Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Algemene taalwetenschap 00.1.01 1 3 Semester 1 Vanden Wyngaerd Guido
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Het doel van de cursus is om de studenten vertrouwd te maken met de basisconcepten van de de fonologie, de morfologie en de syntaxis. Niveau Inleidend Begincompetentie Geen specifieke begincompetenties andere dan de algemene eindcompetenties middelbaar onderwijs. Eindcompetenties De studenten: - kunnen fonemen articulatorisch beschrijven op basis van het IPA-symbool, en omgekeerd aan een beschrijving in articulatorische termen een IPA-symbool koppelen; - kunnen een fonetische verandering vertalen in een verandering van distinctieve kenmerken, en een in woorden gegeven fonetische regel formuleren in het geëigende formalisme; - kunnen natuurlijke klassen herkennen en de bijhorende distinctieve kenmerken geven; - kunnen data uit toontalen voorzien van de correcte suprasegmentele representatie; - kunnen morfologische processen herkennen en correct benoemen; - kunnen een correcte hiërarchische structuur tekenen voor een eenvoudige zin. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave In de cursus Algemene Taalwetenschap worden een aantal taalkundige basisbegrippen behandeld. De cursus omvat drie onderdelen 1. Basisnoties van de fonologie (IPA transcriptie, foneem-allofoon onderscheid, distinctieve kenmerken, suprasegmentele fonologie, syllabestructuur, klemtoon); 2. Basisnoties van de morfologie flectie, compositie, derivatie, root-and-patternmorfologie); 3. Syntaxis: boomarchitectuur, X’-theorie, functionele projecties, verplaatsing (NP, wh, hoofd), thematische rollen en grammaticale functies. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Algemene taalwetenschap
Pagina 1
Contacturen: 26 Verwerking: 58 Totaal: 84 Studiebegeleiding Individuele begeleiding na afspraak Studiemateriaal Cursusmateriaal: Syllabus: Algemene Taalwetenschap, Vanden Wyngaerd, G. Evaluatie Organisatie Schriftelijk examen met meerkeuzevragen. Het examen streeft een evenwicht na tussen enerzijds een aantal vragen die een beroep doen op naakte kennis van de leerstof, en anderzijds een aantal vragen die expliciet peilen naar inzicht in de materie van de cursus. Eerste examenkans januari - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen. Het examen wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Algemene taalwetenschap
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Inleiding tot de filosofie 00.1.02 1 3 Semester 2 Van Reusel Walter
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling In de cursus worden de studenten ingeleid in de westerse filosofie. Van hieruit wordt met kritische blik naar de actualiteit gekeken. Veel aandacht gaat naar de eigen taal en terminologie van de filosofie. Niveau Uitdiepend Begincompetentie De cursus kan worden gevolgd door wie de eindcompetenties SO heeft verworven. Eindcompetenties De studenten - kunnen de voornaamste filosofen en stromingen in het juiste historische kader plaatsen; - kunnen de voornaamste filosofische stromingen en begrippen precies definiëren; - kunnen de voornaamste filosofische thema’s en vraagstellingen omschrijven; - kunnen de antwoorden op de filosofische thema’s en vraagstukken vergelijken; - kunnen filosofische vragen en antwoorden herkennen in de actualiteit. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave Deel I. Historische inleiding in de wijsbegeerte Hoofdstuk 1: Overzicht van de antieke wijsbegeerte Hoofdstuk 2: Overzicht van de middeleeuwse wijsbegeerte Hoofdstuk 3: Overzicht van de wijsbegeerte der moderne tijden Hoofdstuk 4: Overzicht van de hedendaagse wijsbegeerte Deel II Thematisch overzicht van de westerse wijsbegeerte Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 20,5 Verwerking: 42,5 _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Inleiding tot de filosofie
Pagina 1
Lectuur: 12 Totaal: 75 Studiebegeleiding De docent is steeds aanspreekbaar voor de les of in het professorenlokaal. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Eigen cursus beschikbaar via cursusdienst Cursusmateriaal: Leven met de ander. Over vriendschap en verdraagzaamheid, Van Reusel, W., Davidsfonds, ISBN: 9058263142 Evaluatie Organisatie De evaluatie van de leeractiviteit gebeurt uitsluitend schriftelijk. Het examen is geen opstelwedstrijd. De antwoorden geven de inhoud weer van de behandelde leerstof. Volledigheid en nauwkeurigheid en respect voor de eigen technische taal van de filosofie zijn belangrijkste parameters. Tijdens de les worden regelmatig voorbeeldvragen opgegeven. Eerste examenkans juni - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract Schriftelijk examen op basis van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Inleiding tot de filosofie
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Recht en (inter)nationale instellingen 00.1.03 1 3 Semester 2 Montangie Yves
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Deze cursus beoogt de studenten een basiskennis te geven van het recht en de wijze waarop het het dagelijkse leven van iedereen beïnvloedt. Daarbij wordt vooral het burgerlijk recht, waarmee iedereen in zijn privéleven en professionele leven wordt geconfronteerd, belicht. De studenten verwerven ook kennis van de procedures ter afdwinging van subjectieve rechten en van de belangrijkste Europese en internationale instellingen en hun actieterrein. Niveau Inleidend Begincompetentie Deze cursus kan gevolgd worden zonder specifieke voorkennis. Een gezonde belangstelling voor het ruime maatschappelijke gebeuren is aanbevolen. Eindcompetenties De studenten: - hebben kennis van de voornaamste juridische begrippen en regels waarmee zij in hun persoonlijke leven en beroepsleven geconfronteerd kunnen worden; - kennen de werking en het actieterrein van de belangrijkste regelgevende, uitvoerende en rechtsprekende instellingen; - kunnen juridische problemen herkennen, juist kwalificeren en situeren zodat zij gericht op zoek kunnen gaan naar informatie of raadgevingen omtrent concrete juridische problemen. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave Verbintenissen en overeenkomsten - Verbintenissenrecht. - Enkele bijzondere overeenkomsten - Aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad Vermogensrecht - Eigendomsrecht en andere zakelijke rechten - Zakelijke en persoonlijke zekerheden Personen- en familierecht - De staat van persoon en nationaliteit _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Recht en (inter)nationale instellingen
Pagina 1
- Huwelijk en andere samenlevingsvormen, echtscheiding - Huwelijksvermogensrecht - Erfrecht Bewijsrecht en grechtelijk recht Internationale instellingen - De EU/EG - De Raad van Europa - De VN en zijn gespecialiseerde organisaties en hulporganen - Andere grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 49 Totaal: 75 Studiebegeleiding Studenten kunnen steeds met vragen terecht bij de docent. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Beginselen van het burgerlijk recht, B. Bouckaert, B. De Moor, Deurne. Uitgeverij Novum-Wolters Kluwer België, ISBN: 9052024324 Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans juni - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een schriftelijk examen. De te kennen stof + studiemethode wordt in overleg met de docent vastgelegd ten laatste 30 dagen na het begin van de colleges. Het examen zelf wordt afgenomen op basis van de leerinhoud.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Recht en (inter)nationale instellingen
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Europese literatuur 00.1.04 1 3 Semester 1 De Clercq Martine
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Meer dan ooit worden we geconfronteerd met de vraag naar een ‘Europese identiteit’. We denken aan het debat over het ‘Europese verdrag’. Hoe kan de cultuur, en meer specifiek de literatuur bijdragen tot een zekere bewustwording? Bij wijze van verkenning wordt nagegaan hoe de schrijver een soort ‘ontdekkingsreiziger is in het bestaan’ (M. Kundera). Hoe komt in de verschillende werken de vraag naar een ‘identiteit’ te voorschijn? Wat betekent ‘Europees’? Hoe kan met ‘een verhaal’ over de Europese literatuur inbedden in een ‘literatuurgeschiedenis’? Met welke problemen worden we hier geconfronteerd? Vanuit werken van ‘hedendaagse’ auteurs wordt teruggeblikt op voorgaande periodes, voornamelijk op de 18de en 19de eeuw en wordt nagegaan welk intertekstueel spel er gespeeld wordt. De steeds groter wordende mediabelangstelling via verschillende adaptaties wordt eveneens onderzocht. Niveau Inleidend Begincompetentie Kennis: een basiskennis over literatuur Inzicht: analytisch en synthetisch redeneringsvermogen Attitudes: openheid en enthousiasme om nieuwe kennishorizonten te verkennen Eindcompetenties De studenten: - krijgen inzicht in de mechanismen die tot stand komen in de ontwikkeling van een genre, i.c. de roman; - moeten verbanden kunnen leggen tussen de verschillende periodes; - kunnen vooral reflecteren over een literair werk als mogelijke uitdrukking van een werkelijkheid. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave Met behulp van een referentiekader waarbij sociaal-economische, filosofische, artistieke factoren een rol spelen wordt gepoogd een evolutie te schetsen van de ‘Europese roman’ als uitdrukking en invraagstelling van de ‘Europese burger’. Vanuit een vergelijkend perspectief wordt een motief ontleed, i.c. het motief van de stad doorheen de verschillende periodes. Tevens wordt nagegaan hoe in de visuele kunsten een mogelijke analoge perceptie van de werkelijkheid tot uiting komt. Onderwijstaal _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Europese literatuur
Pagina 1
Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 19,5 Verwerking: 39 Lectuur: 25,5 Totaal: 84 Studiebegeleiding De studenten krijgen de kans om hun examen in te zien om na te gaan waar het fout is gelopen: gebrek aan inzicht, te weinig verbanden, het essentiële van het bijkomstige niet kunnen onderscheiden, geen detailkennis … Er wordt gedetailleerd gewezen op de lacunes. De wijze waarop hieraan kan geremedieerd wordt voorgesteld. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Eigen cursus beschikbaar via cursusdienst Evaluatie Organisatie De beoordeling gebeurt aan de hand van een schriftelijk examen. De verdeling van de cijfers gebeurt als volgt: -brede verbandsvraag: /10 -situering van een subgenre /6 -omschrijving van een auteur, begrip, werk, kunstwerk /4 Voorbeelden van examenvragen: 1. Hoe komt de dialectiek tussen ‘de roman als kunstwerk’ en ‘de roman als wetenschap’ tot uiting? 2. Situeer de ‘typologische roman’ 3. Definieer: - Sense and Sensibility - Gogol - decadentisme Eerste examenkans januari - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract Schriftelijk examen
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Europese literatuur
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Academische vaardigheden 00.2.05 2 6 Semester 2, Semester 1 Raedts Mariet Geens Dirk, Gheysens Godwin
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Het academische karakter van de bacheloropleiding Toegepaste Taalkunde veronderstelt dat studenten aan het einde van hun opleiding een reeks wetenschappelijke vaardigheden verworven hebben. Tot die competenties horen onder meer de basisprincipes en -technieken voor het ontwerpen en uitvoeren van een verkennende wetenschappelijke literatuurstudie. Ook het rapporteren over (de resultaten van) de uitgevoerde studie in een tekst die inhoudelijk, structureel en taalkundig voldoet aan de academische eisen is een vaardigheid die studenten nodig hebben om hun bachelorproef met succes af te ronden. Meer dan waarschijnlijk zullen studenten in hun opleiding Toegepaste Taalkunde geconfronteerd worden met publicaties over kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Zij moeten dus ook de beschreven onderzoeksmethodes en –instrumenten kritisch kunnen evalueren. Tot slot moeten de studenten in staat zijn om de resultaten van empirische onderzoek correct te interpreteren. Daarvoor moeten zij op de hoogte zijn van een aantal basisbegrippen en toetsen uit de statistiek. Het opleidingsonderdeel Academic Writing heeft tot doel de studenten te helpen de net opgesomde competenties te verwerven en aan te scherpen. Informatieverwerking De technologie is een belangrijk werkinstrument. Onze studenten moeten er dus mee om kunnen springen als ervaren gebruikers. In het theoretisch gedeelte van dit opleidingsonderdeel worden in het bijzonder de cognitieve aspecten i.v.m. technologische ontwikkeling en gebruik van technologie uiteengezet: inzicht in apparatuur en programmatuur, inzicht in toepassingen in het algemeen en toepassingsmogelijkheden binnen het raakvlak taal-technologie. Technologische vaardigheid steunt uiteraard ook op uitgebreide creatieve competenties. Specifieke oefeningen met betrekking tot de studie van taal door middel van de technologie Daar de technologie ook een belangrijk object van vertaling is gaat er ook bijzondere aandacht naar de basisterminologie en de belangrijkste informatiebronnen met betrekking tot het vakgebied. Niveau Inleidend Begincompetentie De studenten: - beheersen basisvaardigheden van het besturingssysteem (Windows XP), i.e. elementair gegevensbeheer, gebruikersinterface, programmainterface, instellingen; - beheersen basisvaardigheden van burotica (Word, Excel), i.e. documenten aanmaken, opslaan, beheren, afdrukken, basisinstellingen, elementaire opmaak; - beheersen basisvaardigheden van networking: client-server systemen, internet (www en e-post); - beheersen het Nederlands op moedertaalniveau; _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Academische vaardigheden
Pagina 1
- begrijpen de grote lijnen van Engelstalige (wetenschappelijke) teksten met behulp van een woordenboek. Eindcompetenties De studenten: - hebben een goede kennis van de procedures die kunnen worden aangewend in de opeenvolgende fasen van een literatuurstudie; - kunnen alle stappen van een literatuurstudie plannen en uitvoeren in functie van een zelfafgebakend thema; - kunnen informatie uit wetenschappelijke bronteksten op een systematische manier verzamelen, kritisch duiden en hierover op een zakelijke wijze; - kunnen een kritische houding aannemen tegenover gerapporteerde onderzoeksgegevens; - hebben inzicht in de belangrijkste informaticatoepassingen: besturingssysteem, i.h.b. Windows, buroticatoepassingen, office-suites in het algemeen, i.h.b. tekstverwerkings- en rekenbladtoepassingen en het internet; - hebben inzicht in de verschillende kennisdomeinen i.v.m. het gebruik van technologie bij de studie van taal en literatuur. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Academische vaardigheden/Academische schrijfvaardigheid 3 Semester 2 Gheysens Godwin, Raedts Mariet
Inhoudsopgave • Het begrip academische schrijfvaardigheid • Afbakenen van een onderzoeksthema of focus • Opstellen/afleiden van een onderzoeksvraag en relevante deelvragen • Kennismaking met (elektronische) catalogi en databanken • Het verschil tussen wetenschappelijke, pseudo-wetenschappelijke en vulgariserende publicaties • Systematisch zoeken naar relevante wetenschappelijke bronteksten • Voor- en nadelen van zoeken op het internet • Het begrip plagiaat • Manieren om plagiaat in de eigen tekst te vermijden • De APA-regels voor verkorte bronverwijzing in teksten • Het opstellen van de referentielijst • Leesstrategieën voor wetenschappelijke teksten • Informatie uit bronteksten coderen • Informatie uit bronteksten ordenen en synthetiseren • Overzicht van kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethodes binnen het taalbeheersingsonderzoek • Overzicht van enkele statistische basisbegrippen (o.a. standaarddeviatie, p-waarde) • Overzicht van enkele veel gebruikte statistische toetsen (o.a. t-test, ANOVA) • Inhoudelijke en structurele genrevereisten van de literatuursamenvatting • Academische stijl en academisch taalgebruik Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contactonderwijs: 26 Verwerking: 15 _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Academische vaardigheden
Pagina 2
Taken: 35 Totaal: 76 Studiebegeleiding Individuele begeleiding na afspraak. Studiemateriaal Syllabus: Academische schrijfvaardigheid, Raedts Syllabus: Informatievaardigheden (Toledocursus), Gheysens Evaluatie Organisatie Eerste zittijd: - schriftelijk examen (50%) - permanente evaluatie (50%): de studenten schrijven een aantal papers. Tweede zittijd: - schriftelijk examen (50%) - mondelinge evaluatie (50%): de studenten lichten hun papers mondeling toe Eerste examenkans juni - Schriftelijk examen - aandeel van 50% juni - Permanente evaluatie - aandeel van 50% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 50% september - Mondelinge evaluatie - aandeel van 50% Examencontract Studenten met een examencontract worden op dezelfde wijze geëvalueerd als de studenten zonder examencontract. Zij moeten tijdens het academiejaar dus ook alle taken via Toledo vóór de deadline aan de docent bezorgen. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Academische vaardigheden/Taal & Computer 3 Semester 1 Geens Dirk
Inhoudsopgave Theoretisch gedeelte - Informatietechnologie - Besturingssysteem, Windows - Computertaalkunde - Corpustaalkunde - Kwantitatieve Taalkunde - Automatisering - Mathematische Taalkunde - Algoritmische Taalkunde (“Language Engineering”) - Literatuur en Computers _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Academische vaardigheden
Pagina 3
Praktisch gedeelte - Gegevensbeheer met Windows - Instellingen Windows - Word – vervolmaking - Excel – vervolmaking Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie discussie: 3 Contacturen: 26 Verwerking: 30 Taken: 6 Zelfstudie: 10 Totaal: 75 Studiebegeleiding Spreekuur: op afspraak na e-post Digitaal spreekuur op geregelde tijdstippen - worden meegedeeld via TOLEDO Studiemateriaal Cursusmateriaal: Taal en computer: inleiding, D. Geens, ACCO Leuven, ISBN: 9033459426 Evaluatie Organisatie Eerste zittijd Er wordt een examen georganizeerd tijdens de juni-zittijd. Dit examen zal bestaan uit een mondeling theoretisch examen (20 %) èn een praktisch examen (55 %). De permanente evaluatie, die gebaseerd is op de oefeningen en opdrachten door de studenten ingeleverd tijdens het semester wordt voor 25 % van het examenresultaat verrekend. Het juni-examen meet welke cognitieve en welke creatieve vaardigheden verworven zijn. De permanente evaluatie heeft betrekking op de drie leervormen die gebruikt worden: de theoretische inzichten verworven tijdens de algemene colleges (1/3), de praktische vaardigheden (1/3) verworven tijdens de oefencolleges (praktijkcolleges), en de creatieve vaardigheden al aanwezig bij de instroom of verworven door de zelfstudie (1/3). Studenten die een gecertificeerd ECDL-getuigschrift of een VIA-certificaat kunnen voorleggen, worden vrijgesteld van de permanente evaluatie. Tweede zittijd Het examen in de tweede zittijd verloopt op precies dezelfde wijze als dat van de eerste zittijd. Wat de permanente evaluatie betreft, wordt er aan de betrokken studenten evenwel een individueel oefenplan voorgesteld aangepast aan hun persoonlijk profiel. Eerste examenkans januari - Permanente evaluatie - aandeel van 25% januari - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 75% _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Academische vaardigheden
Pagina 4
Tweede examenkans september - Permanente evaluatie - aandeel van 25% september - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 75% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen. Het examen wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Academische vaardigheden
Pagina 5
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming RZL 00.3.06 1 3 Semester 2 Haverhals Barbara
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Inzicht verwerven in en stimuleren van de persoonlijke reflectie over de pluraliteit van waarden, levensbeschouwingen en zingevingsystemen, door kennis te maken met historische en eigentijdse filosofische benaderingen van de mens in zijn relatie tot het andere, de mogelijkheid van kennis en de vormgeving van het samenleven. Niveau Inleidend Begincompetentie Kenniselementen - basale kennis van historische begrippen en referentiekaders; - algemene kennis van de hoofdlijnen van de westerse cultuur en geschiedenis; - vertrouwdheid met de sociale dimensie in verschillende maatschappelijke domeinen; - bekendheid met de invloed van wereldbeschouwingen en waardestelsels op samenlevingen en menselijk gedrag; - inleidende kennis van ethische en morele noties uit moraal of godsdienstonderricht van het middelbaar onderwijs. Vaardigheden - het vermogen tot redeneren en kritisch reflecteren; - het vermogen om historische informatie vanuit verschillende standpunten te benaderen en kritisch te bevragen; - de studenten zijn in staat om verschillende argumentaties tegen elkaar af te wegen. Attituden - bereidheid om actuele problemen en probleemvelden aan hun historische ontwikkeling te relateren; - de studenten erkennen dat historische evoluties een diversiteit aan sociale identiteiten genereren; - de bereidheid om persoonlijke en professionele interessen te situeren binnen bredere referentiekaders en te belichten; vanuit de daarmee verbonden waardestelsels. Eindcompetenties Kenniselementen - basiskennis van het verschil tussen antropologische, epistemologische en ethische kwesties; - inzicht in het belang van een filosofische benadering van wetenschap, rationaliteit en techniek; - kennis van de historische en culturele achtergrond waartegen de hedendaagse invulling van zin en goedheid in de Westerse maatschappij gestalte krijgt; _________________________________________________________________________________________________ 20/11/2007
RZL
Pagina 1
- inzicht in de opbouw van diverse argumentaties en concepties inzake seculiere en religieuze levensbeschouwingen; - kennis van de idealen, principes en waarden waarop het pluralisme en de democratie gebaseerd zijn. Vaardigheden - vakoverschrijdende, academische vaardigheden die het mogelijk maken om de vanzelfsprekendheid van het bekende te doorbreken en de maatschappelijke werkelijkheid in haar diverse deeldomeinen kritisch te bevragen; - het vermogen om de grenzen van de eigen discipline te onderkennen en het eigen onderzoek in een multidisciplinair en maatschappelijk kader te plaatsten; - het vermogen tot een kritische bevraging van relevante informatie die de oordeelsvorming over maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische vraagstukken kan sturen; - de student heeft een kritisch reflectievermogen ontwikkeld om zelf een standpunt in te nemen in levensbeschouwelijke kwesties. Attituden - de bereidheid om ethische en normatieve denkwijzen te integreren in het wetenschappelijke denken en de praktijk van het eigen vakgebied; - begrip en betrokkenheid met betrekking tot ethische, normatieve en maatschappelijke vragen die samenhangen met de toepassing van kennis en de (toekomstige) beroepspraktijk; - de bereidheid om actuele/historische spanningsvelden vanuit verschillende gezichtshoeken kritisch te belichten, rekening houdend met mogelijke achterliggende waarden, normen en mentaliteiten. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave
Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 19,5 Verwerking: 55,5 Totaal: 75 Studiebegeleiding Individuele begeleiding op afspraak. Studiemateriaal
Evaluatie Organisatie
_________________________________________________________________________________________________ 20/11/2007
RZL
Pagina 2
Eerste examenkans juni - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract Schriftelijk examen
_________________________________________________________________________________________________ 20/11/2007
RZL
Pagina 3
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Terminologie en vertaalwetenschap 00.3.07 2 6 Semester 1 Rooms Joël Teeuwen Ludo, Verschueren Walter
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling In de leeractiviteit "Terminologie: computertoepassingen" leert de student het softwarepakket Multiterm gebruiken met als doel op een kritische manier kennis te maken met de voor- en nadelen van terminologische beheersoftware en de software onmiddellijk te gebruiken voor de colleges vertaling en in het latere beroepsleven als vertaler of tolk. In de leeractivtiteit "Vertaalwetenschap" maken de studenten kennis met de belangrijkste vertaaltheorieën van de twintigste eeuw. Deze kennis en de daaraan verbonden kritische reflectie moeten leiden tot betere en meer bewuste vertaalkeuzes bij de vertaalactiviteiten die ze ontwikkelen in de colleges vertaling. Niveau Uitdiepend Begincompetentie Voor de leeractiviteit "Terminologie: computertoepassingen" moet de student de basisbegrippen en -vaardigheden uit de leeractiviteit "Terminologie" van het opleidingsonderdeel "Vertaling I" in Bachelor 2 kennen en beheersen. Voor de leeractiviteit "Vertaalwetenschap" is geen specifieke voorkennis vereist. Eindcompetenties Voor de leeractiviteit "Terminologie: computertoepassingen": De studenten: - beheersen het softwarepakket Multiterm 5. Ze kunnen daarbij een databankmodel ontwerpen en implementeren; een invoermodel maken; een filter definiëren; de lay-out van het scherm wijzigen; een exportdefinitie maken; gegevens in een tabelvorm (word, excel,...) importeren in een Multitermdatabank; een kruisverwjizing aanmaken in een databank; gegevens van een Multitermdatabank omzetten naar Word (via speciaal sjabloon). - zijn in staat de voor- en nadelen van het gebruikte pakket kritisch te evalueren, dit om in een later beroepsleven eventueel een gemotiveerde keuze te kunnen maken tussen verschillende gelijkaardige softwarepakketten. Voor de leeractiviteit "Vertaalwetenschap": De studenten: - kennen de belangrijkste begrippen uit de verschillende vertaaltheorieën en kunnen die toepassen; - kunnen kritisch en genuanceerd nadenken over stereotype denkcategorieën (equivalentie, effect, vrije/letterlijke vertaling, adaptatie, (on)vertaalbaar, etc.) en ze kunnen die eventueel vervangen door accuratere concepten (pragmatisch effect, vertaalnormen en strategieën, doelpubliek, skopos, registeranalyse, etc.) die tot bewuste vertaalkeuzes kunnen leiden. _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Terminologie en vertaalwetenschap
Pagina 1
_________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Terminologie: computertoepassingen 3 Semester 1 Rooms Joël
Inhoudsopgave De studenten leren werken met het terminologisch softwarepakket "Multiterm 5". Ze leren daarbij zelf een databank maken, fiches toevoegen, wijzigen en verwijderen, een filter-, schermlay-outen exportdefinitie opstellen, gegevens exporteren uit en importeren in een multitermdatabank. Verder wordt ook ingegaan op de mogelijkheden die het internet biedt voor het aanmaken, beheren en gebruiken van een terminologische gegevensbank. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 36 Taken: 13 Totaal: 75 Studiebegeleiding Individueel op vraag van de student. Op het einde van de cursus wordt een proefexamen uitgedeeld, dat door de studenten wordt gemaakt en waarbij ze vragen kunnen stellen aan de docent. Studiemateriaal Aanvullende leermiddelen: extra studiemateriaal op Toledo Cursusmateriaal: Syllabus (beschikbaar via Joël Rooms), Joël Rooms Evaluatie Organisatie De studenten die het vak in het eerste semester gevolgd hebben, leggen het examen af in januari. De studenten die op uitwisseling waren, leggen het examen af in juni Eerste examenkans januari - Examen op PC - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Examen op PC - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een schriftelijk examen, dat wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit:
Vertaalwetenschap
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Terminologie en vertaalwetenschap
Pagina 2
Studiepunten: 3 Semester 1 Semester: Teeuwen Ludo, Verschueren Walter Docent(en): Inhoudsopgave Aan de hand van een aantal sleutelteksten worden de belangrijkste begrippen uit de moderne vertaalwetenschap kritisch toegelicht en in een zo functioneel mogelijk kader geplaatst. Worden achtereenvolgens behandeld: 1. The Linguistic Turn I: Equivalentietheorieën; 2. The Linguistic Turn: vertaalverschuivingstheorieën; 3. Functionele vertaaltheorieën; 4. The Cultural Turn I: Systeemtheorieën; 5. The Cultural Turn II: Vertaling en cultuur. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 35 Lectuur: 14 Totaal: 75 Studiebegeleiding Individueel op vraag van de student. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Toledocursus beschikbaar Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans januari - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een schriftelijk examen, dat wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Terminologie en vertaalwetenschap
Pagina 3
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene en academische vorming Bachelorpaper 00.3.08 1 9 Semester 1 + Semester 2 De Belder Marijke
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Met hun bachelorpaper bewijzen studenten dat zij in staat zijn op academisch niveau verslag uit te brengen over een zelfstandig gevoerde studie op onderzoeksgebieden van de opleiding Toegepaste Taalkunde. De studie betreft een of meer door de student bestudeerde talen. Niveau Gespecialiseerd Begincompetentie 1. De begintermen voor de bachelorpaper zijn de eindtermen voor de tweede bachelor. 2. De studenten zijn: a. vertrouwd met de fundamentele wetenschappelijke concepten op het gebied van de algemene en de toegepaste taalkunde; b. qua niveau van taalinzicht in staat onderzoek te doen op het gebied van de toegepaste taalkunde; c. qua niveau van taalbeheersing in staat hun onderzoek te presenteren in de taal of een van de talen die het voorwerp van hun onderzoek uitmaakt. Eindcompetenties De studenten kunnen: - een vooraf afgebakend onderzoeksproject stapsgewijs uitvoeren; - een geschikte onderzoeksmethode toepassen; - secundaire literatuur raadplegen en kritisch evalueren; - indien nodig, datamateriaal verzamelen, filteren en verwerken; - tot een aanzet van probleemoplossing komen; - over hun onderzoek rapporteren in een verzorgde taal en een heldere academische schrijfstijl. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave Tijdens de contacturen Academische Schrijfvaardigheid komen de volgende onderwerpen aan bod: - het begrip academische schrijfvaardigheid _________________________________________________________________________________________________ 20/12/2007
Bachelorpaper
Pagina 1
- verschillende genres binnen het academische schrijven - het begrip plagiaat - manieren om plagiaat in eigen teksten te vermijden - de APA-regels voor verkorte bronvermelding in teksten - leesstrategieën voor wetenschappelijke teksten - criteria voor het evalueren van wetenschappelijke teksten - notatiesystemen om wetenschappelijke teksten samen te vatten - het ordenen van wetenschappelijke bronteksten - het opstellen van een bouwplan voor een literatuurverslag - de inhoud van de inleiding, het middenstuk en de conclusie van een literatuurverslag - de eisen die de academische wereld stelt aan een literatuurverslag - evalueren van de eigen tekst Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 6 Verwerking: 200 Taken: 20 Totaal: 226 Studiebegeleiding Alle leden van het onderwijzend personeel treden op als begeleider. Er wordt gestreefd naar een evenwichtige verdeling van de bachelorproeven over het beschikbare personeel, rekening houdend met hun specifieke opdrachten. Voor problemen die te maken hebben met referentieproblemen kunnen de studenten terecht bij M. De Belder. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Teksten door de docent ter beschikking gesteld Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans januari - Permanente evaluatie - aandeel van 11% juni - Bachelorpaper - aandeel van 89% Tweede examenkans september - Permanente evaluatie - aandeel van 11% september - Bachelorpaper - aandeel van 89% Examencontract Dit opleidingsonderdeel komt niet in aanmerking voor een examencontract
_________________________________________________________________________________________________ 20/12/2007
Bachelorpaper
Pagina 2
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO
Vertalen Definitie - De meesterproef is een “werkstuk waarmee een masteropleiding wordt voltooid. Daardoor geeft een student blijk van een analytisch en synthetisch vermogen of van een zelfstandig probleemoplossend vermogen op academisch niveau […] Het werkstuk weerspiegelt de algemeen kritischreflecterende ingesteldheid of de onderzoeksingesteldheid van de student” (art. 3 structuurdecreet 4.4.2003). - De meesterproef telt voor 18 studiepunten. - De meesterproef is een opleidingsonderdeel dat aansluit bij het vakgebied van de masteropleiding. - Groepswerk is mogelijk, maar het inhoudelijke aandeel van iedere student moet duidelijk omschreven worden om een individuele evaluatie mogelijk te maken. Doelstellingen De opleiding tot master vertalen combineert praktijkgerichte vertaalateliers en academische vorming. Het algemene doel van de meesterproef is inzichten uit relevant onderzoek te verwerken in een tekst van academisch niveau. Meer specifiek wil de meesterproef de student in staat stellen om via een goed onderbouwde onderzoeksmethode, relevant materiaal rond de vertaalkunde, de vertaalwetenschap en de terminologie zelfstandig en kritisch te analyseren en te verwerken.
Begintermen De student heeft een bachelorpaper geschreven waarin hij/zij heeft getoond relevante wetenschappelijke literatuur te kunnen opzoeken en verwerken, kritisch te kunnen reflecteren en een tekst te schrijven in een academische stijl. Inhoud De meesterproef bestaat uit een wetenschappelijk werkstuk. Het onderzoek vertrekt vanuit een duidelijke probleemstelling en beschrijving van de problematiek en kan zowel kritisch-analytisch als empirisch zijn. Het onderzoek wordt zoveel mogelijk ondersteund door bestaande wetenschappelijke literatuur over de gekozen problematiek en de methodologische aanpak. De meesterproef kan kaderen binnen de volgende onderzoeksdomeinen: - de vertaaltechnologie: onderzoek aan naar automatische vertaalsystemen, workflow management software, alsook allerhande culturele, technische en organisatorische aspecten van lokalisering; - de vertaalwetenschap in algemene zin, i.h.b. de relevantie en efficiëntie van beschrijvende modellen, vertaalevaluatie en vertaaldidactiek. - de terminologie (verbonden aan het ontwerpen van een terminologische databank); - vertaalstudie van bestaande vertalingen rond specifieke vertaalmoeilijkheden (b.v. gebruik van humor, register, metaforiek, - vertalen: kritisch geannoteerd vertaalwerk rond teksten waarin zich specifieke vertaalmoeilijkheden zich op duidelijke wijze stellen (zie voorgaande); - literatuur: de rol van vertalingen binnen het literair receptieonderzoek (studie van beeldvorming van buitenlandse auteurs in Nederlandse vertaling); - heel bijzonder, in het verlengde van het voorgaande, de problematiek van jeugdliteratuur in vertaling; - de studie van de vertaalpoëtica of vertaalvisie van grote vertalers in het Nederlandse taalgebied.
Vorm •
De meesterproef bestaat uit een schriftelijk verslag van het onderzoek met mondelinge presentatie. Ze wordt opgesteld in het Nederlands of in een van de vreemde talen waarin de student onderwijs volgt, met name wanneer het studieobject die vreemde taal is. Aan de tekst wordt een samenvatting toegevoegd van ongeveer 2500 woorden in een van de andere onderwezen talen.
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO • • • •
De lengte van de meesterproef bedraagt om en bij de 160.000 tekens, of ongeveer 70 pagina’s (interlinie 1,5; Times Roman 12). Hierin zijn de spaties begrepen, maar niet de bijlagen, literatuurlijst, illustraties of tabellen. De meesterproef wordt gedrukt op A4-formaat; de titelpagina moet beantwoorden aan het sjabloon in de bijlage van dit document. De student dient drie gedrukte exemplaren van de meesterproef in (vier als er een copromotor is), alsook elektronische versies in pdf en in word. Andere vormen van rapportering – zoals een website – zijn mogelijk. Een schriftelijk verslag met een wetenschappelijke situering en verantwoording van het onderzoek blijft verplicht.
Begeleiding 1. Alle leden van het onderwijzend personeel kunnen optreden als begeleider. De verdeling van de begeleidingsopdrachten wordt berekend op basis van het aantal studenten die de meesterproef zullen afleggen. Als copromotor kunnen ook externe experts worden ingeschakeld. 2. Het aantal te begeleiden meesterproeven wordt berekend volgens het percentage van de aanstelling van het lid van het onderwijzend personeel in het departement Toegepaste Taalkunde. Er wordt aldus gestreefd naar een gelijkmatige verdeling van de bachelorpapers en meesterproeven onder het beschikbare personeel. 3. De begeleider verleent advies. Voor het eindproduct is de student zelf verantwoordelijk. 4. De student rapporteert minimaal twee keer bij de docent over de voortgang van het onderzoek, waarvan een keer in de beginfase. Daarnaast houdt elke student een korte presentatie van de stand van het onderzoek in week 12 of 13. 5. Problemen bij de begeleiding van de meesterproef kunnen zowel door de begeleider als door de student worden gemeld bij de academisch secretaris of bij de ombuds. Keuze van het onderwerp De onderwerpen worden in principe aangebracht door de docenten van de betreffende masteropleiding. Studenten kunnen evenwel ook zelf een onderwerp voorstellen bij een docent, die oordeelt of het geschikt is. Tijdpad Het onderstaande tijdschema is indicatief met uitzondering van de door het departement vastgestelde indiendata van de meesterproef. 1. Bekendmaking van de onderwerpen en informatievergadering: week 2; 2. Uiterste datum van toewijzing van het gekozen onderwerp: einde van week 5 (vrijdag 19 oktober 2007) 3. Presentatie van de voortgang van het onderzoek: week 12 en week 13 4. Datum van inlevering: einde van lesweek 26 (vrijdag 16 mei) 5. Datum van verdediging in 2de examenperiode: week 40 (week van maandag 16 tem zaterdag 21 juni) 6. datum van inlevering voor 3de examenperiode: vrijdag 22 augustus (eerste week van 3de examenperiode) 7. datum van verdediging in 3de examenperiode: week 50 (week van maandag 25 augustus tem 6 september) Evaluatie -
Na raadpleging van de promotor wordt een meesterproefcommissie samengesteld, bestaande uit een voorzitter, de lector, de promotor en eventueel de copromotor. Het eindcijfer wordt voor 2/3 bepaald door de promotor (en de eventuele copromotor) en voor 1/3 door de lector. Voor de evaluatie en de feedback wordt het beoordelingsrooster met ijkpunten gehanteerd, waarin zowel het product als het proces in rekening worden gebracht. Dit rooster wordt bij het begin van het academiejaar ter beschikking gesteld.
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO Tolken Definitie - De meesterproef is een “werkstuk waarmee een masteropleiding wordt voltooid. Daardoor geeft een student blijk van een analytisch en synthetisch vermogen of van een zelfstandig probleemoplossend vermogen op academisch niveau […] Het werkstuk weerspiegelt de algemeen kritischreflecterende ingesteldheid of de onderzoeksingesteldheid van de student” (art. 3 structuurdecreet 4.4.2003). - De meesterproef telt voor 18 studiepunten. - De meesterproef is een opleidingsonderdeel dat aansluit bij het vakgebied van de masteropleiding. - Groepswerk is mogelijk, maar het inhoudelijke aandeel van iedere student moet duidelijk omschreven worden om een individuele evaluatie mogelijk te maken. Doelstellingen Het onderzoek streeft verschillende doelstellingen na: -
Inzicht verwerven in diverse aspecten van conferentietolken en sociaal tolken met name op volgende gebieden: o de verschillende etappes van het tolkproces o tolkstrategiëen o neuropsychologische en cognitieve dimensie o non verbale communicatie
-
Inzicht verwerven in het beroep tolk, onder meer: o Structuur en organisatie van de markt, maatschappelijke noden; o De rol / invloed van de politiek en van de nationale en internationale instellingen in het stimuleren van tolken met het oog op de volwaardige erkenning van de diversiteit van de talen; o Werkomstandigheden; o Statuut van de tolk en positie van de tolk in de maatschappij; o Deontologie van de tolk
-
Onderzoek naar de haalbaarheid van de gangbare standaarden; bijdragen tot een verfijning / verbetering van de meetinstrumenten voor kwaliteit van een tolkprestatie
-
Bijdragen tot een verbetering van de tolkdidactiek
Begintermen De student heeft een bachelorpaper geschreven waarin hij/zij heeft getoond relevante wetenschappelijke literatuur te kunnen opzoeken en verwerken, kritisch te kunnen reflecteren en een tekst te schrijven in een academische stijl. Inhoud De meesterproef bestaat uit een wetenschappelijk werkstuk. Het onderzoek vertrekt vanuit een duidelijke probleemstelling en beschrijving van de problematiek en kan zowel kritisch-analytisch als empirisch-experimenteel zijn. Het onderzoek wordt zoveel mogelijk ondersteund door bestaande wetenschappelijke literatuur over de problematiek en de methodologische aanpak. Binnen het domein van het tolken kan bijvoorbeeld een case-study met waarneming en diepteinterview uitgevoerd worden. De meesterproef kan ook een corpus tolkfragmenten, de transcriptie van tolkprestaties, notities die genomen zijn met het oog op consecutief tolken, non verbale communicatie, enz bestuderen. Het onderzoek kan zowel georiënteerd worden op het tolkproces zelf als op de communicatie of de context waarin er getolkt wordt.
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO
Bovendien kan een scriptie zich ook toespitsen op de maatschappelijke aspecten van het tolken en hierbij kwantitatief en/of kwalitatief onderzoek verrichten.
Vorm •
• • • •
De meesterproef bestaat uit een schriftelijk verslag van het onderzoek met mondelinge presentatie. Ze wordt opgesteld in het Nederlands of in een van de vreemde talen waarin de student onderwijs volgt, met name wanneer het studieobject die vreemde taal is. Aan de tekst wordt een samenvatting toegevoegd van ongeveer 2500 woorden in een van de andere onderwezen talen. De lengte van de meesterproef bedraagt om en bij de 160.000 tekens, of ongeveer 70 pagina’s (interlinie 1,5; Times Roman 12). Hierin zijn de spaties begrepen, maar niet de bijlagen, literatuurlijst, illustraties of tabellen. De meesterproef wordt gedrukt op A4-formaat; de titelpagina moet beantwoorden aan het sjabloon in de bijlage van dit document. De student dient drie gedrukte exemplaren van de meesterproef in (vier als er een copromotor is), alsook elektronische versies in pdf en in word. Andere vormen van rapportering – zoals een website – zijn mogelijk. Een schriftelijk verslag met een wetenschappelijke situering en verantwoording van het onderzoek blijft verplicht.
Begeleiding 1. Alle leden van het onderwijzend personeel kunnen optreden als begeleider. De verdeling van de begeleidingsopdrachten wordt berekend op basis van het aantal studenten die de meesterproef zullen afleggen. Als copromotor kunnen ook externe experts worden ingeschakeld. 2. Het aantal te begeleiden meesterproeven wordt berekend volgens het percentage van de aanstelling van het lid van het onderwijzend personeel in het departement Toegepaste Taalkunde. Er wordt aldus gestreefd naar een gelijkmatige verdeling van de bachelorpapers en meesterproeven onder het beschikbare personeel. 3. De begeleider verleent advies. Voor het eindproduct is de student zelf verantwoordelijk. 4. De student rapporteert minimaal twee keer bij de docent over de voortgang van het onderzoek, waarvan een keer in de beginfase. Daarnaast houdt elke student een korte presentatie van de stand van het onderzoek in week 12 of 13. 5. Problemen bij de begeleiding van de meesterproef kunnen zowel door de begeleider als door de student worden gemeld bij de academisch secretaris of bij de ombuds. Keuze van het onderwerp De onderwerpen worden in principe aangebracht door de docenten van de betreffende masteropleiding. Studenten kunnen evenwel ook zelf een onderwerp voorstellen bij een docent, die oordeelt of het geschikt is. Tijdpad Het onderstaande tijdschema is indicatief met uitzondering van de door het departement vastgestelde indiendata van de meesterproef. 1. Bekendmaking van de onderwerpen en informatievergadering: week 2; 2. Uiterste datum van toewijzing van het gekozen onderwerp: einde van week 5 (vrijdag 19 oktober 2007) 3. Presentatie van de voortgang van het onderzoek: week 12 en week 13 4. Datum van inlevering: einde van lesweek 26 (vrijdag 16 mei) 5. Datum van verdediging in 2de examenperiode: week 40 (week van maandag 16 tem zaterdag 21 juni) 6. datum van inlevering voor 3de examenperiode: vrijdag 22 augustus (eerste week van 3de examenperiode)
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO 7. datum van verdediging in 3de examenperiode: week 50 (week van maandag 25 augustus tem 6 september) Evaluatie -
Na raadpleging van de promotor wordt een meesterproefcommissie samengesteld, bestaande uit een voorzitter, de lector, de promotor en eventueel de copromotor. Het eindcijfer wordt voor 2/3 bepaald door de promotor (en de eventuele copromotor) en voor 1/3 door de lector. Voor de evaluatie en de feedback wordt het beoordelingsrooster met ijkpunten gehanteerd, waarin zowel het product als het proces in rekening worden gebracht. Dit rooster wordt bij het begin van het academiejaar ter beschikking gesteld.
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO
Meertalige communicatie Definitie - De meesterproef is een “werkstuk waarmee een masteropleiding wordt voltooid. Daardoor geeft een student blijk van een analytisch en synthetisch vermogen of van een zelfstandig probleemoplossend vermogen op academisch niveau […] Het werkstuk weerspiegelt de algemeen kritischreflecterende ingesteldheid of de onderzoeksingesteldheid van de student” (art. 3 structuurdecreet 4.4.2003). - De meesterproef telt voor 18 studiepunten. - De meesterproef is een opleidingsonderdeel dat aansluit bij het vakgebied van de masteropleiding. - Groepswerk is mogelijk, maar het inhoudelijke aandeel van iedere student moet duidelijk omschreven worden om een individuele evaluatie mogelijk te maken. Doelstellingen De opleiding tot master in de meertalige communicatie combineert praktijkgerichte en academische vorming. Het algemene doel van de meesterproef is inzichten uit relevant onderzoek te verwerken in een tekst van academisch niveau. Meer specifiek wil de meesterproef de student in staat stellen om, op basis van een goed onderbouwde onderzoeksmethode, relevant materiaal rond meertaligheid, interculturele of professionele communicatie zelfstandig en kritisch te analyseren en te verwerken. Begintermen De student heeft een bachelorpaper geschreven waarin hij/zij heeft getoond relevante wetenschappelijke literatuur te kunnen opzoeken en verwerken, kritisch te kunnen reflecteren en een tekst te schrijven in een academische stijl. Inhoud De meesterproef bestaat uit een wetenschappelijk werkstuk en een mondelinge presentatie. Het onderzoek vertrekt vanuit een duidelijke probleemstelling en beschrijving van de problematiek en kan zowel kritisch-analytisch als empirisch-experimenteel zijn. In het belang van het onderzoek kan de student op zoek gaan naar een stage in een bedrijf of een organisatie. Binnen het domein van de interculturele communicatie kan bijvoorbeeld via veldwerk onderzocht worden hoe schriftelijke of mondelinge communicatie functioneert tussen individuen of groepen met diverse culturele achtergronden binnen een bedrijf of organisatie. Op het terrein van de meertaligheid kan de student onderzoek verrichten naar meertalige opvoeding, meertaligheid en onderwijs, ideologisering en politisering van de taal, taalpolitiek en taalplanning, samenhang tussen taal en economie, sociale en ethische aspecten van bedrijfscommunicatie enzovoort. Bij professionele communicatie kan het onderzoek worden toegespitst op tekstanalyse of inhoudsonderzoek van bedrijfsteksten, beschrijvend en toetsend empirisch onderzoek naar taalnoden, communicatiebehoeften en –problemen binnen bedrijven en onderwijsinstellingen, onderzoek naar de receptie van teksten door consumenten, analyse van trends in professionele communicatie, analyse van de communicatie in een bedrijf of organisatie, (vergelijkend) onderzoek naar normen en adviezen voor professionele communicatie, experimenteel en evaluatieonderzoek naar de doeltreffendheid van communicatie-instrumenten of taalcursussen binnen bedrijven.
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO Vorm •
• • • •
De meesterproef bestaat uit een schriftelijk verslag van het onderzoek met mondelinge presentatie. Ze wordt opgesteld in het Nederlands of in een van de vreemde talen waarin de student onderwijs volgt, met name wanneer het studieobject die vreemde taal is. Aan de tekst wordt een samenvatting toegevoegd van ongeveer 2500 woorden in een van de andere onderwezen talen. De lengte van de meesterproef bedraagt om en bij de 160.000 tekens, of ongeveer 70 pagina’s (interlinie 1,5; Times Roman 12). Hierin zijn de spaties begrepen, maar niet de bijlagen, literatuurlijst, illustraties of tabellen. De meesterproef wordt gedrukt op A4-formaat; de titelpagina moet beantwoorden aan het sjabloon in de bijlage van dit document. De student dient drie gedrukte exemplaren van de meesterproef in (vier als er een copromotor is), alsook elektronische versies in pdf en in word. Andere vormen van rapportering – zoals een website – zijn mogelijk. Een schriftelijk verslag met een wetenschappelijke situering en verantwoording van het onderzoek blijft verplicht.
Begeleiding 1. Alle leden van het onderwijzend personeel kunnen optreden als begeleider. De verdeling van de begeleidingsopdrachten wordt berekend op basis van het aantal studenten die de meesterproef zullen afleggen. Als copromotor kunnen ook externe experts worden ingeschakeld. 2. Het aantal te begeleiden meesterproeven wordt berekend volgens het percentage van de aanstelling van het lid van het onderwijzend personeel in het departement Toegepaste Taalkunde. Er wordt aldus gestreefd naar een gelijkmatige verdeling van de bachelorpapers en meesterproeven onder het beschikbare personeel. 3. De begeleider verleent advies. Voor het eindproduct is de student zelf verantwoordelijk. 4. De student rapporteert minimaal twee keer bij de docent over de voortgang van het onderzoek, waarvan een keer in de beginfase. Daarnaast houdt elke student een korte presentatie van de stand van het onderzoek in week 12 of 13. 5. Problemen bij de begeleiding van de meesterproef kunnen zowel door de begeleider als door de student worden gemeld bij de academisch secretaris of bij de ombuds. Keuze van het onderwerp De onderwerpen worden in principe aangebracht door de docenten van de betreffende masteropleiding. Studenten kunnen evenwel ook zelf een onderwerp voorstellen bij een docent, die oordeelt of het geschikt is. Tijdpad Het onderstaande tijdschema is indicatief met uitzondering van de door het departement vastgestelde indiendata van de meesterproef. 1. Bekendmaking van de onderwerpen en informatievergadering: week 2; 2. Uiterste datum van toewijzing van het gekozen onderwerp: einde van week 5 (vrijdag 19 oktober 2007) 3. Presentatie van de voortgang van het onderzoek: week 12 en week 13 4. Datum van inlevering: einde van lesweek 26 (vrijdag 16 mei) 5. Datum van verdediging in 2de examenperiode: week 40 (week van maandag 16 tem zaterdag 21 juni) 6. datum van inlevering voor 3de examenperiode: vrijdag 22 augustus (eerste week van 3de examenperiode) 7. datum van verdediging in 3de examenperiode: week 50 (week van maandag 25 augustus tem 6 september) Evaluatie
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO -
Na raadpleging van de promotor wordt een meesterproefcommissie samengesteld, bestaande uit een voorzitter, de lector, de promotor en eventueel de copromotor. Het eindcijfer wordt voor 2/3 bepaald door de promotor (en de eventuele copromotor) en voor 1/3 door de lector. Voor de evaluatie en de feedback wordt het beoordelingsrooster met ijkpunten gehanteerd, waarin zowel het product als het proces in rekening worden gebracht. Dit rooster wordt bij het begin van het academiejaar ter beschikking gesteld.
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO
Journalistiek Definitie - De masterproef is een “werkstuk waarmee een mastersopleiding wordt voltooid. Daardoor geeft een student blijk van een analytisch en synthetisch vermogen of van een zelfstandig probleemoplossend vermogen op academisch niveau […] Het werkstuk weerspiegelt de algemeen kritischreflecterende ingesteldheid of de onderzoeksingesteldheid van de student” (art. 3 structuurdecreet 4.4.2003). - De masterproef telt voor 18 studiepunten. - De masterproef is een opleidingsonderdeel dat aansluit bij het vakgebied van de masteropleiding. - Groepswerk is mogelijk, maar het inhoudelijke aandeel van iedere student moet duidelijk omschreven worden om een individuele evaluatie mogelijk te maken. Doelstellingen De opleiding tot master in de journalistiek combineert praktijkgerichte en academische vorming. Het algemene doel van de meesterproef is inzichten uit relevant onderzoek te verwerken in een tekst van academisch niveau. Meer specifiek wil de masterproef de student in staat stellen om, op basis van een goed onderbouwde onderzoeksmethode, relevant materiaal rond journalistiek zelfstandig en kritisch te analyseren en te verwerken. Begintermen De student heeft een bachelorpaper of eindverhandeling geschreven waarin hij/zij heeft getoond relevante wetenschappelijke literatuur te kunnen opzoeken en verwerken, kritisch te kunnen reflecteren en een tekst te schrijven in een academische stijl. Inhoud De masterproef bestaat uit een wetenschappelijk werkstuk en een mondelinge presentatie. Het onderzoek vertrekt vanuit een duidelijke probleemstelling en beschrijving van de problematiek en kan zowel kritisch-analytisch als empirisch-experimenteel zijn. Op basis van een literatuurstudie komt de student tot een centrale vraagstelling die hij verder uitwerkt tot hypothese(n) (en verwachting(en)). Vervolgens maakt de student een duidelijke beschrijving van de gekozen methodologie (via kwantitatief en/of kwalitatief onderzoek) en geeft hij de resultaten weer van zijn empirisch onderzoek. Ten slotte maakt de student in zijn/haar besluit een terugkoppeling van de gevonden resultaten naar zijn literatuurstudie. Vorm • • • •
De masterproef bestaat uit een schriftelijk verslag van het onderzoek met mondelinge presentatie. Ze wordt opgesteld in het Nederlands. Aan de tekst wordt een samenvatting toegevoegd van ongeveer 800 tot 1000 woorden in de vreemde taal van het vak Taal en tekst. De lengte van de masterproef bedraagt om en bij de 30.000 woorden of ongeveer 70 pagina’s (interlinie 1,5; Times New Roman 12). De masterproef bedraagt maximaal 80 pagina’s. Niet inbegrepen zijn de bijlagen, bibliografie, illustraties of tabellen. De masterproef wordt gedrukt op A4-formaat; de titelpagina moet beantwoorden aan het sjabloon in de bijlage van dit document. De student dient drie gedrukte exemplaren van de masterproef in, alsook elektronische versies in pdf en in word.
Begeleiding 1. Alle leden van het onderwijzend personeel kunnen optreden als begeleider. De verdeling van de begeleidingsopdrachten wordt berekend op basis van het aantal studenten die de masterproef zullen afleggen. 2. Het aantal te begeleiden meesterproeven wordt berekend volgens het percentage van de aanstelling van het lid van het onderwijzend personeel in het departement Toegepaste
Meesterproef Toegepaste Taalkunde VLEKHO Taalkunde. Er wordt aldus gestreefd naar een gelijkmatige verdeling van de bachelorpapers en meesterproeven onder het beschikbare personeel. 3. De begeleider verleent advies. Voor het eindproduct is de student zelf verantwoordelijk. 4. De student consulteert de begeleider van de masterproef aan het begin van het academiejaar en bespreekt de vooruitgang daarna minstens in de maand december en overlegt een laatste keer met zijn begeleider uiterlijk twee weken voor de masterproef ingeleverd moet worden. 5. Problemen bij de begeleiding van de masterproef kunnen zowel door de begeleider als door de student worden gemeld bij de academisch secretaris of bij de ombuds. Keuze van het onderwerp De onderwerpen worden aangebracht door de docenten. Studenten kunnen evenwel ook zelf een onderwerp voorstellen bij een docent. De coördinator laat onder de studenten een formulier rondgaan waarop zij hun top-5 keuze aanduiden. De stuurgroep masterproeven wijst op basis van die top-5 een onderwerp toe aan elke student die zijn voorkeur heeft kenbaar gemaakt. De volgorde van de onderwerpen wordt in de mate van het mogelijke gerespecteerd. Wanneer verschillende studenten kandideren voor een zelfde onderwerp, wordt de knoop doorgehakt op basis van de top-5 en de motivatie voor het onderwerp en achtergrondkennis die de student liet blijken tijdens een gesprek met de kandidaat-promotor. Dit gesprek heeft plaatsgehad op initiatief van de student zelf. Tijdpad Het onderstaande tijdschema is indicatief met uitzondering van de door het departement vastgestelde indiendata van de masterproef. 1. Bekendmaking van de onderwerpen en informatievergadering: week 3. 2. Uiterste datum van toewijzing van het gekozen onderwerp: einde van week 5 (vrijdag 19 oktober 2007). 3. Gesprek over voortgang onderzoek: in de loop van december. 4. Laatste gesprek met promotor: uiterlijk twee weken voor de uiterste datum van inlevering. 5. Datum van inlevering: einde van lesweek 26 (vrijdag 16 mei) 6. Datum van verdediging in 2de examenperiode: week 40 (week van maandag 16 tem zaterdag 21 juni) 7. Datum van inlevering voor 3de examenperiode: vrijdag 22 augustus (eerste week van 3de examenperiode) 8. Datum van verdediging in 3de examenperiode: week 50 (week van maandag 25 augustus tem 6 september) Evaluatie -
Er wordt een masterproefcommissie samengesteld bestaande uit een voorzitter, de lector, de promotor. Het eindcijfer wordt voor 2/3 bepaald door de promotor en voor 1/3 door de lector. Voor de evaluatie en de feedback wordt het beoordelingsrooster met ijkpunten gehanteerd, waarin zowel het product als het proces in rekening worden gebracht. Dit rooster wordt bij het begin van het academiejaar ter beschikking gesteld.
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Meertaligheid 00.C.10 1 6 Semester 1 Coene Ann
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling In deze cursus worden de studenten vertrouwd gemaakt met de theorie en de praktijk van meertaligheid als een alomtegenwoordig en economisch waardevol maatschappelijk fenomeen. In het vak meertaligheid maken de studenten in eerste instantie kennis met basisconcepten uit de socio- en contactlinguïstiek. De cursus beoogt verder dat de studenten het begrip 'meertaligheid' vanuit twee invalshoeken leren benaderen. Vanuit de psycholinguïstiek leren ze twee- en meertaligheid in de eerste- en tweedetaalverwerving onderzoeken en kritisch benaderen. Vanuit de contactlinguïstiek zullen ze, na inzicht in een aantal theoretische bevindingen, meertaligheid uitdiepen rond sociaal-economische en sociaal-culturele vraagstukken. Zowel de individuele als de maatschappelijke meertaligheid worden behandeld. Niveau Inleidend Begincompetentie - eindcompetenties van de cursus Algemene taalwetenschap I - competenties van de bachelorpaper, onder meer kritisch kunnen omgaan met bronnenmateriaal Eindcompetenties De studenten kunnen: - meertaligheid definiëren in het kader van de socio- en de contactlinguïstiek; - bi- en plurilingualisme kaderen binnen de eerste- en tweedetaalverwerving; - begrippen als taalconflict, taalpolitiek, taalplanning, taalbeleid en -identititeit definiëren; - theoretische begrippen in verband met meertaligheid toelichten aan de hand van concrete voorbeelden en situaties; - kritisch reflecteren over de wisselwerking tussen taal en economie; - kritisch reflecteren over de impact van een meertalige situatie in politiek en administratie; - (aan de hand van casestudies) de verschillende situaties in meertalige staten en/of grootsteden met elkaar kunnen vergelijken. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave - basisconcepten uit de sociolinguïstiek, - taalvariatie: standaard, norm, gebruik (stijl, beleefdheidsvormen), dialectologie, - contactlinguïstiek: talen in contact (veranderingen in talen, pidgins en creolentalen), - meertaligheid I: twee- en meertalige eerste- en tweedetaalverwerving, _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Meertaligheid
Pagina 1
- meertaligheid II: taalkkeuze, diglossie, code-switching, - meertaligheid III: taal- en economie, taal en politiek (casestudies van meertalige staten/grootsteden), meertaligheid en onderwijs, - meertaligheid IV: taalleerstrategieën en taalcompetenties in internationale bedrijven. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 64 Taken: 30 Lectuur: 30 Totaal: 150 Studiebegeleiding Studiebegeleiding via e-mail, Toledo (discussieforum, FAQ's) en individueel op aanvraag van de student Studiemateriaal Aanvullende leermiddelen: Literatuurbundel (kopieën en tijdschriften beschikbaar via docent en Toledo) Cursusmateriaal: Cursusnotities van de student Powerpoint presentaties: Beschikbaar via Toledo Evaluatie Organisatie Eerste examenkans (januari) Schriftelijk examen met open vragen (aandeel 70%) Case studie: Presentatie en indienen van een paper. De paper wordt na de laatste lesweek ingediend via Toledo. (aandeel 30%) Tweede examenkans (september) Schriftelijk examen met open vragen (aandeel 70%) Case studie: Presentatie en indienen van een paper. De paper wordt na de laatste lesweek ingediend via Toledo. (aandeel 30%) Eerste examenkans januari - Schriftelijk examen - aandeel van 70% januari - Werkopdracht - aandeel van 30% Tweede examenkans september - Werkopdracht - aandeel van 30% september - Schriftelijk examen - aandeel van 70% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen, dat wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Meertaligheid
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Interculturele communicatie en taalstrategieën 00.C.11 2 6 Semester 1, Semester 2 Lams Lut
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Het vak beoogt een kritische reflectie over mondelinge zakelijke communicatie vanuit een intercultureel en internationaal perspectief. Niveau Inleidend Begincompetentie Een goede kennis van de Nederlandse, Engelse en Franse taal. Eindcompetenties De studenten: - moeten door de vergelijkende benadering van communicatieprocessen in diverse contexten in staat zijn inzicht te verwerven in hun eigen vormen van en houding tegenover verbale en nonverbale communicatie; - leren - door afstand te nemen van het vanzelfsprekende karakter van eigen communicatiepatronen - de meerwaarde van interculturele communicatie in te schatten en mogelijke oorzaken van miscommunicatie te duiden en kritisch te benaderen; - zijn vertrouwd met theoretische modellen rond interculturele communicatie; - kunnen interculturele communicatiepatronen binnen een bedrijf of een bepaalde groep kaderen binnen theoretische modellen. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Interculturele communicatie en taalstrategieën/Interculturele communicatie A 3 Semester 1 Lams Lut
Inhoudsopgave De cursus behandelt mondelinge communicatieprocessen en interactie tussen leden van diverse groepen (met verschillende culturele, nationale, etnische, sociaal-economische achtergronden) in een zakelijke context waarbij Engels als voertaal fungeert. Theoretische denkkaders over de begrippen ‘cultuur’ en ‘communicatie’ worden aangebracht als achtergrond voor een studie van interculturele talige interactie in de internationale zakenwereld. Daarenboven wordt ook aandacht besteed aan de situationele context waarbinnen deze communicatie zich afspeelt (bv. organisatiestructuur, management en communicatieklimaat). Speciale aandacht gaat naar de rol van cultuur in communicatieve strategieën eigen aan de zakenwereld, zowel op micro niveau (onderhandelen en vergaderen) als op macro niveau (internationale marketing en verkoopstechnieken). Ook de culturele dimensie van talige interactie op het vlak van personeelsbeleid (in het bijzonder het selectie- en beoordelingsgesprek, teamwork) komt aan bod. _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Interculturele communicatie en taalstrategieën
Pagina 1
Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 52 Totaal: 78 Studiebegeleiding Na afspraak met docent. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Handboek beschikbaar via cursusdienst Verplichte lectuur: Lectuurpakket wordt ter beschikking gesteld tijdens de colleges Evaluatie Organisatie - schriftelijk examen - presentatie tijdens seminaries Eerste examenkans januari - Permanente evaluatie - aandeel van 30% januari - Schriftelijk examen - aandeel van 70% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen met evt aanvullend mondeling gedeelte - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen en opdrachten. De opdrachten worden in overleg met de docent vastgelegd ten laatste 30 dagen na het begin van de colleges. Het examen zelf wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Interculturele communicatie en taalstrategieën/Interculturele communicatie B 3 Semester 2 Lams Lut
Inhoudsopgave De cursus bestaat uit een lectuurpakket van academische studies over interculturele communicatiemodellen. Verder toetsen de studenten deze theoretische denkkaders over interculturele zakelijke communicatie aan bevindingen van hun veldonderzoek die ze in het kader van een eindopdracht uitvoeren en voorleggen aan medestudenten. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Interculturele communicatie en taalstrategieën
Pagina 2
Contacturen: 26 Verwerking: 52 Totaal: 78 Studiebegeleiding Na afspraak met docent. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Handboek beschikbaar via cursusdienst Verplichte lectuur: Lectuurpakket wordt ter beschikking gesteld tijdens de colleges Evaluatie Organisatie Eerste zittijd - Presentatie tijdens seminaries (25%) - Veldstudie: presentatie en paper (75%) Tweede zittijd: - Mondeling examen in verband met thema van de presentatie - Herwerking van de paper met mondelinge toelichting Eerste examenkans juni - Assignments/Presentations - aandeel van 25% juni - Werkopdracht - aandeel van 75% Tweede examenkans september - Mondeling examen - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen en opdrachten. De opdrachten worden in overleg met de docent vastgelegd ten laatste 30 dagen na het begin van de colleges. Het examen zelf wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Interculturele communicatie en taalstrategieën
Pagina 3
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Discours analyse en taalpragmatiek 00.J.12 1 3 Semester 1 Lams Lut
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Deze cursus beoogt de studenten inzicht bij te brengen in taalpragmatische en discoursanalytische theorieën en methodes als voorbereiding op de vervolgcursus “Taal en ideologie in de media” en hen ertoe aan te zetten te kijken naar verschillende niveaus van betekenisgeving binnen de microstructuur van een zin en de macro-context van een tekst of discours. Niveau Inleidend Begincompetentie Een goede kennis van de Nederlandse, Engelse en Franse taal. Eindcompetenties De studenten zijn in staat om verschillende vormen van betekenisgeving in een tekst/discours te ontleden aan de hand van basisprincipes uit de taalpragmatiek en discours analyse. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave De cursus biedt een theoretisch kader voor wetenschappelijk onderzoek naar processen van betekenisgeving/toekenning in taalgebruik. Dit onderzoek zal in de vervolgcursus worden toegespitst op ideologische processen in het media discours. Centrale vragen binnen zowel discours analyse als taalpragmatiek of de studie van taalgebruik komen aan bod, zoals de wijze waarop gegevens van contextuele aard mee betekenis bepalen. De studenten worden diverse instrumenten aangereikt voor de analyse van talige interactie in verschillende verschijningsvormen, incl. conversatie-analyse. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 52 Totaal: 78 _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Discours analyse en taalpragmatiek
Pagina 1
Studiebegeleiding Na afspraak. Studiemateriaal Verplichte lectuur: Een lectuurpakket wordt ter beschikking gesteld. Evaluatie Organisatie - Schriftelijk examen - Presentaties tijdens seminaries Eerste examenkans januari - Assignments/Presentations - aandeel van 30% januari - Schriftelijk examen - aandeel van 70% Tweede examenkans september - Schriftelijk examen met evt aanvullend mondeling gedeelte - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen en opdrachten. De opdrachten worden in overleg met de docent vastgelegd ten laatste 30 dagen na het begin van de colleges. Het examen zelf wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Discours analyse en taalpragmatiek
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Taal en ideologie in de media 00.J.13 1 6 Semester 2 Lams Lut
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Deze cursus beoogt de studenten inzicht bij te brengen in de relatie taal en ideologie in diverse media discursen. Niveau Uitdiepend Begincompetentie - goede kennis van de Nederlandse, Engelse en Franse taal - voorkennis Taalpragmatiek en Discours analyse Eindcompetenties De studenten zijn in staat om taalpragmatische en discours-analytische methodes aan te wenden bij de analyse van media teksten. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave Concepten uit de taalpragmatiek en discours analyse dienen als theoretisch-methodologische achtergrond voor het bestuderen van discursieve ideologische praktijken vanuit een breed interdisciplinair perspectief (taal en cognitie/ taal en politiek / taal en maatschappij). Speciale aandacht gaat naar de specificiteit van mediataal en diverse vormen van kwalitatieve media analyse, geïllustreerd met tal van voorbeelden uit wetenschappelijke studies. Studenten toetsen deze data aan bevindingen van hun veldonderzoek die ze in het kader van een eindopdracht uitvoeren en voorleggen aan medestudenten. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 52 Verwerking: 52 Verwerking: 52 Totaal: 156 Studiebegeleiding _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Taal en ideologie in de media
Pagina 1
Na afspraak Studiemateriaal Cursusmateriaal: Handboek beschikbaar via cursusdienst Verplichte lectuur: Een lectuurpakket wordt ter beschikking gesteld. Evaluatie Organisatie Eerste zittijd: - presentaties tijdens seminaries - empirische tekstanalyse: paper en presentatie Tweede zittijd: - Mondeling examen in verband met thema van de presentatie - Herwerking van de paper met mondelinge toelichting Eerste examenkans juni - Assignments/Presentations - aandeel van 40% juni - Paper - aandeel van 60% Tweede examenkans september - Mondeling examen - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen en opdrachten. De opdrachten worden in overleg met de docent vastgelegd ten laatste 30 dagen na het begin van de colleges. Het examen zelf wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Taal en ideologie in de media
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Communicatiewetenschap 00.J.14 1 3 Semester 2 De Cock Rozane
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Eenmaal op de werkvloer kampen journalisten met dreigende deadlines, dag na dag. Studenten journalistiek bevinden zich dan ook in de uitgelezen positie om te kunnen reflecteren over de manier waarop nieuws wordt gemaakt en welke mogelijke effecten hiermee gepaard kunnen gaan. Dit vak wilt hen reflectiemateriaal aanreiken om mogelijk te kiezen voor alternatieve frames en invalshoeken. Niveau Uitdiepend Begincompetentie Dit vak bouwt verder op inleidende cursussen communicatiewetenschap waarbinnen het communicatieproces, communicatiemodellen, communicatiepatronen, informatieverspreiding en algemene theorieën rond massacommunicatie aan bod zijn gekomen. Er wordt verondersteld dat studenten hierover reeds voldoende bagage hebben zodat nieuwseffectstudies verder uitgediept kunnen worden. De student is in staat om op een analytische manier te denken en kan reflecteren over communicatiewetenschappelijke literatuur. Eindcompetenties De studenten: - hebben kennis van en inzicht in de belangrijkste twistpunten rond nieuwsproductie, nieuwsreceptie en nieuwseffecten; - kunnen theoretische en onderzoeksliteratuur hierover analytisch beoordelen en kunnen de maatschappelijke en wetenschappelijke relevantie van dit type communicatiewetenschappelijk onderzoek beargumenteren; - kunnen het belang van dit theoretisch en empirisch kader na reflectie ook omzetten in praktische aanbevelingen voor de beroepspraktijk. _________________________________________________________________________________________________
Inhoudsopgave In het informatietijdperk leert het grote publiek via de media het meest over zaken waar het geen persoonlijke ervaring mee heeft. Binnen het grote media-aanbod neemt het nieuws zowel in gedrukte als audiovisuele of online-vorm een speciale plaats in. Het is dan ook interessant om na te gaan hoe nieuws wordt geproduceerd (zenderzijde), wat mensen met nieuws doen (receptiestudies) en welke nieuwseffecten kunnen optreden naar aanleiding van keuzes voor bepaalde frames. In het vak Communicatiewetenschap: nieuwsproductie, nieuwsreceptie en _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Communicatiewetenschap
Pagina 1
nieuwseffecten gaan we dieper in op verschillende kritieken op de pers (o.a. scheeftrekkingen, infotainment, tabloidisering, mediahypes, …), sociale constructie van de realiteit, eye tracking studies (belang van lay-out), genderkloof bij mediaprofessionals en publiek, rolopvattingen van journalisten, civic journalism, public health model of reporting, nieuwscredibility, impact van nieuwsmedia (o.a. imitatiegedrag, invloed op jury binnen rechtspraak, …) en zo meer. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 19,5 Verwerking: 55,5 Totaal: 75 Studiebegeleiding Vragen kunnen gesteld worden tijdens de les, de pauze en het opgegeven spreekuur. Studiemateriaal Cursusmateriaal: reader Evaluatie Organisatie Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding Eerste examenkans juni - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 100% Examencontract Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding.
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Communicatiewetenschap
Pagina 2
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Tolkwetenschap 00.T.15 2 6 Semester 1, Semester 2 Ratinckx Maria Bevilacqua Giovanni, Van Goubergen Martine
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling De tolkwetenschap is in volle ontwikkeling. Deze cursus wil de student een theoretisch referentiekader bieden waarbinnen hij zelfstandig reflecteert over de topics die aan bod komen. Niveau Inleidend Begincompetentie De kennis verworven tijdens de opleiding Bachelor Toegepaste Taalkunde of een verwante opleiding. De keuzemodule 'Inleiding Tolken' uit Bach3 is een nuttige begincompetentie. Eindcompetenties De studenten: - zijn vertrouwd met de meest actuele ontwikkelingen binnen de tolkwetenschap; - hebben inzicht in de geschiedenis van het tolken; - kennen de meest frequente paradigma's, concepten, modellen en stromingen rond tolkwetenschap; - kennen de verschillende parameters van de evaluatie van een tolkprestatie; - kunnen zelfstandig nieuwe bronnen verwerken; - kennen de grote paradigma's uit de interculturele communicatie. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Tolkwetenschap/Interculturele communicatie 3 Semester 2 Van Goubergen Martine
Inhoudsopgave 1. Kennismaking met de discipline interculturele communicatie. 2. Kennismaking met de belangrijkste bronnen. 3. Kennismaking met de grote paradigma's van culturele perceptie. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Lectuur: 50 _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Tolkwetenschap
Pagina 1
Totaal: 76 Studiebegeleiding Individuele begeleiding op vraag van de student. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Cursus van de docent Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans juni - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 100% Examencontract Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Tolkwetenschap/Theorie van het tolken 3 Semester 1 Bevilacqua Giovanni, Ratinckx Maria
Inhoudsopgave Volgende aspecten worden theoretisch besproken en praktisch verwerkt tijdens de lessen: - Vertalen en tolken: verschillen en overeenkomsten - Etymologie van het 'tolken' - Overzicht van de geschiedenis van het tolken - De rol van de opleiding - De belangrijkste theorieën van het tolken: Seleskovitch, Lederer, Herbert, Gile, Shlesinger, Pöchhacker, Fabbro, etc. - Typologieën van het tolken: simultaan, consecutief, verbindingstolkwerk, sociaal tolken, gerechtstolken Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 19,5 Verwerking: 30 Lectuur: 25,5 Totaal: 75 Studiebegeleiding _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Tolkwetenschap
Pagina 2
Op afspraak of tijdens de les. Studiemateriaal Aanvullende leermiddelen: Dalla traduzione all'interpretazione. Studi d'interpretazione simultanea, A. Riccardi, LED, ISBN: 88-7916-22 Aanvullende leermiddelen: Interpretazione simultanea e consecutiva Problemi teorici e metodologie didattiche, Falbo C., Russo M. e Straniero Sergio F., Hoepli Aanvullende leermiddelen: The Interpreting Studies Reader, Pöchhacker F & Shlesinger M., Routledge Aanvullende leermiddelen: Getting started in Interpreting Research, Gile D. et al., John Benjamins Publishing Company Aanvullende leermiddelen: Bridging the gap, Empirical Research in Simultaneous Interpretation, Lambert S. & Moser-Mercer B., John Benjamins Publishing Company Aanvullende leermiddelen: Conference Interpreting, Current Trends in Research, Gambier Y., Gile D. & Taylor Ch, John Benjamins Publishing Company Cursusmateriaal: Introducing Interpreting Studies, Franz POECHHACKER, Routledge, ISBN: 0415268869 Evaluatie Organisatie De studenten dienen 2 artikels te lezen die op het examen worden voorgesteld. Eerste examenkans januari - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding - aandeel van 100% Examencontract De evaluatie voor studenten met een examencontract of voor studenten die de toelating gekregen hebben om enkel het examen af te leggen, gebeurt op basis van een examen en een opdracht. De opdracht wordt tijdig vastgelegd in overleg met de docenten. Het examen zelf wordt afgenomen op basis van de leerinhoud van de cursus.
_________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Tolkwetenschap
Pagina 3
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Notitie- en spreektechnieken 00.T.16 2 4 Semester 1 Vlasselaers Ann Bollaerts Ingrid, Noë-haesendonck Filip, Jourquin Els
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Optimaliseren van de formuleervaardigheid bij mondelinge parafrase en synthese. Optimaliseren van de spreektechniek bij het tolken. Uitwerken van een hanteerbare en consequente manier van noteren voor consecutieve tolkprestaties. Verbeteren van de informatieoverdracht bij het tolken. Bereiken van een stemhygiënisch verantwoord spreekgedrag. Niveau Uitdiepend Begincompetentie Beheersing van het Nederlands op moedertaalniveau; goede luistervaardigheid; goede spreekvaardigheid; een goed geheugen; stressbestendigheid. Eindcompetenties De studenten: - kunnen een samenhangend, consequent en reproduceerbaar notitiesysteem ontwikkelen ter ondersteuning van een consecutieve tolkprestatie; - kunnen op een vlotte manier en in verzorgd Nederlands teksten die ze hebben gelezen of uiteenzettingen die ze hebben beluisterd mondeling parafraseren en/of samenvatten. - hebben een optimale spreektechniek bij het tolken en een correcte houding, stemhygiëne, adembeheersing, microfoontechniek, expressiviteit en communicatie. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Notitie- en spreektechnieken/Notitietechnieken 2 Semester 1 Bollaerts Ingrid, Noë-haesendonck Filip
Inhoudsopgave Gedurende de eerste weken wordt een theoretische inleiding in de notitietechniek aangeboden. Aan de hand van de daarbij verworven inzichten worden daarna praktische oefeningen met stijgende moeilijkheidsgraad gemaakt. Van de studenten wordt verwacht dat ze de desbetreffende vaardigheden zelfstandig verder inoefenen. Onderwijstaal Nederlands _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Notitie- en spreektechnieken
Pagina 1
Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Taken: 24 Totaal: 50 Studiebegeleiding Individueel, op afspraak. Studiemateriaal Aanvullende leermiddelen: Handbuch der Notizentechnik für Dolmetscher, Matyssek, Heinz, Julius Groos Verlag Heidelberg Aanvullende leermiddelen: Introducing Conference Interpreting, Roderick Jones, St Jerome Publishing Aanvullende leermiddelen: Konsekutivdolmetschen und Notation, Andres, Dörte, Peter Lang Aanvullende leermiddelen: La prise de Notes en Interprétation Consécutive, Rozan, J.-F., Librairie de lUniversité Georg et Cie S.A. Genève Aanvullende leermiddelen: La terza lingua. Metodo di stesura degli appunti e traduzione consecutiva, GARZONE G., SANTULLI F. E DAMIANI D., Cisalpino, Milano Aanvullende leermiddelen: Note-Taking for Consecutive Interpreting - A Short Course, Gillies, Andrew, Manchester: St. Jerome Aanvullende leermiddelen: Manual de interpretación y traducción, León, M., Madrid: Luna Publicaciones Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans januari - Permanente evaluatie - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Mondeling examen - aandeel van 100% Examencontract Studenten met een examencontract leggen een mondeling examen notitietechniek af. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Notitie- en spreektechnieken/Spreektechnieken 2 Semester 1 Vlasselaers Ann, Jourquin Els
Inhoudsopgave Uitspraakoefeningen. Oefeningen op parafrase (zowel vanuit schriftelijke als mondelinge bron). Oefeningen op mondelinge synthese (zowel vanuit schriftelijke als mondelinge bron, met en zonder notities). Doorverwijzen en opvolgen van studenten met een duidelijke stempathologie (o.a. stembandknobbels). Oefenprogramma in functie van houdingsbewustzijn. _________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Notitie- en spreektechnieken
Pagina 2
Relaxatie-oefeningen. Oefenprogramma voor adembewustwording en -beheersing; experimenteren met ademritme. Oefenprogramma voor vaste steminzet. Oefenprogramma voor het exploreren van de spreekstemtessituur. Oefenprogramma voor het optimaliseren van het gebruik van de resonatorische mogelijkheden. Oefenprogramma voor microfoon- en communicatiegericht spreken (o.a. klemmechanisme). Oefenprogramma voor het bewust hanteren van hoorbare expressieve factoren (intonatie, inflectie, pauze, ritme, klemtoon). Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 16 Taken: 8 Totaal: 50 Studiebegeleiding Opvolgen van doorverwezen studenten. Bijkomende individuele begeleiding op aanvraag. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Hand-outs Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans januari - Permanente evaluatie - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Mondelinge evaluatie - aandeel van 100% Examencontract Mondelinge evaluatie in afspraak met de docenten.
_________________________________________________________________________________________________ 5/11/2007
Notitie- en spreektechnieken
Pagina 3
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Vertaalwetenschap 00.V.17 2 6 Semester 1, Semester 2 Verschueren Walter Brems Elke
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Problematiek van de vertaling is een overzichtscursus bestaande uit (a) een vertaalhistorische gedeelte waarin de evolutie van het denken over vertalen wordt geïllustreerd aan de hand van klassieke teksten; (b) een deel vertaaltopics waarin sleutelteksten in de ontwikkeling van de vertaalwetenschap in de twintigste eeuw diepgaand worden ontleed. Tevens wordt aan de deelnemers de gelegenheid geboden om (c) hun eigen vertaalwetenschappelijk werk in het kader van de meesterproef voor te stellen en ter bespreking voor te leggen. In het tweede onderdeel - "Vertaaldossiers" - wordt de student de mogelijkheid geboden om zijn/haar conceptueel instrumentarium en vertaaltheoretische inzichten toe te passen op een aantal thematisch opgebouwde vertaaldossiers. Tevens wordt de gelegenheid geboden om hun eigen vertaalwetenschappelijke werk voor te stellen en ter bespreking voor te leggen. Niveau Inleidend Begincompetentie De student heeft de basisinzichten van de vertaaltheorie niveau BA3 verworven. Eindcompetenties De studenten: - kunnen de belangrijkste historische ontwikkelingen binnen de vertaalgeschiedenis op brede en diepgaande wijze beschrijven en interpreteren; - kunnen de sleutelbegrippen die worden gehanteerd binnen de hedendaagse vertaalwetenschap op brede en diepgaande wijze beschrijven en interpreteren. _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Vertaalwetenschap/Problematiek van de vertaling 3 Semester 1 Verschueren Walter
Inhoudsopgave Inleiding: Het moeizame huwelijk tussen theorie en praktijk. Deel A: Van vertaalpoëtica tot vertaaltheorie: een beknoprte vertaalgeschiedenis - Van oudheid tot middeleeuwen - Van Renaissance tot Verlichting - Romantiek en negentiende eeuw _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaalwetenschap
Pagina 1
- De twintigste eeuw Deel B: Vertaaltopics - Equivalenties - Normen - Systemen - Skopos Deel C - Rapportering meesterproeven Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 13 Taken: 13 Lectuur: 26 Totaal: 78 Studiebegeleiding Individuele begeleiding na afspraak. Studiemateriaal Aanvullende leermiddelen: De vertaling als evidentie en paradox, Van den broeck, Raymond, Fantom Aanvullende leermiddelen: Encyclopedia of Translation Studies, Baker, Mona, Routledge Aanvullende leermiddelen: Introducing Translation Studies, Munday, Jeremy, Routledge Verplichte lectuur: Denken over vertalen: tekstboek vertaalwetenschap, Naaijkens, Ton et al., Vantilt Tekstfragmenten: The Translations Studies Reader, Venuti, Lawrence, Routledge Tekstfragmenten: Western Translation Theory: from Herodotus to Nietzsche, Robinson, Douglas Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans Eerste examenperiode - Paper - aandeel van 50% Eerste examenperiode - Schriftelijk examen - aandeel van 50% Tweede examenkans Derde examenperiode - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract Schriftelijk examen _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Vertaalwetenschap/Vertaaldossiers Studiepunten: 3 _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaalwetenschap
Pagina 2
Semester: Docent(en):
Semester 2 Brems Elke
Inhoudsopgave Wij behandelen in deze leeractiviteit een aantal topics uit de vertaalwetenschap: - het vertalen van poëzie - problematiek van de nieuwe bijbelvertaling - vertalen in een cultuurpolitieke context - evalueren van vertalingen - 2 nader te bepalen topics De studenten rapporteren over de meesterproef. Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contacturen: 26 Verwerking: 26 Lectuur: 26 Totaal: 78 Studiebegeleiding Individuele begeleiding na afspraak. Studiemateriaal Aanvullende leermiddelen: Encyclopedia of Translation Studies, Baker, Mona, Routledge Aanvullende leermiddelen: Introducing Translation Studies, Munday, Jeremy, Routledge Verplichte lectuur: Denken over vertalen: tekstboek vertaalwetenschap, Naaijkens, Ton et al., Vantilt Evaluatie Organisatie Permanente evaluatie in de vorm van een presentatie. Mondelinge evaluatie op basis van een portfolio. Eerste examenkans Tweede examenperiode - Schriftelijk examen - aandeel van 50% Tweede examenperiode - Paper - aandeel van 50% Tweede examenkans Derde examenperiode - Schriftelijk examen - aandeel van 100% Examencontract Schriftelijk examen
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaalwetenschap
Pagina 3
Vakgroep: Opleidingsonderdeel: Code: Leeractiviteiten: Studiepunten: Semester: Coördinerend docent: Andere docenten:
Algemene vorming Vertaaltechnologie 00.V.18 2 6 Semester 1, Semester 2 Geens Dirk
_________________________________________________________________________________________________
Doelstelling Het verwerven van inzicht in: - de plaats en de rol van technologie, i.h.b. machinevertaling in het vertaalproces; - de relevantie van taalkundig inzicht voor deze technologie; - de functie van vertaalexpertise voor het gebruik en de ontwikkeling van dergelijke technologie; - de mogelijkheden om menselijke en kunstmatige intelligentie te integreren bij het ontwikkelen van betere en productievere vertaaltechnologie. Studie van de kenmerken en gebruiksmogelijkheden van verschillende types van operationele technologische hulpmiddelen: - Kennismaking met de dynamiek van de menselijke interactie met technologische vertaalhulpmiddelen; - Begrip van de markt voor machinevertaling, met inbegrip van de economische aspecten, inclusief commerciële en marketingstrategieën. Inzicht in de maatschappelijke consequenties van integratie van technologie in vertaalprocessen. Ruime ervaring verwerven met het adequaat gebruik van de belangrijkste technologische hulpmiddelen. Niveau Inleidend Begincompetentie Basisvaardigheid Windows Basisvaardigheid Office Trados Multiterm Vertaalgeheugens Eindcompetenties De studenten kunnen: - beoordelen welke technologische hulpmiddelen kunnen worden ingeschakeld bij concrete vertaalopdrachten; - alle nodige stappen ondernemen om het gebruik van de vertaaltechnologie zo doelmatig mogelijk te maken; - eventueel achteraf de nodige correcties en toevoegingen aanbrengen; - de technologische hulpmiddelen en het gebruik ervan verder optimaliseren. _________________________________________________________________________________________________
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaaltechnologie
Pagina 1
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Vertaaltechnologie/Vertaaltechnologie A 3 Semester 1 Geens Dirk
Inhoudsopgave # Kennismaking met Natural Language Processing * Subtalen * Controlled languages * Operationele machinevertalingssystemen o Hierarchie o Architectuur + Indeling/identificatie + Woordenboeken, morfologie, segmentering en lemmatizering + Tagging en Parsing + Semantische analyse + Discourse analyse + Transfer en Interlingua + Zinsgenerering oTekst alignment o Directionaliteit o Domein o De belangrijkste operationele systemen * Kunstmatige Intelligentie # Kennismaking met de vertaaltechnologie in de ruime zin * Website automatisering * Vertaalgeheugens en Terminologiebeheer, Online woordenboeken * Translators Workbenches * Machinevertaling o Rule-based MT + Transfer- en Interlinguasystemen + Lexical-Functional Grammar + Principles-Based MT (Government-Binding theory) + Lexicalist MT + General-Purpose Systems o Knowledge-based MT o Corpus-based MT + Statistics-based MT + Example-based MT + Connectionist MT o Van General-Purpose via Domain-Specific naar User-Specific en Custom-built MT o Generatieproblemen * Architectuur en design Onderwijstaal Nederlands Onderwijsorganisatie Contactonderwijs: 26 Verwerking: 26 Taken: 12 Zelfstudie: 26 _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaaltechnologie
Pagina 2
Totaal: 90 Studiebegeleiding Individueel op vraag van de student. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Cursus van de docent Verplichte lectuur: Wordt bekendgemaakt tijdens de colleges. Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans januari - Permanente evaluatie - aandeel van 100% Tweede examenkans september - Assignments/Presentations - aandeel van 100% Examencontract Mondeling examen met praktische proef _________________________________________________________________________________________________
Leeractiviteit: Studiepunten: Semester: Docent(en):
Vertaaltechnologie/Vertaaltechnologie B 3 Semester 2 Geens Dirk
Inhoudsopgave # De gebruikers * De rol van de vertaler als gebruiker * De rol van de vertaler als probleemanalist * De rol van de vertaler als ontwikkelaar # Case studies machinevertaling - Studie van enkele operationele systemen # Localisatieproblemen * Overzicht van het domein der software localisering * Beheer van localiseringsprojecten * Structuur van localiseringsprojecten (programmatuur, hulpfuncties, documentatie, het web en multimedia) * De ruimere betekenis van localisering en internationalisering * Culturele, technische en organisatorische aspecten (b.v. tekensets, culturele gevoeligheden) # Real-Time vertaaltechnologie en toepassingen in het bedrijf # Information Mapping # MT als motor van het globaal beheerssysteem # Kwaliteit van de vertaaltechnologie; Evaluatie van MT (BLEU); Evaluatie van output # Oefeningen met machinevertalingssystemen # Economische en maatschappelijke aspecten Onderwijstaal _________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaaltechnologie
Pagina 3
Nederlands Onderwijsorganisatie Contactonderwijs: 10 Interactief hoorcollege: 16 Verwerking: 26 Taken: 12 Zelfstudie: 26 Totaal: 90 Studiebegeleiding Individueel op vraag van de student. Studiemateriaal Cursusmateriaal: Cursus van de docent Evaluatie Organisatie
Eerste examenkans juni - Permanente evaluatie - aandeel van 80% juni - Schriftelijk examen - aandeel van 20% Tweede examenkans september - Schriftelijke evaluatie - aandeel van 20% september - Permanente evaluatie - aandeel van 80% Examencontract Mondeling examen met praktische proef
_________________________________________________________________________________________________ 17/10/2007
Vertaaltechnologie
Pagina 4