Studie- en beroepscoaching (SBC) Het studie- en beroepscoachingsprogramma ondersteunt studenten bij het opbouwen van zelfkennis en het optimaal inrichten en benutten van hun studie. Studie- en beroepscoaching (SBC)....................................................................................1 Programmaoverzicht SBC blok 2 .......................................................................................2 Eindopdracht: Functioneringsgesprek................................................................................4 Eindopdracht: Studiedossier en dummy ...........................................................................5 Eindopdracht: Halfjaarverslag ............................................................................................8 Studieregiepunten ..............................................................................................................9 Workshop 1: Presenteren ................................................................................................11 Workshop 2: Samenwerken .............................................................................................15 Workshop 3: Vergaderen .................................................................................................19
Doelstelling en opdrachten Het doel van het vak SBC is dat je je bewust wordt van je eigen ontwikkeling, studiegewoonten en ambities. Daarnaast werk je aan beroepsvaardigheden die je als hbo-er nodig hebt om goed in de praktijk te kunnen functioneren. Bovendien wil de opleiding graag weten hoe je tegen de opleiding aankijkt en wat je ideeën zijn over interactieve media. In drie workshops van 100 minuten werk je aan beroepsvaardigheden als presenteren, vergadertechnieken en samenwerken. Verder richt je je studiedossier in, maak je een halfjaarverslag en bereid je je voor op het functioneringsgesprek met je coach in januari. In dit gesprek evalueer je het eerste half jaar en trek je conclusies over het vervolg: Zit je bij IAM op de goede plek? Waar ben je goed in? Wat heb je nog te leren?
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-1-
Programmaoverzicht SBC blok 2 Activiteiten, oefeningen, deliverables en data Lesprogramma Week 48
Workshop 1 – Schriftelijk presenteren Presentatie: Overzicht blok 2 en overzicht SBC Opdracht: Kennismakingsspel Opdracht: Schriftelijk presenteren / Inleverprotocol Opdracht: Evaluatie Blok 1 in Questback Huiswerk: Kaft voor halfjaarverslag Week 49
Workshop 2 – Samenwerken Opracht: Kaften bekijken Oefening: Samenwerken Opdracht: Structuur studiedossier Huiswerk: Reflectie vakken blok 1 Week 50
Workshop 3 – Vergaderen Oefening: Vergaderen Opdracht: Sterkte/zwakte analyse Opdracht: Studieregiepunten in kaart brengen Huiswerk: Verslag afmaken Kerstvakantie Week 1
Opleveren Halfjaarverslag Deadline: 8 januari voor 17.00 uur bij kamer 05A07 Week 2
Toetsweek andere vakken Week 3 en 4
Functioneringsgesprek Je voert het functioneringsgesprek volgens het gesprekkenrooster opgesteld de loop van het blok. Neem je agendapunten, laptop met studiedossier en dummy(s) mee naar het gesprek.
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-2-
Vak
Functioneringsgesprek
Studiejaar Periode(s) Aantal studiepunten Docenten
Propedeuse Blok 2 1 studiepunten Hein Bijvoet, Jaap Evenhuis, Eva Van den Eijnde, Bart-Jan Steerenberg, Jos Kok, Sonja Rouwhorst, Jacinta Sambell en Brit Wijnmaalen
Leerdoelen − De student heeft zicht op en werkt actief aan zijn eigen studiegewoonten, ambities en ontwikkeling en verzamelt zelfstandig bewijslast van zijn ontwikkeling. − De student kan persoonlijke leerdoelen vaststellen en concretiseren. − De student kan zijn ontwikkeling en plannen toelichten in een gesprek. Plaats in het leerplan Studenten voeren in het propedeusejaar een aantal gesprekken met hun coach en vakdocenten van de opleiding. In deze gesprekken wordt de afgelopen periode geëvalueerd en worden plannen gemaakt en doelstellingen vastgelegd voor de komende periode. Deze gesprekken hangen samen met het persoonlijk ontwikkelplan van de student. In het eerste blok voert de student een kennismakingsgesprek, in blok 2 een functioneringsgesprek en het jaar wordt afgesloten met een eindejaarsgesprek. Werkwijze Het tweede gesprek is een functioneringsgesprek. Dit gesprek - met de coach - heeft als doel het eerste half jaar evalueren en conclusies trekken over het vervolg: doorgaan met de studie en het formuleren van voornemens of de studie staken en nadenken over een alternatief. Als voorbereiding op het gesprek neemt de student gedurende blok 2 deel aan een aantal werkgroepen. Voorafgaande aan het gesprek levert de student een halfjaarverslag op en verzamelt werk om te laten zien. Toetsing Aan het einde van blok 2 maakt de student een afspraak met zijn coach voor het functioneringsgesprek en voert het gesprek. Het gesprek wordt gevoerd aan de hand van het halfjaarverslag en het digitale verzamelde werk. De beoordeling inclusief feedback wordt tijdens het gesprek bekend gemaakt. Aanvulling of herkansing is mogelijk tot twee weken na afloop van blok 2. Over de aard van de aanvulling maakt de student afspraken met zijn coach. Een herkansing kan in overleg met de coach worden afgesproken. Criteria Halfjaarverslag: − Het halfjaarverslag is compleet, verzorgd, gestructureerd en geschreven in goed Nederlands. − De student beschrijft in het verslag een goed beeld van het verloop van het afgelopen half jaar en van zijn leerdoelen, affectie en ambitie voor het tweede half jaar van de propedeuse. − Het verslag is voorzien van een originele kaft, voorwoord, inleiding, inhoudsopgave en paginanummering. Studiedossier: − Het studiedossier is geordend, compleet en geeft een overzichtelijk beeld van het tot nu toe gemaakte werk van de student. Functioneringsgesprek: − De student geeft in het functioneringsgesprek een helder beeld van zijn ontwikkeling in het eerste half jaar van de propedeuse. − De student verwoordt in het functioneringsgesprek een goed beeld van zijn leerdoelen, affectie en ambitie voor het tweede half jaar van de propedeuse (en het verdere vervolg van de opleiding en carrière). Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-3-
Eindopdracht: Functioneringsgesprek Overzicht van je ontwikkeling en ambities Na de kennismaking in het eerste blok is het tweede gesprek halverwege het jaar een functioneringsgesprek. Dit gesprek heeft als doel het eerste half jaar te evalueren en je conclusies te laten trekken over het vervolg: doorgaan met de studie en het formuleren van voornemens of de studie staken en nadenken over een alternatief. Dit gesprek vindt plaats voor 1 februari i.v.m het feit dat je wellicht wilt afhaken en je studiefinanciering niet in gevaar wilt brengen. Voor studenten die zich voor 1 februari uitschrijven blijft de tot dan toe ontvangen studiefinanciering een gift (als het hun eerste hbo studie is). Na 1 februari wordt de studiefinanciering bij staken van de studie omgezet in een lening.
Opdracht Bereid een functioneringsgesprek van ongeveer 20 minuten voor en voer het gesprek met je coach. De gesprekken vinden plaats in lesweek 9 en 10 (kalenderweek 3 en 4 van 2010). Je bent zelf verantwoordelijk voor het vastleggen van een afspraak in de laatste les. Ter voorbereiding van het gesprek stel je agendapunten op (neem deze mee naar het gesprek). Naast een aantal verplichte agendapunten ben je vrij om al je vragen te stellen of bepaalde onderwerpen aan bod te laten komen. De verplichte agendapunten zijn: 1. Studievoortgang 2. Leerdoelen/Studieregiepunten 3. Vooruitblik Naast de agenda dienen je studiedossier, dummy en halfjaarverslag als basis voor het gesprek. In je verslag neem je je reflectie en je plannen op. Je studiedossier en dummy bevatten de bewijzen en onderbouwing van je reflectie en plannen. De kwaliteit van je voorbereiding en de wijze waarop je het gesprek voert zijn medebepalend voor de beoordeling in blok 2.
Toetsing: Voorafgaande aan het functioneringsgesprek levert de student een halfjaarverslag op. Aan het einde van blok 2 maakt de student een afspraak met zijn coach voor het functioneringsgesprek en voert het gesprek. Het gesprek wordt gevoerd aan de hand van het halfjaarverslag en het digitaal studiedossier. De beoordeling inclusief feedback wordt tijdens het gesprek bekend gemaakt. Het verslag, de presentatie van het studiedossier en het gesprek moeten met minimaal een voldoende worden beoordeeld. Aanvulling of herkansing is mogelijk tot twee weken na afloop van blok 2. Over de aard van de herkansing maakt de student afspraken met de coach.
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-4-
Eindopdracht: Studiedossier en dummy Overzicht van je ontwikkeling en ambities Binnen de opleiding Interactieve Media leg je een digitaal studiedossier aan als onderdeel van je persoonlijke ontwikkelplan.
Opdracht Houd een digitaal studiedossier en een dummy bij.
Studiedossier Je digitale studiedossier is gericht op je studieloopbaan en bevat ‘documenten’ die je ontwikkeling en ambities zichtbaar maken en is de etalage waarin je je kwaliteiten en capaciteiten tentoonstelt.
Dummy Je dummy geeft een beeld van je interesses en de wijze/aanpak waarop je tot ontwerpen/resultaten komt. Je studiedossier en dummy neem je mee naar het functioneringgesprek in lesweek 9 of 10 (kalenderweek 3 of 4 2010). Zorg zelf voor een laptop. De inhoud en verzorging van je studiedossier en dummy worden in het functioneringsgesprek in lesweek 9 of 10 (kalenderweek 3 of 4 2010) besproken.
Inhoud en vorm studiedossier Het digitale studiedossier kan gezien worden als een piramide van het werk van de student.
Deze piramide wordt van onderaf opgebouwd. Het studiedossier bevat de verzameling met het complete werk van de student. Uit deze complete verzameling kan een selectie worden gemaakt waarmee de ontwikkeling van de student wordt geïllustreerd. Daaruit kan vervolgens het beste werk worden geselecteerd om een showcase/portfolio samen te stellen. Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-5-
In blok 2 maak je een start met het structureel verzamelen van werk in het dossier, in blok 4 ga je aan de slag met de presentatie en structuur van je showcase/portfolio. Het is van belang om je dossier continu bij te houden. Het studiedossier bestaat voor een groot deel uit een verzameling beroepsproducten die in het kader van een project of vak zijn gemaakt. Andere beroepsproducten, zoals plannen, broncode, ontwerpdocumentatie, projectverslagen, onderzoeksrapporten, enzovoort, zijn net zo goed relevant voor je professionele ontwikkeling. De vormgeving van het studiedossier is functioneel. Het kan een eenvoudige mappenstructuur op je computer zijn, een worddocument met links naar de producten, een wordpressblog, of iets dergelijks. Zolang je studiedossier maar compleet en geordend is en alleen relevante informatie bevat. Maak het zo dat iemand anders zonder uitleg begrijpt wat hij waar kan vinden. Er horen dus niet vijf versies van één bestand in te zitten. Zorg dat je van alle vakken of projecten waaraan jij hebt meegewerkt de eindversie zelf bezit. Projecten vormen het grootste deel van de inhoud van het studiedossier. Alles wat op één of andere manier bijdraagt aan een professionele ontwikkeling (vakken, projecten, studieregiepunten) wordt hier ‘project’ genoemd. Je studiedossier speelt een belangrijke rol bij het functioneringsgesprek. Voor ieder project wordt het volgende beschreven: • Metadata o Naam van het project o Periode waarin het gemaakt werd o Studiefase o Vak/opdrachtgever o Type (groepsopdracht | individueel) o Rol(len) die jij had o Categorie o Tags • Opdracht en doelstellingen o Korte opdrachtomschrijving (in één zin) o Eigen doelstellingen • Proces en werkzaamheden o Samenwerkingsverbanden o Doorlopen stappen o Eventueel tussenproducten • Visuals ( één of meer beelden van het project ) • Producten (tekst ) Downloads en links naar alle deliverables/beroepsproducten, zoals ontwerpdocumentatie, projectverslagen, demo’s, eindproduct, et cetera. Een belangrijk criterium voor een goed studiedossier is dat het actueel en volledig is. Het is van belang dat het studiedossier regelmatig aangevuld wordt met nieuw gemaakt materiaal. Het studiedossier houd je gedurende je hele studie bij. De inhoud van je studiedossier speelt een belangrijke rol bij het functioneringsgesprek. Daarnaast gebruik je het voor het opstellen van je portfolio in blok 4, je persoonlijk ontwikkelplan en jaarverslag.
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-6-
Voorbeeld Stadsspelen Amsterdam www.stadsspelen-amsterdam.nl/mediafreaks looptijd: november 2009-april 2010 waarvoor: propededeuse Interactieve Media, Hva opdrachtgever: Gemeente Amsterdam type opdracht: teamproject mijn rol: 20% projectleider / 80% ontwikkelaar categorie: internetsite tags: overheid, nonprofit, gemeente, amterdam, internet, jongeren, scholen spelen, creatief, interactief, media Het doel van het project was om een manier te bedenken om jongeren met hun school bekend en enthousiast te maken voor de stadsspelen van Amsterdam. Wij wilden met ons team vooral een levendige site met veel interactie maken, zodat jongeren ook puur voor de lol op de site zouden komen. Ik wilde zelf vooral oefenen met de rol van projectleider, dat had ik nog nooit eerder gedaan. Ons team bestond uit een groep van vijf studenten waarin ik eerst de rol van projectleider had, maar tegen het einde van het project ging ik steeds meer bouwen, omdat ik dat het best kon. Toen nam iemand anders de rol van projectleider over. Doorlopen stappen: debriefing, brainstormen, concept, ontwerp prototype, testen, herontwerp, bouwen, testen, presenteren, oplevering met documentatie. Bijgevoegd: Visual 1 Visual 2 Visual 3 Debriefingsrapport Onderzoeksrapport Testrapport Documentatie voor de klant
Dummy Naast je studiedossier is het ook interessant om te weten op welke wijze je tot je producten/resultaten komt. Om je inspiratiebronnen, interesses, aanpak en proces vast te leggen heb je een dummy gekregen. Een dummy is naast een boekje om aantekeningen in te maken ook bedoeld als een ‘schetsboek’ waarin je schets, interessante ideeën opschrijft, intrigerende afbeeldingen plakt, kattebelletjes scribbelt, boeiende artikelen opneemt... →
Je hebt de eerste dummy van de opleiding gekregen. Je dummy geeft een beeld van je interesses en de wijze/aanpak waarop je tot ontwerpen/resultaten komt. Je bent verder vrij hoe je je dummy vult en vorm geeft.
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-7-
Eindopdracht: Halfjaarverslag Studiegewoonten – Vakgebied IAM – Schot voor de boeg Je halfjaarverslag bestaat uit twee delen. In het eerste deel kijk je terug op je ontwikkeling in het eerste half jaar, het reflectie-deel. In het tweede deel presenteer je je persoonlijke doelen en plannen voor het tweede half jaar, het plannen-deel.
Opdracht Stel een halfjaarverslag op bestaande uit: Kaft: -
Het kaft bestaat uit een beeldende weergaven van je toekomstbeeld / een citaat dat op jouw ontwikkeling van toepassing is Reflectie: - Per vak een overzicht van je ontwikkeling in het eerste halve jaar, je huidige niveau en je studieresultaten (zie oefening vakreflectie). - Je persoonlijk SWot (zie oefeningen) met conclusie - Samenvatting/conclusie eerste half jaar van maximaal 200 woorden. Plannen: - Je 3 leerdoelen/plannen voor de studieregiepunten van dit jaar inclusief toelichting, voortgang en resultaten (zie oefening leerdoelen). - Schot voor de boeg - jouw definitie van het vakgebied en jouw ideale toekomstbeeld van jouw rol binnen het vakgebied. Naast inhoudelijke kwaliteit zorg je dat je halfjaarverslag er professioneel uitziet (kaft, inleidingen, paginanummering, correct taalgebruik). Zet je naam, studentennummer en klas op de kaft van je halfjaarverslag. Omvang ongeveer 7 A4 en een kaft. Lever je persoonlijk ontwikkelplan uiterlijk vrijdag 8 januari 2010 vóór 17.00 uur in bij je coach (lesweek 7 – kalenderweek 1). De inhoud en verzorging van je persoonlijk ontwikkelplan worden in het functioneringsgesprek in lesweek 9 of 10 (kalenderweek 3 of 4 van 2010) besproken.
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-8-
Studieregiepunten Werken aan je eigen ontwikkeling De achtergrond van studenten Interactieve Media is zeer divers qua vooropleiding, leeftijd, voorkennis en werkervaring, waardoor ook de leerbehoefte divers is. In het propedeuseprogramma is daarom ruimte voor individuele ontwikkeling. Je moet in dit studiejaar drie studieregiepunten behalen – dit kun je uitspreiden over vier blokken. De praktijk leert echter dat veel studenten in blok 4 starten – dat is niet wenselijk omdat je het dan al druk genoeg hebt. →
Elke student moet in de propedeuse drie studieregiepunten verdienen door het behalen van persoonlijke leerdoelen. Je hebt in het eerste jaar de ruimte om aan drie zwakke en/of uitdagende punten te werken, welke van student tot student zullen verschillen.
Doel van de studieregiepunten Het doel van de studieregiepunten is dat iedere student minstens 84 uur (3 studiepunten) actief is buiten het reguliere programma om - de opleiding biedt je vakken en een project. Daarnaast vinden wij het belangrijk dat je ook je eigen talenten ontwikkelt door iets bijzonders te doen of tijd investeert in onderdelen waarin je minder goed bent.
Context van de studieregiepunten De studieregiepunten kunnen met allerhande inspanningen verdiend worden. Zo kun je actief meedoen met de open- en bezoekersdagen voor geïnteresseerde studenten of meedoen met de Tools-introductie. Je kunt door docenten gevraagd worden om als student-assistent ingezet te worden. Maar je kunt ook een aantal interactieve media evenementen bezoeken of een vakbeurs en daarover een presentatie geven. Een aantal mogelijkheden: − Tools-introductie: Tools ‘R’ us − Extra eigen scholing − Student-assistentschap: − organisatie open dagen of meeloopdag − organisatie lezing, conferentie… − scholing medestudenten − ontwikkelen lesmateriaal − Externe activiteiten (organisatie/deelname lezing, symposium, tentoonstelling…)
Plan van aanpak Als student ben je zelf verantwoordelijk voor het formuleren van leerdoelen, voor het opstellen van de plannen om die leerdoelen te bereiken en voor de uitvoering van die plannen. In de SBC bijeenkomsten word je ondersteund bij het opstellen van je leerdoelen en wordt de uitvoering gevolgd. Indien nodig kun je (vak)docenten om steun vragen bij het opstellen en behalen van je doelen. Voor het opstellen van je plannen kun je hulpmiddelen als STAR (Situatie, Taak, Actie, Resultaat) en SMART (Specific, Measurable, Achievable, Realistic, Time-bound) gebruiken. In ieder geval moet je de volgende aspecten opnemen: − Het leerdoel (wat ga je leren, wat wil je kunnen) − Te ondernemen acties − Het resultaat − Tijdsplanning en einddatum − Aantal uren dat je gaat besteden
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
-9-
In je halfjaarverslag dat je halverwege het jaar opstelt, neem je je plannen en de voortgang op. Op het moment dat je een leerdoel behaald hebt, toon je bewijs hiervan aan je SBC docent / coach waarna deze de bijbehorende studiepunten uitschrijft.
Nota bene − Je moet je plannen door je coach laten goedkeuren vóór je met de uitvoering start. Goedkeuring, puntentoekenning en normering worden besproken in het propedeuse docententeam waarbij rekening gehouden wordt met de individuele kwaliteiten en ontwikkeling van de student. − In blok 2 en blok 4 heb je in SBC bijeenkomsten ruimte om je persoonlijke leerdoelen af te ronden; bijvoorbeeld door een gastles of presentatie te verzorgen of door een lezing/event te organiseren. Dit moet vooraf afgestemd worden met de docent.
Criteria 1. je activiteiten vloeien voort uit de leerdoelen die je hebt opgesteld, en besproken met je coach, in je halfjaarverslag. 2. je hebt het plan van aanpak goed laten keuren door je coach. Eventueel in samenspraak met een andere docent. 3. je kunt aantonen dat je minstens één maal feedback hebt gehaald bij een docent afhankelijk van het onderwerp. 4. je studievoortgang is aantoonbaar gebaat bij de te ondernemen activiteiten. 5. je eindproduct of presentatie is verzorgd, helder en to the point. 6. het plan beslaat minimaal 28 uur (1 studiepunt staat voor 28 uur) 7. je mag maximaal 2 studieregiepunten behalen op techniekgebied (tools, flash, en andere technische cursussen door de opleiding aangeboden) Alleen als aan alle criteria is voldaan worden studieregiepunten toegekend. De uiterste datum om de studieregiepunten in te behalen is in blok 4 op vrijdag 18 juni 2010.
Voorbeelden Onderstaand een aantal voorbeelden van leerdoelen. Je ziet dat leerdoelen betrekking kunnen hebben op alle aspecten van je ontwikkeling: persoonlijkheid, algemene ontwikkeling, technische vaardigheden…
Voorbeeld 1 (STAR methode) Situatie: Taak: Actie:
Resultaat:
Ik wil een groep mensen kunnen overtuigen van mijn ideeën. Het voorbereiden en houden van een presentatie. Leren om doelen van een presentatie vast te stellen, een presentatie op te bouwen, presentatiemateriaal te maken, proefpresentaties te houden en non-verbale communicatie effectief in te zetten. Ik ga dit in het eerste half jaar toepassen in het project. Een effectieve presentatie houden en feedback ontvangen en verwerken.
Voorbeeld 2 (Plan van aanpak) Ik vind het van belang dat ik meer weet van actuele onderwerpen die spelen binnen het vakgebied. Het komende studiejaar wil ik daar een start mee maken. Ik ga dit jaar minstens vier ‘IAM-boeken’ lezen en vier ‘IAM-events’ bezoeken (lezingen of tentoonstellingen van vakverenigingen). Van de boeken en events schrijf ik een recensie die ik opneem in mijn portfolio. Het streven per blok is één boek en één event.
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
- 10 -
Workshop 1: Presenteren Presentatie: Overzicht blok 2 en overzicht SBC Opdracht: Bingo! Oefening: Schriftelijk presenteren / Inleverprotocol Evaluatie Blok 1: in Questback Huiswerk: Kaft maken
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
- 11 -
Bingo! Hoe goed ken jij je klasgenoten inmiddels?
Opdracht Hieronder staan uitspraken met daarachter twee vakjes. Je gaat op zoek naar twee mensen bij jou in de klas die beantwoorden aan de uitspraak. Spelregels: - Je mag niet rechtstreeks naar de omschrijving vragen. - Je mag geen zaken overnemen van iemand anders’ vel. Degene die zijn hokjes als eerste vol heeft roept: Bingo! Na afloop worden de uitspraken een voor een doorgenomen en staan alle mensen op die aan de vraag beantwoorden. Tijdsduur: 20 minuten
Woont zelfstandig Woont bij ouders / familie Beoefent een teamsport Heeft muziek als grootste hobby Heeft IAM werkervaring buiten school Eigen bedrijf (gehad) Komt op de fiets naar school Woont meer dan een uur reizen van school Heeft HAVO als vooropleiding Heeft MBO als vooropleiding Kon al in Actionscipt programmeren voor blok 2 begon Is een kei in Flash Heeft het liefst een hond als huisdier Houdt van vakanties in de natuur Houdt van strandvakanties
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
- 12 -
Schriftelijk presenteren Tijdens je studie moet je regelmatig werkstukken, projectdocumentatie of andere geschreven stukken opleveren. Allerlei elementen kunnen ervoor zorgen dat tekst makkelijk leesbaar is.
Opdracht: Inleverprotocol opstellen Maak duo’s en bedenk samen voorwaarden waaraan een schriftelijk werk altijd moet voldoen. Schrijf al je voorwaarden op post-its. Na 10 minuten worden alle minimum-eisen verzameld op een flip-overvel. Tijdsduur: 15 minuten De opgestelde punten uit alle groepen worden verzameld en samengesmeed tot een inleverprotocol. Vanaf dat moment kun je ingeleverde werk vooraf zelf checken op deze basisvoorwaarden.
Minimum eisen schriftelijk ingeleverd werk: -
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
- 13 -
Plagiaat Als je een schriftelijk product moet maken, heb je daarbij vaak informatie nodig die door anderen is geschreven of bedacht. Onderzoeksresultaten, plaatjes, grafieken, etc. Dat is meestal geen probleem, zolang je erbij vertelt dat die gegevens van iemand anders zijn. Dat wordt door studenten regelmatig “vergeten”. Dat is plagiaat en daarmee fraude. Plagiaat is het kopiëren van andermans teksten en die inleveren alsof het van jou is. Of het nou om grote stukken gaat of een enkele zin, of je teksten van het internet hebt gebruikt of van een klasgenoot: je mag nooit iets zomaar opnemen in je eigen tekst zonder te refereren aan de originele bron of schrijver. Ook het grotendeels overnemen van tekst en slechts hier en daar een eigen woord toevoegen is plagiaat. Op de meeste hogescholen en universiteiten wordt plagiaat als ernstig misdrijf gezien en er kunnen zware straffen op volgen. In het ergste geval kun je worden uitgesloten van toetsen voor de duur van een jaar. Zorg er daarom voor dat je altijd de bron vermeldt waar je de tekst uit hebt overgenomen. Ook al gaat het om een enkele zin.
Huiswerk volgende week: Ontwerp je kaft -
Zoek een citaat dat iets vertelt over jou, of over de waarden waar jij voor staat. Schets op visuele wijze een bijpassende situatie die het citaat verklaard Verwerk dit citaat en schets op visuele wijze in het kaft voor je halfjaarverslag. Gebruik geen clip art. Zelf tekenen/ontwerpen mag wel. Neem je kaft met het citaat (met bronvermelding uiteraard!) uitgeprint mee naar de volgende les
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
- 14 -
Workshop 2: Samenwerken Opdracht: Kaften bekijken Opdracht: Samenwerken / coaching Oefening: Structuur studiedossier / Reflectie vakken blok 1 Huiswerk: Vakreflecties blok 1 af
Studie- en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2009-2010 – BW
- 15 -
Kaften presenteren Welk citaat zegt iets over jou?
Opdracht 1. Hang je kaft op de muur 2. Bekijk de citaten en schetsen van de anderen en beargumenteer of je vindt dat ze passen bij de maker. Tijdsduur: 20 minuten
Studie en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2007/08 - BW - pag 16
Samenwerken Hoe geef jij inhoud aan “samenwerken”?
Opdracht: speel het Knollenspel (bron: SOVA-groep) - Verdeel de klas op in twee groepen. Uit elke groep gaan 6 mensen het spel spelen, de rest observeert. Verdeel de observatievragen over de overige studenten. - Na afloop worden iedere ervaringen nabesproken. Tijdsduur: 40 minuten
Observatiepunten Knollenspel op principes van samenwerking • Is er sprake van een duidelijke taakverdeling? • Zo ja, hoe dan? Zo nee, hoe gaat het dan in zijn werk?
•
Wordt de informatie in het begin gerouleerd? Wordt met de juiste informatie op het juiste moment aangesloten?
•
Is de werkwijze, de procedure voor iedereen even helder?
•
Doet iedereen mee aan het besluitvormingsproces? Beschrijf wat je ziet…
•
Wordt er naar elkaar geluisterd? Beschrijf wat je ziet…
•
Zijn er conflicten tijdens de bespreking?
•
Zo ja, hoe zijn die dan uitgewerkt?
Studie en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2007/08 - BW - pag 17
Studiedossier en vakreflecties Maak een archief van je werk
Opdracht: Lees de tekst over het studiedossier op pagina 5, 6 en 7. Bedenk wat jij moet doen om je studiedossier compleet te maken. Tijdsduur: 10 minuten
Bij het functioneringsgesprek kijk je onder andere terug op je resultaten van het afgelopen half jaar. Om je hiermee te helpen neem je in je persoonlijk ontwikkelplan een onderdeel vakreflecties op.
Huiswerk: Maak voor elk vak uit blok 1 en 2 een vakreflectie, door voor elk vak onderstaand schema in te vullen: 1. Omschrijf de kern van het vak in twee zinnen. 2. Geef aan welke onderdelen van het vak je beheerst en met welke onderdelen je moeite hebt (geef voorbeelden). 3. Geef je affiniteit voor het vak aan. Motiveer je antwoord. Let op dat je jezelf evalueert en niet de wijze waarop het vak gegeven wordt/is. Neem de reflecties op in je halfjaarverslag.
Vakreflectie: User Centred Development (blok 1)
Beoordeling: O/V/RV/G/U
Kern van het vak in twee zinnen
Deze onderdelen beheers ik
Met deze onderdelen heb ik moeite
Dit vind ik van het vak
Studie en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2007/08 - BW - pag 18
Workshop 3: Vergaderen Oefening: Vergaderen Opdracht: SWot-analyse Opdracht: Studieregiepunten in kaart brengen Huiswerk: Verslag afmaken
Studie en Beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2007/08 - BW - pag 19
Vergaderen Wat is het nut van vergaderen en wat is een nuttige vergadering? Welke ervaring heb jij met vergaderen? Hoe ging dat? Een vergadering is een formeel overleg waarin zaken worden vastgelegd. Het onderwerp, de plaats, de begin- en eindtijden de deelnemers staan van tevoren vast. Van een vergadering worden altijd notulen gemaakt. (zie voorbeeld in de bijlage op pagina 27). Op een vergadering worden besluiten genomen waar iedereen zich aan moet houden. Een van de kenmerken van IAM projecten is dat ze over het algemeen een multidisciplinair karakter hebben. Ze worden dan ook meestal met een team bestaande uit meerdere personen met verschillende specialismen uitgevoerd. Goed teamwerk lever je niet zomaar. Een aantal elementen is daarbij cruciaal: duidelijke gezamenlijke doelen, overeenstemming over de manier van werken en effectieve communicatie en heldere actielijsten bepalen het succes van een team. Niet ieder gesprek is een vergadering. Een informeel overleg bijvoorbeeld. Als een groepje collega’s onder de koffie met elkaar een afspraak maakt, dan heeft die afspraak geen formele status. De collega die er niet bij was, hoeft zich ook niet aan die afspraak te houden. Wordt diezelfde afspraak in een vergadering gemaakt, dan geldt de afspraak voor iedereen; ook voor degenen die er niet bij waren. We spreken dus pas van een vergadering als het gesprek aan bepaalde kenmerken voldoet. Een vergadering heeft een formele status. Een vergadering heeft een agenda, een voorzitter, een notulist en deelnemers. Indien er genoeg tijd is, bekijk dan een stukje van de film.
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 20
Opdracht Bij vergaderingen kun je drie rollen onderscheiden die elk hun eigen inbreng hebben: - de voorzitter (opent de vergadering, bewaakt de tijd, zorgt voor besluitvorming, sluit af) - de notulist (stuurt vooraf de agenda aan alle betrokkenen, notuleert tijdens de vergadering en stuurt na afloop de notulen rond) - deelnemers Kies uit de klas een voorzitter en een notulist. Bedenk als duo welke taken de drie rollen voor, tijdens en na een vergadering hebben. Denk ook na wat gewenst en ongewenst gedrag is. De voorzitter en de notulist krijgen ca. 5 minuten om de vergadering voor te bereiden volgens onderstaande case. Kies een aantal deelnemers (max. 6 deelnemers). Zei krijgen ook 5 minuten om te brainstormen over mogelijkheden. Daarnaast zijn er observatoren, zij houden in de gaten of er volgens de spelregels wordt vergaderd.
Case: Bedenk een IAM-uitje voor de klas (duur: 20 minuten) Studenten in de propedeuse kennen elkaar meestal nog maar kort. Om de teambuilding te bevorderen is het idee ontstaan om een klassenuitjes te organiseren.
Probleemstelling Bedenk een leuk IAM-klassenuitje voor jullie klas en zorg dat dat aan de volgende randvoorwaarden voldoet:
Randvoorwaarden: • • • •
Het moet makkelijk bereikbaar zijn vanuit school Er zit een activiteit in het uitje waardoor teambuilding ontstaat De kosten mogen niet meer bedragen dan 15,- euro per persoon Zorg dat er op een bepaald moment iets te eten en drinken is
•
Bonus: er is een IAM studieregiepunt te behalen met de activiteit.
Wees creatief! Misschien kun je een rondvaartboot lenen, wil de band waar je in speelt wel gratis optreden of kun je de kantine van je sportclub gebruiken. Plenair nabespreken. 10 minuten De notulist geeft weer wat er besproken is. Kort rondje voorzitter, notulist en deelnemers, dan de observatoren. Totale tijdsduur: 35 minuten
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 21
Observatiepunten 1. Voldoet de voorzitter aan de onderstaande aspecten? • welkomstwoord • korte toelichting onderwerp • waarom relevant? 2. Houdt de voorzitter zich aan: • Plannen • Informeren • Voorbereiden • Structureren en leidinggeven • Samenvatten en notuleren 3. Wat voor type vergadering is het volgens jou? o voorlichting o meningsvorming o besluitneming 4. Heeft de voorzitter de vergadering onder controle? • langs welke weg aanpakken? o fasen (volgorde) • inbreng deelnemers o wat kan iedereen bijdragen? • aspect tijd o tot hoe lang vergadert men? • is alles helder voor iedereen? o controle • formuleer een open startvraag o speel de bal af! o wie krijgt het woord? 5. Wat heb jij nog meer gezien dat je als feedback aan de voorzitter wil geven?
Tips voor effectief vergaderingen: 1. Beleg alleen een vergadering als dat echt nodig is. 2. Bedenk of jouw aanwezigheid nodig is. 3. Vergader met een agenda waarin per onderwerp tijd is toegewezen. 4. Begin en eindig op tijd. 5. Zorg voor duidelijke notulen met een actielijst waar in staat wie wat doet voor welke deadline.
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 22
Persoonlijke SWOT SWOT betekent: Strength, Weakness, Opportunities, Threats. Met andere woorden: waar ligt je kracht, wat zijn je zwaktes, waar liggen kansen en wat vormt een bedreiging (in je omgeving)? In een SWOT maak je een analyse van sterke en zwakke punten. Binnen marketing wordt een SWOT toegepast om een bedrijf te analyseren. Maar je kunt een SWOT ook gebruiken om jezelf onder de loep te nemen. De functie van de SWOT is om in kaart te brengen aan welke punten je moet gaan werken. Je leert om aan andere studenten te vertellen waar je goed of juist niet goed in bent. Bij sterke en zwakke punten kun je denken aan je studievaardigheden (bv. Waar ben je al goed in?: Samenwerken, presenteren, programmeren?), je kennis van de vakgebieden (bv. Beheers je een tweede taal vloeiend? Heb je al een andere opleiding gevolgd?) En, wat beheers je minder goed? Kansen kunnen liggen in (bijzondere) studieactiviteiten, of je aan hobby’s gerelateerde activiteiten. Bedreigingen liggen vaak in privé omstandigheden, maar soms ook in de houding van andere studenten, bijbanen, hobby’s. Ook de inrichting en opzet van de studie kan een bedreiging voor je zijn. Je kunt de testen die je tijdens IAM ON! hebt gemaakt, de evaluatie van IAM ON! en andere oefeningen natuurlijk als inspiratie gebruiken bij het invullen van de kwadranten. Leg de beoordelingen van jezelf en van anderen over jou naast elkaar en stel de SWOTmatrix op. Stel vervolgens een lijstje op met 4 punten die extra aandacht nodig hebben in jouw ontwikkeling tot beroepsbeoefenaar. Dit zijn punten waaraan jij persoonlijk meer aandacht moet besteden om toch aan het eind van de studie startbekwaam te zijn. Doe dit in volgorde van belangrijkheid. Vul in ieder geval de bovenste kwadranten in en als je kunt ook de onderste.
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 23
Strenght/Sterktes
Weaknesses/Zwaktes
Je zwakten
intern
Waar ben je zwak in? Waar heb je veel moeite mee als het om jezelf gaat?
Je sterkten Waar ben je goed in? Welke drie opleidingscompetenties zul jij waarschijnlijk probleemloos verwerven in de loop van je studie? Wat draagt bij aan jouw succes? Wat zijn je beste prestaties tot nu toe? Welke verklaringen heb jij voor je succes?
extern
Opportunities/Kansen
Welke slechte ervaringen heb je opgedaan en in hoeverre verklaren die je zwakten? Wat zou je graag veel beter kunnen? Op welke manier worden je prestaties beïnvloed door je zwakten? Welke 3 competenties zullen voor jou moeilijk te behalen zijn voor de duur van je studie?
Threats/Bedreigingen
Kansen voor je studie/loopbaan Welke trends/kansen/uitdagingen zie je op dit moment in het gekozen werkveld?
Bedreigingen voor je studie/ loopbaan
Wat doe jij op dit moment om deze kansen Welke bedreigingen ervaar je door je te benutten? omgeving? Welke doelen heb je gesteld ten aanzien van je studie/loopbaan?
Zie je bepaalde obstakels voor het verdere verloop van je studie/loopbaan?
Welke kansen zie je voor jou als gevolg Zijn er trends of bedreigingen in je studie van nieuwe technologie, ontwikkelingen in je of werkveld te onderkennen, die een studie, het vakgebied, e.d.? bedreiging voor jouw functioneren vormen?
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 24
Van leerdoel naar studieregiepunten Leerdoelen formuleren concretiseren uitvoeren reflecteren Binnen de opleiding Interactieve Media ben je zelf verantwoordelijk voor je ontwikkeling. Om die eigen verantwoordelijkheid te stimuleren moet elke student in de propedeuse drie studiepunten verdienen door te werken aan persoonlijke leerdoelen (studieregiepunten). Voor elk studieregiepunt stel je een plan op, voer je het plan uit en bekijk je na afloop of je doel bereikt is.
Opdracht Stel plannen op voor de studieregiepunten die je nog moet behalen (A). Evalueer het resultaat van de leerdoelen die je al behaald hebt (B). A. Nog te behalen studieregiepunten 1. Lees de tekst over leerdoelen en studieregiepunten in de ‘Eindopdracht: Persoonlijk ontwikkelplan’ nogmaals door. 2. Bekijk de resultaten van je SWOT analyse. 3. Maak de onderwerpen waar je wat aan (zwakte verbeteren) of mee (sterkte versterken) wilt doen concreet en stel vervolgens een plan op. − Pak de onderwerpen één voor één aan. − Wees daarbij zo concreet mogelijk. − Denk goed na hoe je ondersteund wilt of kunt worden. B. Reflectie op al behaalde studieregiepunten 1. Stel alsnog het plan op (als je dat al niet gedaan had). Definieer daarbij goed wat het doel was (ook (of juist) als de activiteit door de opleiding aangeboden werd). 2. Bekijk in welke mate je doel bereikt is (of de voortgang daarvan). Geef voorbeelden waaruit dat blijkt. Geef aan of er nog een vervolg is (waar ga/kun je de resultaten toepassen, wat ga je er verder mee doen). C. De beste plannen worden klassikaal besproken. Tijdsduur: 30 minuten Na afloop Leg in je persoonlijk ontwikkelplan de keuze voor je leerdoelen uit. Leg uit waarom je juist aan die ambities of zwakke punten gaat werken (benut je SWOT). Neem verder de plannen zelf en de eventuele voortgang en resultaten op.
Om aan leerdoelen te kunnen werken is het zaak om eerst de leerdoelen goed te doorgronden, wat is nu precies het verbeterpunt? Dit is geen gemakkelijke zaak omdat er vaak veel aspecten mee spelen. Je moet eerst goed kunnen benoemen waar de ‘zwakte’ of ‘ambitie’ om draait, dit proces heet concretiseren. Als je het leerdoel hebt geconcretiseerd komt de vraag aan de orde hoe je ambitie kunt bereiken of hoe je je probleem kunt oplossen.
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 25
Voorbeeld:
Leerdoel:
Leren presenteren
Concretiseren:
Ik wil de angst om te presenteren overwinnen. Omdat ik het eng vind om voor een groep mensen iets te zeggen ben ik bang dat ik ga stotteren, blozen, verkeerde dingen zeg of dat ik van alles vergeet. Juist daardoor gebeurt dat ook.
Oplossing:
Goed voorbereiden en vooraf oefenen in een veilige omgeving: − De presentatie uitschrijven. − Oefenen. − De belangrijkste trefwoorden op kaartjes schrijven. − Weer oefenen en daarbij de tijd bijhouden. − De techniek testen en ruim op tijd aanwezig zijn. − Vooraf bedenken hoe te handelen als er iets mis gaat (bijv. rustig even op de kaartjes kijken als ik de draad kwijt ben of denk iets te vergeten en dat dan ook vertellen tegen het publiek). − De presentatie geven voor het vak Marketing.
Huiswerk Maak je halfjaarverslag af en lever het in op vrijdag 8 januari 2010 bij kamer 05A07. Ter voorbereiding van het gesprek stel je een agenda op (neem deze mee naar het gesprek). Naast een aantal verplichte agendapunten ben je vrij om al je vragen te stellen of bepaalde onderwerpen aan bod te laten komen. De verplichte agendapunten zijn: 1. Studievoortgang 2. Leerdoelen/Studieregiepunten 3. “Schot voor de boeg” Je bent zelf verantwoordelijk voor het meenemen van je laptop en dummy tijdens het gesprek. Zorg dus dat je een werkende laptop hebt en maak back-ups van je werk.
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 26
•
Voorbeeld notulen
Studie- en beroepscoaching propedeuse Interactieve Media 2008/09 - pag 27