Manifest Culturele Lente – verkorte versie 1. Opdracht Gevraagd is om samen met het culturele veld nader onderzoek te doen naar de kwaliteiten en identiteiten die het wezen vormen van de spreekwoordelijke Culturele Lente en op basis daarvan aanbevelingen te doen voor de verdere ontwikkeling van de culturele infrastructuur. Dit mede in het licht van de kandidatuur Culturele Hoofdstad van Europa in 2018. Opdrachtgevers zijn de directeuren van de culturele instellingen in Heerlen en Parkstad. De opdracht wordt mogelijk gemaakt door stadsregio Parkstad. Ik presenteer mijn bevindingen in twee delen. Deel een is gericht op de vraag wat de culturele lente is en waardoor het ontstaan is. Deel twee gaat over de culturele kwaliteiten, kansen en bedreigingen en geeft aanbevelingen voor de verdere ontwikkeling.
Deel I. Culturele Lente 2. Positionering Onderzoek is gericht op Parkstad, stadsregio waarin 8 gemeenten samen een verstedelijkt gebied vormen van 240.000 inwoners. Het heeft daarmee de omvang van de vijfde stad van Nederland. Heerlen geldt als centrumstad. Met acht kilometer grenzend aan Nederland en 220 kilometer aan België en Duitsland, is Zuid Limburg één van de meest Europese regio van Europa. Er is een verzuidelijking van de Nederlandse economie waar te nemen, met versterking van de toptechnologieregio Brainport in de driehoek Eindhoven, Leuven, Aken. Daarin lijkt opleving van Zuid Limburg onontkoombaar en kansrijk. Voor Heerlen en Parkstad , SittardGeleen en Maastricht gunstig gelegen in het hart van Brainportgebied, en nabij Aken, liggen de kansen over de grens, in de Euregio. En in positionering in die driehoek. Ook de 'wet van de voortstuwende achterstand' maakt opleving onontkoombaar. Vanuit noodzaak en urgentie is er sterke wil tot transitie. En mogelijkheid om zich nuttig te maken. Dat een opleving onontkoombaar is, neemt niet weg dat de mogelijkheden ook, met visie en inspanningen, verwezenlijkt moeten worden en dat daarvoor een momentum geldt. Dat nu het momentum voor Heerlen lijkt te zijn aangebroken, evenals in Kerkrade , Landgraaf en de andere Parkstad gemeenten, zoals de culturele lente pretendeert, is de vraag die voorligt.
3. Historie Parkstad kent een periode van economische en culturele bloei in 1900-1965 neergang en depressie in de jaren 1970-2000 en opleving vanaf jaren 2000, waarbij de laatste vijf jaren wordt gesproken van een culturele lente. Pagina 1 van 16
Een historische schets en uitgebreide tijdlijn van de culturele ontwikkelingen zijn in het rapport te lezen. Een element licht ik er nu uit. Kantelpunt is Operatie Hartslag geweest. In 2000 verklaart burgemeester Alexander Sakkers (VVD) Heerlen tot ‘de onveiligste stad van Nederland’. Er zijn 750 drugsverslaafden in Parkstad, 150 à 200 daklozen in Heerlen 25 drugsdoden in 6 jaar. In elk portiek ligt een drugsverslaafde of dakloze. De NS dreigt Heerlen niet meer als intercity station aan te doen. In 2001 starten burgemeester Sakkers en districtchef van politie Jan Erkens Operatie Hartslag, een samenwerkingsverband van gemeente, politie, justitie, verslavingszorginstellingen en later komt daar het gevangeniswezen bij. Operatie Hartslag is een bijzonder verhaal met verschillende lagen, stelt het evaluatierapport “Een pact van het hart”, 2009. In het begrijpen van het succes, schuilt een belangrijke waarde voor de toekomst. In eerste instantie is het vooral een bestuurlijk en bestuurskundig verhaal. Dat gaat over de manier waarop het stedelijk bestuur er samen met anderen in slaagt om een probleem in de Heerlense samenleving aan te pakken. Maar het is meer dan dat. Het is ook een verhaal over identiteit. Over hoe een stad met een problematische geschiedenis er in slaagt om ruimte te creëren voor een andere, meer positieve beleving van de stad. Hoe daarmee ook legitimiteit en geloofwaardigheid van publieke instituties wordt teruggewonnen. En het is ook een moreel verhaal, waarin nieuwe opvattingen over ‘acceptabel leven’ ontwikkeld worden en richting geven aan het handelen van overheid en burgers, aldus het evaluatierapport. Vanaf dan worden er niet alleen economische investeringen gedaan, maar ook in de sociale en fysieke omgeving. Aandacht voor het woon en leefklimaat. Er wordt in samenhang ontwikkeld. Heerlen kiest voor een integrale benadering van de ontwikkeling van de stad en zoekt naar een balans tussen economische, sociaal culturele infrastructuur en fysieke omgeving, met de aanpak van drugsproblematiek, veiligheid, aanpak van de binnenstad en cultuur. Deze wordt vormgegeven op drie niveaus: de wijken en buurten; Heerlen als centrumfunctie in de regio; en op de schaal van Parkstad. Deze elementen vormen ook voor nu een belangrijke leergeschiedenis: moreel leiderschap, bestuurlijke en bestuurskundige samenwerking, versterken van de positieve identiteit en het Heerlense model van integrale opbouwpolitiek, economisch, sociaal, ruimtelijk. (alvast een aanbeveling: De integrale Taskforce die toen op de problemen is ingezet, zou je nu op de versnelling van de sociaalculturele en sociaaleconomische stijging moeten inzetten!)
4. Trends in het cultuuraanbod Er wordt sinds vijf jaar gesproken van een culturele lente, maar is die er eigenlijk wel? In een poging om mythe en werkelijkheid te ontrafelen heb ik gekeken naar trends in het cultuuraanbod en in het publieksbereik. - Groei aantal instellingen; In tijdsbestek van een paar jaar wordt het ene na het andere gebouw ingrijpend gerenoveerd of verbouwd: Glaspaleis, mijnmuseum, Revitalisatie Theater Heerlen en de aanbouw van Limburgzaal (een middenzaal en poppodium) , bouw van poppodium Nieuwe Nor, Cultuurhuis Patronaat. Ook verbetert het Pancratiusplein tot een aantrekkelijke uitgaansplek. Daarmee wordt in korte tijd een geweldige impuls gegeven aan de kwaliteit en veiligheid van de binnensteden. Het aanzien van de stad verandert compleet. De gemeente Heerlen Pagina 2 van 16
-
-
-
-
-
heeft de nek uitgestoken met een aanzienlijk investeringsprogramma. Met name het Glaspaleis dat ruim 25 miljoen kostte, was een zwaar politiek dossier. Het beleid heeft – zo kunnen we achteraf vaststellen – een positieve impact gehad op de culturele en sociale ontwikkeling van de regio. Ook in deze periode verbetering van het Theater Kerkrade, de Rodahal, Continium (voorheen Industrion). Recente uitbreiding: C-Mill, de cascorestauratie van de pompgebouwen in Brunssum en restauratie van bioscoop Royal in Heerlen. Groei van het aanbod van de professionele kunst en cultuurinstellingen. De organisaties zijn verder geprofessionaliseerd. Cultuurbeleid is geprofessionaliseerd Groei van het aantal festivals. Parkstad kende al vele unieke festivals, waaronder het bekende Pinkpop. verder Cultura Nova, WMC, de wereldfestival de Parade, Orlando Festival, Charles Hennen Concours. In 2007 werden tien grote festivals geteld. Inmiddels zijn er vele nieuwe bijgekomen, groot en klein Nieuwe festivals als het dancefestival Castle of Love (06), the Notorious IBE (08), Breakfest (08), Jazzfestival Heerlen Jazzt, Park City Live, en het I-Beta event. (ik heb er 31 geteld). Groei creatieve industrie; Tal van initiatieven komen op, Naast de veranderingen in de cultuurgebouwen en de professionele culturele instellingen, valt op hoe het ongebonden cultuursegment zich ontwikkelt. De creatieve industrie komt op en initiatieven als KuS, Mediascapers, Betawerk, Neimed, Social Beta, vele bureaus voor multimedia, vormgeving, architectuur, richten zich op de cultureel maatschappelijke ontwikkeling van de regio, ook wel ‘social design’ genoemd. Leegstand en krimp creëren nieuwe fysieke en mentale ruimte voor initiatief, ondernemerszin, pioniersgeest. Met tijdelijke programma’s wordt hier gebruik van gemaakt. De gemeente Heerlen voert een actief community art programma ter verbetering van de leefbaarheid van wijken, met bijv. pocket parks. Steeds meer te doen voor jongeren. Parkstad heeft zijn eigen deel aan de internationale popmuziek en jongerencultuur. Er is veel te doen voor jongeren, in de nieuwe Nor, festivals, programmerende cafés, oefenruimtes. Trends zijn de opgekomen hiphopcultuur, diverse subscenes, commerciële (jongeren)cultuur en festivalisering Jongeren vormen rond interesse en levensstijl georganiseerde netwerken (hiphop, metal hardcore, etc), overigens vaak zonder formele organisatie, maar samenkomend in los verband op min of meer vaste ontmoetingsplaatsen. Het afgelopen decennium groeit de aandacht voor de hiphopcultuur met het Cuttin Class, School of hiphop, Dance Centre Deane, Skatepark en de festivals als the Notorious IBE en Breakfest. Andere nieuwe festivals zijn het dancefestival Castle of Love, ParkcityLive, Jazzfestival. Opvalt dat de gemeente deze ontwikkeling gretig oppakt om zich te profileren als jonge moderne stad. Bloeiende amateurkunstbeoefening, maar staan het verenigingsleven en de muziekscholen onder druk. Het particuliere en ‘ongebonden’ aanbod stijgt. De laatste jaren is een groeiende aandacht voor samenwerking in de Euregio. (jaren 90 Euregio Dans) Bijvoorbeeld het Schrittmacher festival, de Aachener Performance Night van het festival Cultura Nova, Creative Drive, de EuregioSlam, EuJazz, of het al langer bestaande Euriade festival. Het culturele maandblad Zuiderlucht, de recent ontstane uitgaansportal Charlzz.com en de culturele alertservice van C-me (de e-flux van de Euregio) richten zich uitdrukkelijk op de hele Maas-Rijnregio. De kandidatuur voor de culturele hoofdstad Via2018 versterkt die beweging. Pagina 3 van 16
Concluderend kent de regio een rijke culturele traditie en is de afgelopen decennium een sterke groei en professionalisering van het cultuuraanbod te zien. Ook de Atlas van Gemeenten laat zien dat wat het cultuuraanbod betreft Heerlen in 5 jaar tijd van de 29e plaats naar de 10e plaats is opgeschoven van de 50 grote gemeenten van Nederland (G50). Met de verbetering van het cultuuraanbod, kan met recht gesproken worden van een culturele lente.
5. Trends in het publieksbereik Ontwikkelingen in het publieksbereik 2005-2010 zijn in het kader van het lenteonderzoek onderzocht door Thijs Deckers (student Maastricht University). instellingen De nieuwe nor maakt de eerste jaren groei door en daalt in 09 en 10. Landelijk is bij poppodia een dalende trend te zien. In vergelijking daarmee steekt de Nieuwe Nor de laatste twee jaren boven het niveau van vergelijkbare kleine poppodia uit (W2 uit Den Bosch, Fenix uit Sittard en Perron 55 uit Venlo) en onder het landelijk gemiddelde van alle poppodia (groot en klein). Afgelopen jaar is het bezoekersaantal weer gegroeid tot zo'n 20.000 bezoekers (7%). Onbekend is in hoeverre de Nor, Limburgzaal en festivals profiteren, dan wel kannibaliseren op elkaars publiek. Parkstad Limburg Theater maakt na de verbouwing een groeispurt en laat daarna een gestage groei zien. Het theater vertoont bovendien nog steeds een stijgende lijn, waar landelijk sinds enkele jaren de daling is ingezet. PLT bereikt ca. 228.000 Cultuurhuis Heerlen heeft (o.l.v. Lex Nelissen) in 14 weken tijd 12.000 bezoekers geteld en al meer omzet gedraaid dan het hele vorige jaar. Schunck groeit, met name de bibliotheek (500.000) en de algemeen bezoekers(183.000). Het aantal cursisten van de muziekschool daalt. Het aantal leden van de bibliotheek groeit de laatste jaren sterk, terwijl landelijke het aantal leden iets daalt. Het aantal algemene bezoekers aan Schunck en het aantal geregistreerde bezoeken aan de tentoonstellingen zijn tussen 2010 en 2011 meer dan verdubbeld (tentoonstellingen van 13.000 naar 38.500). Ook in de concerten en andere activiteiten zit een stijgende lijn. Ook de kleinere instellingen zoals Filmhuis De Spiegel (7400), St. Heerlen Jazz en Kus (1500 in 2008 naar 3800 in 2009) groeien. Het Thermenmuseum is maar liefst met 18 % gegroeid. Kasteel Hoensbroek is al enkele jaren het best bezochte kasteel, en is maar liefst met 59% gegroeid van 73000 naar bijna 150.000 in de periode 2009-10, dankzij het zandsculpturenfestival. De groei van de historische musea in Parkstad is bovengemiddeld. Landelijk kennen de historische musea een groei van 8% (cbs). Ook het Continium laat een forse en bovengemiddelde groei zien, sinds de omvorming van het industrieel erfgoedmuseum tot Discovery Center. (57000 in 2005 naar 92000 in 2010) De populariteit van wetenschapsmusea neemt landelijk toe; er komen nieuwe musea bij en het publieksbereik groeit. Festivals Het aantal festivals groeit, het publieksbereik van de festivals blijft stabiel of groeit. Er lijkt (nog) geen sprake van kannibalisering.
Pagina 4 van 16
Kijkend naar ontwikkeling in publieksbereik, afgezet tegen landelijke daling én afgezet tegen sociale structuur van Parkstad is een opmerkelijke opleving waarneembaar. De in korte tijd gerealiseerde uitbreiding van het aanbod is kennelijk volledig geabsorbeerd door de samenleving. Het maximum is nog niet bereikt. In vergelijking met begin jaren 2000 is het publieksbereik enorm toegenomen, de afgelopen vijf jaar is een bovengemiddelde groei te zien. Ook qua publieksbereik kan met recht gesproken worden van een culturele lente. De groei van het publieksbereik is opmerkelijk in het licht van de bevolkingssamenstelling. Doorgaans is cultuurpubliek hogeropgeleid en bovenmodaal verdiendend. Wat bepaalt deze groei in Parkstad? Komt dit door de vergrijzing? Trekt Parkstad meer mensen uit de Euregio? Weet Parkstad als geen ander een breder publiek aan te spreken met cultuur dan landelijk gemiddeld. Dat zou interessant zijn! Het verdient aanbeveling om de samenstelling van publiek nader te onderzoeken, qua sociale en geografische herkomst, leeftijdsopbouw.
6. Investeringen Gemeente Heerlen heeft veel geïnvesteerd in cultuur, als onderdeel van de integrale opbouwpolitiek. De investering in de podiuminfrastructuur en het Glaspaleis van de afgelopen 10 jaar bedragen in totaal 125 miljoen euro. Het merendeel van de financiering is afkomstig van de gemeente Heerlen. Een relatief klein deel is door de provincie Limburg bijgedragen. Het rijk heeft kanjersubsidie beschikbaar gesteld voor de restauratie van het Glaspaleis.
7. Maatschappelijke effecten Er is veel geïnvesteerd in Heerlen en Parkstad en er is veel bereikt. Het maatschappelijk rendement komt tot uitdrukking in aantal aspecten. Op persoonlijk vlak; bieden kunst en cultuur een bron van culturele ervaringen voor kinderen, gezinnen, jongeren, volwassenen, ouderen. De culturele dynamiek voor het publiek is enorm toegenomen. Niet alleen in aantallen activiteiten is er sprake van groei, maar ook de diversiteit van het culturele leven is sterk verbeterd. Een breed spectrum komt tot ontwikkeling: volkscultuur, populaire cultuurproducties, amateurkunst, traditionele en vernieuwende kunsten, tegencultuur. Veiligheid en ruimtelijke kwaliteit; aanzien van de stad is compleet veranderd. Duidelijk is wat voor een enorme impuls is gegeven door te investeren in beeldbepalende gebouwen en de dynamiek daaromheen (en omgekeerd zie je wat leegstand en verloedering met een stad kan doen – zoals in de jaren 90). De kwaliteit van de gerenoveerde gebouwen straalt af op de leefkwaliteit van de stad. Door de programmering en activiteiten komt er cultureel leven in de stad en neemt de veiligheid toe. Bijvoorbeeld de bibliotheek, gevestigd overigens in het glaspaleis als ook in de wijken Heerlerheide, Hoensbroek, Heerlerbaan, zorgt voor aanzienlijke bezoekersstromen. Economische impuls; De professionele culturele instellingen creëren directe en indirecte werkgelegenheid. Zij verlenen opdrachten aan vormgevers, kunstenaars, freelancers en toeleverende bedrijven in de horeca, techniek, administratie, multimedia, schoonmaak, etc. Grote tentoonstellingen, voorstellingen en festivals hebben effect op de bestedingen in de Pagina 5 van 16
stad. Mentaliteitsverandering, alsof opeens besloten is dat het verleden gaan last is, maar een kans. Optimisme. Imagoverbetering ; Het imago van Heerlen en Parkstad begint te verbeteren. Dit is af te leiden in tal van uitingen. “Van drugsstad tot kunststad” kopt De Pers in 2010. Dat de culturele lente geen loze kreet is, merkt de verslaggever als willekeurige mensen op straat onderkennen dat er veel ten goede is veranderd. Mensen voelen zich weer trots op hun regio. De bijzondere bestuurlijke aanpak én de culturele lente van Parkstad en Heerlen en Kerkrade in het bijzonder komen steeds meer in het vizier van beleidsmakers, denkers, kunstenaars, pioniers. Er is veel anekdotisch bewijs. Maar ook in de statistieken wordt de imagoverbetering zichtbaar. Na een jarenlang negatief migratieoverschot (meer mensen vertrekken dan er komen) lijkt deze leegloop vanaf 2007 te worden gekeerd. Sinds 2009 laat Heerlen voor het eerst weer een positief migratiesaldo zien. Als de trend doorzet komt ook Parkstad binnenkort tot een positief saldo van meer vestigers dan vertrekkers. Opvallend is dat er evenveel mensen van Heerlen naar andere Parkstad gemeenten vertrekken als omgekeerd. Er is dus geen sprake van kannibalisme, zoals vaak wordt gedacht. Cultuur en sociale omgeving zijn belangrijke migratiemotieven, blijkt uit recent onderzoek (Sillen 2011), belangrijker zelfs dan banen. Voorzichtig aan verandert de waardering van de omgeving van ‘uithoek van Nederland’, naar ‘strategisch gelegen in de Euregio’. Ook stijgt sinds 2007 het aandeel hogeropgeleiden licht en daalt het aantal lageropgeleiden licht. Parkstad verbetert ten opzichte van eerdere perioden, maar blijft landelijk achter. Al enkele jaren is Heerlen 2 punten gestegen, van 50 naar 48 van de G50 op de woonaantrekkelijkheidindex (Atlas voor Gemeenten) en heeft daarmee de negatieve spiraal gekeerd. Heerlen scoort goed op het cultureel aanbod, maar liefst de 10e stad van de G50, maar slecht op aspecten als bereikbaarheid van banen (plek 48), veiligheid (plek 43), nabijheid van natuurgebieden (plek 49). De verbeterde aantrekkelijkheid van Heerlen op de index is te danken aan de significante verbetering van het cultuuraanbod.
8. Contrapunt en culturele lente Parkstad kent een periode van economische en culturele bloei in 1930-1970; neergang en depressie in de jaren 1970-2000 en opleving vanaf 2000, waarbij de laatste vijf jaren wordt gesproken van een culturele lente. De sociale ommekeer is rond 2000 in gang gezet met operatie Hartslag, het succesvol bestrijden van de hardnekkige drugsproblematiek en verloedering door een combinatie van repressie, preventie en zorg. De ruimtelijke ommekeer is ingezet met de verbouw van het Glaspaleis, het Pancratiusplein en kort daarop de Nieuwe Nor, het Cultuurhuis, Parkstad Limburg Theater, de Rodahal, het Continium. De culturele ommekeer begint rond 2007; dan grijpen de ontwikkelingen samen. De opening van de verbouwde cultuurgebouwen, programmering en dynamiek, nieuw cultuurbeleid, verdere professionalisering. De verbouwplannen kennen verschillende aanloop, maar worden in korte tijd uitgevoerd. De snelle opeenvolging markeert daardoor een ‘regime change‘. Pagina 6 van 16
Vanaf de opening van het Theater Heerlen in 2007 wordt door burgemeester Toine Gresel gesproken van een culturele lente. Dit etiket wordt al snel opgepikt en gaat een eigen leven leiden. Vele actoren en factoren hebben bijgedragen aan de culturele vernieuwing. Bijzonder is dat op meerdere fronten van de kunst en cultuur personen op een kwalitatief hoog niveau acteren. De gemeente heeft zijn nek uitgestoken en flink geïnvesteerd in cultuur. De cultuurinstellingen hebben kwaliteit geboden, met oog voor de sociaal economische belangen van de regio. Er is een nagenoeg complete culturele infrastructuur ontstaan. De ‘ongebonden’ creatieven, kleinschalige initiatieven, de rafelranden brengen extra dynamiek. De bevolking heeft het vele en snel gegroeide aanbod geabsorbeerd. De opleving komt voort uit vele initiatieven van onderop. Vanuit een breed gevoelde urgentie. Cruciaal is dat die initiatieven de steun kregen van de gemeente. Het etiket van de culturele lente maakt het tot een benoembaar verhaal. Het contrast met Maastricht (‘In Maastricht wonen mensen die ooit iets deden, hier wonen mensen die iets aan het doen zijn’), het contrast van de extra investeringen in cultuur tegenover landelijke cultuurbezuinigingen en het contrast met de diepe ellende uit de voorgaande jaren geven de lente vleugels. Er komt een aanstekelijke positieve energie vrij die leidt tot een opwaartse spiraal. Het lenteonderzoek toont aan dat het cultuuraanbod enorm is gegroeid. Ook het publieksbereik is bovengemiddeld toegenomen. Dit is bijzonder gezien enkele dalende trends in het landelijke cultuurbereik. Maar dit is vooral opmerkelijk gezien de bevolkingssamenstelling van Parkstad, met een lager opleidings en inkomensniveau dan landelijk gemiddeld. Doorgaans toch niet het standaard cultuurpubliek. Waarom Parkstad er kennelijk in slaagt een breder publiek aan zich te binden, verdient nader onderzoek. Voor het eerst is gekeken naar statistisch bewijs voor de culturele lente. Demografisch onderzoek, aantrekkelijkheidindexen en imago-onderzoek bewijzen dat Parkstad inderdaad in bredere zin opleeft. De jarenlange leegloop is gekeerd. Als de trend zich doorzet heeft Parkstad binnenkort weer een positief migratiesaldo (er komen meer mensen dan er vertrekken). Sinds 2009 kent Heerlen weer een positief migratiesaldo. De aantrekkelijkheid van de regio neemt toe. Het gegroeide en gevarieerde cultuuraanbod speelt daarin een cruciale rol. De negatieve spiraal is gekeerd, er is sprake van een culturele en maatschappelijke opleving. De aanvankelijk aarzelende vraag ‘we zeggen dat er een culturele lente is, maar is die er eigenlijk wel?’ kan dus volmondig met ja beantwoord worden. Achteraf kun je constateren dat de ingezette koers en de gedane investeringen de juiste zijn geweest. Dit geheel aan ontwikkelingen is met recht te omschrijven als culturele lente. De lente past bij de opwaartse kracht en prille staat, zoals de krokussen die net hun kopjes boven de koude grond uitsteken. Mits natuurlijk de zon blijft schijnen, is het een fenomeen dat meer is dan de som der delen, een exotherme ontwikkeling die eenmaal opgang gebracht, zich spontaan verder ontwikkelt.
Pagina 7 van 16
Deel II. Kwaliteiten en identiteiten van de culturele infrastructuur Nu de lente in kaart is gebracht, wordt gekeken naar de huidige culturele infrastructuur van Parkstad. Welke kwaliteiten en identiteiten zijn er? Welke knelpunten zijn er? Welke mogelijkheden zijn er voor verbetering?
9. Kwaliteiten en identiteiten Parkstad Uit de tijdlijn en inventarisatie van de infrastructuur zijn kwaliteiten te onderscheiden. Een aantal kwaliteiten is uniek en onkopieerbaar. Een aantal is algemeen herkenbaar voor elke grote stad of stedelijke agglomeratie. Ten eerste komen kwaliteiten voort uit de industriële bloeiperiode; ten tweede ook uit de economische winter, na de mijnsluiting. En vervolgens uit de recente opleving van de Culturele Lente. Kwaliteiten uit de economische bloei / hoogconjunctuur - Modernistische architectuur en volkshuisvesting (koloniën) als een permanent beleefbare kwaliteit (in tegenstelling tot de tijdelijke festivals en feesten). Parkstad is een sterke kraamkamer voor architecten, het leverde met Frits Peutz, Hubert Jan Henket, Bert Dirrix, Jo Coenen, Wiel Arets, Laurent Bisscheroux architecten van faam. Met het Vitruvianum en later Schunck voert het debat over de kwaliteit van de gebouwde omgeving; - Kenmerkend is de internationale oriëntatie; de welvaartsgroei bracht een mondaine levenstandaard en internationale oriëntatie op de wereld van mode, architectuur en kunst. Architectuuropdrachten, Frits Peutz e.a. moderne kunst tentoonstellingen, collectieve opbouw, modern theater. En multi etnische en multi culturele samenleving avant la letter door mijnwerkers uit alle windstreken; en grensstreek met smokkelroutes, uitwisseling, verkeer over de grens in Euregio (Belgische aannemer, tanken over grens, etc) - Amateur kunst; verenigingsleven; volkstradities; publieke kunst. Gemeenschapsleven – met organisatorische kracht en intergenerationele vrijwilligers structuur / sterke sociale structuur Het sterke verenigingsleven, een levende traditie die overigens steeds meer onder druk staat; - Sterke festival traditie (de meeste Limburg festivals zijn in Parkstad) voortkomend uit de verenigingen en vrijwilligersstructuur/organisatiekracht, lokaal draagvlak en de sterke beleveniscultuur (feesten, carnaval). Kwaliteiten uit economische winter - Onderscheidende musea met bovenregionale uitstraling: Thermenmuseum, Museum voor moderne kunst de Stadsgalerij, Museum Kasteel Hoensbroek, provinciaal museum Industrion - Als stedelijk gebied heeft de regio zijn eigen aandeel in de global jongerencultuur, pop muziek, hip hop and hard core. Complementaire infrastructuur is een kwaliteit. - Vanaf midden jaren 80 ontstaan vele particuliere culturele initiatieven: galerie Signe, Pagina 8 van 16
uitgeverij Huis Clos, Hee art, Filmhuis de Spiegel, Kultuur Avontuur (wat later Cultura Nova wordt) en theater Landgraaf. Kenmerkend is een ondernemende cultuur met aandacht voor de internationale avant garde op gebied van film, literatuur, theater, etc. Orlando festival (1981) voor kamermuziek Het heeft opdrachten gegeven aan eigentijdse componisten waaronder Alfred Schnittke, György Kurtág , wier strijkkwartetten tijdens het Orlando Festival in première gingen. Ook Contraint Ensemble van Arno en Paulien Dieteren (resp. uit Schinnen en Amstenrade) Terborgconcerten hedendaagse muziek (Reinbert de Leeuw en Vera Beths) (82-87), Charles Hennen concours (86). Kwaliteiten uit de recente periode - Sterk besef van urgentie voor verbetering welvaart en welzijn van de postindustriële – traumatiseerde samenleving. Mensen willen weer trots zijn, niet beschaamd. - Sterk partnerschap tussen gemeenten en culturele instellingen; investeringen in culturele infrastructuur en sterke instellingen, goede directeuren/organisaties, enorme groei publiek. - Leegstand als kwaliteit aantrekkelijk voor pioniers, mogelijk maken van nieuwe initiatieven letterlijk en figuurlijk ruimte voor denken en doen - Groeiende focus op Euregio, strategische ligging als onderscheidende kwaliteit - samenwerkende en complementaire cultuurvoorzieningen voor Parkstad, waarmee de inwoners een goed gedifferentieerd aanbod kunnen genieten. - Een traditie om in een innovatieve programmeringsformule combi traditionele kunstvormen met experiment, avant garde voorstellingen als smokkelwaar in meer conventionele programmering. Oprekken van smaak en ervaringen. Verwoord in de thematiek van Modernisme en Urbaniteit. - Een socio-economische en socio-culturele revival, de zgn Culturele Lente, die op zichzelf ook een kwaliteit met aantrekkende werking is. Onderscheidende kwaliteit is de structurele aandacht voor het overbruggen van de verschillen tussen professionele en amateurkunst, hoge en lage cultuur, avant garde en volkskunst, modernisme en urbaniteit. Parkstad Cultuurstad boekt daarin successen, experimenteert en ontwikkelt voorbeeldstellende strategieën. Meest tastbare icoon daarvan is Schunck in het Glaspaleis aan het Pancratiusplein. Iconen zijn ook Cultura Nova en de brede programmering in het Parkstad Limburg Theater. De mondaine regio die de voormalige oostelijke mijnstreek altijd geweest is, niet alleen in de bloeitijd, maar ook daarna, met zijn internationale oriëntatie, regionale functie en tegelijkertijd de fijnmazige opbouw in kleine kernen en koloniën met een sterk sociaal weefsel (zoals het verenigingenleven) is het best samen te vatten onder het begrippenpaar werelds en wijks. Deze kwaliteit is noodzakelijk gezien de bevolkingssamenstelling van Parkstad, komt voort uit de traditie en is relevant in de actuele discussie in Nederland over het overbruggen van de kloof tussen kunst en maatschappij, elite en volk, kosmopolieten en antikosmopolieten.
Pagina 9 van 16
10. Profielen en samenhang Parkstad kent een aantal troeven: leisure, festivals, cultuur. Deze zijn te vatten in de profielen: - Parkstad Attractief - Parkstad Festivalstad - Parkstad Cultuurstad - Parkstad Popstad - Parkstad Muziekstad - Parkstad Architectuurstad, etc. Aanbeveling is om deze troeven, door middel van deze profielen ook expliciet te maken. Het geheel aan culturele voorzieningen kent een flink aantal unieke topinstellingen met (inter) nationale uitstraling; een hoogwaardig en complementair aanbod van voorzieningen met regiofunctie en een brede basis voor bibliotheek, streekarchief, amateurkunst, educatie en talentontwikkeling. Er is een sterke traditie in kunstbeoefening en een sterke beleveniscultuur (feesten, festivals, carnaval). Er zijn sterke presentatie en basisfuncties, maar nauwelijks productiegezelschappen in Parkstad. In tegenstelling tot Maastricht. Wel kent de regio diverse vormgevers, multimediabedrijven, architecten, ontwerpers en modemerken die onder de noemer creatieve industrie geschaard worden. Binnen Parkstad functioneert Heerlen steeds meer als herkenbare en gezaghebbende culturele centrumstad. Diverse instellingen opereren op Parkstadschaal (Rijckheyt archief, Parkstad Limburg Bibliotheken, Parkstad Limburg Theaters, SMK dans en muziekeducatie Kerkrade, Landgraaf, Brunssum, Cultura Nova, KuS). Er is een onder de naam Parkstad Popstad samenwerkende complementaire popstructuur. De samenwerkende, complementaire cultuurvoorzieningen vormen een bijzondere kwaliteit van het cultuuraanbod van Parkstad. Cultuur in Parkstad functioneert steeds meer als eenheid. Maar ondanks de toenemende regionale culturele praktijk kan niet worden gesproken van een gezamenlijk kunst- en cultuurbeleid. In de periode 2009-2012 kent Parkstad vijf provinciale cultuurplaninstellingen en één provinciaal museum: WMC, Cultura Nova, Charles Hennen, Orlando, Poëziefestival en het provinciaal museum Continium. (NB. 2 in Heerlen en 4 in de rest van Parkstad) Parkstad ontvangt met nog geen 2% van het rijksbudget voor Limburg (WMC, Orlando en het Poëziefestival) en in totaal met 5 instellingen zo’n 14% uit het provinciebudget. Een knelpunt is dat er voor het geheel aan culturele voorzieningen in Parkstad geen gesprekspartner is voor de provincie inzake cultuursubsidieverdeling en lobby. Hierdoor worden kansen gemist.
11. Noodzaak De regio staat er veel beter voor dan tien jaar geleden. Toch zijn er nog vele achterstanden. Het opleidingsniveau is lager dan landelijk gemiddeld, het inkomen is lager dan gemiddeld, er zijn meer mensen in de sociale werkvoorziening. Er is een sterk besef van urgentie tot transitie van de regio. Er zijn grote economische en sociale uitdagingen: 1. Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt sluiten niet aan, volgens het urgentieprogramma Brainport2020 zelfs niet bij volledige arbeidsparticipatie. De Pagina 10 van 16
uitstroom van de opleidingen is onvoldoende. Parkstad zal mensen van buiten moeten aantrekken. 2. Als postindustriële samenleving (waar reindustrialisatie geen kansrijk scenario is) is de noodzaak om een nieuwe economische motor te ontwikkelen. Waar gaat de regio over 20 jaar zijn geld mee verdienen? Het is nodig om de groei van kansrijke sectoren te versnellen. 3. Economische neergang, vergrijzing, ontgroening en demografische veranderingen vragen om herstructurering en nieuwe vormen van ruimtelijke en sociale planning, die niet alleen op groei gebaseerd zijn. 4. In het licht van onvrede en onbehagen is de noodzaak om de kloof te overbruggen tussen kosmopolieten en antikosmopolieten. Parkstad moet nieuwe strategieën vinden voor participatie, representatie (manieren waarop mensen democratisch gerepresenteerd worden, en zich gerepresenteerd voelen) en identificatie.
12. Knelpunten Cultuurbeleid blijft gefragmenteerd. Daardoor worden kansen gemist bij provincie, rijk, Europa, VIA2018, etc. Veel culturele instellingen werken tenminste op regionale schaal (en ook steeds meer over de grens); het investeringsniveau in cultuur past bij een stedelijk gebied van 200 à 240.000 inwoners; maar er is geen cultuurbeleid op de schaal van Parkstad. De culturele instellingen en hun gemeenten kunnen geen vuist maken bij onderhandelingen met de provincie Limburg en het rijk over de verdeling van cultuurplanmiddelen voor het Landsdeel Zuid. Op Parkstad niveau is er immers geen bestuurlijke en ambtelijke aanspreekpunt voor cultuurbeleid. Dit speelt ook richting de cultuurfondsen en Europese fondsen. Er is geen gezamenlijke kennis, visie, beleid en lobby. Bestuurlijk zijn er afstotende en aantrekkende bewegingen tussen het geheel en de delen, Parkstad en Tripool; waardoor focus ontbreekt en kansen worden gemist. De culturele beleving is nog te versnipperd en ongearticuleerd. De culturele kwaliteiten van de stad/regio zijn nog te weinig beleefbaar. Er zijn geen iconen, er is nauwelijks industrieel erfgoed, de historie van de stad is nog onvoldoende ontsloten. Buiten de festivals heeft de regio nog te weinig te bieden voor de cultuurtoerist. Tentoonstellingsbezoek is geen dagbesteding en daarbuiten is er te weinig te doen. De profilering als cultuurstad blijft achter, individuele instellingen en festivals treden over het voetlicht, er is geen versterkend beeld van het geheel. Ondanks de relatief brede cultuurdeelname blijft de identificatie bij cultuur achter. Mn de professionele kunst is nog te weinig ‘van ons’. Topkunst en breedtekunst kennen te weinig verband, zoals wel in de sport. In de communicatie ligt veel nadruk op geld, te weinig op cultuurbeleving. Het effect van cultuur op de sociale economische ontwikkeling wordt wel bestuurlijk , maar niet altijd ‘op straat’ beleefd. Andere geldstromen voor cultuur zijn nog onderbenut (rijk, provincie, Europese fondsen, sponsoring, particulieren). Ook de marktkansen voor de creatieve industrie zijn nog onderbenut. Veel partijen hebben belang bij een goed cultureel leven in de stad. En vice versa. Cultuur heeft baat bij bloeiend bedrijfsleven, studenten, jongeren,mobiele ouderen, toeristen, etc. Pagina 11 van 16
13. Voorwaarden voor succes Versnellen en verbreden van de culturele lente De integrale opbouwpolitiek en de investeringen in cultuur zijn succesvol gebleken; er is een ommekeer tot stand gebracht. Toch laten de statistieken zien dat deze opwaartse ontwikkeling nog pril is. Van belang is de culturele lente te koesteren en verder tot ontplooiing te brengen. Vier de succesvolle opleving. Zorg dat het succesverhaal verteld wordt. En bovenal zorg voor versnelling en verbreding van de opleving. De integrale Taskforce die destijds met Operatie Hartslag is ingezet om de hardnekkige problemen duurzaam te bestrijden, zou je nu moeten inzetten op de op de versnelling en verbreding van de sociaalculturele en sociaaleconomische stijging van de regio. Grootschalige evenementen, zoals Mijnen2015, Culturele hoofdstad 2018, IBA2020 helpen daarbij. Mits wordt vastgehouden aan de brede interdisciplinaire aanpak: economisch, sociaal, ruimtelijk en cultureel. Van versnippering naar verbinding, minimaal op de maat van Parkstad Parkstad kent een grootstedelijke culturele infrastructuur, met daarin een gevarieerd palet aan professionele instellingen. Van Grunsven heeft met zijn visie een belangrijke basis gelegd met culturele voorzieningen in Heerlen, die internationaal geïnspireerd zijn, een bovenlokale uitstraling hebben en die een regiofunctie vervullen. Die visie zou onverminderd leidend moeten zijn in het cultuurbeleid. De organisatie en reikwijdte van de culturele instellingen ontstijgen de schaal van de afzonderlijke gemeenten. De samenwerking en onderlinge afstemming van culturele voorzieningen vindt vanuit de cultuursector wel plaats (en moet voortgezet en verder verbeterd worden), maar er is dringend een gelijkwaardige bestuurlijke counterpart nodig. Ontwikkel gezamenlijke strategische kennis, cultuurvisie, beleid en lobby. Werk samen op het niveau van resp. Parkstad, Tripool, Zuid Limburg, Euregio Maas Rijn. De minimale maat is Parkstad. Heerlen zou vanuit de centrumfunctie en regierol, hierin het voortouw moeten nemen. Dit is nodig voor betere onderlinge afstemming en om een sterkere positie te bewerkstelligen richting provincie, het rijk, Europa en de cultuurfondsen. Bij Culturele Hoofdstad 2018, Brainport2020, Tripool of MAHHL zit de gemeente Heerlen aan tafel, maar zou ook Parkstad als agglomeratie van 240.000 inwoners en daarmee vijfde stad van Nederland in positie gebracht moeten worden (cultureel gebeurt dat overigens al wel). Afstemmen cultuur-, city- en regiobranding Voorwaarde is niet meer ambivalent te zijn in de communicatie over Parkstad en werk te maken van de Parkstad regiobranding. Keuzes maken is noodzakelijk. Het zou helpen als elke gemeente zich profileert als deel van Parkstad (Heerlen-Parkstad, Kerkrade-Parkstad, Landgraaf-Parkstad, enzovoort) en daarnaast sterker wordt ingezet op de branding van Parkstad-Limburg als geheel. Vervolgens zou dit moeten worden ingebed in ieders citybranding en de overkoepelende branding op Limburg en Zuid Limburg niveau, MaastrichtAachenregio, Euregio en culturele hoofdstad.
Pagina 12 van 16
14. Visie en aanbevelingen Een herkenbaar programma slaagt er idealiter in om de verbinding te leggen tussen de kwaliteiten en eigenheid van de regio en de vraagstukken van deze tijd. Op dat snijvlak ligt immers de noodzaak en de meerwaarde van deze regio voor de rest van Europa. Om tot een relevante positionering te komen, staat de vraag centraal: waarom kunnen juist hier antwoorden ontstaan, die relevant zijn voor anderen? De aanbevelingen zijn daarom gekoppeld aan de noodzaak en urgentie van deze regio, zoals eerder in deel I benoemd. Vervolgens vormen de gesignaleerde knelpunten een basis voor de praktische aanbevelingen. 3 pijlers 1. Verbind cultuur aan de economische, ruimtelijke en sociale noodzaak en ambities van Parkstad. 2. Breng de culturele kwaliteiten en identiteiten in stelling; maak deze zichtbaar en jaarrond beleefbaar. 3. Gebruik grootschalige evenementen zoals Cultura Nova, WMC2013, Mijnen2015, VIA2018, IBA2020 als vliegwiel voor transitie. Elk evenement vormt een mijlpaal in de realisatie van de gezamenlijke doelen. Eerste pijler in de visie en aanbevelingen is het verbinden van cultuur aan de economische, ruimtelijke en sociale noodzaak en ambities van Parkstad. Cultuur en economie Noodzaak is aantrekkelijkheid te vergroten voor bewoners, bedrijven, studenten en bezoekers. Brains for Brainport nodig. Volledige arbeidsparticipatie en scholing. Plus aantrekken van werknemers van buiten. Cultuur en in het bijzonder een hoogwaardig podiumaanbod is een belangrijke factor in het verblijfs en vestigingsklimaat. Het versterkt de aantrekkelijkheid van de stad. Speel de 3 troeven uit: Parkstad Attractief; Parkstad Festivalstad en Parkstad Cultuurstad. Noodzaak is nieuwe motoren voor de economie te vinden. In de toptechnologieregio Brainport (Eindhoven, Leuven, Aken) liggen kansen voor de creatieve industrie. Ik geef een voorbeeld van verbindend denken. De Chemelot Campus in Sittard Geleen specialiseert zich in life sciences en materialen. De Health Campus Maastricht, een van de acht academische ziekenhuizen, is gespecialiseerd in hersenonderzoek en onderzoek naar hart en vaten. Missing Link is de verbinding van creatieve industrie aan health technology (denk aan industrieel ontwerp, vormgeving, productontwikkeling). Meer in het algemeen geldt als aanbeveling: onderzoek de ontwikkel en verdienkansen voor de creatieve industrie. Cultuur en herstructurering Economische neergang, vergrijzing, ontgroening en demografische veranderingen vragen om nieuwe vormen van ruimtelijke en sociale planning. Niet alleen op groei gericht. Herstructurering is niet alleen een ruimtelijke opgave, ook sociaal en cultureel. Van belang is om het herwonnen zelfvertrouwen te gebruiken om verdere verbetering in de wijken te realiseren. Ook in de wijken wordt geïnvesteerd. Cultuur en cultureel onderzoek speelt een rol in het zichtbaar maken van de aanwezige creatieve energie in een wijk, deze te verbinden aan de wijk en op te tillen tot een niveau waarop meer mensen zich ermee Pagina 13 van 16
kunnen identificeren. Bij die kwaliteiten gaat het om aanwezige creatieve energie (bijvoorbeeld rond Benito Deane in Treebeek, Brunssum), ondernemerschap, kennis, netwerken, talenten van de bewoners, winkeliers. Cultuur en identiteit Onvrede en onbehagen zijn uitdagingen voor Parkstad (en Nederland). Iconen en identiteitsdragers kunnen helpen om de beleving van identiteit en eigenwaarde te versterken. Reflectie en het bevragen van identiteiten zijn van belang voor een open klimaat. Het gaat daarbij steeds om een meervoudige cultuur. Aanbevelingen zijn daarom: - Identiteitsdragers en bevragers - Iconen (her)waarderen, markante gebouwen, maar ook immateriële iconen - Iconen creëren, bijv. dmv monumenale kunstopdrachten - Iconen zoals Glaspaleis en Pancratiusplein als beeldmerk benutten - Reflecteren op identiteiten en deze bevragen; dmv programmering Tweede pijler is het in stelling brengen van de culturele kwaliteiten en identiteiten; deze zichtbaar en jaarrond beleefbaar maken. Van leefbaar naar beleefbaar - Veel is geïnvesteerd in het weer leefbaar maken van het centrum van Heerlen. Nu gaat het om het permanent beleefbaar maken van de kwaliteiten van Parkstad. - Permanent beleefbaar maken van de geschiedenis, cultuur en creatieve energie. - met als doel: aantrekkelijkheid vergroten voor bewoners en bezoekers; de stad als belevenis, gebeurtenis, ontmoetingsplaats. (nu is de stad/regio nog niet interessant genoeg als dagbesteding voor de cultuurbezoeker) - Culturele lente als verbindend verhaal inzetten - Jaarrond aantrekkelijk maken van de stad en streek - Meer gebruik maken van citydressing en de beleving van cultuur overdragen voor, na en tijdens de gebeurtenis. Parkstad als één decentraal cultuurpark, en centrumstad Heerlen als podium - Bespeel het hele podium van de open ruimte in Parkstad, alle registers - Parkstad als podium voor grote en kleine landmarks, (tijdelijke) kunsthallen en culturele iconen. - Leegstand en decentrale structuur benutten - Erfgoed zou nog veel meer in stelling gebracht kunnen worden in het transitieproces van Parkstad; het beleefbaar maken van de geschiedenis in Parkstad. - Hoe kun je die aanstekelijke energie van de culturele lente zichtbaar maken? Architectuur, monumenten - Beter ontsluiten bezienswaardige architectuur, monumenten en koloniën, die permanent beleefbaar zijn. Veel sterker op architectuur en stedenbouw onderscheiden (Parkstad Architectuurstad). Pagina 14 van 16
Investeren in participatie, representatie en identificatie - Investeren in het verbreden van de culturele lente en het 'van ons' maken van cultuur en het verbinden van topkunst en breedtekunst. - Investeren in daadwerkelijke representatie in culturele programma’s en optimale deelname aan cultuur. Bewustwording van wat creatieve energie betekent voor de persoonlijke beleving en voor het succes van de stad.
15. Praktische aanbevelingen 1. Stimuleer marktkansen en opdrachtgeverschap voor de creatieve industrie. 2. Zorg voor kwaliteitsimpulsen in de programmering, door middel van toonaangevende (gast)programmamakers, intervisie, professionalisering van (een deel van ) de amateurfestivals en samenwerking professionals en amateurfestivals. 3. Voltooi de culturele infrastructuur, mn Filmhuis De Spiegel . 4. Zorg voor meer afstemming van festivals en evenementen; planningsafstemming; inperken van een ‘wildgroei’ aan festivals, kwaliteitsimpuls en risicobeperking van buitenevenementen. 5. Verbeter de publiekservice (bijv. Parkstad Cultuurpas voor bewoners en bedrijven; ticketservice; vervoer en hotelarrangementen; publieksarrangementen in samenwerking met ondermeer Maastricht en Aken). 6. Werk aan collectieve promotie; om de bekendheid buiten Limburg te versterken, en het publieksbereik te vergroten. Onderneem gezamenlijke inspanningen in (periodiek) publieksonderzoek, marketing, communicatie en promotie. Creëer gezamenlijke spendingpower. Als basis daarvoor is een gedifferentieerd cultuurmarketingplan nodig, tenminste op de maat van Parkstad, gebaseerd op gezamenlijk publiek- en marktonderzoek in de Euregio. Het marketingplan moet verbindingen leggen met city en regiobranding, en de belangrijke mijlpalen zoals WMC2013, Mijnen2015, VIA2018, IBA2020. De troeven Parkstad Leisurestad, Festivalstad en Cultuurstad moeten elk op hun eigen kwaliteiten uitgespeeld worden. Parkstad kent naast twee concoursen ook enkele cultuurprijzen, zoals de Euregional Prize for Architecture en de EU Jazz Award. De huidige prijzen zijn gericht op jong talent. Mits slim ingezet, kan een prestigieuze oeuvreprijs, zoals de vroegere Van Grunsvenprijs, gekoppeld aan de culturele kwaliteiten en identiteiten van de regio, een manier zijn om zich nationaal en internationaal als cultuurregio te profileren. Gekeken moet worden wat het juiste schaalniveau is, Parkstad, Tripool of – in het licht van de culturele hoofdstad – de Euregio. 7. Verricht periodieke impactstudie om de impact als cultuurtoeristische trekker en de effecten op de lokale economie beter te kunnen waarderen. 8. Verbreed het financieel draagvlak van de professionele instellingen zowel richting provincie, rijk en Europa, als richting private partners. Ontwikkel duurzame mogelijkheden voor ondersteuning, investering, co-creatie, verdienmodellen, donatie, sponsoring en mecenaat.
16. (tot slot) grootschalige evenementen als vliegwiel De derde pijler is het gebruiken van grootschalige evenementen zoals Cultura Nova, WMC2013, Mijnen2015, VIA2018, IBA2020 als vliegwiel voor transitie. Elk evenement vormt Pagina 15 van 16
een mijlpaal in de realisatie van de gezamenlijke doelen. Vertrouwend op eigen krachten, is Parkstad klaar voor grootschalige evenementen voor een groot publiek. Deze zijn ook hard nodig om het na-ijlende negatieve imago definitief om te klappen in een positief beeld. Zij zijn hard nodig om een boost te geven aan de economie, werkgelegenheid, sociale stijging en het vergemakkelijken van het grensoverschrijdend werken. En het is hard nodig om nieuwe ‘krimpproof’ ruimtelijke oplossingen te ontwikkelen en deze voor de bühne te brengen van een internationaal publiek. De ambitie is om er een brede beweging van te maken, opdat de impact op sociaal cultureel vlak groot zal zijn, een soort culturele lente ‘turbo’. 1. Het creëren van monumentale (kunst)werken, kunstproducties , collectieve belevenissen die anders niet gerealiseerd zouden kunnen worden; 2. Het vormen van identiteiten, iconen en een herkenbaar cultureel gezicht; 3. Het creëren van trots en vertrouwen in de toekomst, waardoor mensen blijven, terugkeren of komen; 4. Het aantrekken van nieuwe bezoekers; door blijvende verbetering van de permanente beleefbaarheid van geschiedenis, cultuur, creatieve energie; 5. Het meenemen van het centrum, de wijken, het platteland van Parkstad in de opwaartse spiraal van de culturele lente; 6. De poort openen naar betere connectie met de Euregio Maas Rijn.
Esther Gottschalk Amsterdam / Heerlen, maart 2012 In opdracht van de directeuren van de culturele instellingen in Heerlen en Parkstad, dankzij een bijdrage van Parkstad Limburg.
Pagina 16 van 16