De Werf Algemeen bijzondere basisschool Onze schoolgids genaamd de Werfwijzer Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Waait het uit die hoek? De achtergrond Algemeen bijzonder De geschiedenis De schoolvlag Hoofdstuk 2 Dat staat als een paal boven water De schoolvisie Persoonlijkheidsonderwijs Sterke en zwakke kanten Keuzes maken Sociale houding Kunstzinnige vorming Hoofdstuk 3 Het reilen en zeilen De methoden Hoe werken wij? Sociaal-emotionele ontwikkeling Lezen Taal Schrijven Rekenen Wereldoriëntatie Verkeer Engels ICT Bewegingsonderwijs Schrijfdans Muziek Teken/schilderlessen Groepenwerk
1
Hoofdstuk 4 Iets afbakenen Andere activiteiten Culturele evenementen Zaans Erfgoedmenu Creatieve activiteiten Dromen over feest Poëziewedstrijd Biologisch lescentrum Excursies Het monument De schoolfeesten Musical Schoolreisjes Hoofdstuk 5 Op peil houden Kwaliteit van het onderwijs Leerlingvolgsysteem CITO entreetoets Schoolkeuze advies Hoofdstuk 6 Buiten de boot vallen Specifieke zorg Ons zorgsysteem Klein Zorgteam Groot Zorgteam Specialisten op school Pesten Hoofdstuk 7 Een oogje in het zeil houden Jeugdgezondheidszorg Medisch onderzoek Logopedische screening Overige gezondheidsaspecten Hoofdstuk 8 Het ruime sop kiezen Buitenschoolse activiteiten Sportieve activiteiten Jantje Beton Loterij/ Kinderpostzegels Voor het goede doel Hoofdstuk 9 Schippersknechten trekken aan een lijn Welke faciliteiten biedt de school Overblijven Schoolmelk Eten en drinken Traktaties Jeugdbladen Buitenschoolse opvang
2
Hoofdstuk 10 Een schip is zo zeewaardig als zijn bemanning Het team Stagiaires Ziektevervanging Hoofdstuk 11 Aan het roer zitten Meepraten en meebeslissen Het bestuur De medezeggenschapsraad (MR) Ouderhulp Hoofdstuk 12 Twee zien meer dan één Communicatie Mondelinge verslaggeving Schriftelijke verslaglegging Informatievoorziening naar ouders Overige informatiebronnen Communicatie tussen ouders en de leerkracht Klachtenregeling Hoofdstuk 13 Met iemand in zee gaan Wanneer uw kind bij ons op school komt Inschrijven op onze school Als uw kind 4 jaar wordt Na een verhuizing Mogen wij uw kind weigeren? Kan uw kind van school verwijderd worden? Schooltijden Verlof buiten schoolvakanties Ziekmeldingen Hoofdstuk 14 Overstag gaan Wanneer uw kind onze school verlaat Na een verhuizing Naar het Voortgezet Onderwijs Hoofdstuk 15 Op dat kompas kan men veilig zeilen Ons gebouw In- en uitgangen Fietsen Brengen en halen Schoolafspraken Veiligheidsbeleid Brandalarm Beleid ten aanzien van sponsoring Verzekeringen/ aansprakelijkheid Hoofdstuk 16 Belangrijke adressen en telefoonnummers
3
Hoofdstuk 1 Waait het uit die hoek? De Achtergrond Algemeen bijzonder De Werf is een algemeen bijzondere basisschool. Algemeen geeft aan dat de school geen religieuze, maar een algemene, in ons geval pedagogische grondslag heeft. Bijzonder wil zeggen dat de school vanwege deze grondslag een eigen bestuur heeft en niet onder bestuur van de gemeente valt. De school wordt namelijk bestuurd door de Schoolvereniging voor Onderwijs op Grondslag van Vrije Persoonlijkheidsvorming. De geschiedenis De schoolvereniging is in 1929 opgericht uit onvrede met het toen algemeen gehanteerde klassikale onderwijssysteem. De oprichters, ware idealisten, wilden meer ontplooiingsmogelijkheden voor hun kinderen. Zij zochten naar een systeem waarin kinderen leren samen te werken, zelfstandig te worden, vrijheid te hanteren, creatief te zijn bij het bedenken van oplossingen; kortom een systeem waarbij rekening wordt gehouden met de eigen persoonlijkheid. Uiteindelijk kozen de oprichters voor het persoonlijkheidsonderwijs, zoals dat toen door de Amsterdamse onderwijzer Groeneweg werd gegeven. Dit onderwijs is gericht op de ontwikkeling van de persoonlijkheid van het kind. Het spreekt voor zich dat dit onderwijs niet statisch is maar met zijn tijd meegaat. Dit is de reden dat de uitgangspunten van het persoonlijkheidsonderwijs nog steeds van toepassing zijn, maar ze zijn uiteraard aangepast aan deze tijd. Het heeft overigens tien jaar geduurd voordat de toenmalige Libertaire school daadwerkelijk van start kon gaan. De oprichters hebben er voor hun eigen kinderen dus weinig aan gehad. Bij het betreden van het huidige schoolgebouw in 1979 werd de naam van de school omgedoopt in De Werf. De schoolvlag De schoolvlag, een T-figuur in een cirkel, symboliseert de filosofie van dr. Schoenmaekers, die ten grondslag ligt aan het persoonlijkheidsonderwijs: de filosofie van de tegendelige houding. In deze filosofie kent de letter T, de Taufiguur genoemd, een horizontale en een verticale lijn. Deze lijnen staan met elkaar in verbinding en vormen zo elkaars aanvullende tegendelen. Beide hebben elkaar nodig om de letter te kunnen vormen. Zo is het ook op school. Leerkrachten en kinderen hebben elkaar nodig om te kunnen functioneren, maar ieder heeft zijn specifieke rol. De verticale lijn in de letter staat voor actief, scheppend; de horizontale lijn staat voor passief, ontvangend. Op school vertegenwoordigt de leerkracht vaak de verticale lijn en het kind de horizontale lijn. De leerkracht schept de sfeer en de voorwaarden zodat de kinderen zich kunnen ontwikkelen. De tegendelige verhouding is echter ook omkeerbaar. De leerkracht moet soms ‘passief’ zijn en kinderen observeren om met hun aanleg bekend te worden. Kinderen moeten de kans krijgen creatief en onderzoekend te zijn, verticaal dus. Ook bij de begrippen vrijheid en verantwoordelijkheid is er
4
duidelijk sprake van tegendelige verhoudingen. Als we vrijheid op de horizontale lijn plaatsen, dan zal deze op de verticale lijn doorkruist moeten worden door verantwoordelijkheid om evenwicht te krijgen. Vrijheid wordt begrensd door verantwoordelijkheid, maar dit geldt ook omgekeerd: om verantwoordelijkheid te kunnen dragen is vrijheid nodig. De eenheid, het samenspel tussen leerkrachten en kinderen, maar ook tussen kinderen onderling, wordt in de cirkelfiguur uitgedrukt.
Hoofdstuk 2 Dat staat als een paal boven water De schoolvisie Persoonlijkheidsonderwijs De Werf is een algemeen bijzondere basisschool die onderwijs verzorgt op grondslag van vrije persoonlijkheidsvorming. De ontwikkeling van de persoonlijkheid van het kind is steeds het uitgangspunt van het onderwijs op De Werf geweest vanaf de oprichting van de schoolvereniging in 1929. De vrije persoonlijkheidsvorming staat centraal: de kinderen krijgen de kans zich te ontplooien tot harmonische, creatieve en kritische persoonlijkheden die zich zelfstandig en in groepsverband kunnen bewegen in de maatschappij. Bij persoonlijkheden denken we aan mensen die vrij zijn van emotionele belemmeringen, zelfvertrouwen hebben en een gezond zelfbeeld. Bovendien zijn ze nieuwsgierig en onderzoekend. Belangrijke begrippen die de essentie van ons onderwijs weergeven, zijn: vrijheid en verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, sociale houding, individualiteit en mondigheid. Wat betekent dat voor de accenten die De Werf in de praktijk aanbrengt? Sterke en zwakke kanten Een kind kan zijn persoonlijkheid alleen goed ontwikkelen als het zichzelf kent. Zelfkennis betekent: je sterke kanten kennen, maar ook je minder sterke kanten en minder positieve gevoelens over jezelf durven accepteren. Zowel op het gebied van de schoolvakken, als op sociaal, emotioneel, artistiek en sportief terrein. Kennis van je sterke en minder sterke kanten helpt je om allerlei soorten situaties het hoofd te kunnen bieden en om je aandacht op het juiste moment op de juiste dingen te richten. Wat kan ik al? Wat vind ik nog lastig? Waar moet ik meer moeite voor doen? En hoe doe ik dat? De leerkrachten op De Werf gaan met de kinderen in gesprek over deze vragen. Daarvoor is het belangrijk dat de leerkrachten goed observeren. Wat kan het kind al? Hoe zit het in z’n vel? Hoe kunnen we het stimuleren tot meer? Zonder over te gaan tot individueel onderwijs zorgen we voor voldoende differentiatie in opdrachten, materialen en begeleiding.
Keuzes maken
5
Een gewone dag is vol keuzemomenten: wat wil ik op mijn boterham, doe ik mee met dat groepje, waarover zal ik mijn spreekbeurt houden, wie nodig ik uit om te komen spelen? Een kind dat zichzelf kent, dat zelfvertrouwen heeft, is beter in staat keuzes te maken. Het durft nee te zeggen tegen een voorstel waar het zich niet prettig bij voelt of juist te kiezen voor iets wat het moeilijk vindt, maar toch wil leren. Keuzes maken is noodzakelijk in een wereld waarin je voortdurend allerlei keuzemogelijkheden krijgt opgedrongen. Je kunt pas keuzes maken als je een stevige basis hebt gekregen. Een basis die mede gebaseerd is op kennis. De leerkrachten helpen de kinderen om zoveel mogelijk kennis op te doen van de wereld om hen heen voor. Zij brengen de kinderen in aanraking met onderwerpen als de geschiedenis, de natuur, kunst en cultuur, zodat de kinderen leren wat er te koop is in de wereld en vanuit die basis kunnen kiezen waarnaar hun eigen belangstelling vooral uitgaat. Uit onderzoek is gebleken dat mensen die het sterkst hun persoonlijke interesse hebben gevolgd en de dingen met hart en ziel doen, het gelukkigst zijn. Sociale houding
‘Help jezelf, Help elkander, Hinder niemand en Doe alles zo goed mogelijk’
Deze slogans gaan al lang mee op De Werf, maar zijn nog springlevend. We stimuleren deze uitgangspunten actief, onder andere met groepsoverstijgende activiteiten waarbij oudere leerlingen de jongere kinderen begeleiden (bijvoorbeeld bij het lezen, ook wel tutorlezen genoemd). Sociaal-emotionele vaardigheden hebben een eigen plek binnen het onderwijs op De Werf. Welke emoties kun je ervaren, hoe uit je die en hoe reageer je als iemand anders boos of verdrietig is? Wij werken vanaf de kleutergroep tot en met groep 8 met de methode voor sociaal-emotionele vaardigheden ‘Leefstijl’. Kunstzinnige vorming Ook voor artistieke en dramatische vorming is op De Werf veel aandacht, die verder gaat dan tekenen en knutselen alleen. Zo zijn er projecten waarin de kinderen van alles leren over een bepaalde schilder, stijl of techniek. Zij leren ook over de (kunst)historische aspecten van het onderwerp, bijvoorbeeld tijdens een excursie naar een museum, en zij krijgen les over het culturele erfgoed van De Zaanstreek.
Hoofdstuk 3 Het reilen en zeilen De methoden Hoe werken wij? Wij geven het onderwijs mede vorm vanuit de visie van de school. De kinderen krijgen betekenisvolle en uitdagende activiteiten aangeboden, in thema- en projectvorm. Zo worden de kinderen aangemoedigd om de 'echte' wereld te verkennen. Twee keer per jaar werken wij met de hele school aan een groot project. In het najaar is dit de kinderboekenweek, in het voorjaar een ander thema waaraan de hele school werkt.
6
In de midden- en bovenbouw wordt o.a. gebruikgemaakt van bestaande methoden. Deze zijn de bron van het leer– en ontwikkelingsproces. Wij streven naar een doorgaande ontwikkeling van het kind gedurende de hele schooltijd, dus vanaf vier tot en met twaalf jaar. Bij het zelfstandig werken en leren laten wij ons leiden door het GIP-model: 'van Groepsgericht naar Individueel gericht Pedagogisch en didactisch handelen van de leerkracht'. Het zelfstandig (leren) werken neemt een belangrijke plaats in op onze school. We leren kinderen omgaan met uitgestelde aandacht. We leren ze taken te plannen en zelfstandig uit te voeren. Zo kunnen wij de kinderen, individueel of in groepjes, onderwijs op maat bieden. De kinderen van de groepen 1 / 2 geven op het activiteitenbord aan wat ze tijdens het speel- en werkuur gaan doen. Ze kiezen o.a. uit de bouw- en constructiehoek, de letter- en schrijfhoek, de lees- en luisterhoek en een creatieve activiteit. Vaak worden de 'hoeken' en activiteiten aangepast aan een thema. Ook in groep 3 en 4 maken we nog gebruik van een activiteitenbord. Dit wordt op verschillende momenten van de dag ingezet voor o.a. het kiezen van een vervolgactiviteit. Vanaf groep 5 worden de dagtaken geïntroduceerd en vanaf groep 6 wordt er gewerkt met een weektaak. Sociaal-emotionele ontwikkeling Kinderen moeten op school leren rekenen, schrijven en lezen, maar er is meer Sociaal-emotionele vaardigheden zoals inlevend vermogen, zelfrespect, zorg voor anderen, betrouwbaarheid en probleemoplossend vermogen zijn ook belangrijk voor het (latere) functioneren in de maatschappij. Kinderen opvoeden met normen en waarden en trainen in de daarmee samenhangende vaardigheden begint bij de ouders. Om de kinderen zich tot gezonde, weerbare en mentaal stevige mensen te laten ontwikkelen, besteden wij ook op school aandacht aan sociale vaardigheden. In alle groepen werken wij daarom met een methodische opbouw van lessen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Wij gebruiken hiervoor de methode ‘Leefstijl’. Deze methode bestaat uit lessen waarin belangrijke begrippen en waarden aan bod komen als zelfdiscipline, zelfrespect, respect voor gevoelens en meningen van anderen, solidariteit, verantwoordelijkheid, eerlijkheid, communicatie en betrouwbaarheid. Aan de hand van het groepsgedrag worden positieve en negatieve ontwikkelingen besproken. De kinderen leren sociale vaardigheden via (rollen)spelletjes, gesprekken, schrijf- en tekenopdrachten. Deze lessen zijn hele bijzondere en waardevolle momenten voor de groep, waarin de kinderen leren om hun eigen gedrag en dat van anderen te analyseren. Zo worden zij zich meer bewust van hun plaats in de groep en van hun eigen handelen. Hierna volgt de weg naar een gezamenlijk gekozen oplossing, waarbij ze proberen om constructief te denken en te handelen. Lezen Leren lezen is een van de fascinerendste processen op de basisschool. De bewustwording van het belang van taal begint feitelijk al direct na de geboorte. Via imitatie leren kinderen een taal spreken, ze zien om zich heen mensen lezen en schrijven. Ze spelen het na en zo ontstaat geletterdheid bij jonge kinderen. In de kleuterbouw spelen we op deze ontwikkeling in. We laten ze de relatie tussen beeld en tekst bij prentenboeken zien en stimuleren ze door ze in het
7
spel verlanglijstjes, recepten, menu’s e.d. te laten maken. Daarnaast spelen wij met letters en onzinwoorden en maken we woorden na. De functie van geschreven taal wordt zo steeds belangrijker en de motivatie om te leren lezen steeds groter. Als de oudste kleuters in groep 3 bij elkaar komen, kunnen sommigen al lezen of bijna lezen en staan anderen nog aan het begin van het leesproces. Ieder kind pakt in deze groep op zijn eigen niveau de draad weer op. Sommige kinderen kunnen dat heel zelfstandig, terwijl andere af en toe hulp of juist veel begeleiding van de leerkracht nodig hebben. Deze gedifferentieerde aanpak zetten we na groep 3 voort, waarbij het accent gaandeweg verschuift van technisch lezen naar begrijpend lezen. Wij realiseren dit met behulp van methoden. Sommige kinderen lezen ook een paar keer per week met een ouder kind uit een hogere groep, een ‘tutor’. Voor het begrijpend lezen wordt vanaf groep 4 ook een methode gebruikt. We oefenen vaardigheden m.b.t. begrijpend en studerend lezen. Uiteindelijk leren kinderen hoofd- en bijzaken onderscheiden en schema’s en samenvattingen maken. DE PIRAMIDE Taal Vanaf groep 4 wordt gewerkt met een methode die bestaat uit twee onderdelen, taal en spelling. Als aanvulling op de spellinglessen maken wij gebruik van zelfgemaakte platen voor de visuele ondersteuning en aangepaste benamingen hierbij. Naast het taalboek worden ook andere werkvormen in de klas gebruikt om met taal bezig te zijn, zoals de computer, werkstukken, opstellen en boekverslagen. De mondelinge taalvaardigheid komt bij spreekbeurten en boekbesprekingen uitgebreid aan bod. Er wordt vooral gelet op opbouw en presentatie. Het is voor een kind een grote prestatie als het vanuit ‘eigen kennis’ een onderwerp behandelt. Schrijven Het ontwikkelen van een goed en duidelijk handschrift wordt vanaf groep 3 ondersteund door een methode die is gebaseerd op het verbonden schrift. In groep 4 krijgen de kinderen een stabilo van school. Rekenen De realistische reken- en wiskundemethode is er voor groep 1 tot en met 8. Realistisch wil zeggen dat het rekenen zoveel mogelijk wordt gekoppeld aan de werkelijkheid. In deze methode wordt geprobeerd de kinderen meer begrip bij te brengen in plaats van alleen maar een rekenmanier. De kinderen moeten verschillende facetten van eerder opgedane kennis toepassen en er zijn diverse manieren om tot een oplossing te komen. Praktijkvoorbeelden spreken de kinderen aan, want het gaat echt ergens over. Er wordt veel aandacht besteed aan zelfstandig werken en er zijn veel differentiatiemogelijkheden. Hierdoor komt er tijd vrij voor extra instructie aan kinderen die dat nodig hebben, terwijl kinderen met een voorsprong zelfstandig extra stof kunnen verwerken. De leerstof is voor de kinderen overzichtelijk ingedeeld; voor elke dag is er een nieuwe les. Na elke twee weken wordt het geleerde getoetst en is er na de toets ruimte voor extra instructie of verdieping. Het hoofdrekenen neemt een belangrijke plaats in en wordt geoefend met rekendictees.
8
Wereldoriëntatie Voor de zaakvakken, zoals geschiedenis, aardrijkskunde en natuur-, milieu- en techniekonderwijs gebruiken wij verschillende methoden. Daarnaast werken wij met projecten. Wekelijks kijken de kinderen ook naar educatieve programma’s op de televisie. In de groepen 1 en 2 naar Koekeloere, in 3 en 4 naar Huisje, boompje, beestje, en Leesdas, Lettervos, Boekentas, in groep 5 en 6 naar Nieuws uit de natuur en in groep 7 en 8 naar het School-tv weekjournaal. Verkeer In de groepen 5 en 6 wordt gewerkt met verkeerskranten. In groep 7 nemen de kinderen deel aan het theoretisch verkeersexamen, ontwikkeld door VVN. Ook werken wij hierbij samen met het wijkteam van de politie. Engels
Engels In de groepen 5 t/m 8 wordt voor het vak Engels de methode Take it Easy gehanteerd. Take it Easy is een methode waarbij uitgegaan wordt van het digitale schoolbord. Op het digibord is tijdens de Engelse les een native speaking digitale leerkracht aanwezig die gedurende de gehele les alleen maar Engels spreekt. Via filmpjes en muziekclips komen de kinderen in aanraking met situaties die ook in werkelijkheid plaatsvinden. Belangrijk blijft dat de voertaal van de gehele les Engels is. De kinderen zullen zeker in het begin nog niet alles begrijpen, maar doordat de leerkracht ook te zien is op het digibord, zijn de kinderen vaak wel goed in staat om de strekking van het verhaal te volgen. De methode is opgebouwd uit verschillende units. Ieder unit bestaat uit 3 (groep 5 en 6) of 5 (groep 7 en 8) lessen. Het accent binnen de lessen verschuift van vooral receptief, de kinderen leren door te kijken en te luisteren, naar vooral productief, de kinderen leren door te doen. De lessen variëren per thema door het gebruik van filmpjes, liedjes, cartoons, luisterteksten, spelletjes, dialogen en verwerking in het werkboek. In take it Easy wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. De opdrachten worden zowel auditief als visueel aangeboden, dit geldt ook voor de opdrachten in het werkboek. Hierdoor is deze methode ook heel geschikt voor kinderen die wat meer moeite met taal hebben. Take it Easy is een concentrische methode. In de groepen 5 en 6 worden de thema’s voor het eerst aangeboden en in de groepen 7 en 8 voor de tweede keer. Op deze wijze wordt de woordenschat uit de eerdere jaren uitgebreid. Voor groep 5 en 6 worden er per schooljaar 18 lessen gegeven. Dit betekent dat er iedere 2 weken een complete les gegeven wordt. Elke les duurt circa 50 minuten. In de groepen 7 en 8 worden per schooljaar 30 lessen gegeven. ICT
9
Al vanaf de kleutergroep worden de kinderen vertrouwd gemaakt met de computer. Eerst doen zij basisvaardigheden op, in de hogere groepen wordt de computer gebruikt bij vakken als rekenen, taal en wereldoriëntatie. Wij gebruiken multimediacomputers, zodat het voor alle kinderen mogelijk is via internet informatie op te zoeken en opdrachten uit te werken. Voor het gebruik van internet hebben wij een protocol ontwikkeld. Hierin staan gedragsregels beschreven voor kinderen en leerkrachten. Elke klas heeft twee eigen computers en in het ruim is een computereiland met twaalf computers beschikbaar. Verder zijn er binnen de school ook flexibele plaatsen waar met laptops kan worden gewerkt. De leerkrachten in de groepen 3 tot en met 8 met digitale schoolborden. Bewegingsonderwijs De groepen 3 tot en met 8 krijgen bewegingsonderwijs/gymnastiek in de gymzaal aan de Goudastraat te Wormerveer. Er is voldoende aandacht voor circuitvormen en toestelvaardigheden. Omdat sociale omgang een belangrijke plaats inneemt in ons onderwijs, gebruiken we veel spelvormen waarin dit element aanwezig is. Voor alle groepen zijn gymschoenen verplicht. De kinderen uit groep 3 tot en met 8 douchen na de gymles. Als een kind niet mee kan doen met de gymles of niet mag douchen, ontvangen wij graag een briefje van de ouders met de motivatie. De kinderen worden met de bus naar de gymzaal gebracht. Vooral de kleutergroepen maken gebruik van het speellokaal op school. Zij komen met verschillende werkvormen in aanmerking: dansen, circuit, klim- en klautertoestellen en overige werkvormen. Bij mooi weer spelen de kinderen buiten met verschillende materialen. . Schrijfdans Alle kinderen van groep 2 volgen vanaf de kerstvakantie negen schrijfdanslessen. Iedere week wordt een apart thema behandeld, zoals bewegen als een robot, het ritme van de trein, muziek van de musical Cats en geluiden die horen bij een vulkaanuitbarsting. Bij elk thema hoort een ander muziekstuk. Tijdens deze lessen leren de kinderen basisbewegingen kennen die het op den duur mogelijk maken een vlot verbonden handschrift te produceren. Eerst worden de bewegingen met het hele lijf gemaakt, daarna in de lucht en tot slot met beide handen op papier. Door met beide handen te werken, stimuleren we beide ogen en hersenhelften. De kinderen kijken altijd erg uit naar de schrijfdanslessen. Plezier staat voorop en de resultaten op papier zijn heel bijzonder. Muziek Ook muziek heeft bij ons op school een vaste plek op het rooster en wordt gegeven door een vakleerkracht. In de muzieklessen breiden we ons liedrepertoire uit. Met behulp van instrumenten en een methode onderzoeken we de klankeigenschappen toonsterkte, toonduur en toonhoogte. We praten over de sfeer en stemming die muziek oproept. Zo ervaren we wat je allemaal met muziek kunt doen en wat muziek met jou kan doen. Teken/schilderlessen
10
In groep 1 en 2 wordt kennisgemaakt met allerlei materialen en de mogelijkheden daarvan. Vanaf groep 3 tot en met 8 is er voor iedere groep een tekenlessenmap samengesteld met een bepaalde opbouw in de lessen. Deze lessen vinden een keer in de twee weken plaats. Groep 7 en 8 hebben naast deze tekenlessen ook nog schilderlessen, waarbij extra aandacht is voor een specifieke stroming en/of kunstenaar. De schilderlessen zijn onder andere gekoppeld aan de projecten Vincent van Gogh en Rembrandt. 4-Groepenwerk Het 4-groepenwerk gebruiken we in lessen waarin het niet handig is om met alle kinderen tegelijk (klassikaal) aan de slag te gaan. Om met de hele klas te schilderen, heb je bijvoorbeeld dertig kwasten en paletten nodig. In het 4groepenwerk systeem maar acht. Het 4-groepenwerk is een andere werkvorm en vormt een afwisseling op de andere lessen. Deze werkvorm geeft meer vrijheid en doet een beroep op de zelfstandigheid van de kinderen. Doordatvier groepen gelijktijdig met verschillende activiteiten bezig zijn, ontstaat een andere situatie. In feite geft de lerkracht vier lessen tegelijk. Meestal gaat het om meer creatieve opdrachten en opdrachten waarbij kinderen vrij zelfstandig (na een goede instructie) hun opdracht kunnen uitvoeren, zoals: Biologie; een groepje gaat buiten op zoek naar bladeren, een groepje gaat met een vergrootglas iets bekijken.
Teken/handarbeid: een schilderopdracht, teken een stilleven, maak je eigen Van Gogh
Techniek: een groepje leert banden plakken, een groepje leert de fiets schoonmaken
Wereldoriëntatie: een groepje werkt aan een werkstuk, een groepje zoekt informatie in het documentatiecentrum
Taal: creatieve taalopdrachten, een groepje schrijft een fabel, een gedicht enzovoort
a. Computers: opdracht tekstverwerken, informatie opzoeken, cursus typen enzovoort.
Hoofdstuk 4 Iets afbakenen Andere activiteiten Culturele evenementen Elke groep bezoekt minstens eenmaal per jaar een cultureel evenement, georganiseerd via het Kunstenplan Zaanstad. Dit kan op school zijn, in de Verkadezaal van de muziekschool, in het Zaantheater, in een museum. Er wordt gewerkt met een vierjarenplan, zodat het aanbod voor alle kinderen gevarieerd is.
11
Zaans Erfgoedmenu De Werf heeft samen met andere scholen en Zaans Erfgoed-instellingen meegewerkt aan de ontwikkeling van het erfgoedmenu. Dit is een programma dat kinderen in aanraking brengt met sporen uit het Zaans verleden. Denk daarbij aan molens, archeologische vondsten, landschappen, gebouwen, musea, archiefdocumenten, woorden van vroeger en verhalen. Leskisten vol materiaal, onderzoeksopdrachten en boeken worden gebruikt bij het erfgoedprogramma. Vaak hoort er een excursie bij naar één van de instellingen. Door alle kinderen in aanraking te laten komen met ons erfgoed, zal het historisch besef toenemen. Bij ons op school zijn op dit terrein vijf projecten ontwikkeld. In groep 4: Project Verf en Kleur, met o.a. bezoek aan de verfmolen op de Zaanse Schans In groep 5: Project Papier, met o.a. bezoek aan papiermolen de Schoolmeester in Westzaan In groep 6: Project Hout en Wonen in de Zaanstreek, met o.a. bezoek aan de houtmolen op de Zaanse Schans en een bezoek aan het Honig Breethuis in Zaandijk In groep 7: Project Vincent van Gogh, bezoek Van Goghmuseum in Amsterdam In groep 8: Project Rembrandt, bezoek Rembrandthuis en Rijksmuseum in Amsterdam. Creatieve activiteiten Voor zowel de onder- als de bovenbouw is er een keer per jaar een workshop gericht op beeldende vorming. In deze workshop wordt met een heel specifieke techniek, die je niet gemakkelijk in de klas leert, in één dagdeel één werkstuk gemaakt onder leiding van twee leerkrachten die daarin gespecialiseerd zijn. Poëziewedstrijd De groepen 3 t/m 8 doen elk jaar in november mee met de landelijke poëziewedstrijd. Ieder kind maakt een gedicht met een illustratie. De leerkrachten van elke groep kiezen de twee beste gedichten uit en die doen mee met de landelijke wedstrijd. Dromen over feest De werkgroep ‘Dromen over feest’ van de Stichting Zaandijk Leeft organiseert jaarlijks in december een aantal activiteiten aan de Lagedijk in Zaandijk. Wij doen met een aantal groepen op creatief gebied mee om de aankleding van de Lagedijk te verzorgen. De resultaten van de kinderen zijn dan achter circa 50 ramen te bewonderen in bijvoorbeeld verlichte kastjes in de huizen. Ieder jaar staat een ander thema centraal. Biologisch lescentrum We maken gebruik van de leskisten van het Biologisch lescentrum. Dat zijn kisten over een bepaald thema, waarin uitgewerkte lessen zitten. De kist blijft een paar weken op school. Voorbeelden van thema’s: ‘het sterrenstelsel’ voor de bovenbouw en ‘van ei tot kip’ voor de onderbouw. Ook gaan we op bezoek bij het lescentrum om daar lessen te volgen van een gespecialiseerde docent.
12
Excursies Naar aanleiding van een project worden regelmatig excursies gemaakt. Voor elke groep is hiervoor een beperkt budget beschikbaar. De kinderen gaan soms ook op de fiets, hiermee starten wij halverwege groep 6. Er is op school een fietsprotocol aanwezig. Regelmatig wordt u als ouder gevraagd om te rijden bij excursies. Bij het vervoeren van kinderen in auto’s tijdens excursies dienen alle kinderen een riem om te hebben. Kinderen die kleiner zijn dan 1.50 meter mogen alleen voorin zitten indien er een stoelverhoger aanwezig is. Het monument De school heeft het oorlogsmonument aan de Zaandijkerweg/het Zuideinde in Wormerveer geadopteerd. Jaarlijks leggen de kinderen uit de bovenbouw een krans en dragen een paar kinderen een gedicht voor. De schoolfeesten Elk jaar hebben we rond de herfstvakantie ‘Het Boekenbal’ op de Werf. Wij besteden veel tijd aan het thema van de Kinderboekenweek en we hebben tijdens deze periode ook een echte kinderboekenwinkel in de school waar je boeken kunt kopen. Als afsluiting van dit kinderboekenweekthema verzorgen alle kinderen optredens voor de ouders. Wij hebben om het jaar een feestavond en een vrijmarkt. De feestavond start aan het eind van de middag en gaat door tot 20.00 uur ’s avonds. De school staat dan bol van de activiteiten, zoals bingo, toneelvoorstelling, spelletjes op het plein en een echt restaurant. De vrijmarkt is altijd op een woensdagmiddag. Alle kinderen mogen dan spullen verkopen die ze niet meer kunnen gebruiken. Ook zijn er op het plein allerlei andere activiteiten te doen, zoals schminken, optredens van kinderen en grabbelen. Musical Ieder jaar doet groep 8 aan het einde van het schooljaar een musical. In de middag kunnen alle andere kinderen van de school de musical bekijken, de voorstelling ’s avonds is alleen voor de ouders en familie van de kinderen van groep 8. Op deze avond wordt ook door alle leerkrachten afscheid genomen van de kinderen van groep 8. Schoolreisjes Groepen 1en 2 gaan 1 dag gezamenlijk op schoolreisje. Groepen 3 en 4 gaan 1 dag gezamenlijk op schoolreisje. Groep 5 gaat 1 dag op schoolreisje. Groep 6 gaat 2 dagen en 1 nachtje. De kinderen worden met auto’s weggebracht. Groep 7 gaat 3 dagen en 2 nachten, de bestemming is per fiets te bereiken. Groep 8 gaat 4 dagen en 3 nachten.. De kinderen worden met auto’s weggebracht.
13
Hoofdstuk 5 Op peil houden Kwaliteit van het onderwijs Leerlingvolgsysteem De ontwikkeling van de kinderen wordt nauwlettend gevolgd door middel van het leerlingvolgsysteem. Hierin wordt de voortgang van de kinderen gedurende hun basisschoolperiode bijgehouden. Wij vinden het van belang om hiervoor instrumenten te gebruiken die valide en betrouwbaar zijn. Wij gebruiken o.a. methodegebonden toetsen, het leerlingvolgsysteem van het CITO (spelling, rekenen, technisch en begrijpend lezen), het sociogram, CITO-toetsen voor de kleuters (ordenen,taalontwikkeling en ruimte en tijd), CITO-entreetoets voor groep 7, het NIO-onderzoek (Nederlands Intelligentie Onderzoek) en de schoolvragenlijst voor groep 8. Minimaal twee maal per jaar wordt de ontwikkeling van uw kind gevolgd door middel van deze toetsen. De resultaten worden vastgelegd in een individueel overzicht. Dit wordt opgeslagen in een (vertrouwelijk) leerlingdossier en besproken met de ouders tijdens de spreekavonden. Van de toetsresultaten worden ook groepsoverzichten gemaakt. Aan de hand van deze overzichten worden de resultaten van de groep als geheel besproken. Op deze manier krijgen wij zicht op het effect van ons onderwijs. CITO-entreetoets In groep 7 wordt aan het eind van het schooljaar de CITO-entreetoets afgenomen. Aan de hand van de uitslagen wordt gekeken welke vakken of onderdelen nog extra aandacht nodig hebben. De gegevens worden met de ouders besproken. Schoolkeuzeadvies In groep 8 worden de uitslagen van de CITO-entreetoets, het NIO-onderzoek, de schoolvragenlijst en alle overige gegevens van het kind die wij hebben verzameld gedurende de hele schoolperiode, besproken door de leerkrachten van groep 7 en 8, de intern begeleider, de directeur en de orthopedagoog. Zij stellen vervolgens een schoolkeuzeadvies op. Daarna worden de ouders uitgenodigd voor een schoolkeuzegesprek. Na dit oudergesprek voert de leerkracht van groep 8 met ieder kind individueel een gesprek over het schoolkeuzeadvies.
Hoofdstuk 6 Buiten de boot vallen Specifieke zorg Ons zorgsysteem Het vroegtijdig signaleren van problemen is van belang om zo snel en adequaat mogelijk hulp te kunnen bieden. De zorgstructuur wordt gecoördineerd door de
14
intern begeleider (IB’er). Zij bewaakt de zorg op De Werf in samenwerking met de specialisten op de verschillende terreinen. Het bewaken van de zorg bestaat uit: Het begeleiden/coachen van leerkrachten Het voeren van leerlingbesprekingen, wat inhoudt dat alle groepen en alle leerlingen zeker twee maal per jaar worden besproken Het bewaken van leerlingdossiers Het uitvoeren van onderzoeken bij individuele leerlingen Het aansturen van de specialisten binnen de school Het volgen van (landelijke) ontwikkelingen op zorggebied Het (laten) opstellen (in voorkomende gevallen) van handelingsplannen (een planmatige aanpak van leer- en/of ontwikkelingsstoornissen Het opbouwen en in stand houden van contacten met deskundigen buiten de school. De zorg in het basisonderwijs wordt de laatste jaren steeds breder. Tot voor kort werden kinderen met specifieke problemen standaard naar het Speciaal Onderwijs of Speciaal Basisonderwijs verwezen. De laatste jaren wordt dit in het kader van ‘Passend Onderwijs’ niet meer vanzelfsprekend gedaan. Om op school een leeromgeving te kunnen bieden die (zoveel mogelijk) voor alle kinderen optimaal is, wordt tegenwoordig gewerkt vanuit de principes van handelingsgericht werken. Een van de belangrijkste uitgangspunten hiervan is dat niet alleen gekeken wordt naar het kind en factoren als leer- of gedragsproblemen, maar ook naar de hele onderwijsleersituatie op school (leerkracht, medeleerlingen, omgeving), de opvoedingssituatie thuis (ouders, broertjes en zusjes) en naar de vrijetijdsbesteding van het kind. Er kunnen namelijk altijd verschillende factoren een rol spelen als een kind op een bepaald moment minder goede prestaties haalt of minder goed in zijn vel zit. Een belangrijk uitgangspunt is dat de leerkracht niet alleen uitgaat van wat een kind niet kan, maar ook altijd van de sterke, positieve kanten van het kind. Kortom, we kijken naar het totaalbeeld, en niet slechts naar één facet. De ouders worden als belangrijke partners in het proces betrokken, wij zijn er samen met u voor uw kind. Soms functioneert uw kind op school heel anders dan thuis. Door daarover met elkaar in gesprek te gaan, kan veel duidelijkheid ontstaan. Wanneer (uit onderzoeksgegevens) blijkt dat bepaalde kinderen gebaat zijn bij extra aandacht, bijvoorbeeld omdat er sprake is van een leerprobleem, dan komen deze kinderen in aanmerking voor extra zorg. Deze individuele aandacht wordt: Óf gegeven door de leerkracht in de groep (wanneer de rest van de groep zelfstandig met een activiteit bezig is) Óf gegeven door een specialist, als er heel specifieke aandacht nodig is. De IB’er verleent de leerkracht belangrijke ondersteuning bij het uitvoeren van diverse taken op het gebied van de leerlingenzorg. Klein zorgteam
15
Het is de groepsleerkracht die in eerste instantie een probleem signaleert. Dit wordt vervolgens besproken in het klein zorgteam, met de intern begeleider en de remedial teacher. Daarna wordt zonodig een handelingsplan opgesteld. Hierin staat welke speciale hulp de leerkracht zal gaan bieden om het gesignaleerde probleem aan te pakken. Een dergelijke procedure wordt alleen gestart na voorafgaand en tussentijds overleg met de ouders. Het handelingsplan en de voortgang worden met de ouders besproken op de spreekavonden. Groot zorgteam Wanneer de leerkracht en de IB’er meer vragen hebben of adviezen nodig hebben over hoe moet worden gehandeld, wordt de situatie van de leerling besproken in het groot zorgteam. In dit team hebben zitting: een collega uit het speciaal onderwijs vanuit WSNS (weer samen naar school) een orthopedagoog van de School Begeleidings Dienst Zaanstreek/ Waterland de intern begeleider de directeur van de school de leerkracht van het kind (op afroep) vertegenwoordigers van externe instanties, zoals de schoolarts, het schoolmaatschappelijk werk, de logopediste, jeugdzorg enzovoort. Tijdens de vergaderingen van het zorgteam wordt de ontwikkeling van de kinderen met specifieke onderwijsbehoeften besproken. Er wordt bekeken welke vervolgstappen er genomen moeten worden. Zo kan er in het zorgteam besloten worden een kind nader te (laten) onderzoeken op school of bijvoorbeeld door de psycholoog. Ook kan het zijn dat een kind zich zo goed ontwikkelt dat bespreking niet meer nodig is. Via een onderwijskundig rapport kan het zorgteam een verzoek doen tot plaatsing in het Speciaal Basisonderwijs. Een onafhankelijke commissie, de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL), bepaalt of dit verzoek terecht is. Kinderen kunnen alleen in het zorgteam besproken worden na schriftelijke toestemming van de ouders. Door de Wet op de Expertise Centra is het mogelijk om een kind dat is aangewezen op extra voorzieningen (‘het rugzakje’) onder voorwaarden te plaatsen binnen het reguliere primair onderwijs in de buurt. De procedure verloopt als volgt. De Commissie voor Indicatiestelling (CvI) kan een positieve beschikking afgeven waarmee uw kind kan worden toegelaten op het speciaal onderwijs of het primair onderwijs met een ‘rugzakje’. Als u met deze beschikking uw kind bij ons op school aanmeldt, dan zullen wij zorgvuldig nagaan of de zorg valt onder de zorgbreedte van onze school. Wij willen immers goed kunnen nagaan of wij uw kind met deze specifieke hulpvraag datgene kunnen bieden waarop het recht heeft: goed onderwijs in een veilige omgeving. Als onze school instemt met plaatsing, dan wordt in nauw overleg met u en de school voor speciaal onderwijs een handelingsplan opgesteld.
16
Specialisten op school Onze zorg omvat o.a. de gebieden dyslexie, motoriek, sociaal-emotionele ontwikkeling en bovenpresteerders. In deze gebieden hebben verschillende leerkrachten zich gespecialiseerd. 1. Specialist dyslexie: zij werkt een keer per week met individuele dyslectische kinderen. Zij spreekt met de leerling, ouders en de leerkracht door wat er extra geoefend wordt. Ook werkt zij een keer per week met een groepje dyslectische kinderen aan de spelling. 2. Specialist bovenpresteerders: zij helpt de leerkracht om leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong te kunnen begeleiden. Zij zorgt ervoor dat er voldoende materiaal en mogelijkheden op school aanwezig zijn zodat deze leerlingen meer uitdaging geboden kan worden. 3. Specialist motorische remedial teaching: zij werkt een keer per week met een groepje kinderen die problemen hebben met de grove motoriek. Zij bespreekt oefeningen met ouders en leerkrachten. 4. Specialist remedial teaching: naar aanleiding van de resultaten van de Citotoetsen werkt zij met individuele of met groepjes leerlingen aan extra spelling, rekenen, of begrijpend lezen. 5. Specialist sociale vaardigheid: een keer per jaar wordt een sociale vaardigheidstraining gegeven aan acht kinderen in de leeftijd van 8 tot 12 jaar. Deze kinderen profiteren niet voldoende van het aanbod in de groep en dreigen door hun sociaal onvaardig gedrag in de problemen te raken. De training bestaat uit tien onderwerpen (een gesprek voeren, iets aardigs zeggen, complimenten geven, non-verbaal gedrag, iets vragen aan een ander, onderhandelen, mag ik meedoen?, iets weigeren, daar baal ik van, excuus aanbieden). In tien weken tijd wordt getracht bij deze kinderen aan de hand van concrete en specifieke leerpunten een gedragsverandering op gang te brengen. 6. Specialist faalangst Pesten Pesten wordt uiteraard niet getolereerd op school, maar is helaas iets wat kan gebeuren, soms zelfs zonder dat de leerkracht het in de gaten heeft. Pesten is een probleem van de hele groep: de zondebok, de pesters, de meelopers en de zwijgende omstanders. Een kind dat wordt gepest, kan dat in zijn eentje nooit oplossen. Als school willen wij alle kinderen die bij het pesten betrokken zijn, helpen. Met klem vragen wij ouders, kinderen en leerkrachten melding te maken van pestgevallen. In voorkomende gevallen wordt het pesten aangepakt middels het protocol: a. bewustwording in de groep b. aankondiging actie c. gesprek met de gepeste d. gesprek met de (grootste) pester e. gesprek met de pester en de gepeste f. als de pester na 14 dagen nog pest: ouders van de pester uitnodigen.
17
Hoofdstuk 7 Een oogje in het zeil houden Jeugdgezondheidszorg De Jeugdgezondheidszorg van de GGD is nauw betrokken bij de gezondheid, groei en ontwikkeling van kinderen vanaf vier jaar. Elke school heeft contacten met een Jeugdgezondheidszorgteam van de GGD, dat bestaat uit een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, een doktersassistente en een logopedist. In de meeste gevallen is het eerste contact met het team van de Jeugdgezondheidszorg op de leeftijd van ongeveer vijf jaar. Medisch onderzoek Alle kinderen worden in de kleuterperiode met hun ouders/verzorgers uitgenodigd voor een Preventief Gezondheidsonderzoek (PGO). Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de doktersassistente en de jeugdarts. De doktersassistente onderzoekt de zintuigen. Dit onderzoek vindt plaats op school. Daarna volgt het medisch onderzoek door de jeugdarts. Dit onderzoek vindt plaats op een GGD-locatie. Ook alle kinderen van groep 7 worden met hun ouders/verzorgers uitgenodigd voor een Preventief Gezondheidsonderzoek (PGO). Het onderzoek wordt uitgevoerd door een jeugdverpleegkundige en vindt plaats op een GGD-locatie. Logopedische screening Bij alle kinderen wordt in de kleuterperiode een spraak- en taalscreening afgenomen. De screening wordt uitgevoerd door een logopedist en vindt plaats op school. Buiten het Preventief Gezondheidsonderzoek en de logopedische screening om kunt u, indien u problemen ervaart of vragen heeft over de ontwikkeling of het functioneren van uw kind, ook zelf telefonisch een afspraak maken voor een gesprek of een onderzoek. Ook de school kan – na overleg met u – de GGD-medewerker benaderen met vragen over uw kind. De jeugdarts, jeugdverpleegkundige, de doktersassistente en de logopedist van de school van uw kind kunt u telefonisch bereiken op werkdagen van 9.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.30 uur, of via de website: www.ggdzw.nl. Overige gezondheidsaspecten Bij een besmettelijke ziekte verwachten wij van de ouders dat zij ons direct op de hoogte stellen. Op elke school doet het probleem hoofdluis zich met regelmaat voor. Ongeacht de lichaamsverzorging kan iedereen hoofdluis krijgen. Wij verwachten dat ouders het direct doorgeven wanneer hoofdluis bij een kind geconstateerd is. In de eerste week na iedere schoolvakantie worden alle kinderen gecontroleerd op hoofdluis. Verder verwijzen wij naar het 'protocol bestrijding hoofdluis'.
18
Hoofdstuk 8 Het ruime sop kiezen Buitenschoolse activiteiten Sportieve activiteiten De kinderen van De Werf kunnen zich inschrijven voor de volgende sportactiviteiten: • het schoolkorfbaltoernooi (groepen 3 t/m 8) • het schoolvoetbaltoernooi (groepen 7 en 8) • het schoolschaaktoernooi (groepen 6,7 en 8) Deze sportactiviteiten vinden na schooltijd plaats. De leerkrachten coördineren deze buitenschoolse activiteiten. Voor de begeleiding doen we echter nadrukkelijk een beroep op de ouders. De deelname is erop gericht dat kinderen kennismaken met diverse sporten. Het plezier hebben in het spel is voor ons belangrijker dan de prestaties. Verder hebben wij een samenwerking met ZVV en Hockeyvereniging De Kraaien. Zij verzorgen een aantal keer per jaar wat trainingen tijdens de gymlessen op hun eigen terrein. De sportdagen worden georganiseerd door het Triascollege. Jantje Beton Loterij/Kinderpostzegels De groepen 5 en 6 doen jaarlijks mee aan de Jantje Beton Loterij. Wat doet Jantje Beton? Ruim 500.000 kinderen in Nederland leven onder de armoedegrens. Kinderen voor wie zorgeloos spelen nooit vanzelfsprekend is. Jantje Beton helpt per jaar zo'n 200.000 van deze kinderen door diverse projecten te ondersteunen. Zo kunnen ook zij spelen, een dagje naar een pretpark of zelfs op vakantie. Ook is 50% van de opbrengst van de verkochte loten voor de deelnemende school zelf. De kinderen van groep 7 en 8 doen jaarlijks mee aan de Kinderpostzegelactie. Stichting Kinderpostzegels Nederland is een kinderhulporganisatie met als motto: 'voor kinderen door kinderen'. Kinderen helpen met de actie andere kinderen. Met het ingezamelde geld steunt Kinderpostzegels projecten waarin kinderen voorop staan. De stichting Kinderpostzegels vindt het belangrijk kinderen zoveel mogelijk te betrekken bij projecten. Voor het goede doel Ieder jaar rond Kerstmis houden wij een actie voor een goed doel. Over het algemeen kiezen wij iets wat de kinderen aanspreekt en waar wij in de klas lessen over kunnen geven. Verder juichen wij ieder goed initiatief dat vanuit de kinderen komt van harte toe.
19
Hoofdstuk 9 Schippersknechten trekken aan een lijn Welke faciliteiten biedt de school Overblijven In principe blijven alle kinderen op school over. In de groepen 1 t/m 4 eten de kinderen met de eigen leerkracht. De kinderen van groep 3 en 4 gaan eerst een half uur buitenspelen onder begeleiding van een overblijfkracht en eten daarna binnen bij de eigen leerkracht. De kinderen van groep 1 en 2 eten eerst met de eigen leerkracht, daarna neemt de overblijfkracht de kinderen mee naar buiten. De kinderen van groep 5 t/m 8 eten ook met hun eigen leerkracht en gaan daarna naar buiten met de leerkracht die pleinwacht heeft. Vanwege de inzet van overblijfkrachten wordt voor het overblijven van de kinderen van groep 1 t/m 4 een vergoeding gevraagd. Voor het overblijfgeld ontvangt u een acceptgiro. Schoolmelk Als u wilt dat uw kind schoolmelk drinkt, dan kan dat via Campina geregeld worden. Er is keuze uit: halfvolle melk, volle melk, chocolademelk en drinkyoghurt. De administratie heeft aanmeldingsformulieren hiervoor op voorraad. Wijzigingen kunt u rechtstreeks via de website van Campina doorgeven (www.schoolmelk.nl), of via de administratie. Op de dagen dat Campina geen melk verzorgt, nemen de kinderen zelf drinken mee. Dit is in ieder geval de eerste maandag en dinsdag na de zomervakantie. Voor de eerste dagen na de korte vakanties levert Campina in principe lang houdbare melk. Eten en drinken Wij willen graag als school het goede voorbeeld geven. Wij adviseren een zo gezond mogelijke voeding. U kunt denken aan:
Eten en tussendoortjes
brood, fruit, groente (komkommer, tomaat, wortel), naturel biscuit, rijstwafels,soepstengels, kinderkoeken, ontbijtkoek, crackers en toastjes, koek met krenten en rozijnen.
Drinken
melk en yoghurtproducten, vruchtensap en limonade. Snoep, chocoladerepen en fris met prik worden niet toegestaan. We rekenen er op dat alle kinderen die overblijven in hun overblijftas een handdoekje of stoffen placemat hebben om de tafel te dekken. Traktaties Kinderen trakteren in hun eigen groep en gaan met één klasgenootje in de kleine pauze naar de lerarenkamer om zich door de andere leerkrachten te laten feliciteren. Wilt u de hoeveelheid snoep beperken? Geen lollies en kauwgom uitdelen, in verband met de veiligheid. Op de website: www.ggdzw.nl kunt u ideeën vinden over gezonde en leuke traktaties. Ga op deze site naar ‘informatie
20
over’, klik vervolgens op ‘jeugdgezondheidszorg’ en vervolgens bij ‘links’ op ‘gezonde traktaties’. Als u een tractatie aan de leerkrachten wilt geven, gaat onze voorkeur uit naar een boekenbon. Wij kopen van dit geld weer mooie boeken voor in ons documentatiecentrum en daar heeft uw kind dan ook weer voordeel van. Jeugdbladen Wij stellen u aan het begin van het schooljaar in de gelegenheid om via de school voor uw kind een abonnement te nemen op een van de jeugdbladen van uitgeverij Malmberg: Bobo (voor groep 1 / 2), Okki (voor groep 3 en 4) en Taptoe (voor groep 5 tot en met 8). Voor groep 7 en 8 is er ook een Engelstalig blad: Hello you. Ook krijgt u informatie over het aanschaffen van jeugdliteratuur. Buitenschoolse opvang Er zijn vier organisaties die de buitenschoolse opvang verzorgen op alle dagen. Tinteltuin in Zaandijk Bambino in Wormerveer/Zaandijk Free Kids in Zaandam en Assendelft Als ouders kunt u de organisatie kiezen die u het best bij uw kind vindt passen. Alle kinderen die naar de buitenschoolse opvang gaan, moeten zich na schooltijd in de speelzaal verzamelen. De medewerkers van de verschillende organisaties halen de kinderen daar op. De directeur is het aanspreekpunt voor de buitenschoolse opvang. Naast deze vier organisaties bestaat specifiek voor De Werf ook de Stichting ‘Vooronder’. Deze stichting biedt twee vormen van opvang aan in de speelzaal van de school: opvang op vrijdagmiddag, tot 14.30 uur opvang op de studiedagen van het team. Meer informatie hierover en/of een inschrijfformulier is bij de administratie verkrijgbaar. Wilt u incidenteel gebruikmaken van de opvangmogelijkheden op vrije vrijdagmiddagen of studiedagen, dan kunt u minimaal één week van te voren uw kind opgeven via een lijst op de deur van de speelzaal.
Hoofdstuk 10 Een schip is zo zeewaardig als zijn bemanning
Het team Ons team bestaat uit ongeveer 22 leden, te weten: de directeur, groepsleerkrachten, de intern begeleider (IB’er),, de administratrice en de conciërge. De directeur is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken in de school. In overleg met het bestuur geeft hij invulling en uitvoering aan het beleid over onderwijskundige zaken, de financiën, de organisatie, het beheer van het gebouw, de administratie en de externe contacten. In het managementteam
21
zitten naast de directeur de IB’er en de coördinatoren van de onderbouw en bovenbouw. De zorgstructuur wordt gecoördineerd door de IB’er. Zij bewaakt de zorg op De Werf in samenwerking met de specialisten op de verschillende terreinen. Op onze school hebben verschillende leerkrachten naast hun taak als groepsleerkracht ook een specialisatie, zoals bovenpresteerders, dyslexie, motorische remedial teaching en sociale vaardigheden. Ook hebben wij een cultuurcoördinator en een ICT-coördinator op school. Zij werken als stimulator en bewaken tevens de doorgaande lijn van dit vakgebied. Onze conciërge is verantwoordelijk voor het gebouw. Ook verzamelt zij de gevonden voorwerpen. Zij is dagelijks aanwezig tussen 8.00 uur en 13.15 uur. Stagiaires Wij begeleiden studenten van Hogeschool INHOLLAND die de opleiding tot leerkracht volgen. In hun laatste jaar sluiten studenten als Leerkrachten In Opleiding (LIO) hun studie af door gedurende vijf maanden een deel van de week zelfstandig voor de groep te staan. Ook leiden wij af en toe onderwijsassistenten op van o.a. het Regio College. In bijna iedere groep zijn gedurende het schooljaar stagiaires aanwezig. Ziektevervanging Wanneer een leerkracht ziek is, zoeken wij daar een oplossing voor. In eerste instantie proberen wij een invaller te regelen en als dit niet lukt, doen wij een beroep op onze parttimers. Wanneer wij op geen enkele wijze vervanging kunnen organiseren, worden de kinderen verdeeld over de andere groepen. Wij willen hiermee voorkomen dat wij kinderen naar huis moeten sturen. Aan de ouders van de kleuters wordt wel op de eerste dag van uitval van de groepsleerkracht gevraagd hun kind zo mogelijk weer mee naar huis te nemen. Alleen in uiterste gevallen wordt kinderen verzocht op dag 2 thuis te blijven. Ouders horen dit één dag van te voren door middel van basisschoolnet.
Hoofdstuk 11 Aan het roer zitten Meepraten en meebeslissen Het bestuur Het bestuur van de schoolvereniging is eindverantwoordelijk voor de gang van zaken in de school. De bestuursleden – allen ouders – overleggen regelmatig met de directeur over beleid en beheer van de school en zijn onder meer gesprekspartner van de gemeente en de onderwijsinspectie. De Werf is aangesloten bij de PO Raad en kan een beroep doen op de expertise van deze organisatie. Verder worden bestuur en directie ondersteund door een administratiekantoor. Het bestuur wordt gekozen uit de algemene ledenvergadering, die jaarlijks plaatsvindt. In deze vergadering kan aan de aanwezige leden worden gevraagd zich door middel van stemming uit te spreken over bepaalde voorstellen. Indien
22
er een vacature is, kunnen leden van de schoolvereniging zich kandidaat stellen voor een bestuursfunctie. De verenigingsstatuten zijn op school verkrijgbaar.. Als u voor De Werf kiest, is het gebruikelijk dat u lid wordt van de schoolvereniging en een jaarlijkse bijdrage voldoet, die wordt geïnd d.m.v. een automatische incassso.. De vereniging stelt deze ouderbijdragen beschikbaar aan de school voor o.a. Sinterklaas, kerst, projecten en extra leermiddelen. De medezeggenschapsraad Aan onze school is een medezeggenschapsraad (MR) verbonden. Ouders en personeelsleden hebben via de MR inspraak in het beleid van de school. In de MR hebben drie ouders en drie teamleden zitting. De MR is bevoegd tot het bespreken van alle zaken die de school aangaan, overlegt regelmatig met de directie en geeft gevraagd en ongevraagd adviezen. Het bestuur is wettelijk verplicht ten aanzien van bepaalde zaken advies of instemming aan de MR te vragen. Voorbeelden hiervan zijn het benoemen van een nieuwe leerkracht, wijzigen van het schoolwerkplan, huisvesting, schooltijden en de begroting. De MR wil de openheid, de openbaarheid en het onderlinge overleg binnen de school bevorderen, met als doel de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Ouderhulp Op De Werf vinden wij dat ouders en school elkaar moeten aanvullen en versterken in de opvoeding van de kinderen. Wij hechten er daarom veel belang aan ouders te betrekken bij de diverse activiteiten op school. Eén van de manieren om ouders te betrekken is de ouderhulp, die bij ons op school een belangrijke plaats inneemt. Jaarlijks zijn vele ouders actief bij het ondersteunen van excursies, spelletjes, festiviteiten, het documentatiecentrum, schoolsporten, projecten en klussen. Op De Werf kennen we verschillende vormen van ouderhulp:
Incidentele hulp bij groepsactiviteiten die eenmaal per jaar plaatsvinden, zoals excursies, projecten en schoonmaken. Voor deze activiteiten worden ouders vaak rechtstreeks door de groepsleerkracht benaderd of kunnen zij zich via lijsten bij de deur van het lokaal inschrijven. Incidentele hulp bij groepsoverstijgende activiteiten die eenmaal per jaar plaatsvinden, zoals Sinterklaas, kerst en de kinderboekenweek. Structurele hulp bij regelmatig terugkerende groepsoverstijgende activiteiten, zoals de luizenbrigade, het schoolpleinonderhoud, de klussengroep en de documentatiewerkgroep.
Aan het eind van het schooljaar ontvangt u een boekje met een overzicht van de gevraagde hulp bij de groepsoverstijgende activiteiten. Per activiteit wordt uitgelegd wat de assistentie inhoudt en welke tijdsinvestering hierbij hoort. U kunt zich vervolgens via het aanmeldformulier opgeven voor de activiteiten die u aanspreken.
23
Hoofdstuk 12 Twee zien meer dan één Communicatie Mondelinge verslaggeving De Werf organiseert spreekavonden waar de leerkrachten mondeling verslag doen aan de ouders. U krijgt drie maal per jaar de gelegenheid deze spreekavond te bezoeken In deze gesprekken wisselen de leerkracht en de ouders hun ervaringen uit en wordt besproken hoe we een optimaal klimaat kunnen scheppen voor een ongestoorde ontwikkeling van het kind. In het eerste gesprek ligt de nadruk op de aanpassing aan de nieuwe situatie en de meest recente toetsresultaten (CITO E). Wij achten de inbreng van de ouders hierbij van groot belang. Het tweede en derde gesprek moet een duidelijk beeld geven van het functioneren van het kind. Ook hebben wij dan weer recente toetsresultaten (CITO M). Als de leerkracht een specifieke aanpak overweegt, komt deze tijdens dit gesprek aan de orde. Het laatste gesprek heeft een samenvattend karakter. Uiteraard kunt u ook zelf aangeven dat u behoefte heeft aan een gesprek. Mocht er meer contact tussen de leerkracht en de ouders wenselijk zijn, dan worden daarover individueel afspraken gemaakt. In een van de eerste twee leerjaren komt de leerkracht eenmaal op huisbezoek. De ouders van de leerlingen van groep 8 ontvangen voor de laatste spreekavond geen uitnodiging. Voor hen is er een ander afrondingsmoment. Schriftelijke verslaglegging Alle gegevens van de leerlingen (observaties, leerlingbesprekingen, oudergesprekken, toetsresultaten enz.) worden vastgelegd en bewaard in ons leerlingvolgsysteem. Aan de hand van deze gegevens worden de spreekavonden voorbereid. De leerkrachten registreren de ontwikkelingen van de kinderen nauwkeurig. Aan het einde van ieder schooljaar verwerken de leerkrachten de relevante gegevens en bespreken zij deze met de leerkracht die het jaar daarop voor de groep staat. Het is van belang dat zowel de leerkrachten als de ouders de kinderen op de hoogte houden van hun vorderingen. Informatievoorziening naar ouders Wij vinden het belangrijk dat ouders zo goed mogelijk op de hoogte zijn van wat er op school gebeurt. In de Werfwijzer kunt u alle algemene informatie over onze school vinden. U krijgt deze gids als uw kind bij ons op school komt. Aan het begin van ieder schooljaar ontvangt u de jaarwijzer . Dit is een gids waarin alle informatie staat vermeld over schooltijden, financiën, adressen, vakanties, spreekavonden, vrije dagen, studiedagen en overige activiteiten. Overige informatiebronnen De nieuwsbrief: deze komt gemiddeld eens per veertien dagen uit en betreft de gehele school U krijgt deze nieuwsbrief per e-mail. Houdt de school daarom op de hoogte van uw actuele e-mailadres.
24
Tussentijdse informatie: indien dat aan de orde is, wordt informatie die
bijvoorbeeld niet in de nieuwsbrief kon worden geplaatst per basisschoolnet door gegeven.
Ouderbulletin: een aantal keer per jaar komt dit bulletin uit, het wordt voor iedere vakantie meegegeven. Hierin staan verhalen van leerkrachten en leerlingen over de afgelopen schoolperiode.
Groepsinformatieavond: op deze avond in het begin van het schooljaar wordt per groep uitgelegd wat de belangrijkste activiteiten zijn.
Inloopmiddagen: een aantal keer per jaar is er na schooltijd gelegenheid om werk van kinderen in te zien.
Spreekavond: alle ouders krijgen tijdens een gesprek van vijftien minuten te
horen wat de vorderingen van hun kind zijn. Daarnaast is er gelegenheid voor het uitwisselen van informatie.
Onderwijskundige informatieavond: op deze avond wordt aan de hand van een specifiek thema/onderwerp informatie gegeven en worden ervaringen uitgewisseld.
Communicatie tussen ouders en de leerkracht U kunt altijd contact opnemen met de leerkracht als u iets wilt weten of iets kwijt wilt. Als u uitgebreider met de leerkracht wilt praten, is het verstandig om daarvoor een afspraak te maken. Heeft u het idee dat u er niet uitkomt met de leerkracht, maak dan een afspraak met de onder- of bovenbouwcoördinator. Komt u er dan nog niet uit, dan kunt u terecht bij de directie. Ook in dat geval is het gewenst om een afspraak te maken. Met vragen en suggesties over zaken die u niet per se met een teamlid hoeft te bespreken, kunt u ook terecht bij een lid van de MR. Klachtenregeling Indien de afhandeling van een probleem niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kunt u een beroep doen op de klachtenregeling. Deze klachtenregeling ligt ter inzage op school. Als u een officiële klacht heeft, kunt u zich wenden tot de vertrouwenspersoon op De Werf. Zij fungeert als aanspreekpunt bij klachten. Zij kan u adviseren, begeleiden en zorgt eventueel voor bemiddeling. Uiteraard is de vertrouwenspersoon verplicht tot geheimhouding. De intern begeleider is door het bestuur aangewezen als de vertrouwenspersoon.
25
Hoofdstuk 13 Met iemand in zee gaan Wanneer uw kind bij ons op school komt De informatie in deze schoolgids en op onze website kan u helpen een bewuste schoolkeuze te maken voor uw kind. Overweegt u uw kind aan te melden bij De Werf, dan kunt u telefonisch contact opnemen met onze administratie. U wordt dan uitgenodigd voor een informatieochtend en een rondleiding door de school. Aanmelden op onze school Als u uw kind geplaatst wilt zien op de Werf is het belangrijk uw kind tijdig aan te melden. Wij plaatsen de kinderen op volgorde van aanmelding (met uitzondering van de 0-jarigen). Als er meer aanmeldingen zijn dan beschikbare plaatsen, dan komen deze kinderen op de wachtlijst. Voor elke jaargroep bestaat een aparte wachtlijst. De 0-jarige kinderen schrijven wij allemaal in (tot 1 oktober). Als er meer aanmeldingen zijn dan beschikbare plaatsen, volgt loting in november. U kunt uw kind aanmelden op maandagochtend, dinsdagochtend en op donderdagochtend bij de administratie. Als uw kind vier jaar wordt Het basisonderwijs is bestemd voor kinderen vanaf vier jaar. Kleuters zijn de dag na hun vierde verjaardag welkom op De Werf. Om de overgang van huis naar school gemakkelijker te maken, nodigen we hen uit om al voor de vierde verjaardag vier ochtenden te komen wennen. De leerkracht spreekt deze ochtenden met de ouders af. Als de kinderen na de maand mei jarig zijn, komen ze bij aanvang van het nieuwe schooljaar op school. Voor deze kinderen is een wenochtend voor de schoolvakantie ingepland. Het kan zijn dat een hele dag voor jonge kleuters wat te lang is, sommige kinderen hebben op deze leeftijd nog meer rust nodig. U bepaalt zelf in overleg met de leerkracht wat het beste is voor uw kind. Zolang het kind vier jaar is, is het immers nog niet leerplichtig. Ook met vijf jaar mogen kinderen vijf uur per week korter naar school. Na een verhuizing Overweegt u uw kind vanwege een verhuizing aan te melden bij De Werf, dan kunt u contact opnemen met de directie. Het is belangrijk dat u niet alleen onze school maar ook de school die uw kind verlaat tijdig op de hoogte brengt. Beide scholen treden met elkaar in contact. Aan ons worden een bericht van uitschrijving en een onderwijskundig rapport toegestuurd. Daarna wordt uw kind ingeschreven. Ook zenden wij een bericht van inschrijving aan de vorige school. Mogen wij uw kind weigeren? Wij verwachten van alle ouders dat zij de visie van onze school respecteren. Wanneer dat niet het geval is, mogen wij uw kind weigeren. Het kan ook voorkomen dat wij uw kind niet de speciale zorg kunnen bieden die het nodig heeft. Als een kind van een nabijgelegen basisschool tijdens het schooljaar wordt aangemeld, winnen wij altijd van te voren informatie in bij deze school. Alleen
26
wanneer overplaatsing naar de mening van beide directies in het belang van het kind is, accepteren wij de aanmelding. Kan uw kind van school verwijderd worden? Kinderen kunnen voor een korte periode (schorsing) of definitief (verwijdering) van school worden gestuurd. Dit gebeurt niet zomaar. Er moet een heel gerichte reden voor zijn en er moet een specifieke procedure worden gevolgd. De beslissing over de verwijdering wordt genomen door het schoolbestuur en de directie. Voordat dit besluit genomen wordt, worden de groepsleerkracht, het kind en de ouders gehoord. Uiteraard wordt waar mogelijk geprobeerd schorsing of verwijdering te voorkomen. Schooltijden Maandag, dinsdag en donderdag : 8.30-14.30 uur Woensdag : 8.30-12.30 uur Vrijdag : 8.30-12.30 uur ’s Ochtends kunnen de kinderen vanaf 8.20 uur de school in. Verlof buiten schoolvakanties De kinderen zijn leerplichtig vanaf hun vijfde jaar. Vijfjarigen mogen nog 5 uur per week verzuimen. Het opsparen van deze uren is echter niet toegestaan. Richtlijnen van de leerplichtambtenaar ten aanzien van verlof buiten de vakanties zijn: Wanneer het om meer dan 10 schooldagen gaat, dan is naast de goedkeuring van de directeur ook de goedkeuring van de leerplichtambtenaar vereist. In een situatie van een tweede vakantie (denk dan aan een wintersportvakantie), is er geen reden tot verlof buiten de schoolvakanties, tenzij een dokter dringend vakantie adviseert. Een werkgeversverklaring geeft in dit geval geen aanleiding te veronderstellen dat er sprake is van 'gewichtige omstandigheden'. In het geval van verlof (ook voor 4-jarigen) dient u de leerkracht/directie vroegtijdig schriftelijk op de hoogte stellen. In bepaalde gevallen kan men toestemming krijgen voor kort verlof, te weten: Voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, een en ander voor zover dit niet buiten lestijden kan geschieden. Voor verhuizing binnen de gemeente voor ten hoogste een dag. Voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- en aanverwanten van de 1e of 2e graad voor een of ten hoogste twee dagen, afhankelijk of dit huwelijk wordt gesloten in of buiten de woonplaats van de belanghebbende. Bij ernstige ziekte van ouders. Bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1e graad voor ten hoogste 4 dagen, van bloed- of aanverwanten in de 2e graad voor ten hoogste 2 dagen, van bloed- of aanverwanten in de 3e graad of 4e graad ten hoogste 1 dag. Bij het 25-,40- en 50-jarig ambtsjubileum en het 25-, 40-, 50- en 60jarig huwelijksjubileum van de (groot)ouders voor 1 dag.
27
Voor andere, naar oordeel van de directie belangrijke, redenen, in zeer bijzondere gevallen. Onder vakantieverlof wordt verstaan de vrijstelling als bedoeld in artikel 11 van de leerplichtwet 1969 in verband met vakantie. Vakantieverlof wordt uit onderwijskundig oogpunt in principe beperkt tot de periode vlak voor de zomervakantie, onder overlegging van een werkgeversverklaring, waaruit blijkt dat adressant verplicht is zijn vakantie op te nemen buiten de schoolvakantie. De schooldirectie en de leerplichtambtenaar dienen bij deze werkgevers aan te dringen op een roulatiesysteem voor vakanties van de werknemers, zodat niet steeds dezelfden buiten de schoolvakantie vakantie moeten nemen. Bij kleine zelfstandigen kan het mogelijk zo geregeld worden, dat het ene jaar wel verlof wordt verleend en het andere jaar niet, al dan niet in combinatie met een roulatiesysteem voor de collegae. Indien vakantieverlof noodzakelijk is op grond van medische of sociale indicatie betreffende een van de gezinsleden (verklaring van arts of maatschappelijk werker moet dan worden overlegd). Vakantieverlof mag in principe niet langer duren dan 15 schooldagen (in geval van verlof langer dan 10 dagen is toestemming nodig van de leerplichtambtenaar).
Ziekmeldingen Wanneer uw kind afwezig zal zijn door ziekte of doktersbezoek dan willen we dat graag voor 8.30 uur horen . U kunt dit telefonisch doen bij onze conciërge of door middel van een briefje vooraf bij de leerkracht. Wilt u zo’n melding niet snel tussendoor doen aan een van ons, want dan is de kans groot dat de boodschap niet doorkomt en u alsnog wordt gebeld. Mocht uw kind zonder bericht afwezig zijn, dan kunt u voor 9.00 uur een telefoontje van ons verwachten. Wij houden een centrale verzuimregistratie bij om dagelijks op de hoogte te zijn van het aantal kinderen dat op school aanwezig is.
Hoofdstuk 14 Overstag gaan Wanneer uw kind onze school verlaat Na een verhuizing Bij verhuizing is het van belang dat schriftelijk aan ons wordt doorgegeven naar welke school uw kind gaat. Wij zorgen ervoor dat de betreffende school een bericht van uitschrijving en een onderwijskundig rapport van uw kind krijgt. Naar het voortgezet onderwijs Aan het begin van het schooljaar worden de ouders van groep 8 geïnformeerd over de procedure met betrekking tot de schoolkeuze. Ook krijgen de kinderen een informatieboekje mee naar huis over het voortgezet onderwijs (vo) in de Zaanstreek. Om zowel ouders als kinderen een goed beeld te geven van de verschillende mogelijkheden, verzorgen de vo-scholen open avonden.
28
Wanneer de schoolkeuze gemaakt is, kunt u uw kind aanmelden bij de vo-school van uw keuze. Wij beschikken over inschrijfformulieren, die wij met aanvullende informatie naar de diverse scholen verzenden. Voor de aanvang van het nieuwe schooljaar worden alle leerlingen met de brugklascoördinatoren van de betreffende scholen doorgesproken.
Hoofdstuk 15 Op dat kompas kun je veilig zeilen Ons gebouw In- en uitgangen Om ruim 250 kinderen zo efficiënt mogelijk het gebouw in en uit te laten gaan, gebruiken wij de ingangen op de volgende manieren: De kinderen van de groepen 1/2 komen via de deur bij het lokaal 1A naar binnen. De kinderen van de groepen 3 tot en met 8 komen via de hoofdingang naar binnen. Als de school uitgaat, komen de kinderen van de groepen 3 en 4 via de middendeur naar buiten, de overige groepen komen via dezelfde deur naar buiten waardoor zij ook naar binnen zijn gekomen. Op deze manier wordt grote drukte bij de hoofdingang vermeden. Fietsen Indien mogelijk zien wij graag dat kinderen lopend of met de fiets naar school komen. Halen en brengen met de auto leidt tot opstoppingen en onveilige situaties rond de school. Op ons schoolplein mag niet gefietst worden. Brengen en halen Wanneer u uw kind naar school brengt met de auto, kunt u het beste aanrijden via de parallelweg van de Provinciale weg en via de Lagedijk. U kunt daar tevens uw auto parkeren. Let op: het is verboden – en gevaarlijk - bij de gele streep te parkeren of stil te staan. Bij het afhalen wordt u verzocht buiten op uw kind te wachten. Schoolafspraken Om de schoolorganisatie soepel te laten verlopen, zijn schoolafspraken noodzakelijk. Hieronder zetten wij deze afspraken nog eens op een rijtje. Wij verwachten dat alle leerlingen en hun ouders/verzorgers zich hier aan houden. Deze afspraken staan niet ter discussie, ze horen gewoon bij de school.
Wij vinden het prettig als u probeert het afscheid nemen zo vlot mogelijk te laten verlopen. Na 8.30 uur kunt u de groepsleerkrachten niet meer storen. Fietsen stallen wij alleen in de fietsenrekken. Waardevolle spullen thuislaten, zeker tijdens de gymdagen. Geen petten en mutsen op in de klas. Geen mobiele telefoons aan.
29
Bij vernielingen aan school(materiaal) worden de leerling en zijn/haar ouders hierop aangesproken en wordt een afspraak over schadevergoeding gemaakt. Stilstaan of parkeren bij de gele streep mag niet, ook niet door ouders/verzorgers bij het halen en brengen van de kinderen.
Veiligheidsbeleid De Werf telt voldoende gediplomeerde bedrijfshulpverleners (BHV’ers), die elk schooljaar een herhalingscursus volgen. Het veiligheidsbeleid wordt gecoördineerd door de werkgroep BHV. Brandalarm Ieder schooljaar wordt het ontruimingsplan geactualiseerd en goed geoefend. In iedere klas hangt een brandblusser en een calamiteitenmapje. Beleid ten aanzien van sponsoring Sponsoring is een fenomeen dat steeds vaker voorkomt in het basisonderwijs. Voor het bedrijfsleven is een school aantrekkelijk voor sponsoractiviteiten. Kinderen zijn immers een belangrijke doelgroep. Maar leerlingen vormen ook een beïnvloedbare en kwetsbare groep. Leerlingen worden aan een school toevertrouwd en hebben dus recht op bescherming tegen ongewenste invloeden van buiten de school. Om te bevorderen dat alle bij de school betrokkenen op een zorgvuldige manier met sponsoring omgaan, is de Regeling Sponsoring ontwikkeld. Met de regeling willen we bereiken dat op een verantwoorde manier met sponsoring wordt omgegaan. Daarbij is van belang dat er sprake is van sponsoring als de sponsor een tegenprestatie verlangt, of het schoolbestuur een tegenprestatie verleent, waarmee leerlingen in schoolverband worden geconfronteerd. Schenkingen vallen dus niet onder het begrip sponsoring tenzij er een tegenprestatie voor wordt geleverd. Het uitgangspunt is dat het Rijk het primaire proces financiert en dat sponsorgelden kunnen worden ingezet voor extra’s. Zo mag het uitvoeren van de wettelijk omschreven kernactiviteiten niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. Verzekeringen/ aansprakelijkheid Wij hebben als school een ongevallen- en een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (kinderen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets etc.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als hen die voor de school actief zijn (o.a. personeel en vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u op twee aspecten die vaak leiden tot misverstanden. Ten eerste is de school niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooltijden en buitenschoolse activiteiten gebeurt. De school
30
heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid, bijvoorbeeld als tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril komt. Deze schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en wordt dan ook niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van de kinderen. Kinderen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een kind dat tijdens schooltijd of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is daarom van belang dat ouders zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten.
31