Aflevering 1: Pantsers Lijn van het verhaal: Mensen hebben een skelet aan de binnenkant. Net zoals de meeste andere dieren met haren. Ook vogels, reptielen en amfibieën hebben dat. Maar je kan je skelet ook aan de buitenkant maken. Zoals bijvoorbeeld schildpadden, krabben en veel insecten. Dan heb je een schild of een pantser. Wat is nou eigenlijk een goed pantser? Tom en Yannick onderzoeken verschillende pantsers en hun eigenschappen. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - dat gewervelde dieren hun skelet aan de binnenkant hebben - dat dieren als schildpadden en krabben een pantser aan de buitenkant hebben - waarom dieren een pantser nodig hebben - waar sommige pantsers van gemaakt zijn Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 2: Poten Lijn van het verhaal: Niet alle dieren lopen op twee poten zoals wij mensen. Sterker nog, de meeste dieren lopen op vier poten. Of op 6, 8 of zelf 42. Waarom loopt de mens eigenlijk op twee poten? Het is namelijk nog best lastig. En waarom hebben we eigenlijk poten en geen wielen, is toch veel handiger? Tom en Yannick gaan op bezoek bij een heuse robotbouwer, daar komen ze er pas echt achter hoe moeilijk dat op twee poten lopen eigenlijk is. En ze doen een wedstrijd met een bijzondere tweevoeter. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - waarom de mens op twee benen is gaan lopen - welke aanpassingen er komen kijken bij het op twee benen lopen - dat landdieren zijn ontstaan uit dieren die in de zee leefden - verschillende soorten poten te herkennen Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 3: Koud hé Lijn van het verhaal Hoe kan het dat sommige dieren bij temperaturen dik onder nul kunnen blijven leven? Welke aanpassingen aan koude temperaturen hebben dieren? Tom en Yannick onderzoeken verschillende strategieën die dieren hebben om kou te doorstaan. Welke soorten vachten zijn er en hoe helpt een blubberlaag vet tegen de kou. En hoe overleven pinguïns temperaturen van wel -40 graden? Uiteindelijk komen ze zelfs tot een oplossing voor een eigen kou/warmte probleempje, geïnspireerd op de voeten van – jawel- een eend. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - hoe dieren zijn aangepast aan kou - hoe dieren zoals de egel de winter overleven - dat lucht een goede isolerende werking heeft - dat vet goed isoleert - hoe een warmtewisselaar werkt - dat water in vaste vorm (ijs) meer volume inneemt dan in vloeibare vorm Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41
Aflevering 4: Grip Lijn van het verhaal: Een slak lijkt misschien saai. Maar het is eigenlijk een superheld, een beetje als Spiderman. Een slak draait zijn hand er niet voor om, om tegen muren en zelfs plafonds te kleven. De slak heeft superveel grip dankzij zijn slijm. Maar hoe werkt dat precies? En kan hij beter plakken dan een andere kleefkoning, de gekko? Tom en Yannick onderwerpen deze kleefkunstenaars aan een serie experimenten, wie plakt het beste? Maar er zijn nog veel meer manier om je vast te grijpen, denk bijvoorbeeld maar eens aan slingerapen. Welke methode is nou het beste? Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - dat slakken slijm aanmaken en daardoor kunnen plakken - dat gekko’s speciale hechtlamellen hebben - dat er heel veel verschillende manieren zijn om grip te krijgen - verschillende dieren te noemen die een bijzondere manier van grip hebben - dat slingerapen hun staart als vijfde arm gebruiken Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 5: Een wijde blik Lijn van het verhaal: Roofdieren zoals leeuwen hebben de ogen voorop de kop. Daardoor kunnen zij goed diepte zien en inschatten, makkelijk voor bij het jagen. Maar hun blikveld is niet superwijd. En kijk dan maar eens naar een graseter zoals een antilope. Bij een antilope zitten zijn ogen aan de zijkant van zijn kop. Zo kan hij minder goed diepte zijn, maar hij heeft wel een ontzettend breed zichtveld. En dat is wel handig, want dan kan hij tenminste goed in de gaten houden of er geen leeuw aan komt. In de natuur heeft elk dier zijn eigen ogen. Tom en Yannick onderzoeken waarom welk dier welke ogen heeft. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - dat roofdieren hun ogen voorop hebben, goed diepte zien maar een klein zichtveld hebben - dat bij planteneters het zichtveld erg groot is zodat ze de omgeving in de gaten kunnen houden - dat er hele bijzondere ogen in het dierenrijk bestaan Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 6: Angst Lijn van het verhaal: Waarom zijn wij mensen soms bang voor de raarste dingen? Arachibutyrofobia bijvoorbeeld, bang voor plakkerig eten zoals pindakaas. Of acrofobie oftewel hoogtevrees. Ergens bang voor zijn kan heel nuttig zijn, zodat je niet op gevaarlijke hoogtes gaat rondlopen of giftige dieren gaat knuffelen. Maar soms kan het doorslaan en heb je er ook echt last van. Als je zo bang bent voor hoogte dat je niet eens het keukentrapje van je oma op durft dan gaat er iets verkeerd. Onze Tom heeft ook last van hoogtevrees en Yannick gaat hem daarvan af helpen. Zo onderwerpt Yannick hem aan een aantal tests om te zien wat angst met je lichaam doet. Ook krijgt Tom een behandeling voor zijn angst in een Virtual Reality experiment. Uiteindelijk gaat Tom ook de ultieme uitdaging aan, abseilen van duizelingwekkende hoogte. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - wat angst is - enkele verschillende soorten angsten - wat je aan angst kan doen - waarom angst soms nuttig is
Sluit aan bij kerndoel: 40, 41 en 42 Aflevering 7: Bedrog Lijn van het verhaal: Hoe kun je testen of iemand de waarheid spreekt? In de dierenwereld gebeurt het aan de lopende band, dieren die elkaar bedriegen. Bijvoorbeeld door zich voor te doen als giftig, terwijl ze dat helemaal niet zijn. Of door andere dieren een lekker hapje voor de neus te houden om ze te lokken, waarna ze zelf als het lekkere hapje eindigen. Tom en Yannick onderzoeken hoe dieren aan bedrog doen. Maar ook de mens doet aan bedrog en dat doen we al van kleins af aan. Waarom doen wij mensen dit en is het eigenlijk wel zo verkeerd? Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - wat bedrog is - hoe je kan testen of iemand liegt - enkele dieren te noemen die aan bedrog doen Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 8: Remmen Lijn van het verhaal: Als je snel bent moet je ook goed kunnen remmen en wendbaar zijn. Vooral als je in het bos leeft anders knal je met je neus tegen een boom. Of als je een lekker hapje uit het water wil halen maar liever niet nat wordt. Of tijdens een wedstrijdje hardlopen in de gymzaal. Maar hoe krijg je die goede remweg en hoe ben je wendbaar? Je kunt je remweg beïnvloeden. De natuur heeft snelle dieren al een handje geholpen. Maar hoe kunnen wij ook snel remmen? Tom en Yannick gaan op onderzoek uit! Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - hoe sommige dieren remmen - waarom rennen handig is - wat remweg is - hoe je, je remweg kunnen beïnvloeden Sluit aan bij kerndoel: 40, 41 en 42 Aflevering 9: Gif Lijn van het verhaal: Een beetje zout op je ei is lekker. Maar eet een vol bord met zout en je legt het loodje. Dus wat maakt iets nou giftig? Tom en Yannick onderzoeken verscheidene huis-tuin-en-keukenmiddelen en kijken wanneer iets nou giftig is. Ze komen erachter dat het basisprincipe van gif eigenlijk de hoeveelheid is, maar is dan ook alles giftig? En hoe kan het dat wij mensen wel chocolade kunnen eten maar honden daar ziek van worden? Ook onderzoeken ze hoe het kan dat gif soms ook geneeskrachtig werkt. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - wat iets giftig maakt - wat je moet doen tegen (sommige) giffen - op welke manieren gif toegediend wordt - dat gif ook als medicijn gebruikt wordt Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41
Aflevering 10: Spoorzoeken Lijn van het verhaal: Als je goed oplet kun je overal sporen van dieren zien. Aan die sporen kan je een hoop aflezen. Waar komt het dier vandaan, waar gaat hij naartoe. Soms kan je ook zien of het een vlees- of planteneter is. Tom en Yannick gaan samen met een expert op sporenonderzoek uit. Er zijn namelijk nog veel meer sporen dan alleen voetstappen. Zo kan je aan een aangegeten dennenappel zien welk dier het is geweest. En aan welke kant van de boom het mos groeit zegt iets over waar het noorden is. Genoeg te ontdekken dus! Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - welke sporen dieren kunnen achterlaten - hoe je die sporen kan ‘lezen’ - enkele voorbeelden uit de natuur Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 11: Navigatie Lijn van het verhaal: Wij hebben ingewikkelde navigatiesystemen, Google Maps en in uiterste nood nog altijd een ouderwetse landkaart om de weg te vinden. Mensen gebruiken dus allemaal technische snufjes om niet te verdwalen. Maar hoe doen dieren dat? Sommige dieren zijn echte wegvinders, denk maar eens aan een postduif. En sommige trekvogels vliegen elk jaar duizenden kilometers en ze vinden elke keer weer feilloos de weg. En dat zonder landkaart. Tom en Yannick proberen er achter te komen hoe dieren dat doen, en misschien kunnen ze zelf wel een nieuw navigatiesysteem verzinnen.
Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - hoe dieren hun weg vinden - hoe navigatiesystemen werken - hoe de trek van vogels werkt - wat winter- en zomergasten zijn Sluit aan bij kerndoel: 40, 41 en 42 Aflevering 12: Luisteren Lijn van het verhaal: In het donker zijn mensen niet welkom in de Nederlandse natuur. Dit is om de dieren rust te geven. Maar is het wel zo stil in het bos? Vleermuizen horen we misschien wel niet, maar ze schreeuwen aan één stuk door. Nachtvlinders maken ook geluid wat wij niet kunnen horen. Hoe kan het dat wij dat niet kunnen horen? En waarom hebben wij mensen dit soort oren, terwijl een olifant van die mooie flaporen heeft en een slang helemaal geen? Tom en Yannick proberen er achter te komen hoe verschillende dieren luisteren en hoe onze oren eigenlijk werken. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - hoe ons gehoor werkt - verschillende oren van dieren herkennen - wat geluidsfrequenties zijn Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen:
Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41 Aflevering 13: In de nesten Lijn van het verhaal: Het is weer lente, de tijd voor nestkastjes. Dieren bouwen nesten of ‘huisjes’ om verschillende redenen. Denk maar aan een spin die een web maakt. Hiermee kan op een makkelijke manier voedsel gevangen worden. Andere dieren, zoals vogels en konijnen, bouwen een nest om hun jongen te beschermen. In hun hol of nest worden hun jongen warm gehouden, en zijn ze beschut tegen roofdieren. Nesten kunnen heel erg groot en ingewikkeld worden. Bevers en dassen bouwen een complete burcht, wat lijkt op grote kastelen. Tom en Yannick zijn wel benieuwd hoe die nesten er eigenlijk van binnen uit zien. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - wat nestblijvers en nestvlieders zijn - hoe de nesten van verschillende dieren eruit zien - waarom dieren nesten bouwen Sluit aan bij kerndoel: 40, 42 Aflevering 14: Versieren Lijn van het verhaal: Je vindt iemand leuk, heel erg leuk, maar hoe moet je zoiets nou aanpakken? Je kan natuurlijk niet gewoon zeggen ‘ik vind je leuk’, dat doe je gewoon niet. Straks zegt hij/zij nog nee en dan sta je voor gek. Dieren doen ook goed hun best om een geschikte partner te lokken. Want net als mensen willen ze natuurlijk niet zomaar iemand. Hij of zij moet wel echt leuk zijn. Maar hoe doen dieren dat? Tom en Yannick zijn zelf erg onder de indruk van een leuk meisje en ze proberen de beste versiertrucs uit de natuur uit. Misschien leren ze er nog van? Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - wat baltsen is - waarom dieren paren - hoe verschillende dieren elkaar het hof maken Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41
Aflevering 15: Groei Lijn van het verhaal: Iedereen is ooit klein geweest. Ook jouw papa en mama waren ooit baby. Als jonkie heb je een lange weg te gaan, maar gelukkig zijn er je ouders om je te beschermen. Je moet namelijk nog een hoop leren voordat je voor jezelf kan zorgen. Door bijvoorbeeld lekker met je broertjes of zusjes te spelen leer je al een boel belangrijke dingen. Bij sommige dieren duurt het opgroeien heel lang, kijk maar naar ons mensen. En sommige dieren pakken het heel anders aan, daar moet het jonkie het al heel snel zelf uitzoeken. Tom en Yannick zijn wel benieuwd hoe verschillende dieren de kunst van het opvoeden aanpakken. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - hoe dieren op verschillende manieren geboren worden - welke uitdagingen pasgeboren dieren tegenkomen - hoe dieren hun jonkies opvoeden Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41
Aflevering 16: Sterk Lijn van het verhaal: Denk je dat jij sterk bent? Wacht maar totdat je deze aflevering hebt gezien! Iedereen kent natuurlijk wel krachtpatsers als de beer en de olifant. Maar wist je dat een mier ook supersterk is? Misschien nog wel sterker dan een beer. Een beetje mier tilt namelijk wel 10 keer zijn eigen lichaamsgewicht. Tom en Yannick zoeken uit wat het betekent om sterk te zijn en wat nou echt de Hulk van onze aardbol is. Ook zoeken ze in de natuur slimme maniertjes om zelf ook sterker te worden. Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - verschil tussen absolute en relatieve kracht - diverse krachtige dieren herkennen - hoe kracht in de techniek wordt gebruikt Sluit aan bij kerndoel: 40, 41 en 42 Aflevering 17: Survival Lijn van het verhaal: Stel je eens voor; je wordt gedropt in een donker, diep en verlaten bos. Je hebt niks bij je, geen mobieltje, geen flesje water en niet eens een schone onderbroek. Hoe ga je dit overleven? Tom en Yannick gaan aan de levende lijve ondervinden hoe je moet overleven in het wild. Welke planten kun je eten, wat moet je doen als er geen drinkwater is, hoe maak je een warme plek om veilig te kunnen slapen. Wil jij alles weten over hoe je kunt survivallen in het wild, mis deze aflevering dan zeker niet! Leerdoelen: Na het zien van het televisieprogramma en het werken met het begeleidend materiaal weten de kinderen: - wat survivallen is - welke planten uit de natuur eetbaar zijn - hoe dieren onder moeilijke omstandigheden overleven Sluit aan bij kerndoel: 40 en 41