De Pompemich
JAARGANG
16
-
NUMMER
59
-
DECEMBER
2010
Voorkant: De Boarn. Het lijkt al weer zo lang geleden... Foto: Simon v.d. Veen
IN DIT NUMMER ● ● ● ● ● ● ● ● ●
Van de voorzitter In dit nummer Algemene ledenvergadering Verslagen forelvissen Kort verslag snoekdag Programma laatste clubavond Black Beauty Karassjohka; een vis- en kanoavontuur Realiteit
3 3 4 4 5 6 7 9 12
● ● ● ● ● ● ● ●
Vliegvissers vertellen verhalen Zomervakantie aan de Karup A De Boarn Berkley-smallert Brak en kustwater Een zeer verontrustend artikel Visrecept Agenda
15 15 17 18 19 21 22 23
www.depompemich.nl Voorzitter: Martin van der Wagt Dr. E. Halbertsmastraat 20 8501 JW Joure 06-38128892
[email protected] Rob van Dijk Valeriaan 53 8446 BC Heerenveen 0513-628448
[email protected]
Secretaris:
Penningmeester:
René Sijtsma Marnixstraat 41 8913 GV Leeuwarden 058-2127682
[email protected]
Bestuursleden: Frits Maltha de Warren 33 8551 MR Woudsend 0514-591388
[email protected] Bart Vogel Andringastrjitte 4 9034 HD Marssum 058-2542991
[email protected]
Aktiviteitencommissie: Menno ter Horst Kruisstraat 40 8375 BG Oldemarkt 06-14369930
[email protected] Kees Lutz Molenkrite 126 8608 XK Sneek 0515-416696
[email protected] RANO vertegenwoordiger: Rob Leurs Kraaiheide 30 8471 TZ Wolvega 0561-614459
[email protected] Rob van Dijk
Redactie:
Remco de Vries De Skalter 3 8627 SN Gauw 0566-651296
[email protected] Redactieadres: Hans Wiersma Tsjerkebuorren 34 9035 BB Dronrijp 0517-232313
[email protected] Hans Wiersma www.hanswiersma.nl
Opmaak:
De Pompemich wordt bezorgd door FRL post. Bij klachten over de bezorging bellen met FRL post: 058-2154157
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
De Pompemich De belangrijkste doelstelling van de vereniging is het stimuleren van het vliegvissen in de breedste zin van het woord, en het behartigen van de belangen van de aangesloten leden. De Pompemich is het clubblad van de vereniging en verschijnt drie keer per jaar. Het lidmaatschap van de vereniging kost € 20,- per jaar, middels automatische incasso. Opgave bij de secretaris. Na betaling krijg je een informatiepakket en de laatstverschenen Pompemich toegestuurd. Opzegging lidmaatschap vliegvisvereniging De Pompemich: uitsluitend schriftelijk voor 31 december bij de secretaris. Vliegvisvereniging De Pompemich is niet aangesloten bij de Federatie Friesland voor Sportvissersverenigingen. Vergunningen kunnen derhalve niet worden verstrekt. Er worden op de clubavonden binnen en/of buiten werpinstrukties gegeven. Het is dus raadzaam om je vliegenhengel mee te nemen. Er is altijd iemand aanwezig die de basistechnieken aan de beginnende vliegvisser kan uitleggen. De vereniging heeft hengels ter beschikking voor wie nog geen vliegenhengel heeft.
kopij voor het volgende nieuwsbulletin inleveren voor 10 maart 2010
Van de voorzitter Alweer de laatste weken voor 2011. We staan als kerngroep (bestuur en aco) met het ene been in dit en het andere in volgend jaar. Nog een enkele clubavond, nog wat actiepunten van dit jaar wegwerken en bestuursvergadering. We willen het jaar goed afsluiten. Maar ook is er volop werk voor volgend jaar. Allereerst de algemene ledenvergadering in januari en natuurlijk de elf volgende maandelijkse bijeenkomsten om te vullen. Alweer een jaar of vier geleden hebben wij jullie gevraagd om onderwerpen of ideeën aan te leveren. Ideeën waar we wel, niet of nog niets mee gedaan hebben. De ‘niet’ en ‘nog niets’ ideeën blijken lastig uitvoerbaar of we beschikken niet over voldoende middelen zoals mankracht of gelden. Dus is jouw idee nog niet langs gekomen de afgelopen jaren spreek mij er vooral op aan want er is een reden die ik graag uitleg. Met een bestuur van vijf personen en een activiteitencommissie kan je best wat doen maar niet alles. Het is niet anders. In het programma van volgend jaar is er toch weer voor ieder wat te beleven. Kijk maar even achter in het blad of op de website. We willen het werpen beter regelen met onder andere meer structuur in de instructies voor zowel beginner als gevorderde. Menno wil volgend jaar de VNV-instructeurscursus gaan volgen. Dus als het een beetje mee zit hebben we dan twee officiële VNV-instructeurs. Ook voor het binden willen we de zaken anders aanpakken. Meer de
focus op techniek want met het beheersen van bindtechnieken kan je alle vliegen maken die je maar wilt. De vangende patronen vind je wel op internet, het binden kan de club je bieden. Toen wij, alweer een paar jaar terug, als bestuur begonnen heb ik gekozen voor een nieuwe stijl van besturen. Heel kort komt dit neer op: je bestuursfunctie is alleen belangrijk als dat nodig is. Dat geeft veel ruimte om zaken op te pakken en te regelen. Vaak is één en ander afhankelijk van beschikbare tijd. En gelukkig voor de vereniging genieten Rob en Frits maar ook Kees (aco) van hun oude dag en willen ze die besteden aan De Pompemich. Ik wil het bestuur en aco bedanken voor hun inzet dit jaar maar vooral de ‘ouwetjes’. Bedankt mannen! Helaas heeft Bart te weinig tijd om zijn bestuursfunctie inhoud te geven en stop vanaf januari. Jammer maar begrijpelijk. Er is dus een vacature voor een algemeen bestuurslid. Lijkt het je iets? Meld je aan. Het is niet nodig om geweldig te kunnen werpen, binden of vissen. Betrokkenheid is voldoende en zoals gezegd er is voldoende ruimte om te doen waar je zin in hebt of goed in bent. En het kost echt maar een paar uurtjes per maand. Vriendelijke groet van uw voorzitter Martin van der Wagt
In dit nummer Dat “Pompemichers” iets hebben met het buitenleven is geen verassing. Werpoefeningen in een gymzaal is nog tot daar aan toe; soms kun je niet anders. Maar voor het echte ‘werk’ gaat er niets boven een hengel in je hand, water binnen werpbereik en genoeg afleiding in de vorm van natuur om je heen om je een excuus te verschaffen voor het zo nu en dan missen van een aanbeet. Ook in dit nummer is er voldoende bewijs voorhanden voor de bovenstaande stelling. Zo is er een verslag van een snoekexpeditie en er is een beschrijving van een “put uitje” door maar liefst twee deelnemers. Verder geeft Roeland van der Leij ons vanuit zijn thuis in Noorwegen een indruk van het leven en het vissen daar. Het buitenleven in “Norge” is een belangrijk, zo niet het belangrijkste, argument voor hem om daar te gaan wonen. En nu we toch in Noorwegen zitten. Het eerste deel van een verslag van een vistocht aldaar compleet met watervliegtuig, kano en de drie “Pompemiggers” Teye Marra, Roeland van der Leij en Remco de Vries is klaar en hier te lezen.
En dat is nog niet alles, nog lang nog niet... Een beschrijving van de kusten van Spanje, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland, Denemarken en Noorwegen paste ook nog in dit nummer. Daarnaast nog een verhaal over de liefde voor een hengel, instructies voor het bereiden van een haring, berichten van het bestuur, een verkenning van een Friese rivier, een Deense visbelevenis en een oproep voor een goed doel. Dat en nog meer is vooral bijeen gebracht dankzij de bereidwilligheid van onze lezers om iets bij te dragen aan dit blad. Bedankt! De redactie
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Algemene ledenvergadering “De Pompemich” Het bestuur nodigt u uit voor het bijwonen van de ledenvergadering 2011 Datum: Tijd: Plaats:
25 januari 2011 20.00 uur dorpshuis ’t Heechein, Buorren 28, Terkaple
Agenda: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
opening vaststellen agenda notulen jaarvergadering 2010 (zie Pompemich nr 57) jaarverslag, voorgelezen ter vergadering financieel verslag en begroting 2011, ter goedkeuring verslag kascommissie verkiezing nieuw bestuurslid i.v.m. aftreden Bart Vogel. Kandidaten kunnen zich melden bij het bestuur. uitslag fotowedstrijd pauze met hapjes, verloting en werpen op “de binnenbaan” presentatie nieuwe folder en website programma 2011, toelichting, wensen en discussie rondvraag
We rekenen op jullie komst op onze prachtige locatie! Namens het bestuur, Rob van Dijk, secretaris
Twee verslagen van de visdag van zaterdag 4 september Visserslatijn Het was een prachtige middag, toen wij dus aan het vliegvissen begonnen, eerst even gezellig bijpraten en daarna fanatiek starten, de jongens waren zo fanatiek, ze stuurden mijn vriend het riet in. Die was gewoon met powerbeat bezig, en dat was not done. Iedereen begon met veel enthousiasme te vliegvissen, maar wat er ook gebeurde geen vis, De ene fraaie vlieg na de andere werd gepresenteerd, maar helaas ze zagen het niet zitten. De baas van het spul, komt na een uur langs, en gooit er een paar gestreste vissen in, maar die vissen schrokken zo van die grote vijver, die doken gelijk onder en lieten zich niet meer zien en waren ook niet vangen. Ik zei nog tegen die baas: “Je wilt me toch niet vertellen, dat je er nu pas vissen ingooit. Zijn reactie:
Roodverbrande koppen. ”Je kon er wel verstand van hebben”, vond ik wel komisch, En iedereen wilde zo graag een vis vangen, maar de profs kregen ook geen vis boven. Die haalden ook alles uit de kast, Maar ja, als er geen vis in zit kun je ook niet een vangen. Na 4 uur vissen nog niks. Daarna mochten wij het nog even in de voorste vijver proberen, maar helaas ook niks. Het heeft ook wel zijn voordelen, je hoeft niks schoon te maken, De bbq daarna was erg goed en deed alles vergeten. Het was gewoon een fijne middag; een lekker zonnetje en in de wind. Echt iets om weer eens met elkaar te vissen, maar dan wel een vijver waar vis in zit. Annie Nijdam.
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Op Zaterdag 4 september verzamelden zich 13 Pompemichers bij de “Hooidammen” in Sint Nicolaasga. Het weer was perfekt na een aantal natte dagen, dus de vangstverwachtingen waren hoopvol. Het gemak dient de mens zodat een ieder weer zijn/ haar voertuig opzocht en om 13.00 uur richting achterste put vertrok. Een prachtig stuk water lag uitnodigend voor ons, in de luwte van rijpe maïsvelden rondom. De hengels werden opgetuigd, vliegenkeus, klein rood of oranje streamertje of goudkopnimpfje, gemaakt en werpposities werden ingenomen rekening houdend met wind in de rug als ideale start. Op dat moment kwam Gurbe Visser (toepasselijke naam voor een eigenaar van de Hooidammen) met de beloofde Kilo’s Forel per deelnemer en vertrouwde ze aan het ruime
sop toe. Ze lieten zich daarna ook regelmatig bewonderen door sprongen over de 13 vliegen maar vergaten er van te snoepen. Een ieder wierp of hij/zij het betaald kreeg maar er werd geen vlieg kwaad gedaan. De enige die resultaat boekte was Annie’s vriend Wim die de forel in de voorste vijver met powerbait voerde en beviste en zo zijn forelletjes 2 of 3 stuks eruit trok. Om ca. 17.00 uur bood Gurbe ons aan om in afwachting van de barbecue nog even in vijver 1 te vissen maar ook daar heerste er een onbegrijpelijke “vliegangst” bij de nog aanwezige forellen. Na zoveel tegenslag restte ons nog 1 goedmaker tw. de bestelde barbecue om 18.00 uur in de prachtige avondzon met roodverbrande koppen, kennismaken met Menno’s nieuwe vrien-
din en waar de forellen in faalden, deden de Pompemichers de voortreffelijk verzorgde barbecue alle eer aan.
Gurbe & vrouw Visser bedankt. Frits Maltha
Kort verslag van de snoekdag van 20 nov. jl. Zaterdagochtend om 09.30 was het dan zover! Een groep van 16 man en 1 vrouw melden zich bij Ria en Jelle van It Heechein voor de koffie en oranjekoek. De weersomstandigheden waren voor het streamervissen op snoek perfekt dwz. bladstil. De detailkaarten van de direkte omgeving van Terkaple werden uitgedeeld en na een tweede kop koffie verspreidde zich het vliegvisgezelschap na nog wat tips van Jelle die meer voor een bootvisser van waarde waren dan voor de struinende poldervisser. Wij visten de polders achter het ooievaarsdorp af met keurig “gehackelde” sloten waarvan de bewijzen nog op de bodem lagen en zich af en toe via je getrokken streamer weer aan de oppervlakte toonden. Ooievaars waren er nog genoeg maar de snoek liet zich niet zien. Om 13.00 uur meldde zich het gehele gezelschap bij It Heechein waar Ria het gezellig gemaakt had met een grote langgerekte dinertafel waar na een drankje vooraf de heerlijke erwtensoep met roggebrood + spek geserveerd werd. Deze soep onderscheidde zich ten opzichte van de afgeviste sloten door een dichtheid van ingrediënten waar je met een streamer niet eens door heen zou komen. Na een kop of drie was en ieder weer zodanig gevuld dat hij het zompige land weer kon betreden. Het vangstresultaat van de ochtendsessie was een snoek van 55 cm. gevangen door Rob Leurs en een van 47 cm. gevangen door Kees Lutz, en een paar misaanslagen, dus was het misschien toch te mooi weer en de snoek nog te lui en vol-
gevreten getuige een snoek van 75 cm die Menno ter Horst een week terug nog gevangen had. Ook in de middag waar we tot in de camping van Terherne en ook wat groter water bevist hebben was er boven water meer leven (ganzen) dan onder water. Op de vraag of er in de middag nog iets gevangen is moet ik het antwoord schuldig blijven, door mij en Frauke ieder geval niet en ook degenen die zich om 17.00 uur in Joure voor een afsluitende borrel bij de Orangerie meldden hadden een geslaagde snoekloze dag beleefd. Ik denk dat net als bij de boerenkool en de spruiten de vorst er overheen moet komen om de snoek wat happiger te maken. Namens het bestuur en activiteitenkommissie Frits Maltha
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Handy Fish is een allround hengelsportzaak met op de eerste verdieping een topcollectie vliegvismateriaal in elke prijsklasse. Eigenaar Bert Schouten is Nederlands kampioen vliegvissen en kan u op alle gebied adviseren. Graag presenteren wij een deel van onze merken. SAGE
Programma voor laatste clubavond 2010 op 21 december 20.00 uur. Het is weer zover! Laatste clubavond en einde van het visseizoen en voor we de spulllen opbergen natuurlijk weer de mogelijkheid om uw overtollige hengelsportattributen een tweede gebruiksleven te gunnen door ze voor een “clubvriendelijk” prijsje per tafel aan te bieden. Dat dit nog steeds een “hot item” is in het hengelsportwereldje ervoer ik nog dit jaar op de Fly Fair in Dronten waar ik met mijn maat Harry Kelly 2 dagen lang de 2e hands inname van gebruikte hengelsportmaterialen organiseerde en er voor 4000 euro aan spullen van eigenaar verwisselden. Ook op de jaarlijkse manifestatie in Huizen van de S.N.B. (Snoekstudiegroep-Nederland-Belgie) op 12 september, waar ik met Gerard de Boer de 2e hands inname organiseerde ging er weer voor een totaalbedrag met 3 nullen over de toonbank. De aanwezige hengelsportwinkeliers, vaak de hoofdsponsors van zo’n manifestatie stoort dit meestal niet omdat veel met de opbrengst van het ingebrachte tot nieuwe aankopen bij hen leiden en zij niet zoals bij de autodealer met inruilers geconfronteerd worden. Mochten er onder U zijn die oude hengelsportspullen met vermoedelijke verzamelwaarde in hun bezit hebben bestaat er de mogelijkheid ze op deze avond te laten taxeren. Natuurlijk nodigen wij de in ons clubblad adverterende hengelsportleveranciers van harte uit om een paar tafels met hun eindejaarskoopjes te vullen. Maak het dus ook voor deze professionals aantrekkelijk en komt in grote getale met goed gevulde beurs. Indien voldoende belangstelling kan er op deze avond ook nog de met 3 oscars genomineerde Robert Redford Film: “A River runs through” met o.a Brad Pitt vliegvissend in de “Montana river” vertoond worden, U zegt het maar!
Al jaren de meest verkochte vliegenhengel ter wereld. Kom eens voor een testvlucht met deze werpwonders en verbaas u zelf. Sage hengels zijn leverbaar vanaf € 249,- en hebben 30 jaar garantie bij breuk.
SIMMS
Het merk dat vooral bekend is om zijn topklasse waadpakken en waadschoenen. Handy Fish heeft ook vliegvesten, jacks en andere technische kleding van Simms.
FROGHAIR
Een vreemde naam bedacht uit Japanse humor, maar wij garanderen u dat dit het beste leadermateriaal ter wereld is. Froghair fluorocarbon lijn is onzichtbaar en knoopvast. Froghair, a small step for man, a giant LEAP for fishermen...
DUTCH REELS
Technisch vernuft van Hollandse bodem. Verassend van vormgeving, sterk, betrouwbaar en voorzien van de smeuigste slip. Daar kan zelfs Madonna een puntje aan zuigen...
VISION
Een Deens merk met een range van hengels, reels, lijnen en heel veel accessoires. Ontwikkeld in de praktijk, gemaakt voor vliegvissers die een goede prijs/kwaliteit verhouding zoeken. Handy Fish, a shop with Vision...
RIO
Topkwaliteit vliegenlijnen uit de USA. Een zeer grote collectie biedt u altijd de beste lijn voor de meest uiteenlopende omstandigheden. De nieuwste toplijn en extreme werpbeleving is de OUTBOUND. Schroef je reel goed vast...
ROSS
Uit massief aluminium gefreesde Reels met een large arbor design en een perfecte slip. Met de Evolution, Rythm en de saltwater Canyon reels vind u altijd een match voor uw vliegenhengel.
C&F
De meest gewaardeerde vliegendozen ter wereld. Zeer grote collectie met het bekende slit-foam waarbij de vlieg achteruit geparkeerd wordt. Ook de vises en tools zijn van absolute topklasse.
GLOBAL FISHERMAN
Een range van produkten ontwikkeld door Peter elberse. 4-delige vliegenhengels, reels, vliegendozen en vliegenhaken. Ideaal voor starters.
GO Handy Fish ! Onze ervaring is uw besparing.
Wij rekenen op uw komst! Namens het bestuur, Frits Maltha
WWW.HANDYFISH.NL KENNEMERSTRAATWEG 127 • 1851 BC HEILOO • Tel: 072-5336961 OPEN: MA, DI, WO, VAN 9-18.00 • DO+VR KOOPAVOND ZA 9-21.00 E-MAIL:
[email protected]
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
BLACK BEAUTY Een aantal maanden geleden moest ik voor mijn werk naar Hellevoetsluis. Ik had een foto-opdracht in het Jan Blankendok. Toen de klus was geklaard wilde ik toch nog even naar het Haringvliet rijden. Aan de oever van deze enorme hoeveelheid water, gingen mijn gedachten terug naar Ben Pont. Wat een moed, lef en doorzettingsvermogen moet hij hebben gehad om hier met een vliegenhengel aan de slag te gaan in een tijd dat de vliegvisserij in Nederland nog in de kinderschoenen stond. Petje af, en dat meen ik dus serieus! Ik zal hier zeker niet gaan vissen, neen, ik houd mij toch maar bij water met ietwat geringere afmetingen, zoals de Lek, IJssel of de Waal (zie foto). Onderweg naar huis gingen mijn gedachten weer even naar die tijd, wat een fijne ongecompliceerde tijd was dat toch. Ik bedoel dus zo’n 25 jaar geleden. Ik dacht, ik zet eens een klein verhaaltje uit die periode op papier. Bij deze dan… Het onderstaande verhaal gaat niet over een exotische schoonheid, ook niet over het beroemde zwarte paard uit de televisieserie. Het gaat namelijk over een hengel. Jaren geleden ging ik een keer naar de jaarlijkse nimfdag(en) aan het Haringvliet. Ik weet niet meer of het een of twee dagen was. Deze nimfdag(en) stonden onder leiding van de Rotterdamse hengelsportwinkelier Ben Pont & Zn. Vliegvissen met extreem lange laders was bedacht door Ben. Ik kan me nog herinneren dat Ben tijdens deze dagen demonstreerde met leaders tot wel 9 meter toe. Een aantal weken daarvoor ben ik, met Liesbeth “mijn vrouw” naar de winkel van Ben geweest. Het was een klein, knus winkeltje, gevestigd in de Janne Bouwenstraat, een rustige volksbuurt in Rotterdam. Ik kan me nog vaag herinneren dat boven de deur van de ingang een verbleekte foto hing van Ben met een grote regenboog in zijn handen, gevangen in het Haringvliet. In een hoek van de winkel was een soort verhoging met een bank in de volle breedte. Hierop zat een aantal vissermannen onder het genot van
een kop koffie sterke verhalen te vertellen. Ja, ja, zoiets brengt toch sfeer met zich mee. Ben runde de winkel samen met zijn zoon. Ik weet niet of de winkel nog bestaat, Ben is immers een aantal jaren geleden overleden. Het is mij niet bekend of zijn zoon de zaak heeft voortgezet. Een aantal leden zal zich nu wel afvragen wie Ben Pont was. Ben was dus van beroep hengelsportwinkelier en runde zijn zaak sinds 1962. Oorspronkelijk was hij verwarmingstechnicus. Ben raakte tijdens een bedrijfsongeval gewond aan zijn rug. Na een langdurige herstelperiode heeft hij van zijn hobby zijn beroep gemaakt. Ik had natuurlijk een doel voor ogen toen ik naar de winkel van Ben ging. Ik wilde een 7 ft Black Beauty aanschaffen. Van tevoren had ik eerst telefonisch naar de prijs geïnformeerd. Tussen mijn aantekeningen vond ik (kort geleden) nog een briefje waar ik de prijzen had opgeschreven. Zijn zoon meldde toen via de telefoon dat de (2-3) fl. 325 kostte, en dat de(3-4) voor dezelfde prijs mee mocht. Later bleek dat er een totaal ander prijskaartje aan hing, daarover later in dit artikel. De hengel werd door Ben zelf afgebouwd. Hij vertelde dat de blanks na 1984 niet meer werden gemaakt. De Amerikaanse fabriek die deze “zeer zachte” blanks van het merk LAMIGLAS bouwde, ging over op het fabriceren van “zeer strakke” blanks. Ben had waarschijnlijk nog een behoorlijk aantal blanks in voorraad. Even terug naar de winkel. Ben pakte een opgetuigde Black Beauty uit een rek en zei, kom jij maar even mee naar buiten. Op straat voor de winkel drukte hij de hengel in mijn handen. “Laat maar eens wat zien”, riep hij, en ging vervolgens aan de overkant van de straat staan kijken. Wat een ongelooflijk zacht hengeltje is dit zeg. Nee, deze gaat het zeker niet worden, mompelde ik zacht tegen mezelf. Ben mocht dat natuurlijk niet horen.
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
“Stop maar, dat gaat niet goed, je gaat veel te snel. Jullie moderne vliegvissers zijn allemaal gewend om met die snelle Amerikaanse hengels te werpen. Dit hengeltje is heel zacht en vereist dus een heel andere werptechniek”. Hij nam de hengel over en liet mij zien hoe het dus wel moest. Ja, wat moest ik daar nu op zeggen .Het viel mij trouwens wel op dat de mensen in de straat nauwelijks aandacht schonken aan dit tafereel, ze waren er waarschijnlijk al aan gewend. Het hengeltje kostte uiteindelijk, als ik me nog goed herinner,(eind jaren tachtig) incl. koker fl. 550,-. Dat was toch wel een heel ander prijskaartje dan zijn zoon eerst doorgaf, ik vond het toen eigenlijk te veel geld. “Geen probleem”, zei Ben, hij pakte een andere opgetuigde hengel uit het rek. Dit is een 8 ft Black Beauty Flymph, voor een 3-4 lijn. Deze is ook heel goed, en… kost bijna de helft. Het voordeel van deze hengel is ook dat je met zowel droge als natte vliegen en nimfen kunt vissen. We gingen weer naar buiten om deze hengel te testen. Deze paste op dat moment veel beter bij mijn werpstijl. Liesbeth wilde deze hengel voor mij kopen als verjaardagscadeau. Weet je zeker dat je die andere hengel niet wilt, want daar kwam je toch voor? zei Liesbeth een tikkeltje verbaasd. Nee, ik had voor mezelf al een besluit genomen. Ben gaf mij groot gelijk. Een aantal jaren later zag ik op de jaarlijkse veiling, die werd gehouden in het zaaltje van de vliegvisclub waar ik destijds lid van was, dat er een tweedehands Black Beauty plus vliegenlijn werd aangeboden. De hengel was in perfecte staat, er mankeerde helemaal niets aan. Ik bood, als ik me niet vergis voor de hengel plus lijn fl. 150,- . Niemand bood meer, dus ik heb alsnog een echte Black Beauty. Op een grasveld in de buurt van mijn huis ben ik gaan oefenen.
Op een gegeven moment, na veel (werp)oefeningen, had ik de worp redelijk te pakken. Jan Schreiner, Ben Pont en de kortgeleden overleden Kees Ketting zijn voor mij nog steedse de “Nederlandse viegvisgoeroes” uit een tijd die niet meer terugkomt. Deze mannen behoren tot de groep pioniers die de Nederlandse vliegvisserij een zekere gestalte hebben gegeven. Natuurlijk zijn er de laatste jaren uitstekende vliegvisschrijvers voor in de plaats gekomen. Maar toch… Het Haringvliet is echter niet meer zoals vroeger, zo’n 25 jaar geleden, toen Ben zijn nimfdagen nog organiseerde. De verandering van de bodemstructuur heeft er toe bijgedragen dat de grote scholen vis, welke op de voor ons bereikbare plekken kwamen om te azen, nu andere plekken gevonden hebben. Toch wordt er in het voorseizoen bij een gunstige windrichting nog steeds redelijk tot goed vis gevangen. PS Ik denk met weemoed wel eens terug aan de FLYFAIR, welke om de twee jaar werd gehouden aan de oevers van de IJssel in de nabijheid van het stadje Hattum. Het jaar dat er geen Flyfair was werden de Zwolse nimfdagen gehouden. Deze vonden plaats in de toen beroemde Jeugdherberg. Een bekende hengelsportwinkelier uit Zwolle werd deze dag uitgenodigd, en ook nog een aantal plaatselijke binders. Je kon ook op die dagen gaan vissen aan de IJssel. In 2008 werd er dus een FLYFAIR gehouden op het terrein van Fort Altena bij Werkendam. In het voorjaar van 2010 was de FLYFAIR helemaal weer terug. Hhk
Hans Wiersma Kunst en Vormgeving Getekende of geschilderde portretten vanaf 50 euro. Voor meer informatie en voorbeelden www.hanswiersma.nl
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Karasjohka; een vis- en kanoavontuur Deel 1: Reis, aankomst en de eerste vissen Met een kuch door de uitlaten komt het watervliegtuig tot leven met het rauwe lawaai van een zware en nog koude motor. Eerst langzaam, maar dan steeds sneller spoedt het zich over het bijna vlakke water van het meer bij Gargeluoppal. De forelletjes die we gisteravond nog aan het oppervlakte zagen spelen, zijn nergens meer te zien. Een bus met zo te zien vooral oudere toeristen is verderop de weg gestopt en de inzittenden nemen buiten massaal foto’s. Ik doe met ze mee tussen het grootste deel van de bagage die nog op het tweede ritje mee moet de wildernis in. Door mijn lens zie ik het toestel angstig lang aan het water plakken totdat het zich losmaakt en mijn twee reisgezellen Roeland en Teye over de boomtoppen tilt. Na een ruime bocht verdwijnen ze uit zicht en resteert na het wegstervende geluid van een sonore en inmiddels warme motor het kalme besef dat ik mij het komende uur even alleen moet vermaken. Ik pak een boek, begin te lezen en zie als ik opkijk een kleine steltloper op het strand langs het water scharrelen. De bus is weg, de weg is leeg en de kleine steltloper hupt geleidelijk verder van me af. Het is stil op een enkele mug na. We hebben met zijn allen zo’n 24 uur gewacht op dit moment. De piloot was niet thuis, maar in Kiruna in noord Zweden voor het paardenrennen. Niet ver van de steiger met de Cessna maakten we kamp in de hoop dat de piloot of mogelijk zijn eveneens van een vliegbrevet voorziene
zwager zou komen opdagen. Veel is er niet te beleven in Gargeluoppal zo’n 130 kilometer van Alta aan de kust. Er zijn geen winkels en zo op het eerste gezicht ook nauwelijks mensen in de ver van elkaar verspreid staande huizen. En de mensen die er wel zijn, zijn Samen. Oftewel de oorspronkelijke bewoners van het gebied; beter bekend als Lappen. We zitten in het dunbevolkte binnenland van de dunst bevolkte en meest noordelijke provincie van Noorwegen; Finnmark. Het doel is de Karasjohka; een rivier die even voor de Finse grens ontspringt in Nationaal Park Øvre Anarjohka. En daar wonen alleen ‘s winters mensen en ook dat zijn Samen. In de zomer vloeit de rivier soms traag gecamoufleerd als een meer of speels als een jong meisje dansend door de bedding in een land waar muggen passerende reizigers plagen en waar je de ‘s winters alom aanwezige rendieren alleen in de vorm van bonten bot resten terug vindt. En in die rivier zitten forellen; heel grote forellen. Wegen zijn er niet, maar er is wel één bijna dertig jaar oud watervliegtuig met gaten in de stoelbekleding en misschien nog wel belangrijker; ducktape buiten op een steun die de romp met een vleugel verbindt. “Zie ducktape, dat lijkt me best een belangrijke steun”, zeg ik in de lange uren voor het vertrek nog tegen één van mijn maten terwijl ik de potentiële oorzaak van een gruwelijk ongeluk aanwijs. Ik begin er bijna aan te pulken, maar realiseer me dat ik eigenlijk niet wil weten wat er onder zit. Plotseling is het vliegtuigje er weer. De Cessna maakt een slome draai over het meer, land en taxiet naar de steiger. Als ik de vleugel vast pak om het
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
toestel in lijn met de steiger te brengen, druk ik voor mijn gevoel bijna door het materiaal heen. Even later is de piloot druk doende een aantal jerrycans neer te zetten naast de brandstoftruck, waarna hij een slang uit een bouwvallig hokje haalt die boven in de tank met brandstof komt te hangen. “Toen we de brandstoftruck kochten, kwamen we er achter dat het vulpistool miste”, zegt hij op een ietwat verontschuldigende toon en stopt de uit de tank hangende slang in zijn mond en begint te zuigen. Even later spuugt hij een mondvol brandstof op de grond en stopt de slang die de inhoud van de tank nu over de grond verspreid snel in één van de jerrycans die even later in de vleugels het vliegtuigje worden geleegd. Pas na de trip vraag ik me af of de piloot misschien niet enigszins bedwelmd was door de brandstofdampen. De vlucht zelf duurt niet veel langer dan twintig minuten. Ik zit opgepropt voorin het hevig schuddende vliegtuigje dat steeds sneller over het water snelt en wanneer de piloot na het opstijgen een bocht naar links probeert te maken blokkeert mijn knie de meebewegende stuurknuppel voor me. Schielijk trek ik mijn knie nog verder terug. Niet ver onder ons, duidelijk zelfs door het bekraste plexiglas heen, kronkelt een beekje een felgroen moerassig lint door lage heuvels en sompige dalen. Meertjes en meren glijden spiegelend voorbij en in de verte gloren hogere heuvels. De conversatie in de cockpit beperkt zich tot wat korte algemeenheden. De herrie is bijna oorverdovend. De landing op Buolzajavri lijkt bedrieglijk simpel, maar is het niet. Althans; dat laat de piloot me weten. “Het is moeilijk te landen als het windstil is met zo veel zon. Je kunt de afstand tot het water haast niet taxeren”, zegt hij terwijl het glinsterende meer steeds dichterbij komt. De kring van een stijgende vis flitst voorbij en voor ik het weet dansen we over de oppervlakte van de Buolzajavri.
verzameld en aangestoken en al gauw komen ook de eerste hengels uit de kokers. Een klein moeras bij ons kamp blijkt genoeg moltebær te bevatten voor een regelmatige vitaminerijke snack en ook aan bosbessen is geen gebrek. We hebben allemaal genoeg eten bij ons om het de hele trip uit te zingen, maar de maaltijden van Teye en Roeland zijn zo Spartaans dat regelmatig vis eten om het gewicht op peil te houden wel gewenst is en erg lekker. Ik zelf kamp nog
Vlak voor het schiereiland dat we voor vertrek als locatie voor ons basiskamp kozen stopt de motor en peddelt de piloot het laatste stukje naar het vasteland waar Teye en Roeland al wachten. De rugzakken worden uitgeladen en de opblaasbare kano met alles wat er bij hoort. En het vliegtuigje wordt een stip in de verte totdat ook die stip verdwijnt. Alleen de wind, het water, het wild en wij blijven als geluid producerende elementen en entiteiten over. Rechts van ‘ons’ schiereiland markeert een opvallend stenige heuvelrug het einde van het meer dat vooral in de lengte een behoorlijke omvang heeft. En overal zijn berken op de lage heuvels die het geheel een bijna Finse couleur locale geven. De tenten worden opgezet, het brandhout 10
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
steeds met de gevolgen van een volledig visloze opvoeding... En over vis gesproken; al gauw slaan we de 1 op 50.000 wandelkaart open om de eerste potentiële stek te vinden. Stroomopwaarts vinden we een eerste vernauwing van het meer waar we stromend water hopen te vinden. Later horen we een opmerkelijk verhaal over de stek van Ulf Thomassen. Ulf is een vriend van mij en oud wildernis- en visgids die het vissen op deze rivier populair maakte. Dat we hier nu zijn, is ook zijn idee en eigenlijk hadden we hier met twee kano’s en een man extra moeten zijn. Kort voor de reis speelde zijn gezondheid op en de reis naar een gebied waar het gsm bereik slecht is en alleen een helikopter op tijd is om levensreddend werk te verrichten was niet te doen volgens zijn arts. Lang geleden viste Ulf ook in dezelfde vernauwing die we nu ook in de peiling hebben. “Ik denk dat we er ongeveer een uurtje hadden gevist. En toen we terug naar het kamp liepen, vonden we verse berenpoep die er een uur eerder nog niet lag. We concludeerden dat er terwijl we visten op een paar honderd meter van ons een beer heeft gezeten, die ons ongetwijfeld heeft gezien. De beer heeft zich op zijn gemak ontlast en is verder gelopen zonder dat we er ook maar iets van hebben gemerkt”, vertelt Ulf ons later. Teye steekt zijn wens om een beer van dichtbij te zien de hele trip lang niet onder stoelen of banken, terwijl Roeland en ik er iets gereserveerder over denken. Als we na een korte wandeling bij de stek aankomen, kunnen we met enige moeite zien dat het water er inderdaad wat stroomt, maar veel is het niet. We zijn gewaarschuwd voor de aanwezigheid van snoek en de vele waterplanten maken dat het ook meer op een snoek dan een forelstek lijkt. Stijgende vissen zijn er ook niet te zien en ik besluit er ondanks het gevaar op snoek een flonkerende goudkopnimf aan te knopen. Naast me in het water lopen mijn maten met
hun uit de kluiten gewassen forelstreamers hetzelfde risico. Na zo’n half uur vissen, voel ik een tik en zie de hengeltop even kort naar onderen knikken, maar dan is het alweer voorbij. De goudkop is verdwenen en alles wijst op snoek... We vissen gestaag door totdat ik ergens in de verte Roeland iets hoor uitroepen. “Ik seach in fisk fan ûnderen kommen, maar dy miste it aas. Ik leauw dat it un grutte forel wie”. En Roeland gaat met hernieuwde inspanning de stek te lijf. We werpen en vissen tot het licht bijna uitgaat langs rotsen en waterplanten, maar wat er ook wilde bijten, het bijt niet meer. We zoeken de tenten op en na een kort respijt bij kampvuur dromen we verder van de grote Karasjohka forellen die als een schim in de avondschemering achter ons aas aan duiken om het vervolgens te missen... Het ontwaken de volgende dag is heerlijk. Om een hele dag te besteden aan het vissen op een volslagen nieuwe en goed bekend staande rivier; er zijn slechtere omstandigheden te bedenken waaronder je als visser kan opstaan. Al gauw besluiten we het stroomafwaarts te proberen. Daar waar het meer weer een rivier wordt, moet een stek zijn. Het blijkt ondanks de goede kaart best wel lastig om de rivier te vinden. Na een tocht over ruim water met een flinke bries passeren we aan de rechterkant een eilandje met goudgele stranden en elke fatsoenlijke inkeping in de oever aan de linkerkant wordt zorgvuldig geïnspecteerd. En zo steken we de pedels in het water en glijden langzaam vooruit totdat bijna onmerkbaar we wat hulp krijgen. Het stroomt een beetje... En die combinatie van stroom en peddels brengt ons in soort kleine delta waar naast de hoofdstroom ook nog een klein stroompje tussen de vaste wal en een eilandje richting rivier gaat. We peddelen zo weinig mogelijk om de stek niet te verstoren en leggen aan tussen het hoog opgeschoten kreupelhout met diepe met water gevulde kuilen. Je moet hier oppassen waar De Pompemich - nr. 59 - december 2010
je loopt! Met twee man vind ik de instroom van de rivier goed gevuld en ik besluit het hoger op te zoeken. Maar dat levert niets op... Roeland daarentegen meldt aanbeten, maar nog geen vis en Teye die tussen de eilandjes op een schilderachtig plekje vist, weet ze ook nog niet te raken. En wat opvalt; er stijgen helemaal geen vissen. Er drijft wel eens een insect over het oppervlakte, maar geen vis is er in geïnteresseerd. Opeens horen we een gebrom; een bekend gebrom. Het is ons vliegtuigje! We vangen er een glimp van op en horen daarna het toerental terug lopen ten teken dat de landing wordt ingezet. Maar wie of wat is afgezet of opgehaald, blijft eerst een raadsel. “Kom hjir mar stean”, roept Roeland me toe en biedt me de ‘brekken’ aan. Het laatste stukje vlakke water voordat het over de stenen breekt. “Der sit hjir wol fisk”, zegt hij terwijl hij verder naar de overkant waadt om vandaar uit hetzelfde stuk water te bevissen. En Roeland krijgt gelijk. Ik voel een ruk aan mijn kleine pheasant tail nimfje en even later springt er een redelijke vis als gek boven water. Eenmaal geland blijkt het om een 35 centimeter groot exemplaar te gaan. Een prachtig visje dat gezien de geringe vangsten mee gaat voor de pot. En omdat het geen vetpot is qua vangsten besluiten we het verderop te gaan zoeken en het meer te gaan verkennen. Ulf heeft ons nog in Alta een kleine archipel aangewezen waar we een kans maken op mooie forellen. We varen en waden door een smalle en ondiepe doorgang naar het volgende meer en eenmaal op de eilanden is de vraag; waar zijn ze? Erg koud is het niet, een graad of twaalf schat ik, maar er is geen enkele vis die ook maar een hint geeft. Nergens een kringetje... Maar we doen ons best! Langs glooiende windstille oevers, op de randen van ondieptes die om te watertanden zijn en gewoon rechtuit de plomp in. Het levert in eerste instantie alleen een schijnaanval op van een snoek op Roeland zijn streamer. Tussen 11
het vissen door vinden we tijd om het eerder gevangen forelletje boven een houtvuur klaar te maken. En wat opvalt op deze eilandjes; overal zie je de oude vuurplaatsen die ons toch wel storen. Als we na weer een eilandhopsessie het voor gezien houden en het water uitwaden, krijgt Roeland toch nog een onverwachte aanbeet terwijl hij de lijn met aas meesleept. Een mooie maatse baars is het resultaat en
maakt hem en Teye nieuwsgierig naar meer. De punt van het eiland loopt onder water door met aan beide zijden een mooie glooiìng die meer vis lijkt te beloven. Maar het blijft bij deze ene baars en weer lopen beide heren het water uit… en weer trekt de hengel van Roeland wat krom en dient de tweede baars zich aan. Beide vissen vergezellen ons op de terugtocht naar het basiskamp om daar opgepeuzeld
te worden. Ontspannen peddelen we over nu iets bekender terrein. Stil genietend met nog een korte vissessie voorbij de nauwe doorgang naar ‘ons’ meer concluderen dat het toch wat een ‘IJsselmeervisserij’ is. “It is hjir sa grut”, verzucht één van mijn reisgezellen, “Je ha gjin ydee wêr’t se sitte.” Remco de Vries
Realiteit Na enkele jaren van Noors leren uitzoeken waar mogelijkheden waren voor een baan, wilde het maar niet lukken om een baan te vinden. Grootste oorzaak; de wereldwijde crisis en dan met name in de industrie. Januari van dit jaar raak ik door diezelfde crisis mijn baan kwijt in Nederland, en nu? Dit was voor mij de reden om nu richting het hoge noorden te gaan. Werk wat ik graag wilde doen was niet voorhanden, en via een 12
Nederlander ben ik gesprek gekomen bij een bedrijf dat luchtbehandelingskasten maakt. Voor mij als machinebouwtechneut niet echt spannend maar ik wilde weten hoe het is om in Noorwegen te wonen. Kort gezegd, ik heb mijn “citroen berlingo” volgepropt en ben naar Noorwegen gereden. Ben op het platte land van Noorwegen beland tussen hoge bergen en niet ver van een prachtige rivier. Nu na een half jaar van hoogteen dieptepunten ben ik enorm veel wijzer geworden over het leven in De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Noorwegen. Nu de taal steeds beter gaat kom ik meer en meer in contact met de mensen hier. Vreemd genoeg is het grootste gedeelte niet gek van het zo beroemde Noorse buitenleven. En vissen in deze streek “Hallingdal” staat op een erg laag pitje. Hoe kan dat nu?? Met een prachtige rivier door het dal. ”Rivier is niks zit alleen maar van die rotsnoek in” zeggen ze dan. In het meer “Krøderen” waar de rivier in uit stroomt heeft iemand ooit wat snoek uit gezet en die
is van het meer de rivier opgetrokken. Met als gevolg dat de forel verdwijnt. Van de oudere generatie hoor ik de mooiste verhalen van dikke en heel veel forel. Het was een van Noorwegen`s beste forelrivieren ooit! Heb de afgelopen zomer diverse keren geprobeerd om een forel te vangen op de sneller stromende delen, maar ben niet verder gekomen dan dat ik enkel kleine visjes heb zien springen. En probeer het dan maar meer op de snoek. De lokale hengelaars (collega’s) geven mij op mijn sodemieter als ik vertel dat ik twee snoeken van rond de 85cm heb gevangen in de rivier en deze heb terug gezet!!!!! Dat is fout die moet je in het bos gooien of dood slaan met een steen niet terug zetten… Ja dat is natuurlijk niet wat ik gewend ben van mijn geliefde sportvis in Nederland. Ik kan het dan ook niet om zo maar die beesten in het bos te gooien dus bekijk het maar ik zet ze terug. Nu in het najaar na veel pogingen om een forel te vangen, zittend aan de rivier begin ik eigenlijk wel een
beetje te begrijpen waarom ze hier een hekel hebben aan snoek. Na de vistrip samen met Teye Marra en Remco de Vries in Noors lapland, waar ik voor het eerst in mijn leven een snoek gedood heb om hem op te eten, ben ik een beetje over stag gegaan, snoek is eigenlijk best lekker op de ontzettend vele botjes na dan, je blijft prutsen om die uit je vlees te halen. En enkele van de groene rak-
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
kers zijn in mijn snoekensoep beland onder het mum van de Noorse cultuur. Nu in het najaar is het niet meer toegestaan om te vissen in Noorwegen, hier kennen ze ook een gesloten tijd. Nu de meeste mensen hier en hengel hebben verruild voor een dubbelloops jachtgeweer, vindt niemand het erg dat ik gewoon door vis op snoek op de rivier. O ja die buitenlander en dan zeggen ze,
13
“wel de snoek in het bos gooien he!!” Mooi niet dat gaat mij te ver. Begin november begint het hier zo af en toe al flink te winteren de temperatuur schommelt tussen de +6 en -6 graden, wat het vissen moeilijker maakt. De meeste vis vang ik gewoon net als in Nederland in het kantje en op de stilstaande of bijna niet stromende stukken. De snoek jaagt in de kant op kleine soortgenoten die verscholen zitten tussen het hoge gras, het is vooral veel zoeken naar diepere stukken met gras, kuilen, dikke stenen waar ze achter kunnen liggen. Waarschijnlijk verblijft de snoek niet de gehele dag op dit soort stukken omdat net voor de schemer de meeste vis wordt gevangen, en er midden op de dag op deze stukken niks te beleven valt. Zaterdag 6 november; het is de laatste dagen overdag niet boven het vriespunt geweest en probeer het vandaag nog een keer. De vaste stekken worden weer afgeworpen, maar na een half uur waden begint de kou nu echt voelbaar te worden, en ik besluit maar wat meer vanaf de kant te werpen. Nu na een uur op de kant gelopen te hebben beginnen mijn voeten enorm koud te worden. Mijn kletsnatte waadschoenen zijn tot ijsklompen bevroren. Ook de oogjes van mijn hengel zijn in een half uur zo bevroren dat er geen lijn meer door heen wil en sta dan weer 5 minuten in het water om mijn schoenen en oogjes te ontdooien in het stromende water. Het is vier uur in de middag, nog geen snoek(je) gevangen, geen gevoel meer in mijn tenen. De reel bevroren, de oogjes zijn ijsklompjes en ik loop met 10 meter lijn in de hand naar de auto. Het is klaar voor dit jaar. Groeten Roeland.
14
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Vliegvissers vertellen verhalen. Wat wil de lezer van ons blad? Een romantische beschrijving van een prachtige beek, vol hongerige forellen, die je eigenbouwvliegje verorberen als nieuwe haring? Een opsomming van goede snoekstekken in de stijl van: de Lenstravaart bij Bantega, 3e boom links, daar ligt altijd wel een metersnoek!? Reistips naar Tsjechië, naar de beste rivier, met het mooiste en goedkoopste herbergje inclusief een knappe waardin, die de lekkerste biertjes van het land tapt? Een materiaaloverzicht van de beste lijnen, hengels en vliegen voor de zeeforel of het beste seizoen om veel en groot te vangen? Vliegvissers vertellen verhalen aan elkaar tijdens een visdag, ‘s avonds bij een lekker glas in hun huisje, of aan de bar in ons clubhuis in Terkaple. Vol passie en met prachtige anekdotes in hun eigen stijl. De prachtige natuur, de mooie dril, de onverwachte knalharde aanbeet op die plek waar een ander zich voor niks suf stond te werpen. De
koude handen, het moeilijke of mislukte plassen of je vergeten of weer lekke waadpak. Ik geniet al sinds 1973 van al die verhalen en belevenissen, toen ik mijn eerste vliegenhengel uitprobeerde in een steegje achter de winkel van Hes van Zweden in Arnhem. Toen het bestuur me vroeg de plaats van Bart Vogel in de redactie over te nemen dacht ik gelijk aan al die prachtige ervaringen en emoties die elke vliegvisser beleeft. Verhalen vertellen over je passie, leren van anderen en mogelijk anderen laten profiteren van jouw kennis, dat willen we toch! Natuurlijk is niet elke visser een schrijver, maar je beleeft op elke visdag wel iets, anders was je allang gestopt. Dus pak je kans, het is makkelijker vanuit je eigen ervaring en kennis te schrijven, dan een metersnoek te vangen. Rob van Dijk, nieuw redactielid en secretaris
Zomervakantie aan de Karup Å Zoals beloofd een verslag van onze vakantie aan een van de beste zeeforel rivieren van Denemarken, de Karup Å. Eerst nog even recht zetten wat ik in de vorige Pompemich schreef, dat Henk ten Cate het boekje Zeeforel zou hebben geschreven. Nu is Henk ten Cate een prima voetbaltrainer en misschien ook wel vliegvisser maar het boek is toch echt geschreven door Harm ten Cate. Maar nu dan toch naar Denemarken. Maandag 9 augustus vertrekken we naar de Hesselund sø Camping in Karup. Een prachtige familiecamping, gelegen aan de rivier waar camping gasten op een stuk van 3 kilometer vrij mogen vissen, met verwarmd zwembad, bowling baan, diverse sportvelden, een mooie speeltuin voor de kinderen en… visvijvers. Er zijn 2 kleine visvijvers waar vooral de jeugd maar ook volwassenen tegen betaling van 30 kronen (ongeveer 4 euro) mogen vissen en 2 forellen mogen meenemen. Er is ook een grote vijver waar je per uur of dagdeel betaalt en alles mee mag nemen. Ik moest natuurlijk samen met Annemiek op die 2 kleine vijvers vissen, dus 2 vergunningen gehaald en vissen. Nu zag ik al snel dat iedereen daar met troutbait viste dus gingen wij het anders doen. Ik pakte mijn 5 grams spinhengeltje met een klein rapala countdown plugje en Annemiek ging met wormen aan de gang (Vliegvissen is op deze 2 vijvers verboden). Al op de eerste worp krijg ik in het diepste stuk van de vijver een aanbeet en ik vang meteen de waarschijnlijk grootste forel uit de vijver; bijna 50 cm. De rest kwam niet boven de 42 cm. Daarna laat ik het verder over aan Annemiek, zij mag er 3 vangen en dat doet ze dan ook. Die grote forel is later uit de diepvriezer gestolen, dus je bent gewaarschuwd. De Pompemich - nr. 59 - december 2010
15
De dagen daarna vissen we geregeld op de rivier en vangen beekforel en voorn maar allemaal klein spul. Als we een keer terug komen lopen van de rivier raak ik aan de praat met een Nederlander die mij zag lopen met de vliegenhengel. Paul Wolters. Hij is ook vliegvisser en heeft 2 vergunningen voor die avond op sector 5 bij Hagebro. De 2e vergunning was eigenlijk voor zijn zoon maar die had een ongelukje gehad en kon niet mee dus werd ik mee gevraagd. Graag natuurlijk. Paul is een ervaren zeeforelvisser op de rivier en die avond leer ik veel over vliegen voor op de rivier en hoe er mee te vissen. Tegen de schemering beginnen de zeeforellen op te trekken. Je kunt ze van verre aan zien komen want zwemmend tegen de stroom in zie je gewoon een boeggolf aankomen. We vangen die avond echter niks en hebben er ook maar een paar langs zien komen. Volgens Paul zijn het er meestal meer en zie en hoor je ze ook vaak springen. Deze keer niet dus. De rest van de week vissen we nog op het stuk bij de camping en besteden tijd aan de familie. Onder andere naar Hjerl hede. Een openluchtmuseum waar ze in de zomervakantie met hulp van maar liefst 600 vrijwilligers de geschiedenis weer tot leven laten komen. Alle oude 16
ambachten worden daadwerkelijk uitgeoefend, prachtig om te zien. Die zaterdag vertrekt Paul met de familie en ik haal alvast een vergunning voor dinsdag. Die zondag begint het echter flink te regenen en het water in de rivier stijgt al flink. Het kon echter nog veel erger. `s Maandags komt het met bakken uit de lucht. In zuid Jutland valt plaatselijk 150 mm. in een etmaal en Legoland (128 mm.) wordt gesloten wegens wateroverlast. De rivier treed plaatselijk buiten zijn oevers en het stroomt vreselijk hard. Ik neem dan ook niet alleen mijn vliegenhengel maar ook een hengel met dobber en wormen mee. Vissen met de vlieg blijkt inderdaad nagenoeg onmogelijk al vang ik op een wat breder en langzamer stromend stuk nog wel een beekforel. Met de wormen zoek ik de binnenbochten op waar het minder hard stroomt en ik vang vooral veel voorn, een enkel beekforelletje en een regenboogforel die waarschijnlijk uit een kwekerij is ontsnapt. Ik zie nog 1 zeeforel langs zwemmen maar kan hem niet tot een aanbeet verleiden. Een andere visser stroomopwaarts had meer geluk (of kunde) en ving een mooie zilverblanke zeeforel van rond de 70 cm.
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
De dagen erna bleef het wat regenachtig dus we gaan nog winkelen in de stad waar ik in een 2e hands boekwinkel een topografische atlas koop (erg handig om stekken uit te zoeken) en ik vis nog op de Haderup Å (ook wel Haderis Å) waar Paul me over had verteld. Op een groot deel van deze beek is het visrecht in handen van de gemeente en die hebben er een pad aangelegd en invaliden vissteigers gemaakt. De visserij is hier vergunningvrij. Het lijkt in eerste instantie een watertje van niks, 3 tot maximaal 4 meter breed maar schijn bedriegt. Dit is namelijk de zijrivier van de Karup a waar 90 % van de zeeforel in optrekt wat ook verklaart waarom er bij de camping niet zoveel zeeforel wordt gevangen. Dit is namelijk nog een flink stuk
stroomopwaarts. Ik vang echter alleen wat kleine forelletjes en het begint al weer te regenen. We besluiten dan ook eerder naar huis te gaan, Annemiek moet tenslotte maandag ook weer naar school. Mocht je informatie willen hebben over de camping, wat er in de buurt te doen is, visserij en vergunningen ter plaatse kun je me altijd vragen. Ik weet natuurlijk nog lang niet alles maar heb deze vakantie wel veel bijgeleerd. Je hebt overigens wel overal de gewone landelijke visvergunning nodig. Eddy Visser
De Boarn In het kader van het onderzoek naar vliegvismogelijkheden in de Friese rivieren zijn Simon en ik dinsdag 15 juni 2010 naar de Boarn gereden om de mogelijkheden aldaar te verkennen. Afslag Akkrum en dan richting Nes brengt ons langs de Boarn. Hier heeft de rivier nog zijn oorspronkelijke meanderende karakter. De weg gaat dicht langs het water en er is dus weinig berm. Mogelijkheden om te vliegvissen zijn hier beperkt. Het water ziet er donker uit, kenmerkend voor veenwater. Er groeien waterplanten en met name gele plomp is rijkelijk vertegenwoordigd. Het zicht is niet al te best, met een centimeter of twintig, dertig houdt het wel op. We besluiten hier niet te vissen ook al omdat de weg zo dicht bij is en je dus continu je achterwaartse worp in de gaten moet houden om geen nietsvermoedende voorbijgangers op een vliegenlijn te trakteren. We gaan de bovenloop opzoeken en hier heet de rivier het Koningsdiep. Het riviertje meandert een eind van de weg. Er bevindt zich een stuk weiland tussen de weg en het water. De wei is pas gemaaid en we lopen het land in naar het water. Ook hier veel waterplanten en redelijk helder water. Wel is de oevervegetatie hoog opgeschoten wat het vliegvissen weer erg belemmert. We nemen andermaal het besluit door te rijden en komen aan bij de Boarnevalei. Het Koningsdiep kronkelt hier doorheen en er loopt een lange rechte vaart langs, de Nieuwe Vaart. De Boarn is voor een gedeelte omgeleid en staat in verbinding met het nieuwe Diep en de nieuwe Vaart. En zo is Polder de Dulf ontstaan. De nieuwe vaart is helder en ziet er als vliegviswater geschikt uit. Polderhoofdkanaal en Nieuwe Beetster Vaart komen uit in het Nieuw Diep en de Nieuwe Vaart. Hier zijn goede mogelijkheden om te vliegvissen al blijft het uitkijken met de weg die pal langs het water loopt. Op 13 juli hebben Simon en ik de bovenloop van de boarn, die dan Oud Diep of Koningsdiep wordt genoemd opgezocht. Bij Beetsterzwaag gaat de weg over de rivier en deze meandert door de landerijen. Het ziet er prachtig uit maar is erg ondiep en smal. Kortom, waar de rivier zijn
oorspronkelijke loop nog heeft ziet het er prachtig uit, maar de bereikbaarheid is beperkt en het vliegvissen is moeilijk in verband met de vegetatie en het feit dat je door de landerijen moet struinen om een stuk water af te vissen. De beste vismogelijkheden liggen in het nieuw Diep en de Nieuwe Vaart. De vissoorten zijn voorn, baars en snoek, maar ook snoekbaars zal in deze wateren voorkomen, dus gebruik droge vliegen, (goudkop)nimfen en kleine en grote streamers.
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
17
Geschiedenis Historisch stroomde de Boorne langs Rauwerd (Raerd) waar het uitmondde in de Middelzee. Naar dit riviertje is de gemeente Boornsterhem (Boarnsterhim) genoemd. Aan de hand van de geologische kaarten van de Rijks Geologische Dienst en de Bosatlas van 1939 hieronder de geschiedenis van de Boorn: “Ongeveer 10500 jaar geleden kwam de zee tot het huidige Beetsterzwaag. De Boorn stroomde ten Zuiden van Beetsterzwaag de zee in. Ongeveer 7000 jaar geleden was er een inham tussen Terschelling en Vlieland, met ten zuiden van de strandwal een kleiner wad met een strook veen langs de oevers. Die inham liep, richting Beetsterzwaag, bij hoogwater onder. Op het zuidelijkste punt van die inham mondde de Boorn uit. Ongeveer 4300 jaar geleden was die inham verbreed en uitgediept tot de Middelzee, met klei langs het water en een veenstrook aan de landzijde, tussen Oldeboorn en Beetsterzwaag. Bij Akkrum liep die kleistrook in noor-
delijke richting. Daarom buigt de Boorn hier nu nog naar het Noorden af. Toen kwam de Boorn bij Irnsum, langs Rauwerd, in de Middelzee uit. Omstreeks 1200 was de Middelzee zover dichtgeslibd, dat er voor de Boorn een afwateringskanaal naar het Sneekermeer moest worden gegraven. De Boorne begint bij Bakkeveen als Oud- of Koningsdiep. Iets ten westen van Oldeboorn, waar het Ouddiep en het Nieuwe Diep samenkomen, gaat het verder als Boorne. Bij Akkrum is het riviertje omgeleid vanwege het Leppa Akwadukt in de A32. Het stuk tussen Akkrum en Oude Schouw wordt Kromme Knilles genoemd. Na Irnsum heet de oude loop van de Boorne Mûzel en loopt door tot voorbij Rauwerd. Dit riviertje wordt ook wel de Boorn, Born of het Friestalige De Boarn genoemd; in het Fries heeft dit woord Boarne dezelfde betekenis en wortel als het Nederlandse Bron.” Tekst: Hans Wiersma Foto’s: Simon van der Veen
“BERKLEY-SMALLERT” FORELDAG VOOR HET GOEDE DOEL Het is zaterdagmorgen 16 oktober j.l. en ik ben op weg naar het plaatsje Emst aan de oostkant van de Veluwe. Er staat een stevige wind en er zijn wat buien te verwachten. Op de Forelvisvijvers van ’t Smallert wordt de “Berkley-Smallertdag” gehouden, waarvan de opbrengst geheel ten goede komt aan de goede doelen; de Stichting Fishing Dutchman en de Stichting Het Peuterfonds. De entree bedraagt Eur. 5.00 Een geweldige mogelijkheid om kennis te maken met het vissen op forel voor jong en oud en je ondersteunt er ook nog twee goede doelen mee. Er is ook een wedstrijdelement aan verbonden en er zijn geweldige prijzen beschikbaar gesteld door Berkley. Er werd gevist op drie vijvers van 10.00 – 16.00 uur, maximaal 1.5 uur per groep. Op vijver 1 en 2 forelvissen, op vijver 3 vliegvisinstructie aan de oever, met forelvissen aan de andere zijde. Per serie van 1.5 uur werden per vijver 50 forellen uitgezet. De deelnemers per serie deden automatisch mee aan de competitie. Daarnaast waren er doorlopend workshops in het werpen, fileren, vis roken, vliegbinden, casten, forelhengel optuigen (tips & tricks). Dit laatste werd gegeven door de bekende forelvisser Gerard Kerdijk. Aan het eind va de dag werden de prijzen uitgereikt en het blijkt dat forelvissen op de vijver ook een kunst is die je moet leren. Ik kwam er op de eerste vijver met één schamele forel vanaf, maar er waren erbij die niet minder dan 20 tot 25 forellen aan de schubben kwamen. 18
Mijn kans kwam later. Lootjes gekocht tegen het acceptabele bedrag van Eur 5.00 voor 10 loten. Je steunt het goede doel, nietwaar. Maar sponsors steunden mij ook. Op mijn loten vielen twee prijzen t.w. een vliegenhengel ABU Garcia, lengte 9 Ft # 5-6 met reel, vliegenlijn WF, leader en vliegje compleet in een fraaie koker, naast dit geheel mocht ik een lichte spinhengel, speciaal voor de forellenvijvers in ontvangst nemen. Mijn dag kon niet meer stuk.
Peuterfonds Wat behelst het Peuterfonds. De Stichting Peuterfonds organiseert sportvisevenementen voor kinderen met gezondheidproblemen door geheel Nederland. Tijdens een gesprek dat ik voerde met Rolf Bouman, voorzitter van de Stichting vertelde hij mij dat zij weinig of geen contacten hadden in Friesland. Wat zoeken zij. Voor de tweede periode in 2011, een veilige omgeving waar kinderen onder hun leiding kunnen vissen, eventueel een forellenput. Voorts een Friese doelgroep die voor begeleiding in aanmerking komt (kinderen met gezondheidsproblemen). Toen ik dit hoorde dacht ik: Kan De Pompemich daarbij helpen. Graag wil ik dat eens bespreken met onze leden. Wie wil er nou niet mee helpen zieke kinderen de dag van hun leven te bezorgen en nog wel in onze geliefde hengelsport. Meer info: www.peuterfonds.nl Ger Rous
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Brak en kustwater; Van ‘Costa Verde ‘tot ‘Noordkaap’ We hebben het dan over een immense kustlijn! Niet echt bescheiden dus. Alleen de kustlijn van Noorwegen is al langer dan de rest van dit gebied. Vouw de overzichtskaart van Europa maar eens dubbel ter hoogte van Kristiansand… en tel daar dan nog eens de oevers van de fjorden bij! Dit betekent dat we dit in vogelvlucht moeten doen, niet in het minst omdat we vanuit de praktijk natuurlijk niet elk stuk gedetailleerd hebben kunnen bekijken. Maar reken maar dat wáár we geweest zijn onze ogen de kost hebben gegeven! Maar er zijn meer manieren.
Op de foto een kuststrook van Asturië op de grens van Cantabrië, van Playa de La Franca (Rio de Las Cabras uitmondend op het strand bij de camping!) tot Unquera (gezamenlijke monding van de zeeforel – en zalmrivieren Rio Cares en Rio Deva…) Denk wel aan de vergunningen! Schaars en prijzig! ‘Googlend’ de Costa Verde(r) naar west en oost verkennend, zie je legio mooie mogelijkheden. Ruige rotspartijen met diep water, prachtige stranden en mooie baaien, riviermondingen en haven(tje)s. Als je weet wáár en waaróp je buit meestal foerageert, weet je ook waar en waarmee te vissen. Vergeet daarbij niet om ook eens te kijken in de
Een belangrijke tip: Gebruik ‘GoogleEarth’! De manier om een gebied in vogelvlucht te bekijken, maar ook in mooie details! Je kunt vanaf de satelliet heel ver inzoomen en de kansrijke stekken spotten. Kustlijn structuren zijn perfect zichtbaar, ondiep en diep zijn in licht en donker goed herkenbaar net als rotsen, wierbedden en mosselbedden… Kortom, als ik naar voor mij nog onbekende contreien ga… (nog voor ik reserveer!!!)… Google! Als voorbeeld een stukje van de Spaanse Costa Verde:
havengebieden, misschien niet zo mooi maar dikwijls heel visrijk, en als de rest van je reisgezelschap tóch de stad in wil…combineren? Gaan we Oostwaarts richting Frankrijk, passeren we ook de Pyreneeën en de rivieren(-tjes) die vanuit dat massief uitlopen in de Golf van Biscaye. Ook daar zijn diverse leuke mogelijkheden, maar check altijd het vergunningenbeleid. Zowel Spanje als Frankrijk zijn niet misselijk als het om sancties gaat en ’n grote mond moet je ook al niet hebben (vind ik sowieso al niks!!).
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
19
Les Landes; het gebied van vlakke stranden met tal van baaien, meren en meertjes dicht achter de kust gelegen en dikwijls in open verbinding met de Golf. Het achterland is meestal zanderig en vlak en lijkt één groot bos van pijnbomen. Het is vooral aan de kust wat lastiger om in alle rust van de natuur en je hobby te genieten, het is een heel populair vakantiegebied en vooral in het zuiden dichtbevolkt. Maar als je daar toch moet zijn… De vis trekt zich daar niet zoveel van aan! Tussen de Gironde bij Bordeaux en de Loire bij Nantes liggen een aantal met bruggen met het vasteland verbonden eilanden met goede mogelijkheden. Daar begint de ‘Cote sauvage’ (wilde kust!) doorlopend langs de zuidkust van Bretagne. Een geweldig mooie ‘getijden kust’ met mooie pittoreske haventjes, dikwijls natuurlijke inhammen, kleine en grotere rivieren, privé strandjes (schier-) eilandjes en ruige kusten. Hoe verder westelijk hoe groter de verschillen tussen hoog- en laagwater worden. Getijdenverschillen lopen op tot ≥ 10m! De stroming langs kapen en in mondingen zijn evenredig. Het noordelijk daarvan gelegen Normandië heeft wél die sterke stromingen maar minder ruige rotskusten en meer vlakke kusten overgaand in de krijtrotsen van het kanaal en nauw van Calais. Hier en daar doorsneden door riviermondingen, delta’s en havens. In deze mooie getijden gebieden zijn echt enorm veel mogelijkheden, maar het kustvissen daar brengt veel risico met zich mee! Het opkomend tij kan zo snel zijn, dat je het letterlijk niet kunt ‘bijbenen’ zorg dus altijd dat je tijdig weer op hoge grond kunt komen. Vooral de zg. falaises, afgebrokkelde rotsen met getijdenpoeltjes en heel veel dierenleven zijn heel interessant (netje! Aassoorten bij hoogwater!). Een uitdaging als de kids meegaan maar extra oppassen, je hebt daar minder overzicht en meer tijd nodig om terug te komen. In dit hele gebied tot aan de Vlaamse kust zijn leuke getijdenhaventjes, waar je met hoogwater een visje kunt vangen. De Vlaamse en Nederlandse kust scheer ik over één kam: Vlak. De structuren zijn dijken, (haven-)dammen en pieren, enkele uitlopen van kanalen en rivieren, al dan niet met sluis of afwateringsconstructies. Natuurlijke structuren zijn de muien en slenken aan de stranden en uiteraard de vele geulen en geultjes in de mondingsgebieden. Ook aan de Vlaamse kust zijn een paar interessante havens, maar meestal zijn dit door vissende badgasten druk bezette stekken. De Zeeuwse delta biedt heel veel mogelijkheden voor vliegvissen vanaf zeeweringen van allerlei aard. De belangrijkste Nederlandse brakwaterzônes vinden we in de Scheldes, Rijn-Scheldekanaal, Zoommeer, Volkerak, Haringvliet, Spui, Oude Maas, Hartelkanaal, Nieuwe Waterweg, Rotterdams havengebied tot IJsselmonde. 20
Ook het westelijk deel van het Noordzeekanaal en het gebied rond de sluizen in de afsluitdijk hoort daar nog bij, net als het van Harinxmakanaal en het Lauwersmeer bij de sluizen. Het Waddengebied loopt helemaal door tot in Denemarken. De Duitse kust is minder populair bij sportvissers uit onze regio, maar ook daar monden een paar leuke rivieren uit in zee. Via Google is dat te verkennen, ik moet eerlijk zeggen dat ik daar geen voetstap heb liggen. De westkust van Denemarken is een voortzetting van de Waddenzee, langzaam overgaand in een gebied van brakwater kustmeren met half open verbinding naar zee. Mooie rivieren en riviertjes monden via deze ‘fjorden’ uit in zee. De beste zalmrivieren van Denemarken liggen aan de westkust! De Limfjord is de open verbinding van het Kattegat naar de Noordzee en grenst dit gebied af bij de vissershaven Thyborøn. Tot het Skagerak komen we dan langs de vlakke zanden kiezelstranden een paar havens tegen die wellicht kansen bieden. Het uiterste puntje van Skagen is de grens tussen Noord- en Oostzee waar de stromingen heel interessant kunnen zijn. De Oostkust blijft hier buiten beschouwing. Dan de oversteek naar Noorwegen. Hier begint het echte fjordengebied. Aan de westkust vinden we niet een van de zoetwatervissen terug die we in het zuiden tegenkomen. Het vissen is dus uitsluitend op zeevis en Salmoniden. De kusten, getijdenstromingen en zoetwater-overgangsgebieden zijn enorm gevarieerd. Schijnbaar onbeperkte mogelijkheden om de vis aan de schubben te komen. Zoals aan de Costa Verde is ook hier het belangrijkste te weten waar en waarop de vissen foerageren. Een vervelend probleem is dat de mooie voorverkenningen via Google Earth daar niet zo goed mogelijk zijn. De weergave geeft veel minder detailinformatie. Hopelijk verbetert dat ooit. We zijn hier weer aangewezen op de klassieke wegen- en waterkaarten. De best bruikbare kaarten zijn de ‘topografisk kart‘ op een schaal van 1:25/50 of 100 000 (Uitg. Statens Kartverk.) Verkrijgbaar in boekhandel en soms bij toeristenbureaus. Door het kleine gebied dat daarop wordt weergegeven is het handig om die pas ter plaatse te bemachtigen, en tevoren te bepalen welk blad je nodig hebt. Op internet is zeer gedetailleerde en betrouwbare kaart info beschikbaar op http://kart.statkart.no/adaptive2/ default.aspx?gui=1&lang=2 FF oefenen met navigeren en kaartweergaves op de site en je kunt een schat aan info in heel veel detail vinden. Kaartje met knipselprogramma van win7 of een progamma als Snag-it als afbeelding binnenhalen en/of printen. Leuke activiteit voor de winter-
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
avond wanneer je gaat fantaseren over …en je waant je op vakantie! Samengevat: Watertypes: Alle (half-) open verbindingen tussen zoet en zout en vanaf de kusten Mondingen, sluizen (NB. Verbodsbepalingen!) Stranden & slikken, rotskusten en zeeweringen, Stroming: rivieren, uitwisseling zoet- zout, getijdewater tot zware getijde stromingen Vissoorten: welke eigenlijk niet? Afhankelijk van zoutgehalte, locatie enz. (in Rotterdam wordt zelfs tong en zeebaars gevangen; bij Vlaardingen zie je zee- en snoekbaarsvissers naast de feedervisser in actie; aan de buitenkant van de Haringvlietsluizen naast fint en zeebaars soms ook baars en snoekbaars…)De veelheid van soorten maakt het brakke extra interessant! De winde en de harder zwemmen ’s zomers schouder aan schouder. Stekken: Spotten! Alle in het gebied gelegen afwijkingen in de bodem- en oeverstructuur zijn kansen.
Dekking, neren of keerstromen en hoe herken je die… vogels… rimpelingen… struinen bij laagwater en let op geultjes, aas en sporen van aas enz. Dit naast de eerder genoemde internet en klassieke kaartinfo. Oh ja, de vele havens en haventjes leveren soms leuke verassingen op…,maar je bent te gast, denk dus aan de locale regels en gewoontes. Materiaal: Hengels/ lijnen #6⁺ F FW, FW I, FW FS(C), FW F/S ( let op warm- en koud water eigenschappen!) Leader/Tip 20-30/00 Veiligheid: Waden: slik, drijfzand, gladheid snel opkomende vloed enz. Drukte op de kant! Vliegen: Vlokreeft, garnaaltjes, streamertjes, zeebliek- en zandspieringimitaties Mijn idee: hoe helderder het water is hoe realistischer de imitatie moet zijn. K’s
Een zeer verontrustend artikel: Doemscenario voor visserij Tenzij er onmiddellijk drastisch wordt ingegrepen, zal er over 40 jaar geen eetbare vis meer in de zee zitten. Dat blijkt uit een rapport van de VN. Drastisch betekent: 13 miljoen vissersboten wereldwijd uit de vaart nemen, alternatieve jobs zoeken voor 20 miljoen van de 35 miljoen vissers en het onmiddellijk stopzetten van de 27 miljard dollar aan rechtstreekse subsidies die overheden jaarlijks aan de visserij geven. Het rapport met het doemscenario voor de visserij is van de hand van het United Nations Environment Programme (UNEP), een organisatie van de Verenigde Naties die de milieuactiviteiten van de VN coördineert. Het moet overheden onder druk zetten voor de Rio +20-top in 2012, waar de VN het instorten van de commerciële visserij als een van de topprioriteiten op de agenda zet. `Het is tijd om in te zien dat dit probleem het pure ecologische en emotionele overstijgt`, zegt Achim Steiner, vice-secretaris-generaal van de VN en directeur van UNEP. `De huidige gang van zaken in de visserij is een schoolvoorbeeld van compleet mismanagement en dat zal leiden tot een drama van monumentale proporties. Deze sector is zichzelf in recordtempo om zeep aan het helpen en verwoest daarbij een natuurlijk kapitaal dat van vitaal belang is voor het voortbestaan van onze soort. Overheden moeten beseffen dat ze met hun huidige beleid met het leven van een miljard mensen spelen.
De verwachting van de totale ineenstorting van de zeevisserij tegen 2050 is niet nieuw. Marinebiologen en andere wetenschappers hebben dat al voorspeld, maar dan op basis van de evolutie in biodiversiteit. Dit rapport is het werk van economen. Om het simpel te zeggen: niet meteen mensen die bezorgt zijn om de vissen zelf of de natuur, wel om de economie. De implicaties van hun analyse van de visvangst is enorm. In de volgende 40 jaar zal de commerciële visserij volledig instorten voorspellen ze. Nu al is 30 % van de eetbare vissoorten opgevist, en ze voorzien een afname van 10 % per jaar. Volgens het rapport overleeft meer dan 35 % van de huidige visserij-industrie in de wereld alleen door subsidies van overheden. Subsidies die volgens analisten er alleen maar voor zorgen dat de overbevissing toeneemt en de sector in een uitzichtloze spiraal hebben doen belanden. Slechts 8 miljard van de 27 miljard die overheden nu jaarlijks vissers toestoppen zijn enigszins economisch zinvol rekende UNEP uit. Die 8 miljard hoeft niet per se geschrapt te worden, maar moet beter gebruikt worden om duurzame visserij te installeren. Bovendien moeten 13 miljoen van de 20 miljoen vissersboten uit de vaart worden genomen, te beginnen met de grootste schepen. Elke vorm van overheidstussenkomst om vissers tegemoet te komen om schommelingen in brandstofprijzen te helpen verteren (niet eens meegerekend in het pakket van rechtstreekse subsidies ten bedrage van 27 miljard) moet onmiddellijk verboden worden. En overheden
De Pompemich - nr. 59 - december 2010
21
moeten dringend alternatieve werkgelegenheid zoeken voor 20 miljoen vissers wereldwijd. Er moeten ook snel grote marineparken worden geïnstalleerd: no-fishing zones in de oceanen waar streng op wordt toegezien. Onderzoek heeft aangetoond dat het marineleven in zo`n zone zich vaak spectaculair herstelt, tenminste als er een zero-tolerantie wordt toegepast. Alweer is dat economisch onderbouwd: als vissen volwassen kunnen worden, zijn ze productiever. Een jonge vis die natuurlijk kan groeien tot zelfs al maar het dubbele van zijn gewicht legt maar liefst 100 keer meer eitjes. De economische implicaties zullen enorm zijn als de maatregelen die in de UNEP-rappotage worden voorgesteld niet worden uitgevoerd. Niet alleen voor de 120 miljoen mensen wereldwijd die direct leven van de visvangst, maar voor 500 miljoen mensen, want 8 % van de wereldbevol-
king is momenteel economisch afhankelijk (distributie, verwerking, etc) van de sector. Los van het zuiver economische plaatje is er een kwestie van proteïne: de zeevisserij levert de belangrijkste voedingsbron voor 1 miljard mensen, van wie het merendeel bij de armste behoort. Het rapport waarschuwt dat de enige redding ligt in kleinschaligheid en `het artisanale`. Het spreekt van een dodelijke paradox: Door het creëren van bijzonder efficiënte, hoogtechnologische visserijvloten is er zo`n overbevissing ontstaan dat die vloot inefficiënt is geworden. Uit Onderwatersport. Het maandblad van de Nederlandse Onderwatersport Bond. Eddy Visser
Recept In de vorige Pompemich schreef Kees over haring. Dit bracht mij op het idee een paar receptjes met haring met jullie te delen. Met haring kun je letterlijk alle kanten op; roken, bakken, koken, stomen, in de oven of marineren in (zoet)zuur of zout. Het gemakkelijkste is volgens mij bakken, je fileert de haring en bestrooid deze met wat zout en versgemalen peper en bakt ze in een paar minuten gaar in een klein beetje boter, kan niet simpeler zijn dacht ik. Ook roken is een makkie. Leg de schoongemaakte haringen een uurtje in een pekelbadje van 100 gram zout in 1 liter water. Droog ze goed af en leg ze in het rookbakje. Voeg eventueel wat kruiden toe aan de houtmot en roken maar. Het schoonmaken van het rookbakje is nog het moeilijkste hieraan. Marineren is wat meer werk maar zeker de moeite waard. Maak eerst de marinade door 3 dl. azijn aan de kook te brengen met 125 gram suiker, 3 fijngesneden sjalotten en 1 gewone ui, 8 hele pimentzaden, 3 theelepels dillezaad, 2 laurierblaadjes en 20 hele peperkorrels. Laat dit 5 minuten doorkoken en daarna afkoelen. Fileer de haringen en zout ze licht. Snijd ze in stukken van ongeveer 3 cm. en leg ze in de marinade. Laat dit minimaal 1 maar liever 2 dagen trekken in de koelkast en dan lekker eten. Hier kun je dan weer allerlei sauzen bij maken zoals Kerriesaus, madeirasaus, dillemosterdsaus, etc. Een andere manier van marineren is het maken van gravad sild maar wie in dat recept geïnteresseerd is moet maar even op internet kijken of mij vragen want dat kan op verschillende manieren. Eet smakelijk, Eddy
22
De haring als consumptievis Wereldwijd gezien is haring de op vier na belangrijkste soort voor de visserij. Jaarlijks wordt er wereldwijd ongeveer 1,5 miljoen ton haring gevangen. Alleen de ansjovis, koolvis, de Chileense horsmakreel en de zilverkarper worden meer gevangen. Voor de Nederlandse vloot begint het haringseizoen eind mei, en loopt door tot in maart. Deze vloot vist vooral op de haring in de westelijke Noordzee en rond de Schotse eilanden. Het merendeel van de gevangen haring wordt verder bewerkt tot zure of ingeblikte producten. Slechts éénvijfde tot éénderde van de totale haringvangst kan worden verwerkt tot gezouten ‘maatjes’-haring. Dit is haring die nog geen hom of kuit heeft gevormd. Het vetpercentage start bij ongeveer 15% en loopt in de periode van mei tot juli verder op. Hoe snel dit vetpercentage stijgt hangt af van de hoeveelheid dierlijk plankton dat voor de haring beschikbaar is. Vanaf 2009 krijgt alle maatjesharing het MSC-keurmerk. Dit keurmerk wordt toegekend aan vormen van visserij die voldoende rekening houden met de natuur en het milieu op zee. De haring die werd gevangen door de Nederlandse vloot voldeed al langer aan de eisen van dat keurmerk, maar de haring die werd aangevoerd door Deense en Noorse vissers nog niet helemaal.
Peeters Hengelsport, www.peetershengelsport.nl 0206441350 De Pompemich - nr. 59 - december 2010
Agenda De clubavonden worden gehouden in:
Clubavonden 2010 21 december, materiaalverkoop, zie pagina 6
Dorpshuis ’t Heechein Buorren 34 8542 AB Terkaple 0566689897 zaal open vanaf 19.00 uur.
Clubavonden 2011 25 januari jaarvergadering met verloting en werpchallenge 22 februari voornvliegen binden o.l.v. Kees Lutz 29 maart binddemo en nieuw materiaal door expert van “buiten” ����������������������� Leiding Martin v/d Wagt 26 april werpen met alle lijntypes o.l.v. Menno ter Horst 31 mei droge vliegen voor snel stromend water o.l.v. Rob van Dijk 28 juni voorbereiden lustrum en open dag 2 juli vieren 3e lustrum en open dag 26 juli thema vrij 30 augustus idem 27 september snoeken en streamers o.l.v. Menno ter Horst 25 oktober zalmvissen en binden van een klassieke zalmvlieg door expert van “buiten”. Leiding Frits Maltha 29 november Oostenrijk, een visparadijs door een expert van”buiten” Leiding Rob van Dijk 20 december materiaalverkoop Activiteiten: april- oktober buiten werpen voor beginners en gevorderden o.l.v. Martin v/d Wagt, onze gediplomeerde instructeur en zijn assistenten april forelvissen in Biddinghuizen oktober snoekdag De werpinstructies buiten beginnen om zeven uur. Op de website verschijnt tijdig de meest recente informatie over bindmateriaal, locaties enz.:
www.depompemich.nl De Pompemich - nr. 59 - december 2010
23
AVERTENTIE CSL
24
De Pompemich - nr. 59 - december 2010