7W620 Capita Selecta “de straat”
De gekaapte & handelstraat
Eindhoven, 22 maart 2006 Begeleider: Dr. Ir. C.H. Doevendans Studenten: Arjan uit het Broek Stephan van der Sman
-
0572817 0483907
Inleiding In de collegereeks Capita Selecta 1 stond afgelopen trimester “de straat” centraal. In de diverse colleges werd op verschillende wijze omgegaan met de straat, variërend van geschiedenis van de straat tot onderzoeksmethoden. Vooral het gastcollege van 8 februari 2006 heeft veel indruk op ons gemaakt. Hier gaf Hans Buiter, van de faculteit technologie management toelichting op zijn proefschrift “Riool, rails en asfalt”, waarin hij ingaat op de rol van infrastructuur in de ontwikkeling van steden en stedebouw en het belang van planning. De afgelopen eeuwen zijn er verschillende dingen veranderd op straat. Zo waren er in de periode van 1860 – 1880 allerlei sanitaire ingrepen zoals het ondergronds aanleggen van straatgoten en het oprichten van een rioleringsstelsel. Tevens deed het trottoir haar intrede in 1860. Het waren eerst verhoogde voetgangerszones met kleine steentjes, maar later ook van asfalt, wat destijds een kostbaar goed was. Bewoners begonnen stoepen te claimen, omdat men dit toch vaak zag als het verlengde van de eigen woning (het kapen van de straat). Men stalde hier goederen en parkeerde er de karren, waardoor het privé gebruik onder druk kwam te staat. In 1851 werd er dan ook een gemeentewet opgesteld waarin duidelijk omschreven stond welke zeggenschap de gemeenten hadden; alles voor de rooilijn viel onder de verantwoording van de gemeente. In de periode 1900 – 1920 was er sprake van de elektrificatie van de straat. De komst van de tram met haar haltes bracht ook met zich mee dat men de authentieke straatverlichting ging vervangen voor elektrische. Op straat waren allerlei transformaties waarbij elektriciteit de initiator was. De stoep was getransformeerd naar een toevluchtsoord voor voetgangers vanwege de toenemende drukte op de straat door het overige verkeer. De laatste grote verandering op straat was de motorisatie van de straten vanaf 1930 toen Henry Ford op grote schaal zijn T-Ford begon te produceren. Straten werden aangepast op deze nieuwe groep gebruikers op de straten; het gemotoriseerde verkeer. In deze paper zullen wij ingaan op twee soorten straten; de gekaapte en de handelstraat. De gekaapte straat hebben we gekozen naar aanleiding van de ophef rondom het Mercatorplein. Het plein wordt geclaimd door "gangs" of hanggroepjongeren. Zij verblijven op het plein en veroorzaken een onveilige situatie voor andere gebruikers. Echter, wettelijk gezien doen ze eigenlijk niets verkeerd, ze hebben het plein dus gekaapt van de overheid. De gemeente stelt nu allerlei regels op om de overlast binnen de perken te kunnen houden. Doordat het plein gekaapt is, ontstaat er voor andere gebruikers een soort “no-go” gebied, waardoor het plein afbreuk doet aan de stedelijke openbaarheid. In het verleden zijn hier reeds diverse rellen geweest, en onlangs kwam het plein in de media vanwege het blowverbod met bijbehorend bord. Er is een levendige handel ontstaan in dit bord, vooral Amerikaanse studenten bestellen het blowverbodsbord. Dit brengt ons tevens tot onze andere straat; de handelsstraat. Hier valt tevens straathandel bij te benoemen. De handelsstraat is een voortvloeisel uit de markt, waar men elkaar ontmoet om levendige handel met elkaar te drijven. Deze straat heeft dan ook een economische betekenis voor de wijk, hoewel straathandel vaak ook samengaat met illegaliteit. Hierbij moet men denken aan straathandel in drugs, gestolen goederen of andere zaken. De handelsstraat is dus een ontmoetingsplek binnen de stad, waar kopers en verkopers elkaar treffen om hun waar te verkopen. Het voorbeeld dat we gaan beschouwen in deze paper zal de Antwerpse vogeltjesmarkt zijn, waar ook straathandel is in diverse goederen, waaronder zelfs levende have! Een probleem waar we in de loop der tijd tegenaan liepen was de schaarste aan literatuur. Er zijn wel boeken waarin de positie van de markt wordt toegelicht, zoals “Stad en samenleving” van K. Doevendans; boeken over gekaapte straten zijn er vrijwel niet. Dit heeft wellicht ook te maken met het type straat, een overheid zou immers niet snel zeggen dat er een straat gekaapt is door een bepaalde groepering.
De gekaapte straat; Mercatorplein (Amsterdam) Fysieke beschrijving Gedreven door toenemende woningnood, besloot de Gemeente Amsterdam na de Eerste Wereldoorlog tot uitbreiding van de stad en het ondernemen van een aantal ambitieuze plannen voor volkshuisvesting. Na het Plan Zuid uit 1917, lanceerde de gemeente in 1922 het Plan West ofwel het 6000-woningenplan. Het plan voorzag in de bouw van 6000 volkswoningen in het gebied ten westen van de Admiralengracht. Het Mercatorplein was gedacht als het stedebouwkundig en esthetisch middelpunt van het uitbreidingsplan West. Berlage voorzag hier in de bouw van 6000 arbeiderswoningen (1925/27). Het Mercatorplein heeft de vorm van een gesloten rechthoek. De verkeerswegen sluiten aan op de hoeken van het plein. Op twee hoeken van het plein staan poort- of portaalgebouwen (waaronder de verkeerswegen lopen), geflankeerd door 35 m hoge door Berlage ontworpen torens. De torens hadden volgens Berlage drie functies: ze zijn een verticaal tegenwicht voor de vrij horizontale bouw van de woningblokken, daarnaast markeren ze het plein als blikvangers en vormen ze een oriëntatiepunt voor de omgeving. De gebouwen in de stijl van de Amsterdamse School zijn eenvoudig en sober uitgevoerd met warmrood baksteen tussen lichtgekleurde granieten banden en vrijwel zonder ornament. In de jaren '80 raakten plein en gebouwen steeds verder in verval, terwijl het autoverkeer soms vastliep. Groeiende drugsproblematiek, achterstallig onderhoud en verloedering van de openbare ruimte zorgden voor problemen. Het afbreken van een van de torens vanwege instortingsgevaar werd het symbool van de neergang. De gemeente Amsterdam, Stadsdeel Baarsjes en enkele private partijen besloten tot grootscheepse aanpak van deze bijzondere buurt met 1.100 woningen en 110 winkels. Wytze Patijn wilde geen aanpassingen, maar herstel van Berlages monument. De kracht van de architectuur rond het plein was immers evident. Wel ontwierp Patijn de woningen opnieuw naar de huidige wensen. Heel anders lag het met de verkeersafwikkeling en het plein. De veranderde situatie stelde nieuwe eisen. De bajonet bleef alleen visueel bestaan. Het verkeer wordt nu met een slinger om het plein geleid. Kortom, in aansluiting op de expressieve architectuur is gekozen voor het creëren van een rustig en evenwichtig beeld. De samenhang met de architectuur is gevonden in de evenwijdige stroken plaveisel die aansluiten op de arcades van de oost- en de westwand. Dit voetgangersgebied ligt vrijgemaakt over de volle lengte aan de oostzijde, waardoor het centrale gebied van het Mercatorplein ongehinderd is te bereiken. Alleen op bepaalde uren van de dag mogen bevoorradende auto's hier komen. De inrichting benadrukt de diagonale lijn (vanwege de twee schuin tegenover elkaar staande torens) door de oorspronkelijke kiosk te laten terugkeren en door aan de zuidwestzijde het plein aan een punt omhoog te laten komen, daar waar de ingang van de parkeergarage onder het plein naar beneden voert. Het is het beeld van 'de opgetilde punt van een vloerkleed waar als het ware de auto's onder geveegd worden'. Zo zijn ze onzichtbaar geworden en zo kan iedereen ongehinderd te voet zijn boodschappen in de winkels onder de arcades doen. De liftschacht steekt stoer boven het plein uit. Het middengebied is geschikt voor velerlei activiteiten zoals manifestaties, markten, sport en spel. Daarom is het geheel verhard en open gelaten. Ook passief verblijf heeft veel aandacht gekregen. Niet alleen door de stroken met lila bloeiende prunusbomen, maar ook door de houten banken en stenen verhogingen met een hoge rug. Bij de kiosk kan men op een terras zitten. In deze zone staan een openbaar toilet, waterhappers en een telefooncel. Er ligt in het hart van het plein een diagonaal opgerekte wereldkaart om te onderstrepen dat Mercator hier de dienst uitmaakt. Namen van ontdekkingsreizigers zijn in het plaveisel terug te vinden.
De restauratie was een ingewikkeld en langdurig proces vanwege de vele partijen met hun vele wensen. De hele aanpak kent creatieve ingrepen, maar is terughoudend om Berlages compositie en beeldtaal alle eer te bewijzen. Het Mercatorplein is weer de huiskamer van de buurt geworden. Het woningbouwcomplex is in 1997/98 gerestaureerd. Eén van de torens (in de jaren vijftig gesloopt) is toen volgens de oorspronkelijke plannen van Berlage herbouwd. De revitalisering van deze Amsterdamse Schoolbuurt werd in juni 1998 gevierd in aanwezigheid van H.M. Koningin Beatrix.
De handelstraat: Vogelenmarkt (Antwerpen) Historie België’s beroemdste zondagmarkt staat op de Oude Vaartplaats. Althans gedeeltelijk, want de Vogeltjesmarkt staat ook op het Theaterplein, het Arsenaalplein, de Graanmarkt en het Blauwtorenplein. Het zijn pleinen met een lange geschiedenis.
Het verhaal van de Vogeltjesmarkt begint ergens in de zestiende eeuw. De beter gegoede burgers hielden toen al van een stukje wildbraad, dat ze op de Vogelmarkt kochten. Eenden, ganzen, kippen en verder ongeveer alles wat pluimen had, was op de markt te koop. Niet veel later werd er ook haas, konijn en ander klein wild verkocht. Aanvankelijk werd de markt op de Meir gehouden, al bestaat er geen duidelijkheid over waar precies. In ieder geval verhuisde de markt pas in 1912 naar de huidige locatie. De gewoonte dat er op de markt ook kleding, snoep en ongeveer alle anderen dingen te koop zijn, dateert pas van in het begin van deze eeuw. Die verhuizing verliep overigens niet zonder slag of stoot. Op het Arsenaalplein stond tot het begin van de vorige eeuw een klooster dat later dienst deed als arsenaal. Het gebouw raakte in onbruik en werd uiteindelijk gesloopt. De Staat wilde de gronden te gelde maken en gaf ze in pacht aan de wat ludieke architect-ondernemer August Bovyn.
Fysieke ruimte De Oude Vaart stroomde vroeger tot aan de Blauwe Toren, die in de zestiende eeuw werd gebouwd. De toren was een onderdeel van de toenmalige vesting, die Antwerpen moest verdedigen tegen aanvallen van buiten. Deze zogeheten Spaanse vesting werd in 1870 gesloopt, de Blauwe Toren inbegrepen. Dat gebeurde niet zonder discussie, want er waren heel wat mensen die de toren wilden handhaven als voorbeeld van de vroegere vestingbouw. Het mocht niet baten. De Oude Vaart zelf, door de Antwerpenaren de ruien genoemd, bleef tot het begin van de 19e eeuw open. Het was Napoleon, die in 1811 besloot om de vaart te overwelven.
Sociale ruimte De Antwerpse zondagsmarkt voor de algemene waren, op en rond het theaterplein bij de Antwerpse Stadsschouwburg, is zo’n twee kilometer lang en telt bijna driehonderd kramen. Men vindt er veel kramen met allerlei textiel, prachtige bloemen en planten, diverse soorten worst en andere vleeswaar, grote kramen met groente en fruit, luxe gereedschap, verse “ Hollandse” kaas, modieuze schoenen en kleurige panty's, Belgische chocolade, ander lekker snoepgoed, maar ook antiquiteiten, prullaria en tweedehands prullaria, zoals ouderwetse “singer” trap-naaimachines, tweedehandse oude mode jaren 60 – 70tig kleding, allerlei soorten tafels, kasten en schemerlampen, tuinmeubelen, glaswerk en zelfs ouderwetse elpees van Will Tura en Louis Neefs. Strips van Suske en Wiske en ander nostalgisch sentimenten. Er zijn tientallen standwerkers, die hun handel zoals de alles reinigende ossengalzeep, handige dames tassen, gehomologeerde super-ontvetter en pijnverzachtende rug- en slaapkussens met veel act aan de man brengen.
De markt is een ware trekpleister voor duizenden belangstellenden. Hier is van alles te koop, te zien en natuurlijk te doen. Vroeger waren er ook honden en katten in de verkoop op het Blauwtorenplein, maar de handel in de puppen en kleine poesjes werd een aantal jaren geleden verboden. Deze huisdieren mogen niet meer op straat worden verhandeld, hiervoor geldt nu een straathandelverbod op de vogelmarkt in Antwerpen. Door het verbod is een belangrijke toeristische attractie van de markt verdwenen. De markt in Antwerpen heeft een zeer ruime diversiteit aan marktgoederen, ook Nederlandse standwerkers zijn hier ruim aanwezig. Zelfs de Hollandse marktkooplui
brengen graag een bezoek aan de vogeltjesmarkt om er een kraam te huren voor de zondag. Ook de Hollanders weten deze populaire markt in Antwerpen te vinden en zijn dan ook ruimschoots aanwezig, speciaal voor de Belgische chocolade. Veel nostalgisch antiek, curiosa, kunst of kitsch en snuisterijen zijn er rond de markt te vinden, onder andere in de Hoogstraat, Kloosterstraat en de Wolstraat. Voor kunst en het echt oude antiek kunt u terecht in de Steenhouwervest en de Leopoldstraat.
Symbolische ruimte Het aroma van de geur volle Brusselse wafels waaiert op de zondagmorgen over de Antwerpse vogeltjesmarkt, ook de geur van stoofvlees met patatten hangt al vroeg in de ochtend op de markt. De kleurvolle kanaries, mooie sijsjes, schattige parkietjes en goudvinkjes fluiten er zondagsmorgens vrolijk op los en fluiten zich warm. De kippen pikken in hun kooien onbekommerd de verse maïs met naast hen, de kramen met kooien vol duiven en alle soorten zangvogels. Knaagdieren, vijvervissen, pelsdieren en reptielen, alles is er te koop. De dierenbescherming hoeft zich geen zorgen meer te maken voor de diertjes, elk weekeinde is er een dierenarts op de markt om te controleren of er geen dierenmishandelingen plaatsvinden.
Beweerd wordt wel eens dat de bezoekers van de Vogelenmarkt niet blij zijn met een dooie mus, maar wél met een geschilderde. Bedoeld is dan de koper die denkt dat hij een exotisch vogeltje gekocht heeft dat thuis een beschilderde mus blijkt te zijn.
Eindhovense straat als verwijzing
Gekaapte straat: Edisonstraat
Handelsstraat: Woenselse Markt Op 16-9-1902 werd besloten om de grond aan te kopen voor de rechtmaking van de Kerkweg. Stukken van F3177 en F3175 van de zwagers van gemeenteraadslid van Coll voor fl 18,- per are. Op 21-10-1903 werd begonnen met de aanleg van het marktplein langs de nieuwe Kerkweg. Maar pas in 1904 werd formeel besloten om het marktplein aan te leggen. De Woenselse Markt is dus al zo’n 100 jaar oud. Op de markt is er een ruimte keuze aan marktkramen, er is veel variatie, diversiteit “aan de voet” van de oude St. Petruskerk. Hier zien we dus eigenlijk een soort kerkplein waar later een marktfunctie aan gekoppeld is, net zoals in het M2 project van het Gerardusplein. Veel standhouders staan al generaties op de markt, waardoor marktkooplieden een goede band hebben met de bezoekers. Op de Woenselse Markt is het niet alleen mogelijk om koopjes te halen, ook de sfeer is een essentieel aspect van de markt. Deze sfeer wordt deels veroorzaakt door de multiculturele samenstelling van de winkels in de omliggende panden. Want naast de marktfunctie is de Woenselse Markt het hele jaar door de centrale winkelplek voor Hemelrijken en andere omringende buurten. De Kruisstraat, een bloeiende winkelstraat, mond uit op de markt waaraan ook horeca etablissementen gevestigd zijn voor uitblazen en ontmoetingen met buurtgenoten.
Uiteraard is er naast de handelstraat ook straathandel in Eindhoven. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld de te koop aangeboden personenauto’s aan de Willemstraat met een prijskaartje voor de voorruit. Tevens is er ook de straathandel in bijvoorbeeld drugs, maar dit is lastiger in kaart te brengen.
Evaluatie
Gekaapte straat
Handelsstraat Kijkend naar de twee handelsstraten die wij gekozen hebben voor deze paper kan gezegd worden dat de markt eigenlijk een sleutelrol heeft bij handelsstraten. Deze straten zijn vaak ook het voortvloeisel van een markt, of bieden plaats aan een markt. Deze historie kan, in het geval van Antwerpen, teruggaan tot de middeleeuwen. Een ander kenmerkend aspect is de diversiteit van handelsgoederen. Door een grote variatie aan goederen aan te kunnen bieden, word er een grote groep potentiële kopers bereikt die op de markt af zullen komen. De gedachte van het halen van koopjes trekt daarnaast ook vele bezoekers aan. Als we nu de stedelijke openbaarheid beschouwen, kunnen we zeggen dat de handelsstraat zowel een economische als een sociale meerwaarde heeft voor deze openbaarheid. Het vervult een functie van ontmoeting, een sociaal aspect. Mensen komen op deze straat af, niet alleen om hun boodschappen te doen, maar ook voor een praatje. In de toekomst zal het dan ook belangrijk zijn soortgelijke straten in een stad te handhaven. Het aantal internetaankopen mag dan wel gestegen zijn de afgelopen jaren; Internet zal nooit de sfeer en de gezelligheid van de markt kunnen vervangen!
Bronvermelding Sites: http://www.hbvl.be http://www.hollandsemarkten.nl http://www.gva.be http://www.oudwoensel.nl http://www.kijkindewijk.nl http://www.ouwwoensel.nl/ http://www.eindhoven-toen-en-nu.nl http://www.google.nl http://nl.wikipedia.org Kranten: Diverse edities Eindhovens Dagblad (online geraadpleegd)