Bepalen speerpunten door raad t.b.v. Integraal Veiligheidsplan 2009-2012
maart 2009 Afdeling Veiligheid en Handhaving dhr. W. Ouwendorp
INHOUDSOPGAVE
Hoofdstuk1
Inleiding
3
Hoofdstuk 2 Terugblik Integraal Veiligheidsplan 2005-2008
5
Hoofdstuk 3 Werkwijze Integraal Veiligheidsplan 2009-2012
7
Hoofdstuk 4 Stap 1: Rapportage Geregistreerde Criminaliteit
10
Hoofdstuk 5 Stap 2: Criminaliteitskaart
16
Hoofdstuk 6 Stap 4: Bevolkingsonderzoek leefbaarheid en veiligheid
20
Hoofdstuk 7 Stap 5: Veiligheidsanalyse
24
Hoofdstuk 8 Financiën
25
2
HOOFDSTUK 1 INLEIDING Bepalen speerpunten door de raad De gemeenteraad is vertolker van de mening van de lokale bevolking en stelt gemeentelijk kaders ten aanzien van de aanpak van onveiligheid en controleert. De raad doet dit door het vaststellen van het lokale (meer)jarenbeleid waarin problemen, doelstelling, hoofdpunten van beleid en de samenwerking met partners wordt beschreven. Het IVP is het kader voor de aanpak van onveiligheid en wordt door de gemeenteraad vastgesteld. De gemeenteraden leveren daarnaast (mede door het lokale IVP) input aan de burgemeester bij de totstandkoming van het regionaal beleidsplan van de politie. De burgemeester verantwoordt de gang van zaken en het beleid bij openbare orde gerelateerde incidenten tegenover de gemeenteraad. De burgemeester geeft de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Keuze Speerpunten Voor het IVP 2005-2008 zijn de speerpunten bepaald door gemeente, politie en brandweer. Terecht heeft de gemeenteraad enkele keren opgemerkt dat het onjuist is dat zij niet is betrokken bij de voorbereiding van de keuze van de speerpunten. Natuurlijk heeft de raad het IVP als zodanig kunnen vaststellen, maar het zou beter zijn geweest als de raad vooraf betrokken was geweest bij de totstandkoming van de gekozen speerpunten als zodanig. Voor het IVP 2009-2012 is dan ook een grote rol weggelegd voor de gemeenteraad als het gaat om het bepalen van de speerpunten voor de komende jaren. De gemeenteraad maakt haar keuze op basis van: - Wettelijke verplichtingen, - De evaluatie van het IVP 2005-2009, - De rapportage geregistreerde criminaliteit van de politie zoals verwerkt in voorliggend stuk met bijbehorende analyse (hoofdstuk 7), - Regionale Veiligheidsstrategie 2008-2011, - Bevraging van de diverse doelgroepen door de gemeenteraad op 12 mei 2009. Dus na de avond op 12 mei 2009 zal de gemeenteraad op basis van bovenstaande komen met een voorstel tot de speerpunten. De bovengenoemde evaluatie van het IVP 2005-2009 treft u als bijlage aan en geeft een goed beeld welke maatregelen er afgelopen jaren zijn genomen voor welke gebieden. Stramien Veiligheidsanalyse Het College stelt de raad voor om bij de keuze van de speerpunten gebruik te maken van het ‘Stramien Veiligheidsanalyse’ waar in totaal 30 gemeentelijke veiligheidsthema’s verspreid zijn over 5 veiligheidsvelden, zie tabel 1.
3
Bespreking met de raad op 12 mei 2009 Als vervolg op de voorbesprekingsronde van 14 april 2009 wordt de gemeenteraad tijdens de Avond van de Raad op 12 mei in de gelegenheid gesteld om met sleutelfiguren m.b.t. veiligheid in gesprek te gaan. Door een uitgebreide voorbesprekingsronde van 2 uur te organiseren, kan de gemeenteraad zich een nader beeld vormen van wat deze sleutelfiguren van belang vinden om aan u mee te geven t.b.v. de kaderstelling voor het nieuwe IVP. U kunt tijdens de voorbesprekingsronde op 14 april 2009 aangeven welke sleutelfiguren dienen te worden uitgenodigd, waarbij gedacht kan worden aan: - onderwijs (Revius / vertegenwoordiger lagere scholen), - jeugdwerker / Wijkhuis, - wijkteamchef politie, - brandweercommandant - voorzitters winkeliersverenigingen De Heul, De Horden en Binnenstad, - ondernemingskring, - portefeuillehouder integrale veiligheid en beleidsadviseur integrale veiligheid, - adviseur Crisisbeheersing, - ouders, buurtbewoners, jongeren. Op basis van deze avond -en de eerder genoemde punten- zal de raad komen met een speerpunten-voorstel voor het IVP aan het College. Deze speerpunten zullen vervolgens vertaald moeten worden in concrete acties en projecten voor de komende jaren.
4
HOOFDSTUK 2 TERUGBLIK INTEGRAAL VEILIGHEIDSPLAN 2005-2008 Integraal Veiligheidsplan 2005-2008 Door de gemeente Wijk bij Duurstede is met behulp van Adviesbureau Van Dijke in 2005 een Integraal Veiligheidsplan 2005 - 2008 (IVP)opgesteld, waarin een aantal aanbevelingen is gedaan om te komen tot een eigentijds lokaal veiligheidsbeleid. In dat IVP is de veiligheidssituatie in beeld gebracht waarbij een indeling van 30 veiligheidsthema’s in vijf veiligheidsvelden is gebruikt. Na de vaststelling van het IVP door het college van B&W op 25 januari 2005 is op basis van deze inventarisatie een vijftal speerpunten vastgesteld. Deze zijn: 1. Jeugd en veiligheid / overlast, 2. Uitgaan en overlast, 3. Huiselijk geweld, 4. Brandveiligheid gebouwen, 5. Veiligheid bedrijfsterreinen. In 2005 is per speerpunt een workshop gestart waarbij diverse partners in het veiligheidsveld betrokken zijn geweest. In de workshops is zo accuraat mogelijk de huidige en de gewenste situatie in beeld gebracht alsmede de beoogde effecten en evaluatiepunten. Per speerpunt, uitgezonderd ‘Uitgaan en overlast’ is een matrix opgesteld waarin de uitkomsten zijn verwerkt. De reden dat van ‘Uitgaan en overlast’ geen aparte matrix is opgesteld is omdat hiervoor een horecaconvenant is opgesteld. Evaluatie In 2008 is een evaluatie gemaakt van het IVP 2005-2008. Hieruit bleek dat de geplande acties vrijwel allemaal uitgevoerd waren en tot de gewenste resultaten hadden geleid. Wat echter niet wilde zeggen dat enkele speerpunten geen aandacht meer zouden behoeven. Bij de evaluatie van het Integraal Veiligheidsplan 2005-2008 zijn de inwoners van de gemeente Wijk bij Duurstede betrokken. Zo hebben de inwoners kunnen aangeven welke maatregelen van de gemeente helpen, welke problematiek men in het dorp of de wijk ervaart en hoe dit aangepakt zou kunnen worden. Om de inwoners hierover te spreken heeft de burgemeester met de coördinator veiligheid, politie en brandweer eind 2007 de diverse wijken in Wijk bij Duurstede en de dorpen Langbroek en Cothen bezocht. Dit is gebeurd volgens de Hartman-methode, wat betekent dat op een plek in de wijk of het dorp een tent met daaronder een tafel met stoelen neergezet werd. Inwoners van de wijk of het dorp konden aanschuiven om te praten over veiligheid. In totaal is met circa 120 inwoners uit Wijk bij Duurstede, Cothen en Langbroek gesproken. Opvallend is dat iedereen aangegeven heeft het prettig wonen vind in de gemeente en zich veilig voelt. Naar aanleidingen van de bezoeken aan de wijken en de kernen kunnen een aantal zaken geconcludeerd worden:
5
-
-
Het is opvallend dat iedereen aangeeft prettig en veilig te wonen in de gemeente Wijk bij Duurstede, Bij doorvragen over jeugd en verkeer bleek dat in vrijwel alle wijken en kernen naar voren kwamen dat de overlast en rommel door de jeugd en overlast door te hard rijden een punt van aandacht is, Verder was men niet altijd even positief over het onderhoud van het openbaar groen door de gemeente.
6
HOOFDSTUK 3 WERKWIJZE INTEGRAAL VEILIGHEIDSPLAN 2009-2012 Inleiding Jaren geleden beschikte lang niet alle gemeenten over een IVP. Tussen de IVP’s die beschikbaar waren zaten veel onderlinge verschillen. Vanwege gebrek aan eenduidigheid was dit voor de andere partners in veiligheid zoals politie en justitie moeilijk werken. De afgelopen jaren zijn dan ook diverse initiatieven ontplooid om meer eenduidigheid te creëren tussen de IVP’s van de gemeenten. Ook is ingestoken op meer samenwerking tussen de partners zoals het bepalen van gezamenlijke speerpunten. Hieronder vindt u verschillende werkwijzen waarbinnen het IVP van Wijk bij Duurstede tot stand komt: 1. Commissie Van Vliet 2. Stramien Veiligheidsanalyse 3. Regionale Veiligheidsstrategie Commissie Van Vliet Begin 2003 is door het Regionaal College (bestaande uit de burgemeester van de provincie Utrecht, politie en justitie) de ‘Commissie Van Vliet’ ingesteld. Taak van deze commissie was een aanzet te geven voor een beter veiligheidsbeleid voor alle Utrechtse gemeenten. Doel van dit gezamenlijk beleid en uniforme werkwijze is het in de toekomst beter en gemakkelijk op elkaar afstemmen van verzamelde gegevens en vergroten van de onderlinge vergelijkbaarheid. In de Commissie Van Vliet heeft één en ander geresulteerd in een zogenaamd stappenplan. Dit stappenplan geeft de verschillende stadia aan die gemeenten doorlopen op weg naar het uiteindelijke veiligheidsplan. Sommige gegevens worden door de gemeenten vergaard, andere worden door de politie aangeleverd. Het stappenplan van de Commissie Van Vliet bestaat uit de volgende stappen: 1. Rapportage geregistreerde criminaliteit 2. Criminaliteitskaart 3. Sociale kaart 4. Bevolkingsonderzoek leefbaarheid en veiligheid 5. Veiligheidsanalyse aan de hand van stap 1 t/m 4 6. Prioriteiten stellen in subwijken en problemen 7. Beschrijven van huidige veiligheidsactiviteiten 8. Integraal veiligheidsplan 9. Intern activiteiten/wijkprogramma politie 10. Modelconvenant ten behoeve van afspraken met partners 11. Managementrapportage per wijk De eerste vier stappen vormen de inventarisatiefase. Na deze inventarisatiefase volgt in stap 5 de analyse en vervolgens de verdere uitwerking. Stramien Veiligheidsanalyse Het Stramien veiligheidsanalyse van Project Veilige Gemeente is in 2005 gebruikt bij het bepalen van de speerpunten. Dit stramien bevat namelijk een overzicht waar in totaal 30 gemeentelijke veiligheidsthema’s verspreid zijn over 5 veiligheidsvelden.
7
Tabel 1: Vijf veiligheidsvelden met de dertig thema’s
Veiligheidsvelden
Veiligheidsthema’s
Veilige woon- en leefomgeving
Overlast tussen bewoners / botsende leefstijlen Verloedering / kwaliteit woonomgeving Onveiligheidsgevoelens Huiselijk geweld Geweld op straat Woninginbraak Voertuigcriminaliteit Overige veelvoorkomende vormen van criminaliteit Drugs- en alcoholoverlast Winkelcentra Bedrijventerreinen Uitgaan / horeca Toerisme en onveiligheid Grootschalige evenementen Overlastgevende jeugdgroepen Criminele jeugdgroepen Alcohol en drugs Individuele criminele jongeren Veilig in en om de school 12-minners Verkeersveiligheid Brandveiligheid gebouwen Risico’s gevaarlijke stoffen / externe veiligheid Risico’s natuurrampen Risico’s infectieziekten Radicalisering Terrorisme Georganiseerde criminaliteit Organisatie criminaliteit Bestuurlijke integriteit
Bedrijvigheid en veiligheid
Jeugd en veiligheid
Fysieke veiligheid
Integriteit en veiligheid
Regionale Veiligheidsstrategie 2008-2011 Naast het instellen van de Commissie Van Vliet heeft het Regionaal College in mei 2007 een eerste opzet vastgesteld van een Regionale Veiligheidsstrategie 2008-2011. Deze Regionale Veiligheidsstrategie geeft antwoord op de vraag welke doelstellingen gemeenten, politie, Openbaar Ministerie en andere partners de komende jaren gezamenlijk nastreven en op welke veiligheidsthema’s de komende jaren resultaten behaald worden. De Regionale Veiligheidsstrategie is in samenspraak met de partners opgesteld. Tijdens de bijeenkomsten met burgemeesters, Openbaar Ministerie en politie is veel draagvlak gevonden voor het gezamenlijke hoofddoel van de Regionale Veiligheidsstrategie: meer recht, rust en respect in de wijk. Gemeenten, Openbaar Ministerie, politie en andere partners werken in een keten samen aan veiligheid. Uitgangspunt daarbij is: veiligheid wordt lokaal vormgegeven en het werken van veiligheid is afhankelijk van de problemen in de wijk. De regionale veiligheidsstrategie geeft aan welke ontwikkeling er wordt nagestreefd en richt zich op onderstaande veiligheidsthema’s, waaraan gedurende de komende jaren een extra impuls wordt gegeven:
8
1. 2. 3. 4. 5.
Overlast (jeugdoverlast), en overlast door drank en drugs Veel voorkomende criminaliteit (fietsendiefstal, vernielingen en autoinbraak) Ondermijning (mensenhandel, georganiseerde wietteelt en heling) Ongelijkwaardigheid (discriminatie) Misdrijven met een grote impact (geweld en woninginbraken)
9
HOOFDSTUK 4 STAP 1: RAPPORTAGE GEREGISTREERDE CRIMINALITEIT Inleiding Door de commissie Van Vliet is een aantal delicten vastgesteld waarvoor driemaal per jaar ten behoeve van een gemeentelijke criminaliteitsanalyse door de politie gegevens worden verstrekt. De zogenaamde 4-, 8- en 12-maandsrapportage. In deze zogenaamde ‘rapportage geregistreerde criminaliteit’ wordt een cijfermatig overzicht gegeven in de ontwikkeling van de geregistreerde criminaliteit en overlast per gemeente. Deze cijfers geven dus inzicht in de opgenomen aangiften en meldingen per delict per gemeente. Cijfers Wijk bij Duurstede In Tabel 2 wordt een overzicht gegeven van de aantallen aangiften en meldingen van de afgelopen jaren. Dit geeft inzicht voor welke delicten de cijfers dalen/stijgen en welke delicten veel voorkomen. Tabel 2: Aantallen aangiften/meldingen Gemeente Wijk bij Duurstede 2001 t/m 2008
1. Aangiftes totaal 2. Lichamelijke integriteit 2.1 Bedreiging 2.2 Mishandeling 2.3 Openlijk geweld (personen) 2.4 Straatroof 2.5 Zedenmisdrijf 2.6 Overval 3. Veelvoorkomende criminaliteit 3.1Vernieling cq. zaakbeschadiging 3.2 Diefstal fiets 3.3 Diefstal af/uit auto 4. Zakkenrollerij 5. Diefstal/inbraak bedrijven 6. Diefstal/inbraak woning 7. Diefstal auto 8. Overlast van/door jeugd 9. Burengerucht
2001 982 64 15 38 3 4 4 0 539 308 91 140 10 82 70 7 94 106
2002 748 61 12 33 4 3 9 0 409 213 89 107 1 43 76 9 191 142
10
2003 764 107 19 54 10 1 23 0 326 167 97 62 10 64 63 3 166 138
2004 731 99 31 53 5 2 8 0 360 190 75 95 3 59 25 10 134 107
2005 928 106 25 52 8 2 18 1 491 279 125 87 9 30 95 6 209 97
2006 912 112 24 64 11 0 13 0 498 291 138 69 1 53 56 6 227 121
2007 743 76 17 47 4 1 4 3 432 224 91 117 8 40 46 7 161 115
2008 741 70 19 40 7 0 4 0 448 312 63 73 13 26 49 5 174 125
Grafieken Om meer inzicht te krijgen in de cijfers van Tabel 2 zijn enkele cijfers verwerkt in grafieken. In grafiek 1 is het aantal aangiften en meldingen weergegeven vanaf 2001. Op deze manier is zichtbaar welke stijgingen en dalingen er zijn in het totaal aantal aangiften en meldingen.
Grafiek 1: Totaal aantal aangiften/meldingen jaren 2001 t/m 2008 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
In grafiek 2 is het aantal aangiften per delict weergegeven voor het jaar 2008. Op deze wijze is zichtbaar hoe de delicten onderling verschillen in aantal. Hier valt al direct op dat het aantal aangiften/meldingen ‘vernielingen’, ‘jeugdoverlast’, ‘burengerucht’ uitschieters zijn.
11
Grafiek 2: Totaal aantal aangiften/meldingen 2008 per delict 350
300
250
200
150
100
50
is h M
Be d
re i
gi ng
an de O pe lin nl g ijk ge w el d St ra at ro Ze of de nm is dr ijf O ve rv al Ve rn ie lin D g ie fs ta D lf ie ie fs ts ta lu it au za to kk en ro In lle br rij aa k be in br dr aa ijf k w on in di g ef st al au ov to er la st je ug bu d re ng er uc ht
0
Vergelijking met Leusden en Vianen Om een beeld te krijgen of de uitschieters ‘vernielingen’ en ‘overlast jeugd’ uitzonderlijk zijn is een vergelijking gemaakt met de (enigszins vergelijkbare) gemeenten Vianen en Leusden. Het betreft ook hier de cijfers voor 2008. Het gaat hier om samengestelde getallen, dus per 1000 inwoners zodat het verschil in inwonersaantal wordt uitgesloten. Zie grafiek 3. Opvallend is dat wat betreft ‘vernielingen’ de gemeente Wijk bij Duurstede hoger scoort, ‘overlast jeugd’ ligt op een vergelijkbaar niveau. Verder valt op te maken dat ‘diefstal uit auto’ en ‘woninginbraken’ in Wijk bij Duurstede opvallend lager liggen.
12
Grafiek 3: vergelijking met Leusden en Vianen, 2008, per 1000 inwoners.
16 14 12 10 8 6 4 2
Be d
M reig is in O han g pe de nl ijk ling ge w e St ra ld Ze a de troo nm f is dr O ijf Ve ver va rn l ie D ling ie fs en D ta ie l fs ta fiet s lu Za it a In kke uto br aa nro lle k In rij br b e aa d r ijv k e w on n in D ge ie fs ta n O la ve rla uto Bu st rg jeu g en ge d ru ch t
0
Wijk bij Duurstede
Leusden
Vianen
Vergelijking ‘vernielingen’ en ‘overlast jeugd’ met andere gemeenten. Omdat de delicten ‘vernielingen en ‘jeugdoverlast’ zo hoog scoren is hier nader op ingezoomd. In grafiek 4 is het delict ‘vernielingen’ vergeleken met alle andere gemeenten in de Provincie Utrecht. In grafiek 5 is dit gedaan voor het delict ‘overlast jeugd’. Ook hier gaat het om samengestelde getallen, dus aantallen per 1000 inwoners. Wat opvalt is dat voor het delict ‘vernielingen’ de gemeente Wijk bij Duurstede hoog scoort in vergelijking met andere gemeenten. Het aantal vernielingen per 1000 inwoners ligt voor Wijk bij Duurstede ongeveer gelijk met Amersfoort, Baarn, Nieuwegein, Utrecht en Zeist. Gemeenten van vergelijkbare grootte als Wijk bij Duurstede scoren opvallend lager. Wat opvalt met betrekking tot het delict ‘overlast jeugd’ is dat Wijk bij Duurstede niet zo opvallend hoog scoort als bij het delict ‘vernielingen’ maar dat het wel boven het gemiddelde ligt. Zeker in vergelijking met gemeenten van gelijke grootte. In grotere gemeenten zoals Woerden en Houten is de overlast door jeugd per 1000 inwoners lager. Voor ‘overlast jeugd’ scoort Wijk bij Duurstede ongeveer gelijk aan de gemeente Heuvelrug en Nieuwegein.
13
c Am oud er e sf oo rt Ba a Br eu rn ke le n B B u un ns nik ch ot D en e D R on e de Bil Ve t n Ee en m ne s H ou Ijs te se n ls t Le ein us de Lo n en en Lo M aa pik rs M sen o N ntfo ie uw ort O ege ud i e n R wa en t sw er ou d R e he ne n So es t U tr H ech eu t Ve ve l r en ug en da W al ijk V bi i j D ane uu n rs W tede o W er ou de de n nb er g Ze is t
Ab
Grafiek 4: Vernielingen 2008 per 1000 inwoners
16
14
12
10
8
6
4
2
0
14
Ab c Am oud er e sf oo rt Ba a Br eu rn ke le n Bu Bu nn ns ik ch ot D en e D R on e de Bil Ve t n Ee en m ne H s ou Ijs ten se ls te Le in us de Lo n en en Lo p M aa ik rs M sen on tf N ie oor uw t eg O ud ein e R wa en te sw r ou de R he ne n So es t U tr H ech eu t Ve velr en ug en da W al ijk V bi j D ian uu en rs te W de o e W ou rde de n nb er g Ze is t
Grafiek 5: overlast jeugd 2008 per 1000 inwoners
14
12
10
8
6
4
2
0
15
Hoofdstuk 5 Stap 2: CRIMINALITEITSKAART Inleiding De criminaliteitskaart is een verdieping naar plaats en tijd van de rapportage geregistreerde criminaliteit in die zin dat het een beeld beoogt te geven van opvallende dadergroepen, risicolocaties en dergelijke binnen de gemeente. Grafieken Uit de gegevens van de politie is op te maken de aantallen aangiften/meldingen aangegeven per gebied. Deze cijfers zijn in tabel 3 gerangschikt. Tabel 3: aantallen meldingen/aangiften per gebied
Gebieden
2008
Inwoneraantal
Cothen Langbroek Binnenstad Heul Horden Engk Geer Noorderwaard Frankenhof Broekweg/ Langshaven
49 30 117 122 141 77 36 89 ontbreken ontbreken
3066 2112 1210 2294 6626 1520 2331 2700 278 31
Aangiften/meldingen per 1000 inwoners 15,98 14,20 196,69 53,18 21,28 50,66 15,44 32,96 ---
Totaal aantal aangiften/meldingen per gebied In grafiek 6 zijn de meldingen en aangiften 2008 onderverdeeld in de diverse gebieden/wijken van Wijk bij Duurstede. Hieruit valt op te maken dat een wijk als De Horden heel hoog scoort. Dit zegt echter nog niets omdat wijk De Horden een wijk is met veel inwoners. Daarom is gekeken hoeveel inwoners de betreffende gebieden hebben op basis waarvan het aantal aangiften/meldingen per 1000 inwoners is vast te stellen. Deze gegevens zijn weergegeven in grafiek 7. Daaruit blijkt dat een wijk als De Horden vervolgens heel laag scoort maar de Binnenstad erg veel aangiften/meldingen heeft per 1000 inwoners.
16
Grafiek 6: aantallen aangiften/meldingen per gebied 160 140 120 100 80 60 40 20
rd er w aa rd
r ee G
gk
de or H
En
n
l eu
N
oo
Bi
nn
en
H
st ad
k oe br ng La
C ot he n
0
Grafiek 7: aantallen aangiften/meldingen per gebied per 1000 inwoners. 120
100
80
60
40
20
aa rd N
G ee r
oo rd er w
H
En gk
or de n
eu l H
nn en st ad Bi
La ng br oe k
C
ot he n
0
17
’Vernielingen’ en ‘jeugdoverlast’ per gebied Uit de cijfers van de politie is gebleken dat ‘vernielingen’ en ‘jeugdoverlast’ veel voorkomende delicten zijn in Wijk bij Duurstede. Daarom wordt specifiek op deze delicten verder ingezoomd. Voor ‘vernielingen’ is het aantal aangiften/meldingen inzichtelijk gemaakt per wijk. Dit dient voor ‘jeugdoverlast’ ook te gebeuren. De gemeente beschikt echter (nog) niet over de politiecijfers waarbij jeugdoverlast is uitgesplitst per gebied. Grafiek 8: aantal vernielingen per gebied 70
60
50
40
30
20
10
rd
r D e
N oo
rd er
D e
G
w aa
ee
gk En D e
de n H or
l D e
H eu D e
k
en st ad Bi nn
br oe La ng
C ot
he
n
0
Om de onzuiverheid in het aantal bewoners weg te nemen is voor het aantal vernielingen per gebied ook een grafiek gemaakt met samengestelde getallen, dus het aantal vernielingen per 1000 inwoners. Deze gegevens kunt u vinden in grafiek 9. Daar valt op dat de Binnenstad, De Heul en De Engk hoog scoren.
18
Grafiek 9: aantal vernielingen per 1000 inwoners per wijk 35
30
25
20
15
10
5
0 Cothen
Langbroek
Binnenstad
De Heul
19
De Horden
De Engk
HOOFDSTUK 6 STAP 4: BEVOLKINGSONDERZOEK LEEFBAARHEID & VEILIGHEID Inleiding In het bevolkingsonderzoek leefbaarheid en veiligheid worden de resultaten weergegeven van het onderzoek naar leefbaarheid en veiligheid in de gemeente. De gemeente Wijk bij Duurstede heeft de laatste jaren niet meegedaan aan een Veiligheidsmonitor. Wel beschikt Wijk bij Duurstede over de politiecijfers (rapportage geregistreerde criminaliteit) op basis waarvan een objectieve weergave gemaakt kan worden van het aantal aangiften/aangiften per gebied, over de afgelopen jaren. Een Veiligheidsmonitor geeft voornamelijk het subjectieve gevoel van (on)veiligheid weer. Hartman-methode Doordat de gemeente eind 2007 de Hartman-methode heeft uitgevoerd is ook een beeld te schetsen van de subjectieve gevoelens van (on)veiligheid. Om de inwoners te spreken over de gevoelens van (on)veiligheid heeft de burgemeester met de coördinator veiligheid, politie en brandweer de diverse wijken in Wijk bij Duurstede en de dorpen Langbroek en Cothen bezocht. Dit is gebeurd volgens de Hartman-methode, wat betekent dat op een plek in de wijk of het dorp een tent met daaronder een tafel met stoelen neergezet werd. Inwoners van de wijk of het dorp konden aanschuiven om te praten over veiligheid. In totaal is met circa 120 inwoners uit Wijk bij Duurstede, Cothen en Langbroek gesproken. Deze bezoeken zijn vooral goed om te horen wat er per wijk of kern speelt. Opvallend is dat iedereen aangegeven heeft het prettig wonen vind in de gemeente en zich veilig voelt. Een basis voor het opstellen van het Integraal Veiligheidsplan 2005 – 2008 was destijds een enquête onder de bevolking van Wijk bij Duurstede. Een bijzondere uitkomst van deze enquête was dat het subjectieve veiligheidsgevoel sterker bepaald werd door een schone en nette omgeving dan door de aan- of afwezigheid van politie op straat. Daarom is tijdens de Hartmanmethode ook ingegaan op het onderhoud van het openbaar groen en de openbare ruimte. Algemeen beeld Naar aanleidingen van de bezoeken aan de wijken en de kernen kunnen een aantal zaken geconcludeerd worden: - Het is opvallend dat iedereen aangeeft prettig en veilig te wonen in de gemeente Wijk bij Duurstede, - Bij doorvragen over jeugd en verkeer bleek dat in vrijwel alle wijken en kernen naar voren kwamen dat de overlast en rommel door de jeugd en overlast door te hard rijden een punt van aandacht is, - Verder was men niet altijd even positief over het onderhoud van het openbaar groen door de gemeente.
20
UITKOMSTEN PER WIJK/KERN: Binnenstad - Inwoners van de binnenstad vinden het er erg prettig wonen in hun wijk. Een enkele keer wordt opgemerkt dat er, voornamelijk in de weekenden, sprak is van jeugdoverlast. Als mogelijke verbeteringen in de binnenstad wordt genoemd meer controle jeugdoverlast en meer aandacht aan verkeersproblemen. Zo wordt in sommige straten in de binnenstad hard gereden, wegversmallingen worden hiervoor genoemd als oplossing. Ook zou de verlichting op de parkeerplaats beter moeten. Daar worden namelijk de nodige vernielingen aan auto’s aangebracht. - Een meerderheid van de inwoners vindt dat de politie op straat voldoende zichtbaar is. Het overgrote deel weet niet wie de wijkagent is maar geeft aan wel te weten hoe deze bereikt kan worden. - Vrijwel iedereen is tevreden over het schoonhouden van de binnenstad en het bijhouden van het openbaar groen. Ook na evenementen wordt de binnenstad door de gemeente goed schoongemaakt. Aan sommige brandgangen zou meer aandacht besteed kunnen worden omdat daar nog wel eens veel vuil ligt en onkruid staat. Verder ligt er nog wel eens de nodige rommel op plekken waar jeugd hangt. Bewoners geven aan vaak het gedeelte voor hun huis schoon te houden. Van een structurele gezamenlijke aanpak van bewoners is echter geen sprake. De Geer - Alle inwoners van de Geer met wie gesproken is geven aan dat zij prettig en veilig wonen in hun wijk. Een enkeling geeft ervaart van tijd tot tijd overlast van jeugd. Als mogelijke verbetering wordt dan ook meerdere malen genoemd dat er meer aandacht zou moeten zijn voor bestrijding van overlast en vernielingen door jeugd. - De ene helft van de bewoners is van mening dat er voldoende politie te zien is, de andere helft vindt dat de politie te weinig zichtbaar is in de wijk. Vrijwel niemand kent de wijkagent maar ook hier geven bewoners aan wel te weten hoe ze de wijkagent kunnen spreken. - Diverse keren wordt aangegeven dat de wijk de Geer schoon is maar dat het onderhoud van het openbaar groen stukken beter kan. Op diverse plaatsen staat het onkruid op de stoep hoog. Er is regelmatig rommel te vinden op de speelplaatsen omdat jongeren daar rondhangen. Ook hondenpoep zorgt voor de nodige overlast. Een enkele keer wordt genoemd dat de waterpartijen zomers de nodige last van algvorming hebben en daar laat wat aan wordt gedaan. Inwoners van De Geer geven aan het gedeelte voor hun huis schoon te houden. Van een structurele gezamenlijke aanpak van bewoners is echter geen sprake. - Een enkele plek zou met een bordje tot speelplek aangewezen moeten worden ter voorkoming van hondenvuil. De Heul - Bewoners van de Heul vinden het er prettig wonen. Als minpunt wordt enkele malen genoemd de overlast van jeugd en de vernielingen die er aangebracht worden. Ook wordt verkeersoverlast enkele malen genoemd.Als maatregelen die genomen zouden moeten worden om de veiligheid te verbeteren wordt genoemd extra parkeercontroles en betere verlichting in de wijk. Dit geldt ook voor het Dorrestadplantsoen. - Aangegeven wordt dat de politie niet vaak wordt gezien maar dat dit door de inwoners als voldoende wordt ervaren. Slechts een enkeling kent de wijkagent. 21
-
De helft van de geïnterviewden vind dat de wijk de Heul schoner zou moeten. Met name het park, de sporthal en de omgeving van het winkelcentrum zou beter schoongehouden moeten worden omdat het er armoedig uit ziet. Het gaat dan met name om het openbaar groen en in een enkel geval om scheefliggende stoeptegels. Ook het onderhoud aan de voetpaden achter de huizen verdient meer aandacht. Inwoners van De Geer geven aan het gedeelte voor hun huis schoon te houden. Van een structurele gezamenlijke aanpak van bewoners is echter geen sprake.
De Engk - Wijk de Engk wordt door de bewoners ervaren als een rustige en nette wijk. Een enkeling noemt jeugdoverlast en hard door de wijk rijden. - Een meerderheid is van mening dat er geen extra maatregelen genomen hoeven te worden om de veiligheid te verbeteren. Een enkeling noemt het meer zichtbaar zijn van de politie, snelheidsbeperkende maatregelen en meer verlichting. - De ene helft van de bewoners is van mening dat er voldoende politie te zien is, de andere helft vindt dat de politie te weinig zichtbaar is in de wijk. Enkele mensen kennen de wijkagent. - Het overgrote deel van de bewoners is van mening dat de wijk goed schoongehouden en het openbaar groen goed onderhouden wordt. Diverse bewoners geven aan zelf het gedeelte voor hun huis ook schoon en netjes te houden. Van een structurele gezamenlijke aanpak van bewoners is echter geen sprake. De Noorderwaard - De inwoners van de Noordewaard ervaren hun wijk als prettig en rustig. Wel wordt diverse malen aangegeven dat parkeren in de Noordewaard een groot probleem is. Als maatregelen die de veiligheid kunnen verbeteren wordt meerdere malen genoemd de aanpak van dubbel parkeren en, indien mogelijk, de uitbreiding van de parkeermogelijkheden. Een enkeling noemt meer toezicht van de politie en betere straatverlichting. - Een meerderheid van de inwoners vindt dat de politie op straat voldoende zichtbaar is. Het overgrote deel weet niet wie de wijkagent is maar geeft aan wel te weten hoe deze eventueel bereikt kan worden. - Het overgrote deel van de inwoners is van mening dat het openbaar groen in de wijk goed wordt bijgehouden. Wel wordt door enkelen aangegeven dat de gemeente een tijd terug bepaalde gedeelten gerooid en opnieuw ingezaaid heeft. Dit heeft echter een forse verslechtering opgeleverd. Die gedeelte zien er nu armoedig uit. Een item wat meerder malen naar voren is gekomen, is dat diverse bomen pikkend vuil afgeven op geparkeerde auto’s. De Horden - De bewoners van De Horden ervaren hun wijk als prettig en wonen er graag. Zaken die verbeterd kunnen worden zijn het hard rijden in de wijk. Ook wordt er overlast ervaren door hangjongeren. - De meeste bewoners geven aan de politie regelmatig in de wijk te zien. Dit betreft met name politieauto’s die door de doorgaande weg rijden. Politie in de wijk te voet wordt zelden gezien. Meerder bewoners geven wel aan de wijkagent te kennen van gezicht omdat hij weleens door de wijk fietst. - De meeste bewoners vinden de Horden relatief schoon. Hoewel de gemeente vaak bezig is met het schoonmaken van de Horden ligt er toch troep in het winkelcentrum. Ook 22
gooien de leerlingen van het Revius nog wel eens de rommel van zich af. De buurt geeft aan dat men zelf ook een rol hierin heeft. Een lerares van de Jozefschool gaf aan elke maandagochtend met haar klas en een ouder rommel op te ruimen rondom de school. Langbroek - De inwoners van Langbroek ervaren hun dorp als uitermate prettig en rustig.Als maatregelen om de veiligheid te verbeteren wordt meerdere malen genoemd een betere verlichting bij de speelplekken, het verbeteren van de oversteekplaats bij de brandweerkazerne en aanpak van te te hard rijden op de doorgaande weg. - Bewoners geven aan de politie alleen op de provinciale weg te zien maar niet in het dorp zelf. Dit wordt echter niet als een gemis ervaren. Meerdere inwoners geven aan dat de mate waarin de politie te zien is past bij het dorpse karakter van Langbroek. Een enkeling kent de wijkagent van naam of van gezicht. De meesten kennen de wijkagent niet. Meerdere malen wordt echter aangegeven dat men hem wel weet te vinden indien ze hem nodig hebben. - Een enkeling vindt de groenvoorziening in Langbroek niet op orde. De meeste bewoners geven aan dat het onderhoud aan het groen normaal is. Wel wordt een aantal keer genoemd dat rommel bij de speelplaatsen beter opgeruimd zou kunnen worden. Meerdere personen blijken zelf een gedeelte in hun straat, kinderspeelplaatsen e.d. bij te houden en geven ook aan dat de buurt zelf een rol heeft in het netjes houden van speelplaatsen en omgeving. Cothen - Inwoners van Cothen ervaren hun dorp als rustig en heel prettig. Als maatregel die genomen zou kunnen worden om de veiligheid te verbeteren wordt genoemd het aanpakken van de snelheid van landbouwvoertuigen in Cothen. - Aangegeven wordt dat de politie regelmatig wordt gezien in Cothen en dat dit als voldoende wordt ervaren. De helft van de bewoners waarmee gesproken is kent de wijkagent. - Het grootste deel ervaart de groenvoorziening in Cothen als rommelig. Aangegeven wordt dat inwoners zich, samen met de gemeente, verantwoordelijk moeten voelen voor het openbaar groen. Enkele inwoners geven dan ook aan hun straat samen met de buren schoon te houden. Bij klachten over het openbaar groen zou men dit meer gezamenlijk aangeven bij de gemeente, de ervaring is dat het door de gemeente dan snel wordt opgelost.
23
HOOFDSTUK 7 STAP 5: VEILIGHEIDSANALYSE Op basis van bovenstaande gegevens zijn enkele voorlopige conclusies te trekken: -
-
-
De Hartman-methode heeft geleerd dat de gemeente Wijk bij Duurstede door haar inwoners wordt ervaren als een rustige en prettige woonomgeving. Dit was iets wat in de interviews steeds weer naar voren kwam. Wel bleek dat in vrijwel alle wijken en kernen de overlast, rommel en vernielingen van/door jeugd een punt van aandacht is. Ook de verkeersveiligheid/hardrijden was een punt wat vaak naar voren kwam. De overlast door jeugd en het aantal vernielingen in Wijk bij Duurstede zoals dat ervaren wordt door de inwoners strookt met de cijfers van de politie. Wijk bij Duurstede scoort (ook in vergelijking met andere gemeenten) erg hoog op vandalisme. De overlast door jeugd is hoger dan gemeenten van vergelijkbare grootte. Om een exact beeld te geven zal nog nagegaan moeten worden of Wijk bij Duurstede de groep jongeren een verhoudingsgewijs een groter deel van de bevolking uitmaakt dan in andere gemeenten. Het aantal meldingen per wijk geeft aan dat met name de Binnenstad overlast ervaart van jeugd en vernielingen ondervindt. Dit doet vermoeden dat een groot deel van de overlast te wijten is aan het uitgaanspubliek. Dit zal door middel van exactere cijfers van de politie nader onderzocht moeten worden.
24
HOOFDSTUK 8 FINANCIËN Beschikbare budgetten Openbare Orde De gemeente Wijk bij Duurstede heeft jaarlijks een vast budget van in totaal € 45.250,beschikbaar voor openbare orde en veiligheid. Dit bedrag is als volgt onderverdeeld: 1. 2. 3. 4. 5.
Preventie / uitvoering Wet BIBOB Bijdrage beveiliging evenementen Inhuur Bureau HALT Inhuur van derden Werkbudget Jeugd & Veiligheidsoverleg
€ 3.100,€ 5.750,€ 11.400,€ 15.000,€ 10.000,-
Verder zijn er enkele incidentele budgetten: 6. Overlast binnenstad / Cameratoezicht 7. Inhuur Politiesurveillance, eenmalig 2009 8. Nazorg crisisbeheersing, eenmalig 2009
€ 35.000 voor 2009 en € 10.000,voor 2010 en 2011 elk € 27.000,€ 5.000,-
Alle bovenstaande budgetten zijn gelabeld aan een onderwerp en zijn dus niet vrij inzetbaar voor andere knelpunten. Het budget ‘inhuur van derden’ is bedoeld om externen in te huren voor een project waar de gemeente niet aan toekomt zoals in het verleden het IVP is gemaakt door Adviesbureau Van Dijke. Voor de kadernota 2010-2013 is voorgesteld het ‘inhuur voor derden’ om te zetten naar een breed inzetbaar werkbudget veiligheid. De portefeuillehouder kan een dergelijke budget dan gebruiken voor het snel oplossen van kleine ergernissen, inhuur van derden, aanschaf materiaal etc. Overigens wordt momenteel nog onderzocht welke budgetten bij andere gemeenten worden ingezet ten behoeve van integrale veiligheid. Aan de hand daarvan kan worden beoordeeld of in Wijk bij Duurstede inderdaad sprake is van relatief geringe financiële middelen.
Crisisbeheersing In geval van een crisis of ramp zijn er vier hulpverlenende partijen, te weten de Brandweer, Politie, GHOR (Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen) en de gemeente. De gemeente is wettelijk verantwoordelijk voor de volgende crisisbeheersingsprocessen: - Voorlichting - Milieu - CRIB (slachtofferregistratie) - Opvang & Verzorging - Primaire levensbehoefte - CRAS (schaderegistratie) - Uitvaartverzorging - Nazorg 25
Voor oefeningen, opleidingen en middelen heeft de gemeente in totaal jaarlijks een structureel budget beschikbaar van € 39.000,- die als volgt is onderverdeeld: 1. Opleidingen en aanschaf middelen € 29.000,2. Oefeningen € 10.000,Aandachtspunten - Budget ‘overlast binnenstad/cameratoezicht’ is niet alleen bedoeld voor cameratoezicht. Een bedrag van € 15.000,- is bedoeld voor de aanpak van de overlast in de binnenstad. Eén van de acties in het afdelingsplan 2009 van de afdeling Veiligheid en Handhaving is het kijken naar de mogelijkheden om de overlast in de binnenstad tegen te gaan. Te denken valt aan gezamenlijke uitgaansregels, invoeren van een zwarte lijst (bij bepaalde incidenten voor bepaalde tijd toegang weigeren bij alle cafés), mogelijkheid van gezamenlijk inhuren beveiliging etc. - Voor cameratoezicht is voor 2009 een budget gereserveerd van € 20.000,- In de loop van 2009 zal gekeken worden naar de mogelijkheden van de invoering van (mobiel) cameratoezicht, één of twee camera’s. Eén en ander is nu nog niet helemaal transparant vanwege de regionale invoer van cameratoezicht, wat zou kunnen betekenen dat enkele gemeenten de kosten voor het uitkijken van camera’s kunnen delen. Duidelijk is in ieder geval wel dat mobiele camera’s fors duurder zijn dan vaste camera’s. - In de kadernota 2010-2013 is aangegeven dat de mogelijkheid bestaat dat de gemeente voor veiligheid als grootste speerpunt heeft ‘jeugdoverlast’. Hier valt onder; alcohol en drugs, de uitgaansproblematiek in de binnenstad, de vernielingen en de overlast van hangjongeren. In de kadernota is de kanttekening gemaakt dat als hiervoor gekozen wordt dit betekent dat er financiële middelen voor vrijgemaakt zullen worden. De huidige middelen zijn ontoereikend. - De inhuur van politiesurveillanten is gestopt met ingang van 2009 (eenmalig heeft de raad geld vrijgemaakt om in 2009 nog politiesurveillance in te huren). Het budget van de inhuur van de twee politiesurveillanten wordt besteed aan het aannemen/inhuren van een BOA (bevoegd opsporingsambtenaar) voor de kleine ergernissen en een halve fte ondersteuning voor de beleidsadviseur integrale veiligheid.
26