Integraal Veiligheidsplan, Uitvoeringskader 2013

Integraal Veiligheidsplan, Uitvoeringskader 2013 Gemeente Papendrecht

Dit document is tot stand gekomen door samenwerking tussen:

1. Inleiding In 2012 heeft de gemeenteraad het Integraal Veiligheidsplan Papendrecht 2012-2015 (IVP 20122015) vastgesteld. Ter uitvoering van het Integraal Veiligheidsplan (IVP) worden jaarlijks in een uitvoeringskader IVP de concrete acties en maatregelen benoemd. Dit IVP uitvoeringskader 2013 bevat de vier vastgestelde prioriteiten alsmede de inzet die gemeente, openbaar ministerie (OM), politie, Woonkracht10 en andere partijen op deze punten plegen. De vier prioriteiten van het IVP zijn: 1. vermindering jongerenoverlast; 2. vermindering geweld en ‘alcohol’ overlast; 3. vermindering veelvoorkomende criminaliteit; 4. vergroten operationele slagkracht en regierol gemeente. Daarnaast wordt ingegaan op de negen strategische thema’s die voor Papendrecht van belang zijn: 1. verbetering en behoud huidig veiligheidsniveau; 2. vermindering verloedering; 3. veilige winkelgebieden en bedrijventerreinen; 4. veiligheid in en om de school; 5. verkeersveiligheid; 6. brandveilige samenleving; 7. externe veiligheid; 8. bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit; 9. veilige publieke taak voor politiek-bestuurlijke ambtsdragers. Voor alle prioriteiten zijn voor 2013 activiteiten (‘inzet’) en doelstellingen benoemd. Dit zijn zowel inspannings- als resultaatsdoelstellingen. Veiligheid is afhankelijk van de inspanningen van alle partners en kunnen niet in alle gevallen gedefinieerd worden in cijfers. Gemeente De gemeente heeft de regie op het integraal veiligheidsbeleid, het meerjarige IVP is het kader waarbinnen de gemeente opereert. De gemeente heeft overzicht op de lokale veiligheidssituatie en kan vanuit die informatie het beste professionele partijen, maar ook burgers, ondernemers en instellingen aanspreken op hun verantwoordelijkheid voor veiligheid in Papendrecht. Burgers, ondernemers en professionals: iedereen is nodig om tot een integrale aanpak te komen. Binnen de gemeente is zowel op bestuurlijk als op ambtelijk niveau integraliteit in de aanpak onontbeerlijk. Alleen door meer inzet op preventie en proactie kan de veiligheid worden vergroot en kan mogelijk repressie worden voorkomen, volgens het aloude principe “voorkomen is beter dan genezen”. Openbaar ministerie, arrondissementsparket Rotterdam Met ingang van 1 januari 2013 is een nieuw arrondissement Rotterdam gevormd, waarin het voormalige arrondissement Dordrecht is opgegaan. Voor Zuid-Holland Zuid blijft het Veiligheidshuis in Dordrecht bestaan. De lange-termijnvisie “Perspectief op 2015” is leidend voor het openbaar ministerie (OM). De ambitie van het OM is het leveren van een effectieve bijdrage aan een veilige en rechtvaardige samenleving. Het strafrecht draagt daaraan bij door correctie en afkeuring van crimineel gedrag en herstel van de geleden schade. Het optreden van het OM heeft alleen maatschappelijke betekenis als de gepleegde interventies zichtbaar, merkbaar en herkenbaar zijn voor slachtoffers, daders en hun omgeving. De effectiviteit van het optreden van het OM is groter als deze goed aansluit op de aanpak van de ketenpartners.

Integraal Veiligheidsplan, Uitvoeringskader Papendrecht 2013

2

Voor de versterking van de aanpak van de criminaliteit zijn door het OM vier zogenaamde investeringsprogramma’s gestart: - ZSM (snelle centrale afhandeling arrestanten) met betrekking tot criminaliteit waar burgers en bedrijven in hun buurt last van hebben; - High Impact Crime met betrekking tot criminaliteit met grote impact op het slachtoffer; - ondermijning met betrekking tot criminaliteit die de (integriteit in de) samenleving ondermijnt; - afpakken met betrekking tot het ontnemen van crimineel vermogen. Politie, regionale eenheid Rotterdam Met ingang van 1 januari 2013 is de Nationale Politie gevormd. De politieregio Zuid-Holland-Zuid is onderdeel geworden van de regionale politie-eenheid Rotterdam. Deze nieuwe eenheid beslaat in totaal 2,2 miljoen inwoners, heeft een politiecapaciteit van circa 6.100 fte en kent een grote verscheidenheid in omgeving en inwoners. De komst van de Nationale Politie brengt een enorme reorganisatie binnen de politieorganisatie met zich mee. De voormalige politieregio Zuid-Holland-Zuid is een district geworden binnen de nieuwe regionale eenheid. De huidige wijkteams van politie worden omgevormd naar basisteams die verantwoordelijk worden voor de gehele basispolitiezorg in een gebied. De bestuurlijke overlegvormen zijn reeds vormgegeven naar de nieuwe organisatie, de operationele praktijk volgt later. Dit houdt in dat het wijkteam Alblasserwaard-West (Alblasserdam, Molenwaard, Papendrecht en Sliedrecht) van de politie ongewijzigd functioneert. Het nieuwe basisteam Drechtsteden-Buiten (Alblasserdam, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht) is naar verwachting uiterlijk begin 2015 volledig operationeel. In de (Nationale) Politiewet neemt het gemeentelijke integraal veiligheidsplan een belangrijke plaats in. In de wet is opgenomen dat in het driehoeksoverleg door de burgemeester en de officier van justitie op basis van het IVP afspraken worden gemaakt over de inzet van de politie. De burgemeester behoudt het gezag over de inzet van de politie ten behoeve van de handhaving van de openbare orde en ter uitvoering van de hulpverleningstaak. Uitgangspunt is dat de politie wordt gestuurd op basis van concreet te behalen resultaten en prestaties aan de hand van het regionaal beleidsplan. In dit Meerjarenbeleidsplan 2013-2014 zijn de prioriteiten en doelstellingen van de regionale politie-eenheid zijn opgenomen. Het beleidsplan bevat enerzijds de door de minister van Veiligheid & Justitie vastgestelde landelijke doelstellingen en is anderzijds gebaseerd op de lokale integrale veiligheidsplannen, de doelstellingen van het OM en het regionale veiligheidsbeeld. Als grote gemene deler hiervan zijn voor de politie-eenheid Rotterdam voor de periode 2013-2014 de volgende prioriteiten bepaald: 1. Vertrouwen in veiligheid 2. Veiligheid in de buurt 3. Hoge impact delicten 4. Jongeren 5. Ondermijning van de maatschappelijke integriteit. De prioriteiten van de regionale eenheid komen niet in de plaats van de lokale prioriteiten. Per gemeente zijn de lokale prioriteiten, afkomstig uit de integrale veiligheidsplannen, opgenomen in een ‘gemeenteblad’. De lokale prioriteiten in het gemeenteblad van Papendrecht (bijgevoegd) zijn overgenomen uit het IVP 2012-2015. In de eerste helft van 2013 wordt door de politie een gebiedsscan voor de gemeente Papendrecht opgesteld. In een gebiedsscan geeft de politie, naast feitelijke cijfers, ook ervaringen in de praktijk van wijkagenten weer. De gebiedsscan kan als input dienen voor de tussentijdse evaluatie van het IVP 2012-2015.


3

Woonkracht10 De missie van Woonkracht 10 is ‘stuwende kracht voor mensen en wijken’ waarbij zij in 2013 richten op de volgende thema’s: • Wonen, wijken en dienstverlening; goed wonen is meer dan een goed huis. Woonkracht 10 zet zich samen met andere partners in voor prettige en veilige wijken. • Woonkracht 10 opent deuren; de wooncorporatie opent zijn deuren om hiermee te kunnen voldoen aan goed wonen in een prettige wijk en met dienstverlening op een hoog niveau. • Betrokken en dichtbij; enerzijds wordt de wooncorporatie groter, anderzijds blijft zij dichtbij. • Samen en verbindend; samenwerking met andere partners en ook met de klanten. Integraal Veiligheidsplan 2012 Bij de totstandkoming van het meerjarige IVP hebben in 2011 interactieve bijeenkomsten en heeft begin 2012 een bijeenkomst met maatschappelijke partners plaatsgevonden. Individuele partners en ondernemers zijn ook in de praktijk belangrijke partners in het versterken van de lokale veiligheid. Daarop is de dialoog in 2012 voortgezet. Met vertegenwoordigers van de winkelcentra Westpolder en Wilgendonk is gesproken over een gezamenlijke, integrale aanpak van jongerenoverlast. Daarnaast zijn in het najaar, door wijkcoördinatie in samenwerking met de politie en de brandweer, vier succesvolle en drukbezochte bijeenkomsten rond het thema ‘Veiligheid in en om de woning’ georganiseerd. Ook is in de Zaling in de wijk Oostpolder, in samenwerking met de politie, een enthousiast bewonersinitiatief gestart. Bovendien is vooruitlopend op de ontwikkelingen omtrent de Drank- en Horecawetgeving in begin 2012 een pilot gestart waarbij de BOA’s werkten in de zin van de nieuwe Drank- en Horecawetgeving. Zo is in de gemeente Papendrecht geen sprake van een gat tussen de oude en de nieuwe Drank- en Horecawetgeving. Naar aanleiding van 2012 en voorgaande jaren is op vele terreinen van de veiligheid een verbetering te zien. Zo is sprake van een afname van meldingen/ aangiften als het gaat om overlast door jongeren, huiselijk geweld en openlijk geweld. Is het aantal aangiften voor wat betreft diefstal aan/uit auto’s, van auto’s en van fietsen afgenomen. Deze trend dient te worden voortgezet. Voor bijvoorbeeld diefstal uit woning dient juist in het jaar 2013 meer aandacht te komen. Integraal Veiligheidsplan 2013 In 2013 wordt de integrale benadering voortgezet. In 2013 zal nog meer worden ingezet op de verbreding in de uitvoering. Nog meer zal gekeken worden hoe kan worden samengewerkt. Hierbij is de uitvoeringsmatrix een hulpmiddel om ieder zijn inzet in beeld te brengen en ook de verbinding aan te geven. Voor 2013 zullen drie initiatieven extra aandacht krijgen en wel: • Zo wordt in het kader van de eerste prioriteit - vermindering jongerenoverlast - een pilot gestart waarbij een integrale aanpak dient te leiden tot vermindering van jongeren die overlast veroorzaken of erger. Door integrale (zorg, werk/inkomen, vrije tijd en politie/OM) inzet wordt per individu een persoonsgerichte aanpak ingesteld. De overlast die de jongere veroorzaakt wordt geconstateerd in het JOOP en de individuele aanpak geeft hieraan vervolg. • Daarnaast wordt in het kader van prioriteit twee namelijk - vermindering geweld en ‘alcohol’ overlast - uitvoering gegeven aan de nieuwe Drank- en Horecawetgeving. • Wat betreft prioriteit drie namelijk - vermindering veelvoorkomende criminaliteit - wordt met name ingezet op het voorkomen van woninginbraken. In gezamenlijkheid (gemeente wijkgericht werken/OOV, politie en Woonkracht 10) zal worden ingezet op preventie. Hierbij wordt een vervolg gegeven aan de vier themavonden ‘veiligheid in en om het huis’.


4

2. Prioriteiten 2.1 Vermindering jongerenoverlast Jongerenoverlast wordt door medebewoners ervaren als rondhangende groepen die zich intimiderend gedragen, geluidsoverlast veroorzaken, rotzooi en graffiti achterlaten, eventueel vernielingen plegen en soms ergere criminaliteit. Jeugdige daders hebben een aanzienlijk aandeel in delicten als vernielingen en overlast. Het aantal meldingen ‘overlast jeugd’ is in 2012 licht gedaald. Meldingen Overlast jeugd

2006 406

2007 384

2008 317

2009 340

2010 462

2011 338

2012 318

Tabel: Meldingen van jeugdoverlast gemeente Papendrecht (bron: Politie)

Problematische jeugdgroepen worden aan de hand van de door de politie gehanteerde Shortlistmethode onderverdeeld in hinderlijke, overlastgevende en criminele jeugdgroepen. De gemeente heeft de regie op de aanpak van hinderlijke en overlastgevende groepen en individuen. Bij overlastgevende groepen is daarbij samenwerking tussen gemeente (beleid en jongerenwerk) en de politie een vereiste, zeker als het gaat om handhaving en opsporing. De politie en het OM voeren de regie op de aanpak van criminele jeugd(groepen). Uiteraard is bij iedere aanpak van jeugdcriminaliteit een veelheid aan partijen betrokken. Door het grote volume van deze delicten is er veel te winnen bij een integrale aanpak. Politiecontact minderjarigen Verdachte aangehouden Verdachte inverzekeringstelling (IVS) Verdachte OM Verdachte gehoord Halt-afdoening

2008

2009

2010

2011

2012

M 57 8

V 2 0

M 55 19

V 8 1

M 70 27

V 7 0

M 18 5

V 3 0

M 49 24

V 3 2

47 93 16

8 10 3

54 83 18

8 24 5

64 108 21

16 20 3

52 75 36

4 7 2

62 103 31

10 10 4

Tabel: Politiecontact minderjarigen M/V gemeente Papendrecht (bron: Politie)

Het aantal politiecontacten van minderjarigen vertoont ten opzichte van 2011 een stijging en is vrijwel weer op hetzelfde niveau als de jaren voor 2011. Het aantal Halt-afdoeningen blijft, door de extra aandacht hiervoor in 2011, op een gelijk niveau. Bij de aanpak van jongerenoverlast ligt de nadruk op het voorkomen van overlast en criminaliteit. Dat geschiedt door de proactieve inzet van de politie op het terrein van de openbare orde. De gemeentelijke ambulant jongerenwerker heeft veel contact met groepen jongeren binnen Papendrecht. Het opbouwen en onderhouden van deze contacten is van groot belang, juist ook op het moment dat jongeren geen overlast veroorzaken. Bij de aanpak zelf kan een onderscheid worden gemaakt naar domein-, groeps-, en persoonsgerichte aanpak. Domeingericht In het geval jongeren op een locatie onaanvaardbaar veel overlast veroorzaken, worden zij op deze plaatsen niet getolereerd. Zowel politie als ambulant jongerenwerker verwijzen jongeren dan naar de zogenaamde ‘verwijsplekken’. In Papendrecht zijn de JOP’s en de Chill-in hierbij van groot belang. Groepsgericht Het Jongerenoverleg Papendrecht (JOOP) brengt de groepen hangjongeren in beeld aan de hand van de locaties waar zij zich ophouden. Deze groepen bestaan deels uit dezelfde jongeren. In Papendrecht zijn hinderlijke en overlastgevende, maar geen criminele jeugdgroepen. Wel is een aantal criminele jongeren actief in Papendrecht.


5

Persoonsgericht Voor de meest overlastgevende (soms criminele) jongeren is een persoonsgerichte aanpak noodzakelijk. Dit zijn ook vaak de jongeren die bepalend zijn voor het gedrag van de gehele jeugdgroep. Een sluitende aanpak voor deze jongeren met betrokkenheid van alle partijen (zowel zorg als strafrecht), kan een groot verschil maken voor de totale jongerenoverlast binnen de gemeente. Bij deze persoonsgerichte aanpak heeft de gemeente een regierol (‘aanjaagfunctie’). De gemeentelijke regisseur neemt nadrukkelijk geen taken over, maar initieert en volgt de aanpak van individuele jongeren door de daartoe geëigende partijen/ overlegstructuren. Voorbeelden zijn Jongerenwerk, het JPT (politie), het CJG, het Veiligheidshuis en Bureau Leerplicht. Aantal overlastmeldingen uitgesplitst per subcategorie Binnenkomst melding tussen 01-01-12 en 31-12-12 Overlast buren Jeugd Overlast evenementen Overlast geluid Graffiti, plakken en kladden Overlast stank Overlast horeca Totaal overlastmeldingen

2008

2009

2010

2011

2012

57 87 4 33 27 8 13 229

84 59 24 12 9 6 5 199

52 49 5 13 4 11 46 180

89 61 8 26 9 13 6 212

81 42 10 41 5 8 6

Tabel: Overlastmeldingen gemeente Papendrecht (bron: ‘Meldingen Meldpunt veiligheid 2012’)

Uit het totaal aantal meldingen dat binnengekomen is bij het ‘Meldpunt veiligheid, onderhoud en beheer’ blijkt dat het aantal meldingen over jeugdoverlast in 2012 is afgenomen. De meldingen ‘overlast geluid’ zijn flink gestegen. Veiligheidshuis In 2012 heeft in het Veiligheidshuis Zuid-Holland Zuid een Tijdelijk Casusoverleg Overlastgevende Jeugd (TCOJ) specifiek voor een aantal Papendrechtse jongeren plaatsgevonden. Bij het Veiligheidshuis Zuid-Holland Zuid zijn het afgelopen jaar 4 minderjarige veelplegers in beeld geweest. In overleg met de politie wordt bezien in hoeverre de gemeente, dan wel een andere instelling, kan bijdragen aan een goede re-integratie van deze jongeren in de samenleving. In het Veiligheidshuis wordt in 2013 een intranetsite opengesteld voor diverse doeleinden voor de deelnemende instanties. Het is o.a. de bedoeling op de site een pagina in te richten over de jeugdgroepen. De informatie die zal worden geplaatst betreft dan: - kwartaaloverzichten van de namen van de groepen per gemeente; - contactpersonen van de gemeente en politie; - contactpersonen van individuele casusoverleggen; - informatie / aanvraag voor een Tijdelijk Casusoverleg Overlastgevende jeugdgroepen. Inzet 2013 • Versterking ketenregie jongerenoverlast In 2012 zijn stappen gemaakt in de verbetering van de werking van het JOOP en de samenwerking tussen de ketenpartners in de aanpak van jongerenoverlast. Voor het JOOP is een verbetering van de resultaatgerichtheid van belang. Partijen weten elkaar, voornamelijk nog ad hoc, wel te vinden. Inzet voor 2013 is om deze samenwerking verder te stroomlijnen en te verbeteren. Voorbeelden van de gewenste verbeteringen zijn de versteviging van de aansluiting met het Veiligheidshuis en het Centrum voor Jeugd en Gezin, het delen en documenteren van informatie en de voorbereiding en opvolging van interventies. Daarnaast geeft Papendrecht in 2013 de regierol op de persoonsgerichte aanpak van de meest overlastgevende (soms criminele) jongeren vorm. In eerste instantie wordt gestart met een pilot. Met deze persoonsgerichte aanpak wordt vervolg gegeven aan wat in het JOOP wordt geconstateerd. Blijkt in het JOOP een groep te bestaan die overlast veroorzaakt, dan worden de jongeren individueel besproken in de persoonsgerichte aanpak.


6

In het JOOP wordt gekeken naar de mogelijke inzet op locaties en de groep als geheel. In de persoonsgerichte aanpak is sprake van een geïntegreerde inzet vanuit zorg (CJG) maar ook het Veiligheidshuis, eventueel aangevuld met partners als Yulius, Trivium Lindehof etc. De afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling zit het JOOP voor en vanuit de afdeling Bestuur & Organisatie wordt in 2013 vorm gegeven aan de persoonsgerichte aanpak. • Planmatige aanpak ernstige overlastsituaties (hotspots/hotgroups) en individuele aanpak Voor 2013 zijn - op basis van het Masterplan Jeugd van de politie - in het districtelijke driehoeksoverleg de volgende Papendrechtse groepen aangewezen, waarop de gezamenlijke partners prioritair actie ondernemen: 1. Vinkenpadgroep (overlastgevend); 2. Wilgendonkgroep (overlastgevend); 3. Meentgroep (hinderlijk). Daarnaast is er blijvende aandacht voor een tweetal hotspots voor de aanpak van jongerenoverlast bepaald; de winkelcentra Wilgendonk en Westpolder. Diverse jeugdgroepen veroorzaken overlast op deze beide locaties. Voor de beide winkelcentra is de samenwerking tussen de partners vormgegeven, deze samenwerking is echter breder dan de aanpak jongerenoverlast (zie 3.3 ‘Veilige winkelgebieden’). Nieuwe prioritaire groepen worden alleen toegevoegd na aanwijzing door de driehoek (op basis van de shortlistmethodiek). Voor de aanpak van de prioritaire groepen wordt een plan van aanpak gemaakt met de trits: 1. de jongeren uit de anonimiteit halen (jongerenwerk/ politie benaderen de jongeren) en hen aanspreken dan wel verwijzen; 2. de ouders informeren en suggesties doen voor aanpak (brief van de politie/gemeente); 3. (lokale) interventies plegen; 4. overdragen aan het Veiligheidshuis (bijvoorbeeld het Tijdelijk Casusoverleg Overlastgevende Jeugdgroepen). Bij overlast van (groepen) jongeren die niet als prioritair zijn aangewezen geldt dat op ad hoc basis in de Persoonsgerichte aanpak een dossier wordt opgebouwd en de nodige inzet wordt uitgezet. Binnen het JOOP wordt bekeken wat de mogelijke inzet is op locatie en/of op de groep in zijn geheel. • Meer inzet op preventie Ouders, onderwijsinstellingen, jeugdzorg e.d. worden benaderd om alerter te reageren op negatieve ontwikkelingen bij jeugdigen: adequaat signaleren en inzetten op (preventieve) aanpak in eigen kring van de jongere (ouders, vrienden, buurt, sportclub, school) eventueel via professionele instanties is noodzakelijk om tot ander gedrag te komen. Het Centrum voor Jeugd en Gezin is een belangrijk punt waar ouders, maar ook vrienden, buurt, onderwijs enzovoort terecht kunnen om vragen te stellen over ‘ander’ gedrag van een jongere. Voor professionals geldt dat zij, bij het hebben van een zorg omtrent een jongere, en willen weten of een andere organisatie zich ook met die jongere bezighoudt, de mogelijkheid hebben om te registreren in het Zorg voor Jeugdsysteem. Via de wijkplatforms en de ondernemersverenigingen, meer specifiek in KVO-verband, kunnen adviezen worden gegeven in de omgang met overlast. Zo nodig kan een bemiddelingstraject worden ingezet, bv door groepsbemiddeling of jongerenbemiddeling. De gemeente streeft in samenwerking met andere partners om de jongerenoverlast te reguleren.. Hierbij zal met name aandacht zijn voor een groepen jongeren die overlastgevend gedrag vertonen. Het zal niet zo zijn dat alle overlast voorkomen kan worden; jongeren hebben ruimte nodig om elkaar te ontmoeten en wat voor de ene burger eruit ziet als een gezellig samenzijn kan door een andere burger als overlast worden ervaren. De gemeente, zowel wijkcoördinatoren als jongerenwerk, en de politie hebben een taak om burgers in dit onderscheid mee te nemen. Daar waar meldingen en eigen waarneming door professionals overlast aantonen, is optreden door de partners van het JOOP, ook bij incidenten en dus niet alleen op aangewezen hotspots, nodig.


7

Doelstellingen Het doel is om eind 2013 te hebben bereikt dat: 1. Meer risicojongeren voortijdig worden aangepakt door middel van bestaande instrumenten en overleggen; het aantal minderjarige veelplegers als gevolg is afgenomen; jongeren kunnen rekenen op snelle doorlooptijden en een laag sepotpercentage. 2. Ouders van minderjarige overlastgevers worden geïnformeerd over hun kind waarbij wordt aangegeven dat dit gedrag moet stoppen en welke mogelijkheden daartoe bestaan (normeren en faciliteren). 3. De gemeentelijke regierol op de persoonsgerichte aanpak is vormgegeven. 4. Daadwerkelijke afname van de overlast op de aangewezen locaties en/of groepen. 5. De werking van het JOOP is verbeterd; de jongeren zijn in helder in beeld gebracht en ook worden de acties beter gemonitord. Activiteiten partners Gemeente • Regie op de aanpak van de overlast op de aangewezen hotspots/hotgroups. • Regie op de persoonsgerichte aanpak van overlastgevende jongeren (pilot). • Door preventieve inzet in de openbare ruimte kan overlast worden vermeden of worden verminderd. Dit geldt onder meer bij evenementen en in uitgaansgebieden. • Aanspreken van scholen (indien nodig) betreffende het naleven van het convenant Veilig In en Om School. • Aandacht hebben voor schoolverzuim van jeugd door samenwerking met leerplichtambtenaren. • Het CJG heeft als speerpunt verbetering van samenwerking tussen CJG en Jeugdreclassering. • Verder wil het CJG goede afstemming tussen het CJG, gemeente, het lokale zorgnetwerk en Centrale Toegang. Dit is noodzakelijk gelet op het feit dat nazorg van ex-(jeugd)gedetineerden bij de gemeenten blijft. Het CJG heeft een coördinerende rol. • Het CJG heeft zich voor 2013 voorgenomen om het aanbod voor 12+ te verbreden. Verder wordt het onderwijs beter voorzien met informatie en wordt meer vraaggericht ingezet. • De gemeente voert een actief beleid op voor- en vroegschoolse educatie en warme overdracht. • Jongeren zonder startkwalificatie krijgen aanbod via initiatieven als zijnde T Team/ Entree. • De ambulant jongerenwerker onderhoudt preventief contact met groepen jongeren. Ook op het moment dat zij geen overlast veroorzaken. • Organiseren en voorzitten van het JOOP overleg. • Bij ernstige overlast in een bepaald gebied of door een bepaalde groep kan in het Veiligheidshuis een Tijdelijk Casusoverleg Overlastgevende Jeugdgroepen worden ingelast. Openbaar Ministerie Bij jeugdcriminaliteit: • Regie voeren op een sluitende aanpak van minderjarige veelplegers. • Op tactisch niveau: afstemmen tussen ketenpartners in Arrondissementaal Platform Jeugdcriminaliteit, waarvan het OM voorzitter is. • Op operationeel niveau: het OM is voorzitter van het justitieel casusoverleg, waarin naast het OM ook de politie en de Raad voor de Kinderbescherming zijn vertegenwoordigd. Door de politie ingediende zaken worden besproken, het OM neemt de afdoeningsbeslissing. • Snelle afhandeling van jeugdzaken: doorlooptijd tussen het eerste verhoor en beoordeling van het OM in 80% van de gevallen < 3 maanden en tussen eerste verhoor en afdoening in 80% van de gevallen < 6 maanden. • In het leerplichtoverleg bespreken en afdoen van leerplichtzaken. • Zorgdragen voor de afdoening van mislukte HALT-straffen.


8

Bij jeugdoverlast: • Instellen van vervolging bij overtredingen van de APV met betrekking tot overlast (alleen van toepassing op de niet betaalde politietransacties en de APV-overtredingen die met een OMtransactie worden afgedaan). • Bij ernstige overlast in een bepaald gebied of door een bepaalde groep kan in het Veiligheidshuis een Tijdelijk Casusoverleg Overlastgevende Jeugdgroepen worden ingelast. Politie • Uitvoeren van de Shortlistmethodiek • Voorkomen van overlast en criminaliteit door preventieve inzet in de openbare orde, onder andere bij evenementen en in uitgaansgebieden. • Preventief toezicht in aanvulling op actief jongerenwerk op overlastplekken en opnemen van de personalia en portretten van overlast veroorzakende jeugd in het Jeugd Informatie Systeem. • Handhaven van de Algemene Plaatselijke Verordening. • Garanderen van de doorlooptijden (Kalsbeeknorm) voor jeugdige verdachten. • Aanmelden van risicojongeren bij het Jeugdpreventieteam. • Bij delictgedrag aanmelden van kinderen jonger dan 12 voor een zogenaamde ‘STOP-reactie’. • Bij delictgedrag aanmelden van jongeren jonger dan 18 jaar bij het Jeug Preventie Team. • Bij JPT aangemelde jongeren worden (door het JPT) gemeld in de verwijsindex Zorg voor Jeugd. • Aanspreken van ouders van minderjarigen op hun ouderlijke verantwoordelijkheid in het geval van wangedrag. • Aanspreken (indien nodig) van scholen betreffende het naleven van het convenant Veilig In en Om School. • Aandacht hebben voor schoolverzuim van jeugd door samenwerking met leerplichtambtenaren. • Bijhouden van een overzicht van jeugdige veelplegers, op basis waarvan afspraken kunnen worden gemaakt met de partners. • Ontwikkelen van een persoonsgerichte aanpak van jeugdige meerplegers. • Deelnemen aan het jongerenoverleg (JOOP en individueel) van de gemeente. • Bij ernstige overlast in een bepaald gebied of door een bepaalde groep kan in het Veiligheidshuis een Tijdelijk Casusoverleg Overlastgevende Jeugdgroepen worden ingelast. Woonkracht10 • Inzet op activering en stimulering van bewonersparticipatie en samenwerking wijkpartners. • Duidelijke focus op aandachtcomplexen (daar zijn waar nodig). • Aan de voorkant duidelijke afspraken met (nieuwe) huurders ter voorkoming niet naleven van het goed-huurderschap. Ook gericht op ouders van jeugdige overlastgevers. • Deelnemen aan het JOOP overleg van de gemeente. • Repressieve aanpak van de (jongeren)overlast op overlastlocaties in nauwe samenwerking met de politie, gemeente en zorgnetwerk.


9

Indicator

Bron

Nulmeting (jaar)

Overlastmeldingen op door de gemeente aangewezen hotspots

Politie en gemeente

Aantal overlastmeldingen op aangewezen hotspots in 2012

Aantal meldingen overlast jeugd

Politie en gemeente

462 meldingen jeugdoverlast bij de politie in 2010 49 meldingen jeugdoverlast bij de gemeente in 2010

Aantal criminele of probleemjongeren (tot en met 24 jaar) die bij de gemeente in beeld zijn (bv door aanmelding bij het Veiligheidshuis)

Gemeente en Veiligheidshuis

Aantal groepen jongeren die overlast geven

Gemeente en politie

-Alle probleem jongeren bij gemeente in beeld in 2012 -61 jongeren in JCO het Veiligheidshuis

6 overlastgevende groepen jongeren in 2010

Streefwaarde 2013 -Vermindering overlastmeldingen op aangewezen hotspots -snelle reactie dmv integrale aanpak Minder dan 462 meldingen jeugdoverlast bij de politie

Streefwaarde 2015 -Vermindering overlastmeldingen op aangewezen hotspots. -snelle reactie dmv integrale aanpak Minder dan 462 meldingen jeugdoverlast bij de politie Minder dan 49 meldingen jeugdoverlast bij de gemeente -Alle probleem jongeren bij gemeente in beeld -Minder dan 60 jongeren besproken in JCO bij het Veiligheidshuis Minder dan 6 overlastgevende groepen jongeren

2.2 Vermindering geweld en ‘alcohol’overlast De aanpak van geweld is en blijft een prioriteit. Het is een delict met veel impact op mensen waardoor gerichte aandacht gewenst blijft. Geweld bestaat uit vele deelgebieden die variëren in complexiteit. Het delen van informatie tussen partners over en de integrale aanpak van geweld in de openbare ruimte (bedreiging, mishandeling en openlijke geweldpleging) en huiselijk geweld blijven belangrijke speerpunten. Een omvangrijk deel van de geweldsdelicten vloeit voort uit overmatig alcoholgebruik; dat is in Papendrecht niet anders. Binnen het regionale programma ‘Verzuip jij je toekomst?!’ wordt ingezet op de bestrijding van het overmatig gebruik van alcohol bij jongeren. Dit programma is begin 2013 verlengd met een tweede periode van vier jaar. Belangrijke ontwikkeling in 2013 is de wijziging van de Drank- en Horecawet (DHW) per 1 januari, de belangrijkste wijzigingen zijn: • Strafbaarheid jeugd onder 16 jaar bij bezit alcohol; • Toezicht op de DHW gaat naar de gemeente; • Vereenvoudiging van het vergunningenstelsel; • Wijziging sanctiebeleid voor detailhandel; • Burgemeester bevoegd gezag • Nieuwe regels ten aanzien van paracommerciële instellingen. De overgang van het toezicht naar de gemeente betekent dat de gemeente meer mogelijkheden heeft om overmatig alcoholgebruik onder jongeren tegen te gaan. De drank- en horecavergunning kan bijvoorbeeld tijdelijk worden geschorst of een winkelier kan een (tijdelijk) verbod op de verkoop van alcohol krijgen. In afwachting van de nieuwe ontwikkelingen binnen de Drank- en Horecawet heeft de gemeente Papendrecht vanaf begin 2012 de BOA’s actief ingezet, waardoor niet alleen sprake is van een naadloze overstap, maar de BOA’s ook praktijkervaring hebben opgedaan.


10

De gemeente Papendrecht beschikt over twee gediplomeerde handhavers Drank- en Horecawet (BOA’s) die daartoe de landelijk gecertificeerde opleiding hebben gevolgd. Preventie, opsporing en handhaving kunnen dan ook daadwerkelijk worden ingezet. Deze handhavingscapaciteit wordt ook aangeboden aan (en afgenomen door) de omliggende gemeenten: Alblasserdam, Sliedrecht en Molenwaard. Daarnaast wordt actief meegewerkt aan uitwisseling van kennis en capaciteit binnen Zuid-Holland Zuid/ Rotterdam. Ongeveer een vijfde van alle geweldsmisdrijven betreft huiselijk geweld. In Papendrecht is in 2012 zeven maal een tijdelijk huisverbod opgelegd (was in 2011 gelijk). De uitvoering van de Wet tijdelijk huisverbod vergt goede en intensieve samenwerking tussen politie, gemeente en hulpverlening. Alle betrokken partijen beschouwen het tijdelijk huisverbod als een bruikbaar instrument. De hulpverlening wordt snel opgestart, zodoende wordt de nodige rust gecreëerd voor de slachtoffers. Aangiften opgenomen Mishandeling Bedreiging Zedenmisdrijf Straatroof Overval Huiselijk geweld Openlijk geweld (persoon) Moord, doodslag Totaal geweld

2006 71 73 24 5 5 54 4 0 236

2007 67 38 5 2 1 37 7 0 157

2008 61 27 6 3 4 26 4 0 131

2009 50 23 8 4 2 32 3 0 122

2010 58 21 2 2 6 36 4 2 131

2011 47 27 5 2 4 32 10 3 130

2012 55 25 3 4 0 22 5 2 116

Tabel: Aangiften van geweld gemeente Papendrecht (bron: Politie)

Uit de bovenstaande tabel blijkt dat het totaal aantal geweldsdelicten in 2012 is afgenomen, een positieve trend. Zeker in vergelijking met de jaren 2006 en 2007 is dit een forse daling. Ten opzichte van 2011 is een daling te zien voor de delicten zedenmisdrijf, overval, huiselijk geweld en openlijk geweld. De twee gevallen ‘moord, doodslag’ betreffen pogingen. Inzet 2013 • Vermindering alcoholgebruik bij jongeren Ook in 2013 doet Papendrecht actief mee aan het regionale project “Verzuip jij je toekomst?!” om tot een gematigder alcoholgebruik te komen onder jongeren. Dit project kent twee speerpunten namelijk: het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar. En het tegengaan van schadelijk alcohol gebruik door jongeren van 18 tot en met 23 jaar. Vanuit de gemeente wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan de gewijzigde DHW, onder andere door een brief van de burgemeester aan ouders van jongeren onder de 16 jaar. De BOA’s gaan nadrukkelijk controleren bij zogenaamde ‘hotspots’ van alcoholverkoop aan jongeren, dit zijn voornamelijk sportkantines en supermarkten. In eerste aanleg wordt ingezet op zichtbaarheid en preventie. In tweede instantie wordt overgegaan tot het formele traject van aanzegging en boete-oplegging. Ook zal (in tweede instantie) gebruik gemaakt worden van ‘mystery shoppers’ om de daadwerkelijke handelwijze van verkopers te controleren. • Nadruk eigen verantwoordelijkheid (horeca-)ondernemers voor omgeving Gecertificeerde gemeentelijke BOA’s voeren het toezicht op de gewijzigde DHW uit. In eerste instantie wordt gestart met kenbaarheid en zichtbare controle door de BOA’s. Indien er sprake is van veiligheidsproblematiek rondom (horeca)gelegenheden, wordt de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemers altijd benadrukt. Door de betrokken partijen wordt in gezamenlijkheid, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid, naar een oplossing gezocht. • Meer naar vroegsignalering sociale problematiek De gemeente, politie, maar ook Woonkracht10 zetten zich in om zicht te krijgen op sociale problematiek. Vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) vindt vroegsignalering en coördinatie van deze problematiek voor jeugdigen plaats.


11

Ten aanzien van volwassenen is het lokale zorgnetwerk (in combinatie met het meldpunt zorg en overlast) actief. In het lokale zorgnetwerk overleggen naast politie, Woonkracht10 en buurtbemiddeling ook diverse hulpverleningsinstellingen onder voorzitterschap van een coördinator van de GGD (die doet dat in feite namens de gemeente). Het wijkteam van politie en buurtbemiddeling signaleren een toenemend aantal ‘onoplosbare’ (buren)conflicten. Hierbij is vaak één van de bij het conflict betrokken partijen bekend bij de leden van zorgnetwerk, maar wordt de aangeboden hulp consequent afgewezen (zogenaamde ‘zorgmijders’). In 2013 wordt gezocht naar een effectieve aanpak voor deze casussen. • Toepassing huisverbod De burgemeester past waar nodig het huisverbod toe, vooral als bestuurlijke maatregel en soms in het verlengde van een strafrechtelijke vervolging. Door alle betrokken partners worden de mogelijkheden voor het meer preventief toepassen van het tijdelijk huisverbod onderzocht. We willen in de komende jaren werken aan een verdere vermindering van het aantal geweldsdelicten. Ten aanzien van huiselijk geweld is een nuancering op zijn plaats; gelet op het feit dat dit geweld zich achter de voordeur afspeelt is vermindering van het aantal delicten het einddoel, maar zetten we nu nog steeds in op het juist vergroten van het aantal meldingen omdat de gevoelde drempel om aangifte te doen veel hoger is dan bij bijvoorbeeld geweld op straat. De daling van het aantal aangiften huiselijk geweld is daarom lastig te duiden. Op het terrein van alcoholmatiging hopen we te bereiken dat jongeren pas op latere leeftijd beginnen met alcoholconsumptie en dat zij op een gematigder manier consumeren. De gemeente wordt gefaciliteerd met aanbevelingen en instrumenten vanuit het regionale project ‘Verzuip jij je toekomst?!’. Verder willen we bereiken dat we veilige horecagebieden houden waar het leuk is om uit te gaan, en waar ook buurtbewoners met de levendigheid en bedrijvigheid die horeca altijd geeft, weten te leven. Doelstellingen Het doel is om eind 2013 te hebben bereikt dat 1. De gemeentelijke controle van de gewijzigde Drank- en Horecawet wordt verder vormgegeven. 2. Meer aandacht voor leeftijdsgrenzen bij verkopers van alcohol. 3. Verbetering van vroegsignalering betreffende huiselijk geweld. Activiteiten partners Gemeente Algemeen: • Toezicht en handhaving op basis van de gewijzigde Drank- en horecawet inrichten en uitvoeren. • Deelname aan Verzuip jij je toekomst?!: aan de hand van drie pijlers zijnde beleid (eenduidig alcoholbeleid op het voortgezet onderwijs), handhaving (advisering mbt preventie bij gewijzigde Drank- en Horecawet) en Bewustwording (non alcohol maand). • Stellen, controleren en handhaven van vergunningsvoorwaarden ten behoeve van restrictiever alcoholgebruik bij horeca, feesten en evenementen. • Verstrekken van nieuwe vergunningen (ter vervanging van de bestaande) die zijn aangepast aan de nieuwe weten regelgeving. • Afspraken maken met verenigingen over verantwoord alcoholgebruik en zonodig opstellen van subsidiebeleidsregels. • Gezamenlijk met de woningcorporatie Woonkracht10 buurtbemiddeling in stand houden. Door frustraties en ergernissen tussen bewoners in een vroeg stadium op te lossen wordt escalatie van de problemen voorkomen.


12

Huiselijk Geweld: • Bevorderen van de meldingsbereidheid onder de bevolking en professionals door bekendheid te geven aan de bestaande aanpak huiselijk geweld en uit te dragen dat huiselijk geweld niet geaccepteerd wordt in de samenleving en een strafbaar feit is. • Toepassen van het huisverbod op grond van de Wet tijdelijk huisverbod. Openbaar ministerie Algemeen: 1 • Instellen van vervolging van strafbare feiten . • Indien sprake is van ernstig geweld tegen personen, overgaan tot voorgeleiding van 2 verdachte(n) bij de rechter-commissaris . • Met politie en Slachtofferhulp Nederland samenwerken in het Slachtofferloket. Binnen het slachtofferloket kan voor het slachtoffer/ de nabestaande onder andere het verschaffen van informatie tot schadebemiddeling en het aanvragen van spreekrecht tijdens de zitting. geregeld worden; • Voor de aanpak van overvallen sluit de politie aan bij de werkwijze van de eenheid Rotterdam. Het OM zet in op het ontnemen van crimineel vermogen, het vergoeden van de schade door de dader en slachtoffers gebruik laten maken van spreekrecht. De strafvorderingrichtlijn overvallen wordt toegepast. • Conform het protocol Eenduidige Landelijke Afspraken eisen van hogere straffen bij geweld tegen: - personen in uitoefening van hun functie (150% verhoging); - personen die burgermoed hebben getoond (150% verhoging); - personen die in een afhankelijke situatie tot de dader staan (33% verhoging). Veiligheidshuis Huiselijk Geweld: • Conform de richtlijn huiselijk geweld zoveel mogelijk zaken strafrechtelijk vervolgen. • In geval van schorsing van de voorlopige hechtenis zo mogelijk verzoeken om bijzondere schorsingsvoorwaarden, zoals bijv. een straat- of contactverbod. • In overleg met politie, reclassering en andere organisaties zo snel mogelijk hulpverlening voor dader en slachtoffer inschakelen. • Indien gewenst de slachtoffers van huiselijk geweld informeren over het verloop van het strafproces. • Met de ketenpartners samenwerken in het Veiligheidshuis. Politie Algemeen: • Inzetten om binnen 15 minuten noodhulp te leveren, 24 uur per dag. • Inzetten op een oplossingspercentage geweld van tenminste 80%. • Inzet in de openbare orde, waaronder in uitgaansgebieden en bij evenementen. • De Algemene Plaatselijke Verordening handhaven. • Bij de behandeling van zaken voorrang geven aan geweldszaken. • Pro-actief aanbieden van slachtofferhulp. • Binnen drie weken benaderen van slachtoffers van geweld in het kader van nazorg. • Uitvoeren van een gebiedsscan voor de gemeente Papendrecht (wijkteam). Huiselijk geweld wordt een apart item binnen de gebiedsscan.

1

Daar waar in dit uitvoeringskader gesteld wordt dat het OM vervolging van strafbare feiten instelt, geldt dat dit alleen van toepassing is indien dit binnen het juridisch kader mogelijk is. ² Daar waar in dit plan vermeldt staat dat het OM de verdachte(n) zal voorgeleiden bij de rechter-commissaris, geldt dat dit alleen mogelijk is indien het een geval betreft waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten en waarbij ernstige bezwaren en gronden voor voorlopige hechtenis aanwezig zijn.


13

Huiselijk Geweld: • Ondersteunen van ernstig bedreigde slachtoffers middels een noodknop (AWARE). • Uitvoeren van de Wet tijdelijk huisverbod door middel van interne voorlichting en opleiding. • Verhogen van het aantal meldingen dat wordt doorgezet richting hulpverlening. • Verhogen van het aantal ambtshalve vervolgde misdrijven en aangehouden verdachten. • Uitvoeren van een inventarisatie door de ketenpartners naar een mogelijke aanpak voor recidiverende plegers huiselijk geweld. Woonkracht10 • De medewerkers leefbaarheid zijn alert op signalen van haar huurders die kunnen duiden op huiselijk geweld. • De medewerkers leefbaarheid gaan over (signalen van) huiselijk geweld actief in gesprek met huurders en verwijzen waar nodig door binnen het zorgnetwerk . • Woonkracht10 kan bij signalen verwijzen naar hulpverlening en/of politie. • Ingeval de betrokkene zich genoodzaakt ziet naar een andere woning te gaan, voert Woonkracht10 intakegesprekken om (eventueel) de voorrangsprocedure in gang te zetten en levert een vaste bijdrage in het Platvorm Uitvoering Voorrang. • Woonkracht10 benoemt aandachtscomplexen. Om de juiste focus te definiëren doet Woonkracht10 nader onderzoek naar o.a. bewonerstevredenheid, fysieke en sociale kwaliteit van het leefklimaat. De uitkomsten van de onderzoeken worden vertaald naar concrete plannen in een complexbeheerplan en sociaal programma. Wijkpartners en zorgnetwerk worden bij de invulling en uitvoering actief betrokken. • Aspirant huurders worden uitgenodigd voor een intakegesprek. Daarnaast behoort in de aandachtscomplexen screening bij diverse instanties op strafrechtelijk verleden, inschrijving GBA en huurderverleden inzake overlast en huurincasso tot de toewijzingsprocedure. Doelstelling (SMART): Indicator Aantal geweldsdelicten (openlijk geweld, mishandeling en bedreiging) Aantal meldingen huiselijk geweld

% jongeren dat in de leeftijd van 13 tot 14 jaar 2-4 keer per maand en eens per maand of minder alcohol gebruikt Aantal overlastmeldingen over horeca

Bron Politie Politie en Veiligheidshuis

GGD

gemeente

Nulmeting (jaar) 85 in 2010 36 aangiften bij politie in 2010 133 meldingen bij het Veiligheidshuis in 2010 10,9 respectievelijk 29,7 in schooljaar 2007-2008 46 overlastmeldingen horeca bij de gemeente in 2010

Streefwaarde 2015 Minder dan 80 Minder dan 30 * aangiften en minder dan 125 meldingen

10 respectievelijk 25 Minder dan 40 overlastmeldingen horeca bij de gemeente

Ad*: het streven van minder aangiften en meldingen huiselijk geweld is gericht op vermindering van huiselijk geweld door al in een eerder stadium in te kunnen grijpen en/of bewustwording van mensen in en om het gezin door voorlichting.


14

2.3 Vermindering veelvoorkomende criminaliteit Net als in andere gemeenten hebben burgers in Papendrecht last van veel voorkomende criminaliteit (door de politie omschreven als volumecriminaliteit). Op preventie gerichte samenwerking tussen alle betrokken partners lijkt de beste methode om de schade aan de samenleving te beperken. Voor het slachtoffer zelf is het instrument schadeverhaal mogelijk. Het verhalen van de schade bij de verdachte helpt een slachtoffer bij diens verwerking. Schadeverhaal zal voortvarend worden opgepakt. In 2013 wordt met name ingezet op het voorkomen van woninginbraken. In gezamenlijkheid zal worden ingezet op preventie. Hierbij wordt onder andere een vervolg gegeven aan de vier themavonden ‘veiligheid in en om het huis’. Ook vindt ieder jaar in samenwerking tussen het wijkteam van politie en de gemeentelijke BOA’s, het ‘Donkere dagen offensief’ en het ‘Voorjaarsoffensief’ in Papendrecht plaats. Deze campagnes waarbij aandacht wordt gevraagd voor eigen acties ter voorkoming van diefstal uit woningen en auto’s leveren naar mening van de politie en gemeente een positieve bijdrage. Aangiften opgenomen Diefstal uit woning Diefstal aan/uit bedrijf Diefstal aan/uit school Winkeldiefstal Diefstal aan/uit auto Diefstal auto Diefstal fiets Diefstal bromfiets Zakkenrollen Vernieling Totaal volumecriminaliteit

2006 52 55 6 27 122 28 144 9 13 371 827

2007 57 62 5 20 146 18 134 9 22 400 873

2008 73 47 8 44 97 13 101 17 62 352 814

2009 87 52 5 25 203 18 96 26 43 309 860

2010 77 38 8 17 112 18 95 16 36 350 767

2011 72 31 3 28 147 31 94 27 54 228 715

2012 97 43 1 29 115 23 65 21 43 237 673

Tabel: Aangiften van volumecriminaliteit en vernielingen gemeente Papendrecht (bron: Politie)

De volumecriminaliteit is in totaal in het afgelopen jaar wederom aanzienlijk gedaald, door een vermindering van het aantal ‘diefstallen aan/uit en van auto’s’, ‘diefstal fiets’, ‘diefstal bromfiets’ en ‘zakkenrollen’. Op lokaal niveau blijven de onderwerpen inbraken (‘diefstal uit woningen’ en ‘diefstal aan/uit bedrijf’) en vernielingen belangrijke aandachtspunten voor 2013. Het aantal woninginbraken is in de gehele regionale eenheid hoog en ook de politie en het OM zetten fors in op de aanpak hiervan. Inzet 2013 • Continuering en versterking fysieke preventie De gemeente zorgt bij nieuwbouw dat woningen en complexen conform het Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW) worden gebouwd. Verder worden burgers die een bestaande woning verbouwen en daarvoor een vergunning vragen geïnformeerd over het PKVW. Woonkracht10 zorgt ervoor dat 80% (2012 : 10-20%)van zijn woningenbestand in 2015 PKVW-gecertificeerd is; bij alle mutaties en renovaties worden de woningen PKVW-proof gemaakt. Voor zittende huurders geldt dat PKVW op verzoek en tegen betaling kan worden aangebracht. Woonkracht10 onderzoekt in 2013 of dit ook complexmatig kan worden uitgevoerd. • Gerichtere voorlichting Meer op buurt- of complexniveau voorlichting geven, bijvoorbeeld na inbraakgolven in een bepaald gebied. In samenwerking met politie en Woonkracht10 bewoners informeren over bepaalde werkwijzen van criminelen. Kan ook specifiek gericht worden op een bepaald winkelgebied of gelegenheid, waar veel mensen komen (bijvoorbeeld door aanwezigheid grote parkeerplaats). Het wijkteam van politie heeft in 2012 met succes een voorlichtingsactie uitgevoerd in de Oostpolder (tegengaan woninginbraak/autodiefstal). In het vierde kwartaal van 2012 zijn vier thema-avonden “Veiligheid in en om het huis” georganiseerd. Hier was zeer grote belangstelling voor (ruim 850 bezoekers).


15

Evaluatie vindt plaats in 2013 waarna vervolgacties volgen. Binnen de werkgroep Wijkgericht werken (gemeente, wijkplatforms, Woonkracht10 en politie) worden vanuit de politie aandachtspunten ingebracht. • Versterken sociale preventie of sociaal toezicht De gemeente en politie stimuleren burgerinitiatieven, zoals het opzetten van Verenigingen van eigenaren en bewonerscommissies in wooncomplexen en buurten. Dit kan worden gestimuleerd via voorlichting bijvoorbeeld door wijkplatforms (via nieuwsbrieven of informatieavonden). In georganiseerd verband hebben bewoners meer kracht om de overlast en criminaliteit in de omgeving te weerstaan. Bewoners kunnen zelf veel doen voor de veiligheid in hun buurt. Actief inzetten op eigen maatregelen door bewoners, zoals buren die bij elkaar opletten bij vakanties, beveiliging van de eigen woning, geen kostbare spullen in de auto laten liggen. In voorkomende gevallen, als een bepaalde wijk of buurt tijdelijk meermaals wordt geteisterd door veelvoorkomende criminaliteit of overlast, kan buurtpreventie worden ingezet. Hierbij houden burgers onder begeleiding van politie zelf toezicht in een wijk/buurt door bijvoorbeeld surveillance op straat. Dit instrument wordt al enkele jaren met succes in de Stellingmolen ingezet. De politie heeft met het instrument ‘Buurt Bestuurt’ een goed instrument in handen om de betrokkenheid en eigen verantwoordelijk van bewoners te stimuleren. Bewonersgroepen overleggen over de leefbaarheid in de eigen wijk met politie en gemeente, dit leidt tot concrete maatregelen. In 2013 wordt mogelijke inzet in van de ‘Buurt Bestuurt’ in Papendrecht onderzocht. • Herstel en verhaal Het is zaak voor de eigenaar, wie dat dan ook is - gemeente, instelling, burger, ondernemerom de schade zo snel mogelijk te herstellen. Het is belangrijk om daders van vernielingen te kunnen achterhalen, want dan wordt het verhalen van de schade op hen mogelijk. Wegens gebrek aan bewijs, geen signalement of andere aanwijzing, komen zaken vaak niet verder. Het is dus van het grootste belang dat burgers alert zijn en eventuele aanwijzingen doorgeven aan de gemeente en de politie. Doel is ervoor te zorgen dat in Papendrecht minder veelvoorkomende criminaliteit wordt gepleegd, waardoor het veiligheidsgevoel van de mensen over hun eigen omgeving goed blijft. We kijken daarbij vooral naar de high-impact criminaliteit zoals woninginbraken maar ook auto-inbraken. Ook naar woningovervallen als dat aan de orde is. Vermindering van vernielingen is daarnaast een doel. Het heeft doorgaans weliswaar minder hoge impact omdat het vaak zaken in de openbare ruimte betreffen, die de individuele burger niet direct raken. Maar het tekent wel het straatbeeld in de buurt. We willen mooie leefbare buurten hebben in Papendrecht. Doelstellingen Het doel is om eind 2013 te hebben bereikt dat 1. Het totaal aantal diefstallen niet is toegenomen. 2. Preventief toezicht op probleemlocaties waaronder hangplekken van jongeren plaatsvindt. 3. Veiligheidsavonden in de wijken hebben plaatsgevonden. 4. Een daling van het aantal vernielingen, waarmee de lijn van daling wordt doorgezet. Activiteiten partners Gemeente • Verhalen van schade op de daders bij vernielingen van gemeentelijk eigendom waarbij de daders bekend zijn. • Bewustwording van het doen van aangifte en ook aangifte doen bij schade die door de aard van de schade toekomstige identificatie van de daders mogelijk maakt (graffiti). • Bevorderen van criminaliteitspreventie door adviezen zoals de buurtschouw en voorlichting over het Politiekeurmerk Veilig Wonen. • Handhaven van de APV op overlast drank en softdrugs. • Bevorderen dat eigenaren/ beheerders het vernielde binnen 3 dagen herstellen. • Verhogen van de alertheid van burgers door onder andere Burgernet.


16

Openbaar Ministerie • Vervolgen van strafbare feiten; verder uitbreiding van de ZSM werkwijze. Het doel van de ZSM is het realiseren van een substantiële versnelling in de afdoening van zaken. Hierdoor kunnen veel voorkomende criminaliteitszaken snel worden afgedaan, met oog voor dader, slachtoffer en samenleving. In 2013 wordt toegewerkt naar één ZSM voor het gehele arrondissement Rotterdam. • Als de gedupeerde zich als benadeelde partij stelt, via schadebemiddeling trachten een regeling te treffen met verdachte om schade te vergoeden. Indien de gemeente gedupeerd is, zal hij zich als benadeelde partij stellen. Politie • Onderzoeken van alle aangiften met daderindicatie. • Extra, dynamische inzet ter voorkoming van woninginbraken. • Naast regulier horecatoezicht in het weekend, inzet op “hotspots” en looproutes van en naar uitgaansgelegenheden. • Aanvullend op actief jongerenwerk uitvoeren van preventief toezicht op de hangplekken waar jeugd samenkomt en vernielingen aanricht (zie ook thema jeugd). • Inzetten van mobiel videotoezicht op ‘toptijden’ om een daderindicatie te krijgen. • Stimuleren, faciliteren en ondersteunen van initiatieven in het kader van ‘Buurt bestuurt’. • Ondersteunen van toezichthouders bij buurtpreventie en het motiveren van buurttoezichthouders in overleg met de gemeente. • Bevorderen dat eigenaren/ beheerders het vernielde binnen 3 dagen herstellen. • Verhogen van de alertheid van burgers door onder andere Burgernet. Woonkracht10 • Bevorderen van criminaliteitspreventie door adviezen zoals de buurtschouw en voorlichting over het Politiekeurmerk Veilig Wonen. • Toepassen van PKVW bij mutaties en renovaties van huurwoningen. In 2013 onderzoek naar complexmatige aanpak in bestaande gebouwen • Woonkracht10 voert binnen enkele complexen preventief cameratoezicht uit. • Woonkracht10 intensiveert de samenwerking met haar partners zoals de wijkagenten, de gemeentelijke wijkcoördinatoren en de BOA’s. Doelstelling (SMART): Indicator Aantal woninginbraken Aantal auto-inbraken Aantal vernielingen

Bron Politie Politie Politie

Nulmeting (jaar) 80 in 2010 114 in 2010 421 in 2010

Streefwaarde 2015 Vermindering van 10% Vermindering van 10% Vermindering van 10%

2.4 Vergroten operationele slagkracht en regierol gemeente Beschrijving thema In Papendrecht hebben de verschillende partners elkaar gevonden en beseft ook iedereen dat niet één instantie alleen verantwoordelijk kan zijn voor de veiligheid van de burgers in Papendrecht. Er is behoefte aan regie om de samenwerking beter te richten. De aanpak is veelal incidentgericht, waar meer structuur en integrale aanpak gewenst is. Door de nadruk op preventie en proactie zijn verschillende instanties op zoek naar de grens van hun verantwoordelijkheid en waar zij met succes een beroep kunnen doen op gemeente en bijvoorbeeld de politie. Soms is duidelijk dat een situatie van bijvoorbeeld overlast niet kan voortbestaan, maar lijkt geen van de betrokken partijen (gemeente/jongerenwerk, politie, Woonkracht10, OM, burgers, ondernemers, instellingen e.a.) in staat actie te ondernemen om een einde te maken aan die situatie. Dit wordt ook wel handelingsverlegenheid genoemd en roept om meer operationele slagkracht: de mogelijkheid om echt op te kunnen treden moet echt groter om sneller en effectiever problemen te kunnen aanpakken. Net als een groot deel van de overige prioriteiten behoeft dit thema continue aandacht. De in 2012 ingezette lijn wordt in 2013 voortgezet.


17

Inzet in 2013 • Verduidelijken verantwoordelijkheidsverdeling tussen de verschillende partijen Alle betrokken partijen - de gemeente, provincie, politie, jongerenwerk, woningbouwcorporatie, onderwijsinstellingen, Veiligheidshuis en andere instellingen – streven naar een actievere en effectievere samenwerking. Een duidelijke verantwoordelijkheidsverdeling vormt hierbij de basis. • Gestructureerde planmatige aanpak De wens blijft bestaan om ‘aan de voorkant’ van problemen te komen; een meer gestructureerde aanpak en minder incidentgericht werken. Daarmee wordt de voorspelbaarheid van handelen verhoogd. Aanpak per buurt of complex kan aan de orde zijn. Of zoals in dit plan ook aangegeven per thema. Overigens wil dit niet zeggen dat de gemeente ook altijd trekker van een dergelijke gestructureerde aanpak dient te zijn. Andere organisaties, georganiseerde ondernemers of buurtbewoners kunnen ook trekker zijn. • Verbetering van de samenwerking De samenwerking en afstemming tussen professionals van werkzaamheden binnen de gemeentelijke organisatie wordt geleidelijk beter. Dit blijft echter een belangrijk aandachtspunt. Een belangrijke reden voor professionals om niet optimaal samen te werken wordt vaak gevonden in het feit dat het tijd kost. Want dat is natuurlijk in eerste instantie het geval: overleg in welke vorm dan ook kost tijd. Maar gaandeweg worden de lijnen zo kort, dat er tijdswinst geboekt wordt. Daarbij komt dat de tevredenheid bij burgers en samenwerkingspartners en kwaliteits- en effectiviteitsverhoging mee wegen. • Versterken en borgen van operationele slagkracht Hiervoor is het al aangestipt: in Papendrecht hebben we last van handelingsverlegenheid. Daar willen we vanaf. Professionals moeten in staat zijn in de samenwerking hun rol echt goed te kunnen pakken. In de praktijk blijkt dat de betrokkenen vaak zelf voldoende mandaat hebben om zelf activiteiten te initiëren, maar zich hier niet altijd bewust van zijn. • Versterken beleidsmatige en bestuurlijke aansturing van de uitvoering De uitvoering van het IVP 2012-2015 wordt beschreven in de jaarlijkse IVP uitvoeringskaders. In het uitvoeringskader (en daaruit voortvloeiende documenten) worden meetbare doelstellingen afgesproken en maatregelen geadresseerd aan organisaties/ personen. Aandachtspunt blijft de continue beleidsmatige en bestuurlijke aansturing van de uitvoering van het veiligheidsplan. Dit betreft met name het tussentijds monitoren van de resultaten en, indien nodig, het aanspreken van de betrokken partij(en). En zo nodig bijsturen in de uitvoering op basis van gezamenlijke afspraken. Continuïteit in de organisatie is hierbij een voorwaarde. Begin 2013 is, na een aantal personele wisselingen in 2012, een nieuwe IVP-coördinator aangesteld. We willen met dit punt een echte integrale aanpak op het terrein van veiligheid bereiken, met een duidelijke regie op het veiligheidsbeleid door de gemeente. We willen kunnen werken volgens het systeem plan-do-check-act; de resultaten van gevoerd beleid moeten dan ook periodiek worden gemonitord. Voor de uitvoering en aansturing is vanzelfsprekend ook continuïteit van de organisatie een noodzakelijke voorwaarde.


18

3. Overige strategische thema’s 3.1 Verbetering en behoud huidig veiligheidsniveau Beschrijving thema Papendrecht is een relatief veilige gemeente. De criminaliteit daalt en de veiligheidsbeleving heeft een mooi hoog rapportcijfer. En dat willen we ook zo houden. Dat is een behoorlijke uitdaging, aangezien er twee belangrijke veranderingen aan de gang zijn: 1. Er wordt meer eigen initiatief van burgers verwacht in de zorg voor hun eigen lijf en goed. Zij zullen zich meer bewust moeten zijn van welke onveilige situatie of criminaliteit zij het hoofd mogelijk dienen te bieden en daar preventieve maatregelen op te treffen. Op dit terrein is heel veel informatie voorhanden op allerhande websites. 2. Verschillende overheidsorganisaties zijn in beweging, door bezuinigingen of door een fundamentele reorganisatie zoals de politie. Al deze organisaties buigen zich ook over het vraagstuk wat tot hun kerntaak behoort en wat niet. Dat betekent dat sommige taken niet meer door de overheid zullen worden opgepakt; dat betreft in algemene zin taken die ook goed door burgers en ondernemers zelf of via de markt uitgevoerd kunnen worden. Inzet in 2013 • Monitoring veiligheidssituatie Maandelijks het gehele criminaliteits- en veiligheidsbeeld aan de hand van de overzichten van politie monitoren. Daarbij ook de gemeentelijke meldingen meenemen. In het bilaterale overleg tussen burgemeester en politie worden tendensen benoemd en eventueel lopende plannen en aanpakken bijgestuurd. • Beschouwing Bespreken van de veiligheidssituatie in meer beschouwende zin, twee keer per jaar, waarbij ook andere partners, zoals Woonkracht10 aan tafel kunnen worden uitgenodigd om de veiligheidssituatie te bespreken. Jaarlijks, bij de vaststelling van het uitvoeringskader IVP van dat jaar de gemeenteraad informeren over de stand van de veiligheid in Papendrecht. • Monitoring veiligheidsgevoel Het veiligheidsgevoel werd voorheen gemeten in de Leefbaarheids- en veiligheidsmonitor van het OCD. Vanaf 2013 wordt dit overgenomen door de landelijke Integrale Veiligheidsmonitor. Doel is te zorgen dat het algemene veiligheidsniveau gelijk blijft of omhoog gaat. En dat de criminaliteit over het geheel genomen blijft dalen, zoals dat al is ingezet. Daarnaast willen we bereiken dat de burgers van Papendrecht zich in de eigen buurt minimaal zo veilig blijven voelen als in 2009 (laatste monitor) het geval was. Vandaar het vasthouden aan het rapportcijfer 7.3. Doelstelling (SMART): Indicator Totaal aantal delicten (aangiften) Rapportcijfer op de veiligheidsbeleving in de eigen buurt

Bron Politie L&V Monitor


Nulmeting (jaar) 1095 in 2010 7,3 in 2009

Streefwaarde 2015 Minder dan 1000 7,3

19

3.2 Vermindering verloedering Beschrijving thema Het motto voor een goede wijk is “schoon, heel en veilig”. Er bestaat een verband tussen deze drie kwalificaties die tot uiting komt in de waardering van het veiligheidsgevoel. Op de indicator verloedering wordt in de regio Zuid-Holland Zuid slechter gescoord dan het landelijke gemiddelde. Verloedering kan ontstaan door een veelheid aan zwerfvuil, vernielde stukken straatmeubilair, kapotte lantaarns, slecht onderhouden groen. Inzet in 2013 • Verbetering beheer en onderhoud Slimmer/sneller kapotte dingen vervangen of verwijderen voor zover dat past binnen de budgettaire kaders. Meer verantwoordelijkheid bij de burgers, ondernemers en instellingen neerleggen voor de openbare ruimte. “Schoon, heel en veilig” als aandachtspunt meenemen in het te ontwikkelen groenbeheerbeleid. Meldingsbereidheid stimuleren en terugkoppeling op meldingen verbeteren (voor zowel gemeente, Omgevingsdienst, politie e.a.). Hier ligt ook een verantwoordelijkheid voor Woonkracht10 en het maken van afspraken met HVC voor het direct weghalen van afval bij wijkcontainers. Voor de meldingen is een protocol opgesteld met maximale doorlooptijden van de meldingen. • Voortzetting van het “snoeproute-overleg” Het “snoeproute-overleg” is een overleg tussen gemeente, politie en scholen van voortgezet onderwijs over het terugdringen van zwerfvuil op de aanloop/-rijroutes van en naar school. We hebben bekeken of dit overleg ook moet worden uitgebreid naar basisscholen. In overleg met basisscholen hebben we geconcludeerd dat het snoeproute-overleg niet wordt uitgebreid: de basisscholen kennen de problemen van de middelbare scholen in het geheel niet. Het snoeprouteoverleg wordt in 2013 voortgezet. • Papendrecht in 2 dagen schoon tijdens NL-DOET en uitbreiding aantal ZAPpers. Met een grote huis-aan-huis campagne worden bewoners gevraagd mee te werken aan een schoon Papendrecht; incidenteel tijdens NL-DOET op 15 en 16 maart 2013 of structureel. Bewoners die zich aanmelden ontvangen een grijper, hesje, handschoenen en vuilniszakken. Aan het eind van het jaar wordt met alle ZAPpers een leuke activiteit georganiseerd. Papendrecht moet een prettige gemeente zijn om in te wonen: schoon, heel en veilig. Om die reden willen we werken aan een verbetering van de indicator verloedering, zodat we niet meer negatief afwijken van het landelijk gemiddelde. Ten overvloede wellicht: een hoger indicatorcijfer is in dit verband slechter. Doelstelling (SMART): Indicator Indicatorcijfer verloedering

Bron L&V monitor

Nulmeting (jaar) 5 in 2009

Streefwaarde 2015 3,5

3.3 Veilige winkelgebieden en bedrijventerreinen Beschrijving thema Papendrecht heeft diverse winkelgebieden. Winkelcentrum De Meent is goed georganiseerd in een Keurmerk Veilig Ondernemen-verband, in 2013 wordt voor dit winkelcentrum naar verwachting de derde ster behaald. Naar aanleiding van de gesprekken met burgemeester, officier van justitie en teamchef van politie over de gezamenlijke aanpak van jongerenoverlast hebben de winkelgebieden Wilgendonk en Westpolder zich ook georganiseerd. De aandacht is verbreed naar een “schoon, heel en veilig” winkelgebied. Het winkelgebied Westpolder heeft zelf een samenwerkingsvorm ingericht, de winkeliers van de Wilgendonk starten in 2013 met het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO).


20

Voor de gemeente is deze manier van werken en het initiatief van ondernemers bepalend voor inzet op toezicht en handhaving. Ondernemers moeten ook zelf preventief en proactief bezig zijn, anders wordt de inzet van gemeente en politie dweilen met de kraan open. Inzet in 2013 • Toepassing Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) De gemeente heeft een beperkt faciliterende rol bij KVO De Meent. De toepassing van het KVO voor winkelgebied Wilgendonk en de samenwerkingsvorm in de Westpolder wordt door de gemeente ondersteund, de regie ligt nadrukkelijk bij de ondernemers. De ondernemers worden aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid voor veiligheid in hun omgeving, waarbij zij bijvoorbeeld zelf voor cameratoezicht in hun eigen domein zorgen. Onderdeel van een KVOaanpak vormt het periodiek schouwen van het gebied met ondernemers en instellingen. • Aanpak overvallen In 2012 zijn er geen overvallen gepleegd. Dit delict met een hoge impact blijft echter een aandachtspunt. In samenwerking met politie en bedrijven moet worden bekeken hoe ondernemers zich nog beter kunnen wapenen tegen overvallers. • Structureel overleg en informatieverstrekking Veiligheid is een vast agendapunt tijdens structurele overleggen met ondernemers (verenigingen); wat kan een ondernemer zelf allemaal doen, al dan niet in verenigd verband. Informatieverstrekking via digitale nieuwsbrief. Doelstelling (kwalitatief): De burgers in Papendrecht willen veilig kunnen winkelen, vandaar de doelstelling voor veilige winkelgebieden. Een veilig ondernemingsklimaat trekt bedrijvigheid aan, waarmee ook het (economische) belang voor veilige bedrijventerreinen is gegeven. Doelstelling (SMART): Indicator Aantal inbraken bij bedrijven

Bron Politie

Nulmeting (jaar) 47 inbraken bij bedrijven in 2010

Aantal KVO-gebieden

Gemeente

Aantal overvallen

Politie

1 KVO gebied (De Meent) in 2010 6 in 2010

Streefwaarde 2015 Minder dan 47 Inbraken bij bedrijven Ondernemers in andere winkelgebieden actief met KVO Minder dan 4

3.4 Veiligheid in en om de school Beschrijving thema Papendrecht heeft circa dertien locaties voor basisonderwijs en twee schoolgemeenschappen voor voortgezet onderwijs (op drie locaties). In 2012 is de Kadernota Onderwijs 2012-2016 door de gemeenteraad vastgesteld. Op het terrein van veiligheid is de afstemming nadrukkelijk gezocht. Inzet in 2013 • Meer preventie i.p.v. incidentgericht De Kadernota Onderwijs 2012-2016 'Focus op talentontwikkeling' is op 28 juni 2012 door de gemeenteraad vastgesteld. In de kadernota worden vier programma's gepresenteerd die met elkaar het nieuwe onderwijsbeleid vormen: voorschoolse voorzieningen, zorg in en om de school, de school in de wijk, en onderwijs en arbeidsmarkt. Eén van de thema's binnen het programma ‘De school in de wijk’ is veiligheid in en om de school. De ambities voor dit thema in de periode 2012-216 is om het in 2006 gesloten convenant ‘Veilig in en om school VO’ te evalueren en te actualiseren.


21

Hierbij wordt ingezet op: - het versterken van de aandacht voor preventie; - het verduidelijken van rollen en verantwoordelijkheden bij handhaving en repressie; en - een mogelijke uitbreiding van het convenant naar het primair onderwijs. Verder wordt ingestoken op concrete afspraken, ondermeer het opstellen van een actuele calamiteitenlijst. Het gaat hierbij om de school en haar omgeving bij afwezigheid van schoolleiding en leerlingen (weekends, vakanties om vernielingen e.d. te voorkomen dan wel te beheersen. • Registratie en monitoring In het najaar van 2013 worden de eerste registratiegegevens over incidenten op school in het LEA/ OOGO besproken. • Protocol voor schooloverstijgende calamiteiten Het gaat hierbij om calamiteiten waarbij meerdere scholen betrokken zijn. In het schooljaar 2013-2014 zullen scholen bekijken of een protocol voor schooloverstijgende calamiteiten noodzakelijk is. • Vast agendapunt in bestuurlijk overleg LEA. Vier keer per jaar wordt een voortgangsrapportage implementatie kadernota onderwijs opgesteld. Veiligheid is een van de thema’s waarop wordt gerapporteerd. Kinderen en jongeren moeten in Papendrecht veilig naar school kunnen gaan. Veiligheid in en rond de school zijn dan een voorwaarde. Doelstelling (SMART): Indicator Aantal incidenten (aangiften inbraak) op en rond school Aantal pest- en andere gedragsincidenten op school

Bron Politie School

Nulmeting (jaar) 8 aangiften in 2010 Start met wettelijke registratie in schooljaar 20122013

Streefwaarde 2015 Minder dan 8 aangiften

3.5 Verkeersveiligheid Beschrijving thema Hoewel Papendrecht relatief verkeersveilig is, blijft het noodzakelijk om de ontwikkelingen rond de verkeersveiligheid in Papendrecht continu te monitoren. Ongevallen vinden in Papendrecht zo incidenteel en gespreid plaats dat amper sprake is van verkeersongevallenconcentraties, waarop met concrete doelstellingen gewerkt zou kunnen worden. Wel blijven er bepaalde aandachtspunten, zoals de Burgemeester Keijzerweg en specifieke punten bij of op de route naar scholen in Papendrecht. Inzet in 2013 • Van incidentele naar structurele aanpak Inzet is om te komen tot meer structurele aanpak in plaats van het slechts oplossen van verkeersveiligheidsknelpunten. In samenwerking met de provincie en de regio wordt ingestoken op een beleid dat gericht is op het vergroten van het veiligheidsgevoel (subjectieve veiligheid) en een verkeersveilige inrichting van infrastructuur. Naast aandacht voor gedragsbeïnvloeding en educatie dienen ook op een planmatige wijze fysieke maatregelen te worden genomen. Hiervoor zal als uitwerking van het Gemeentelijke Verkeers- en VervoerPlan (GVVP) in 2013 gestart worden met de uitwerking van een Verkeersveiligheidsplan.


22

• Aanpak specifieke veiligheidsknelpunten Naar aanleiding van klachten en ongevallenstatistieken worden in 2013 specifieke knelpunten aangepakt. Op strategische plaatsen, voornamelijk ter hoogte van oversteekplaatsen en bij grote stromen school-thuisverkeer, kan worden overwogen extra straatmeubilair te plaatsen. Hierbij moet zorgvuldig omgegaan worden met de locatiekeuze, omdat een wildgroei in locaties kan ontstaan, waardoor de attentiewaarde aanzienlijk daalt. Na de drie schoolzones, de Vrijheer van Eslaan, de Willem Dreeslaan wordt de Wieklaan verder voorzien van extra schoolzone meubilair. Daarnaast wordt gekeken naar een andere locatie nabij een school waar een veiligheidsknelpunt aan de orde is. • Verkeerseducatie Regionaal wordt Seef op school voor het basisonderwijs voortgezet. Voor de bovenbouw wordt deze middels een computerprogramma Verkeerslokaal ondersteund. Tevens vindt voortzetting van verkeerseducatie voor brugklassers van het voortgezet onderwijs op de Willem de Zwijger plaats. Een verkeersveilige inrichting en gebruik van infrastructuur. Doelstelling (SMART): Indicator Aantal verkeersongevallen met dodelijke afloop Aantal verkeersongevallen letsel Aantal verkeersongevallen materiële schade Aantal verkeersongevallen totaal Perceptie overlast te hard rijdende auto’s (%)

Bron

Nulmeting (jaar)

Politie Politie Politie Politie L&V monitor

2 in 2010 8 in 2010 85 in 2010 95 in 2010 34 in 2009

Streefwaarde 2015 0 Minder dan 8 Minder dan 85 Minder dan 95 Minder dan 34

3.6 Brandveilige samenleving Beschrijving thema Papendrecht wil zijn eigen burgers bewuster maken van de noodzaak om meer bewust te zijn van de risico’s op brand van juist veel zaken die in en rond ons huis spelen. De brandweer heeft de afgelopen jaren veel ingezet op brandpreventie en controle bij ondernemers. Inzet in 2013 • Toezicht EN handhaving Betere opvolging van toezicht door handhaving, zodat er geloofwaardig toezicht is. Meer integraliteit in samenwerking met gemeentelijke en andere partners. Sluitende afspraken met bedrijven en instellingen over terugdringen nodeloze alarmering. In 2012 zijn in samenspraak met gemeente Papendrecht en brandweer werkafspraken gemaakt over de uit te voeren controles. In 2013 worden deze afspraken afgestemd en geëffectueerd met de Omgevingsdienst ZHZ. Uitgangspunt is hierbij integraal en efficiënt. • Effectieve advisering in planvorming Veel gehoorde klacht is dat de brandweer erg laat in het planvormingsproces kan adviseren, waardoor wijzigingen van plannen moeizaam en vaak erg kostbaar worden. Inzet is om de Veiligheidsregio/regionale brandweer en lokale brandweer eerder in het proces te betrekken voor advisering in planvorming en vergunningverlening. In 2013 worden werkafspraken vastgesteld en bijeenkomsten georganiseerd om het proces advisering efficiënter en effectiever te laten verlopen.


23

• Terugdringen nodeloze brandmeldingen Met betrekking tot het terugdringen van nodeloze brandmeldingen wordt gestreefd naar een reductie van 50% in 2015. Aankomende jaren wordt sterk ingezet in voorlichting, kwaliteit van de installaties en het registeren van de meldingen. Vervolgens wordt in samenwerking met de abonnees, brandweer en gemeente gekeken naar oplossingen en waar nodig naar handhaving. Er is al gestart met voorlichting, registratie en gesprekken met ondernemers/ instellingen over nodeloze meldingen. In 2012 is de handreiking ‘Terugdringen ongewenste en onechte meldingen’ aan het college van B&W voorgelegd en vastgesteld. In 2013 wordt uitvoering gegeven aan de doelstellingen van de handreiking. • Vergroting brandpreventie Meer voorlichting burgers, ondernemer en instellingen over brandveiligheid (bv over brandmelders). In 2012 is gestart het project stage brandveilig leven voor scholieren van de Lage Waard. Scholieren krijgen in twee weken les over brandveiligheid en gaan vervolgens de woonwijken in, om de burgers bewust te maken over dit onderwerp. In 2013 wordt aan dit succesvolle project een vervolg gegeven op meerdere scholen, waarbij eveneens een rol van de politie is toegevoegd. Daarnaast zal in het kader van het regionale dekkingsplan een uitrol plaatsvinden in generieke risicocommunicatie (communicatie over brandveiligheid). Hier is in 2012 al een start gemaakt met de bijeenkomsten ‘Veiligheid in en om de woning’ (eveneens in samenwerking met de politie). Bezoekers van deze bijeenkomsten hebben allen een branddeken ontvangen. Een (brandveilige) samenleving. Subdoel: voorbereid zijn op voorzienbare incidenten Doelstelling (SMART): indicator Totaal aantal brandmeldingen Totaal aantal hulpverleningen % verstrekte gebruiksvergunningen % controles conform Prevap Totaal aantal nodeloze brandmeldingen

bron brandweer brandweer brandweer brandweer brandweer

nulmeting (jaar) 172 in 2010 38 in 2010 4 in 2010 70 in 2010 127 in 2010

streefwaarde 2015 nvt nvt 100 100 63

3.7 Externe veiligheid Beschrijving thema De gemeente Papendrecht hecht aan een duurzame woon- en leefomgeving. Externe veiligheid is daarbij een belangrijk item. Risicovolle bedrijven zijn in kaart gebracht, vergunningen zijn up to date. Jaarlijks wordt een themacontrole externe veiligheid uitgevoerd. Externe veiligheid is al jaren een vast aandachtspunt in (plan)ontwikkelingen. De kwaliteit van door partijen geleverde adviezen is in orde, de afstemming dient echter beter te worden geregeld. Inzet in 2013 • Evaluatie EV-protocol Evalueren en waar nodig aanpassen van het EV-protocol (Externe veiligheid bij ruimtelijke ontwikkelingen in de regio Zuid-Holland Zuid deel 1, d.d. september 2009). Het concept van het aangepaste protocol is gereed. De Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (OZHZ) en Veiligheidsregio leveren het protocol begin 2013 op. • Gemeentelijke beleidsvisie externe veiligheid De externe veiligheid wordt via concrete beleidsplannen uitgewerkt. De OZHZ is gevraagd voor de jaren 2012-2014 de beleidsvisie voor de 19 regiogemeenten "uit te rollen". Omdat elke gemeente een eigen externe veiligheidssituatie kent (bedrijven, transportroutes, buisleidingen, kwetsbare objecten), een eigen ambitieniveau heeft (of zou moeten hebben) en daardoor mogelijk andere beleidskeuzen zal maken, is maatwerk op gemeenteniveau essentieel.


24

Doel is te komen tot 3 beleidsdocumenten: een Basisdocument (inventarisatie knel- / aandachtspunten), een Visiedocument (keuzen en ambitie) en een Werkdocument (praktische aanpak uitvoering van visie). • Cursus basiskennis externe veiligheid Deze cursus is in juni 2012 gegeven. Deze wordt waar nodig of indien gewenst herhaald (doorgaande activiteit). Een duurzame woon- en leefomgeving. Subdoel: aandacht voor het milieuaspect externe veiligheid in (plan)ontwikkelingen. Doelstelling (SMART): Indicator % EV objecten waarvan risico’s geanalyseerd zijn % Actuele vergunningen BEVI en BRZO % Actuele bestemmingsplannen % Bewoners dat bekend is met risico’s gevaarlijke stoffen % Onveiligheidsgevoel door aanwezige industrie

Bron Gemeente Omgevingsdienst Gemeente Veiligheidsregio

Nulmeting (jaar) 100 in 2010

Streefwaarde 2015

100 in 2010

100 100

75% in 2010

Veiligheidsregio

60

100

100 Lager dan 60

3.8 Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit Beschrijving thema Alle gemeenten in Nederland hebben te maken met criminele praktijken. Denk aan hennepteelt in woningen, een massageshop als dekmantel voor illegale prostitutie of investeringen in vastgoed om zwart geld wit te wassen. Gemeentelijke besluiten kunnen onbedoeld faciliterend werken voor criminelen, bijvoorbeeld wanneer een horecavergunning gebruikt wordt voor het witwassen van criminele winst. Of de begunstigde van de aanbesteding van een bouwproject is betrokken bij criminele activiteiten. Op deze momenten, waarbij de onderwereld in contact treedt met de bovenwereld, kunnen gemeenten en hun veiligheidspartners hun slag slaan. Hét instrument om daar bij in te zetten, is de bestuurlijke aanpak. Inzet in 2013 • Vergaren overzicht zwakke plekken Toepassen van bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit waarbij actief gebruik gemaakt wordt van de beschikbare bestuurlijke instrumenten. Nagegaan wordt of het RIEC informatiesysteem hierbij een meerwaarde heeft. • Bibob De taakverdeling binnen de gemeente op het terrein van Bibob wordt verder ingericht en aangepast op de uitbreiding van de werkingssfeer van de Wet Bibob (onder andere bij vastgoedtransacties, waarbij de overheid partij is. • Prostitutiewetgeving Uitvoering geven aan nieuwe prostitutiewetgeving. Doel is inzicht te krijgen in de omvang van georganiseerde criminaliteit in Papendrecht. Dan wordt duidelijk hoe gemeente en partners in preventieve zin beter tegen deze vorm van criminaliteit kunnen handelen. En in bepaalde gevallen zal duidelijk worden dat de gemeente tegen bepaalde criminaliteit bestuurlijk handhavend kan optreden. Tevens is inzicht in verbeterpunten van de inrichting van de eigen organisatie gewenst. Dat speelt ook bij de uitvoering van de Wet Bibob, temeer door de uitbreiding van Bibob naar nieuwe terreinen.


25

3.9 Veilige publieke taak voor politiek-bestuurlijke ambtsdragers Beschrijving thema Uit het onderzoek 'Bedreigd Bestuur', dat het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in 2010 (met vervolgonderzoek in het voorjaar van 2012) liet uitvoeren, blijkt dat bestuurders bij gemeenten, provincies en waterschappen steeds vaker worden geconfronteerd met agressie en geweld. De helft van alle burgemeesters en wethouders is wel eens slachtoffer geweest van een vorm van agressie. Van de raadsleden is éénderde in aanraking gekomen met agressie en geweld. In Papendrecht heeft in het verleden wel eens iets gespeeld; maar er is geen actuele concrete aanleiding. Papendrecht wil proactief te werk gaan, aangezien burgers moeten kunnen vertrouwen op het democratisch functioneren van de samenleving. Inzet in 2013 Toepassing van het stappenplan voor een veilige publieke taak voor politieke ambtsdragers, zoals ontwikkeld door het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid. Aansluiten bij maatregelen ingezet door het programma Veilige Publieke Taak van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

4. Organisatie De gemeente voert de regie op het integraal veiligheidsbeleid. De gemeente deelt die verantwoordelijkheid met veel partijen; dat bergt als risico in zich dat partijen op elkaar zitten te wachten waardoor de aanpak van problemen stagneert, zoals soms in de aanpak van een overlastlocatie of een probleemjongere. Op de uitvoering van deze mooie plannen, zoals neergelegd in dit uitvoeringskader, is sturing noodzakelijk. De gemeente in de persoon van de burgemeester, de portefeuillehouder Openbare Orde en (integrale) Veiligheid, is de centrale sleutelfiguur, waar alle lijntjes in de gemeente Papendrecht bij elkaar komen. Bestuurlijk stemt de burgemeester binnen de gemeente af met de bij de integrale veiligheid betrokken collegeleden. Op ambtelijk niveau wordt binnen de gemeente de voortgang in het MT besproken, waarbij zonodig wordt bijgestuurd op de inzet van capaciteit en middelen. De coördinatie van de uitvoering van het Integraal Veiligheidsplan, Uitvoeringskader 2013 ligt bij de coördinator IVP.


26

Bijlagen 1. Regionaal Beleidsplan 2013-2014, Politie, Eenheid Rotterdam 2. Gemeenteblad Papendrecht (behorend bij regionaal beleidsplan politie) 3. Terugblik 2012 & vooruitblik 2013, Openbaar Ministerie, Arrondissementsparket Rotterdam


27

Integraal Veiligheidsplan, Uitvoeringskader 2013

Recommend Documents