EVALUATIEVERSLAG ‘Sport beweegt je school’ Schooljaar 2013-2014 A. Inleiding en situering. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 B.
Evaluatie ‘Sport beweegt je school’ schooljaar 2013-2014 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1. Geregistreerde scholen SBJS op 01.01.2014 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1.1. Totaal aantal ingeschreven scholen op 01.01.2014 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1.2. Aantal scholen in Vlaanderen, aantal ‘SVS-scholen’, aantal geregistreerde scholen per onderwijsniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1.3. Aantal ingeschreven scholen per provincie en per onderwijsniveau. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 2. Procesverloop ‘Sport beweegt je school’ .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 2.1. Beginsituatie van de deelnemende scholen (nulmeting) 2.1.1. Beginsituatie van de deelnemende scholen a.d.h.v. de ‘checklist’ . . . . . . . . . . . . . . 7 2.1.2. Sterke/zwakke punten geordend volgens de mate van realisatie . . . . . . . . . . . . . . .8 2.1.3. Sterke/zwakke punten per bouwsteen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 2.2. Prioritaire werkpunten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . ..16 2.2.1. Overzicht van de meest weerhouden werkpunten . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . 16 2.2.2. Overzicht van de meest weerhouden werkpunten per bouwsteen. . . .. . . . . . . . . 17 2.3. Conclusies op basis van de beginsituatie en de prioritaire werkpunten. . . . . . . . . . . . . . . . .20 2.4. Monitoring van het procesverloop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. 23
C. Synthese. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . .. .24 1
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
A. Inleiding en situering ‘Sport beweegt je school’ ‘Sport beweegt je school’ is het nieuwe beleidsinstrument dat SVS aan de scholen biedt om het bewegings- en sportbeleid als onderdeel van het gezondheidsbeleid binnen het opvoedingsproject van de school verder vorm te geven. Het werd ontwikkeld in samenwerking met Bloso en is de opvolger van ’10 voor schoolsport: samen gezond sporten!’. ‘Sport beweegt je school’ vertrekt vanuit de brede definitie van gezondheid en gezondheidsbevordering in het Vlaamse onderwijs. Wat wil zeggen dat het uitbouwen van een bewegings- en sportbeleid aandacht heeft om vanuit een preventief perspectief de psychische en fysieke gezondheid van leerlingen te verhogen. Vanuit deze gedachte heeft ‘Sport beweegt je school’ een aanvullende werking aan de les L.O. en bestrijkt het een breder veld. Op deze wijze wordt betracht de school te stimuleren om -ook buiten de les L.O.- de aanbevelingen rond gezondheidsbevorderende beweging zo breed mogelijk te integreren in het dagdagelijkse (school)leven. Het doel is:
scholen aan te zetten om na te denken en te reflecteren over hoe ze op lange termijn en in een brede schoolomgeving het bewegings- en sportbeleid kunnen optimaliseren; scholen te ondersteunen om een bewegingsstimulerend aanbod te realiseren zodat onder meer kinderen en jongeren de gezondheidsnorm (60 minuten per dag bewegen) zo maximaal mogelijk kunnen behalen op school; scholen te stimuleren tot het creëren van een sportieve dynamiek die kinderen en jongeren aanzet om een gezonde, fitte en sportieve levensstijl te verwerven en/of te behouden en om zo de sprong te maken van schoolsport naar clubsport; leerlingen te overtuigen van de voordelen van dergelijke levensstijl en hen te betrekken bij het zoeken naar bewegingsvormen en sporten die zij leuk vinden.
‘Sport beweegt je school’ steunt hierbij op volgende 3 bouwstenen:
Beweging/Sport en BELEID Beweging/Sport en AANBOD voor, tijdens, tussen en na de lessen Beweging/Sport en FOCUS met de modules Fit, Fair en Fun for all.
Via de drie genoemde bouwstenen wil ‘Sport beweegt je school’ scholen procesmatig en kwalitatief ondersteunen om te werken aan een geïntegreerd bewegings- en sportbeleid. Tevens zijn er aan ‘Sport beweegt je school’ diverse online-instrumenten (checklist, monitoring, inspiratieboxen) gekoppeld die het proces toepasbaar maken in de praktijk. ‘Sport beweegt je school’ zal gedurende 4 schooljaren aangeboden worden gelijklopend met de beheersovereenkomst tussen SVS en de Vlaamse Overheid voor de periode van 2014-2017. Met deze beheersovereenkomst krijgt SVS een bijkomende opdracht, namelijk het ondersteunen van scholen om via een structurele en integrale aanpak invulling te geven aan het bewegings- en sportbeleid op school. De informatie die door ‘Sport beweegt je school’ geïnventariseerd wordt, zal als uitgangspunt dienen in de aanpak schoolondersteuning van SVS. ‘Sport beweegt je school’ vormt bijgevolg het referentiekader en de leidraad van de schoolondersteuning en wordt zodoende opgevat als een essentieel beleidsinstrument in de werking van SVS.
2
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
B.
Evaluatie van ‘Sport beweegt je school’ voor het schooljaar 2013-2014.
1. Geregistreerde scholen ‘Sport beweegt je school’ op 01.01.2014 1.1. Totaal aantal geregistreerde scholen op 01.01.2014 Onderwijsniveau Basisonderwijs BuBaO Secundair Onderwijs Buso Totaal
Aantal scholen 1553 135 389 75 2152
Op 01.01.2014 waren er 2152 hoofdscholen ingeschreven voor ‘Sport beweegt je school’. Enkel hoofdscholen konden zich registreren omdat erop aangestuurd werd dat de hoofdschool én haar wijkscholen een gezamenlijk bewegings- en sportbeleid zouden vormgeven.
1.2. Aantal scholen in Vlaanderen, aantal ‘SVS-scholen’, aantal geregistreerde scholen per onderwijsniveau Vlaanderen telde 3643 scholen in totaal in het schooljaar 2013-2014. Hiervoor werd: ‘http://www.ond.vlaanderen.be/onderwijsstatistieken/2013-2014/statistischjaarboek20132014/publicatiestatistischjaarboek2013-2014.htm’ als bron gebruikt. (NB: de Vlaamse basisschool uit de provincie Henegouwen is in dit cijfer niet meegeteld). Ten opzichte van het totaal aantal scholen in Vlaanderen hebben dus 2152 scholen of 59.07% van de Vlaamse scholen zich geregistreerd voor ‘Sport beweegt je school’. Van de 3643 scholen in Vlaanderen zijn er 3301 scholen volgens de SVS-criteria. Waarom dit onderscheid? In het basisonderwijs werden de 165 autonome kleuterscholen nog niet betrokken bij ‘Sport beweegt je school’. Reden hiervoor is dat deze scholen niet konden inspelen op het woensdagnamiddag aanbod van SVS. In de voorgaande promotionele schoolsportacties, was dit een conditio sine qua non om te kunnen deelnemen en laureaat te worden. Deze scholen zullen vanaf het schooljaar 2014-2015 wel kunnen instappen in ‘Sport beweegt je school’ gezien de participatie op woensdagnamiddag niet langer weerhouden werd als een noodzakelijke voorwaarde om laureaat te worden. Voor het basisonderwijs zijn er tijdens het schooljaar 2013-2014 dus 2215 ‘SVS-scholen’ (2380 scholen min 165 autonome kleuterscholen). Het aantal scholen van secundair onderwijs volgens de SVS-criteria is verschillend t.a.v. de cijfers van het Departement Onderwijs. Voor beide tellingen heeft één school één instellingsnummer. In de praktijk zijn er echter afwijkingen mogelijk voor de SVS-werking, mits een gemotiveerde aanvraag vanuit de school zelf. Bijvoorbeeld: een school vraagt om deel te nemen als één school, ondanks dat er op hetzelfde adres meerdere instellingsnummers gekoppeld zijn. SVS beschouwt deze entiteiten dan als één school. Of een school met meerdere hoofdzetels, met verschillende instellingsnummers en met verschillende adressen – maar behorend tot 1 campus – kan eveneens vragen om deel te nemen als één school. In het secundair onderwijs zijn er 177 scholen die samen met een andere school of scholen als één entiteit deelnemen aan de SVS-werking. Zo is het totaal aantal secundaire scholen voor SVS 775 (952 officiële scholen min 177 scholen die samen willen deelnemen). In het buitengewoon onderwijs is het aantal ‘SVS-scholen’ identiek aan het aantal officiële scholen. 3
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
‘Sport beweegt je school’ bereikt met 2152 scholen 59.07% van de officiële scholen in Vlaanderen. Als we uitgaan van het totaal aantal scholen volgens de SVS-criteria komen we aan een totaal van 3301 scholen (i.p.v. de 3643 officiële scholen) en aan een bereik van 65.19%. Voor het basisonderwijs is er een bereik van 70.11% (65.25% van het totaal aantal officiële scholen) en in het secundair komt dit op 50.19% (of 40.86% van de officiële scholen). Voor het BuBaO is er een bereik van 68.87% en voor het Buso van 65.21%. Er is dus wel een significant verschil tussen het bereik in het basis, BuBao en Buso enerzijds en het secundair onderwijs anderzijds. Dit is een behoorlijk resultaat dat in de lijn ligt van voorgaande acties die weliswaar louter actiegericht waren en geen beleidsmatige inspanningen vroegen van de scholen. Als we hierbij de bedenking maken dat er nu heel wat meer gevraagd wordt, vooral dan op beleidsmatig vlak, is dit zeker een positief en bemoedigend resultaat. Voor SVS is het een prioritair werkpunt om deze 2152 scholen, naast de online-ondersteuning van het instrument, via de verschillende ondersteuningsniveaus die in de structuur van SVS-schoolondersteuning voorzien zijn, te helpen op een kwalitatieve manier hun bewegings- en sportbeleid verder procesmatig uit te bouwen. Daarnaast zal uiteraard de komende schooljaren moeten ingezet worden op het sensibiliseren en stimuleren van de scholen die nog niet bereikt worden. In het bijzonder zal er aandacht moeten besteed worden aan de problematiek in het secundair onderwijs. Met een bereik van 50,19 % ligt hier zeker een heel grote uitdaging. Er moet nagegaan worden waar de knelpunten liggen in de secundaire scholen en hoe we bijgevolg meer secundaire scholen kunnen betrekken.
4
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
1.3. Aantal scholen in Vlaanderen, aantal ‘SVS-scholen’, aantal geregistreerde scholen per onderwijsniveau per provincie 1.3.1. Algemeen
1.3.2. Basisonderwijs
5
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
1.3.3. Secundair onderwijs
6
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2. Procesverloop ‘Sport beweegt je school’ Voor dit onderdeel van het evaluatieverslag worden de cijfers telkens uitgezet t.o.v. het aantal geregistreerde scholen ‘Sport beweegt je school’ op 01.01.2014 met name 2152 scholen.
2.1. Beginsituatie van de deelnemende scholen – nulmeting 2.1.1. Beginsituatie van de deelnemende scholen a.d.h.v. de ‘checklist’ Om de beginsituatie in kaart te brengen, reikt ‘Sport beweegt je school’ een checklist aan. De checklist, een online applicatie, is een lijst met 40 vragen en is aanvullend aan de instrumenten die door de pedagogische begeleiding ter beschikking worden gesteld. De vragen uit de checklist volgen de structuur van de bouwstenen Beleid, Aanbod en Focus. De scholen kunnen bij elke vraag aangeven in hoeverre dit item in hun school gerealiseerd of niet gerealiseerd is. Aan de hand van de checklist krijgt de school een duidelijker beeld van haar huidig bewegings- en sportbeleid en krijgt ze zicht op haar sterkere en zwakkere punten. 2080 van de 2152 ingeschreven scholen, vulden de 40 vragen van de checklist volledig in. Vanaf het moment dat de school de eerste maal haar inloggegevens gebruikte, sloot deze inventarisatieperiode na 120 dagen definitief af. De ‘0-meting’ lag dan definitief vast. De scholen waar de beginsituatie niet of onvolledig was ingevuld, werden(via mail en persoonlijk contact) gestimuleerd om het registratieproces tijdig te vervolledigen.
De gegevens inzake ‘de actuele situatie, de nulmeting’ die scholen over hun sport- en bewegingsbeleid ter beschikking stellen, geven enerzijds voor de school zelf een extra bron van informatie over haar zwakke en sterke punten. Anderzijds is het ook bronmateriaal die de SVS-schoolondersteuners kunnen raadplegen bij het vooronderzoek van een schoolondersteuning. Zo krijgen de SVS-schoolondersteuners een beeld over het bewegings- en sportbeleid van een school. Uiteraard is dit slechts een momentopname dat in het intakegesprek van de schoolondersteuner verder moet uitgediept worden.
7
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2.1.2. Beginsituatie : sterke en zwakke punten geordend volgens de mate van realisatie Onderstaande grafieken geven een overzicht van de mate waarin de deelnemende scholen de 40 vragen m.b.t. het bewegings- en sportbeleid als gerealiseerd beschouwen (aangeduid als absoluut of eerder wel) op het moment van de inschrijving voor SBJS. De grafiek met ‘sterke punten’ geeft de 5 punten weer die door de scholen als meest gerealiseerd beschouwd worden (geordend volgens het percentage van scholen die dit zo geregistreerd hebben). De grafiek met ‘zwakke punten’ geeft de 5 vragen weer die het minst gerealiseerd zijn bij de deelnemende scholen. Nadien volgt een overzicht van alle vragen per bouwsteen en de mate waarin ze als gerealiseerd beschouwd worden door de scholen.
38. Zorgt de school dat lln met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod (B&S)-aanbod? 39. Zorgen we op school dat alle leerlingen bij B&S-activiteiten zich goed en veilig voelen? 9. Heeft de school contacten met partners zoals de pedagogische begeleidingsdiensten, SVS, Bloso, de gemeentelijke sportdienst, sportfederaties, clubs,… (en hun aanbod) die het bewegings- en sportbeleid kunnen ondersteunen? 5. Wordt er in de school duidelijk gecommuniceerd over de schoolsportwerking (o.a. over de activiteiten, regels en afspraken, gebruik van de infrastructuur,...) naar alle leerlingen, leerkrachten en ouders? 21. Bieden de speeltijden/pauzes voldoende tijd en ruimte om te bewegen en te sporten?
8
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
Sterke punten in het B&S-beleid van de geregistreerde scholen SBJS Basisonderwijs 1580
1570
1557 1560
96,73 95,93%
1540 1520 1494
1486
1500
1479
91,94
1480
91,67
91,07%
1460 1440 1420
38. Zorgt de school dat lln met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod (B&S)-aanbod? 39. Zorgen we op school dat alle leerlingen bij B&S-activiteiten zich goed en veilig voelen? 9. Heeft de school contacten met partners zoals de pedagogische begeleidingsdiensten, SVS, Bloso, de gemeentelijke 13. Organiseert de school praktische en ervaringsgerichte verkeers- en mobiliteitseducatie in functie van het bevorderen van de actieve verplaatsing? 14. Besteedt de school aandacht aan een verkeersveilige schoolomgeving en een veilige woon-schoolroute?
Sterke punten in het B&S-beleid van de geregistreerde scholen SBJS Secundair onderwijs 359 360
92,53
354
355
91,24% 350 345
346
88,95 337
340 335
86,63
336
86,38%
330 325 320
38. Zorgt de school dat lln met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod (B&S)-aanbod? 39. Zorgen we op school dat alle leerlingen bij B&S-activiteiten zich goed en veilig voelen? 9. Heeft de school contacten met partners zoals de pedagogische begeleidingsdiensten, SVS, Bloso, de gemeentelijke sportdienst, sportfederaties, clubs,… (en hun aanbod) die het bewegings- en sportbeleid kunnen ondersteunen? 5. Wordt er in de school duidelijk gecommuniceerd over de schoolsportwerking (o.a. over de activiteiten, regels en afspraken, gebruik van de infrastructuur,...) naar alle leerlingen, leerkrachten en ouders? 28. Neemt de school deel aan het naschools aanbod van de Stichting Vlaamse Schoolsport/Bloso?
9
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
Sterke punten in het B&S-beleid van de geregistreerde scholen SBJS Buitengewoon onderwijs 215
210
205
200
211
98,60
206
96,26%
201
93,93
197 194
92,06
195
91,08% 190
185
38. Zorgt de school dat lln met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod (B&S)-aanbod? 39. Zorgen we op school dat alle leerlingen bij B&S-activiteiten zich goed en veilig voelen? 10. Wordt op school in het bewegings- en sportbeleid rekening gehouden met de aanwezigheid van kansengroepen en leerlingen met bijzondere behoeftes (bv. in de keuze van de activiteiten, de keuze van het spel- en sportmateriaal,...)? 18. Worden er KLASoverstijgende activiteiten rond beweging en sport georganiseerd, andere dan de jaarlijkse schoolsportdag? 21. Bieden de speeltijden/pauzes voldoende tijd en ruimte om te bewegen en te sporten?
Wat de sterke punten betreft van de Vlaamse SBJS scholen zijn toch een aantal verschillen op te merken tussen de onderwijsniveaus. Zo zien we dat in het basisonderwijs naast plezierbeleving, zich goed en veilig voelen en het samenwrken met partners om hun bewegings- en sportbeleid te ondersteunen, scholen oog hebben voor de organisatie van praktische en ervaringsgerichte verkeers- en mobiliteitseducatie. In functie van het bevorderen van actieve verplaatsing vinden deze scholen het ook heel belangrijk dat de schoolomgeving en de woon-schoolroute veilig is. In het secundair onderwijs is naast plezierbeleving, zich goed en veilig voelen, het samenwerken met partners om hun bewegings- en sportbeleid te ondersteunen en duidelijke communicaie over de schoolsportwerking, de deelname aan het naschools aanbod van de Stichting Vlaamse Schoolsport/Bloso een belangrijk item. Het buitengewoon onderwijs daarentegen legt door rekening te houden met de aanwezigheid van kansengroepen en leerlingen met bijzonder behoeftes endoor de organsiatie van klasoverstijgende bewegings- en sportactiviteiten, andere klemtonen.
10
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
6. Hebben leerlingen en ouders op school inspraak via gepaste kanalen en tijdstippen in het bewegings- en sportbeleid? 26. Is het naschools bewegings- en sportaanbod gericht op de behoeften van de verschillende doelgroepen? 34. Zijn er op school geschikte educatieve materialen om het thema FAIR te ondersteunen? 35. Werken leerkrachten, leerlingen en ouders mee om acties rond het thema FAIR uit te werken? 36. Zijn er op school contacten met partners en hun aanbod die het thema FAIR kunnen ondersteunen?
Zwakke punten in het B&S-beleid van de geregistreerde scholen SBJS Secundair onderwijs 152 160 140
39,28%
138
35,48% 120 100 80
87
22,42%
70
18,09%
60
37 40
9,54% 20 0
33. Worden er op school acties uitgewerkt om aspecten van het thema FAIR: zoals respect, fairplay,... te integreren in het bewegings- en sportaanbod? 29. Heeft de school een bewegingsstimulerend aanbod zodat alle leerlingen de gezondheids- en fitheidsnorm voor dagelijkse lichaamsbeweging (60 min. bewegen per dag) zo maximaal mogelijk kunnen behalen tijdens de schooldag ?
11
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
Wat de zwakke punten betreft in het bewegings- en sportbeleid van de geregistreerde scholen ‘sport beweegt je school’ zijn de items in het basisonderwijs en het buitengewoon gelijklopend met de algemene situatie over de onderwijsniveaus heen. Enkel in het secundair onderwijs is een verschil op te merken qua actuele situatie wat zwakke punten betreft en deze situeert zich in de Focus fair voor het uitwerken van acties rond dit thema. Een tweede nuance situeert zich in de Focus fit op niveau van een bewegingsstimulerend aanbod zodoende dat leerlingen makkelijker de gezondheidsnorm voor dagelijkse lichaamsbeweging kunnen behalen. Hier wordt dus minder aandacht aan besteed dan in het basisonderwijs.
12
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2.1.3. Sterke/zwakke punten PER BOUWSTEEN:
1. Is er op school een (uitgeschreven) visie rond het bewegings- en sportbeleid? 2. Is op school het bewegings- en sportbeleid uitgewerkt en ingebed in het breder schoolwerkplan? 3. Is er op school een werkgroep beweging en sport waarvan o.m. de directie, leraars, leraar(-s) L.O.,... deel uit maken? 4. Zijn de afspraken en procedures met betrekking tot beweging en sport op school opgenomen in de leefregels? 5. Wordt er in de school duidelijk gecommuniceerd over de schoolsportwerking (o.a. over de activiteiten, regels en afspraken, gebruik van de infrastructuur,...) naar alle leerlingen, leerkrachten en ouders? 6. Hebben leerlingen en ouders op school inspraak via gepaste kanalen en tijdstippen in het bewegings- en sportbeleid? 7. Is er voldoende infrastructuur voor beweging- en sportactiviteiten (speelplaats, sportterreinen indoor en outdoor, fietsenstalling,.. .) op school aanwezig? 8. Wordt de aanwezige infrastructuur optimaal aangewend voor het creëren van een bewegings- en sportstimulerend schoolklimaat voor alle leerlingen (bv. aanbod voor, tijdens, tussen na de lessen,...)? 9. Heeft de school contacten met partners: pedagogische begeleidingsdienst, SVS, Bloso, de gemeentelijke sportdienst, sportfederaties, clubs,… (en hun aanbod) die het bewegings- en sportbeleid kunnen ondersteunen? 10. Wordt op school in het bewegings- en sportbeleid rekening gehouden met de aanwezigheid van kansengroepen en leerlingen met bijzondere behoeftes (bv. in de keuze van de activiteiten, de keuze van het spel- en sportmateriaal,...)? 11. Bevordert de school de deskundigheid van het schoolteam m.b.t. beweging en sport?
13
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
VOOR de lessen 12. Is er in het bewegings- en sportbeleid aandacht voor verkeer en mobiliteit om de actieve verplaatsing te bevorderen? 13. Organiseert de school praktische en ervaringsgerichte verkeers- en mobiliteitseducatie in functie van het bevorderen van de actieve verplaatsing? 14. Besteedt de school aandacht aan een verkeersveilige schoolomgeving en een veilige woon-schoolroute? 15. Communiceert de school via verschillende kanalen leerlingen en ouders over de mogelijkheden van de actieve verplaatsing? TIJDENS de lessen 16. Komt beweging en sport als gezondheidsthema en/of als vorm van bewegend leren aan bod in de lessen (de les L.O. buiten beschouwing gelaten)? 17.Worden er VAKoverschrijdende activiteiten georganiseerd rond beweging en sport? Is er integratie van het thema beweging en sport in andere leergebieden/vakken? 18.Worden er KLASoverstijgende activiteiten rond beweging en sport georganiseerd, andere dan de jaarlijkse schoolsportdag? 19.Wordt er tijdens de lessen aandacht besteed aan het creëren van extra bewegings- en sportmomenten? 20. Neemt de school deel aan het aanbod van Stichting Vlaamse Schoolsport/Bloso tijdens de lessen? TUSSEN de lessen 21 .Bieden de speeltijden/pauzes voldoende tijd en ruimte om te bewegen en te sporten? 22.Daagt de inrichting van de speelplaats en de open ruimtes uit tot bewegen en sporten? 23. Zijn er op school initiatieven om beweging en sport tijdens de vrije momenten te stimuleren? 24. Is er tijdens de middagpauze een bewegings- of sportaanbod voor de leerlingen? NA de lessen 25. Is er op school een aanbod van bewegings- en sportactiviteiten dat na de schooluren georganiseerd wordt? 26. Is het naschools bewegings- en sportaanbod gericht op de behoeften van de verschillende doelgroepen? 27. Werkt de school met verschillende partners /diensten samen om het naschoolse bewegings- en sportaanbod vorm te geven? 28. Neemt de school deel aan het naschools aanbod van de Stichting Vlaamse Schoolsport/Bloso?
14
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
FIT 29. Heeft de school een bewegingsstimulerend aanbod zodat alle leerlingen de gezondheids- en fitheidsnorm voor dagelijkse lichaamsbeweging (60 min. bewegen per dag) zo maximaal mogelijk kunnen behalen tijdens de schooldag ? 30. Heeft de school aandacht voor een geïntegreerde aanpak van beweging/sport gekoppeld aan gezonde voeding (gezonde dranken en tussendoortjes, wateraanbod, ...) om kinderen gezonde gewoonten aan te leren en jongeren hun keuzebewustzijn voor een actieve/sportieve levensstijl te stimuleren? 31. Neemt de school initiatieven om fysiek zwakkere leerlingen te begeleiden naar een fitte en actieve levensstijl (meer bewegen, gezonder eten,..) ? FAIR 32. Zijn er op school in het bewegings- en sportbeleid doelstellingen geformuleerd rond de focus FAIR? 33. Worden er op school acties uitgewerkt om aspecten van het thema FAIR: zoals respect, fairplay,... te integreren in het bewegings- en sportaanbod? 34. Zijn er op school geschikte educatieve materialen om het thema FAIR te ondersteunen? 35. Werken leerkrachten, leerlingen en ouders mee om acties rond het thema FAIR uit te werken? 36. Zijn er op school contacten met partners en hun aanbod die het thema FAIR kunnen ondersteunen? FUN FOR ALL 37. Benutten we op onze school tijdens de bewegings- en sportmomenten diversiteit als een kans om van elkaars verschillen te leren? 38. Zorgt de school ervoor dat alle leerlingen met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod? 39. Zorgen we op school dat alle leerlingen bij de bewegings- en sportmomenten zich goed en veilig voelen (met o.a. maatregelen tegen pestgedrag)? 40. Worden er op school specifieke acties/instrumenten aangeboden ter bevordering van de participatie van kansengroepen of leerlingen met specifieke behoeften?
15
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2.2. Prioritaire werkpunten In het huidige proces van het actieplan ‘Sport beweegt je school’ vormt de checklist de component ‘output’, met name het vertrekpunt om het bewegings- en sportbeleid verder uit te bouwen. Op basis van al deze gegevens kiest de school per schooljaar haar prioritaire werkpunten uit de 3 bouwstenen.
2.2.1. Overzicht van de meest weerhouden prioritaire werkpunten.
1. Is er op school een (uitgeschreven) visie rond bewegings- en sportbeleid? 33. Worden er op school acties uitgewerkt om het thema fair te integreren in het B&S-aanbod? 3. Is er op school een werkgroep B&S waarvan o.m. directie, leraar LO, leerkrachten,deel uit maken? 30. Heeft de school aandacht voor een geïntegreerde aanpak van beweging/sport gekoppeld aan gezonde voeding? 24. Is er tijdens de middag een bewegings- of sportaanbod voor de leerlingen? 32. Zijn er op school in het B&S-beleid doelstellingen geformuleerd rond focus FAIR? 12. Is er in het bewegings- en sportbeleid aandacht voor verkeer en mobiliteit om de actieve verplaatsing te bevorderen? 19. Wordt er tijdens de lessen aandacht besteed aan het creëren van extra bewegings-en sportmomenten? 22.Daagt de inrichting van de speelplaats en de open ruimtes uit tot bewegen en sporten? 23. Zijn er op school initiatieven om beweging en sport tijdens vrije momenten te stimuleren?
16
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2.2.2. Overzicht prioritaire werkpunten per bouwsteen
1. Is er op school een (uitgeschreven) visie rond het bewegings- en sportbeleid? 2. Is op school het bewegings- en sportbeleid uitgewerkt en ingebed in het breder schoolwerkplan? 3. Is er op school een werkgroep beweging en sport waarvan o.m. de directie, leraars, leraar(-s) L.O.,... deel uit maken? 4. Zijn de afspraken en procedures met betrekking tot beweging en sport op school opgenomen in de leefregels? 5. Wordt er in de school duidelijk gecommuniceerd over de schoolsportwerking (o.a. over de activiteiten, regels en afspraken, gebruik van de infrastructuur,...) naar alle leerlingen, leerkrachten en ouders? 6. Hebben leerlingen en ouders op school inspraak via gepaste kanalen en tijdstippen in het bewegings- en sportbeleid? 7. Is er voldoende infrastructuur voor beweging- en sportactiviteiten (speelplaats, sportterreinen indoor en outdoor, fietsenstalling,...) op school aanwezig? 8. Wordt de aanwezige infrastructuur optimaal aangewend voor het creëren van een bewegingsen sportstimulerend schoolklimaat voor alle leerlingen (bv. aanbod voor, tijdens, tussen na de lessen,...)? 9. Heeft de school contacten met partners: pedagogische begeleidingsdienst, SVS, Bloso, de gemeentelijke sportdienst, sportfederaties, clubs,… (en hun aanbod) die het bewegings- en sportbeleid kunnen ondersteunen? 10. Wordt op school in het bewegings- en sportbeleid rekening gehouden met de aanwezigheid van kansengroepen en leerlingen met bijzondere behoeftes (bv. in de keuze van de activiteiten, de keuze van het spel- en sportmateriaal,...)? 11. Bevordert de school de deskundigheid van het schoolteam m.b.t. beweging en sport?
17
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
VOOR de lessen 12. Is er in het bewegings- en sportbeleid aandacht voor verkeer en mobiliteit om de actieve verplaatsing te bevorderen? 13. Organiseert de school praktische en ervaringsgerichte verkeers- en mobiliteitseducatie in functie van het bevorderen van de actieve verplaatsing? 14. Besteedt de school aandacht aan een verkeersveilige schoolomgeving en een veilige woon-schoolroute? 15. Communiceert de school via verschillende kanalen leerlingen en ouders over de mogelijkheden van de actieve verplaatsing? TIJDENS de lessen 16. Komt beweging en sport als gezondheidsthema en/of als vorm van bewegend leren aan bod in de lessen (de les L.O. buiten beschouwing gelaten)? 17. Worden er VAKoverschrijdende activiteiten georganiseerd rond beweging en sport? Is er integratie van het thema beweging en sport in andere leergebieden/vakken? 18. Worden er KLASoverstijgende activiteiten rond beweging en sport georganiseerd, andere dan de jaarlijkse schoolsportdag? 19. Wordt er tijdens de lessen aandacht besteed aan het creëren van extra bewegings- en sportmomenten? 20. Neemt de school deel aan het aanbod van Stichting Vlaamse Schoolsport/Bloso tijdens de lessen? TUSSEN de lessen 21. Bieden de speeltijden/pauzes voldoende tijd en ruimte om te bewegen en te sporten? 22. Daagt de inrichting van de speelplaats en de open ruimtes uit tot bewegen en sporten? 23. Zijn er op school initiatieven om beweging en sport tijdens de vrije momenten te stimuleren? 24. Is er tijdens de middagpauze een bewegings- of sportaanbod voor de leerlingen? NA de lessen 25. Is er op school een aanbod van bewegings- en sportactiviteiten dat na de schooluren georganiseerd wordt? 26. Is het naschools bewegings- en sportaanbod gericht op de behoeften van de verschillende doelgroepen? 27. Werkt de school met verschillende partners/diensten samen om het naschoolse bewegings- en sportaanbod vorm te geven? 28. Neemt de school deel aan het naschools aanbod van de Stichting Vlaamse Schoolsport/Bloso?
18
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
FIT 29. Heeft de school een bewegingsstimulerend aanbod zodat alle leerlingen de gezondheids- enfitheidsnorm voor dagelijkse lichaamsbeweging (60 min. bewegen per dag) zo maximaal mogelijk kunnen behalen tijdens de schooldag ? 30.Heeft de school aandacht voor een geïntegreerde aanpak van beweging/sport gekoppeld aan gezonde voeding (gezonde dranken en tussendoortjes, wateraanbod, ...) om kinderen gezonde gewoonten aan te leren en jongeren hun keuzebewustzijn voor een actieve/sportieve levensstijl te stimuleren? 31. Neemt de school initiatieven om fysiek zwakkere leerlingen te begeleiden naar een fitte en actieve levensstijl (meer bewegen, gezonder eten,..) ? FAIR 32. Zijn er op school in het bewegings- en sportbeleid doelstellingen geformuleerd rond de focus FAIR ? 33. Worden er op school acties uitgewerkt om aspecten van het thema FAIR zoals respect, fairplay,... te integreren in het bewegings- en sportaanbod? 34. Zijn er op school geschikte educatieve materialen om het thema FAIR te ondersteunen? 35. Werken leerkrachten, leerlingen en ouders mee om acties rond het thema FAIR uit te werken? 36. Zijn er op school contacten met partners en hun aanbod die het thema FAIR kunnen ondersteunen? FUN FOR ALL 37. Benutten we op onze school tijdens de bewegings- en sportmomenten diversiteit als een kans om van elkaars verschillen te leren? 38. Zorgt de school ervoor dat alle leerlingen met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod? 39. Zorgen we op school dat alle leerlingen bij de bewegings- en sportmomenten zich goed en veilig voelen (met o.a. maatregelen tegen pestgedrag)? 40. Worden er op school specifieke acties/instrumenten aangeboden ter bevordering van de participatie van kansengroepen of leerlingen met specifieke behoeften?
19
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2.3. Conclusies op basis van de beginsituatie en de aangeduide prioritaire werkpunten. Bouwsteen ‘Beleid’ De ‘nul-meting’ van de geregistreerde scholen ‘Sport beweegt je school’ geeft weer dat 92 % van de scholen ‘samenwerken met partners die het bewegings- en sportbeleid kunnen ondersteunen’. Slechts een klein percentage 9 % (192 scholen) geeft dit item op als een prioritair werkpunt, wat vrij logisch is gezien het in hoge mate als gerealiseerd wordt beschouwd. 90% van de scholen geven aan dat er een goede communicatie is over de schoolsportwerking (o.a. over de activiteiten, regels en afspraken , gebruik van de sportinfrastructuur,... ). Deze communicatie creëert onder meer een grote betrokkenheid bij de leerlingen en vormt dus een belangrijk punt. De communicatie wordt slechts door 287 scholen (13%) weerhouden als prioritair werkpunt. 76% geeft aan dat er voldoende infrastructuur is voor beweging en sport op school of m.a.w. 1 op 4 vindt de aanwezige infrastructuur onvoldoende! 20% of 419 scholen willen verder op dit vlak initiatieven nemen. Het is binnen de bouwsteen beleid het item dat als 4de weerhouden wordt. Dit vormt een opmerkelijk gegeven. Hierbij sluit aan dat 86% vindt dat de aanwezige infrastructuur optimaal gebruikt wordt. 71% geeft aan dat er rekening gehouden wordt met kansengroepen binnen het bewegings- en sportbeleid. Desondanks wordt dit het minst weerhouden binnen de bouwsteen beleid als prioritair werkpunt (door 7% of 140 scholen). 68% van de scholen zegt dat de ‘bevordering van de deskundigheid van het schoolteam door de school‘ gestimuleerd wordt. Ook hier zien we dat deskundigheidsbevordering door slechts 143 scholen (7%) als prioritair werkpunt weerhouden wordt. Binnen het uitbouwen van een draagvlak voor beweging en sport op school is de oprichting van een werkgroep ‘beweging en sport’ gerealiseerd in 1254 scholen of 61% van de deelnemende scholen. Het realiseren van deze schoolinterne structuur wordt door 469 scholen (22%) aangeduid als prioritair werkpunt. Zo komt dit item als 2de meest aangeduide prioriteit binnen de bouwsteen beleid naar voor. 1141 scholen (53%) geven aan dat er een (uitgeschreven) visie rond beweging en sport aanwezig is. Een visie uitwerken wordt door 639 scholen (29%) als prioritair werkpunt opgegeven in de bouwsteen beleid. Het is het prioritair werkpunt dat het meest wordt opgegeven over de 40 items heen. Dit is een zeer bemoedigend resultaat gezien het opzet van ‘Sport beweegt je school’ onder meer was om scholen te stimuleren om aandacht te schenken aan de beleidsmatige aspecten van beweging en sport op school. 48% geeft aan dat de ‘betrokkenheid van leerlingen en ouders om een beter draagvlak uit te bouwen’ gerealiseerd is, wat dus een vrij laag percentage is. Bij de prioritaire werkpunten wordt de betrokkenheid of de inspraak van leerlingen en ouders evenwel slechts door 259 scholen (12%) aangeduid. Moet hieruit geconcludeerd worden dat dit eerder als een moeilijk te realiseren punt gepercipieerd wordt of vindt men de betrokkenheid van leerlingen en ouders niet zo essentieel? Bouwsteen ‘Aanbod’ De bouwsteen ‘aanbod’ werd opgedeeld in de segmenten: voor, tijdens, tussen en na de lessen. Wanneer de beginsituatie van de scholen betreffende dit aanbod geanalyseerd wordt, komen interessante resultaten naar voor. Gemiddeld gezien komt naar voor dat scholen hun aanbod ‘tussen de lessen’ (speeltijden en pauzemomenten) als het sterkste punt beschouwen. Scholen vinden dat ze voldoende tijd en ruimte aanbieden om te bewegen en te sporten tijdens speeltijden en pauzemomenten (een sterk punt bij 20
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
88% van de scholen), dat de inrichting van de speelplaats uitnodigt tot bewegen en sporten (bij 80% van de scholen) en dat er een aanbod tijdens de middagpauze (76 %) is. Toch zien we dat 20% van de scholen nog verder wil werken aan het aanbod van middagsport. Er is dus wel een aanbod in heel wat scholen aanwezig, maar dit is waarschijnlijk niet kwalitatief en gevarieerd genoeg of trekt een selectief publiek van leerlingen aan. Het aanbod ‘voor de lessen’ beschouwen scholen eveneens als zijnde een sterk punt. ‘Aandacht besteden aan een verkeersveilige schoolomgeving en een veilige woon-schoolroute’ wordt in 87% van de scholen beschouwd als zijnde het sterkste punt in het aanbod ‘voor de lessen’. Ook worden de ‘praktische en ervaringsgerichte verkeers- en mobiliteitseducatie’ in het kader van de actieve verplaatsing als gerealiseerd beschouwd (84%). De aandacht voor de bevordering van de fietsvaardigheid in het kader van ‘Meester op de fiets’ zal hier zeker niet vreemd aan zijn. Zo speelden 448 basisscholen in op dit aanbod door een ‘Meester op de fiets’-sessie te boeken en dit vertaalt zich in de bevinding van de scholen dat dit punt in hoge mate gerealiseerd is. Het aanbod ‘tijdens de lessen’ wordt door heel wat minder scholen aangegeven als sterk punt (75%). Het ‘creëren van extra bewegings- en sportmomenten tijdens de lessen’ is het minst sterke punt (slechts in 65% van de scholen gerealiseerd) en wordt door veel scholen ook aangeduid als prioritair werkpunt (18% van de scholen). Het aanbod ‘na de lessen’ wordt slechts door iets meer dan de helft van de scholen weergegeven als een sterk punt (56.8%). Ondanks het feit dat scholen het aanbod na de lessen een zwak punt vinden, wordt dit slechts in beperkte mate opgegeven als prioritair werkpunt. Het is zelfs zo dat het ‘aanbod na de lessen’ het minst populair is om aan te werken. Om scholen een pasklare oplossing te geven voor het probleem van het naschoolse sportaanbod ontwikkelde SVS in samenwerking met Bloso acties als ‘sportsnack’ en ‘sport na school’, respectievelijk voor het basisonderwijs en het secundair onderwijs in het kader van ‘Brede school met sportaanbod’. Daarnaast wil SVS extra aandacht besteden aan aantrekkelijke en gevarieerde woensdagnamiddagactiviteiten zodat elke leerling er zijn/haar gading kan vinden. Kiezen voor beweging en sport in de vrije tijd blijft een belangrijke uitdaging. Bouwsteen ‘Focus’ De bouwsteen ‘focus ‘ wordt opgedeeld in fit, fair en fun for all. Wanneer de sterke punten van de scholen bekeken worden voor de bouwsteen ‘focus’, blijkt dat scholen ‘fun for all’ beschouwen als zijnde een sterk punt. Ervoor zorgen dat ‘alle leerlingen met plezier kunnen meedoen aan het bewegings- en sportaanbod’ en ‘ervoor zorgen dat alle leerlingen zich goed en veilig voelen bij sporten bewegingsmomenten’ vormen de twee sterkste punten die uit de totale bevraging naar voor kwamen. Respectievelijk 96% en 95% van de scholen geeft aan dat deze beide punten (grotendeels) gerealiseerd zijn. Deze cijfers geven aan dat scholen het ‘welbevinden van alle leerlingen’ belangrijk vinden en er ook duidelijk veel aandacht aan besteden om hun bewegings- en sportaanbod af te stemmen op het beleidsdomein ‘veiligheid en welzijn’. De zwakste punten van de scholen in de bouwsteen focus situeren zich in het onderdeel ‘fair’. In de prioritaire werkpunten duiken voor dit onderdeel ook 2 punten op als veel weerhouden prioritair werkpunt: het uitwerken van acties omtrent het thema fair (2de meest aangeduide werkpunt) en het formuleren van doelstellingen rond de focus fair in het bewegings- en sportbeleid (3de meest). Algemeen blijkt dat scholen het moeilijk hebben om de focus FAIR vorm te geven. Slechts 16.3 % van de scholen geven aan dat ze ‘contacten hebben met partners en hun aanbod die het thema fair kunnen ondersteunen’. Toch komt dit punt niet frequent voor als prioritaire werkpunt. Ook ‘werken leerkrachten, leerlingen en ouders mee om acties rond het thema fair te realiseren?’ en ‘ zijn er op school geschikte educatieve materialen om het thema fair te ondersteunen?’, scoren zwak en worden dus blijkbaar minder verwezenlijkt binnen het bewegings- en sportaanbod in de scholen. Anderzijds 21
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
komen wel 2 aandachtspunten van de focus’ fair’ nl. ‘acties op touw zetten rond fair/fair play’ en ‘de ideeën achter het begrip ‘Fair’ opnemen in het beweeg- en sportbeleid’ op de 2de en 3de plaats als meest opgegeven prioritaire werkpunten zoals reeds gesteld. Om aan deze nood tegemoet te komen werden door SVS trouwens recent ‘fairplay-pakketten’ voor de scholen ontwikkeld en worden de vormingen tot ‘fairplay-coach’ verder gezet. In de focus ‘fit’ worden ook nog een aantal interessante resultaten gevonden. 1753 scholen of 87% van de scholen geven aan dat ze werken aan een geïntegreerde aanpak van beweging/sport gekoppeld aan gezonde voeding om kinderen gezonde gewoonten aan te leren en jongeren hun keuzebewustzijn voor een actieve/sportieve levensstijl te stimuleren. Blijkbaar vinden scholen dit een belangrijk item want dit punt wordt ook door 24% van de scholen naar voren geschoven als prioritair werkpunt. Ook ‘het voorzien van een bewegingsstimulerend aanbod zodat de gezondheids- en fitheidsnorm behaald wordt’, wordt door 19 %van de scholen als prioritair werkpunt weerhouden.
22
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
2.4. Monitoring van het procesverloop
Tijdig geregistreerd
Beginsituatie OK
3 Prioriteiten OK
Monitoring Beleid
Monitoring Aanbod
Monitoring Focus
2152 1,00
2080 0,97
2026 0,94
1301 0,60
1267 0,59
1190 0,55
2152 scholen waren op 01/01/2014 ingeschreven voor ‘Sport beweegt je school’. Hiervan werden 2021 scholen op 15 mei 2014 weerhouden als ‘laureaat’. Zij hadden hun beginsituatie geregistreerd én minimum 3 prioritaire werkpunten aangeduid. 6 % van de scholen die gestart zijn met dit instrument hebben aan de gevraagde criteria niet voldaan. 97% van de scholen had zijn beginsituatie volledig ingevuld, 94 % had minstens 3 prioritaire werkpunten aangeduid. De wijze waarop de scholen met dit instrument gewerkt hebben, is sterk verschillend. Er zijn scholen die met dit instrument daadwerkelijk en zeer concreet aan de slag gegaan zijn en bijvoorbeeld het proces en traject dat afgelegd werd om hun prioritaire werkpunten te realiseren, uitvoerig toelichten en uitschrijven in de Monitoring. 1301 scholen of 60% van de deelnemende scholen heeft gewerkt met de monitoring in de bouwsteen ‘Beleid’; 1267 scholen hebben gewerkt in de monitoring ‘Aanbod’ en 1190 in de monitoring van ‘Focus’. Zij hebben dus hun proces geregistreerd aan de hand van de evolutie in PDCA-cyclus. Zij hebben geregistreerd of zij nog in de P, de D, de C of de A-fase zaten m.b.t. hun aangeduide prioritaire werkpunten. Hiertegenover staat dat er bij 38% van de scholen (611 scholen) weinig of niets opgenomen is in de monitoring. Dit was evenwel ook nog niet verplicht. Pas vanaf het tweede werkjaar dient de monitoring van het proces dat doorlopen werd, ook onderbouwd en uitgeschreven te worden. Toch geeft dit aantal een indicatie dat de vele scholen zich de werkwijze nog moeten toe-eigenen. Dit bleek ook uit de opvolging van de dossiers door de SVS-medewerkers (telefonisch of op overlegmomenten). Meer inzicht hierin mogen we volgend schooljaar verwachten. 75.5% van de gelauwerde scholen zijn ook scholen die regelmatig deelnemen aan het activiteitenaanbod van Bloso/SVS. M.a.w. er is een beduidend grote groep (ongeveer ¼ van de scholen) die weinig inspelen op het activiteitenaanbod en toch belangstelling tonen en zich ingeschreven hebben voor deze meer beleidsmatige actie en benadering van beweging en sport op school.
23
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
C. Synthese evaluatie ‘Sport beweegt je school 2013-2014’
‘Sport beweegt je school’ is het nieuwe beleidsinstrument dat SVS aan de scholen aanbiedt om het bewegings- en sportbeleid, als onderdeel van het gezondheidsbeleid binnen het opvoedingsproject van een school, verder vorm te geven. Het werd ontwikkeld in samenwerking met Bloso en is de opvolger van ’10 voor schoolsport: samen gezond sporten!’. ‘Sport beweegt je school’ wil scholen procesmatig en kwalitatief ondersteunen om via drie aangeboden bouwstenen te werken aan een geïntegreerd bewegings- en sportbeleid. Deze 3 bouwstenen zijn: Beweging/Sport en BELEID, Beweging/Sport en AANBOD (voor, tijdens, tussen en na de lessen) en Beweging/Sport en FOCUS met de modules Fit, Fair en Fun for all. Deze bouwstenen worden tevens verder gekoppeld aan en versterkt door middel van diverse online-instrumenten die het proces toepasbaar maken in de praktijk. De checklist geeft de school een visueel beeld van hoe sterk de draagkracht en hoe groot de mogelijkheden zijn. Op basis hiervan kunnen de scholen hun prioritaire werkpunten kiezen. Voor de uitwerking beschikt elke school over een gepersonaliseerde inspiratiebox van acties, activiteiten, materialen,… De monitoring biedt de scholen de mogelijkheid om het proces te bewaken en te evalueren. ‘Sport beweegt je school’ kan dus worden opgevat als een beleidsinstrument maar vormt daarnaast eveneens het referentiekader en de leidraad voor de schoolondersteuning. Deze schoolondersteuning, waarvan de krachtlijnen uitgeschreven werden in een visietekst ‘SVS-schoolondersteuning’, wordt uitgebouwd met VigeZ en in samenspraak met de pedagogische begeleidingsdiensten. ‘Sport beweegt je school’ zal gedurende 4 schooljaren aangeboden worden aan de scholen en dit gelijklopend met de beheersovereenkomst tussen SVS en de Vlaamse Overheid voor de periode van 2014-2017. Eerste resultaten: algemene deelname ‘Sport beweegt je school’ bereikt in zijn 1ste werkjaar 2152 scholen of 59,07% van de officiële scholen in Vlaanderen. Als we uitgaan van het aantal ‘scholen volgens de SVS-criteria’(3301 scholen i.p.v. 3643 officiële scholen) komen we aan bereik van 65,19%. Binnen het basisonderwijs bereiken we 70,11% van de ‘SVS-scholen’ (65,25% van de officiële scholen) en in het secundair 50,19% (of 40,86% van de officiële scholen). Voor het BuBaO is er een bereik van 68,87% en voor het Buso 65,21%. Er is dus wel een significant verschil van het bereik in het basis, BuBao en Buso enerzijds en het secundair onderwijs anderzijds. Dit is een behoorlijk resultaat dat in de lijn ligt van voorgaande acties die weliswaar louter actiegericht waren en geen beleidsmatige inspanningen vroegen van de scholen. Als we hierbij de bedenking maken dat er nu heel wat meer gevraagd wordt, vooral op beleidsmatig vlak, is dit zeker een positief en bemoedigend resultaat. Het is dan ook hét prioritaire werkpunt voor SVS om deze 2152 scholen via de verschillende ondersteuningsniveaus, die in de structuur van SVS-schoolondersteuning voorzien zijn (naast de online-ondersteuning van het instrument), te helpen op een kwalitatieve manier hun bewegings- en sportbeleid procesmatig verder uit te bouwen. Een ander belangrijk werkpunt is het sensibiliseren en stimuleren van de scholen die nog niet bereikt worden. In het bijzonder zal er aandacht moeten zijn voor het secundair onderwijs. Met een bereik van 50,19 % ligt hier zeker nog een heel grote opportuniteit en uitdaging.
24
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014
Beginsituatie Op basis van de 40 bevragingspunten rond beleid, aanbod en focus werd een ‘nul-meting’ gedaan . Sterke punten voor gans Vlaanderen zijn: de aandacht voor het welbevinden (plezierbeleving en zich goed en veilig voelen), de samenwerking met externe partners op het vlak van beweging en sport, de communicatie rond beweging en sport én de aandacht voor kwalitatieve kansen om te bewegen tijdens speeltijden en pauzemomenten. Zwakke punten zijn: de concrete uitwerking van het thema ‘fair play’, de inspraak van ouders en leerlingen in het beweeg- en sportaanbod en een aanbod onmiddellijk na de lesuren dat rekening houdt met specifieke doelgroepen. Prioritaire werkpunten ‘Sport beweegt je school’ legt veel nadruk op het stimuleren van het beleidsvoerend vermogen en dit werpt zijn vruchten af. Als meest aangeduid prioritair werkpunt kwam het uitwerken van een (uitgeschreven) visie voor het bewegings- en sportbeleid naar voor. Verder -in orde van groottegevolgd door meer aandacht voor de concrete uitwerking van fair play, de oprichting van een werkgroep ‘beweging en sport’, een aanbod van beweging en sport tijdens de middagpauze en de aandacht voor een geïntegreerde aanpak van beweging en sport gekoppeld aan gezonde voeding. Monitoring van het procesverloop De wijze waarop de scholen met dit instrument gewerkt hebben, is sterk verschillend. Er zijn scholen die met dit instrument daadwerkelijk en zeer concreet aan de slag gegaan zijn en bijvoorbeeld het proces en traject dat afgelegd werd om hun prioritaire werkpunten te realiseren, uitvoerig toelichten en uitschrijven in de ‘Monitoring’. Hiertegenover staat dat er bij 38% van de scholen (611 scholen) weinig of niets opgenomen is in de monitoring. Doordat dit voor de scholen een nieuwe manier van werken is, werd dit momenteel ook niet uitdrukkelijk aan de scholen gevraagd. Pas vanaf het tweede werkjaar dient de monitoring van het proces dat doorlopen werd, ook onderbouwd en uitgeschreven te worden. Toch geeft dit aantal een indicatie dat de vele scholen zich de werkwijze nog moeten eigen maken. Lauwering Van de 2152 scholen die ingeschreven waren voor ‘Sport beweegt je school’ werden 2021 scholen door SVS en Bloso weerhouden als ‘laureaat’. Zij hadden hun beginsituatie geregistreerd én minimum 3 prioritaire werkpunten aangeduid. 6 % van de scholen die gestart zijn met dit instrument, hebben aan de gevraagde criteria niet voldaan. Aandachtspunten voor de toekomst De gegevens uit de beginsituatie en de prioritaire werkpunten moeten verder geanalyseerd worden en kunnen zeker dienstig zijn bij de uitbouw van de schoolondersteuning. Het geeft een goed beeld wat de lacunes zijn en voor welke domeinen de scholen meer en minder belangstelling hebben en dit voor de drie bouwstenen. Daarnaast kan ook het SVS-aanbod voor de komende jaren rekening houden met de belangstellingspunten van de scholen zoals de interesse om het thema fair (-play) meer aanbod te laten komen, de aandacht voor middagsport, de conclusies betreffende de sport na de lesuren, enz.
25
‘Sport beweegt je school’ - Evaluatieverslag 2013-2014