De Groenvleugel Ara ( Ara chloroptera ) Door Bart Winsingh. 2013/2014
Voorwoord: Ik doe mijn werkstuk over de groenvleugel ara omdat ara’s mij interesseren, want mij verbaast het dat ze zulke aparte kleuren hebben en ik vind de groenvleugel ara een van de mooiste papegaaisoorten.
2
Hoofdstukken: Welke soorten ara’s zijn er? Waar stamt de groenvleugel ara van af? Waar komt de groenvleugel ara in het wild voor? Sociale eigenschappen en huisvesting. Hoe ziet de levenscyclus van de ara eruit? Wat eet de groenvleugel ara? Bijzonderheden aan de groenvleugel ara. Ara rubrogenys (Roodwangara) Logboek. Bronnen.
3
blz. 4 blz. 5 blz. 7 blz. 8 blz. 9 blz. 10 blz. 11 blz. 12 blz. 13 blz. 14
Hoofdstuk 1: Welke soorten ara’s zijn er?
Soorten: Ara Chloroptera (Groenvleugel ara) Ara Ambiguus (Buffons ara) Ara Ararauna (Blauwgele ara) Ara glaucogularis (Blauwkeelara) Ara macao (Geelvleugelara) Ara militaris (Soldatenara) Ara rubrogenys (Roodwangara) Ara severus (Dwergara)
Andere geslachten met soorten die ara’s heten: Geslacht Anodorhynchus (3 soorten waaronder de hyacinthara) Geslacht Cyanopsitta (1 soort: Spix' ara) Geslacht Orthopsittaca (1 soort Roodbuikara) Geslacht Primolius (3 soorten waaronder de Blauwkopara) Geslacht Diopsittaca (1 soort: Roodschouderara)
Uitgestorven soorten: Ara atwoodi Ara erythrocephala Ara gossei Ara guadeloupensis Ara tricolor (Cubaanse ara) Anodorhynchus glaucus (Blauwgrijze ara) Foto’s zijn te vinden op www.google.nl./imghp?hl=nl&tab=wi
4
Hoofdstuk 2: Waar stamt de groenvleugel ara van af? Vogels zijn onvolgroeide dinosauriërs. Dinosauriërs kropen uit het ei met een kort snuitje, grote ogen en een bolle hersenpan. Vogels en krokodillen, hun laatste verwanten, doen dat nu nog steeds. Maar waar de schedels van volwassen krokodillen en dinosauriërs plat en langwerpig zijn, blijven vogelschedels steken in de kuikentijd. Vogels behouden hun enorme ogen en hersenen een leven lang. Ze zijn pedomorf, zou een bioloog zeggen. Die observatie kunnen Spaanse en Amerikaanse Paleontologen (mensen die aardkundig zijn en gericht zijn op de bestudering van fossielen) nu ook met cijfers staven. 27 juni 2012 publiceerden zij een grote studie naar vogel en dinosaurusschedels in Nature (een soort site). Het komt misschien als een verrassing, maar een aantal geleerde mensen zeggen dat vogels dinosauriërs zijn, net zoals mensen zoogdieren zijn. Vogels stammen rechtstreeks af van een groep tweebenige, vleesetende roofdinosauriërs, de Theropoden. Dit is een theropode => Dat maakt de verschillen tussen vogelschedels en die van hun uitgestorven verwanten alleen maar interessanter: wanneer kregen vogels die jonge kop? Om die vraag te beantwoorden, zocht Bhart-Anjan Bhullar samen met zijn collega’s naar foto’s en reconstructies van krokodillen, dinosaurus- en vogelschedels. Ze vertaalden de vorm en omtrek van bijna 50 schedels, in digitale schedelprofielen, aan de hand van 45 verschillende ijkpunten. Waar mogelijk deden ze dat voor jonkies én volwassen dieren.
Een schedel van een Herrerasaurus, een primitieve theropode, met daarop de 45 ijkpunten die Bhullar voor elke schedel bepaalde. Alle schedels gingen hierna door de statische molen. Het bewijs voor pedomorfie was overduidelijk. De dinosauriërs die nauw verwant zijn aan vogels, zoals de ‘oervogel’ Archaeopteryx, behoorden tot hetzelfde statische cluster als de allerjongste dinosauriërs en krokodillen. De schedel van een volwassen Confuciusornis, de oudste vogel met een snavel, was qua vorm bijvoorbeeld nauwelijks te onderscheiden van een baby-Byronosaurus. Voor moderne vogels was dit effect nog sterker. Hun gezichten zijn nóg platter, hun ogen nóg boller.
5
Het is niet zo dat kleine vogels of dino’s per se kinderlijker waren dan grote. Struisvogels (Struthio) en Emoes (Dromaius) zijn dan wel de reuzen van het vogelrijk, ze hebben toch een kuikenkop. Een Compsognathus had als piepkleine vleesetende dino een volwassen schedel. Bhullar vond één onderdeel van de vogelschedel dat niet pedomorf is: de snavel. Het voorste puntje van het bovenkaakbeen groeit bij vogels veel verder uit dan bij dinosauriërs. Toen klauwen vleugels werden, gingen de voorouders van moderne vogels hun snavel gebruiken om voorwerpen vast te grijpen, vermoedt Bhullar
Dit is een Struthio (Struisvogel) kop.
Dit is een Dromaius (Emoe) kop.
Dit is een Compsognathus kop.
6
Hoofdstuk 3: Waar komt de groenvleugel ara in het wild voor? De groenvleugel ara komt voor in Zuid Amerika, waar alle ara’s zich hebben ontwikkeld. Ik heb op Paint het gebied getekend waar de groenvleugel ara leeft:
7
Hoofdstuk 4: Sociale eigenschappen en huisvesting. Sociale eigenschappen: Als je een groenvleugel ara wilt aanschaffen, koop er dan één die met de hand grootgebracht is. Ze hechten zich dan aan hun baas of bazin en zullen zelfs zijn of haar stem nadoen. Let wel op dat ara's enorm kunnen schreeuwen. Belangrijk is dat de ara als jong in huis genomen wordt en goed wordt opgevoed. Krijgen ze te weinig aandacht dan kunnen ze zich flink gaan misdragen. Houd ara's alleen bij soortgenoten. Dus geen groenvleugel en blauwgele ara’s samen in verband met de nakomelingen. Ara’s kunnen het beste leven in de vrije natuur. Een papegaai kan niet tegen lang alleen zijn. Ben je dus lang weg, schaf dan als het mogelijk is een soortgenoot aan of zet een radio aan als je weggaat.
Huisvesting: Een ara is groot en heeft daarom ook veel ruimte nodig. Een kooi moet qua breedte zo groot zijn dat de ara met gemak zijn vleugels kan spreiden en qua hoogte zo hoog dat de staart de bodem niet raakt (Een groenvleugel ara kan ongeveer 88 t/m 93,5 cm worden). Dagelijks moet de ara de kans krijgen om buiten zijn kooi de poten en vleugels te strekken. Ara's zijn geen vliegers. Voor een buiten volière (een vogelkooi) is het van belang dat deze geheel overdekt is. Zorg voor stevig gaas en bescherm het hout, omdat ara's zich daar makkelijk doorheen knagen. Zorg voor voldoende klimmaterialen, omdat deze papegaaien graag mogen klimmen.
8
Hoofdstuk 5: Hoe ziet de levenscyclus van de ara eruit? Een groenvleugel ara komt uit een ei. Een ei weegt gemiddeld tussen de 28 en 38 gram. Het duurt 26 dagen voordat een ei uitkomt. Een groenvleugel kuiken blijft in het nest bij de ouders (en eventueel een broertje en een zusje) tot ze kunnen uitvliegen. Dat is meestal zo rond de 12 weken. Dan zitten ze dus al redelijk in de veren (dat betekent dat ze al een heleboel veren hebben). Vervolgens blijven ze tot ze zo’n 1,5 tot 2 jaar oud zijn bij de ouders. Dan leren ze alles wat een groenvleugel ara moet weten. Bij een jaar of 5 gaan ze puberen en zo rond de 8 jaar zijn ze geslachtsrijp. Vaak hebben ze tegen die tijd al een partner. Ze blijven geslachtsrijp tot ze een jaar of 40 zijn. Groenvleugel ara’s kunnen heel oud worden. Er is een groenvleugel ara die 88 jaar oud is, zijn naam is Poncho.
9
Hoofdstuk 6: Wat eet de groenvleugel ara? De groenvleugel ara eet veel soorten voedsel, die soorten ga ik nu opnoemen: Groente: Wortelen, broccoli, groene selderie, andijvie, maïs, bonen, spinazie, bloemkool, tomaat, bieten, erwten, boerenkool, toppen van brandnetel, radijs, spruiten, aubergine, witlof, peulen, Chinese kool, courgette, bleekselderie, venkelknollen, paprika, waterkers en pepers. Fruit: Mango, banaan, appel, peer, grapefruit, druif (krenten en rozijnen, geweekt) rozenbottel, kiwi, vijg, papaja, meloen, bessen (zwart, rood) frambozen, bramen, pruimen, abrikoos, kruisbes, vlierbes, aardbei, komkommer, ananas, dadels, cactusvijgen, mango, mandarijn en perzik. Noten: Amandel, walnoot, kastanje, beukennoot, hazelnoot, para, ceder, pecan, macadamia (ook in schil) en palmnoot. Mineralen en kalk. Twijgen van: Wilg, noten, hazelaar of fruitboom (±10 cm. lang, 1x per week, 1 per vogel). Zaden (groot): Maïs, saffloer, havergrut, zonnebloem, grote millet en gerst. Zaden (klein): Tarwe, zwart zaad (raap), wit zaad, millet, boekweit, hennep, lijnzaad en negerzaad. Groenvoer: Gekiemd zaad met haver, tarwe, katjang en eventueel wat zonnebloempitten. Eivoer/krachtvoer. Vitamines.
10
Hoofdstuk 7: Bijzonderheden aan de groenvleugel ara. Een groenvleugel ara is een van de grotere ara’s. Het gewicht is zo’n 1100 tot 1400 gram, met af en toe uitschieters naar boven. De lengte van de kop tot het puntje van de staart is 90 cm. tot 1 meter. Eigenlijk is alleen de hyacint ara groter. De kleuren zijn donkerrood met groen en de bovensnavel is wit. Eigenlijk is het heel gemakkelijk om een groenvleugel ara te herkennen. In verhouding tot andere ara soorten is het leefgebied heel groot. Veel andere soorten zijn gespecialiseerd en leven in een klein leefgebied. De groenvleugel ara heeft dat niet en komt voor van Panama helemaal tot in Argentinië. Een groenvleugel ara leeft dan ook samen met allerlei andere soorten ara's (die een veel kleiner leefgebied hebben). En toch vermengen in de natuur de soorten zich niet. Dat betekent ook dat een groenvleugel ara zich lokaal aanpast op de omstandigheden. Zo nestelt hij soms in holle bomen, maar ook in rotswanden of wat er voorhanden is. Ook qua voedsel zijn ze niet zo kieskeurig als veel andere soorten. Met hun grote sterke snavel zijn ze in staat om van alles open te maken en zijn ze minder gespecialiseerd als andere soorten (een hyacint bijvoorbeeld, leeft vooral van een speciale palmnoot). Een groenvleugel ara leeft niet in hele grote groepen. Meestal zie je een koppeltje, en soms een iets grotere familie van maximaal zo'n vijf dieren. Daar zitten dan meestal nog jonge dieren bij. Wel komen ze in grotere groepen bijeen bij kleiwanden of voedselplekken op enkele uren van de dag. Van daaruit gaan de groepjes weer hun eigen weg. Echt mengen met andere soorten gebeurt dus niet, maar ze leven wel bij elkaar in de buurt. Het karakter van een groenvleugel ara in de huiskamer is een afspiegeling van dat in de natuur. Een groenvleugel hecht zich meestal aan één (menselijke) partner en houdt dan andere mensen op afstand. Op jonge leeftijd valt dat nog mee, tijdens de puberteit ontstaat een duidelijke voorkeur. Het is zaak om dat met een goede training te sturen.
11
Hoofdstuk 8: Ara rubrogenys (Roodwangara) Ik vertel ook nog een stukje over de ara rubrogenys. Ara rubrogenys is de Latijnse naam voor roodwangara. Ik ga wat vertellen over zijn uiterlijk, over zijn leefgebied, voedsel en de voortplanting. Uiterlijk: De ara word tussen de 55 tot 60 centimeter lang. Zijn verenkleed (z’n veren) is voornamelijk groen van kleur. Hij heeft een rood voorhoofd en een rode vlek op de wang waaraan hij zijn naam roodwangara te danken heeft. Rondom de ogen is de naakte huid roze. Op beide schouders zit een oranje vlek. Net zoals de bek, zijn de poten zwart van kleur. De veren rondom de poten zijn rood. De punten van de vleugels en de staartveren zijn blauw.
Op deze foto kun je het uiterlijk zien. Leefgebied: De ara komt maar in 1 gebied voor. Het is een heel klein gebied, een halfwoestijn rondom een gebergte in centraal Bolivië. Hij komt voor op hoogtes van zo’n 1100 tot 2500 meter. Voedsel: Het voedsel bestaat voornamelijk uit zaden en fruit, bij te korten aan deze voedingsstoffen vult hij zijn dieet aan met noten en maïs. Voortplanting: In tegenstelling tot veel ara’s maakt deze ara geen gebruik van nestholtes, maar bouwt hij zijn nest bij steile kliffen, bij voorkeur aan oevers bij een rivier. De eieren worden gelegd in de periode van november t/m april. Het vrouwtje legt 1 ei.
12
Logboek:
13
Bronnen: Mijn informatie komt uit boekjes en websites. Welke boekjes en websites ga ik nu opnoemen: Boekjes: veel informatieboekjes over ara’s. Websites: Een-01.nl, Wikipedia.nl, 4-animals.nl, Allevogels.nl en Akala.nl.
14
