Doetinchem, 21 juli 2014
Deze notitie over het risico op verzakking van bebouwing als gevolg van de plannen is opgesteld in 2011. In de notitie wordt een verwachte grondwaterstandstijging in de bebouwde kom van Ellecom genoemd. Wij wijzen erop dat de plannen na het opstellen van deze notitie nog zijn aangepast, de zogenoemde ‘koerswijziging’. In de plannen zoals deze in de zomer van 2014 ter inzage liggen is geen sprake meer van een stijging van de grondwaterstand in de bebouwde kom van Ellecom als gevolg van de plannen. De notitie vormt echter nog wel een goede onderbouwing van de antwoorden met betrekking tot het risico op verzakking in de reactienota.
Notitie
Datum: Betreft: Kenmerk: Bestemd voor: Ter attentie van: Opgesteld door:
12 december 2011 Risico-scan grondwaterstandverhoging op draagkracht bodem en gebouwschade KK37, NOT20111207 Waterschap Rijn en IJssel de heer G. Houwers ir. F.A.A.R. Aalbers
Inleiding Tijdens het startoverleg vervolgonderzoek Ellecom -inrichtingsplan waterhuishouding Middachterbroek en Ellecomse polder op 9 september 2011 is een vraag gesteld wat de effecten van de grondwaterstandverhoging zijn op de draagkracht van de bodem. In deze notitie is een eerste risico-scan uitgevoerd van de voorgenomen grondwaterstandverhoging op de draagkracht van de bodem en de daaruit voortkomende gebouwschade. Aanpak Een grondwaterstandverhoging heeft invloed op de draagkracht van de bodem. Door de grondwaterstand te verhogen neemt de korrelspanning in de bodem onder het grondwaterniveau af (korrelspanning= bodemspanning – waterspanning). De afname van de korrelspanning is afhankelijk van bodemopbouw, het aanlegniveau van de fundering en de oorspronkelijke en nieuwe grondwaterstand. Bij substantiële grondwaterstandverhoging kan draagkrachtverlies van belang zijn. In specifieke situaties kan dit aanleiding zijn om de gevoeligheid van de bebouwing voor dit effect nader te beoordelen. Het is vooralsnog niet doelmatig om bij elke woning een risico analyse te doen (bodemopbouw, scheefstand- en funderingsonderzoek en grondwaterstandverhoging). Daarom is in overleg met het waterschap besloten om een verkennende analyse uit te voeren van de historische opgetreden grondwaterstanden. Veel woningen zijn gebouwd in een tijd met minder grondwateronttrekkingen door Vitens en dientengevolge hogere grondwaterstanden. Als de (gemodelleerde) stijging van de grondwaterstand valt binnen de range die in het verleden al is opgetreden, kan gesteld worden dat het risico op gebouwschade als gevolg van draagkrachtverlies van de bodem minimaal is. Bij het bouwen zal destijds rekening gehouden zijn met de toen heersende grondwaterstanden. Verkennende analyse historische grondwaterstanden in relatie tot de winning van Vitens Er is gebruik gemaakt van de volgende gegevens: • Definitief rapport 'Afvoer van zandwinplas Beimerwaard, Royal Haskoning, kenmerk: 9W4377/L00003/900642/BW/DenB, 10 november 201. • Geohydrologische visie Havikerpoort, Definitief rapport, Waterschap Rijn en IJssel, kenmerk: 9R5191, 13 juni 2006. • Dinoloket.
KK37, NOT20111207
12-12-11
2
Onttrekking Vitens De grondwaterwinning in Ellecom onttrekt sinds 1952 grondwater. Vanaf de jaren ’60 van de vorige eeuw is er een sterke toename in het onttrekkingsdebiet. Het huidige onttrekkingsdebiet is opgelopen tot ongeveer 5,3 miljoen m³/jaar. Het maximaal vergunde debiet bedraagt 6,0 miljoen m³/jaar. Historische grondwaterstanden Om inzicht te krijgen in de grondwatersituatie voor onttrekking van het grondwater door Vitens zijn grondwaterstandgegevens nodig van voor de drinkwaterwinning (<1950). Deze gegevens ontbreken. Wel zijn er drie peilbuizen in Ellecom aanwezig met meetreeksen vanaf 1958. Dit zijn peilbuizen B40E0001, B40E0291 en B40E0176 van Vitens (zie figuur 2). Opgemerkt wordt dat peilbuizen B40E0291 en B40E0176 dicht bij elkaar liggen. In onderstaande tabel zijn de peilbuiskarakteristieken van deze peilbuizen weergegeven. Tabel 1: Peilbuiskarakteristieken. locatie
X-, en Ycoördinaat
maaiveld cm NAP
bovenkant peilbuis cm NAP
bovenkant filter cm NAP
onderkant filter cm NAP
startdatum
einddatum
B40E0001
203410, 449280
1443
1517
461
361
23-5-1958
12-7-1989
B40E0001
203410, 449280
1443
1516
461
361
12-7-1989
16-4-1996
B40E0001
203410, 449280
1442
1516
461
361
16-4-1996
28-1-1998
B40E0291
203650, 449620
1037
1111
367
267
23-5-1958
28-4-1971
B40E0176
203640, 449630
1020
1048
111
11
15-1-1973
18-11-1974
B40E0176
203640, 449630
1020
1062
111
11
18-11-1974
14-9-1975
In 1958 bedroeg het onttrekkingsdebiet ongeveer 100.000 m³/jaar. Verwacht wordt dat in deze periode de effecten van de onttrekking op de grondwaterstanden beperkt zijn geweest. Deze periode kan daarom als een oorspronkelijke situatie worden beschouwd, met een min of meer natuurlijke grondwatersituatie.
KK37, NOT20111207
12-12-11
3
B40E0001
B40E0291/B40E0176
Figuur 1: Overzicht ligging peilbuizen B40E0001, B40E0291 en B40E0176. In figuur 2 zijn de grondwaterstanden van de geraadpleegde peilbuizen weergegeven. Hieruit volgt dat de diepere grondwaterstanden nabij Ellecom met 2 à 2,5 meter zijn gedaald ten opzichte van 1958. Opgemerkt wordt dat er geen meetreeksen beschikbaar zijn in het bebouwde gebied van Ellecom. Het is dan ook niet exact bekend wat de historische grondwaterstanden in het dorp zijn.
KK37, NOT20111207
12-12-11
4
B40E0001
B40E0291
B40E0176
11,0 10,5 10,0
m t.o.v. NAP
9,5 9,0 8,5 8,0 7,5 7,0 6,5 31‐10‐99
18‐11‐97
07‐12‐95
25‐12‐93
13‐01‐92
31‐01‐90
19‐02‐88
09‐03‐86
27‐03‐84
15‐04‐82
03‐05‐80
22‐05‐78
09‐06‐76
28‐06‐74
16‐07‐72
04‐08‐70
22‐08‐68
10‐09‐66
28‐09‐64
17‐10‐62
04‐11‐60
23‐11‐58
11‐12‐56
6,0
Figuur 2: Gemeten stijghoogten in peilbuizen B40E0001 en B40E0291
Analyse grondwaterstanden in relatie tot de IJsselstanden Ellecom is gelegen langs de IJssel. De grondwaterstanden in Ellecom worden ook beïnvloed door het waterpeil in de IJssel. Voor de periode 1993-1995 zijn de IJsselstanden nabij de Doesburg brug opgevraagd bij Rijkswaterstaat (www.waterbase.nl). Deze waterstanden zijn vergeleken met de gemeten grondwaterstanden in peilbuis B40E0001. In figuur 3 zijn de grondwaterstanden en IJsselstanden uitgezet. De relatie met de grondwaterstanden is duidelijk te zien. Hieruit volgt dat als gevolg van hoog IJsselwater periodiek hoge grondwaterstanden optreden.
KK37, NOT20111207
12-12-11
5
B40E0001 (grondwaterstand)
Doesburg brug (waterstand IJssel)
11,0 10,0
m t.o.v. NAP
9,0 8,0 7,0 6,0 5,0
28‐12‐97
06‐01‐97
16‐01‐96
25‐01‐95
03‐02‐94
12‐02‐93
22‐02‐92
03‐03‐91
4,0
Figuur 3: Gemeten stijghoogten in peilbuis B40E0001 en waterstand in de IJssel.
Conclusie Verwacht wordt dat als gevolg van de voorgenomen maatregelen van het waterschap de GHG in het bebouwde gebied van Ellecom tussen 0 en 30 cm gaat stijgen. De meeste woningen in Ellecom zijn voor 1968 gebouwd. Bij deze woningen zijn de grondwaterstanden tijdens de bouw aanzienlijk hoger geweest, doordat voor 1968 veel minder grondwater werd onttrokken. Daarnaast is in Ellecom bekend dat de grondwaterstanden onder invloed staan van de hoge IJsselpeilen, waarbij de Ellecomse polder ook onder water komt te staan. Gesteld wordt dat bij de bouw van de woningen met deze (periodiek) hoge grondwaterstanden rekening zou moeten zijn gehouden. Bovendien geldt dat de grondwaterstanden ten gevolge van hoge IJsselstanden in het verleden aanzienlijk hoger zijn geweest dan de verwachte toekomstige GHG als gevolg van de waterschapsmaatregelen. Het risico op gebouwschade, als gevolg van het draagkrachtverlies van de bodem als gevolg van de grondwaterstandverhoging door de waterschapsmaatregelen, wordt derhalve als minimaal beoordeeld.
KK37, NOT20111207
12-12-11