Afdelingsmanager Deel C
November 2011
Dit deel C van de afdelingsmanager is branchespecifiek ingekleurd voor de supermarktbranche. In deze versie is gearceerd welke onderdelen zijn gewijzigd ten opzichte van het deel C van het vastgestelde kwalificatiedossier Manager Handel (2011-2012), uitstroom afdelingsmanager. In de kolom vakkennis en vaardigheden is blauw gearceerd wat gewijzigd is ten opzichte van deel C (extra branchespecifieke invulling) van het vastgestelde dossier en groen gearceerd wat in het vastgestelde deel C staat.
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.2 werkproces: Vertaalt ondernemingsbeleid naar plannen voor de afdeling Omschrijving
De afdelingsmanager bepaalt samen met de leidinggevende hoe het ondernemingsbeleid gestalte krijgt in de afdeling. Hij bepaalt hoe de korte- en lange-termijndoelstellingen uit het beleid vorm krijgen binnen de afdeling, maakt hier een voorstel met activiteiten voor en bespreekt dit met de leidinggevende. In het gesprek met de leidinggevende en collega's/afdelingsmanagers geeft hij ook aan welke knelpunten hij in het algemene ondernemingsbeleid ondervindt en welke verbetervoorstellen hij hiervoor heeft. Wanneer er akkoord is over de plannen, maakt hij een afdelingsplan en relateert dit aan de huidige middelen en bezetting en geeft mogelijke knelpunten op basis van het plan door. • Operationele plannen die passen binnen het ondernemingsbeleid en die positief bijdragen aan de afdelingsomzet. • Een goede inschatting van benodigde middelen en personeelsinzet.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Analyseren
•
De afdelingsmanager:
•
Informatie genereren uit gegevens Conclusies trekken
Vakkennis en vaardigheden
Detailhandelsmarketing: Trends en ontwikkelingen • verwerkt kennis van het supermarktbeleid in in de supermarkt combinatie met branchekennis en concurrentie- Politieke, juridische, ontwikkelingen activiteiten, rekent plannen door demografische en en combineert activiteiten, zodat de activiteiten maatschappelijke haalbaar zijn, passen binnen het ontwikkelingen supermarktbeleid en getuigen van inzicht in de Marktwerking supermarktbranche. Imago-onderzoek Kennis verzorgingsgebied
November 2011
1
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.2 werkproces: Vertaalt ondernemingsbeleid naar plannen voor de afdeling Plannen en organiseren
• •
Activiteiten plannen Mensen en middelen organiseren
Concurrentieonderzoek Commerciële • formuleert SMART de doelen voor de afdeling, samenwerkingsvormen beschrijft deze in een commercieel jaarplan Marktaandeel voor zijn afdeling, benoemt de prioriteiten voor Commercieel beleid: lange en korte termijn, brengt de uit te voeren Presentatiebeleid (marketing)activiteiten duidelijk in kaart, geeft concretiseren aan hoe die passen binnen het Promotiebeleid supermarktbeleid en uitgevoerd moeten worden concretiseren en met welke middelen en personeelsinzet, Assortimentsbeleid signaleert mogelijke knelpunten, zodat duidelijk concretiseren is in hoeverre de activiteiten uitvoerbaar zijn Prijsbeleid concretiseren binnen het supermarktbeleid. Verkoopbeleid • bespreekt met de medewerkers de concretiseren doelstellingen van de afdeling en geeft uitleg Servicebeleid over de opzet en uitvoering van de Klachtenbeleid (marketing)activiteiten, zodat medewerkers Management en organisatie: weten wat verwacht wordt. Management- en • past tijdig de (commerciële) planning aan als besluitvormingsproces deze niet gehaald dreigt te worden. Organisatiestructuur • maakt voor zichzelf een planning per week van de eigen werkzaamheden, zodat activiteiten Weekplanning voor eigen werkzaamheden planmatig worden uitgevoerd. Functie van huisregels • verwerkt het supermarktbeleid in plannen van Kennis van aanpak met betrekking tot derving en beleid managementproces voor de eigen afdeling, zodat activiteiten toepassen volgens supermarktbeleid worden uitgevoerd. ICT en automatisering:
De afdelingsmanager:
November 2011
2
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.2 werkproces: Vertaalt ondernemingsbeleid naar plannen voor de afdeling Ondernemend en commercieel handelen
•
•
Kansen en mogelijkheden identificeren en creëren Kansen en mogelijkheden benutten
De afdelingsmanager: • bekijkt de commerciële kansen en risico’s op basis van inzicht in en verzamelde informatie over trends, marktontwikkelingen en bij concurrenten, formuleert uitdagende doelstellingen (op het gebied van presentatie, promotie en assortiment) en grijpt kansen om de bestaande activiteiten uit te bouwen, zodat de afdelingsactiviteiten kunnen leiden tot vergroting van winst en/of omzet. • maakt proactief contact met klanten om erachter te komen wat de klant belangrijk vindt en te onderzoeken of er commerciële kansen liggen.
Computerprogramma’s en -systemen Bedrijfseconomisch en financieel beheer: Exploitatiebudget Omzet en begroting Beleidsimplementatie en – uitvoering: Kwaliteitszorg concretiseren Milieubeleid concretiseren Arbobeleid concretiseren CBL-veiligheidsplan Nazorgplan overval Personeelsbeleid concretiseren Doelstellingen SMART formuleren Milieu en duurzaamheid: Inzicht in maatschappelijke verantwoording en betrokkenen
Informatie uitwisselen (t) Jaar- of kwartaalplan opstellen/doorrekenen (r) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t)
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.4 werkproces: Voert activiteiten uit binnen het ondernemingsbeleid
November 2011
3
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.4 werkproces: Voert activiteiten uit binnen het ondernemingsbeleid Omschrijving
De afdelingsmanager voert met zijn team de voorgenomen activiteiten volgens het plan uit. Hij bewaakt voortdurend of de uitvoering van de activiteiten passen binnen de gang van zaken van de onderneming. Hij analyseert de kosten en opbrengsten van de activiteiten, legt deze naast de resultaten van de gehele onderneming en trekt conclusies over het resultaat van de afdeling. Hij evalueert klachten en relateert deze aan de klachten van de onderneming, legt zijn bevindingen voor aan zijn leidinggevende en/of collega's en doet verbetervoorstellen. Waar nodig stuurt hij direct bij door activiteiten aan te passen. Hij verantwoordt de resultaten aan zijn leidinggevende en licht gemaakte keuzes toe. • Bewaking of de activiteiten bijdragen aan de doelstellingen van het ondernemingsbeleid. • Realistische verbetervoorstellen ten aanzien van het beleid.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Beslissen en activiteiten initiëren
• •
De afdelingsmanager:
Beslissingen nemen Afgewogen risico's nemen
• neemt duidelijke beslissingen om activiteiten aan te passen aan de processen in de supermarkt of wanneer doelstellingen niet bereikt (dreigen) te worden, calculeert de consequenties van de eigen keuzes in en onderneemt actie, zodat de afdelingsactiviteiten anticiperen op ontwikkelingen in de supermarkt.
November 2011
Vakkennis en vaardigheden Commercieel beleid: Presentatiebeleid uitvoeren Promotiebeleid uitvoeren Assortimentsbeleid uitvoeren Prijsbeleid uitvoeren Verkoopbeleid
4
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.4 werkproces: Voert activiteiten uit binnen het ondernemingsbeleid Analyseren
•
Oplossingen voor problemen bedenken
Ondernemend en commercieel handelen
•
Kansen en mogelijkheden identificeren en creëren
uitvoeren Beleidsimplementatie en • registreert audit-gegevens in het systeem zodat uitvoering de kwaliteitszorg bewaakt wordt. Arbobeleid uitvoeren • Stelt een effectmeting op om de preventie van Kwaliteitszorg uitvoeren criminaliteit te achterhalen en berekent de schade Milieubeleid uitvoeren als gevolg van criminaliteit zodat de Personeelsbeleid beleidsuitvoering ten aanzien van criminele derving formuleren/uitvoeren goed bewaakt kan worden. Sterkte-/zwakteanalyse • verbindt juiste conclusies aan de evaluatie en Detailhandelsmarketing: onderbouwt zijn voorstellen met behulp van het Marktonderzoek gevoerde supermarktbeleid en Politieke, juridische, supermarktbranchekennis, zodat realistische demografische en verbetervoorstellen worden gedaan. maatschappelijke • zoekt creatieve oplossingen bij tegenvallende ontwikkelingen resultaten. Management en organisatie: Management- en De afdelingsmanager: besluitvormingsproces • zoekt continu naar mogelijkheden om met de Organisatiestructuur activiteiten in de afdeling de afdelingsomzet te vergroten, zodat de activiteiten positief bijdragen Een monoloog (verslag, aan het resultaat van de supermarkt. presentatie) houden (t) • stemt het assortiment en de Informatieve teksten (promotie)activiteiten, binnen de mogelijkheden lezen (t) van de supermarkt, af op de lokale markt. Verbetervoorstellen De afdelingsmanager:
November 2011
5
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.4 werkproces: Voert activiteiten uit binnen het ondernemingsbeleid Bedrijfsmatig handelen
• •
Kostenbewust handelen Inzicht tonen in de dynamiek van de organisatie
De afdelingsmanager: • houdt zicht op ontwikkelingen in de supermarkt, vertaalt deze ontwikkelingen naar de eigen afdeling en bekijkt continu naar mogelijkheden om afdelingskosten te reduceren, zodat de activiteiten en de personeelsinzet passen bij het behalen van afdelingdoelstellingen als afgeleide doelstellingen van de supermarkt. • past bij problemen in de financiële planning de begroting aan of doet een voorstel voor oplossingen aan de supermarktmanager/ondernemer. • handelt kostenbewust en verantwoordelijk, maakt een kosten-batenanalyse voor een investering of (promotie)actie, zodat verantwoorde (financiële) beslissingen worden genomen.
doorrekenen (r) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t)
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.5 werkproces: Analyseert en interpreteert de verkoopcijfers Omschrijving
De afdelingsmanager hanteert registratiesystemen om de verkoopcijfers te analyseren. Hij interpreteert deze cijfers door deze te relateren aan prognoses en ontwikkelingen. Daarnaast onderzoekt hij de oorzaak van tegenvallende verkoopcijfers en relateert de verkoopcijfers aan het beleid. Op basis van deze analyse beoordeelt hij het uitgevoerde beleid in de afdeling.
Gewenst resultaat
Door een betrouwbare en nauwkeurige analyse van de verkoopcijfers zijn juiste conclusies getrokken over het gevoerde beleid in de afdeling.
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
6
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.5 werkproces: Analyseert en interpreteert de verkoopcijfers Vakdeskundigheid toepassen
Analyseren
•
•
Vakspecifieke mentale De afdelingsmanager: vermogens • interpreteert de verkoopcijfers in relatie tot de aanwenden resultaten van andere afdelingen, marktwerking, concurrentiepositie, trends en ontwikkelingen in de branche, meet effecten van (commerciële) acties, verbindt conclusies hieraan, zodat de succes- en faalfactoren kunnen worden bepaald. Conclusies trekken
ICT en automatisering: Computervaardigheden Registratiesystemen ICT-systemen hanteren
Bedrijfseconomisch en financieel beheer: Break-even-omzet en break-even-analyse Exploitatiekosten De afdelingsmanager: Verkoopcijfers • verklaart zorgvuldig het verschil tussen werkelijke Verkoopstatistiek cijfers en prognoses om betrouwbare uitspraken te Verkooprapportages kunnen doen over de resultaten van de maken supermarkt. • legt het financiële jaarplan/begroting uit aan Omzetberekeningen medewerkers, bespreekt met hen de uitvoeren (r) consequenties en zoekt met medewerkers naar Omzetprognoses verbeteringen op beheercijfers. maken (r)
Bedrijfsmatig handelen
•
Financieel bewustzijn tonen
De afdelingsmanager: • beoordeelt de consequenties van afwijkende verkoopcijfers voor het te voeren financiële beleid, zodat inzichtelijk wordt of (financiële) aanpassingen in de uitvoering van het beleid gedaan moeten worden en beter op cijfers gestuurd kan worden.
Statistische berekeningen uitvoeren (r) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t)
•
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.6 werkproces: Bewaakt de financiële situatie en rapporteert hierover
November 2011
7
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.6 werkproces: Bewaakt de financiële situatie en rapporteert hierover Omschrijving
De afdelingsmanager zorgt ervoor dat de financiële gegevens ingevoerd en geanalyseerd worden. Hij controleert en bewaakt de vastgestelde begroting en budgetten, analyseert periodiek de financiële informatie en rapporteert hierover aan de ondernemer/zijn leidinggevende. Bij afwijkingen overlegt hij met de ondernemer/zijn leidinggevende en/of neemt hij zelf direct maatregelen.
Gewenst resultaat
Bewaking en rapportage van de budgetten en begroting om tijdig afwijkingen te signaleren en problemen te voorkomen.
Competentie
Component(en)
Vakdeskundigheid toepassen
•
Vakspecifieke mentale De afdelingsmanager: vermogens • rapporteert op basis van de gemaakte budgetten, aanwenden de gerealiseerde cijfers en de ken- en stuurgetallen, relateert hieraan de markt- en/of supermarktontwikkelingen, zodat duidelijk wordt op welke punten het financieel beleid bijgestuurd moet worden.
Plannen en organiseren
•
Voortgang bewaken
Prestatie-indicator
De afdelingsmanager: • bewaakt de financiële situatie door tijdig afwijkingen te signaleren en actie te ondernemen, zodat het budget niet wordt overschreven.
November 2011
Vakkennis en vaardigheden Bedrijfseconomisch en – financieel beheer: Bedrijfsadministratie Budget bewaken Break-even-omzet bepalen en break-evenanalyse Exploitatiebudget Bedrijfsadministratie Inzicht in boekhoudkundig model Geld- en goederenadministratie
8
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.6 werkproces: Bewaakt de financiële situatie en rapporteert hierover Bedrijfsmatig handelen
•
Financieel bewustzijn tonen
De afdelingsmanager: • analyseert de financiële situatie en resultaten, maakt rapportages waarin ingegaan wordt op de financiële consequenties van het gevoerde beleid, zodat verbetervoorstellen gericht zijn op verbetering van de financiële situatie en aanpassing van budgetten. • stelt een financieel jaarplan op voor de afdeling en maakt op basis daarvan een begroting, stelt in overleg met de supermarktmanager de begroting vast en streeft naar het behalen van de begroting.
Budgetverschillen analyseren (r) Exploitatiebudget interpreteren/beoordele n (r) Exploitatiebudget opstellen (r) Informatie uitwisselen (t) Informatieve teksten lezen (t) Veiligheidsmarge berekenen (r) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t)
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.8 werkproces: Bepaalt personeelsbehoefte conform de organisatiestructuur Omschrijving
Gewenst resultaat
Competentie
De afdelingsmanager signaleert een tijdelijke of structurele behoefte aan nieuwe medewerkers op basis van de (verwachte) omzet en werkzaamheden. Hij bekijkt de mogelijkheden binnen het personeels(afdelings)budget voor het aannemen van extra medewerkers en brengt in kaart aan welke soort medewerker behoefte is. Hij verwerkt deze gegevens in een voorstel aan de ondernemer/zijn leidinggevende. • Realistisch personeelsplan op basis van de personeelsbehoefte, passend binnen het personeels(afdelings)budget en de organisatiestructuur. Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
9
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.8 werkproces: Bepaalt personeelsbehoefte conform de organisatiestructuur Analyseren
• •
Bedrijfsmatig handelen
•
Oplossingen voor problemen bedenken Informatie genereren uit gegevens
De afdelingsmanager:
Financieel bewustzijn tonen
De afdelingsmanager:
• verzamelt en gebruikt alle beschikbare gegevens, verwerkt deze in een personeelsplan en geeft ook alternatieven aan, zodat de ondernemer/zijn leidinggevende toestemming geeft om het plan te implementeren.
Management en organisatie: Organisatiecultuur Personeelsbeleid: Personeelsplan maken Kwalitatieve personeelsbehoefte in kaart brengen Personeelsbeleid formuleren/uitvoeren Wet- en regelgeving: CAO-voorwaarden Wet- en regelgeving als werkgever implementeren en handhaven
• beoordeelt of het financieel haalbaar en verantwoord is om personeel in dienst te nemen op basis van de huidige en toekomstige situatie, zodat een verantwoorde keuze kan worden gemaakt voor het wel of niet aannemen van personeel. • maakt een personeelsplanning (urenplanning) voor de afdeling en stemt de gewenste uren af op de beschikbare uren van de afdeling voor een effectieve en efficiënte personeelsinzet.
Kwantitatieve personeelsbehoefte bepalen (r) Informatieve teksten lezen (t) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t)
•
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.9 werkproces: Werft en selecteert medewerkers Omschrijving
De afdelingsmanager bekijkt op basis van de gesignaleerde personeelsbehoefte of het personeelsplan de teambezetting en de financiële mogelijkheden hoe een vacature vervuld kan worden. Hij beschrijft aan welke eisen medewerkers moet voldoen. Hij werft met ondersteuning van de ondernemer/de leidinggevende kandidaten voor de betreffende functie of besteedt dit uit, voert met deze personen een sollicitatiegesprek en selecteert een medewerker.
November 2011
10
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.9 werkproces: Werft en selecteert medewerkers • Binnen de gegeven voorwaarden is voorzien in personeelsbehoefte.
Gewenst resultaat Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Beslissen en activiteiten initiëren
•
De afdelingsmanager:
Bedrijfsmatig handelen •
Kwaliteit leveren
•
Beslissingen nemen
Kostenbewust handelen
Kwaliteitsniveaus halen
Vakkennis en vaardigheden
Personeelsbeleid Personeelsselectie en • bepaalt op basis van de gestelde voorwaarden en de werving benodigde kwaliteiten wie in aanmerking kan komen voor de HRM functie en beargumenteert de keuze en de consequenties Personeelsbeleid hiervan, zodat een verantwoorde keuze wordt gemaakt. formuleren/uitvoeren Functieomschrijving maken/gebruiken De afdelingsmanager: Wet- en regelgeving: CAO-voorwaarden • baseert de keuze van een medewerker ook op de Wet- en regelgeving als financiële consequenties en kijkt naar mogelijkheden om werkgever kosten zo laag mogelijk te houden, zodat een verantwoorde implementeren en keuze wordt gemaakt. handhaven Communicatie: De afdelingsmanager: Verkoop- en gesprekstechnieken • stelt bij gesprekken met de kandidaat de juiste vragen om Management en een goed beeld te krijgen, neemt daarbij de wettelijke organisatie: richtlijnen en supermarktspecifieke regels en procedures in • Personeelsplanning acht, zodat de selectieprocedure goed en correct wordt uitgevoerd. • maakt, samen met de supermarktmanager, een duidelijke Formulieren invullen, berichten/advertenties/o profielschets voor een vacature zodat gericht geworven ffertes/procedures wordt. opstellen, aantekeningen maken (t) Informatie uitwisselen (t) Productiviteitskengetall en berekenen (r) •
November 2011
11
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.10 werkproces: Begeleidt medewerkers bij het functioneren in het beroep Omschrijving
De afdelingsmanager begeleidt en voert formele gesprekken met medewerkers in het kader van het beroepsfunctioneren. Gedurende een langere periode observeert hij medewerkers, signaleert hij sterke en zwakke punten van de medewerkers en geeft hij aanwijzingen voor verbetering van de werkuitvoering. In gesprekken met de medewerker reflecteert en evalueert hij samen met de medewerkers, hij geeft feedback op het functioneren en samen kijken ze naar ontwikkelmogelijkheden. Tijdens de gesprekken maakt hij afspraken met de medewerker over ontwikkelpunten voor de volgende periode, zo ook over mogelijke extra begeleiding. • De medewerkers hebben inzicht in hun functioneren. • De medewerkers worden binnen de gestelde normen begeleid.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Aansturen
•
De afdelingsmanager:
Functioneren van mensen controleren
Vakkennis en vaardigheden
Personeelsbeleid: Functionerings- en • observeert of medewerkers naar behoren beoordelingscyclus functioneren en onderneemt actie als zij niet Introductie(programma) voldoen aan de afspraken, zodat zij begeleid Exitinterview worden in hun beroepsfunctioneren. CAO-voorwaarden • plant en voert functionerings-, beoordelings-, Beloningstelsels ontwikkelings- en verzuimgesprekken en bespreekt Formele gesprekken in deze gesprekken de groeimogelijkheden en met personeel voeren verbeterpunten, zodat medewerkers kunnen Functieomschrijving doorstromen in de winkel. maken/gebruiken • zoekt naar mogelijkheden om ziekteverzuim terug Personeelsbeleid te dringen, verwerkt dit in een actieplan en voert formuleren/uitvoeren het plan uit, zodat het ziekteverzuim Communicatie: teruggedrongen wordt of laag blijft. Formeel gesprek Functionerings- en
November 2011
12
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.10 werkproces: Begeleidt medewerkers bij het functioneren in het beroep Begeleiden
• •
Coachen Motiveren
De afdelingsmanager:
beoordelingsgesprekke n Leidinggeven Begeleidings- en coachingsvaardigheden
• geeft heldere en constructieve feedback, benoemt verbeterpunten, past zijn manier van communiceren aan op zijn gesprekspartner, handelt consequent naar alle medewerkers, toont betrokkenheid bij de medewerkers en daagt ze uit om grenzen te verleggen, spreekt met medewerkers af op welke wijze ze zelf eigen prestaties en functioneren kunnen monitoren, zodat medewerkers gemotiveerd zijn en zich inzetten voor hun eigen kansen en die van de supermarkt.
Deelnemen aan discussie en overleg (t) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t) Informatie uitwisselen (t)
•
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.11 werkproces: Organiseert ontwikkeling van medewerkers Omschrijving
Gewenst resultaat
Competentie
De afdelingsmanager onderzoekt ontwikkelingsmogelijkheden, -behoeften en –noodzaak bij medewerkers om aan de doelstellingen van de organisatie te kunnen (blijven) voldoen. Hij werkt hiervoor (nieuwe) medewerkers in en stelt opleidingsplannen op. • Nieuwe medewerkers zijn ingewerkt en functioneren volgens de eisen van de organisatie. • Opleidingsbehoeften en het ontwikkeltraject zijn weergegeven in een opleidingsplan op basis van mogelijkheden en noodzaak. Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
13
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.11 werkproces: Organiseert ontwikkeling van medewerkers Begeleiden
Analyseren
• •
Coachen Anderen ontwikkelen
De afdelingsmanager:
•
Informatie genereren uit gegevens Conclusies trekken
De afdelingsmanager:
•
• geeft duidelijke instructies aan (nieuwe) medewerkers, houdt hierbij rekening met de capaciteiten van medewerkers en geeft feedback over de werkzaamheden, zodat taken goed worden aangeleerd en de medewerker goed ingewerkt wordt.
Personeelsbeleid: Opleidingsbeleid Opleidingsbehoefte bepalen Opleidingsplan beoordelen/opstellen Kosten en opbrengsten opleidingen Nieuw personeel introduceren/inwerken
• achterhaalt de ontwikkelingsmogelijkheden, behoeften en –noodzaak en doorstroommogelijkheden bij de medewerker en relateert deze aan de eisen vanuit de supermarkt en bespreekt dit met de supermarktmanager, zodat duidelijk is of, waarin en hoe de medewerker zich kan ontwikkelen.
Informatie uitwisselen (t) Verslagen/rapportages maken, plannen/voorstellen opstellen (t)
•
Plannen en organiseren
•
Activiteiten plannen
De afdelingsmanager: • geeft opleidingsbehoeften en het ontwikkeltraject weer in een opleidingsplan, zodat het plan inzicht geeft in de stappen die ondernomen moeten worden en de rolverdeling van betrokkenen ten behoeve van de ontwikkeling van de medewerker.
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.12 werkproces: Verzorgt de personeelsadministratie Omschrijving
De afdelingsmanager verzorgt de (personeels)administratie bij de in-, door- en kwalificatie van medewerkers. Met betrekking tot personele aangelegenheden rapporteert hij verder aan de ondernemer/de leidinggevende de urenplanning, het ziekteverzuim en de omzet per gewerkt uur.
November 2011
14
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.12 werkproces: Verzorgt de personeelsadministratie • De personeelsadministratie en de personeelsdossiers zijn volgens de eisen van de organisatie op orde.
Gewenst resultaat Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Plannen en organiseren
•
Voortgang bewaken
De afdelingsmanager:
Kwaliteit leveren
•
Systematisch werken
Vakkennis en vaardigheden
Personeelsadministratie: Personeelsdossiers • controleert eigen werkzaamheden en voortgang in het inrichten/bijhouden bijhouden van de personeelsadministratie, signaleert Gegevens afwijkingen (overschrijdingen, informatietekort, etc.) en personeelsadministratie neemt hierop actie, zodat de personeelsadministratie voldoet aanleveren aan wettelijke eisen, opvraagbaar en inzichtelijk is. Archivering documenten Onderdelen De afdelingsmanager: personeelsadministratie Verzuimregistratie • verwerkt gegevens zorgvuldig en systematisch in een Wet- en regelgeving: systeem, zodat zowel voor hemzelf als voor de supermarkt Wet- en regelgeving als de gegevens voor procesbewaking op te roepen zijn. werkgever implementeren en handhaven Bedrijfseconomisch en financieel beheer: Omzet per gewerkt uur
Formulieren invullen, berichten/advertenties/o ffertes/procedures opstellen, aantekeningen maken (t)
•
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.13 werkproces: Organiseert en leidt werkoverleg
November 2011
15
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.13 werkproces: Organiseert en leidt werkoverleg Omschrijving
Gewenst resultaat
Competentie
De afdelingsmanager organiseert periodiek werkoverleg met medewerkers door agendapunten te bepalen en het overleg in te plannen. Hij leidt het overleg, bewaakt de tijd en moedigt inbreng van medewerkers aan. Hij stelt medewerkers op de hoogte van de bedrijfsdoelstellingen en de ontwikkelingen in de organisatie en geeft aan wat veranderingen voor de werkuitvoering betekenen. Hij legt de afspraken die gemaakt zijn tijdens het werkoverleg vast en komt hierop terug in een volgend overleg. Hij evalueert met medewerkers de verkoopactiviteiten door klantbehoeften, klachten, nee-verkoop en opvallende gebeurtenissen met elkaar te bespreken en te bespreken hoe hierop geanticipeerd kan worden. Ook bespreekt hij zaken die betrekking hebben op samenwerking, collegialiteit en werksfeer. • Een gestructureerd werkoverleg, waarin inhoudelijke en procedurele onderwerpen aan de orde komen. • Het werkoverleg draagt bij aan commitment van medewerkers en een goede werksfeer. • Op basis van evaluatie van de werkzaamheden worden verbeteringen geïnitieerd/geïmplementeerd. Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
16
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.13 werkproces: Organiseert en leidt werkoverleg Aansturen
• •
Instructies en aanwijzingen geven Richting geven
ICT en automatisering: Computervaardigheden • geeft aan welke bedrijfsdoelstellingen behaald ICT-systemen hanteren moeten worden en vraagt om inbreng van de Wet- en regelgeving: medewerkers om werkzaamheden te evalueren en Wettelijk geregelde bepaalt in overleg met de medewerkers op welke medezeggenschap wijze met de aangegeven klantbehoeften, klachten, naleven nee-verkoop en opvallende gebeurtenissen Communicatie: omgegaan kan worden, zodat de dienst- en Werkoverleg serviceverlening verbeterd worden. organiseren/leiden • behandelt medewerkers consequent, geeft Vormen van overleg complimenten en beloont hen als werkzaamheden Management en gedisciplineerd uitgevoerd worden. organisatie: • bespreekt de uitvoering van commerciële Overlegstructuren activiteiten met het kader, legt spaaracties uit aan Functie van huisregels medewerkers en vraagt medewerkers om Assortimentskennis suggesties voor (seizoens)activiteiten. detailhandel/ supermarkt: • legt het financiële beleid van de formule en Assortimentskennis van investeringsbeslissingen aan medewerkers uit en de producten op de verwoordt dit zodanig, dat medewerkers de afdeling financiële gegevens begrijpen. Weten regelgeving: • bespreekt doelen en (voortgangs)resultaten met Arbo medewerkers, spoort medewerkers aan om concrete acties uit te voeren, die bijdragen aan het Leidinggeven: Omgang met bedrijfsresultaat van de afdeling en beloont medewerker medewerkers voor het behalen van de doelen. Hygiëne en derving wijst medewerkers op het consequent uitvoeren HACCP van het dervingsbeleid, arbo-wetgeving en het Huisregels belang van een HACCP-beleid conform de CBL CBL-hygiënecode hygiënecode en controleert op de uitvoering daarvan.
De afdelingsmanager:
•
November 2011
17
Kerntaak 1 Voert beleid van de organisatie uit 1.13 werkproces: Organiseert en leidt werkoverleg Samenwerken en overleggen
• • •
Plannen en organiseren
• •
Anderen raadplegen en betrekken Bevorderen van de teamgeest Bijdrage van anderen waarderen
De afdelingsmanager:
Tijd indelen Voortgang bewaken
De afdelingsmanager:
• bespreekt plannen binnen het team, geeft in het werkoverleg ruimte voor iedereen, moedigt medewerkers aan om standpunten in te brengen en problemen op de afdeling aan de orde te stellen, complimenteert medewerkers voor hun inbreng, zodat medewerkers betrokken zijn bij elkaar, de veranderingen en de onderneming. • stelt medewerkers op de hoogte van de omzet die gedraaid is op de afdelingen, bespreekt de beheercijfers, zoekt met medewerkers naar verbeteringen hiervoor en geeft feedback op de input van de medewerkers op het financieel jaarplan, licht het financieel jaarplan aan medewerkers toe en bespreekt met hen de mogelijkheden om met investeringen in te spelen op ontwikkelingen in de markt om betrokkenheid bij medewerkers te creëren.
plant en organiseert werkoverleg, bewaakt tijdens het overleg de tijd en de onderwerpen door zich te houden aan de agenda en discussies in goede banen te leiden, zodat het werkoverleg gestructureerd verloopt. Vakdeskundigheid toepassen
•
Expertise delen
De afdelingsmanager: • deelt de eigen kennis en expertise met medewerkers, maakt melding van belangrijke zaken op het gebied van assortiment en serviceverlening, zodat medewerkers goed begeleid worden in hun vak.
November 2011
18
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.3 werkproces: Beheert goederenontvangst en –opslag Omschrijving
De afdelingsmanager controleert steekproefsgewijs aan de hand van de geleidedocumenten de ontvangen goederen op kwantiteit en kwaliteit. Vervolgens bepaalt hij de wijze en plaats van opslag van de goederen en de prioriteit bij het opslaan. Verder zorgt hij dat retouren en de wijziging van orders worden afgehandeld. Waar mogelijk delegeert hij deze werkzaamheden aan medewerkers, verdeelt de taken, instrueert hen over de werkzaamheden, controleert de uitvoering van de werkzaamheden en stuurt bij. Daarnaast lost hij problemen op bij de ontvangst en opslag en onderhoudt hierover contacten met (de inkoopafdeling van) het hoofdkantoor of de leverancier/vervoerder. • De randvoorwaarden voor een efficiënte goederenontvangst en –opslag zijn verzorgd. • Een afhandeling van de goederenontvangst en –opslag volgens de eisen van de organisatie.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Plannen en organiseren
• • •
Kwaliteit leveren
•
Prestatie-indicator
Activiteiten De afdelingsmanager: plannen • bepaalt de prioriteiten bij de Doelen en goederenontvangst en -opslag, verwerkt deze prioriteiten stellen in de personeelsplanning, bewaakt de Voortgang voortgang van de werkzaamheden en past de bewaken planning aan wanneer nodig, zodat de goederen zo snel mogelijk ontvangen en opgeslagen kunnen worden. Kwaliteit- en De afdelingsmanager: productiviteitsnive • bewaakt de kwaliteit en productiviteit van de aus bewaken goederenontvangst en –opslag aan de hand van gestelde eisen en signaleert afwijkingen tijdig, belt indien nodig een monteur, zodat de goederenontvangst en –opslag volgens de eisen van de supermarkt verlopen.
November 2011
Vakkennis en vaardigheden Goederenontvangst: Geleidedocumenten Leveringsprocedure Huisregels Productbehandeling Goederenopslag en –beheer Magazijn Opslagkenmerken Opslagmogelijkheden Doorstroombehoefte Richtlijnen voor goederenbeheer Interne transportmiddelen kiezen/verzorgen/gebruiken Procedure goederenontvangst/opslag controleren RIE uitvoeren en actiepunten formuleren Administratieve controle ingekomen
19
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.3 werkproces: Beheert goederenontvangst en –opslag Aansturen
• • •
Bedrijfsmatig handelen • •
Taken delegeren De afdelingsmanager: Instructies en • verdeelt taken, geeft duidelijke instructies aanwijzingen aan individuele medewerker of het team, geven controleert of deze instructies worden Functioneren van opgevolgd, onderneemt actie of onderzoekt de mensen reden wanneer niet voldaan wordt aan de controleren gemaakte afspraken en spreekt hier medewerkers of team op aan, zodat de werkzaamheden correct worden uitgevoerd. Kostenbewust handelen Inzicht tonen in de dynamiek van de organisatie
goederen Milieu en duurzaamheid: Afvalverwerking Afval scheiden Energiebesparing Hygiëne en derving: HACCP Derving voorkomen/verminderen Temperatuurvoorschriften Veiligheid en criminaliteit: Actiepunten arbozorg formuleren Werken conform de regels uit de De afdelingsmanager: arbowet • bepaalt de meest efficiënte werkvolgorde Veiligheidsvoorschriften en – rekening houdend met prioriteiten, voorkoming procedures van derving en andere werkprocessen, zodat Brandpreventie maatregelen nemen kostenbewust wordt gehandeld. Leidinggeven: Managementvaardigheden toepassen Begeleidings- en coachingsvaardigheden toepassen
Aantallen vergelijken (r) Formulieren invullen, berichten/advertenties/offertes/proced ures opstellen, aantekeningen maken (t) Informatie uitwisselen (t) Informatieve teksten lezen (t) Productiviteitskengetallen berekenen (r)
•
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.4 werkproces: Beheert artikelpresentaties
November 2011
20
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.4 werkproces: Beheert artikelpresentaties Omschrijving
De afdelingsmanager geeft het team opdracht om artikelpresentaties op te bouwen of aan te passen volgens het presentatieplan. Hij plant deze werkzaamheden en delegeert deze werkzaamheden aan het team. Hij controleert of de artikelpresentaties voldoen aan het presentatieplan en of deze voldoen aan de gestelde regels op het gebied van hygiëne, veiligheid, opbouw en voorraadhoogte. Bij afwijkingen geeft hij bij medewerkers aan op welke manier de artikelpresentatie aangepast moet worden, geeft extra toelichting op het presentatieplan of helpt hen bij het aanpassen. • De artikelpresentaties voldoen aan de commerciële uitgangspunten, presentatiebeleid en/of presentatieplan. • De werkzaamheden rondom presenteren zijn goed georganiseerd en uitgevoerd.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Vakdeskundigheid toepassen
•
De afdelingsmanager:
•
• • Kwaliteit leveren
•
Vakspecifieke manuele vaardigheden aanwenden Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden Gevoel voor ruimte en richting tonen Expertise delen
Vakkennis en vaardigheden
Hygiëne en derving: HACCP • toont begrip van het presentatieplan, Breuk constructies en ruimtegebruik en maakt Derving voorkomen/verminderen incidenteel of eventueel samen met Milieu en duurzaamheid: medewerkers op basis van het presentatieplan Afvalverwerking en doelstelling van de supermarkt een Afval scheiden (actie)presentatie of een presentatie van een Energiebesparing kopstelling , legt het presentatieplan uit aan Veiligheid en criminaliteit: medewerkers, zodat de presentaties aan de Werken conform regels uit de arbowet commerciële uitgangspunten voldoen. Brandpreventiemaatregelen nemen Winkeldiefstalpreventieplan maken/uitvoeren Presentatie: Kwaliteit- en De afdelingsmanager: productiviteitsnive Presentatieplan • controleert voortdurend of het winkelbeeld is Displayplan maken/uitvoeren aus bewaken volgens de eisen van de supermarkt, op het Frontpresentatieplan gebied van hygiëne, opbouw en voorraad, opstellen/uitvoeren signaleert afwijkingen en onderneemt bij Promotieplan afwijkingen direct actie om de presentaties Schappenplan aan te passen, zodat de presentatie aan het Artikelcodering en prijzen presentatieplan en de eisen voldoen. Prijs- en tekstkaarten Presentatietechnieken
November 2011
21
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.4 werkproces: Beheert artikelpresentaties Aansturen
• • •
Taken delegeren De afdelingsmanager: Instructies en • maakt een taakverdeling, communiceert aanwijzingen deze naar het team, geeft instructies over de geven taken, geeft instructies over de taakuitvoering, Functioneren van controleert de uitvoering van de taken en mensen stuurt bij waar nodig, zodat de taken tijdig en controleren correct worden uitgevoerd door het team.
November 2011
Richtlijnen voor winkelpresentatie Verlichting Vulnorm Winkelexterieur en –interieur Winkellayout en –routing RIE uitvoeren en actiepunten formuleren Reclameinvloeden op waarde
22
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.4 werkproces: Beheert artikelpresentaties Bedrijfsmatig handelen • •
Kostenbewust handelen Inzicht tonen in de dynamiek van de organisatie
schatten Presentatievoorschriften • kijkt naar mogelijkheden om kosten en toepassen/opstellen derving te reduceren door een planmatige Presentatietechnieken aanpak bij het beheren van artikelpresentaties kiezen/toepassen en overziet de gevolgen van veranderingen in Interne transportmiddelen plan en uitvoering, zodat afgewogen besluiten kiezen/verzorgen/gebruiken met betrekking tot het beheer van Assortimentskennis detailhandel/ artikelpresentaties genomen kunnen worden. supermarkt: Assortimentskennis van de producten op de afdeling Productkennis ICT en automatisering: Computervaardigheden ICT-systemen hanteren Leidinggeven: Managementvaardigheden toepassen Begeleidings- en coachingsvaardigheden toepassen
De afdelingsmanager:
Formulieren invullen, berichten/advertenties/offertes/proced ures opstellen, aantekeningen maken (t) Informatie uitwisselen (t) Schaprendement beoordelen (r) Winkelvoorraad peilen (r)
•
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.5 werkproces: Bewaakt de voorraad en bestelt
November 2011
23
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.5 werkproces: Bewaakt de voorraad en bestelt Omschrijving
De afdelingsmanager bewaakt de voorraad door deze regelmatig te controleren. Hij registreert de voorraad of laat dit doen. Hierbij let hij op afwijkingen door breuk, beschadiging of criminele derving. Hij bewaakt het voorraadniveau en corrigeert het wanneer nodig. Vervolgens bestelt hij het assortiment. • De voorraad is op peil en de voorraadadministratie is conform de richtlijnen bijgehouden. • De bestelling is afgestemd op het gewenste voorraadniveau waarbij rekening is gehouden met de gewenste servicegraad.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Analyseren
•
Conclusies trekken
De afdelingsmanager:
Kwaliteit leveren
•
Systematisch werken
Vakkennis en vaardigheden
Goederenopslag en –beheer: Bestellen • bepaalt de (tussentijdse) bestelling op basis Bestelsysteem van voorraadgegevens, gewenste Rekenvaardigheid voorraadniveau en servicegraad, Seizoensinvloeden seizoensinvloeden en actuele Voorraadadministratie marktomstandigheden, zodat de bestelling de kans op derving en nee-verkoop minimaliseert. Voorraadbeheer (Voorraad)inventarisatie organiseren/uitvoeren ICT en automatisering: De afdelingsmanager: Computerprogramma’s en –systemen • controleert zorgvuldig en systematisch de ICT-systemen hanteren voorraad en bijbehorende gegevens Hygiëne en derving: (bijvoorbeeld dervingsgegevens) om zo tijdig Breuk afwijkingen te signaleren, • plaatst zorgvuldig de (tussentijdse) bestelling Bestelhoeveelheid bepalen (r) of laat dit doen, zodat er geen discrepantie Formulieren invullen, bestaat tussen de ingeschatte benodigde berichten/advertenties/offertes/proced artikelen en de daadwerkelijke bestelde ures opstellen, aantekeningen maken artikelen. (t)
November 2011
Omzetsnelheid/-duur berekenen (r) Servicegraad berekenen (r) Soorten voorraad berekenen (r) Voorraad tellen (r) Voorraad(administratie) bijhouden (r)
24
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.6 werkproces: Beheert verzorging van verkoop- en opslagruimte Omschrijving
De afdelingsmanager zorgt dat de afdeling en opslagruimte aan de eisen van de organisatie voldoen. Hij signaleert afwijkingen in de verzorging van de afdeling en opslagruimte en zorgt dat deze afwijkingen worden opgelost. Daarnaast zorgt hij dat voor openingstijd de afdeling gereedgemaakt wordt door medewerkers aan te sturen. • De afdeling en de opslagruimte zien er volgens de normen van de organisatie schoon en verzorgd uit. • Klanten hebben zo min mogelijk overlast ondervonden van de opruim- en schoonmaakwerkzaamheden.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Kwaliteit leveren
• •
Bedrijfsmatig handelen
•
Prestatie-indicator
Kwaliteit- en De afdelingsmanager: productiviteitsniveaus • controleert in hoeverre de afdeling en de bewaken opslagruimte voldoen aan de eisen van de Kwaliteitsniveaus supermarkt en arbo, accepteert niet dat de halen afdeling en de opslagruimte niet aan deze eisen voldoen en onderneemt actie bij onveilige en onhygiënische situaties, zodat afwijkingen zo snel mogelijk worden verholpen. Kostenbewust handelen
De afdelingsmanager: • bepaalt de meeste efficiënte werkvolgorde rekening houdend met prioriteiten, voorkoming van derving en andere werkprocessen, zodat kostenbewust wordt gehandeld.
November 2011
Vakkennis en vaardigheden Hygiëne en derving: HACCP Derving voorkomen/verminderen Reinigingsplan opstellen/uitvoeren Onderhoudsplan winkelinventaris uitvoeren/opstellen Schoonmaakmaterialenen middelen gebruiken Huisregels Auditgegevens Presentatie Promotiemateriaal kiezen/aanbrengen Reclame-invloeden op
25
Kerntaak 2 Beheert goederenstroom en voorraad 2.6 werkproces: Beheert verzorging van verkoop- en opslagruimte Aansturen
• • •
Taken delegeren Instructies en aanwijzingen geven Functioneren van mensen controleren
waarde schatten Schappen/vakken/displays • maakt een taakverdeling, communiceert deze verzorgen naar het team, geeft instructies over de taken, Milieu en duurzaamheid: geeft instructies over de taakuitvoering, controleert Afvalverwerking de uitvoering van de taken en stuurt bij waar Afval scheiden nodig, zodat de taken tijdig en correct worden Energie besparen uitgevoerd door het team. Energiebesparing Veiligheid en criminaliteit: Werken conform regels uit de arbowet Calamiteiten signaleren/voorkomen Leidinggeven: Managementvaardigheden toepassen Begeleidings- en coachingsvaardigheden toepassen
De afdelingsmanager:
Informatie uitwisselen (t)
•
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.2 werkproces: Ontvangt en benadert klanten Omschrijving
De afdelingsmanager ontvangt klanten in de afdeling, begroet hen en observeert hen. Hij maakt op basis van de observatie een inschatting van het type klant. Gedurende de tijd dat de klant in de afdeling aanwezig is, stelt hij of een medewerker zich zichtbaar op naar de klant en houdt hij de klant in de gaten om te bepalen of de klant hulp nodig heeft, geen criminele activiteiten ontplooit en/of hij een verkoopgesprek kan aanvangen met de klant (inspringmoment bepalen). Wanneer de klant de winkel verlaat, neemt hij afscheid van de klant. Hij stelt medewerkers zichtbaar op en begeleidt de medewerkers door hen te adviseren over de manier waarop zij het beste de klanten kunnen ontvangen en benaderen.
November 2011
26
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.2 werkproces: Ontvangt en benadert klanten • Klanten voelen zich welkom en gerespecteerd door de wijze van ontvangst en benadering tijdens het winkelbezoek. • Het inspringmoment is juist bepaald. • Door ontvangst en observatie wordt de klant juist getypeerd.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten
•
De afdelingsmanager:
Behoeften en verwachtingen achterhalen
Vakkennis en vaardigheden
Hygiëne en derving: Derving • bepaalt op basis van observatie op welke manier voorkomen/vermindere en op welk moment hij de klant die hulp zoekt of n vragend kijkt benadert om het verkoopgesprek aan Veiligheid en criminaliteit: te vangen, zodat de klant tijdig wordt Calamiteiten aangesproken. signaleren/voorkomen • loopt rond in de supermarkt om bereikbaar te zijn CBL-veiligheidsplan voor klanten, kijkt om zich heen in de winkel of Omgaan met geweld en alles goed verloopt, is alert op wat er gebeurt in de agressie winkel, onderbreekt werkzaamheden om de klant Huisregels te begroeten en te woord te staan, speelt in op Wet- en regelgeving drukte en onverwachte situaties (zoals een klant m.b.t. het aanhouden met afwijkend gedrag), zodat de klant weet dat de van een winkeldief afdelingsmanager de klant heeft gezien en hanteren klaarstaat voor de klant. Klant en verkoopgesprek: Behoefteonderzoek
November 2011
27
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.2 werkproces: Ontvangt en benadert klanten Aansturen
•
Instructies en aanwijzingen geven
Begeleiden
•
Adviseren
Ondernemend en commercieel handelen
•
Kansen en mogelijkheden identificeren en creëren Kansen en mogelijkheden benutten
•
De afdelingsmanager:
Consumentengedrag typeren • geeft duidelijke instructies aan medewerkers over Consumententrends de plaats waar zij hun werkzaamheden uitvoeren vertalen naar eigen en hoe klanten ontvangen en benaderd dienen te situatie worden, zodat medewerkers voor de klant Klanten typeren zichtbaar zijn. Klantenobservatie • waarschuwt de bedrijfsleider bij diefstal, neemt Klantgroepen initiatief bij calamiteiten om BHV-ers en/of Koopmotieven bedrijfsleiding op te roepen en instructies te geven Inzicht in retailmix aan medewerkers. tonen • zorgt voor continuïteit bij onverwachte situaties, Inzicht in verkoop- en zorgt ook voor overdracht van werkzaamheden aan distributiesystemen medewerkers en van medewerkers onderling, wijst tonen kaderleden op mogelijkheden om taken te Inzicht in winkelformule delegeren, past planning aan, zoekt samen met tonen medewerkers naar oplossingen en reageert Communicatie onverwachte situaties niet af op medewerkers, Omgaan met lastige maar stelt hen op gemak. vragen en klachten Leidingeven: De afdelingsmanager: Begeleidings- en coachingsvaardigheden • geeft advies en feedback aan medewerkers over toepassen de manier waarop de klant wordt ontvangen en benaderd, zodat de klant zich (meer) welkom voelt. De afdelingsmanager: • schat de koopkansen bij de klant goed in, bepaalt het juiste inspringmoment en benadert de klant op maat, zodat de klant openstaat om het gesprek aan te gaan.
November 2011
28
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.3 werkproces: Voert verkoopgesprek Omschrijving
De afdelingsmanager beantwoordt vragen van klanten over artikelen en geeft hen desgevraagd toelichting over de toepassing, eigenschappen en verwerking van het artikel. Wanneer de klant zijn zoekvraag niet helder heeft, stelt hij vragen om de klant te helpen bij het formuleren van zijn zoekvraag. Wanneer de zoekvraag helder is, wijst hij de klant op de mogelijkheden van het assortiment. Hij verwijst de klant door naar een medewerker, wanneer hij de vragen van de klant niet toereikend kan beantwoorden. Hij informeert de klant over service, ruil-, retour- en garantiebepalingen en de leverings- en betalingsvoorwaarden conform de koopovereenkomst. Wanneer de mogelijkheid er is, past hij bijverkoop toe. • De klantvragen zijn naar tevredenheid van de klant beantwoord of de klant is juist doorverwezen. • Het contact met de klant brengt verkoop, vertrouwen van de klant en/of klantbinding tot stand.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Vakkennis en vaardigheden
Vakdeskundigheid toepassen
•
Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden
De afdelingsmanager:
Ondernemend en commercieel handelen
•
Kansen en mogelijkheden benutten
De afdelingsmanager:
Assortimentskennis detailhandel/ supermarkt: Artikel- en assortimentskennis van de producten op de afdeling gebruiken Productkennis Assortimentssamenstelling Smaak- en toepassingsmogelijkheden Voedingsstoffen Veiligheid en criminaliteit: Calamiteiten Huisregels CBL-veiligheidsplan Omgaan met geweld en agressie Detailhandelsmarketing: Inzicht in marketingstrategie tonen Inzicht in marktsegmentatie tonen
• verheldert de vraag van de klant vlot en beantwoordt vragen op basis van assortimentskennis of door een goede doorverwijzing, geeft informatie over de mogelijkheden van het assortiment, zodat de klant naar tevredenheid geholpen is.
• signaleert kansen voor bijverkoop of aanvullende verkoop in het verkoopgesprek, zodat de klant een voorstel wordt gedaan voor extra aankopen.
November 2011
29
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.3 werkproces: Voert verkoopgesprek Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten
•
Presenteren
• •
Behoeften en verwachtingen achterhalen
De afdelingsmanager:
Inzicht in soorten serviceverlening tonen • stelt zich actief op bij het Klant en verkoopgesprek: beantwoorden van klantvragen, Klantencontact reageert direct op vragen van de klant, Behoefteonderzoek staat de klant altijd correct, beleefd en in Fasen van het verkoopgesprek duidelijk Nederlands te woord, neemt Verkoopargumenten hiervoor de tijd, wijst/leidt een klant naar Koopbeslissing een vak of product of verwijst de klant Koopsignalen opvangen door naar de servicecounter, en doet Klanten typeren koopsuggesties die passen bij de Verkoopvaardigheden toepassen klantvraag, zodat de klant een commercieel verantwoord koopaanbod Communicatie: Omgaan met lastige vragen en krijgt. klachten Verkoop- en gesprekstechnieken Betrouwbaarheid en De afdelingsmanager: Wet- en regelgeving: deskundigheid Consumentenrecht • wekt vertrouwen bij de klant door het uitstralen Wetgeving t.a.v. verkoop van alcohol stellen van relevante vragen en door Op de toehoorder(s) / en tabak een verzorgd en hygiënisch uiterlijk toeschouwer(s) Milieu en duurzaamheid: conform de bedrijfsvoorschriften (geen Milieulogo’s inspelen kauwgom of andere etenswaren in de Keurmerken mond),stemt zijn benadering af op de klant, reageert passend op antwoorden Biologische producten en signalen van de klant, zodat de klant Leidingeven: Begeleidings- en tevreden is met de wijze van coachingsvaardigheden toepassen benaderen, informeren en/of doorverwijzen. Artikelspecificaties gebruiken (r) Een monoloog (verslag, presentatie) houden (t) Informatie uitwisselen (t) Naar een informatieve boodschap, voordracht/presentatie, discussie luisteren (t) •
November 2011
30
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.4 werkproces: Levert branchespecifiek maatwerk Omschrijving
De afdelingsmanager voert branchespecifieke (technische) handelingen uit om een artikel op maat te kunnen verkopen. Wanneer nodig verricht hij metingen op het artikel of bij de klant, gebruikt hij branchespecifieke hulpmiddelen om het artikel te bewerken, te snijden, etc. en/of voegt hij verschillende artikelen/producten bij elkaar. • Een artikel op maat naar de wensen van de klant binnen de kwaliteitseisen van de organisatie. • De werkzaamheden worden correct door medewerkers uitgevoerd.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Vakdeskundigheid toepassen
•
De afdelingsmanager:
Kwaliteit leveren
• •
Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden
Vakkennis en vaardigheden
Assortimentskennis detailhandel/ supermarkt: • snijdt/weegt een artikel op maat door rekening te Artikel- en houden met de artikelkenmerken en assortimentskennis van mogelijkheden en gebruikt hierbij de juiste de producten op de materialen en middelen, zodat de klant tevreden is afdeling gebruiken en het artikel veilig en commercieel verantwoord Veiligheid en criminaliteit: op maat is gemaakt. Actiepunten arbozorg formuleren Werken conform de Systematisch werken De afdelingsmanager: regels uit de arbowet Kwaliteitsniveaus Calamiteiten • werkt ordelijk en systematisch bij het halen Hygiëne en derving branchespecifiek maatwerk en houdt voortdurend Kwaliteitbeheerssystemen de kwaliteit van het werk in de gaten, zodat het Derving eindresultaat aan de kwaliteitseisen van de klant voorkomen/verminderen en de supermarkt voldoet. Recallbeleid
November 2011
31
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.4 werkproces: Levert branchespecifiek maatwerk Aansturen
• •
Instructies en aanwijzingen geven Functioneren van mensen controleren
Huisregels Milieu en duurzaamheid: • instrueert het team over het de eisen met Verpakken van producten betrekking tot het correct uitvoeren van het Wet- en regelgeving branchespecifiek maatwerk, controleert de Branchewetgeving uitvoering daarvan op basis van de gestelde eisen toepassen en corrigeert het team, zodat de werkzaamheden Leidinggeven correct worden uitgevoerd door de medewerkers. Begeleidings- en coachingsvaardigheden toepassen
De afdelingsmanager:
Artikelspecificaties gebruiken (r) Hoeveelheden afmeten en afwegen (r) Informatie uitwisselen (t)
•
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.6 werkproces: Plaatst een bestelling voor de klant Omschrijving
Gewenst resultaat
Competentie
De afdelingsmanager plaatst een bestelling voor de klant, wanneer het gevraagde artikel niet voorradig is. Hij hanteert hiervoor het bestelprocedures. Hij administreert de benodigde gegevens en geeft bij de klant aan wanneer het artikel opgehaald kan worden. • Het artikel is met de juiste specificaties volgens de bestelprocedure besteld. • De klant is juist geïnformeerd over de afhandeling van de bestelling. Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
32
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.6 werkproces: Plaatst een bestelling voor de klant Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten
• •
Kwaliteit leveren
• •
Aansluiten bij behoeften en verwachtingen "Klant"tevredenheid in de gaten houden
Kwaliteitsniveaus halen Systematisch werken
Goederenopslag en –beheer: Bestellen • controleert of verzamelt de benodigde Bestelsysteem gegevens bij de klant, bespreekt de Assortimentskennis detailhandel/ bestelprocedure en gaat bij de klant na of de supermarkt: bestelling juist is, zodat de klant tevreden is Assortimentskennis van de producten met de bestelling. op de afdeling Communicatie: Verkoop- en gesprekstechnieken De afdelingsmanager: Wet- en regelgeving • hanteert de bestelprocedures nauwkeurig en Consumentenrecht ICT en automatisering: administreert de bestellingen systematisch , Computerprogramma’s en systemen zodat de bestelling correct is geplaatst en geadministreerd. Aflevertijd voor bestelling bepalen (r) Formulieren invullen, berichten/advertenties/offertes/proced ures opstellen, aantekeningen maken (t) Informatie uitwisselen (t) Voorraad- en bestelgegevens lezen (r) De afdelingsmanager:
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.7 werkproces: Handelt klachten af Omschrijving
De afdelingsmanager handelt klachten af die medewerkers niet kunnen afhandelen. Hij onderzoekt de klacht, schat de ernst van de klacht in, bepaalt op welke wijze de klacht wordt afgehandeld, communiceert dit naar de klant, onderneemt actie om de klacht af te handelen en administreert de klacht in het systeem
Gewenst resultaat
De klacht is op een klantvriendelijke manier volgens de (wettelijke) richtlijnen geanalyseerd, beoordeeld en afgehandeld.
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
33
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.7 werkproces: Handelt klachten af Beslissen en activiteiten initiëren
•
Analyseren
• • •
Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten
• •
Beslissingen nemen
De afdelingsmanager: • neemt bij lastige klachten tijdig een duidelijke beslissing op welke manier de klacht afgehandeld wordt, zodat een oplossing wordt gevonden voor een lastige klacht, ook al is deze beslissing onplezierig voor de klant en/of de supermarkt.
Conclusies De afdelingsmanager: trekken • stelt vragen aan de klant om informatie te Oplossingen voor verkrijgen, vraagt door, toetst de informatie op problemen betrouwbaarheid en volledigheid, maakt bedenken logische gevolgtrekkingen en stelt aan de klant Gegevens oplossingen en alternatieven voor, waarbij een controleren en afweging is gemaakt tussen supermarktbelang aannames en klantvriendelijkheid. toetsen Aansluiten bij behoeften en verwachtingen "Klant"tevredenheid in de gaten houden
De afdelingsmanager:
Wet- en regelgeving: Consumentenrecht toepassen Klachtenbehandeling: Klachtenbeleid beoordelen/uitvoeren Klachtenformulier Kwaliteitsstandaarden en – procedures met betrekking tot het afhandelen van klachten Huisregels Garantiebewijs uitschrijven Tegoed-/reparatiebon uitschrijven Communicatie: Verkoop- en gesprekstechnieken Conflicthantering Assortimentskennis detailhandel/ supermarkt: Assortimentskennis van de producten op de afdeling ICT en automatisering: Computervaardigheden Computerprogramma’s en systemen ICT-systemen hanteren Veiligheid en criminaliteit Calamiteiten
• blijft vriendelijk, beleefd en toont empathie, geeft prioriteit aan de zorgen van de klant, komt afspreken met de klant na en neemt klachten serieus, maakt aan de klant zichtbaar dat er iets met de klacht gedaan wordt en bedankt de klant voor de klacht zodat de klant het gevoel heeft dat de klacht serieus in behandeling wordt genomen. • bewaakt bij klachten de grens tussen procedures (kwaliteitsstandaard en – procedures van de supermarkt) en ruimte voor individuele klantaspecten zodat de klant zich begrepen en geholpen voelt.
Deelnemen aan discussie en overleg (t) Formulieren invullen, berichten/advertenties/offertes/proced ures opstellen, aantekeningen maken (t) Naar een informatieve boodschap, voordracht/presentatie, discussie luisteren (t)
•
November 2011
34
Kerntaak 3 Coördineert verkoopactiviteiten en voert deze uit 3.7 werkproces: Handelt klachten af Bedrijfsmatig handelen •
Financieel bewustzijn tonen
De afdelingsmanager: • maakt bij de keuze van oplossingen ook een financiële afweging en kan deze keuze verantwoorden aan zijn leidinggevende, zodat de supermarkt zo min mogelijk schade oploopt op korte én lange termijn.
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.1 werkproces: Beheert het afrekensysteem Omschrijving
Gewenst resultaat
Competentie
De afdelingsmanager beheert het afrekensysteem door het systeem gebruiksklaar te maken of dit te laten doen, zorg te dragen dat hulpmiddelen beschikbaar zijn en te controleren of veiligheidsmaatregelen en het afrekensysteem optimaal werken. Bij storingen en afwijkingen onderzoekt hij de oorzaak en neemt actie om het probleem op te lossen. • Het afrekensysteem en de waardepapieren worden veilig en volgens procedures beheerd, zodat derving en afwijkingen voorkomen kunnen worden. • Afwijkingen zijn gesignaleerd en oorzaken zijn onderzocht. Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
35
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.1 werkproces: Beheert het afrekensysteem Vakdeskundigheid toepassen
•
Analyseren
• •
Conclusies trekken De afdelingsmanager: Oplossingen voor • bedenkt bij afwijkingen van het kassasysteem problemen bedenken en na analyse van de oorzaak passende oplossingen om (verdere) problemen te voorkomen.
Bedrijfsmatig handelen
•
Kostenbewust handelen Inzicht tonen in de dynamiek van de organisatie
•
Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden
De afdelingsmanager: • beheert het kassasysteem en de opvolging veiligheidsmaatregelen, leest gegevens nauwkeurig en neemt snel informatie in zich op om het kassasysteem en de veiligheidsmaatregelen volgens voorgeschreven (werk)procedures en veilig te hanteren, afwijkingen te signaleren en oorzaken te onderzoeken, zodat (criminele) derving zoveel mogelijk wordt voorkomen.
De afdelingsmanager: • bepaalt de meest efficiënte werkvolgorde rekening houdend met prioriteiten, naleving arboregelgeving, voorkoming van derving en andere werkprocessen, zodat kostenbewust wordt gehandeld.
Kassa en geld: Afrekenpunt en -systeem Betaalmiddelen en echtheidskenmerken Rekenvaardigheid Kassaplanning Kassa-instructie Kassa-administratie Kassaprocedures opstellen/naleven RIE uitvoeren en actiepunten formuleren Hygiëne en derving Derving voorkomen/verminderen Veiligheid en criminaliteit: Calamiteiten Huisregels Wet- en regelgeving m.b.t. het aanhouden van een winkeldief hanteren Winkeldiefstalpreventieplan maken/uitvoeren Wet- en regelgeving: Werken conform regels uit de arbowet
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.2 werkproces: Informeert de klant over de verkoopafhandeling
November 2011
36
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.2 werkproces: Informeert de klant over de verkoopafhandeling Omschrijving
De afdelingsmanager schat het moment in dat de verkooptransactie afgehandeld kan worden. Hij verwijst de klant naar het afrekenpunt. Hij geeft de klant aan hoe de afhandeling van de verkooptransactie verder verloopt door de klant te informeren over betaalwijze, spaarsystemen, garantie- en ruilvoorwaarden en de wijze van aflevering. In dit laatste contactmoment met de klant gaat hij door het stellen van vragen, observeren, etc. de tevredenheid van de klant na en op welke wijze de tevredenheid vergroot kan worden. • De klant is op klantvriendelijke de hoogte gebracht van de wijze waarop de verkoop wordt afgehandeld met inachtneming van consumentenrecht en verkoopvoorwaarden. • het contact bij de kassa is ook gebruikt om klantbinding tot stand te brengen.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Vakkennis en vaardigheden
Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten
•
De afdelingsmanager:
Kassa en geld: Afrekenpunt en systeem Betaalmiddelen en echtheidskenmerken Rekenvaardigheid BTW berekenen/btwbon uitschrijven Betalingscondities uiteenzetten Contracten beoordelen/opstellen Verkoopvoorwaarden beoordelen/toepassen
•
Aansluiten bij behoeften en verwachtingen "Klant"-tevredenheid in de gaten houden
• sluit bij het informeren over de verkoopafhandeling aan op de vraag van de klant, consumentenrecht en verkoopvoorwaarden en gaat na of aan de vraag is voldaan, , informeert de klant over (spaar)acties, vraagt de klant om een emballagebon of klantenzegeltjes zodat de klant het gevoel heeft goed geholpen te zijn. • legt aan de klant uit waarom veiligheidsprocedures en controle van de verkoop van alcohol en tabak noodzakelijk zijn zodat de klant vertrouwen heeft in de wijze van afhandeling
November 2011
37
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.2 werkproces: Informeert de klant over de verkoopafhandeling Ondernemend en commercieel handelen
•
•
Kansen en mogelijkheden identificeren en creëren Kansen en mogelijkheden benutten
De afdelingsmanager: • handelt alert en attent in het laatste contact met de klant en grijpt waar mogelijk een kans aan om de vraag in het voordeel van de organisatie om te buigen, zodat er een sterke(re) klantbinding ontstaat.
Hygiëne en derving Derving voorkomen/vermindere n Veiligheid en criminaliteit: Arbo Calamiteiten Huisregels Wet- en regelgeving: Wetgeving t.a.v. verkoop op alcohol en tabak Consumentenrecht toepassen
Informatie uitwisselen (t)
•
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.3 werkproces: Bedient het afrekensysteem Omschrijving
Gewenst resultaat
Competentie
De afdelingsmanager handelt de verkooptransactie af door vast te stellen hoeveel de klant moet betalen. Hij bedient de aanwezige apparatuur van het afrekensysteem om de betaling van de klant te verwerken. Hij controleert tijdens de afhandeling van de verkooptransactie of de juiste prijzen worden gehanteerd. Bij afwijkingen of verdachte situaties onderneemt hij passende actie. Desgewenst zorgt hij voor het in- of verpakken van de aankoop en neemt daarna afscheid van de klant. Wanneer mogelijk delegeert hij deze taken aan medewerkers. Hij instrueert hen, controleert of medewerkers zich aan de taken, werkprocedures en instructies houden en stuurt zo nodig bij. Bij afwijkingen of veranderingen corrigeert hij medewerkers of geeft hen nieuwe instructies. • De aankopen zijn correct verwerkt en betaald door de klant. • Medewerkers voeren de werkzaamheden correct uit. Component(en)
Prestatie-indicator
November 2011
Vakkennis en vaardigheden
38
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.3 werkproces: Bedient het afrekensysteem Kwaliteit leveren
• • • •
Kwaliteit- en De afdelingsmanager: productiviteitsniveaus • heeft een juiste balans tussen zorgvuldigheid en bewaken tempo, blijft bij drukte of storingen aan de kassa Productiviteitsniveaus kalm en effectief, scant alle productvarianten, halen houdt in de gaten of de prijs klopt met het Systematisch werken gescande product en of alle artikelen gescand Kwaliteitsniveaus worden (checkspiegel) en signaleert en halen rapporteert afwijkingen tijdig, zodat de kans op fouten geminimaliseerd wordt en klanten tevreden zijn. • houdt bij de volgorde van scannen rekening met de kwetsbaarheid van producten, attendeert de klant als een verpakking stuk is, houdt, naast drukte, rekening met het (inpak)tempo van de klant tijdens het scannen van producten, zodat de verkooptransactie correct verloopt.
November 2011
Hygiëne en derving: Schoonmaakmaterialen en –middelen Afval scheiden Derving voorkomen/verminderen Wet- en regelgeving: Werken conform de regels uit de arbowet Veiligheid en criminaliteit: Brandprocedures Calamiteiten Calamiteitenplan CBL-veiligheidsplan RAAK-principe en handelswijze rondom overval
39
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.3 werkproces: Bedient het afrekensysteem Aansturen
• • •
Taken delegeren Instructies en aanwijzingen geven Functioneren van mensen controleren
Kassa en geld: Betaalmiddelen en • maakt een taakverdeling, communiceert deze echtheidskenmerken van naar het team, geeft instructies over de taken, geld geeft instructies over de taakuitvoering, controleert Foutprocedures de uitvoering van de taken en stuurt bij waar Kassa- en nodig, zodat de taken tijdig en correct worden afroomprocedures uitgevoerd door het team. Rekenvaardigheid • ziet toe op het naleven van de kassaprocedures Terugtellen van wisselgeld bij (parttime)collega’s en spreekt hen hier op aan. BTW berekenen/btw-bon • zorgt voor continuïteit bij onverwachte situaties, uitschrijven zorgt ook voor overdracht van werkzaamheden RIE uitvoeren en aan medewerkers en van medewerkers onderling, actiepunten formuleren wijst kaderleden op mogelijkheden om taken te Leidinggeven: delegeren, past planning aan, zoekt samen met Begeleidings- en medewerkers naar oplossingen en reageert coachingsvaardigheden onverwachte situaties niet af op medewerkers, toepassen maar stelt hen op gemak. Managementvaardigheden • neemt initiatief om BHV-ers en/of bedrijfsleiding toepassen op te roepen, politie te (laten) bellen en instructies ICT en automatisering: te geven aan medewerkers bij calamiteiten. ICT-systemen hanteren
De afdelingsmanager:
Berekeningen maken met geld (r)
•
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.4 werkproces: Sluit het afrekensysteem en verzorgt de geldadministratie Omschrijving
De afdelingsmanager zorgt voor het afsluiten van het afrekensysteem, de opslag van waardepapieren en de administratie daar omheen. Bij kasverschillen spoort hij de oorzaak op en onderhoudt hierover contact met zijn leidinggevende/het hoofdkantoor. Hij verzorgt de administratie met betrekking tot de afhandeling van de verkooptransactie, maakt financiële overzichten van de verkooptransacties.Hij zorgt tevens voor het geldtransport.
November 2011
40
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.4 werkproces: Sluit het afrekensysteem en verzorgt de geldadministratie • De geldadministratie en financiële overzichten zijn volgens procedures verzorgd en gereed voor controle en verdere bewerking. • Het geld en de waardepapieren zijn veilig opgeborgen.
Gewenst resultaat
Competentie
Component(en)
Prestatie-indicator
Vakdeskundigheid toepassen
•
De afdelingsmanager:
Analyseren
• •
Kwaliteit leveren
• •
Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden
Vakkennis en vaardigheden
Kassa en geld: Afrekenadministratie • telt het geld en andere waardepapieren snel Afrekenpunt en -systeem en bedreven, interpreteert de gegevens met Betaalmiddelen en betrekking tot de verkoopafhandeling juist voor echtheidskenmerken een correct en realistisch beeld van de BTW kassatransacties. Rekenvaardigheid Kassa-administratie Geld afromen Conclusies De afdelingsmanager: Geld storten trekken • toetst de financiële gegevens op juistheid, Gegevens Kassa’s afmelden betrouwbaarheid en volledigheid, spoort de controleren en Kassa registratie oorzaak op van de afwijkingen (kasverschillen) aannames verzorgen/controleren en bepaalt welke actie ondernomen moet toetsen Kasverschillen voorkomen worden, om de oorzaak aan te pakken. Procedures kluisbeheer naleven Veiligheid en criminaliteit: Huisregels Kwaliteit- en De afdelingsmanager: Calamiteiten productiviteitsnive CBL-veiligheidsplan • werkt ordelijk, administreert en rapporteert aus bewaken ICT en automatisering: nauwkeurig gegevens, zodat de geldstroom Systematisch inzichtelijk is en gebruikt kan worden voor de ICT-systemen hanteren werken bedrijfsvoering. Formulieren invullen,
November 2011
41
Kerntaak 4 Coördineert de kassatransacties en voert deze uit 4.4 werkproces: Sluit het afrekensysteem en verzorgt de geldadministratie Bedrijfsmatig handelen • •
Kostenbewust handelen Inzicht tonen in de dynamiek van de organisatie
De afdelingsmanager: • bepaalt de meest efficiënte werkvolgorde rekening houdend met prioriteiten, voorkoming van derving en andere werkprocessen, zodat kostenbewust wordt gehandeld.
berichten/advertenties/offertes/proced ures opstellen, aantekeningen maken (t) Geldadministratie verzorgen (r) ICT-systemen hanteren Kasverschillen analyseren (r)
•
November 2011
42
Bijlage: taal- en rekenprofiel afdelingsmanager (afkomstig uit kwalificatiedossier manager handel, uitstroom afdelingsmanager)
Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen (algemene eisen)
Nederlands en rekenen
In overeenstemming met de wet Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen zijn de voor het mbo vastgestelde referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen van toepassing. De toewijzing van referentieniveaus aan mbo-opleidingen is als volgt: • het referentieniveau 2F is van toepassing voor kwalificaties op niveaus 1, 2 en 3. • het referentieniveau 3F is van toepassing voor kwalificaties op niveau 4. Voor de afdelingsmanager is referentieniveau 3F van toepassing. Er is gebruikgemaakt van het referentiekader Nederlandse taal en rekenen en het Europees Referentiekader voor moderne vreemde talen. Beide zijn te vinden op www.coordinatiepunt.nl
Eisen aan Nederlands, rekenen en moderne vreemde talen vanuit het beroep gesteld (beroepseisen) Nederlands Indicatief bevindt de beroepsinhoud van de Afdelingsmanager zich op het volgende niveau: • Mondelinge taalvaardigheid: 3F • Leesvaardigheid: 3F • Schrijfvaardigheid: 3F • Taalverzorging en taalbeschouwing: Toelichting: Het subdomein Mondelinge taalvaardigheid binnen dit beroep heeft betrekking op het (mondeling) rapporteren over beleid en resultaten aan het hoofdkantoor/ondernemer, het selecteren van nieuwe medewerkers, het aansturen van collega’s door te stimuleren, corrigeren, instrueren, controleren en hen te evalueren, beargumenteren en implementeren van beleid, het afhandelen van klachten en het leiden van werkoverleg of spreken bij personele aangelegenheden. Hiervoor geldt niveau 3F. Het mondeling rapporteren over werkzaamheden, het informeren, begroeten en benaderen van klanten, etc. zijn ook taken binnen dit subdomein: voor deze taken geldt echter het niveau 2F. Het subdomein Leesvaardigheid binnen dit beroep heeft betrekking op het lezen en verwerken van beleid, (activiteiten)plannen en (financiële)
November 2011
43
administratie, ontwikkelingen op de markt, in de branche en in de organisatie en ten behoeve van werving en selectie van medewerkers. Hiervoor geldt niveau 3F. Het subdomein Schrijfvaardigheid binnen dit beroep heeft betrekking op het (schriftelijk) rapporteren/registreren van activiteiten, voorstellen en overzichten aan het hoofdkantoor/de centrale organisatie (kort, bondig en goed beargumenteerd), (activiteiten)plannen opstellen en het schriftelijk communiceren met klanten, gemeente, etc. Hiervoor geldt niveau 3F. Voor het subdomein Taalverzorging en taalbeschouwing zijn geen niveau en taken aangegeven: dit subdomein is geïntegreerd met Schrijfvaardigheid en ook zodanig bekeken. Meer informatie over de taaltaken van dit beroep (gerelateerd aan subdomein en niveau) is te vinden in het document ‘Overzicht taaltaken in de kwalificatiedossiers Handel’ opwww.kchandel.nl. Rekenen Indicatief bevindt de beroepsinhoud van de Afdelingsmanager zich op het volgende niveau: • Getallen: 3F • Verhoudingen: 3F • Meten en meetkunde: 2F • Verbanden: 2F Toelichting: Het subdomein Getallen heeft binnen dit beroep betrekking op het maken van berekeningen ten aanzien van omzet, verkoop en jaar- en kwartaalplan, het doorrekenen van verbetervoorstellen en opstellen en berekenen van budget(verschillen). Hiervoor geldt niveau 3F. Het tellen en vergelijken van aantallen (met name binnen goederenstroom), het afmeten en afwegen bij branchespecifiek maatwerk leveren en het rekenen met geld zijn ook taken binnen dit subdomein. Deze taken variëren op niveau 1F en 2F. Het subdomein Verhoudingen heeft binnen dit beroep betrekking op het maken van berekeningen ten aanzien van omzet, verkoop en jaar- en kwartaalplan, het doorrekenen van verbetervoorstellen en opstellen en berekenen van budget(verschillen). Hiervoor geldt niveau 3F. Het berekenen van personeelsformatie, bepalen van bestelhoeveelheid en het gebruiken van artikelspecificaties bij het verkoopgesprek en branchespecifiek maatwerk zijn ook taken binnen dit subdomein. Voor deze taken geldt het niveau 2F. Het subdomein Meten en meetkunde heeft binnen dit beroep betrekking op plaats bepalen, weg vinden en presentatieplan lezen en gebruiken. Hiervoor geldt niveau 2F. Het subdomein Verbanden heeft binnen dit beroep betrekking op het maken van een uren-/taakverdelingen en maken van berekeningen en prognoses rondom voorraad, verkoop, etc. Hiervoor geldt niveau 2F. Het berekenen van de voorraadkengetallen en het interpreteren van verkoopcijfers zijn ook taken binnen dit subdomein. Voor deze taken geldt het niveau 3F.
November 2011
44
Meer informatie over de rekentaken van dit beroep (gerelateerd aan subdomein en niveau) is te vinden in het document ‘Overzicht rekentaken in de kwalificatiedossiers Handel’ op www.kchandel.nl. Moderne vreemde talen - Engels of Duits Indicatief bevindt de beroepsinhoud van de Afdelingsmanager zich op het volgende niveau: • Luisteren: B1 • Lezen: B1 • Gesprekken voeren: B1 • Spreken: B1 • Schrijven: B1 Toelichting: De volgende taaltaken zijn benoemd voor de afdelingsmanager: • luisteren: feitelijke informatie over onderwerpen uit het vakgebied begrijpen (bv. tijdens bijeenkomsten en vergaderingen) • lezen: feitelijke teksten over onderwerpen uit het vakgebied grotendeels begrijpen (bv. in correspondentie en rapporten) • gesprekken voeren: zaken regelen en sociale contacten onderhouden m.b.t. onderwerpen uit het vakgebied (tijdens werkcontacten, telefoneren, etc.) • spreken: een eenvoudige uiteenzetting geven over een bekend onderwerp van het vakgebied (bv. tijdens presentaties, informeren/adviseren van klant) • schrijven: met standaardformuleringen aantekeningen maken of formulieren invullen met betrekking tot het vakgebied
November 2011
45