Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
p. 1 Niveau 3
Lang leve de fiets Fietsers leven gezonder. Dat is nu wel zeker.
Wie regelmatig fietst, leeft langer.
Dokters in Denemarken onderzochten 30 jaar lang 30 000 mensen. Daarbij waren 17 000 mannen en 13 000 vrouwen. De jongste was 20 jaar. De oudste was er 93. Van die 30 000 mensen vielen de fietsers op. Ze werden minder snel ziek. Ze bleven het langst gezond. Ze leefden ook langer. De dokters waren verbaasd. Sommige andere mensen deden immers veel meer aan sport. Toch waren die mensen niet zo gezond als de fietsers. De beste oplossing voor een lang leven is dus regelmatig fietsen. Het moet niet meer dan een kwartier per dag zijn. Kruip dus op uw tweewieler. Want dat kan toch iedereen! (w)
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
1
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
Waar of niet waar? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Het is nu zeker dat fietsers gezonder leven. Dokters onderzochten 30 jaar lang 30.000 mensen. De fietsers vielen op in het onderzoek. De dokters hadden dat verwacht. Alle andere mensen deden veel meer aan sport. De beste oplossing voor een lang leven is dus zoveel mogelijk fietsen. 7. Je moet wel meer dan een kwartier per dag fietsen.
2
p. 2 Niveau 3
.............................. .............................. .............................. .............................. .............................. .............................. ..............................
Zoek het antwoord in de tekst. 1. Waar deed men een onderzoek? ......................................................................................................................... 2. Hoeveel mensen werden onderzocht? ......................................................................................................................... 3. Hoelang duurde het onderzoek? ......................................................................................................................... 4. Waarom vielen de fietsers op? ......................................................................................................................... 5. Waarom waren de dokters verbaasd? ......................................................................................................................... 6. Wat is de beste oplossing voor een lang leven? ......................................................................................................................... 7. Hoeveel tijd neemt dat in beslag? .........................................................................................................................
3
Zoek de betekenis op in je woordenboek. abcdefghijklmnopqrstuvwxyz 1. verbaasd: ......................................................................................................... ......................................................................................................................... 2. regelmatig: ....................................................................................................... ......................................................................................................................... 3. immers: ........................................................................................................... .........................................................................................................................
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
1
3
p. 3 Niveau 3
Wat is ongeveer hetzelfde? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
2
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
de tweewieler verbaasd regelmatig opvallen minder snel het kwartier zeker
15 minuten de fiets niet zo snel elke dag zonder twijfel verwonderd
1. 2. 3. 4. 5. 6. in het oog springen 7.
......................... ......................... ......................... ......................... ......................... ......................... .........................
= = = = = = =
......................... ......................... ......................... ......................... ......................... ......................... .........................
Wat is het tegengestelde? 1. minder snel
bijna alle
1.
......................... .........................
2. 3. 4. 5. 6. 7.
onzeker niemand de oudste ziek sneller korter
2. 3. 4. 5. 6. 7.
......................... ......................... ......................... ......................... ......................... .........................
de jongste gezond langer sommige iedereen zeker
......................... ......................... ......................... ......................... ......................... .........................
Kruis aan wat het betekent. 1. Van die 30 000 mensen vielen de fietsers op. De fietsers vielen meer dan de anderen. Van de onderzochte mensen waren vooral de fietsers opvallend gekleed. Bij het onderzoek kwam men tot andere resultaten bij de fietsers. 2. Sommige andere mensen deden immers veel meer aan sport. Fietsen is eigenlijk geen sport. Er werden ook mensen onderzocht die meer inspanningen leverden. Sommige anderen beoefenden meer dan één sporttak. 3. Het moet niet meer dan een kwartier per dag zijn. Je mag maar één kwartier per dag fietsen. Eén kwartier sporten per dag is voldoende. Eén kwartier fietsen per dag is voldoende.
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
1
3
p. 4 Niveau 3
Wat past bij elkaar? 1. 2. 3. 4. 5.
2
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
ziek gezond verbaasd aan sport zeker
blijven zijn doen zijn worden
1. 2. 3. 4. 5.
......................... ......................... ......................... ......................... .........................
-
......................... ......................... ......................... ......................... .........................
Zet de lettergrepen in de goede volgorde. 1. ken - De - mar - ne 2. sing - op - los
1. 2.
............................................. .............................................
3. 4. 5. 6. 7
3. 4. 5. 6. 7
............................................. ............................................. ............................................. ............................................. .............................................
ge - mi - som wie - twee - ler tig - ma - gel - re der - een - ie mers - im
Welk woord is fout? Schrijf de zin met het goede woord. 1. Fietsers leven ongezonder. ......................................................................................................................... 2. Dat is nu niet zeker. ......................................................................................................................... 3. Dokters uit Denemarken zochten 30 jaar lang 30 000 mensen. ......................................................................................................................... 4. Van die 30.000 mensen vielen de fietsers meer. ......................................................................................................................... 5. Sommige andere mensen deden niet veel meer aan sport. ......................................................................................................................... 6. Toch waren die mensen niet zo ziek als de fietsers. ......................................................................................................................... 7. De beste oplossing voor een rustig leven is dus regelmatig fietsen. .........................................................................................................................
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
1
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
p. 5 Niveau 3
Kruiswoordraadsel. Zoek het woord onder de pijl. 6 7
1
9 8 2
t
3 w 4
4
5 r
HORIZONTAAL (van links naar rechts)
VERTICAAL (van boven naar onder)
1.
zo leven fietsers
6.
zij deden het onderzoek
2.
niet twijfelachtig
7.
daar gebeurde het onderzoek
3.
elke dag
8.
verwonderd
4.
niet de jongste - wie op twee wielen rijdt
9.
15 minuten
5.
elkeen
Het woord onder de pijl is: .................................................
De oplossing van het kruiswoordraadsel vind je op p. 8.
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
1
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
p. 6 Niveau 3
Zelf schrijven. Bedenk een titel voor je tekst.
Wat denk jij over het onderzoek? Neem je zelf vaak de fiets? Of onderneem je andere dingen om fit en gezond te blijven? Schrijf er een korte tekst over.
.............................................................
......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... .........................................................................................................................
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
p. 7 Niveau 3
......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... ......................................................................................................................... .........................................................................................................................
Tekst uit: Wablieft 340
Centrum Basiseducatie Brusselleer Gezondheid
Oefenmap lezen en schrijven Lang leve de fiets
p. 8 Niveau 3
Oplossing kruiswoordraadsel. 6 d 1
g
e
2
z
z
o
7 n
D
k
e
t
n
e
k
e
e
r
r
u
d
k
v
w
t
e
a
m
w
r
r
s
a
e
b
t
r
e
g
k o
8
r
3
4
9
s
t
e
e
l
m
w 4
f
n
i
a
t
a e
t
e
s
e e
d
l 5
i
e
d
e r
Tekst uit: Wablieft 340
r
e
e
i
n
r
g