De nieuwe huisvesting van de provincie Noord-Holland Verslag van de informatieavond voor omwonenden en belanghebbenden op 14 juni 2011 over de verbouwingsplannen aan de Dreef en het ontwerp van de Griffietuin. Aanwezig namens de provincie: • De heer J.W. Remkes, Commissaris van de Koningin • Jaap Gräber, architect • Michael van Gessel, landschapsarchitect • Ronald Visser, programmamanager nieuwe huisvesting provincie • Yolande van Lent, plaatsvervangend programmamanager nieuwe huisvesting • Bert van Griensven, projectleider nieuwe huisvesting • Herman Kassens, projectcoördinator Dreefgebouw • Emily Leyer, communicatieadviseur provincie Noord-Holland (verslag) Tevens aanwezig: Michael Kaldenhoven van de gemeente Haarlem en ongeveer 50 omwonenden/ belanghebbenden. Programma Het programma van de avond, onder leiding van Ronald Visser, is als volgt: • Welkom door de heer J.W. Remkes en Ronald Visser • Stand van zaken ontwerp entree parkeergarage, door Jaap Gräber • Presentatie eerste schetsontwerp Griffietuin, door Michael van Gessel • Vervolgproces en procedures, door Ronald Visser Welkom Ronald Visser heet iedereen welkom. De vorige keer dat we elkaar spraken was op 29 maart; toen presenteerden we het definitief ontwerp van ons gebouw aan de Dreef. Vanavond gaan we nader in op het ontwerp van de voetgangersentree van de parkeergarage. Ook presenteren we het eerste schetsontwerp van de Griffietuin. Met de vorming van het nieuwe college afgelopen mei, kreeg de heer Remkes het huisvestingsdossier in zijn portefeuille. De heer Remkes geeft aan dat hij bouwprocessen zowel ingewikkeld als boeiend vindt en dat het geweldig is om daar samen iets moois van te maken. Hij heeft begrepen hoe het proces tot nu toe is verlopen en is blij met de belangstelling en betrokkenheid van de mensen uit de buurt bij de vormgeving van hun omgeving. Dat is essentieel voor een goed resultaat, ook al duurt het proces soms wat langer. Vanavond gaan we het hebben over de voetgangersentree van de parkeergarage en het ontwerp van de Griffietuin. Daar zullen verschillende opvattingen over bestaan, maar dat is goed voor het proces en goed voor het eindresultaat.
1
Presentatie Jaap Gräber Tijdens de vorige bijeenkomst op 29 maart jl., presenteerde Jaap Gräber het definitief ontwerp van het Dreefgebouw. Hij ging vervolgens met een goed gevoel naar huis om het plan op een aantal punten te verbeteren. In het ontwerp blijft de gevel van het Dreefgebouw behouden, zodat aan de aanblik niets verandert. Om te kunnen voldoen aan de nieuwe duurzaamheidseisen, bijvoorbeeld op het gebied van isolatie, zal de gevel eerst worden afgebroken en daarna opnieuw opgetrokken. Niet originele elementen, zoals zonneschermen, komen straks niet meer terug. Daardoor komt de kwaliteit van de gevel nog beter naar voren. Een bijkomend voordeel van het afbreken en weer opbouwen van de gevel is dat de bouwlocatie in de Griffietuin gemakkelijk bereikbaar is, zodat de aanen afvoer van bouwmateriaal niet via het Frederikspark plaats zal vinden. Nieuwbouw vindt aan de kant van de Griffietuin plaats. Hier wordt een nieuwe golvende glazen gevel opgetrokken. Ook wordt er, samen met de gemeente Haarlem, een ondergrondse parkeergarage gebouwd. De auto’s voor en achter het gebouw worden uit het zicht genomen, zodat er een mooiere doorkijk komt. Afgelopen twee maanden is nader gestudeerd op een goede voetgangersentree van de parkeergarage. Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat de voetgangersentree bij of aan de Dreef komt. We bouwen immers een openbare parkeergarage, die iedereen gemakkelijk en veilig moet kunnen (terug) vinden. Eerder dachten we dat de beste oplossing voor dit ‘voetgangershuisje’ een compact, losstaand glazen huisje zou zijn, nabij de Dokterswoning. Dit stuitte echter op bezwaar, omdat dat het zicht op de karakteristieke gevel ontneemt. Op basis daarvan zijn we naar een betere plek gaan zoeken. Alle denkbare opties zijn onderzocht. In historisch materiaal ontdekten we dat de Dokterswoning een beetje schuin naar voren staat, waardoor er een schuine lijn loopt die de Dreef, de Dokterwoning en het groen met elkaar verbindt. Deze lijn staat niet loodrecht op de gevellijn van het Dreefgebouw, waardoor er een eigenwijze hoek is ontstaat tussen de Dokterswoning en het Dreefgebouw (zie tekening).
2
Deze hoek willen we gebruiken voor de te bouwen voetgangersentree naar de parkeergarage. We bouwen een heel compact, transparant glazen huisje tegen de gevel aan. Omdat het huisje van licht glas is, kun je er doorheen kijken en blijft het zicht op de gevel en de ramen goed behouden. Het huisje staat tegen de gevel aan, waarbij de gevel intact blijft. Het schuine lijnenspel vertalen we naar het ontwerp van het huisje door het dak ervan ook schuin omhoog te laten wijzen. Met dit voorstel laten we de bijzondere architectuur van alle losse gebouwen in hun waarde, betrekken we de gebouwen bij elkaar en voegen we er iets aan toe. Dat wat we toevoegen is van kwaliteit en functioneel (vindbaar). Bovendien vormt het glazen huisje een mooie verbinding met de nieuw te bouwen glazen gevel aan de achterzijde van het Dreefgebouw. Het realiseren van het compacte glazen huisje is technisch mogelijk. Het huisje bevat een toegang, een lift en een trap naar beneden waar zich de kaartautomaat en de auto’s bevinden. Om het huisje zo compact mogelijk te kunnen maken, komt er een minimaal trapgat. De hoogte van de trap is royaal, zodat het prettig lopen is. Het hoogwaardige glas is eerder gebruikt voor vergelijkbare doeleinden. Vragen n.a.v. de presentatie ontwerp voetgangersentree • Het huisje wordt van glas; is de vloer straks ook van glas? Mogelijk wordt de vloer ook van dik glas, maar dan geen glas waar je doorheen kunt kijken want dat wordt niet als prettig ervaren. • Wordt de lift in het glazen huisje ook transparant? De lift wordt zo transparant als de wet en de techniek het toelaten. Je zult wel altijd materialen van liftonderdelen blijven zien. De ruststand van de lift is op -1. Als de lift niet gebruikt wordt, is hij dus niet te zien.
3
• Wat is er van de ingang van het huisje te zien? Bezoekers van de garage rijden met hun auto naar binnen en komen via het entreehuisje naar buiten. Ze hebben het huisje dus een keer gezien als ze terugkomen om hun auto te halen. Het entreehuisje moet goed vindbaar en herkenbaar zijn, maar kan ook sober blijven. Een grote P op het dak van het huisje is bijvoorbeeld niet nodig. Waarschijnlijk volstaan kleine richtingsborden die ook elders in de stad te zien zijn. Heeft u ook overwogen de toegang tot de parkeergarage naar achter te schuiven, tot links van de Dokterswoning, bijvoorbeeld waar nu een aanbouw zit? Dan blijft de gevel intact maar wordt het huisje minder zichtbaar. Ik wil u vragen deze optie nog eens met de deskundigen en bestuurders in beraad te nemen. Ja, deze optie is onderzocht. We willen echter niet tornen aan het concept van Zocher, dat historisch gezien de basis vormt van het landschappelijke ontwerp van het Frederikspark en de Griffietuin. Zocher koos voor amorfe, zwierige vormen rondom de villa’s; openbaar toegankelijke rondingen die een bepaalde richtingloosheid meegeven. We kiezen er voor dit concept niet te doorbreken maar juist te versterken, zodat we daadwerkelijk ‘de oude luister’ herstellen. Een entreegebouw in de tuin van de Doktersvilla past daarom niet in het concept. Het bouwen van een voetgangersentree in de Doktersvilla zelf kan overigens ook niet, omdat de villa een Rijksmonument is. •
• Heeft u overwogen de lift binnen het provinciegebouw uit te laten komen? Ja, daar is naar gekeken. Daarvoor zou, vanwege een gat voor de lift, de gevel ingrijpend gesloopt moeten worden. Er is echter voor gekozen de gevel, met ramen en kozijnen die los van de grond komen, intact te laten. Bovendien is er binnen het provinciegebouw, met zijn verschillende functionaliteiten en vereisten, niet voldoende ruimte voor een openbare voetgangersentree. U gaf aan dat de gevel van het Dreefgebouw opnieuw wordt opgebouwd. Kunt u de gevel dan niet wat korter maken, zodat er ruimte ontstaat voor een voetgangershuisje? Nee, dit is technisch niet mogelijk en architectonisch niet wenselijk. We willen de gevel intact laten zoals deze in de jaren ’30 door architect Zwiers is gemaakt. Hij hoogde de oorspronkelijke gevel op tot de huidige, karakteristieke vorm. Het is moeilijk in deze tijd iets gelijkwaardigs te realiseren, dus we willen niet aan de gevel rommelen. •
• U gaat een glazen huisje bouwen. Hoe zit het met het onderhoud van dat glas; blijft het wel zo transparant? Ik denk bijvoorbeeld aan algen, bladeren en duiven. De provincie is zich er terdege van bewust dat het glas onderhoud vergt en daar zal zij zorg voor dragen.
4
U gaf aan het voetgangershuisje een schuin dak te willen geven. Is daar een technische noodzaak toe of kan de schuine lijn bijvoorbeeld ook de andere kant opwijzen? We stellen inderdaad een ‘eigenwijs’ schuin dak voor, afgeleid van de schuin geplaatste Dokterswoning en de ‘eigenwijze’ hoek die daarmee is ontstaan met het Dreefgebouw. Op deze manier voegen we iets eigenstandigs toe aan de kwalitatieve ontwerpen die er al zijn. Een andere reden is dat een schuin dak het gebouwtje optisch gezien kleiner doet lijken. We streven er immers naar een zo klein en transparant mogelijk gebouwtje te maken. Een schuin dak naar voren en omhoog symboliseert een duidelijke entree, welkom, van een gebouw met een publieke functie. Een schuine lijn de andere kant op, naar beneden wijzend, ligt niet voor de hand, onder meer niet vanwege de afwatering. •
Kunt u het dak van het voetgangershuisje ook zonder schuine lijn maken? Dan heb je minder afleiding en optimaliseer je de bestaande gevel nog meer. Dat zou kunnen maar wij houden van een rustig, transparant en tegelijkertijd krachtig statement dat iets toevoegt aan de bestaande gebouwen. •
Met het schuine dak van het voetgangershuisje komt u boven de eerste laag kozijnen uit. Verstoort dat het beeld niet? De schuine lijn van het dak is afgeleid van een lijnenspel tussen Dokterswoning, Dreefgebouw en de tuin en volgt in dit ontwerp zijn eigen weg. Dat mag best met zo’n transparant, klein gebouwtje als de voetgangersentree. •
De gevel van het Dreefgebouw is authentiek en dat behouden we. Moet er dan wel zoiets moderns tegenaan gezet worden? Dat er een huisje moet komen is onvermijdelijk; het hoort functioneel bij de garage. Een vrijstaand huisje willen we niet. Dit huisje wordt zo klein als mogelijk en staat tegen de gevel aan. Het wordt van hoogwaardig glas gemaakt, wat zorgt voor transparantie en waardoor je de gevel kunt blijven zien. Het past binnen het concept, zit kwalitatief goed in elkaar en voegt iets toe. •
U zegt dat de gevel zichtbaar blijft, maar hangt dat niet af van de invalshoek waaruit je het bekijkt? Als je vanaf de Dreef komt, zie je tot het derde of vierde kozijn vanaf de Dokterswoning wel degelijk iets voor het raam. We bekijken de dingen niet vanuit een punt, maar vanuit beweging. Mensen zijn voortdurend in beweging, zeker in en rondom een park. •
U stelt voor het voetgangershuisje loodrecht tegen de gevel van het Dreefgebouw te zetten. Is het niet mogelijk het huisje in de lengterichting te plaatsen? Dan blijven de ramen vrij. Als we het voetgangershuisje in de lengterichting tegen de gevel zetten, zullen meer raampartijen wegvallen. Bovendien komt het gebouwtje dan niet voldoende tot zijn recht als nieuw, karakteristiek element in de oksel van de Dokterswoning en het Dreefgebouw. •
5
• Het voetgangershuisje krijgt een trap naar de garage. Waar ga je de trap af? Je loopt straks het voetgangershuisje in en maakt dan een draai om vervolgens de trap af te lopen. Op die manier kan het huisje compact, lang en dun worden. Kan de traplogistiek logischer, zodat je de trap in looprichting afloopt en dus geen draai hoeft te maken? De voorgestelde opstelling zorgt er voor dat het huisje zo compact mogelijk gemaakt kan worden, maar we zullen nog eens naar dit alternatief kijken. •
Ronald Visser sluit dit programmaonderdeel af, om ruimte te geven aan Michael van Gessel. Hij geeft aan de verschillende ideeën goed gehoord te hebben en dat bekeken wordt waar hier en daar nog wat geschaafd kan worden. Hij constateert daarbij dat de reacties en ideeën hier en daar uit elkaar lopen en benadrukt dat de opdracht voor het ontwerp van het gebouw, de garage en de voetgangersentree primair bij de architect ligt. Presentatie Michael van Gessel Michael van Gessel geeft aan dat hij van de provincie de opdracht heeft gekregen een plan te maken voor de herinrichting van de Griffietuin. Dat plan staat niet op zichzelf; de Griffietuin en het naastgelegen Frederikspark zijn met elkaar verbonden en staan in relatie tot de Haarlemse Hout. Vanuit dat perspectief heeft Van Gessel een eerste schetsontwerp voor de Griffietuin gemaakt; hij is blij dat hier vanavond te kunnen presenteren. Van Gessel wil de landschappelijke kwaliteit, die vanuit de historie al volop aanwezig is, behouden en versterken. Uitgangspunt van het ontwerp zijn de ideeën van architect Zocher, die uitging van een parkconcept met zwierige vormen, ovale tuinen en meanderende paden. In dit ontwerp speelt de landschapsarchitect dan ook met vormen, schaduwen en licht. Er komen losstaande bomen en boomgroepjes te staan en de slingerende klinkerpaden van het Frederikspark worden doorgezet in de Griffietuin. Ruimtelijk en wat sfeer betreft zullen de Griffietuin en het Frederikspark meer met elkaar worden verbonden. Maar het zijn ook duidelijk twee verschillende delen; waar het Frederikspark meer open is, is de Griffietuin meer besloten van karakter. Dat blijft zo, als bij een ‘kamer en suite’. Het is de bedoeling een overgang te creëren van gras waar de zon op valt, naar gras waar de schaduw op valt (met stinzenplanten in het gras), naar de meer donker begroeide delen van de tuin. Zo ontstaat er een lange diagonale lijn, waardoor maximaal ruimte en een parkachtige uitstraling wordt bewerkstelligd. Met name het hart van het park heeft meer solitaire en groepen bomen nodig. Onder een deel van de Griffietuin wordt de parkeergarage gebouwd, maar bovengronds zal dat niet zichtbaar zijn.
6
Het begroeide deel van de Griffietuin is straks niet te vergelijken met de huidige ‘muur van groen’, gekenmerkt door een wildgroei aan esdoorns en te veel rododendrons. De sferen zullen geleidelijk aan veranderen en er komt een gevarieerd bomenbestand. Dat geeft wisselende schaduwpatronen, wat spanning creëert en eenvormigheid voorkomt, en past bij een statig oud park. Per boom zullen we de vitaliteit en de beschikbare ruimte bekijken om vervolgens in goed overleg te bepalen waar wat weg kan en waar wat toegevoegd moet worden. Het beheer zal vervolgens moeten gebeuren met een duidelijk doel voor ogen; een rijk parkbos met afwisselende vegetatie, ruimte en zichtbaarheid. Wat materialisering betreft zullen de wandelpaden slingerende klinkerpaden worden. De rijdroutes worden gemaakt van asfalt. We werken toe naar een geheel, met verschillende vormen van verharding, afhankelijk van de functies. NB: Als het aan van Gessel ligt, zou de gemeente Haarlem, later bij het opknappen van het Frederikspark, moeten kiezen voor donkere, antracietkleurige asfaltpaden. Dit is in ronde vormen aan te leggen, veelzijdig in gebruik, goed te onderhouden en heeft een chique uitstraling. Vanwege de beveiliging van het Provinciehuis wil de provincie dat de Griffietuin ’s avonds afgesloten kan worden. Er komt een nieuw hek tussen het Frederikspark en de Griffietuin, dat open en dicht kan. Van Gessel kiest er voor om daar een kwalitatief hoogwaardig, bijzonder hek van te maken; transparant met grote poorten die overdag uitnodigend kunnen worden open gezet. Om er een idee bij te krijgen, laat hij een ontwerp zien van een decoratief geperforeerd hek met bloemmotief uit een oud botanisch boek, dat hij eerder voor de Hermitage in Amsterdam heeft laten maken. Vragen n.a.v. de presentatie ontwerpschets Griffietuin • Ik vind het een prachtig ontwerp en ben blij met de stinzentuin, maar niet met het genoemde hek. Dat er een hek komt is misschien niet ideaal, maar wel noodzakelijk. Het hek zal precies de natuurlijke scheidslijn tussen het park en de tuin volgen. Michael van Gessel wil iets bijzonders van het hek maken; iets wat allure toevoegt, tegelijkertijd transparant is en goed kan worden beheerd. U streeft naar openheid en transparantie in het middengebied, maar plaatst er wel een hek. Kan dit dan geen hek worden dat helemaal open kan? Zowel technisch als financieel is dat niet wenselijk. Een hek dat helemaal open kan is heel duur. Bovendien zijn de hekdelen die open kunnen aanzienlijk dikker dan de hekdelen die dicht blijven. Een hek dat helemaal open kan wordt dus een heel dik hek. Het hier voorgestelde hek oogt overigens in praktijk niet zo ‘hekkerig’; het is een transparant ontwerp, alleen de poorten zijn stevig. •
7
U geeft aan dat u van het Frederikspark en de Griffietuin een eenheid wilt maken, maar dan wel van elkaar gescheiden door een hek. Waarom ziet u het niet als twee van elkaar gescheiden delen? Overdag is de Griffietuin open en toegankelijk vanuit alle vier de windrichtingen. Van deze ‘open’ situatie zijn we ook uitgegaan in het landschappelijk ontwerp, waarin we het Frederikspark en de Griffietuin als één geheel beschouwen en inrichten. Alleen ’s avonds gaat het hek in de Griffietuin om veiligheidsredenen dicht.
•
Eerder hebben we gesproken over het verplaatsen van vier monumentale bomen uit de Griffietuin, die moeten worden verplaatst vanwege de bouw van de garage. De bomen zouden mogelijk op de plek van de noodlokalen van de Dreefschool worden gezet nadat die weg zijn. Dat klopt. Het verplaatsen van deze vier bomen kost 160.000 euro. Van Gessel geeft ter overweging mee dat we datzelfde bedrag ook kunnen inzetten voor het aankopen en plaatsen van 32 bomen van groot formaat (stamomvang 35-45 cm op een meter hoogte) met toekomstwaarde. Deze hebben twee jaar nodig om te acclimatiseren en kunnen dan flink groeien. Daar heb je op den duur dus meer aan dan aan vier bomen die verplaatst zijn, want die zijn meestal minder vitaal dan voor hun verplaatsing. Met een groep bewoners kunnen we kijken naar de verdeling in soorten bomen en de samenstelling in het park en de Griffietuin, zodat er een samenhangend geheel ontstaat. •
Ronald Visser geeft aan dat er een gereserveerde post van 160.000 euro beschikbaar is zodra de kapvergunning voor de vier bomen definitief binnen is. Dit budget kan dan worden gebruikt om nader invulling te geven aan het groen in- en rondom het project. De suggestie van de landschapsarchitect om daarvoor circa 32 grote nieuwe bomen te plaatsen, kan rekenen op steun vanuit de provincie Noord-Holland. Ik vind het een mooi aanbod; op deze manier werken we toe naar de monumentale bomen van de toekomst. Ik ben alleen bang dat deze relatief jonge bomen mogelijk over 15 jaar worden gekapt, omdat het dan nog geen monumentale bomen zijn. We kunnen niet in de toekomst kijken, maar laten we streven naar een gezond stadspark met een mooie compositie en volop ruimte om te groeien. •
• U heeft het nog niet gehad over de Nuon-huisjes in het park; kunt u daar iets over zeggen? Met Liander wordt gesproken over de verplaatsing van het gasstation (met de rode bloem). De exacte locatie is nog niet bekend, maar het zal wel van het centrale grasveld verdwijnen.
8
U geeft aan dat het ontwerp van Zocher uw uitgangspunt is, maar verlegt wel de paden in het park. Is dat historisch wel verantwoord? De paden zijn niet meer wat het was; ze zijn uitgesleten en niet meer in vorm. We gaan ze stroomlijnen, zodat het oude beeld weer terugkomt. •
• Blijft de entree van de Griffietuin vanaf de Kleine Houtweg geopend? Ja, de doorgang aan de achterzijde van de Griffietuin, aan de kant van de Kleine Houtweg, blijft behouden. Overdag is het park ook van die kant geopend. Deze ingang is nu scheef en heeft een deuk. Dat komt doordat bewoners met recht van overpad het gebruiken als parkeerplaats voor auto’s. Als onderdeel van zijn opdracht kijkt Michael van Gessel ook goed naar die zijde van de Griffietuin, inclusief het eventueel herstellen van de poort. Uitgangspunt is dat de Griffietuin afgesloten kan worden, terwijl de bewoners wel bij hun tuinen kunnen komen De provincie zal nog eens nakijken of het parkeren van auto’s onderdeel is van het recht van overpad. Dit punt zullen we bespreken met de bewoners. •
U heeft hier een eerste plan voor de Griffietuin gepresenteerd, in samenhang met het Frederikspark. Wat is uw bemoeienis met het Frederikspark? Michael van Gessel heeft van de provincie de opdracht gekregen de Griffietuin te herinrichten, maar kijkt daarbij naar het Frederikspark zodat het een geheel wordt. •
Michael Kaldenhoven van gemeente Haarlem vult aan dat de gemeente in het kader van de gebiedsvisie ook aan de slag gaat met de herinrichting van het Frederikspark. Een proces hiertoe, inclusief samenwerking met bewoners en specialisten, wordt opgestart. Ideeën die nu al ontstaan, kunnen in dat proces worden meegenomen. Voor de gebiedsvisie en dus ook voor de herinrichting van het Frederikspark is Michael van Gessel door de gemeente aangetrokken als supervisor voor de landschapschappelijke aspecten. Vervolgproces en procedures Ronald Visser geeft tot slot aan dat de provincie dit jaar het definitieve ontwerp voor het Dreefgebouw en de garage uitwerkt in een technisch ontwerp. Op basis daarvan kunnen we de aannemer selecteren. We verwachten eind dit jaar met de sloop te kunnen starten. In 2012 start de verbouwing. Het bouwproces zal circa 18 maanden duren; we hopen half 2013 met de verbouwing klaar te zijn. Het bestemmingsplan wordt op 16 juni in de raadscommissie van de gemeente Haarlem behandeld. Daarna ligt het tot half augustus ter inzage. Voor het laatste nieuws en aankondigingen van werkzaamheden kunt u terecht op www.noord-holland.nl, nieuwe huisvesting provincie.
9