DOCENTENHANDLEIDING PROEFLES PLASTIC SOUP SURFER mei 2016 Beste docent, hartelijk dank voor je aanvraag van een proefles van IKcircuLEER, een modulaire lesmethode over duurzaam ondernemen, gericht op de vernieuwde exameneisen voor het beroepsgerichte vmbo-profiel Dienstverlening en Producten, met duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen in de kern van het programma. De proefles omvat 1 gehele lesbrief, dat is tevens de kleinst uitleverbare module van de lesmethode die we nu bouwen. Deze proefles bestaat uit: • een folio lesbrief van 16 pagina’s als werkboek voor leerlingen • een website www.ikcirculeer.nl/plasticsoupsurfer met een quiz, een antwoordmodel en deze docentenhandleiding. Elke lesbrief is opgebouwd rondom een inspirerend praktijkverhaal van een duurzame koploper. Dat kan een groot bedrijf zijn, maar ook een start-up, of een kunstenaar die een duurzaam dilemma verbeeldt op een voor jongeren aantrekkelijke en heldere manier. Deze proefles gaat over de Plastic Soup Surfer, over materialenkennis van plastics en over het recyclen daarvan. Het mooist is het natuurlijk als de leerlingen zelf de mensen achter de praktijkverhalen (de levende lessen) ‘live’ kunnen ontmoeten. Dat is voor een deel mogelijk, bijvoorbeeld via een gastles, webinar of een bedrijfsexcursie, maar niet op een schaal die dat direct voor alle scholen toegankelijk maakt. Daarom hebben we de lesbrieven van IKcircuLEER ontwikkeld, als levende lessen voor een nieuwe en duurzame economie. Daarmee willen we de interactie tussen duurzame koplopers en het onderwijs graag stimuleren en ondersteunen. De veelheid van initiatieven in die nieuwe circulaire economie zichtbaar maken in het vmbo, en een brug slaan tussen onderwijs en duurzame koplopers is een belangrijke drijfveer om IKcircuLEER te maken. Zodat jongeren weten hoe ze een duurzame keuze kunnen maken en waarom dat in hun eigen voordeel is. De lesbrieven beginnen altijd met een korte film van die levende les, en met enkele vragen over de film. Als jongeren zelf een vraag hebben voor de mensen in het praktijkverhaal, dan zijn ze van harte uitgenodigd die vraag te stellen via
[email protected]. Vanuit het praktijkverhaal is er vaak een vraag aan de jongeren om mee te denken over of in actie te komen met oog op een duurzaam dilemma. De lesbrieven van IKcircuLEER bieden de mogelijkheid om op gefundeerde wijze te bouwen aan een actieve kennisbasis duurzaamheid.
We zijn benieuwd hoe de proefles bevalt. Wil je met de lesbrief aan de slag? Laat het ons weten via
[email protected], dan sturen we je het aangevraagde aantal lesbrieven toe. Daarbij vragen we je om de bevindingen met ons te delen, o.a. door het beantwoorden van enkele vragen in deze docentenhandleiding. In deze docentenhandleiding presenteren we eerst de opbouw van de lesbrieven , zowel in algemene zin als toegepast op de proefles over de Plastic Soup Surfer. Vervolgens bepreken we per opdracht uit de proefles het antwoordmodel en de benodigde materialen in de les. Het antwoordmodel is in deze docentenhandleiding voorzien van tips voor (extra) werkvormen, filmpjes of verdiepingsmateriaal, lesideeën en aanvullende opdrachten. Tot slot hebben we een aantal vragen voor je over de inzet van de proefles in je lessen. Hartelijk dank voor je aandacht. Veel plezier met de proefles. Vriendelijke groet, drs. Liedewij de Graaf
1. Opbouw van de lesbrieven Elke lesbrief van IKcircuLEER kent eenzelfde opbouw, namelijk: • levende les in de vorm van een praktijkverhaal van een duurzame koploper • kenniskaart, die visueel gemaakte theorie belicht • opdrachten. En daarbij een online quiz als ‘teaser’ ter introductie of als afsluiting van een thema. De levende lessen illustreren de diversiteit van mensen en organisaties die er werk van maken om meervoudig positieve waarde te creëren zowel voor mensen (people) als voor het milieu (planet), dankzij de financiële continuïteit van hun acties (profit). Het zijn de inspirerende en actuele praktijkverhalen van heel verschillende duurzame koplopers, die IKcircuLEER met de nieuwe eindtermen verbindt, zodat leerlingen daarmee via de lesbrieven kunnen kennismaken. Voor veel docenten is het werken aan een kennisbasis duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen nog een vrij ‘nieuwe tak van sport’. Vanwege de nieuwe eindtermen en de toetsbaarheid van de kennisbasis werken we daarom met heldere leerdoelen. In de proefles over de Plastic Soup Surfer ziet dat er als volgt uit: Leerdoel in 1 zin R
T1
T2
I
Je leert dat plastic verpakkingen een recycle-code hebben en waarom recyclen van plastics nodig is. Ik weet dat plastic verpakkingen een recycle-code hebben, opdracht C LL waarmee je de soorten kunststoffen herkent. Ik herken de recycle-code op een verpakking en ik weet hoe ik opdracht A LL het plastic na gebruik kan (laten) recyclen. opdracht B LL opdracht D LL opdracht E KK Ik weet waarom het belangrijk is dat we plastic na gebruik recyclen, zodat: opdracht F KK - er geen nieuwe aardolie nodig is; opdracht G KK - de groei van plastic soep stopt. Ik weet dat mijn dagelijkse acties een verschil maken voor een opdracht H KK wereld zonder plastic soep, en ik kan daar zelf nieuwe ideeën voor aandragen.
LL = levende les, KK = kenniskaart
Elke lesbrief belicht een leerdoel met oog op het verwerven van duurzame kennis en vaardigheden. Direct aan het begin van de lesbrief staat dat doel in 1 zin verwoord.
Aan het eind van de lesbrief, na alle opdrachten, komt dit doel terug, maar dan gespecificeerd op basis van RTTI: Reproductie, Toepassing in een bekende situatie, Transfer naar een nieuwe context en Inzicht. In algemene zin is RTTI in de lesbrieven van IKcircuLEER als volgt uitgewerkt: • Reproductie (R): Ik ken de gegeven relevante begrippen. • Toepassen in een bekende, geoefende situatie (T1): Ik herken een gegeven element, ik weet wat ik moet doen in de bekende situatie. • Transfer naar een onbekende, ongetrainde situatie (T2): Ik weet hoe zaken samenhangen en/of hoe een systeem werkt. • Inzicht-leren (I); Mijn nieuwe ideeën en acties doen ertoe, wat ik doe maakt een verschil.
Het onderwijskundige RTTI-model zoals Docentplus dat heeft ontwikkeld, biedt zo een praktisch en helder uitgangspunt voor toetsbare doelen. Voor meer informatie over RTTI, zie www.docentplus.nl. De lesbrief van 16 bladzijden vormt de kleinste uitleverbare eenheid in het aanbod van IKcircuLEER. In opbouw en vormgeving vormen de lesbrieven een samenhangend geheel, zodat docenten daaruit zelf een serie kunnen samenstellen. In de proefles over de Plastic Soup Surfer is de opbouw als volgt: pag. 1 cover pag. 2 hoe werkt het? symbolen pag. 3 intro tot de levende les; ‘Vandaag maak je kennis met…. ’ pag. 4 opdracht A. Bekijk de film. Beantwoord de vragen over de film (T1) pag. 5 opdracht B. Kernbegrippen en proeven/spelen/oefenen met de betekenis ervan (vaak een T1 doel, en soms ook T2) pag. 6 opdracht C. Vragen over de kenniskaart die daar direct uit te halen zijn (R) pag. 7 opdracht D. Verbinding tussen de levende les en de kenniskaart (T1 of T2). Hier evt. vraag vanuit de levende les aan de jongeren stellen om over mee te denken. pag. 8 en 9 Kenniskaart, sterk visueel gemaakte theorie pag. 10 opdracht E praktische toepassing in dagelijkse context van info op kenniskaart (T1) pag. 11 t/m 14 T2 en I-vragen pag. 13 of 14 Lesdoel bereikt? Kruis aan RTTI pag. 15 colofon + credits pag. 16 backcover, met naam en klas.
2. Quiz Heb je al eens met Kahoot gewerkt om in de klas een quiz te doen? Het practoraat sociale media maakt heldere instructiefilmpjes over educatieve ICT-tools. Hier vind je een filmpje over werken met Kahoot! https://www.youtube.com/watch?v=jpwj0U0qE7k https://vimeo.com/channels/maandag/81989458 De quiz over plastic soep bevat 7 vragen. Via deze link kom je bij de quiz. https://play.kahoot.it/#/?quizId=38ea166f-e9a5-42e2-8c64-3493ba88a2b3 Vergroten leeropbrengst quiz Na afronden van de quiz, kun je leerlingen zelf de goede antwoorden op laten zoeken. En deze vervolgens laten presenteren. Deze werkwijze beschrijft docent Henk ter Haar in een interessante blog over vergroten van de leeropbrengst van een Kahoot-quiz: http://www.terhaaronderwijst.com/uncategorized/hoe-vergroot-je-de-leeropbrengst-vanje-kahootquiz-een-lesidee/ Aanvullende opdracht voor leerlingen Maak zelf een quiz-vraag over plastic soep. Gebruik het internet voor je onderzoek naar de plastic soep. Je kunt daarvoor de volgende sites gebruiken: http://www.plasticsoupfoundation.org http://www.stichtingklean.nl/plasticsoep/ http://www.hetklokhuis.nl/onderwerp/plasticsoep https://nl.wikipedia.org/wiki/Plasticsoep http://plasticsoupfoundationjunior.org Noteer je quizvraag. Bedenk er ook 3 of 4 antwoorden bij, waarvan maar 1 van de antwoorden juist is. Overleg met je docent of je de quiz-vraag naar
[email protected] verstuurt. Vragen en antwoorden die we hier in de quiz kunnen plaatsen, belonen we met een Dopper.
3. Opdrachten Elke lesbrief bevat ongeveer 8 opdrachten, die zijn genummerd als A, B etc. t/m H of I. Deze opdrachten bestaan uit circa 20 sub-opdrachten die zijn doorgenummerd, d.w.z. dat de opdrachtnummering in een lesbrief van A1, A2, A3 doorgaat naar B4, B5 en dan C6 t/m H20. Bij elke opdracht staat aangegeven of het gaat om een - groepsopdracht of individuele opdracht - opdracht op basis van R, T1, T2 of I. Deze verschillende leerstijlen en -doelen komen in elke lesbrief aan bod via de opdrachten. Als docent kun je een lesbrief daarom als kapstok gebruiken, om een leerdoel te verdiepen of verbreden via aanvullende opdrachten en andere werkvormen. In deze docentenhandleiding zullen we daarvoor extra informatie en ideeën aandragen voor de opdrachten in de proefles over de Plastic Soup Surfer. Graag horen we je bevindingen als docent terug, en ook je tips en ideeën, zodat we deze kunnen opnemen voor collega-docenten.
pag. 1, 2, 13 en 16 covers en ‘Hoe werkt het?’ opdrachtomschrijving Kennismaken met de lesbrief werkvorm Laat de jongeren hun naam en klas noteren op de achterzijde van de lesbrief. Neem met hen de picto’s door op pag. 2. Bekijk met hen waar de verschillende onderdelen staan in de lesbrief: de levende les, de kenniskaart en de opdrachten. Bespreek het leerdoel op pag.2 en op pag.13 Bekijk de site www.ikcirculeer.nl/plasticsoupsurfer Je kunt daar de Kahoot-quiz doen ter introductie tot thema plastic soep. Laat de leerlingen eventueel ook de qr-scanner downloaden. benodigdheden toegang tot internet, digibord lesbrieven voor de leerlingen mobiele telefoons voor de quiz tijdsduur circa 15-20 minuten opmerkingen samen met opdracht A omvat dit naar verwachting 1 lesuur feedback van docent
pag. 3 en 4 Opdrachten A1 t/m A4 opdrachtomschrijving Bekijk de korte film over de Plastic Soup Surfer en beantwoord de vragen. werkvorm Bekijk de film klassikaal. De film staat klaar op de webpagina bij de lesbrief www.ikcirculeer.nl/plasticsoupsurfer En/of laat de leerlingen voorafgaand aan de les al de korte film bekijken en de introductie op pag. 3 lezen. En eventueel ook de site www.plasticsoupsurfer.org en Facebookpagina van Plastic Soup Surfer. Of kijk bij http://tegenlicht.vpro.nl/bijlagen/2015-2016/einde-vanbezit/merijn-tinga.html Bespreek de vragen op pag. 4 van de lesbrief. Voor opdracht A2 staan op www.ikcirculeer.nl/plasticsoupsurfer foto’s van het maakproces ter illustratie. Stel aanvullende vragen: - Waarom draagt Merijn een gasmasker tijdens werken aan zijn board? Giftige gassen kunnen vrijkomen bij verhitting van plastics. - Waarom spoelt hij de snippers met water? Om schoon te spoelen voor het verwerken, maar ook om de soorten te scheiden. Alleen drijvende (HDPE) plastic gebruikt hij voor het board. - Wat is laatste FB-post van Plastic Soup Surfer? - Wat is zijn nieuwste avontuur in strijd tegen plastic soep? Na zeiltocht van 5 maanden met Plastic Jagers in zomer 2015, gaat Merijn in zomer 2016 het kanaal oversteken met een nieuw zelfgemaakt board. Hebben de leerlingen een vraag die ze Merijn willen stellen? benodigdheden toegang tot internet, digibord lesbrieven voor de leerlingen tijdsduur circa 20-30 minuten opmerkingen Samen met de introductie omvat opdracht A naar verwachting 1 lesuur feedback van docent
pag. 5 Opdrachten B5 en B6 opdrachtomschrijving Betekenis geven aan enkele kernbegrippen werkvorm Hier zijn verschillende werkvormen mogelijk: - leerlingen maken individueel geheel B5 en B6, dat is pittig - een (deel van) les te besteden aan de kernbegrippen, door deze te verdelen over de klas, en leerlingen (in tweetallen) een mindmap te laten maken rondom het kernbegrip. Zij kunnen daarvoor dingen opzoeken op internet. En daarna een presentatie te laten geven over wat ze hebben gevonden rondom: - betekenis van het begrip - evt. actualiteiten. Laat elk groepje dan ook voor opdracht 2B een zin maken waarin 2 kernbegrippen voorkomen, namelijk het begrip waarover ze presenteerden en een ander kernbegrip. benodigdheden pen, lesbrief eventueel materialen om informatie op te zoeken tijdsduur afhankelijk van de werkvorm: circa 15-20 minuten of een hele les opmerkingen Elke lesbrief bevat een oefening met een aantal kernbegrippen voor een kennisbasis duurzaamheid zoals in opdracht B. Het is een vrij talige opdracht. Je kunt er de voorkeur aan geven om eerst verder te gaan met opdrachten over de levende les en de kenniskaart op pag. 6 en 7. Dus om eerst opdracht C en D te doen en daarna opdracht B. Je kunt de opdracht met kernbegrippen ook als kapstok gebruiken om zelf een verdiepingsopdracht van te maken. Zo is het woord grondstoffenpaspoort een heel nieuw woord, geïntroduceerd door architect Thomas Rau. Hij bouwt gebouwen, die voorzien zijn grondstoffenpaspoort, zodat alle materialen herbruikbaar zijn. Voor meer informatie over het grondstoffenpaspoort is het interessant om zelf de documentaire met Thomas Rau te bekijken: http://tegenlicht.vpro.nl/biografieen/r/thomas-rau.html Een zin bij B6 kun je als stelling voorleggen aan de klas, bijvoorbeeld: Een grondstoffenpaspoort is vooral handig als je de materialen na gebruik weer kunt scheiden om te recyclen. En je kunt leerlingen al laten nadenken/tekenen/opzoeken rondom grondstoffenpaspoort van product dat ze dagelijks gebruiken op school. feedback van docent
pag. 6 Opdrachten C7, C8 en C9 opdrachtomschrijving Bekijk de kenniskaart ‘Plastic Fantastic?’ en beantwoord de vragen. werkvorm Laat leerlingen eerst kijken naar de onderste regels op de kenniskaart, bij ‘Gebruik’. Welke producten gebruiken ze zelf ? Laat hen die producten omcirkelen op de kenniskaart. Welke recycle-codes hebben de producten die ze omcirkeld hebben? benodigdheden lesbrief, schrijfwaren en evt. fototoestel bij opdracht C9. Plus eventueel plastic verpakkingen zoals op de kenniskaart genoemd, waaraan leerlingen de recycle-code kunnen aflezen. tijdsduur circa 25 minuten Eén lesuur voor opdracht C, D en de kenniskaart opmerkingen Het is niet nodig dat leerlingen de lange materiaalnamen kunnen reproduceren, wel is het zinvol als ze weten dat de letters onder de recycle-codes afkortingen zijn van lange materiaalnamen. Bij C9 staat 3 recycle-codes, terwijl er 2 gegeven zijn. Excuses. Laat jongeren er zelf een derde bij zoeken om te tekenen of fotograferen. feedback van docent
pag. 7 opdrachtomschrijving werkvorm benodigdheden tijdsduur opmerkingen
Opdrachten D10 en D11 Zoek de codes bij de materialen in het board en noteer deze Bekijk de kenniskaart op pag. 8 en 9, zoek de codes bij de materialen lesbrief en schrijfwaren Eén lesuur voor opdracht C, D en de kenniskaart D11 maakt duidelijk dat een flesje en de dop van verschillende materialen zijn gemaakt. Doppen van flessen of deksels van potjes zijn gemaakt van polypropeen (PP) of polyethyleen (HD-PE). Je herkent de PP-doppen aan recyclecode 5 of 05. De HDPE-doppen herken je aan code 2 of 02. Het materiaal van doppen en deksels is prima te recyclen. Het is wel een flinke klus om de doppen apart te verzamelen of te scheiden. Voor recycle bedrijven is dat vaak nog te duur. Goede doelen verzamelen de doppen samen met vrijwilligers. Als grondstof zijn de verzamelde doppen geld waard. Spaar mee voor de geleidehonden http://www.geleidehond.nl/steun-ons/acties/doppen-sparen-voorgeleidehonden/Of laat een WasteBoard bakken van de doppen: http://wasteboards.com feedback van docent
pag. 8 en 9 Kenniskaart ‘Plastic Fantastic?’ opdrachtomschrijving Bekijk de informatie op de kenniskaart werkvorm Bij opdrachten C en D gaan leerlingen aan het werk met het schema van de recycle-codes Bij opdrachten F en G kunnen ze de tekst daarboven gebruiken om argumenten te verzamelen. benodigdheden lesbrief en schrijfwaren tijdsduur circa 15-20 minuten opmerkingen Aanvullende opmerkingen van Merijn Tinga over recycle-codes, bij wijze van achtergrondinformatie: Er zijn thermoplasten (vervormbare plastics) en thermoharders (2 componenten - ook gebruikt in mijn board). -er zijn 250 verschillende in de industrie gebruikte plastics die weer onderverdeeld zijn onder de recyclecodes. Daarom is er bij recycling van plastics momenteel altijd sprake van down-cycling. Je krijgt het nooit zuiver terug. -plastics worden naast aardolie ook van zetmeel gemaakt worden. maar zijn daarmee niet ook biologisch afbreekbaar. Er zijn afbreekbare plastics in de handel maar die breken alleen af in composteermachines van afvalverwerkers( 60 graden C, veel zuurstof veel lucht). Probleem van plastic is terug te voeren op terughaal infrastructuur. er gaan stemmen op in de recycle-industrie om terug te gaan naar 50 soorten plastic i.p.v. de 250) feedback van docent
pag. 10 Opdrachten E12 t/m E15 opdrachtomschrijving Onderzoek de verpakkingen die je op 1 dag openmaakt werkvorm Laat leerlingen zelf een manier bedenken om de bevindingen weer te geven in een schema. Je kunt deze opdracht uitbreiden, bijvoorbeeld door: - leerlingen dit bij te laten houden over meerdere dagen - de opdracht na enkele weken op afgesproken moment te herhalen, en te kijken of er verschil is. Zo ja, heeft de leerling bewust iets veranderd? - leerlingen een infographic of andere presentatievorm te laten maken van de resultaten. benodigdheden schrijfwaren en schema (in Excel, Word, ander programma of op papier) tijdsduur E12 en E13 voorbereiding: circa 30 minuten of meer afhankelijk van vaardigheid van leerlingen met maken van een schema E14 uitvoering: gedurende een dag E15 conclusies: noteren en bespreken, circa 20 minuten extra: infographic of presentatie laten maken. opmerkingen Dit is een opdracht uit het project 100-100-100.nl, zie pag. 12 van de lesbrief. Daar maken de deelnemers een foto van die verpakkingen, en ze posten die op de webpagina met de weekopdracht. feedback van docent
pag. 11 Opdracht F16 opdrachtomschrijving Bekijk de korte film: ‘Plastic verpakkingen: van afval naar grondstof’ werkvorm Klassikaal de film bekijken. Laat leerlingen eerst zelf of in groepjes de stellingen bekijken, en hun antwoorden noteren. Daarna klassikaal bespreken, zie antwoordmodel. NB. In de korte film worden aantal uitspraken gedaan in de vorm van stellingen. Laat jongeren de film nog eens bekijken en daar een stelling uithalen. Bespreek die stellingen met de klas. Bijvoorbeeld: - Wat je bij de bron al kunt scheiden is makkelijker dan in de fabriek. - Goed voor het milieu en voor de portemonnee. Hoe meer kunststoffen ze inzamelen, des te goedkoper is het. - Alles wat je kunt hergebruiken is goedkoper dan opnieuw grondstoffen te gebruiken. benodigdheden digibord, toegang tot internet, lesbrief voor elke leerling, schrijfwaren. tijdsduur circa 20 minuten opmerkingen DIFTAR is een term die voorkomt in de film. Het betekent dat de afvalstoffen(=grondstoffen)dienst werkt met een gedifferentieerd tarief voor restafval. Hoe minder restafval een huishouden aanbiedt (bijvoorbeeld door goed te scheiden, en oplettend in te kopen), des te lager de kosten voor afvalstoffeninzameling. feedback van docent
pag. 12 Opdrachten G17, G18 en G19 opdrachtomschrijving Plastic fantastic? Voer een discussie op basis van argumenten werkvorm Laat de leerlingen de tekst op de bovenste helft van de kenniskaart lezen. Een deel van de argumenten bij de stellingen kunnen ze uit de kenniskaart bij deze lesbrief halen. Of uit kenniskaarten bij andere lesbrieven over plastic soep. Of eigen argumenten zelf aan te vullen. Bespreek hun argumenten klassikaal of eerst in tweetallen. benodigdheden lesbrief en schrijfwaren tijdsduur circa 25 minuten opmerkingen Bij opdracht G19 gaat het erom dat plastic in de kringloop blijft, zodat er geen grondstoffen verloren gaan, en zodat de schadelijke effecten geen kans hebben. We zijn heel benieuwd naar alle ideeën van leerlingen gericht op behoud van plastic in de kunststofkringloop en op hergebruik van kunststoffen zodat er geen nieuwe aardolie nodig is en de groei van de plastic soep stopt. feedback van docent
pag. 13 Opdracht 20 opdrachtomschrijving Maak een poster met de oplossing die jullie hebben bedacht werkvorm In plaats van een affiche maken, kunnen leerlingen hun idee uiteraard ook op een andere manier verbeelden. benodigdheden afhankelijk van hoe docent deze creatieve opdracht wil vormgeven. tijdsduur circa 15-20 minuten opmerkingen De afbeelding op de poster is van een beeld dat Merijn Tinga maakte, getiteld Plastic Caps Man. Zie https://www.newbabylon.nl/2014/11/plastic-cap-man-on-tour/ Wil je de ideeën met ons delen? Welkom! We zullen deze graag in overleg plaatsen op www.ikcirculeer.nl feedback van docent
4. Antwoordmodel opdracht A (T1) A1 Wat is de boodschap van de Plastic Soup Surfer ? Zijn boodschap/missie is om aandacht te vragen voor plastic afval in zee A2 Hoe maakte Merijn zijn board? Zet de werkzaamheden in de goede volgorde. Nummer ze van 1 tot en met 8. De eerste en laatste zijn al gedaan. 1. plastic afval oprapen op het strand 2. het plastic versnipperen tot kleine stukjes 3. de plastics schoonspoelen 4. de drijvende stukjes verzamelen 5. een mal maken voor het board 6. plastic in de mal smelten 7. het board afwerken 8. klaar om te kitesurfen NB Op de site www.ikcirculeer.nl/plasticsoupsurfer staan foto’s van de stappen van zwerfafval tot kiteboard. A3 Elke maand spoelt er 10 kg plastic aan bij een strandpaal. De Plastic Soup Surfer maakte zijn board van 10 kg plastic. Dat is dus de stapel plastic van 1 maand bij 1 strandpaal. Reken uit: hoeveel surfboards kun je in 1 maand maken van het plastic dat langs de hele Nederlandse kust aanspoelt? Ga bij je berekening uit van de volgende cijfers: - Nederland heeft ongeveer 350 km zandstrand. - Na elke 250 meter staat er een strandpaal. Er staan 4 strandpalen per km. Dat betekent elke maand 350 km x 4, dus 1400 surf boards van 10 kg. A4 Stel, je mag de surfboards van 1 maand verdelen in je klas. Hoeveel boards krijgt iedere leerling van je klas? Reken uit: Eigen antwoord, bijvoorbeeld bij 20 leerlingen gaat het om 1400 : 20, dus elke maand 70 surf boards per leerling.
Antwoordmodel opdracht B (T1) B5 De bioloog bestudeert alles wat leeft: planten, dieren en mensen. Hij weet altijd iets nieuws te verzinnen, hij is creatief. In een grondstoffenpaspoort staan alle materialen en bouwstoffen vermeld van een product of gebouw. DIY staat voor Do It Yourself, dat is Engels voor ‘doe het zelf’. De biosfeer is het gebied op aarde waarin planten, dieren of mensen kunnen leven. Op plastic verpakkingen en producten staat een code die het materiaal aanduidt: de recyclecode. Afval is voedsel in de natuur, in die kringlopen gaan geen stoffen verloren. Recyclen bespaart het gebruik van nieuwe grondstoffen. Wist je dat er wc-papier wordt gemaakt van gerecyclede drankenkartons? B6 Eigen antwoorden, bijvoorbeeld: De bioloog bestudeert alles wat leeft in de biosfeer. Een grondstoffenpaspoort is vooral handig als je de materialen na gebruik weer kunt scheiden om te recyclen. Ze is creatief, want ze maakt DIY-tassen van oude spijkerbroeken. De kringloop van het materiaal van PET-flesjes met recycle-code 1 is makkelijk te sluiten, bijvoorbeeld door er inkt van te maken voor een 3D-printer.
C (R) C7 Er zijn 7 recycle-codes voor plastic die algemeen gebruikt worden voor verpakkingen en consumentenproducten. In aanvulling hierop voor docentenhandleiding: In de industrie bestaan er veel meer recycle-codes. Daar gaan steeds meer stemmen op om het aantal kunststoffen te beperken om downcyclen (materiaal hergebruiken in een toepassing die minder waarde heeft) te voorkomen. C8 de pijlen laten zien dat het bij recyclen draait om materialen in de kringloop te houden, en niets van waarde verloren te laten gaab het cijfer verwijst naar de soort plastic de afkorting wordt vaak gebruikt als naam voor het materiaal, omdat het materiaal vaak een lange samengestelde naam heeft. C9 Eigen tekening of foto’s
D10 (T1) Noteer bij alle producten het cijfer van de recycle-code tussen de pijlen. 4 15 plastic zakken LD-PE 2 3 grote jerrycans en doppen HD-PE of ook 5 PP (check Merijn) 7 3m vislijn Other 1 11 PET-flessen PET 2 80 plastic flessen HD-PE 7 15m visnet en touw Other 6 polystyreen en PUR (piepschuim) PS D11 Opdracht D11 maakt duidelijk dat een flesje en de dop van verschillende materialen zijn gemaakt. Het flesje is gemaakt van PET, recycle-code 1 of 01.Doppen van flessen of deksels van potjes zijn gemaakt van polypropeen (PP) of polyethyleen (HD-PE). Je herkent de PP-doppen aan recycle-code 5 of 05. De HDPE-doppen herken je aan code 2 of 02. Het materiaal van doppen en deksels is prima te recyclen. Het is wel een flinke klus om de doppen apart te verzamelen of te scheiden. Voor recycle bedrijven is dat vaak nog te duur. Goede doelen verzamelen de doppen samen met vrijwilligers. Als grondstof zijn de verzamelde doppen geld waard. Spaar mee voor de geleidehonden http://www.geleidehond.nl/steun-ons/acties/doppen-sparen-voor-geleidehonden/ Of laat een WasteBoard bakken van de doppen: http://wasteboards.com
E (T1) E12 t/m E15 Eigen antwoorden Voor docentenhandleiding: Je kunt dit ook verschillende dagen laten doen, en de leerlingen zelf een grafische weergave laten maken van het aantal verpakkingen per soort die ze elke dag openen. In de scholenversie van 100-100-100 kunnen ze dit op verschillende momenten tijdens de 100 dagen zien, dan wordt zichtbaar of door de challenge het aantal geopende verpakkingen afneemt. F (I) F16 Recyle-codes zijn belangrijk als ik producten of verpakkingen ga kopen ja, want als ik er bij aankoop op let of het materiaal na gebruik gerecycled kan worden, dan hoeft dat na gebruik geen afval te zijn, maar dan kan het als grondstof hergebruikt worden. Samengestelde verpakkingen, bijvoorbeeld materiaal dat uit samengesteld folie en plastic bestaat (bij soepzakken) zijn wel restafval omdat die niet goed kunnen worden gescheiden. als het afvalbedrijf de plastic verpakkingen komt ophalen. ja, want het is belangrijk dat ik alleen de recyclebare kunststoffen aanbied. als de fabriek het plastic gaat uitsorteren. nee, want in het filmpje is te zien dat de fabriek via andere technieken de plastics scheidt dan door de recycle-code af te lezen. als de verpakking in stukjes uit elkaar valt tot plastic soep. nee, want op de brokstukjes is geen recycle-code meer te lezen. Voor docentenhandleiding: Filmpje bevat een aantal stellingen, bijvoorbeeld Voer een gesprek in de klas over hoe jongeren hier thuis of op school mee omgaan
G (T2) G17 en G18 Een deel van de argumenten bij de stellingen kunnen uit de kenniskaart bij deze lesbrief gehaald worden. Of uit andere kenniskaarten. Of eigen argumenten zelf aan te vullen. I Plastic is geweldig! Het is onverwoestbaar en heel handig te gebruiken Plastic is licht, sterk, buigzaam en waterdicht. Het is goedkoop en verkrijgbaar in allerlei vormen en kleuren. Plastic is prima te recyclen. Ook van gerecycled plastic kun je mooie dingen maken. Bijvoorbeeld door het als inkt voor een 3D-printer te gebruiken. II Plastic is verschrikkelijk! Het is onverwoestbaar en vervuilend, het belandt in de voedselketen. Omdat plastic goedkoop is wordt het vaak eenmalig gebruikt. Na gebruik eindigt het vaak als zwerfafval. Dat levert problemen op. Dieren zien het voor voedsel aan. Ze sterven een hongerdood met een maag vol plastic. Of ze raken erin verstrikt, bijvoorbeeld in touwtjes van ballonnen. Plastic vergaat niet vanzelf. Het valt uiteen in kleinere stukjes. Die stukjes komen in de voedselketen, doordat piepkleine diertjes, plankton en vissen ervan eten. Ook als je zelf geen vis zou eten, maar wel vlees, krijg je ermee te maken, omdat dieren met vismeel gevoerd worden. Plastic trekt giftige stoffen aan. Een klein stukje plastic wordt zo een giftige pil. Plastic is gemaakt van aardolie. De prijzen van aardolie wisselen sterk. Bovendien zorgt de winning van aardolie en het gebruik ervan als fossiele brandstof voor broeikasgassen. Ook bij het verbranden van plastic in afvalverbranding als restafvalkunnen broeikasgassen vrijkomen. G19 Eigen antwoord H (I) H20 Uitnodiging om foto van poster of werkstuk toe te sturen aan
[email protected], zodat we de oplossing op site van ikcirculeer.nl/plasticsoupsurfer zichtbaar kunnen maken.