Diversificatie van de voeding Dr. Nadine De Ronne Medische-kwaliteitscoördinator Kind & Gezin JGZ2 module voeding en veiligheid
1
Gezonde voeding 1. 2. 3. 4. 5.
Consensus borstvoeding en kunstvoeding bij zuigelingen Supplementen vitamines, fluor en ijzer Introductie vaste voeding Gezonde voeding bij kleuters Alternatieve voedingen
JGZ2 module voeding en veiligheid
2
Hoofdstuk 1: Consensus over borstvoeding en kunstvoeding Voedingscel VVK Philippe Alliët, Micheline Bertrand, André Deprettere, Paul Mariën, Marc Raes, Eddy Robberecht, Yvan Vandenplas, Gigi Veereman, Myriam Van Winckel
Vlaamse Pediatrische diëtisten Karin Delanghe, Mieke Van Den Driessche (lic.), Annemie Van de Sompel, Astrid Vanoppen
Kind & Gezin Nadine De Ronne, Sigrid Quintelier, Bernard Van Caillie JGZ2 module voeding en veiligheid
3
Borstvoeding • moedermelk is dé aanbevolen voeding • uitsluitend BV gedurende minstens 4 m (WHO: tot 6 m) • bijvoeding is overbodig voor 6 m
JGZ2 module voeding en veiligheid
4
BV is méér dan MM
Samenstelling wijzigt – naargelang lactatiestadium – in loop van één voedingsbeurt – naargelang voeding moeder JGZ2 module voeding en veiligheid
5
Kunstvoeding • als BV om een of andere reden niet kan, is een geadapteerde kunstvoeding aangewezen • tussen 0 en (4-)6 m: startvoeding = “zuigelingenvoeding” • vanaf 4-6 m tot 12-18 m: opvolgvoeding = samen met gevarieerde bijvoeding • eventueel vanaf 8-12 m: “derde” leeftijd JGZ2 module voeding en veiligheid
6
Concept Concept 11 –– 22 –– 33 -- groeimelk” groeimelk” 11 kcal 67-74 kcal 67-74 eiwit 1.2-1.5 eiwit 1.2-1.5 smaakstoffen smaakstoffen --
22 70-74 70-74 2.8-2.2 2.8-2.2 --
JGZ2 module voeding en veiligheid
33 77 77 1.9 1.9 --
“groei” “groei” 77-105 77-105 2.2 2.2 –– 3.5 3.5 +++ +++
7
Andere voedingen • • • •
soja anti-regurgitatie hydrolysaten voeding tegen ongemakken
• therapeutische voedingen
JGZ2 module voeding en veiligheid
8
“Voedingsproblemen” • weinig specifieke symptomen (huilen, obstipatie, diarree, regurgitatie, huiduitslag) • onterecht verband met voeding => frequente voedingswijziging => medicaliseren voeding => claims industrie
JGZ2 module voeding en veiligheid
9
Soorten voedingen
(cf. schema)
• Standaardvoedingen: eerste keuze
• Niet-standaardvoedingen: enkel op indicatie, overleg met arts
• Comfortvoedingen: niet aanbevolen op CB’s
• Therapeutische voedingen: enkel in curatieve sector JGZ2 module voeding en veiligheid
10
Samenvatting • borstvoeding = absolute voorkeur • alternatief als startvoeding = wei-dominante kunstvoeding • voedingswijzigingen moeten beperkt worden • enkel voedingen met bewezen werking worden aanbevolen JGZ2 module voeding en veiligheid
11
Hoofdstuk 2: Supplementen • Fe:
- bij borstvoeding en onvoldoende beikost vanaf 6 mnd; - bij koemelk; - igv vegetarisme/veganisme: fytaten blokkeren Fe opname - igv Noord-Afrikaans dieet: id.
• Vit K: profylaxe Vit K Def.Bloedingen (VKDB) - bij BV neonataal 1 mg IM als PO: + 25 microg/d tot 3 mnd - bij KV neonataal 1 mg IM of PO + geen verdere profylaxe
• Vit D: beschermt tegen rachitis zolang risico op tekorten bestaat - < 500 ml/d geadapteerde vdg - bij vegetarische/veganistische voeding - bij onvoldoende blootstelling aan zonlicht: 400 IU/d - bij negroide huidtypes hier verblijvend: 600 IU/d = zowel bij BV als KV JGZ2 module voeding en veiligheid
12
Hoofdstuk 3: Introductie vaste voeding • Nutritionele noden: opvolgvoeding kan voldoende aanbrengen
• Evolutie motoriek: start lepelvoeding tussen 5 en 6 mnd (critical period)
-> introductie beikost ten vroegste op 5 mnd en zeker voor 6 mnd JGZ2 module voeding en veiligheid
13
Kind 4 maand met uitsluitend BV; invoeren van fruithapje lukt niet • 1. blijven aandringen • 2. flesje kunstvoeding geven op dat tijdstip • 3. fruithapje uitstellen en BV geven • 4. fruithapje uitstellen en eerst groenten proberen
JGZ2 module voeding en veiligheid
14
Fruitpap kan gerust vervangen worden door “peuterpetitgervais”, dat is zoeter en zal dus gemakkelijker geaccepteerd worden.
1. Juist 2. Onjuist 3. Weet niet
JGZ2 module voeding en veiligheid
15
De aard van de “beikost” is cultureel bepaald. Er is geen reden waarom eerst fruitpap en nadien pas groentenbrij zou gestart worden.
1. 2. 3.
Juist Onjuist Weet niet
Ouders vertellen blij dat ze eindelijk gevonden hebben hoe ze hun baby groentenbrij kunnen laten eten: door er telkens appelmoes bij te mengen. Dit is een goede oplossing.
1. 2. 3.
Juist Onjuist Weet niet
Vaste voeding • Fruit of groenten ? • Bij later invoeren eerder Fe rijke groentenbrij (+ vetstof) • Variatie – evenwichtige voeding - tussendoortjes • Aantal voedingen niet te snel verminderen • Ongeveer 500 ml melkvoeding/dag
Structuur in voeding • < 3 – 5 mnd: vast homogeen voedsel wordt naar buiten geduwd door tong
• > 4–6 mnd: op de tong gelegde vaste voeding wordt naar pharynx gebracht
• > 6-8 mnd:
drinken uit beker
• > 8 mnd: grover voedsel wordt naar lateraal gebracht voor kauwfunctie
• > 12 mnd: verfijnd kauwen van fijngesneden structuren
• > 15-18 mnd: zelfstandig eten en drinken
Hoofdstuk 4: Gezonde voeding bij kleuters
“Opvoeden” betekent ervoor te zorgen dat een zuigeling die enkel melk drinkt uitgroeit tot volwassene die goed en gevarieerd eet. Eten kan leuk zijn.
Leren eten • Ontwikkelingsproces: -> reflexmatig, sensomotorisch -> belang van positief stimulerende omgeving
• Opvoedingsproces: -> veiligheid en geborgenheid (zuigeling) -> crisissituaties in opvoeden: oefenterrein voor grensverlegging
• Contextueel gebeuren: -> kenmerk kind (prematuur, koppigheid) -> kenmerk ouder (overbezorgd, rust, structuur)
• Sociaal gebeuren:
-> geen beloning of straf -> sociale functie
Kleutervoeding • Groeispurt eerste levensjaar <-> daarna • Hersenen kunnen perfect behoefte regelen • Voorwaarde = ‘gezonde’ omgeving • Eten = geen continue bezigheid • Structuur van de omgeving • Streven naar zelfstandigheid
Kleutervoeding • • • • • • •
Energiebehoeften <-> energieverbuik <-> levensstijl Voedingsaanbevelingen + voldoende lichaamsbeweging Voeding jonge kind <-> ontwikkeling van obesitas Beperking vetinname vanaf 5 jaar Structuur: 3 hoofdmaaltijden + 2 tussendoortjes Restfractie beperken Voorbeeldfunctie van directe omgeving
Voedingsdriehoek
Het verdient aanbeveling om tot de leeftijd van drie jaar een groeimelk te geven in plaats van gewone koemelk
1. 2. 3.
Juist Onjuist Weet niet
Pieter, 11 maand
- recidiverend LWI - moeilijk eten - huilbuien ‘s nachts - chronische diarree
Pieter, 11 maand • Voedingsanamnese: glutenvrij sinds enkele weken – 150 ml Milumil soja – vier happen middagmaal – helft fruitpap – 200 ml Milumil soja drinkt: 4 x 200 ml appelsap! • Zweettest: negatief • 24 uur pHmetrie: positief • Sereuse otitis media • R/ zuurremming, stop appelsap, gestructureerd 3 hoofdmaaltijden en 2 tussendoortjes.
Ouders komen ten einde raad op consultatie: hun zoontje van twee eet zeer slecht (geen ontbijt, zeer kieskeurig vaste voeding, drinkt meer dan 1 l fristi per dag en eet koeken). Normaal klinisch onderzoek.
Slecht groeien door té weinig inname? • Nauwkeurig klinisch onderzoek • Interpretatie groeicurve • Goede voedingsanamnese – – – – –
wat? zowel “eten” als “drinken” hoeveel? wanneer? hoe?
Dystrofie • verlies van onderhuids vet ( dijen) • spieratrofie (billen) = ondervoeding en/of malabsorptie
Onvoldoende inname? • ZOEK OORZAAK: – voldoende aanbod? – aangepaste voeding? – negatieve associaties met voeding? • GOR? • VERSLIKKEN? ASPIRATIE? • ….hartfalen, nierfalen (misselijkheid!) • FORCEER NOOIT
VOEDINGSREGEL OUDER of VERZORGER bepaalt wat wanneer KIND bepaalt hoeveel
Joke, 16 maanden • Sinds enkele maanden braken, voedsel, soms enkele dagen niet soms 3X/d. Elk moment van de dag, zonder voortekenen. Geen t°, normale stoelgang • 2 weken geleden: koorts en hoesten R/ 5 dagen amoxycilline. Sindsdien duidelijk méér braken • Psychomotoriek: Alleen stappen: 11 maanden 10 – tal woordjes Begint alleen te eten met de lepel • Voorkeur voor vaste voeding, afkerig van vloeibare voeding
Voedingsanamnese: 2 X 210 ml groeimelk, boterham met beleg, gemengd middagmaal 200g, fruitpap met koekjesmeel 200g, platte kaas Klinisch onderzoek Gewicht: 7,6 kg (- 1,4 kg), L: 74cm, HO: 45cm – Dystroof meisje – Ingevallen buik – Alert en vinnig – Droge slijmvliezen, nl huidplooi – Verder nl klinisch en neurologisch onderzoek
JOKE
hersenscan
hersentumor
Hoofdstuk 5: Alternatieve voedingen - Biologische voeding:
geen kleur-, geurstoffen, bewaarmiddelen, meststoffen, bestrijdingsmiddelen
- Macrobiotische voeding:
evenwicht yin – yang voorkeur aan plaatselijk geteelde producten granen, groenten fruit, vis, wit vlees
- Vegetarische voeding: beperking of uitsluiten van dierlijke producten
Vegetarische voeding • pseudo-vegetarisme -> geen nutritioneel risico – semi-vegetarisme – pisca-vegetarisme
+ gevogelte, vis, zuivel, ei + vis, zuivel, ei
• feitelijk vegetarisme -> nood aan afwisseling -> geen risico – lacto-ovo-vegetarisme – lacto-vegetarisme
+ zuivel, ei + zuivel
• strikt vegetarisme -> veel tekorten (eiwit, ijzer, calcium, vit B12, vit D, zink, vit B2) – veganisme
– extreme macrobiotiek
-
-
Vegetarisme - aandachtspunten • Eiwitten: – – – –
behoefte hoger dan igv gemengde vdg (10->20%) essentiële AZ limiterende factor afwisseling noodzakelijk granen en peulvruchten minder goed verteerbare bronnen -> grotere hoeveelheid nodig – gespreid gebruik over ganse dag voldoende
JGZ2 module voeding en veiligheid
40
Vegetarisme - aandachtspunten • Koolhydraten: minimum 55% – vnl uit voedingsmiddelen rijk aan vezels – toegevoegde suikers < 10% – enkelvoudige KH <-> complexe KH
JGZ2 module voeding en veiligheid
41
Vegetarisme - aandachtspunten • Vetten: – Verzadigde vetzuren: dierlijke bronnen, cacao, palmpit-, kokosnootolie
– Onverzadigde vetzuren: • Enkelvoudige: olijf-, koolzaad-, noten-, arachideolie, avocado • Meervoudige = essentiële VZ: omega 3 en 6 maïs, zonnebloem, noten, amandelen, granen
!!! onevenwicht: te laag omega 3 vnl bij veganisme -> lijnzaad, walnoten, koolzaad, soja toevoegen JGZ2 module voeding en veiligheid
42
Vegetarisme - aandachtspunten • Ijzer: – non-haem ijzer moeilijker absorbeerbaar -> hogere nood – gevoeliger aan inhibitoren: fytaten, oxalaten, Ca, thee, koffie – suppletie niet nodig als goed uitgebalanceerde vdg
JGZ2 module voeding en veiligheid
43
Vegetarisme - aandachtspunten • Calcium: – zuivelproducten belangrijkste bron bij kinderen – biobeschikbaarheid verlaagd door fytaten, oxalaten, vezels – zeewier, bloemkool, brandnetel, artisjok, peulvruchten, granen, … = Ca rijk
JGZ2 module voeding en veiligheid
44
Vegetarisme - aandachtspunten • Zink: – opname belemmerd door granen, vezels – noten, zaden pompoenpitten, … rijk aan Zn
• Jodium: – Inname in alle groepen laag – Rijk aan I: paddestoelen, druiven, applesienen, wortelen, …
JGZ2 module voeding en veiligheid
45
Vegetarisme - aandachtspunten • Vitamine B12: – weinig aanwezig in plantaardige producten – dierlijke afgeleiden noodzakelijk
JGZ2 module voeding en veiligheid
46
Vegetarisme - samengevat • Vegetarisme is niet zomaar weglaten vlees en vis • Verschillende plantaardige bronnen combineren • Zuivelproducten mogen niet uitgeschakeld worden • Opgelet voor vit B12 en ijzer tekorten • Lichaam moet langzaam wennen aan andere voedingswijze JGZ2 module voeding en veiligheid
47
Dank je !
Dr. Nadine De Ronne