Docentenhandleiding ePack
Magistratenlaan 138 - 5223 MB Postbus 233 – 5201 AE ’s-Hertogenbosch
Tel: (073) 628 88 11
Datum: 20 juli 2012 Versie:
5.0
Docentenhandleiding ePack
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 1
De methodesite .......................................................................................... 4
1.1
Introductie: concept nieuwe generatie methodes .................................................... 4
Eindtoets ............................................................................................................................. 5 1.1.1 Onderbouwmethodes ............................................................................................. 5 1.1.2 Vmbo bovenbouw .................................................................................................. 7 1.1.3 Tweede Fase .......................................................................................................... 7 Diagnostische toets ............................................................................................................. 9 Vervolgroute met keuzemateriaal ........................................................................................ 9 1.1.4 Inloggen in de methodesite .................................................................................... 9 1.1.5 Verkennen methodesite: tabbladen ...................................................................... 10 1.1.6 Verkennen methodesite: submenu’s ..................................................................... 11 1.1.7 Verkennen methodesite: facetpagina .................................................................... 12 1.1.8 Verkennen methodesite: methodesite-header ...................................................... 13 1.1.9 Mijn profiel .......................................................................................................... 14 1.1.10 Help ..................................................................................................................... 14 1.1.11 Content overdragen ............................................................................................. 14 1.1.12 Zoeken ................................................................................................................. 15
2
Administratie ........................................................................................... 16
2.1
Introductie: leerlingen en klassen ......................................................................... 16
2.1.1 2.1.2
Klas toevoegen en verwijderen ............................................................................. 16 Leerlingen toevoegen en verwijderen .................................................................... 18
3
Eigen materiaal ........................................................................................ 19
3.1
Introductie: eigen lesmateriaal ............................................................................. 19
3.1.1 3.1.2 3.1.3
Bestanden toevoegen ........................................................................................... 20 Links toevoegen ................................................................................................... 21 Eigen materiaal bekijken, wijzigen en verwijderen ................................................ 21
4
Lesprogramma’s ...................................................................................... 24
4.1
Introductie: hoofdstukken en lesonderdelen ......................................................... 24
4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.4
Arrangeren ........................................................................................................... 29 Bewerken aangepast hoofdstuk ............................................................................ 31 Toewijzen hoofdstuk ............................................................................................ 32 Bekijken wijzigingen op de leerlingsite ................................................................. 32
5
Digitale toetsen ........................................................................................ 33
5.1
Introductie: toetsen .............................................................................................. 33
5.1.1 5.1.2 5.1.3
(Eind)toetsen inplannen ........................................................................................ 33 Toetsen herkansen ............................................................................................... 34 Toetsen printen .................................................................................................... 34
6
Resultaten & scores .................................................................................. 35
6.1
Introductie: resultaten .......................................................................................... 35
6.1.1
Submenu-item ‘Resultaat per leerling’.................................................................. 36 v 5.0
2/52
Docentenhandleiding ePack
Inhoudsopgave
6.1.2 6.1.3 6.1.4 6.1.5
Submenu-item ‘Resultaat per toets of les’ ............................................................ 37 Beoordelen open vragen ....................................................................................... 38 Toekennen cijfer .................................................................................................. 39 Veranderen automatisch toegekende vervolgroute ................................................ 40
7
Digiboek .................................................................................................. 42
7.1
Introductie: Digiboek............................................................................................ 42
7.1.1 7.1.2 7.1.3
Het bekijken van een Digiboek ............................................................................. 43 Toevoegen eigen materiaal aan een Digiboek ....................................................... 43 Werken met Digiboek ........................................................................................... 44
8
Overige onderdelen .................................................................................. 47
8.1
Introductie: overige onderdelen ............................................................................ 47
Tips & tricks ......................................................................................................... 49 Begrippenlijst ....................................................................................................... 50
v 5.0
3/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 1: De methodesite
1
De methodesite
1.1
Introductie: concept nieuwe generatie methodes
Malmberg heeft een concept ontwikkeld voor alle nieuwe methodes. Dit concept is
gevisualiseerd in een model dat bestaat uit een (compacte) Basisroute gevolgd door
vervolgroutes en biedt daarbinnen ruimte voor vernieuwing, differentiatie én eigen materiaal.
Basisroute De Basisroute bevat de ‘basis van het vak’: hetgeen waarop getoetst wordt en waar de formele leerdoelen mee kunnen worden bereikt. De Basisroute van een hoofdstuk is
onderverdeeld in lesonderdelen die regulier van aard zijn (vertrouwd: in het schema zijn dit de lichtblauwe lessen) of didactisch vernieuwend (docentsturing gedeelde sturing
leerlingsturing: de rode lessen in het schema). Daar waar relevant start de Basisroute met een Instaptoets. De richttijd voor de duur van de Basisroute is circa vijf lesuren per
hoofdstuk (exclusief de tijd die nodig is voor de Adviestoets aan het eind van de Basisroute).
Instaptoets
De inzet van deze toets zal afhangen van het vak en is derhalve niet altijd aanwezig in een methode.
Vervolgroute
De Basisroute wordt afgesloten met een digitale, diagnostische Adviestoets. Op basis van de resultaten van de toets zet het systeem automatisch de juiste vervolgroute voor de leerling klaar:
de route Plus bevat lesstof en opdrachten op een hoger niveau dan de Basisroute.
de route Extra bevat ten opzichte van de Basisroute verrijkende en/of verdiepende
lesstof en opdrachten.
v 5.0
4/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 1: De methodesite
de route Remediërend geeft uitleg op een andere manier en extra oefening of herhaling.
Het doel van dit materiaal is de leerlingen te laten voldoen aan het niveau van de Basisroute.
Eindtoets Eindtoetsen zijn in eerste instantie niet zichtbaar voor leerlingen. Pas nadat de docent de
eindtoets heeft ingepland (met datum en tijd) kunnen leerlingen de eindtoetsen openen en maken. In hoofdstuk 2 van deze handleiding treft u een uitleg aan hoe u eindtoetsen kunt plannen.
Eigen materiaal
In het concept is rekening gehouden met de behoefte van docenten om eigen (les)materiaal
(‘User Generated Content’) te kunnen toevoegen aan de verschillende vervolgroutes. Ook aan de Basisroutes kunnen docenten - indien gewenst - eigen materiaal toevoegen.
Toetsing en monitoring
Het doorlopen van de Adviestoets aan het eind van de Basisroute moet ervoor zorgen dat de leerling automatisch de juiste vervolgroute krijgt toegewezen. Door de verschillende
mogelijkheden die de docent ter beschikking staan voor het volgen van de voortgang en het inzien van de resultaten van zijn leerlingen (monitoring), blijft de docent steeds in de
regiefunctie en kan hij – indien gewenst – ingrijpen door zelf een andere vervolgroute te kiezen (of samen te stellen) en die vervolgens handmatig voor de leerling klaar te zetten.
1.1.1
Onderbouwmethodes
Voor de onderbouw zijn er twee verschillende manieren (types) waarop het algemene model is verwerkt in de methodes:
type 1: hoofdstuk met automatische vervolgfunctionaliteit met de gehele vervolgroute
van hetzelfde niveau (Remediërend, Extra of Plus).
type 2: hoofdstuk met automatische vervolgfunctionaliteit op geclusterde leerdoelen
(bijvoorbeeld leerdoelen per paragraaf) met leerobjecten in de vervolgroute die kunnen
variëren van niveau (Remediërend, Extra en Plus). Het verschil tussen beide types wordt gevormd door de Adviestoets.
v 5.0
5/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 1: De methodesite
Bij type 1 wordt er op basis van een score op de gehele Adviestoets bepaald welke volledige vervolgroute (Remediërend, Extra, Plus) een leerling gaat volgen.
Bij type 2 is de Adviestoets opgedeeld in deeltoetsen die elk een of meerdere leerdoelen van het hoofdstuk bestrijken. Een leerling behaalt een score op deeltoetsen en het systeem selecteert op basis van die scores de vervolglessen die erbij horen.
De vervolgroute van een leerling kan bij type 2 bestaan uit zowel Remediërende als Extra als Plus lessen. Daarnaast kunnen aan de individuele vervolgroute nog een paar lessen zijn toegevoegd die alle leerlingen moeten volgen (vaste route).
Tip!
Door een Adviestoets te openen in uw ePack kunt u zien of uw methode een type 1- of
een type 2-methode is. Bij een type 2-methode is de Adviestoets opgebouwd uit meerdere deeltoetsen.
v 5.0
6/52
Docentenhandleiding ePack
1.1.2
Hoofdstuk 1: De methodesite
Vmbo bovenbouw
De vmbo bovenbouwmethodes zijn in opzet gelijk aan de type 2-methode van de
onderbouw. Er is echter een uitbreiding op gemaakt om nog meer oefenmogelijkheid aan de leerling te bieden: de examentrainer. De examentrainer heeft als doel het oefenen met
examenvaardigheden. Hierbij wordt geen nieuwe lesstof geïntroduceerd, maar ligt de nadruk op het toepassen van de leerdoelen - begrepen kennis en vaardigheden (bijvoorbeeld
grammatica, etc.) toepassen in een nieuwe situatie - en het oefenen van vaardigheden. Zo
kan een vaardigheid expliciet geoefend worden aan de hand van het bestuderen van één of meerdere bronnen.
Een examenles (roze gekleurd in het hoofdstukschema) bestrijkt ca. 1 SLU. Examenlessen kunnen lessen bevatten die zowel op school (klassikaal/groepsgewijs/individueel) als zelfstandig thuis gedaan kunnen worden.
1.1.3
Tweede Fase
v 5.0
7/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 1: De methodesite
De opzet van een hoofdstuk in de Tweede Fase is als volgt: 1. een optionele instaptoets.
2. Basisroute met basislessen (lichtblauw) en keuzeparagrafen (5 kleuren). 3. een optionele Diagnostische toets.
4. een vervolgroute met keuzeparagrafen. 5. een Eindtoets.
Basisroute met basisstof en keuzemateriaal
Een hoofdstuk bestaat voor 80% uit de Basisroute en dekt daarmee ook 80% van de lestijd. De basisstof omvat alle lessen die nodig zijn om de leerdoelen uit een hoofdstuk te behandelen (lichtblauw in de afbeelding).
In de Basisroute zijn keuzeparagrafen opgenomen waar u naar eigen inzicht een les uit het keuzemateriaal kunt selecteren om de leerlingen te laten volgen. U kunt ook een eigen les op deze plek toevoegen en toewijzen aan uw leerlingen. U kunt deze keuze ook overlaten aan uw leerlingen die dan zelf beslissen of ze een remediërende les, een examenles, een extra les, een plus les of wellicht uw zelfgemaakte les willen volgen, afhankelijk van waarmee de methode op die plek gevuld is.
Kenmerken van keuzeparagrafen
Wat betreft de inhoud: de keuzeparagraaf geeft een keuzemoment in de Basisroute aan.
Naar gelang het leerproces kan de docent besluiten óf klassikaal óf individueel te differentiëren.
Soorten: o o o
een remediërende les; een examenles;
een extra les op hetzelfde niveau als de basislessen, die als verrijking dient van de basis lesstof;
o
een plus-les die als extra uitdaging voor de bovenmatig presterende leerling kan worden ingezet;
o
door de docent zelf ingebracht lesmateriaal.
De keuzeparagraaf is standaard gevuld met ten minste drie lessen. Er zijn altijd een
remediërende les en een examenles opgenomen en daarnaast een extra les en/of een
plusles. Bovendien heeft de docent altijd de mogelijkheid om eigen lesmateriaal toe te voegen.
Als u als docent geen keuze maakt voor een les, is de keuze aan de leerling zelf.
Omvang: elke leereenheid staat voor 1 SLU. Ook een onderdeel van een keuzeparagraaf is telkens maximaal 1 SLU. Het is dus niet de bedoeling dat leerlingen alle keuzeparagrafen gaan maken.
Het systeem houdt bij welke keuzeparagraaf er is gekozen (door docent of leerling)
zodat leerlingen verderop in het hoofdstuk niet nog een keer dezelfde les kiezen en maken.
v 5.0
8/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 1: De methodesite
Diagnostische toets Dit is een optionele toets die als het ware een tussenstand geeft van het niveau van de
leerling. Met behulp van de diagnostische toets krijgt een leerling én een docent zicht op
beheersing van de basisstof behandeld in de basisroute. Het resultaat van deze toets kan de docent helpen in de keuze van de vervolgonderdelen.
Vervolgroute met keuzemateriaal Na de diagnostische toets of na de basisroute is er ruimte voor een vervolgroute met
wederom keuzeonderdelen. Deze vervolgroute bevat niet meer dan 20% van de totale lestijd (incl. basisroute).
1.1.4
Inloggen in de methodesite
Distributeurs en uitgeverijen hebben dit jaar de handen ineen geslagen om de toegang tot het digitale lesmateriaal zo eenvoudig mogelijk te maken. Het project Directe Toegang tot Digitale Leermiddelen is een gezamenlijk initiatief van de uitgevers Malmberg, Noordhoff
Uitgevers, EPN en ThiemeMeulenhoff, de distributeurs Iddink en Van Dijk Educatie. Op de
website Directe Toegang tot Digitale Leermiddelen http://www.directetoegang.nl/ vindt u de laatste stand van zaken met betrekking tot uw specifieke situatie.
v 5.0
9/52
Docentenhandleiding ePack
1.1.5
Hoofdstuk 1: De methodesite
Verkennen methodesite: tabbladen
Nadat u in de methodesite bent ingelogd komt u automatisch terecht op het tabblad ‘Overzicht’.
De methodesite is opgebouwd uit tabbladen met daarin verschillende functionaliteiten.
Overzicht: hier vindt u informatie over het voorbereiden van een les, kunt u
lesmateriaal bekijken, ziet u de recente resultaten, hoeveel toetsen nog nagekeken moeten worden, de opslagcapaciteit en vindt u een stappenplan om snel met de methode aan de slag te gaan.
Lesmateriaal: hier vindt u de inhoudsopgave van het ePack dat bij het geselecteerde niveau hoort, alle paragrafen, alle toetsen, eigen materiaal en alle Digiboeken.
Ondersteunend materiaal: hier vindt u een begrippenlijst, handleidingen, relevante links op het gebied van studiehulp/naslag en documenten die Malmberg aanbiedt.
Resultaten: hier kunt u de resultaten per leerling of de resultaten per toets of les bekijken en zien welke toetsen u nog na moet kijken.
Administratie: hier kunt u de klassenadministratie beheren.
v 5.0
10/52
Docentenhandleiding ePack
1.1.6
Hoofdstuk 1: De methodesite
Verkennen methodesite: submenu’s
Sommige tabbladen bevatten een submenu. Deze submenu's kunt u benaderen door met de muis over het hoofdmenu te gaan of door op het hoofdmenu te klikken.
Lesmateriaal: bevat de submenu-items ‘Inhoudsopgave’, ‘Alle paragrafen’, ‘Alle toetsen’, ‘Eigen materiaal’ en ‘Alle Digiboeken’.
Ondersteunend materiaal: bevat de submenu-items ‘Begrippen’, ‘Handleidingen’, ‘Studiehulp / Naslag’ en ‘Documenten’.
Resultaten: bevat de submenu-items ‘Resulaten per leerling’, ‘Resultaten per toets of
Administratie: hier vindt u ‘Klassenadministratie’ in het submenu.
les’ en ‘Nog na te kijken’.
v 5.0
11/52
Docentenhandleiding ePack
1.1.7
Hoofdstuk 1: De methodesite
Verkennen methodesite: facetpagina
De facetpagina’s bestaan uit twee kolommen: een linkerkolom en een rechterkolom. In de
rechterkolom staan alle resultaten van de pagina. In de linkerkolom kunt u, door keuzes te maken, het aantal resultaten in de rechterkolom terugbrengen.
Op de facetpagina ‘Alle paragrafen’ staan in de rechterkolom bijvoorbeeld alle paragrafen.
Als u in de linkerkolom Hoofdstuk 1 aanvinkt, worden in de rechterkolom alleen paragrafen uit Hoofdstuk 1 getoond. U kunt ook meerdere vinkjes plaatsen waardoor u het aantal
getoonde resultaten nog verder terug kunt brengen. Bijvoorbeeld alle Eigen paragrafen uit Hoofdstuk 1.
v 5.0
12/52
Docentenhandleiding ePack
1.1.8
Hoofdstuk 1: De methodesite
Verkennen methodesite: methodesite-header
In het bovenste gedeelte van de methodesite ziet u de zogenaamde methodesite-header die is opgebouwd uit drie kolommen.
In de linkerkolom staat het logo van de methode waarbinnen u actief bent.
In de middelste kolom staan twee dropdownlijsten en een zoekbalk. ‐
Met behulp van de bovenste dropdownlijst kunt u navigeren naar andere methodes. De lijst toont alleen methodes waarvoor u een geactiveerde licentie heeft.
‐
Met behulp van de tweede dropdownlijst kunt u navigeren naar andere streams. De lijst toont alleen streams waarvoor u een geactiveerde licentie heeft.
‐
Vanuit de zoekbalk kunt u zoeken op content binnen de methodesite. U kunt de zoekfunctie gebruiken om verschillende onderdelen in de methodesite te vinden. Zo kunt u zoeken naar: o
toetsen en lessen, door bijvoorbeeld ‘Adviestoets’ als zoekterm in te toetsen.
o
kernbegrippen (bijvoorbeeld ‘aflossen’).
o
sleutelwoorden (bijvoorbeeld ‘hoofdstuk 2).
In de rechterkolom staan uw naam (en eventueel uw foto) en vier functionaliteiten: ‐
Mijn profiel: hiermee kunt u uw profiel beheren.
‐
Help: hiermee kunt u de helpfunctie oproepen.
‐
Content overdragen: hiermee kunt u (delen van) de content overdragen aan of kopiëren naar een collega.
‐
Uitloggen: hiermee kunt u zich afmelden van de methodesite.
v 5.0
13/52
Docentenhandleiding ePack
1.1.9
Hoofdstuk 1: De methodesite
Mijn profiel
De informatie bij ‘Mijn profiel’ verschijnt in een pop-up. In deze pop-up kunt u de volgende handelingen verrichten:
een foto invoegen. U kunt via de knop ‘Bladeren’ een .jpg-bestand uploaden. Deze foto
ziet u dan in de rechterbalk van de methodesite-header staan.
uw licenties bekijken.
een licentie activeren.
1.1.10 Help Onder ‘Help’ vindt u vier tabbladen met verschillende soorten informatie.
in het tabblad ‘Hoe werkt deze site?’ vindt u informatie over verschillende onderwerpen
in het ePack. Als u klikt op het onderwerp, verschijnt de Help-tekst eronder.
in het tabblad ‘Helpdesk’ vindt u een contactformulier voor de helpdesk en het
telefoonnummer van de klantenservice.
in het tabblad ‘Colofon’ ziet u wie aan de methode die u gebruikt hebben meegewerkt.
in het tabblad ‘FAQ’ vindt u antwoord op veelgestelde vragen. Als u klikt op de vraag,
verschijnt het antwoord eronder.
u kunt de ‘Help’ sluiten door op het kruisje rechts bovenin te klikken.
1.1.11 Content overdragen Via ‘Content overdragen’ kunt u materiaal overdragen aan collega’s. Daarbij is het mogelijk om uw content te kopiëren of over te dragen. Let op: wanneer u content overdraagt aan
collega’s, wordt het materiaal uit uw eigen content verwijderd. Bij kopiëren behoudt u zelf de content die u naar uw collega heeft gestuurd en kunt u daarmee verder werken. Het overdragen van materiaal doet u als volgt:
klik op ‘Content overdragen’.
kies welke materialen u wilt overdragen.
selecteer de naam.
v 5.0
14/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 1: De methodesite
vink ‘Content kopiëren’ aan als u de content wilt kopiëren.
vink ‘Content kopiëren’ uit als u de content wilt overdragen.
klik op de knop ‘Overdragen’. De content is nu beschikbaar voor uw collega.
1.1.12 Zoeken U kunt de zoekfunctie gebruiken om verschillende onderdelen in de methodesite te vinden. Zo kunt u zoeken naar:
toetsen en lessen, door bijvoorbeeld ‘Adviestoets’ als zoekterm in te toetsen. kernbegrippen (bijv. ‘aflossen’).
sleutelwoorden (bijv. ‘hoofdstuk 2’).
Na het invoeren van een zoekterm wordt er een neerklapmenu getoond. In het neerklapmenu is dan een samenvatting van de zoekresultaten te zien. Door onder in het neerklapmenu op “Alle zoekresultaten tonen” te klikken, komt u in een totaaloverzicht van de zoekresultaten.
v 5.0
15/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 2: Administratie
2
Administratie
2.1
Introductie: leerlingen en klassen
Als u gebruik gaat maken van het ePack, is het noodzakelijk dat u aan het begin van het
schooljaar klassen of groepen op de site aanmaakt. Heeft u eenmaal klassen aangemaakt en er leerlingen aan toegevoegd, dan kunt u daarna eenvoudig hoofdstukken toewijzen aan klassen en individuele leerlingen (zie 4.1.2) en de resultaten op klasniveau bekijken (zie 4.1.5). U maakt klassen aan in het tabblad ‘Administratie’. Bij het toevoegen van een klas geeft u zelf de naam van de klas (of groep) op waarna u er leerlingen aan kunt gaan toevoegen.
Er is geen functioneel onderscheid tussen (het aanmaken van) een klas en (het aanmaken
van) een groep: met de knop ‘Klas toevoegen’ kunt u ook een groep aanmaken, bijvoorbeeld
als u een specifieke vervolgroute wilt toekennen aan een groepje leerlingen binnen een klas (en niet aan de gehele klas). Door de naamgeving maakt u zelf onderscheid tussen een klas en een groep.
U selecteert de namen van de leerlingen uit een lijst. In de lijst staan uitsluitend de
leerlingen die zijn gekoppeld aan uw school en die zijn geregistreerd, én hun licentie voor de e-methode hebben geactiveerd. Een toegevoegde leerling vindt de naam van de klas terug bij zijn profielgegevens in de methodesite-header.
U kunt altijd leerlingen uit uw klas verwijderen of nieuwe leerlingen aan uw klas toevoegen.
Resultaten van leerlingen blijven hierbij behouden. Ook klassen kunnen achteraf weer door u worden verwijderd. Let op! U maakt per niveau in de methodesite aparte klassen en/of groepen aan.
2.1.1
Klas toevoegen en verwijderen
Klas toevoegen
Een klas toevoegen doet u als volgt:
open het tabblad ‘Administratie’ en klik op ‘Klas toevoegen’.
vul eerst in het veld ‘Naam van de klas’ de klasnaam in. Gebruik de tenaamstelling die op uw school wordt gehanteerd.
klik op ‘Opslaan’. De klas is aangemaakt.
nu kunt u leerlingen toevoegen of verwijderen uit de klas.
v 5.0
16/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 2: Administratie
Tip! U kunt per niveau in de methodesite aparte klassen en/of groepen aanmaken.
Klas verwijderen
Als u een klas wilt verwijderen, gaat u als volgt te werk:
klik op de blauwe tekst ‘Verwijderen’ onder de klas die u wilt verwijderen.
er verschijnt een pop-up met de waarschuwing ‘Weet u zeker dat u deze klas wilt verwijderen?’.
klik op de knop ‘OK’.
v 5.0
17/52
Docentenhandleiding ePack
2.1.2
Hoofdstuk 2: Administratie
Leerlingen toevoegen en verwijderen
Leerlingen toevoegen
Het toevoegen van leerlingen aan een klas doet u als volgt:
klik op de blauwe tekst ‘Bewerken’ onder de klas waaraan u een leerling wilt toevoegen.
Er verschijnt een pop-up.
de cursor staat in het vak ‘Alle leerlingen van …’ (het leerjaar en niveau van uw keuze). Typ de leerlingnaam in.
voeg de leerlingen toe aan de klas door achter de naam van elk van de leerlingen te klikken op de groene pijl naar rechts. De namen van de leerlingen staan nu in de
rechterkolom en achter ‘Samenstelling klas’ staat een cijfer, dat het aantal toegevoegde leerlingen in de klas representeert.
klik op de knop ‘Opslaan’. Tip!
In eerste instantie ziet u alle leerlingen die aan uw eigen school zijn verbonden binnen de geselecteerde methode. Door één of meerdere letters in te typen en op de enterknop te klikken kunt u gericht zoeken in de verzameling leerlingen.
Leerlingen verwijderen
Als u een leerling uit een klas wilt verwijderen gaat u als volgt te werk:
klik op de blauwe tekst ‘Bewerken’ onder de naam van de klas waarin de leerling zit die u wilt verwijderen.
klik eerst op de naam van de leerling en klik daarna op de groene pijl naar links. De
naam van de leerling staat nu in de linkerkolom.
klik op de knop ‘Opslaan’ om de wijziging op te slaan.
v 5.0
18/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 7: Eigen materiaal
3
Eigen materiaal
3.1
Introductie: eigen lesmateriaal
Het concept van de nieuwe generatie methodes beoogt de regie van het lesgeven bij u als docent te houden. Dat betekent dat u niet alleen de mogelijkheid heeft om leerlingen
basishoofdstukken te laten volgen, maar dat u hoofdstukken ook kunt aanpassen en er
eigen materiaal aan toe kunt voegen. Dat laatste is mogelijk tot een maximum van 50 MB. Op de pagina ‘Overzicht’ wordt aangegeven hoeveel MB u reeds gebruikt heeft. Mocht u
meerdere licenties hebben voor verschillende edities, dan heeft u ook het aantal licenties x 50 MB tot uw beschikking.
Via het tabblad ‘Lesmateriaal’ kunt u diverse soorten bestanden toevoegen van elk maximaal 5 MB (bijvoorbeeld Word-, PDF- of PowerPoint-bestanden) of links naar internetadressen.
Het toegevoegde materiaal kunt u inzetten in een hoofdstuk (zie 3.2.1) of in een Digiboekbestand (zie 7.1.2).
Video’s en geluidsfragmenten kunt u als bestand toevoegen, maar u loopt dan het risico dat
uw persoonlijke opslaglimiet van 50 MB snel wordt bereikt. Ons advies is dan ook om video’s en geluidsfragmenten op YouTube te zetten: u voegt dan aan ‘Eigen materiaal’ alleen de link toe naar de locatie van de video op YouTube.
U kunt de volgende soorten bestanden toevoegen aan de methodesite: MS Office:
Open Office: Overig:
DOC, XLS, PPT, DOCX, XLSX en PPTX
ODT, ODS, ODB, ODP, ODG en ODF
PDF, TXT, JPG, JPEG, GIF, PNG, SWF, TIFF, EPS, BMP en MP3
v 5.0
19/52
Docentenhandleiding ePack
3.1.1
Hoofdstuk 3: Eigen materiaal
Bestanden toevoegen
Voor het toevoegen van bestanden gaat u als volgt te werk:
klik in het tabblad ‘Lesmateriaal’ op het submenu-item ‘Eigen materiaal’.
klik op de knop ‘Bestand toevoegen’. Er verschijnt een pop-up.
klik in het veld ‘Bladeren’ en selecteer via de Windows pop-up het bestand dat u wilt toevoegen.
geef het toegevoegde bestand een voor u herkenbare bestandsnaam bij ‘Geef de paragraaf een titel:’.
zet een vinkje voor het hoofdstuk waaraan u het bestand wilt koppelen.
klik in de dropdownlijst onder ‘Als type paragraaf’ aan hoe u het bestand wilt opslaan.
klik op de knop ‘Opslaan’.
u ziet nu het door u toegevoegde bestand op de pagina staan.
Tip!
In hoofdstuk 4 leert u hoe u eigen bestanden kunt toevoegen aan de hoofdstukken van uw leerlingen.
v 5.0
20/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 3: Eigen materiaal
Let op! (1)
Eigen materiaal is persoonsgebonden. Dat betekent dat eigen materiaal zichtbaar is
binnen alle methodes waartoe u als docent toegang heeft en dus niet beperkt is tot de methodes waaraan u het materiaal oorspronkelijk heeft toegevoegd. Let op! (2)
Malmberg is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de inhoud van de bestanden die u als docent toevoegt aan ‘Eigen materiaal’.
3.1.2
Links toevoegen
U kunt ook internetadressen en internetvideo’s als eigen materiaal toevoegen via het tabblad ‘Lesmateriaal’. Dit doet u op de volgende manier:
klik in het tabblad ‘Lesmateriaal’ op het submenu-item ‘Eigen materiaal’.
klik op de knop ‘Bestand toevoegen’. Er verschijnt een pop-up.
vul de url van het internetadres of de internetvideo in in het tweede invulvak.
geef het toegevoegde bestand een voor u herkenbare bestandsnaam bij ‘Geef de paragraaf een titel:’.
zet een vinkje voor het hoofdstuk waaraan u het bestand wilt koppelen.
klik in de dropdownlijst onder ‘Als type paragraaf’ aan hoe u het bestand wilt opslaan.
klik op de knop ‘Opslaan’.
u ziet nu het door u toegevoegde internetadres of de door u toegevoegde internetvideo op de pagina staan.
Op dezelfde manier als het toevoegen van een internetvideo kunt u geluidsfragmenten (bijv.
mp3’s) invoegen in de vorm van een link. U voorkomt hiermee dat uw opslaglimiet van 50
MB wordt verbruikt. Daarnaast geldt dat de bestanden die u toevoegt niet groter mogen zijn dan 5 MB!
Let op! (1)
Houd er rekening mee dat lokale adressen, bijvoorbeeld het adres van het intranet van een school, niet vanaf het internet toegankelijk kunnen zijn! Let op! (2)
Malmberg is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de inhoud van de links (naar websites, filmpjes en geluidsfragmenten) die u als docent toevoegt aan ‘Eigen materiaal’.
3.1.3
Eigen materiaal bekijken, wijzigen en verwijderen
Bestanden en links bekijken
Klik in het tabblad ‘Lesmateriaal’ op het submenu-item ‘Eigen materiaal’. U ziet de bestanden die u heeft toegevoegd.
v 5.0
21/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 3: Eigen materiaal
Klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder het bestand dat u wilt bekijken.
Het bestand wordt, afhankelijk van uw browserinstellingen, in een nieuw venster of tabblad geopend.
Sluit het browservenster of het tabblad om weer terug te keren naar de methodesite.
Tip!
Op de pagina ‘Eigen materiaal’ ziet u slechts een beperkt aantal bestanden. Onder in de pagina kunt u met ‘vorige’ en ‘volgende’ of de cijfers onderin navigeren tussen de
verschillende pagina’s met bestanden van het eigen materiaal. Ook kunt u, door een vinkje te zetten in de kolom ‘Bestandstype’ alleen de bestanden van het door u gezochte type selecteren. Zie ook 1.1.8 over facetpagina’s.
Bestanden verwijderen
Klik in het tabblad ‘Lesmateriaal’ op het submenu-item ‘Eigen materiaal’. U ziet de bestanden die u heeft toegevoegd.
Klik op de blauwe tekst ‘Verwijderen’ onder het bestand dat u wilt verwijderen.
Er verschijnt een pop-up met de waarschuwing ‘Weet u zeker dat u dit bestand wilt verwijderen?’.
Klik op de knop ‘Ok’ om het bestand te verwijderen.
Tip!
Als u eigen materiaal heeft toegevoegd aan een hoofdstuk is het niet mogelijk materiaal te verwijderen uit ‘Eigen materiaal’. U moet dan eerst het materiaal uit het hoofdstuk
verwijderen en vervolgens als lesonderdeel verwijderen, voordat u het definitief kunt weggooien. Dit komt verder aan de orde in hoofdstuk 4.
Gegevens wijzigen
Na het toevoegen van eigen materiaal kunt u de gegevens van dat materiaal wijzigen.
Klik in het tabblad ‘Lesmateriaal’ op het submenu-item ‘Eigen materiaal’. U ziet de bestanden die u heeft toegevoegd.
Klik op de blauwe tekst ‘Beheren’ onder het bestand dat u wilt wijzigen. Er verschijnt een pop-up.
Breng de wijziging in het bestand aan en klik op de knop ‘Opslaan’. U kunt vanuit deze plek alleen de naam van het bestand wijzigen en het hoofdstuk waaraan u het bestand heeft gekoppeld.
Tip! Als u na het openen van de pop-up de wijzigingen ongedaan wilt maken, klikt u op de knop ‘Annuleren’, rechtsonder in het scherm.
v 5.0
22/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 3: Eigen materiaal
Let op! (1)
Het is niet mogelijk om in ‘Eigen materiaal’ de link naar een internetadres (url) te wijzigen.
Als u dit toch wilt doen, moet u eerst de bestaande link verwijderen en een nieuwe link met het juiste adres toevoegen. Let op! (2)
Het is niet mogelijk om in ‘Eigen materiaal’ het type paragraaf te wijzigen. Als u dit toch wilt doen, moet u eerst het bestand met het verkeerde type paragraaf verwijderen en een nieuw bestand met het juiste type paragraaf toevoegen.
v 5.0
23/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
4
Lesprogramma’s
4.1
Introductie: hoofdstukken en lesonderdelen
Hoofdstuk
Het tabblad ‘Lesmateriaal’ opent automatisch in het submenu-item ‘Inhoudsopgave’.
U kunt op deze pagina elk hoofstuk in detail bekijken: per hoofdstuk ziet u de Basisroute, de route Remediërend, de route Extra en de route Plus.
v 5.0
24/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
Door het hoofdstuk te selecteren en vervolgens in de rechterkolom te klikken op de blauwe tekst ‘Bekijken’, ziet u alle onderdelen waaruit het hoofdstuk is opgebouwd in de vorm van een rij met blokjes. Elk blokje staat voor een lesonderdeel (paragraaf of toets). De blokken
met de Adviestoets en de Eindtoets hebben een andere kleur dan de (basis)paragrafen. Aan de blauwe rand om een blokje ziet u waar u bij het doorlopen van het hoofdstuk bent gebleven.
Als docent ziet u altijd het basishoofdstuk dat door Malmberg is klaargezet; leerlingen zien eveneens het basishoofdstuk, tenzij dit door u is aangepast en toegewezen (zie 4.1.3). De leerling ziet in eerste instantie alleen de Basisroute, de Adviestoets en de eindtoets.
Na het afronden van de Adviestoets wordt door het systeem – op basis van de behaalde
score - automatisch een vervolgroute voor de leerling klaargezet. Bij sommige methodes is dit een vervolgroute op basis van de totaalscore van de Adviestoets (type 1). Bij andere v 5.0
25/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
methodes wordt er op basis van de score van iedere deeltoets een onderdeel van de
vervolgroute geselecteerd (type 2). Deze methodes zijn te herkennen doordat u bij het maken van de Adviestoets ziet dat deze is opgebouwd uit deeltoetsen. Tweede Fase-
methodes kennen helemaal geen Adviestoets met een automatische vervolgroute, maar
hebben een Diagnostische toets. De leerling kan het resultaat van deze Diagnostische toets zelf interpreteren om bij keuzeparagrafen de passende keuze te maken.
v 5.0
26/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
De status van de lesonderdelen is als volgt te herkennen:
het blokje van een afgeronde toets of paragraaf is gemarkeerd met een vinkje. een geselecteerd blokje heeft een blauw kader.
Paragraaf of toets
Elk blokje (paragaaf of toets) is aanklikbaar. Na het klikken op een blokje wordt de desbetreffende paragraaf- of toetsopener geopend.
Op deze opener treft u:
de instructies voor de leerling: dit zijn standaardinstructies die Malmberg heeft klaargezet. Deze instructie is optioneel en zal niet in alle openers getoond worden.
het type les: bijvoorbeeld een boekles, een computerles, een luistertoets of een
practicum. Dit wordt aangegeven door middel van een icoon aan de linkerkant van het kader.
de periode waarin de leerling een toets moet afronden indien u dit hebt aangegeven. In het geval van een Eindtoets is deze periode dwingend: een leerling heeft geen toegang tot de toets buiten de door u ingestelde periode.
Sommige paragrafen of toetsen zijn opgebouwd uit meer dan één lesonderdeel: dit wordt een samengestelde paragraaf genoemd. Op de opener van een samengestelde paragraaf
kunnen dan zowel een computerles of oefentoets als een videoles als een audioles als een boekles staan.
U kunt een lesonderdeel starten door op ‘Start’ te klikken in de opener. Een computerles of Oefentoets opent in de site zelf, zodat de leerling ook altijd alle
hulpmiddelen kan raadplegen. Een toets opent in een pop-up waarin alleen de toets
zichtbaar is. Dit om de aandacht van de leerling op deze toets gericht te houden. In de docentensite zijn voor deze onderdelen dezelfde instellingen gehanteerd als in de leerlingensite.
v 5.0
27/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
Arrangeren
Het aanpassen van de hoofdstukken is een belangrijk instrument om het lesprogramma voor uw leerlingen helemaal op maat te maken. Zo kunt u lesmateriaal uit een ander hoofdstuk
toevoegen aan een hoofdstuk. Ook kunt u uw eigen materiaal als paragraaf in een hoofdstuk opnemen (zie 3.1.1).
Hoofdstukken kunt u niet alleen aanpassen door er (eigen) materiaal aan toe te voegen, maar ook door de volgorde van de lessen in het hoofdstuk te wijzigen, bestaande
lesonderdelen te verwijderen, of materiaal uit andere hoofdstukken toe te voegen (zie 4.1.1). Om een hoofdstuk aan te passen gaat u naar het tabblad ‘Lesmateriaal’. Daarna klikt u op
het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. U selecteert het hoofdstuk waarvan u het hoofdstuk wilt aanpassen en klikt op de blauwe tekst ‘Arrangeren’. Nu kunt u het hoofdstuk aanpassen
door paragrafen naar een andere plek te verslepen of te verwijderen. Ook kunt u paragrafen uit andere hoofdstukken, toetsen en eigen lesmateriaal aan het hoofdstuk toevoegen. Het gewijzigde hoofdstuk wordt automatisch aangemaakt als kopie van het oorspronkelijke
hoofdstuk dat Malmberg in de methodesite heeft klaargezet. U ziet dit aan de titel van het hoofdstuk: ‘Kopie van ...’. In de inhoudsopgave ziet u nu het door u gewijzigde hoofdstuk met de toevoeging ‘Kopie van...’ staan. Let op!
Omdat u met een kopie werkt, kunt u altijd teruggrijpen op het oorspronkelijke, door Malmberg klaargezette materiaal dat u kunt vinden in de ‘Inhoudsopgave’. Alle aanpassingen die u in de hoofdstukken doet, werken alleen als u ze toewijst aan individuele leerlingen of aan een hele klas of groep; anders kunnen uw leerlingen de
aangepaste hoofdstukken niet zien. Zij zullen dan het originele hoofdstuk blijven zien. U
kunt overigens geen hoofdstukken toewijzen aan individuele leerlingen die (nog) niet in één van uw klassen of groepen zitten.
v 5.0
28/52
Docentenhandleiding ePack
4.1.1
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
Arrangeren
Alternatieve paragraaf
Een alternatieve paragraaf is te herkennen aan een kader om twee paragrafen met de tekst ‘Maak een keuze’.
De betreffende paragrafen hebben hetzelfde leerdoel. De leerling mag kiezen welke
paragraaf hij uitvoert. Het is voor de leerling mogelijk om beide paragrafen te maken.
Als u een paragraaf, die een alternatieve paragraaf bevat verwijdert, zal het kader verdwijnen en zal er geen alternatieve paragraaf meer zijn.
v 5.0
29/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
Uploaden van eigen materiaal en toevoegen aan hoofdstuk
Wanneer u een hoofdstuk bewerkt, wordt er altijd een kopie van het oorspronkelijke
hoofdstuk gemaakt. Aan deze kopie kunt u eigen materiaal toevoegen. U doet dit als volgt:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’.
klik op de blauwe tekst ‘Arrangeren’ onder het hoofdstuk waaraan u het eigen materiaal
klik op de knop ‘Eigen lesmateriaal toevoegen’. Er verschijnt een pop-up.
wilt toevoegen. Er wordt automatisch een kopie van het hoofdstuk aangemaakt.
klik op de knop ‘Bladeren’ om het bestand te zoeken dat u wilt toevoegen.
vul de titel van het toe te voegen bestand in bij ‘Geef de paragraaf een titel:’
maak bij ‘Type eenheid’ de juiste keuze.
klik op de knop ‘Voeg toe aan hoofdstuk’.
Toevoegen van reeds geüpload eigen materiaal aan hoofdstuk
Wanneer u een hoofdstuk bewerkt, wordt er altijd een kopie van het oorspronkelijke hoofdstuk aangemaakt. Aan deze kopie kunt u eigen materiaal toevoegen. Dit doet u als volgt:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. klik op de blauwe tekst ‘Arrangeren’ onder het hoofdstuk waaraan u het eigen materiaal wilt toevoegen. Er wordt automatisch een kopie van het hoofdstuk aangemaakt.
klik op de knop ‘Paragraaf toevoegen’. Er verschijnt een pop-up.
vink in de linkerkolom de optie ‘Eigen paragrafen’ aan. Alle paragrafen die u tot nu toe hebt toegevoegd aan het systeem worden nu in de rechterkolom weergegeven.
zoek de paragraaf op waaraan u het eigen materiaal had toegevoegd en klik op de blauwe tekst ‘Toevoegen aan hoofdstuk’ onder de paragraaf.
v 5.0
30/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
Let op!
Op dit moment is het niet meer mogelijk om dit eigen lesmateriaal uit ‘Eigen materiaal’ te verwijderen (zie ook de opmerking in 3.1.3): u krijgt dan een waarschuwing dat het
materiaal in gebruik is! Pas nadat de paragraaf uit het hoofdstuk verwijderd is, kunt u de bestanden uit ‘Eigen materiaal’ verwijderen.
Bekijken toegevoegde materialen
Om te controleren of het eigen materiaal correct in het hoofdstuk wordt weergegeven, kunt u de inhoud van de toegevoegde blokjes bekijken:
klik op het tablad ‘Lesmateriaal’, vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’ en selecteer het hoofdstuk dat u zojuist heeft aangepast.
klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’.
klik op de paragraaf met het bestand dat u net heeft toegevoegd.
onder de balk met de blokjes verschijnt een scherm met de titel die u aan het toegevoegde bestand heeft gegeven.
klik op het pijltje na het woord ‘Start’.
het toegevoegde bestand wordt in een nieuw venster geopend.
Andere blokken in het hoofdstuk kunnen op dezelfde manier worden bekeken.
Paragrafen op een andere plaats zetten
Stel, u wilt een remediërende paragraaf die door Malmberg pas is gepland ná de Adviestoets, graag eerder door uw leerlingen laten maken. U moet dan de remediërende paragraaf (uit de route Remediërend van het desbetreffende hoofdstuk) toevoegen aan uw eigen hoofdstuk vóór de Adviestoets. Dit doet u als volgt:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. selecteer het hoofdstuk waarin u de volgorde wilt veranderen.
klik op de blauwe tekst ‘Arrangeren’ in de rechterkolom. Er wordt automatisch een kopie van het hoofdstuk aangemaakt.
klik bij de tekst ‘Toon Basis + ’ op het bolletje voor ‘Remedierend’. U ziet de paragrafen uit de route Remediërend.
schuif het blokje met de les uit de route Remediërend voor het blokje van de Adviestoets. De les wordt nu geplaatst op de plek vóór de Adviestoets. U kunt zelf kiezen op welke plek.
Een paragraaf of toets verwijderen
Klik in het hoofdstuk onder de paragraaf of toets die u wilt verwijderen op de knop
‘Verwijder’.
De waarschuwing ‘Weet u zeker dat u deze paragraaf/toets wilt verwijderen?’ verschijnt.
Klik op de knop ‘OK’ om de paragraaf of toets te verwijderen.
4.1.2
Bewerken aangepast hoofdstuk
Eenmaal gewijzigde hoofdstukken kunt u opnieuw bewerken. Om het eigen hoofdstuk aan te passen, handelt u als volgt:
v 5.0
31/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Lesprogramma’s
klik op het tablad ‘Lesmateriaal’, vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’ en
selecteer het hoofdstuk dat u zojuist heeft aangepast.
klik op de blauwe tekst ‘Arrangeren’ in de rechterkolom.
u ziet het gewijzigde hoofdstuk (de kopie). Nu kunt u wijzigingen aanbrengen. Hoe dit in zijn werk gaat, kunt u lezen in 4.1.1.
U kunt op deze manier de titel van het hoofdstuk aanpassen, de volgorde van het hoofdstuk
wijzigen, bestaande lesonderdelen (blokjes) verwijderen, eigen materiaal toevoegen en
verwijderen of materiaal uit andere hoofdstukken toevoegen (bijvoorbeeld uit de route Plus of de route Remediërend).
4.1.3
Toewijzen hoofdstuk
Aangepaste hoofdstukken moet u toewijzen aan klassen of individuele leerlingen, zodat zij de route in het lesprogramma kunnen zien en kunnen volgen. Om een aangepast hoofdstuk toe te wijzen aan een klas, een groep leerlingen of een individuele leerling handelt u als volgt:
ga naar het tablad ‘Lesmateriaal’, open het submenu-item ‘Inhoudsopgave’ en selecteer het hoofdstuk dat u wilt toewijzen.
klik in de rechterkolom op de blauwe tekst ‘Wijs toe aan klas/leerling’.
selecteer in de dropdownlijst de klas waaraan u het aangepaste hoofdstuk wilt toewijzen. u kunt desgewenst ook alleen de leerling(en) kiezen aan wie u het aangepaste hoofdstuk
wilt toewijzen.
klik op de knop ‘Opslaan’.
linksboven in uw scherm verschijnt de melding ‘De toewijzing is correct opgeslagen!’.
Het hoofdstuk is nu toegewezen aan de geselecteerde klas of leerling(en). Dat betekent dat
die leerlingen het hoofdstuk (inclusief alle aangebrachte wijzigingen) nu ook kunnen zien en dat zij ermee aan de slag kunnen.
4.1.4
Bekijken wijzigingen op de leerlingsite
Om te controleren of uw wijzigingen daadwerkelijk voor de geselecteerde klas of leerling(en)
zichtbaar zijn, kunt u als leerling de methode bekijken:
klik op ‘Uitloggen’ in de methodesite-header en sluit de browser.
herstart de browser en ga naar het internetadres van de methodesite.
als u wilt zien hoe het net aangepaste hoofdstuk eruit komt te zien voor de leerling, kunt
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’.
u de inloggegevens van de betreffende leerling opvragen en als die leerling inloggen.
Selecteer het hoofdstuk dat u toegewezen heeft.
klik in de rechterkolom op de blauwe tekst ‘Starten’.
ga na of de door u toegevoegde items als lesonderdeel op de juiste plek zichtbaar zijn in het hoofdstuk.
klik op ‘Uitloggen’ en sluit de browser.
herstart de browser en ga naar het internetadres van de methodesite. log in als docent.
v 5.0
32/52
Docentenhandleiding ePack
5
Digitale toetsen
5.1
Introductie: toetsen
Hoofdstuk 5: Digitale toetsen
In het ePack zijn verschillende soorten digitale toetsen beschikbaar: Instaptoetsen,
Oefentoetsen, Adviestoetsen en Eindtoetsen. De Eindtoetsen pas door de leerling te openen op een door u te bepalen tijdstip. De Instap-, Oefen- en Adviestoetsen zijn altijd voor de
leerling beschikbaar. U kunt ervoor kiezen ook deze toetsen voor de leerlingen in te plannen (dat wil zeggen dat de leerlingen de toetsen op een door u bepaalde datum en tijdstip kunnen maken). Alle toetsen zijn ter herkansing aan te bieden.
5.1.1
(Eind)toetsen inplannen
Voordat de leerlingen een (eind)toets binnen een hoofdstuk kunnen maken, moet u deze toets inplannen. U kunt de in te plannen toetsen benaderen op de volgende manier:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. U kunt dan de toets selecteren die u wilt inplannen.
Het inplannen van een toets gaat als volgt:
klik op de toets die u wilt inplannen.
klik in de rechterkolom op de blauwe tekst ‘Inplannen’.
selecteer de klas waarvoor en/of de leerling(en) voor wie u de toets wilt inplannen.
vul de begin- en einddatum van de toets in met behulp van de kalenders. Selecteer de dag én de begin- en eindtijd. Klik op de knop ‘Vul in’.
klik op de knop ‘Opslaan’.
v 5.0
33/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 5: Digitale toetsen
De toets van het geselecteerde hoofdstuk van de Basisroute is nu ingepland voor de
geselecteerde klas of de geselecteerde leerling(en): de leerlingen kunnen de toets alleen
binnen de door u gemarkeerde periode maken. Uitzondering hierop zijn de Oefentoetsen. Deze kunnen ook ingepland worden, maar de begin- en einddatum zijn niet dwingend.
5.1.2
Toetsen herkansen
Als u om wat voor reden dan ook van mening bent dat de leerling een afgeronde toets opnieuw moet maken, dan kunt u de toets ter herkansing aanbieden. U doet dit op de volgende manier:
klik op het tabblad ‘Resultaten’ en vervolgens op het submenu-item ‘Resultaten per
leerling’.
klik op de naam van de leerling van wie u de resultaten wilt bekijken.
klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’. Er verschijnt een scoreoverzicht.
als er voor een hoofdstuk een + teken staat, betekent dat dat er in dat hoofdstuk een
score is opgeslagen.
klik steeds op het + teken om de toets te vinden die u ter herkansing wilt aanbieden. klik op de knop ‘Herkansen’ bij de toets die u aan wilt bieden.
de waarschuwing ‘Weet u zeker dat u deze toets wil laten herkansen? Het huidige behaalde resultaat wordt gewist.’ verschijnt. Klik op de knop ‘Ok’.
De leerling kan nu de toets opnieuw maken en inleveren. Tip! Het inzien en verwerken van resultaten wordt verder behandeld in hoofdstuk 6.
5.1.3
Toetsen printen
U kunt de eindtoetsen (en bijvoorbeeld tussentoetsen) printen om deze klassikaal af te nemen. De toetsen zijn in PDF- en/of Word-formaat beschikbaar. U vindt de toetsen op de volgende manier:
klik op het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Documenten’.
klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder de toets die u wilt printen.
U kunt het bestand (of de bestanden) printen in het programma waarin de bestanden
getoond worden. Dit zal in de meeste gevallen Word of Acrobat Reader zijn.
U kunt het bestand ook opslaan op uw eigen computer.
v 5.0
34/52
Docentenhandleiding ePack
6
Resultaten & scores
6.1
Introductie: resultaten
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
Als docent kunt u alle resultaten van uw leerlingen volgen. U ziet op het tabblad ‘Overzicht’ bij ‘Recente resultaten’ welke toetsen als laatst door uw leerlingen zijn afgerond. Via het
tabblad ‘Resultaten’ vindt u een compleet overzicht van alle resultaten. Open vragen moet u
zelf nakijken en van een score voorzien, die meetelt in de totaalscore op de toets (zie 6.1.2).
Bekijken resultaat leerlingen
De resultaten van alle leerlingen vindt u op het tabblad ‘Resultaten’. U kunt de resultaten op verschillende manieren bekijken:
per leerling, per groep of per klas (via het submenu-item ‘Resultaten per leerling’). per toets of per les (via het submenu-item ‘Resultaten per toets of les’).
per nog na te kijken toetsen of lessen (via het submenu-item ‘Nog na te kijken’).
v 5.0
35/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
In alle drie de overzichten kunt u de volgende gegevens van elk lesonderdeel vinden:
het aantal keren dat een antwoord is geraadpleegd. de score.
de gemiddelde score van de klas.
het cijfer (door u zelf in te vullen; zie 6.1.4).
Toekennen scores aan open vragen
Zoals in de voorgaande paragrafen is vermeld, moeten open vragen in een toets door u
worden beoordeeld en van de juiste score worden voorzien. Het toekennen van een score
aan open vragen is met name van belang bij Eindtoetsen. In sommige gevallen bevatten ook Adviestoetsen open vragen. Ook daarbij is het toekennen van een score van belang: het
systeem leidt uit de totaalscore van de Adviestoets namelijk af welke vervolgroute moet worden klaargezet.
Als een leerling een Eind- of Adviestoets heeft doorlopen en afgerond, ziet u dat op het tabblad ‘Overzicht’ bij het submenu-item ‘Recente resultaten’.
Het handmatig beoordelen van toetsen doet u op leerlingniveau (zie hiervoor 6.1.4). Let op! Als een Adviestoets geheel is afgerond, wordt direct een van de drie vervolgroutes
zichtbaar. Zitten er in de Adviestoets één of meer open vragen, die u nog van een score
moet voorzien, dan zal het systeem op basis van de behaalde score (zonder de scores op de open vragen) toch een vervolgroute klaarzetten.
Pas als ook de open vragen in de Adviestoets handmatig door u van een score zijn voorzien, is de totaalscore van de toets compleet.
6.1.1
Submenu-item ‘Resultaat per leerling’
Op het tabblad ‘Resultaten’ kunt u in het submenu-item ‘Resultaat per leerling’ de resultaten per klas, per groep of per individuele leerling bekijken.
Inzien en downloaden resultatenoverzicht van een klas of groep
Om in één oogopslag te kunnen zien welke resultaten de leerlingen in een bepaalde klas hebben behaald, maakt u gebruik van de het tabblad ‘Resultaten’:
klik op het tabblad ’Resultaten’ en vervolgens op het submenu-item ‘Resultaten per
leerling’.
klik in de linkerkolom op het lege vakje voor de klas of groep waarvan u de resultaten wilt zien.
klik op het lege vakje naast ‘Alles selecteren’.
klik vervolgens in de rechterkolom op ‘Selectie exporteren’ om de resultaten in een Excel-bestand te downloaden en te bekijken.
het geopende Excel-bestand toont het overzicht van de hoofdstukken per leerling uit de geselecteerde klas of groep, inclusief de vorderingen op paragraaf- en toetsniveau.
Alleen onderdelen en leerlingen waar resultaten aan verbonden zijn worden getoond.
sluit Microsoft Excel om terug te keren naar de methodesite.
v 5.0
36/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
Inzien en downloaden resultatenoverzicht van individuele leerling op les-/toetsniveau U kunt ook voor individuele leerlingen nagaan wat hun vorderingen zijn op les- en toetsniveau:
klik op het tabblad ’Resultaten’ en vervolgens op het submenu-item ‘Resultaten per
leerling’.
klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder de naam van de leerling voor wie u in 6.2.1
resultaten heeft gegenereerd.
klik op het + teken voor een hoofdstuk en selecteer de les of toets waarvan u de resultaten wilt zien door te klikken op het lege blokje naast de les of de toets.
klik op de knop ‘Selectie exporteren’ om het overzicht in een Excel-document te downloaden en te bekijken.
u kunt de selectie ook direct printen door te klikken op de knop ‘Selectie printen’. De resultaten verschijnen in een nieuw venster.
sluit Excel om terug te keren naar de methodesite.
6.1.2
Submenu-item ‘Resultaat per toets of les’
Op het tabblad ‘Resultaten’ kunt u in het submenu-item ‘Resultaat per toets of les’ de resultaten per toets of les bekijken.
Inzien en resultatenoverzicht op les-/toetsniveau
Als u de resultaten op les- of toetsniveau wilt bekijken, handelt u als volgt:
klik op het tabblad ‘Resultaten’ en vervolgens op het submenu-item ‘Resultaten per
toets of les’.
klik op het lege vakje voor de naam van het hoofdstuk waarvan u de resultaten wilt bekijken.
klik op de knop ‘Bekijken’ om het resultaat van de toets te bekijken.
klik op de knop ‘Selectie exporteren’ om de resultaten in een Excel-document te
bekijken. U kunt dit document desgewenst opslaan, door op de knop ‘Opslaan’ te klikken en vervolgens de locatie te kiezen waarop u het document wilt opslaan.
klik op de knop ‘Selectie printen’ om de resultaten direct te printen.
Inzien resultatenoverzicht van een gehele klas, een groep leerlingen of een individuele leerling op hoofdstukniveau
U kunt ten slotte ook van een geheel hoofdstuk een overzicht inzien voor een klas, een groep leerlingen of een individuele leerling:
klik op het tabblad ‘Resultaten’ en vervolgens op het submenu ‘Resultaten per toets of les’.
klik op het lege vakje voor de les of toets waarvan u de resultaten wilt bekijken.
klik op de knop ‘Selectie exporteren’ om de resultaten in een Excel-document te
bekijken. U kunt dit document desgewenst opslaan, door op de knop ‘Opslaan’ te klikken en vervolgens de locatie te kiezen waarop u het document wilt opslaan.
klik op de knop ‘Selectie printen’ om de resultaten direct te printen.
v 5.0
37/52
Docentenhandleiding ePack
6.1.3
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
Beoordelen open vragen
Als een leerling een Adviestoets of Eindtoets heeft doorlopen en afgerond, ziet u dat terug in het tabblad ‘Overzicht’ bij het onderdeel ‘Recente resultaten’.
klik bij “Recente resultaten” op de toets die u wilt nakijken. zoek de leerling op die u wilt beoordelen. klik op “Antwoorden bekijken”.
blader naar de pagina met daarop de open vraag. beoordeel de vraag.
ken een score toe aan de vraag door het openklappen van het pull-downmenu onder het
tekstvak en selecteer de gewenste score (0, 1, 2 of 3).
blader eventueel verder naar andere open vragen in de toets en ken daaraan een score toe (op de laatste toetspagina vindt u ter controle het totaaloverzicht van alle toetsvragen met bijbehorende scores).
sluit de toets af door op ‘Sluiten’ te klikken.
Door het toekennen van scores aan de open vragen is de toets nu geheel afgerond. Let op!
In Oefentoetsen (computerlessen) kunnen ook open vragen voorkomen. Leerlingen kunnen
de antwoorden op die vragen zelf vergelijken met een voorbeeldantwoord, maar kunnen er geen score aan toekennen. Het resultaat van de open vragen in dit toetstype telt dan ook niet mee in de totaalscore.
v 5.0
38/52
Docentenhandleiding ePack
6.1.4
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
Toekennen cijfer
In het resultatenoverzicht vindt u de score op de toets in de vorm van het percentage goede antwoorden dat het systeem automatisch genereert.
Het systeem kent geen cijfer toe op basis van de score: dat moet u zelf doen.
vul het cijfer in in het lege vakje naast de toets en klik op de knop ‘Opslaan’.
Let op!
Afhankelijk van de wijziging in het advies zult u ook de automatisch klaargezette vervolgroute moeten aanpassen (zie 6.1.5). Verder kunt u vanuit dit overzicht de toets ter herkansing aanbieden aan de leerling (zie 5.1.2) en de resultaten printen of exporteren:
klik op de knop ‘Selectie printen’ om het resultaatoverzicht in printformaat weer te geven
en te printen.
klik op de knop ‘Selectie exporteren’ om het resultaatoverzicht in csv-formaat te openen in bijvoorbeeld MS Excel of om het resultaatoverzicht lokaal op te slaan.
v 5.0
39/52
Docentenhandleiding ePack
6.1.5
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
Veranderen automatisch toegekende vervolgroute
Let op! Onderstaande beschrijving werkt alleen voor hoofdstukken in de onderbouwmethodes waarbij de Adviestoets niet is opgedeeld in deeltoetsen (type 1-methode). Als een leerling de Adviestoets in een basishoofdstuk (geen kopie-hoofdstuk) heeft gemaakt en afgerond, wordt er door het systeem van de methodesite automatisch een vervolgroute
klaargezet: afhankelijk van de behaalde score is dit de route Remediërend, de route Extra of de route Plus.
Het kan zijn dat u van mening bent dat een leerling uit een klas een andere route moet volgen dan de door het systeem toegewezen route. U grijpt dan als volgt in:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. selecteer het hoofdstuk waarvan u de vervolgroute wilt veranderen.
klik op de blauwe tekst ‘Arrangeren’ onder het gekozen hoofdstuk. Er wordt automatisch
een kopie van het hoofdstuk aangemaakt.
klik bij de tekst ‘Toon Basis + ’ op het bolletje voor de route waaruit u paragrafen wilt toevoegen.
voeg de gewenste paragrafen toe en verwijder de overbodige paragrafen. De vervolgroute is nu aangepast.
U heeft nu een kopie-hoofdstuk gemaakt dat wat betreft de vervolglessen verschilt van het basishoofdstuk. De laatste stap in het ingrijpen op de automatische toekenning van de
vervolgroute is het toekennen van het kopie-hoofdstuk aan de leerling:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. klik onder het hoofdstuk dat u wilt toewijzen op de blauwe tekst ‘Wijs toe aan
klas/leerling’.
selecteer in de dropdownlijst de klas waaraan u het aangepaste hoofdstuk wilt toewijzen. u kunt desgewenst ook alleen de leerling(en) kiezen aan wie u het aangepaste hoofdstuk
wilt toewijzen.
klik op de knop ‘Opslaan’.
linksboven in uw scherm verschijnt de melding ‘De toewijzing is correct opgeslagen!’. Tip!
In plaats van de aangepaste vervolgroute toe te kennen aan één leerling, kunt u deze
natuurlijk ook toekennen aan de gehele klas of aan een groepje leerlingen binnen de klas. Om een apart groepje te maken volgt u de instructies die zijn beschreven bij 2.1.1 U heeft nu een andere vervolgroute (inclusief de reeds doorlopen Basisroute) toegekend aan de klas of de leerling(en). U controleert als volgt of dit klopt:
klik op ‘Uitloggen’ in de methodesite-header en sluit de browser.
start de browser en ga naar het internetadres van de methodesite.
v 5.0
40/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 6: Resultaten & scores
log in als de leerling aan wie u de aangepaste vervolgroute heeft toegewezen.
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Inhoudsopgave’. selecteer het hoofdstuk waarvan u de vervolgroute hebt aangepast en klik in de
rechterkolom op ‘Starten’.
controleer of de door u ingevoegde lessen in het hoofdstuk zijn opgenomen. Let op!
In het hoofdstuk is de Eindtoets reeds zichtbaar, maar nog niet uit te voeren. Zoals u bij 5.1.1 heeft geleerd, kan de leerling de Eindtoets pas maken als u deze heeft ingepland.
v 5.0
41/52
Docentenhandleiding ePack
7
Digiboek
7.1
Introductie: Digiboek
Hoofdstuk 7: Digiboek
Met de tool Digiboek kunt u lesmateriaal (uit de methodesite) optimaal inzetten voor presentatie op een digitaal schoolbord. Zo kunt u het lesmateriaal inzetten:
bij instructie: om lesstof toe te lichten met beeld, audio en animatie en hierbij gebruik te
maken van specifieke Digiboek-functionaliteiten, zoals het maken van aantekeningen op
de getoonde content of het vergroten van afbeeldingen.
bij gezamenlijke (of groepsgewijze) verwerking van opdrachten: om (een selectie van)
opdrachten die leerlingen hebben gemaakt te bespreken en leerlingen daarbij een rol te
geven (bijv. een kaart intekenen op het digitale schoolbord) en antwoorden op vragen te laten zien.
bij het evalueren of afsluiten van een lesonderdeel of hoofdstuk.
Digiboek start in een nieuw browservenster of tabblad op. In Digiboek kunt u verschillende onderdelen van de methode gebruiken, zoals het digitale handboek van de methode en
optioneel de eventuele werkboeken en/of antwoordenboeken. Hierbij kunt u materiaal tonen dat u zelf via het submenu-item ‘Eigen materiaal’ (tabblad ‘Lesmateriaal’) aan de methodesite heeft toegevoegd (zie hoofdstuk 3). In de Digiboeken van de methode kunt u aantekeningen maken en eigen materiaal
toevoegen. Deze worden opgeslagen als u het Digiboek afsluit. Als u later ook altijd terug v 5.0
42/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 7: Digiboek
wilt keren naar een blanco versie van het digiboek, dan moet u eerst een kopie maken van het originele Digiboek (door op de blauwe tekst ‘kopiëren’ te klikken) en deze kopie een
geschikte naam geven. Alle aantekeningen e.d. maakt u dan in deze kopie van het Digiboek. Door de eigen aantekeningen en uitleg bij de Digiboeken te bewaren kunt u snel teruggrijpen op en verdergaan met eerder gedane uitleg.
Als u een digiboek opent, ziet u dat het boek de basis vormt voor de presentatie op het digibord. De inhoud van het boek is in veel gevallen verrijkt en geoptimaliseerd voor
interactieve presentatie. Dat houdt in dat u bepaalde onderdelen in de Digiboeken met een muisklik kunt activeren, bijvoorbeeld een afbeelding die in een vergrote versie verschijnt (zodat u over de details uitleg kunt geven), een animatie die start of een geluids- of videofragment dat afspeelt.
7.1.1
Het bekijken van een Digiboek
In de methodesite zijn Digiboeken klaargezet die bij de methode horen. U kunt deze Digiboeken als volgt vinden en bekijken:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Alle Digiboeken’. klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder het Digiboek dat u wilt bekijken.
u kunt nu door het Digiboek bladeren en de eventueel aanklikbare onderdelen openen. sluit Digiboek af door het browservenster of het tabblad te sluiten.
Tip!
Handboeken zijn bij de verschillende methodes in veel gevallen verrijkt met filmpjes of aanvullende afbeeldingen.
7.1.2
Toevoegen eigen materiaal aan een Digiboek
Als u eigen materiaal aan een Digiboek wilt toevoegen (of een aantekening wilt bewaren), moet u eerst een kopie maken van het bestand. Let op!
U kunt uitsluitend eigen materiaal in Digiboek gebruiken dat u eerder aan de methodesite heeft toegevoegd in ‘Eigen materiaal’ van de site. (zie hoofdstuk 3).
Maken kopie-bestand
U maakt als volgt een kopie van het Digiboek:
klik op het tabblad ‘Lesmateriaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Alle Digiboeken’. klik op de blauwe tekst ‘Kopiëren’ onder het Digiboek dat u wilt voorzien van uw eigen
materiaal.
onder het oorspronkelijke bestand staat nu een tweede Digiboek met de toevoeging ‘Kopie’ achter de naam.
U heeft nu een kopie gemaakt van een Digiboek waaraan u eigen materiaal kunt gaan
toevoegen. Controleer of het eigen lesmateriaal dat u in hoofdstuk 3 heeft toegevoegd aan
v 5.0
43/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 7: Digiboek
de methodesite nog aanwezig is. Voeg anders enkele nieuwe bestanden en/of internetadressen toe. Let op!
In Digiboek voegt u eigen materiaal toe vanuit het onderdeel ‘Eigen materiaal’, maar niet alle bestandstypen uit ‘Eigen materiaal’ kunnen in Digiboek worden getoond!
Invoegen materiaal vanuit Eigen materiaal
Om materiaal toe te voegen gaat u als volgt verder:
klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder de kopie van uw Digiboek.
klik onder in de toolbar van Digiboek op het pictogram ‘Eigen materiaal’ (door met de muisaanwijzer over de knoppen te bewegen verschijnen de bijbehorende namen): de
Eigen materiaal met daarin uw eigen materiaal opent in een pop-up.
selecteer nu de pagina van het Digiboek waaraan u het bestand of de internetlink wilt toevoegen.
sleep met de muisaanwijzer het bestand, internetadres, filmpje of plaatje uit de Eigen materiaal naar de door u geselecteerde pagina in het Digiboek. U kunt meer dan één element op de pagina plaatsen!
u slaat de toegevoegde items op door verder of terug te bladeren of door Digiboek af te sluiten. Let op!
In ‘Eigen materiaal’ kunt u uw eigen materiaal niet bekijken! U moet eerst een item in het Digiboek slepen om het te kunnen bekijken.
7.1.3
Werken met Digiboek
U kunt diverse hulpmiddelen gebruiken om Digiboeken te voorzien van markeringen, eigen tekst, kaders enzovoort:
zorg dat uw eigen kopie van het Digiboek is geselecteerd onder het submenu-item ‘Alle
Digiboeken’ (in het tabblad ‘Lesmateriaal’).
klik op de knop ‘Bekijken’ om uw kopie-Digiboek te openen.
In een geopend Digiboek ziet u onderaan een zwarte werkbalk.
De pictogrammen in het linkergedeelte van de werkbalk vertegenwoordigen de volgende ‘tools’:
Docent panel (zie hierna) Zoom
Reset zoom
Paginabreed
Schermvullend
Inhoudsopgave
Index
Eigen materiaal v 5.0
44/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 7: Digiboek
Eén/twee pagina tonen
Verder ziet u in het midden van de werkbalk een uitgebreide bladerfunctie. De tool ‘Docent panel’ biedt enkele handige hulpmiddelen die u kunt gebruiken tijdens het werken met de Digiboek-bestanden:
Aanwijzer Gum
Ongedaan maken / Opnieuw uitvoeren
Deel van pagina bedekken
Pagina(’s) bedekken
Spotlight Tekst Pen
Lijn
Vierkant Cirkel
Driehoek
Lijndikte
Kleur
Rekenmachine
Verander aanwijzers
v 5.0
45/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 7: Digiboek
Om de hulpmiddelen te gebruiken opent u het Docent panel:
klik in het linkergedeelte van de zwarte werkbalk in Digiboek op het pictogram ‘Docent
panel’: een verticale balk met hulpmiddelen opent.
probeer de diverse hulpmiddelen door met de muisaanwijzer de pictogrammen in de balk aan te klikken en de geactiveerde functie in het Digiboek te gebruiken.
u slaat de toegepaste markeringen, aantekeningen enz. op door Digiboek af te sluiten.
v 5.0
46/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 8: Overige onderdelen
8
Overige onderdelen
8.1
Introductie: overige onderdelen
Onder het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’ staan verschillende submenu-items waarin aanvullend materiaal bij de methode te vinden is.
Begrippen
In het lesmateriaal worden begrippen uitgelegd die ook in andere hoofdstukken terug (kunnen) komen. Begrippen die betrekking hebben op het geselecteerde hoofdstuk binnen de methode vindt u als volgt:
klik op het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Begrippen’.
alle begrippen worden getoond in alfabetische volgorde. In de linkerkolom kunt u een
selectie per hoofdstuk aangeven. Ook kunt u zoeken op trefwoord.
de begrippen zijn gekoppeld aan het geselecteerde niveau van de methode.
Handleidingen
De methode is voorzien van diverse handleidingen, die u als volgt vindt:
klik op het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’ en vervolgens op het submenu-item
selecteer de handleiding die u wilt bekijken en klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’. De
‘Handleidingen’.
geselecteerde handleiding opent in een nieuw browservenster of tabblad.
u kunt de handleiding vervolgens opslaan op uw eigen computer.
u kunt ook online door de geopende handleiding bladeren. Sluit daarna het browservenster of tabblad om terug te keren naar de methodesite.
Studiehulp / Naslag
Studiehulp bestaat uit een aantal hulpmiddelen die leerlingen helpen bij algemene
studievragen (vragen over kennis en vaardigheden). In verschillende methodes zijn verschillende soorten studiehulp aanwezig. Hieronder een selectie:
werkwijzer voor projectvaardigheden, studievaardigheden en onderzoeksvaardigheden. taalhulp voor spellingregels en andere taalregels.
rekenhulp voor de basiskennis rekenen (optioneel).
v 5.0
47/52
Docentenhandleiding ePack
Hoofdstuk 8: Overige onderdelen
U vindt de hulpmiddelen als volgt:
klik op het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Studiehulp / Naslag’.
kies een hulpmiddel en klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder het gekozen hulpmiddel. het hulpmiddel opent in een nieuw browservenster of tabblad.
blader door het hulpmiddel en sluit daarna het browservenster of het tabblad om terug te keren naar de methodesite.
Bij sommige methodes heeft u, net als uw leerlingen, de beschikking over vakspecifieke naslagwerken. Welke dit zijn, verschilt per methode. Zo kunt u denken aan woordenboeken
of encyclopedieën. Het gaat om materiaal dat niet tot het lesmateriaal behoort, maar wel bij het vak. Net als de onderdelen van Studiehulp zijn de naslagwerken als links onder het submenu ‘Studiehulp / Naslag’ (in het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’) te vinden.
Docentendocumenten en leerlingdocumenten
In de methodesite zijn ook documenten opgenomen die u als papieren lesmateriaal aan uw
leerlingen kunt uitreiken. Docentendocumenten zijn bijvoorbeeld Word- en PDF-versies van toetsen, jaarplanningen (in xls-formaat) of vakspecifiek lesmateriaal. U vindt deze documenten als volgt:
klik op het tabblad ‘Ondersteunend materiaal’ en vervolgens op het submenu-item ‘Documenten’.
klik op de blauwe tekst ‘Bekijken’ onder één van de aanwezige documenten in de lijst.
het geselecteerde document opent in een nieuw browservenster of tabblad.
bekijk het geopende document en sluit daarna het browservenster of tabblad om terug te
keren naar de methodesite.
De leerlingdocumenten vindt u, indien ze beschikbaar zijn voor de methode, op dezelfde manier als hierboven is beschreven voor de docentendocumenten.
v 5.0
48/52
Docentenhandleiding ePack
Tips & tricks
Tips & tricks Als hulpmiddel bij het gebruik in de praktijk vindt u hierna enkele handige ‘tips & tricks’.
Selecteer na het inloggen eerst het juiste niveau in de methodesite voordat u met het
lesmateriaal aan de slag gaat of klassen gaat aanmaken.
In het tabblad ‘Overzicht’ kunt u zien hoe veel toetsen u nog na moet kijken. Via de link in het overzicht kunt u snel navigeren naar de nog na te kijken toetsen. U kunt het
complete overzicht van de nog na te kijken toetsen ook bekijken in het submenu-item ‘Nog na te kijken’ in het tabblad ‘Resultaten’.
Maak gebruik van de zoekfunctie als u wilt nagaan of een bepaald onderwerp voorkomt in de methode.
Zorg ervoor dat u gemakkelijk herkenbare namen gebruikt bij de naamgeving van:
kopie-hoofdstukken eigen paragrafen
kopie-Digiboeken
eigen lesmateriaal
Houd er rekening mee dat u een persoonlijke limiet heeft van 50 MB voor de opslag van eigen lesmateriaal in de methodesite. Plaats grote bestanden, zoals geluidsfragmenten en filmpjes, vooral op een locatie op internet (bijv. op YouTube) en verwijs ernaar door middel van een internetlink in ‘Eigen materiaal’.
Houd er rekening mee dat de bestanden die u toevoegt aan ‘Eigen materiaal’ per stuk niet groter mogen zijn dan 5 MB; grotere bestanden worden door het systeem geweigerd.
Verwijderen van eigen lesmateriaal is pas mogelijk als het uit alle hoofdstukken is verwijderd.
v 5.0
49/52
Docentenhandleiding ePack
Begrippenlijst
Begrippenlijst Activeringscode
Persoonlijke, eenmalige code waarmee een ePack-licentie kan worden geactiveerd. Ook wel vouchercode genoemd.
Adviestoets
Toets voor de leerling om te testen of hij de basisstof begrijpt en te bepalen welke lesstof voor het vervolg aansluit bij het niveau van de leerling. Na het
maken van de Adviestoets krijgt de leerling een advies voor het vervolg en wordt de vervolgroute klaargezet. Alternatieve les
Bij een alternatieve les wordt één les getoond in de paragraaf. U kunt als docent bij het arrangeren een andere les selecteren als vervanging van deze les.
Alternatieve paragraaf
Een paragraaf kan een alternatief bevatten. De leerling kan dan kiezen uit twee paragrafen met hetzelfde leerdoel.
Audioles
Computerles met audio-bestanden.
Basisparagraaf
Paragraaf in het basisdeel van het hoofdstuk.
Basisroute
Het basisdeel van het hoofdstuk, van Instaptoets tot en met Adviestoets.
Boekles
Blokje in het hoofdstuk met verwijzing naar handboek en/of (leer)werkboek.
Digiboek
Een online applicatie om interactieve PDF-boeken te bekijken, te verrijken en te bewerken.
Digitale toets
Alle toetsen zijn gekoppeld aan het uitgebreide LMS (Learning Management Systeem) en worden online aangeboden.
Eindtoets
Toets ter afsluiting van een hoofdstuk.
ePack
ePack is de naam voor al het digitale lesmateriaal bij de methodes van Malmberg. De 'e' van ePack staat voor 'e-learning'.
Extra paragraaf
Paragraaf in de vervolgroute waarnaar de leerling wordt doorverwezen bij een score van 56% - 85% op de Adviestoets. De extra paragrafen bieden verdiepings-, verrijkings- of oefenstof bij een hoofdstuk.
Full Digital Pack
Bij het Full Digital Pack werkt u volledig digitaal. U kunt dan de hand-/werk-en antwoordenboeken digitaal bekijken.
Instaptoets
Toets om te bepalen wat het instap-/beginniveau is van leerlingen.
v 5.0
50/52
Docentenhandleiding ePack Keuzeles
Begrippenlijst Bij de keuzeles heeft de leerling de keuze uit één of meer lessen met hetzelfde leerdoel.
Kopie-Digiboek
Een kopie van een origineel Digiboek of van een eigen Digiboek.
Kopie-hoofdstuk
Een kopie van een origineel hoofdstuk of van een eigen hoofdstuk.
Licentie
Toegang tot niveau(s) van een methode.
Licentieoverstijgend
Zodra het betrekking heeft op meerdere licenties van één methode (bijv. Onderbouw en Tweede fase Duits of Engels Onderbouw en Engels Bovenbouw).
Methode
Geheel van leerstof voor een vak of vakgebied.
Methodeoverstijgend
Zodra het betrekking heeft op meerdere vakken (bijv. Engels en Duits) oftewel methodes (bijv. Nova en Wereldwijs).
Methodesite
Internetsite behorend bij een methode van een vak of vakgebied.
Naslag
Vakgebonden naslagwerken.
Niveau
Niveau van onderwijs, bijvoorbeeld vmbo-bk of havo/vwo.
Niveauoverstijgend
Zodra het betrekking heeft op meerdere niveaus binnen een licentie (bijvoorbeeld 1 bk en 1 havo/vwo).
Oefentoets
Een toets waarmee de leerling zelfstandig kan beoordelen of hij de stof in voldoende mate beheerst.
Openingsscherm
Bij paragrafen en toetsen uit het hoofdstuk wordt de paragraaf of toets geopend met een openingsscherm waarop instructies van de les of toets getoond worden en de data en tijden die de docent hierbij heeft ingesteld.
Plus paragraaf
Paragraaf in de vervolgroute waarnaar de leerling wordt doorverwezen bij een score van 86% - 100% op de adviestoets. De plus paragrafen bieden uitdagende oefenstof van een hoger niveau.
Remediërende paragraaf
Paragraaf in de vervolgroute waarnaar de leerling wordt doorverwezen bij een lage score op de Adviestoets. De remediërende paragrafen bieden oefenstof bij een hoofdstuk waarbij de stof op een andere manier wordt uitgelegd, of nog
eens wordt herhaald. Samengestelde paragraaf
Een paragraaf bestaande uit meerdere onderdelen, bijvoorbeeld een computerles, videoles, audioles en boekles.
Studiehulp
Hulpmiddelen (tools) om leerlingen te helpen bij algemene studievragen.
v 5.0
51/52
Docentenhandleiding ePack
Begrippenlijst
Toets
Verzamelnaam voor Instaptoets, Oefentoets, Adviestoets en Eindtoets.
Vervolgroute
Het deel van het hoofdstuk na de Adviestoets, waarin differentiatie van de lesstof naar het niveau van de leerling wordt toegepast.
Videoles
Computerles met video-bestanden.
v 5.0
52/52