BEGROTING 2014 (incl. meerjarenraming 2015-2018)
HEFPUNT
Inhoudsopgave
1.
Inleiding 1.1 1.2
2.
Beleidsbegroting 2.1 2.2 2.3
2.4
3.
Algemeen Indeling begroting
Algemeen Risico’s Programma 2.3.1 Bestandsbeheer 2.3.2 WOZ-administratie 2.3.3 Heffen 2.3.4 Invorderen Paragrafen 2.4.1 Weerstandsvermogen 2.4.2 Onderhoud kapitaal goederen 2.4.3 Financiering 2.4.4 Bedrijfsvoering
Financiële begroting 3.1 3.2 3.3
3.4
Overzicht van baten en lasten Toelichting op de baten en lasten Uiteenzetting van de financiële positie 3.3.1 Investeringen 3.3.2 Financiering 3.3.3 Stand en verloop reserves en voorzieningen Meerjarenraming
2
1.
Inleiding
1.1
Algemeen
Hefpunt is per 1-9-2007 opgericht door de drie noordelijke waterschappen, Hunze en Aa's, Noorderzijlvest en Wetterskip Fryslân. Als rechtsvorm is gekozen voor een openbaar lichaam op grond van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. De missie van Hefpunt luidt: Hefpunt is een flexibel ingerichte overheidsorganisatie. Zij staat voor de verzorging van gemeentelijke en waterschapsbelastingen tegen de laagst mogelijke kosten en een marktconforme kwaliteit. De organisatie maakt hierbij optimaal gebruik van de ICT mogelijkheden en beschouwt haar medewerkers als belangrijk kapitaal om haar doelen te bereiken. De doelstelling is het heffen en innen van lokale belastingen. In eerste instantie voor de drie waterschappen die Hefpunt hebben opgericht. Maar het is de bedoeling dat ook andere lokale overheden aansluiten bij Hefpunt. De doelstelling daarbij is het verlagen van de perceptiekosten door het vergroten van de schaal. De begroting van 2014 is, net als de vorige begrotingen, volgens een strak tijdschema opgesteld. De reden hiervoor is dat de door het algemeen bestuur vastgestelde begroting uiterlijk 1 augustus van dit jaar moet worden aangeboden aan Gedeputeerde Staten. Voordat het algemeen bestuur de begroting kan vaststellen zijn de deelnemende waterschappen eerst in de gelegenheid gesteld hun zienswijze te geven en de begroting ter inzage te leggen. Deze planning betekent dat de concept begroting uiterlijk begin mei gereed moest zijn. Dit heeft uiteraard consequenties voor de inhoud en de zekerheid van de begroting. Doordat de ramingen van de begrotingsposten circa acht maanden voor aanvang van het begrotingsjaar moeten worden afgegeven is er een kans dat de ramingen minder nauwkeurig zijn. De consequenties van nieuw beleid en nieuwe ontwikkelingen zijn vaak nog niet goed in beeld te krijgen.
1.2
Indeling van de begroting
De begroting is ingedeeld volgens het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en bestaat uit een beleidsbegroting en een financiële begroting. In de beleidsbegroting zijn het programmaplan en de paragrafen opgenomen. In de financiële begroting wordt het overzicht van baten en lasten en een overzicht van de financiële positie weergegeven.
3
2
Beleidsbegroting
2.1
Algemeen
Missie Uit de missie blijkt dat Hefpunt in haar dienstverlening streeft naar kostleiderschap. Dit wordt op de volgende wijze in de bedrijfsvoering vormgegeven: standaardisatie van processen; harmonisatie van de dienstverlening en producten; automatisering van processen; mix van zelf doen en uitbesteden; borgen van de uitvoering (cruciale afhankelijkheden wegnemen); flexibel, goed opgeleid en breed inzetbaar personeel. Financieel Hefpunt is door de drie waterschappen vooral opgericht om tot kostenbesparingen te komen. De bij de oprichting van Hefpunt voorziene reductie van kosten is de afgelopen jaren ruimschoots gehaald, waarbij elk jaar aanzienlijk meer is bespaard dan destijds werd verwacht. Het is de ambitie van Hefpunt om voor 2014 en de jaren daarna verder invulling te geven aan de doelstelling om de kosten verder te besparen. Hieraan is onder andere invulling gegeven door het project Hefboom. Dit project is in 2011 opgestart met een onderzoek dat zich heeft gericht op analyse van en verbeteringen van de huidige processen en de daarvoor benodigde capaciteit. Het eerste deel van dat onderzoek is uitgevoerd door een extern bureau en is begin 2012 opgeleverd. Op basis van dit onderzoek is door Hefpunt een verbeterplan opgesteld. In dit verbeterplan is een overzicht en planning opgenomen van de door te voeren verbetermaatregelen. Daartoe zijn er de komende jaren o.a. extra budgetten ter beschikking gesteld voor de uitvoering van het verbeterplan. Het doorvoeren van de verbetermaatregelen zal moeten leiden tot een inkrimping van de organisatie in de komende 4 jaar met 4 fte. Voor de begroting van 2014 zal de formatie daarom met 1 fte worden teruggebracht ten opzichte van 2013. Bij het opstellen van de begroting heeft Hefpunt zichzelf het doel gesteld om de bijdrage van de waterschappen voor 2014 op het zelfde niveau te houden als is geraamd voor de mjr 2014, daarbij gecorrigeerd met 1 fte, in verband met de taakstelling van Hefboom. Dit betekent een bijdrage van de waterschappen van € 9.551.000 voor 2014.Ten opzichte van de begroting 2013 komt daarmee de bijdrage in 2014 € 208.000 hoger uit. Gemeenten Naast de besparingen in de perceptiekosten door het samenbrengen van de heffing en inning van de drie noordelijke waterschappen, is een verdere besparing te behalen door gemeenten te laten aansluiten. Een besparing voor zowel gemeenten als waterschappen. Die besparing was en is niet gekwantificeerd, maar als een algemeen doel geformuleerd. Het blijkt dat invulling van die doelstelling meer tijd vraagt dan verwacht. Tijdens het opstellen van deze begroting is nog niet bekend of en zo ja hoeveel gemeenten er gaan aansluiten. Tevens is nog niet duidelijk op welke wijze, juridisch en financieel gezien, deze gemeenten gaan aansluiten. Omdat dit tijdens het opstellen van de begroting nog niet duidelijk is, is in deze begroting (net zoals voor voorgaande begrotingen) nog geen rekening gehouden met de deelneming van gemeenten. Een van de belangrijkste uitgangspunten bij de instroom van de gemeenten is kostenbesparing. De uiteindelijke financiële consequenties zullen op termijn in ieder geval positief moeten zijn. Op het moment dat gemeenten zich inderdaad gaan aansluiten zal dat door de directie in de vorm van een project c.q. investeringsvoorstel aan het dagelijks bestuur worden voorgelegd.
4
2.2
Risico’s
Opbrengst vervolgingskosten De opbrengst vervolgingskosten is voor 2014 geraamd op € 1.375.000 en maakt daarmee een substantieel deel uit van de begroting van Hefpunt. De afgelopen jaren hebben we steeds meer inzicht gekregen in de omvang van deze post. Toch blijkt de post moeilijk te ramen en is mede afhankelijk van externe ontwikkelingen waar Hefpunt geen invloed op heeft. De afgelopen jaren schommelde de opbrengst tussen de € 1.200.000 en € 1.600.000. Hierdoor is er sprake van enige onzekerheid of de geraamde opbrengst voor 2013 ook daadwerkelijk gerealiseerd gaat worden. Rentebaten De opbrengsten zijn gebaseerd op de huidige situatie. Met de eventuele invoering van het schatkistbankieren voor Hefpunt kan hier verandering in komen. Op dit moment is nog niet duidelijk of en wanneer het schatkistbankieren voor Hefpunt van toepassing zal zijn. De invoering van het schatkistbankieren zal naar verwachting betekenen dat de rentebaten grotendeels komen te vervallen
2.3
Programma
Hefpunt heeft één programma, namelijk het heffen en innen van de belastingen. Dit programma kan worden onderverdeeld in de volgende activiteiten: 1. 2. 3. 4.
Bestandsbeheer WOZ-administratie Heffen Innen
Deze indeling is gebaseerd op de 4 diensten die wij aanbieden aan onze deelnemers. Daarnaast is ook de kostprijssystematiek die we hanteren opgebouwd rond deze vier programma’s. Deze kostprijssystematiek is ook de basis voor de berekeningen van de bijdrage voor de nieuwe deelnemers. De totale kosten van de begroting zijn deels direct en deels via een verdeelsleutel toegerekend aan de activiteiten. 2.3.1
Bestandsbeheer
Deze activiteit heeft betrekking op het verzamelen, registreren en bewerken van de basisgegevens van alle deelnemers in Hefpunt. De volgende werkzaamheden vallen hieronder: verwerken kadastrale gegevens; verwerken GBA gegevens; verwerken van mutatielevering van deelnemers en uit andere bronnen (bv Kamer van Koophandel); verwerken WOZ-leveringen van gemeenten. Aandacht voor de kwaliteit van het bestand blijft onverkort de belangrijkste taak voor de afdeling. Zowel de heffing als de invordering zijn van een goede kwaliteit van de bestanden afhankelijk. In 2014 zullen we op een nieuwe wijze WOZ/AKR gegevens verwerken. De verwerking is geheel volgens de WOZ-basisregistratie, waardoor het periodiek bijwerken van de kadastrale gegevens in GHS niet meer nodig is. Dit leidt tot een besparing in kosten, terwijl de kwaliteit wordt verhoogd. Verder zullen de vastgestelde maatregelen uit het verbeterplan Hefboom verder uitgevoerd gaan worden. In 2014 zal voor circa 740.000 WOZ-objecten en 940.000 kadastrale percelen het bestandsbeheer voor de aanslagregeling worden uitgevoerd.
5
De totale kosten in 2014 van deze activiteit bedragen € 4.775.000. 2.3.2
WOZ-administratie
Deze activiteit heeft betrekking op het uitvoeren van de wet waardering onroerende zaken ten behoeve van (toekomstige) deelnemende gemeenten. De volgende werkzaamheden vallen hieronder: marktanalyse; bijwerken en controle van objectkenmerken; bepalen van de WOZ-waarde (taxatie); uitvoeren en beheren van de WOZ-administratie. De waterschappen maken geen gebruik van deze activiteit, gemeenten zijn daarom de enige afnemer. Bij het opstellen van deze begroting is nog niet bekend hoeveel en welke gemeenten in 2014 gaan deelnemen in Hefpunt. Aan de activiteit WOZ-administratie zijn daarom nog geen kosten zijn toegerekend. 2.3.3
Heffen
Deze activiteit heeft betrekking op alle werkzaamheden om te komen tot een correcte aanslagoplegging. Hieronder wordt mede verstaan het opstellen van regels en verordeningen, het verwerken van aangiften en het afhandelen van bezwaarschriften en overige reacties op verzonden kohieren. De volgende werkzaamheden vallen hieronder: opstellen verordeningen en beleidsregels; bepaling juiste belastingplicht; opleggen belastingaanslagen; behandelen van bezwaar- en beroepschriften; verminderen van aanslagen. De invoering van de basisregistratie WOZ zal naar verwachting pas (deels) in 2015 worden gerealiseerd. In het begrotingsjaar zal onderzocht worden welke effecten deze invoering zal hebben voor de aanslagoplegging. Door de continue aandacht voor de kwaliteit van het bestandsbeheer wordt verwacht dat het aantal reacties en bezwaarschriften verder zal dalen. Tenslotte zullen de vastgestelde maatregelen uit het verbeterplan Hefboom verder uitgevoerd gaan worden. In 2014 zullen er circa 2,3 mln heffingsregels worden opgelegd. De totale kosten van de activiteit heffen bedragen € 2.292.000. 2.3.4
Invordering
Deze activiteit heeft betrekking op alle werkzaamheden in het kader van de invordering van belastinggelden. Hiertoe behoort het incasseren van gelden, het voeren van een volledige en accurate invorderingsadministratie en het verrichten van deurwaarderswerkzaamheden in het kader van dwanginvordering. De volgende werkzaamheden vallen hieronder: bijhouden van de debiteurenadministratie; behandeling van kwijtschelding; verzenden van herinneringen, aanmaningen en dwangbevelen; het treffen van overige invorderingsmaatregelen; uitvoering van de dwanginvordering; het beoordelen van oninbaarheid.
6
De pilot met betrekking tot de “overheidsvordering” is vertraagd in 2013 . De “overheidsvordering” betreft een dwanginvorderingsmethode die overheden in staat stelt via een eenzijdige automatische incasso belastinggelden te innen. Deze mogelijkheid is reeds in de wet vastgelegd en de Rijksbelastingdienst maakt hier al gebruik van. Afhankelijk van de uitkomsten van de pilot zullen we hier in 2014 gebruik van kunnen maken. Door de economische crisis kunnen we ook in 2014 te maken krijgen met toenemende aantallen voor invordering en kwijtschelding. In 2014 zullen er circa 755.000 aanslagbiljetten worden ingevorderd. De totale kosten van de activiteit invordering bedragen € 2.483.000.
2.4
Paragrafen
2.4.1
Weerstandsvermogen
Hefpunt heeft zelf geen tot zeer beperkte middelen om niet begrote kosten te kunnen dekken. De mogelijke risico's zijn in relatie tot de omstandigheden waarbinnen de bedrijfsvoering plaats vindt van geringe omvang. Hefpunt heeft vooral te maken met reguliere kosten die vooraf redelijk goed te ramen zijn, zoals personeelskosten, huisvesting, ICT en kantoorkosten. Onverwachte kosten van substantiële omvang waarvoor geen dekking is, doen zich naar verwachting niet voor. De kosten van Hefpunt worden gefinancierd door middel van voorschotten van de waterschappen. De werkelijke kosten van Hefpunt worden na afloop van het boekjaar in rekening gebracht bij de waterschappen. Het weerstandsvermogen van Hefpunt bevindt zich in feite dus bij de waterschappen. Door het vroege tijdstip van het opstellen van de begroting is het niet mogelijk in te spelen op de ontwikkelingen in de loop van het jaar voorafgaand aan de begroting. Om Hefpunt toch de mogelijkheid te geven eventuele tegenvallers binnen de eigen begroting op te vangen en enige ruimte te geven in het alsnog inpassen van nieuwe ontwikkelingen, die zich voordoen tussen vaststelling en inwerkingtreding van de begroting, is in de begroting een post onvoorzien opgenomen van € 250.000. 2.4.2
Onderhoud kapitaal goederen
De kapitaalgoederen van Hefpunt bestaan uit inventaris, meubilair en ICT-toepassingen. Op deze activa wordt afgeschreven. Hefpunt beschikt vooralsnog niet over egalisatie-reserves voor vervangingen. Kleine aanschaffingen vinden binnen de begroting plaats. Grote investeringen vergen een krediet waarvoor dan een voorstel wordt voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. 2.4.3
Financiering
De exploitatiekosten van Hefpunt worden voorgefinancierd door de drie deelnemende waterschappen. De totale bijdrage van de waterschappen over 2014 wordt geraamd op €9.551.000 en is als volgt verdeeld over de deelnemende waterschappen: Wetterskip Fryslan Noorderzijlvest Hunze en Aa's
44% 26% 30%
€ 4.202.440 € 2.483.260 € 2.865.300 € 9.551.000
7
Op basis van de vastgestelde begroting wordt aan de deelnemende waterschappen vooraf een voorschot in rekening gebracht. Bij de vaststelling van de jaarrekening wordt de definitieve bijdrage per waterschap vastgesteld. Zo spoedig mogelijk daarna vindt de afrekening met de waterschappen plaats. Kasgeld Tijdelijke overschotten zijn uitgezet bij de ING bank tegen een zo gunstig mogelijke rente. Tijdelijke tekorten komen in principe niet voor omdat er wordt gewerkt met een bevoorschotting vanuit de waterschappen. Om eventuele tijdelijke tekorten toch op te kunnen vangen is daarnaast op de lopende rekening bij de ING bank een rekeningcourant-faciliteit ter beschikking gesteld van maximaal € 500.000. Leningenportefeuille De lening van 2008 bij de Nederlandse Waterschaps Bank is in 2013 volledig afgelost. De nieuwe investeringen in 2013 en volgende jaren kunnen leiden tot een nieuwe lening, maar bij het opstellen van deze begroting is dat nog niet afgerond. Liquiditeitenplanning Voor 2014 zal een liquiditeitenplanning worden opgesteld. De bevoorschotting door de waterschappen zal worden afgestemd op de liquiditeitsbehoefte. Renterisico's Vanwege de beperkte financieringsbehoeften is het renterisico gering. Financieringsrisico's De deelnemende waterschappen zijn eindverantwoordelijk voor de exploitatiekosten van Hefpunt. Zij hebben zich dan ook verplicht de tekorten in zijn geheel gezamenlijk te dragen. Voor Hefpunt zijn er daardoor geen financieringsrisico's. Kasgeldlimiet De toegestane kasgeldlimiet is vastgesteld op 8,5% van de omvang van de begroting van Hefpunt. Omdat Hefpunt door de voorfinanciering vanuit de waterschappen in principe geen vlottende schulden heeft zal in 2014 naar verwachting ruim binnen de kasgeldlimiet worden gebleven. 2.4.4
Bedrijfsvoering
HRM Naast het uitvoeringsplan Hefboom voor medewerkers is ook het management aan zet om tot verbetering van het proces te komen. Dit vindt onder andere vorm in het implementeren van het organisatieplan Hefpunt en het vaststellen en eventueel uitvoeren van de uitkomsten van het onderzoek toetsing en ontwerp structuur Hefpunt. Daarnaast spelen in 2014 de volgende onderwerpen: invoering digitale salarisstroken; kennisontwikkeling en overdracht; specifieke voorbereiding op werkkostenregeling; concernontwikkeling/ samenwerking; evaluatie telewerken; personeelsplanning (in door uitstroom). Automatisering In 2014 zullen er weer meerdere ICT projecten voorbij komen. Zo wordt er verwacht dat de landelijke voorziening WOZ zijn beslag gaat krijgen. Binnen Hefpunt zal de automatisering daarop moeten worden afgestemd. Andere projecten zijn de invoering van de overheidsvordering, digitaal loket bedrijven en het nieuwe handelsregister. In 2013 gaan we bezig met een aanbesteding voor een nieuw Content Management Systeem (CMS) voor internet en intranet. In 2014 zal de inrichting hiervan een vervolg krijgen.
8
Communicatie In 2014 zal een aangepaste en meer klantvriendelijke website worden geïmplementeerd. Verder krijgen de verbeterpunten uit het klanttevredenheidsonderzoek zijn beslag. Het maken van een verdere verdiepingsslag in het samen met burgers en bedrijven beoordelen van de resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek moet leiden tot maatregelen gericht op het verder verhogen van de klanttevredenheid. Organisatie De totale formatie voor de begroting 2014 is geraamd op 66,1 fte. De formatie is als volgt opgebouwd: Formatie Directie
1,0
Staf
4,0
Afdelingshoofd Heffing
1,0
Team Vastgoed
14,6
Team Bedrijven
11,0 26,6
Afdelingshoofd Invordering/Diensten
1,0
Team Invordering
19,0
Team Diensten
14,4 35,5
Totaal
66,1
Ten opzichte van de begroting van 2013 is de formatie met 1fte teruggegaan. Deze fte is ingeleverd conform de afspraken uit het verbeterplan Hefboom bij het Team Invordering. Financieel beheer De financiële administratie van Hefpunt wordt gevoerd door de medewerkers van de staf van Hefpunt. De financiële administratie betreft enerzijds de eigen exploitatie rekening van Hefpunt en anderzijds de verantwoording van de belastingopbrengst van de waterschappen. Huisvesting Voor de huisvesting huurt Hefpunt een pand met een oppervlakte van circa 1.750 m²aan de Rozenburglaan 15 in Groningen. Hiervoor is een huurcontract van 10 jaar afgesloten. De huurprijs bedraagt € 30.000 per maand. Dit is inclusief servicekosten en de huur van parkeerplaatsen.
9
3.
Financiële begroting
3.1
Overzicht van baten en lasten Rekening 2012
Begroting 2013
Mjr 2014
Begroting 2014
Baten Dienstverlening kwijtschelding Opbrengst vervolgingskosten Rente baten Overige inkomsten Totaal baten
125.696
125.000
125.000
125.000
1.323.660
1.550.000
1.550.000
1.375.000
168.381
175.000
175.000
165.000
56.971
25.000
25.000
50.000
1.674.708
1.875.000
1.875.000
1.715.000
Lasten Kapitaallasten
556.874
470.000
580.000
280.000
Personele lasten
4.747.588
4.832.000
4.882.683
5.007.000
Operationele kosten
4.529.540
4.846.000
4.942.920
4.939.000
Huisvestings en facilitaire kosten
425.517
472.000
481.440
455.000
Overige kosten
366.833
348.000
354.900
335.000
0
250.000
250.000
250.000
41.147
0
0
0
Totaal bedrijfslasten
10.667.499
11.218.000
11.491.943
11.266.000
Bedrijfsresultaat
-8.992.791
-9.343.000
-9.616.943
-9.551.000
8.992.791
9.343.000
9.616.943
9.551.000
0
0
0
0
Onvoorzien Bijdrage voorziening oud-personeel
Bijdragen waterschappen Programmaresultaat
3.2
Toelichting op de baten en lasten
Bij het opstellen van de begroting heeft Hefpunt zichzelf het doel gesteld om de bijdrage van de waterschappen voor 2014 op het zelfde niveau te houden als is geraamd voor de mjr 2014, daarbij gecorrigeerd met 1 fte in verband met de taakstelling van Hefboom. In het kader van het project Hefboom is met ingang van de begroting 2014 een reductie van de personeelsformatie afgesproken van 1 fte per jaar voor de komende 4 jaar. Dit betekent een bijdrage van € 9.551.000. In de begroting is een post onvoorzien van € 250.000 opgenomen. Deze post dient ter dekking van de eventuele overschrijding op de individuele posten en maakt eventuele tussentijdse projecten mogelijk. Baten Rentebaten De rentebaten zijn gebaseerd op de tijdelijke positieve saldi op de inningsrekening en de exploitatierekening. Als gevolg van de steeds lagere rentestanden is de verwachte opbrengst enigszins naar beneden toe bijgesteld ten opzichte van de realisatie van 2012 en de begroting 2013. Dienstverlening kwijtschelding De opbrengst in de begroting 2014 komt overeen met de begroting 2013 en de realisatie over 2012.
10
Opbrengst vervolgingskosten De ervaringen van de afgelopen jaren laten zien dat de opbrengsten zich bewegen tussen € 1.240.000 en € 1.570.000, maar dat het erg lastig is om vooraf een nauwkeurige raming per jaar te maken. Voor de raming van 2014 is uitgegaan van de gemiddelde opbrengst van de afgelopen drie jaar, namelijk € 1.375.000. De opbrengst is hiermee € 175.000 lager dan de begroting 2013. Overige opbrengsten vanuit GHS Het betreft hier belastingopbrengsten en aanmaningskosten die niet verantwoord kunnen worden in GHS omdat er geen koppeling gelegd kan worden met een aanslag. In de begroting van 2012 en 2013 is hiervoor geen bedrag opgenomen. Op basis van de ervaringen van de afgelopen jaren verwachten we voor 2014 een opbrengst van € 50.000. Lasten Kapitaalslasten Voor berekening van de kapitaalslasten is rekening gehouden met de geplande investeringen van 2013. Voor 2014 zijn er vooralsnog geen investeringen gepland. Met de Ugrade Protection op GHS, de investeringen in werkplekken (ICT) en telefonie kan Hefpunt op investeringsgebied een aantal jaren vooruit. Mochten zich toch noodzakelijke investeringen voordoen dan zal dat door middel van een investeringsvoorstel worden voorgelegd aan het DB. Personele lasten De personele lasten stijgen met € 175.000 ten opzichte van de begroting 2013. Hiervan kan €135.000 worden verklaard door een stijging van de salariskosten. Deze kosten zijn gebaseerd op een formatie van 66,1 fte. Hierbij is rekening gehouden met een reductie van 1 fte ten opzichte van 2013. Ondanks deze teruggang van 1 fte stijgen de salarissen met €135.000 ten opzichte van de begroting 2013. Dit heeft de volgende oorzaken: - Correctie CAO 2,2% IKB 2013 € 65.000 - CAO 2014 1% € 33.000 - Loonronde € 17.000 - Stijging sociale lasten € 80.000 - Vermindering formatie 1 fte -/- € 60.000 De kosten personeel van derden stijgen met € 40.000 ten opzichte van de begroting 2013. Operationele kosten De operationele lasten stijgen met € 93.000 ten opzichte van de begroting 2013. De grootste kostenstijgingen ten opzichte van de begroting 2013 worden veroorzaakt door de hogere WOZ-kosten (€ 110.000), het vervallen van de kadastrale compensatie (€ 80.000) en hogere kosten diensten derden invordering (€ 60.000). Daartegenover staan lagere kosten voor het callcenter (€ 50.000) en porto en drukwerk (€ 86.000). Huisvesting en facilitaire kosten De kosten voor huisvesting en de facilitaire kosten dalen iets ten opzichte van de begroting 2013. Overige kosten De overige kosten dalen iets ten opzichte van de begroting 2013.
3.3
Uitzetting van de financiële positie
3.3.1
Investeringen
Voor 2014 zijn geen investeringen geraamd. In onderstaande activastaat wordt het verloop van de activa weergegeven.
11
Staat van vaste activa ACTIVA
Aanschaffingswaarde Investeringen Cum. afschrijvingen Afschrijvingen 1-1-2014
2014
t/m 2014
2014
Boekwaarde 31-12-2014
Materiele vaste activa Inventaris en kantoormeubilair
291.349
291.349
0
0
Automatisering-hardware
969.797
639.596
118.101
330.201
2.219.462
2.026.129
124.586
193.333
157.945
102.745
13.800
55.200
3.059.819
256.487
578.734
Automatisering-software Telecommunicatie-apparatuur Totaal
3.3.2
3.638.553
0
Financiering
Voor een nadere toelichting op de financiering wordt verwezen naar paragraaf 2.4.3. 3.3.3
Stand en verloop reserves en voorzieningen
Vooralsnog doet Hefpunt niet aan reservevorming. In principe wordt er geen eigen vermogen gevormd omdat jaarlijks alle lasten worden verdeeld over de deelnemers van de gemeenschappelijke regeling. In 2014 worden er geen voorzieningen gevormd.
12
3.4
Meerjarenraming 2015-2018 Begroting
mjr
mjr
mjr
mjr
2014
2015
2016
2017
2018
Rente baten
165.000
165.000
165.000
165.000
165.000
Dienstverlening kwijtschelding
125.000
125.000
125.000
125.000
125.000
1.375.000
1.375.000
1.375.000
1.375.000
1.375.000
50.000
50.000
50.000
50.000
50.000
1.715.000
1.715.000
1.715.000
1.715.000
1.715.000
280.000
230.000
202.000
155.000
115.000
Personele lasten
5.007.000
5.041.313
5.072.614
5.104.541
5.203.732
Operationele kosten
4.939.000
5.037.780
5.136.251
5.236.657
5.339.036
Huisvesting en facilitaire kosten
455.000
464.100
473.382
482.850
492.507
Overige Kosten
335.000
341.640
348.413
355.321
362.367
Onvoorzien
250.000
250.000
250.000
250.000
250.000
11.266.000
11.364.833
11.482.659
11.584.368
11.762.642
Bedrijfsresultaat
9.551.000
9.649.833
9.767.659
9.869.368
10.047.642
Bijdragen waterschappen
9.551.000
9.649.833
9.767.659
9.869.368
10.047.642
0
0
0
0
0
Baten
Opbrengst vervolgingskosten Overige inkomsten GHS Totaal baten
Lasten Kapitaallasten
Totaal bedrijfslasten
Programmaresultaat
De uitgangspunten van de begroting 2014 vormen het startpunt van de meerjarenraming 2015-2018. In deze meerjarenraming is nog geen rekening gehouden met het aansluiten van gemeenten. Baten De begroting 2014 is als uitgangspunt genomen voor de raming van de baten. Lasten Kapitaalslasten Voor de komende jaren is in de kapitaalslasten geen rekening gehouden met nieuwe investeringen. Pas in 2017 is een vervanging van het meubilair voorzien van € 300.000. Mochten zich toch noodzakelijke investeringen voordoen dan zal dat door middel van een investeringsvoorstel worden voorgelegd aan het DB.
13
Personele lasten De formatie van 2014 is het uitgangspunt voor de komende jaren. Op basis van de in het kader van Hefboom vastgestelde taakstelling is voor de jaren t/m 2017 rekening gehouden met een afname van de formatie met 1 fte per jaar. Voor de loonkosten, is gezien de huidige economische ontwikkelingen uitgegaan van een jaarlijkse stijging van 2,0%. Hierin zijn meegenomen de CAO-loonstijgingen, de loonrondes en de stijgingen van de sociale lasten. De overige personeelslasten stijgen volgens de indexering van 2,0%. Operationele lasten De operationele lasten ontwikkelen zich op basis van de indexering van 2,0%. Huisvesting en facilitaire kosten De huisvesting en facilitaire kosten ontwikkelen zich op basis van de indexering van 2,0%. Overige kosten De operationele lasten ontwikkelen zich op basis van de indexering van 2,0%. Bijdrage waterschappen De bijdrage van de waterschappen stijgt van € 9.551.000 in 2013 naar € 10.047.642 in 2018.
14