Waar ben ik vol van II
AVONDMAALSVIERING ‑KONINGSKERK 08 - 03 - 2009
“Waar ben ik vol van? – van mezelf?”
Schriftlezing: Matt. 12: 33 - 37 (NBV)
Inleiding:
Ik wil vanmorgen over een ontzettend moeilijk, gevoelig onderwerp preken. Ik kan je haast garanderen: tijdens de preek zul je telkens het gevoel krijgen: ik weet precies waar hij het over heeft. – Ik ken ook zo-iemand.
En dan krijg je het gevoel: nu gaat het over die persoon op mijn werk… Of misschien: ja, inderdaad, ik ben met zo-iemand getrouwd. Dat is mijn man/vrouw ten voeten uit… Of je moet opeens aan je vader denken, of aan je moeder… Ik wil je vragen, aanraden: denk vanmorgen niet aan iemand anders. Behandel de boodschap alsof hij voor jóú bedoeld is.
Jezus zegt:
Waar het hart vol van is, daar loopt de mond van over. Als je dus wilt weten waar je vol van zit, als je wil weten wat allemaal hier binnenin is, hoef je alleen maar naar jezelf te luisteren. Luister naar waar je over praat en hoe je erover praat, en heel snel weet je al waar je vol van bent. Een grote, belangrijke waarheid die hierbij aansluit: dit waar je vol van bent, bepaal ook je leven. Het kan niet anders.
1/6
Waar ben ik vol van II
Een vorige keer hadden we het over het onderwerp: “Waar zijn we vol van? – van mensen?” Vanmorgen is ons thema: “ Waar ben ik vol van? – van mezelf ?” De eerste stelling die ik n.a.v. dit thema met jullie wil delen, is vrij heftig, haast schokkend:
1. Mensen die vol zijn van zichzelf worden nooit echt gelukkig
Als je vol bent van jezelf, zul je altijd het gevoel krijgen: ik word tekort gedaan. Ik kom niet tot mijn recht. Voortdurend zul je het gevoel hebben dat mensen je teleur stellen. Want je maakt jezelf, jóú voor- en afkeuren, jóú verwachtingen tot maatstaf. En dan ontdek je al heel snel dat de meeste mensen niet voldoen aan je maatstaven. Je verwacht dat anderen zullen zijn zoals jij wilt dat ze moeten zijn. Maar helaas, dat gebeurt haast nooit. (Dat is ook het probleem met racisten en met mensen die problemen hebben met buitenlanders: Zodra mensen ánders zijn dan dat ik ben - cultureel, of qua huidskleur, of taal -, dan passen ze niet in mijn verwachtingspatroon; ze voldoen niet aan mijn maatstaf. En onmiddellijk bejegen ik ze met een bepaald achterdocht. Ik heb moeite met ze. Ze bevallen me niet). Mensen die vol zijn van zichzelf, is er zeer gevoelig voor dat ze tekort gedaan of te na gekomen worden. Wat anderen hen hebben aangedaan, weegt zwaarder dan wat God voor hen heeft gedaan . Daarom kunnen ze heel moeilijk vergeven, en heel moeilijk loslaten.
Denk hier goed over na: is het niet soms bij een ieder van ons het geval?: Wat anderen mij aandoen, of hebben aangedaan, weegt voor me vaak zwaarder dan wat God voor me heeft gedaan! Als dat het geval is, kan ik maar weten: ik ben nog heel erg vol van mezelf!
Als ik vol ben van mezelf, heb ik heel sterk de neiging om op mijn rechten te staan.Ik dring aan op mijn volle pond vlees. Opkomen voor mezelf. Ik sta op mijn strepen.
Dat is ook een beetje het probleem: in deze West-Europese samenleving waarin we leven, en die gekenmerkt wordt door individualisme, worden wij geleerd dat ik, de individu, het belangrijkste is.
2/6
Waar ben ik vol van II
Let maar op de reclame: het gaat om mij; het draait om mij;
alles rondom mij – van de supermarkt, tot de kledingwinkel, de bank en de televisiezenders –alles is gericht op míjn voorkeuren, smaken en behoeften.
Maar één ding weet ik zeker: de West-Europese samenleving met zijn grote klem op individualisme en materialisme staat er niet echt bekend voor dat het gelukkige mensen oplevert. Integendeel! – er is heel veel vereenzaming, heel veel ontevredenheid en onbehagen, ondanks al onze rijkdommen.
Iemand vertelde mij onlangs iets heel treffends: dicht bij hun huis stonden er een kerk en een supermarkt recht tegenover elkaar. En, zegt ze, het is haar nog altijd opgevallen hoe misnoegd en ontevreden de mensen die uit de supermarkt komen eruit zien, en hoe vrolijk en ontspannen degenen die uit de kerk komen. (En toen dacht ik bij mezelf: dat is nu echt een kerk van de goede soort!)
Wij worden als het ware met de paplepel ingegeven dat we moeten opkomen voor onszelf. Staan op onze rechten. Het probleem echter is dat het op een gegeven moment in botsing komt met het Evangelie van Jezus Christus. Jezus leerde ons anderen voor te laten gaan; Hij leerde ons het minste te zijn, de andere wang te keren.
Als ik zeg: “Ik laat niet over mij heen lopen”, heeft satan waarschijnlijk al een paar keer over me heen gelopen Dat zelfhandhaving, dat staan op mijn rechten gaat vaak ten koste van een stuk Evangelie. Het gaat vaak ten koste van een stuk vriendelijkheid, zachtmoedigheid, medemenselijkheid.
Dit is de trieste constatering vanmorgen: mensen die vol zijn van zichzelf worden nooit echt gelukkig!
3/6
Waar ben ik vol van II
2. Vol van mezelf = mezelf en anderen pijn doen
Mensen die vol zijn van zichzelf, zijn heel vaak ontevreden en bitter.
Vijf keer zegt Jezus in de Evangeliën: Wie zijn leven probeert te behouden zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij, die zal het behouden
Hoe meer je vol bent van jezelf, hoe meer dat je kapot gaat aan jezelf. Het kleinste en het geringste dat mensen doen om je te na te komen of te kwetsen, groeien uit tot iets verschrikkelijks; Het wordt altijd groter en erger dan dat het is. En dat proberen andere mensen je dan duidelijk te maken, maar wat zij zeggen maakt geen indruk: alleen wat jij ervaar, en alleen zoals jij het ziet en interpreteert is van belang.
Mensen die vol zijn van zichzelf zijn vaak hypergevoelige mensen; Ze worden gekenmerkt door heel lange tenen.
En tezelfdertijd zijn ze hyper-ongevoelig naar anderen. Dat is heel opmerkelijk: heel gevoelig over wat andere zeggen, wat anderen jegens je doen, hoe ze je behandelen… Maar dan zeg je zelf dingen, en doe je dingen naar anderen die ontzettend ongevoelig, kwetsend, beledigend zijn. En als ze er dan op reageren, ben je stomverbaasd. Waarom trekken ze zich dat zo aan? Waar- om zijn ze zo gevoelig?
Ouders die vol zijn van zichzelf, kunnen heel veel schade aanrichten bij hun kinderen. Gereformeerde vaders (en waarschijnlijk ook Hervormden, en andere gezindten) hebben de naam dat ze heel erg dominerend konden zijn. Hun woord is wet. Ze dulden geen tegenspraak. En dan zeggen ze, of ze gaan ervan uit dat het zo hoort. Dat dat is wat de Bijbel leert. Maar dat is natuurlijk absoluut niet waar. De Bijbel leert ons juist zachtmoedigheid en bescheidenheid; het leert ons de geest en de gezindheid van Jezus.
Moeders kunnen ook zo vol zijn van zichzelf (“stofzuiger-moeders”) dat ze altijd bezig zijn met hun eigen emoties, problemen, klachten, emotionele behoeften, ziekten en kwalen, dat ze nooit echt toekomen aan liefde, aandacht en verzorging geven aan hun kinderen.
4/6
Waar ben ik vol van II
Vol-zijn van jezelf = jezelf en anderen pijn doen en beschadigen.
3. Vol van mezelf = beperkt door mezelf -
Wanneer ik vol bent van mezelf, sta ik heel vaak het geweldige, het mooie, het gezegende dat God van mijn leven wil maken in de weg. Deze gedachte greep me aan vorige zondag, toen ds. Koekkoek hier preekte. Weet je het nog? – dat gedeelte over Abraham, Gen. 15: Abraham zit vol klachten, vol ontevredenheid, vol teleurstelling over zijn eigen leven. Hij zit als het ware vol van zichzelf. Zelfs wanneer God hem wil belonen, heeft hij er geen ruimte voor: ‘HEER, mijn God,’ antwoordde Abram, ‘wat voor zin heeft het mij te belonen? Ik zal kinderloos sterven, en alles wat ik bezit zal het eigendom worden van Eliëzer uit Damascus. U hebt mij immers geen nakomelingen gegeven; daarom zal een van mijn dienaren mijn erfgenaam worden.’ Merk je het?: geen uitzicht, geen ruimte voor verandering.
Maar gelukkig denkt God er anders over. Hij ziet een heel andere Abraham voor Zich. God ziet ruimte en perspectieven, juist daar waar Abram zo in de knoop zit met zichzelf. Maar de HEER sprak opnieuw tot hem: ‘Nee, niet je dienaar zal jouw bezittingen erven, maar een kind dat jijzelf zult verwekken.’ Let mooi op wat nu gebeurt: Daarop leidde hij Abram naar buiten. ‘Kijk eens naar de hemel,’ zei hij, ‘en tel de sterren, als je dat kunt.’ En hij verzekerde hem: ‘Zo zal het ook zijn met jouw nakomelingen.’ Abram vertrouwde op de HEER en deze rekende hem dit toe als een rechtvaardige daad. Soms is het goed om even naar buiten te gaan; Soms is het goed om weg te kijken van jezelf, en omhoog te kijken!
Zorg dat je nooit zo vol bent van jezelf, dat er geen ruimte meer is voor wat God in je leven wil doen!
Waar mogen we dan wel vol van zijn?
Om je deze vraag te beantwoorden, moeten we teruggaan naar het begin. Maar eerst wil ik – ik dit Darwinjaar – even bij het volgende stilstaan: De mensen in deze wereld, die van de apen
5/6
Waar ben ik vol van II
afstammen (dat sluit zo ongeveer twee-derden van de Engelsen in, want Darwin is een grote volksheld in Engeland, en het sluit ook iets minder dan de helft van de Nederlanders in, die naar eigen zeggen eveneens van de apen afstammen), hebben eigenlijk weinig keus: ze kunnen alleen maar vol apenstreken zijn; vol van hun voorgeslacht. Maar hier willen wij niet bij stilstaan. Nee, wij willen stilstaan bij degenen die door God geschapen zijn.
Kijk wat staat er geschreven: Toen maakte God, de HEER, de mens. Hij vormde hem uit stof, uit aarde, en blies hem levensadem in de neus. Zo werd de mens een levend wezen. Gen. 2: 7 Wij, die door God geschapen zijn, wij zijn vol van Gods Geest! Wij hebben de Heilige Geest in ons, daarom lijken wij op Jezus!
Om te weten waar we vol van zijn, moeten we opnieuw terug naar het begin – terug naar het begin van het Evangelie van Jezus. Johannes de Doper kondigt de komst en het optreden van Jezus aan, en Johannes zegt: Hij moet groter worden en ik kleiner. Joh. 3: 30 (NBV) ( GNB: H ij moet steeds meer op de voorgrond treden, en ik moet steeds meer naar de achtergrond verdwijnen .’)
Waar zijn we vol van? – wij zijn vol van Gods Geest, vol van Jezus!
Of, zoals Jezus het zo aangrijpend verwoord heeft: wij zijn vol van de liefde, de gerechtigheid, de zachtmoedigheid, de dienstbaarheid, de vrede van Gods Koninkrijk. Want Jezus zegt…, Hij raadt ons aan, als we werkelijk gelukkige, voorspoedige, tevreden, gezegende mensen willen zijn:
Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden. - Matt. 6: 33
Amen
6/6