GENDER WORKSHOP: VROUWEN EN QUOTA IN DE POLITIEK MOET KUNNEN
Gehouden op zaterdag 21 augustus 2010 in de University Guesthouse Programma •
Welkomstwoord Dagvoorzitter (Minouche Bromet)
•
Openingswoord Voorzitter DNA (Jennifer Geerlings-Simons)
•
Quota voor vrouwen; een antwoord op de hardnekkige ondervertegenwoordiging van vrouwen in politiek leiderschap (Henna Guicherit)
•
Informatieve vragen
•
Electoral gender quotas: the case of Guyana (Vincent Alexander)
•
Informatieve vragen
•
Pauze
•
Werkgroepen
•
Plenaire discussie
•
Aanbevelingen
•
Sluiting
•
Lunch
WELKOMSTWOORD – Minouche Bromet Na de aanwezigen van harte welkom te hebben geheten, geeft mw. Bromet aan dat mw. Rosaline Daan vanwege een overmachtsituatie, niet meer aanwezig zal zijn en dat zij als dagvoorzitter zal optreden. Na zichzelf te hebben voorgesteld, wordt het programma doorgenomen en worden er enkele huishoudelijke mededelingen gedaan. OPENING – Jennifer Geerlings-Simons Zij is blij dat ze weer eens aan deze workshop mag deelnemen. Bij de opening zal zij teruggrijpen naar de vorige ontmoeting, waarbij de vrouwelijke parlementariërs de vrees hadden uitgesproken dat na de volgende verkiezingen er een terugval zou zijn v.w.b. het aantal vrouwen in de politiek; die vrees is meer dan bewaarheid geworden. Thans zijn er vier vrouwelijke parlementariërs en het waren er 13; dat is geen kleine terugval. Dat is geen one step forward and two steps backwards, maar vijf stappen backwards. Belangrijk is dat er hierover nagedacht wordt.
1
Er zijn publicaties die praten over women in politics beyond the data en dat interesseert haar. Wij kunnen quota hebben en meten hoeveel vrouwen er in het parlement en in de regering zijn, maar dan is de vraag dat wij het percentage willen verhogen. Waarom is het zo gebeurd? Gebleken is in de wereld dat wetgeving en/of percentage vrouwen in de politiek onvoldoende werkt. Wij moeten kijken naar de best practices. Het gaat er bij haar om dat bij de volgende verkiezingen mensen niet weer eens zitten aan te modderen, maar dat er onderzoek gedaan zal worden ten aanzien van de participatie van vrouwen in de politiek, welke de barrières zijn voor vrouwen in de politiek terwijl ze zeer goed vertegenwoordigd zijn bij bijvoorbeeld het onderwijs, op de werkvloer, maar ontbreken in de politiek en in leidinggevende posities. Bij het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling bijvoorbeeld, is 90% van de werkers vrouw en bevindt zich 0% vrouwen zich in de leiding van dat ministerie. Het is tijd dat wij die onzin achter ons laten. Bijna 100% van de participanten aan deze workshop is vrouw en zij vraagt zich af of het aan de constructie van de uitnodiging heeft gelegen dat er nauwelijks mannen aanwezig zijn. Ze stelt voor dat in een volgende uitnodiging gevraagd wordt naar een evenredige deelname van vrouwen en mannen. Het belang van vrouwen is geen vrouwenbelang alleen, het is een belang van mannen en vrouwen. Voorts stelt zij voor om vanaf dit moment de onzichtbare zaken die wij minder goed kunnen vatten, onderzoeken. Ook moet er meer advocay en bewustzijn op gang komen. Tenslotte wordt aan de participanten een prettige workshop toegewenst en hoopt dat er een begin gemaakt wordt met het op zakelijke en effectieve manier werken aan veranderingen. QUOTA VOOR VROUWEN; een antwoord op de hardnekkige ondervertegenwoordiging van vrouwen in politiek leiderschap – Henna Guicherit Regering Suriname anno 2010 Het portret van de regeringssamenstelling staat in schril contrast met het portret van de aanwezigen in de zaal; er zijn bijna alleen vrouwen aanwezig. The human race is a two winged bird: one wing is female and the other is male. Unless both wings are equally developed the human race will not be able to fly. (Boutros Boutros Gali) Opbouw inleiding •
Kernwaarden vanuit een genderoptiek en een optiek van mensen/vrouwenrechten
•
De hardnekkige ondervertegenwoordiging van vrouwen t.o.v. mannen in politiek leiderschap
•
Terugblik op de strijd voor - en de beleving van vrouwenkiesrecht
•
Gender als analytisch concept ondervertegenwoordiging
•
Blik op de wereld en de positionering van Suriname t.o.v. andere landen als het de politieke vertegenwoordiging van vrouwen en mannen betreft.
•
Specifieke maatregelen een vereiste om binnen kort tijdsbestek een beter gender evenwicht te bereiken in politiek leiderschap.
•
Legale en partij quota als strategie om te komen tot een beter gender evenwicht in de politiek.
•
Aandachtspunten.
om
te
komen
tot
een
verklaring
voor
deze
Kernwaarden waar wij niet aan tornen vanuit een genderoptiek en een optiek van mensenrechten UVRM, CEDAW, BPfA
2
•
Democratie; staatsvorm die aan het hele volk invloed op de regering toekent.
•
Iedereen (mannen en vrouwen) heeft het recht deel te nemen aan de regering van haar/zijn land (UVRM); een beginsel van onze politieke democratie -> moet waarschijnlijk explicieter gesteld worden.
•
De Republiek Suriname is een democratische rechtsstaat.
•
Niemand mag op grond van zijn geboorte, geslacht, ras, taal, godsdienst, afkomst, educatie, politieke overtuiging, economische positie of sociale omstandigheden of enige andere status gediscrimineerd worden -> wat gebeurt er in werkelijkheid?
•
Vrouw en man zijn niet gelijk maar wel gelijkwaardig.
•
Mensenrechten en vrouwenrechten moeten worden gerespecteerd en nageleefd zo niet, is er sprake van discriminatie.
CEDAW art. 7 op gelijke voet met mannen De Staten die partij zijn bij dit Verdrag (ook Suriname), nemen alle passende maatregelen om discriminatie van vrouwen in het politieke en openbare leven van het land uit te bannen, en verzekeren vrouwen i.h.b het recht om op gelijke voet met mannen hun stem uit te brengen bij alle verkiezingen en volkstemmingen, en verkiesbaar te zijn in alle openbare gekozen lichamen. ►Welke passende maatregelen hebben wij getroffen? No government can claim to be democratic if half of its population (women) is excluded from decision making (Kofi Annan) Ondervertegenwoordiging van vrouwen opvallend en hardnekkig •
Na 62 jaren parlementaire geschiedenis is er nog altijd sprake van een ondervertegenwoordiging van vrouwen in posities van beleid- en besluitvorming.
grote
•
Het aantal (5) bij de op 25 mei 2010 gekozen vrouwelijke DNA leden vormt, (6 na opschuiving 11.8%), nog lang geen kritische massa (30%).
•
Er moet dus nog heel veel gebeuren om een evenwicht te bereiken tussen vrouwelijke en mannelijke volksvertegenwoordigers en bestuurders.
Terugblik op de beleving van het vrouwenkiesrecht in Suriname
3
•
Kiesreglement van 1865 verbood vrouwenkiesrecht niet, maar het stond het ook niet nadrukkelijk toe.
•
Tussentijdse verkiezing 1932 Mr. J.C.de Miranda jr. stelt, zich beroepend op het Concordantie beginsel, onderwijzeres Marie Le Fevre voor als kandidaat maar dit wordt afgewezen.
•
Ook bij vonnis van 10 februari 1933 van het Hof van Justitie waar hij in beroep gaat.
•
1936 passief kiesrecht voor vrouwen
•
1938 de Sociaal Democratische Vrouwen Bond slaagt erin Mevr. G.R. Schneiders–Howard in de Staten verkozen te krijgen.
•
1948, Algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen een feit. (Corry Tendeloo, Nederlandse parlementariër die voor de vrouwen gestreden heeft)
•
Beleving verworven recht laat lang op zich wachten
•
Bella Richaards wordt 15 jaar later in 1963 het eerste vrouwelijk parlementslid (door opschuiving)
•
Gevolgd door Elfriede Alexander-Vanenburg (1969) en Irma Loemban Tobing–Klein (1973)
(beiden door opschuiving) •
Indradevi Djwalapersad (1991) en Sharmila Mansaram (2000) met voorkeursstemmen en mevr. Djwalapersad werd de eerste vrouwelijke DNA voorzitter. …..etc etc
Kies Bewust Stem op een Vrouw! (VPF) A women’s place is in the House of Parliament! (T&T) Eén van de doelen van het Vrouwen Parlement Forum (VPF) is verhoging van het bewustzijn van de samenleving van het onderlinge verband tussen politiek en gender. Om dit te bereiken heeft het VPF trainingsprogramma’s capaciteitsopbouw voor vrouwen uitgevoerd en er bij politieke partijen op aangedrongen zowel op nationaal als regionaal niveau meer vrouwen kandidaat te stellen. Tijdens verkiezingen is er gelobbyd om de kiezers hun stem te laten uitbrengen op vrouwelijke kandidaten door middel van de leuzen. “Kies Bewust, Stem Op Een Vrouw” (1996) later afgezwakt tot “Vrouwen en Mannen Voor Een Beter Suriname”. Opeenvolgende algemene vrije en geheime verkiezingen hebben uitgewezen dat verkozen worden tot lid van DNA in eerste instantie een aangelegenheid is van kandidaatstelling; vooral de volgorde van kandidaatstelling en in tweede instantie een aangelegenheid is van het stemgedrag van het electoraat. ► Er zal dus ook gelobbyd moeten worden voor quota in het proces van selectie en kandidaatstelling Balans v.h. kiesrecht 1988 – 20 Tabel 1. Percentage vrouwen in de politiek bestuurlijke organen in 1988, 1991, 1996, 2000, 2005 en 2010 1988
1991
1996
2000
2005
2010
Regering
6%
0%
10%
15%[1]
11.1%
10.5%
DNA
8%
6%
15.7%
17.6%
25%2]
11.8%[3]
DR
13%
13%
7%
18%
24.5%
RR
13%
17%
20%
24.7%
30.6%
Bron: MINBIZA en MINRO, Centraal Hoofdstembureau) [1]
Inclusief een vrouwelijke onderminister
[2] Als
resultaat van de verkiezing 23.5%, na opschuiving 25%
[3] Als
resultaat van de verkiezing 9.8%, na opschuiving 11.8%
DR en RR: over het algemeen begint de inhaalslag bij de lagere regionen. Balans augustus 2010: absoluut onaanvaardbaar en ondemocratisch Regering 1 mannelijke president 1 mannelijke vice-president 15 mannelijke ministers 2 vrouwelijke ministers.
4
De Nationale Assemblee 1 vrouwelijke voorzitter 1 vrouwelijke ondervoorzitter 43 mannelijke leden 6 vrouwelijke leden (na opschuiving) Ondanks Het Algemeen Kiesrecht; Ongeveer de helft van de kiesgerechtigden uit vrouwen bestaat; De Grondwet vrouwen niet uitsluit en zij niet gediscrimineerd mogen worden; De ratificatie en publicatie van CEDAW en andere mensenrechten instrumenten. → Vrouwen beleven hun recht onvoldoende in ons land Vrouwen kunnen hun recht onvoldoende beleven
•
Dat vrouwen evenals mannen hun stem mogen uitbrengen daar heeft men over het algemeen geen probleem mee; ergo men gebruikt en prijst vrouwen als te zijn de werkpaarden van partijen zonder wiens inzet de verkiezingsstrijd inboet.
•
Maar, dat vrouwen verkozen worden in de hoogste machtsposities daar heeft men in ons land en in de meeste samenlevingen, getuige het gering aantal vrouwelijke politieke leiders, kennelijk wel een probleem mee.
•
HEEFT U HIER WEL EENS BIJ STIL GESTAAN?
•
HEEFT U HIER EEN VERKLARING VOOR?
Je stem uitbrengen is geen enkel probleem, maar dat vrouwen verkozen worden in de hoogste machtsposities, daar heeft men wel een probleem mee anders hadden wij niet zo weinig vrouwen in de politieke machtsposities. Hoe deze ondervertegenwoordiging te verklaren? Het analytisch concept gender GENDER stelt ons beter in de gelegenheid om dit verschijnsel van structurele ondervertegenwoordiging in posities van beleid- en besluitvorming te analyseren en daarbij naar de positie van vrouwen te kijken t.o.v. van die van mannen. Het resultaat spreekt voor zich. Waarom?
•
Omdat dit analytisch concept de maatschappelijke verschillen tussen de seksen niet verklaart vanuit de aangeboren onveranderlijke eigenschappen van vrouwen en mannen maar,
•
Vanuit de aangeleerde en dus ook veranderlijke eigenschappen van vrouwen en mannen. Verschillende (niet neutrale) eigenschappen die in een proces van socialisatie meisjes en jongens, vrouwen en mannen aangeleerd hebben wat voor de seksen passend gedrag, attituden, rollen, activiteiten en relaties zijn en ook aangeleerd hebben wat vrouwelijk en wat mannelijk is.
Genderrollen
5
•
Aangeleerde gedragspatronen
•
samenleving en cultuur
•
welke activiteiten, taken en verantwoordelijkheden
•
mannelijk of vrouwelijk
•
beïnvloed o.a. door leeftijd, klasse, ras, etniciteit, godsdienst en andere ideologieën en door het geografisch, economisch en politieke milieu.
•
Genderrollen zijn niet aangeboren en dus veranderbaar.
•
We moeten de traditionele rolverdeling doorbreken!
Genderarbeidsverdeling In iedere samenleving is er een arbeidsverdeling tussen vrouwen en mannen de z.g. gender verdeling van de arbeid. Werk en verantwoordelijkheden die men beschouwt als te zijn voor vrouwen of voor mannen. Het is overduidelijk dat politiek leiderschap in onze samenleving wordt gezien als mannelijk en dat mannen de macht niet/nauwelijks willen delen met vrouwen!!! Leiderschap een “gendered” begrip
•
Het begrip leiderschap is, net als een aantal andere begrippen gendered, het is geladen met veronderstellingen over mannelijkheid en vrouwelijkheid.
•
Zo worden posities van leiderschap doorgaans met mannen geassocieerd. Praten we over een regeringsleider, ondernemer, vakbondsleider, rechter of professor, dan beelden we ons al gauw een man in.
•
Praten wij over een leidinggevende vrouw dan denkt men aan een crècheleidster, een hoofd verpleegkundige, een schoolleider, of hoofdschoonmaakster; leidinggevende functies die mannen niet ambiëren en die in het verlengde daarvan in de samenleving minder gewaardeerd worden ook qua salaris.
Verklaring Voorafgaand aan acties om te komen tot een evenredige vertegenwoordiging van vrouwen en mannen in politiek leiderschap is een VERKLARING voor de hardnekkige onevenredige vertegenwoordiging vereist. DISCRIMINATIE is het sleutelwoord Discriminatie van vrouwen ligt ten grondslag aan de ondervertegenwoordiging!!!
6
•
De eeuwenoude en hardnekkige mythe van de mannelijke dominantie en vrouwelijke ondergeschiktheid.
•
Seksistische ideeën die wijdverspreid en diepgeworteld zijn in de culturele en religieuze waardepatronen. Mannelijk geslacht beter gewaardeerd dan vrouwelijk geslacht.
•
Het begrip leiderschap dat in onze samenleving geladen is met veronderstellingen over mannelijkheid en vrouwelijkheid.
•
Socialisatie die meisjes en jongens conditioneert in deze achterhaalde seksistische ideeën en traditionele arbeidsverdeling.
•
De ongelijke verdeling van de arbeid en verantwoordelijkheden binnen het huishouden, op basis van ongelijke machtsverhoudingen beperkt mogelijkheden van vrouwen.
•
Traditionele wijze van werken van politieke partijen die geen rekening houden met de ongelijkheid in gezinsverantwoordelijkheid en de driedubbele taak van vrouwen (reproductief, productief en sociaal).
•
Het niet altijd in acht nemen van ethische codes maakt vrouwen die voor hun gezin en voorbeeldfiguur zijn, kwetsbaar want als publieke figuur meent men alles over je te kunnen zeggen.
•
Mannensolidariteit en machtsconsolidatie; veelal niet openlijk maar subtiel verzet plegen tegen de insluiting van vrouwen in machtsposities.
•
Het “glazen” plafond dat een onzichtbare barrière vormt waarop vrouwen bij het verwezenlijken van hun politieke aspiraties op stuiten
► Allemaal zaken die te maken hebben met discriminatie van vrouwen. LET WEL!!! Dat vrouwen niet gestimuleerd worden tot politiek leiderschap en vaak zeggen niet te willen, moet tegen deze achtergrond bezien worden. Bij de ontwikkeling van strategieën voor een beter evenwicht kan hier niet aan voorbij worden gegaan! De uitdaging Bij het ontwikkelen van welke strategie dan ook die erop gericht is de hardnekkige ondervertegenwoordiging van vrouwen in beleid en besluitvorming aan te pakken is het ombuigen van de negatieve invloed, die deze diepgewortelde factoren hebben op vrouwelijk politiek leiderschap, DE UITDAGING Waarom moeten we werken aan een beter evenwicht in politiek leiderschap?
•
Omdat dit het democratisch gehalte van de samenleving verhoogt; de democratie versterkt. Het is ondemocratisch en onrechtvaardig vrouwen uit te sluiten en aan wetten te binden waar zij geen deel aan hebben gehad.
•
Omdat vrouwen hun democratische mensen/vrouwenrechten moeten kunnen beleven.
•
Omdat vrouwen hun eigen belangen beter kunnen behartigen door meer macht en invloed te hebben. Vrouwen kunnen het niet aan mannen overlaten om te bepalen wat vrouwenbelangen en vrouwen behoeften zijn zoals quota voor vrouwen bij uitstek een strategische behoefte van vrouwen is.
•
Omdat de politieke agenda en discussie wordt verrijkt wanneer vrouwen vanuit hun optiek, hun verantwoordelijkheden, ervaring en inzichten een bijdrage leveren.
•
Omdat het niet efficiënt is om vrouwen die de potentie en aspiratie hebben om leidinggevende politieke functies te bekleden te passeren, te discrimineren of op lager niveau in te zetten.
•
Omdat het een voorwaarde is voor duurzame ontwikkeling, MDG’s, armoedebestrijding etc.
Democracy if not engendered is endangered Als we niet harder gaan werken aan een beter evenwicht tussen mannen en vrouwen in posities van zeggenschap en besluitvorming brengen wij de democratische rechtsstaat in gevaar. MAAR IS DIE DAN NIET AL IN GEVAAR? Een blik op de wereldbalans (Bron IPU) Globally the year 2009 was marked by continued progress for women in parliament. The global average for the proportion of women in parliament reached an all time high of 18.8 %. (Sme Aug. 2010 11.8%) At the time of the Beijing Conference and Platform for Action of 1995, women held 11.3 % of seats in
7
parliament. Today’s high represents a gain of almost 7.5 % on the 1995 average (SME 6% → 11.8% = 4.8%) In January 2010, women held 35 (13.0%) of the 269 top posts in parliaments around the world. This is an improvement on the 1995 total when 24 (8.9%) women held this post. (Sme 100%) Women make up 30 percent or more of the members in 44 parliamentary chambers – 26 single or lower and 18 upper houses. This is a six-fold increase over the 1995 total, when just seven chambers achieved this goal. Tot slot Eind 2008 hadden 22 landen een kritische massa bereikt; Rwanda, Sweden, Cuba, Finland, Argentina, Netherlands, Denmark, Costa Rica, Spain, Norway, Belgium, Mozambique, Iceland, New Zealand, South Africa, Austria, Nepal, Macedonia, Germany, Uganda, Burundi en Tanzania -> zou Suriname daar niet kunnen zijn? Suriname is nog ver weg van een kritische massa Belangrijke conclusies 1.
Landen met een kritische massa hebben deze bereikt:
omdat politieke partijen zich bewust waren van het belang van gelijkwaardigheid tussen vrouwen en mannen in besluitvorming; omdat zij veranderingen in hun electorale en parlementaire processen hebben aangebracht; omdat zij electorale systemen combineren met een quota systeem. 2. Quota systemen zijn de meest betrouwbare voorspellers als het gaat om een meer dan gemiddeld percentage van vrouwen in parlementen te bereiken. Vooruitgang in slakkengang ondemocratisch, onrechtvaardig en onacceptabel Het percentage vrouwen in wetgevende organen in de wereld is nog niet eens met 1% per jaar gegroeid;
-In Suriname zijn we na 62 jaar algemeen kiesrecht op 11.8% vrouwen in DNA en 10.5% in de Regering. -Ondervertegenwoordiging van vrouwen hardnekkig. Top 10 - Women in Lower or Single Houses after Parliamentary Renewals in 2009 (Bron IPU) * One or more political party adopted a voluntary measure to increase the number of women candidates ** Legislated candidate quota
8
Country
% women
Quota
1. South Africa
43.5%
Party quotas*
2. Iceland
42.9%
Party quotas
3. Mozambique
39.2%
Party quotas
4. Norway
39.1%
Party quotas
5. Argentina
38.5%
Legal quotas**
6. Germany
32.8%
Party quotas
7. Ecuador
32.3%
Legal quotas
8. Andorra
32.1%
No
9. Mexico
28.2%
Legal quotas
10. Portugal
27.8%
Legal quotas
9
→ Quotasysteem heeft geholpen om percentage omhoog te brengen. Vrouwen in nationale parlementen Lower or single house Top 10 + Suriname
Country
% women
Quota
1. Rwanda
56.3%
Legal quotas
2. Sweden
46.4%
Party quotas
3. South Africa
44.5%
Party quotas
4. Cuba
43.2%
Party quotas
5. Iceland
42.9%
Party quotas
6. Netherlands
40.7%
Party quotas
7. Finland
40 %
Party quotas
8. Norway
39.6%
Party quotas
9. Belgium
39.3%
Legal quotas
10. Mozambique
39.2%
Party quotas
99. Suriname
9.8%
No
Wat nu te doen? Vrouwen in de politieke mainstream brengen door: 1.
Discriminatie van vrouwen te bestrijden en
2. Positieve of affirmatieve actie maatregelen af te kondigen -> de slakkengang moet doorbroken worden Is dit rechtvaardig? Er is geen sprake van gelijkheid in onze samenleving. Uitgangspunten van vrouwen en mannen zijn niet dezelfde en daar moet rekening mee gehouden worden. Wil je gelijke kansen geven, dan moet je specifieke maatregelen treffen. Wij zijn gelijk, maar niet gelijkwaardig. Want
10
•
Met gelijkheid voor de wet en mensenrechteninstrumenten wordt discriminatie niet automatisch uitgebannen.
•
De slepende gevolgen van eeuwenoude discriminatie maken dat de beleving van verworven rechten gehinderd wordt.
► Daarom is het belangrijk om de oorzaken van discriminatie te bestrijden en positieve maatregelen te treffen, anders zullen vrouwen geen gelijkheid in de uitoefening van hun rechten kunnen bereiken en blijft de democratie in gevaar. Quota voor vrouwen zijn er •
Om vrouwen, de helft van de samenleving in versneld tempo en in grotere mate te laten delen in de macht.
•
Om vrouwen, de helft van de samenleving, te rekruteren voor politieke posities en te waarborgen dat vrouwen in het politiek leven niet verder geïsoleerd worden en in grotere getale politieke posities gaan bekleden; iets waar zij uit democratisch oogpunt recht op hebben.
Quota systemen vorm van positieve actie Maatregelen die de kloof tussen vrouwen en mannen moeten dichten. Maatregelen die de huidige directe en indirecte gevolgen van discriminatie uit het verleden en heden bestrijden en opheffen en nieuwe gebruiken creëren binnen het kader van de gender neutrale legale instrumenten. Om met deze maatregelen gelijke kansen en gelijke behandeling te bevorderen en in sneller tempo te komen tot een beter genderevenwicht. Meeste landen met een kritische massa (30% of meer) hebben dit bereikt na toepassing van partij- of legale quota. PARTIJ QUOTA zijn vrijwillige maatregelen die partijen nemen of doelen die politieke partijen zich stellen om te garanderen dat een zeker percentage vrouwen geselecteerd wordt als kandidaat bij verkiezingen. LEGALE QUOTA hebben een grondwettelijke of wettelijke basis die politieke partijen verplicht een bepaald percentage van de parlementszetels voor vrouwen te reserveren. Niet nakoming kan maken dat tegen partijen sancties worden getroffen zoals diskwalificatie van de verkiezingen of onthouding van overheidsfondsen voor het voeren van campagne. Veel gebruikt is het ZIPPER STYLE SYSTEM waarbij men om en om een gelijk aantal vrouwen en mannen op de kandidatenlijsten van de partijen plaatst. Aandachtspunten voor alle deelnemers
11
•
Wat moet er in Suriname step by step gedaan worden om een beter genderevenwicht in politiek leiderschap te realiseren en welke instanties moeten daarin een rol vervullen?
•
Hoe kan een quota systeem voor vrouwen een bijdrage leveren aan een beter genderevenwicht in politiek leiderschap?
•
Welk quota systeem zou het meest haalbaar zijn in de politieke cultuur van Suriname en waarom?
•
Wat zal er step by step gedaan moeten worden om voor dat systeem een breed draagvlak te creëren?
•
Get the balance right is onze verantwoordelijkheid -> 50/50
INFORMATIEVE VRAGEN Mw. Geerlings-Simons: er is een opmerking gemaakt over de agenda, waar ging dat over? Mw. Guicherit: het ging over de kritieke massa. Mw. Geerlings-Simons: op dit moment is een vrouw de Voorzitter van het Parlement en de Voorzitter bepaalt de agenda. Mw. Guicherit: er wordt vanuit gegaan dat de DNA een heel andere wending zal nemen. Indien er slechts enkele vrouwen in het Parlement zitten, ligt op hun een zware taak. Vrouwen hebben belangen en de belangen van vrouwen zijn ook de belangen van het hele land. Iets dat goed is voor vrouwen, is goed voor het hele land. Mw. Teersa Burleson: veel heeft te maken met politieke koppensnellerei. Wat kan gedaan worden om vrouwen ervan te behoeden slachtoffer te worden van willekeur van politieke bonzen? Mw. Guicherit: de manier waarop de politieke strijd gevoerd wordt, is een onderdeel van de politieke cultuur. Die cultuur moet veranderen en voor de vrouwen in de DNA is het een bijzondere opdracht dat zij er alles aan doen om die cultuur te veranderen. Er zijn al signalen uitgegaan dat die vrouwen hun best zullen doen om op een andere manier inhoud te geven aan hun positie in DNA. Belangrijk is dat wij solidair met elkaar zijn en elkaar vooral versterken. Alle aanvallen die niet ethisch zijn, moeten meteen de kop in gedrukt worden. Mw. Figueira (Jeugdparlement): uit de presentatie heeft zij niet kunnen halen welke eerste stap gezet moet worden om de kritische massa te bereiken. Mw. Guicherit: als inleider heeft zij er niet voor gekozen om aan te geven wat men zou moeten doen. Zij heeft geprobeerd zaken aan te dragen die mensen aan het denken zetten en waarover in groepsverband van gedachten gewisseld zou kunnen worden. ELECTORAL GENDER QUOTAS: THE CASE OF GUYANA – Vincent Alexander The political disturbances that erupted after the controversial 1997 elections in Guyana and the negotiated Herdmanston Accord and St. Lucia Statement ushered in an agreed upon period of constitutional reform, 1997 to 2001, that resulted in significant amendments to the Constitution of the Co-operative Republic of Guyana. Among those amendments was the fast-tracked electoral reform that introduced Gender Quotas, for the first time, as an element of the electoral system in Guyana. The new provision reads thus: Subject to the provision of this Constitution, Parliament may make provision b (iii) for the minimum number or proportion of female candidates on a party’s list and in all a party’s lists taken together; (iv) for the minimum number or proportion of female candidates on a party’s list for geographical constituencies taken individually or together. The provision did not prescribe the actual quota but essayed the type of quota that was envisaged. An electoral gender quota is the prescribed percentage or number of persons of a particular gender who should be involved as candidates in the electoral process and or have seats reserved for them on the elected body that the process is intended to establish. There are three main types of electoral gender quotas: the ‘reserved seats’ in which instance the elected body is mandated to reserve a number of seats on its organs for persons of a particular gender and the electoral process is designed to accommodate their election to the body; the ‘legal candidate quota’ which mandates that the
12
process accommodates the candidature of a prescribed number of the gender, however, no seats are reserved for that category of candidates; and the ‘political party quota’ which is a system used by political parties, outside of the state’s mandatory framework, to ensure that their lists of candidates and even their organs have a certain degree of gender presentation. There is an ongoing debate about the effectiveness of the quota system. There is one school of thought that contends that quotas do not necessarily breakdown the barriers that shut women out from impacting on decision-making since there may be cultural, structural and institutional barriers that may still inhibit the included women from really influencing decision-making. There may be those who would accommodate quotas as a form of ‘window-dressing’ thus disarming the protagonist. The other school of thought contends that though quotas may be useful, mere numbers may not achieve the objective. It is argued that there must be a qualitative element that provides for the constituents of the quota to impact the decision-making process. It is therefore essential to understand the rationale behind the evolution of the quota system. The quota system is not an end in itself, rather it is a mechanism that is intended to provide women with access to decision-making fora and more importantly for them to participate from their gender perspective, thus engendering the kind of decisions that would facilitate their empowerment and the unleashing of the potential that inheres in them. It has been long recognized that the issue is one of ‘human rights’ and ’equal opportunity’ however, it was further recognized that equal opportunity in itself does not foster transformation since other barriers may still protect the status quo. It is against that background that this issue found itself onto the United Nation’s agenda and created a universal movement for the elimination of discrimination against women and more specifically fuelled the move for women to be equal partners in the decision-making processes. A high point in the development of this movement would have been the United Nations’ Fourth World Conference on Women which articulated The Platform for Action, often times referred to as the Beijing Platform. The Beijing Platform identified “Inequality between men and women in the sharing of power and decision-making at all levels” as a critical concern and further recommended that Governments should “Take measures, including, where appropriate, an electoral system that encourage political parties to integrate women in elective and non-elective public positions in the same proportion and at the same levels as men” hence the emergence of the electoral gender quotas. In its Platform for Action the Fourth World Conference on Women also articulated that political parties should: “consider examining party structures and procedures to remove all barriers that directly or indirectly discriminate against the participation of women”; “consider developing initiatives that allow women to participate fully in all internal policy making structures and appointive and electoral nominating processes”. More importantly, having identified those concerns and having made concrete recommendations, a paradigm shift was being engineered. No longer was the emphasis going to be on ‘equal opportunities’ or ‘competitive equality’ it was shifting to ‘equality of results’ thus ensuring that women would indeed be given their rightful place in the corridors of power and the decision-making processes. It was in that emergent global environment that Guyana was propelled to embark upon a process of constitutional reform. It was therefore not surprising that quotas would have found itself unto the agenda, since it had already gained a place of prominence, in the arena for the struggle for gender equality, under the rubric of ‘equality results’. It should however, be noted that the internal environment in Guyana was conducive to what was on folding. From the very inception of Guyana’s struggle for independence, women had been integrally
13
involved and had paved the way for equal rights for the Guyanese women. The formation of the People Progressive Party in the late forty’s saw the involvement of women the likes of Janet Jagan and Jane Philip Gay, who later went on to be a founder the precursor to the Guyana Agricultural Workers Union, which is now the largest union in the country. The achievement of adult suffrage in 1953 also saw women taking up their rightful place in the House of Assembly. Guyana went on to play an active role, at the level of the United Nations, in the struggle for the elimination of discrimination against women and saw one of its leading female jurist, now member of the Caribbean Court of Justice, being named to chair the UN Committee on the Elimination of Discrimination Against Women, 1985-1989. As early as 1981 the Women’s Affair Bureau was established and even earlier in 1976 a State Paper on the Equality of Women was laid in the Parliament and in 1981 a committee was established to recommend amendments to the laws of Guyana that discriminated against women. 35 such laws were identified. The role of the Women’s Affairs Bureau was rather pivotal since its objective, among other, included: - To support the establishment and development of women’s organizations, especially those whose objective were in conformity with the stated objectives of the UN Decade for Women. To give technical and other assistance to projects and activities that contributed to the economic, political, social and cultural advancement of women. All of the aforementioned was noted to reiterate the point that over two decades of activities would have raised the nation’s awareness of the need to empower women and that noticeable progress in that regard would have preceded the constitutional changes that ushered in the electoral gender quota system in Guyana. The effort to introduce the electoral gender quota system in Guyana was built on the foundation of years of mass education on women’s issue and was in itself pursued in a structured manner. The constitution reform process involved the following stages: • The precursor: the Herdmanston Accord of January 17, 1998 and the St Lucia Statement of July 04, 1998 which provided for the establishment of a Constitution Reform Commission. • The Appoint of a Select Committee to determine the terms of reference and composition of the Constitution. • Reform Commission. The promulgation of the Terms of Reference and the establishment of the Commission with a mandate to address the following issues: • the elimination of discrimination in all its forms; • the implementation of measures to ensure that the views of minorities in the decision-making process and in the conduct of Government are given due consideration, inter alia The Commission embarked upon its task and adopted the following procedures: • Public awareness of its existence and the intended public involvement • Scheduling of Public Hearings for any interested person or organization and the acceptance of written evidence • Establishment of subcommittees to deal with defined subject areas. One such area was the electoral system • Engagement of experts to inform the process on the issues and the manner in which they may have been dealt with elsewhere • Plenary discussions and consensus or majority decisions on numerous proposals. Minority views were also recorded. • The preparation of the Report for the National Assembly Special note should be made of the efforts at public mobilization and education. This was done through radio and television spots, panel discussions, interviews, press releases, banners, posters and flyers.
14
In the hinterland, information was taken by air to designated persons in villages. The information was then distributed to members of the community. Financial assistance was subsequently provided for residents from far-flung communities to travel to centres where Public Hearings were held and submissions could have been made. A total of four thousand, six hundred and one recommendations were received. As many as two hundred and seventy five recommendations were made by individuals on the electoral system. Thirty were forth coming from Interest Groups and thirteen from the parliamentary political parties. Specific to the question of quotas, the Report of the Constitution Reform Commission noted: There should be electoral reform, the framework of which would serve equitable representation of all groups in Parliament, government and even within political party mechanisms. These embraced all of the types of quotas. The Report further noted that: parties should be constitutionally required to provide lists that broadly represent the racial and gender distribution of the country. However, the recommendations were eventually subjected to the crucible of the Parliament and resulted in the previously stated requests for quotas in Guyana being reflected thus: • The total number of females on each party’s national top-up • List shall be at least one-third of the total number of persons in that list • The total number of females on any party’s list for geographical constituencies, taken together, shall be at least one-third of the total number of persons on those lists taken together for the geographical constituencies in which that party is contesting in the enabling legislation. Clearly, the reform process resulted in the adoption of the quota approached but did not embrace the ‘reserve seats’ approach which seemed to be the evident preference expressed through the consultative and other processes. The fact that the electoral system is largely ‘open list’ based, makes it difficult to conclude that the technical barriers that inhibit quotas in other systems were the bugbear. An analysis of the actual practice might therefore be a useful gauge of what were the influences at work. The centrist tendencies of the two major political parties and the preference for open electoral lists seemed to influence their desire not to be compelled by the system to determine who they would extract from the list a priori, since the table above reveals that their record of extraction is not far off from two thirds and that they are well within the limit of the number that they are required to list. However, a closer examination reveals that one of the two race based parties has never really attracted and or encouraged females from the ethnic group that dominates that party. This may well be as a result of ethno-cultural influences. In that circumstance the party might be timid, hence it was reluctant to embrace the ‘reserved seat’ quota. In all of this there are lessons for Suriname. Mass education is an essential element for the introduction of a quota system. It brings the masses along, as well as it creates the awareness that makes the system work. For the system to work there must be qualitative involvement, in addition to the quota itself. In plural societies, not every group may respond to a phenomenon in the same way and in that regard Guyana may well be a lesson for Suriname. Depending on the electoral system that a country adopts, it may be more adaptable to electoral quotas. Therefore the electoral system has to be examined if a quota system is to be introduced. Finally the need for the system must be established. If there is a natural movement in the direction of gender awareness and gender representation then there might be no need to tinker with the system. In the case of Guyana the system has been instituted but has not in itself been the catalyst towards
15
gender representation or gender sensitive policies and programmes. Matrix of the Percentile of Women Listed and the Percentile of Women Extracted in the 2001 and 2006 Elections
% of women listed Party
Top-Up
Constituency
% of women extracted Top-Up
Absolute % of women listed
Absolute % of women extracted
Constituency
2001 PPP/C
33
36
22
27
14
23
PNCR
32
49
21
58
40
39
GAP/WPA
46
33
100
100
44
100
ROAR
33
26
0
0
30
0
TUF
34
46
0
0
40
0
2006 PPP/C
33
36
20
42
34
27
PNCR1G
38
35
36
37
37
36
AFC
33
30
25
100
32
40
ROAR/GAP 55
38
0
0
47
0
0
0
36
0
TUF
32
INFORMATIEVE VRAGEN Ms. Ramona Koemar: how was the commission established and which parties were involved? What were the recommendations made en why was it brought back to one third? Mr. Alexander: the commission was broad based and consisted amongst others of Amerindians, civil society, religious organizations, etc. The consultations seem to suggest that the Guyanese had no problems with reserve seats, but it is the Parliament that had to pass a law. The political parties had some reservations:
•
Like to make decisions at the centre;
•
In case of some of the parties, because of the ethnic base and the cultural element, they would be cautious regarding a quota system.
There have been discussions going on for the last 9 years. A lot has to do with control, because if not a party person could participate, the chance of choosing someone else outside the party was there. The stumbling block could often be the political parties and it is important to find influences outside the political parties. Ms. Tirza Burleson: after the women were chosen, did they get special training to equip them for the job? Mr. Alexander: yes. Political parties have been given female arms and it is important to say that
16
women and men have always been side by side in the process in Guyana. AANDACHTSPUNTEN VOOR DE WERKGROEPEN – Jennifer Geerlings-Simons
•
Angst van zowel mannen als vrouwen voor verandering moet niet uit het oog worden verloren.
•
Gebleken is dat binnen de ‘gewone’ bevolking, mannen een vrouw willen hebben als leider. Op het veld zijn het mannen die haar overal gepromoot hebben, omdat zij de mening waren toegedaan dat vrouwen de leiding moesten overnemen. De helft van haar aanhang was man en zij heeft niet de indruk dat er sprake is van actieve discriminatie bij de mannen.
•
Zaken moeten steeds herhaald worden, cijfers moeten getoond worden. Issues moeten constant in het publieke oog gebracht worden en daarbij zou gebruik gemaakt kunnen worden van een paar goede mediamensen. Bijvoorbeeld: verdienen mannen/vrouwen hetzelfde voor het hetzelfde werk? (rol media belangrijk)
•
Er moet op professionele manier gewerkt worden. Strijdbare mensen hoeven niet altijd op de voorgrond, maar moeten de zaak blijven duwen.
•
In de politiek (haar ervaring) zijn leiders vooral geïnteresseerd in politiek kapitaal: geld, aanhang.
•
Wanneer je als vrouw geen geld in je zak hebt, moet je ervoor zorgen dat je op tijd het geld voor de campagne bijeenbrengt. Als de geschikte vrouw de relaties nog niet heeft, zouden vrouwenorganisaties voor die vrouw het netwerk moeten aanleggen.
•
Kandidaten moeten vooraf bekend zijn, want bekendheid helpt.
•
Mannen moeten ook willen, ze moeten overtuigd worden.
Instructies aan de Werkgroepen – Minouche Bromet Elke Werkgroep kiest een voorzitter en rapporteur Iedereen in groep moet een spreekbeurt krijgen Groepen 1 en 5 behandelen vragen 1 en 2 Groep 2 behandelt vragen 3 en 4 Groep 3 behandelt vragen 5 en 6 Groep 4 behandelt vragen 7 en 8 Vragen voor de werkgroepen
Vraag 1: Waarom is het noodzakelijk dat een quotasysteem (wet) in Suriname tot stand komt en welk quotasysteem zou het meest haalbaar zijn in de politieke cultuur van Suriname? (Groep 1 + Groep 5) Vraag 2: Welke voorzieningen moeten opgenomen worden in de wet en waarom? Voorzieningen om de wet succesvol te implementeren, bijvoorbeeld welke percentages, sancties, reikwijdte (politieke instituten, publieke- en private sector). (Groep 1 + Groep 5) Vraag 3: Wat is er nog meer nodig naast de wet om ervoor te zorgen dat vrouwenissues daadwerkelijk worden behartigd? (Groep 2) Vraag 4: Welke randvoorwaarden zijn vereist voor het succesvol implementeren van de wet?
17
Bijvoorbeeld, awareness programma’s, coaching, campagne subsidie voor vrouwelijke kandidaten. (Groep 2)
Vraag 5: Welke barrières zouden vrouwen kunnen belemmeren gebruik te maken van deze quota wet? Bijvoorbeeld de traditionele rol van vrouwen, opvattingen in de samenleving met betrekking tot vrouwen in besluitvorming. (Groep 3) Vraag 6: Hoe zouden we kunnen garanderen dat de quotawet ertoe leidt dat daadwerkelijk vrouwenissues worden behartigd? (Groep 3) Vraag 7: Moeten er specifieke eisen worden gesteld aan vrouwen in het kader van deze wet om te garanderen dat vrouwenbelangen worden behartigd? (Groep 4) Vraag 8: Zijn er bedreigingen om deze wet goedgekeurd te krijgen? Bijvoorbeeld het mannelijk overwicht in het parlement. Kan dit worden opgevangen? Bijvoorbeeld, gendertrainingen aan het parlement. (Groep 4) RAPPORTAGE WERKGROEPEN Werkgroep 1 Leden: S. Kowlesar (BIZA); M. Ngadimin (BIZA); C. Helder (DWT/NS); R. Renfurm-Coutinho (NPS); K. SumterGriffith (NPS); I. Gilliad (VPF); Ingrid Deekman (VPF); Hardley Figuera (NJP); Keshia Tilborg (UNMDG); Orlaya Verwey (NJP); Farah Khodabaks (CARICOM Jeugdambassadeur); M. Fokké (MC)
Vraag 1: Waarom is het noodzakelijk dat een quotasysteem (wet) in Suriname tot stand komt en welk quotasysteem zou het meest haalbaar zijn in de politieke cultuur van Suriname? (Groep 1 + Groep 5) Vraag 2: Welke voorzieningen moeten opgenomen worden in de wet en waarom? Voorzieningen om de wet succesvol te implementeren, bijvoorbeeld welke percentages, sancties, reikwijdte (politieke instituten, publieke- en private sector). (Groep 1 + Groep 5) Noodzaak: Meer vrouwen in hoge politieke functies/beleidsfuncties
Systeem: -Wettelijk quotasysteem (zipper) ·Awareness binnen politieke partijen en awareness van de bevolking. ·Herziening wet politieke partijen: o Profielschets (mannen en vrouwen) o 50% mannen en 50% vrouwen (het huidig parlement bestaat uit meer mannen en hun moet het bewustzijn bijgebracht worden om voor de wet te stemmen; gekozen moet worden voor een gelijkwaardigheidsysteem (zipper model)
Reikwijdte: ·Politiek ·Publiek ·Privaat
Sancties:
18
•
Uitsluiting van deelname aan verkiezingen voor wat betreft politieke partijen
•
Voor private en publieke sector: boetes en onthouding van subsidies van de overheid
•
Bedrijven zonder subsidie: de quotawet opnemen in vergunningsvoorwaarden (leiding 50/50)
•
Suggestie: conceptwet ‘financiering politieke partijen’
Werkgroep 2 Leden: Ramona Koemar (Afstudeerstudent Adek P.A.), Faizel Abdoelgafoer (UN. MDG korps), Melissa Deel (NBG), Chitra Mohanlal (Hfd. Nationaal Bureau Genderbeleid ), Yolanda Souprayen (C-47 Vrouwenbureau), Joemanbaks J. (Directiecoordinator gender min. BiZa-Rapporteur), Etnel Claudette (C-47), Dina Westfa (UN. MDG Jeugd parlement), Felicia Patterson (Centrale Bank – Voorzitter), Cerryl Daal (VPF), Warsodikromo Jenny (DNA)
Vraag 3: Wat is er nog meer nodig naast de wet om ervoor te zorgen dat vrouwenissues daadwerkelijk worden behartigd? (Groep 2) → Uitgangspunt is dat de wet compleet is.
•
Advocacy skills verbeteren om het onderwerp gender beter te positioneren en promoten.
•
Eerst overtuigd zijn wat het begrip gender inhoudt. Bewustwording situatie in onze samenleving, waar willen we naartoe. Die bewustwording moet opgang gebracht worden en echt opgang komen.
•
Trainingen en workshops over vrouwenissues zowel voor parlementariërs en ook voor de massa daarbuiten.
•
Men moet weten dat het er is.
•
De ongelijkheid steeds aan de orde stellen.
•
Programma's instellen daarop.
•
De media gebruiken om ook vrouwenissues te promoten.
•
Onderzoeken van de cijfers van vrouwen in bepaalde posities.
Wat zijn de issues en hoe daarmee om te gaan?
•
Je gaat met feiten moeten komen waarom deze issues.
•
Verbetering van de skills en het onderwerp beheersen.
•
De uitkomsten van deze workshop ook delen met de samenleving, zodat men weet wat eruit gekomen is en wat ermee gedaan zal worden. Hiermee kan men dan meetdoelen bereiken.
•
Aan beide seksen eisen stellen. We kunnen het niet alleen. Ook trainingen voor mannen over genderissues.
Vraag 4: Welke randvoorwaarden zijn vereist voor het succesvol implementeren van de wet? Bijvoorbeeld, awareness programma’s, coaching, campagne subsidie voor vrouwelijke kandidaten. (Groep 2)
19
•
Controlerend orgaan in leven roepen om na te gaan dat de wet wordt nageleefd.
•
De overheid zal faciliterend moeten optreden om de vrouwenissues te behartigen (moet geen vrijblijvende zaak zijn).
•
Vrouwen moeten hun plaats zelf opeisen in de samenleving. Stuk zelfvertrouwen.
•
De vrouwenorganisaties dienen ook alert te zijn en hun stem te laten horen, voor
ondersteuning van vrouwen die uit besluitbare posities worden vervangen door een man. •
Coaching van mannen en vrouwen. Volgens het quota beleid moeten we eisen dat er ook vrouwen op de lijsten staan.
•
Ook de media betrekken bij de awareness trainingen. Hoe ze in hun presentaties de issues naar voren brengen.
•
Vrouwen dienen zich te profileren binnen hun politieke partijen of organisaties.
•
Solidariteit van de vrouwenorganisaties onderling moet duidelijk zijn mbt de specifieke vrouwendoelen binnen de quota.
•
Bij uitnodiging letten op de gendersamenstelling.
•
Partij quota moet ingevoerd worden binnen de wet.
Werkgroep 3 Leden: Meryll Malone (BUZA - Rapporteur), Sanja Bron (MVN-Voorzitter), Natazia Sitaram (VPF/NBG), Sherida van Loon (VPF), Laicha Anini (ABOP), Deborah Winson (BEP), M. Malontie (NDP), M. Dankerlui (Young DU), Patricia Karsters (Moederbond), Eugenia Velland-Uiterloo (NVB)
Vraag 5: Welke barrières zouden vrouwen kunnen belemmeren gebruik te maken van deze quota wet? Bijvoorbeeld de traditionele rol van vrouwen, opvattingen in de samenleving met betrekking tot vrouwen in besluitvorming. (Groep 3) Vraag 6: Hoe zouden we kunnen garanderen dat de quotawet ertoe leidt dat daadwerkelijk vrouwenissues worden behartigd? (Groep 3) Vraag 5: -Traditionele rol vrouw (weinig maatregelen m.b.t. kinderopvang/mantelzorg) -Niet op verkiesbare plaats kandidatenlijst -Weinig of geen middelen (financieel) voor campagnevoering -Onvoldoende ondersteuning politieke partijen (promoten) -Onvoldoende ondersteuning omgeving/gezin -> onvoldoende/niet bewust/vrees verlies machtspositie partner -Opvattingen samenleving Vraag 6: -Netwerk tussen vrouwen, ongeacht politieke partij of organisatie (samenwerking van belang) -Algemene bewustwording vrouwen en mannen waarom het belangrijk is vrouwenissues te behartigen Werkgroep 4 Leden: Renate Simson (Rapporteur), Peggy Dwarkasing (Voorzitter)
Vraag 7: Moeten er specifieke eisen worden gesteld aan vrouwen in het kader van deze wet om te garanderen dat vrouwenbelangen worden behartigd? (Groep 4) Ja! (mening van 1 groepslid)
20
·Het gaat om vrouwenbelangen ·Eisen stellen aan vrouwen om het vrouwenbelang te behartigen Nee! (rest van de groep) ·Omdat er een algemeen profiel moet zijn voor zowel mannen als vrouwen ·Specifieke eisen zouden drempel verhogend kunnen zijn voor vrouwen ·Door de specifieke eisen wordt het een zwaardere selectie voor de vrouw ·Er gelden gelijke rechten voor zowel de man als de vrouw
Vraag 8: Zijn er bedreigingen om deze wet goedgekeurd te krijgen? Bijvoorbeeld het mannelijk overwicht in het parlement. Kan dit worden opgevangen? Bijvoorbeeld, gendertrainingen aan het parlement. (Groep 4) Ja! Kan worden opgevangen door: ·Gendertrainingen voor zowel mannen als vrouwen ·Politieke cultuur doorbreken (vrouwen worden gezien als veldwerkers; mannen als leiders) ·Workshops: belang van de aanwezigheid van vrouwen DNA ·Bewustwording ·Cultuuromslag stimuleren d.m.v. de opvoeding (thuis en op school) ·Awareness: oVrouwen bewustmaken dat er een probleem is oKinderen/meisjes assertiviteit aanleren (zichzelf leren uiten) -> v.b.: spreekbeurten op school ·Druk uitoefenen op de regering door vakbeweging, NGOs, etc. om mogelijkheden voor de vrouw te creëren om politiek actief te zijn -> v.b. kinderopvang/creche, etc. ·Vrouwen moeten zichzelf profileren → Het moet niet als bedreiging worden gezien. Het is een uitdaging! Challenge!! Werkgroep 5 Leden: Derrick Boldewijn (Rapporteur), Mw. Aaron (Voorzitter); Tirza Burleson; Ramhit Avilash; Shwanija Jahangir; Paulus Bentik; Muyenca Pinas; Niella Pinas; Steffens Marjorie; Pocornie, Edme
Vraag 1: Waarom is het noodzakelijk dat een quotasysteem (wet) in Suriname tot stand komt en welk quotasysteem zou het meest haalbaar zijn in de politieke cultuur van Suriname? (Groep 1 + Groep 5) Vraag 1a: -Betere beleving van de democratie -Vergroten van de participatie van vrouwen -Richting geven aan politieke partijen m.b.t. genderevenwicht en democratische beleving
21
Vraag 1b: - Politieke cultuur in Suriname is nog voor een deel etnisch geladen, maar er is beweging – We hebben twee kiesstelsels o Personen meerderheids- en Landelijke evenredigheid Op basis van het bovenstaande een combinatie van een quota voor elke politieke partij en kandidaatstelling.
Vraag 2: Welke voorzieningen moeten opgenomen worden in de wet en waarom? Voorzieningen om de wet succesvol te implementeren, bijvoorbeeld welke percentages, sancties, reikwijdte (politieke instituten, publieke- en private sector). (Groep 1 + Groep 5) ·
Expliciet percentage (30% kritische massa) en dat is haalbaar, in plaats van 50%.
· Sancties opnemen in de wet, bijvoorbeeld uitsluiting van deelname aan verkiezingen als je niet voldoet aan eisen. Als het een nieuwe wet wordt, wordt ruimte ingebouwd voor partijen om correcties te plegen. Reikwijdte: · Bij bedrijven die afhankelijk zijn van subsidie van de overheid, moet er een quotabeleid komen. De leiding van de bedrijven moet bepaald percentage hebben aan vrouwen, indien niet, dan minder subsidie van de overheid · Ook voor de private sector moet er een quotabeleid ingesteld worden en daar is de vakbeweging een actor, doordat zij moet proberen in de CAO’s van bedrijven op te nemen dat er in de leiding van de bedrijven ook een quota komt. DISCUSSIE Hr. Breeveld: wat is gender precies? Hij heeft gemerkt dat er verschillende definities zijn gebruikt. Hij is in verwarring. Mw. Guicherit: we hebben de gewoonte om te zegen dat gender mannen en vrouwen is, maar in de praktijk zie je dat vrouwen in het algemeen een achterstand hebben. Gender kijkt niet naar zaken die man en vrouw aangeboren zijn, maar naar zaken die vrouwen en mannen zijn aangeleerd. Daarbij kijk je ook naar de relatie mannen en vrouwen in de samenleving. Wanneer er gepraat wordt over met een genderoptiek naar zaken kijken, maar in de praktijk gefocust wordt op vrouwen, heeft dat te maken heeft met het feit dat vrouwen over het algemeen een grotere achterstand hebben. Daarom moet er specifieke aandacht besteed worden aan vrouwen opdat zij die achterstand inhalen. Omdat er zoveel aandacht is voor de achterstand van vrouwen die eeuwenoud, diepgeworteld en hardnekkig is, wordt er zoveel gefocust op vrouwen. Evenwel zien wij ook dat de balans naar de andere kant uitslaat: een grote oververtegenwoordiging van vrouwen op bijvoorbeeld de Universiteit, is een imbalance en is niet gezond voor onze samenleving. Wanneer we met een genderperspektief naar zaken kijken, moeten mannen ook gaan leren om een grotere bijdrage te leveren in het gezin. Mr. Alexander: to understand what gender is, you have to understand what sex is: male /female. That categorization is physical and we know there are differences. Gender which sometimes seems to be
22
related to sex is not physical. It is roles that determine gender, rather than sex. In contemporary society, gender is about interrelation interaction which may be influenced by the group you are in. Regarding equality, we need to understand that no 2 human beings are equal; we are all unique, but we are entitled to equal rights and that entitlement may result in equalities. The concept of equity has been introduced, which means that it is not just a matter of equal opportunities, but of equal results. That is the argument for quotas; over time women have not been given a fair change and are now in a disadvantage and that is being caught up. The catching up should not be the numbers alone. How do we get the systems of sanctions to work in the public sector? Historically the state never sanctions itself. Historically we have determined our social functions and historically there is a division of labour taking place. Over time the need for the division has changed, because technology has made it possible for women to do now what wasn’t able then. There is a need for men and women to recognize that what was isn’t so anymore; the circumstances are new and we facilitate different relations now. We have to be conscious of that development. We need to recognize that one of the things that is going to happen is the process of gradual change being permanent through how you deal with other generations. We need to be able to unlock the potential of women, to accept the rights of women and talk about equality of opportunity recognizing the role of equity as a transition mechanism. Mw. Verwey: wie moet met de wet komen? Mr. Alexander: the legislator has to come up with the law. How does it get to the legislator? Through advocacy, consciousness, representation and politics. People have to recognize that this is something you have to do. It should come from the people to the legislator rather than vice versa. Mw. Guicherit: u bent burger van dit land en moet niet op een stoel zitten wachten; we moeten ons allemaal inzetten voor de wet. Alle deskundigheid moet bij elkaar komen om een goede wet in elkaar te zetten. De wet bestrijding huiselijk geweld was er niet indien de NGO’s er niet aan hadden gewerkt. Mw. Minouche Bromet: zij stelt voor dat de vragen van de groepen meegenomen worden door de organisatoren om eraan te gaan werken (-> de participanten gaan unaniem akkoord). Mw. Guicherit: er zal geprobeerd worden een synthese gemaakt te worden van de bevindingen van de werkgroepen. Mw. Ingrid Deekman: zij heeft een voorstel om te komen tot concrete acties omdat zij bang is dat zaken anders in een lade van een ministerie terecht zullen komen en daarom stelt zij voor om een motie aan te nemen. Hier aanwezig zijn vertegenwoordigers van politieke partijen die hebben deelgenomen aan de workshop ‘Vrouwenquota in de politiek moet kunnen’ en deze workshop is georganiseerd door de Democracy Unit van de Universiteit, de Stg. Ilse Henar-Hewitt Juridische Bijstand voor Vrouwen, het Vrouwen Parlement Forum, de Nationale Vrouwen beweging en het Nationaal Bureau Genderbeleid. Gehoord de inleidingen van dhr. Alexander en mw. Guicherit, gehoord de discussies in de werkgroepen en gelet op bevindingen die tijdens de workshop door de participanten naar voren zijn gebracht, wordt duidelijk de noodzaak voor een quotumbeleid gezien. In overweging genomen de wens die door de aanwezige vertegenwoordigers van politieke partijen en vrouwenorganisaties in Suriname is uitgesproken op bovengenoemde workshop, om aan deze
23
ongezonde situatie een einde te maken. Besluiten met aan de Democracy Unit van de Universiteit, de Stg. Ilse Henar-Hewitt Juridische Bijstand voor Vrouwen, het Vrouwen Parlement Forum, de Nationale Vrouwen Beweging en het Nationaal Bureau Genderbeleid het verzoek te doen om een meerjarenprogramma te ontwikkelen en dat gefaseerd uit te voeren, en onder meer awareness activiteiten en een wetsvoorstel. Deze motie moet dan aangeboden worden aan de Nationale Assemblee, de Democracy Unit van de Universiteit en de andere organisaties die hebben meegewerkt aan deze workshop met de opdracht om een model uit te werken en als wetsvoorstel aan te bieden aan de regering van de Republiek Suriname. Stemming motie Tegen: 0 Onthouding: 0 → De motie is met algemene stemmen aangenomen. Hr. Joemankhan: wordt de opdracht aanvaardt? Hr. Breeveld: dat zal per brief medegedeeld worden. AFSLUITING – Nadia van Dijk-Plet Namens alle organiserende organisaties gaan woorden van dank uit naar: ·
De aanwezigen voor hun actieve participatie
·
De inleiders
Vastgesteld is dat er bij uitnodigingen de nadruk gelegd moet worden op mannen en vrouwen en het zou een goed idee zijn om voor alleen mannen een workshop te organiseren. Gelukkig hebben de hier aanwezige mannen hun bijdrage geleverd. Er moet nog veel gedaan worden en er zal een programma ontwikkeld moeten worden om te komen waar zij willen en belangrijk is dat de slakkengang doorbroken wordt. Daarbij is de medewerking van een ieder nodig. Notulist: Cynthia Ashruf©
24