●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
Concept CO2 inventarisatie ●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
Carbon Footprint Analyse 1e helft 2010
Opdrachtgever Project Datum Referentie Auteur
HEVO B.V. CO2 prestatieladder 13 september 2010 1000110-0107.01 Corine Koolen
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
Niets uit deze uitgave mag zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van HEVO B.V. worden gekopieerd, noch aan derden ter inzage worden gegeven.
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
Reitscheweg 1
Postbus 70501
T +31 (0)73 6 409 409
[email protected]
KvK Brabant 16029774
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
5232 BX 's-Hertogenbosch
5201 CB 's-Hertogenbosch
F +31 (0)73 6 410 118
ISO 9001-gecertificeerd
BTW 0011.60.461.B01
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
3
2. 2.1. 2.2. 2.3.
Organisatie Rapporterende organisatie Organisatiegrenzen Energiestromen HEVO
5 5 5 6
3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
CO2-emissieinventarisatie Directe emissie (scope 1) Indirecte emissie (scope 2) Relatieve emissie Invloed van meetonnauwkeurigheden en onzekerheden
7 8 8 8 9
4.
Trendanalyse
11
5. 5.1. 5.2.
Bijlagen Bijlage 1: CO2-emissieinventarisatie scope 1 en 2, 1e helft 2010 Bijlage 2: Inkoop 2009
13 14 15
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 2 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
1.
Inleiding HEVO monitort en evalueert haar energieverbruik jaarlijks om tot verdere optimalisatie van haar energieverbruik te komen. Historisch gezien is 2009 het eerste jaar waarvoor HEVO haar emissies in kaart gebracht heeft. Dit jaar dient als basis of referentie jaar. HEVO heeft tevens haar 'Carbon Footprint' voor de eerste helft van 2010 vastgesteld. Een Carbon Footprint is de figuurlijke voetafdruk die een bedrijf achterlaat door de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen tijdens haar bedrijfsprocessen. De analyses zijn uitgevoerd conform het Greenhouse Gas (GHG) Protocol en ISO 14064-1. Hierin wordt ondersheid gemaakt naar drie emissiescopes, zie figuur 1.
Figuur 1. Scopediagram
De analyse over 2009 was een jaarrapportage. Vanaf 2010 brengt HEVO haar Carbon Footprint halfjaarlijks in beeld. Omdat dit de tweede inventarisatie is, is het mogelijk een trend in de CO2-uitstoot aan te geven. Daar waar noodzakelijk worden de cijfers over de 1e helft van 2010 omgerekend naar jaarcijfers om deze vergelijking mogelijk te maken. De inventarisatie van HEVO over 2009 en de eerste helft van 2010 gaan uit van scope 1 en 2 emissies. Scope 1 emissies (directe emissies) komen tot stand door energieverbruik voor de verwarming, brandstofverbruik door machines, brandstofverbruik door lease auto's en ontsnapte koelgassen van airconditioninginstallaties. Scope 2 emissies (indirecte emissies) komen tot stand door energieverbruik door elektriciteit, vliegkilometers en zakelijk gebruik privé auto's werknemers .
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 3 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
De emissies zijn gekwantificeerd door verbruiksgegevens (kilowattuur elektriciteit, kuub gas, liters diesel, etc.) om te rekenen naar emissies (ton CO2). Hierbij is gebruik gemaakt van de door ProRail beschikbaar gestelde conversiefactoren.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 4 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
2.
Organisatie
2.1.
Rapporterende organisatie HEVO B.V. is een zelfstandige werkmaatschappij van TBI Holdings B.V. HEVO voorziet opdrachtgevers met complexe huisvestingsvraagstukken van antwoorden die bijdragen aan een optimale leef- en werkomgeving. HEVO ondersteunt bij bijna elk facet van vastgoedontwikkeling: strategisch vastgoed- en huisvestingsadvies, projectmanagement, duurzaamheidsadvies en expertise. Daarbij streeft HEVO altijd naar gebouwen die duurzaam presteren. Voor opdrachtgevers in onderwijs, overheid, zorg en vastgoed.
2.2.
Organisatiegrenzen De eerste stap bij het opstellen van een CO2-emissieinventarisatie is het bepalen van de organisatiegrenzen. Deze definiëren ‘het bedrijf’ dat voor certificatie in aanmerking komt. HEVO B.V. heeft er voor gekozen gebruik te maken van de laterale methode voor het bepalen van haar organisatiegrenzen. Bij deze methode vielen in 2009 geen concernaanbieders binnen de organisatiegrenzen van HEVO. Voor de eerste helft van 2010 zijn de organisatiegrenzen opnieuw bepaald, waarbij gekeken is naar 80% van de inkoopomzet over 2009. Het volledige overzicht van aanbieders gerangschikt naar de inkoopomzet van HEVO in de eerste helft van 2010 is weergegeven in Bijlage 2. Hierbij vielen twee concernaanbieders binnen de 80% van de inkoopomzet van HEVO, te weten Wolter& Dros B.V. en Bouwbedrijf Hazenberg B.V.. Wolter & Dros is in oktober 2010 gecertificeerd op niveau 3, Hazenberg zal februari 2011 op niveau 3 certificeren. HEVO heeft echter in haar projecten geen invloed op de selectie van aannemers. De opdrachtgever van HEVO is aanbestedende dienst, HEVO is daarbij slechts gedelegeerd opdrachtgever. Alleen om de resultaatsverplichting die HEVO aangaat met haar opdrachtgevers na te kunnen komen, komen de aannemers bij HEVO onder contract en loopt dus de omzet via HEVO. Daarom wordt Hazenberg Bouwbedrijf niet in de boundary van HEVO opgenomen. Per 31 maart 2010 is HEVO B.V. voor 1/6 deel aandeelhouder in Blanxx B.V. Blanxx heeft geen vestigingen, personeel of bouwprojecten. Werkzaamheden in Blanxx worden uitgevoerd door werknemers van de aandeelhouders, in kantoorpanden van de aandeelhouders. Deze CO2 uitstoot wordt daarom automatisch in de inventarisatie van HEVO meegenomen. Blanxx wordt uitgesloten van de scope. Blanxx zal indien in de toekomst indien gewenst zelfstandig certificeren voor de CO2-prestatieladder.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 5 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
Figuur 2: organisatieschema TBI (april 2010)
2.3.
Energiestromen HEVO HEVO verbruikt op twee ‘locaties’ energie: op haar vestiging en door transportmiddelen. Op haar vestiging verbruikt HEVO energie door het gebruik van elektriciteit en voor de verwarming van het kantoorpand. HEVO heeft één kantoorlocatie in gebruik, in een verzamelpand aan de Reitscheweg te ’s-Hertogenbosch. HEVO heeft geen bouwlocaties. Voor haar transportmiddelen verbruikt HEVO energie door het gebruik van brandstof. HEVO maakt voor transport gebruik van leaseauto’s, privéauto’s die zakelijk ingezet worden en van vliegtuigen. Zie onderstaand schematisch overzicht. HEVO BV
Vestiging
Verwarming
Transport
Elektriciteit
Brandstof
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 6 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
3.
CO2-emissieinventarisatie De Carbon Footprint geeft de totale hoeveelheid broeikasgassen (CO2) weer die HEVO gedurende de onderzoeksperiode heeft veroorzaakt door haar bedrijfsproces. In de eerste helft van 2010 bedroeg de totale emissie van Hevo 336,58 ton CO2. De emissie werd veroorzaakt door het kantoorpand (34,4%), en transport (65,6%). De absolute emissie voor scope 1 en 2 emissies is weergegeven in de onderstaande tabel. Locatie
Scope 1 (t CO2)
Kantoorpand Transport Totalen
Scope 2 (t CO2)
Totaal (t CO2)
49,62
66,5
116,12
212,39
8,07
220,46
262,0
74,58
336,58
De emissie komt tot stand volgens de in figuur 3 weergegeven verdeling over emissiebronnen.
Figuur 3 CO2-emissieverdeling
Uit deze figuur blijkt dat 83% van de emissie veroorzaakt wordt door elektriciteitsverbruik en het leasewagenpark van HEVO.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 7 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
3.1.
Directe emissie (scope 1) De directe emissie van CO2 is gemeten en berekend als 262,0 ton CO2. Eigen wagenpark Het overgrote deel van de directe emissie, te weten 212,39 ton CO2 (81%), is toe te wijzen aan het brandstofgebruik van het eigen wagenpark. Het wagenpark van HEVO bestond in de eerste helft van 2010 gemiddeld uit 62 personenwagens, daarvan heeft 48% energielabel A of B en vallen 2 personenwagens in de categorie ‘ hybride middenklasse’ . In totaal is bij de leasemaatschappijen 1.055.619 kilometer gerapporteerd. Bij leaseauto’s is het niet mogelijk onderscheid te maken tussen zakelijke, privé en woon-werk kilometers. Leaseauto gebruik valt onder zakelijke kilometers en dus onder scope 1. Daarnaast valt woon-werk verkeer onder scope 3. Deze analyse gaat uit van scope 1+2 waardoor woon-werk verkeer niet meegenomen hoeft te worden. Omdat het niet mogelijk is om onderscheid te maken word er dus nu teveel emissie meegenomen bij scope 1. Stationaire verbrandingsapparatuur 49,62 ton CO2 (19%) van de directe uitstoot wordt veroorzaakt door het gebruik van stationaire verbrandingsapparatuur. Dit komt volledig voor rekening van de verwarming van het kantoorpand..
3.2.
Indirecte emissie (scope 2) De indirecte CO2-emissie is gemeten en berekend als 74,58 ton CO2. Elektriciteitsgebruik Het grootste aandeel van de indirecte emissies (66,5 ton CO2, 89%) kan worden toegeschreven aan ingekochte elektriciteit. Vliegreizen voor zakelijke doeleinden In de eerste helft van 2010 was er geen CO2-uitstoot als gevolg van vliegreizen. Privéauto’s voor zakelijk verkeer De overige 8,07 ton CO2 (11%) komt voor rekening van het gebruik van privé auto’s voor zakelijk verkeer. In de eerste helft van 2010 is in totaal 32.047 kilometer zakelijk gereden met een privé auto. De meeste werknemers van HEVO rijden in een leaseauto, waardoor het aandeel van de CO2-uitstoot door zakelijk gereden kilometers met een privé auto in verhouding laag zijn.
3.3.
Relatieve emissie De absolute emissie is goed te relateren aan bedrijfskenmerken als projecturen en aantal medewerkers. HEVO monitort haar emissie in de tijd aan de hand van emissie indicatoren. Als maatstaf voor de totale CO2-emissie is het aantal projecturen genomen. De reden hiervoor is dat HEVO een projectenorganisatie is die zijn activiteiten via projectmatige werkzaamheden verricht.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 8 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
Daarnaast wordt de CO2-emissie van het kantoorpand en van het transport tevens gerelateerd aan respectievelijk het aantal vierkante meters van het gebouw en het aantal gereden kilometers. De belangrijkste indicatoren voor 2009 zijn weergegeven in de onderstaande tabel. 1. Totale emissie gerelateerd aan het aantal projecturen in boekperiode [kg CO2/uur] 2. Emissie kantoorpand gerelateerd aan het aantal vierkante meters [kg CO2/m2] 3. Emissie transport gerelateerd aan het aantal gereden kilometers [g CO2/km] 4. Emissie lease auto’s gerelateerd aan het aantal gereden kilometers [g CO2/km] Indicator Totale emissie Emissie kantoorpand Emissie transport Emissie leaseauto’s
3.4.
Waarde 7,95 54,85 202,69 201,20
Eenheid kg CO2/uur kg CO2/m2 g CO2/km g CO2/km
Invloed van meetonnauwkeurigheden en onzekerheden Uit het voorgaande blijkt dat het overgrote deel van de CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door gebruik van het eigen wagenpark (212,39 ton CO2) en elektriciteitsgebruik (66,5 ton CO2). Het is dan ook van belang om deze uitstoot nauwkeurig vast te leggen. Scope 1: De meetgegevens van het brandstofgebruik van het eigen wagenpark zijn aangeleverd door de leasemaatschappij. De gegevens zijn verkregen op basis van een brandstofpas, die aan de betreffende leaseauto is gekoppeld. De kilometerregistratie is minder nauwkeurig aangezien niet elke werknemer zorgvuldig de gereden kilometers bijhoudt middels invoer van de kilometerstand bij het tanken. Daarom is gekozen om op basis van de brandstofgegevens de CO2-emissie te bepalen. De meetgegevens van het gasverbruik zijn voor de eerste helft van 2010 verzameld op basis van een eigen tussentijdse opname van de meterstand van de gasmeter. Deze wordt voldoende betrouwbaar geacht. Wel ontstaat een onnauwkeurigheid aangezien slechts een deel van het gebruikte gas in het kantoorpand wordt toeberekend aan HEVO en doordat de bemeterde periode met behulp van graaddagen is teruggerekend naar de periode t/m 30 juni. Scope 2: De meetgegevens van het elektriciteitsverbruik zijn verzameld door middel van maandelijkse bemetering door het elektriciteitsbedrijf. Deze worden voldoende betrouwbaar geacht. Wel ontstaat een onnauwkeurigheid aangezien slechts een deel van het elektriciteitsverbruik in het kantoorpand wordt toe berekend aan HEVO.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 9 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
De meetgegevens van het brandstofgebruik van privé voertuigen zijn verzameld op basis van door werknemers gedeclareerde kilometers. De meetgegevens van het vliegverkeer zijn aangeleverd door de financiële administratie. Er zijn deze meetperiode geen vliegreizen bij HEVO gedeclareerd of door HEVO betaald Verklaring van weggelaten CO2-bronnen of putten Conform pagina 20 van Handboek 1.1 van ProRail worden koelgassen in deze inventarisatie niet meegenomen. Airconditioningsystemen die ingezet worden door HEVO dienen ter koeling van het kantoorpand. Deze systemen worden als gesloten systeem beschouwd. Binding van CO2 vindt niet plaats, waardoor geen sprake is van putten. De verbranding van biomassa heeft binnen HEVO niet plaatsgevonden.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 10 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
4.
Trendanalyse HEVO monitort en evalueert haar energieverbruik halfjaarlijks om tot verdere optimalisatie van haar energieverbruik te komen. Historisch gezien is 2009 het eerste jaar waarvoor HEVO haar emissies in kaart gebracht heeft. Dit jaar dient als basis of referentie jaar. HEVO monitort haar emissie door emissie indicatoren. Hierin word de absolute emissie [ton CO2] gerelativeerd door algemene bedrijfskenmerken. De belangrijkste indicatoren zijn: 1. 2. 3. 4.
Totale emissie gerelateerd aan het aantal projecturen in boekperiode [kg CO2/uur] Emissie kantoorpand gerelateerd aan het aantal vierkante meters [kg CO2/m2] Emissie transport gerelateerd aan het aantal gereden kilometers [g CO2/km] Emissie lease auto’s gerelateerd aan het aantal gereden kilometers [g CO2/km]
Daar waar noodzakelijk worden de cijfers over de 1e helft van 2010 omgerekend naar jaarcijfers om deze vergelijking mogelijk te maken.
De absolute totale emissie is in de eerste helft 2010 ten opzichte van 2009 afgenomen met 19,6%. De relatieve totale emissie is in de eerste helft van 2010 ten opzichte van 2009 afgenomen met 21,3% (indicator 1). De relatieve emissie van het kantoorpand in kg CO2 per vierkante meter is met 37,1% afgenomen (indicator 2). De relatieve emissie van transport per kilometer is met 1,75% afgenomen (indicator 3). De gemiddelde uitstoot van de leaseauto’s in g CO2 per kilometer is met 1,5% afgenomen (indicator 4). De daling in de totale emissie is het gevolg van: Daling van het aantal vierkante meters dat in het kantoorpand in gebruik is: er staat een vleugel leeg, dus minder verwarming en verlichting. Minder medewerkers in dienst, dus minder transport en minder pc-gebruik.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 11 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
Het overstappen naar groene stroom per 1 januari 2010. Een aantal leaseauto’s categorie D en E is vervangen door leaseauto’s in categorie A en B.
In de eerste helft van 2010 is door HEVO alleen ten aanzien van de keuze van nieuwe leaseauto’s actief beleid gevoerd om de CO2-uitstoot te beperken. De overige oorzaken van de afname van de CO2-uitstoot zijn niet het gevolg van actief reductiebeleid.
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 12 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
5.
Bijlagen
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 13 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
5.1.
Bijlage 1: CO2-emissieinventarisatie scope 1 en 2, 1e helft 2010
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 14 van 15
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
www.hevo.nl
5.2.
Bijlage 2: Inkoop 2009
1000110-0107.01, d.d. 13 september 2010
Pagina 15 van 15