ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE
PERSBERICHT 9 februari 2010
Digitale (r)evolutie in België – anno 2009 De digitale revolutie zet zich steeds verder door in België: •
71% van de huishoudens in België beschikt over één of meerdere PC’s. 67% heeft toegang tot internet.
•
Gebruik van computer en van internet blijft sterk leeftijdsgebonden.
•
E-commerce nam een hoge vlucht in 2009. 25% van de Belgen tussen 16 en 74 jaar kocht in de drie maanden voor de enquête iets via internet. Dat is een stijging van meer dan 75% ten opzichte van 2008.
Dat blijkt uit de resultaten van de ICT-enquête, afgenomen in 2009 door de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (FOD Economie) op basis van een representatieve steekproef bij iets meer dan 6400 Belgen tussen 16 en 74 jaar.
Voor meer inlichtingen kan u terecht bij de Freddy Verkruyssen, communicatieverantwoordelijke 02/277.70.76.
[email protected]
De enquête naar ICT bij huishoudens en individuen: de enquête naar digitalisering … gedigitaliseerd ICT en digitalisering spelen hoe langer hoe meer – zowel op sociaal als op economisch vlak – een cruciale rol. Het opvolgen van deze tendensen is daarom erg belangrijk, niet alleen als input voor het beleid maar ook om een indicatie krijgen van waar België staat op dit vlak. De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI) van de FOD Economie organiseert daartoe op jaarlijkse basis de ICT-enquête bij huishoudens (hierna ICT-HH genoemd). ICT-HH is gebaseerd op een representatieve steekproef van ongeveer 6.400 Belgen tussen 16 en 74 jaar, die bevraagd worden over de meest diverse aspecten van toegang tot en kennis en gebruik van ICT-toepassingen. Waar mogelijk en relevant slaan de vragen zowel op henzelf als op hun gezin. De enquête wordt jaarlijks georganiseerd zodat er gemakkelijk vergelijkingen over de jaren mogelijk zijn. De resultaten slaan op het jaar 2009. Waar beschikbaar laten de resultaten bovendien tot op een zekere hoogte Europese vergelijkingen toe. De enquête zelf onderging tussen 2008 en 2009 een belangrijke organisatorische en methodologische opknapbeurt. Conform haar onderwerp werd ze gedigitaliseerd. Waar tot 2008 gewerkt werd met een voor de respondent tijdrovend persoonlijk interview via enquêteur, werd aan de respondenten vanaf 2009 de mogelijkheid geboden om via internet te antwoorden. Ongeveer één op drie deed dat ook. De overige twee derde reageerde per post. De verandering in methodologie heeft de kwaliteit en de coherentie van de resultaten niet aangetast en de resultaten werden dan ook Europees gevalideerd. De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI) en de FOD Economie zetten sterk in op internetenquêtes en meer algemeen op administratieve vereenvoudiging - zowel bij ondernemingen als bij burgers. Via internetenquêtes kunnen gegevens op een erg kostenefficiënte manier worden verzameld, met dezelfde en soms zelfs betere kwaliteit. Daarenboven tonen de cijfers die we hier presenteren aan dat de steeds verdere digitalisering van de maatschappij ons geen keuze laat. Met andere woorden: als we bij wijze van spreken binnen vijf jaar de burger niet steeds de mogelijkheid bieden om via internet te antwoorden, gaat er amper nog iemand willen participeren aan onze enquêtes.
Beschikbaarheid van PC en internet in de Belgische huishoudens De computer is sinds lang gemeengoed in de Belgische huishoudens. Ook dit jaar blijken opnieuw meer huishoudens over een computer te beschikken: 71% procent in 2009 ten opzichte van 70% in 2008, 67% in 2007 en 57% in 2006. Deze bescheiden toename wordt volledig in Wallonië en Brussel gerealiseerd maar kan niet los gezien worden van al bestaande uitgesproken regionale verschillen: in Vlaanderen had in 2009 75% van de huishoudens minstens één computer (idem 2008), in Wallonië was dit 65% (63% in 2008) en in Brussel - mits enig voorbehoud omwille van de relatieve kleine steekproef - 69% (67% in 2008). Waarschijnlijk is wie nu nog geen computer heeft moeilijker te overtuigen ‘het digitale tijdperk’ binnen te treden dan voorheen. Dat is bovendien een uitgesproken leeftijdsgebonden kwestie – een generationeel gegeven zou men bijna kunnen zeggen. Figuur 1 stelt dit scherp.
Voor meer inlichtingen kan u terecht bij de Freddy Verkruyssen, communicatieverantwoordelijke 02/277.70.76.
[email protected]
In figuur 1 – berekend op persoonniveau, niet op het niveau van het huishouden – wordt per leeftijdscategorie het aantal personen gegeven: A. dat binnen de laatste 3 maanden voor de enquête op internet surfte en B. die dat quasi dagelijks deed. Figuur 1- Percentage internetgebruikers en dagelijkse internetgebruikers per leeftijdscategorie. 100 90 80
95 77
% personen
70
90
85 76
74 62
60
54
50 40
57 39
30
28 18
20 10 0 jr.16_24
jr.25_34
jr.35_44
jr.45_54
jr.55_64
jr.65_74
Leeftijd internetgebruik in de 3 maanden voorafgaand aan de enqûete.
dagelijks internetgebruik.
Het leeftijdseffect is erg duidelijk. Minstens 9 op 10 van de respondenten in de jongste leeftijdscategorieën waren het internet op geweest in de drie maanden voor de enquête en zowat driekwart (respectievelijk 77% en 74%) surfte bijna dagelijks. Die percentages nemen gestaag af in de oudere leeftijdscategorieën om uiteindelijk voor de oudste leeftijdscategorie uit te komen op minder dan één derde (28%) voor het gebruik van internet in de laatste drie maanden voor de enquête en minder dan één vijfde (18%) voor dagelijks gebruik van internet. In de Europese context is België een middenmoter. Het percentage huishoudens met toegang tot internet bijvoorbeeld ligt al jaren pal op het Europese gemiddelde (EU15) – boven Frankrijk maar ruim achter Duitsland en in ieder geval Nederland, dat Europese koploper is. In 2009 had in België 67% van de huishoudens toegang tot internet, In Duitsland 79%, in Frankrijk 63% en in Nederland 90%. Het gemiddelde van de EU15 ligt op 68%
Voor meer inlichtingen kan u terecht bij de Freddy Verkruyssen, communicatieverantwoordelijke 02/277.70.76.
[email protected]
Figuur 2 : Toegang tot internet - evolutie over 4 jaar - Belgie en de belangrijkste buurlanden. 100 90 % huishoudens
80 60
60 54
79
75
71
67
70
90
86
83
80
59
54
64
62
64
NL
EU15
67
68
63
49
50
41
40 30 20 10 0 2006
2007 BE
2008 DE
FR
2009
E-commerce neemt hoge vlucht maar … Eén van de toepassingen van internet die zonder twijfel het meest in het oog springen, is Ecommerce, het aankopen van goederen en diensten via internet. E-commerce heeft in België in 2009 een echte doorbraak gekend. Waar we jarenlang bleven hangen rond de 15% van de bevolking tussen 16 en 74 jaar die in de laatste drie maanden voor de enquête iets via internet gekocht had, halen we nu 25%. Dat is een stijging met meer dan 75% (78,5%) ten opzichte van 2008 (25% voor 2009 versus 14% in 2008). De Belg leert shoppen via internet dus kennen, maar wel laat. Zowel ten opzichte van de belangrijkste buurlanden als het Europese gemiddelde hebben we nog steeds een achterstand, ondanks de remonte in 2009. Figuur 3 : Percentage van de Belgen dat zegt iets aangekocht te hebben via internet in de laatste 3 maanden - Belgie en de belangrijkste buurlanden. 60 49
% personen
50 41
38
40
45
43
42
36
30 20
43
26
23
28
27
32
29
33
25
19 15
14
14
10 0 2006
2007 BE DE
FR
NL
2008 EU15
2009
Voor meer inlichtingen kan u terecht bij de Freddy Verkruyssen, communicatieverantwoordelijke 02/277.70.76.
[email protected]
Besluit Bovenstaande cijfers en nog vele andere - te vinden op onze website http://www.statbel.fgov.be/ict - tonen opnieuw aan hoe expliciet de digitalisering en informatisering onze levens binnengeslopen zijn. België is globaal bekeken een middenmoter, met waarden dicht bij het Europese gemiddelde. Aan de andere kant participeert niet iedereen in dezelfde mate aan deze ‘revolutie’ en blijft vooral leeftijd een belangrijke breuklijn. Internet heeft ontegensprekelijk een erg belangrijke plaats in ons leven ingenomen. E-commerce bijvoorbeeld neemt een hoge vlucht. Maar we hebben wel nog steeds een achterstand ten opzichte van de buurlanden.
TECHNISCHE TOELICHTING De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie van de FOD Economie voerde tijdens het tweede trimester van 2008 een enquête uit bij 6.431 personen met de leeftijd van 16 tot en met 74 jaar. De respondenten konden kiezen om te antwoorden via een papieren vragenlijst of via internet. Ongeveer één op drie deed dat laatste. De enquête wordt gebruikt om indicatoren over de informatiemaatschappij op te stellen in het kader van een Europese verordening. BIJKOMENDE INLICHTINGEN Voor meer inlichtingen kan u terecht bij de heer Freddy Verkruyssen (tel 02/277.70.76, e-mail
[email protected]). BRONVERMELDING Overnemen mag mits bronvermelding: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie. AANVULLEND MATERIAAL Dit persbericht bevat resultaten uit de meer uitgebreide publicatie rond ICT-statistieken. Deze publicatie bevat vele tabellen met gedetailleerde gegevens, de welke ook beschikbaar zijn in excel formaat op de website http://www.statbel.fgov.be/ict/.
Voor meer inlichtingen kan u terecht bij de Freddy Verkruyssen, communicatieverantwoordelijke 02/277.70.76.
[email protected]