Provincie Vlaams-Brabant - Gemeente Drogenbos en Sint-Pieters-Leeuw
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA” te Drogenbos en Sint-Pieters-Leeuw
Bijlage III: toelichtingsnota tekst
1 Inhoudsopgave 1
Inhoudsopgave......................................................................................................................................................2
2
Inleiding .................................................................................................................................................................3
3
Toelichtingsnota ...................................................................................................................................................4 3.1.1
De bindende bepalingen........................................................................................................................4
3.1.2
Het richtinggevend gedeelte..................................................................................................................4
3.2 Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan - gebiedsgericht deel................................................................4 3.2.1
Ruimtelijke elementen van de bestaande structuur ...........................................................................4
3.2.2
Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven..............................................................7
3.2.3
Verantwoording voor opname van de gebieden in een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan .9
3.3 Bestaande feitelijke en juridische toestand...................................................................................................9 3.3.1
Bestaande feitelijke toestand.................................................................................................................9
3.3.2
Bestaande juridische toestand...............................................................................................................9
3.4 Aspecten vanuit de sectorwetgeving...........................................................................................................10 3.4.1
Afweging ten aanzien van het Vlaams Ecologisch Netwerk .........................................................10
3.4.2
Watertoets..............................................................................................................................................11
3.4.3
Milieueffectrapportage.........................................................................................................................12
3.5 Ruimtebalans ..................................................................................................................................................12 3.6 Vertaling naar verordenende stedenbouwkundig voorschriften en op te heffen voorschriften .......13
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 2
2 Inleiding Voorliggend document is een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in de zin van het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening van 18 mei 1999. Een ruimtelijk uitvoeringsplan bevat: -
een grafisch plan dat aangeeft voor welk gebied of welke gebieden het plan van toepassing is;
-
de bijhorende stedenbouwkundige voorschriften inzake de bestemming, de inrichting en/of het beheer;
-
een weergave van de feitelijke en juridische toestand;
-
de relatie met het ruimtelijk structuurplan waarvan het een uitvoering is;
-
een opgave van de voorschriften die strijdig zijn met het ruimtelijk uitvoeringsplan en opgeheven worden.
Het grafisch plan (Bijlage I) en de erbij horende stedenbouwkundige voorschriften (Bijlage II) hebben verordenende kracht. De teksten en grafische plannen van de toelichtingsnota (Bijlage III) hebben als dusdanig geen verordenende kracht, maar behouden hun waarde als inhoudelijk onderdeel van het geheel van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 3
3 Toelichtingsnota Op 12 mei 2005 werd door de Vlaams minister van financiën en begroting en ruimtelijke ordening een positief planologisch attest afgeleverd aan het bedrijf Catala 3.1.1
De bindende bepalingen In het RSV wordt gesteld dat delen van Drogenbos en Sint-Pieters-Leeuw zullen behoren tot het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. Op basis van de huidige kennis van het ruimtelijk onderzoek hieromtrent, zal het bedrijf Catala vermoedelijk binnen de afbakeningslijn van het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel liggen. Het bedrijf behoort dan tot het economisch knooppunt van het VSGB.
3.1.2
Het richtinggevend gedeelte Ruimte en economie moeten beter op elkaar worden afgestemd, dit is de algemene doelstelling voor de ruimtelijk-economische structuur van Vlaanderen, gesteld in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. De Vlaamse economische potenties moeten worden versterkt, en de troeven liggen in de concentratiegebieden voor economische activiteiten, en meer bepaald in de economische knooppunten en in de poorten. Deze principes mogen niet los gezien worden van de vooropgestelde multifunctionele ontwikkelingen, en worden gekaderd binnen de uitgangshouding van duurzame ruimtelijke ontwikkeling met aandacht voor kwaliteit en gebaseerd op ruimtelijke draagkracht. In de analyse van het bedrijf en van de omgeving worden deze elementen bekeken en beoordeeld. De vestiging van Catala is gelegen in Drogenbos en Sint-Pieters-Leeuw aansluitend bij de bedrijvigheid langs de verlengde Stallestraat. Hoogstwaarschijnlijk zal dit bedrijventerrein binnen de afbakening vallen van het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. Het is de bedoeling dat op specifieke locaties de (grote) troeven van het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel kunnen worden uitgebouwd. In de zuidelijke Zennevallei, moeten de specifieke ontwikkelingen steunen op het grootstedelijk vestigingsmilieu en de attractiviteit van de omgeving, en de reconversie van de bestaande economische activiteiten. Het is de bedoeling dat het bestaand machinepark wordt gemoderniseerd op het huidige terrein, zodat de activiteiten die momenteel in Huizingen gebeuren kunnen overgebracht worden. Daarnaast wordt een beperkte uitbreiding gevraagd voor de regularisatie van de kartonfabricatie en de uitbreiding hiervan. Deze uitbreidingen situeren zich in natuurgebied.
3.2 3.2.1
Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan - gebiedsgericht deel Ruimtelijke elementen van de bestaande structuur In de analyse van de bestaande ruimtelijke structuur wordt eerst ingezoomd op de verschillende kenmerken van het bedrijf en de vraag tot uitbreiding. Daarna wordt de ruimere omgeving van het bedrijf bekeken. Kenmerken van het bedrijf Economische kenmerken:
Catala nv is een onderneming in de productie van golfkarton. Catala nv is een groep en heeft Belgische en buitenlandse filialen. De productie van golfkarton gebeurt deels op basis van recyclagepapier. Dit karton wordt bedrukt, gesneden, gevouwen en geniet tot dozen, gebundeld en klaargemaakt volgens de wensen Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 4
van de klant. Er wordt jaarlijks ongeveer 43.000 ton karton geproduceerd. Om deze productie mogelijk te maken bezit het bedrijf een papierfabriek gevestigd te Huizingen, en een kartonfabriek te Drogenbos. De klanten van het bedrijf bevinden zich vooral in de auto- en voedingsindustrie en de cosmeticasector. Op de site te Drogenbos werken gemiddeld 275 mensen. Het bedrijf had in 2003 een omzet van ongeveer € 43.060.000.
Mobiliteitsprofiel:
Op de site te Drogenbos werken gemiddeld 275 mensen. Een 150-tal werknemers maken gebruik van een bedrijfsbus, de overige komen met de wagen, alleen of via carpooling. Het bedrijf wordt ontsloten langs de Beemdstraat die via de Grote Baan aansluit op de A7 (E19). Het aantal bewegingen van het personeel wordt geraamd op 200 tot 220 bewegingen per dag. Het aantal leveringsbewegingen voor productiegrondstoffen wordt begroot tot 120 tot 160 bewegingen per dag. Eenzelfde aantal wordt begroot voor de levering van afgewerkte producten (karton, dozen, …) aan het cliënteel. Dit resulteert in 680 tot 860 equivalente autobewegingen per dag (een vrachtwagenbeweging telt bijvoorbeeld als 2 autobewegingen). In de aanvraag tot planologisch attest werden bijkomende werken voorzien om te voldoen in de eigen parkeerbehoefte.
Historische context:
Het bedrijf Catala nv is opgericht in 1910 en is gegroeid uit molencomplex op de Zenne daterend uit 1792. In 1929 brengt Georges Catala kapitaal in de papierfabriek te s’ Gravenbrakel. Het grootste deel van de investeringen wordt gerealiseerd op de site te Drogenbos. De uitbreidingen worden gerealiseerd door de aankoop van aanpalende terreinen in functie van de noden, terreinen die hoofdzakelijk in eigendom van de familie Calmeyn waren. In 1973 worden de activiteiten van de papierfabriek in ‘s Gravenbrakel stopgezet en het personeel overgebracht naar Drogenbos. In 1982 koopt Catala de papierfabrieken te Huizingen. Het materieel van de papierfabriek te Drogenbos is verouderd. Vanaf het op punt stellen van de fabrieken in Huizingen wordt de papierproductie in Drogenbos stopgezet.
Ruimtegebruik:
De huidige bedrijfsterreinen worden ingenomen door de oude gebouwen van de vroegere papierfabriek (in afbraak) en de kartonfabriek. De kartonfabriek omvat ondermeer de productieruimten, magazijnen, kantoren, een watertoren en een waterzuiveringsinstallatie.
Schaal, visuele en vormelijke aankleding:
Het bedrijf maakt deel uit van de grotere bedrijvenzone bij de infrastructurenbundel van de A7, het kanaal en de spoorlijn. Ten noorden is het terrein ontwikkeld als een kleinhandelszone, die verder aansluit bij de oude industriële ontwikkeling van Vorst. Ten oosten sluit het bedrijventerrein aan op de hoger gelegen residentiële ontwikkeling van Drogenbos. Het oude dorp is verstedelijkt tot een uitloper van Ukkel. De site ligt ter hoogte van het oude dorpscentrum en dicht bij het parkdomein Calmeyn. Ten westen van de site scheidt de A7 het bedrijventerrein van de woonontwikkeling van Ruisbroek, in de laagte van de vallei. Tussen de A7 en Ruisbroek komen nog enkele landbouwfragmenten voor. Ten zuiden ligt het gebied Koeweide, opgenomen in het Vlaams Ecologisch Netwerk. Het gebied omvat lage beemden op de loop van de Zenne. Deze terreinen zijn deels beplant met populieren.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 5
Ruimtelijke vraag van het bedrijf:
Catala nv wenst op termijn haar activiteiten te centraliseren op de site te Drogenbos. De centralisatie zal gefaseerd verlopen. Op korte termijn wordt de bestaande kartonnerie uitgebreid en geoptimaliseerd. Op lange termijn (na 10 jaar) wordt de papierfabriek te Huizingen teruggebracht naar haar oorspronkelijke site te Drogenbos/Sint-Pieters-Leeuw. Zo kan de relatie tussen de papierfabriek en de kartonnerie versterkt worden. Deze nieuwe fabriek wordt gerealiseerd binnen de bestemming industriegebied op de plaats van de oude fabrieksgebouwen. De uitbreiding van het bedrijf wordt voorzien in twee fasen: - fase 1: kartonnerie uitbreiden (uitbreiding golfkartonproductie) en optimaliseren (opslaggebouw ten zuiden) en regularisatie zuidelijk hal - fase 2: papierfabriek te Huizingen naar Drogenbos/ Sint-Pieters-Leeuw terugbrengen (uitbreiding reserve op lange termijn , westelijk hal, nieuw opslag gebouw, nieuwe machinehal en nieuwe burelen op het oostelijk deel van de site) De huidige toegang tot het bedrijf is de enige toegangsmogelijkheid tot de site en loopt doorheen Natuurgebied. Deze toegang via de Beemdstraat wordt aangepast en voorzien van bijhorende parkeer- en circulatieruimtes in een nieuwe aanleg, ook de interne circulatieruimte wordt heraangelegd. Ruimtelijke kenmerken van de omgeving Macroniveau
Het bedrijf Catala n.v. is gelegen op de gemeentes Drogenbos en Sint-Pieters-Leeuw/Ruisbroek. Deze gemeentes liggen in de zuidelijke Zennevallei, en grenzen aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De Zennevallei ten zuiden van Brussel is plaatselijk nog intact gebleven. Het riviersysteem bestaat er uit beekvalleien met bijhorende vochtige weilanden en uitgebreide grachtenstelsels. Plaatselijk is de waarde van de eigenlijke Zennevallei hoog door de aanwezigheid van natte moerasspirearuigten langs de sloten en de grachten. Door de aanwezigheid van vele haagkanten vormt het geheel een structuurrijke vallei. Op sommige plaatsen werden weilanden omgezet in populierenaanplantingen. De bovenlopen van de grote beekvalleien van de Zenne (MolenbeekNeerpedebeek en Zuun) zijn biologisch zeer waardevol. De vegetaties zijn sterk afhankelijk van kwelinvloeden en bronnen. Buiten de kwel- en bronniveaus komen in de bovenlopen nog veel soortenrijke graslanden voor, met tal van bomenrijen en haagkanten. De midden en benedenlopen zijn biologisch waardevol door de aanwezigheid van talrijke soortenrijke graslanden en natte ruigten. Drogenbos kent een goede bereikbaarheid door de onmiddellijke aansluiting via de N261 (Verlengde en Nieuwe Stallestraat) en de N266 (Humaniteitslaan), in het provinicaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant beide geselecteerd als secundaire weg type II , op de A7 (E19), in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geselecteerd als hoofdweg. Mesoniveau
De vestiging van Catala n.v. ligt ten westen van de dorpskern van Drogenbos, op de verbindingsweg Grote Baan tussen Drogenbos en het op-en afrittencomplex van de A7 (E19) en ligt alsdus nabij de zone van de Verlengde Stallestraat ten zuiden van de grens met het Brussel Hoofdstedelijk Gewest. Het bedrijf ligt hoofdzakelijk op het grondgebied van SintPietersleeuw/Ruisbroek. Het bedrijf ligt ingesloten tussen de Zenne, de Zennebeemden en de A7 (E19). De aanvraag voorziet het behoud en verdere uitbreiding van het bestaande bedrijf. Voor haar uitbreiding op korte termijn (kartonnerie) wenst het bedrijf, voor dat gedeelte gelegen in het aangrenzend natuurgebied, enerzijds de regularisatie van het zuidelijke fabriekshal, en een uitbreiding ervan (voor aanmaak golfkarton) en een bijkomende opslagruimte. Tevens de optimalisatie van toegangswegen, parkeerruimte en de circulatieruimte, alsook de plaatsing van een waterzuiveringsstation. Op lange termijn wenst men een nieuwe papierfabriek (overheveling van Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 6
Huizigen) op de plaats van de oude, reeds gesloopte fabrieksgebouwen te realiseren en een bijkomende opslagruimte langsheen de A7. De ontsluiting van het bedrijf gebeurt via de Beemdstraat, die aansluiting geeft op de Grote baan. Het vrachtverkeer verplaatst zich hoofdzakelijk via deze weg naar het op- en afrittencomplex van de A7 (E19). 3.2.2
Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven
Het positief planologisch attest voor Catala n.v. werd op 12 mei 2005 afgeleverd onder volgende voorwaarden: -
geen private infrastructuur te voorzien binnen de 30 m bouwvrije zone langs de hoofdweg A7, behoudens eventuele machtigingen van de bevoegde minister. In functie daarvan dienen de parking en de toegangsweg herbekeken te worden;
-
de groenterreinen langsheen de Zenneloop een natuurlijk beheer te geven, waarbij het gedeelte tussen het wachtbekken en de parking, op de bestaande werkplaats na, ingericht en beheerd wordt als één oeverzone van de Zenne, en waarbij het oostelijk deel langs de Zenne tevens bebost wordt als bijkomende bufferrand naar de oude dorpskern van Drogenbos toe;
-
de zuidelijke rand een natuurlijke inrichting krijgt op de loop van de bestaande beek waarbij deze beek opnieuw een open waterloop wordt, het niveauverschil tussen het bedrijfsterrein en de beemden wordt opgevangen en een natuurlijk beheer complementair met het beheer van de beemden wordt gevoerd;
-
en de westelijke rand een buffer- en groeninrichting krijgt om enerzijds het zicht op de bedrijvensite vanaf de A7 te stremmen en anderzijds een verbindingsstrook te leggen, met een eventueel verlegde en opengelegde beek tussen de Zenneoever en de Beemden. Hier dient maximaal de natuurverbindingsfunctie gevrijwaard te worden.
In het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor het gemengd regionaal bedrijventerrein “Catala”, wordt de bestendiging en uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten van het papier- en kartonproducerend bedrijf mogelijk gemaakt. Op die manier moet het bedrijf in de toekomst zo goed mogelijk blijven functioneren en daardoor zijn concurrentiepositie binnen de sector kunnen behouden. Op lange termijn is het logisch dat gezien de historiek en de ruimtelijke situering, deze site deel blijft uitmaken van de bedrijvencluster langs de Verlengde Stallestraat. Bij de inrichting van het bedrijventerrein moet gestreefd worden naar een zuinig ruimtegebruik, een maximale ruimtelijke kwaliteit, een optimale functionele organisatie, een goede functionele en ruimtelijke aansluiting op de bestaande bedrijfsactiviteiten, een goede integratie van de Zenne en een kwalitatieve buffering ten opzichte van het omgevende natuurgebied. Ruimtelijke concepten
1.
Duidelijke ruimtelijke beperking van uitbreiding stellen aan de zuidelijke rand t.o.v. de Zennebeemden. Vanuit een goed nabuurschap met het natuurgebied de Zennebeemde en het watersysteem van de Zenne, dient aan de zuidelijke rand van het bedrijventerrein een duidelijke begrenzing en buffering te worden ingericht. Op de zuidelijke rand van de bedrijfssite ligt de bestaande ingebuisde beek. Deze dient opnieuw een open waterloop te worden, het niveauverschil tussen het bedrijfsterrein en de beemden dient opgevangen te worden en een natuurlijk beheer complementair met het beheer van de Beemden gevoerd te worden.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 7
2.
inpassen in de Zennevallei Vanuit een zorg voor natuurlijke loop van de Zenne, dienen de groenterreinen langsheen de Zenneloop een natuurlijk beheer te krijgen. Bijkomend hieraan, dient
3.
-
het gedeelte, dat vroeger Natuurgebied was, gelegen tussen het wachtbekken en de parking, op de bestaande werkplaats na, ingericht en beheerd te worden als één oeverzone van de Zenne.
-
het oostelijk deel van het bedrijventerrein langs de Zenne gelegen, tevens bebost te worden als bijkomende bufferrand naar de oude dorpskern van Drogenbos toe.
bouwvrije zone binnen 30 meter langs hoofdweg A7 (E19) Aan de westelijk rand een buffer- en groeninrichting voorzien om enerzijds het zicht op de bedrijfssite vanaf de A7 te stremmen en anderzijds een verbindingsstrook te leggen, met een eventueel verlegde en opengestelde beek, en de bestaande weg “de wandeling” (zie kaart 5) tussen de Zenneoever en de Beemden. Hier dient maximaal de natuurverbindingingsfunctie gevrijwaard te worden. In deze strook dient het mogelijk te zijn om een eventuele nieuwe openbaar vervoersinfrastructuur toe te laten.
4.
ontsluiting langs bestaande wegeninfrastructuur De ontsluiting van het bedrijventerrein blijft gericht op de bestaande wegeninfrastructuur. De ontsluiting van Catala n.v. gebeurt via de Broekweg naar de Grote Baan die aansluit op de Verlengde Stallestraat (N261)en op het op- en afrittencomplex Drogenbos/Ruisbroek van de A7 (E19). Dit is zowel voor het personeel als voor het laden en lossen van grondstoffen en afgewerkte producten. Hierdoor wordt de Beemdstraat gevrijwaard en gebeurt de oversteek over de Zenne in de infrastructurenzone van het op- en afrittencomplex.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 8
3.2.3
Verantwoording voor opname van de gebieden in een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
De problematiek van het bedrijf Catala is door het bedrijf geconcretiseerd in de aanvraag tot planologisch attest. Het ruimtelijk uitvoeringsplan vertaalt de principes van het afgeleverd attest in een grafisch plan en stedenbouwkundige voorschrift.
Kaart 0
3.3 3.3.1
Situering plangebieden
Bestaande feitelijke en juridische toestand Bestaande feitelijke toestand De bestaande feitelijke toestand wordt grafisch weergegeven op de hieronder vermelde kaarten. Kaart 1
3.3.2
Bestaande feitelijke toestand: luchtfoto met aanduidingen
Bestaande juridische toestand De relevante elementen van de bestaande juridische toestand worden tekstueel aangegeven in de onderstaande tabel. Tabel 1.
Bestaande juridische toestand: Gemengd regionaal bedrijventerrein “Catala”
Plan
Naam
Gewestplan(nen) of gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen
Gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse (KB 7 maart 1977).
Provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen
Geen.
Gemeentelijke plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen
Geen
Verkavelingsvergunningen
Geen.
Beschermde monumenten
Geen.
Beschermde dorpsgezichten
Geen.
Beschermde landschappen
Geen.
Vogelrichtlijngebieden (SBZ-V)
Geen.
Habitatrichtlijngebieden (SBZ-H)
Geen.
Ramsargebieden
Geen.
Gebieden van het duinendecreet
Geen.
Gebieden van het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN)
VEN-gebied de “Zennebeemde Beersel-Ruisbroek” VEN-kaart n° 15, gebied 512.
Gebieden van het Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON)
Geen.
Vlaamse of erkende natuurreservaten
Geen.
Bosreservaten
Geen.
Beschermingszones grondwaterwinning Geen. Bevaarbare waterlopen
Geen.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 9
3.4 3.4.1
Plan
Naam
Onbevaarbare waterlopen
Zenne
Provinciewegen
Geen.
Gewestwegen
R0/E19/A7, N261
Spoorwegen
Geen.
Kaart 2
Bestaande juridische toestand: gewestplan met aanduiding wijzigingen
Kaart 3
Bestaande juridische toestand: andere plannen
Kaart 4
Voorstel gewenste uitbreiding
Kaart 5
Bestaande juridische toestand: Atlas der buurtwegen
Aspecten vanuit de sectorwetgeving Afweging ten aanzien van het Vlaams Ecologisch Netwerk Het plangebied is deels gelegen in het VEN-gebied de “Zennebeemde Beersel-Ruisbroek”. Een deel van het plangebied ligt in een gebied dat door de Vlaamse Regering op 18 juli 2003 werd aangeduid als 'grote eenheid natuur' op basis van de procedure van artikel 21 uit het natuurdecreet. Via voorliggend gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan wordt, conform artikel 17 § 3 van het natuurdecreet, deze aanduiding als grote eenheid natuur van rechtswege opgeheven. Volgens ditzelfde artikel dient het voorontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan voorstellen voor schadebeperkende en compenserende maatregelen te bevatten. Dit artikel trad in werking op 30 juni 2006, zijnde nadat de plenaire vergadering over het voorontwerp plaatsvond. Voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan doet slechts een grenscorrectie ten aanzien van de aangeduide grote eenheid natuur waarbij een op het moment van de aanduiding reeds bestaand bedrijfsgebouw zone-eigen wordt gemaakt. Door deze grenscorrectie wordt 3,0196 ha VEN-gebied geschrapt. Het positief planologisch attest voor Catala n.v. werd op 12 mei 2005 afgeleverd onder bepaalde voorwaarden : (cfr opsomming hierboven 3.2.2 ). Deze elementen werden overgenomen in de voorschriften en toelichting van voorliggend ontwerp RUP. Het advies van de Afdeling Natuur en Afdeling Bos en Groen, geformuleerd tijdens de plenaire vergadering van dit voorontwerp RUP dd 1406.2006, werd verwerkt in de stedenbouwkundige voorschriften en de toelichting. Het gehele plangebied wordt bestemd als ‘gemengd regionaal bedrijventerrein’. De zuidelijke en westelijke niet bebouwde rand van het plangebied wordt als overdruk bestemd als ‘buffer’ en de westelijke rand als overdruk eveneens bestemd als ‘bouwvrije strook’ langsheen de A7 (E19). In het stedenbouwkundige voorschrift van de overdruk ‘buffer’ wordt aanvullend voorzien dat de ingebuisde beken in een open bedding moeten heraangelegd worden en dat deze ruimte niet verhard mag worden (met uitzondering van toegangswegen en brandwegen in waterdoorlatende verharding) en als natuurlijke buffer moeten ingericht worden. Bijkomend hieraan wordt tevens voorgeschreven dat het niveauverschil tussen het bedrijfsterrein en de beemden in deze buffer dient opgevangen te worden en het beheer ervan naar het natuurlijk beheer van de aanpalende Beemden dient gericht te worden.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 10
Op die manier wordt gegarandeerd dat een buffer ontwikkeld wordt die grensstellend is tegenover de bedrijvigheid en een overgang maakt via de beken naar het noordelijk gelegen natuurgebied. Op deze wijze is aangetoond dat het ontwerp RUP geen betekenisvolle aantasting van het VENgebied veroorzaakt en dat de specifieke stedenbouwkundige voorschriften voor het buffergebied de noodzakelijke voorstellen voor schadebeperkende en compenserende maatregelen bevatten.
3.4.2
Watertoets Het plangebied is gelegen op de linkeroever van de Zenne (onbevaarbare waterloop van de 1ste categorie). In het oosten en noorden wordt het plangebied begrensd door de Zenne. In het westen wordt het plangebied begrensd door van west naar oost de A7 (E19), de talud van de A7 (E19) met daarin een niet gecategoriseerde onbevaarbare waterloop (genaamd Broekgracht) en een lokale weg (Broekweg). Deze Broekweg draait in het zuidelijk deel van het plangebied oostwaarts om dan verder zuidwaarts te verlopen. In het plangebied lopen 2 niet gecategoriseerde onbevaarbare waterlopen (zonder naam) die geheel of gedeeltelijk werden ingebuisd: beide beken staan met elkaar in verbinding ter hoogte van het zuidelijk deel van de Broekweg. De ene beek watert in oostelijke richting af naar de Zenne ter hoogte van de zuidelijke grens van het plangebied, de andere loopt onder de bebouwing door om ter hoogte van het kruispunt van de Broekweg en de Beemdweg in de Broekgracht uit te monden. Het plangebied is grotendeels, met uitzondering van de bestaande oeverstrook langs de Zenne, de zuidelijke strook en de strook langsheen de snelweg, bebouwd of verhard. Volgens de watertoetskaart gevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20/07/2006 dat nadere regels vastlegt met betrekking tot de watertoets, te raadplegen op het geoloket van het AGIV, is het zuidelijk-westelijk deel van het plangebied (deels bebouwd) en de oeverstrook van de Zenne in de oostelijke en noordelijke (deels bebouwd) rand van het plangebied gelegen in mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Deze kaart, die gebaseerd is op het digitaal terreinmodel, houdt evenwel geen rekening met de recente ophogingen die gebeurde ter voorbereiding van de aanleg van de nieuwe bebouwing. Het gehele plangebied wordt bestemd als ‘gemengd regionaal bedrijventerrein’. De zuidelijke en westelijke niet bebouwde rand van het plangebied wordt als overdruk bestemd als ‘buffer’ en de westelijke rand als overdruk eveneens bestemd als ‘bouwvrije strook’ langsheen de A7 (E19). In het stedenbouwkundig voorschrift van de overdruk ‘buffer’ wordt voorzien dat de bestaande ingebuisde beken in een open bedding moeten heraangelegd worden en dat deze ruimte niet verhard mag worden (met uitzondering van toegangswegen en brandwegen in waterdoorlatende verharding) en als natuurlijke buffer moeten ingericht worden. Op die manier wordt gegarandeerd dat de nu ingebuisde beken opnieuw een natuurlijk verloop kennen en ook kunnen bijdragen aan de infiltratie naar het grondwater. In het stedenbouwkundig voorschrift van de grondbestemming ‘gemengd regionaal bedrijventerrein’ is opgenomen dat behalve een strook van 5 m langs de Zenne in het noordelijk deel ook in een bredere oeverstrook gelegen tussen een kadastraal perceel en het aan te leggen waterbekken geen nieuwe bebouwing of verharding mag komen om later de aanleg van een natuurlijke oeverstrook langs de Zenne niet te hypothekeren. Daarnaast kunnen op de overige delen wel nieuwe gebouwen en of verhardingen (o.m. voor de aanleg van een parkeerterrein, de externe en interne ontsluiting) vergund worden. Voor deze vergunningen blijven de Gewestelijke en Provinciale Stedenbouwkundige verordening van toepassing. De watertoets op planniveau toont aan dat er geen nadelige effecten op het watersysteem te verwachten zijn. Bij het afleveren van stedenbouwkundige vergunningen dient daarenboven nog altijd een detailwatertoets uitgevoerd worden. De watertoets is om die reden positief.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III: toelichtingsnota 11
3.4.3
Milieueffectrapportage Het voorliggend plan voorziet in de bestendiging en beperkte uitbreiding van het bestaande industriegebied op het grondgebied van de gemeenten Sint-Pieters-Leeuw en Drogenbos. Enerzijds wordt het bestaande stedenbouwkundig voorschrift van industriegebied vervangen door het voorschrift voor gemengd regionaal bedrijventerrein. De hoofdactiviteiten “industriële en ambachtelijke activiteiten” worden vervangen door “productie, opslag en verwerking van goederen; onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten; op- en overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en groothandel”. Hiermee worden de mogelijkheden in de eerste plaats verduidelijkt, en daarnaast beperkt. De wijziging heeft geen te verwachten aanzienlijk milieueffect. Anderzijds wordt het bestaand bestemd industriegebied volgens het gewestplan uitgebreid. De uitbreiding heeft tot doel de ontsluiting van de huidige bedrijfsactiviteiten te optimaliseren, het aanpassen van het bestemmingsplan aan de bestaande (gedeeltelijk) stedenbouwkundig vergunde toestand, het mogelijk maken van verdere optimalisatie van het terrein en een afdoende buffering en landschappelijke inpassing ten aanzien van de hoofdweg en de Zennebeemden. De oppervlakte in het plan is in totaal 18,51 ha. De uitbreiding is 8,41 ha groot en wordt beschouwd als een klein gebied op lokaal niveau. De uitbreiding omvat de buffering, landschappelijke inpassing, de reeds gerealiseerde stedenbouwkundig vergunde en niet-vergunde uitbreidingen, en een klein deel voorzien als bijkomend bedrijventerrein. Het te verwachten milieueffect is in de eerste plaats positief, aangezien de buffering ten aanzien van de Zennebeemden, de visuele inpassing van op de hoofdweg, en de verbetering van de integratie van de Zenneoevers worden opgelegd in de stedenbouwkundige voorschriften. De voorziene regularisatie van de niet-vergunde toestand en de uitbreiding hebben een beperkt milieueffect. De combinatie van het feit beoogde positief effect met het feit dat er nauwelijks bijkomende oppervlakte kan worden ingenomen vergeleken met de bestaande toestand, geeft aan dat de uitbreiding met een klein gebied op lokaal niveau geen te verwachten aanzienlijk milieueffect heeft. Een milieubeoordeling is derhalve niet verplicht en wordt dan ook niet geïntegreerd in de toelichting van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
3.5
Ruimtebalans De invloed van de bestemmingswijzigingen in dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan op de ruimteboekhouding uit het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) is weergegeven in volgende ruimtebalans. Tabel 2.
Ruimtebalans
Bestemmingscategorie
Huidige gewestplanbestemmingen in het plangebied
Bestemmingen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
Verschil
Wonen
0,01 ha
0 ha
-0,01 ha
8,1 ha
0 ha
-8,1 ha
10,1 ha
18,51 ha
+ 8,41 ha
Recreatie Reservaat en natuur Overig groen Bos Landbouw Industrie Overige bestemmingen
0,3
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
- 0,3
Bijlage III: toelichtingsnota 12
3.6
Vertaling naar verordenende stedenbouwkundig voorschriften en op te heffen voorschriften Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften Koninklijk Besluit 28.12.1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen. Gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse (KB 7 maart 1977): “natuurgebied”, “industriegebied”., “woongebied”., “landelijk gebied”.
Artikel 1. Gemengd regionaal bedrijventerrein Een regionaal bedrijf is een grootschalig bedrijf met belangrijke ruimtelijke impact op de omgeving op vlak van mobiliteit, uitzicht, omvangrijke ruimte-inname of potentieel in te bufferen effecten. ‘Regionaal’ verwijst niet naar de economische relaties of het verzorgingsgebied van het bedrijf. Op een gemengd regionaal bedrijventerrein kunnen bedrijven gevestigd en uitgebaat worden die om ruimtelijke of milieuredenen niet verweefbaar (meer) zijn met een multifunctionele stedelijke of residentiele omgeving.
1.1 Het bedrijventerrein is bestemd voor bedrijven van regionale bedrijven met de volgende hoofdactiviteiten: -
Productie, opslag en verwerking van goederen Onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten Op- en overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en groothandel.
Met opslag is de opslag van geproduceerde of verwerkte goederen bedoeld. In het gebied zijn eveneens windturbines toegelaten, alsook andere installaties voor de productie van hernieuwbare energie, dit valt onder productie. Er is geen specifieke aanduiding voor nodig, het hoeft niet in het stedenbouwkundig voorschrift te worden opgenomen.
Met autonome kantoren wordt bedoeld bedrijven met als hoofdactiviteit privé- en overheidsdienstverlening met een hoofdzakelijk administratief karakter en een hoge personeelsintensiteit. De kantooractiviteit is hier niet ondergeschikt aan andere bedrijfsactiviteiten zoals productie of verwerking van goederen.
De volgende activiteiten zijn niet toegelaten: − Kleinhandel − Agrarische productie − Autonome kantoren − Afvalverwerking met inbegrip van recyclage − Mestverwerking, slibverwerking − Verwerking en bewerking van grondstoffen met inbegrip van delfstoffen
Onder mestverwerking en slibverwerking worden alle verwerking en bewerking van mest of slib begrepen. Er dient rekening gehouden te worden met eventuele projecten In functie van een eventuele doortrekking van een tramlijn van de
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Constructies, werken en handelingen in functie van collectief of openbaar vervoer zijn toegelaten.
Bijlage III Toelichtingsnota (tekst) 13
Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
parking in Stalle naar het station van Ruisbroek.
1.2
Zuinig ruimtegebruik is een algemeen principe voor een bedrijventerrein. Bij de beoordeling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning wordt niet alleen rekening gehouden met het zuinig ruimtegebruik maar ook onder meer met : -
De invloed op de mobiliteit en de verkeersleefbaarheid;
-
De relatie met de in de omgeving van het gebied vastgelegde bestemmingen ;
-
De inpassing in de omgeving.
Voorbeelden van gemeenschappelijke en complementaire voorzieningen zijn een vrachtwagentankstation, een gemeenschappelijk bedrijfsrestaurant, een bank-/postloket.
Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze rekening houden met zuinig ruimtegebruik. Daarbij wordt minstens aandacht besteed aan : -
Het optimaal gebruiken van de percelen, echter rekening houdend met de verplichtingen inzake veiligheid;
-
De mogelijkheid om bepaalde diensten onder te brengen in gemeenschappelijke gebouwen op het bedrijventerrein;
-
Het groeperen en organiseren op het bedrijventerrein van parkeermogelijkheden voor de gebruikers en bezoekers.
Gemeenschappelijke en complementaire voorzieningen inherent aan het functioneren van het gemengd regionaal bedrijventerrein zijn toegelaten.
Kantoren en toonzalen met beperkte vloeroppervlakte, ondergeschikt en gekoppeld aan de productieactiviteit van individuele bedrijven zijn toegelaten voor zover deze activiteiten geen loketfunctie hebben en geen autonome activiteiten uitmaken. De toonzalen mogen maximum 10% van de gelijkvloerse bebouwde oppervlakte innemen ongeacht op welk niveau de toonzalen worden ingericht en de toonzaaloppervlakte mag maximaal 500m² zijn.
In specifieke gevallen kan onder bewakingspersoneel ook de eigenaar, een zaakvoerder of kaderlid worden begrepen, voor zover diens aanwezigheid nuttig of nodig is voor de bewaking en voor de veiligheid van het bedrijf. Daarnaast zijn installaties voor het opwekken van hernieuwbare energie toegelaten.
Bedrijfsverzamelgebouwen: voorbeelden daarvan zijn gebouwen waarin verschillende bedrijven hun kantoren voor administratieve
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Inrichtingen voor de huisvesting van bewakingspersoneel van maximaal 200m² vloeroppervlakte, geïntegreerd in het bedrijfsgebouw, zijn toegelaten. Indien het noodzakelijk is voor de veiligheid van het bewakingspersoneel is de niet-integratie toegelaten.
De minimale perceelsoppervlakte bedraagt 5000m². Uitzonderingen zijn toegestaan voor -
Percelen met bestaande stedenbouwkundig vergunde bedrijfsgebouwen binnen de zone
-
Percelen met bedrijven die gemeenschappelijke en complementaire voorzieningen verzorgen
-
Percelen met bedrijfsverzamelgebouwen
-
Een beperkt aantal percelen die omwille van de globale
Bijlage III Toelichtingsnota (tekst) 14
Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
inrichting van het bedrijventerrein een kleinere terreinoppervlakte verkrijgen
diensten groeperen. Indien archeologisch vooronderzoek op een deel van de site nodig geacht wordt, zal de daartoe de geëigende procedure ervoor gevolgd worden. 1.3
Bij de aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen van het gebied zo veel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico worden beperkt. Inpassen van de Zenne
1.4 Vanuit een zorg voor de natuurlijke loop van de Zenne, dient een strook van minstens 5 meter langsheen de Zenne een natuurlijk beheer te krijgen.
Bijkomend aan de gebruikelijke strook van natuurlijk beheer dient, daar waar vroeger Natuurgebied was, een oeverzone van de Zenne georganiseerd te worden. De lengte van deze oeverzone wordt hier echter beperkt tot het gebied tussen het geplande wachtbekken en perceel 535_0 omwille van de bestaande bebouwing en functioneren van het bedrijf. Deze zone moet toelaten dat de natuurlijke inrichting van de oevers van de Zenne niet gehypothekeerd wordt. De begrenzing van deze oeverstrook langsheen de Zenne gebeurt niet op het verordenend plan om voldoende vrijheid te geven aan de aanvrager en vergunningverlener om de inplanting van het waterbekken en de waterzuiveringsinstallatie mogelijk te maken. Ter informatie wordt verwezen naar de kaart ‘gewenste uitbreiding’ in het planologisch attest.
Het gedeelte tussen het geplande wachtbekken en het perceel 535_0, op de bestaande verharding en werkplaats na, dient ingericht en beheerd te worden als één oeverzone van de Zenne.
In deze zone wordt ook de voetweg nr 11 geïntegreerd. De openbaarheid van de voetweg mag niet in het gedrang komen. Indien een deel van de voetweg dient verlegd te worden om de verbinding tussen de brug op de Zenne en de Beemdstraat/Broekweg te realiseren, zal de daartoe de geëigende procedure voor gevolgd worden. In de bufferrand naar de oude dorpskern van Drogenbos wordt waar mogelijk bijkomende streekeigen beplanting gebruikt.
Het oostelijk deel langs de Zenne moet bebost worden als bijkomende bufferrand naar de oude dorpskern van Drogenbos toe.
(aanduiding in overdruk)
1.5 buffer Tussen de bedrijven en de aangrenzende zones wordt in een buffer voorzien. De buffer moet voldoen aan de voorwaarden van visuele afscherming, geluidsafscherming, landschappelijke inpassing of
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III Toelichtingsnota (tekst) 15
Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Een buffer moet een overgang vormen tussen het bedrijventerrein en de aangrenzende bestemmingen. Naargelang de aard van de aangrenzende bestemming zal de buffer gebiedsspecifiek moeten worden ingevuld.
afstand.
Het gebied, aangeduid met deze overdruk, zorgt voor een buffer tussen het bedrijventerrein en het aanpalend natuurgebied. De buffer is bedoeld om de hinder van de bedrijfsactiviteiten t.o.v. het naastliggende natuurgebied te beperken Ter compensatie van de hardheid van het bedrijventerrein, is een kwalitatieve groenaanleg wenselijk.
De buffer wordt dicht beplant met streekeigen struiken en inheemse hoogstammige bomen met het oog op het bufferen van de bedrijfsactiviteiten ten opzichte van de aanliggende functies.
Wat kan toegelaten worden in een buffer is beperkt maar in bepaalde gevallen is het belangrijk te voorzien dat toegangswegen kunnen toegelaten worden voor zover ze niet afzonderlijk voorzien zijn in het RUP; de bestaande voetweg valt hieronder. Er dient rekening gehouden te worden met eventuele aanleg van brandwegen omwille van brandveiligheid. Deze kunnen enkel in waterdoorlatende verharding worden aangelegd in deze buffer.
Er dient rekening gehouden te worden met de feitelijke toestand van de bestaande wegenis. In die zin zijn constructies en handelingen toegelaten.
Er dient rekening gehouden te worden met eventuele projecten In functie van een eventuele doortrekking van een tramlijn van de parking in Stalle naar het station van Ruisbroek.
In deze bufferstrook zijn enkel werken en handelingen toegelaten die verband houden met de aanleg en het onderhoud als ontoegankelijke groenbuffer. Dit om te vermijden dat restafval of andere rommel worden opgestapeld in deze zones.
Op te heffen voorschriften
Het gebied, hier aangeduid met deze overdruk, zorgt voor een buffer tussen het bedrijventerrein en het aanpalend natuurgebied en de visuele afscherming ten opzichte van de A7 (E19).
. Alleen werken en handelingen met het oog op de aanleg en het onderhoud van de buffer zijn toegelaten met inbegrip van de aanleg en het onderhoud van toegangswegen. Tevens is in de westelijke buffer tussen het bedrijf en de R0/E19 de aanleg van brandwegen in waterdoorlatende verharding toegelaten indien dit om redenen van brandveiligheid wordt opgelegd.
Constructies, werken en handelingen in functie van onderhoud van bestaande buurt- en voetwegen en de weg “de wandeling” van 3 m breedte ter vervanging van de afgeschafte voetweg n°25, zijn toegelaten.
Constructies, werken en handelingen in functie van collectief of openbaar vervoer zijn toegelaten
Uiterlijk in het plantseizoen dat volgt op het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning, na de inwerkingtreding van dit ruimtelijk uitvoeringsplan, moet de zone voor buffer aangelegd en beplant zijn.
De bestaande ingebuisde beken dienen opnieuw als open waterloop aangelegd te worden.
Het bedrijf is verantwoordelijk voor de aanleg en het beheer van de buffer.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Het niveauverschil tussen het bedrijfsterrein en de Beemden dient opgevangen te worden in dit gebied. Het beheer van dit gebied richt zich naar het natuurlijk beheer van de aanpalende Beemden.
Bijlage III Toelichtingsnota (tekst) 16
Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
aanduiding in overdruk Artikel 2. bouwvrije strook Een bouwvrije strook heeft als doel een zone voor erfdienstbaarheid van Gewestelijk belang in te richten. Deze erfdienstbaarheid wordt opgelegd ten voordele van het principe dat infrastructuur gebundeld wordt om een efficiënt ruimtegebruik te creëren (bundelingprincipe). De erfdienstbaarheid betekent dat alle huidige functies en activiteiten die vandaag in deze strook aanwezig zijn (landbouw, wonen, recreatie,…) blijven functioneren en bestaan zolang zij de aanleg van met hoofd- en primaire wegen gebundelde infrastructuur niet hinderen. De bestaande verbinding tussen de Beemdstraat en de Beemden (Broekweg) dient toegankelijkheid tot de Beemden te garanderen. De concrete uitwerking van die aanleg of van aanpassingen aan de bestaande hoofdinfrastructuur geeft aanleiding tot grote ingrepen en gebeurt dus steeds op basis van gebiedsgericht onderzoek (planningsproces) waarna het vigerend plan van aanleg wordt gewijzigd. Dit neemt niet weg dat in de tussentijd in de bouwvrije strook infrastructuur kan toegestaan worden die minder impact heeft op de omgeving en de eventuele toekomstige ontwikkelingen van de bestaande lijninfrastructuur.
In het gebied, aangeduid met deze overdruk, geldt een verbod om vergunningsplichtige gebouwen en constructies op te richten behalve werken, handelingen en wijzigingen voor: −
leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer, lokale toegangswegen
−
bestaande bebouwing en constructies, voor zover ze in overeenstemming zijn met de stedenbouwkundige voorschriften van de grondkleur.
In geval van onteigening wordt bij het bepalen van de vergoeding geen rekening gehouden met de waardevermeerdering die uit bovenvermelde werken en handelingen voortvloeit. Langsheen de hoofdweg wordt een beplanting voorzien, zodat het bedrijventerrein niet zichtbaar is van op de hoofdweg.
Voor de hoofdwegen, respectievelijk primaire wegen I wordt er buiten de stedelijke gebieden en desgevallend kernen van het buitengebied een bouwvrije strook van respectievelijk 100 m of 30 m (vanaf langsgracht of berm) aangelegd. Voor de primaire wegen II wordt er buiten de stedelijke gebieden Voor de primaire wegen II wordt er buiten de stedelijke gebieden een bouwvrije strook van 30 m vanaf de as van de weg aangelegd. Met afstand van meerwaarde wordt bedoeld dat voor de vergoeding bij een onteigening geen rekening moet worden gehouden met de waardevermeerdering die uit werken zou voortvloeien in de zone met overdruk aangeduid na de inwerkingtreding van het RUP. Het is een uitzondering op het bouwverbod dat hier toegelaten wordt met voorwaarden. In de praktijk ondertekent de aanvrager die afstand van meerwaarde voordat de stedenbouwkundige vergunning afgeleverd wordt, opdat de aanvrager volledig in kennis is van deze erfdienstbaarheid van openbaar nut.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III Toelichtingsnota (tekst) 17
Eisen gesteld aan inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Op te heffen voorschriften
aanduiding in overdruk Artikel 3. hoogspanningsleiding
Deze aanduiding betreft de bestaande en nieuwe (bovengrondse) hoogspanningsleidingen en aanhorigheden. Aanhorigheden van een hoogspanningsleiding zijn de constructies of gebouwen die nodig of nuttig zijn om de leiding te kunnen exploiteren. De aanhorigheden kunnen bovengronds of ondergronds aangebracht zijn.
In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een hoogspanningsleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming. De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de bestaande hoogspanningsleiding niet in het gedrang worden gebracht.
Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan 2.12_00267_00001 Gemengd regionaal bedrijventerrein “CATALA”
Bijlage III Toelichtingsnota (tekst) 18