Voorstel aan de Raad
Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel
6 juli 2005
/
143/2005
Onderwerp
Jaarrekening/verslag 2004, begroting 2006 incl. meerjarenraming 2007-2009 Breed Programma / Programmanummer
Arbeidsmarktbeleid / 3210 Portefeuillehouders
L. Scholten, P. Lucassen Voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d.
31 mei 2005 Samenvatting
Bij de besluitvorming van het strategisch plan incl.meerjarenraming 2005-2008 en begroting 2005 van Breed is een aantal aanvullende voorwaarden aan Breed gesteld. Dit voorstel geeft weer hoe wij, op basis van de door uw Raad gestelde voorwaarden aankijken tegen de jaarrekening en het jaarverslag 2004, de begroting 2006 inclusief de meerjarenraming 2007 -2009 van Breed. De door Breed aangeboden jaarrekening 2004 sluit op basis van goedkeuring met de resultaatbestemming, (de verkoop van het pand in Wijchen vrijvallende middelen van € 565.000,--), een voordeel op van € 75.000,-- voor de gemeenten Nijmegen. De gevolgen van de door Breed aangeboden begroting 2006 voor Nijmegen blijken gering te zijn. Voorstel om te besluiten
1. De jaarrekening 2004 vast te stellen op een nadelig exploitatiesaldo van € 2.429.350,--, waarbij door Breed € 564.898,-- aan de algemene reserve wordt toegevoegd, zoals gesteld in de voorwaarden van beslispunten 2 en 3. 2. Akkoord te gaan met de begroting 2006, onder voorwaarde dat Breed voor 14 oktober 2005 in een aparte bijlage bij de begroting 2006 een vertaling en een transparante uitwerking geeft van de in het strategisch plan opgenomen doelstellingen en een uitwerking geeft in hoofdlijnen in de meerjarenraming 2007 - 2009. 4. Breed te verzoeken, op basis van de BRN richtlijnen, de opgenomen indexeringen in de meerjarenraming 2007 – 2009 te corrigeren. De hieruit voortvloeiende gevolgen voor het exploitatieresultaat en de (maximale) gemeentelijke bijdrage in relatie tot de hoogte van het weerstandsvermogen conform de opgenomen tabel bij paragraaf “Argumenten”. 5. Het eerder genomen besluit van de maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE per 2007 te wijzigen en de realisatie van € 850,-- per SE met ingang van 2008 te accorderen.
Opgesteld door, telefoonnummer
David Berhitu, 2493, Toon van den Brink, 2541 Raadv Breed 060705.doc
Voorstel aan de Raad
Aan de Raad van de gemeente Nijmegen 1
Inleiding
In het raadsvoorstel “Strategisch plan incl. meerjarenraming 2005-2008 en begroting 2005 Breed” dat door uw Raad op 2 februari 2005 is vastgesteld, is aan Breed een aantal aanvullende voorwaarden gesteld. Deze voorwaarden zijn: a) dat Breed vóór 1 mei 2005, het strategisch plan zowel sociaal en financieel op hoofdlijnen uitwerkt in de meerjarenbegroting 2007 – 2009, inclusief de uitgewerkte begroting 2006 en dit aan de deelnemende gemeenten in de GR aanbiedt; b) dat Breed bij de nadere uitwerking van het strategisch plan als uitgangspunt hanteert de regionale gemeentelijke besluitvorming ten aanzien van de maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE per 2007; c) dat Breed bij de nadere uitwerking meetbare doelstellingen in de plannen opneemt en de plannen SMART formuleert, waarbij deze meetbare doelstellingen aan concrete prestatie- indicatoren worden gekoppeld en de integratieladder ultimo 2004 gebruikt wordt ten behoeve van de nulmeting. Daarnaast is als voorwaarde gesteld dat bij de besluitvorming over de jaarrekening en jaarverslag 2004 van Breed, de verdere opbouw van het weerstandsvermogen door middel van reservering van de met de verkoop van het pand in Wijchen vrijvallende middelen van € 564.000,-- afhankelijk te stellen van onder a, b en c genoemde voorwaarden. De Wet sociale werkvoorziening (Wsw), waarvan Breed de uitvoerder is voor de regiogemeenten, is één van de instrumenten in het kader van het programma Arbeidsmarktbeleid. De Wsw is een voorziening voor personen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische handicap die niet in een reguliere baan aan de slag kunnen. De Wsw kan daardoor worden aangemerkt als een last resort voorziening.
2
Doelstelling
In overeenstemming met het bepaalde in artikel 33, lid 3 van de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningschap Nijmegen en Omstreken (WNO) hebben de Colleges en Raden van de deelnemende gemeente, gedurende een periode van twee maanden, vanaf per datum van verzending van stukken, de gelegenheid om van hun gevoelens blijk te geven. Het Algemeen Bestuur van Breed is voornemens om de jaarrekening 2004 en de begroting 2006 inclusief meerjarenraming in haar vergadering van 24 juni 2005 vast te stellen. Dit noodzaakt ons College, vooruitlopend op Raadsbehandeling van 6 juli, een standpuntbepaling (brief is bijgevoegd), onder voorbehoud van goedkeuring van uw Raad, aan het Dagelijks Bestuur van Breed mede te delen. De doelstelling van dit voorstel is op basis van de gestelde voorwaarden te komen tot een standpunt over de jaarrekening en het jaarverslag 2004, de begroting 2006 inclusief de meerjarenraming 2007 -2009 van Breed, dat:
Raadv Breed 060705.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
2 Aansluit bij de beleidsvoornemens van de deelnemende gemeenten in de Gemeenschappelijke Regeling (GR) en de ontwikkelingen binnen de (Wet) sociale werkvoorziening; § Aansluit bij de wens om met Breed tot zodanige financieringsafspraken te komen dat grote schommelingen en derhalve verstoring van de gemeentelijke begrotingsstabiliteit, wordt voorkomen; § Aansluit bij het uitgangspunt dat vanaf 2007 de gemeentelijke bijdrage van maximaal € 850,-- per SE wordt gerealiseerd, gerelateerd aan de hoogte van het weerstandsvermogen; Het uitgangspunt hierbij is het realiseren van een hoog sociaal rendement en het financiële risico voor de gemeente Nijmegen bij de GR beheersbaar te houden en zoveel mogelijk te beperken. §
3
Argumenten
In dit voorstel is in bijlage 1 een uitgebreide gemeentelijke analyse opgenomen over het jaarverslag / de jaarrekening 2004 en de begroting 2006 inclusief de meerjarenraming 2007 – 2009. In deze paragraaf zullen wij zowel inhoudelijk als op basis van de door uw Raad gestelde voorwaarden een oordeel geven over de jaarstukken van Breed. Jaarverslag en jaarrekening 2004 De op 1 april aan de toetsgemeente Nijmegen aangeboden jaarrekening/jaarverslag 2004 geeft aan dat Breed met de herstructurering van de organisatie een start heeft gemaakt om de financiële en sociale doelstelling te verbeteren. De door Nijmegen voorgestelde scorecard is wederom opgenomen in het jaarverslag. Op deze wijze is het mogelijk om in één oogopslag te bezien of de beoogde taakstellingen gerealiseerd zijn. Niettemin constateren wij dat er niet altijd voldoende samenhang door Breed wordt bewerkstelligd. De kengetallen uit de begroting 2004 en de kengetallen uit het jaarverslag/jaarrekening 2004 komen niet steevast met elkaar overeen. Bijvoorbeeld taakstelling in SE’s, de realisatie in fte’s, of de taakstelling in personen en de realisatie in fte’s. Dit bemoeilijkt het beoordelen van de resultaten ten opzichte van de taakstelling. In het overleg met de directie van Breed heeft de Wsw-uitvoeringsorganisatie vermeld dat de berekeningssystematiek van de kengetallen verschillend wordt uitgedrukt. Op korte termijn zal er een afspraak worden gemaakt met de gemeente Nijmegen over het uniformeren van kengetallen, ten einde de inzichtelijkheid van de cijfers van Breed te vergroten.
NTW-resultaat
Wij constateren dat het NTW-resultaat ondanks de omzetdaling door kostenbesparingsmaatregelen is verbeterd.
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
3
Resultaat jaarrekening 2004 (exclusief resultaatbestemming)
Door Breed is uit de ‘gewone bedrijfsvoering’ een door de regiogemeenten te dekken nadelig resultaat geboekt van € 1.864.452,--. Ten opzichte van 2003 wordt exclusief de incidentele bate van de verkoop van het complex te Wijchen, een verbetering van het nadelig resultaat behaald van € 448.000,--. In hoofdzaak een resultaat van een verbeterd NTW-resultaat van € 779.000,-- en een lager subsidieresultaat € 289.000,--. Hieruit is te concluderen dat de lasten en de baten uit de ‘gewone bedrijfsvoering’ duidelijk een verbetering te zien geven. De realisatie ten opzichte van de begroting heeft een voordeel te zien van bijna € 732.000,--. Was de verbetering ten opzichte van 2003 nog een gevolg van het NTW resultaat, ten opzichte van de begroting 2004 ligt de nadruk op een voordelig subsidieresultaat. Zoals de laatste jaren vaker is gebleken wordt het subsidieresultaat ten opzichte van de begroting vaak voordelig beïnvloedt. Veelal wordt dit als incidentele meevaller gepresenteerd, namelijk als meevallende loonkostensubsidies.
Gemeentelijke bijdrage
De maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE wordt pas met ingang van 2009 gerealiseerd. Aan het uitgangspunt van de bestuurlijke regionale besluitvorming wordt derhalve niet voldaan.
Resultaatbestemming 2004
Voor de resultaatbestemming 2004 stelt Breed voor een bedrag van ruim € 662.000,-- te reserveren. Hierdoor wordt het weerverstandsvermogen versterkt. In de door Breed aangeboden begroting 2005 – 2006 was voorzien in een, door middel van resultaatbestemming 2004, storting in de algemene reserve van € 565.000,--. Dit is expliciet in de besluitvorming rond deze begroting opgenomen. De nu voorgestelde reservering overschrijdt dit bedrag ruimschoots.Dit bedrag bestaat uit de voordelen uit de verkoop van het complex in Wijchen met de daaraan gerelateerde vrijval uit de voorziening groot onderhoud en diverse overige opbrengsten uit verkopen van activa. Aangezien een vrijval voorziening groot onderhoud niet direct met de verkoop (boekwinst) van het complex heeft te maken (en er tegelijkertijd een forse storting in de voorziening groot onderhoud heeft plaatsgevonden) is het via resultaatbestemming reserveren van deze vrijval niet opportuun. Uitgaande van een netto boekwinst (boekwinst minus makelaarskosten) kan € 565.000,- aan het weerstandsvermogen worden toegevoegd. Daardoor zou het weerstandsvermogen per 1 januari 2005, € 1.336.000,-- gaan bedragen. Resultaat inclusief bate verkoop complex Wijchen
Wanneer tot reservering van € 565.000,-- wordt besloten dan zal de gemeentelijke bijdrage in totaal € 2. 429.350,-- (exclusief bestuurskosten en arbeidsachtige opvang) bedragen, hetgeen € 166.000,-- lager is dan geraamd. Hierbij is uitgegaan van de netto boekwinst. In 2003 was het tekort nog € 2.822.000,--.
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
4 Voorwaarde aangaande resultaatbestemming 2004
Bij de besluitvorming over de jaarrekening en jaarverslag 2004 van Breed heeft uw Raad als voorwaarde gesteld om de resultaatbestemming 2004 ten bedrage van € 565.000,-afhankelijk te stellen van de nadere uitwerking van de begroting 2006 en dat de meerjarenraming 2007 – 2009 op hoofdlijnen door Breed dient te worden uitgewerkt. Begroting 2006 en meerjarenraming 2007 – 2009 Breed heeft de begroting 2006 met bijbehorende meerjarenraming voor 1 mei aan de deelnemende gemeenten aangeboden. Aan de datum van 1 mei heeft Breed voldaan. Het strategisch plan werkt Breed zowel sociaal als financieel op hoofdlijnen uit in de meerjarenraming 2007 – 2009, inclusief de uitgewerkte begroting 2006. Uit de analyse en beoordeling opgenomen in bijlage 1, kunnen wij constateren dat er geen relatie met en vertaling van de in het strategisch plan opgenomen doelstellingen is opgenomen. Uitwerking begroting 2006 en op hoofdlijnen de meerjarenraming
De in de begroting 2006 opgenomen kwantificering per cluster om de beweging “van binnen naar buiten” te realiseren is volstrekt niet onderbouwd. Het vervolg op de gedetailleerde uitwerking per cluster zoals die in het strategisch plan is opgenomen, is een groot gemis in de door Breed ingediende begroting 2006. Evenzeer ontbreekt op hoofdlijnen de uitwerking in de meerjarenraming 2007 – 2009. Zo zijn er bijvoorbeeld geen ontwikkelingen per cluster en van Product Markt Combinaties (PMC’s) opgenomen. Gemeentelijke bijdrage
Aan het uitgangspunt, een maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE vanaf 2007 wordt niet voldaan. Aan deze voorwaarde wordt pas met ingang van 2008 voldaan door middel van een bezuinigingstaakstelling (CVP-projecten) van € 140.000,--. Breed geeft in een verklaring aan dat het meerjarenperspectief 2005 - 2008 zoals opgenomen in het strategisch plan een doorrekening is van de begroting 2004 bij ongewijzigd beleid. Afzonderlijk zijn daarbij de verwachte resultaten bij de uitvoering van het strategisch plan opgenomen. Eén op één uitvoering daarvan lieten aanzienlijke rendementsverbeteringen zien. Bij het opstellen van de begroting 2006 en het meerjarenperspectief 2005 tot en met 2009 is met name de concreetheid van de plannen leidend geweest. Dit om bestuur van Breed en gemeenten een betrouwbaar en onderbouwd meerjarenbeeld te kunnen presenteren. Een tweede aspect is dat de Wsw formatie in 2007 op een lager niveau ligt dan in het strategisch plan. Dit beperkt voor Breed de mogelijkheden om het subsidieresultaat en het NTW resultaat te verbeteren tot het gewenste niveau. De benchmark 2003 van Deloite en Touche over de gemeentelijke bijdrage van SWbedrijven met een SE realisatie groter dan 1.500, geeft aan dat de bijdrage voor Breed € 1.108,-- per fte bedraagt (is € 1.085,-- per SE, omrekenfactor 1,0212). In de gecorrigeerde meerjarenraming zakt de (maximale) gemeentelijke bijdrage onder het gemiddeld landelijk bedrag: € 930,-- in 2007, € 850,-- in 2008 en zelfs € 606,--.
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
5 Wij stellen voor om het eerder genomen besluit (maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE per 2007) op basis van de genoemde argumenten te wijzigen en de realisatie van € 850,-- per SE met ingang van 2008 te accorderen. Prijspeil 2006 in relatie met meerjarenraming 2007 - 2009
De meerjarenbegroting 2007 – 2009 dient, op basis van de BRN-richtlijnen, gebaseerd te zijn op het prijspeil 2006. Dit is door Breed niet voor alle kostencomponenten toegepast. Zo is de indexering ten aanzien van salarissen, onderhoudskosten, energieverbruik, belastingen/verzekeringen en algemene kosten ook op de meerjaren periode toegepast. Op deze wijze ontstaat er een cumulatief effect waardoor er in totaal (2007 –2009) € 1 miljoen aan extra kosten is opgenomen. Wanneer dit wordt gecorrigeerd op “Netto toegevoegde waarde”(NTW), zie pagina 15 van bijlage 1, wordt met ingang van 2008 de maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE bereikt. Tevens wordt er dan al een positief resultaat behaald.
Weerstandsvermogen
Op basis van de aangepaste meerjarenbegroting wordt al met ingang van 2008 de maximale bijdrage van € 850,-- per SE bereikt. Uit het overzicht van het weerstandsvermogen per ultimo 2005 op pagina 15 van bijlage 1, blijkt dat de gemeentelijke bijdrage van € 850,-- in 2008 nog benodigd is, maar dat in 2009 het weerstandsvermogen het niveau al ruimschoots wordt gehaald. De bijdrage wordt dan € 606,-- in plaats van € 850,--. De gemeentelijke bijdrage in 2008 en 2009 wordt dan respectievelijk € 1.626.000,-- en € 1.188.000,--. NTW-resultaat
Ten opzichte van de begroting 2005 dient het NTW-resultaat met ruim € 0,4 miljoen te verbeteren. Ten opzichte van de rekening 2004 is dit zelfs ruim € 1,5 miljoen. Breed geeft in een toelichting aan dat de netto-opbrengsten zullen toenemen. Uit het cijfermateriaal blijkt dat vooral een lager materiaalverbruik en minder uitbesteed werk hieraan zullen moeten bijdragen. Aangezien er verder geen relatie met het strategisch plan wordt gelegd in deze begroting is een beoordeling van de haalbaarheid dan ook onmogelijk. Wel kan, evenals dit ten aanzien van vorige begrotingen is aangegeven en op basis van de realisatie van de jaarrekening 2004, de omzetverwachtingen als ambitieus worden betiteld.
Clusters
Breed geeft een kwantificering van de beoogde taakstelling per cluster in Begeleid Werken, groepsdetachering, individuele detachering en beschut werken. Breed geeft geen vervolg op de gedetailleerde uitwerking van het strategisch plan en dus geen inhoudelijke onderbouwing per cluster. Ten opzichte van het jaar 2006, constateren wij dat de taakstelling voor 2007 en 2008 voor groepsdetachering en individuele detachering
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
6 ambitieus te noemen is. Voor cluster 1: groen en kwekerij zal Breed voor groepsdetachering en individuele detachering 60 en 40 plaatsingen realiseren. Dat geldt evenzo voor de taakstelling van cluster 3 Facilitaire Diensten en Services. Aangaande individuele detachering zullen nog 100 personen over de jaren 2007 en 2008 moeten worden geplaatst. Zoals uit de voorgaande analyse en beoordeling blijken wordt maar ten dele aan de voorwaarden voldaan, zoals gesteld bij de besluitvorming rond het strategisch beleidsplan 2005 – 2008. Op basis hiervan komen wij tot de volgende voorstellen: 1. De jaarrekening 2004 vast te stellen op een nadelig exploitatiesaldo van € 2.429.350,--, waarbij door Breed € 564.898,-- aan de algemene reserve wordt toegevoegd, zoals gesteld in de voorwaarden van beslispunten 2 en 3. 2. Akkoord te gaan met de begroting 2006, onder voorwaarde dat Breed voor 14 oktober 2005 in een aparte bijlage bij de begroting 2006 een vertaling en een tranparante uitwerking geeft van de in het strategisch plan opgenomen doelstellingen en een uitwerking geeft in hoofdlijnen in de meerjarenraming 2007 - 2009. 3. Breed te verzoeken, op basis van de BRN richtlijnen, de opgenomen indexeringen in de meerjarenraming 2007 – 2009 te corrigeren. De hieruit voortvloeiende gevolgen voor het exploitatieresultaat en de (maximale) gemeentelijke bijdrage in relatie tot de hoogte van het weerstandsvermogen als volgt te accorderen:
Bijdrage in exploitatietekort ( x € 1.000,--) Bijdrage per SE (x € 1,--)
2006 2007 2008 2009 2.142 1.732 1.626 1.188 1.131 930 850 606
4. Het eerder genomen besluit van de maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE per 2007 te wijzigen en de realisatie van € 850,-- per SE met ingang van 2008 te accorderen.
4
Financiën Jaarrekening 2004
Op basis van de begin 2005 ontvangen gegevens van Breed is in de jaarrekening van de Gemeente Nijmegen ten aanzien van de bijdrage in het tekort van Breed een bedrag van € 1.399.663,-- opgenomen. In de voorliggende jaarrekening van Breed opgenomen verdeling van het resultaat over de deelnemende gemeenten wordt de bijdrage van de Gemeente Nijmegen, inclusief de resultaatbestemming ad. €. 565.000,-- aan de algemene reserve, € 1.324.239,--. Wanneer afwijzend wordt besloten t.a.v. de resultaatbestemming wordt de bijdrage € 1.016.312,--. De bijdrage wordt door Breed
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
7 berekend op basis van het aantal SW-medewerkers en de aan Breed gegunde omzet per gemeente. Het aantal SW-medewerkers uit de Gemeente Nijmegen in dienst bij Breed steeg van 1.021 in 2003 naar 1.061 in 2004, respectievelijk 53,3 procent en 52,8 procent van het totaal aantal SW-medewerkers bij Breed. Alhoewel dus het absolute aantal toenam, nam het relatieve aandeel af. Mede in relatie tot de gegunde omzet heeft dit tot gevolg dat het aandeel van Nijmegen in het exploitatietekort vrijwel stabiel blijft, ca. 54,5 procent (2003: ca. 54,65 procent). Het voordeel, op basis van instemming met de resultaatbestemming aan de algemene reserve, ad. € 75.424,--, zal ten gunste van het resultaat 2005 worden gebracht. Ten aanzien van het aandeel in de kosten van “Bestuur” en “Arbeidsachtige Opvang” is het aandeel voor Nijmegen € 51.440,--. Dit komt overeen met het in de jaarrekening 2004 van de gemeente Nijmegen opgenomen bedrag.
Begroting 2006
In de concernbegroting 2006-2009 is ten aanzien van de gemeentelijke bijdrage in het exploitatietekort al een bijdrage aan Breed geraamd. De nu voorliggende begroting 2006 komt niet geheel overeen met deze raming. Voor 2006 ontstaat een (voorlopig) astructureel voordeel van ca. € 21.000,--. In verband met de onzekere marktsituatie waarin Breed opereert wordt voorgesteld om de in de volgende jaren verwachte voordelen nog niet in te boeken als voordeel. In het onderstaande overzicht wordt het voordeel voor 2006 zichtbaar. Bedragen x €. 1.000,--
Bijdrage in exploitatietekort Bestuurskosten Kosten Arbeidsachtige opvang Totaal
Concern Raming BREED Verschil 2006 Begroting 2006 1.200 1.167 33 18 30 - 12 21 21 0 1.239 1.218 21
Hieruit blijkt dat de gevolgen van de door BREED aangeboden begroting 2006 voor Nijmegen gering zijn. 5
Juridische aspecten
n.v.t. 6
Communicatie
§
De gemeente Nijmegen heeft toegezegd de inhoud van dit voorstel aan de deelnemers van Divosakring Nijmegen en omgeving (de deelnemende gemeenten van de Gemeenschappelijke Regeling WNO) aan te bieden. Zij zullen een en ander in gelijksoortige vorm aan hun gemeenteraden ter besluitvorming voorleggen.
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
8 §
7
Het algemeen bestuur van Breed is voornemens om de jaarrekening 2004 en de begroting 2006 in haar vergadering van 24 juni 2005 vast te stellen. Middels de bijgevoegde brief zullen wij, onder voorbehoud van goedkeuring door uw Raad, het standpunt van ons College aan het Dagelijks Bestuur mededelen.
Uitvoering
De sturingsrelaties tussen de deelnemende gemeenten in de GR en Breed zijn helder gemaakt. In dat kader is er medio 2004 in onderling overleg tussen Breed en de regiogemeenten een informatieprotocol opgesteld. Dit informatieprotocol is een blauwdruk voor de informatie zoals die door Breed periodiek beschikbaar wordt gesteld aan de in de GR deelnemende gemeenten. Breed rapporteert inmiddels per kwartaal over de begrotingsuitvoering.
College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Secretaris,
mevr. dr. G. ter Horst ir. H.K.W. Bekkers
Bijlage(n): 1. Analyse jaarstukken 2004, begroting 2006 incl.meerjarenraming 2007-2009 gemeente Nijmegen; 2. Brief standpunt gemeente Nijmegen aan het Dagelijks Bestuur van Breed. Ter inzage: 1. Jaarverslag/Jaarrekening 2004 Breed; 2. Begroting 2006 inclusief meerjarenraming 2007 - 2009 Breed.
Bijlage 1
Analyse gemeente Nijmegen over jaarrekening/jaarverslag 2004, begroting 2006 inclusief meerjarenperspectief 2007-2009 Breed Jaarverslag 2004/ sociale paragraaf Taakstelling 1.810,0 SE - Realisatie 1.813, 6 SE In de begroting is opgenomen dat Breed voor 2004 kiest op het sturen op een gemiddelde invulling van de taakstelling van het aantal se’s op een niveau van 1.810 SE’s. Op basis van de subsidiebeschikking van het Rijk is de definitieve taakstelling op 1.859,1 vastgesteld. Breed heeft in 2004 1.813,6 se gerealiseerd. Door middel van intercollegiale ruil met collega-SW-bedrijven (Delta Zutphen: 10 SE’s, BSW bedrijven Breda: 10 SE’s en Multibedbedrijven Rotterdam: 30 SE’s) zijn 50 SE’s gerealiseerd. Bij de gerealiseerde instroom zullen wij nader ingaan op de consequenties voor 2005 en de begroting 2006. Gerealiseerde instroom SW In de scorecard is de beoogde taakstelling niet opgenomen, hoewel door Breed een taakstelling is opgenomen in de begroting 2004. Breed geeft in de begroting aan dat er 168 fte ofwel 190 mensen (op basis van 32 uur dienstverbanden) van de wachtlijst in dienst komen. Breed heeft 223,1 fte gerealiseerd. Breed heeft dus + 55 fte’s meer aan plaatsingen gerealiseerd. Aan Breed is gevraagd waardoor deze afwijking is veroorzaakt en en of dit consequenties heeft voor 2005 en de begroting 2006. Breed geeft aan dat de instroom hoger is geweest dan begroot, aangezien de beginstand 2004 lager was dan begroot en doordat de eerste maanden van het jaar de instroom lager lag. Om uit te komen op de begrote stand van 1810 SE’s is de instroom in de laatste maanden van het jaar hoger geweest dan begroot. Gevolg daarvan is dat de eindejaarstand 2004 een kleine 20 fte’s hoger lag dan begroot. Onderstaand een overzicht. Tabel 1 vergelijking begroting en gerealiseerde maandstanden in 2004 Gerealiseerde einde Begrote einde maaandstanden in 2004 maaandstanden in 2004 1.736,61 1 1.743,11 2 1.749,61 3 1.756,11 4 1.762,61 5 1.769,11 6 1.775,61 7 1.782,11 8 1.788,61 9 10 1.795,11 11 1.801,61 12 1.808,11 Gemiddeld 1.772,36 In SE's 1.809,90
Verschil
Maanden
1
1.716,20 1.733,10 1.735,60 1.749,40 1.752,40 1.777,90 1.778,90 1.791,90 1.804,40 1.816,80 1.823,00 1.828,00 1.775,63 1.813,60
-20,41 -10,01 -14,01 -6,71 -10,21 8,79 3,29 9,79 15,79 21,69 21,39 19,89 3,27 3,70
Deze ontwikkeling heeft consequenties voor 2005 en de begroting 2006. Breed kampt met een hogere eindstand 2004 dan begroot. Daarnaast heeft Breed de voorlopige cijfers van Cedris ontvangen. Daaruit blijken twee factoren die een rol spelen op de ontwikkeling. De landelijke wachtlijsten zijn toegenomen tot 12.000 personen en macro gezien is de taakstellingsruimte geheel vol. Een tweede factor is dat door de gewijzigde regelgeving een wachttijd van langer dan 1 jaar op de wachtlijst in 2005 consequenties kan hebben voor de taakstelling 2007. De specifieke ontwikkeling bij Breed gecombineerd met de landelijke ontwikkelingen hebben gevolgen voor 2005. Deze ontwikkelingen hebben geleid tot een herberekening van de formatie 2005 om te borgen dat het scenario van geleidelijke groei in 2006 en 2007 gehandhaafd blijft en dat overrealisatie vermeden wordt. Gekozen wordt om in 2005 niet meer te sturen op de begrote 1.852,5 SE’s maar op 1.894,5 SE’s. Op basis van deze ontwikkeling is ook de begroting 2006 opgesteld. In dit kader zal Breed ook een tweede begrotingswijziging 2005 indienen. Wachtlijst In het Publiek Overzicht Resultaten (POR) Wsw van het ministerie van SoZaWe is het mogelijk om de prestaties op het terrein van de Wsw te bekijken en die met andere Wsw-gemeenten te vergelijken. Uit de POR van medio 2004 is de omvang wachtlijst en wachtduur van Breed aangegeven. De omvang van de wachtlijst is in het tweede halfjaar toegenomen van 201 naar 222 personen. In 2004 bedraagt de totale instroom op de wachtlijst 295 personen. Ultimo 2004 bedraagt de wachtlijst 222 personen. Met ingang van 2005 wordt het aantal mensen dat ten onrechte langer dan twaalf maanden op de wachtlijst staat, niet langer meegerekend bij het vaststellen van de hoogte van de taakstelling per gemeente/werkvoorzieningschap. Wij verzoeken Breed om in de jaarrekening 2005 e.v.jaren de duur van de wachtlijst ook in beeld te brengen en in de scorecard op te nemen. Verdeling handicapcategorie Zowel in het overzicht van POR van 30 juni 2004 als in het overzicht van Breed ultimo 2004 is de verdeling van het aantal fte’s naar arbeidshandicap gelijk gebleven: ”licht”: 2%, “matig” 89% en “ernstig” 9%. Begeleid Werken In de taakstelling is aangegeven dat 25% van de nieuwe instroom via een Begeleid Werkenconstructie wordt geplaatst in het bedrijfsleven. Breed heeft 19,7 % plaatsingen in Begeleid Werken gerealiseerd. Het totaal aantal personen dat volgens Begeleid Werken constructie is geplaatst, bedraagt 55, de totale instroom bedraagt 278, dus afgerond heeft Breed 19.7% personen op BW geplaatst. Uit het overzicht POR van medio 2004 blijkt dat Breed nog maar 7% van de taakstelling scoorde. In vergelijking met de Provincie Gelderland scoorde Breed medio 2004 lager dan het gemiddelde aantal BW in de provincie: 11% versus 7%. Indien wij het resultaat van Breed afzetten ten opzichte van het landelijk gemiddelde (9%) dan scoort Breed op 30 juni 2004 2% lager dan de evengrote SW bedrijven in het land. Het is aannemelijk om er van uit te gaan dat de hogere instroom in de laatste maanden van 2004 gunstig heeft gewerkt op de realisatie van 19,7% op BW. De gegevens over het jaar 2004 heeft het ministerie van SZW nog niet voorhanden. Uitstroom naar reguliere arbeid De uitstroom vanuit de Wsw is nooit hoog geweest. Dit is in belangrijke mate te verklaren uit het feit dat de Wsw een last resort voorziening is. De uitstroom c.q. doorstroom naar reguliere arbeid bedraagt landelijk gemiddeld circa 0,5% – 1% ten opzichte van de gehele werkende doelgroep. Volgens opgave van Breed zijn in 2001 en 2002 respectievelijk 11 personen en 4 personen uitgestroomd naar regulier werk. Gegevens over 2003 zijn niet voorhanden.
2
Nijmegen heeft als taakstelling voor 2004 aan Breed opgedragen om:15 personen van het gehele Wsw-bestand te plaatsen op de reguliere arbeidsmarkt. Breed heeft 2,3 fte’s (3 personen) gerealiseerd op een totaal gemiddelde bestand van 1.813,6 fte’s. Breed scoort lager dat het landelijk gemiddelde van circa 0,5% - 1% van de gehele werkende doelgroep. De gemeente Nijmegen hecht grote waarde aan het bevorderen van de arbeidsintegratie van mensen met een handicap. Het moderniseringstraject van de Wsw geeft aan meer mensen in de sociale werkvoorziening vaker (begeleid) aan de slag te laten gaan in een regulier bedrijf. Dit streven geldt niet voor de gehele Wsw-populatie, waar nodig zullen Wsw-ers blijvend terecht moeten kunnen in de beschutte werkomgeving van het SW-bedrijf. In dit kader blijven wij het van belang vinden dat Breed zorgdraagt dat bij het realiseren van een passend arbeidsplaats de voorkeur waar mogelijk dan ook uit moet gaan naar een arbeidsplaats in een zo regulier mogelijke omgeving. Ziekteverzuim Het ziekteverzuim is hoger is dan de beoogde taakstelling. Het SW-ziekteverzuimpercentage over 2004 is 18%. Het landelijk SW-verzuimpercentage eerste helft 2004 is 15 %. Het ambtelijke ziekteverzuimcijfer over 2004 is 6,4%. Breed geeft aan dat één van de oorzaken gelegen is in de herstructurering, waardoor er niet steeds gerichte aandacht was voor de verzuimaanpak. Daarnaast wordt het verzuimpercentage bepaald op basis van kalenderdagen in plaats van werkdagen. Deze hernieuwde berekening geeft aan dat het verzuimpercentage 18% bedraagt. Over 2003, gebaseerd op werkdagen, was dit verzuim 16,3%. Op basis van de uitkomsten van de enquête over de dienstverlening van en de samenwerking met Commit (Arbo) in augustus 2004 hebben directie en P&O gesprekken gevoerd over de inzet van Commit. Als gevolg daarvan zijn nieuwe afspraken gemaakt over de inzet van Commit. De meest opvallende wijzigingen zijn de inzet van een extra verzuimconsulent per 1 mei 2005, die samen met de leidinggevende al in een zeer vroeg stadium reïntegratieactiviteiten opstart. Daarnaast zal een adviseur worden ingeschakeld om hulp te geven aan de leidinggevenden binnen Breed voor een succesvolle verzuimaanpak. Bovendien zal een medisch adviseur worden ingeschakeld voor het screenen van verzuimgevallen ouder dan zes weken. Doelstelling is om in 2005 uit te komen op een verzuimpercentage van 14% en in 2006 op 11,02%.
3
Jaarrekening 2004/financiële paragraaf Algemeen Om uniformiteit te verkrijgen in de toetsing van rekeningen en begrotingen van gemeenschappelijke regelingen en van regionale instellingen bestaat er een toetsingsmodel dat bij de rekening en bij de begroting dient te worden opgesteld. Basis voor de vergelijking is de goedgekeurde begroting van het betreffende jaar (begroting t.o.v. begroting voorgaande jaar) inclusief goedgekeurde wijzigingen. Zoals ook bij de aanbieding van voorgaande rekeningen en begrotingen van Breed is aangegeven is een strikte toepassing van de BRN -richtlijnen niet mogelijk. Voornamelijk de effecten van en het inspelen op marktinvloeden worden hiervoor als reden aangemerkt. Ook de hier voorliggende jaarrekening is daar een voorbeeld van. Een globale analyse op de resultaatgebieden is echter wel mogelijk. Financiële toelichting Balans Vaste Activa De vaste activa nemen met bijna € 1,7 miljoen af tot € 4,9 miljoen. Buiten de gebruikelijke afschrijvingen hebben de desinvesteringen in grond en gebouwen (verkoop van het complex Kamerlingh Onnestraat te Wijchen) hierin een groot aandeel. Voorzieningen Er is in 2004 ca. € 195.000,-- meer in de voorziening gestort dan geraamd. De voorzieningen bedragen per 31 december 2004 in totaal € 1.130.000,--, een toename t.a.v. 31 december 2003 van € 87.000,--. De toename is voornamelijk veroorzaakt door een toename van de algemene voorziening (€ 33.000,--, t.b.v. afdekking afwikkeling indicaties 2004) en de voorziening Fiscale risico’s (€ 32.000,--, t.b.v. betaling mogelijke rentekosten). Naar aanleiding van de beoordeling van de jaarrekening 2002 is door Breed onderschreven dat er een duidelijke behoefte bestaat aan een betere relatie tussen de risicoparagraaf en de hiervoor opgenomen voorzieningen. Met de inwerkingtreding van het Besluit Begroting en Verantwoording zijn alleen die risico’s benoemd waarvoor geen voorziening is gevormd.
Algemene Bedrijfsreserve De actuele stand van de algemene bedrijfsreserve per 31 december 2003 is € 261.000,--. In 2004 is door middel van resultaatbestemming 2003 (boekwinst verkoop pand Wolfkuilseweg) er € 510.000,-- aan de reserve toegevoegd. De reserve bedraagt dan per 31 december 2004 € 771.000,--. Wanneer, op basis van resultaatbestemming 2004 (op basis van de voorwaarden zoals gesteld bij de besluitvorming rond de begroting 2005), wordt besloten de boekwinst van de verkoop van het complex in Wijchen aan de reserve toe te voegen dan zal de reserve toenemen met € 565.000,-- (boekwinst -/- kosten makelaar) tot € 1.336.000,--. Omdat een vrijval voorziening groot onderhoud niet direct met de verkoop (boekwinst) van het complex heeft te maken (en er tegelijkertijd een forse storting in de voorziening groot onderhoud heeft plaatsgevonden) is het via resultaatbestemming reserveren van deze vrijval niet opportuun.
4
Financiële toelichting exploitatieresultaat De resultaatgebieden ten aanzien van de jaarrekening zijn (bedragen x € 1,000,--): Rekening Begroot 2003 2004
Rekening Verschil 2004 2004
1. Subsidieresultaat 2. NTW-resultaat
- 2.632 - 3.499 + 78 + 725
- 2.921 + + 857 +
3. Bedrijfsresultaat (1 + 2) 4. Overige kosten/baten
- 2.554 - 2.774 + 242 + 178
- 2.064 + 200
+ 710 + 22
5. Exploitatieresultaat (3 + 4) 6. Bijdrage bestuurskosten e.d.
- 2.312 - 2.596 - 100 - 101
- 1.864 - 101
+ -
7. Bijdrage gemeenten excl. Resultaatbestemming verkoop Pand 8. Opbrengst verkoop pand 9. Totaal bijdrage gemeenten 10. Incl. opbrengst pand
- 2.412 - 2.697 - 510
- 1.965 - 565
+ 732 - 565
- 2.922 - 2.697
- 2.530
+ 167
578 132
732 0
+ is voordeel,- is nadeel Toelichting: 1) Subsidieresultaat De begroting is zowel ten aanzien van de werknemerskosten als de Rijksvergoedingen gebaseerd op de taakstelling van het Rijk, namelijk 1.810 SE. Op basis van de subsidiebeschikking van het Rijk is de definitieve taakstelling op 1.859,1 vastgesteld. Hiervan is door BREED 1.813,6 gerealiseerd. Tevens is door middel van een intercollegiale ruil met collega-bedrijven 50 SE. uitbesteed. Er is dus 4,5 SE. meer gerealiseerd dan waarvoor vergoeding is ontvangen. Hoewel het nadelig effect niet precies is te berekenen (SE versus fte.) zal het de overrealisatie ca. € 108.000,-- bedragen. De effecten op de werknemerskosten en de Rijksbijdrage zijn als volgt: Werknemerskosten SW Zoals in de inleiding al is aangegeven is het nadelige effect van de overrealisatie (werkelijk verschil vergoeding minus salariskosten) ca. € 108.000,--. In totaal is er ruim € 396.000,-- meer uitgegeven dan geraamd. Totaal effect hogere formatie (inclusief genoemde € 108.000,-- ) € 270.000,--, hoger salarisniveau € 127.000,--. Rijksvergoeding Zoals bij de inleiding van het subsidieresultaat al is aangegeven is door de intercollegiale ruil met bedrijven in Zutphen, Rotterdam en Breda 50 SE. gerealiseerd. Netto is door BREED voor 1.809,1 SE. rijksbijdrage ontvangen. Dit is 0,9 SE. lager dan geraamd. De totale rijksvergoeding neemt, ondanks deze lagere taakstelling toe met € 332.000,-- . Dit is voornamelijk het gevolg van een hogere vergoeding per SE. Werd in de begroting nog uitgegaan van te ontvangen loonkostensubsidies van € 950.000,--, in werkelijkheid werd € 1.466.000,-- aan subsidies ontvangen. Per saldo leveren de rijksvergoedingen een voordeel op van € 849.000,--.
5
Het subsidieresultaat sluit door bovengenoemde effecten ca. € 578.000,-- voordeliger dan geraamd. 2) Netto Toegevoegde Waarde Resultaat Werd in de begroting nog van een positief resultaat uitgegaan van € 725.000,--, in het verslagjaar is uiteindelijk € 857.000,-- gerealiseerd. Een voordeel derhalve van € 132.000,-Omzet De omzet is met bijna € 1,3 miljoen (7 procent) achtergebleven bij de raming. Ook ten opzichte van 2003 is de omzet afgenomen (ruim € 0,9 miljoen). Bij de presentatie van de begroting 2004 werd gesteld dat in deze begroting een meer realistische verwachting was opgenomen. Dat dit toch niet is gerealiseerd wordt veroorzaakt door het wegvallen van een grote opdrachtgever en de economische situatie. Het blijkt dat het vergroten of zelfs het consolideren van de omzet een moeilijke opgave is. Sinds 2001 loopt de omzet dan ook gestaag terug. Salarissen (incl.kosten ambtelijke inleen) De totale lasten t.b.v. ambtelijke salarissen en -inleen zijn ca. € 620.000,-- lager dan begroot. Door Breed wordt in een schriftelijke toelichting aangegeven dat dit een gevolg is van het niet volledig invullen van vacatureruimte, fors lagere studiekosten en een gewijzigde formatiesamenstelling. Dit laatste is een gevolg van de doorgevoerde herstructurering waarbij hogere salarisschalen niet zijn ingevuld. Breed heeft ten opzichte van 2003 een personeelreductie van 20 procent gerealiseerd. Overige kosten (o.a. uitbesteed werk) Op de hieronder begrepen kostencomponenten wordt een voordeel gerealiseerd van ca. € 0,9 miljoen. De belangrijkste voordelen werden behaald uit de grondstoffen, uitbesteed werk, huur en lease en algemenen kosten. Kapitaallasten Voornamelijk door de verkoop van het pand in Wijchen dalen de kapitaallasten. Ondermeer hierdoor en lagere rentekosten is het voordelige effect op de lasten van rente en afschrijving ca. € 161.000,--. Voorzieningen Aan de voorzieningen werd ca. € 195.000,-- meer bijgedragen dan geraamd. Hoewel wel is aangegeven in welke voorzieningen stortingen zijn verricht is onduidelijk is waarom deze extra stortingen hebben plaatsgevonden. In dit kader kan wel worden verwezen naar de opmerkingen ten aanzien van de vrijval van de aan het verkochte complex Wijchen gerelateerde voorziening groot onderhoud en de gelijktijdige (niet voorziene?) storting ad. € 118.000,--. Geconstateerd kan worden dat het NTW-resultaat ondanks de omzetdaling door kostenbesparingsmaatregelen is verbeterd. 4) Overige kosten/baten Zoals al eerder aangegeven heeft de verkoop van het complex te Wijchen netto € 565.000,-- opgebracht. Voor het argument hiervan en het voorstel t.a.v. de resultaatbestemming wordt naar het raadsvoorstel verwezen.
6
5) Exploitatieresultaat Het exploitatieresultaat bedraagt bijna € 1,9 miljoen nadelig. Hierin is echter de incidentele nettoopbrengst van het complex te Wijchen, ad. € 565.000,-- , opgenomen. Wanneer de incidentele exploitatiebaten worden geëlimineerd (verkoop complex Wijchen) € 565.000,-- ) blijkt dat het negatieve exploitatieresultaat uit de “gewone bedrijfsvoering” geen € 1,9 miljoen maar € 2,4 miljoen bedraagt, ca. € 0,2 miljoen lager dan geraamd. 7) Gemeentelijke bijdragen De rekening sluit, inclusief de honorering van de resultaatbestemming ten bedrage van € 564.898,--, met een door gemeentelijke bijdragen te dekken tekort van € 2.429.350,-(exclusief bestuurskosten en arbeidsachtige opvang), hetgeen € 166.000,-- lager is dan geraamd. In 2003 was het tekort nog € 2.822.000,--. De financiële bijdrage per S.E. (o.b.v. realisatie 1.813,6 S.E.) bedraagt € 1.028,-- exclusief en € 1.340,-- inclusief resultaatbestemming opbrengst verkoop complex Wijchen. Tevens worden de kosten van bestuur en arbeidsachtige opvang, respectievelijk € 59.000,-- en € 44.146,--, onafhankelijk van de exploitatieresultaten, op basis van inwoneraantal over de deelnemende gemeenten verdeeld. Risico’s In tegenstelling tot voorgaande jaren wordt In het jaarverslag alleen mededeling gedaan van niet uit de balans blijkende verplichtingen. Het betreft voornamelijk meerjarige verplichtingen, zoals lease- en huurcontracten. Voor de overige risico’s zijn voorzieningen getroffen.
Accountantsverklaring De accountant heeft een positief oordeel gegeven ten aanzien van de financiële positie op 31 december 2004 en geoordeeld dat de baten en lasten in overeenstemming zijn met de grondslagen ingevolge het “besluit begroting en verantwoording”. Tevens is hij van oordeel dat, in het kader van het rechtmatigheidonderzoek, de opgenomen lasten en baten en balansmutaties in overeenstemming zijn met de begroting en de van toepassing zijnde wettelijke regelingen.
7
Begroting 2006 inclusief meerjarenperspectief 2007- 2009 Sociale Paragraaf Algemeen Bij de besluitvorming van het strategisch plan inclusief meerjarenbegroting 2005-2008 en begroting 2005 is een aantal aanvullende voorwaarden opgenomen. Eén van de voorwaarden is dat Breed bij de nadere uitwerking meetbare doelstellingen in de plannen opneemt en de plannen SMART formuleert, waarbij deze meetbare doelstellingen aan concrete prestatieindicatoren worden gekoppeld en de integratieladder ultimo 2004 gebruikt ten behoeve van de nulmeting. Breed heeft maar ten dele aan deze voorwaarde voldaan, door wel in cijfers per cluster inzichtelijk te maken hoe de Wsw-uitvoeringsorganisatie de beweging “van binnen naar buiten” wil realiseren. In de clusters zijn taakstellingen opgenomen voor het jaar 2006. Ook ten aanzien van Begeleid Werken en taakstelling 2006 zijn taakstellingen geformuleerd. Daarnaast is door Breed aangegeven dat de rapportage over de nulmeting in de maand mei kan worden uitgebracht. De kwantificering per cluster is echter niet onderbouwd. Een vervolg op de gedetailleerde uitwerking per cluster, zoals die in het strategisch plan is opgenomen, ontbreekt volkomen. Evenzeer ontbreekt op hoofdlijnen de uitwerking in de meerjarenraming 2007 -2009. Zo zijn er bijvoorbeeld geen ontwikkelingen per cluster en van PMC’s (Product Markt Combinaties) opgenomen.
Wachtlijst en Instroom In de analyse over het jaarverslag 2004 is aangegeven dat de specifieke ontwikkeling bij Breed gecombineerd met de landelijke ontwikkelingen gevolgen heeft voor 2005. Deze ontwikkelingen hebben geleid tot een herberekening van de formatie 2005 om te borgen dat het scenario van geleidelijke groei in 2006 en 2007 gehandhaafd blijft en dat overrealisatie vermeden wordt. In dat kader zal over 2006 door Breed worden gestuurd op een geringe onderrealisatie van 7,42 SE’s. Breed realiseert bijgevolg een gemiddelde invulling van de taakstelling op een niveau van 1.853 fte’s Begeleid Werken Breed behoort in 2006, 25% van de plaatsingen in de Wsw te realiseren in het kader van Begeleid Werken. Zowel plaatsingen vanaf de wachtlijst als plaatsingen vanuit Wswdienstbetrekkingen tellen mee. Dit percentage is ten opzichte van 2005 ongewijzigd gebleven. Breed geeft aan om in 2006, 22,5 fte’s (25% van de instroom) in Begeleid Werken te plaatsen. Clusters Wij constateren dat in vergelijking met 2005 de taakstelling over 2006 ten aanzien van groepsdetachering en individueel gedetacheerd een bijzondere afwijking geeft. Het verschil in de taakstelling is in vergelijking met 2005 uitzonderlijk te noemen. Onderstaand een aantal constateringen ten aanzien van de afwijkingen in de taakstelling van de clusters. Cluster 1 Groen en kwekerij Individueel gedetacheerd: over het jaar 2005 zal 6,1 fte’s worden gerealiseerd, voor 2006 ligt het in de bedoeling om 20,0 fte’s te realiseren. Cluster 2 Industrie en Logistiek Groepsdetachering over 2005: 67 fte’s, voor het jaar 2006 bedraagt de taakstelling 24 fte’s. Individueel gedetacheerd over 2005: 32,6 fte’s, voor 2006 is de taakstelling 15 fte’s.
8
Cluster 3 Facilitaire diensten en Services Groepsdetachering over 2005: 103.7 fte’s, voor het jaar 2006 geldt een taakstelling van 11 fte’s. Om een beeld te krijgen hoe de realisatie naar de beoogde fte-verdeling ultimo 2008 plaats zal vinden, zoals die door Breed in het strategisch plan is vermeld, hebben wij onderstaande tabel opgesteld. Tabel 2 beoogde fte verdeling per clusters in BW, groepsdetach., ind.detach. en beschut werken Cluster 1 Groen en Kwekerij 1 jan. 2005 Ultimo Ultimo Ultimo Ultimo 2005 2006 2007 2008 Beschut 75,1 75,0 75,0 70 Groepsdetachering 326,9 344,8 360,0 420 Individuele detachering 33,9 40,0 60,0 100 Cluster 2 Industrie en Logistiek Beschut 390,2 294,0 256,0 230 Groepsdetachering 174,0 241,0 265,0 270 Individuele detachering 52,4 85,0 100,0 100 Cluster 3 Facilitaire Diensten en Services Beschut 259,0 164,8 138,8 120 Groepsdetachering 96,1 199,8 210,8 185 Individuele detachering 230,7 251,0 280,0 380 niet benoemd Begeleid Werken 66,6 105,9 128,4 Cluster 4 Arcuris en Overheadfuncties Beschut 122,3 96,4 94,3 80 Groepsdetachering n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Individuele detachering n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Totaal 1.827,1 1.897,7 1.968,3
Aan Breed is gevraagd een verklaring te geven aangaande de enorme afwijkingen in de taakstellingen in vergelijking met het jaar 2005 en waarom BW alleen uitdrukkelijk in cluster 3 is opgenomen. Breed geeft aan dat de taakstelling m.b.t. Begeleid Werken geheel ligt bij cluster 3, aangezien daar de verantwoordelijke manager onder valt. Verder zijn er in het strategisch plan geen aantallen voor BW per cluster benoemd, zodat de verantwoordelijkheid per cluster komt te liggen. Ten aanzien van de taakstelling / formatieplan 2006 geeft Breed na consultatie aan dat onderstaande tabel 2 inzicht geeft in het feit dat de begroting 2006 in de lijn met het strategisch plan ligt. Er is een duidelijke groei in de fte's groeps -en individuele detacheringen en een afname van de beschutte werkplekken. Door o.a. de hogere taakstelling zijn de aantallen fte's bij de beschutte werkplekken en groepsdetacheringen hoger dan in het strategisch plan. Ook de aantallen BW blijven stijgen, in het kader van de landelijke trend om “van binnen naar buiten” de doorstroom te realiseren. Tabel 3 beoogde taakstelling, vergelijking strategisch plan en begroting 2006 31-12-2005 31-12-2006 Strategisch plan Begroting 2006 Verschil Strategisch plan Begroting 2006 Verschil Beschutte werkplek 630 630,2 0,2 511 564,1 53,1 Groepsdetachering 685 785,6 100,6 810 835,8 25,8 Individuele detachering 340 376 36 440 440 0 Begeleid Werken niet benoemd 105,9 niet benoemd 128,4 Totaal 1655 1897,7 136,8 1761 1968,3 78,9
9
Wij willen opmerken dat de taakstelling voor cluster 1 over de jaren 2007 en 2008 ambitieus is gesteld: voor groepsdetachering en individuele detachering zal Breed respectievelijk 60 en 40 plaatsingen realiseren. Dat geldt evenzo voor de taakstelling ten aanzien van cluster 3 aangaande individuele detachering: over de jaren 2007 en 2008 zullen nog 100 personen moeten worden geplaatst. Breed geeft aan dat van overheidswege zij echter genoodzaakt zijn om deze ambitieuze weg in te slaan om hun bestaansrecht te behouden. Wsw in relatie met Wwb Bij de behandeling van het raadsvoorstel strategisch plan inclusief meerjarenbegroting 20052008 en begroting 2005 in de Raadscommissie van Werk en Inkomen op 12 januari 2005, is aan de commissie een toezegging gedaan. “De wethouder zegt toe in kaart te laten brengen of een link mogelijk is tussen het gemeentelijk reïntegratiebeleid en het beleid van Breed en daarover de commissie te informeren”. De rapportage moet op 1 december 2005 klaar zijn. In dit kader kunnen wij aangeven dat er op 20 april een overleg is gestart met de Divosagemeenten en Breed aangaande een aantal belangrijke terreinen die door beide partijen zullen worden opgepakt. Naast de modernisering van de Wsw en de Gemeenschappelijke Regeling zal er een relatie tussen Wwb (o.a.gesubsidieerde arbeid) en de Wsw worden bewerkstelligd. In Divosa-verband zullen wij op basis van een plan van aanpak deze zaken in samenspraak met Breed nader uitwerken.
10
Financiële paragraaf Algemeen Om uniformiteit te verkrijgen in de toetsing van rekeningen en begrotingen van gemeenschappelijke regelingen en van regionale instellingen bestaat er een toetsingsmodel dat bij de rekening en bij de begroting dient te worden opgesteld. Basis voor de vergelijking is de goedgekeurde begroting van het betreffende jaar (begroting t.o.v. begroting voorgaande jaar) inclusief goedgekeurde wijzigingen. Zoals ook bij de aanbieding van voorgaande rekeningen en begrotingen van Breed is aangegeven is een strikte toepassing van de BRN -richtlijnen niet mogelijk. Voornamelijk de effecten van en het inspelen op marktinvloeden worden hiervoor als reden aangemerkt. Ook de hier voorliggende jaarrekening is daar een voorbeeld van. Een globale analyse op de resultaatgebieden is echter wel mogelijk. Relatie (Meerjaren-)Begroting 2006 - 2009 met Strategisch beleidsplan Breed heeft de meerjarenbegroting 2006 - 2009 vóór 1 mei 2005 aangeleverd. In de beleidsmatige toelichting is echter géén relatie met en vertaling van de in het strategisch plan opgenomen doelstellingen opgenomen. Zo zijn er bijvoorbeeld geen ontwikkelingen ten aanzien van nieuwe Product marktcombinaties opgenomen. Ook aan het uitgangspunt, een maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE per 2007, wordt niet voldaan. Dit wordt pas met ingang van 2008 gereali-seerd d.m.v. een bezuinigingstaakstelling (CVP Projecten) ad. € 140.000,--.
Financiële toelichting Zoals hiervoor reeds is aangegeven is een strikte toepassing van de BRN -richtlijnen niet mogelijk. De meerjarenbegroting 2007 - 2009 dient echter wel gebaseerd te zijn op prijspeil 2006. Dit is door Breed niet voor alle kostencomponenten toegepast. Zo is de indexering ten aanzien van salarissen, onderhoudskosten, energieverbruik, belastingen/verzekeringen en algemene kosten ook op de meerjaren periode toegepast. Op deze wijze ontstaat er een cumulatief effect waardoor er in totaal (2007 t/m 2009) € 1 miljoen aan extra kosten is opgenomen. Bij de beoordeling van de Meerjarenbegroting zal hierop worden teruggekomen. De resultaatgebieden zijn (bedragen x € 1.000,--): Rekening Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2006 2007 2008 2009 2004 2005 1. 2.
Subsidieresultaat NTW-resultaat
- 2.921 - 3.612 + 857 + 1.957
3. 4.
Bedrijfsresultaat (1+2) - 2.064 Overige kosten/baten + 200
- 1.655 - 545
5. 6. 7.
Expl.resultaat (3+4) Opbrengst pand Totaal gem. bijdragen (excl.bijdrage bestuur)
- 1.864 565
- 2.200 - 2.142 0 0
- 1.897 - 1.609 - 1.660 0 0 0
- 2.429
- 2.200 - 2.142
- 1.897
Aantal SE
1.813
1.852
Resultaat per SE (x € 1,--)
1.340
1.188
11
- 4.054 + 2.374
- 3.986 - 3.913 - 3.689 + 2.547 + 2.621 + 2.487
- 1.680 462
- 1.439 458
1.893 1.131
1.862 1.019
- 1.291 - 1.202 - 418 458
- 1.609 1.913 841
- 1.660 1.960 847
Stand weerstandsvermogen (weestandsparagraaf) In het strategisch plan wordt de hoogte van het benodigde weerstandsvermogen op € 1.714.000,-- becijferd. Op basis van de stand van de algemene reserve per 31-12-2004 kan het volgende overzicht worden opgesteld: Reserve 31-12-2004 Resultaatbestemming complex Wijchen Stand per 31-12-2005 Maximale hoogte weerstandsvermogen Nog op te bouwen
€ 771.000,-€ 565.000,-€ 1.336.000,-€ 1.714.000,-€ 378.000,--
Uit het voorstaande meerjarenoverzicht blijkt dat pas in 2008 de afgesproken bijdrage van € 850,-- per SE wordt gehaald. Een verdere opbouw van het weerstandsvermogen naar het benodigde niveau zou dan pas na 2009 kunnen worden gerealiseerd. Bij de beoordeling van de meerjarenbegroting zal hiervoor echter een alternatief voorstel worden gedaan.
Begroting 2006 1). Subsidieresultaat Zoals ook in de begroting 2005 is geconstateerd is door Breed duidelijk gekozen voor sturing op wachtlijstomvang en instroom. De begroting 2006 is gebaseerd op 1.892,9 SE Dit is 7,4 SE onder de voor 2006 verwachte taakstelling van het rijk. Hiermede lijkt een goede basis voor de begroting te zijn gelegd, zodat er weinig risico wordt gelopen t.a.v. een mogelijke overschrijding van de door het Rijk vast te stellen taakstelling. Het subsidieresultaat komt per saldo (werknemerslasten minus rijksvergoeding uit op een negatief resultaat van ruim € 4 miljoen. Een verslechtering ten opzichte van 2005 met ruim € 0,4 miljoen. Zowel ten opzichte van de rijksbijdrage als de salariskosten WSW is een stijging van 3,25 procent ten opzichte van respectievelijk de subsidiebeschikking 2005 (prijspeil 2004) en de werkelijke gemiddelde loonsom 2004 gehanteerd. Werknemerskosten SW De totale lasten stijgen met ca. € 1,5 miljoen. Zoals hiervoor al is aangegeven stijgen de loonkosten met 3,25 procent t.o.v. de realisatie 2004. Dit is gelijk aan de gemeentelijke norm, namelijk 2005: 1, 75 procent en 2006: 1,5 procent. De kosten van begeleid werken nemen echter met € 1,1 miljoen toe. Voor 2006 wordt dan ook een groei verwacht van 69 fte’s. naar 117 fte’s. Het financiële effect hiervan is ruim € 6 ton. Het restant, ca. € 5 ton is het resultaat van hogere loonkostensubsidies en begeleidingskosten. Dit laatste is tegengesteld aan de geconstateerde ontwikkeling in 2004. Op basis hiervan is in de eerste begrotingswijziging 2005 de gemiddelde loonkostensubsidie, werkplekaanpassing e.d. naar beneden bijgesteld tot € 9.148,-- per fte. Nu wordt gerekend met € 16.755,-- per fte. Behalve de vervoerskosten (toename € 230.000,--) nemen de overige kostenstijgingen fractioneel toe.
12
Rijksvergoeding Zoals hiervoor al is aangegeven stuurt BREED op de taakstelling. De berekende maximale rijksvergoeding is hierop gebaseerd, namelijk 1.900,3 SE Op basis van sturing op de formatiedoelstelling en de wachtlijst is in de begroting 1.892,9 (2005: 1.852,5 SE) opgenomen, en een verwachte vergoeding van € 24.765,-- per SE Ten opzichte van de begroting 2005 betekent het een hoeveelheid- voordeel van € 990.000,-- en een prijsvoordeel van € 442.000,--, totaal € 1.432.000,--. Belangrijke wijzigingen hebben betrekking op de WVA (Wet Vermindering Afdracht) en de WAO restitutie, respectievelijk een vermindering van € 300.000,-- en € 100.000,--. Per saldo nemen de rijkssubsidies toe met € 1.032.000,--.
2). Netto Toegevoegde Waarde Resultaat (NTW) Ten opzichte van de begroting 2005 dient het NTW-resultaat met ruim € 0,4 miljoen te verbeteren. Ten opzichte van de rekening 2004 is dit zelfs ruim € 1,5 miljoen. Netto toegevoegde waarde Deze resultaatverbetering zal gedeeltelijk uit de omzetverhoging moeten worden gerealiseerd. Door Breed wordt in een korte toelichting de resultaatgebieden aangegeven. In de toelichting geeft Breed aan dat de netto-opbrengsten zullen toenemen. Uit het cijfermateriaal blijkt dat vooral een lager materiaalverbruik en minder uitbesteed werk hieraan zullen moeten bijdragen. Omdat er verder geen relatie met het strategisch plan wordt gelegd in deze begroting is een beoordeling van de haalbaarheid dan ook onmogelijk. Wel kan, evenals dit ten aanzien van vorige begrotingen is aangegeven en op basis van de realisatie van de jaarrekening 2004, de omzetverwachting als ambitieus worden betiteld. Overige bedrijfskosten Ten opzichte van de begroting 2005 nemen de overige bedrijfskosten met € 2 ton toe. Dit is, op een kleine uitzondering na, vrijwel geheel een gevolg van gestegen (4 procent) ambtelijke salariskosten. Alhoewel het aantal fte’s ten opzichte van de begroting 2005 niet is gewijzigd (121,4 fte’s) worden door Breed in de toelichting ondermeer de wijzigingen in de vacatures als verklaring voor de toegenomen salariskosten gegeven. Na consultatie van Breed is gebleken dat de opgenomen formatie niet is aangepast. Het aantal fte zou dus moeten worden verhoogd. In de begroting 2005 is echter door Breed aangegeven dat t.a.v. 6,71 fte’s interne invulling mogelijk zou moeten zijn, een voordeel in de begroting 2005 e.v. van € 330.000,--. Een aanpassing van uitgangspunten in een volgende begroting dient gebaseerd te zijn op een expliciet besluit en/of toelichting. Opvallend is het aantal vacatures (12) te noemen. Zeker na de herstructurering van het bedrijf waarbij van veel medewerkers afscheid is genomen. 4). Overige kosten/baten De overige kosten bestaan alleen uit de kosten FPU. De afwijking ten opzichte van 2005 is fractioneel lager. De verplichtingen als gevolg van de reorganisatie 1996 zijn met ingang van 2006 vervallen. Om in 2008 de bijdrage ad. € 850,-- per SE te bereiken is door Breed een taakstelling (CVP projecten) opgenomen ad. € 140.000,--.
13
5). Exploitatieresultaat Samengevat leidt het ertoe dat Breed een nadelig resultaat verwacht te bereiken van ca. € 2,1 miljoen (begroting 2005: € 2,2 miljoen, resultaat bedrijfsvoering 2004: € 1,9 miljoen). Dit resulteert in een gemeentelijke bijdrage van € 1.131,-- per SE. 7).Gemeentelijke bijdragen: aandeel Gemeente Nijmegen Bijdrage in exploitatietekort In de meerjarenbegroting 2006 – 2009 van Nijmegen zijn jaarlijks onderstaande bedragen opgenomen als bijdrage in het exploitatietekort van BREED. Breed hanteert voor de verdeelsleutel 52,9 procent voor de Gemeente Nijmegen. Op basis van ervaringscijfers wordt echter 54,5 procent verwacht. De begroting 2006 van BREED heeft de navolgende effecten (gebaseerd op een aandeel van 54,5 procent in de tekorten) op de ramingen van Nijmegen. Ten aanzien van 2008 en 2009 wordt uitgegaan van het maximale bedrag ad. € 850,-- per SE in relatie tot de maximale hoogte (zie onderdeel “reserves en voorzieningen in relatie tot weerstandsvermogen”) van het weerstandsvermogen. Bedragen x €. 1.000,-2006 § §
Begroting: bijdrage in exploitatietekort Bijdrage obv begroting BREED
2007
2008
2009
1.200 1.050 1.050 1.050 1.167 944 886 647
Voordeel in Begroting Nijmegen
33
106
164
403
Bijdrage in bestuurskosten en kosten AAO Op basis van het inwonertal van de Gemeente Nijmegen bedraagt de bijdrage in de bestuurskosten en de kosten AAO ca. € 51.000,--. In de meerjarenramingen van Nijmegen is echter ca. € 39.000,-- opgenomen zodat ten aanzien van deze kosten een tekort ontstaat van ca. € 12.000,--. Meerjarenperspectief 2007 - 2009 Zoals hiervoor reeds is aangegeven is een strikte toepassing van de BRN -richtlijnen niet mogelijk. De meerjarenbegroting 2007 - 2009 dient echter wel, op basis van de BRN-richtlijnen gebaseerd te zijn op prijspeil 2006. Dit is door Breed niet voor alle kostencomponenten toegepast. Zo is de indexering ten aanzien van salarissen, onderhoudskosten, energieverbruik, belastingen/verzekeringen en algemene kosten ook op de meerjaren periode toegepast. Op deze wijze ontstaat er een cumulatief effect waardoor er in totaal (2007 t/m 2009) € 1 miljoen aan extra kosten is opgenomen. In de onderstaande tabel is dit gecorrigeerd onder het kopje “Correctie NTW”.
14
Begroting 2006
Begroting 2007
Begroting Begroting 2008 2009
1. 2.
Subsidieresultaat NTW-resultaat
- 4.054 + 2.374
- 3.986 - 3.913 - 3.689 + 2.547 + 2.621 + 2.487
3. 4.
Bedrijfsresultaat (1+2) Overige kosten/baten
- 1.680 462
- 1.439 458
5. 6. 7.
Expl.resultaat (3+4) Correctie NTW Totaal gem. bijdragen (excl.bijdrage bestuur)
Aantal SE
- 2.142
- 1.291 - 1.202 418 458
- 1.897 - 1.609 - 1.660 + 165 + 333 + 500
- 2.142
- 1.732
- 1.276
- 1.160
1.893
1.862
1.913
1.960
Resultaat per SE (x € 1,-- )
1.131
930
667
592
Bijdrage per SE (x € 1,-- )
1.131
930
850
850
+ 350
+ 506
Resultaat obv vaste bijdrage (x € 1.000,--)
Stand weerstandsvermogen (weestandsparagraaf) Op basis van de aangepaste Meerjarenbegroting wordt al met ingang van 2008 de maximale bijdrage van € 850,-- per SE bereikt. Er wordt dan ook al een positief resultaat behaald. Op basis van de stand van de algemene reserve per 31-12-2005 kan het volgende overzicht worden opgesteld: Reserve 31-12-2004 € 1.336.000,-Resultaat 2008 € 350.000,-Resultaat 2009 € 506.000,-€ 2.192.000,-Maximale hoogte weerstandsvermogen € 1.714.000,-Lagere bijdrage in 2009 € 478.000,-Hieruit blijkt dat de bijdrage ad € 850,-- in 2008 nog benodigd is maar dat in 2009 het weerstandsvermogen het niveau al ruimschoots wordt gehaald. De bijdrage wordt dan € 606,-- in plaats van € 850,---. De gemeentelijke bijdrage in 2008 en 2009 worden dan respectievelijk € 1.626.000,-- en € 1.188.000,--.
15
Directie Inwoners Beleid & Realisatie Beleidsontwikkeling
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon (024) 329 90 00 Telefax (024) 329 29 81 E-mail
[email protected]
Het Dagelijks Bestuur van Breed Postbus 6700 6503 GE Nijmegen
Datum
Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum uw brief
Ons kenmerk
Contactpersoon
26-04-2005
L110/05.0013418
David Berhitu
Onderwerp
Aantal bijlagen
Doorkiesnummer
Jaarrekening/verslag 2004 en begroting 2006 incl. meerjarenraming 2007 - 2009
2
3292493
Op 26 april 2005 heeft u de jaarrekening/het jaarverslag 2004, de begroting 2006 inclusief de meerjarenraming 2007 - 2009 aan de in de gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten toegezonden. Uw Dagelijks Bestuur heeft in zijn vergadering van 22 april 2005 voornoemde stukken in ontwerp vastgesteld. De definitieve vaststelling van de jaarstukken is gepland op 24 juni 2005. Vooruitlopend op de Raadsbehandeling van 6 juli 2005 delen wij u mede welk voorstel wij de Raad hebben voorgelegd, ten aanzien van de jaarrekening/het jaarverslag 2004 en de begroting 2006 inclusief de meerjarenraming 2007 - 2009. Bij de besluitvorming van het strategisch plan incl. meerjarenraming 2005-2008 en begroting 2005 op 2 februari jl. is een aantal aanvullende voorwaarden aan Breed gesteld. Ons College heeft zich het volgende oordeel gevormd. Uit de analyse en de beoordeling van de begroting 2006 en de meerjarenraming 2007 - 2009, kunnen wij constateren dat er geen relatie met en vertaling van de in het strategisch plan opgenomen doelstellingen is opgenomen. De in de begroting 2006 opgenomen kwantificering per cluster om de beweging “van binnen naar buiten” te realiseren is volstrekt niet onderbouwd. Het vervolg op de gedetailleerde uitwerking per cluster zoals die in het strategisch plan is opgenomen, is een groot gemis in de door Breed ingediende begroting 2006. Evenzeer ontbreekt op hoofdlijnen de uitwerking in de meerjarenraming 2007 – 2009. Zo zijn er bijvoorbeeld geen ontwikkelingen per cluster en van Product Markt Combinaties (PMC’s) opgenomen.
Nijmegen, de oudste stad van Nederland. Kijk op www.nijmegen2000.nl
060705 brf Breed
Gemeente Nijmegen Directie Inwoners Beleid & Realisatie Beleidsontwikkeling
Vervolgvel
1
Aan het uitgangspunt, een maximale gemeentelijke bijdrage van € 850,-- per SE vanaf 2007 wordt niet voldaan. Aan deze voorwaarde wordt pas met ingang van 2008 voldaan door middel van een bezuinigingstaakstelling (CVP-projecten) van € 140.000,--. Uw Wsw-uitvoeringsorganisatie heeft hiervoor een verklaring gegeven. Op basis van uw argumenten en de benchmark 2003 van Deloite en Touche willen wij het eerder genomen besluit wijzigen en de realisatie van € 850,-- per SE met ingang van 2008 accorderen. Op basis van de BRN-richtlijnen stellen wij vast dat de meerjarenraming 2007 - 2009 niet gebaseerd is op op het prijspeil 2006. Op deze wijze ontstaat er een cumulatief effect waardoor er in totaal (2007 –2009) € 1 miljoen aan extra kosten is opgenomen. Ten aanzien van de jaarrekening 2004 exclusief de resultaatbestemming is door Breed uit de ‘gewone bedrijfsvoering’ een door de regiogemeenten te dekken nadelig resultaat geboekt van € 1.864.452,--. Ten opzichte van 2003 wordt exclusief de incidentele bate van de verkoop van het complex te Wijchen, een verbetering van het nadelig resultaat behaald van € 448.000,--. In hoofdzaak een resultaat van een verbeterd NTW-resultaat van € 779.000,-- en een lager subsidieresultaat € 289.000,--. Hieruit kunnen wij concluderen dat de lasten en de baten uit de ‘gewone bedrijfsvoering’ duidelijk een verbetering te zien geven. Uw Dagelijks Bestuur stelt voor om de uit de verkoop voortvloeiende voordelen van het complex in Wijchen met de daaraan gerelateerde vrijval uit de voorziening groot onderhoud en diverse overige opbrengsten uit verkopen van activa van ruim € 662.000,-- aan het weerstandsvermogen toe te voegen. Aangezien een vrijval voorziening groot onderhoud niet direct met de verkoop (boekwinst) van het complex heeft te maken (en er tegelijkertijd een forse storting in de voorziening groot onderhoud heeft plaatsgevonden) is het via resultaatbestemming reserveren van deze vrijval niet opportuun. Uitgaande van een netto boekwinst kan € 565.000,-- aan het weerstandsvermogen worden toegevoegd. Daardoor zou het eerstandsvermogen per 1 januari 2005, € 1.336.000,-- gaan bedragen. Wij zullen instemmen met de uit de verkoop voortvloeiende voordelen van het complex in Wijchen ten bedrage van ca. € 565.000,-- voor het opbouwen van een noodzakelijk weerstandsvermogen, onder de navolgende voorwaarden: a. dat Breed voor 14 oktober 2005 in een aparte bijlage bij de begroting 2006 een vertaling en een transparante uitwerking geeft van de in het strategisch plan opgenomen doelstellingen en een uitwerking geeft in hoofdlijnen in de meerjarenraming 2007 - 2009, en
Nijmegen, de oudste stad van Nederland. Kijk op www.nijmegen2000.nl
060705 brf Breed
Gemeente Nijmegen Directie Inwoners Beleid & Realisatie Beleidsontwikkeling
Vervolgvel
2
b. Breed te verzoeken, op basis van de BRN-richtlijnen, de opgenomen indexeringen in de meerjarenraming 2007 – 2009 te corrigeren. De hieruit voortvloeiende gevolgen voor het exploitatieresultaat en de (maximale) gemeentelijke bijdrage in relatie tot de hoogte van het weerstandsvermogen als volgt te accorderen:
Bijdrage in exploitatietekort (x € 1.000,--) Bijdrage per SE (x € 1,--)
2006 2007 2008 2009 2.142 1.732 1.626 1.188 1.131
930
850
606
Het raadsvoorstel en de analyse van de jaarrekening/ het jaarverslag 2004 en begroting 2006 inclusief de meerjarenraming 2007 - 2009 zijn ter informatie bijgevoegd.
College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen,
De Burgemeester,
De Secretaris,
mevr. dr. G. ter Horst
ir. H.K.W. Bekkers
Nijmegen, de oudste stad van Nederland. Kijk op www.nijmegen2000.nl
060705 brf Breed
k
.a.a.
oreea ,.:;'j_(lr.
r
griffiers
en AB leden
Uw ref.
Onze ref. DB 05.005/3 -EvK
Onderwerp Jaarrekening 2004
Geacht college, In een eerder schrijven hebben wij u bericht dat het concept van de jaarrekening 2004 vóór 1 april alleen aan de toetsingsgemeente is toegezonden. Inmiddels heeft het dagelijks bestuur in de vergadering van 22 april jl. het jaarverslag en de jaarrekening over het jaar 2004 behandeld en in ontwerp vastgesteld. weerstandsvermogen In eerdere voorstellen is opgenomen dat het opbouwen van een noodzakelijk weerstandsvermogen aansluit bij de wens om met Breed tot zodanige financieringafspraken te komen dat grote schommelingen en derhalve verstoring van de gemeentelijke begrotingsstabiliteit wordt voorkomen. In combinatie met het te vormen weerstandsvermogen zal op termijn worden overgegaan naar een vaste gemeentelijke bijdrage per SE. Vooruitlopend op deze systematiek is in de opgestelde jaarrekening een resultaatbestemmingsvoorstel opgenomen. Deze resultaatbestemming is conform een consistente gedragslijn opgesteld hetgeen betekent toevoeging aan het weerstandsvermogen van het resultaat op de verkoop van het pand in Wijchen. Ondanks deze toevoeging aan het weerstandsvermogen blijft de totale gemeentelijke bijdrage binnen de vooraf overeengekomen begroting. besluitvorming Wij zijn voornemens om, conform informatieprotocol en planning & controlcyclus, stellen in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 24 juni 2005. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 31 van de Gemeenschappelijke Regeling raden van de deelnemende gemeenten in de gelegenheid binnen 2 maanden na stuk van hun gevoelens blijk te geven. We Verzoeken u daarom ook om dit jaarverslag I jaarrekening in bovengenoemde te behandelen.
dit stuk vast te zijn de colleges en toezending van dit periode in uw raden
~ E. van Kuijck Boekweitweg 4 6534 AC Nijmegen T (024) 64 99 153 F (024) 64 99 139
Postbus 6700 6503 GE Nijmegen T (024) 64 99 100 E
[email protected] I www.denkbreed.nl
BNG 28.50.05.529 Postbank 290.58.65 BiW NL 0014.79.192.B.01
Jaarrekening 2004
1 >>
jaarrekening < INHOUDSOPGAVE > Voorwoord
3
Inleiding jaarrekening 2004
4
Balans per 31 december 2004
5
Programmarekening per 31 december 2004
6
Kerncijfers
7
Grondslagen van de financiële verslaglegging
8
Risicoparagraaf
13
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
13
Financieringsparagraaf
14
Toelichting op de balans
15
Toelichting op de programmarekening
20
Accountantsverklaring
28
Bijlagen Jaarrekening 2004 Staat van vaste materiële activa
30
Overzicht langlopende leningen
31
Gemeentelijke bijdrage in bestuurs- en beheerskosten en project AAO
32
Voorstel Resultaatbestemming 2004
33
Gemeentelijke bijdrage exploitatietekort 2004
34
Fido Renterisconorm
35
Fido: Kasgeldlimiet
36
Colofon
37
2 >>
jaarrekening < Voorwoord > Hierbij bieden wij u de jaarrekening 2004 van Breed aan. In deze jaarrekening leggen wij financieel verantwoording af over de wijze waarop de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) in dit verslagjaar is uitgevoerd. Het jaarverslag en de jaarrekening worden gescheiden van elkaar uitgebracht. In het jaarverslag 2004 van Breed zullen de beleidsmatige ontwikkelingen in 2004 en de personele resultaten 2004 centraal staan. De achterliggende reden voor deze keuze is dat op deze wijze meer tegemoet wordt gekomen aan de diversiteit van de doelgroepen die deze publicaties toegezonden krijgen. Bij de toelichting op de resultatenrekening 2004 en het overzicht financiële kengetallen 2004 treft u een analyse van de financiële resultaten 2004 aan van Breed.
Nijmegen, xx juli 2005
3 >>
jaarrekening < Inleiding jaarrekening 2004 > Per 1 januari 2004 dient op grond van artikel 213 van de Gemeentewet de accountant behalve een getrouwheidsonderzoek naar de jaarrekening ook een rechtmatigheidsonderzoek naar de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties uit te voeren. Deze wijziging in de gemeentewet is nader uitgewerkt in het Besluit Accountantscontrole Provincies en Gemeenten (BAPG) dat ook per 1 januari 2004 van kracht is geworden. Accountants moeten dus bij de jaarrekening 2004 voor het eerst een accountantsverklaring over getrouwheid èn over de rechtmatigheid verstrekken. Deze verandering in de accountantscontrole heeft ook gevolgen voor de manier waarop binnen WNO Bedrijven moet worden omgegaan met de invulling c.q. uitvoering van wet en regelgeving inclusief de door het Algemeen- en Dagelijks Bestuur vast te stellen verordeningen en besluiten. De rechtmatigheidscontrole brengt met zich mee dat het handhavingsbeleid strakker wordt getoetst en dat de beheersorganisatie wordt aangepast zodat het naleven van wet- en regelgeving in de organisatie achteraf ook door de accountant gecontroleerd kan worden. Overigens is over de reikwijdte van de rechtmatigheidscontrole eerst in de loop van 2004 meer duidelijkheid gekomen. De extra aandacht voor rechtmatigheid is een uitdaging voor WNO Bedrijven omdat daardoor zowel de eigen regels en voorschriften eens tegen het licht moeten worden gehouden als de feitelijke uitvoeringsorganisatie onder de loep wordt genomen. Een nieuwe afweging van de rechtmatigheidsapecten zoals deze in de loop der jaren in de eigen verordeningen en besluiten, maar ook in de uitvoeringsorganisatie, zijn opgebouwd biedt kansen om e.e.a. doelmatiger, maar wellicht ook doeltreffender, in te richten. Dit doorlichtingsproces is in 2004 begonnen en zal de komende jaren nog voortdurend de aandacht vragen. De feitelijke stand van zaken komt jaarlijks in beknopte vorm tot uitdrukking in de accountantsverklaring inzake de rechtmatige totstandkoming van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties alsmede in het verslag van bevindingen van de accountant. Het Algemeen Bestuur heeft in haar vergadering van 18 februari 2005 het normenkader ten behoeve van de financiële rechtmatigheid vastgesteld. Wetten in formele zin worden vanuit buiten opgelegd en zijn daardoor niet beïnvloedbaar door het Algemeen Bestuur. Deze vallen dus te alle tijden onder het normenkader. Onderstaand worden de belangrijkste genoemd: • • • • • • • • • • • •
Grondwet; Gemeentewet; Wet Gemeenschappelijke Regelingen; Burgerlijk Wetboek; Gemeenschappelijke Regeling Wno-bedrijven; Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) en daarbij behorende regelingen/protocollen; Besluit Begroting en Verantwoording (BBV); Besluit Accountantscontrole Provincies en Gemeenten; Wet Financiering decentrale overheden (Fido); Fiscale en sociale wetgeving; BTW-compensatiefonds; Regels omtrent Europese Aanbesteding;
Daarnaast heeft het Algemeen Bestuur expliciet de nadere (interne) regelgeving vastgesteld. De volgende interne verordeningen c.q. regelgeving vallen voor het jaar 2004 onder het normenkader van de Financiële Rechtmatigheid: • • • • • • •
Gemeenschappelijke Regeling WNO Bedrijven; Financiële verordening WNO Bedrijven (212); Controleverordening WNO Bedrijven (213); Treasurystatuut; Mandaatverlening aan Algemeen Directeur (directiestatuut); Investeringsprocedure; AB- en DB-besluiten.
4 >>
jaarrekening < Balans per 31 december 2004 ( x € 1.000,— ) > Activa
31-12-2003
31-12-2004
6.604
4.934
30
30
Totaal vaste activa
6.634
4.964
Vlottende activa Voorraden
1.756
1.434
Uitzetttingen Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen op korte termijn Totaal uitzettingen
5.887 5.887
1.030 3.511 4.541
Overlopende activa
693
84
Liquide middelen
542
2.110
8.879
8.169
15.513
13.133
261
771
Voorzieningen Voorzieningen
1.043
1.130
Vaste schulden Onderhandse leningen
5.173
5.173
Vlottende passiva Netto vlottende schulden Overige schulden Totaal netto-vlottende schulden
8.901 8.901
5.930 5.930
136
129
15.513
13.133
Vaste activa Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Financiële vaste activa Overig verbonden partijen
Totaal vlottende activa Totaal activa
Passiva Vaste passiva Eigen vermogen Algemene reserve
Overlopende passiva Totaal passiva
5 >>
jaarrekening < Programmarekening op 31 december 2004 > Werkelijk 2003
Begroot 2004
41.848.739 1.075.855 520.428 43.445.022
20. Salarissen, soc.lst. c.a. Wsw -43.976.067 21. Vervoerskosten Wsw -591.701 22. Overige pers.kosten Wsw -970.469 23. Kosten Indicatie -261.996 23. Kosten Begeleid Werken -276.843 Werknemerskosten -46.077.076
99. Rijksvergoedingen 20. WVA 20. WAO Totaal Subsidies
1. Subsidieresultaat 85/88. Opbrengsten 96. Diverse baten 97. Gemeentelijke bijdragen 99. Doorberekende kosten overhead Bruto opbrengst
Werkelijk 2004
43.721.265 650.000 300.000 44.671.265
1e Begrotings wijziging 2004 43.945.265 650.000 300.000 44.895.265
-45.729.080 -580.600 -1.092.479 -91.950 -675.800 -48.169.909
-45.729.080 -580.600 -1.092.479 -315.950 -675.800 -48.393.909
-46.125.731 -678.361 -956.306 -475.006 -429.961 -48.665.366
-2.632.055
-3.498.644
-3.498.644
-2.921.049
17.933.732 21.771 100.000
18.324.294 0 101.146
18.324.294 0 101.146
16.988.538 8.733 101.146
38.118 18.093.622
38.118 18.463.558
38.118 18.463.558
38.118 17.136.535
44.277.882 842.172 624.263 45.744.317
40. Materiaal/uitbesteed werk Grondstoffen en uitbesteed werk
-3.166.394
-3.738.525
-3.738.525
-2.921.509
-3.166.394
-3.738.525
-3.738.525
-2.921.509
Netto toegevoegde waarde
14.927.228
14.725.033
14.725.033
14.215.026
25. Salarissen, ambtelijk -7.696.858 26. Salarissen, ambtelijk direct -191.780 40. Kosten directe inleen -367.158 41. Afschrijvingen -1.319.028 41. Rente -541.894 41. Huur / lease -827.839 42. Onderhoudskosten -899.884 43. Energieverbruik -652.322 44. Belastingen en verzekeringen -254.591 45/47. Algemene kosten -1.866.006 94/97. Diverse lasten -20.162 99. Voorzieningen -211.424 Overige bedrijfskosten -14.848.945
-7.381.538 -195.635 -5.000 -1.206.581 -525.250 -1.025.450 -870.637 -418.688 -196.465 -1.877.292 -43.200 -587.678 -14.333.414
-7.327.025 -147.090 -5.000 -1.206.581 -395.250 -1.025.450 -870.637 -418.688 -196.465 -1.878.292 -42.200 -487.017 -13.999.695
-6.701.427 -152.250 -102.523 -1.114.842 -325.918 -954.491 -893.697 -492.949 -163.170 -1.759.634 -15.700 -681.377 -13.357.978
78.283
391.619
725.338
857.048
-2.553.771
-3.107.025
-2.773.306
-2.064.000
827.878 -346.522 -187.601 -51.938
655.670 0 -90.000 -387.912
655.670 0 -90.000 -387.912
817.957 -135.072 -82.718 -400.619
-2.311.954
-2.929.267
-2.595.548
-1.864.452
2. NTW Resultaat 3. Bedrijfsresultaat (1+2) 96. 96. 24. 24.
Incidentele baten Incidentele lasten Reorganisatiekosten 1996 FPU Gemeenten 2003
4. Exploitatieresultaat
6 >>
jaarrekening < Kerncijfers > Jaarrekening 2003
Begroting 2004
1e Begrotings wijziging 2004
Jaarrekening 2004
23,3 1,3 38,4 1.651,6 1.714,6
40,0 2,3 38,0 1.688,6 1.768,9
40,0 2,3 38,0 1.688,6 1.768,9
34,7 0,0 46,7 1.694,2 1.775,6
156,4
127,8 8,5
127,8 8,5
125,1
(Bedragen * € 1.000) Rijksvergoeding Loonkostensubsidies (WVA+WAO) Totaal Subsidies -/- Werknemerskosten SW 1. Subsidieresultaat
41.849 1.596 43.445 -46.077 -2.632
43.721 950 44.671 -48.170 -3.499
43.945 950 44.895 -48.394 -3.499
44.278 1.466 45.744 -48.665 -2.921
Bruto opbrengst -/- Materiaal/uitbesteed werk Netto toegevoegde waarde -/- Overige bedrijfskosten 2. NTW- resultaat
18.094 -3.166 14.927 -14.849 78
18.464 -3.739 14.725 -14.333 392
18.464 -3.739 14.725 -14.000 725
17.137 -2.922 14.215 -13.358 857
3. Bedrijfsresultaat (1 + 2)
-2.554
-3.107
-2.773
-2.064
+/+ Diverse baten -/- Incidentele lasten -/- Reorganisatiekosten 1996 -/- FPU Gemeenten 2003 4. Expl.resultaat Gemeenten
828 -347 -188 -52 -2.313
656 0 -90 -388 -2.929
656 0 -90 -388 -2.596
818 -135 -83 -401 -1.864
Opbouw exploitatieresultaat (* € 1.000) Indicatiekosten 262 Reorganisatie 1996 188 Overig exploitatieresultaat 1.863 Exploitatieresultaat 2.313
92 90 2.747 2.929
316 90 2.190 2.596
475 83 1.307 1.864
Aantal fte's (gemiddeld) Begeleid Werken (SW) Pre-Vut De Hulsen SW-werknemers Gesubsidieerd Ambtelijk WIW
7 >>
jaarrekening < Grondslagen van de financiële verslaglegging > De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), die met ingang van 1 januari 2004 in werking is getreden. Onderstaande samenvatting van de grondslagen, waarop de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling is gebaseerd, is bedoeld als leidraad voor een juiste interpretatie van de financiële overzichten. De juridische structuur van WNO bedrijven is een Gemeenschappelijke regeling. Ingevolge de Wet Gemeenschappelijke Regeling (WGR) is de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing op de onder de WGR vallende openbare lichamen en gemeenschappelijke organen. Balans Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut De waardering van de investeringen met een economisch nut is gebaseerd op de historische kostprijs c.q. aanschafprijs verminderd met de afschrijvingen. Activa met een aanschafwaarde van minder dan € 2.500 worden niet geactiveerd maar rechtstreeks ten laste van de resultatenrekening gebracht in het jaar van aanschaf. Met uitzondering van grond vindt afschrijving plaats op basis van een vast percentage van de historische aanschafprijs. Op grond wordt niet afgeschreven. De toegepaste afschrijvingspercentages zijn algemeen gebruikelijk en volgens goed koopmansgebruik bepaald. De afschrijvingstermijnen volgens de lineaire methode bedragen in jaren: Gebouwen 25 jaar Voorzieningen aan terreinen 20 jaar Installaties 20 jaar Inventaris 10 jaar Machines / Algemeen 10 jaar Vervoermiddelen 5 jaar Machines / Automatisering 3 jaar Gereedschappen 3 jaar In bijzondere gevallen wordt de afschrijvingstermijn gerelateerd aan de intensiteit van het gebruik. Activa in uitvoering Activa in uitvoering betreft alle investeringen waarvan nog niet alle kosten binnengekomen zijn en zodoende nog niet in de activa-administratie kunnen worden opgenomen. Voor een nadere specificatie van de investeringen met een economisch nut wordt verwezen naar de in deze rekening opgenomen ‘Staat van investeringen met een economisch nut’. Financiële activa De financiële activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Verzekerde waarde De verzekerde waarde van de bedrijfsgebouwen en de daarin aanwezige activa is gebaseerd op getaxeerde polissen, die naargelang hun geldigheidsduur periodiek worden geïndexeerd en eventueel aangepast. Vervoermiddelen zijn voor hun aanschafprijs verzekerd, voorzover eigendom van Breed. De verzekerde waarde voor brandschade van de bedrijfsgebouwen bedraagt € 14.974.400 en de daarin aanwezige bedrijfsuitrusting bedraagt € 14.434.100
8 >>
jaarrekening
Voorraden De grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen gebaseerd op de gemiddeld betaalde inkoopprijs. Waarderingsverschillen tussen standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als bedrijfsresultaat verantwoord. Het onderhanden werk wordt gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, verminderd met op de balansdatum reeds voorzienbare verliezen. De vervaardigingsprijs omvat de verrekenprijzen van de grond- en hulpstoffen, de loon- en machinekosten en de overige kosten die rechstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. De gerede producten en halffabrikaten worden gewaardeerd tegen de fabricagekostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de fabricagekostprijs. De fabricagekostprijs bestaat uit de kosten van grondstoffen, lonen en toeslagen voor indirecte kosten. Actualisatie van de fabricagekostprijs vindt plaats gedurende het lopende boekjaar. De voorziening voor incourante voorraden wordt in mindering gebracht op de voorraadwaarde. Het betreft hier een inschatting van de mogelijke risico's per balansdatum. Uitzettingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De voorziening voor dubieuze debiteuren wordt in mindering gebracht op de totale waarde van de debiteuren. Het betreft hier een statisch bepaalde inschatting van de mogelijke risico’s per balansdatum. Liquide middelen De liquide middelen zijn tegen nominale waarde opgenomen. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit: • Algemene reserve In de algemene reserve worden opgenomen de bedragen die door het bestuur aangemerkt zijn als extra stortingen voor de opbouw van het weerstandsvermogen van Breed om toekomstige fluctuaties in haar resultaat op te vangen. Voorzieningen Voorzieningen worden op grond van artikel 44 BBV gevormd voor: a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten. b. bestaande risico’s op balansdatum terzake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is. c. kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt maar hun oorsprong hebben in het begrotingsjaar of een eerder begrotingsjaar en de voorziening strekt tot kostenegalisatie. d. van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde en bestaan uit: • Algemene voorziening: Ter afdekking van risico’s welke niet specifiek benoemd zijn. Hierin zijn opgenomen een bedrag voor metaal en mogelijke kortingen op de rijkssubsidie. •
Voorziening groot onderhoud: Ten behoeve van het uitvoeren van het groot onderhoudsplan.
•
Voorziening stroomlijning: Hieruit worden de extra kosten voor aanpassing van de organisatie en het inspelen op actuele ontwikkelingen bestreden.
9 >>
jaarrekening
•
Voorzieningen voor fiscale risico’s. Deze heeft betrekking op een dispuut inzake een fiscale correctie met betrekking tot het berekenen van BTW over een deel van de dienstverlening.
•
Voorziening bedrijfsvoeringsrisico’s. Voor het opvangen van onzekerheden met betrekking tot een aantal waarderingen is in 2002 deze voorziening opgenomen op de balans. Eind 2003 is deze voorziening opgeheven.
Vaste Schulden De onderhandse leningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Het betreft schulden met een oorspronkelijke looptijd langer dan 1 jaar. De leningen zijn opgenomen in de staat van vaste schulden. Op de leningen worden de reeds betaalde aflossingen in mindering gebracht.. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
10 >>
jaarrekening < Programmarekening > De indeling van en de toelichting op de programmarekening (tot 2004 de resultatenrekening) is gebaseerd op de economische categorieën zoals vermeld in het BBV. De begrote bedragen zijn samengesteld aan de hand van de primaire begroting 2004 en de 1e begrotingswijziging 2004. Bij de presentatie van de cijfers vanaf 2003 zijn twee wijzigingen aangebracht: •
De kosten Indicatie en begeleid werken zijn apart zichtbaar gemaakt. Dit om meer inzicht te verkrijgen in de werkelijke kosten van beide posten. Het kengetal Subsidieresultaat wijzigt niet.
•
FPU Gemeenten 2003 is met ingang van het verslagjaar 2003 als nieuwe post opgevoerd. Deze kosten werden voorheen verantwoord onder de ambtelijke salariskosten. Het kengetal NTW-resultaat verandert hierdoor.
Bruto-opbrengst Bruto-opbrengst is de opbrengst van geleverde goederen en diensten exclusief de over de omzet geheven belastingen en onder aftrek van kortingen. Grond- en hulpstoffen en uitbesteed werk De kosten van grond- en hulpstoffen worden berekend op basis van vaste verrekenprijzen. Werknemerskosten SW Hieronder wordt begrepen: Lonen en sociale lasten Wsw Hieronder wordt verstaan de over het jaar verschuldigde lonen, het vakantiegeld en de daarmee samenhangende sociale lasten en pensioenpremie. Vervoerskosten Wsw Hieronder wordt verstaan de saldi van de vervoerskosten Wsw (netto, dat wil zeggen minus eigen bijdrage van het Wsw personeel) en de kosten van het door Breed ten behoeve van haar werknemers uitgevoerde collectieve vervoer. Overige personeelskosten Wsw Hieronder wordt onder meer verstaan de kosten voor bedrijfsgeneeskundige zorg, opleidingen van SW-werknemers, werkkleding. Kosten indicatie Hieronder wordt verstaan de kosten die Breed maakt voor de indicatie van nieuwe medewerkers. In 2004 was er sprake van dat de indicaties verricht zouden worden door het CWI. Echter dit gaat pas in vanaf 1 januari 2005. Kosten Begeleid Werken De kosten die Breed maakt voor plaatsingen in het kader van Begeleid Werken. Overige bedrijfskosten Hieronder wordt verstaan de over het jaar verschuldigde salarissen, het vakantiegeld en de daarmee samenhangende sociale lasten en pensioenpremie van het ambtelijk personeel, afschrijvingen, rentekosten, huur- en leasekosten, energiekosten, belastingen en verzekeringen, overige algemene kosten en voorzieningen die worden berekend op basis van historische kosten. In mindering worden gebracht mogelijke ontvangen WVA en WAO gelden voor ambtelijk personeel. Rijksvergoedingen De rijksbijdrage zoals bedoeld in de artikelen 8 tot en met 10 van de Wet sociale werkvoorziening. Het budget voor de uitvoering van de Wsw wordt toegekend op basis van de normen zoals vastgelegd in de Regeling financieel verdeelmodel sociale werkvoorziening. Hieronder wordt ook verantwoord het bedrag dat via intercollegiale ruil met een collega SW-bedrijf is verkregen. 11 >>
jaarrekening
Diverse bijdragen en diverse baten Hieronder zijn begrepen alle bijdragen niet zijnde rijksbijdrage en de door WNO-bedrijven gegenereerde opbrengsten. Voor zover niet opgenomen onder de bruto-opbrengsten. Exploitatieresultaat Een in enig jaar optredend nadelig exploitatieresultaat van de bestuurlijke eenheid zal worden verrekend middels een gemeentelijke bijdrage. De verdeling hiervan geschiedt overeenkomstig artikel 10 van de Financiële verordening WNO-bedrijven zoals vastgesteld op 14 maart 2003 door het Algemeen Bestuur van WNO-bedrijven.
12 >>
jaarrekening < Risicoparagraaf > Voor zover wij hebben kunnen nagaan, bestaan er geen risico’s waarvoor geen voorziening gevormd is. Niet uit de balans blijkende verplichtingen Leaseverplichtingen Lease wagens Het wagenpark wordt via een leasecontract voor meerdere jaren gehuurd. De kosten voor deze huur bedragen jaarlijks ongeveer € 300.000. Lease kopieermachines De kopiermachines van Breed worden geleast bij Océ. De kosten voor deze huur bedragen ongeveer € 150.000. Huur gebouwen Schollenkamp, Wolfskuilseweg Na verkoop van het pand aan de Wolfskuilseweg wordt een deel hiervan gehuurd van de nieuwe eigenaar. Deze verplichting loopt 10 jaar (van 2004 tot 2014) en bedraagt € 114.500 per jaar. Novio Handelskwekerij, Bredestraat Door de kwekerij is extra productieruimte gehuurd. Deze verplichting loopt 5 jaar (van 2004 tot 2009) en bedraagt € 21.000 per jaar. Kassencomplex Wolfskuilseweg 200 Idem als Novio verplichting. Deze verplichting loopt tot 2005 en wordt jaarlijks stilzwijgend verlengd tenzij tussentijds wordt opgezegd. De huur bedraagt € 12.000 per jaar. Huur Polisano Door Breed is deze ruimte gehuurd voor uitvoering van bedrijfsactiviteiten. Deze verplichting loopt 5 jaar (van 2004 tot 2008) en bedraagt € 115.000 per jaar. (exclusief de afgesproken kortingsregeling). Huur Kerkenbos tbv post en mail De jaarlijkse kosten bedragen ongeveer € 37.000 ICT Breed heeft met Getronics een Service Level Agreement afgesloten met een looptijd van 1 jaar en een opzegtermijn van 6 maanden. Deze verplichting wordt stilzwijgend verlengd. Vakantiegeldverplichting medewerkers Breed Eind 2004 bedroeg de verplichting vakantiegeld medewerkers Breed € 1.781.000. Verlofuren De directie van Breed heeft besloten dat verlofuren niet uitbetaald worden.
13 >>
jaarrekening < Financieringsparagraaf > Met ingang van 1 januari 2001 is de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) in werking getreden. Deze wet beoogt een solide financieringswijze van de decentrale overheden te bevorderen en de schommelingen van rentelasten zo veel mogelijk te beperken. Als Gemeenschappelijke Regeling valt WNO-bedrijven onder de werking van deze wet. Ten aanzien van haar kortlopende financieringsbehoefte dekt Breed deze kort af. Met haar huisbankier heeft WNO-bedrijven afspraken gemaakt om tegen zo gunstig mogelijke rentetarieven haar kort geld behoefte af te dekken. De vlottende schuld van Breed bleef binnen de kasgeldlimiet, die ultimo 2004 € 5.376.000 bedroeg Voor de financiering van haar investeringen sluit Breed onderhandse geldleningen af. De tariefontwikkeling op de kapitaalmarkt is leidend voor het moment waarop leningen worden aangegaan. Geldleningen met een relatief hoog rentepercentage worden vervroegd afgelost indien dit leidt tot een substantieel rentevoordeel. De renterisiconorm voor 2004 (het deel van de vaste schuld dat maximaal in aanmerking mag komen voor renteherziening) bedroeg voor Breed ultimo 2004 € 2.046.000. Liquide middelen worden, indien mogelijk, uitgezet via een daggeldlening of gestort op een spaarrekening. Daarmee kunnen extra renteopbrengsten gegenereerd worden. Een treasury-statuut is in 2004 opgesteld en door onze accountant beoordeeld. Het statuut is voor opmaak van de jaarrekening door het Algemeen Bestuur vastgesteld.
14 >>
jaarrekening < Toelichting op de balans ( x € 1.000,—) > Activa Vaste activa Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Totaal Materiële vaste activa
31-12-2003 6.604 6.604
31-12-2004 4.934 4.934
Van de materiële vaste activa is een specificatie opgenomen van de aanschafwaarden en de afschrijvingen tot en met 31-12-2004. Financiële vaste activa Overig verbonden partijen Totaal financiële vaste activa
31-12-2003 30 30
31-12-2004 30 30
De financiële vaste activa betreffen een lening aan de Stichting Support te Nijmegen. Dit is een lening ter grootte van € 30.000 met een onbepaalde looptijd en een rente van 6% per jaar. De investeringen in 2004 bedragen € 881.609. Voor een nader onderverdeling in de diverse categorieën wordt verwezen naar de staat materiële vaste activa 2004. Vlottende activa: Voorraden Emballage Grondstoffen Hulpstoffen Halffabrikaten/ gereed product Onderhanden werk Subtotaal Af: voorziening voor incourante voorraden Totaal voorraden
31-12-2003 0 636 24 1.208 126 1.995 -238 1.756
31-12-2004 2 553 27 954 137 1.672 -238 1.434
Uitzettingen Vorderingen Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen Subtotaal vorderingen Dubieuze debiteuren Voorziening Dubieuze Debiteuren. Totaal Vorderingen
31-12-2003 0 5.162 5.162 4 -192 4.974
31-12-2004 1.030 3.591 4.621 0 -294 4.327
Overige vorderingen: Pc-Privé Privé Fietsenplan Vorderingen Op Korte Termijn Waarborgsom Ond.Verz.Werkv.UA Verliessaldo Verslagjaar Voorschotten Gemeenten Totaal overige vorderingen
31-12-2003 189 66 33 12 2.312 -1.699 913
31-12-2004 140 74 1 0 0 0 214
De pc-privé regeling is in 2004 vervallen. Het gepresenteerde bedrag betreft nog in te houden bedragen bij de medewerkers van Breed die tot 2004 een pc aangeschaft hebben. Deze inhouding loopt in 2007 af. Het privé fietsenplan is ingesteld met ingang van 2003. Het betreft inhoudingen voor de fiscale aanschaf van een fiets.
15 >>
jaarrekening
Overlopende activa Nog te factureren Vooruitbetaalde kosten BTW 2003 Premie Bedrijfsvereniging Totaal overlopende activa
31-12-2003 78 96 49 470 693
31-12-2004 0 84 0 0 84
31-12-2003 8 469 64 0 542
31-12-2004 18 730 162 1.200 2.110
Liquide middelen Kas BNG ING/Postbank ING Spaarrekening Totaal liquide middelen
De kredietfaciliteit bij de BNG bedraagt € 3.175.000 en bij de Postbank € 1.361.000. In 2004 is een spaarrekening geopend om liquide middelen uit te zetten.
16 >>
jaarrekening
Passiva Eigen Vermogen: Algemene Reserve Beginsaldo Toevoeging Onttrekking Eindsaldo
31-12-2003 261 0 0 261
31-12-2004 261 510 0 771
In 2004 heeft het Algemeen Bestuur via de resultaatbestemming 2003 de opbrengst van de verkoop van het pand aan de Wolfskuilseweg bestemd voor het ophogen van het weerstandsvermogen van Breed. Verloop Voorzieningen Algemene Voorziening Voorziening Groot Onderhoud Voorziening Stroomlijning Voorziening Fiscale Risico’s Voorziening Bedrijfsvoeringsrisico’s Totaal voorzieningen
31-12-2003 530 263 0 250 0 1.043
31-12-2004 564 284 0 282 0 1.130
31-12-2003 356 299 -125 530
31-12-2004 530 261 -228 563
Specificatie van de voorzieningen Algemene Voorziening: Beginsaldo Toevoeging Onttrekking Eindsaldo De algemene voorziening is als volgt opgebouwd: Claim metaal 11 Kortingen Wsw subsidie 2004 220 Korting i.v.m. BW instroom 2003 90 Korting i.v.m. Herindicaties 2003 209 Afdekking afwikkeling indicaties 2004 33 Totaal 563 De toevoeging aan de voorziening betreft afdekking van extra kosten in verband met nagekomen indicaties 2004. De onttrekking betreft het bijstellen van de kosten voor afdekking van het risico voor indicaties 2001. Voorziening Groot Onderhoud: Beginsaldo Toevoeging Onttrekking Eindsaldo
31-12-2003 423 0 -160 263
31-12-2004 263 118 -97 284
De vrijval bestaat uit verkoop pand in Wijchen (€ 97.000). De storting is voor afdekking van toekomstige onderhoudswerkzaamheden aan de panden van Breed (€ 118.000) zoals opgenomen in de begroting van Facilitaire Zaken.
17 >>
jaarrekening
Voorziening Stroomlijning: Beginsaldo Toevoeging Onttrekking Eindsaldo
31-12-2003 0 443 -443 0
31-12-2004 0 342 -342 0
De voorziening stroomlijning dient elk verslagjaar op nul uit te lopen. Gedurende het jaar wordt beoordeeld in hoeverre deze voorziening toereikend is. Aan het eind van het jaar kan er een extra storting of extra vrijval plaatsvinden. In de begroting wordt jaarlijks de bijdrage van de RVE/DVE bepaald voor deze voorziening. Voorziening Fiscale Risico's: Beginsaldo Toevoeging Onttrekking Eindsaldo
31-12-2003 250 0 0 250
31-12-2004 250 32 0 282
De voorziening Fiscale risico’s dekt de kosten af voor het geschil met de Belastingdienst. In 2004 is dit nog niet afgehandeld. De extra storting (€ 32.000) betreft een inschatting van de extra te betalen rentekosten. Voorziening Bedrijfsvoeringsrisico's Beginsaldo Toevoeging Onttrekking Eindsaldo
31-12-2003 415 0 -415 0
31-12-2004 0 0 -0 0
31-12-2003 5.173 5.173
31-12-2004 5.173 5.173
Eind 2003 is deze voorziening opgeheven. Vaste schulden Binnenlandse banken Totaal onderhandse leningen
In 2004 is op de leningen een bedrag afgelost van € 5.086.389. Dit was in de jaarrekening 2003 opgenomen onder de schulden korte termijn. Met invoering van de BBV dient de aflossingverplichting korter dan één jaar (2005: € 484.742) opgenomen te worden in het leningen overzicht. Voor de specificatie van de onderhandse leningen wordt verwezen naar de bijlage overzicht langlopende leningen bij deze jaarrekening. Schulden op korte termijn: Netto vlottende schulden Crediteuren Overige kortlopende schulden Verliessaldo Verslagjaar Voorschotten Gemeenten Nog te factureren Totaal netto vlottende schulden
31-12-2003 2.235 6.666 0 0 0 8.901
31-12-2004 1.997 3.203 -1.864 2.594 0 5.930
18 >>
jaarrekening
In de overige kortlopende schulden zijn opgenomen Rekening Courant Arcuris 100 Te Betalen Loonheffing 1.031 Afdrachten Salarissen 180 BTW 2004 165 Nog Te Betalen Kosten 503 Subsidie 2004 1.224 Totaal 3.203 Overlopende passiva Overlopende passiva Totaal overlopende passiva
31-12-2003 136 136
31-12-2004 129 129
19 >>
jaarrekening < Toelichting op de programmarekening > In deze toelichting een analyse op hoofdlijnen van de werkelijke uitkomsten 2004 versus de begroting 2004 en de werkelijke uitkomsten 2004 en 2003. Resultaat 2004 ten opzichte van de begroting 2004: Werkelijk 2004 Rijksvergoedingen 44.277.882 Loonkostensubsidies (wva+wao) 1.466.435 Totaal subsidies 45.744.317 -Werknemerskosten -48.665.366
Begroot 2004 43.945.265 950.000 44.895.265 -48.393.909
(N)adeel (V)oordeel V V V N
Verschil
-2.921.049
-3.498.644
V
577.595
17.136.535 -2.921.509 14.215.026 -13.357.978
18.463.558 -3.738.525 14.725.033 -13.999.695
N V N V
-1.327.023 817.016 -510.007 641.717
857.048
725.338
V
131.710
-2.064.000
-2.773.306
V
709.305
817.957 -135.072 -82.718 -400.619
655.670 0 -90.000 -387.912
V N V N
162.287 -135.072 7.282 -12.707
-1.864.452
-2.595.548
V
731.096
Resultaat 2004 ten opzichte van resultaat 2003: Werkelijk 2004 Rijksvergoedingen 44.277.882 Loonkostensubsidies (wva+wao) 1.466.435 Totaal subsidies 45.744.317 -Werknemerskosten -48.665.366
Werkelijk 2003 41.848.739 1.596.283 43.445.022 -46.077.076
(N)adeel (V)oordeel V N V N
Verschil 2.429.143 -129.848 2.299.295 -2.588.290
-2.921.049
-2.632.054
N
-288.995
17.136.535 -2.921.509 14.215.026 -13.357.978
18.093.622 -3.166.394 14.927.228 -14.848.945
N V N V
-957.087 244.885 -712.202 1.490.967
857.048
78.283
V
778.765
-2.064.000
-2.553.771
V
489.771
817.957 -135.072 -82.718 -400.619
827.878 -346.522 -187.601 -51.938
N V V N
-9.921 211.450 104.883 -348.681
-1.864.452
-2.311.954
V
447.502
1. Subsidieresultaat Bruto opbrengst -Grondstoffen en uitbesteed werk Netto toegevoegde waarde -Overige bedrijfskosten 2. NTW Resultaat 3. Bedrijfsresultaat (1+2) Incidentele baten -Incidentele lasten -Reorganisatiekosten 1996 -FPU gemeenten 2003 4. Exploitatieresultaat
1. Subsidieresultaat Bruto opbrengst -Grondstoffen en uitbesteed werk Netto toegevoegde waarde -Overige bedrijfskosten 2. NTW Resultaat 3. Bedrijfsresultaat (1+2) Incidentele baten -Incidentele lasten -Reorganisatiekosten 1996 -FPU gemeenten 2003 4. Exploitatieresultaat
332.617 516.435 849.052 -271.457
20 >>
jaarrekening
Rijksvergoedingen: werkelijk 2004 ten opzichte van begroot 2004: Werkelijk Begroot 2004 2004 99. Rijksvergoedingen 44.277.882 43.945.265 20. Loonkostensubsidies (wva+wao) 1.466.435 950.000 Totaal subsidies 45.744.317 44.895.265
(N)adeel (V)oordeel V V V
Verschil 332.617 516.435 849.052
20. Salarissen, soc.lst. c.a. Wsw 21. Vervoerskosten Wsw 22. Overige pers.kosten Wsw 23. Kosten indicatie 23. Kosten Begeleid Werken Werknemerskosten SW
-46.125.731 -678.361 -956.306 -475.006 -429.961 -48.665.366
-45.729.080 -580.600 -1.092.479 -315.950 -675.800 -48.393.909
N N V N V N
-396.651 -97.761 136.173 -159.056 245.839 -271.457
1. Subsidieresultaat
-2.921.049
-3.498.644
V
577.595
Rijksvergoedingen: werkelijk 2004 ten opzichte van werkelijk 2003: Werkelijk Werkelijk 2004 2003 99. Rijksvergoedingen 44.277.882 41.848.739 20. Loonkostensubsidies (wva+wao) 1.466.435 1.596.283 Totaal subsidies 45.744.317 43.445.022
(N)adeel (V)oordeel V N V
Verschil 2.429.143 -129.848 2.299.295
20. Salarissen, soc.lst. c.a. Wsw 21. Vervoerskosten Wsw 22. Overige pers.kosten Wsw 23. Kosten indicatie 23. Kosten Begeleid Werken Werknemerskosten SW
-46.125.731 -678.361 -956.306 -475.006 -429.961 -48.665.366
-43.976.067 -591.701 -970.469 -261.996 -276.843 -46.077.076
N N V N N N
-2.149.664 -86.660 14.163 -213.010 -153.118 -2.588.290
1. Subsidieresultaat
-2.921.049
-2.632.054
N
-288.995
Analyse rijksvergoedingen Bij het opstellen van de begroting 2004 is uitgegaan van een taakstelling van 1.810 SE met een subsidie per SE van € 24.279. Dit geeft een begroot subsidiebedrag van € 43.945.265. Ten opzichte van de begrote taakstelling is middels de subsidiebeschikking van 6 oktober 2004 een definitieve taakstelling van 1.859,1 SE met een subsidiebedrag per SE van € 24.475,05 per SE toegekend. In de subsidiebeschikking zijn opgenomen een loonbijstelling van 1,68% en een verlaging van de landelijk toegekende SE’s met 775 SE. Daarnaast is voor 2004 door het ministerie toestemming gegeven voor intercollegiale ruil. In 2004 bleef Breed 50 se onder haar taakstelling. Deze zijn toegezegd aan de volgende collega bedrijven: Delta Zutphen Multibedrijven Rotterdam BSW bedrijven Breda Totaal
10 30 10 50
€ € € €
244.751 734.252 244.751 1.223.754
Subsidieresultaat analyse werkelijk 2004 en begroting 2004: In 2004 heeft breed in totaal een realisatie van 1.813,6 SE. In de exploitatie is een SE aantal van 1.809,1 SE ( dit is taakstelling 1.850,1 SE minus 50 SE intercollegiale ruil) verantwoord. Dit is een totaal bedrag van verantwoorde subsidieopbrengsten van 1.809,1 x € 24.475,05 = € 44.277.822.
21 >>
jaarrekening
€ 44.277.822 € 43.945.265 € 332.617
Totaal realisatie Rijksvergoedingen Begrote rijksvergoedingen Verschil Verklaring van dit verschil is: Lagere taakstelling dan begroot Hogere vergoeding per SE Totaal
(1.810,0 – 1.809,1) * 24.475 1.809,1 * ( € 24.475 - € 24.279)
= -€ = +€ €
Subsidieresultaat analyse werkelijk 2004 en werkelijk 2003 Subsidie 2003 1.740,5 * € 24.044,09 Subsidie 2004 1.809,1 * € 24.475,05 Verschil Hogere taakstelling Meer subsidie Verschil Loonkostensubsidies : WVA en WAO Wva en WAO Wva WAO Verschil Wva en WAO Wva WAO Verschil
21.851 354.468 332.617
€ 41.848.739 € 44.277.882 € 2.429.143
68,6 * € 24.044,09 1.809,1 * (24.475,05 – 24.044,09)
€ € €
1.649.424 779.650 2.429.074
Werkelijk 2004 842.172 624.263
Begroot 2004 650.000 300.000
Verschil 192.172 324.263 516.435
Werkelijk 2004 842.172 624.263
Werkelijk 2003 1.075.855 520.428
Verschil -233.683 103.835 -129.848
In 2004 is door het bestuur besloten om de instroomstop weer in te trekken. Dit betekende dat er een versnelde instroom plaatsvond. De meeste instroom geschiedt op basis van minimumloon, waarvoor zolang de WVA niet is afgeschaft nog een aanvraag ingediend kan worden. Ten opzichte van de begroting is daardoor meer geld binnengekomen dan vooraf verwacht werd. De afwijking ten opzichte van 2003 is het gevolg van de afbouw van de afdrachtvermindering lage lonen. De WAO-restitutie is voor het jaar 2004 voorzichtig begroot. Dit omdat er nog grote onduidelijkheden bestaan over het nieuwe wao-stelsel en wat de gevolgen hiervan zijn. Gedurende 2004 is doorgegaan met gerichte acties te ondernemen ten aanzien van bestaande WAO-gevallen. Hierdoor zowel ten opzichte van de begroting als ten opzichte van de realisatie 2003 meer geld binnengehaald dan oorspronkelijk begroot. Werknemerkosten SW a. Salarissen en sociale lasten Wsw Bij de begroting 2004 is uitgegaan van 1.729,0 verloonde FTE (exclusief Begeleid werken) met een totaal aan salariskosten van € 45.729.080. Dit is een gemiddeld salarisnivo van € 26.448,28. In 2004 heeft Breed 1.739,2 FTE (exclusief begeleid werken) gerealiseerd. De salariskosten komen uit op 46.125.731. Wat een gemiddeld salarisniveau betekent van 26.521,23. In 2003 heeft Breed 1.691,3 FTE gerealiseerd met een gemiddeld salarisniveau van € 26.001,34. Vergelijk werkelijk 2004 ten opzichte van begroting 2004 Hogere formatie (1.739,2 – 1.729,0) * 26.448,28 = Hoger salarisniveau 1.739,2 * (26.521,23 – 26.448,28) = Verschil
€ € €
269.772 126.874 396.646
22 >>
jaarrekening
Vergelijk werkelijk 2004 en werkelijk 2003 Hogere formatie (1.739,2 - 1.691,3) * 26.001,34 Hoger salarisniveau 1.739,2 * (26.521,23 – 26.001,34) Verschil
-€ -€ -€
1.245.464 904.193 2.149.657
CAO ontwikkeling In de afgesloten CAO met een looptijd van 1 juli 2003 tot en met 1 juli 2004 is voor 2004 geen salarisverhoging opgenomen. Als gevolg van het niet eerder tot overeenstemming komen van werkgevers- en werknemersorganisaties is de nieuwe CAO pas begin 2005 vastgesteld voor de periode 1 juli 2004 tot en met 1 januari 2006. Hierin zijn geen salarisaanpassingen opgenomen voor 2004. b. Vervoerskosten Wsw Woon-werk : deze bestaat uit een vergoeding op basis van een één-ster abonnement onder aftrek van een eigen bijdrage. De kosten voor een één-ster abonnement worden landelijk vastgesteld. Collectief vervoer wordt verzorgd door Novio waarmee een contract is afgesloten waaraan de medewerkers kunnen deelnemen onder inhouding van de eigen bijdrage. De afwijking tussen werkelijk en begroot en tussen werkelijk 2004 en werkelijk 2003 wordt veroorzaakt door de hogere instroom in het werknemersbestand die geen gebruik maakt van het collectief vervoer maar wel een reiskostenvergoeding conform de CAO geniet. c. Overige personeelskosten Wsw Ten opzichte van de begroting zijn deze kosten veel lager. Dit wordt met name veroorzaakt doordat de werkelijke uitgaven voor opleidingskosten, kinderopvang en overige personeelskosten lager zijn dan begroot. De kosten EHBO en werkkleding waren hoger dan begroot. Ten opzichte van werkelijk 2003 is er een lichte kostendaling. d. Kosten Indicatie De kosten voor indicatie liggen hoger dan begroot omdat er voor 2004 van uit gegaan was dat gedurende 2004 de indicaties zouden worden overgenomen door het CWI. Uiteindelijk is besloten dat dit pas met ingang van 1-1-2005 zal geschieden. Daarmee werd Breed met een extra kostenpost geconfronteerd van ongeveer € 160.000. Ten opzichte van 2003 is er sprake van meer indicaties waardoor de kosten hoger uitkwamen. e. Kosten begeleid werken De kosten voor begeleid werken zijn aanmerkelijk lager dan begroot. Dit wordt met name veroorzaakt door de lagere kosten van de begeleidingsorganisatie. Daarnaast kwam het aantal gerealiseerde plaatsen 24,7 FTE hoger uit dan begroot. Ten opzicht van 2003 steeg het aantal gerealiseerde plaatsingen met 41,4 FTE.
23 >>
jaarrekening NTW Resultaat werkelijk 2004 ten opzichte van begroot 2004: Werkelijk Begroot (N)adeel 2004 2004 (V)oordeel 85/88. Opbrengsten 16.988.538 18.324.294 N 96. Diverse baten 8.733 0 V 97. Gemeentelijke bijdragen 101.146 101.146 -99. Doorberekende kosten overhead 38.118 38.118 -Bruto opbrengst 17.136.535 18.463.558 N
Verschil -1.335.756 8.733 0 0 -1.327.023
40. Grondstoffen en uitbesteed werk
-2.921.509
-3.738.525
V
817.016
Netto toegevoegde waarde
14.215.026
14.725.033
N
-510.007
25. Salarissen, ambtelijk 26. Salarissen, ambtelijk direct 40. Kosten directe inleen 41. Afschrijvingen 41. Rente 41. Huur / lease 42. Onderhoudskosten 43. Energieverbruik 44. Belastingen en verzekeringen 45/47. Algemene kosten 94/97. Diverse lasten 99. Voorzieningen Overige bedrijfskosten
-6.701.427 -152.250 -102.523 -1.114.842 -325.918 -954.491 -893.697 -492.949 -163.170 -1.759.634 -15.700 -681.377 -13.357.978
-7.327.025 -147.090 -5.000 -1.206.581 -395.250 -1.025.450 -870.637 -418.688 -196.465 -1.878.292 -42.200 -487.017 -13.999.695
V N N V V V N N V V V N V
625.598 -5.160 -97.523 91.739 69.332 70.959 -23.060 -74.261 33.295 118.658 26.500 -194.360 641.717
857.048
725.338
V
131.710
NTW Resultaat werkelijk 2004 ten opzichte van werkelijk 2003: Werkelijk Werkelijk 2004 2003 85/88. Opbrengsten 16.988.538 17.933.732 96. Diverse baten 8.733 21.771 97. Gemeentelijke bijdragen 101.146 100.000 99. Doorberekende kosten overhead 38.118 38.118 Bruto opbrengst 17.136.535 18.093.621
(N)adeel (V)oordeel N N V -N
Verschil
2. NTW Resultaat
-945.194 -13.038 1.146 0 -957.086
40. Grondstoffen en uitbesteed werk
-2.921.509
-3.166.394
V
244.885
Netto toegevoegde waarde
14.215.026
14.927.227
N
-712.201
25. Salarissen, ambtelijk 26. Salarissen, ambtelijk direct 40. Kosten directe inleen 41. Afschrijvingen 41. Rente 41. Huur / lease 42. Onderhoudskosten 43. Energieverbruik 44. Belastingen en verzekeringen 45/47. Algemene kosten 94/97. Diverse lasten 99. Voorzieningen Overige bedrijfskosten
-6.701.427 -152.250 -102.523 -1.114.842 -325.918 -954.491 -893.697 -492.949 -163.170 -1.759.634 -15.700 -681.377 -13.357.978
-7.696.858 -191.780 -367.158 -1.319.028 -541.894 -827.839 -899.884 -652.322 -254.591 -1.866.006 -20.162 -211.424 -14.848.946
V V V V V N V V V V V N V
995.431 39.530 264.635 204.186 215.976 -126.652 6.187 159.373 91.421 106.372 4.462 -469.953 1.490.968
857.048
78.281
V
778.767
2. NTW Resultaat
24 >>
jaarrekening
Netto Toegevoegde Waarde (NTW) Ten opzicht van de begroting 2004 ligt de Netto Toegevoegde Waarde € 1.335.756 lager. Ten opzichte van 2003 ligt de NTW € 945.195 lager. De afname wordt met name veroorzaakt door het wegvallen van een grote opdrachtgever en het minder afnemen van produkten dan oorspronkelijk verwacht werd. Breed heeft in 2004 diverse inspanningen verricht om de externe markt te bewerken en nieuwe opdrachten binnen te halen. Daarmee was in de bedrijfsplannen ook rekening gehouden. Echter in de loop van 2004 bleek de economische situatie op de externe markt nog zodanig dat verwachte opdrachten niet binnengehaald konden worden. Overige bedrijfskosten De totale overige bedrijfskosten zijn € 641.717 lager dan begroot en € 1.490.648 lager dan in 2003. Onderstaand een toelichting op de belangrijkste verschillen. Ambtelijke salarissen De ambtelijke kosten liggen € 625.598 lager dan begroot. Dit is met name veroorzaakt omdat in begin 2004 een aantal ambtelijke medewerkers gebruik heeft gemaakt van de FPU-regeling zoals afgesproken met Bestuur. Daarnaast is de vacatureruimte in de begroting 2004 niet ingevuld. Dit verklaart ook het verschil ten opzichte van werkelijk 2003. Directe inleen De hogere kosten zowel ten opzichte van begroot wordt veroorzaakt door extra inleen bij Recycling en de groen-afdelingen. Ten opzichte van 2003 is de inleen bij de produkteiafdelingen sterk gedaald. Afschrijvingen De afschrijvingen komen, zowel ten opzichte van de begroting als ten opzichte van 2003, lager uit. Dit is grotendeels veroorzaakt door de verkoop van het pand in Wijchen. Rente Onder deze post zijn opgenomen de rentekosten voor de langlopende leningen en de betaalrekeningen van Breed. In 2004 zijn er geen extra langlopende geldleningen aangetrokken en is een lening van € 4.500.000 afgelost. In de begroting 2004 was rekening gehouden met rentekosten op onze betaalrekeningen. Gedurende 2004 waren de saldi op de betaalrekeningen steeds positief waarvoor door de bank een vergoeding werd gegeven. Resumerend betekent dit dat het verschil tussen de begroting 2004 en werkelijk 2004 veroorzaakt wordt door de ontvangen vergoeding van de bank. Ten opzichte van 2003 wordt het verschil veroorzaakt door de rentevergoeding en de aflossing van een langlopende geldlening en de rentedaling op de airborleningen. Huur/lease De onderschrijding wordt veroorzaakt door het minder inhuren van extra gebouwen dan oorspronkelijk begroot. Onderhoudskosten De onderhoudskosten kwamen voor 2004 uit op het verwachte nivo. Energieverbruik Als gevolg van de liberalisering van de energiemarkt in 2004 verwachte Breed aanzienlijk te kunnen besparen op de energiekosten. Daarnaast was de administratie van een toeleverancier nog niet op orde waardoor de kosten hoger uitvielen dan begroot. Belastingen en verzekeringen De lagere belastingen en verzekeringen worden veroorzaakt door het opheffen van de bedrijfsschadeverzekeringen en de lagere zuivering en polderlasten als gevolg van verkoop pand Wijchen. 25 >>
bestuursrapportage
Algemene kosten Deze kosten verbeterden ten opzichte van de begroting 2004 (€ 118.658) en werkelijk 2003 (€ 106.372). Onder de algemene kosten vallen diverse zaken. In 2004 bleven de kosten voor rechtskundige bijstand, organisatieadviezen, kosten wiw, contributies en lidmaatschappen, ontwikkelingskosten en reclame kosten beneden de geraamde budgetten (effecten € 188.000). Daarnaast waren er overschrijdingen in de kosten voor algemene hulpstoffen, uitzendkrachten, accountantskosten en cateringkosten. Diverse lasten In de begroting 2004 was hier het bedrag gebudgetteerd voor schadevergoedingen en desinvesteringen dat in 2004 niet gehaald werd. Voorzieningen Begroot zijn stortingen in de voorzieningen stroomlijning en dubieuze debiteuren. Gedurende het jaar hebben er stortingen plaatsgevonden ten gunste van de algemene voorziening (afdekking risico indicatie 2004), dubieuze debiteuren, groot onderhoud (regulier onderhoud gebouwen) en fiscale risico’s (afdekking extra kosten). Onttrekkingen hebben plaatsgevonden van de voorziening groot onderhoud (onderhoudskosten verkocht pand in Wijchen), stroomlijning (hogere kosten dan voorzien) en dubieuze debiteuren. Per saldo kwamen de stortingen en onttrekkingen hoger uit dan begroot voor 2004. Overige Posten werkelijk 2004 ten opzichte van begroot 2004 Werkelijk Begroot 2004 2004 96. Incidentele baten 817.957 655.670 96. Incidentele lasten -135.072 0 24. Reorganisatiekosten 1996 -82.718 -90.000 24. FPU gemeenten 2003 -400.619 -387.912 Overige Posten 199.548 177.758
(N)adeel (V)oordeel V N V N V
Verschil
Overige Posten werkelijk 2004 ten opzichte van werkelijk 2003. Werkelijk Werkelijk 2004 2003 96. Incidentele baten 817.957 827.878 96. Incidentele lasten -135.072 -346.522 24. Reorganisatiekosten 1996 -82.718 -187.601 24. FPU gemeenten 2003 -400.619 -51.938 Overige Posten 199.548 241.817
(N)adeel (V)oordeel N V V N N
Verschil
In de incidentele baten zijn opgenomen: Verkoop Pand Wijchen Vrijval groot onderhoud Wijchen Afwikkelingen Salarissen Afwikkeling Balansposten Afwikkeling BTW Afwikkeling Energie Overige posten
€ € € € € € €
599.898 97.227 21.972 70.831 9.063 9.364 9.601
In de incidentele lasten zijn opgenomen: Makelaarskosten Verkoop Wijchen Afwikkeling Balansposten Afwikkeling BTW Afwikkeling Salarissen
€ € € €
35.000 96.224 1.236 2.536
162.287 -135.072 7.282 -12.707 21.790
-9.921 211.450 104.883 -348.681 -42.269
26 >>
jaarrekening
De reorganisatiekosten 1996 betreffen de kosten van de regelingen die in 1996/1997 zijn genomen voor ambtelijke medewerkers. In totaal heeft Breed tot en met 2004 € 3.838.161 aan kosten hiervoor ten laste van haar resultaat gebracht. In de loop van 2004 zijn de verplichtingen van een aantal medewerkers afgelopen. Deze verplichting zal in 2005 definitief aflopen. De FPU 2003 is de door het bestuur vastgestelde regeling in 2003 waarmee ze akkoord is gegaan met een vervroegde pensioenregeling voor ambtelijjke medewerkers in 2004. Dit betreft zowel reguliere FPU als vervroegde FPU. De meeste medewerkers hebben op 1-3-2004 gebruik gemaakt van deze regeling. Voor 2003 is reeds besloten om deze kosten onder te brengen bij de overige posten. Hieronder vallen ook de nog bestaande verplichtingen van ambtenaren, die reeds gebruik maken van de FPU. In totaal heeft Breed tot en met 2004 € 452.577 aan kosten ten laste van haar resultaat gebracht.
27 >>
accountantsverklaring < Accountantsverklaring > Opdracht Wij hebben de jaarrekening 2004 van WNO bedrijven te Nijmegen gecontroleerd. De jaarrekening is opgesteld onder verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling. Het dagelijks bestuur is tevens verantwoordelijk voor de naleving van de wet –en regelgeving. Het is onze verantwoordelijkheid de controle als bedoeld in artikel 213, tweede lid van de Gemeentewet uit te voeren en een accountantsverklaring inzake de jaarrekening te verstrekken. Het algemeen bestuur van WNO bedrijven heeft voor het onderzoek naar de jaarrekening over 2004 in haar vergadering van 18 februari 2005 de invulling van het begrip rechtmatigheid bevestigd. Hiermee ligt vast wat wordt bedoeld met de in de oordeelsparagraaf opgenomen zinsnede ‘de van toepassing zijnde wettelijke regelingen waaronder interne verordeningen’. Werkzaamheden Bij onze controle hebben wij nagegaan dat: • de jaarrekening zowel de baten en de lasten over 2004 als de activa en passiva per 31 december getrouw weergeeft en • de in de jaarrekening opgenomen baten en lasten, alsmede de balansmutaties tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen, waaronder de interne verordeningen • het jaarverslag met de jaarrekening verenigbaar is en • de jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Onze controle is verricht overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen met betrekking tot controleopdrachten en in overeenstemming met het Besluit accountantscontrole provincies en gemeenten en het door het algemeen bestuur bevestigde normenkader rechtmatigheid d.d. 18 februari 2005. Volgens de in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen onjuistheden van materieel belang bevat. Een controle omvat onder meer een onderzoek door middel van deelwaarnemingen van informatie ter onderbouwing van de bedragen en toelichtingen in de jaarrekening. Tevens omvat een controle een beoordeling van de grondslagen voor financiële verslaggeving die bij het opmaken van de jaarrekening zijn toegepast en van belangrijke schattingen die het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling daarbij heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten. Deze goedkeuringstolerantie is door het algemeen bestuur in haar vergadering van 18 februari 2005 vastgesteld. Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel. Oordeel Getrouwheidsonderzoek Wij zijn van oordeel dat de jaarrekening van WNO bedrijven te Nijmegen zowel de baten en de lasten over 2004 als de activa en passiva per 31 december 2004 getrouw weergeeft in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Rechtmatigheidonderzoek Wij zijn van oordeel dat de in deze jaarrekening opgenomen baten en lasten alsmede de balansmutaties tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen waaronder de interne verordeningen.
Deloitte Accountants B.V.
Arnhem, 8 april 2005
28 >>
bijlagen jaarrekening
Bijlagen Jaarrekening 2004
29 >>
bijlage jaarrekening < Staat van vaste- en immateriële activa en afschrijving per 31 december 2004 > Omschrijving
Aanschafwaarde per 1-1-2004
Investeringen Desinvesteringen Aanschafwaarde per 31-12-2004
Cumulatieve afschrijvingen per 1-1-2004
Afschrijvingen Afschrijvingen boekjaar 2004 Desinvesteringen
Cumulatieve afschrijvingen per 31-12-2004
Boekwaarde per 1-1-2004
Boekwaarde per 31-12-2004
Automatisering machines
1.754.641
172.651
456.780
1.470.512
1.140.604
329.962
456.780
1.013.786
614.037
456.726
Gebouwen
8.653.256
219.499
1.825.984
7.046.771
5.546.205
346.305
884.504
5.008.007
3.107.051
2.038.765
104.577
0
27.697
76.880
75.553
26.087
26.725
74.915
29.025
1.966
Grond
1.051.895
0
93.483
958.411
0
0
0
0
1.051.895
958.411
Installaties
3.505.528
294.729
993.263
2.806.994
2.629.085
160.836
641.111
2.148.810
876.443
658.184
Inventaris
1.071.189
96.680
276.037
891.833
735.569
78.634
266.052
548.150
335.621
343.682
Machines
1.509.725
92.550
299.409
1.302.867
1.069.771
141.776
298.822
912.725
439.954
390.142
Terreinen
545.876
0
118.721
427.155
448.623
13.882
80.735
381.770
97.253
45.385
Vervoermiddelen
109.414
5.500
15.068
99.846
60.777
17.360
15.068
63.069
48.637
36.777
4.118
0
0
4.118
0
0
0
0
4.118
4.118
18.310.220
881.609
4.106.442 15.085.387
11.706.187
1.114.842
2.669.797
10.151.232
6.604.033
4.934.155
Gereedschappen
Activa in uitvoering
TOTAAL
30 >>
bijlage jaarrekening < Overzicht langlopende leningen 2004 > OMSCHRIJVING
A.B.P.
LENINGNUMMER OORSPRONKELIJKE LENING
BEGIN- LOOPTIJD DATUM
JAAR AFLOSSING
RENTE+ RENTE % AFLOSSING
SALDO 01-01-2004
STORTING 2004
AFLOSSING 2004
SALDO 31-12-2004
RENTE IN 2004
15258
1.016.468
01-06-1994
10 jaar
2004
01-06-2004
6,65%
101.647
0
101.647
0
2.870
170870001
2.268.901
20-07-1995
20 jaar
2015
20-07-2004
7,28%
1.089.073
0
90.756
998.316
76.297
19.0015/BO5973
907.560
17-01-1997
10 jaar
2007
2,36%
907.560
0
0
907.560
20.721
B.N.G.
40.0086878
1.361.341
03-07-1997
20 jaar
2007
5,60%
952.938
0
68.067
884.871
51.464
Jonker&Co/Fortis
8989.66957
907.560
15-01-1998
10 jaar
2008
3,44%
907.560
0
0
907.560
31.259
B.N.G.
40.0095572
4.500.000
01-10-2002
2 jaar
2004
30-09-2004
3,45%
4.500.000
0
4.500.000
0
116.118
B.N.G
40.0096888
1.194.845
25-02-2003
7 jaar
2010
25-02-2004
3,38%
1.024.153
0
170.692
853.461
34.047
B.N.G
40.0096889
931.361
25-02-2003
6 jaar
2009
25-02-2004
3,23%
776.134
0
155.227
620.907
24.560
0 5.086.389
5.172.677
357.336
NAT.NEDERL. B.N.G. AIRBOR
TOTAAL
03-07-2004
13.088.036
10.259.066
< Overzicht langlopende leningen uitgezet 2004 > OMSCHRIJVING
Stichting Support TOTAAL
LENINGNUMMER OORSPRONKELIJKE LENING
BEGIN- LOOPTIJD DATUM
JAAR AFLOSSING
RENTE+ RENTE % AFLOSSING
SALDO 01-01-2004
STORTING 2004
AFLOSSING 2004
SALDO 31-12-2004
RENTE IN 2004
30.000
17-12-2002 onbepaald
onbepaald
6,00%
30.000
0
0
30.000
1.800
30.000
0
0
30.000
1.800
30.000
31 >>
bijlage jaarrekening < Gemeentelijke bijdrage in bestuurs- en beheerskosten en project Arbeidsachtige Opvang > Verdeling vindt plaats over de deelnemende gemeenten naar rato van het aantal inwoners, op 1 januari 2004. Aantal inwoners op 1 januari 2004 (*) bedraagt 309.622. Overzicht bijdrage Bestuurs- en beheerskosten en project AAO. Code Gemeente Inwoners 209 Beuningen 225 Druten 241 Groesbeek 252 Heumen 265 Millingen aan de Rijn 268 Nijmegen 282 Ubbergen 668 West Maas & Waal 296 Wijchen Totaal
25.459 17.786 18.839 16.686 5.914 157.466 9.362 18.232 39.878 309.622
Bestuurs en Beheerskosten 4.851 3.389 3.590 3.180 1.127 30.006 1.784 3.474 7.599 59.000
AAO 3.465 2.421 2.564 2.271 805 21.434 1.274 2.482 5.428 42.146
(*) bron: Demografische kerncijfers per gemeente 2004 Centraal Bureau voor de Statistiek
32 >>
bijlage jaarrekening < Voorstel resultaat bestemming 2004 > Gedurende het afgelopen jaar zijn door de directie, bestuur en vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten van Breed diverse discussies gevoerd over de wijze van afrekening van het resultaat. Hierbij is duidelijk naar voren gekomen dat dit zowel door Breed als door de deelnemende gemeenten als grillig wordt ervaren. Om grote fluctuaties in de jaarlijkse gemeentelijke bijdragen zoveel mogelijk te voorkomen wordt gedacht aan de invoering van een jaarlijkse bijdrage per SW-medewerker. Om dit te kunnen realiseren is het noodzakelijk om een weerstandvermogen voor Breed te vormen. Het dagelijks bestuur stelt daarom voor bij de resultaatbestemming voor 2004 om, de positieve resultaten uit de verkoop van het complex aan de Kamerlingh Onnesstraat te Wijchen ad € 662.125 toe te voegen aan het vermogen van Breed. Gelijkertijd dient dan de afrekening met de deelnemende gemeenten van het resultaat 2004 met ditzelfde bedrag te worden verhoogd. Bij het doorvoeren van deze resultaatbestemming blijft het totaal aan gemeentelijke bijdragen binnen het in de begroting opgenomen bedrag. Overzicht bestemming resultaat 2004 Resultaat 2004 Overzicht Resultaat verkoop complex Kamerlingh Onnestraat Verkoop boekwinst Vrijval voorziening groot onderhoud Opbrengst overige zaken Makelaarskosten verkoop Totaal effect verkoop Resultaat 2004 na bestemming
€
1.864.452
€ € € -€ €
574.898 97.227 25.000 35.000 662.125
€ 2.526.577
33 >>
bijlage jaarrekening < Gemeentelijke bijdrage exploitatietekort 2004 > Bij de verdeling van het exploitatietekort over de deelnemende gemeenten is uitgegaan van artikel 10 van de financiële verordening WNO-bedrijven. De verdeling van het exploitatietekort vindt plaats naar rato van de uit de desbetreffende gemeente afkomstige werknemers op 31 december van het exploitatiejaar. De bijdrage wordt gecorrigeerd voor het in het betreffende exploitatiejaar door de deelnemende gemeenten aan WNO-bedrijven gegunde omzet. De wijze waarop deze bijdragecorrectie over het exploitatiejaar 2004 zal worden gehanteerd is conform de besluitvorming in het Algemeen Bestuur. I. Bijdrage exploitatietekort Aantal personen (*) Totaal tekort 2004 te verrekenen Bijdrage per persoon in €
2.008 2.526.575 1.258,26
II. Omzet correctie Gegunde omzet Aantal inwoners per 01-01-2004 Correctiefactor per inwoner in € Correctiepercentage
3.758.461 309.622 12,22 20%
III. Tekortbijdrage Code Gemeente Aantal medewerkers 209 Beuningen 122 225 Druten 130 241 Groesbeek 167 252 Heumen 66 265 Millingen 45 268 Nijmegen 1.061 282 Ubbergen 54 668 West Maas en Waal 69 296 Wijchen 294 Totaal 2.008
Omzet 331.241 301.516 274.899 261.213 126.386 1.700.064 28.355 206.721 528.066 3.758.461
Bijdrage tekort 153.507 163.573 210.129 83.045 56.621 1.335.009 67.946 86.820 369.927 2.526.577
Correctie -4.440 -17.123 -9.243 -11.733 -10.919 42.279 17.058 2.919 -8.798 0
Bijdrage totaal 149.068 146.450 200.886 71.312 45.702 1.377.288 85.004 89.739 361.129 2.526.577
(*) Conform artikel 10 lid 1 en 2 van de financiële verordening WNO-bedrijven van 14 maart 2003 (Het aantal medewerkers van Breed op 31-12-2004 woonachtig in één van de deelnemende gemeenten)
34 >>
bijlage jaarrekening < FIDO: Renterisiconorm > Werkelijk 2003 A B C
Balanstotaal kasgeldpercentage Kasgeldlimiet
Begroting 1e begrotings 2004 wijziging 2004
Werkelijk 2004
64.728 8,50% 5.502
66.720 8,50% 5.671
66.610 8,20% 5.462
65.563 8,20% 5.376
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Renterisiconorm 1a 1b 2
Renteherziening op vaste schuld o/g Renteherziening op vaste schuld u/g Netto renteherziening op vaste schuld
(1a-1b)
982 0 982
3a 3b 4
Nieuw aangetrokken vaste schuld Nieuw uitgezette lange leningen Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a-3b)
2.126 30 2.096
0 0 0
0 0 0
0 0 0
5 6 7
Betaalde aflossingen Herfinanciering (laagste van 4 en 5) Renteriscio op de vaste schuld
2.516 2.096 3.078
5.086 0 0
5.086 0 0
5.086 0 0
8 9 10
Stand vaste schuld per 1-1 Percentage Renterisiconorm
10.649 20% 2.130
10.229 20% 2.046
10.229 20% 2.046
10.229 20% 2.046
10 7 11
Renterisiconorm Renterisico op vaste schuld Ruimte (+)/Overschrijding (-)
2.130 3.078 -948
2.046 0 2.046
2.046 0 2.046
2.046 0 2.046
(2+6)
(10-7)
35 >>
bijlage jaarrekening < FIDO: Kasgeldlimiet > Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Omvang begroting per 1 januari (= grondslag)
eerste kwartaal
tweede kwartaal
derde kwartaal
vierde kwartaal
66.610
66.610
66.610
66.610
8,20%
8,20%
8,20%
8,20%
5.462
5.462
5.462
5.462
1. Toegestane kasgeldlimiet In procenten van de grondslag In een bedrag 2. Omvang vlottende korte schuld Opgenomen gelden korter dan 1 jaar Schuld in rekening courant
1.200
693
Gestorte gelden door derden korter dan 1 jaar Overige geldleningen, niet zijnde vaste schuld Totaal
1.200
0
693
0
7
10
11
18
165
1.835
143
891
480
1.200
3. Vlottende middelen Contante gelden in kas Tegoeden in rekening courant Overige uitstaande gelden korter dan 1 jaar Totaal
171
1.845
633
2.110
Totaal netto vlottende schuld
-1.029
1.845
-59
2.110
Toegestane kasgeldlimiet
5.462
5.462
5.462
5.462
Ruimte (+) c.q. overschrijding (-)
6.491
3.617
5.521
3.352
4. Toets kasgeldlimiet
36 >>
bijlage jaarrekening < Colofon > Deze jaarrekening is tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van Breed, dienstverlenend bedrijf Middelen, Afdeling Planning & Control. De jaarrekening wordt toegezonden aan relaties. Daarnaast wordt het gepubliceerd via de website van Breed (www.denkbreed.nl). Centraal kantoor Breed Boekweitweg 4 6534 AC Nijmegen telefoon fax e-mail internetsite
Bezoekadressen Breed, hoofdgebouw
Centraal postadres Breed Postbus 6700 6503 GE Nijmegen (024) 6499100 (024) 6499109
[email protected] www.denkbreed.nl
Boekweitweg 4 6534AC Nijmegen telefoon : (024) 6499100 fax : (024) 6499109
Breed Kwekerij
Wolfskuilseweg 270 6542 AB Nijmegen telefoon : (024) 6499100 fax : (024) 6499109
Breed Elektro
Kerkstraat 34 6651 KG Druten telefoon : (024) 6499100 fax : (024) 6499109
37 >>
/
Aan de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Beuningen" Druten, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn, Nijmegen, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen
Uw ref.
Onze ref. DB 05.010- EvK
Onde/Werp
Datum 26 apri 2005 Contactpersoon mevr. E. van Kuijck
Begroting 2006
Geacht College,
Hierbij zenden wij u de begroting 2006. Deze begroting is aan de orde geweest in de vergadering van het dagelijks bestuur van 22 april jl. Het dagelijks bestuur heeft in zijn vergadering van vrijdag 22 april jl. de begroting in ontwerp vastgesteld. Conform afspraak in het informatieprotocol wordt deze begoting nu gelijktijdig toegezonden aan de colleges, de bestuursleden van Breed en de griffiers. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 31 van de gemeenschappelijke regeling zijn de colleges en de raden van de deelnemende gemeenten in de gelegenheid om binnen twee maanden na toezending van deze stukken van hun gevoelens blijk te geven.
Het algemeen bestuur van Breed zal onderliggende begroting definitief vaststellen in haar vergadering van 24 juni 2005. De heer Duits, algemeen directeur, wordt graag in de gelegenheid gesteld om tijdens de behandeling van deze begroting in uw raad c.q. commissie een toelichting te geven. Indien u daarvan gebruik wilt maken kunt u dit kenbaar maken aan mevrouw E. van Kuijck, secretaresse directie en bestuur, tel. (024) 64 99 153.
~..."",
E. van Kuijck Boekweitweg 4 6534 AC Nijmegen T (O24) 64 99 153 F (O24)64 99 139
Postbus 6700 6503 GE Nijmegen T (024) 64 99100 E
[email protected] I www.denkbreed.nl
BNG 28.50.05.529 Postbank 290.58.65 BTW NL 0014.79.192.B.01
?
INHOUD OMSCHRIJVING 1. Beleidsmatige toelichting
PAGINA 3
A. Inleiding
3
B. Sociale paragraaf
4
C. Financiële paragraaf
9
D. Weerstandsparagraaf
10
E. Onderhoudsparagraaf
10
F. Financieringsparagraaf
11
2. Formatieplan 2006
12
3. Kengetallen financiële begroting 2006
13
4. Geconsolideerde financiële begroting 2006
14
5. Toelichting op de geconsolideerde begroting 2006
15
6. Meerjarenperspectief 2006 – 2009
22
7. Toelichting op het meerjarenperspectief
23
8. Toelichting op de financiële positie
26
A. Investeringsplan 2006 B. Overzicht van opgenomen en uitgezette leningen 2006 C. Overzicht van toevoegingen en onttrekking aan reserves en voorzieningen D. Renterisiconorm en kasgeldlimiet
26 27 28 29
9. Overzicht van de begrote gemeentelijke bijdragen
30
10. Besluit begroting 2006
31
Breed/Planning & Control
2
1. Beleidsmatige toelichting A. Inleiding Als WNO bedrijven, handelend onder de naam Breed, presenteren wij u hierbij de begroting voor 2006. Op het moment van opstellen van deze begroting is de organisatie bezig met de implementatie van het strategisch plan voor 2005-2008. Het jaar 2005 zal gebruikt worden om een goede basis neer te zetten om zo het strategisch plan te kunnen realiseren. Het strategisch plan “van binnen naar buiten” stuurt op afbouw van de interne afdelingen en op groei van de externe afdelingen, individuele detacheringen en begeleid werken. Tijdspad begroting Intern heeft deze begroting voor Breed de rol van het taakstellende financiële kader waarbinnen de bedrijfsplannen door de diverse managers in september van dit jaar worden opgesteld. De geconsolideerde uitkomst hiervan zal in december aan het Dagelijks Bestuur als eerste begrotingswijziging 2006 worden aangeboden. De behandeling in het Algemeen Bestuur zal vervolgens in het eerste kwartaal 2006 plaatsvinden. In de hier aangeboden begroting zijn verwerkt de op dit moment bekende en relevante wetswijzigingen en wetsvoorstellen. Door de managers is een onderbouwing gegeven van de te verwachten omzetten en eventuele risico’s en kansen in het jaar 2006. Het mag duidelijk zijn dat informatie, welke zaken ver in de toekomst beschrijven, onzekerder wordt naarmate het verder weg in de toekomst ligt. Breed zal zich meer gaan richten op het snel en doelmatig inspelen op veranderingen in de markt, dit om zo mogelijke risico’s te kunnen opvangen en om mogelijke kansen te kunnen realiseren. Missie Breed is een werkvoorzieningschap dat de verantwoordelijkheid voor alle Wsw geïndiceerde personen die afhankelijk zijn van begeleiding naar de arbeidsmarkt respectievelijk van gesubsidieerde arbeid, overneemt van de deelnemende gemeenten. Binnen het werkgebied van deze gemeenten nemen wij deze taak van hen over om die personen een kans te geven op een volwaardige plaats op de arbeidsmarkt. Met Wsw geïndiceerde personen worden hier bedoeld, zij die een indicatie hebben verkregen waaruit blijkt dat zij behoren tot de doelgroep van de Wet Sociale Werkvoorziening. “Breed geeft mensen werk en ontwikkelingsmogelijkheden om de afstand tot de betaalde arbeid te verkleinen of weg te nemen” Naast deze missie staan er in het strategisch plan verscheidene doelstellingen benoemd, de belangrijkste zijn; 1. Eind 2008 is, in de volgende prioriteitsvolgorde, 30% van de Wsw geïndiceerden geplaatst in een begeleid werken situatie en / of individueel gedetacheerd. 45% van de Wsw geïndiceerden geplaatst in groepsdetachering of externe dienstverlening 25% van de Wsw geïndiceerden geplaatst op interne beschutte werkplekken. 2. Breed zal haar financiële positie en resultaten zodanig verbeteren dat de continuïteit gewaarborgd blijft. 3. Vanaf 2008 ligt de geldelijke bijdrage, vanuit de gemeenten aan Breed, op maximaal € 850 per fte.
Breed/Planning & Control
3
De rijksoverheid Den Haag stuurt meer en meer op doorstroom van mensen binnen de Wsw. De verwachting is dat er in de komende jaren veel zal veranderen. Helaas is het zo dat veel zaken nog niet bekend zijn en dit maakt het lastig om als organisatie te anticiperen op veranderend beleid vanuit de overheid. De rode draad binnen het beleid vanuit de overheid is het meer laten werken van mensen buiten de muren van een sw bedrijf. In de doelstellingen van Breed wordt hier al voldoende rekening mee gehouden. De lijn welke Breed heeft ingezet past binnen de kaders van de overheid. Daarnaast stuurt de overheid meer en meer op het gegeven dat 25% van de nieuwe instroom binnen Breed geplaatst zal moeten worden via een begeleid werken constructie. In het jaar 2004 heeft Breed hier goed aan voldaan, 19,7%, en de verwachting is nu dat we voor 2005 en volgende jaren de 25% zullen gaan halen. De gemeenten In de komende jaren zal Breed samen met de gemeenten moeten bekijken op welke manieren er meer samengewerkt kan worden. De mogelijke ontwikkelingen rond de modernisering van de Wsw maken het noodzakelijk de aanwezige infrastructuur van Breed ook te gaan gebruiken voor andere mensontwikkelingstrajecten. Deze trajecten kunnen door Breed uitgevoerd worden omdat en Breed vele soorten van werkzaamheden kent en Breed gewoon is met mensontwikkeling bezig te zijn. Deze combinatie maakt Breed interessant voor gemeenten voor het uitvoeren van bijvoorbeeld arbeidsgewenningstrajecten en sociale activeringstrajecten. In het jaar 2006 zullen nadere afspraken gemaakt dienen te worden waarbij de primaire doelstelling van de organisatie geborgd blijft. Tot slot De modernisering van de Wsw is een goede zaak. Voor Breed betekent dit een continu veranderingsproces naar een organisatie welke meer en meer gericht is op mensontwikkeling en doorstroom van mensen. Het strategisch plan “van binnen naar buiten” onderschrijft die richting waarin mensen meer en meer gaan werken in een zo regulier mogelijke werkomgeving. De begroting 2006 ondersteunt de richting welke Breed is ingegaan en laat zien dat de ingeslagen weg ervoor zorgt dat Breed sociaal blijft, maar betaalbaar wordt. B. Sociale paragraaf Zoals reeds in eerdere stukken aangegeven en ook in de beleidsmatige toelichting genoemd, zal, om in de komende jaren de door de deelnemende gemeenten neergelegde Wswopdracht te kunnen blijven uitvoeren, de relatie met de gemeenten nadrukkelijk in stand gehouden moeten worden. Zoals reeds eerder gememoreerd zal er de komende jaren een naar verwachting forse wijziging optreden in de uitgangspunten met betrekking tot de Wsw. Wat echter de precieze ontwikkelingen in het kader van modernisering WSW zullen zijn is op dit moment nog onduidelijk. Wel is reeds door de recente aanpassingen van regelgeving duidelijk dat dit gevolgen heeft voor Breed. Zo is met ingang van 1 januari 2005 de indicatiestelling formeel overgegaan naar het CWI waardoor op alle fronten de onafhankelijkheid gewaarborgd is. Daarnaast is ook de regel van kracht geworden dat mensen die per eind 2005 langer dan een jaar om verwijtbare redenen op de wachtlijst staan gekort worden bij de berekening van de taakstelling voor 2007. Ook is inmiddels duidelijk geworden dat er, landelijk gezien, in 2004 een enorme toename van de wachtlijst is opgetreden. Dit is een ontwikkeling die niet zichtbaar is in de ontwikkeling van de wachtlijst van Breed. Als gevolg hiervan is het aandeel van Breed in de gecorrigeerde landelijke wachtlijst gedaald van 4,4% eind 2003 naar 1,5% eind 2005.
Breed/Planning & Control
4
Dit heeft gevolgen voor de berekening van de taakstelling voor 2006 en verder. Daarom wordt bij de opstelling van deze begroting ook uitgegaan van een bijstelling van het aantal SE’s (1.894,5 SE’s) waar Breed in 2005 op zal sturen. Dit om te zorgen dat bovengenoemd effect zoveel mogelijk geminimaliseerd wordt. Dit uiteraard met de borging dat er nimmer sprake mag zijn van overrealisatie. Gedurende de komende jaren zal ook een steeds groter deel van de SW formatie werkzaam dienen te zijn in een Begeleid Werken overeenkomst. Hiervoor is door de staatssecretaris een instroomeis van 25% Begeleid Werken gesteld. Inmiddels heeft Breed acties ondernomen om te zorgen dat deze doelstelling naar verwachting gerealiseerd zal worden. Een andere actie die mede is ingezet om de directe gevolgen van bovenstaande ontwikkelingen met betrekking tot beschikbare productiecapaciteit te beperken is de vernieuwde aanpak van het ziekteverzuim. Hierover zullen op korte termijn prestatieafspraken worden gemaakt met de arbodienst die moeten zorgen voor een reductie van het ziekteverzuim. Hierbij sluit Breed aan bij het afgesloten convenant tussen SW werkgevers- en werknemersorganisaties. Doelstelling hierbij is een verlaging van het ziekteverzuim percentage van 18% in 2004 naar 14% in het laatste kwartaal 2005 om in 2006 op een niveau van 11,2% uit te komen. Mensontwikkeling Uitgangspunt voor het realiseren van de doelstellingen uit het strategisch plan, met als kern van binnen naar buiten, is de ontwikkeling van alle medewerkers. Hiervoor is inmiddels een nieuw geformuleerde aanpak mensontwikkeling in de implementatie fase. Hierbij wordt de zogenaamde integratieladder, zoals onderstaand weergegeven, gehanteerd voor het vaststellen van de diverse niveaus.
12. Reguliere baan zonder s ubs idie 11. Reguliere baan (beperkt aflopende s ubs idie) 10. Reguliere baan (structureel subsidie) 9. Detachering (baangarantie) 8. D etachering (structureel s ubs idie, marktconform) 7. Detachering (structureel subs idie, niet marktconform) 6. Bes chutte baan buitengaats 5. Beschutte baan binnengaats 4. Stage leerwerkplek 3. Arbeids gewenning
30%
45%
25%
2. Arbeids orientatie 1. Activering
Als eerste stap wordt, zoals ook door diverse partijen gevraagd, een zogenaamde 0-meting gehouden. Planning is dat de resultaten per 1 mei 2005 zijn vastgelegd en in de maand mei de rapportage over deze 0-meting kan worden uitgebracht. Vervolgens zal voor 1 mei 2006 voor iedere medewerker een Individueel Ontwikkelingsplan worden opgesteld. Deze ontwikkeling zal een van de bouwstenen zijn bij het realiseren van de doelstellingen. Indicatie, herindicatie en ontslag: Zoals reeds gememoreerd is het per 1 januari 2005 een onafhankelijke indicatiecommissie van het CWI die bepaalt of een kandidaat tot de SW-doelgroep behoort (met eventuele toevoegingen over zwaarte handicap of Begeleid Werken). Deze commissie besluit ook op het gebied van ontslag of vertrek en verzorgt de wettelijk voorgeschreven herindicaties van
Breed/Planning & Control
5
Wsw medewerkers. Inmiddels zijn met het CWI werkafspraken gemaakt. Zo vindt er tussen partijen ook periodiek afstemming plaats. Instroom en formatie: Nieuwe medewerkers komen in principe bij Breed in dienst op basis van minimumloon (Loonschaal A, gedurende maximaal 2 jaar) en maximaal 32 uur dienstverband (kostwinners kunnen een dienstverband krijgen van 36 uur). Breed biedt hen begeleiding naar een passende werkplek met aanvullende ontwikkelingsmogelijkheden. De nieuwe Wsw-CAO maakt het mogelijk deze termijn van minimumloon 2 jaar te laten duren mits er geïnvesteerd blijft worden in de ontwikkeling van de medewerker. Breed kiest dit als uitgangspunt. De omvang van de wachtlijst is nog steeds een belangrijke variabele in het subsidieverdeelmodel waarmee berekend wordt welke taakstelling Breed krijgt. Vanwege de gewijzigde regelgeving is het onverstandig om de formatie ruim onder de landelijke taakstelling te laten uitkomen omdat dan de regeling van kracht wordt dat mensen die om verwijtbare redenen langer dan 1 jaar op de wachtlijst staan worden gekort voor de berekening van de taakstelling voor het jaar T+2. Deze ontwikkelingen hebben een negatieve uitwerking op de verwachte taakstelling voor Breed in de komende jaren. Om deze negatieve ontwikkeling zo klein mogelijk te laten zijn is het uitgangspunt bij de opstelling van deze begroting dat gedurende 2005 op een hogere formatieve doelstelling wordt gestuurd dan in de formeel vastgestelde begroting 2005. Uiteraard blijft Breed sturen op de formatiedoelstelling en wachtlijst om te voorkomen dat er eventueel opnieuw een overrealisatie zou ontstaan. Gesubsidieerd volume: 1. Geactualiseerd voor de werkelijke ontwikkeling in SE’s, BW en wachtlijstontwikkeling in 2004. 2. Voor wat betreft de verwachte SE stand 2005 is uitgegaan van de nieuw voorgetelde gemiddelde omvang van 1894,49 SE’s. 3. Omrekenfactor fte’s naar SE’s standaard ingezet op 1,0214, was 1,01895 Dit betekent dat het aantal fte’s bij een gelijk blijvend aantal SE’s lager uitkomt. 4. Rekening is gehouden met de groei van de landelijke wachtlijst in 2004 met 72% (info Cedris) voor wat betreft de doorwerking naar 2006. Voor de volgende jaren wordt uitgegaan van een landelijke wachtlijst gelijk aan 90% van de wachtlijst eind 2004. 5. Op macro niveau is uitgegaan van de veronderstelling dat er geen korting op de wachtlijst plaatsvindt vanwege het langer dan 1 jaar verblijven op de wachtlijst omdat de landelijke taakstelling geen ruimte geeft voor de benodigde instroom. Scenario voor begroting 2006
Breed/Planning & Control
6
Door te sturen op wachtlijstomvang en instroom zullen we in 2006 een geringe onderrealisatie kennen van 7,42 SE’s. Dit betekent dat we iets minder personen zullen verlonen dan het aantal waarvoor we in 2006 een taakstelling hebben. Dit vooral om het risico van overrealisatie te beperken. Formatieverloop Wsw fte's en BW fte's, ten behoeve van de begroting 2006 en meerjarenperspectief 2007-2009
Voor 2006 is gekozen om te sturen op een gemiddelde invulling van de taakstelling op een niveau van 1.892,86 SE’s. Dit houdt in dat er 90 fte ofwel 92 personen van de wachtlijst in dienst komen of in arbeidsovereenkomsten Begeleid Werken. Het aantal verwachte plaatsingen in BW is voor 2006 geraamd op 22,5 fte.
Breed/Planning & Control
7
Bovenstaande verdeling van de formatie is een weergave van de verwachtingen van de managers van Breed ten aanzien van de formatie voor komend jaar. De ontwikkeling van beschut naar groeps- en individuele detacheringen, zoals beschreven in het strategisch plan, wordt hierin zichtbaar. Na raadpleging van de managers, kwamen de voorlopige landelijke cijfers 2004 voor de Wsw binnen. Doorrekening van deze cijfers leiden tot een herziene begrote Wsw formatie van 1892,86 SE’s. Als gevolg daarvan resteert een taakstelling met betrekking tot de formatie welke gerealiseerd zou kunnen worden door een verwachte daling van het ziekteverzuimpercentage zoals opgenomen in het arbo convenant. Stichting Support: Breed heeft sinds eind 2002 stichting Support opgericht. Enerzijds om Begeleid Werken voor haar uit te voeren. Anderzijds begeeft de stichting zich op de commerciële reïntegratiemarkt waar zij geheel Suwi-proof, op bescheiden schaal de expertise en infrastructuur van Breed inzet om ook andere mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te helpen reïntegreren. Via organisaties als gemeenten, Krew (een privaat bemiddelingsbureau voor alle SW-bedrijven), Arbo-diensten, werkgevers en overige private reïntegratiebedrijven komen reïntegratieopdrachten binnen. Veelal verloopt dit via aanbestedingen. In verband met de gewijzigde wetgeving ten aanzien van Begeleid Werken, dat vanaf 1 januari 2005 ook door SW organisaties zelf mag worden uitgevoerd, is overleg tussen de besturen gevoerd. In dit overleg tussen de besturen van Breed en Support is afgesproken de huidige werkwijze ten aanzien van Begeleid Werken voorlopig voort te zetten. Dit om de synergie te benutten van de marktbewerking voor zowel BW als overige reïntegratieopdrachten. Breed/Planning & Control
8
C. Financiële paragraaf De begroting 2006 laat een nadelig exploitatieresultaat zien van € 2.131.000. Dit begrote exploitatieresultaat past binnen het meerjarenperspectief zoals opgenomen in het strategisch plan. Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 is er sprake van een verbetering van € 59.179. Uitgedrukt in bijdrage of zo men wil negatief resultaat per SE is er ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 een verbetering van € 57 per SE en komt 2006 uit op begroot € 1.131 per SE. Kijkend naar de samenstelling van dit resultaat en dit vergelijkend met de eerder vastgestelde begrotingscijfers 2005 staat tegenover de verslechtering in het subsidieresultaat met circa € 442.000 een verbetering in het NTW resultaat van € 417.000. Gecombineerd met de mutaties die optreden in de posten Reorganisatiekosten en FPU gemeenten levert dit het begrote voordelige verschil met 2005 op. De verslechtering van het subsidieresultaat wordt vooral veroorzaakt door het grotendeels wegvallen van de WVA kortingen en de WAO restituties. Ook het terugbrengen van de eigen bijdrage in de kosten van woon-werk vervoer voor Wsw medewerkers speelt hierin een rol. De verbetering van het NTW resultaat ligt met name in een begrote verhoging van de netto toegevoegde waarde, want de overige bedrijfskosten nemen toe met € 200.000. Belangrijkste component binnen deze opbrengstverhoging is, in de lijn van het strategisch plan, de toename van het aantal individueel gedetacheerden.
Onderstaand een grafische weergave van het verloop van de diverse financiële kengetallen. De ontwikkeling van het exploitatieresultaat en daarmee de gemeentelijke bijdrage volgt de in het strategisch plan geschetste lijn van rendementsverbetering. Qua fasering treedt een afwijking op. De nadere concretisering van het strategisch plan laat niet in 2008 maar in 2009 een gemeentelijke bijdrage per SE zien die uitkomt op het niveau van € 850 per SE. Deze afwijking wordt vooral veroorzaakt als gevolg van lagere formatie aantallen in 2008 dan aangenomen in het strategisch plan. Hierdoor zijn er minder mogelijkheden om het subsidieresultaat te verbeteren. Om alsnog in 2008 het niveau van € 850 te bereiken is een taakstelling opgenomen.
Breed/Planning & Control
9
D. Weerstandsparagraaf In november 2004 is door de directie van Breed de notitie weerstandsvermogen uitgebracht. In deze notitie is een relatie gelegd tussen de weerstandscapaciteit van Breed en de risico’s die in relatie tot de financiële positie kunnen worden gelopen. Hierbij is een viertal risico categorieën onderscheiden, te weten a. te voorziene risico’s die via verzekeringen kunnen worden afgedekt b. te voorziene risico’s die via procedures en risico’s kunnen worden afgedekt c. risico’s, bekend bij het opstellen van de jaarrekening en afgedekt door voorzieningen d. risico’s die kunnen optreden uit het ondernemend acteren. De eerste twee categorieën zijn verwerkt in deze begroting. Voor alle risico’s die bekend én kwantificeerbaar waren bij de opmaak van deze begroting zijn voorzieningen getroffen. In deze begroting is afzonderlijk opgenomen een overzicht met de onttrekkingen en dotaties aan de voorzieningen en reserves. Het is de laatste categorie van risico’s die de omvang van de benodigde weerstandscapaciteit bepaalt. In de bedoelde notitie zijn deze gerelateerd aan enerzijds de risico’s die voortvloeien uit de risicogevoeligheid van de omzet (het werven van nieuwe klanten en de afhankelijkheid van een aantal grote klanten) en schommelingen in de Rijksbijdrage per SE. Daarnaast zijn geïnventariseerd de risico’s die samenhangen bij de uitvoering van het strategisch plan. Op basis hiervan werd in de notitie weerstandsvermogen een gewenst weerstandsvermogen van € 3.428.000 becijferd. Bij het opstellen van deze begroting zijn de aldaar gesignaleerde risico’s nog steeds actueel. Onzekerheden en daarmee risico’s zijn er ten aanzien van de opbrengstontwikkeling, met name voor Detacheringen. Onzekerheid is er over de ontwikkeling van de rijksfinanciering: voor wat betreft de landelijke ontwikkelingen en de impact daarvan op Breed. In dit kader valt te noemen de ontwikkelingen van de landelijke wachtlijsten en het op handen zijnde voorstel inzake de modernisering van de Wsw. Ook de wijzigingen met betrekking tot ziektekostenverzekeringen en arbeids(on)geschiktheid zijn factoren die het hier gepresenteerde financiële beeld negatief kunnen beïnvloeden. Tegenover deze risico’s staat in de jaarrekening 2004 een beschikbare weerstandscapaciteit van € 771.000. Gelijktijdig met het aanbieden van deze begroting vindt ook de behandeling van de jaarrekening 2004 plaats. Daarin wordt voorgesteld om de positieve resultaten uit de verkoop van het complex aan de Kamerlingh Onnesstraat ad € 662.125 toe te voegen aan het vermogen van Breed. Dit met name omdat het resultaat 2004 ruim binnen de begroting is gebleven. Een positief besluit in deze, betekent een eigen vermogen positie van Breed van € 1.433.000, zijnde 10,7% van het balanstotaal 2004. De discrepantie tussen de eigen vermogenspositie en de risico’s blijft echter bestaan. In het verlengde hiervan zal worden voorgesteld om eventuele positieve resultaten, zijnde een beter resultaat dan begroot, in de komende jaren toe te voegen aan het weerstandsvermogen. E. Onderhoudsparagraaf De coördinatie van het onderhoud (en de controle hierop) van de gebouwen, installaties, inventaris en voorzieningen aan de terreinen ligt binnen Breed bij de DVE Facilitaire Zaken & KAM. In totaal gaat het hier om 77,7% van het waardetotaal van de vaste activa bij Breed. De eerste doelstelling van het gebouwenbeleid ligt in het behouden c.q. aanpassen van de functionaliteiten van gebouwen en installaties zodat ze passen in het kader waarin Breed als organisatie een verantwoording heeft richting medewerkers met een handicap. Afgeleide daarvan is het bieden van uniforme voorzieningen aan al die medewerkers die aangewezen zijn op een interne werkplek. Daarnaast ligt bij de afdeling de continue bewaking van het optimaal benutten van de beschikbare huisvestingscapaciteit tegen marktconforme budgetten.
Breed/Planning & Control
10
Jaarlijks stelt de afdeling een onderhoudsplan op voor de activa die onder haar beheer vallen en maakt een actualisatie van met meerjarig onderhoudsplan. Het meerjarig onderhoudsplan is gebaseerd op de vervangingsfrequenties zoals die zijn aangegeven in het bouwbestek van de betreffende vestigingen. Op basis van dit meerjarig onderhoudsplan wordt gedoteerd in de voorziening groot onderhoud. Bepaling van het werkelijke vervangingstijdstip wordt aan de hand van periodieke onderhoudsinspecties gedaan. De praktijk laat dan zien dat bij een goed uitgevoerd onderhoud de technische levensduur langer is dan de economische. Het totale onderhoudsbudget 2006 voor terreinen, gebouwen, installaties en inventaris bedraagt € 135.000. Bij de uitvoering van het onderhoud wordt uit het oogpunt van kosten er naar gestreefd om zoveel als mogelijk onderhoud intern uit te besteden aan bijvoorbeeld de technische dienst en medewerkers groenonderhoud. Het onderhoud van de automatisering is uitbesteed. Naast een structurele kostenbesparing had deze outsourcing tot doel om ook in de toekomst de benodigde specialistische kennis voor het onderhoud van ict middelen te kunnen borgen. Met de leverancier zijn concrete afspraken gemaakt over de monitoring van de dienstverlening, zowel kwantitatief als kwalitatief. De machines die eigendom zijn van Breed en een waarde vertegenwoordigen van een kleine 10% van het waardetotaal van de vaste activa van Breed worden qua onderhoud beheerd door de diverse managers. In de bedrijfsplannen worden jaarlijkse de onderhoudskosten hiervoor begroot onder meer op basis van de onderhoudscontracten voor de machines. Ook bij het onderhoud van de machines wordt gekeken in hoeverre het onderhoud intern aan de technische dienst kan worden uitbesteed. De veiligheid van de machines wordt periodiek getoetst en gerapporteerd door de afdeling Facilitaire Zaken & KAM. F. Financieringsparagraaf Vanaf 1 januari 2001 is de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) in werking getreden. Deze wet beoogt een solide financieringswijze van de decentrale overheden te bevorderen en de schommelingen van rentelasten zo veel mogelijk te beperken. Als Gemeenschappelijke Regeling valt WNO-bedrijven, handelend onder de naam Breed, onder de werking van deze wet. Ten aanzien van haar kortlopende financieringsbehoefte dekt Breed deze zoveel mogelijk kort af. Met haar huisbankier heeft Breed bedrijven afspraken gemaakt om tegen zo gunstig mogelijke rentetarieven haar kort geld behoefte af te dekken. De kasgeldlimiet voor 2006 bedraagt € 5.551.000. Voor de lange termijn sluit Breed onderhandse leningen af. De tariefontwikkeling op de kapitaalmarkt is leidend voor het moment waarop de leningen worden aangegaan. De renterisiconorm (het deel van de vaste schuld dat maximaal in aanmerking mag komen voor renteherziening) voor 2006 bedraagt € 959.000. Overtollige liquide middelen worden indien daar toe aanleiding bestaat uitgezet. In 2005 is het treasurystatuut vastgesteld. De instrumenten die voorgeschreven worden door de wet Fido zullen worden geïmplementeerd. Nijmegen, 22 april 2005 H.A.E. Duits algemeen directeur
H.T.M. Scholten voorzitter dagelijks bestuur
J. van Kranenburg directeur middelen a.i.
G.W.J. Hendriks secretaris dagelijks bestuur
Breed/Planning & Control
11
2. Formatieplan 2006
Breed/Planning & Control
12
3. Kengetallen Financiële begroting 2006
Breed/Planning & Control
13
4. Geconsolideerde financiële begroting 2006
Breed/Planning & Control
14
Toelichting op de geconsolideerde begroting 2006 Algemeen: De wet op de gemeenschappelijke regelingen en in het verlengde daarvan de Gemeenschappelijke regeling WNO bedrijven bepaalt dat de begroting voor het komende jaar voor 1 juli van het lopende jaar wordt vastgesteld door het Algemeen Bestuur. Daarnaast is bij de behandeling van de begroting 2005 en de eerste begrotingswijziging 2005 in het algemeen bestuur besloten dat Breed voor 1 mei 2005 het strategisch plan uitwerkt in de meerjarenbegroting 2007 – 2009, inclusief de uitgewerkte begroting 2006 en dit aan de deelnemende gemeenten in de GR aanbiedt. In de planning en controlcyclus 2005 van Breed, zoals die in februari 2005 is vastgesteld door het Algemeen Bestuur, is hiermee rekening gehouden. De begroting 2006 zoals hier gepresenteerd is een weergave van de verwachtingen van de managers van de diverse bedrijfsonderdelen met betrekking tot de ontwikkelingen in 2006 en volgende jaren afgezet tegenover de eerste begrotingswijziging 2005. Het gaat dan met name om de uitwerking van de voornemens uit het strategisch plan in concrete acties ten aanzien van markt, personeel en benodigde middelen. Deze begroting vervult de functie van het financiële kader voor de bedrijfsplannen die in september 2005 worden opgesteld. De geconsolideerde uitkomst van deze plannen zal binnen dit kader moeten vallen. In onderstaande toelichting op de diverse begrotingsposten wordt een vergelijking gemaakt met de eerste begrotingswijziging 2005. 1. Rijksvergoeding Qua bedrijfsomvang (uit te drukken in SE’s) stuurt Breed op de gesubsidieerde taakstelling (is eveneens in SE’s) zoals vermeld in de subsidiebeschikking van het ministerie van SZW. De subsidiebeschikking voor 2006 komt rond september 2005 binnen. Sturen betekent niet het een op een qua bedrijfsomvang deze taakstelling overnemen, maar te kijken of deze keuze ongewenste consequenties zal hebben voor de omvang van de taakstelling in de komende jaren. Voor 2006 is gekozen om te sturen op een realisatie van 1892,9 SE’s. Om te toetsen wat voor een consequenties deze keuze heeft voor de jaren daarna zijn de variabele bedrijfsgegevens van Breed ingevuld in het subsidieverdeelmodel. Dit laat het volgende beeld zien:
ontwikkeling taakstelling, 1998 t/m 2009 2.100,00 2.050,00 2.000,00 1.950,00 1.900,00 1.850,00 1.800,00 1.750,00 1.700,00 1.650,00 1.600,00 1998
1999
2000
2001
2002
aantal (SE's)
Breed/Planning & Control
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Realisatie
15
Tegenover een voor 2006 verwachte taakstelling van 1900,28 SE’s staat een begrote gesubsidieerde formatie van 1892,86 SE’s. Uit deze grafiek blijkt dat voor de komende meerjarenperiode onder voorbehoud dat geen grote wijzigingen in de landelijke variabelen zullen optreden en bij gehanteerde realisatievoornemens, geen overrealisatie zal optreden. Dit voorbehoud geldt nadrukkelijk omdat de landelijke factoren zoals bijvoorbeeld de omvang van de landelijke wachtlijsten, landelijke vacatureruimte etc. een cruciale invloed kunnen hebben voor het meerjarenbeeld. De voorlopige landelijke cijfers over 2004 laten voor het tweede opvolgende jaar een forse stijging van de landelijke wachtlijst zien. Bedroeg de landelijke wachtlijst in 2003 8.313 SE’s, over 2004 is de voorlopige uitkomst 12.118 SE’s. Daar de wachtlijst van Breed niet in dezelfde mate is toegenomen, betekent dit dat het aandeel van Breed in de landelijke wachtlijst kleiner is geworden. En dit werkt meteen door naar de verwachte taakstelling voor 2006: in de eerste begrotingswijziging 2005 werd nog uitgegaan van een taakstelling van 1936,40 SE’s in 2006. Als gevolg van de wijzigingen in deze landelijke gegevens komen taakstelling en begrote gesubsidieerde formatie dicht bij elkaar te liggen. De gewijzigde regelgeving met betrekking tot wachtlijstbeheer en met name dat personen die om verwijtbare redenen langer dan 12 maanden op de wachtlijst, niet meer mee tellen bij het berekenen van de taakstelling voor het jaar t+2 heeft in 2007 pas effect. In het subsidieverdeelmodel is deze variabele ingebouwd. Op de volgende onderdelen is het subsidie verdeelmodel verder geactualiseerd: 1. Landelijke (voorlopige) en Breed gegevens over 2004 (die weer de taakstelling voor 2006 bepalen) 2. De omrekenfactor van fte’s naar SE’s is, gelet op de werkelijke cijfers over 2004, gezet op 1,0214. Deze bedroeg 1,01895 in het subsidieverdeelmodel zoals gepresenteerd in de eerste begrotingswijziging 2005. 3. Met het CWI zijn werkafspraken gemaakt met betrekking tot het aantal indicatie adviezen. Voor 2005 is uitgegaan van 300 adviezen, waarvan 80% positief luidt. Voor 2006 en volgende jaren is gecalculeerd met 250 indicatieadviezen met een gelijke positief adviespercentage. Het subsidiebedrag per SE is voor 2006 begroot op € 24.766 en is gebaseerd op onderstaande calculatie: Basis Subsidiebeschikking 2005 € 24.062,88 BIJ compensatie arbeidsvoorwaarden 1,575% in 2005 +€ 378,99 BIJ compensatie arbeidsvoorwaarden 1,325% in 2006 +€ 323,85 Te begrote subsidie per SE € 24.765,73 Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 is er sprake van een toename van de Rijksvergoeding met € 1.432.332. Dit verschil is in aantal en vergoeding als volgt te verklaren: Hoger aantal SE’s Hogere vergoeding per SE Totaal
(1892,86 - 1852,5) * € 24.532,11 (€ 24.765,73 - 24.155) * 1892.86
= € 990.116 = € 442.210 € 1.432.326
2. WVA Begroot is hier een bedrag van € 175.000, een vermindering van € 300.000 ten opzichte van de begroting 2005. In het meerjarenperspectief bij de begroting 2004 en in het strategisch plan was voor 2006 rekening gehouden met een afname van deze inkomsten tot het niveau van 200.000. Deze daling is het gevolg van gewijzigde wetgeving. Startend in 2003 wordt de wet vermindering afdrachten voor lage lonen en langdurig werkloos in 4 jaar afgebouwd.
Breed/Planning & Control
16
Met ingang van 1 januari 2006 stopt de regeling voor lage lonen. Het voor 2006 begrote inkomstenbedrag betreft het laatste jaar van inkomsten uit de regeling langdurig werkloos (€ 75.000) en voor € 100.000 in verband met de WVA korting onderwijs. Deze laatste regeling blijft ook in 2007 en volgende jaren vooralsnog bestaan. 3. WAO restitutie Betreft de van het UWV ontvangen compensatie voor medewerkers die langer dan 1 jaar ziek zijn. Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 is hier een verdere daling van de inkomsten met € 100.000 meegenomen. Voorgesteld is om per 1 januari 2006 de WAO te vervangen door een nieuwe wet; de Wet WIA (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen). Een wetsvoorstel is naar de Tweede Kamer gestuurd. Als gevolg van deze wetswijziging zullen naar verwachting deze inkomsten in 2006 afnemen. Het bedrag dat nog opgenomen staat, is een inschatting van de effecten van mogelijke overgangsregelingen. Er bestaat momenteel nog veel onduidelijkheid over de precieze wetgeving in 2006 en de uitvoering en daarmee over de daadwerkelijk te verwachte financiële effecten. 4. Salarissen, sociale lasten Wsw Hier zijn de salariskosten voor het Wsw personeel begroot. Qua aantal gaat het hier om de medewerkers die in dienst zijn van Breed. Begeleid Werken valt hier dus buiten. De salariskostenbegroting is gebaseerd op fte’s. De keuze voor het sturen op een bedrijfsomvang van 1892,86 SE is de basis voor het aantal verloonde Wsw fte’s voor 2006. Uitgaand van gemiddeld 117,15 fte’s die via Begeleid Werken worden geplaatst en een omrekeningsfactor van 1,0214 in verband met de handicapcode zwaar, betekent dit een aantal van 1736,05 verloonde fte’s. Rekening is gehouden met een stijging van de salariskosten Wsw in 2005 van 1,575% ten opzichte van het gemiddeld salariskostenniveau van 2004. Voor 2006 is een stijging van 1,375% gehanteerd. Deze percentages zijn deels afkomstig uit het onderhandelingsakkoord CAO Wsw zoals dat er nu ligt en dat een looptijd heeft van 1 april 2005 tot 1 januari 2006. Deze begrote stijging ten opzichte van het gemiddeld salarisniveau 2004 is als volgt opgebouwd: 2005 ten opzichte van werkelijk 2004: Eenmalige uitkering 0% CAO ontwikkeling 0,375%(0,5% per 1 april 2005) WAO/WW/pensioenpremie 0,5% Periodieken 0,6% Overgang naar functieloon 0,1% 2006 ten opzichte van calculatie 2005: Eenmalige uitkering 0% CAO ontwikkeling 0,125%(0,5% per 1 april 2005) WAO/WW/pensioenpremie 0,5% Periodieken 0,6% Overgang naar functieloon 0,1% Voor 2006 is dus rekening gehouden met de doorwerking van de kosten van het onderhandelingsakkoord zoals dat er nu ligt. Er zijn geen inschattingen gemaakt voor de effecten op de salariskosten van nieuwe CAO’s. Ook in de vergoedingensfeer (rijkssubsidie) is hiermee geen rekening gehouden. Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 nemen de Wsw salariskosten toe met circa € 138.000. Deze toename is als volgt opgebouwd:
Breed/Planning & Control
17
A. Effect van een lagere verloonde Wsw formatie: van 1749,55 fte’s begroot voor 2005 naar 1736,15 fte’s in 2006 betekent een voordeel van € 362.800. B. Effect van een hogere salarissom per fte: van € 26.778 per fte begroot voor 2005 naar € 27.113 per fte in 2006 betekent een nadeel van € 581.000. C. Een lagere bedrag aan doorbetaling aan de stichting Werkplaats de Hulsen ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 levert een voordeel op van € 80.000. Voor 2006 bedraagt het begrote bedrag voor doorbetaling aan De Hulsen € 106.407 en bestaat uit het verschil tussen de rijksvergoeding voor 42,67 SE werkzaam bij De Hulsen en de salariskosten Wsw voor deze groep. Dit is in het verlengde van het managementcontract 2005 zoals dat door het Bestuur en de Stichting De Hulsen is opgesteld. 5. Vervoerskosten De vervoerskosten bestaan uit twee componenten. Ten eerste uit het saldo tussen de vergoeding van Breed aan Wsw medewerkers voor woon- werkvervoer en de door Breed op de medewerkers ingehouden eigen bijdrage. De tweede component bestaat uit de kosten voor collectief woon-/ werkvervoer (€ 361.000) Tegenover de eerste begrotingswijziging 2005 een toename van € 14.515, als gevolg van een indexering van deze kosten met 1,7%. Als gevolg van het nu voorliggende onderhandelingsakkoord Wsw dalen de eigen bijdragen van Wsw medewerkers in de kosten van woon-werkvervoer. In 2004 was er sprake van een eigen bijdrage van € 34,10 per maand, met ingang van 1 april 2005 wordt deze € 25 per maand. Voor 2006 betekent dit dat de inkomsten in de vorm van eigen bijdrage afnemen met € 167.500. Ook nemen de kosten van het woon–werkvervoer voor de Wsw toe door het hogere aantal medewerkers. Voor 2006 is een stijging begroot van € 62.900. 6. Overige personeelskosten De voor 2006 begrote personeelskosten Wsw zijn als volgt opgebouwd. Kosten BGZ : € 350.000 Studiekosten Wsw : € 368.823 Werkkleding : € 127.500 Kinderopvang : € 45.000 Overige personeelskosten : € 269.540 Tegenover de eerste begrotingswijziging 2005 een toename van € 23.262. Deze komt door een verhoging van het opleidingsbudget Wsw met circa € 18.000 in verband met specifieke opleidingseisen bij een aantal rve’s. 7. Kosten indicatie Met ingang van 1 januari 2005 is de indicatiestelling overgedragen aan het CWI. Deze post is in de begroting 2006 nog genoemd voor een vergelijking met de indicatiekosten 2004. 8. Kosten Begeleid Werken Zowel in de eerste begrotingswijziging 2005 als in deze begroting 2006 is door Breed met een toename van Begeleid Werken van 25% van de instroom rekening gehouden. Voor 2006 is de instroom geraamd op 90 fte’s. Uitgaand van de doelstelling van 25% komt dit neer op een groei met 22,5 fte’s. Gecombineerd met de eindstand 2004 (64,7 fte’s) en de groei in 2005 betekent dit een gemiddelde stand in BW van 117,15 fte’s voor 2006. De kosten voor Begeleid Werken bestaan uit loonkostensubsidie en begeleidingskosten voor de organisatie waarbij deze mensen in dienst zijn. Kijkend naar het gemiddeld kostenniveau 2004 wordt voor 2006 een budget van € 1.962.936 begroot, € 16.755 per fte. Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 komt het budget BW circa € 1.081.000 hoger uit. Dit wordt veroorzaakt door hogere aantallen Begeleid Werken; 69,4 fte’s in de eerste begrotingswijziging 2005 versus 117,15 fte’s in de begroting 2006 (financieel effect: € 606.807) en
Breed/Planning & Control
18
doordat het begrote bedrag per fte dat wordt ingezet voor loonkostensubsidie en begeleidingskosten voor 2006 hoger ligt (financieel effect: € 476.537). 9. Netto Toegevoegde Waarde De hier voor 2006 begrote netto toegevoegde waarde is de consolidatie van de door de managers van Breed verwachte netto opbrengsten. Tegenover de eerste begrotingswijziging 2005 neemt deze toe met circa 618.500. Deze begrote toename is het gevolg van diverse ontwikkelingen. Samengevat: A. Verwacht wordt een toename van het aantal medewerkers dat via een individuele detachering geplaatst wordt. In de plannen zoals die er momenteel voor 2006 liggen wordt door de managers aangegeven dat zij verwachten dat vanuit de huidige rve’s medewerkers beschikbaar komen voor individuele detachering. Voor 2006 betekent dit een toename van de netto opbrengsten met € 461.770. B. Het terugbrengen van de activiteiten en het doorlichten van de orderportefeuille van de afdeling Metaalbewerking betekent naar verwachting een lagere bruto opbrengst van € 491.690, maar ook een lager materiaalverbruik van € 309.117. C. De kwekerij begroot een lager materiaalverbruik van € 71.650 als gevolg van het zelf opkweken van stekken. D. Bij Electro wordt een lager materiaalverbruik verwacht doordat er meer opbrengsten worden gegenereerd via groepsdetacheringen. Per saldo resulteert dit in een positieve bijstelling van € 81.100. E. De groen afdelingen van Breed verwachten voor 2006 dat een intensievere begeleiding van de medewerkers zal resulteren in een hogere opbrengst van circa € 107.000. 10. Ambtelijke salarissen Uitgangspunt bij de raming van de ambtelijke salarissen is geweest het salarisniveau van januari 2005. Vervolgens is rekening gehouden met een stijging van 1,5% in 2005 en 2006 en het effect van de periodieke verhogingen. Hierbij zijn dus de uitgangspunten gevolgd zoals genoemd in de begrotingsrichtlijnen van het portefeuillehoudersoverleg Financiën regio Nijmegen. Daarbij wel de kanttekening geplaatst dat als gevolg van voornemens voor wijziging van de pensioen- en ziektekostenverzekeringen het op dit moment onduidelijk is of de begrote jaarlijkse stijging van 1,5% toereikend zal zijn. Naar verwachting zal eind dit jaar deze duidelijkheid wel kunnen worden geboden en zullen de effecten worden meegenomen in de eerste begrotingswijziging 2006. Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 nemen de ambtelijke salariskosten toe met € 281.077. De begrote toename bestaat uit de volgende componenten: a. Zes vacatures voor werkleiding Groen en Personeelsfunctionarissen € 304.662 b. Het vervallen van de salariskosten voor 2 medewerkers i.v.m. ontslag van 2 medewerkers en het schrappen van een managersvacature € 249.687 c. De begrote salarisverhoging van1,5% in 2006 € 98.000 d. Stijging van de pensioenpremies in 2005 € 100.000 e. Effect van de periodieke verhogingen in 2006 € 40.000 Het totale aantal vacatures in de begroting 2006 komt daarmee uit op 12. 11. Salarissen, ambtelijk direct Betreffen de salariskosten van het ambtelijk personeel werkzaam op de schoonmaakafdeling van Breed. Voor de berekening van de salariskosten is een gelijke systematiek gevolgd als bij de hierboven beschreven post. 12. Kosten directe inleen Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 neemt deze post af met € 37.000. Dit wordt veroorzaakt doordat de ondersteuning bij Detacheringen in de vorm van een ingehuurde jobcoach inmiddels intern is opgelost.
Breed/Planning & Control
19
13. Kapitaallasten Voor 2006 is een investeringsbudget begroot van € 848.015. Een specificatie van de diverse onderdelen is opgenomen in het investeringsplan 2006. Ten behoeve van het begroten van deze post zijn de investeringen zoals opgenomen in het investeringsplan 2005 doorgerekend qua afschrijvingslasten naar 2006. De voor 2006 begrote investeringen leiden tot een afschrijvingslast van circa 82.000 in 2006. Het structurele effect van deze investeringen bedraagt € 164.000. 14. Huur / lease Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 nemen de huurkosten met € 28.557 af als gevolg van minder benodigde te huren ruimte bij de kwekerij en lager overeengekomen huurprijzen voor een van de panden van Breed. 15. Onderhoudskosten Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging zijn de belangrijkste wijzigingen die voor een lichte verhoging van het budget zorgen de extra aanschaf van inventaris en kleine machines. 16. Energieverbruik Betreft de kosten van elektriciteit, gas, water en brandstof. Ten opzichte van de eerder afgegeven kostenbudgetten worden hier geen substantiële wijzigingen verwacht. 17. Belastingen en verzekeringen Betreft de kosten van de OZB, en zuiveringslasten, naast de begrote premies voor brand, WA, bedrijfsschade en overige verzekeringen. Tegenover de eerste begrotingswijzing 2005 nemen de kosten af met € 18.663. Voor 2005 waren de te betalen OZB en waterschapslasten te hoog begroot. 18. Algemene kosten Deze post is divers van karakter en bestaat uit de kosten voor algemene hulpstoffen, gereedschap, inhuur interims reis- en verblijfskosten, reclamekosten etc. Ten opzichte van de eerste begrotingswijziging 2005 nemen de kosten af met € 42.373. Dit wordt met name veroorzaakt doordat bij Metaal geen kosten voor stempels en matrijzen meer verwacht worden. 19. Diverse lasten Hier zijn begroot de kosten voor schadevergoedingen en desinvesteringen voor diverse machines. Ten opzichte van de eerder afgegeven begrotingscijfers zijn de veranderingen marginaal. 20. Voorzieningen Ten opzichte van de begroting 2005 nemen de begrote stortingen in de voorzieningen af met € 13.964. De dotatie aan de voorziening dubieuze debiteuren neemt met € 5.000 toe als gevolg van een hoger bruto opbrengst. De dotatie aan de voorziening groot onderhoud is gelijk aan het voor 2005 begrote niveau. De dotatie aan de voorziening stroomlijning neemt per saldo af door lagere uitkeringsbedragen en lager aantal. In deze begroting is separaat een overzicht met de onttrekkingen en dotaties in de voorzieningen opgenomen. 21. Reorganisatiekosten Hier werden begroot en verantwoord de verplichtingen van Breed aan personeel als gevolg van de reorganisatie 1996. In november 2005 lopen deze af. 22. FPU Gemeenten 2003 Hier zijn begroot de kosten van de FPU gemeenten voor die medewerkers van Breed die van deze regeling gebruik maken. Daarnaast worden hier ook de aanvullende uitkeringen op begroot. Breed/Planning & Control
20
Het gaat hier om aanvullingen op de FPU gemeenten verstrekt aan medewerkers in de leeftijd van 56 tot 61 jaar die gebruik maken van de FPU gemeenten. De uitkeringen en de regelingen zijn vastgesteld in de vergadering van het Dagelijks Bestuur van Breed van 7 november 2003. Daar Breed hiermee verplichtingen is aangegaan met een maximale termijn van 10 jaar, worden deze met ingang van de begroting 2004 afzonderlijk verantwoord. Ten opzichte van de eerder afgegeven begroting nemen deze kosten met € 10.070 af omdat een aantal deelnemers aan deze regeling 65 jaar worden in 2005 respectievelijk 2006.
Breed/Planning & Control
21
6. Meerjarenperspectief 2006-2009
Breed/Planning & Control
22
7. Toelichting op het meerjarenperspectief 2005 tot en met 2009 Algemeen Bijgaand meerjarenperspectief is gebaseerd op de begroting 2006 die een eerste concretisering biedt van de uitvoering van het strategisch plan en de effecten daarvan voor het komend jaar. De begroting 2006 is basis geweest voor de doorrekening naar de komende jaren. Bij het interpreteren van dit perspectief dient rekening te worden gehouden, zoals bij ieder meerjarenoverzicht, dat verder in de tijd de mate van zekerheid aanzienlijk afneemt. De uitkomst van dit meerjarenbeeld laat een afname van het nadelig exploitatieresultaat per SE zien van € 1.131 in 2006 naar € 847 in 2009. De verdere uitwerking en concretisering van het strategisch plan in dit meerjarenperspectief volgt de lijn van de daarin geschetste rendementsverbetering. Echter, niet in 2008, maar in 2009 wordt verwacht dat de gemeentelijke bijdrage op het niveau van € 850 per SE zal uitkomen. Deze afwijking treedt met name op als gevolg van formatieve ontwikkelingen (lagere formatie aantallen in 2008) waardoor er minder mogelijkheden zijn om het subsidieresultaat te verbeteren. Teneinde toch te voldoen aan de doelstelling in het strategisch plan om in 2008 de gemeentelijke bijdrage per SE op het niveau van maximaal € 850 te brengen is een verbeteringsdoelstelling van € 140.000 opgenomen. Rijksvergoeding en bedrijfsomvang Vertrekpunt voor de begroting 2006 en voor het meerjarenperspectief is de bedrijfsomvang. Herhalend wat reeds in de toelichting bij de begroting 2006 werd opgemerkt stuurt Breed qua bedrijfsomvang (uit te drukken in SE’s) op de gesubsidieerde taakstelling (is eveneens in SE’s) zoals vermeld in de subsidiebeschikking van het ministerie van SoZaWe. In zijn essentie komt de sturing er op neer dat gekeken wordt welke groei reëel is, gelet op de opnamecapaciteit van de organisatie, voor de komende meerjarenperiode. Vervolgens wordt onderzocht, door deze gegevens in te vullen in het subsidie verdeelmodel, of deze keuze leidt tot ongewenste consequenties voor de omvang van de taakstelling. Het door Breed voor de komende jaren voorgestelde geleidelijke toename van 1892,86 SE’s in 2006 naar 1960,27 SE’s in 2009, dus een gemiddelde jaarlijkse groei van circa 16,85 SE’s vanaf 2006, blijkt niet te leiden tot ongewenste overrealisatie. In 2007 zal de instroom vanuit de wachtlijst zeer beperkt zijn (31 fte’s). In 2008 en 2009 zal de instroom toenemen tot respectievelijk 160 en 150 fte’s. In het meerjarenperspectief is de rijksvergoeding gebaseerd op de hierboven genoemde aantallen. Voor de hoogte van de rijksvergoeding is uitgegaan van het voor 2006 begrote niveau van € 24.766 per SE. Loonkosten subsidies en WAO restituties Vanaf 2003 wordt de WVA afgebouwd. Als gevolg daarvan nemen deze inkomsten in de komende jaren ten opzichte van de begroting 2006 structureel af met € 75.000. Een bedrag van € 100.000 is structureel meegenomen in het meerjarenperspectief zijnde inkomsten uit de WVA korting onderwijs. Naar verwachting blijft deze regeling gehandhaafd. Met ingang van 2007 zijn geen WAO ontvangsten meer meegenomen. Het voor 2006 begrote bedrag is een inschatting van ontvangsten uit een mogelijke overgangsregeling bij het opheffen van de WAO in 2006. Met ingang van 1 januari 2006 zijn de WIA en TIA van kracht. Met ingang van 2007 zijn dus geen WAO ontvangsten meer te verwachten. Salariskosten Wsw. De omvang van de verloonde Wsw formatie voor de komende jaren is een afgeleide van de gekozen bedrijfsomvang uitgedrukt in SE‘s. Voor de jaren 2006 tot en met 2009 neemt de verloonde Wsw formatie af van 1736,05 fte in 2006 naar 1724,30 fte’s in 2009.
Breed/Planning & Control
23
Dit is op het eerste gezicht misschien verwonderlijk gelet op de groei in SE’s. De verklaring ligt erin dat de instroom vanuit de wachtlijst deels (voor 25%) naar Begeleid Werken gaat. De resterende instroom is niet toereikend om de reguliere uitstroom uit de Wsw (onder meer door pensioen, TOP) te compenseren. Bij het begroten van de salariskosten Wsw is in het meerjaren perspectief uitgegaan van het voor 2006 begrote gemiddelde salarisniveau. Vervoerskosten en overige personeelskosten Voor de bepaling van de omvang van de vervoerskosten en de overige personeelskosten is de begroting 2006 uitgangspunt geweest. De mutaties die in het meerjarenperspectief zichtbaar worden vloeien voort uit de schommelingen in de verloonde Wsw formatie waar deze kosten qua omvang aan gerelateerd zijn. Kosten indicatie Doordat met ingang van 1 januari 2005 de indicatie wordt uitgevoerd door het CWI zijn hiervoor geen kosten meer opgenomen. Kosten Begeleid werken Qua omvang is rekening gehouden met een jaarlijkse groei in Begeleid Werken gelijk aan 25% van de instroom in de Wsw. Voor de jaren 2006 tot en met 2009 wordt rekening gehouden met een instroom van 107,75 fte’s. Aan het eind van deze meerjarenperiode bedraagt het aantal plaatsingen Begeleid Werken 199,07 SE’s gemiddeld met een eindejaarstand 2009 van 218,22 SE’s. Voor de berekening van de kosten is uitgegaan van de gemiddelde kosten in 2004 en is voor de instroom rekening gehouden met een bedrag van € 18.500 per SE voor loonkostensubsidie en begeleiding. Netto Toegevoegde Waarde Door de managers van Breed is met name aangegeven op basis van het strategisch plan, op welke wijze zij hieraan in 2006 invulling gaan geven. Dit heeft zijn vertaling gekregen in de formatieplannen en opbrengstverwachtingen voor 2006. De voor 2006 begrote opbrengst is uitgangspunt voor de hier gepresenteerde meerjaren opbrengstontwikkeling. Binnen de drie operationele clusters zijn inmiddels ook al meer tastbare plannen voor de komende meerjarenperiode. Daarin wordt met name ingezet op Groepsdetachering (bij de afdelingen Grafische dienstverlening en Vlakstoffering) en toename van individuele detacheringen. Deze plannen zijn gekwantificeerd zowel qua formatie als bijbehorende opbrengstverwachting. Gelet op de risico’s die er qua uitvoering en onderlinge afstemming zullen optreden zijn deze voor een deel meegenomen in het meerjarenperspectief. Als gevolg hiervan neemt de netto toegevoegde waarde in totaal toe met circa € 703.000. Ambtelijke salarissen In de meerjaren calculatie voor de ambtelijke salarissen is uitgegaan van een jaarlijkse kostenstijging van 1,5% ten opzichte van het voor 2006 begrote niveau. De omvang van de ambtelijke formatie, zowel indirect als direct, is constant gehouden. Afschrijvingen en rentekosten In de meerjarenraming is het totaal van de afschrijvingslasten constant gehouden. De redenering hierachter is dat wordt verwacht dat de nieuwe afschrijvingen voor investeringen in de jaren 2007 tot en met 2009 kunnen worden opgevangen door lagere afschrijvingen voor de huidige activa. Dit gecombineerd met een lager investeringsniveau als gevolg van de afbouw van industriële activiteiten legitimeert het uitgaan van een constant afschrijvingsniveau. Voor 2007 en volgende jaren is rekening gehouden met een constant bedrag van circa € 287.000 voor de financiering van de bedrijfsvoering van Breed.
Breed/Planning & Control
24
Overige kosten Voor de kosten van onderhoud, energie, belasting- en verzekeringspremies en algemene kosten is ten opzichte van de begroting 2006 rekening gehouden met een jaarlijkse stijging van 1,73%, gelijk aan het percentage genoemd in de begrotingsrichtlijnen van het portefeuillehoudersoverleg Financiën regio Nijmegen. De lease kosten nemen in de totale periode toe met € 52.000. Deze kostenstijging hangt samen met het te ontwikkelen project groepsdetachering bij de post. De meeropbrengsten daarvan zijn eveneens in het meerjaren verwerkt. Voorzieningen De begrote dotaties aan de voorzieningen volgen een gelijke systematiek als in de begroting 2006. De begrote dotatie in de voorziening dubieuze debiteuren is gerelateerd aan de bruto opbrengstontwikkeling (0,8%). De dotatie aan de voorziening stroomlijning neemt jaarlijks met 1,5% toe gelijk aan de hier gecalculeerde salariskostenontwikkeling ambtelijk. De dotatie aan de voorziening groot onderhoud is vooralsnog op het niveau van de begroting 2006 gehouden. Met ingang van 2007 is rekening gehouden met een storting van € 25.000 in de voorziening voorraden in verband met de afbouw van productie activiteiten. FPU gemeenten Ten opzichte van 2006 nemen de kosten enigszins af doordat een aantal deelnemers 65 jaar is geworden. Voor de overige jaren is deze post constant gehouden.
Breed/Planning & Control
25
8. Toelichting op de financiële positie A. Investeringsplan 2006
Breed/Planning & Control
26
B. Overzicht van opgenomen leningen en uitgezette leningen 2006
Breed/Planning & Control
27
C. Overzicht toevoegingen en onttrekkingen aan reserves en voorzieningen
Breed/Planning & Control
28
D. Renterisiconorm en kasgeldlimiet
Breed/Planning & Control
29
9. Overzicht van de begrote gemeentelijke bijdragen
Breed/Planning & Control
30
10. Besluit begroting 2006 Het Algemeen Bestuur van WNO bedrijven heeft in zijn openbare vergadering van 24 juni 2005 de begroting 2006 vastgesteld en de bijdragen van de deelnemende gemeenten als volgt bepaald: € 59.000 voor bestuur- en beheerskosten € 42.146 voor het project Arbeidsachtige Opvang € 2.141.596 als bijdrage in de exploitatie. Dit conform de specificatie zoals opgenomen in begroting 2006, onderdeel 9.
Nijmegen, 24 juni 2005 Het Algemeen Bestuur,
H.T.M. Scholten voorzitter
Breed/Planning & Control
G.W.J. Hendriks secretaris
31