indien een passende beoordeling verplicht is, of het plan het kader is voor de vergunning van bijlage I/II-projecten is een planMER vereist, uitgezonderd in het geval dat het plan betrekking heeft op een klein gebied op lokaal niveau of op een beperkte wijziging voor zover er geen vermoeden is van significante milieueffecten. In alle andere gevallen is een planMER slechts noodzakelijk indien er een vermoeden is van significante milieueffecten.
5.1
Aanzienlijke milieuproblematiek gekend?
Binnen het plangebied of ten gevolge van de activiteiten van de bedrijven gevestigd in het plangebied is vandaag geen aanzienlijke milieuproblematiek gekend. In de reacties n.a.v. het uitgestuurde verzoek tot raadpleging wordt ook geen enkel element naar voren gebracht dat deze visie wijzigt. Dit neemt uiteraard niet weg dat in het plangebied bedrijven kunnen gevestigd zijn die onder de Vlarem of andere milieuwetgeving vergunningen moeten aanvragen.
5.2
Onderzoek noodzaak passende beoordeling
Artikel 36 ter van het decreet Natuurbehoud bepaalt dat ieder plan dat - afzonderlijk of in combinatie met één of meerdere bestaande of voorgestelde activiteiten, plannen of programma’s - een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een als speciale beschermingszone te beschouwen gebied kan veroorzaken, dient onderworpen te worden aan een passende beoordeling. Het gaat om gebieden die door de Vlaamse regering zijn voorgesteld of aangewezen zijn als Speciale Beschermingszone in toepassing van de Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG van 02.05.1979) en de Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG van 21.05.1992). Het plangebied ligt in de omgeving van een als speciale beschermingszone te beschouwen gebied in de zin van de Habitatrichtlijn (SBZ-H BE2500003 ‘Westvlaams Heuvelland’).
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
12
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
De speciale beschermingszone is aangeduid omwille van het voorkomen van volgende soorten en habitats: 4010
Noordatlantische vochtige heide met Erica tetralix
4030
Droge heide (alle subtypen)
6430
Voedselrijke ruigten
9120
Beukenbossen van het type met Ilex- en Taxus-soorten, rijk aan epifyten (IliciFagetum)
9130
Beukenbossen van het type Asperulo-Fagetum
9160
Eikenbossen van het type Stellario-Carpinetum
91E0
Overblijvende of relictbossen op alluviale grond (Alnion glutinoso-incanae)
1166
Triturus cristatus - Kamsalamander
De afstand tussen het plangebied en de speciale beschermingszone bedraagt ongeveer 1 km. Tussen het plangebied en het SBZ zijn er geen directe relaties, omdat het bedrijventerrein van het SBZ gescheiden is door een heuvel, de waterscheiding tussen de Reutelbeekbeek en de Scheriabeek. De Reutelbeek is een andere zijbeek van de Polygonebeek. De Scheriabeek loopt door het plangebied, en mondt verderop uit in de Polygonebeek; het SBZ is gelegen langs de Polygonebeek, maar stroomopwaarts van de monding van de Scheriabeek; stroomafwaarts zijn er geen andere SBZ in de omgeving. Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
13
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Er wordt geen grondwater onttrokken door de bedrijven. Bijkomende activiteiten, bebouwing of verharding die een impact zou kunnen hebben op de soorten en habitats van de SBZ is bijgevolg niet aanwezig. Concluderend kan gesteld worden dat het ruimtelijk uitvoeringsplan geen plan is dat een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een als speciale beschermingszone te beschouwen gebied kan veroorzaken, en conform artikel 36ter van het decreet Natuurbehoud, geen passende beoordeling vereist is. Het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos tijdens de plenaire vergadering en als reactie op het uitgestuurde verzoek tot raadpleging is gunstig.
5.3
Kader voor bijlage I/II-projecten
De huidige bedrijven op het bedrijventerrein Polderhoek hebben volgende activiteiten: - produceren van koekjes en gebak - weven en breien van stoffen, extruderen van polypropyleengarens - productie van prefab-betonelementen - tuinaanleg - verwarmings installaties - grond- en kabelwerken en persboringen - herstel en onderhoud van vrachtwagens - draaien en frezen van metalen onderdelen De confrontatie van deze activiteiten met de bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering houdende de vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage levert dat enkel het ‘produceren van koekjes en gebak’ kan voorkomen in bijlage II, namelijk onder de rubriek ‘suikerwarenfabrieken met een productiecapaciteit van 90.000 ton per jaar of meer’. Het koekjesbedrijf Poppies komt niet voor in de databanken over projectMER. Ruimtelijk is het niet mogelijk de huidige vestiging in Zonnebeke uit te breiden, omdat het bedrijf ingesloten zit tussen andere bedrijven. Gezien het feit dat de stedenbouwkundige voorschriften de vergunbare uitbreidingen expliciet koppelen aan de bedrijven die behoorlijk stedenbouwkundig vergund zijn in het bestaande bedrijventerrein Polderhoek, vormt het voorgenomen plan niet het kader voor vergunningen van dergelijke projecten.
5.4
Vermoeden van significante milieueffecten
Artikel 4§2 van het besluit van 12 oktober 2007 van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s beschrijft de inhoud van een onderzoek tot milieueffectenrapportage. Deze bevat: •
een beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan of programma, en in voorkomend geval van de redelijke alternatieven voor dat plan of voor onderdelen ervan;
•
een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma, in voorkomend geval op de gezondheid en veiligheid van de mens, de ruimtelijke ordening, de biodiversiteit, de fauna en flora, de energie- en grondstoffenvoorraden, de bodem, het water, de atmosfeer, de klimatologische factoren, het geluid, het licht, de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed, het landschap, de mobiliteit, en de samenhang tussen de genoemde factoren;
•
in voorkomend geval alle relevante gegevens, met inbegrip van de redenen waarom de initiatiefnemer meent geen plan-MER te moeten opmaken overeenkomstig artikel 4.2.6, §1, 5° van het decreet.
•
in voorkomend geval een beoordeling of het voorgenomen plan of programma grens- of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben;
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
14
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Beschrijving van het voorgenomen plan en mogelijke alternatieven Voorliggend plan betreft de bestendiging en uitbreiding van de bestaande bedrijven uit het bedrijventerrein Polderhoek. Het plan vereist geen ontbossing. De doelstelling van het plan is om na te gaan welke bedrijven in het bedrijventerrein Polderhoek geconfronteerd worden met uitbreidingsproblemen die enerzijds te wijten zijn aan de juridische context (vernietiging BPA Polderhoek-uitbreiding door de Raad van State) en anderzijds veroorzaakt worden door de configuratie van het terrein, waardoor uitbreidingen onmiddellijk aansluitend bij de huidige bedrijfsvoering onmogelijk zijn. De reikwijdte van het plan zal zich uitstrekken tot het bestaande rechtsgeldige deel van het BPA Polderhoek, de delen van het vernietigde BPA Polderhoek uitbreiding die kunnen verantwoord worden vanuit de behoeften van de bestaande bedrijven, en eventueel een gedeelte van het agrarisch gebied aan de oostzijde van de Reutelhoekstraat indien blijkt dat de oppervlakte beschikbaar binnen Polderhoek – uitbreiding niet toereikend is voor de gemotiveerde behoeften. Het plan zal zich beperkten tot de maatregelen die in verband met deze problematiek vastgelegd kunnen worden in een verordenend ruimtelijk uitvoeringsplan. Het plan zal zoveel mogelijk het gebied als één geheel bestemmen, met één voorschrift. Indien vanuit ruimtelijk ontwerp of actorenoverleg dit noodzakelijk of wenselijk blijkt kunnen voorschriften voor bijvoorbeeld een bufferstrook of een gebied met overgangsbepalingen mbt de bestaande toestand opgenomen worden. Gedetailleerde voorschriften over bouwwijze, materiaalgebruik, inrichting van voortuinstroken,… zullen geen deel uitmaken van dit plan. Indien later blijkt dat dergelijke bepalingen gewenst zijn, kan de gemeente de bestemming verfijnen in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. De huidige activiteiten bevinden zich tussen de Polderhoekstraat, Kasteelstraat, Reutelhoekstraat en de autosnelweg A19. Het is evident dat in de eerste plaats de vrijliggende gebieden in dit gebied in aanmerking komen voor eventuele uitbreidingen. Voor de uitbreidingsnoden die hier kunnen worden opgevangen is het dan ook niet zinvol om alternatieve lockaties aansluitend bij het bedrijventerrein Polderhoek te bekijken. In het geval de uitbreidingsbehoeften omvangrijker zijn dan wat de vrijliggende percelen kunnen opvangen, zal worden gezocht naar mogelijkheden voor uitbreiding van de bestaande bedrijven aansluitend bij de huidige bedrijvenzone. Uit de bestaande toestand kan worden gesteld dat een uitbreiding naar het zuiden geen alternatief is, gezien de barrières van de A19 en de Kasteelstraat (brug over de snelweg). Aan de noordwestelijke grens is het terrein nu gedeeltelijk uitgegraven en is er hogergelegen bebouwing aanwezig. Tevens zou een noordwestelijke uitbreiding inhouden dat de Reutelhoekstraat en de Polderhoekstraat moet opgewaardeerd en verbreed worden om bruikbaar te zijn voor zwaar vervoer. De aan te leggen wegenis is in dat geval zeer lang en er zal bijkomende hinder zijn voor ongeveer zeven woningen. Dit wordt om al deze redenen niet gezien als een redelijk alternatief voor verdere uitbreiding van Polderhoek. Het enige alternatief dat wordt bekeken (naast de nulvariant) is een uitbreiding ten noordoosten, aan de overzijde van de Reutelhoekstraat langsheen de Kasteelstraat. Beschrijving en inschatting van mogelijke milieueffecten De beschrijving van de mogelijke milieueffecten zal worden besproken aan de hand van de vier onderscheiden onderdelen van het voorgenomen plan, namelijk: A.
het bestemmen van het bestaand, rechtsgeldig deel van Polderhoek tot bedrijventerrein in functie van de bedrijven de gevestigd zijn in het plangebied.
B.
het bestemmen van het agrarisch gebied, waar in het kader van het BPA Polderhoek Uitbreiding stedenbouwkundige vergunningen zijn afgeleverd en gebouwen, constructies en verhardingen opgericht in functie van de bedrijven die gevestigd zijn in het plangebied.
C.
het bestemmen van de (delen van) percelen die momenteel niet in gebruik zijn voor economische activiteiten van agrarisch gebied naar gemengd regionaal bedrijventerrein in functie van de bedrijven de gevestigd zijn in het plangebied.
D.
het herbestemmen van het agrarisch gebied aan de oostzijde van de Reutelhoekstraat tot bedrijventerrein in functie van de bedrijven die gevestigd zijn in het plangebied.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
15
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
De beschrijving zal ingaan op het huidig geldend plan, het voorgenomen plan, de huidige toestand als referentiesituatie, en de mogelijke milieueffecten. Onderstaande tabel geeft een beknopt overzicht van de bestaande toestand, de huidige geplande toestand en de toestand bij uitvoering van het voorgenomen plan. Planonderdeel
A
B
C
Bestaande toestand
Bedrijventerrein met beperkte buffer
Bedrijventerrein
Geldend plan
Bedrijventerrein
Agrarisch gebied, Agrarisch gebied met decretale garanties voor het behoud bestaande toestand
Agrarisch gebied
Voorgenomen plan
Bedrijventerrein met landschappelijke inpassing
Bedrijventerrein met landschappelijke inpassing
Bedrijventerrein met ruimte voor de beek, fietspad en landschappelijke inpassing
Braakliggende gronden
Bedrijventerrein met landschappelijke inpassing
D Landbouwgebied doorsneden door een beek
De mogelijke milieueffecten worden voor de onderdelen A en B globaal besproken, omdat de bestaande toestand reeds overeenkomt met de bedoeling van het voorgenomen plan, en deze vanuit de mogelijkheden van het geldend plan niet in vraag moeten worden gesteld. Voor C en D wordt dit aangevuld met een bespreking van de belangrijkste milieudisciplines waar de milieueffecten zich kunnen voordoen.
A. Overnemen van het bestaand, rechtsgeldig deel van Polderhoek De overname van het bestaand deel heeft enkel tot doel om de stedenbouwkundige voorschriften en de randvoorwaarden voor de verschillende bedrijven éénvormig te maken voor het gehele plangebied. Aangezien de bestaande activiteiten en de bestaande ruimtelijke verschijningsvorm richtinggevend is voor het voorgenomen plan, sluiten de stedenbouwkundige voorschiften nauw aan bij de geldende voorschriften uit het BPA Polderhoek. Tevens worden de maatregelen die opgelegd worden om een landschappelijke inpassing te realiseren op de bestaande toestand afgestemd. Dit planonderdeel heeft bijgevolg geen andere milieueffecten dan het geldend plan. De effecten zijn dezelfde als of vergelijkbaar met de bestaande toestand De bespreking van de mogelijke milieueffecten is dus niet relevant. B. Opnemen van de gebouwen en verhardingen die stedenbouwkundig vergund werden op basis van het BPA Polderhoek-uitbreiding Heel wat bedrijven hebben vergunningen verkregen in de periode toen het BPA ‘Polderhoek uitbreiding’ het kader was voor vergunningen. Door het arrest van de Raad van State werd het BPA vernietigd, en kunnen momenteel voor de bedrijfsgebouwen geen stedenbouwkundige vergunningen worden verkregen, behalve in het kader van de decretaal voorziene uitzonderingsbepalingen (vb 145bis DRO). De afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen werden niet betwist, waardoor de bedrijven in de merkwaardige positie zitten dat de werken zijn uitgevoerd op basis van de nodige stedenbouwkundige
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
16
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
vergunningen, hoewel die niet meer opnieuw kunnen afgeleverd worden. In de praktijk betekent dit dat de gebouwen wel verder gebruikt worden voor de oorspronkelijk bedoelde activiteiten, en dat op lange tot zeer lange termijn (bijvoorbeeld indien milieuvergunningen noodzakelijk zijn) de aard van de activiteiten kan evolueren naar activiteiten die niet vergunningsplichtig zijn. Om wille van de gedane investeringen is het weinig waarschijnlijk dat de gebouwen en verharding vrijwillig zullen verwijderd worden, of dat het gebruik in overeenstemming zal worden gebracht met de mogelijkheden van de huidige geldende bestemming. Aangezien de bestaande activiteiten, gebouwen en verhardingen in dit planonderdeel reeds aanwezig zijn, is het voorgenomen plan hier reeds als gerealiseerd te beschouwen. De milieueffecten ten opzichte van de bestaande toestand zijn dan ook zeer beperkt, en kunnen over het algemeen neutraal beoordeeld worden. Om wille van het mogelijk maken van het gebruik van bestaande constructies en verhardingen, kunnen de milieueffecten ten aanzien van volgende disciplines positief worden beoordeeld: - ruimtelijke ordening: om wille van het hergebruik van bestaande geschikte gebouwen, en omwille van de uitbreiding aansluitend bij de bestaande vestiging van de bedrijven in planonderdeel A; - energie- en grondstoffenvoorraden: omdat de gebouwen kunnen behouden blijven, en er geen verplichte verplaatsing wordt overwogen; er is geen bijkomende energie-investering nodig voor sanering en heropbouw op een andere lokatie; - stoffelijke goederen - landschap: omwille van de betere inpassing van de bestaande gebouwen en verhardingen in een landschappelijk geheel en de mogelijkheid om een landschappelijke inpassing op te leggen. Ten opzichte van het huidig geldend plan (agrarisch gebied) zijn er voor dit planonderdeel eveneens slechts beperkte milieueffecten, aangezien de regelgeving verregaande afwijkingsmogelijkheden voorziet voor bestaande, stedenbouwkundig vergunde activiteiten, gebouwen en verhardingen. Het feit dat de huidige onduidelijkheid over de toekomst voor de gedane investeringen bestendigd wordt, geeft aanleiding tot licht negatieve effecten voor ruimtelijke ordening, energie- en grondstoffenvoorraden, stoffelijke goederen. C. Opnemen van (delen van) percelen die opgenomen waren in het BPA Polderhoek uitbreiding, maar waar momenteel geen economische activiteiten worden uitgeoefend Tussen de percelen die in gebruik zijn door bedrijven op het voormalig BPA Polderhoek Uitbreiding, liggen braakliggende percelen die aangekocht werden door bedrijven, maar waarop niet tijdig een vergunning werd aangevraagd. De percelen zijn versnipperd, sommige zijn reeds bouwrijp gemaakt, maar kunnen niet ingezet worden voor de bedrijfsvoering. Eventueel kunnen delen ervan via afwijkingsmogelijkheden uit het decreet ruimtelijke ordening toch in gebruik worden genomen, maar de mogelijkheden hiervoor zijn sterk beperkt. Landbouwbedrijfsvoering is niet haalbaar, gezien de beperkte omvang en het gebrek aan ruimtelijke samenhang van de percelen. Bij het behoud van het huidig geldend plan wordt de ruimtelijk onsamenhangende situatie bestendigd, en zal op lange termijn het onbruikbaar agrarisch gebied behouden blijven. De braakliggende percelen kunnen gebruikt worden voor niet vergunningsplichtige functies, die de agrarische doelstelling niet realiseren. Het weinig rationeel gebruik van de ruimte en het onsamenhangend uitzicht, samen met de onmogelijkheid om gepaste beheersmaatregelen te nemen zorgen ook voor een negatief effect op het landschap. Bij de uitvoering van het voorgenomen plan worden positieve effecten gegenereerd voor ruimtelijke ordening en landschap, omdat de onduidelijkheid wordt opgeheven en de tussenliggende percelen een logische inpassing krijgen in het geheel van het bedrijventerrein. Bovendien kunnen de noodzakelijke maatregelen genomen worden voor de overgang tussen het bedrijventerrein en het omgevende open agrarisch landschap. De ingrepen die reeds werden gedaan (bouwrijp maken, halfverhardingen,...) kunnen ook worden gebruikt voor hun oorspronkelijk doel en leveren een positief effect op voor stoffelijke goederen. Lokaal zijn er uiteraard wel negatieve milieueffecten door de mogelijkheden voor bijkomende bodemafdekking, met gevolgen voor water, fauna en flora en biodiversiteit. Gezien de beperkte omvang van de ingesloten percelen, en het feit dat de nodige maatregelen oa voor waterbeheer kunnen genomen worden op project niveau, zijn de effecten niet aanzienlijk. Het uitbreiden van de bedrijven op de tussenliggende percelen zal een beperkt effect hebben op
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
17
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
atmosfeer, geluid en licht, doch dit wordt beschouwd als verwaarloosbaar aangezien de percelen nu reeds de invloed kennen van de bestaande bedrijvigheid. De uitbreiding van bestaande bedrijven op aansluitende percelen voorkomt dat de bedrijfsvoering gespreid wordt over verschillende lokaties, met een positief effect voor mobiliteit door het wegvallen van vervoersrelaties tussen verschillende vestigingen. Voor wat betreft de discipline Mens-Gezondheid worden de effecten als niet bestaande of neutraal beoordeeld. In de nabijheid van het plangebied bevinden zich immers maar in beperkte mate woningen, terwijl de uitbreiding van het bedrijventerrein gericht is op de aanwezige bedrijven op het bedrijventerrein. In de huidige situatie zijn geen gezondheidsproblemen te signaleren als gevolg van het bedrijventerrein bij de bewoners van de woningen in de nabijheid van het bedrijventerrein. Bovendien zijn Sevesobedrijven niet aanwezig en dus ook niet toegelaten in de toekomst. D. Uitbreiding van het bedrijventerrein in het agrarisch gebied ten oosten van de Reutelhoekstraat ten behoeve van bedrijven gevestigd in het plangebied Dit gebied is momenteel in gebruik voor landbouw, conform het huidig geldend plan. Het is gelegen langs de Scheriabeek, volgens de watertoetskaarten hoofdzakelijk in overstromingsgevoelig gebied. Indien het plan niet doorgaat voor dit planonderdeel, kunnen er geen milieueffecten zijn, aangezien de bestaande toestand conform is met de mogelijkheden van het geldend plan. Het voorgenomen plan heeft positieve effecten voor ruimtelijke ordening, energie-en grondstoffenvoorraden en mobiliteit, omdat de huidige bedrijven uitbreidingsmogelijkheden krijgen aansluitend bij hun huidige lokatie. Dit garandeert een optimaal gebruik van de huidige gebouwen en een beperken van vervoersbewegingen tussen verschillende vestigingen van één bedrijf. Door de bijkomende bodemafdekking en de wijziging van bodemgebruik zijn er negatieve effecten te verwachten voor bodem, water, fauna en flora en biodiversiteit. De effecten voor water zijn niet aanzienlijk, aangezien er bij de inrichting van het bedrijventerrein alle nodige maatregelen kunnen genomen worden om de effecten op het watersysteem te beperken (zie watertoets). De effecten voor bodem, fauna en flora en biodiversiteit zijn niet aanzienlijk, aangezien er geen zeer waardevolle natuurelementen in het gebied aanwezig zijn en dat de inname van open ruimte beperkt is vergeleken met het groot aaneengesloten open ruimtegebied waarvan dit gebied deel uitmaakt. De uitbreiding wordt compact aansluitend bij het bestaande terrein voorzien, nabij de A19 en bestaande wegen, waardoor de visuele hinder beperkt blijft en samenhangt met de visuele hinder van het bestaande bedrijventerrein en de aanwezige infrastructuren (A19 en bestaande wegen). Dit geeft geen aanleiding tot verdere versnippering. Het uitbreiden van het bedrijventerrein in dit planonderdeel zal lokaal ook negatieve milieueffecten hebben voor atmosfeer, licht en geluid, gezien de benutting van het perceel voor bedrijfsdoeleinden die milieuvergunningsplichtig kunnen zijn. Gezien de nabijheid van het bestaande bedrijventerrein en de snelweg A19 is de bijkomend effect van de beperkte uitbreiding echter niet aanzienlijk. Voor wat betreft de discipline Mens-Gezondheid worden de effecten als niet bestaande of neutraal beoordeeld. In de nabijheid van het plangebied bevinden zich immers maar in beperkte mate woningen, terwijl de uitbreiding van het bedrijventerrein gericht is op de aanwezige bedrijven op het bedrijventerrein. In de huidige situatie zijn geen gezondheidsproblemen te signaleren als gevolg van het bedrijventerrein bij de bewoners van de woningen in de nabijheid van het bedrijventerrein.. Bovendien zijn Sevesobedrijven niet aanwezig en dus ook niet toegelaten in de toekomst.
Globale beoordeling van de vermoedelijke milieueffecten. Bij de globale beoordeling worden de effecten in de verschillende planonderdelen relatief beschouwd ten opzichte van het totaal van het plan en de omgevende huidige toestand van het milieu. Tenslotte worden ook de cumulatieve effecten met het lokale bedrijventerrein, planinitiatief van de gemeente besproken in een afzonderlijk hoofdstuk.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
18
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
In de tabellen op de volgende pagina worden de hoger beschreven effecten weergegeven. De eerste tabel geeft de inschatting van de effecten weer wanneer het voorgenomen plan niet doorgaat. Het is duidelijk dat er dan geen effecten kunnen zijn voor die delen waar de huidige bestemming gerealiseerd is. Enkel in het gebied waar ooit het BPA ‘polderhoek uitbreiding’ van kracht was, zijn er beperkte effecten door het gebrek aan juridische duidelijkheid en het versnipperd ruimtegebruik. Voor de delen die bebouwd zijn bestaat het risico dat de gebouwen leeg komen te staan of een minder geschikte invulling krijgen. Bij de boordeling van het geheel moet worden opgemerkt dat het bestendigen van deze ruimtelijk chaotische toestand licht negatieve milieueffecten heeft. De licht negatieve effecten in de planonderdelen B en C werken enkel door in de globale beoordeling voor ruimtelijke ordening en landschap. In de globale context is het insluiten van vrijliggende percelen die niet bruikbaar zijn voor de realisatie van de bestemming in strijd met de principes van zuinig ruimtegebruik, en goede plaatselijke aanleg. Landschappelijk zal het gebrek aan gezamenlijk beheer en het ontbreken van de verplichting om de bedrijfsactiviteiten landschappelijk in te passen als negatief effect blijven doorwerken. In de tweede tabel wordt de inschatting gemaakt van de milieueffecten van het voorgenomen plan ten opzichte van de bestaande toestand. De beschrijving van de effecten per planonderdeel werken duidelijk door in de globale beoordeling voor ruimtelijke ordening, bodem, water, energie en grondstoffenvoorraden, stoffelijke goederen en mobiliteit. Voor biodiversiteit, fauna en flora zijn er in de onderdelen C en D licht negatieve effecten, die voor het volledig plan minder zwaar doorwegen gezien de beperkte waarde van het gebied en het feit dat de inname geen aanleiding geeft tot verdere versnippering of impact op gebieden die een functionele verbinding mogelijk maken.. Binnen de disciplines atmosfeer, geluid en licht, worden de licht negatieve lokale effecten bijna volledig overschaduwd door de aanwezige effecten van de A19. De bijdrage van het voorgenomen plan wordt dan ook beoordeeld als verwaarloosbaar. Voor landschap weegt het feit door dat er zowel vanuit de omgevende open ruimte als voor de beleving vanop het bedrijventerrein een duidelijke verbetering merkbaar is. Het voorgenomen plan voorziet immers een duidelijke eenheid van het bedrijventerrein met de nodige landschappelijke overgang naar de omliggende open ruimte. Ook de inpassing van de functionele en recreatieve fietsverbinding in de buffer is vanuit landschapsbeleving een meerwaarde. Tot slot geeft de derde tabel de confrontatie weer tussen de effecten van het geldend plan en de effecten van het voorgenomen plan. Bij de beoordeling werd de beschrijving van het voorgenomen plan ten opzichte van de bestaande toestand over genomen. De elementen die licht negatief worden beoordeeld omwille van de ruimtelijke en juridische verwarde toestand zijn niet van die aard dat ze de beoordeling van het voorgenomen plan ten opzichte van de bestaande toestand grondig bijsturen.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
19
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
Samenhang tussen disciplines
Landschap
Mobiliteit
Cultureel erfgoed
Stoffelijke goederen
Licht
Geluid
Klimatologische factoren
Atmosfeer
Water
Bodem
Energie- en grondstoffenvoorraden
Fauna en flora
Biodiversiteit
Ruimtelijke ordening
Mens –gezondheid en veiligheid
Planonderdeel
Samenhang tussen disciplines
Landschap
Mobiliteit
Cultureel erfgoed
Stoffelijke goederen
Licht
Geluid
Klimatologische factoren
Atmosfeer
Water
Bodem
Energie- en grondstoffenvoorraden
Fauna en flora
Biodiversiteit
Ruimtelijke ordening
Mens –gezondheid en veiligheid
Planonderdeel
Samenhang tussen disciplines
Landschap
Mobiliteit
Cultureel erfgoed
Stoffelijke goederen
Licht
Geluid
Klimatologische factoren
Atmosfeer
Water
Bodem
Energie- en grondstoffenvoorraden
Fauna en flora
Biodiversiteit
Ruimtelijke ordening
Mens –gezondheid en veiligheid
Planonderdeel
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Synthesetabel geldend plan t.o.v. huidige situatie
A / / / / / / / / / / / / / / / /
B 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -
C 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -
D / / / / / / / / / / / / / / / /
geheel 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -
Synthesetabel voorgenomen plan t.o.v. huidige situatie
A / / / / / / / / / / / / / / / /
B 0 + 0 0 + 0 0 0 0 0 0 + 0 0 0 +
C 0 + 0 0 0 0 0 + 0 + + 0
D 0 + 0 0 0 0 + -
geheel 0 + 0 0 + 0 0 0 0 + 0 + +
Synthesetabel voorgenomen plan t.o.v. geldend plan
A
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
/
B
0
+
0
0
+
0
0
0
0
0
0
+
0
0
0
+
C
0
+
-
-
0
-
-
0
0
0
0
+
0
+
+
0
D
0
+
-
-
0
-
-
-
0
-
-
0
0
+
-
-
geheel 0
+
0
0
+
-
-
0
0
0
0
+
0
+
+
20
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Cumulatieve effecten met het planinitiatief van de gemeente voor een lokaal bedrijventerrein De gemeente plant aansluitend op de uitbreiding van het bedrijventerrein Polderhoek een lokaal bedrijventerrein te bestemmen. Het betreft een gemeentelijk planinitiatief waarvoor de gemeente een verzoek tot raadpleging opstelde. Op 3 september 2009 ontving de gemeente de beslissing van de dienst MER dat geen plan-mer dient opgemaakt te worden voor dit planinitiatief. Het verzoek tot raadpleging en de beslissing van de dienst MER kunnen geconsulteerd worden op www.mervlaanderen.be. Conclusie Het onderzoek tot m.e.r. bij het gemeentelijk RUP voor het lokaal bedrijventerrein geeft aanleiding to volgende conclusie: Voor de bestaande verkeersintensiteiten op de bestaande zone en de N303 waarop de zone aantakt zijn noch bij de provincie noch bij het Vlaamse Gewest bruikbare telgegevens beschikbaar. In het verzoek tot raadpleging zoals opgesteld door de gemeente bij het RUP voor het lokale bedrijventerrein werd volgens twee methoden een inschatting gemaakt van de verkeersintensiteiten. Om de eenvormigheid met deze analyse te bewaren wordt teruggegrepen naar de cijfers zoals weergegeven in dit rapport. Het rapport becijfert de verkeersgeneratie van de uitbreiding van Polderhoek via het gewestelijk RUP op ongeveer 262,5 bijkomende autobewegingen en 224 goederenbewegingen per dag (waarvan 140 vrachtwagentransporten). De autobewegingen zullen in hoofdzaak tijdens de spitsmomenten gegenereerd worden, de goederenbewegingen zijn verspreid over de gehele dag. Het vrachtverkeer voor een regionale zone verplaatst zich in hoofdzaak via het hogere wegennet. In dit geval zal dat via de autosnelweg zijn. Er is geen hinder voor de (omliggende) woonzones van Zonnebeke. De cumulatief geraamde bijkomende auto- en goederenbewegingen per dag kunnen niet als een aanzienlijk effect beschouwd worden op voorwaarde dat voldoende milderende maatregelen genomen worden. Deze conclusie werd ook aangenomen in het verzoek tot raadpleging bij het RUP voor het lokale bedrijventerrein waarvoor de dienst MER besliste dat geen plan-mer moet opgemaakt worden aangezien geen aanzienlijke milieu-effecten moeten verwacht worden. Zowel de gemeente als de informatie weergegeven op de website www.mobilit.fgov.be bevestigen dat er geen sprake is van saturatie of problemen met de doorstroming ter hoogte van het op- en afrittencomplex van de A19 op de N303. In de toelichtende kolom bij de voorschriften van het RUP dient daarom in de vorm van een aanbeveling aandacht te gaan naar de noodzaak om het kruispunt van de Kasteelstraat met de N303 bijkomend te beveiligen. Deze maatregelen bevinden zich buiten de grenzen van voorliggende Gewestelijk RUP, en zelfs buiten de mogelijkheden van het beleidsveld ruimtelijke ordening. Daarnaast wordt het lokale bedrijventerrein – en in het verlengde daarvan het regionale bedrijventerrein – ontsloten met een wandelen fietspad en zullen de bedrijven door de gemeente geïnformeerd worden over de mogelijkheden van de nabijgelegen bushalte. Grens- of gewestgrensoverschrijdende milieueffecten Het uitvoeringsplan is gelegen op 7 km van de grens met Frankrijk (Comines, FR) en 3 km van het Waals Gewest (Comines-Warneton). Uit bovenstaande motivering blijkt dat er geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht in het studiegebied. Gezien het plan en het studiegebied gelegen is op ruime afstand van de gewestgrenzen, wordt ervan uitgegaan dat er zich geen grensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kunnen voordoen.
5.5
Watertoets
In het kader van het decreet integraal waterbeleid van 18.07.03 is het noodzakelijk een toetsing te doen naar de risico’s tot overstroming en waterproblemen als gevolg van de nabijheid van waterlopen. Situering
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
21
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Het betreft een ontwerp Gewestelijk RUP voor het gemengd regionaal bedrijventerrein “Polderhoek” te Zonnebeke. Het Gewestelijk RUP bestendigt de bestaande bedrijven en biedt uitbreidingsmogelijkheden d.m.v. de afbakening van een industriezone buiten de economische knooppunten (in totaal voor Vlaanderen 500 ha). Het bedrijventerrein ligt binnen het Leiebekken, deelbekken Grensleie in de vallei van de Scheriabeek (3de categorie) die uitmondt in de Geluwebeek (2de categorie).
Watertoets 1. Advies van de waterbeheerders De gemeente is de beheerder van de Scheriabeek en dient over desbetreffend plan advies uit te brengen met betrekking tot de afstroming van het hemelwater afkomstig van de verhardingen als effect op het afvoergedrag van de beek. De uitbreiding van het gemengd regionaal bedrijventerrein, gebaseerd op het voorafgaand planologisch attest, situeert zich in het oosten van het plangebied binnen mogelijks overstromingsgevoelig gebied. De waterbeheerder zal daarom over dit deel een advies dienen uit te brengen omwille van de bijkomende verhardingen die gepland worden. De gemeente heeft als reactie op het verzoek tot raadpleging geen specifieke opmerkingen opgenomen m.b.t. de Scheriabeek en de ruimte die hiervoor voorzien is en de aanpalende oevers. Aangezien de bestaande verharding voornamelijk gelegen is binnen infiltratiegevoelig gebied zal ook advies worden gevraagd aan de VMM, afdeling Operationeel Waterbeheer, centrale dienst om af te wegen of er bijkomende maatregelen noodzakelijk zijn ten goede van het waterbergende vermogen binnen het plangebied. Als reactie op het verzoek tot raadpleging geeft deze afdeling aan dat de schadelijke effecten op vlak van infiltratie kunnen ondervangen worden indien de aanvraag (van de stedenbouwkundige vergunning, eigen toevoeging) minstens voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004 inzake hemelwaterputten e.a. (GSV). Deze verordening is zonder meer van toepassing op de werken die een stedenbouwkundige vergunning aanvragen als gevolg van dit plan. De afdeling Operationeel Waterbeheer vraagt daarnaast in de stedenbouwkundige voorschriften een rechtstreekse verwijzing op te nemen naar art. 6.2.2.1.2 § 4 van Vlarem II met een rangorde van afvoerwijzen die de voorkeur genieten: 1) opvang voor hergebruik; 2) infiltratie op eigen terrein; 3) buffering met vertraagd lozen in een oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater en 4) lozing in de regenwaterafvoerleiding (RWA) in de straat. Slechts wanneer de best beschikbare technieken geen van de voornoemde afvoerwijzen toelaten, mag het hemelwater overeenkomstig de wettelijke bepalingen worden geloosd in de openbare riolering. De afdeling Operationeel Waterbeheer stelt voor de dimensioneringscriteria zoals opgenomen in de GSV voor infiltratie- en buffervoorzieningen te gebruiken of een dimensionering met eenzelfde terugkeerperiode van overloop. Gezien Vlarem en een RUP twee afzonderlijke verordenende documenten zijn die elk hun eigen wijzigingsmogelijkheden hebben wordt voorgesteld de voorgaande principes op te nemen in de toelichtingsnota bij het RUP als uitleg bij de invulling van artikel 1.7 van de stedenbouwkundige voorschriften. 2. De watertoetskaart De zone voor het gemengd regionaal bedrijventerrein (voorschrift artikel 1) overlapt de bovenloop van de Scheriabeek als niet geklasseerde waterloop daar waar de bestaande bedrijven worden bestendigd. In het oosten waar de uitbreiding zal gerealiseerd worden overlapt de zone GRB de Scheriabeek die dan een geklasseerde waterloop 3de categorie is. Ter hoogte van de uitbreiding is de zone GRB mogelijks overstromingsgevoelig gebied. Maatregelen ter bescherming van overstroming dienen daarom genomen te worden. Dit is mogelijk door de voorschriften (zie voorschrift 1.7) gezien het overstromingsrisico dient beperkt te blijven (zie supra voor verduidelijking). Idem geldt voor de zone GRB binnen het
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
22
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
infiltratiegevoelige gebied waar tevens het voorschrift 1.7 toereikend is m.b.t. het behoud van het waterbergend vermogen (zie supra voor verduidelijking in toelichtingsnota RUP). 3. Verhardingen Het RUP houdt enerzijds een bevestiging in van de bestaande toestand dat voor 13ha is bebouwd of verhard en anderzijds een uitbreiding in oostelijke richting van 6ha. Dit impliceert een aanzienlijke toename van de verharding binnen de vallei van de Scheriabeek / Geluwebeek met effecten op het waterbergend vermogen. Binnen het RUP wordt de zone met de bestemming “gemengd regionaal bedrijventerrein” aangeduid. Deze zone mag volledig verhard worden, maar met de voorwaarde dat het waterbergend vermogen niet mag verminderen, door o.a. doorlaatbaarheid en infiltratie en het overstromingsrisico moet beperkt blijven (zie voorschriften, artikel 1.7). Verder bevat de zone een overdruk voor buffer, lijnbuffer en bestaande bebouwing. Binnen de buffer en lijnbuffer (samen ongeveer 2ha) wordt de verharding beperkt gehouden. Ter hoogte van de geklasseerde waterloop Scheriabeek dient de verharding beperkt te blijven om het natuurlijk karakter van de beek te behouden of te herstellen, waardoor voldoende ruimte gecreëerd wordt voor de geklasseerde waterloop. 4. Specifieke acties m.b.t. waterbeheersing Acties (zie voorschrift Art 1.7) worden ondernomen om het waterbergend vermogen van de vallei, de Scheriabeek / Geluwebeek te behouden en het overstromingsrisico zoveel mogelijk te beperken (mogelijks overstromingsgevoelig gebied). Het verplaatsen van de Scheriabeek is in deze situatie niet evident. Binnen het RUP dienen werken en inrichtingen toegelaten te worden om de goede natuurlijke werking van het watersysteem te behouden. Voor de lengte waar de Scheriabeek geklasseerd is dient toegang te worden verleend aan de waterbeheerder ter onderhoud van de waterloop en indien noodzakelijk ruimte te voorzien aan de beek op basis van het advies van die waterbeheerder. Het gebruik van zoveel mogelijk waterdoorlatende materialen wordt aangemoedigd. 5. Waterkwaliteit: meetpunt 666850 Ter hoogte van het plangebied bevindt zich een meetpunt waterkwaliteit van de VMM aan de Scheriabeek. Voor de meetplaats met nr. 666850 Geluveld, Reutelhoekstraat, Poezelhoek zijn de gegevens van het meetpunt echter nog niet toereikend om een samenvattend analyserapport van de waterkwaliteit aan te reiken (http://www.vmm.be/geoview/). Bij de gemeente zijn geen gegevens bekend, niet in positieve zin, maar ook niet in negatieve zin over de waterkwaliteit van de Scheriabeek. Telefonische terugkoppeling met de VMM leert dat de VMM de vraag naar bespreking van de waterkwaliteit in haar reactie op het verzoek tot raadpleging vooral stelt met het oog op het opnemen van een aandachtspunt rond toepassing van de Vlarem-normen inzake lozing afvalwater in de screeningsnota. Deze normen zijn uiteraard van toepassing op het ogenblik dat milieuvergunningen aangevraagd worden door de op Polderhoek gevestigde bedrijven. Dit zal verduidelijkt worden in de toelichtingsnota bij het RUP. 6. Waterzuiveringscapaciteit Het plangebied ligt volgens de zoneringskaarten van VMM (http://geoloket.vmm.be/zonering/map.phtml) gedeeltelijk in collectief te optimaliseren buitengebied en gedeeltelijk in individueel te optimaliseren buitengebied. In het bestaande industriegebied is een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig. De bestaande zonevreemde woning is ingekleurd als individueel te optimaliseren buitengebied, maar de bedrijven gevestigd op het bedrijventerrein zijn aangesloten op het gescheiden rioleringsstelsel. In het verzoek tot raadpleging dat de gemeente uitstuurde en goedgekeurd kreeg door de dienst MER is opgenomen dat ook het lokale bedrijventerrein zal aansluiten op het gescheiden rioleringsstelsel. De afvalwaterriool wordt afgevoerd naar de toekomstige RWZI Beselare. Dit toekomstige RWZI is niet berekend op bedrijfsafvalwater, met uitzondering van de bedrijven Poppies en Heat Service, de enige bedrijven op het terrein die over grotere hoeveelheden bedrijfsafvalwater beschikken. De overige bedrijven zullen desgevallend via eigen zuivering en desgevallend hergebruik en lozingsvergunningen conform Vlarem hun bedrijfsafvalwater moeten verwerken.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
23
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
7. Conclusie inzake ruimte voor de Scheriabeek en de watertoets Het RUP zal op algemene wijze de randvoorwaarden creëren voor ruimte voor de Scheriabeek en de watertoets. Dit zal enerzijds gebeuren door stedenbouwkundig voorschrift 1.7 en anderzijds door de verduidelijkingen toe te voegen de toelichtende kolom bij dit stedenbouwkundig voorschrift zoals gevraagd door de afdeling Operationeel Waterbeheer van de VMM. Daarnaast is uiteraard de gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten van toepassing. Deze maatregelen creëren de ruimte voor de stedenbouwkundige vergunningverlener om op maat van de vergunningen die effectief aangevraagd worden de beslissing in concreto te nemen. Op meer uitgebreide wijze ruimte verordenend vastleggen in het RUP is niet wenselijk omdat nog niet duidelijk is welke bedrijven effectief vergunningen zullen aanvragen in dit gebied en welke de aard is van de bebouwing waarvoor een vergunning gevraagd wordt. Daarnaast wordt ernaar gestreefd met het RUP een tijdsbestendig verordenend document te maken. Door ruimte te creëren voor de beoordeling door de vergunningverlener is het document tijdsbestendig in de zin dat de ruimte voor de watertoets kan wijzigen aan de hand van doorheen de tijd wijzigende technologieën voor watervang, -infiltratie e.d.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
24
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
6 Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven 6.1.1
Visie voor landbouw, natuur en bos regio Kust-polders-westhoek
In uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) stelt de Vlaamse overheid een ruimtelijke visie op voor landbouw, natuur en bos voor 13 buitengebiedregio’s in Vlaanderen. Het plangebied ligt binnen de buitengebiedregio Kust-polders-westhoek. Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven
Op basis van het gevoerde onderzoek naar de noodzaak van uitbreiding van het bedrijventerrein en de mogelijke milieueffecten, wordt voorgesteld om het terrein uit te breiden op de restpercelen tussen de bestaande gebouwen en aan de oostzijde van de Reutelhoekstraat. Op deze uitbreiding kunnen enkel vergunningen worden afgeleverd voor bedrijven die reeds in de zone gevestigd zijn. Tegelijkertijd wordt rekening gehouden met de gemeentelijke optie om aansluitend een nieuw gemeentelijk containerpark te voorzien en een lokaal bedrijventerrein voor herlokalisatie van bedrijven uit Beselare. Deze twee lokale initiatieven maken geen deel uit van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, maar worden in het ruimtelijk ontwerp in hun samenhang bekeken. Ruimtelijke vertaling Verbeterde ontsluiting van het gebied
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
25
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
De bestaande ontsluiting wordt geoptimaliseerd en de bestaande wegenis wordt verder gebruikt om het terrein en de uitbreiding te ontsluiten. De hoofdontsluiting verloopt langs de Kasteelstraat naar de N303 en het complex n°3 op de A19. Intern worden de percelen ontsloten langs de huidige Kasteelstraat, het gedeelte van de Reutelhoekstraat dat binnen het plangebied is gelegen, en een nieuw aan te leggen interne ontsluiting die kan gebruikt worden voor de erfontsluiting van percelen op het gemengd regionaal bedrijventerrein en op het toekomstig lokaal bedrijventerrein en gemeentelijk containerpark. In functie van langzaam verkeer wordt een nieuwe verbinding voorzien tussen de Reutelhoekstraat en de N303, zodat het langzaam verkeer niet wordt gemengd met aan en afrijdende vrachtwagens. Deze verbinding kan worden gerealiseerd op de grens tussen het bedrijventerrein en de noordelijke en oostelijke open ruimte. Aangezien het plan enkel de uitbreiding van bestaande bedrijven faciliteert, bestaat er geen mogelijkheid om vanuit een globale (her)inrichting van het bedrijventerrein te voorzien in bijkomende mogelijkheid voor gemeenschappelijk parkeren. Het plan voorziet dit ook niet. Op dit ogenblik bestaan geen klachten over de parkeermogelijkheden die voorzien zijn door de individuele bedrijven op het bedrijventerrein.
Beperkte uitbreiding van de bestaande site, rekening houdend met lokale initiatieven
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
26
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Op basis van het goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk structuurplan en de aangegeven uitbreidingsbehoefte van de huidige bedrijven op Polderhoek, wordt een uitbreiding van het regionaal bedrijventerrein voorzien. Deze uitbreiding kan, gezien de ligging in het buitengebied enkel in gebruik genomen worden door de bedrijven die momenteel in het gebied gevestigd zijn. Omwille van de grote diversiteit aan activiteiten, wordt de terminologie uit het typevoorschrift “gemengd regionaal bedrijventerrein” gehanteerd. Aansluitend bij de uitbreiding ten oosten van de Reutelhoekstraat, zal op gemeentelijk initiatief een lokaal bedrijventerrein voor herlokalisatie worden voorzien, alsook een nieuwe ruimte voor het gemeentelijk containerpark. Omwille van het optimaal gebruik van de beschikbare ruimte kan de wegenis gemeenschappelijk met het regionaal bedrijventerrein worden voorzien, zoals in hoger vernoemd ontsluitingsprincipe.
Gedifferentieerde landschappelijke inpassing Integreren van Scheriabeek en fiets verbinding De landschappelijke inpassing naar de open ruimte wordt gedifferentieerd naargelang de waarde van de open ruimte in de onmiddellijke omgeving en de huidige bestaand stedenbouwkundig vergunde toestand op het terrein. Aan de zuidkant van het terrein wordt een beperkte buffering, bijvoorbeeld door een bomenrij voorzien. Omwille van de bestaande infrastructuur van de A19 en de Kasteelstraat (berm van brug over de snelweg) is het niet nodig om het bedrijventerrein langs de zuidzijde bijkomend te bufferen. Langs de noordzijde wordt er een onderscheid gemaakt tussen het gedeelte tussen de A19 en de Reutelhoekstraat, en het gedeelte ten oosten van de Reutelhoekstraat. Op de rand van het bestaande bedrijventerrein wordt gestreefd naar een buffer van 15 meter breed, behalve langs de bestaande bebouwing, waar een lijnbeplanting wordt voorzien. Langs de oostelijke uitbreiding wordt een buffer van 15 meter opgelegd. Op de rand van de buffer en de open ruimte kan een fietspad worden aangelegd. De bestaande beek wordt geïntegreerd in het bedrijventerrein en krijgt voldoende ruimte.
.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
27
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
7 Vertaling naar verordenende stedenbouwkundig voorschriften en op te heffen voorschriften Toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften -
Gewestplan IeperPoperinge
-
BPA Polderhoek
Artikel 1. gemengd regionaal bedrijventerrein 1.1. Het bedrijventerrein is bestemd voor bestendiging en uitbreiding van de bestaande bedrijven met de volgende hoofdactiviteiten: - productie, opslag, bewerking en verwerking van goederen; - productie van energie - onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten - op- en overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en groothandel; - afvalverwerking met inbegrip van recyclage; De volgende activiteiten zijn niet toegelaten: - kleinhandel; - agrarische productie; - autonome kantoren; - verwerking en bewerking van mest of slib; - verwerking en bewerking van grondstoffen met inbegrip van delfstoffen. Bestaande bedrijven zijn bedrijven die hun activiteiten bij de aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning reeds uitoefenen op een perceel binnen dit bedrijventerrein. 1.2. De maximale bouwhoogte, gemeten vanaf het maaiveld, is 15m. Elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning zal worden beoordeeld aan de hand van volgende criteria: -
zuinig ruimtegebruik; een kwaliteitsvolle aanleg van het plangebied en afwerking van de bedrijfsgebouwen; maximaal behoud van het waterbergend vermogen van het gebied en beperking van het overstromingsrisico.
Minimaal volgende inrichtingsprincipes dienen gerespecteerd te worden: -
het bouwen van meerdere lagen; maximaal groeperen van gebouwen waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat.
De bestaande bedrijven kunnen uitbreiden aansluitend bij hun bestaande vestiging, of op een ander perceel binnen dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
28
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
1.3. Kantoren en toonzalen met beperkte vloeroppervlakte, ondergeschikt en gekoppeld aan de productieactiviteit van individuele bedrijven, zijn toegelaten voor zover die activiteiten geen loketfunctie hebben en geen autonome activiteiten uitmaken. De toonzalen mogen maximaal 10% van de gelijkvloerse bebouwde oppervlakte innemen, ongeacht op welk niveau de toonzalen worden ingericht, en de toonzaaloppervlakte mag maximaal 500 m² zijn. 1.4. Inrichtingen voor de huisvesting van bewakingspersoneel van maximaal 200 m² vloeroppervlakte, geïntegreerd in het bedrijfsgebouw, zijn toegelaten. Indien het noodzakelijk is voor de veiligheid van het bewakingspersoneel is de niet-integratie toegelaten. 1.4. De minimale perceelsoppervlakte bedraagt 5000 m². Uitzonderingen zijn toegestaan voor: -
percelen met bestaande stedenbouwkundig vergunde bedrijfsgebouwen binnen de zone;
-
percelen met bedrijven die gemeenschappelijke en complementaire voorzieningen verzorgen;
-
percelen met bedrijfsverzamelgebouwen;
-
een beperkt aantal percelen die omwille van de globale inrichting van het bedrijventerrein een kleinere terreinoppervlakte verkrijgen;
-
percelen met aaneengesloten gebouwen of gebouwen die architectonisch een geheel vormen maar voor verschillende bedrijven bestemd zijn.
1.5. Inrichtingen die vallen onder de toepassing van het samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest betreffende de beheersing van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken zijn niet toegelaten. 1.6. Voor het gebied ten oosten van de Reutelhoekstraat kunnen slechts stedenbouwkundige vergunningen afgeleverd worden aan bestaande individuele bedrijven wanneer de buffer is aangelegd conform artikel 1.8. en de nodige aanpassingen aan wegenis en nutsleidingen zijn gerealiseerd 1.7. Bij de aanleg van het terrein moet het waterbergende vermogen van het gebied zo veel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico worden beperkt. 1.8. Buffer
(overdruk) Tussen het bedrijventerrein en de aangrenzende zones wordt in een buffer voorzien. De buffer moet voldoen aan de voorwaarden van visuele afscherming, geluidsafscherming, landschappelijke inpassing en afstand. De buffer wordt beplant met streekeigen struiken en hoogstammige bomen met het oog op het bufferen van de bedrijfsactiviteiten ten opzichte van de aanliggende functies.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
29
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
Alleen werken en handelingen met het oog op de aanleg en het onderhoud van de buffer zijn toegelaten. Uiterlijk in het plantseizoen dat volgt op het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning, na de inwerkingtreding van dit ruimtelijk uitvoeringsplan, moet de zone voor buffer aangelegd en beplant zijn. De aanleg van een fietspad op de grens van de buffer met percelen 421L, 422B en 427A is toegelaten. 1.9 lijnbuffer (legendeblokje: bollekes) (symbolische aanduiding) Tussen het bedrijventerrein en de aangrenzende zones wordt ter hoogte van deze aanduiding in een lijnbuffer voorzien. De lijnbuffer moet de visuele en landschappelijke inpassing van het bedrijventerrein verzorgen. Indien dit vanuit de bestaande toestand en andere wet- en regelgeving mogelijk is, moet deze lijnbuffer minstens 5 meter breed zijn. De lijjnbuffer wordt beplant met streekeigen struiken en hoogstammige bomen met het oog op het bufferen van de bedrijfsactiviteiten ten opzichte van de aanliggende functies.
(overdruk) 1.10
Op de percelen aangeduid met deze overdruk kunnen de bestaande woningen behouden blijven. Zolang minstens één woning niet verbonden is aan één van de bestaande bedrijven zoals bedoeld in artikel 1.1, gelden de hierna vermelde voorschriften:
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
-
Het verbouwen, herbouwen of uitbreiden van bestaande woningen, waarbij (1) de woning op het moment van de vergunningsaanvraag niet verkrot is (de woning wordt beschouwd als zijnde verkrot indien ze niet voldoen aan de elementaire eisen van stabiliteit op het moment van de eerste vergunningsaanvraag tot verbouwen); en (2) de woning hoofdzakelijk vergund is of geacht wordt vergund te zijn, ook wat de functie betreft, is toegelaten.
-
Indien een woning niet aangesloten is op een riolering, wordt de vergunningsaanvraag afhankelijk gemaakt van de aanleg van een installatie voor het behandelen van afvalwater.
-
Een uitbreiding kan - met inbegrip van de woningbijgebouwen, die 30
Provincie West-Vlaanderen - Zonnebeke
Toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
er fysisch één geheel mee vormen - slechts leiden tot een maximaal bouwvolume van 1000 m³. Deze uitbreiding mag een volumevermeerdering met 100 % niet overschrijden -
Het aantal woongelegenheden blijft beperkt tot het bestaande aantal. Het volume van de herbouwde woning blijft beperkt tot 1.000 m³, indien het bestaande bouwvolume meer dan 1.000 m³ bedraagt
In dit geval moet de buffer, bedoeld in artikel 1.8. worden aangelegd op de rand van de percelen die grenzen aan de percelen met deze overdruk, minstens volgens de voorschriften van artikel 1.9 Indien alle woningen een functie hebben verkregen die aansluit bij de activiteiten van de bestaande bedrijven, zoals bedoeld in artikel 1.1., gelden de voorschriften van artikel 1.1 tot en met 1.9. . .
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00309_00001 voorontwerp Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
31
Provincie West-Vlaanderen - Gemeente Zonnebeke
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek
Bijlage III: toelichtingsnota kaarten