Notulen van de vergadering van de raad van de gemeente De Marne gehouden op dinsdag, 25 september 2012 om 20.00 uur in het gemeentehuis, R. Ritzemastraat 2 in Leens. Aanwezige raadsleden: de heer M.A. Buikema de heer H. Gesink de heer H. van der Heide de heer S.M. Hielema mevrouw M.K. Leffers-Koning de heer J. Roffel de heer J.B. Schouten van Schagen de heer V. van der Veen de heer R.A. Veenwijk de heer J.P. van der Vis mevrouw J.H. Vogel de heer R. Vogel de heer T.M. de Vries mevrouw A.A. Waal-van Seijen de heer F.P. van der Zee Voorzitter:
de heer F.H. Wiersma
- tevens burgemeester
Griffier:
mevrouw M. Hegeman-van Eisden
Aanwezige leden burgemeester en wethouders: de heer K.P. Berghuis de heer H.W. van Gelder de heer B.W. Verwey de heer H.E. Waalkens
- wethouder - wethouder - gemeentesecretaris - wethouder
komt om 20.20 uur
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------1. Opening, vaststelling agenda en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering, heet de aanwezigen welkom en constateert dat de agenda wordt vastgesteld. 2. Spreekrecht voor het publiek. De heer Olde Kalter west gebruik te maken van het spreekrecht: - Naar aanleiding van agendapunt 7 (Exploitatiemaatschappij Haven Lauwersoog BV) merkt hij op dat hij dit voorstel vindt getuigen van respect voor de betrokken ambtenaren. Over de andere kant waarschuwt hij er voor dat ook rekening moet worden gehouden met de belangen van de burger en het beginsel van de openheid. Het risico zit er in dat deze handelwijze leidt tot een procedure bij de Ondernemerskamer waardoor er toch brokken ontstaan. De raad heeft een zorgplicht voor de handhaving van de transparantie bij de besluiten die worden genomen. Naar aanleiding van agendapunt 9 (Tweede wijziging legesverordening 2012) vraagt hij zich af of extra werk wel de juiste reden is om het griffierecht te verhogen. Een onderzoeksbureau heeft geadviseerd om diversiteit na te streven inzake de tariefvorming. Waarop is dit voorstel gebaseerd of moet, gelet op de situatie in omliggende gemeenten, dit worden gezien als een ordinaire lastenverzwaring om tot een sluitende begroting te komen.
1
3. Aanwijzen van de primus bij hoofdelijke stemming. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de raad wordt overgegaan tot aanwijzing van een primus. Daartoe wordt getrokken nummer 5, de heer Hielema. 4. Vaststelling van de notulen van de raadsvergadering van 19 en 26 juni 2012 alsmede de lijst van toezeggingen. Notulen 19 juni 2012 De voorzitter stelt voor om op blz. 1 inj de lijst van aanwezige raadsleden de naam van de heer R. Vogel door te halen en op blz. 4, in de 11e regel van onderen, dient de zin als volgt te worden gewijzigd: Van de extra verhoging bovenop de OZB is het CDA niet overtuigd. Met inachtneming van de wijzigingen worden de notulen vastgesteld. Notulen 26 juni 2012 De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. Lijst van toezeggingen Punt 4 Afhandeling inzake het kerkepad Houwerzijl en brief van de heer en mevr. Koksma. De heer Roffel vraagt of er al zicht is wanneer een en ander staat te gebeuren. De heer Berghuis antwoordt dat inzake de brief van de fam. Koksma de afhandeling omstreeks oktober/ november staat te gebeuren en over het kerkepad is een voorstel gedaan waarover in de loop van de volgende week duidelijkheid zal komen. De heer Roffel refereert er aan dat aan de raad is toegezegd dat zij geïnformeerd zou worden over de uitkomst van het onderzoek naar alternatieven voor het kerkepad en daarmee samenhangende kosten. Er is kennelijk al een aanbod gedaan en hij vraagt of de raad de beschikking kan krijgen over die informatie. De heer Berghuis legt uit dat het college momenteel in onderhandeling is met grondeigenaren en het is niet bevorderlijk voor de onderhandelingspositie om dat te doen voor het financiële gedeelte. Over hetgeen betrekking heeft op het aspect van de alternatieven kan de raad wel de beschikking krijgen. 5. Ingekomen stukken. Opiniërende bespreking: Hierover worden geen op- of aanmerkingen gemaakt. Besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 6. Ontwikkeling Lauwersoog / Recreatieve poort Lauwersoog. Opiniërende bespreking: De heer Hielema vindt dat met het betrekken van een bredere groep van toeristische ondernemers bij dit project een sterker potentieel zal ontstaan. Kan nader worden toegelicht waarom het college in dit project weinig risico loopt. Hoe strikt is het projectenboek. Er wordt een doorkijk gegeven op het rendement van de investeringen en vindt het college deze voldoende om de voorgestelde investeringen te doen. Kan door het inschakelen van plaatselijke kunstenaars de kwaliteit van de plannen worden vergroot zodat er extra kwaliteitslag kan worden gemaakt. Is het uitgeven van € 200.000,-- voor een drijvend podium in de haven een verantwoorde uitgave. Hoe wordt de promotie en de communicatie verder vorm gegeven en is daarvoor geld gereserveerd. De heer Van der Veen zegt dat hij eens heeft aangedrongen om voor de invulling van de ambities die deze gemeente heeft, een extra ambtenaar in te zetten om extra middelen en fondsen te verwerven. Hij complimenteert het college er mee dat dit, ondanks de economische crisis, goed is gelukt. Wat is het effect op het weerstandsvermogen vanwege de financiering van de voorgestelde uitgave. Is in de toekomst de exploitatie van de op stapel staande plannen voldoende gewaarborgd. De heer De Vries is tevreden over het collegevoorstel. Inzake de exploitatie van een en ander vraagt hij zich af hoe het college zich dat voor ogen stelt. De heer Veenwijk stemt in met het collegevoorstel. De nadruk ligt op het toerisme en hij is er benieuwd naar hoe de visserij hierbij wordt betrokken en geïnformeerd. De heer Van der Vis stemt in met het collegevoorstel. In de plannen komt de visserij er heel bekaaid af en hij vraagt zich af in hoeverre voor die sector nog geld wordt vrijgemaakt. Een aantal vragen van zijn fractie heeft betrekking op agendapunt 7 en daarvoor wil hij na afloop van deze vergadering schriftelijk een extra raadsvergadering aanvragen om dat te kunnen bespreken. 2
De heer Van Gelder is ingenomen met de reactie van de raad op dit collegevoorstel. Samen met de provincie wordt opgetrokken bij de invulling van de plannen. Er is een soort structuur gemaakt waarin de inzet van plaatselijke kunstenaars nog niet is meegenomen maar dat staat nog wel te gebeuren zodra de plannen in detail nader worden uitgewerkt. De inzet van de € 4.500.000,-- wordt scherp bewaakt om zo de financiële risico’s te beheersen. De heer Hielema vraagt of door de invloed van kunstenaars nog wijzigingen mogelijk zijn in het projectenboek. De heer Van Gelder legt uit dat er al heel lang is gediscussieerd en veel plannen de revue zijn gepasseerd. Er heeft een inventarisatie plaatsgevonden waarmee concreet aan de slag wordt gegaan zodat dit kan worden beschouwd als een afgerond geheel. Dat wil niet zeggen dat hierna geen vervolgfases meer mogelijk zijn. Met het inschakelen van kunstenaars kan de kwaliteit worden verhoogd en dat staat dus ook te gebeuren. De aanleg van een drijvend podium leidt ook tot een opwaardering van de passantenhaven en een verbetering van de toegankelijkheid van het gebied. Bij de verdere uitwerking zal blijken welke effecten dit plan zal hebben. Zodra de financiering van een en ander rond is zal ook de promotie en een communicatieplan ter hand worden genomen. Er wordt inzake Lauwersoog en het Lauwersmeergebied naar gestreefd met concrete voorstellen te komen en niet met vage plannen. De voorgestelde investering heeft geen effect op het weerstandsvermogen maar komt ten laste van de algemene reserve. Er staan nog meer plannen op stapel zodat de exploitatie van de voorgestelde investering gerealiseerd kan worden. Alles overziende lijkt het hem toe dat, ondanks onzekerheden, gekomen kan worden tot realistische exploitaties. Op de totale investering wordt van de gemeente maar een beperkt aandeel gevraagd. De visserijsector wordt zeker niet weggedrukt maar dit voorstel is gericht op de activiteiten rond toerisme en recreatie. De visserij komt er gelet op het totale programma en in ProLoog beslist niet bekaaid af. De heer Gesink is benieuwd wat de heer Van der Vis bedoelde met de opmerking over een extra vergadering. De heer Van der Vis wil graag in een besloten vergadering spreken over een aantal vragen rond dit agendapunt en punt 7 en na afloop van deze vergadering zal hij daartoe een aanvraag ingedienen. De voorzitter wijst er op dat dit mogelijk is als drie leden dit verzoeken. De heer Hielema begrijpt dat eerst dit plan moet worden ingediend waarna wordt afgewacht of er budgeten voor beschikbaar komen waarbij de voorgestelde projecten en plannen leidend zijn. Als je er dan toeristische ondernemers, kunstenaars enzovoorts bij gaat betrekken dan is het mogelijk dat plannen moeten worden gewijzigd en de vraag is dan of dat dan nog mogelijk is. Bij het gebruiken van een podium voor andere doeleinden zet hij de nodige vraagtekens. De heer Van der Veen vraagt wat de financiële gevolgen zijn van dit voorstel voor de algemene reserve. Kan dat tot gevolg hebben dat er daardoor voor andere zaken minder financiële ruimte beschikbaar is. De heer Van Gelder legt uit dat volgens een bepaald traject deze plannen worden ingediend. Dat heeft tot gevolg dat er weinig ruimte is om er nog in te gaan schuiven. Ze zijn niet tot in detail uitgewerkt zodat binnen die grenzen nog speelruimte aanwezig is. Het begrip podium is een summiere beschrijving en dekt niet de lading voor wat er staat te gebeuren. De passantenhaven wordt aangepast en de gebruiksmogelijkheden worden verbeterd. De heer Waalkens legt uit dat bij dit project vijf partijen zijn betrokken en de gemeente De Marne participeert daar in voor € 51.000,-- en er is een bestemmingsreserve gereserveerd. Het financiële risico zal dat bedrag niet overschrijden zodat het college geen aanleiding ziet om het weerstandsvermogen aan te passen. De heer Van der Veen merkt op dat wij een krediet beschikbaar stellen van € 4.500.000,-- wat wordt gedekt door subsidies. Als om moverende redenen deze subsidies niet beschikbaar komen dan draait de gemeente toch op voor de gevolgen oftewel het financiële risico. De heer Waalkens legt uit dat voor het financiële risico de vijf partijen opdraaien en het aandeel van de gemeente De Marne daarin is maximaal € 51.000,--. Besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 7. Exploitatiemaatschappij Haven Lauwersoog BV. Opiniërende bespreking: De heer Gesink stemt in met dit collegevoorstel. Hij vindt dat alle partijen zich moeten houden aan de rol die zij in dezen behoren te spelen en roept hen op om maximale openheid van zaken te betrachten. De heer Van der Vis stemt, gelet op de zorgvuldigheid, in met het collegevoorstel. 3
De heer Buikema vindt dat de gemandateerde wethouder bij EHL ruimte moet hebben tot het doen van zaken. Achteraf is de wethouder volgens hem publieke verantwoording verschuldigd. Als de term geheimhouding valt dan heeft dat vaak hetzelfde effect als dat je iets verbiedt en vervolgens gaat iedereen dat dan doen. Bij openbaarheid van bestuur en informatie passen eigenlijk geen geheime dossiers. Als één van de partijen dan vraagt om geheimhouding dan kom je voor een dilemma te staan. Op verzoek van de VVD is het dossier gevormd om langs die weg de raad inzicht te geven van de zaken en niet op verzoek van één van de aandeelhouders. Hij dankt het college voor de compleetheid van het ter inzage gelegde dossier. Het gaat hier om een samenwerkingsvorm tussen een privaatrechtelijk- en een publiekrechtelijk orgaan waarvan onzeker is wat daarvan de afloop is. Na een uitvoerige discussie binnen zijn fractie is zij tot de slotsom gekomen dat de risico’s rond openbaarmaking prevaleerden en hij steunt derhalve het collegevoorstel. Het college en de andere betrokken partijen worden opgeroepen om in wijsheid, vindingrijkheid en verbondenheid gezamenlijk te komen tot een afsluitend hoofdstuk in dit dossier. De heer Van der Veen sluit zich aan bij de vorige sprekers en in lijn daarmee komt hij tot dezelfde conclusie als het college. De heer De Vries stemt in met het collegevoorstel. De redenen die voor geheimhouding zijn gegeven in een brief aan de raad verschillen van die welke worden gegeven in dit collegevoorstel en dat klopt niet. In de stukken die de raad heeft gekregen staan de juiste gronden zodat er geen problemen over dit voorstel zijn. De heer Waalkens vindt dat de raad zich moet beperken tot het voorliggende collegevoorstel omdat dit nu aan de orde is en hij dankt de raad voor het gestelde vertrouwen. Er zal beslist in lijn met de ontwikkelingen achteraf verantwoording worden afgelegd van een en ander. Besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 8. Plan schuldhulpverlening 2012-2015. Opiniërende bespreking: De heer Schouten van Schagen vindt dat de politiek waarborgen moet geven zodat mensen vrij en onbelemmerd te kunnen laten deelnemen aan het maatschappelijk leven. De nieuwe wet verschaft gemeenten de mogelijkheid om integrale schuldhulpverlening te bieden waarbij niet alleen wordt gekeken naar financiële problemen maar ook naar de oorzaken. De vraag is dan wat de gemeente aan dat laatste gaat doen. Zijn er bevolkingsgroepen die niet onder de werking vallen van dit stuk wetgeving. De VNG heeft herhaaldelijk gesteld dat de geboden instrumenten in geen verhouding staan tot de verplichtingen en gemeenten krijgen geen extra geld voor deze taakstelling. Het rijk bezuinigt hierop in 2012 € 20.000.000,--. De nieuwe regeling is voor gemeenten een grote uitdaging. Als er meer aanvragen komen dan waarmee in de begroting rekening wordt gehouden wat doet de gemeente dan. Stopt ze dan met de schuldhulpverlening? Mevrouw Vogel merkt op dat dit voorstel voortvloeit uit nieuwe wetgeving. Het is belangrijk dat er zicht is op de oorzaken waardoor schulden ontstaan. Door dat aan te pakken kunnen financiële problemen worden opgelost. Zij stemt in met de uitgangspunten van het collegevoorstel. Mevrouw Leffers stelt vast dat dit plan is gebaseerd op wetgeving en is tevreden met de door het college geformuleerde aandachtspunten. Ze pleit er voor dat de dienstverlening van de Kredietbank aanwezig is in de nabijheid van de mensen zodat ze niet ver hoeven te reizen. Komt er nog een regeling waarbij wordt voorkomen dat door beslagleggingen van zorgverzekeringen, fiscus, energiebedrijven enzovoorts mensen beneden het bestaansminimum komen. De heer Waalkens vindt dat schuldhulpverlening een moeilijke zaak is omdat dan vaak blijkt dat er meerdere problemen spelen. Het is een ongewenste situatie dat uit een onderzoek van de Nationale Ombudsman naar voren kwam dat mensen door allerlei claims van schuldeisers onder het bestaansminimum geraakten. Het is zaak dat er op dat vlak prioriteitstellingen worden gelegd en dat er goede hulp geboden gaat worden. Het pleidooi voor een integrale aanpak steunt hij. Bedrijven die nog operationeel zijn kunnen een beroep doen op het Bijstandsbesluit Zelfstandigen waaraan ook een stelsel van schuldhulpverlening gekoppeld is. Uitgangspunten van dit voorstel zijn preventie en verlening van nazorg. Voor de toegankelijkheid wordt nagestreefd dat deze dienstverlening in de nabijheid van de doelgroep aanwezig is. De heer Schouten van Schagen stelt vast dat jongeren onder deze regeling vallen. In dit gebied is op het vlak van de thuisadministratie het Bureau Humanitas erg actief. De dienstverlening van die organisatie is gratis en in de informatieverstrekking moet zijns inziens er de aandacht op worden gevestigd dat mensen vroegtijdig melding moeten maken van problemen. 4
De heer Waalkens zegt dat de schuldhulpverlening onderdeel gaat uitmaken van het armoedebeleid. Daarvoor is de gemeente uiteindelijk verantwoordelijk. Organisaties als Humanitas kunnen beschouwd worden als een soort voorportaal om mensen op een fatsoenlijke manier te helpen. De rijksuitkeringen voorzien er in als budgeten in de gemeentebegroting niet toereikend mochten zijn. Voor 2012 en daarna staan daarvoor bedragen in de begroting. Als budgeten niet toereikend mochten zijn zal daarvoor een oplossing gezocht moeten worden. Het is niet zo wordt dat mensen dan in de kou komen te staan. Uiteindelijk kan teruggevallen worden op het armoedebeleid. De heer Schouten van Schagen dringt er op aan om daarbij de raad te betrekken bij het zoeken naar een oplossing als er tekorten ontstaan. De heer Waalkens stelt vast dat dit ook zal gebeuren maar volgens de huidige inzichten is het budget toereikend. Besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. De voorzitter schorst de vergadering. Na heropening wordt aan de orde gesteld: 9. Tweede wijziging legesverordening 2012. Opiniërende bespreking: De heer Buikema vindt het ongewenst om te vaak verordeningen te wijzigen. Besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 10. Conceptbegroting 2013 Ability. Opiniërende bespreking: Mevrouw Vogel vindt de financiële positie voor 2013 en daarna zorgelijk. Er moet worden afgewacht hoe het nieuwe kabinet omgaat met het SW-beleid die het vorige kabinet aankondigde. Daarom is het goed dat bezuinigingen worden voorgesteld. Wat is de stand van zaken van het plan Werk aan de Winkel. De heer Vogel merkt op dat het woord “ability” in het Engels betekent “vermogen om iets te doen”. Dit slaat er op dat het de plek is waar mensen gelegenheid krijgen om te werken of weer aan het werk te komen. Werk is voor mensen belangrijk om een plek te krijgen binnen de maatschappij. De afgelopen jaren liep Ability goed en er zijn daar toen veel taken neergelegd. Een andere betekenis van “ability” is “kunst, scherpzinnigheid of behendigheid”. Dat zijn eigenschappen die nu van het dagelijks bestuur worden gevraagd. Door de val van het kabinet zijn bezuinigingen uitgesteld zodat het bestuur de tijd krijgt maatregelen te treffen om de tekorten te beperken. De Wet Werken naar Vermogen geeft handvaten om de huidige organisatie om te vormen tot een werk-leer organisatie. Het CDA steunt deze hervorming van het SW-beleid. De heer Van der Vis stemt in met de conceptbegroting. Het is belangrijk dat rekening wordt gehouden met bezuinigingen die nog kunnen worden opgelegd en er gewerkt wordt aan hervormingen om de verliezen zo klein mogelijk te houden. De heer Buikema waardeert het dat Ability er in is geslaagd om de verliezen binnen de perken te houden. Naar de toekomst toe zijn er financiële problemen en als dit zich zo doorzet zullen de verliezen sterk oplopen. De gemeenten moeten er dan veel geld in pompen waardoor er gaten ontstaan in de gemeentebegrotingen. Het is belangrijk dat we weten wat we met het SW-beleid willen bereiken. Het rijksbeleid om de betreffende categorie mensen naar regulier werk te geleiden oogt sympathiek maar in de praktijk ontstaan daardoor veel problemen. Het gaat hier om een groep mensen waarvoor het welzijn, de arbeidsparticipatie en de arbeidsvreugde voorop staan en hij denkt niet dat er veel kans op is dat ze regulier werk kunnen krijgen. Er zullen meer sociale problemen door ontstaan en meer mensen in de bijstand. De landelijke politiek gaat over deze kwestie en hij heeft zijn hoop gevestigd op het op stapel staande nieuwe kabinet. De hier in het geding zijnde groep mensen heeft het meeste baat bij beschermd werk en een beschermde werkomgeving. Hij pleit er voor dat de gemeente zelf meer werk uitbesteed aan Ability zodat zij haar bedrijfsvoering op orde kan brengen. Er is toegezegd door de wethouder dat rond december 2012 er een voorstel zou worden gepresenteerd en het is zaak dat dit zo snel mogelijk gebeurt. Een en ander zal ingrijpende financiële- en sociale gevolgen hebben want het gaat om een categorie mensen die haar uiterste best doet om deel te nemen aan het arbeidsproces. Omdat deze mensen jaarlijks worden geconfronteerd met rode cijfers leidt dat tot frustratie en het schept een negatief imago zonder dat ze er wat aan kunnen doen. Daarom is het zaak dat het college hiermee snel aan de slag gaat. De heer Schouten van Schagen sluit zich aan bij de vorige sprekers en vreest dat de financiële verliezen zo groot zullen worden dat er ontslagen zullen vallen. Daarom steunt hij het visie-document dat door de vier
5
deelnemende gemeenten is opgesteld en pleit er voor dat dit goed wordt uitgevoerd. Hij hoopt dat het nieuwe kabinet zal komen met regelgeving dat werkgevers verplicht worden om mensen in dienst te nemen. De heer Buikema constateert dat de heer Schouten van Schagen enerzijds het pleidooi van de vorige sprekers steunt maar tegelijkertijd pleit hij voor outplacement van mensen van Ability. Hij vraagt zich af wat hij zich dat voorstelt want hij pleit er juist voor om geen outplacement na te streven maar een beschermde werkomgeving. De heer Schouten van Schagen legt uit dat GroenLinks vindt dat burgers een volwaardige rol moeten spelen en bij uitbesteding van projecten van bijvoorbeeld de gemeente de verplichting op te leggen om mensen van Ability in dienst te nemen. De heer Buikema stelt vast dat ten aanzien hiervan de visies van PvdA en GroenLinks verschillend zijn. De heer Waalkens merkt op dat het plan Werk aan de Winkel is vastgesteld door de gezamenlijke gemeenteraden en het daarop gebaseerde uitvoeringsplan wordt in 2013 gepresenteerd. De ombouw van het SW-beleid en andere bijkomende belangen worden daarin opgenomen. Bij het doorvoeren van bezuinigingen worden de meest kwetsbare mensen zo veel mogelijk buiten schot gelaten. Bij Ability is er door de val van het oude kabinet wat meer tijd om mogelijke bezuinigingen goed tegen elkaar af te wegen. Als de door het oude kabinet geplande bezuinigingen waren verwerkt in de begroting van Ability was het tekort nog groter geweest. Het tekort van Ability is daarna ook verwerkt in onze gemeentebegroting. In de geest van de betekenissen die het Engelse woord “ability” heeft, zal de herstructurering van sociale zaken en de SW-bedrijven een plek moeten krijgen. In het uitvoeringsplan wordt daarop teruggekomen. Omdat het hier gaat om beschermd werk moet met de uitgangspunten die daarvoor gelden, beslist rekening worden gehouden. Het is niet zo dat tekorten van Ability onverkort kunnen worden aangevuld door de gemeenten. Er ligt een taakstelling om rekening te houden met een bedrag van € 300.000,--. Er kunnen hiervoor rijksuitkeringen en uitkeringen uit gemeentefonds worden ingezet. Het streven is er op gericht om mensen toe te geleiden naar regulier werk maar er blijft altijd een groep mensen over die ver van de arbeidsmarkt zitten zodat het moeilijk is om daar voor hen een plek te vinden. Het hangt van de besluitvorming in Den Haag of er quota moeten worden ingesteld. Op de in totaal 12.000 arbeidsplaatsen zijn zo’n 500 mensen werkzaam bij SW-bedrijven en daar bovenop nog zo’n 700 die op afstand verkeren van de arbeidsmarkt die eigenlijk allemaal een passende plek zouden moeten krijgen. De gevoelens van de raad zullen middels een brief worden overgebracht aan het dagelijks bestuur van Ability. Mevrouw Vogel vraagt wat de stand van zaken is van het plan Werk aan de Winkel. De heer Waalkens antwoordt dat er aan gewerkt wordt om aan de herstructureringsplannen vorm en inhoud te geven. Het is zaak dat de vier deelnemende gemeenten dat op dezelfde wijze ter hand nemen en er wordt naar gestreefd om dat in het voorjaar van 2013 klaar te hebben. Conclusie: De voorzitter concludeert dat in de reactie aan het dagelijks bestuur van Ability zal worden meegedeeld dat in de discussie van de raad het zwaartepunt vooral lag op het zo veel mogelijk in stand houden van de beschermde werkplek die mensen hebben bij Ability. De heer Gesink neemt het voorzitterschap van de heer Wiersma. 11. Eindafrekening 2012 Regioraad Noord-Groningen. Opiniërende bespreking: De heer Van der Vis uit zijn tevredenheid over deze meevaller. Besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. De heer Wiersma neemt het voorzitterschap van de heer Gesink. 12. Verslaggeving vertegenwoordigers in organen van gemeenschappelijke regelingen enz. Geen van de aanwezigen doet verslag van een bijgewoonde vergadering. 13. Rondvraag. (Opmerking notulist: Eerst wordt de schriftelijk gestelde vraag aangehaald en vervolgens wordt direct na de vraagstelling de door de heer Van Gelder gegeven beantwoording cursief weergegeven) Vraag van de fractie van de PvdA: Tot grote schrik van de bewoners, aan de Ds. Uilkensstraat in Eenrum kregen ze op 17 augustus jl. een brief van de Woningstichting Wierden en Borgen (W&B) waarin werd aangekondigd dat hun huizen in deze straat gesloopt worden. De nummers 1 t/m 19 staan voor eind 2013 op de nominatie, de huurwoningen 6 t/m 24 - tegenover het sportpark - zijn in 2014 aan de beurt. Deze mededeling viel de, 6
veelal oudere, bewoners extra rauw op het dak, omdat zij volgens eigen zeggen kort daarvoor van een medewerker van W&B, die een rondgang maakte, te horen hadden gekregen dat hun woningen zouden worden gerenoveerd in 2014. Na wekenlange onzekerheid was er op 11 september een druk bezochte hoorzitting in Café Bulthuis, waar (bijna) alle bewoners van de Ds. Uilkensstraat nader geïnformeerd werden over de sloopplannen, door de directeur van W&B, de heer Kramer. Deze deelde ondermeer mede dat W&B het voornemen had om nieuwe, levensloopbestendige woningen terug te bouwen en dat alle huidige bewoners de mogelijkheid hebben om terug te keren in deze nieuwe woningen. Tegenover het sportpark zullen het zelfde aantal nieuwe woningen worden gebouwd. Op de plaats van de nummers 1 t/m 19 komen ongeveer 2 tot 4 woningen terug (afhankelijk van de ruimte op het perceel). W&B heeft deze nieuwbouwplannen nog niet klaar, maar gaat vanaf nu bezig met de ontwikkeling ervan. Alle bewoners kregen de toezegging dat ze pas hoeven te verhuizen als een, naar hun mening, geschikte wisselwoning is gevonden in het dorp van hun voorkeur. Eveneens zegde Kramer toe dat pas met de sloop wordt begonnen als alle bewoners opnieuw gehuisvest zijn. De PvdA fractie heeft de volgende vragen aan het college: 1. Is het juist dat het college niet op de hoogte was van dit sloopbesluit en telefoontjes van verontrustte bewoners niet kon beantwoorden? Antwoord: Er wordt overlegd met W&B om het strategisch voorraadbeheer in overeenstemming te brengen met het gestelde in het Woon- en Leefbaarheidsplan. Op details is er nog verschil van inzicht tussen gemeente en W&B. 2. Hebben deze sloopplannen financiële gevolgen voor de gemeente De Marne? Antwoord: Transitie van het woningbezit is een verantwoordelijkheid van W&B en heeft geen financiële gevolgen voor de gemeente. De gemeente heeft wel een rol in de aanpak van de openbare ruimte die gaat ontstaan. 3. Was het college op de hoogte van de (vermeende) renovatieplannen met betrekking tot de genoemde woningen? Antwoord: Ja. Het college ging er vanuit dat niet eerder zou worden overgegaan tot actie dan nadat er overeenstemming was bereikt en wel na 1 januari 2013 zodat deze gang van zaken haar verraste. 4. Past deze sloop en voorgenomen nieuwbouw binnen het Woon- en Leefbaarheidsplan? In het Woon- en Leefbaarheidsplan lezen we op pag. 18: dat de gemeente samen optrekt met Wierden & Borgen en de regie voert over de totale woningmarktopgave. Daarbij heeft de gemeente een faciliterende rol op het gebied van communicatie, procedures en een vlotte vergunningverlening. Antwoord: De sloop van de woningen aan de Ds. Uilkensstraat in Eenrum past binnen de uitgangspunten van het Woon- en Leefbaarheidsplan. 5. Hoe ziet het college dit in relatie tot de communicatie rond de voorgenomen sloop? Zijn de gemeente en W&B hier wel samen opgetrokken? Enkele pagina's verder lezen we: "Kader voor sloop. Wierden en Borgen werkt de sloopplannen binnen haar strategisch voorraadbeleid uit. Hierbij toetst zij haar plannen in overleg met de gemeente op: enz., enz.”. Antwoord: Het college ging er vanuit dat niet eerder tot sloop zou worden overgegaan dan nadat overeenstemming was bereikt. De regie over een en ander berust bij de gemeente maar communicatie over de sloop van woningen is een zaak van W&B. . 6. Heeft deze toetst plaats gevonden? En/of gaat deze toets alsnog plaatsvinden? En is dit een "beleidsafspraak" met W&B? Hoe gaat de gemeente hier alsnog invulling aan geven? In het Woon- en Leefbaarheidsplan is afgesproken/aangegeven dat de gemeente ACTIEF de regie voert over de uitvoering van het Woon- en Leefbaarheidsplan.
7
Antwoord: Verwezen wordt naar eerder gestelde vragen. Op ambtelijk niveau is meegedeeld dat de handelwijze van W&B niet conform de afspraken heeft plaatsgevonden en dat in de toekomst anders moet worden gehandeld. Een en ander is op bestuurlijk niveau aan de orde geweest. 7. Hoe gaat de gemeente deze regie (actief) verder invullen? Want in casu wordt haar deze regie toch uit handen genomen? Antwoord: De gemeente voert op actieve wijze de regie van het Woon- en Leefbaarheidsplan. Het uitvoeringsprogramma Krimp en Leefbaarheid is vanochtend door het college vastgesteld. De gemeente hanteert hiermee een nieuwe werkwijze. Dat aspect heeft ook effecten richting W&B. De oude manier van werken heeft bij de gang van zaken ons nog parten gespeeld. 8. Vindt er periodiek overleg plaats met W&B over de uitvoering? En waarom is dit sloopplan daar niet ter sprake gekomen? De wethouder heeft, bij de vaststelling van dit plan aangegeven dat hij bij de concretisering ervan terug komt bij de raad. Antwoord: Verwezen wordt naar het antwoord op eerder gestelde vragen. 9. Waarom is dat niet gebeurd? En hoe wordt hier, ter voorkoming van herhaling, op ingespeeld? Antwoord: Ondanks dat aan de raad was toegezegd dat zij zou worden geïnformeerd als de plannen concrete vormen aannamen, is dat niet gebeurd. 10. Is het totale sloop- en nieuwbouwplan (strategisch voorraadbeheer) van W&B voor de komende jaren bekent bij het college? Zo niet, kan het college toezeggen dat ze zich z.s.m. actief zal inzetten om het inzicht in dit totaal plan te verkrijgen, zodat we in de toekomst niet (weer) geconfronteerd worden met "verrassingen"? (Note: W&B toetst haar plannen in overleg met de gemeente. (zie vraag 6) en zou vanuit die afspraak de plannen aan de gemeente moeten voorleggen). Antwoord: W&B is eindverantwoordelijk voor het strategisch voorraadbeheer. Omdat de gemeente de regie heeft, vindt er overleg plaats. 11. Kan het college toezeggen dat actief overleg plaatsvindt met alle (andere) inclusief W&B, in het Woon- en Leefbaarheidsplan genoemde velden en actoren, zoals Onderwijs, Sport, enz. zodat de uiteindelijke uitvoeringsplannen in een vroeg stadium, in overleg met bewoners, dorpen, gebruikers, enz. en de raad ontwikkeld worden? Antwoord: Het college zal overeenkomstig het beleid overeenkomstig de nota burgerparticipatie uitvoeren. De opstelling van het Integraal Huisvestingsplan inzake de onderwijsstructuur is hiervan een voorbeeld. 12. Kan het college toezeggen dat de bij 9 genoemde plannen, indien W&B deze beschikbaar stelt, met de raad worden gecommuniceerd? Antwoord: Het college zegt toe dat zodra de uitkomsten van het strategisch voorraadbeheer zijn vastgesteld en openbaar zijn deze aan haar worden meegedeeld. Ook hier geldt dat W&B hiervoor verantwoordelijk is. Afsluitend wordt nog opgemerkt dat er een nieuwe werkwijze gaat plaatsvinden. Gezamenlijk wordt gezocht naar de invulling van een rol die verandering heeft ondergaan. Over en weer moeten de gemeente en W&B heenkijken over de grenzen van hun verantwoordelijkheden.
8
14. Sluiting. De voorzitter sluit de vergadering om 21.55 uur.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 16 oktober 2012.
, voorzitter.
, griffier.
9