Certificeringtraject Startbekwaamheid bve Prestatie van: Naar aanleiding van de workshop Loopbaanleren De MBO-docent begeleidt studenten bij het vormgeven van de loopbaan in het perspectief van het beroepsprofiel en de persoonlijke ontwikkeling 1. Ik moedig de student aan zijn leerervaringen in en buiten de opleiding onder woorden te brengen en met elkaar in verband te brengen. 2. Ik stel reflectievragen zodat de student kan reflecteren op studievoortgang, beroeps- en loopbaanvaardigheden, en beroepsidentiteit (bij middenkader niveau 4 opleidingen op leidinggevende vaardigheden). 3. Ik begeleid de student in zijn ontwikkeling van loopbaancompetenties: wat wil ik, wat kan ik, wat doe ik en wat maak ik waar, zodat de student zichzelf tijdens en na de opleiding kan sturen in zijn beroepsontwikkeling of vervolgopleiding. 4. Ik begeleid de student in keuzes wat waar (school of praktijk) wanneer geleerd wordt (in afnemende sturing). 5. Ik draag eraan bij dat de student passende inzichten en adviezen krijgt wat te doen met zijn ambities en capaciteiten. 6. Ik signaleer verzuim en andere belemmerende factoren voor het leerproces en studievoortgang en onderneem actie. 7. Ik onderhoud contacten met alle functionarissen (binnen en buiten de school) die rond het leerproces van de student een rol spelen. 8. Ik evalueer met de student of het leerproces leidt tot gewenste resultaten. 9. Ik begeleid studenten bij het maken van keuzes gericht op hun studie en loopbaan. 10. Ik help studenten bij de ontwikkeling van hun beroepsidentiteit.
Reflectie van: Tony Philippi Ik help studenten bij de ontwikkeling van hun beroepsidentiteit. Ik signaleer verzuim en andere belemmerende factoren voor het leerproces en studievoortgang en onderneem actie.
1. Hoe vond ik het om deze prestatie te doen? Een leerzame prestatie is dit geweest. Niet zozeer het onderdeel ”ontwikkeling van hun beroepsidentiteit” maar wel de verzuim casus die ik tijdens deze prestatie heb behandeld. Het laten maken van een opstel waarin de leerlingen de insteek van hun beroepsidentiteit moeten verwoorden was redelijk gemakkelijk. Er blijkt weinig verandering te zijn als ik de gemaakte opstellen en de intakegesprekken van een paar maanden terug vergelijk. Wel prettig is om te kunnen inschalen op wat voor niveau de Nederlandse taal beheerst word. Dit is in sommige gevallen toch wel erg laag en de verschillen binnen de groep is groot. Ik ga dit doorspelen aan de docent die de generieke vakken verzorgt. Ik zal hem de opstellen verschaffen zodat hij een extra tool heeft om de leerlingen, die het nodig hebben, extra te gaan begeleiden met de Nederlandse taal. De verzuim casus die ik behandeld heb is een bijzondere. Na diverse gesprekken en afspraken die gemaakt zijn met deze bepaalde leerling(zie bewijsmaterialen in portfilio) zijn er bijzondere ontwikkelingen geweest. De dag na het gesprek wat ik persoonlijk met hem heb gevoerd waarin ik hem heb herinnerd aan de gemaakte afspraken kwam hij niet opdagen en was tevens niet te bereiken. Ik heb hem nota bene dat lijstje meegegeven zodat hij vandaaruit kon gaan presteren. De dag erna kwam hij om 14:00 uur aanzetten met de opmerking dat hij avonddienst had. Ik gaf aan dat dit niet klopte en dat op zijn rooster te zien was. Na de vraag waar hij de dag ervoor
Certificeringtraject Startbekwaamheid bve was bleef het even stil en kwam hij met het excuus dat hij teveel aan zijn hoofd had. Ik heb hem gemeld dat hij zich niet aan de afspraken had gehouden en heb hem doorverwezen naar Tim Bambacht, de coach. Ik was op dat moment ook druk met de andere leerlingen die praktijkwerkzaamheden moesten uitvoeren, dus ben niet gelijk meegegaan met hem naar de coach. Ongeveer 20 minuten later ben ik aangeschoven bij dat gesprek. Voor mij was eigenlijk de kous af maar kwam tot de ontdekking dat de coach hem nog een kans wilde geven. Ik heb benadrukt dat ik het hier niet mee eens was maar om de coach te ondersteunen hem een allerlaatste kans wilde geven. Wel heb ik aangegeven dat hij aan drie dingen moest voldoen de komende dagen: 1. Het op tijd zijn en maken van de TOA toets. 2. De dag erop aanwezig te zijn bij de huiswerkbegeleiding voor het leren van de toets. 3. Een voldoende halen voor de toets die hij de week ervoor gemist heeft. Alleen als hij deze drie punten positief zou bewijzen had ik enigszins het vertrouwen terug kunnen krijgen. De dag van de TOA toets was hij op tijd aanwezig maar de volgende dag had hij zich alweer verslapen(zie bewijsmateriaal e-mail van Tim Bambacht). De toets moet maandag 21 mei worden gemaakt. Een bijzondere casus dus waar ik mijn handen en hoofd vol van heb. Vooral nu dat de coach, doordat hij voor de leerling heeft geregeld dat hij in een schuldsaneringstraject word geplaatst is hem extra lucht geeft. Deze leerling blijft maar niet beseffen wat we allemaal voor hem doen en dat hij de spil is in deze casus en zijn verantwoordelijkheden moet nemen.
2. Welke van bovenstaande competenties heb ik door de prestatie ontwikkeld, hoe, vervolg? Door het laten maken van het opstel en de vergelijking te trekken met de intakegesprekken heb ik de leerlingen kunnen laten nadenken over hun beroepskeuze. Deze werkvorm had ik nog nooit toegepast en blijkt dus behalve hun beroepsidentiteit ook inzicht te verschaffen op het gebied van de beheersing van de Nederlandse taal. Ik zal in de toekomst mijn klas meer van soortgelijke werkvormen als opdracht te geven en hun proberen te sturen op zinsvorming en grammatica. Ik zal wel vak gerelateerde opdrachten geven zodat ik niet in het vaarwater kom van de docent generieke vakken. Betreffende de competenties die zijn voorgevallen tijdens de verzuim casus heb ik me redelijk sterk ontwikkeld. Het vastleggen van de beelden en afspraken op papier zetten met de leerling heb ik in het verleden nog nooit gedaan. Dit maakt het voor mijzelf wel overzichtelijker en kan ik terugvallen op de bewijsmaterialen die ik kan overleggen met de betrokkenen. Ik heb duidelijk gesignaleerd wat het probleem was en heb daar overleg over gepleegd met externe begeleider en interne coach. Ik heb ook duidelijk actie ondernomen(zie filmpje verzuimgesprek) aangaande deze casus. Ik heb aangegeven welke belemmerende factoren er zijn die we moeten oplossen voordat deze leerling het traject kan vervolgen. Qua evalueren en gesprekstechnieken blijf ik me door ontwikkelen en word ik beheerster en georganiseerder. Ik vind dat ik steeds standvastiger word qua afspraken die ik met leerlingen heb. In voorgaande jaren was ik veel soepeler en makkelijker te bespelen als het om afspraken ging(those days are over).
Certificeringtraject Startbekwaamheid bve 3. Welke competenties vragen nog aandacht, hoe ga ik daaraan werken? Ik denk dat alle voorgenoemde competenties nog kunnen verbeteren. Ik ga nog strakker worden qua afspraken en zal dit ook overleggen met de interne coach. Hij is in dit geval te soepel geweest en heeft hem nogmaals twee kansen gegeven na de afspraken die zijn gemaakt en niet waren nagekomen. Hierover zal ik dus met de coach gaan zitten hoe we dit in het vervolg oppakken. Afspraak is afspraak lijkt me en er moet echt een gegronde reden zijn om hier van af te wijken. Dat was hier dus niet echt het geval behalve dan dat er een schuldsaneringstraject voor de leerling in het verschiet is. In het filmpje van het verzuimgesprek valt me op dat ik lichamelijk erg bewegelijk ben en dat dit storend kan overkomen(onprettig zittende stoel misschien). Hier ga ik de volgende keer rekening mee houden om wat rustiger over te komen. 4. Wat heb ik geleerd over mijzelf? Het belangrijkste wat ik over mezelf heb geleerd tijdens deze prestatie is toch wel dat ik standvastiger ben gebleken als het gaat om bepaalde procedures en afspraken. In het verleden was ik juist degene die extra kansen en mogelijkheden gaf aan leerlingen die zich niet aan de afspraken hielden. Nu weet ik beter in te schalen wie voor dit soort extra opties in aanmerking komen. Dat wil dus zeggen dat mijn mensenkennis(leerlingenkennis) expandeert en ik sneller conclusies kan trekken in verschillende situaties 5. Wat heb ik geleerd van de theorie? Ik heb tijdens deze prestatie zoveel in de praktijk geleerd dat de theorie(het boek Loopbaanleren) hierdoor op de achtergrond is geschoven. Ik heb hieruit wel mee kunnen nemen dat er op pedagogisch vlak nog veel winst te behalen is. Door de juiste aandacht en sturing bij de leerling te leggen kan er een hoop bereikt worden. Het boek geeft ook aan dat de afleidingen buiten de scholing om cruciaal kunnen zijn voor het afronden van een opleiding. Dit komt bij mijn “speciale leerlingen” regelmatig voor en heb hier elke dag mee te maken. De soms hachelijke privé omstandigheden zijn bepalend voor het behalen van de opleiding. Vanuit de gelezen theorie word voor mij wel duidelijk waarom de hedendaagse manier van onderwijs niet echt succesvol blijkt. Voorbeelden vanuit mijn oogpunt zijn er genoeg. Mijn leerlingen hebben bijvoorbeeld grote moeite met zaken als het maken van een POP, een portfolio, zelfsturing en reflecteren op zichzelf. Dit laatste is het grootste probleem voor ze. Als je vraagt om na te denken waarom ze in een bepaalde situatie de fout in zijn gegaan, is al snel het antwoord; het is nou eenmaal zo gegaan, ik weet nu beter en volgende keer komt het wel goed(wat meestal ook zo blijkt te zijn). De rode draad door de theorie is dat vanuit het competentiegericht onderwijs de leerling dieper moet graven in zijn eigen arbeidsidentiteit en ontwikkelingen moet kunnen aantonen in zijn competenties. Ik ben het hier deels mee eens, maar zou toch liever een middenweg zoeken. Meer ondersteuning geven in zelfsturing en niet al te diepgaande reflecties opleggen voor de leerlingen. Deze zaken zijn voor adolescenten nog moeilijk te begrijpen, vooral wat de achterliggende gedachte hiervan is. Ze zitten voornamelijk in een levensfase waarin ze op zoek zijn naar hun eigen identiteit en kunnen deze naar zichzelf toe behoorlijk lastig verwoorden, laat staan naar de buitenwereld. Mijn doelgroep kijkt gewoonweg anders tegen dit soort competenties aan. Ze komen om te leren koken en de vak
Certificeringtraject Startbekwaamheid bve theorie eigen te maken en niet om allerlei persoonlijke zaken op papier te zetten(dit zijn hun reacties als je ze vraagt om de voorgenoemde competenties op te pakken). We hoeven wat mij betreft echt niet terug naar het systeem van het oude leren. Nieuwe onderwijsvormen zoals op het gebied van digitale en didactische werkvormen is er genoeg winst te behalen. We zijn misschien wat doorgeslagen in de verwachtingen van de jongeren op gebied van competentie gericht onderwijs en het loopbaanleren. Laat ze kennis maken met de combinatie van praktijksituaties en de theoretische vakkennis. De persoonlijke ideeën over hun identiteit en ontwikkelingen komen vanzelf wel naarmate de ervaring en het zelfvertrouwen groeit. Als ik mijn leerlingen zo ver kan krijgen de concentratie te verleggen(hoe moeilijk dat soms ook is) naar de opleiding, kan ik ze laten slagen voor het MBO- 2 niveau diploma. Ik zal tijdens mijn zomervakantie dit boek nogmaals aandachtig doorlezen omdat het nogal verwarrend overkomt en structureel niet echt lekker in elkaar zit, waardoor het moeilijk te lezen en te volgen is. 6. Wat heb ik gehad aan de begeleiding en feedback, wat kan beter, hoe ga ik daarvoor zorgen? Ik heb vanuit verscheidene gesprekken feedback gekregen van de interne coach en de externe begeleider. Ik merk ook dat ik na aanleiding van de bewijsmaterialen en de diverse gesprekken met betrokkenen, mijzelf ook van feedback aan het voorzien ben. Dat wil zeggen dat ik kritischer kijk naar mijn eigen optreden en daar verbeterpunten in terugzie en hier op in speel. Ik had qua gedocumenteerde feedback te weinig tijd om dit nog te verzorgen. De betrokkenen waren allemaal druk en mijn tijd quotum voor deze prestatie was zo’n beetje wel verstreken. In de toekomst dus beter inplannen en meer tijd uittrekken voor een casus als deze. 7. Hoe verliep de planning, wat kan beter, hoe ga ik daarvoor zorgen? Ik heb me redelijk goed aan de planning kunnen houden tijdens deze prestatie. Er ging gewoon erg veel tijd zitten in het uitoefenen van deze prestatie. De bewijsvoering, alle evaluatiegesprekken, de opdrachten laten uitvoeren tijdens de lessen, integreren in lesplanning, feedback vragen en overleg met de leerlingen neemt veel tijd in beslag. Nog strakkere organisatie en meer tijd inplannen zijn de uitkomst voor deze tekortkomingen mijner zijde. Wel prettig om in de toekomst te weten waar ik aan toe ben in zo’n geval en hier op in te spelen. 8. Feedback van werkplekbegeleider op reflectie Hallo Tony, Je merkt dat je als startende docent het nogals eens erg druk kan krijgen en dat je misschien in je eigen valkuil loopt door te amitieus te zijn. Dat is niet erg dat hoort er nu eenmaal bij. Liever ambitieus dan routine matig. Wat ik lees uit je verslag (heb nog niet te tijd gehad om je videoverslag te bekijken) is dat je nu gemerkt hebt om consequent te zijn in je afspraken, dat je een goede afstemming moet hebben (beleid) met de interne begeleiders en dat de leerlingen tussen de afspraken geen vinger kunnen krijgen. Ik raad je aan om van alle gesprekken (waar jij en een leerling even
Certificeringtraject Startbekwaamheid bve voor gaat zitten) dat je wat aantekeningen maakt van het gesprek. Verder denkt ik dat je met de CK afspraken moet maken van hoeveel overtredingen en welke overtredingen van afspraken gevolgen hebben voor de leerling. (ik denk nog even aan het credit syteem, wat niet bleek te werken) Als dit van af het begin van de opleiding goed met de leerlingen wordt gecommuniceerd en jij als mentor een goede registratie hiervan maakt. Dan heb je later in het traject veel plezier van. Je conclusie is dan ook terecht bij ad7 dat je heel goed in time management moet zijn. hoe lullig het ook klinkt " maar wie schrijft die blijft" Ander andere kant begrijpt ik ook hoe moeilijk het is om juiste deze doelgroep zich aan afspraken te laten houden, het zijn niet voor niks schooldropouts. Het lijkt nu allemaal heel veel werk maar bedenk dat je hoe voor volgend jaar veel aan hebt als je het BVE traject succesvol hebt afgesloten. Oke Tony nog een klein stukje en zet hem op..... Groet Herman