DOCENTENHANDLEIDING
Lesmateriaal bij dilemma’s rond internationale samenwerking, gebaseerd op de werkpraktijk van Gered Gereedschap en IKV Pax Christi.
Deze docentenhandleiding is onderdeel van het project ‘Ben jij Baas?’ © 2012 Alice O educatie in wereldperspectief SAMENSTELLING: Daniël van Middelkoop www.AliceO.nl TECHNISCHE REALISATIE EN VORMGEVING WEBSITE: Bureau 1811: www.bureau1811.nl INFORMATIE: Alice O, Gerard Lommerse:
[email protected] / 06 21537848 Daniël van Middelkoop:
[email protected] / 06 2714 3101 Het project ‘Ben jij Baas?’ is mogelijk gemaakt met financiële steun van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
INHOUDSOPGAVE
Inleiding
1
Projectgegevens
2
Online scenario’s
3 Lesideeën: 01. LESIDEE: SIMULATIE TWEEDE KAMERDEBAT 02. LESIDEE: DEBAT ROND MELTDOWN IN MITROVICA 4 Lesideeën: 03. LESIDEE: DEBAT AAN DE SLAG IN TANZANIA 04. LESIDEE: BUDGET INTERNATIONALE SAMENWERKING 5 Lesideeën: 04. LESIDEE: BUDGET INTERNATIONALE SAMENWERKING
6 Extra (les)suggesties: DOE MEE MET GERED GEREEDSCHAP REGEL DE WERELDVREDE GERED GEREEDSCHAP EN IKV PAX CHRISTI WERELDBURGERSCHAP Bijlage: Kerndoelen en eindtermen
DOCENTENHANDLEIDING
INHOUD
2012 © ALICE 0
INLEIDING
Voor u ligt de handleiding van ‘Ben jij Baas?’. Er zijn veel actoren op het terrein van internationale samenwerking actief: de overheid, kerken, ontwikkelingsorganisaties en particulieren. In dit project richten we ons op de praktijk en dilemma’s van twee verschillende Nederlandse ontwikkelingsorganisaties. Het debat dat gevoerd wordt over nut en noodzaak van internationale samenwerking is vaak gepolariseerd: je bent voor of tegen, en als organisatie doe je het goed of fout. De praktijk waarin medewerkers van de organisaties IKV Pax Christi en Gered Gereedschap werken, laten echter een andere en veel genuanceerdere werkelijkheid zien. Een weerbarstige werkelijkheid, met moeilijke afwegingen, zonder duidelijke goede of foute keuzes. Deze afwegingen en dilemma’s staan centraal in ‘Ben jij Baas?’ Er zijn twee online scenario’s rond dilemma’s uit de praktijk van Gered Gereedschap en IKV Pax Christi ontwikkeld. Uw leerlingen doorlopen op de website www.benjijbaas.nl één of meerdere van deze scenario’s, waarbij ze in de huid kruipen van een jonge medewerker van één van deze organisaties. Op basis van de scenario’s kunt u samen met uw leerlingen aan de slag met lessuggesties en verwijzingen naar kanten-klaar lesmateriaal. De suggesties zijn zo ingericht dat u zelf kunt bepalen hoeveel tijd u aan het project besteedt en voor welk niveau en leeftijd u het materiaal inzet. De inhoud van het project sluit aan bij de vakken maatschappijleer / maatschappij-wetenschappen en aardrijkskunde. Ook kunt u met het project invulling geven aan (mondiaal) burgerschap. Alle informatie en documenten vindt u ook terug op het docentengedeelte van de website www.benjijbaas.nl. Voordat u met de dilemma’s start, vul de korte vragenlijst in: Alice O heeft met ‘Ben jij Baas?’ een internet tool ontwikkeld om jongeren een beeld te geven over hoe Nederlandse organisaties op het terrein van internationale- en ontwikkelingssamenwerking werken. Nu willen we natuurlijk graag weten of deze tool werkt en of jongeren anders gaan denken over deze thema’s en de rol die Nederlandse organisaties daarin spelen. Hiervoor hebben we een korte vragenlijst opgesteld. We vragen jongeren deze korte vragenlijst in te vullen en dit nogmaals te doen na het doorlopen van de dilemma’s. Alle gegevens worden uiteraard anoniem behandeld en verwerkt.
http://www.surveymonkey.com/s/onderwijs
Wij wensen u veel plezier en levendige lessen toe!
DOCENTENHANDLEIDING
INLEIDING
2012 © ALICE 0
PROJECTGEGEVENS
DOELGROEPEN De lessuggesties in deze handleiding zijn in principe gericht op havo/vwo bovenbouw. Dat betekent niet dat het materiaal niet gebruikt kan worden in de onderbouw en/of het vmbo. Wel zult u, wanneer u met deze doelgroep aan de slag gaat met de suggesties, moeten rekenen op meer voorbereidings- en begeleidingstijd. VAKKEN De inhoud van het project sluit aan bij de vakken maatschappijleer / maatschappijwetenschappen en aardrijkskunde. Ook kunt u met het project invulling geven aan (mondiaal) burgerschap. Een aantal lessuggesties kan ook vakoverstijgend worden ingezet. ‘Ben jij Baas?’ sluit aan bij en vormt een praktische invulling van de Vensters op de Wereld, de canon voor wereldburgerschap in het onderwijs van NCDO. Meer informatie over de canon vindt u op www.venstersopdewereld.nl en op www.ncdo.nl/themas/onderwijs. In de bijlage van deze handleiding vindt u de kerndoelen en eindtermen waar het materiaal bij aansluit. U kunt zelf bepalen hoeveel uren u aan de lessuggesties besteedt. De lessuggesties zijn flexibel van opzet, zodat u ze aan kunt passen al naar gelang de beschikbare tijd, het niveau en de leeftijd van uw leerlingen. Aan het einde van deze handleiding vindt u verwijzingen naar aanvullend lesmateriaal rond internationale samenwerking. Aan deelname aan Ben jij Baas zijn geen kosten verbonden.
DOCENTENHANDLEIDING
1
2012 © ALICE 0
ONLINE SCENARIO’S Centraal in dit project staan dilemma’s rond internationale samenwerking. Uw leerlingen kunnen op de website www.benjijbaas.nl twee scenario’s doorlopen.
OPBOUW VAN EEN SCENARIO In elk scenario kruipt de leerling in de rol van een medewerker van een organisatie. In het ene scenario verplaatst hij of zij zich in een medewerker van Gered Gereedschap, in het andere scenario in een medewerker van IKV Pax Christi. Alle verhaallijnen worden ondersteund door middel van beelden en door het verhaal, dat zowel te beluisteren als te lezen is. U kunt natuurlijk zelf eerst één of meerdere scenario’s doorlopen voordat u de leerlingen aan de slag laat gaan. Na de korte registratie op de website kiest de leerling voor een scenario. Elk scenario wordt vervolgens eerst toegelicht door de hoofdpersoon van het scenario. Vervolgens komt de leerling steeds voor een aantal keuzes te staan: wat moet je kiezen? Er kan steeds uit twee opties gekozen worden, maar het gaat hier om dilemma’s; de keuze is dus niet eenvoudig, en er zijn geen ‘goede’ of ‘foute’ antwoorden. Het verdere verloop van het scenario is afhankelijk van de keuzes die de leerling maakt. Afhankelijk van het gevolgde ‘pad’ door het scenario komt de leerling zes tot acht keer voor een dilemma te staan. Aan het einde van het scenario wordt duidelijk wat het eindresultaat is van de keuzes. Ook hier geldt weer dat er geen ‘goede’ of ‘foute’ uitkomsten zijn. Uiteraard kunt u de dilemma’s ook klassikaal doorlopen en gezamenlijk het proces en de keuzes doorlopen. In dat geval heeft u een pc en een beamer/scherm/smartboard nodig.
Bij elk keuzemoment kan de leerling gebruik maken van de aangeboden achtergrondinformatie die hem of haar helpt een gefundeerde keuze te maken. U kunt de resultaten van de leerlingen gebruiken voor een discussie of debat in de klas. Dit onderdeel komt in het volgende hoofdstuk aan bod. TECHNIEK Voor optimaal gebruik van de scenario’s is het belangrijk dat de volgende zaken op de computers geïnstalleerd zijn / aanwezig zijn: geluid, via koptelefoons of oortjes Flash Player internetverbinding We raden u aan voor de les op één of meerdere pc’s uit te testen of de scenario’s goed werken. Mocht u problemen hebben met het installeren van bijvoorbeeld Flash Player, dan kan dit komen omdat u daarvoor op het schoolnetwerk niet de juiste rechten heeft. Neemt u in dit geval contact op met de systeembeheerder van de school.
DOCENTENHANDLEIDING
2
2012 © ALICE 0
LESIDEEEN De lesideeën rond ‘Ben jij Baas?’ zijn flexibel van opzet. U kunt zelf kiezen welke van de onderstaande lessen u gebruikt. De lessen zijn generiek van aard, en kunnen door u aangepast worden aan het niveau van uw leerlingen en/of de beschikbare lestijd.
01. LESIDEE: SIMULATIE TWEEDE KAMERDEBAT IU kunt met uw leerlingen een debat in de Tweede Kamer naspelen over het al dan niet bezuinigen op Internationale Samenwerking. Dit kan op basis van de behandeling van een voorstel van het kabinet om het budget voor internationale samenwerking van 4,2 naar 3 miljard euro terug te brengen,. U kunt natuurlijk ook kiezen voor een hoger of lager bedrag, of kiezen voor een verandering van het percentage van het BNP (in 2012 is dat 0,7%). Als alternatief voor de begroting kunt u de leerlingen ook een debat na laten spelen over het al dan niet sturen van een vredes- of politiemissie naar een conflictgebied. Dragen we als Nederland bij aan zo’n missie of niet en wat zijn dan de argumenten? Dit vereist wel een goede voorbereiding van u als docent: om wat voor conflict gaat het en in welk gebied speelt het zich af? Welke bijdrage levert Nederland aan de missie en wat zijn daarvan de kosten en (immateriële) opbrengsten? Verdeel de leerlingen over een aantal partijen en laat ze hun standpunt bepalen voordat ze met elkaar in debat gaan. U kunt de partijen even groot maken, of de grootte van de partijen laten variëren. Aan het einde van het Kamerdebat gaat u natuurlijk over tot een stemming over de voorgestelde bezuiniging of het al dan niet zenden van een nieuwe missie. Voor de voorbereiding kunt u gebruik van de debathandleiding van de Tweede Kamer op www.tweedekamer.nl/images/Kijkwijzer_Docenten_118-181082.pdf
02. LESIDEE: DEBAT ROND MELTDOWN IN MITROVICA In deze les gaan leerlingen in de klas met elkaar in debat over nut en noodzaak van vredesopbouw-activiteiten zoals die worden uitgevoerd door onder andere IKV Pax Christi. Van tevoren hebben de leerlingen het scenario Meltdown in Mitrovica en de daarin opgenomen dilemma’s doorlopen. U kunt de les beginnen met het behandelen van de resultaten van het scenario. Welke keuzes hebben de leerlingen gemaakt bij het doorlopen ervan? Wat vonden ze lastige keuzes en waarom? Waren er grote verschillen tussen de gekozen antwoorden van de leerlingen? Op basis van deze bespreking kunt u de leerlingen met elkaar in debat laten gaan. U kunt de klas op basis van het scenario zelf één of twee stellingen laten bepalen waarover gedebatteerd zal worden. Natuurlijk kunt u het debat ook breder trekken, door de actuele politieke en maatschappelijke discussie bij het debat te betrekken. U kunt ook zelf op basis van het scenario een aantal stellingen voorbereiden. Voorbeelden van stellingen die u zou kunnen gebruiken zijn: - Nederland kan een waardevolle bijdrage leveren aan het bevorderen van vrede in conflictgebieden. - Conflicten kunnen alleen worden opgelost door de tegenover elkaar staande groepen. - De Europese Unie moet meer doen om conflicten zoals in Kosovo op te lossen.
DOCENTENHANDLEIDING
3
2012 © ALICE 0
LESIDEEEN
Nadat de stellingen bekend zijn, bereiden de leerlingen in groepjes hun argumenten voor. Ze bepalen of ze voor of tegen de behandelde stelling(en) zijn. Per stelling debatteert de ene helft van de klas, terwijl de andere helft jury en publiek is. Laat ze hun argumenten onderbouwen met de informatie die ze via het doorlopen van het scenario hebben opgedaan. De in het scenario aanwezige achtergrondinformatie kan hierbij van pas komen. Sluit de les af met een korte beschouwing op het debat, waarbij u in ieder geval de complexiteit van de behandelde dilemma’s aan bod laat komen. Wilt u weten hoe u een debat goed op kan zetten? Gebruikt u dan de handleidingen van het debatinstituut: www.schooldebatteren.nl/watdoenwe/lesmateriaal
03. LESIDEE: DEBAT AAN DE SLAG IN TANZANIA In deze les gaan leerlingen in de klas met elkaar in debat over nut en noodzaak van activiteiten zoals die worden uitgevoerd door onder andere Gered Gereedschap. U houdt hierbij dezelfde structuur aan als bij het vorige lesidee, maar u baseert zich daarbij op het scenario ‘Aan de slag in Tanzania?’. Voorbeelden van stellingen die u zou kunnen gebruiken zijn: - Het sturen van gereedschap naar scholen in ontwikkelingslanden is een effectieve manier om armoede te bestrijden. - Ontwikkelingsorganisaties moeten geen risicovolle initiatieven steunen. 04. LESIDEE: BUDGET INTERNATIONALE SAMENWERKING In 2012 investeerde de Rijksoverheid € 4,2 miljard in ontwikkelingssamenwerking. Hoe zouden leerlingen dit budget besteden? U kunt ze in groepjes van 3 of 4 het budget laten verdelen over de volgende beleidsthema’s die het ministerie vast heeft gesteld: 1. Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten 2. Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur 3. Europese samenwerking 4. Meer welvaart, eerlijke verdeling en minder armoede 5. Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling 6. Duurzaam water- en milieubeheer 7. Welzijn en veiligheid van Nederlanders in het buitenland en regulering van het personenverkeer (o.a. opvang asielzoekers) 8. Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten Nederland 9. Overige uitgaven (waaronder overheadkosten van het ministerie zelf)
Wilt u weten hoe u een debat goed op kan zetten? Gebruikt u dan de handleidingen van het debatinstituut: www.schooldebatteren.nl/watdoenwe/lesmateriaal
DOCENTENHANDLEIDING
4
2012 © ALICE 0
LESIDEEEN
04. LESIDEE: BUDGET INTERNATIONALE SAMENWERKING Wilt u het eenvoudiger maken? U kunt dan een aantal beleidsthema’s schrappen. Beleidsthema 7, 8 en 9 en eventueel beleidsthema 5 komen daarvoor in aanmerking. Afhankelijk van accenten die u in de les wilt leggen kunt u daarin uiteraard uw eigen keuzes maken. Wilt u het ingewikkelder maken? Dan kunt u leerlingen ook laten kiezen op welke manier het geld voor de verschillende prioriteitsgebieden wordt besteed. Gaat dat via maatschappelijke organisaties, via directe (bilaterale) donaties aan overheden in ontwikkelingslanden of via organisaties als de Verenigde Naties of de Europese Unie? Uiteraard is een goede voorbereiding en gebruik van de juiste bronnen hierbij van belang. Laat de leerlingen informatie gebruiken die ze tijdens het doorlopen van de dilemma’s hebben opgedaan en op internet zoeken naar de noodzakelijke informatie en actualiteit. U kunt de leerlingen ook zelf een aantal bronnen aanreiken. Aan het einde van de les bespreekt u de begrotingen zoals de leerlingen die hebben opgesteld, en vergelijkt u die met de werkelijke begroting zoals die in 2012 in werkelijkheid was. Deze vindt u in onderstaande tabel. Meer informatie over de beleidsthema’s en de besteding vindt u in de HGIS-nota van het ministerie van Buitenlandse Zaken1. De HGIS-nota van het ministerie van Buitenlandse Zaken: www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/notas/2011/09/20/bijlage-2-hgis-nota-2012.html
Grafiek: Non-ODA-uitgaven in 2012 per beleidsthema ( x EURO 1.000 ) DOCENTENHANDLEIDING
5
2012 © ALICE 0
EXTRA (LES)SUGGESTIES EN INFORMATIE Wilt u naast de online scenario’s en de hierboven beschreven lessen nog meer doen in de klas? Hieronder vindt u een aantal suggesties.
DOE MEE MET GERED GEREEDSCHAP Via het lespakket ‘Doe mee met Gered Gereedschap’ kunnen leerlingen hun leeftijdgenoten in ontwikkelingslanden helpen met gereedschap èn tegelijkertijd leren over techniek, duurzaamheid en ontwikkelingssamenwerking. Het lespakket ‘Doe mee met Gered Gereedschap’ bestaat uit drie onderdelen te weten: Ophalen (thema hergebruik); Opknappen (thema techniek & gereedschap) en Opsturen (thema ontwikkelingssamenwerking). De daaraan gekoppelde lessen en opdrachten zijn flexibel uit te voeren. Variërend van één lesuur tot projectweken. Meer informatie vindt u op: www.geredgereedschap.nl/doe-mee/scholen-voor-scholen REGEL DE WERELDVREDE Regel de Wereldvrede is een project van Upact en kan van september tot en met december 2012 worden uitgevoerd. Het draait om de zoektocht naar vreedzame oplossingen van conflicten wereldwijd. Op deelnemende middelbare scholen wordt ingegaan op de situatie in conflictgebieden. De situatie in landen waar een conflict plaatsvindt wordt uitgebreid besproken met gastsprekers en experts. Hierna kruipende leerlingen in de huid van de betrokken partijen en kunnen de vredesonderhandelingen gestart worden. Op deze manier wordt er op Nederlandse middelbare scholen de wereldvrede geregeld. Upact voert het project Regel de Wereldvrede uit met financiering van het vfonds. Meer informatie vindt u op: www.regeldewereldvrede.nl en www.upact.nl GERED GEREEDSCHAP EN IKV PAX CHRISTI Op www.geredgereedschap.nl vindt u meer informatie over Gered Gereedschap. U vindt er een overzicht van de activiteiten en landen waar de organisatie actief is. Daarnaast is er informatie beschikbaar over het aanbieden van gereedschap. Op www.ikvpaxchristi.nl vindt u meer informatie over de landen waar IKV Pax Christi werkt en de thema’s die daarbij centraal staan. Pax-it is de jongerenorganisatie van IKV Pax Christi en hét netwerk voor jonge mensen met een interesse voor internationale vraagstukken. Op www.pax-it.nl kunnen leerlingen zich aanmelden voor de Pax-it nieuwsbrief ‘Rebellious News’. Ze blijven dan op de hoogte van de activiteiten van IKV Pax Christi voor jongeren, zoals de Nacht van de Vrede, de Balkan Borrel, etc. Op de website www.ministerievanvrede.nl vindt u meer informatie over de jaarlijkse Vredesweek in september. Zo kunt u Vredesweekmaterialen bestellen, een medewerker van IKV Pax Christi vragen om te komen vertellen over zijn of haar werk in een conflictgebied via de Sprekersbank, of zelf in een activiteit organiseren in het kader van de Vredesweek. WERELDBURGERSCHAP Wilt u met wereldburgerschap aan de slag? NCDO ondersteunt leerkrachten en scholen inhoudelijk om hier vorm aan te kunnen geven. Kijkt u voor een overzicht van tools, dossiers en publicaties op: http://ncdo.nl/themas/onderwijs
DOCENTENHANDLEIDING
6
2012 © ALICE 0
KERNDOELEN EN EINDTERMEN ‘Ben jij Baas?’ sluit aan bij de onderstaande kerndoelen en eindtermen van het voortgezet onderwijs.
KERNDOELEN ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS NEDERLANDS 1. De leerling leert zich mondeling en schriftelijk begrijpelijk uit te drukken. 4. De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven teksten. 5. De leerling leert in schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen. 6. De leerling leert deel te nemen aan overleg, planning, discussie in een groep. 8. De leerling leert verhalen, gedichten en informatieve teksten te lezen die aan zijn belangstelling tegemoetkomen en zijn belevingswereld uitbreiden. MENS EN MAATSCHAPPIJ 36. De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen, daarover een beargumenteerd standpunt in te nemen en te verdedigen, en daarbij respectvol met kritiek om te gaan. 38. De leerling leert een eigentijds beeld van de eigen omgeving, Nederland, Europa en de wereld te gebruiken om verschijnselen en ontwikkelingen in hun omgeving te plaatsen. 47. De leerling leert actuele spanningen en conflicten in de wereld te plaatsen tegen hun achtergrond, en leert daarbij de doorwerking ervan op individuen en samenleving (nationaal, Europees en internationaal), de grote onderlinge afhankelijkheid in de wereld, het belang van mensenrechten en de betekenis van internationale samenwerking te zien.
EINDTERMEN VMBO NEDERLANDS 2. De kandidaat kan basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken, en informatie verwerven, verwerken en presenteren. 6. De kandidaat kan relevante informatie verzamelen en verwerken ten behoeve van de spreek- en gesprekssituatie, strategieën hanteren ten behoeve van de spreek- en gesprekssituatie, compenserende strategieën kiezen en hanteren, het spreek-/luisterdoel in de situatie tot uitdrukking brengen, het spreek-/luisterdoel en taalgebruik richten op verschillende soorten publiek, het spreekdoel van anderen herkennen en de reacties van anderen inschatten, in spreek- en gesprekssituaties taalvarianten herkennen en daar adequaat op inspelen. 9. De kandidaat kan relevante informatie verzamelen en verwerken ten behoeve van het schrijven, schrijfstrategieën hanteren, compenserende strategieën kiezen en hanteren, het schrijfdoel in teksten tot uitdrukking brengen, het schrijfdoel en taalgebruik richten op verschillende soorten lezerspubliek, conventies hanteren met betrekking tot schriftelijk taalgebruik, elektronische hulpmiddelen gebruiken bij het schrijven, concepten van de tekst herschrijven op basis van geleverd commentaar. MAATSCHAPPIJLEER 2. De kandidaat kan basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. 3. De kandidaat kan met betrekking tot een maatschappelijk vraagstukprincipes en procedures van de benaderingswijze van het vak maatschappijleer toepassen, een standpunt innemen en hier argumenten voor geven.
DOCENTENHANDLEIDING
BIJLAGE 1 VAN 3
2012 © ALICE 0
KERNDOELEN EN EINDTERMEN ‘Ben jij Baas?’ sluit aan bij de onderstaande kerndoelen en eindtermen van het voortgezet onderwijs.
KERNDOELEN ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS MAATSCHAPPIJLEER (VERVOLG) 4. De kandidaat kan strategische vaardigheden toepassen die bijdragen tot: ten aanzien van maatschappelijke vraagstukken verschillende typen vragen herkennen en zo zelfstandig mogelijk formuleren, bij gegeven of zelf geformuleerde vragen informatie verwerven en daarbij gebruik maken van verschillende informatiebronnen, aangereikte informatie over maatschappelijke verschijnselen/vraagstukken verwerken en interpreteren op basis van vakinhoudelijke kennis, de principes en procedures die horen bij de benaderingswijze van het vak maatschappijleer herkennen in informatiebronnen over een maatschappelijk vraagstuk, of toepassen op een maatschappelijk vraagstuk, en standpunt innemen met betrekking tot een concreet maatschappelijk vraagstuk en hier argumenten voor geven. 15. De kandidaat kan een maatschappelijk vraagstuk gerelateerd aan de exameneenheden analyseren door verbanden tussen de thema’s uit de eindtermen te leggen en door de benaderingswijze van maatschappijleer erop toe te passen. AARDRIJKSKUNDE 2. De kandidaat kan basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. 3. De kandidaat kan een aantal strategische vaardigheden toepassen die bijdragen tot de ontwikkeling van het eigen leervermogen: verschillende typen aardrijkskundige vragen herkennen en formuleren, aardrijkskundige principes en procedures hanteren, gebruik maken van kaart, atlas, luchtfoto’s en satellietbeelden, eenvoudig aardrijkskundig onderzoek uitvoeren.
EINDTERMEN HAVO VWO NEDERLANDS 1. De kandidaat kan: vaststellen tot welke tekstsoort een tekst of tekstgedeelte behoort; de hoofdgedachte van een tekst(gedeelte) aangeven; relaties tussen delen van een tekst aangeven; conclusies trekken met betrekking tot intenties, opvattingen en gevoelens van de auteur; standpunten en soorten argumenten herkennen en onderscheiden; argumentatieschema’s herkennen. 4. De kandidaat kan ten behoeve van een voordracht, discussie of debat (ter keuze van de school): relevante informatie verzamelen en verwerken; deze informatie adequaat presenteren met het oog op doel, publiek en gespreksvorm; adequaat reageren op bijdragen van luisteraars of gespreksdeelnemers. 5. De kandidaat kan ten behoeve van een gedocumenteerde uiteenzetting, beschouwing en betoog: relevante informatie verzamelen en verwerken; deze informatie adequaat presenteren met het oog op doel, publiek, tekstsoort en conventies voor geschreven taal; concepten van de tekst reviseren op basis van geleverd commentaar. 6. De kandidaat kan een betoog: analyseren; beoordelen; zelf opzetten en presenteren, schriftelijk en mondeling. MAATSCHAPPIJLEER 1. De kandidaat kan: voor een vraag bruikbaar bronnenmateriaal verwerven en er gegevens uit selecteren; (verworven) informatie verwerken o.a. met behulp van ICT en daaruit beredeneerde conclusies trekken; een stelling, zowel mondeling als schriftelijk, nuanceren, verdedigen en bestrijden en daarbij gebruikmaken van argumentatievaardigheden. 2. De kandidaat kan concrete maatschappelijke vraagstukken en ontwikkelingen analyseren en daarbij: aannemelijk maken wat de relatie is tussen het vraagstuk/probleem en de rechtsstaat, parlementaire democratie, verzorgingsstaat en pluriforme samenleving; beargumenteren of door het vraagstuk/probleem belangrijke waarden van de rechtsstaat, parlementaire democratie, verzorgingsstaat en pluriforme samenleving in het geding zijn; beschrijven wat de relatie is tussen het maatschappelijke vraagstuk/probleem en sociale ongelijkheid in de samenleving. DOCENTENHANDLEIDING
BIJLAGE 2 VAN 3
2012 © ALICE 0
KERNDOELEN EN EINDTERMEN ‘Ben jij Baas?’ sluit aan bij de onderstaande kerndoelen en eindtermen van het voortgezet onderwijs.
EINDTERMEN HAVO VWO (VERVOLG) MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN 1. De kandidaat kan: met betrekking tot een concreet maatschappelijk vraagstuk verschillende typen vragen herkennen en zelfstandig vragen formuleren; uit bronnenmateriaal over een concreet maatschappelijk vraagstuk, op basis van gegeven of zelf geformuleerde vragen, bruikbare gegevens selecteren; (verworven) informatie over een concreet maatschappelijk vraagstuk vanuit gegeven of zelf geformuleerde vragen mede met behulp van ICT verwerken en daaruit beredeneerde conclusies trekken; de resultaten van een leeractiviteit overdragen naar anderen; bij raadplegen, verwerken en presenteren van informatie gebruik maken van toepassingen van ICT. 7. De kandidaat kan uitleggen hoe politieke beleids- en besluitvormingsprocessen in Nederland worden beïnvloed door de politieke, economische en culturele verwevenheid van de internationale samenleving. 34. De kandidaat kan de rol van medefinancieringsorganisaties en de rol van internationale organisaties analyseren bij het terugdringen van onderontwikkeling tegen de achtergrond van het Nederlandse ontwikkelingsbeleid, internationale verhoudingen en internationalisering/globalisering. (NB: alleen VWO). AARDRIJKSKUNDE 1. De kandidaat kan de geografische benadering adequaat hanteren: geografische informatie selecteren, verwerken en weergeven; geografische vragen herkennen en zelf formuleren; de geografische werkwijzen toepassen bij het formuleren en beantwoorden van geografische vragen. 4. De kandidaat kan met betrekking tot een nader door de school te kiezen verdelingsvraagstuk vanuit het perspectief van het subdomein ‘Samenhang en verscheidenheid in de wereld’ (B1): het vraagstuk beschrijven en analyseren als een maatschappelijk verdelingsvraagstuk; actuele discussies over het vraagstuk kritisch beoordelen en relaties leggen met relevante natuurlijke factoren; beleid beoordelen dat is gericht op het oplossen van het vraagstuk op macroregionale schaal. 8. De kandidaat kan actuele vraagstukken in de in subdomein D1 bedoelde macroregio vanuit een geografisch perspectief beschrijven, analyseren en verklaren. Het betreft: milieuvraagstukken samenhangend met het gebruik van natuurlijke hulpbronnen en natuurlijke gevaren samenhangend met natuurrampen; kenmerken van de hedendaagse ontwikkeling in de steden en op het platteland van de betreffende macroregio, samenhangend met het proces van mondialisering; conflicten in de betreffende macroregio, voor zover ze verband houden met de etnische en culturele diversiteit in de regio. (NB. eindterm 10 voor HAVO)
DOCENTENHANDLEIDING
BIJLAGE 3 VAN 3
2012 © ALICE 0