De eHealth gereedschapskoffer vormgegeven binnen Tjallingahiem 22-10-2012
Door Student nummer Cohort Opleiding Minor Opdrachtgever
Trista Klos -‐ Nijholt 136557 2009 Maatschappelijk Werk en Dienstverlening Maatschappelijk Werk als Professie Platform Geef, Erik Zwierenberg
Voorwoord Voor u ligt de onderzoeksrapportage over eHealth binnen Tjallingahiem. Dit is voor mij het afstudeeronderzoek dat ik heb gedaan in het kader van de minor Maatschappelijk Werk als Professie. Deze minor behoord bij de opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. De opdrachtgever voor dit onderzoek was platform Geef. Met dit onderzoek willen zij voortbouwen op de aanbeveling die gegeven is in het door hen uitgevoerde onderzoek: "Ondersteuning voor ondersteunende begeleiding". Aanbeveling was het ontwerpen van eHealth gereedschapskoffers voor geïnteresseerde organisaties. Het doel van dit onderzoek was om een eHealth gereedschapskoffer te ontwerpen voor de behandelaren van Tjallingahiem. Deze gereedschapskoffer moest ingevuld worden met eHealth toepassingen, die ondersteuning kunnen bieden in de begeleiding en behandeling van de cliënt. EHealth was nieuw voor mij, maar iets wat naar mijn idee steeds belangrijker wordt in de toekomst. Ik kon hier nog veel van leren, dit tezamen maakte het voor mij erg interessant. Aan de andere kant is de doelgroep van Tjallingahiem (Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking) Juist iets waar ik graag mijn toekomstige werk in zou willen vinden. Ik vind het prachtig om te werken met mensen met een verstandelijke beperking en zie dit als "mijn ding". Ik denk dat de combinatie van vernieuwend en de bekende praktijk mij veel geleerd hebben. Het heeft ervoor gezorgd dat ik een praktijkgerichte inbreng heb gehad in dit onderzoek. Want ten slotte is dit onderzoek bedoeld voor de praktijk. Erik Zwierenberg was degene die mij vanuit platform Geef begeleide bij het onderzoeksproces, hij heeft mij veel geleerd over eHealth en het uitvoeren van een onderzoek . Ik wil hem bedanken voor wat ik van hem heb mogen leren, de ondersteuning tijdens het onderzoek en voor het geduld dat hij met mij had. Ype Brada was degene met wie ik contact had binnen Tjallingahiem, ik wil hem bedanken voor al die mooie bruikbare toepassingen, het wegwijs maken binnen Tjallingahiem en de ondersteuning tijdens het onderzoek. En natuurlijk wil ik alle medewerkers bedanken die ik heb mogen interviewen en die hebben meegewerkt aan de enquête. Zonder hun inbreng had ik niet kunnen komen tot het ontwikkelen van deze eHealth gereedschapskoffer.
Joure, 22 oktober 2012. Trista Klos- Nijholt
1
Samenvatting Platform Geef deed eerder onderzoek naar ICT middelen en eHealth toepassingen voor ondersteunende begeleiding. Platform Geef vond in dit voorgaande onderzoek vele ongebruikte internet toepassingen waar medewerkers in welzijn veel aan zouden kunnen hebben. Een van de aanbevelingen was het samenstellen van eHealth gereedschapskoffers. In deze koffer kunnen de eHealth toepassingen, die passen binnen de doelgroep van de organisatie gebundeld worden. Zodat er voor medewerkers van de organisatie een overzicht is van eHealth toepassingen, die voor hen nuttig kunnen zijn in de ondersteuning en behandeling van de cliënt. Tjallingahiem gaf aan interesse te hebben in het ontwikkelen van zo'n eHealth gereedschapskoffer. Erik Zwierenberg was mijn begeleider vanuit platform Geef en Ype Brada was mijn contact persoon binnen Tjallingahiem. De doelstelling was: Onderzoek doen naar de behoefte van behandelaars van Tjallingahiem m.b.t. eHealth toepassingen en de wijze waarop zij hier gebruik van willen maken. Teneinde te komen tot een eHealth gereedschapskoffer, die door deze behandelaren wordt gebruikt bij de ondersteuning van cliënten. De hoofdvraag (centrale onderzoeksvraag) luidde als volgt: Hoe moet een eHealth gereedschapkoffer vormgegeven worden om er voor te zorgen dat de behandelaars van Tjallingahiem steun hebben aan deze koffer, met als resultaat dat zij de cliënten beter en makkelijker kunnen ondersteunen in de behandeling. Deze vraag is beantwoord door allereerst te starten met een literatuurstudie, dit zorgde voor een theoretisch kader. Daarna zijn er vijf behandelaars geïnterviewd om meer "feeling" te krijgen met de praktijk. Met de verkregen informatie uit de literatuurstudie en interviews is er een enquête opgesteld. Deze is verzonden naar alle groepen en Intensief Orthopedagogisch Gezinsbehandelaars binnen Tjallingahiem. De behandelaars zijn alle medewerkers die cliënten begeleiden en behandelen binnen de organisatie Tjallingahiem. Uit de gegevens die ontvangen zijn in de interviews en enquêtes zijn conclusies getrokken, die samen hebben geleid tot een algehele conclusie. In de conclusie bleek dat behandelaren vaak nog niet bekend zijn met eHealth en de toepassingen die er beschikbaar zijn. Wel staat een grote meerderheid positief tegenover het gebruik van eHealth, Een eHealth gereedschapskoffer zou niet alleen ondersteunend moet zijn aan de behandelaren, ook de cliënten: Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking, moeten met de eHealth gereedschapskoffer kunnen werken. Het zou niet ter vervanging moeten dienen van (delen) van de hulpverlening. De toepassingen uit de koffer zouden als ondersteuning bij de hulpvraag en voor het bereiken van hulpverleningsdoelen ingezet kunnen worden. Uit de conclusies komt een beeld van waar de vormgeving van een eHealth gereedschapskoffer aan zou moeten voldoen. Zo is het belangrijk dat de eHealth gereedschapskoffer te bereiken is via de computer en is er een top vijf ontstaan van waar de vormgeving ten behoeve van de cliënt aan zou moeten voldoen. Uit deze conclusie zijn aanbevelingen gekomen, deze zijn op te delen in vier categorieën. 1. Implementatie: Behandelaren zijn nog niet bekend met eHealth. Er is behoefte aan een training, cursus of lezing. Ook goedwerkende digitale middelen zijn hierbij belangrijk. 2. Ondersteuning: eHealth toepassingen moeten gezien worden als ondersteuning en niet als vervanging van werkzaamheden. 3. Blijven door ontwikkelen: De ontwikkeling van eHealth gaat in een snel tempo en behoeftes van de cliënten en medewerkers veranderen zo nu en dan. Daarom is het belangrijk om de eHealth gereedschapskoffer up-to-date te houden. 4. Vervolg onderzoek: De eHealth gereedschapskoffer staat nog in de kinderschoenen, er is nog geen ervaring met de koffer in de praktijk. Ook is er in dit onderzoek niet naar de mening van de jeugdigen zelf gevraagd. Dit tezamen maakt vervolg onderzoek tot een belangrijke aanbeveling. 2
Deels zijn deze verzamelde gegevens vertaald naar aanbevelingen en anderzijds ook naar de eHealth gereedschapskoffer. Deze gereedschapskoffer is ontworpen voor de medewerkers en cliënten van Tjallingahiem. Hierin zijn door middel van alle verkregen gegevens, conclusies en aanbevelingen toepassingen toegevoegd. Deze toepassingen kunnen ondersteuning bieden bij hulpvragen van de doelgroep: Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking. Ook zijn er een aantal toepassingen toegevoegd die ondersteuning kunnen bieden aan de behandelaren van Tjallingahiem.
3
Inhoudsopgave Voorwoord .............................................................................................................................................. 1 Samenvatting .......................................................................................................................................... 2 1. Inleiding ............................................................................................................................................... 7 1.1 Veel gebruikte definities ............................................................................................................... 7 1.2 De organisatie ............................................................................................................................... 7 1.2.1 Platform GEEF ........................................................................................................................ 8 1.2.2 Tjallingahiem .......................................................................................................................... 9 1.3 Aanleiding voor de onderzoeksopdracht ...................................................................................... 9 1.3.1 6 w-‐vragen .............................................................................................................................. 9 1.3.2 Micro, meso en macro ......................................................................................................... 10 1.4 Doelstelling ................................................................................................................................ 11 1.5 Onderzoeksvraag ........................................................................................................................ 11 1.5.1 Hoofdvraag ........................................................................................................................... 11 1.5.2 Deelvragen ........................................................................................................................... 11 1.6 Vooruitblik op de onderdelen van het rapport ......................................................................... 12 2. Literatuuronderzoek ........................................................................................................................ 12 2.1 Wat is eHealth? ....................................................................................................................... 12 2.2 Bestaat er al een vergelijkbaar idee als de "eHealth gereedschapskoffer"? Zo ja, hoe is dit ingevuld en vormgegeven? ........................................................................................................... 17 2.3 Welke hulpvragen hebben de cliënten van Tjallingahiem (jeugdigen met een LVB)? ............ 17 Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking ....................................................................... 17 2.4 Welke toepassingen zijn er ontwikkeld voor andere doelgroepen, die ook geschikt zijn voor jeugdigen met een LVB? ................................................................................................................ 20 2.5 Wat is belangrijk bij het implementatie proces van de "eHealth gereedschapskoffer"? ........ 21 3. Methode ........................................................................................................................................... 23 3.1 Onderzoeksopzet ....................................................................................................................... 23 3.2 Procedure dataverzameling ...................................................................................................... 24 3.3 Onderzoeksinstrument ............................................................................................................... 25 3.4 Analyse ...................................................................................................................................... 27 4. Resultaten ........................................................................................................................................ 28 4.1 Conclusie van de interviews. ....................................................................................................... 28 4.1.1 De medewerkers .................................................................................................................. 28 4.1.2 De cliënten van de medewerkers ......................................................................................... 28 4.1.3 Het gebruik van digitale middelen ....................................................................................... 28 4
4.1.4 Het gebruik van eHealth in de praktijk ................................................................................. 29 4.1.5 Vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer ................................................................ 30 4.1.6 De rol van de organisatie ..................................................................................................... 30 4.2 Conclusie van de enquête ........................................................................................................... 31 4.2.1 De medewerkers .................................................................................................................. 31 4.2.2 De cliënten van de medewerkers ......................................................................................... 31 4.2.3 Het gebruik van digitale middelen ....................................................................................... 31 4.2.5 Het gebruik van eHealth in de praktijk ................................................................................. 32 4.2.7 Vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer ................................................................ 33 4.2.8 De rol van de organisatie ..................................................................................................... 33 5. Discussie en Conclusie ...................................................................................................................... 33 5.1 Discussie .................................................................................................................................... 33 5.1.1 Deelvraag 1: Hoe ziet de organisatie Tjallingahiem eruit? Missie, visie, medewerkers en doelgroep ...................................................................................................................................... 33 5.1.2 Deelvraag 2: Wat is eHealth? .............................................................................................. 34 5.1.4 Deelvraag 3:Welke eHealth toepassingen kunnen nuttig zijn voor de behandelaren en de jeugdigen met een LVB? ................................................................................................................ 34 5.1.3 Deelvraag 4: Wat zijn de voordelen en nadelen van eHealth? ........................................... 35 5.1.5 Deelvraag 5: Bestaat er al een vergelijkbaar idee als de "eHealth gereedschapskoffer"? Zo ja, hoe is dit ingevuld en vormgegeven? ....................................................................................... 35 5.1.6 Deelvraag 6: Welke hulpvragen hebben de cliënten van Tjallingahiem (jeugdigen met een LVB)? Welke begeleiding en behandeling hebben jeugdigen met een LVB nodig? ...................... 36 5.1.7 Deelvraag 7: Welke toepassingen zijn er ontwikkeld voor andere doelgroepen, die ook geschikt zijn voor jeugdigen met een LVB? .................................................................................. 36 5.1.8 Deelvraag 8: Wat is belangrijk bij het implementatie proces van de "eHealth gereedschapskoffer"? ................................................................................................................... 37 5.1.9 Deelvraag 9: Van welke digitale middelen word gebruik gemaakt door behandelaren binnen Tjallingahiem? En hoe wordt dit gebruik ervaren? ........................................................... 37 5.1.10 Deelvraag 10: Wat wordt er al gebruikt aan eHealth toepassingen door behandelaren binnen Tjallingahiem? Wat zijn de ervaringen met deze toepassingen? ...................................... 38 5.1.11 Deelvraag 11: Van welke digitale middelen wordt gebruik gemaakt door de cliënten van Tjallingahiem? ............................................................................................................................... 38 5.1.12 Deelvraag 12: Wat wordt er al gebruikt aan eHealth toepassingen door de cliënten van Tjallingahiem? ............................................................................................................................... 38 5.1.13 Deelvraag 13: Welke eHealth toepassingen passen bij de cliënten van Tjallingahiem? ... 38 5.1.14 Deelvraag 14: Wat wensen de behandelaren van Tjallingahiem van een "eHealth gereedschapskoffer"? ................................................................................................................... 39 5
5.1.15 Deelvraag 15: Wat wensen de behandelaren van Tjallingahiem van een "eHealth gereedschapskoffer" met het oog op hun cliënten? ..................................................................... 39 5.2 Reflectie op het onderzoek ........................................................................................................ 39 5.2.1 Het onderzoek ...................................................................................................................... 39 5.2.2 Het instrument ..................................................................................................................... 40 5.2.3 Het onderzoeksproces ......................................................................................................... 41 5.3 Conclusie .................................................................................................................................... 41 6. Aanbevelingen .................................................................................................................................. 43 Bronnenlijst ........................................................................................................................................... 44 Bijlagen .................................................................................................................................................. 46 Bijlage 1: Een concept van de eHealth gereedschapskoffer ............................................................. 46 Bijlage 2: Resultaten van de enquête in grafieken ............................................................................ 51 Bijlage 3: Interview vragen eHealth .................................................................................................. 64
6
1. Inleiding Probleem-‐ / situatieanalyse en context In dit rapport wordt er verslag gedaan van het onderzoek dat ik heb uitgevoerd voor mijn afstuderen aan de opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. Het onderzoek heeft plaats gevonden binnen de organisatie Tjallingahiem en richt zich op het ontwikkelen van een eHealth gereedschapskoffer voor deze organisatie. In dit hoofdstuk worden allereerst de veel gebruikte definities nader omschreven. Bij paragraaf 1.2 is een beschrijving te vinden van de organisaties die betrekking hebben op dit onderzoek. Waarna in paragraaf 1.3 de aanleiding van het onderzoek wordt beschreven. In paragraaf 1.4 is de doelstelling van het onderzoek te vinden en ook de onderzoeksvraag met de deelvragen mogen natuurlijk niet ontbreken, deze zijn te vinden bij paragraaf 1.5. In paragraaf 1.6 is een verdere vooruitblik te vinden van het rapport.
1.1 Veel gebruikte definities eHealth eHealth is het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, en met name internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren (Wolterink J. K., Whitepaper ordening in de wereld van eHealth, 2012, p. 2) eHealth gereedschapskoffer Is een samenbundeling van eHealth toepassingen die bruikbaar zijn voor de doelgroep waarvoor deze ontwikkeld is. Behandelaren Voorgaand onderzoek (Zwierenberg E. , 2012) gebruikte de benaming: ondersteunende begeleiding. In dit onderzoek zullen zij behandelaren of behandelaars genoemd worden. Dit is een wens van Tjallingahiem. Onder behandelaars worden alle medewerkers van de 24uurs behandeling en gezinsbehandeling bedoeld. De behandelaren zullen samen met hun cliënten het meest te maken krijgen met een eHealth gereedschapkoffer. Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking zijn de doelgroep van Tjallingahiem en tevens de doelgroep waar het onderzoek zich op richt. Deze definitie staat voor zowel kinderen, jongeren en jong volwassenen met een Licht Verstandelijke Beperking. LVB De definitie Licht Verstandelijke Beperking wordt het meest van de tijd aangeduid met de afkorting LVB. Omdat dit onderzoek zich richt op de jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking, zal er vaak een samenvoeging te lezen zijn van laatstgenoemde definities: LVB-Jeugdigen of jeugdigen met een LVB.
1.2 De organisatie Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van Platform GEEF. In dit hoofdstuk zal ik de organisatie van GEEF en haar doelstellingen toelichten om inzicht te geven in het kader waarbinnen ik mijn onderzoek uitvoerde. In opdracht van Platform GEEF heb ik mijn onderzoek toegepast bij de organisatie Tjallingahiem. Daarom zal ik ook deze organisatie hier introduceren. De eHealth gereedschapskoffer die ik na aanleiding van dit onderzoek heb vormgegeven is een van de twee eHealth koffers die de afgelopen periode ontwikkeld zijn. De andere eHealth koffer wordt bij Thuiszorg het Friese Land ontwikkeld.
7
De ervaringen met beide eHealth koffers worden gebruikt door andere organisaties die bij Platform GEEF aangesloten zijn. Na aanleiding van positieve ervaringen, is er kans dat zij ook een eHealth koffer gaan ontwikkelen 1.2.1 Platform GEEF De onderzoeksvraag voor het ontwikkelen van een eHealth koffer komt vanuit platform GEEF, deze onderzoeksvraag is ontstaan vanuit voorgaand onderzoek. GEEF deed eerder onderzoek naar ICT middelen en eHealth toepassingen voor ondersteunende begeleiding. Dit deed GEEF in opdracht van gemeente Leeuwarden. GEEF staat voor: Gezondheid Expertise en Educatiecentrum Friesland. GEEF is in 2007 opgericht door drie partijen. Inmiddels heeft GEEF 14 participanten, variërend van verschillende woning stichtingen, gemeentes, zorg organisaties en scholen. Er worden innovatieve diensten, producten en concepten ontwikkeld die gebruik maken van woonzorgtechnologie en eHealth. Deze producten en diensten kunnen senioren en mensen met een handicap of chronische ziekte nu en in de toekomst gebruiken om hun (thuis)situatie veiliger, comfortabeler en gemakkelijker te maken (Platform Geef). GEEF wil oplossingen leveren op het terrein van innovatieve technologie, zorg- en welzijnsconcepten. Het platform speelt hiermee in op ontwikkelingen zoals vergrijzing, bevolkingsdaling (met name op het platteland) en de noodzaak tot het besparen van kosten in de zorg. Geef is gevestigd in de NHL Hogeschool te Leeuwarden. Missie en doelstelling van GEEF De missie van GEEF luidt als volgt: Het toevoegen van waarde aan de samenleving op het terrein van wonen, zorg en welzijn, leidend tot het zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen van senioren en (chronisch) zieken. GEEF heeft daarbij de volgende doelen: - Het bijeenbrengen van Friese en noordelijke organisaties en personen die verbeteringen nastreven op het gebied van wonen, zorg en welzijn en het gebruik van woonzorgtechnologie ten behoeve van preventie en zelfredzaamheid. - Het samenbrengen en toegankelijk maken van alle voorhanden zijnde kennis en ervaring op het terrein van mensgerichte (zorg)technologie waaronder woonzorg- en woonserviceconcepten, telehealth, telecare, domotica en woon- en leefomgeving aanpassingen. - Het doen van onderzoek, het geven van advies en het implementeren van het aanbod van nieuwe producten en diensten. Platform Geef vond in het voorgaand onderzoek vele ongebruikte internet toepassingen waar medewerkers in welzijn veel aan zouden kunnen hebben. Deze toepassingen kunnen er zelfs aan bijdragen dat doorverwijzing niet nodig is. Deze digitalisering kan hierdoor veel geld besparen, wat in tijden van crisis natuurlijk veel voordelen heeft. Een van de aanbevelingen in het voorgaand onderzoek was het samenstellen van eHealth gereedschapskoffers. In deze koffer kunnen de eHealth toepassingen, die passen binnen de doelgroep van de organisatie gebundeld worden. Zodat is er voor medewerkers en/of cliënten van de organisatie een overzicht is van eHealth toepassingen die voor hen nuttig kunnen zijn. Op 26 februari 2013 is er overleg geweest met verschillende instellingen, die contact onderhouden met platform GEEF. Het voorgaande en dit toen aanstaande onderzoek zijn daar gepresenteerd. Twee organisaties gaven aan interesse te hebben in het werken met een eHealth koffer. Dit waren Thuiszorg het Friese land en Tjallingahiem. Het onderzoek werd gedaan met twee studenten en zo konden mijn medestudente en ik een verdeling maken in het onderzoek. Ik ben een eHealth koffer gaan samenstellen voor Tjallingahiem. Mede studente Laura Vuijk heeft dit gedaan voor Thuiszorg het Friese land.
8
1.2.2 Tjallingahiem Tjallingahiem is een expertise- en behandelcentrum voor opvoed- en opgroeiproblemen bij kinderen, jongeren en jong volwassenen met een licht verstandelijke beperking. Het motto van Tjallingahiem 'Je kunt meer dan je denkt' staat voor: * het versterken van de mogelijkheden en krachten van kinderen, jongeren, gezin en hun netwerk. * een uitgebreide zorg- en dienstverlening die wordt afgestemd op de individuele vragen. Tjallingahiem biedt gespecialiseerde jeugdzorg aan kinderen, jongeren en jong volwassenen met (ernstige) beperkingen in de sociale redzaamheid. Deze beperkingen leiden tot problemen in de omgang met anderen (bijv. in het gezin en op school). De oorzaak ligt naast een lager intellectueel functioneren vaak in emotionele-, gedrags- of psychiatrische problematiek. Ook problemen in het gezin of in het netwerk van het gezin kunnen een belangrijke rol spelen. Tjallingahiem richt zich op het versterken van de mogelijkheden en de krachten van de kinderen of jongeren, het gezin en hun netwerk. Tjallingahiem beschikt over een breed scala aan flexibele hulpvormen. Hulpvormen van Tjallingahiem - Gezinshulpverlening - Diagnostiek, Therapieën en Trainingen - Centrum voor Scholing en Training - Naschoolse Dagbehandeling - 24-uurs Behandeling - Weekendbegeleiding - mEAR Orthopsychiatrische Poli (Kind en jeugd GGZ-LVG)
1.3 Aanleiding voor de onderzoeksopdracht 1.3.1 6 w-‐vragen Wat is het probleem? De ontwikkeling van eHealth gaat in een snel tempo, hierdoor is er een groot aantal eHealth toepassingen beschikbaar. Voor welzijnsorganisaties en hun medewerkers is eHealth vaak nog nieuw en onbekend. De implementatie moet nog vorm gegeven worden. Hierdoor blijven eHealth toepassingen die erg nuttig kunnen zijn in zorg en welzijnorganisaties vaak nog onbenut. Wie heeft het probleem? Eigenlijk hebben verschillende partijen het probleem. Voor de organisatie is het moeilijk om een weg te vinden in al deze beschikbare eHealth toepassingen, het is nieuw, vrij onbekend en er moet nog een goed implementatie traject opgestart worden. Voor medewerkers is het eigenlijk hetzelfde probleem, vaak is eHealth voor hen ook nieuw en onbekend. Daarbij komt dat zij zich vaak deels afhankelijk voelen van de organisatie in wat zij wel of niet mogen gebruiken. Het is vaak makkelijker terug te vallen op het oude bekende, dan het nieuwe zelfstandig te gaan gebruiken. Wanneer is het probleem ontstaan? Er zijn in een snel tempo vele eHealth toepassingen ontwikkeld. Welzijnsorganisaties hebben dit niet zo snel bij kunnen houden. Er zijn al zoveel mogelijkheden en toepassingen wat betreft eHealth, dat het lastig is om keuzes te maken in wat past binnen de doelgroep. Waarom is het een probleem? Het is een probleem omdat eHealth een goede ondersteuning kan zijn voor medewerkers en cliënten in welzijnsorganisaties, maar het helaas meestal nog onbenut blijft. 9
Waar doet het probleem zich voor? Binnen verschillende welzijnsorganisaties. Het begint op beleidsniveau; het is lastig om met die veelheid aan eHealth toepassingen eHealth aan te laten sluiten bij het beleid. Dat maakt het lastig om een goed implementatie traject te maken. Dit werkt door naar uitvoeringsniveau; een goed implementatie traject zou er voor zorgen dat medewerkers meer bekend worden met eHealth. Daardoor zullen ze er makkelijker en sneller gebruik van gaan maken. Wat is de aanleiding? Uit het onderzoek: ‘Ondersteuning voor ondersteunende begeleiding` (E. Zwierenberg, 2012), kwam als aanbeveling dat er voor medewerkers een ‘eHealth gereedschapskoffer’ zou moeten zijn, waarin zij alle eHealth toepassingen kunnen vinden die passen binnen hun doelgroep. Dit kan structuur bieden in de veelheid aan eHealth toepassingen. 1.3.2 Micro, meso en macro Macro De ondersteunende begeleiding gaat over van de AWBZ naar de WMO en daarmee worden gemeenten verantwoordelijk voor deze begeleiding. Een flinke verantwoordelijkheid waarbij veel aspecten nog niet bekend zijn. Om een bijdrage te leveren aan het beter zicht krijgen op de ICT middelen die kunnen bijdragen aan het inrichten van delen van ondersteunende begeleiding, heeft platform GEEF in opdracht van gemeente Leeuwarden onderzocht welke ICT middelen hiervoor beschikbaar zijn. In dit onderzoek is een aantal aanbevelingen aan de gemeente gedaan waar de gemeente graag mee aan de slag wil. (Zwierenberg F. F., 2012) Meso Met het voorgaande onderzoek is inzicht gegeven in de ontwikkelingen van deze ICT middelen en in hoeverre deze middelen al worden ingezet door de verschillende organisaties in Leeuwarden die ondersteunende begeleiding bieden. Er is bij zorgorganisaties nog weinig inzicht in de mogelijkheden van ICT middelen. Ook ontbreekt er veelal visie en beleid bij zorgorganisaties rond dit thema. Wel zijn er inmiddels zo’n 20.000 applicaties en nog veel meer websites. Reden dus om de ontwikkeling en het gebruik hiervan aan te jagen. Een volgende stap kan zijn om zorgorganisaties met eHealth kennis te laten maken en het samenstellen van een eHealth gereedschapskoffer (Fekken, 2013) Micro Door de snelle opkomst van eHealth hebben niet alleen organisaties er moeite mee om wijs te worden uit alle mogelijkheden van eHealth toepassingen. Ook bij de medewerkers is nog maar weinig bekend over eHealth. Daardoor wordt er nog maar weinig gebruik gemaakt van alle beschikbare toepassingen. Zonde, want er zijn veel toepassingen (sites en applicaties) die ondersteunend kunnen zijn bij de hulpvraag van de cliënt en ondersteunend kunnen zijn voor de medewerkers. In een eHealth koffer kunnen medewerkers eHealth toepassingen vinden die vanuit de organisatie worden aanbevolen. Dit geeft een overzicht en kan ook nog eens kosten besparend werken omdat hulpverleners ondersteunende toepassingen dan uit de eHealth koffer kunnen halen. Eerder hadden ze de cliënt misschien doorverwezen. Ook is het voor de cliënt prettig als het bij één hulpverlener kan blijven, de cliënt hoeft dan niet opnieuw een vertrouwensband met een nieuwe hulpverlener op te bouwen. De cliënt kan ook zelfstandig gebruik maken van eHealth, dit bevorderd zelfredzaamheid en zelfwaardering. Genoeg reden dus om aan de slag te gaan met het samenstellen van een eHealth gereedschapskoffer. Zoals bij paragraaf 1.2 (de organisatie) te lezen is er een presentatie geweest over het destijds aanstaande onderzoek. Ype Brada van Tjallingahiem gaf aan interesse te hebben in zo'n eHealth gereedschapskoffer. Tjallingahiem zou graag een samenbundeling van toepassingen willen die gebruikt kunnen worden door voornamelijk behandelaars en cliënten. In gesprek met Ype Brada kwam ik erachter dat er al veel toepassingen bekend zijn, maar een duidelijk bruikbaar overzicht hiervan ontbreekt. Ook is het de vraag hoe het is gesteld met de media wijsheid van de medewerkers en wat zij en de jongeren gebruiken aan toepassingen. 10
1.4 Doelstelling Onderzoek doen naar de behoefte van behandelaars van Tjallingahiem m.b.t. eHealth toepassingen en de wijze waarop zij hier gebruik van willen maken teneinde te komen tot een eHealth gereedschapskoffer die door deze behandelaars wordt gebruikt bij de ondersteuning van cliënten.
1.5 Onderzoeksvraag In dit hoofdstuk wordt de hoofdvraag met bijbehorende deelvragen beschreven. In de deelvragen is een verdeling te vinden tussen deelvragen die worden beantwoord door middel van literatuur onderzoek. En deelvragen die worden beantwoord in het praktijk onderzoek. 1.5.1 Hoofdvraag Hoe moet een eHealth gereedschapkoffer vormgegeven worden om er voor te zorgen dat de behandelaars van Tjallingahiem steun hebben aan deze koffer, met als resultaat dat zij de cliënten beter en makkelijker kunnen ondersteunen in de behandeling. 1.5.2 Deelvragen - Hoe ziet de organisatie Tjallingahiem eruit? - Missie, visie, medewerkers en doelgroep Literatuur onderzoek - Wat is eHealth? - Welke eHealth toepassingen bestaan er voor jeugdigen met een LVB - Welke eHealth toepassingen kunnen nuttig zijn voor de behandelaren? - Wat zijn de voordelen van eHealth? - Wat zijn de nadelen van eHealth? - Bestaat er al een vergelijkbaar idee als de "eHealth gereedschapskoffer"? Zo ja, hoe is dit ingevuld en vormgegeven? - Welke hulpvragen hebben de cliënten van Tjallingahiem (jeugdigen met een LVB)? - Welke begeleiding en behandeling hebben jeugdigen met een LVB nodig? - Wat zijn de voordelen en de risico's van eHealth bij jeugdigen met een LVB? - Welke toepassingen zijn er ontwikkeld voor andere doelgroepen, die ook geschikt zijn voor jeugdigen met een LVB? - Wat is belangrijk bij het implementatie proces van de "eHealth gereedschapskoffer"? Praktijk onderzoek -Van welke digitale middelen word er gebruik gemaakt door de behandelaren binnen Tjallingahiem? - Hoe wordt dit gebruik ervaren? - Wat wordt er al gebruikt aan eHealth toepassingen door behandelaren bij Tjallingahiem? - Wat zijn de ervaringen met deze toepassingen? - Van welke digitale middelen wordt gebruik gemaakt door de cliënten van Tjallingahiem? - Wat wordt er al gebruikt aan eHealth toepassingen door de cliënten van Tjallingahiem? - Welke eHealth toepassingen passen bij de cliënten van Tjallingahiem? - Wat wensen de behandelaars van Tjallingahiem van een "eHealth gereedschapskoffer"? - Wat wensen de behandelaars van Tjallingahiem van een "eHealth gereedschapskoffer" met oog op hun cliënt?
het 11
1.6 Vooruitblik op de onderdelen van het rapport Hieronder vind u een inleiding op alle hoofdstukken die dit onderzoeksrapport kent. Hoofdstuk 2: Literatuuronderzoek In dit hoofdstuk is het literatuuronderzoek te vinden. In dit deel van het onderzoek worden verschillende kanten van eHealth, LVB-jeugdigen en implementatie belicht. Hoofdstuk 3: Methode In dit hoofdstuk wordt de methode van het onderzoek nauwkeurig omschreven. Hierin is te vinden voor welke onderzoeksopzet er gekozen is, hoe de procedure van dataverzameling ging, worden onderzoeksinstrumenten omschreven en is te lezen hoe de analyse is uitgevoerd. Hoofdstuk 4: Resultaten In dit hoofdstuk worden de resultaten beschreven. Allereerst de conclusie van de interviews en daarna de conclusie van de enquête. Dit is omschreven in dezelfde categorieën, zodat het makkelijk leest en analyseert. Hoofdstuk 5: Discussie & conclusie Allereerst in dit hoofdstuk, de discussie. Hierin worden alle deelvragen beantwoord. Hierna volgt de reflectie, waarin kritisch gekeken wordt naar het onderzoek. En als laatste in dit hoofdstuk de conclusie, hierin wordt antwoord gegeven op de centrale onderzoeksvraag. Hoofdstuk 6: Aanbevelingen Hierin worden aanbevelingen gegeven aan de organisatie, die ontstaan zijn na aanleiding van het onderzoek. Bronnenlijst Alle bronnen die gebruikt zijn in dit onderzoek. Bijlage In de bijlage zijn alle stukken te vinden die gebruikt zijn in deze onderzoeksrapportage. Tevens is het concept van de eHealth gereedschapskoffer hier te vinden.
2. Literatuuronderzoek eHealth en een Licht Verstandelijke Beperking In dit hoofdstuk is het literatuuronderzoek te vinden. Met dit literatuur onderzoek worden verschillende kanten van eHealth, LVB- jeugdigen en implementatie belicht. Allemaal onderdelen die belangrijk zijn als theoretische onderbouwing voor dit onderzoek. Allereerst wordt er in paragraaf 2.1 een beschrijving gegeven van eHealth, eHealth toepassingen en voor- en nadelen. Waarna in paragraaf 2.2 ingegaan wordt op de eHealth gereedschapskoffer en er wordt gekeken of er al een vergelijkbaar idee bestaat. Paragraaf 2.3 beschrijft de hulpvraag van de jeugdigen met een LVB en welke begeleiding en behandelingsbehoefte zij hebben. In paragraaf 2.4 wordt er gekeken naar toepassingen die ontwikkeld zijn voor andere of onbekende doelgroepen, maar die ook passend zijn bij LVB- jeugdigen. Als laatste wordt er in paragraaf 2.5 gekeken naar implementatie, er wordt gekeken wat het is en er worden modellen omschreven. 2.1 Wat is eHealth?
12
Definitie van eHealth eHealth is het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, en met name internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren (Wolterink, 2012)
Deze definitie is oorspronkelijk afkomstig van Thomas Eng uit 2001. Het is dezelfde definitie als die wordt gehanteerd in het onderzoek ‘Ondersteuning voor ondersteunende begeleiding’ (E. Zwierenberg, 2012) Er bestaan veel verschillende definities van eHealth, maar in dit rapport wordt er voor gekozen bovenstaande definitie aan te houden. Dit wordt gedaan omdat dit onderzoek een vervolg is op de aanbevelingen uit dat onderzoek. Het gaat hier om een brede en bruikbare definitie, hij dekt de volledige lading van eHealth. Reden genoeg om deze definitie aan te houden. Vormen van eHealth EHealth is een ruim begrip, er kunnen vele verschillende vormen van hulp via digitale middelen mee bedoeld worden. Wanneer je gaat werken via digitale middelen en internet is er erg veel mogelijk: Er kan informatie over aandoeningen gezocht worden, je kunt contact zoeken of onderhouden met een hulpverlener en ga zo maar door. Niet al deze vormen zijn bruikbaar binnen de hulpverlening aan jeugdigen met een LVB. Om in de veelheid aan eHealth mogelijkheden een weg te kunnen vinden worden hieronder vormen van eHealth beschreven die passend (kunnen) zijn voor de doelgroep en organisatie. Ik beperk mij tot de middelen die ondersteuning kunnen bieden bij de hulpvraag van de jeugdigen met een LVB en hun behandelaren. Omdat dit onderzoek zich voornamelijk richt op de toepassingen die hierbij van nut kunnen zijn.
In de eHealth-monitor van 2013 (Nivel en Nictiz, 2013) wordt er een onderverdeling gemaakt in vier vormen van eHealth. Deze eHealth monitor richt deze vormen voornamelijk op patiënten en artsen, het is daarom meer gericht op zorg. Deze onderverdeling van vormen is ook goed toepasbaar binnen de doelgroep van dit onderzoek wanneer de bewoordingen iets aangepast zijn. De onderverdeling van vormen ziet er dan als volgt uit: 1. Zelf op internet zoeken en bijhouden van gezondheidsinformatie door cliënten en behandelaren 2. Online contact tussen cliënt en behandelaar 3. Dossiervoering door behandelaar (en inzicht in dossier voor de cliënt) 4. Het elektronisch kunnen delen van cliëntinformatie tussen behandelaren en overige betrokkenen Hieronder een korte beschrijving wat er onder deze vormen verstaan kan worden. 1. Zelf op internet zoeken en bijhouden van gezondheidsinformatie door cliënten en behandelaren Alle informatie die op internet te vinden is met betrekking tot gezondheid maar ook welzijn. Hierbij kun je ook toepassingen verstaan die ondersteunend zijn bij bepaalde gezondheidsproblemen. Bijvoorbeeld een applicatie die herinnerd en informatie verstrekt bij het innemen van medicatie of die het dagritme in beeld brengt voor jeugdigen met autisme. 2. Online contact tussen cliënt en behandelaar Bij online contact wordt al snel gedacht aan e-mail. Al is er meer mogelijk. Soms is face to face contact niet (altijd) nodig en is een kort contact via digitale middelen genoeg. Er zijn organisaties die gebruik maken van beeld bellen, maar ook de chatten of mailen is mogelijk. 3. Dossiervoering door behandelaar Dossiervoering via de computer. Hier zou een aanvulling van protocollen misschien ook op zijn plaats zijn. Niet alleen het dossier maar ook protocollen met betrekking tot cliënten zijn al regelmatig te vinden en te beheren via de computer.
13
4. Het elektronisch kunnen delen van cliëntinformatie tussen behandelaren en overige betrokkenen Via digitale middelen kan er op een makkelijke manier cliënt informatie gedeeld worden met andere betrokkenen. Dit kan bijvoorbeeld makkelijk zijn bij een multidisciplinaire samenwerking, maar ook bij het delen van informatie met de ouders of met de LVB- jeugdige zelf. 2.1.1 Welke eHealth toepassingen bestaan er voor jeugdigen met een LVB Er is een grote hoeveelheid aan eHealth toepassingen te vinden die passend zijn bij jeugdigen met een LVB. Meestal zijn toepassingen ontwikkeld voor een brede doelgroep of er wordt niet duidelijk voor welke doelgroep de toepassing ontwikkeld is. Onderstaande toepassingen zijn specifiek ontwikkeld voor jeugdigen met een LVB. In paragraaf 2.4 zijn meer toepassingen te vinden die niet specifiek ontwikkeld zijn voor jeugdigen met een LVB, maar wel bruikbaar voor hen zijn. Tjallingahiem en eHealth Tjallingahiem heeft niet stilgezeten wat betreft eHealth. Er zijn meerdere pilots gestart van digitale programma's die ondersteuning bieden aan de cliënt. Zo maakt Tjallingahiem gebruik van: Jouw omgeving, Mattie en Spoedhulp. Jouw Omgeving Jouw Omgeving is een online toepassing die ondersteuning bied aan de cliënt, op het moment dat de cliënt dat nodig heeft. Jouw Omgeving heeft veel mogelijkheden. Er kan gewerkt worden aan het behandelplan, Werkplan, er kan een bericht gestuurd worden naar mensen uit het sociale netwerk van de cliënt, er kan gebruik gemaakt worden van hulpmiddelen uit de hulpverlening zoals; de thermometer of het stoplicht, er kan een dagboek bijgehouden worden of een beloning uitgedeeld worden. De cliënt kan hierin de regie nemen, hij kan via de computer wanneer hij maar wil bijvoorbeeld zijn dagboek bijwerken. Jouw Omgeving is ontwikkeld in samenwerking met 12 verschillende zorginstellingen. Het kan gebruikt worden door alle medewerkers die ondersteuning en behandeling bieden aan de cliënt. Ook de cliënt gebruikt dit programma. Jouw omgeving wordt gebruikt via de computer (Jouw Omgeving, 2013) Mattie Mattie is een psycho-educatie programma met behulp van de smartphone. Het is bedoeld voor de cliënten van Tjallingahiem. Met M.A.T.T.I.E. kunnen jongeren met een licht verstandelijke beperking zich beter voorbereiden op de soms ingewikkelde maatschappij. Onderdeel is de virtuele vriend die in uiteenlopende situaties terecht komt en om advies vraagt. De virtuele vriend legt in een filmpje op de smartphone zijn dilemma voor en vraagt “Wat zou jij doen in deze situatie?”. De keuzes die de jongeren maken, worden naderhand met hen besproken. (Tjallingahiem, 2013) Spoedhulp Spoedhulp is een programma dat binnen Tjallingahiem wordt gebruikt door de Intensief Orthopedagogisch Gezinsbehandeling. Het is een samenwerkingsverband met Bureau Jeugdzorg Friesland, Jeugdhulp Friesland, Kinnik kind en jeugd GGZ. Spoedhulp bied spoedeisende (jeugd) hulp in Friesland wanneer dit nodig is bij crisissituaties die worden veroorzaakt door gedrag- of opvoedproblemen, gezinsproblemen of psychische problemen (Spoed4jeugd, 2013). Per situatie wordt gekeken welke organisatie het best passend is bij de hulpvraag, daarna wordt er direct contact gelegd met de dienstdoende medewerker van die organisatie. Deze medewerkers zal daarna contact leggen met de jeugdige en/of het gezin. Via een applicatie op de tablet kan de medewerker direct de informatie over het persoon of gezin vinden. 14
2.1.2 Welke eHealth toepassingen kunnen nuttig zijn voor de behandelaren? Hieronder is een tabel te vinden met sites die nuttig kunnen zijn voor medewerkers van Tjallingahiem. Dit is een greep uit de vele toepassingen die gebruikt kunnen worden door de medewerkers. Site Yammer
Jouw omgeving
Youtube.com (Psycho educatie filmpjes) ANWB.nl Google.nl Symbaloo.nl
Wat is hier te vinden?
Yammer is een soort Twitter voor medewerkers binnen een organisatie. Tjallingahiem maakt hier gebruik van Een online omgeving waar medewerkers contact kunnen houden met de cliënt en informatie over de cliënt kunnen beheren en delen En site waar vele filmpjes vindbaar zijn m.b.t. het werkveld Een routeplanner, handig voor de medewerkers die onderweg gaan. Online zoekmachine, doorzoekt het hele net naar de informatie die de persoon nodig heeft. Op deze site kun je in een soort bureaublad sites opslaan die jou interesse hebben
Meer bruikbare toepassingen Eigenlijk alle toepassingen die gebruikt worden door jeugdigen met een LVB kunnen door behandelaren gebruikt worden om informatie te vinden. In het meest van de gevallen zal het wenselijk zijn voor de behandelaren om te weten welke toepassingen de jeugdige gebruikt. Hier kan bijvoorbeeld op in gespeeld worden en kan soms ook zorgen voor een beter contact. Het kan ook nodig zijn om de toepassingen samen met de cliënt te gebruiken, dit varieert per jeugdige. 2.1.3 Wat zijn de voordelen van eHealth? EHealth kan de toegankelijkheid van zorg op verschillende manieren vergroten. Een belangrijk aspect hierbij is dat zorgverleners op het juiste moment en op de juiste plaats van de noodzakelijke informatie kunnen worden voorzien. Maar ook de cliënten krijgen een grotere keuzevrijheid, internet biedt snel toegang tot veel informatie en is laagdrempelig. Hierdoor is het makkelijker om zelfstandig informatie op te zoeken. Verschillende vormen van eHealth kunnen bijdragen aan meer zelfstandigheid, zelfmanagement en empowering van de cliënt. De cliënt is minder afhankelijk van anderen. De toename van de autonomie kan de kwaliteit van leven verbeteren (drs. F. van der Velde, 2008). Neem bijvoorbeeld een site die de LVB-jeugdige informatie of ondersteuning kan bieden bij de problemen de hij ervaart. Hij kan dan zelf op zoek gaan naar informatie, filmpjes hierover bekijken of oefeningen/spellen doen die ondersteuning bieden bij deze problemen. Hierdoor is de jeugdige minder afhankelijk van de begeleiding, dit geeft de jeugdige zelfvertrouwen. Internet en applicaties zijn toegankelijk voor mensen die zelf moeilijk ergens naar toe kunnen of lastig in boekjes etc. kunnen bladeren. Ook biedt het informatie over (zeldzame) aandoeningen, waar je anders moeilijk aan kunt komen (drs. F. van der Velde, 2008). Mensen met een LVB hebben vaak bijkomende problemen, eHealth kan hen helpen om meer en makkelijker informatie te vinden. Wanneer zij minder makkelijk naar bijvoorbeeld een informatie bijeenkomst kunnen komen, zouden ze het thuis op kunnen zoeken. Maar niet alleen de informatie is dan nuttig. Ook is er de mogelijkheid om bijvoorbeeld te bellen met beeld via bijvoorbeeld Skype. Contacten zijn daardoor makkelijker te onderhouden en omdat je elkaar kunt zien is het persoonlijker dan bellen. Op internet is vaak veel meer informatie te vinden dan je via personen kunt ontvangen. Hierdoor kan het er voor zorgen dat medewerkers of cliënten informatie kunnen vinden over bijvoorbeeld 15
behandeling van een zeldzame aandoening. Hier waren ze zonder internet misschien wel nooit van op de hoogte geweest. Er is zo'n breed scala aan mogelijkheden bij eHealth, dat er ondanks de grote diversiteit in beperkingen voor ieder iets passends te vinden kan zijn. Het nadeel is dan wel dat het soms even zoeken kan zijn, vandaar dat het belangrijk is om voor verschillende hulpvragen een toepassing onder te brengen in de eHealth gereedschapskoffer. EHealth kan een deel van de arbeid door technologie vervangen. Tijd van de zorgverleners kan bespaard worden door zorg op afstand te verlenen. Dit bespaart zowel behandeltijd als reistijd (drs. F. van der Velde, 2008). Het wil niet zeggen dat bovenstaande de enige voordelen zijn van eHealth. Bij bovenstaande voordelen is specifiek gekeken naar voordelen voor jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking en hun behandelaren. Al is er natuurlijk ook een groot verschil in personen. Wat voor de een als voordeel van eHealth gezien wordt, kan voor de ander een nadeel zijn van eHealth. Er is op internet erg veel informatie te vinden, dit is een voordeel maar deze informatie kan elkaar soms tegenspreken, of aanmoedigen tot risicovol handelen. Voor jeugdigen met een LVB kan dit erg verwarrend zijn omdat zij meer moeite hebben om de juiste informatie te filteren. Een ander voordeel dat voor LVB-jeudigen juist een nadeel kan zijn is dat er makkelijk aan medicijnen te komen is via internet(e-buy), door zelftest (soms via internet) is daar geen consult voor nodig. Niet iedere jeugdige met een LVB kan goed inschatten wat goed voor hem is, dit kan zorgen voor gezondheidsrisico's. 2.1.4 Wat zijn de nadelen van eHealth? Internet biedt nieuwe mogelijkheden voor consult en therapie, een andere toegang tot geneesmiddelen, producten en toegang tot zeer veel informatie. Er is echter een kleine kans dat je als behandelaar een persoon of gezin treft die niet beschikt over internet of er niet mee om kan gaan. Het gebruik van traditionele middelen voor communicatie- en informatieoverdracht moet daarom behouden blijven (drs. F. van der Velde, 2008). Een belangrijk nadeel van eHealth is dat er goed werkende apparatuur aanwezig moet zijn. Deze apparatuur moet aangeschaft en onderhouden worden en er moet kennis zijn over deze apparatuur bij alle medewerkers. Maar ook in de gezinnen waar de gezinsbehandelaren van Tjallingahiem werken, is een goed werkende computer en internet nodig. Dit is iets waar Tjallingahiem geen invloed op kan hebben. In de gezinnen van jeugdigen met een LVB, komt het nogal eens voor dat er meerdere problemen spelen. Het kan door bijvoorbeeld gebrek aan geld voorkomen dat de computer het niet of verminderd doet. Als behandelaar moet je dan niet alleen de mogelijkheid hebben om te werken via computer of internet, dit zou de hulpverlening niet ten goede komen. Producten of diensten die via internet worden aangeboden, zijn lang niet altijd van een goede kwaliteit. De RVZ constateert dat de mogelijkheden van misbruik van online dienstverlening hoger lijken te zijn dan die van traditionele dienstverlening. Bovendien is onjuiste informatie via internet veel makkelijker te verspreiden. Dat producten en informatie op internet van onvoldoende kwaliteit dan wel ronduit onbetrouwbaar kunnen zijn, levert nog eens een extra risico op doordat het voor de gebruiker vaak lastig is om zicht te krijgen op de betrouwbaarheid van de informatie of producten (drs. F. van der Velde, 2008). Iedereen is vrij om te publiceren op internet, er zijn dan ook vele tegenstrijdigheden te vinden. Een site met informatie over ziektebeelden kan er wel betrouwbaar uit zien, maar dit zegt dus niets over de kwaliteit. Betrouwbaarheid is een belangrijk punt bij jeugdigen met een LVB ze zijn vaak beïnvloedbaar, kunnen minder goed filteren wat juist en niet juist is. De kans neemt daarom toe dat zij de onbetrouwbare informatie zullen geloven. Dit kan vele nadelige gevolgen hebben, zowel voor het contact tussen de jeugdige en behandelaar, als voor de gezondheid van de jeugdige. Daarom is het belangrijk om hier als organisatie en behandelaar kritisch mee om te gaan.
16
Kenmerkend voor veel eHealth toepassingen is dat het persoonlijk (face-to-face) contact met de behandelaar vermindert of zelfs zou kunnen ontbreken. De behandelaar heeft dan minder zicht op de situatie en verminderd contact is ook niet bevorderlijk voor de hulpverlening. Daarom zal eHealth lang niet altijd een vervanger van werkzaamheden kunnen zijn. Daarnaast is er nog het punt dat de inzet van apparatuur en programmatuur in plaats van mensen gevoelens van eenzaamheid kan opwekken of vergroten. Het is dus van belang rekening te houden met de wens van betrokkenen: de cliënt moet niet verplicht worden eHealth te ‘ondergaan’ (RVZ, 2002). 2.2 Bestaat er al een vergelijkbaar idee als de "eHealth gereedschapskoffer"? Zo ja, hoe is dit ingevuld en vormgegeven? Het idee van een eHealth gereedschapskoffer is ontstaan na aanleiding van voorgaand onderzoek "ondersteuning voor ondersteunende begeleiding". Er is zo'n groot aantal eHealth toepassingen dat het voor organisaties vaak moeilijk is om een weg te vinden in de veelheid aan toepassingen. Deze eHealth gereedschapskoffer moet er voor gaan zorgen dat er een overzichtelijke samenbundeling komt van de toepassingen. Ondanks een uitgebreide zoektocht op Nederlandse en Engelse internetsites is er geen vergelijkbaar idee gevonden als de "eHealth gereedschapskoffer". Het blijkt dus een vernieuwend idee te zijn, het nadeel hiervan is dat er nog geen gebruikers ervaringen en informatie te vinden is. Hoe de vormgeving van de gereedschapskoffer zal moeten zijn hangt af van de doelgroep. In de interviews en enquêtes zal er meer informatie verkregen worden over hoe de vormgeving en invulling zullen moeten zijn. 2.3 Welke hulpvragen hebben de cliënten van Tjallingahiem (jeugdigen met een LVB)? Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking In onze samenleving komt een grote groep kinderen en jongeren in ernstige problemen als gevolg van een lager intellectueel functioneren en beperkte sociale redzaamheid. Het gaat om kinderen en jongeren die kampen met meervoudige problematiek: leer- en opvoedingsproblemen, ernstige gedragsproblemen of psychiatrische problemen, vaak in combinatie met problemen in de gezinssituatie. Deze jeugdigen zijn Licht Verstandelijk Beperkt(LVB). Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking (LVB) zijn volgens de DSM mensen met een IQ tussen de 50 en de 70. Dit gaat vaak gepaard met problemen in het sociaal aanpassingsvermogen. Jongeren met een IQ tussen de 70 en 85 kunnen echter al problemen ervaren in het sociaal aanpassingsvermogen. Verschillende organisaties in de Nederlandse praktijk willen daarom het liefst niet de nadruk op het IQ leggen, maar juist op de ondersteuningsbehoefte van de jongeren. Zodat jongeren met een IQ tussen de 70 en 85 met problemen in het sociaal aanpassingsvermogen, ook de ondersteuning kunnen krijgen die zij nodig hebben (Zoon, Kenmerken en oorzaken van een Licht Verstandelijke Beperking, 2013). Disharmonisch profiel Wisselende prestaties (ook wel aangeduid met de term ‘disharmonisch profiel’) zijn kenmerkend voor LVB-jeugdigen (Tjallingahiem, 2013). Dit houd in dat zij op verschillende onderdelen sterk verschillend kunnen presteren. Een voorbeeld zou kunnen zijn dat zij bij rekenen boven gemiddeld scoren, terwijl de prestaties bij het lezen juist ver onder het gemiddelde zitten. Of dat zij sociaal sterk zijn terwijl cognitief de prestaties onder gemiddeld liggen. Een IQ score zegt dus niets over het gehele functioneren. Gemeenschappelijke kenmerken LVB-jeugdigen hebben in hun verscheidenheid een aantal gemeenschappelijke kenmerken: 1. Verstandelijke beperking 17
- Laag intellectueel functioneren - Beperkt sociaal aanpassingsvermogen 2. Bijkomende problematiek 3. (Langdurige) behoefte aan ondersteuning (Tjallingahiem, 2013) Bijkomende problematiek Wanneer Jeugdigen naast een LVB en problemen in het sociaal aanpassingsvermogen ook last hebben van bijkomende problemen, vertonen zij vaak problematisch gedrag. Bij jongeren met een LVB is er vaak sprake van meervoudige problematiek. Uit onderzoek komt naar voren dat 80% van de LVB-Jeugdigenen een psychiatrische stoornis heeft. Daarbij hebben zij ook psychosociale, gedrags- en leerproblemen (Drost, oktober 2009). Doordat jeugdigen met een LVB geen uiterlijke kenmerken hebben waaraan hun beperking te herkennen is, worden zij vaak op een te hoog niveau ingeschat. De omgeving verwacht dan teveel van deze jeugdigen wat leidt, zowel bij de LVB jeugdige zelf als bij de omgeving, tot frustratie en faalervaringen (Diepenhorst & Hollander, 2011). LVB-jeugdigen leren langzamer en moeizamer, schatten situaties anders in en weten onvoldoende oplossingen te bedenken en uit te voeren. Ze worden dus voortdurend overvraagd, deze overvraging leidt tot verzet en opstandigheid. Ook kunnen LVB-jeugdigen zich zeer onveilig voelen. Daardoor weten ze geen adequate houding en reactie te tonen in sociale relaties en situaties. De problemen met sociale aanpassing worden versterkt door kenmerkende afwijkingen in het waarnemen van anderen. Bijvoorbeeld het aan anderen toekennen van vijandige intenties, terwijl daar geen grond voor is. Daardoor ontwikkelen zij inadequate oplossingsstrategieën voor dagelijkse problemen (Tjallingahiem, 2013). Door het beperkte vermogen tot zelfreflectie overschatten jeugdigen met een LVB de eigen mogelijkheden en hebben zij vaak irreële ambities (De Beer, 2011).
Afbeelding bron. Tjallingahiem 2.3.1 Welke begeleiding en behandeling hebben jeugdigen met een LVB nodig? ’Mensen met een achterstand of een beperking moeten kunnen rekenen op hulp en ondersteuning die nodig is om zo optimaal mogelijk deel te nemen aan de samenleving. Onze samenleving wordt steeds complexer en daarmee wordt de vraag naar hulp vanuit deze groep ook steeds indringender.’ Minister A. Rouvoet, Congres ‘Hoe zwaar weegt een licht verstandelijke beperking’, Tjallingahiem, Leeuwarden, 9 november 2007. Om de ondersteuning goed aan te laten sluiten bij wat de jeugdige met een LVB nodig heeft, moet de begeleider weten welke problemen de jeugdige op de verschillende gebieden ervaart. Ook moet je inzicht hebben in het niveau van functioneren en de mogelijkheden en de beperkingen van de jeugdige. Dat is voor elke jeugdige verschillend, want elke jeugdige is uniek. (Rot, 2013) 18
De cijfers Bij ongeveer 250.000 jeugdigen is er sprake van bijkomende problematiek. Zij hebben vaker en meer professionele ondersteuning nodig van (een combinatie van) algemene en gespecialiseerde voorzieningen. Ongeveer 40.000 van hen heeft te maken met zodanig zware problemen dat gespecialiseerde zorg nodig is (VOBC, 2011). Drie hoofdzaken Voor de begeleiding en behandeling van LVB-jeugdigen stelt de Vereniging Orthopedagogische Behandel Centra (VOBC) drie hoofdzaken; 1. Optimale preventie om zo veel mogelijk gedragsproblematiek te voorkomen Het VOBC stelt dat gedragsproblematiek van de LVB-jeugdige veroorzaakt worden doordat zij in de beginfase al niet begrepen worden. Dit wordt veroorzaakt door; het niet herkennen van een beperking, onbegrip, overvraging en/of afwijzing. Daarop volgen gedragsproblemen die kunnen uitgroeien tot ernstige problematiek. Door tijdige herkenning en vroegtijdige ondersteuning aan de jeugdige en het gezin te bieden kunnen bovenstaande ernstige problemen voorkomen worden. 2. Integrale aanpak van meervoudige kind- en gezinsproblematiek Niet altijd is eerstelijns hulp genoeg. Gedragsproblemen van de jeugdige kunnen ernstiger worden. Maar ook in het gezin van de jeugdige kan de situatie uit de hand lopen, dit kan bijvoorbeeld komen door een Licht Verstandelijke Beperking bij (één van) de ouders. Het komt regelmatig voor dat er ondersteuning nodig is op verschillende leefgebieden. Dit vraagt om een samenhangende werkwijze. Verbindingen tussen de verschillende domeinen van welzijn, zorg, onderwijs, werk en inkomen zij essentieel voor effectieve en efficiënte hulp. 3. Duurzame begeleiding gericht op maatschappelijke participatie Door de beperking in het sociaal aanpassingsvermogen is en blijft het moeilijk om te functioneren in sociale situaties. De beperkte sociale redzaamheid veroorzaakt telkens opnieuw problemen. Daardoor zal er langdurig en vaak blijvend behoefte zijn aan ondersteuning. Die ondersteuning moet met name beschikbaar zijn op momenten van verandering en spanning. Door de zelfredzaamheid te ondersteunen en krachten te halen uit de sociale omgeving van de LVB-jeugdige, kan de jeugdige in zijn eigen omgeving blijven functioneren. Zes werkzame factoren De Wit et al. (2011) zijn op verzoek van het Landelijk Kenniscentrum LVG, na uitvoerig literatuuronderzoek en verdiepende interviews met professionals, gekomen tot de Richtlijn Effectieve Interventies LVB. Hierin worden aanbevelingen gedaan voor het ontwikkelen, aanpassen en uitvoeren van interventies gericht op LVB-jeugdigen. Hier zijn zes mogelijk werkzame factoren in de behandeling van LVB-jeugdigen uit voort gekomen: 1. Uitgebreide diagnostiek 2. Afstemmen van de communicatie 3. Concreet maken van de oefenstof 4. Voorstructureren en vereenvoudigen 5. Netwerk en generalisatie 6. Veilige en positieve leeromgeving 1. Uitgebreide diagnostiek Er zit een groot verschil in cognitieve vermogens en in het niveau van sociaal-emotioneel functioneren bij LVB-jeugdigen (zie ook het disharmonisch profiel). Niemand is gelijk. 19
Daarom zou een goede individuele diagnostiek nodig zijn voor je tot behandeling over gaat. De kans op onder- of overschatten van het cognitieve vermogen en/of het sociaal-emotioneel functioneren van deze jeugdigen is namelijk hoog (De Wit et al., 2011). 2. Afstemmen van de communicatie LVB-jeugdigen hebben vaak moeite met (verbale) informatie verwerking en een beperkte woordenschat. Daarom raadt de richtlijn aan om de communicatie af te stemmen en het taalgebruik eenvoudiger te maken, daarnaast kan er ook visuele ondersteuning gebruikt worden en is het belangrijk om na te gaan of de jeugdige het begrijpt. 3. Concreet maken van de oefenstof Lvb-jeugdigen hebben moeite met abstract denken. Door het beperkte werkgeheugen vindt leren plaats door concrete ervaringen (De Beer, 2011). Het is daarom belangrijk om dingen die de jeugdige wil leren (oefenstof) concreet te maken. Je kunt het de jeugdige zichtbaar maken via bijvoorbeeld oefen filmpjes en de jeugdige laten leren door te ervaren. Op die manier krijgt het meer betekenis voor de jeugdige en wordt de kans groter dat ze de oefenstof begrijpen. In principe lijkt dit op wat er gedaan wordt bij MATTIE (gelezen in paragraaf 2.1). Vandaar dat ik als voorbeeld oefen filmpjes neem. Natuurlijk kan zichtbaar maken ook op andere manieren gedaan worden, met bijvoorbeeld afbeeldingen of rollenspellen. 4. Voorstructureren en vereenvoudigen Jeugdigen met een LVB hebben moeite met het structureren van informatie en met het scheiden van hoofd en bijzaken. Het is belangrijk dat de hulpverlener de jeugdige hierbij meer sturing geeft, meer structuur hanteert en de oefenstof vereenvoudigt, doseert en ordent. Zodat het voor de jeugdige overzichtelijk een duidelijk blijft. Hierbij is vaak meer tijd nodig vanwege de langzamere verwerking van informatie en vanwege de moeite die de jeugdigen hebben met het houden van overzicht en concentratie. 5. Netwerk en generalisatie De aanbeveling van de richtlijn is dat bij de behandeling van jeugdigen met een LVB het netwerk van de jeugdige geïnformeerd en betrokken moet worden. In de behandeling moet het sociale netwerk van de jeugdige vergroot en verstevigd worden en er moet aandacht worden besteed aan het vasthouden en generaliseren van wat er geleerd is. 6. Veilige en positieve leeromgeving De laatste aanbeveling van de richtlijn is het zorgen voor een veilige en positieve leeromgeving. Het is belangrijk dat de hulpverlener de jeugdige met een LVB motiveert en het zelfvertrouwen vergroot. Een positieve en veilige leeromgeving wordt gecreëerd door veel aandacht te besteden aan de werkrelatie tussen de hulpverlener en de jeugdige. (Zoon, 2012) 2.4 Welke toepassingen zijn er ontwikkeld voor andere doelgroepen, die ook geschikt zijn voor jeugdigen met een LVB? De meeste toepassingen die je op internet kunt vinden zijn ontwikkeld voor een brede doelgroep en niet specifiek voor jeugdigen met een LVB. Wel kunnen deze toepassingen ook erg nuttig zijn voor LVB-jeugdigen, daarom hier een lijst met deze toepassingen. Site Steffie.nl Mijndoelenstellen.nl
Bekijkhetnuchter.nl
Wat is hier te vinden? Steffie legt op een makkelijke manier uit hoe dingen werken over bv. Internet en bankzaken Doelenstellen voor een brede doelgroep. Op eenvoudige manier omschreven en deels met ondersteuning van pictogrammen Leert je op een eenvoudige manier wat het drinken van alcohol en blowen met je kan 20
gripopjedip.nl
99gram.nl meerdanliefde.nl
Anticonceptievoorjou.nl Autiplan.nl
Sclera.be (pictogrammen)
Geldkompasleeuwarden.nl
Juridischloket.nl Youtube (Psycho educatie filmpjes)
doen. Site met tips, informatie en contact mogelijkheden voor jongeren tussen de 16 en 25 met sombere of depressieve gevoelens. Site over eten, gewicht en uiterlijk voornamelijk geschikt voor jongeren. Een site over vriendschap, relatie, seksualiteit etc. Eenvoudig omschreven met visuele en auditieve ondersteuning Eenvoudige site met test en uitleg over welke anticonceptie bij jou past. Een visuele dagplanning. Ook verkrijgbaar via een applicatie op de telefoon. Een site met vele pictogrammen die ondersteunend kunnen zijn bij visualisatie van de dagplanning. Eenvoudige site voor een brede doelgroep over vele uiteenlopende onderwerpen mbt. Geld, werk, leren, huis, vrije tijd en zorg. Met visuele ondersteuning Informatieve site over wet en regelgeving. Een site met een grote verscheidenheid aan filmpjes, die o.a. ondersteunend kunnen zijn bij de hulpvraag.
2.5 Wat is belangrijk bij het implementatie proces van de "eHealth gereedschapskoffer"? Wat is implementatie? Invoering en ingebruikname van een nieuw systeem of beleid (Woorden.org) Hoe verloopt implementatie? Volgens TNO is implementatie van vernieuwingen een proces waarbij een aantal fasen worden doorlopen. Eerst moet de vernieuwing worden verspreid. Vervolgens zal de beoogde gebruiker besluiten al dan niet met de vernieuwing te gaan werken (adoptie). Daarna probeert de gebruiker daadwerkelijk met de vernieuwing te werken en wordt duidelijk of deze in de praktijk uitvoerbaar is (implementatie). Tenslotte wordt het werken met de vernieuwing onderdeel van de dagelijkse routine (continuering). (TNO)
21
Bovenstaande beschrijving wordt beschreven als een soepel verlopend implementatie proces. Voor implementatie wordt dit proces doorlopen, maar het zegt nog niet of deze implementatie ook succesvol zal zijn. In de praktijk komt het regelmatig voor dat er weerstand is bij vernieuwing. Het succesvol verlopen van implementatie hangt af van vele verschillende factoren. Om succesvol te zijn, is per fase inzicht nodig in wat de invoering kan bevorderen dan wel belemmeren. (TNO) eHealth is iets van deze tijd, de jongeren onder ons zijn er mee opgegroeid. Voor hen is het werken met de computer en/of telefoon makkelijker dan voor de oudere medewerkers. De gemiddelde leeftijd van de behandelaren bij Tjallingahiem is relatief laag (38,6 jaar) (Edel, 2013) dit kan een voordeel zijn voor de implementatie van eHealth. Maar natuurlijk zijn er ook medewerkers die wel moeite hebben met het werken via digitale middelen. Dit kan komen doordat ze nog niet goed genoeg weten hoe de computer werkt, een cursus zou hierbij kunnen helpen. Maar het kan ook zijn dat er andere factoren een rol spelen. Er is een model ontwikkeld dat in kaart brengt hoe de medewerker komt tot acceptatie en gebruik van technologie. Het gaat hier om het Technology Acceptance Model. Technology Acceptance Model (TAM) Het Technology Acceptance Model werd ontwikkeld door Davis in 1989 (Furneaux, 2006). Het TAM-model is een model dat in beeld brengt hoe gebruikers komen tot acceptatie en gebruik van technologie. Wanneer gebruikers een nieuw technologisch middel moeten gaan gebruiken, zijn er verschillende factoren die beïnvloeden hoe succesvol het gebruik zal zijn (Wikipedia Engeland, 2013).
22
Afbeelding (Koch, 2011) Hieronder een voorbeeld waarin de eHealth gereedschapskoffer als nieuwe technologie binnen Tjallingahiem wordt gebruikt. Het begint met alle externe invloeden die het 'waargenomen nut' en het 'waargenomen gemak' van een eHealth gereedschapskoffer kunnen beïnvloeden. Dit bepaald hoe 'nuttig' en hoe 'makkelijk' een medewerker de eHealth koffer vind. Het 'waargenomen gemak' heeft een direct invloed op 'het waargenomen nut', want wanneer de eHealth koffer makkelijk is in gebruik wordt het nut ook sneller herkend. Op zijn beurt beïnvloed het 'nut' en 'gemak' de houding naar de eHealth koffer. Het 'waargenomen nut' en de houding naar de eHealth koffer bepalen de intentie om de koffer te gaan gebruiken. Dit bepaald uiteindelijk het gebruik van de eHealth koffer.
3. Methode In dit hoofdstuk wordt de methode gedetailleerd omschreven. Eerst in paragraaf 3.1 de onderzoeksopzet. In paragraaf 3.2 de procedure van dataverzameling, waarna in paragraaf 3.3 het onderzoeksinstrument omschreven wordt. Bij paragraaf 3.4 is informatie te vinden over de analyse.
3.1 Onderzoeksopzet Er is een praktijkgericht en kwalitatief onderzoek ten uitvoering gebracht, waarin deels gebruik is gemaakt van een kwantitatieve onderzoeksmethode. Praktijkgericht houdt in dat het onderzoek toegepast is op het oplossen van problemen in de praktijk, (Verhoef, Wat is onderzoek?, 2007, p. 22) zo heeft het onderzoek zich dan ook gericht tot de medewerkers in de praktijk. Dit is gedaan omdat deze medewerkers praktische ervaring hebben met de problemen die er spelen en met wat werkt in de praktijk. De eHealth gereedschapskoffer moet zo goed mogelijk aansluiten bij deze praktijk omdat hij hierin gebruikt zal worden. Kwalitatief onderzoek houdt in dat de onderzoeker het onderzoek uitvoert in het 'veld'. Je bent als onderzoeker geïnteresseerd in de betekenis die bv. de onderzochte personen aan situaties geven. Er wordt nauwelijks met cijfermatige gegevens gewerkt (Verhoef, Wat is onderzoek?, 2007, pp. 24, 25). Een manier van onderzoek doen die goed past bij praktijkgericht onderzoek. Deze manier was passend bij het samenstellen van een eHealth koffer, omdat de medewerkers ermee zullen gaan werken. Zoals eerder beschreven, weten zij het beste wat werkt in de praktijk. Met alleen cijfermatige en statistische informatie krijg je niet voldoende "feeling" met de wensen van medewerkers en cliënten om de eHealth koffer op de praktijk te laten aansluiten. Er is deels gebruik gemaakt van kwantitatieve gegevens. Deze cijfermatige en statistische informatie kwam naar voren in de enquête. De enquête zorgde ervoor dat er een groter bereik was wat betreft respondenten. Hierbij bleef het belangrijk om de informatie te ontvangen bij de medewerkers uit de praktijk, zodat de eHealth gereedschapskoffer bij hen aan zou sluiten.
23
3.2 Procedure dataverzameling Het onderzoek is gestart met een literatuurstudie. Daarna zijn er vijf medewerkers in de praktijk geïnterviewd. Met de informatie die verkregen werd uit de interviews is er een enquête samengesteld. Deze enquête is verstuurd naar alle behandelaren binnen Tjallingahiem. Hieronder een specifieke toelichting. Het (voor) onderzoek Er werken 294 mensen bij Tjallingahiem en zo ongeveer 235 die in direct contact zijn met de jongeren (Edel, 2013). Bij de 235 medewerkers gaat het om behandelaars in de 24- uursbehandeling en gezinsbehandeling (ook ambulant). In gesprek met Ype Brada werd duidelijk dat deze selectie medewerkers het meest passend zijn bij het onderzoek. Zij zullen het meest met de eHealth koffer in aanraking komen en hebben veel kennis en ervaring over wat werkt in de praktijk. Daarom werd het onderzoek gericht op hen, zij zijn de populatie waar uitspraken over gedaan worden. Literatuurstudie Allereerst is er een literatuuronderzoek gedaan. Aan de start van het onderzoek was het belangrijk dat er kennis was van de organisatie en over de doelgroep. Ook is er informatie gezocht over eHealth. Het literatuuronderzoek werd uitgevoerd in volgorde van de deelvragen, zie voor de deelvragen paragraaf 1.5.2. Interviews Na de literatuurstudie is er gestart met vijf semigestructureerde interviews. Door de interviews kwam er meer "feeling" met de praktijk, er kwam informatie boven over hoe eHealth leeft in de organisatie Tjallingahiem. De interviews waren belangrijk voor het persoonlijk contact, hier kon veel informatie uit gehaald worden doordat er in de interviews gerichter doorgevraagd kon worden. In de interviews is er een onderverdeling van onderwerpen/categorieën aangehouden die passend was bij de deelvragen. Deze categorieën zijn ook aangehouden in de enquête, dit maakte dat de verkregen informatie een structuur kreeg en beter onder te verdelen was. Meer over deze categorieën is te vinden in onderstaand kopje "enquêtes" en in paragraaf 3.3 Door het grote aantal medewerkers kon niet iedereen geïnterviewd worden. Daarom is er na de interviews gestart met het vormgeven van een enquête, dit zorgde voor een groter bereik van medewerkers. Enquêtes Op vrijdag 14 juni is de enquête verzonden naar alle behandelaren van Tjallingahiem. Op 8 juli 2013 is de enquête gesloten. Er zijn veel medewerkers bij Tjallingahiem, een deel van de 235 medewerkers interviewen was in verband met de tijd niet mogelijk. Wel is het belangrijk om van voldoende medewerkers respons te ontvangen zodat de onderzoeksresultaten generaliseerbaar zijn naar alle 235 medewerkers die in contact staan met de cliënten. Vandaar dat ervoor gekozen is om na de interviews ook enquêtes te versturen. Met enquêtes konden meer medewerkers bereikt worden dan met de interviews. Hoe groter de steekproef is hoe nauwkeuriger je een uitspraak kan doen (Verhoeven, Wat is onderzoek?, 2007, p. 166). Alle groepen van de 24-uursbehandeling kregen een enquête gestuurd per e-mail. Daarnaast hebben ook alle 25 gezinsbehandelaars een enquête ontvangen. Niet iedere medewerker heeft een eigen mail adres, een e-mail wordt naar de groep verzonden. Wel hebben alle +/- 25 gezinsbehandelaars een eigen mail adres, zo kon bij hen wel ieder persoonlijk bereikt worden.
24
De enquête werd ontworpen rekening houdend met de onderzoekvraag en deelvragen, hierdoor bleven de categorieën gelijk aan de categorieën in de interviews. Deze categorieën zorgden ervoor dat de verworven informatie onderverdeeld kon worden en daardoor werd het makkelijker om conclusies te trekken. Ook werd de informatie gebruikt die ontvangen was in de literatuur studie en interviews. Zo kwam alle verworven kennis samen in de enquête. Voordat de enquête de deur uit ging werd deze gecontroleerd door opdrachtgever Erik Zwierenberg. Ook werd de enquête gecontroleerd door Ype Brada van Tjallingahiem, zodat zeker was dat de enquête ook paste binnen de organisatie. Ype Brada hielp bij het verwerven van contact gegevens om de enquête naar de medewerkers te krijgen. Logboek Er werd een logboek bijgehouden waarin de rapportage en verantwoording beschreven werd, wanneer er een juiste verantwoording wordt gegeven van alle onderzoekshandelingen wordt de betrouwbaarheid van het onderzoek vergroot (Verhoeven, Wat is onderzoek?, 2007, p. 167) De inhoud van alle gesprekken m.b.t. het onderzoek werden samengevat. Dit zorgde er voor dat het verloop van het onderzoek duidelijk beschreven staat. Dit heeft geholpen met de structuur en inhoud van het onderzoeksverslag. Ontwikkelen Ten eerste zijn de conclusies uit de literatuurstudie, interviews en enquêtes samengevat, hierdoor kwam er een duidelijk en overzichtelijk beeld van de wensen van de medewerkers. Hier kwam een algehele conclusie met aanbevelingen uit voort. Met de conclusies uit het onderzoek kon een lijst gemaakt worden van toepassingen die de eHealth koffer moet bevatten. Zodat het zo nuttig en passend mogelijk werd voor de behandelaars van Tjallingahiem. Evaluatie Er is een conclusie gemaakt en er zijn aanbevelingen geven. Er zal vervolg onderzoek nodig zijn. Na het onderzoek ligt er een product, maar er is dan nog niet bekend hoe dit product daadwerkelijk zal functioneren in de praktijk. Kort en in grote lijnen omschreven was dit de volgorde van activiteiten die werden uitgevoerd: - Schrijven van een plan van aanpak - Literatuurstudie - Interviews - Enquêtes - Beschrijven van de conclusie en de aanbevelingen - Ontwerpen van een eHealth gereedschapskoffer Ter ondersteuning in dit onderzoeksproces werd het boek "Wat is onderzoek" gebruikt en werd er feedback verkregen van opdrachtgever Erik Zwierenberg. Ook kon er overlegd worden met medestudente Laura Vuijk of met Ype Brada van Tjallingahiem.
3.3 Onderzoeksinstrument Voor dit onderzoek is er gebruik gemaakt van verschillende instrumenten om het onderzoek vorm te geven en de validiteit en betrouwbaarheid te verhogen. Hieronder een omschrijving van de gebruikte instrumenten. De interviews en vragenlijst Voor de start van de interviews is er een vragenlijst opgesteld, deze vragenlijst is terug te vinden in bijlage 3. Hieronder zal een toelichting gegeven worden over hoe deze vragenlijst is opgesteld. 25
Het was belangrijk dat het interview een gesprek bleef, daarom zijn er semigestructureerde interviews gehouden. Het interview week daarom soms af van de opgestelde vragenlijst omdat er werd ingespeeld op belangrijke punten die tijdens de interviews naar boven kwamen. Door deze manier van interviewen was er een structuur, maar ook de mogelijkheid om te luisteren naar de punten die de medewerkers aandroegen. De punten van de vragenlijst werden beantwoord, maar op nieuwe informatie werd ingegaan om zoveel mogelijk informatie naar boven te krijgen. Door open vragen te stellen in het interview werden medewerkers uitgenodigd meer te vertellen dan alleen "ja" en "nee". De vragenlijst werd ontworpen aan de hand van de onderzoeksvraag en deelvragen. Deze vragen waren op te delen in categorieën. Dit bevorderd de betrouwbaarheid en validiteit van het onderzoek. De volgende categorieën werden gebruikt: - De medewerkers - De cliënten van de medewerkers - Het gebruik van digitale middelen - Het gebruik van eHealth in de praktijk - Vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer - De rol van de organisatie Er zijn vijf interviews afgenomen. Voor de interviews werd op afspraak naar vijf groepen van de 24uursbehandeling en gezinsbehandeling gegaan. Het werd aan het toeval over gelaten met wie er gesproken werd. Dit mocht willekeurig zijn, zodat elk persoon een gelijke kans had om tot de steekproef te behoren. De interviews duurden meestal ongeveer een uur. Deze interviews werden opgenomen, zodat het later terug te luisteren was. Van de belangrijkste punten werden aantekeningen gemaakt. De interviews werden zo snel als mogelijk was uitgetypt op de computer, zodat het nog vers in het geheugen zat. En natuurlijk konden de opnames teruggeluisterd worden, zodat er geen informatie vergeten werd. Er kon vanuit gegaan worden dat alle informatie was verkregen wanneer er geen vernieuwende informatie meer kwam uit de interviews. Na vijf interviews kwam er vaker dezelfde informatie naar boven. Alle interviews zijn daarna vergeleken met elkaar, hier is een conclusie uit gekomen. Deze conclusie is te vinden is in hoofdstuk 4. De enquête. Met de categorieën die gebruikt werden in de interviews en de informatie die uit de interviews naar boven kwam, is de structuur van de enquête vorm gegeven. Zodat de betrouwbaarheid en validiteit optimaal bleef. Ook waren de ontvangen gegevens hierdoor makkelijk te structureren en analyseren. De vragen zijn in de enquête specifieker gemaakt en er zijn meer vragen toegevoegd over de cliënt en hun eHealth/digitale middelen gebruik. Dit is gedaan omdat er in de interviews naar voren kwam dat het voornamelijk belangrijk is dat de eHealth gereedschapskoffer aansluit op de cliënt. Doordat de categorieën vrijwel hetzelfde waren, zorgde dit ervoor dat het interview en de enquête op elkaar aansloten. Hierdoor kon de informatie later overzichtelijk samengevoegd worden in de conclusie. Waren de vragen in het interview open, in de enquête werden de vragen gesloten gesteld. Hierdoor werden de resultaten beter meetbaar. Er is rekening gehouden met verschillende punten, zo is er niet naar namen gevraagd i.v.m. privacy. De kans op het naar waarheid invullen van de vragenlijst ligt dan hoger. Ook is er voor gezorgd dat de vragenlijst niet te lang werd, zodat de kans op vroegtijdig beëindigen van de enquête werd verkleind. Bovendien werd het makkelijker om conclusies te trekken door de vragenlijst niet te lang en doelgericht (volgens de deelvragen) te maken. De enquête is vormgegeven in het programma Qualtrics. Met dit programma kunnen enquêtes ontworpen worden, in gebruik genomen worden en de resultaten in beeld gebracht worden. 26
Na het invoeren van de vragen en het kiezen van de juiste types vragen kon de link van de enquête naar de medewerkers verstuurd worden. Zo konden de medewerkers in het programma de enquête invullen. Na afloop van de enquête zorgde dit programma er voor dat alle gegevens die verzameld waren overzichtelijk opgeslagen stonden. Er kon uit verschillende grafieken gekozen worden om de verzamelde gegevens in weer te geven, zo konden deze grafieken gebruikt worden in deze onderzoeksrapportage. Over deze analyse meer in paragraaf 3.4. Lage respons De enquête is verstuurd naar ongeveer 235 medewerkers, het percentage respondenten is 21%. Dit is een laag respons, al blijkt dit een bekend probleem te zijn bij internetenquêtes (Verhoeven, Wat is onderzoek?, 2007). Pogingen om het respons omhoog te krijgen waren niet erg succesvol. Er zijn in totaal drie herinneringsmails de deur uit gegaan, dit leverde vaak maar een aantal extra respondenten op. Redenen voor dit lage aantal reacties kunnen zijn: Dat er voor de enquête een vergelijkbare enquête was geweest, het kan het een nadeel zijn dat de enquête rond de zomervakantie verzonden is. Wat ook mee zal spelen is dat de meeste medewerkers van Tjallingahiem geen persoonlijke mail hebben. De mail ging dan naar de groepsmail, hierdoor is er een grotere kans dat de enquête niet door alle groepsmedewerkers ingevuld wordt. Met de opdrachtgever is besproken hoe de medewerkers gemotiveerd konden worden om te reageren. Er was maar weinig mogelijk. Werken met persoonlijke email adressen was niet mogelijk i.v.m privacy. En medewerkers een kans geven om een prijs te winnen was niet mogelijk, omdat er voor was gekozen niet naar namen en andere persoonlijke gegevens te vragen. Een herinneringsmail was een goede optie, in deze mail is ook vernoemd dat deze vragenlijst niet verward moest worden met eerder onderzoek.
3.4 Analyse Interviews In de vorige paragraaf werd aangegeven dat er semigestructureerde interviews waren gehouden, zodat er doorgevraagd kon worden waar nieuwe informatie naar boven kwam. Dit zorgde er voor dat er zoveel mogelijk informatie naar boven zou komen. Wanneer er zoveel informatie naar boven komt is het belangrijk dat dit onderverdeeld kan worden, anders is er kans dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Vandaar dat de vragen en antwoorden onderverdeeld zijn in categorieën. Na ieder interview werd deze dezelfde dag uitgewerkt. Na dat alle interviews geweest waren werden alle interviews bij elkaar gelegd, deze werden vergeleken en er werden conclusies getrokken. Deze conclusie werd beschreven in de eerder beschreven categorieën, deze categorieën waren helpend om een structuur te krijgen in de verkregen informatie. Enquête De enquête zorgde voor meer feiten en meer informatie, waardoor de conclusie gegeneraliseerd kon worden naar alle behandelaren. 100% van alle enquêtes die geopend zijn, zijn ook ingevuld. Niemand is dus tussentijds gestopt. Een paar keer zijn moeilijke vragen overgeslagen en is er een aantal keer in een schaalvraag een keuze niet ingevuld. Het gaat hier maar om een klein percentage en kon daarom geen grote verschillen brengen in de resultaten. De enquête werd geanalyseerd met het programma Qualtrics. Enquête vragen konden gemaakt worden in dit programma en de resultaten met grafieken werden automatisch gegenereerd in dit programma. Er waren twee complexe vragen, waarin de resultaten -ook met grafiek- erg onduidelijk bleven. Er is toen een eigen berekening gemaakt. De grafieken van de eigen berekeningen zijn gemaakt in word. Aan de hand van deze resultaten zijn er conclusies getrokken, deze conclusies zijn beschreven in dezelfde categorieën als bij de interviews. Zoals in de voorgaande paragraaf te lezen was zijn de 27
vragen in de enquête wat specifieker vorm gegeven, er zijn meer vragen gesteld over de cliënt en hun gebruik van digitale middelen en eHealth. Hierdoor kwam het in de resultaten ook meer naar voren en zijn er in de conclusie van de enquête een paar punten toegevoegd. Voor de duidelijkheid zijn de extra toegevoegde categorieën hieronder dik gedrukt: - De medewerkers - De cliënten van de medewerkers - Het gebruik van digitale middelen -Het gebruik van digitale middelen door de cliënt - Het gebruik van eHealth in de praktijk -Het gebruik van eHealth door de cliënt in de praktijk - Vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer - De rol van de organisatie Doordat de conclusies van de interviews en van de enquête in vrijwel dezelfde categorieën waren verdeeld werd het makkelijker en overzichtelijker om de conclusies naast elkaar te leggen en samen te voegen tot een gehele conclusie. Met de steekproef werden verschillende behandelaren in de 24-uursbehandeling en gezinsbehandeling bereikt, hierdoor lijkt de steekproef op de populatie van alle behandelaren in de 24-uursbehandeling en gezinsbehandeling. Vandaar dat de resultaten gegeneraliseerd mogen worden naar alle behandelaren van deze setting (Verhoeven, Wat is onderzoek?, 2007, p. 158)
4. Resultaten In dit hoofdstuk zijn allereerst de belangrijkste bevindingen uit de interviews te vinden. Waarna in de volgende paragraaf 4.2 de belangrijkste resultaten van de enquête worden beschreven.
4.1 Conclusie van de interviews. In de conclusie van de interviews is - in tegenstelling tot de conclusie van de enquête - meestal geen onderverdeling gemaakt tussen medewerkers en cliënten. In de interviews liep dit sterk door elkaar heen. Met onderstaande indeling komt de verworven informatie beter tot zijn recht en klopt het met hoe het verhaal verteld is door de medewerkers. 4.1.1 De medewerkers In totaal zijn er 5 medewerkers geïnterviewd. Vier medewerkers werken op de 24-uursopvang, Twee hiervan op een 18+ groep en twee werken op een groep met kinderen / jongeren. Een van de geïnterviewde medewerkers is Intensief Orthopedagogisch Gezinsbehandelaar. 4.1.2 De cliënten van de medewerkers Er zijn behandelaren gesproken van iedere cliënt groep binnen Tjallingahiem. Zowel van kinderen en jongeren, maar ook behandelaren van (jong) volwassenen en gezinnen. Iedere behandelaar heeft te maken met mensen met een Licht Verstandelijk beperking. De ene cliënt krijgt niet dagelijks begeleiding terwijl de ander dat wel krijgt, dit is verschillend per persoon. 4.1.3 Het gebruik van digitale middelen Alle geïnterviewde behandelaren hebben de beschikking over een computer, een aantal van hen verteld dat zij ook via sms contact houden met cliënten. De behandelaren zoeken meestal informatie op via de computer. Zij zoeken naar informatie via Google over ziektebeelden, gebruiken digitale rapportage en gebruiken formulieren/protocollen. Het hangt van de cliënt af of het handig is om met (bepaalde) eHealth / digitale toepassingen te werken. 28
De cliënten op de 18 + groepen maken veel gebruik van de mobiele telefoon 4.1.4 Het gebruik van eHealth in de praktijk De geïnterviewde behandelaar van de Intensieve Orthopedagogische Gezinsbehandeling (hierna IOG genoemd) geeft een opvallend probleem aan:" Je hebt bij eHealth geen face to face contact, daarom mag je de uren niet opschrijven als begeleiding van de cliënt. Zorgkantoor betaalt alleen face to face contact." Wat het meest als voordeel van eHealth werd genoemd is: Snelle informatie De meeste behandelaren gaven aan dat eHealth nog een ruim begrip voor hen is. Wel gaven alle behandelaren aan dat ze meer met eHealth zouden willen werken. Ook lijkt het hen nuttig om mee te werken. Een aantal van de geïnterviewden vertelden dat het van deze tijd is, het spreekt cliënten aan en is daarom belangrijk om in mee te gaan. Door alle geïnterviewde behandelaren wordt eHealth gezien als ondersteuning, maar niet als vervanger van de werkzaamheden. Allen gaven zij aan dat eHealth zeker een functie heeft in het bereiken van de gestelde hulpverleningsdoelen. Een van de behandelaren gaf aan dat het in de toekomst best een vervanger van werkzaamheden zou kunnen worden, volgens hem heeft dit te maken met bezuinigingen waar iets aan gedaan moeten worden. Behandelaren en hun cliënten maken meestal gebruik van praktische sites. De gebruikte toepassingen en sites hebben meestal niet direct iets te maken met het ziektebeeld van de cliënt. Wel zijn bezochte sites vaak nodig in verband met het ziektebeeld van de cliënt. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld informatie over koken of budget. De LVB-jeugdigen ondervinden in deze alledaagse dingen vaak meer problemen door hun Licht Verstandelijke Beperking. Opvallend is dat er meestal sites gebruikt worden die mensen zonder verstandelijke beperking ook gebruiken. Een punt van een behandelaar was dat er tegenstrijdigheden staan op Google, er zijn cliënten die hier van profiteren of door in verwarring raken. Het volgende voorbeeld werd gegeven: Wanneer een behandelaar een LVB-jeugdige doorverwijst naar Google om hem of haar te attenderen op de gevaren van alcohol gebruik, dan zijn er ook sites te vinden die alcohol gebruik goed praten. LVB-jeugdigen kunnen hier gevoelig voor zijn, of kunnen het gaan gebruiken tegen de medewerkers. De volgende sites en toepassingen worden gebruikt door behandelaren en cliënten binnen het werk: - Applicaties voor diëten - Google.nl (zoekmachine van het net) - Verschillende sites met recepten - Spelletjes die (onbewust) het geheugen trainen - Anwb.nl (routeplanner) - Gratisbeloningskaart.nl - Informatieve sites mbt. overheid/juridisch/uwv - Sclera.be (pictogrammen) - Stoplicht (hulpmiddel ter ondersteuning v/d cliënt) - Kbnl.nl (kredietbank) - Voedselbank.nl - Social media (facebook, hyves) - Whatsapp (chat applicatie) - Autisme-nva.nl (informatie over autisme) - Nu.nl (nieuws) - Nibud.nl (budget) - Boodschappenlijst maken 29
- Internetbankieren - Youtube.com (Psycho-educatie filmpjes) De volgende wensen voor toepassingen werden genoemd: - Preventief kunnen werken met applicaties - Een applicatie die waarschuwt dat de medicatie genomen moet worden - Toepassingen met gezonde gerechten - Lotgenoten contact - Toepassingen over gezonde leefstijl - Chatten met cliënten - Toepassing met een activiteiten lijst - Via spel werken op internet - Via toepassingen werken aan; zelfvertrouwen, sociale vaardigheden en emotionele ontwikkeling Geïnterviewden vinden een toepassing betrouwbaar wanneer : - Er privacy is - Het een bekende site is - Als de organisatie de toepassing gecheckt heeft. 4.1.5 Vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer Er kwam in de interviews duidelijk naar voren kwam dat eHealth toepassingen en de gereedschapkoffer voornamelijk ter ondersteuning en passend moeten zijn bij de cliënt. Om in te kunnen zetten ter ondersteuning van hulpverleningsdoel(en) Om passend te zijn bij de cliënt zijn de volgende punten benoemt waar een gereedschapkoffer aan moet voldoen: - De cliënt moet ook bij de gereedschapskoffer kunnen - Het moet aantrekkelijk zijn - Het moet eenvoudig zijn - Het moet de cliënt iets opleveren - Gebruik van afbeeldingen - Niet te kinderachtig - Scheiding van 12- en 12+ - Moet bruikbaar zijn via pc - Met categorieën werken - Moet van deze tijd zijn - Snel zijn - Niet te veel in een keer - Grote letters - In spelvorm/actief - De definitie eHealth is te moeilijk, gebruik afbeeldingen zoals bv. een kloppend hart voor eHealth - Mapje methodieken toevoegen voor de medewerkers (oplossingsgericht werken/ competentie model zijn alleen beide gehoord) en infoland> formulieren, 4.1.6 De rol van de organisatie Medewerkers vertelden wat zij verwachten van de organisatie m.b.t. de implementatie van eHealth. De volgende verwachtingen werden genoemd: - Jongeren erbij betrekken - Tijd ervoor nemen - Goedwerkende digitale middelen - Leren van andere organisaties waarbij het wel werkt - Medewerkers bekend maken met eHealth, dit kan doormiddel van: - Een cursus of lezing - Aandachtspersoon aanwijzen voor het onderwerp (thema in team overleg) 30
- Lijst met aanbevelingen maken - En medewerkers op de hoogte houden
4.2 Conclusie van de enquête Onderstaande beschrijving is een samenvatting/conclusie van de resultaten uit de enquête. Deze resultaten zijn terug te vinden in grafieken met een korte beschrijving in bijlage 2. De resultaten over de cliënt zijn beantwoord door medewerkers. Om zeker te weten dat dit beeld aansluit bij de wensen van de cliënten, zou er een onderzoek onder hen gehouden kunnen worden. 4.2.1 De medewerkers De enquête is ingevuld door een opvallend jonge groep medewerkers. 57% van de respondenten was tussen de 25 en 35 jaar, 29% was tussen de 35 en 45 jaar. Op 31-07-2013 was de gemiddelde leeftijd van de medewerkers binnen Tjallingahiem 38,6 jaar (Edel, 2013) Dit komt aardig overeen met de leeftijd van de respondenten. Al waren de respondenten vaak net iets jonger. Het overgrote deel van de respondenten (41%) geeft aan een functie binnen de 24uursbehandeling te hebben. Dat voornamelijk zij de enquête in hebben gevuld is niet zo vreemd, 80% van het personeel binnen Tjallingahiem is personeel dat werkt met de cliënten. 4.2.2 De cliënten van de medewerkers Een meerderheid van de behandelaren die de enquête in hebben gevuld begeleiden cliënten tussen de 12 en 18 jaar (65%). De doelgroep bestaat dus voornamelijk uit jongeren met een Licht Verstandelijke Beperking. 4.2.3 Het gebruik van digitale middelen Het ging bij de onderstaande vragen specifiek om het gebruik in de hulpverlening. De computer wordt door behandelaren het meest gebruikt, zelfs 24 van de 49 respondenten zegt de computer "erg vaak" te gebruiken, 14 gebruiken hem "vaak". Zij gebruiken deze meestal voor; E-mail, internet, digitaal rapporteren en protocollen. De frequentie van gebruik van deze functies scheelt bijna niets van elkaar De mobiele telefoon zit nog best dicht bij de score van de computer, 13 respondenten geven aan de mobiele telefoon "vaak" te gebruiken, 11 respondenten gebruiken hem "erg vaak". Ten opzichte van het computer gebruik valt dit aantal dan nog wel mee. Het grootste gedeelte van de respondenten zegt tevreden te zijn over de frequentie van het computer en mobiele telefoon gebruik. De smartphone werd net iets vaker gebruikt dan de tablet, 29 van de 49 respondenten zouden graag meer gebruik maken van een smartphone. De smartphone is duidelijk populairder onder de behandelaren dan de mobiele telefoon, behandelaars willen hier graag meer gebruik van maken. 73% gebruikt de mobiele telefoon om te bellen, 59% gebruikt ook de sms functie van hun telefoon ter ondersteuning van hun cliënten. 4% gebruikt applicaties op de smartphone in de hulpverlening. 39 respondenten zeggen dat zij nooit een tablet gebruiken in de hulpverlening. 6 personen gebruiken hem soms. Uit de interviews werd duidelijk dat er tablets worden gebruikt voor spoedhulp. 31 respondenten gaven aan dat zij meer gebruik willen maken van tablets, dit is een grote meerderheid. Ook uit de schriftelijke reacties blijkt dat behandelaren graag een tablet willen gaan gebruiken. Er werd onder andere aangegeven dat deze als handig en sneller wordt gezien Het gebruik van digitale middelen door de cliënt Het grootste percentage van de LVB-jeugdigen kan gebruik maken van de computer (94%) de meesten kunnen ook gebruik maken van een mobiele telefoon(76%) of smartphone(63%). 24% kan gebruik maken van een tablet. 31
De meeste jeugdigen hebben dus niet alleen de mogelijkheid om internet te gebruiken, maar ook de mogelijkheid om gebruik te maken van applicaties. Daarna kwam de vraag hoe frequent de digitale middelen daadwerkelijk gebruikt worden door de cliënt. Behandelaren antwoorden dat de mobiele telefoon en smartphone vooral "erg vaak" gebruikt worden De computer wordt "vaak" gebruikt. Er wordt geen enkele keer voor het antwoord "nooit" gekozen. Dit betekend dat iedere cliënt dus wel eens gebruik maakt van de computer. Net niet de helft van de cliënten gebruikt "nooit" een tablet. Zo ongeveer 35% gebruikt "soms" een tablet. De overige antwoord mogelijkheden zijn zeer lage percentages, al is er toch nog een aantal keren voor "regelmatig" "vaak" en "erg vaak" gekozen. 4.2.5 Het gebruik van eHealth in de praktijk Behandelaars kenden nog maar weinig eHealth toepassingen. Social media en toepassingen waarvan een pilot wordt gedraaid (Jouw omgeving en MATTIE) binnen Tjallingahiem zijn wel bekend. Maar de toepassingen die minder publiciteit krijgen, worden meestal gescoord met een "nog nooit van gehoord". Hieruit zou je kunnen opmaken dat publiciteit er voor kan zorgen dat de eHealth toepassingen meer gebruikt zouden kunnen worden. Weinig behandelaren gebruiken Mattie en Jouw omgeving , maar velen willen het wel graag gebruiken. Spoedhulp wordt meer gebruikt. Dit is best opvallend, omdat spoedhulp alleen gebruikt wordt door behandelaren van de IOG. Maar een klein percentage van de medewerkers werkt bij de IOG. Een grote meerderheid van de behandelaars (85%) ziet eHealth als een positieve aanvulling op de hulpverlening. Er zijn een aantal die hier geen mening over hebben (13%) en één van de respondenten zag het niet als een positieve aanvulling (2%). Deze cijfers maken duidelijk dat behandelaren een positieve houding hebben tegenover eHealth. Behandelaren vinden het zoeken van informatie zoals telefoon nummers en adressen het meest geschikt om via digitale middelen te gebruiken. Niemand scoorde dit met "niet geschikt". Bij alle onderwerpen werd "geschikt" het meest gekozen. De verschillen in de score van onderwerpen is minimaal. Dit geeft aan dat behandelaren digitale middelen geschikt vinden om in ieder geval bij het grootste gedeelte van de hulpvragen te gebruiken. Aanvullingen van toepassingen door behandelaren zijn: De medicatie app en koekeltjes (google voor kinderen) Wanneer vinden behandelaren de eHealth toepassingen betrouwbaar? Niet onbelangrijk, vooral niet bij een kwetsbare doelgroep als jeugdigen met een licht verstandelijke beperking. Hier de top 5: 1. Als het in het bezit is van een kwaliteitskeurmerk 2. Als het de informatie geeft waar ik naar op zoek ben, of de cliënt naar opzoek is 3. Als het rekening houd met de cliënt 4. Als een collega het adviseert, deze scheelt eigenlijk niets met nr. 5:Als ik er zelf goede ervaringen mee heb. De cliënt en het gebruik van eHealth in de praktijk Google werd het meest gebruikt door de cliënten (94%) Al komt de social media daar vlak achteraan, Facebook is met 92% de koploper. Youtube (psycho educatie filmpjes) scoort ook boven gemiddeld met 56%. De eHealth toepassing die het hoogst scoort in gebruik zijn dus de psycho educatie filmpjes op Youtube. Daarop volgt Jouw omgeving met 17% en de ANWB routeplanner, die wordt gebruikt door 15% van de cliënten. 32
Er werd een aantal keer aangegeven dat er vaak digitale spellen worden gespeeld door de cliënten. Een van de behandelaars noemde "serious gaming" als iets dat goed past bij de doelgroep. 4.2.7 Vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer De top 5 belangrijkste punten waar een eHealth gereedschapskoffer volgens behandelaren aan zou moeten voldoen voor de cliënt zijn: 1. Het moet overzichtelijk zijn 2. Niet te moeilijk taalgebruik 3. Het moet aantrekkelijk zijn 4. Veel gebruik van afbeeldingen 5. Het moet snel zijn 4.2.8 De rol van de organisatie 65% van de behandelaren verwacht van de organisatie dat zij trainingen, cursussen of workshops aanbieden met betrekking tot eHealth. 53% vind het belangrijk dat de jeugdigen er bij betrokken worden. Respondenten konden ook aanvullingen geven door de keuze "anders" te kiezen. In eigenlijk alle reacties werd aangegeven dat de faciliteiten goed moeten werken. Zo willen behandelaars graag een snelle internetverbinding en een goed werkende computer. Er werd regelmatig genoemd in de reacties dat behandelaars willen werken met tablets. Zij beschreven deze middelen als sneller en makkelijker in gebruik. Iets wat ook vaak genoemd werd bij de overige opmerkingen die de behandelaars konden geven, was dat er gezorgd moet worden voor een goede implementatie. Een implementatie met duidelijke richtlijnen
5. Discussie en Conclusie In dit hoofdstuk zal bij paragraaf 5.1 de discussie te vinden zijn, hierin wordt antwoord gegeven op alle deelvragen die in dit onderzoek duidelijk moesten worden. Vervolgens is er bij paragraaf 5.2 een kritische reflectie te vinden over verschillende gebieden van het onderzoek. Bij paragraaf 5.3 is de conclusie te vinden. In de conclusie wordt antwoord gegeven op de centrale onderzoeksvraag en wordt er beschreven wat deze conclusies betekenen voor de betrokken partijen.
5.1 Discussie 5.1.1 Deelvraag 1: Hoe ziet de organisatie Tjallingahiem eruit? Missie, visie, medewerkers en doelgroep Tjallingahiem is een expertise- en behandelcentrum voor opvoed- en opgroeiproblemen bij kinderen, jongeren en jong volwassenen met een licht verstandelijke beperking. Het motto van Tjallingahiem 'Je kunt meer dan je denkt' staat voor: * het versterken van de mogelijkheden en krachten van kinderen, jongeren, gezin en hun netwerk. * een uitgebreide zorg- en dienstverlening die wordt afgestemd op de individuele vragen. Tjallingahiem biedt gespecialiseerde jeugdzorg aan kinderen, jongeren en jong volwassenen met (ernstige) beperkingen in de sociale redzaamheid. Deze beperkingen leiden tot problemen in de omgang met anderen (bijv. in het gezin en op school). De oorzaak ligt naast een lager intellectueel functioneren vaak in emotionele-, gedrags- of psychiatrische problematiek. Ook problemen in het gezin of in het netwerk van het gezin kunnen een belangrijke rol spelen.
33
De enquête is ingevuld door een vrij jonge groep behandelaren, dit maakte nieuwsgierig naar de gemiddelde leeftijd van de behandelaren. Lokte het thema meer jonge behandelaren naar de enquête? Of is de gemiddelde leeftijd van de medewerkers vrij laag? In een telefoon gesprek met mevrouw Edel kwam ik er achter dat de gemiddelde leeftijd van de behandelaars binnen Tjallingahiem relatief laag is (38,6 jaar). Voor het gebruik van eHealth is dit positief. Jongere medewerkers zijn vaak bekender met digitale middelen, zij zijn er mee opgegroeid. Er is een grote kans dat de jonge leeftijd van de behandelaars de slagingskans voor het gebruik van een eHealth gereedschapskoffer verhoogd. Ik wil niet zeggen dat oudere medewerkers altijd minder bekend zijn met digitale middelen, maar er is wel een grotere kans dat zij hier minder bekend mee zijn. Er is dan een langer leerproces nodig om te wennen aan het werken via digitale middelen. Deze deelvraag wordt uitgebreider beantwoord in de literatuurstudie, onder paragraaf 1.2. 5.1.2 Deelvraag 2: Wat is eHealth? eHealth is het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, en met name internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren (Wolterink J. K., Whitepaper ordening in de wereld van eHealth, 2012, p. 2) Deze deelvraag wordt uitgebreider beantwoord in de literatuurstudie, onder paragraaf 2.1. 5.1.4 Deelvraag 3:Welke eHealth toepassingen kunnen nuttig zijn voor de behandelaren en de jeugdigen met een LVB? Meestal zijn toepassingen ontwikkeld voor een brede doelgroep of er wordt niet duidelijk voor welke doelgroep de toepassing ontwikkeld is. Onderstaande toepassingen zijn specifiek ontwikkeld voor jeugdigen met een LVB. Jouw Omgeving Jouw Omgeving is een online toepassing die ondersteuning bied aan de cliënt, op het moment dat de cliënt dat nodig heeft. Jouw Omgeving heeft veel mogelijkheden. Er kan bijvoorbeeld gewerkt worden aan het behandelplan, er kan een bericht gestuurd worden naar mensen uit het sociale netwerk van de cliënt of er kan een dagboek bijgehouden worden of beloningen uitgedeeld worden. Mattie Mattie is een psycho-educatie programma met behulp van de smartphone. Met M.A.T.T.I.E. kunnen jongeren met een licht verstandelijke beperking zich beter voorbereiden op de soms ingewikkelde maatschappij. Onderdeel is de virtuele vriend die in een filmpje zijn dilemma voor legt en vraagt “Wat zou jij doen in deze situatie?”. De keuzes die de jongeren maken, worden naderhand met hen besproken. (Tjallingahiem, 2013) Spoedhulp Spoedhulp bied spoedeisende (jeugd) hulp in Friesland wanneer dit nodig is bij crisissituaties die worden veroorzaakt door gedrag- of opvoedproblemen, gezinsproblemen of psychische problemen (Spoed4jeugd, 2013). Via een applicatie op de tablet kan de medewerker direct de informatie over het persoon of gezin vinden. Voor behandelaren kunnen verschillende toepassingen nuttig zijn, zoals: Jammer (soort twitter binnen de organisatie Tjallingahiem), Jouw omgeving (Zie beschrijving hierboven), Youtube (psycho educatie filmpjes), ANWB (routeplanner), Google (zoekmachine), Symbaloo (Hier kun je sites opslaan in een soort bureaublad). Ook de toepassingen die de LVB- jeugdigen gebruiken kunnen gebruikt worden door behandelaren. Dit kan verschillende functies hebben, zoals: Het vinden van informatie, weten waar de jeugdige zich mee bezig houd en/of samenwerken met de jeugdige. In de literatuurstudie, onder paragraaf 2.1.1 wordt uitgebreid beantwoord welke toepassingen bestaan voor de LVB-jeugdigen. In paragraaf 2.1.2 wordt beantwoord welke toepassingen er bestaan voor de 34
behandelaren. In paragraaf 5.1.7 geef ik antwoord op de deelvraag welke toepassingen passen bij LVB-jeugdigen, al zijn die niet specifiek ontwikkeld voor deze doelgroep. 5.1.3 Deelvraag 4: Wat zijn de voordelen en nadelen van eHealth? Een voordeel van eHealth is dat de toegankelijkheid van zorg wordt vergroot, je kunt altijd snel beschikken over de juiste informatie. Deze informatie is laagdrempelig waardoor je aan een breed scala van informatie kan komen. Jeudigen met een LVB kunnen hierdoor ook makkelijker aan informatie komen, ook wanneer zij belemmerd worden door hun beperking. Dit maakt hen minder afhankelijk en kan hun zelfvertrouwen vergroten. Ook is zorg of contact op afstand mogelijk, dit zou reis- en zorgkosten kunnen beperken. Ook kent eHealth nadelen waar rekening mee gehouden moet worden. Zeker bij een kwetsbare doelgroep als jeugdigen met een LVB. Zo kunnen er tegenstrijdigheden op internet staan of kan er aangemoedigd worden tot risicovol handelen. Onjuiste informatie is op internet makkelijker te verspreiden, dat maakt de laagdrempeligheid dan weer tot een nadeel. Het persoonlijk contact kan erdoor verminderen waardoor een behandelaar minder zicht heeft op de situatie. Daar komt bij dat er goedwerkende apparatuur en internet nodig is. Dit kost geld, waar het bij sommige gezinnen nog wel eens aan ontbreekt. Maar ook voor Tjallingahiem moet er ruimte zijn voor de aanschaf en het onderhoud van goedwerkende apparatuur. Wanneer dit tegen elkaar afgewogen wordt is een conclusie dat eHealth een mooie uitkomst bied, maar dat het persoonlijk contact wel nodig blijft. Dit geldt zeker bij LVB-jeugdigen. Niet alleen om het gebruik van eHealth in goede banen te leiden. Persoonlijk contact zorgt voor een beter contact, minder gevoel van eenzaamheid en meer informatie over de jeugdige. Er is nog een niet onbelangrijk nadeel is naar voren gekomen in een van de interviews die ik graag voor wil leggen. Een behandelaar van de Intensieve Orthopedagogische Gezinsbehandeling vertelde dat alleen face-to-face contact wordt uitgekeerd door Het Zorgkantoor. Wanneer zij bijvoorbeeld contact heeft met een gezin via e-mail, dan kan zij deze tijd niet schrijven. Dit is niet bevorderlijk voor het gebruik van eHealth. Of eHealth ook daadwerkelijk gebruikt gaat worden ligt dus ook in handen van uitkeringsinstanties. Wel is het goed om te noemen dat dit op korte termijn kan gaan veranderen, AWBZ gaat over naar WMO en wordt daarom dus een verantwoordelijkheid van de gemeente. Hoe de gemeente dit in zal vullen is mij niet bekend. In de literatuurstudie, onder paragraaf 2.1.3 wordt uitgebreider beantwoord wat de voordelen zijn van eHealth. In paragraaf 2.1.4 wordt beschreven wat de nadelen zijn van eHealth. 5.1.5 Deelvraag 5: Bestaat er al een vergelijkbaar idee als de "eHealth gereedschapskoffer"? Zo ja, hoe is dit ingevuld en vormgegeven? Er is geen vergelijkbaar idee gevonden als de eHealth gereedschapskoffer. Dit betekend dat het idee nog in de kinderschoenen staat. De eerste vormgeving wordt gemaakt aan de hand van interviews en enquêtes bij de werkers in het “ veld”. Een eHealth koffer zal altijd aangepast moeten worden aan de doelgroep van een organisatie, ieder heeft andere hulpvragen en dus behoefte aan andere toepassingen of mogelijkheden van de koffer. Organisaties zullen wel altijd van elkaars ervaringen met de eHealth koffer kunnen leren. Bijvoorbeeld met betrekking tot implementatie, maar ook de vormgeving, het gebruik en besturingssysteem zal in veel gevallen bruikbaar zijn voor andere organisaties. Deze deelvraag wordt uitgebreider beantwoord in de literatuurstudie onder paragraaf 2.2
35
5.1.6 Deelvraag 6: Welke hulpvragen hebben de cliënten van Tjallingahiem (jeugdigen met een LVB)? Welke begeleiding en behandeling hebben jeugdigen met een LVB nodig? Jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking worden gekenmerkt door een lager intellectueel functioneren. Volgens de DSM hebben zij een IQ tussen de 50 en de 70. Dit gaat vaak gepaard met problemen in het sociaal aanpassingsvermogen. Het gaat om kinderen en jongeren die kampen met meervoudige problematiek: leer- en opvoedingsproblemen, ernstige gedragsproblemen of psychiatrische problemen, vaak in combinatie met problemen in de gezinssituatie. De Wit et al. (2011) zijn op verzoek van het Landelijk Kenniscentrum LVG, gekomen tot de Richtlijn Effectieve Interventies LVB. Hier zijn zes mogelijk werkzame factoren in de behandeling van LVBjeugdigen uit voort gekomen: 1. Uitgebreide diagnostiek 2. Afstemmen van de communicatie 3. Concreet maken van de oefenstof 4. Voorstructureren en vereenvoudigen 5. Netwerk en generalisatie 6. Veilige en positieve leeromgeving Bovenstaande punten geven ook aan waar een eHealth toepassing en/of de eHealth gereedschapskoffer aan zou moeten voldoen. Belangrijke punten waar rekening mee gehouden kan worden in deze eHealth middelen zijn: concreet, eenvoudig, netwerk, veilig en positief. Al zou een eHealth toepassing ook kunnen helpen bij voorstructureren. Zie bijvoorbeeld: autiplan.nl, dit is te gebruiken via de site en als applicatie. Hier kan de dagstructuur gevisualiseerd worden doormiddel van pictogrammen. Iedere jeugdige heeft andere behoeftes, maar voor sommige jeugdigen kan dit een uitkomst zijn. Nou was dit een klein voorbeeld, maar zo zijn er nog veel meer voorbeelden. Voor ieder is wel iets te vinden dat ondersteunend kan zijn bij de hulpvraag. In de literatuurstudie, onder paragraaf 2.3 wordt uitgebreider beantwoord welke hulpvragen LVBjeugdigen kunnen hebben. In paragraaf 2.3.1 wordt vervolgens beantwoord welke begeleiding en behandeling zij nodig hebben. 5.1.7 Deelvraag 7: Welke toepassingen zijn er ontwikkeld voor andere doelgroepen, die ook geschikt zijn voor jeugdigen met een LVB? In de meeste toepassingen wordt niet duidelijk voor welke doelgroep zij ontwikkeld zijn. Wel kan aan de hand van de kennis die verworven is over jeugdigen met een LVB gekeken worden of de toepassingen passen bij deze doelgroep. Dit is dan ook gedaan. De toepassingen waarvan zeker was dat zij bestemd waren voor jeugdigen met een LVB zijn ondergebracht in de eerder genoemde paragraaf 2.1.1. Hieronder een opsomming van de toepassingen. Steffie.nl Mijndoelenstellen.nl Bekijkhetnuchter.nl gripopjedip.nl 99gram.nl Meerdanliefde.nl Anticonceptievoorjou.nl Autiplan.nl Sclera.be (pictogrammen) Geldkompasleeuwarden.nl Juridischloket.nl Applicaties voor diëten Informatieve sites mbt. overheid/juridisch/uwv
Gratisbeloningskaart.nl Boodschappenlijst maken Nibud.nl (budget) Autisme-nva.nl (informatie over autisme) Whatsapp (chat applicatie) Social media (facebook, hyves) Voedselbank.nl Kbnl.nl (kredietbank) Koekeltjes.nl Youtube (Psycho educatie filmpjes) Google.nl (zoekmachine) Verschillende sites met recepten
36
Het belang van "social media" en Whatsapp Er moet niet vergeten worden dat "social media" en Whatsapp voor cliënten ook een ondersteunende factor kan zijn, doordat ze contact hebben met hun sociale netwerk. Ook zijn er mensen die makkelijker kunnen communiceren via digitale middelen. Deze deelvraag wordt uitgebreider beantwoord in de literatuurstudie, onder paragraaf 2.4. 5.1.8 Deelvraag 8: Wat is belangrijk bij het implementatie proces van de "eHealth gereedschapskoffer"? Deze deelvraag wordt beantwoord in de literatuurstudie, onder paragraaf 2.5 Deels is deze vraag ook beantwoord in het praktijkonderzoek. In de interviews, maar ook in de enquête is de vraag gesteld wat medewerkers verwachten van de organisatie. Deze vraag is mee genomen naar het praktijkonderzoek omdat medewerkers ook iets kunnen zeggen over wat voor hen werkt bij implementatie. Maar wat hebben zij nodig? In de theorie bij paragraaf 2.5 is terug te vinden dat de kernmerken van een toekomstige gebruiker ook invloed hebben op het implementatieproces. Daarom is het belangrijk om te weten hoe dit leeft bij de medewerkers, zodat Tjallingahiem hier op in kan spelen. Uit de interviews en enquêtes maakte ik op dat Tjallingahiem nog aan het begin staat van de implementatie van het gebruik van eHealth. Veel behandelaren geven aan het nog een ruim begrip te vinden, sites die over het algemeen vrij bekend zijn worden wel gebruikt. Maar sites met betrekking tot eHealth zijn nog maar weinig in gebruik. Er lijkt nog weinig tot niet bewust mee gewerkt te worden in het hulpverleningsproces. Wel wordt er door Tjallingahiem veel ontwikkeld met betrekking tot eHealth, zoals: Jouw omgeving, MATTIE en spoedhulp. EHealth gaat steeds meer leven bij de medewerkers, slechts één van alle respondenten vond het geen positieve aanvulling op de hulpverlening. Dat zegt naar mijn idee al veel goeds. Wanneer eHealth en de toepassingen bekender worden verwacht ik dat behandelaren steeds vaker gebruik gaan maken van de ondersteuning van eHealth toepassingen. 5.1.9 Deelvraag 9: Van welke digitale middelen word gebruik gemaakt door behandelaren binnen Tjallingahiem? En hoe wordt dit gebruik ervaren? Om antwoord op deze vraag te krijgen is er gekeken naar de digitale middelen die behandelaren al gebruiken en ook vooral hoe zij dit gebruik ervaren. Het was in dit onderzoek niet de bedoeling om van de behandelaars te horen of zij wel goed genoeg met de digitale middelen/media om kunnen gaan. Ieder beleeft dit anders. Daarom vond ik het belangrijker om te vragen naar wat al gebruikt wordt en hoe dit wordt ervaren. Willen ze het vaker of minder vaak gebruiken? Hier is voornamelijk op ingegaan bij de enquête, de resultaten zijn terug te vinden in paragraaf 4.2. Uit de reacties van behandelaren kan opgemaakt worden dat de laptops en computers lijken te zijn verouderd. Dit maakt het moeilijker om met de cliënt te werken via digitale middelen. Ook kost het tijd. Ik weet niet hoe het zit met de onderhoud van digitale middelen binnen Tjallingahiem. Meer werken met digitale middelen betekend ook dat er meer digitale middelen beschikbaar zullen moeten zijn. Wanneer Tjallingahiem gebruik wil gaan maken van applicaties, kan het goedkoper zijn om smartphones of tablets aan te schaffen. Applicaties zijn namelijk alleen beschikbaar via deze middelen of via de nieuwste computers en laptops. Meer gebruik van digitale middelen betekend ook dat er meer onderhoud en reparatie van deze digitale middelen nodig zal zijn. Vergeet dan de kosten van de onderhoud, reparatie en aanschaf niet. Hier moet geld voor beschikbaar zijn om optimaal gebruik te kunnen maken van de middelen.
37
5.1.10 Deelvraag 10: Wat wordt er al gebruikt aan eHealth toepassingen door behandelaren binnen Tjallingahiem? Wat zijn de ervaringen met deze toepassingen? Deze vraag is beantwoord in het praktijkonderzoek. Een vraag waarmee duidelijk moest worden hoe het gebruik van toepassingen leeft bij de behandelaren. Deze vraag is beantwoord door behandelaren te vragen welke toepassingen ze kennen, welke ze gebruiken en welke ze wel of niet zouden willen gebruiken. Dit is gedaan in zowel de interviews als de enquête. Er worden nog maar weinig toepassingen gebruikt door de medewerkers, zij geven ook aan nog niet bekend te zijn met eHealth. Toepassingen waar een pilot van wordt gedraaid binnen Tjallingahiem, zoals MATTIE en Jouw omgeving zijn wel bekend maar worden lang niet altijd gebruikt. Een grote meerderheid van de behandelaren staat positief tegenover eHealth. Hieruit kun je opmaken dat het beeld over eHealth al wel positief is, al wordt er weinig gebruik van gemaakt. Ik denk dat een goede implementatie en hierdoor de medewerkers er bekend mee maken een positieve invloed kan hebben op het gebruik van eHealth. Een uitgebreide beschrijving van de resultaten is terug te vinden in hoofdstuk 4. 5.1.11 Deelvraag 11: Van welke digitale middelen wordt gebruik gemaakt door de cliënten van Tjallingahiem? Naast het gebruik van middelen en toepassingen door behandelaren, werd er ook gekeken naar het gebruik van middelen (en verderop toepassingen) door cliënten. Tot welke middelen hebben zij beschikking en wat wordt er daadwerkelijk gebruikt aan middelen. Waren vragen die gesteld werden in het praktijk onderzoek. Hier werd voornamelijk op ingegaan in de enquête, uitgebreide resultaten hiervan zijn terug te vinden in paragraaf 4.2. Eigenlijk alle jeugdigen hebben toegang tot een computer. Dit zou betekenen dat iedere jeugdige zou kunnen werken met eHealth. Ook de smartphone wordt vaak gebruikt, dit betekend dat jeugdigen ook gebruik kunnen maken van applicaties. Daarom kan het nuttig en uitnodigend zijn om applicaties toe te voegen aan de gereedschapskoffer. 5.1.12 Deelvraag 12: Wat wordt er al gebruikt aan eHealth toepassingen door de cliënten van Tjallingahiem? Deze vraag is net als voorgaande vragen beantwoord door middel van praktijkonderzoek. Behandelaren konden voor hun cliënten invullen wat zij al gebruiken aan toepassingen. Wat de jeugdigen voornamelijk gebruiken is “social media” en Whatsapp. Dit zijn niet direct eHealth toepassingen, maar zij kunnen wel van nut zijn voor de jeugdige. “Social media” en Whatsapp maakt het makkelijker om contact te onderhouden met de sociale kring, die een steunende functie kunnen hebben voor de jeugdige. De resultaten hiervan zijn terug te vinden in hoofdstuk 4, zowel bij de resultaten van de interviews als bij de resultaten van de enquête. 5.1.13 Deelvraag 13: Welke eHealth toepassingen passen bij de cliënten van Tjallingahiem? Deze vraag is beantwoord door middel van het praktijkonderzoek . Hij past echter ook bij de literatuurstudie, voor een deel is hij hier ook beantwoord. Deze vraag kwam weer aan bod in het praktijk onderzoek zodat ook van de behandelaren gehoord wordt dat zij passend vinden bij de cliënten. Zie voor de resultaten hoofdstuk 4. Deze vraag is in deze discussie al meerdere malen aan bod gekomen (zie 5.1.4 en 5.1.7), daarom kies ik er voor om er hier niet nogmaals op in te gaan. 38
5.1.14 Deelvraag 14: Wat wensen de behandelaren van Tjallingahiem van een "eHealth gereedschapskoffer"? Deze vraag is beantwoord door middel van het praktijkonderzoek. De toepassingen die hier aan toegevoegd zouden moeten worden en de digitale middelen die hierbij gebruikt kunnen worden waren al eerder besproken. Vandaar dat hier voornamelijk gekeken werd naar de vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer. In de interviews werden al veel ideeën aangedragen, deze zijn later toegevoegd aan de enquête. Medewerkers konden in de enquête aangeven wat zij het meest belangrijk vonden. Resultaten hiervan zijn terug te vinden in paragraaf 4.2. In het interview werd al duidelijk dat de eHealth koffer voornamelijk moet passen bij de cliënt. Zij moeten er mee kunnen werken, de medewerker red zich daar ook mee. In de literatuurstudie bij de doelgroep omschrijving kwam al naar voren dat een eHealth koffer overzichtelijk en eenvoudig moet zijn. Anders ziet de cliënt door de bomen het bos niet meer. In de interviews en enquête werd dit bevestigd. Medewerkers zien een eHealth koffer niet als vervanging van werkzaamheden maar wel als ondersteuning hiervan. Voor medewerkers zou een goede aanvulling een aparte map zijn, met daarin protocollen, formulieren en methodieken. 5.1.15 Deelvraag 15: Wat wensen de behandelaren van Tjallingahiem van een "eHealth gereedschapskoffer" met het oog op hun cliënten? Deze vraag is beantwoord doormiddel van het praktijkonderzoek en heeft een link met bovenstaande deelvraag. Hierbij werd aan de behandelaren gevraagd naar wat cliënten nodig hebben in de vormgeving van de eHealth koffer. Dit was de top 5: 1. Het moet overzichtelijk zijn, 2. Niet te moeilijk taalgebruik, 3. Het moet aantrekkelijk zijn, 4. Veel gebruik van afbeeldingen, 5. Het moet snel zijn. Deze antwoorden werden gegeven door behandelaren en de uitkomst is dus wat de behandelaren goed lijkt met het oog op de cliënten. Er kan daarom niet gezegd worden of de jeugdigen dit ook daadwerkelijk belangrijk vinden. Wat zeker een aanvulling zou zijn is vervolg onderzoek, waarin de jeugdigen hun mening ook mogen laten horen. Behandelaren gaven ook aan dat het belangrijk is voor de implementatie dat de jeugdigen erbij betrokken worden. Een uitgebreide beschrijving van de resultaten kan gelezen worden in paragraaf 4.2. In de literatuurstudie kwam ook naar voren wat LVB-jeugdigen nodig hebben in de begeleiding/behandeling. Daaruit konden soortgelijke conclusies getrokken worden.
5.2 Reflectie op het onderzoek 5.2.1 Het onderzoek Allereerst een reflectie op het onderzoek in het algemeen. Aan de start van dit onderzoek was de ontwikkeling van eHealth totaal nieuw voor mij. Ik wist alleen uit werk en stage ervaring dat er steeds meer gedigitaliseerd werd. Er kwam daarom veel nieuwe informatie op mij af en nog vraag ik mij soms af of ik al genoeg weet van eHealth. Het is zo'n breed begrip. Wanneer ik meer kennis had gehad van eHealth, had ik misschien meer theoretische kennis over eHealth gehad en daardoor ook meer toepassingen aan kunnen dragen. Ik moest nu bij het begin beginnen en daarna moest ik ergens ophouden omdat het onderzoek anders niet af zou komen. Dit heeft geen invloed op de betrouwbaarheid of validiteit, maar zorgt er misschien wel voor dat het onderzoek nog iets minder kennis bevat. Al blijft doorontwikkeling natuurlijk nodig bij de eHealth gereedschapskoffer. 39
In het doen van onderzoek ben ik nog een beginner. Ik heb weinig ervaring en heb daardoor nog veel te leren. Wat ook invloed heeft is dat onderzoek doen minder mijn "ding" is. Het werken in de praktijk is wel een sterke kant van mij. Tijdens de interviews en het beschrijven van de doelgroep voelde ik mij daardoor meer in mijn element en heb ik hier ook veel informatie over naar boven kunnen halen. Ik denk dat een voordeel hiervan is dat het onderzoek een goede toevoeging uit de praktijk bevat. Dit is belangrijk, omdat eHealth zal dienen voor de praktijk. In het onderzoek liep niet alles volgens de planning. Zoals bijvoorbeeld het bepalen van de doelgroep. Het onderzoek richt zich op de doelgroep: Jeugdigen met een LVB. Jeugd is de benaming voor de periode dat iemand kind is, dus nog niet volwassen. (Wikipedia, 2013). De leeftijd waarop iemand volwassen genoemd wordt is veranderlijk. Jongeren zijn pas helemaal volwassen wanneer ze sociaal zelfstandig zijn. Daarom is het vooral bij jeugdigen met een LVB lastig om een grens te stellen wanneer zij volwassen genoemd kunnen worden. Aangezien zij vaak problemen ervaren bij de sociale zelfredzaamheid. Tijdens mijn onderzoek kwam ik er achter dat behandelaren zo nu en dan ook te maken krijgt met oudere cliënten. Er zijn twee 18+ groepen geïnterviewd, bij een van deze groepen was de oudste cliënt 25 jaar. Dit is een spanningsveld: Iemand zonder LVB wordt dan meestal volwassen genoemd, maar wanneer noem je een LVB-jeugdige volwassen? En al zou je hem volwassen noemen, veel van de hulpvragen en begeleidingsbehoeftes die jeugdigen met LVB hebben zie je ook terugkomen bij volwassenen met een LVB. Bij de Intensief Orthopedagogische Gezinsbehandeling hebben behandelaars te maken met ouders, die in sommige gevallen ook een LVB hebben. Deze ouders wordt ook hulp geboden door Tjallingahiem, al zijn zij volwassen. Tjallingahiem biedt gespecialiseerde jeugdzorg aan kinderen, jongeren en jong volwassenen die door beperkingen in de sociale redzaamheid (ernstige) problemen ondervinden in sociale situaties (Tjallingahiem, 2013). Jeugdigen zijn dus de doelgroep is van Tjallingahiem. Deze argumenten tezamen zorgden ervoor dat ik er voor gekozen heb dat de doelgroep van het onderzoek LVBjeugdigen bleef. Ik doe wel uitspraken over hen en generaliseer uitkomsten, maar er zitten wel een aantal uitkomsten tussen die mede gebaseerd zijn op ervaringen met volwassenen met een LVB. Ik verwacht dat het maar weinig invloed heeft gehad op de betrouwbaarheid van het onderzoek, gezien de bovenstaande argumenten. 5.2.2 Het instrument Niet alleen eHealth was voor mij nieuw, ook was het de eerste keer dat ik werkte met enquêtes. Het boek "Wat is onderzoek?" van Nel Verhoeven was een grote steun, maar ook kreeg ik informatie van mijn opdrachtgever. De vragen zijn vaak gecheckt en aangepast, ze zijn gecontroleerd door mijn opdrachtgever en door Ype Brada van Tjallingahiem. Daardoor heb ik veel geleerd en heb ik er vertrouwen in dat de betrouwbaarheid en validiteit van het onderzoek hier niet onder te lijden hebben. Allereerst moesten er vragen opgesteld worden, hier moesten keuzes in gemaakt worden. Ik heb er voor gekozen om de enquête kort te houden, dit verkleint de kans op vroegtijdig afhaken. Dit heeft zijn vruchten afgeworpen, aangezien er niemand voortijdig de enquête heeft verlaten. Dit geeft geen verwarring in de cijfers en komt daardoor de betrouwbaarheid ten goede. Een grote meerderheid van de medewerkers die de enquête in hebben gevuld begeleiden cliënten tussen de 12 en 18 jaar (65%). Hun doelgroep bestaat dus voornamelijk uit jongeren (met een Licht Verstandelijke Beperking). Dit heeft invloed op de resultaten in de enquête. Het gebruik van "social media" door de cliënt is bijvoorbeeld hoog. Jongeren gebruiken vaker "social media" dan kinderen. Doordat bepaalde toepassingen hoger scoren, moeten de toepassingen voor kinderen of volwassenen niet vergeten worden. Een klein deel van de enquête is ingevuld door medewerkers die niet met cliënten werken, voor wat terug te vinden is was dit er één. Deze medewerker gaf dan ook aan dat hij/zij niet alles in kon vullen omdat deze persoon hier onvoldoende zicht op heeft. Er was afgesproken de enquête alleen naar alle medewerkers te verzenden die met de cliënt in aanraking komen, er is dus iets mis gegaan met het 40
verzenden van de enquête. Zoals eerder te lezen was is er één respondent geweest die niet in aanraking kwam met cliënten. Dit percentage is zo laag dat het daardoor maar weinig invloed heeft op de resultaten. 5.2.3 Het onderzoeksproces Het onderzoeksproces duurde eigenlijk te lang, ik had lang de tijd nodig per onderdeel en daardoor moest ik soms goed nadenken hoe het zat met het andere onderdeel. Aan de andere kant had het ook zijn voordeel, ik denk dat ik alle aspecten van het onderzoek kritisch doorgenomen heb. Ik vond het lastig om grenzen te stellen, twijfel te veel en blijf een paragraaf soms te vaak aanpassen. Het is voor mij lastig om alles in goede bewoordingen op papier te krijgen. Hierin ben ik aan het ontwikkelen, al blijft het nog lastig. Er zijn veel verschillende personen die iets wensen van dit onderzoek, het is lastig om aan de verwachtingen van allemaal te voldoen. Soms moesten daarom grenzen gesteld worden. Dat is jammer, maar wel noodzakelijk om van het onderzoek een geheel te maken. Het kan daardoor zijn dat het niet voor iedereen op alle punten de verwachtingen waar maakt. Sommige toepassingen heb ik later in het onderzoek gevonden op internet. Ik heb deze wel toegevoegd omdat ze - kijkend naar de informatie die verzameld is in dit onderzoek -, prachtig passen binnen de doelgroep. Ik wou ze daarom niet van hen onthouden en wel toevoegen, al is dit niet volgens de stappen van het onderzoek gegaan. Het gaat om de volgende sites: Sense.info Digitaalloketleeuwarden.nl Opgroeikaarten.nl Oplossingsgericht.nu Psychischegezondheid.nl Seriousgames.startpagina.nl
Nji.nl mijninternet.net beeldhorloge.nl regelhulp.nl voedingscentrum.nl methodieken.nl
En de volgende applicaties: Foodzy Diabetesdagboek Meddossier
Eppy Medalert
5.3 Conclusie In dit hoofdstuk wordt de centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek beantwoord. De onderdelen uit de voorgaande hoofdstukken worden samengevat, om zo een antwoord op de centrale onderzoeksvraag te kunnen formuleren. De centrale onderzoeksvraag gaat als volgt: Hoe moet een eHealth gereedschapkoffer vormgegeven worden om er voor te zorgen dat de behandelaars van Tjallingahiem steun hebben aan deze koffer, met als resultaat dat zij de cliënten beter en makkelijker kunnen ondersteunen in de behandeling. Ondersteuning In het eerste deel van de onderzoeksvraag komt naar voren, dat aan de start van het onderzoek het de bedoeling was dat de eHealth gereedschapskoffer ondersteunend zou zijn voor de behandelaren. Hierdoor zouden zij hun cliënten beter en makkelijker kunnen ondersteunen in de behandeling. Uit het onderzoek kan de conclusie getrokken worden dat de behandelaren juist wensen dat de gereedschapskoffer volledig wordt aangepast aan de behoeften van de cliënt. Zodat zowel de behandelaren, als de cliënten de gereedschapskoffer kunnen gebruiken in de ondersteuning bij de hulpvraag van de Jeugdige met een LVB. De gereedschapskoffer moet hierbij gezien worden als ondersteuning en niet als vervanging van werkzaamheden. 41
Implementatie Medewerkers kennen nog maar weinig eHealth toepassingen. Social media en toepassingen waarvan een pilot wordt gedraaid (Jouw omgeving en MATTIE) binnen Tjallingahiem zijn wel bekend. Maar de toepassingen die minder publiciteit krijgen, hebben zij meestal nog nooit van gehoord. Hieruit zou je kunnen opmaken dat publiciteit er voor kan zorgen dat eHealth meer gebruikt zouden kunnen worden. Een eHealth gereedschapskoffer kan hier aan bijdragen, wanneer deze op de juiste manier geïmplementeerd word kunnen medewerkers op makkelijke wijze toepassingen vinden die passen bij de hulpvraag. Om de eHealth gereedschapskoffer een succes te laten zijn, moet je wel weten of medewerkers het willen gaan gebruiken. Staan zij positief tegenover eHealth? Het antwoord was duidelijk, een grote meerderheid van de behandelaren staat positief tegenover eHealth. Ook al geven zij wel aan eHealth nog een ruim begrip te vinden. Implementatie is erg belangrijk bij de slagingskans van eHealth. Er moet nog het nodige gedaan worden aan de implementatie, behandelaren zouden graag zien dat zij: Trainingen, cursussen of workshops aangeboden krijgen met betrekking tot eHealth. Ook vinden zij het belangrijk dat de LVBjeugdigen erbij betrokken worden. Daarnaast verwachten zij: Goed werkende digitale middelen en een goede implementatie. Vormgeving en gebruik Om te weten hoe de vormgeving van de eHealth gereedschapskoffer er uit moet zien ten behoeve van de cliënten (LVB-jeugdigen), is er gekeken naar de hulpvraag en begeleidingsbehoefte van jeugdigen met een LVB. Vanuit dat oogpunt is er een top 5 gekomen van punten waar de eHealth gereedschapskoffer aan moet voldoen: 1. Het moet overzichtelijk zijn 2. Niet te moeilijk taalgebruik 3. Het moet aantrekkelijk zijn 4. Veel gebruik van afbeeldingen 5. Het moet snel zijn Voor de behandelaren moet er een onderdeel zijn met een link naar protocollen, formulieren, infoland en methodieken Behandelaren en cliënten maken het meest gebruik van de computer, het is daarom vooral belangrijk dat de eHealth gereedschapskoffer beschikbaar is via de computer. De tablet wordt gezien als een handig en snel hulpmiddel voor in de ondersteuning van de cliënt, maar wordt nog weinig gebruikt. Applicaties kunnen wel toegevoegd worden in de lijst met toepassingen van de gereedschapskoffer, de LVB-jeugdigen maken al regelmatig gebruik van een smartphone. Ook komt het voor dat zij de mogelijkheid hebben om te werken met een tablet. Met de smartphone en tablet kunnen zij via applicaties werken. De kans is groot dat er in de toekomst steeds meer applicaties gebruikt zullen worden. Als het aan de behandelaren lag zouden zij graag meer gebruik willen maken van smartphone of tablet. In het onderzoek is continu gezocht naar eHealth toepassingen en applicaties die passend en nuttig zijn voor de LVB-jeugdigen en behandelaren. Er werd gekeken welke toepassingen passen bij de hulpvragen van jeugdigen met een LVB, welke toepassingen de behandelaren gebruiken en zouden willen gebruiken. Ook werd er gekeken bij welke hulpvragen behandelaren ondersteuning van digitale middelen zouden willen gebruiken. Hier is een lijst met toepassingen en applicaties uit gekomen, deze lijst is te vinden in de eHealth gereedschapskoffer. Zie hiervoor bijlage 1.
42
6. Aanbevelingen In dit hoofdstuk worden aanbevelingen gegeven. Er wordt beschreven hoe de belangrijkste bevindingen uit dit onderzoek, gebruikt kunnen worden binnen Tjallingahiem. Deze aanbevelingen zijn gebruikt voor de keuzes in de eHealth gereedschapskoffer, deze is te vinden bij bijlage 1. Implementatie Allereerst is informatie verstrekken een belangrijk punt, behandelaren meer bekend maken met eHealth. Om eHealth te kunnen gebruiken moeten zij meer kennis hebben van wat eHealth is en wat hiermee mogelijk is. Dit kan door middel van een cursus, training of lezing. Daarnaast kan de eHealth gereedschapskoffer geïntroduceerd worden als hulpmiddel bij het vinden van de juiste eHealth toepassingen. Naast informatie verstrekking, is de aanschaf en het onderhoud van de digitale middelen erg belangrijk. Meest belangrijk is dat behandelaren goed werkende apparatuur hebben, deze zijn nodig bij het gebruik van eHealth. Daarnaast zou de aanschaf van smartphones of tablets er aan bij kunnen dragen dat werken met eHealth nog gemakkelijker wordt. Echter moeten hier wel de financiële mogelijkheden voor zijn, anders zou deze aanbeveling niet uitgevoerd kunnen worden. Als dat het geval is, laat het dan een tip zijn voor de toekomst. Ondersteuning Het is belangrijk dat het gebruik van eHealth niet als vervanging van werkzaamheden wordt gezien, maar als ondersteuning van de werkzaamheden. Voornamelijk als ondersteuning bij het werken aan de hulpvraag van de cliënt. Maar ook voor verwijzing naar informatie over methodieken, formulieren en protocollen voor de behandelaren. Niet alleen blijkt dat behandelaren dit belangrijk vinden bij het gebruik van eHealth, ook het contact dat zo belangrijk is in het hulpverleningsproces blijft zo bestaan. Ook kwam in de literatuurstudie en interviews naar voren dat er een aantal risico's zitten aan het gebruik van eHealth. Er zijn nogal eens tegenstrijdigheden of onwaarheden te vinden op internet. Tjallingahiem werkt met een kwetsbare en beïnvloedbare doelgroep, daarom blijft de ondersteuning van de behandelaar ook zo belangrijk. Blijven doorontwikkelen van de eHealth gereedschapskoffer EHealth ontwikkeld zich in een snel tempo, regelmatig zijn er nieuwe bruikbare toepassingen en applicaties te vinden. Ook veranderen de trends op welzijnsgebied. Daarom is het belangrijk om de eHealth gereedschapskoffer regelmatig te evalueren en aan te vullen. Niet alleen toevoegen van nieuwe toepassingen, maar ook het checken en eventueel verwijderen van verouderde toepassingen en applicaties is hierbij belangrijk. De eHealth gereedschapskoffer zal daarom altijd in ontwikkeling moeten blijven. Er zou een verantwoordelijke/contact persoon moeten komen, die zich hier mee bezighoud. Medewerkers kunnen hier hun inbreng kwijt. Ook kunnen er evaluatie momenten gepland worden. Vervolg onderzoek De eHealth gereedschapskoffer staat nog in kinderschoenen. Er is nog niet mee gewerkt in de praktijk en cliënten hebben hun inbreng nog niet gehad. Het is belangrijk om de cliënt er bij te betrekken, zij zullen veel met de eHealth gereedschapskoffer en zijn toepassingen werken. Er is wel gevraagd naar de wensen van cliënten aan de behandelaren, maar deze wensen zijn niet gevraagd aan de cliënten zelf. Het is belangrijk dat er vervolg onderzoek komt dat zich richt op de wensen van cliënten, zodat de gereedschapskoffer optimaal op hen kan aansluiten. Er is nog niet duidelijk of en hoe de gereedschapskoffer werkt in de praktijk, daarvoor zal evaluatie en waarschijnlijk doorontwikkeling nodig zijn. Een evaluerend onderzoek zou een goed beeld kunnen 43
schetsen over de punten die verbeterd zouden moeten worden. En vergeet de positieve punten niet. De positieve punten kunnen ook gebruikt worden door andere organisaties die een gereedschapskoffer willen ontwikkelen.
Bronnenlijst
Dr.ir.drs. A.G.M. Pijpers RE, D. K. (2002). ACCEPTATIE VAN ICT Theorie en een veldonderzoek onder topmanagers. Opgeroepen op September 16, 2013, van http://www.guuspijpers.com/documenten/Pijpers%20-‐%20Acceptatie%20van%20ICT.pdf Drost, J. (oktober 2009). Een Licht Verstandelijke Beperking nader omschreven. Maatschappelijk maatwerk bij Langdurig Problematische Gezinssituaties , 31. drs. F. van der Velde, d. S. (2008). E-‐health en domotica in de zorg: kans of risico? Utrecht: Prismant. Edel, R. (2013, augustus 1). senior P&O adviseur Tjallingahiem . (T. K. Nijholt, Interviewer) Edutechwiki. (2012, Januari 11). Tecnology Acceptance Model. Opgeroepen op September 16, 2013, van Edutechwiki: http://edutechwiki.unige.ch/en/Technology_acceptance_model Fekken, S. (2013 йил 5-‐Maart). Onderzoeksopdrachten van de lectoraten van het Instituut Zorg en Welzijn -‐ inventariesatie onderzoek eHealth gereedschapkoffer. From Elo: http://elo.nhl.nl/webapps/portal/frameset.jsp?tab=community&url=%2Fbin%2Fcommon%2Fcourse. pl%3Fcourse_id%3D_2600_1 Furneaux, B. (2006, Januari 13). Technology Acceptance Model. Opgeroepen op september 16, 2013, van IS theory: http://www.istheory.yorku.ca/Technologyacceptancemodel.htm Geef, P. (2013 йил dinsdag-‐5 maart). Over Geef. From Platform Geef: www.platformgeef.nl Jouw Omgeving. (2013, augustus 3). Opgehaald van Jouw Omgeving: www.jouwomgeving.nl Koch, S. T. (2011). Extending the Technology Acceptance Model with perceived community characteristics. Opgeroepen op September 16, 2013, van Information research: http://informationr.net/ir/16-‐2/paper478.html Nivel en Nictiz. (2013). eHealth-‐monitor 2013, eHealth verder dan je denkt. Den Haag. Platform Geef. (sd). De organisatie. Opgeroepen op augustus 2013, van Geef: http://www.platformgeef.nl/index.php/organisatie Rot, E. (2013, april). balans in beeld de handreiking. Opgeroepen op augustus 2013, van Kennisplein gehandicaptensector: http://www.kennispleingehandicaptensector.nl/docs/producten/Balans-‐in-‐ Beeld-‐Handreiking.pdf Spoed4jeugd. (2013, Augustus). Over spoed4jeugd. Opgehaald van Spoed4jeugd: http://www.spoed4jeugd.nl/index.php?page=over
44
Tjallingahiem. (2013). Een Licht Verstandelijke Beperking. Opgeroepen op augustus 2013, van Tjallingahiem: http://www.tjallingahiem.nl/verwijzers/licht-‐verstandelijke-‐beperking Tjallingahiem. (2013, Maart). Jaarverslagen > jaardocument 2012. Opgeroepen op 10 2013, van Tjallingahiem: http://www.tjallingahiem.nl/informatie/over-‐tjallingahiem/jaarverslagen Tjallingahiem. (2013 йил 5-‐Maart). Missie, visie, strategie en beleid. From Tjallingahiem: www.tjallingahiem.nl Tjallingahiem. (2013, augustus). Nieuws; Mattie. Opgehaald van Tjallingahiem: http://www.tjallingahiem.nl/nieuws?news_id=131841 TNO. (sd). Succesvol implementeren. Opgeroepen op september 2013, van TNO: http://www.tno.nl/downloads/KvL-‐PZ-‐Succesvol_implementeren-‐TNO-‐new.pdf Verhoeven, N. (2007). Wat is onderzoek? Boom onderwijs. VOBC. (2011, augustus). Op het eerste oog heel gewoon. Opgeroepen op augustus 2013, van NJI: http://www.nji.nl/nl/Stelsel_VOBC_LVG.pdf Wikipedia Engeland. (2013, April 25). Opgeroepen op September 16, 2013, van Technology Acceptance Model: http://en.wikipedia.org/wiki/Technology_acceptance_model Wikipedia. (2013, 10 1). Jeugd. Opgeroepen op 10 19, 2013, van Wikipedia: http://nl.wikipedia.org/wiki/Jeugd Wolterink. (2012, augustus 24). Whitepaper ordening in de wereld van eHealth. Opgehaald van Nictiz: http://www.nictiz.nl/page/Publicaties/Whitepapers Women On the Web. (2013, april). Over certificaten en veiligheid. Opgehaald van Women on the web: http://www.womenontheweb.nl/kennisdelen/certificaten/over-‐certificaten-‐en-‐veiligheid Woorden.org. (sd). Woordenboek. Opgeroepen op augustus 2013, van Woorden : http://www.woorden.org/woord/implementatie Zoon, M. (2013, Juli). Kenmerken en oorzaken van een Licht Verstandelijke Beperking. Opgehaald van Nederlands Jeugd Instituut: http://www.nji.nl/nji/dossierDownloads/LVB_Kenmerken_en_oorzaken.pdf Zoon, M. (2012, 01). Wat werkt bij jeugdigen met een licht verstandelijke beperking. Opgeroepen op 07 2013, van Nederlands Jeugd Instituut: http://www.nji.nl/nl/LVB_Wat_werkt.pdf Zwierenberg, E. (2012, November). Ondersteuning voor ondersteunende begeleiding. Opgehaald van Platform Geef: http://www.platformgeef.nl/files/get/18.pdf
45
Bijlagen Bijlage 1: De eHealth gereedschapskoffer
Deze handleiding behoord bij de gereedschapskoffer die voor jou en je collega's is ontworpen binnen Tjallingahiem. In de gereedschapskoffer vind je een verzameling internetsites, toepassingen en applicaties die ondersteunend kunnen zijn bij de hulpverlening aan jouw cliënt(en). Deze sites, toepassingen en applicaties bevatten informatie of werken op een interactieve manier aan bepaalde onderwerpen passend bij jeugdigen met een Licht Verstandelijke Beperking Deze gereedschapskoffer kan op verschillende manieren worden ingezet in de hulpverlening. Zo kunt je er voor kiezen om de cliënt zelf te laten zoeken naar geschikte middelen in de gereedschapskoffer, je kunt dit samen doen of je kunt zelf een geschikte site, toepassing of applicatie kiezen voor jouw cliënt. Dit zal per cliënt verschillend zijn. Bij het gebruik van sites, toepassingen en applicaties geldt hetzelfde. Al zal een stukje controle altijd nodig blijven. In welke mate deze controle er moet zijn, kun je als professional het beste zelf inschatten. Dit is verschillend per cliënt. Ook kun je zelf via deze sites, toepassingen en applicaties op een snelle manier aan informatie komen. De sites, toepassingen en applicaties zijn verdeeld in verschillende mappen met categorieën. Onderaan is een extra map te vinden met zaken die alleen betrekking hebben op u als medewerker. Hierin is informatie te vinden over methodieken, maar ook is er een link te vinden naar formulieren, protocollen en infoland. De mappen worden deels visueel ondersteund, er is rekening gehouden met de cliënten. Wanneer het
om een applicatie gaat is het volgende pictogram bij de beschrijving geplaatst: Aan de linkerkant van de mappen is de naam te vinden van de site, toepassing of applicatie. Deze naam is een link, wanneer je hier op klikt komt je vanzelf op de website terecht. Aan de rechterkant staat een omschrijving van de site, toepassing of applicatie. Voor je gaat werken met de gereedschapskoffer zou je alle linkjes van de gereedschapskoffer eens kunnen bekijken, om een beeld te krijgen van alle mogelijkheden. Zo kun je kijken wat bij welke cliënten zou kunnen passen. Door dit in beeld te hebben kan het makkelijker worden om de websites, toepassingen en applicaties in de gereedschapskoffer ook daadwerkelijk te gaan inzetten bij de ondersteuning van de cliënt(en) Wanneer je de cliënt alleen in de eHealth gereedschapskoffer wil laten zoeken, adviseer ik zeker om eerst te kijken of de gereedschapskoffer en de daarbij behorende websites, toepassingen en applicaties wel geschikt zijn voor de cliënt. Deze eHealth gereedschapskoffer is ontwikkeld aan de hand van interviews en enquêtes binnen de organisatie Tjallingahiem. Deze zijn gehouden onder het personeel dat in contact komt met de cliënten. Misschien ben jij zelf wel geïnterviewd, of heb je de enquête ingevuld. Op deze manier is de gereedschapskoffer afgestemd op wat bij jullie werkzaamheden en cliënten past. Heb je vragen over deze eHealth gereedschapskoffer, of heb je toevoegingen? Dan kun je contact opnemen met Ype Brada:
[email protected] 46
.
Hulp Regelhulp.nl
Weg wijzer naar zorg en ondersteuning
Mijndoelenstellen.nl
Eenvoudige site die helpt met doelenstellen
Geldkompasleeuwarden.nl
Eenvoudige site met informatie over: Werk, huis, zorg, leren, geld en vrije tijd
Steffie.nl
Steffie legt je op een makkelijke manier uit hoe dingen werken. Bijvoorbeeld Internet, e-mailen of bankzaken.
Bekijkhetnuchter.nl
Steffie legt op een eenvoudige manier uit wat alcohol en drugs met je kunnen doen.
99gram.nl
Site met informatie over eten, gewicht en uiterlijk Hier kun je een dagplanning maken met pictogrammen.
Autiplan.nl
Autiplan is ook te krijgen als app.
Voedselbank.nl
Hier kun je, wanneer je hier recht op hebt een voedselpakket aanvragen
Anwb.nl
Een route planner voor als je ergens heen moet
Mijnboodschappenlijst.nl
Eenvoudig een boodschappenlijst met plaatjes maken.
47
Wat heb ik? Autisme-nva.nl
Site over autisme
Gripopjedip.nl
Site voor als je niet zo lekker in je vel zit
psychischegezondheid.nl
Site met informatie over psychische problemen
Youtube.com (psycho-educatie filmpjes)
Op Youtube kun je filmpjes zoeken over wat je hebt.
Gezondheid Voedingscentrum.nl
Een site met informatie over gezond eten en drinken Een app om af te vallen.
Foodzy Foodzy.com
Eppy http://www.epilepsiefonds.nl/eppy
Diabetesdagboek http://www.agisweb.nl/Voor_Consumenten/Mo biele_applicaties/Diabetesdagboek_op_uw_mo biel
Foodzy houd bij wat je eet en drinkt. Verwerkt dit en geeft tips Gratis te downloaden voor apple en android Een app voor mensen met epilepsie. met aanvalskalender, medicijnen herinnering en alarm. Gratis te downloaden voor apple en android
Een applicatie die helpt met het bijhouden van bloedglucose-waarden en insuline gebruikt
Gratis te downloaden voor apple en android
48
Medalert http://www.ggzfriesland.nl/mobieleapplicaties-apps
MedDossier http://www.ggzfriesland.nl/mobieleapplicaties-apps
Hier kun je de tijden waarop je medicatie moet nemen instellen. De applicatie geeft dan alarm. Gratis te downloaden voor apple en android
In deze app kun je al je medische gegevens bijhouden Gratis te downloaden voor apple en android
Liefde en relatie Sense.info
Informatie voor jongeren over liefde, seks, je lichaam, voorbehoedsmiddelen, soa's en zwangerschap
Meerdanliefde.nl
Site met eenvoudige informatie over seks, relatie, je lichaam, vriendschap, kinderwens en nog veel meer. Met geluid en afbeeldingen
Anticonceptievoorjou.nl
Hier kun je testen welke anticonceptie bij jou past.
Geld, werk en regels Internet bankieren
Beheren van je geld Via Steffie.nl kun je een uitleg en oefening krijgen over internet bankieren en betalen met je bankpas
Kbnl.nl
De kredietbank helpt bij schulden, geld lenen en beheren
49
Nibud.nl
Informatie over omgaan met geld
Uwv.nl
Over werk en uitkeringen
Juridischloket.nl
Informatie over alles waar je juridische hulp bij nodig kunt hebben
Digitaal loket Leeuwarden
Verschillende zaken die je via internet bij de gemeente aan kunt vragen
Handig Sclera.be
Site met heel veel pictogrammen
Koekeltjes.nl
Google in een veilige omgeving
Symbaloo.nl
Hier kun je al je favoriete sites bij elkaar zetten
http://seriousgames.startpagina.nl/
Spellen waar je iets van kunt leren
Mijninternet.net
Hele eenvoudige site met linkjes naar informatie en ook leuke dingen.
Opgroeikaarten.nl Deze site kan ook gebruikt worden door ouders in gezinnen (in principe ook cliënten)
Verschillende gratis kaarten, zoals: beloningskaarten, dagritmekaarten, aftelkaarten schema's en pictogrammen.
Beeldhorloge.nl
Een horloge die doormiddel van pictogrammen aangeeft wanneer het ergens tijd voor is
oplossingsgericht.nu
Informatie over oplossingsgericht werken
Methodieken.nl
Informatie over vele verschillende methodieken
50
Nji.nl
Site van het Nederlands jeugd instituut
Yammer
(dit zou een link kunnen worden in het systeem)
Infoland
(dit zou een link kunnen worden in het systeem)
Formulieren en protocollen
(dit zou een link kunnen worden in het systeem)
Bijlage 2: Resultaten van de enquête in grafieken Hieronder kunt u de resultaten van de enquête vinden. Bijna alle grafieken zijn berekend en gemaakt door het programma Qualtrics, met uitzondering van twee vragen. Bij deze vragen is beschreven dat het om een eigen berekening gaat. Zo nodig staat er onder de vraag een korte omschrijving over de vraag en/of uitkomst, in het onderzoeksverslag zal een uitgebreide versie te vinden zijn met onder andere een conclusie. 1.Wat is uw leeftijd?
2. Binnen welke hulpvorm valt uw functie bij Tjallingahiem? Medewerkers konden maximaal één hulpvorm kiezen, functies van de medewerkers die het antwoord "anders" kozen staan onder de staafdiagram.
51
Anders, namelijk; SD WTG management Manager Primair Proces gedragswetenschapper gezinsbegeleiding specialistische dienst (vakgroep gedragswetenschappers) ambulante pedagogische begeleiding gezinsbegeleiding Specialistische Dienstverlening Gedragswetenschapper, verbonden aan dagbehandeling en behandelgroep. Daarnaast diagnostiek en therapie. Clientenservicebureau 3. Wat is de leeftijd van de doelgroep waar u binnen Tjallingahiem mee te maken heeft? (Zijn er meerdere antwoorden op u van toepassing, vul dan het antwoord in dat het meest van toepassing is)
52
4.Hoe frequent maakt u gebruik van de volgende digitale middelen in de hulpverlening? Medewerkers konden per digitaal middel één keuze maken, de keuzes waren; nooit, soms, regelmatig, vaak en erg vaak.
5.Hoe tevreden bent u met de frequentie van het gebruik van digitale middelen in de hulpverlening? Medewerkers konden per digitaal middel één keuze maken, boven de staafdiagram is terug te vinden welke keuzes mogelijk waren.
53
6.Wat gebruikt u op uw mobiele telefoon ter ondersteuning van uw cliënten? (Er zijn meerdere antwoorden mogelijk)
Zoals in de vraag al naar voren komt, konden medewerkers alle keuzes aanklikken die op hen van toepassing waren. Antwoorden bij de keuze "anders" staan onder de grafiek.
Anders, namelijk; Contact het systeem
n.v.t. niet in hulpverlening actief 7. Wat gebruikt u op de computer ter ondersteuning van uw cliënten? (Er zijn meerdere antwoorden mogelijk) Zoals in de vraag al naar voren komt, konden medewerkers alle keuzes aanklikken die op hen van toepassing waren. Antwoorden bij de keuze "anders" staan onder de grafiek.
54
Anders, nl. n.v.t. niet in hulpverlening actief 8. Vind u onderstaande onderwerpen geschikt om digitale middelen bij te gebruiken? Medewerkers kozen per onderwerp hoe zeer zij dat onderwerp wel of niet geschikt vinden, hierbij was maximaal één keuze mogelijk. Een van de deelnemende medewerkers heeft bij ontspanning geen keuze gemaakt, verder is de vraag door alle deelnemers volledig ingevuld.
55
^ Hieboven staat; ondersteunende middelen zoals het stoplicht of beloningssysteem 9. Welke van de onderstaande toepassingen kent u al? Vul in wat het meest op u van toepassing is. Medewerkers konden één keuze maken per toepassing, zij konden kiezen wat het meest op hen van toepassing is. Bij een aantal toepassingen is er niet door alle medewerkers een keuze gemaakt, het gaat hierbij om maximaal drie personen bij één toepassing.
56
10. Kent u nog andere toepassingen of applicaties die ook nuttig zijn voor u en/of uw cliënten? Een keuze die vrij in te vullen was voor alle medewerkers, hieronder in het schema vind u de reacties.
57
Tekst reactie medicatie app nee n.v.t neen koekeltjes, dat is google voor kinderen Nee inname medicatie Skype, mail (hotmail/Gmail etc), Online games... ? Onvoldoende zicht op. Zo ook bij vraag 10. 11.Van welke digitale middelen kunnen de cliënten die u begeleid gebruik maken? (Er zijn meerdere antwoorden mogelijk) Zoals in de vraag al naar voren komt, konden medewerkers alle keuzes aanklikken die op de cliënt van toepassing zijn. Er was geen maximaal of minimaal aantal keuzes gesteld bij deze vraag. Antwoorden bij de keuze "anders" staan onder de grafiek.
58
Anders, namelijk; digitale spellen worden veel gespeeld N.v.t. Het lijkt mij goed dat elke client beschikking kan hebben tot computer, en in de toekomst tablet 12. Hoe frequent maken cliënten daadwerkelijk gebruik van de volgende digitale middelen? Per digitaal middel konden de medewerkers één keuze maken voor hun cliënten.
13. Waar zou een eHealth gereedschapskoffer aan moeten voldoen met het oog op de cliënt? (Schuif op volgorde, 1 is het meest belangrijk en 10 het minst belangrijk)
Eigen berekening, bron: Hendrik Klos. Doormiddel van een eigen berekening is er berekend welke keuze de hoogste score krijgt. Het gaat hier dus niet om de keuze die het meest op één stond, maar om de keuze die over alles de hoogste score krijgt. Dit maakt de uitkomst exacter. Qualtrics kon deze berekening niet maken zoals ik hem graag zou willen zien, vandaar de keuze om dit zelf te berekenen. Deze vraag is beantwoord door 45 personen, vier medewerkers hebben deze vraag dus niet beantwoord.
59
16,00% 14,00% 12,00% 10,00% 8,00% 6,00% 4,00% 2,00% 0,00%
14. Welke van de onderstaande toepassingen worden gebruikt door uw cliënt(en)? Medewerkers konden bij deze vraag alle toepassingen kiezen die worden gebruikt door hun cliënt(en), er was geen minimaal of maximaal aantal keuzes.
60
15. Ziet u het gebruik van eHealth als een positieve aanvulling van de hulpverlening aan uw cliënt? Bij deze vraag mochten de medewerkers maximaal één keuze kiezen, een respondent heeft deze vraag niet ingevuld. De getallen bij deze cirkel diagram staan voor het aantal personen die deze keuze gemaakt hebben.
61
16.Wanneer vind u een eHealth toepassing/site betrouwbaar? Sleep op volgorde van 1 t/m 8, 1 is het meest belangrijk en 8 het minst belangrijk. Eigen berekening, bron: H.Klos. Doormiddel van een eigen berekening is er berekend welke keuze de hoogste score krijgt. Het gaat hier dus niet om de keuze die het meest op één stond, maar om de keuze die over alles de hoogste score krijgt. Dit maakt de uitkomst exacter. Qualtrics kon deze berekening niet maken zoals ik hem graag zou willen zien, vandaar de keuze om dit zelf te berekenen. Deze vraag is beantwoord door 45 personen, vier medewerkers hebben deze vraag dus niet beantwoord. Onder de staafdiagram staan de antwoordmogelijkheden beschreven.
16,00% 14,00% 12,00% 10,00% 8,00% 6,00% 4,00% 2,00% 0,00%
Antw 1 = Als het in bezit is van een kwaliteitskeurmerk Antw 2 = Als een collega het adviseert Antw 3 = Als het een veel gebruikte/bekende site is in Nederland Antw 4 = Als het er goed uitziet 62
Antw 5 = Als het de informatie geeft waar ik naar op zoek ben of de cliënt naar opzoek is Antw 6 = Als ik er zelf goede ervaringen mee heb Antw 7 = Als het geen privacy gevoelige informatie gebruikt Antw 8 = Als het rekening houd met de cliënt 17.Wat verwacht u van de organisatie om het gebruik van eHealth te optimaliseren? (Er zijn maximaal 2 antwoorden mogelijk) Onder de staafdiagram zijn de opmerkingen bij de keus "anders" te vinden.
Anders, namelijk; Goede faciliteiten (betrouwbare en snelle verbindingen, goede hardware&software) aanschaf tablets en smartphones dat er genoeg hulpmiddelen zijn zoals internet, wifi, tablets of computers, enz faciliteren van goed internet, netwerk en media (apparaten) maar ook de kadering van de faciliteiten ivm behandeling. (bepaalde mogelijkheden met internet 's is soms bijvoorbeeld onwenselijk) De mogelijkheden om optimaal gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden van E-Health. Bijv. Een snelle internetverbinding, een smartphone,training en de medewerkers up to date en enthousiast maken/houden.
18.Heeft u nog tips of opmerkingen? In onderstaande tabel zijn alle ontvangen opmerkingen terug vinden.
63
Text Response door meer faciliteiten aan de jongeren te bieden en een laptop op de groep te kunnen zetten, kun je hier nog meer mee doen. nee Als tip zorg ervoor dat er een implementatie traject is, dat ook gecontroleerd wordt en met duidelijke richtlijnen. Want anders blijft het zweven. alles valt of staat met de juiste faciliteiten, begin daar mee en dan volgt de medewerker vanzelf aangezien het dagelijks leven al doordrongen is van digitale middelen. Als hulpverlener kun je er niet meer omheen. neen Succes verder! aanschaf van smart phone & tablets, zodat het gemakkelijker is om digitaal met de cliënten te werken (ook op locatie!) Nu in het bezit van een laptop, maar die is traag, heeft (sinds het in gebruik nemen) geen updates gehad, duurt lang om op te starten etc. tablets zijn ook goed te gebruiken voor het maken van opnames die direct teruggekeken kunnen worden. Er wordt veel gebruik gemaakt opnames door mij iig. Het is altijd zoeken naar een werkende camera, die nog niet in gebruik is. Via je Ipad ambulant werken in de digitale systemen gaat veel sneller dan het opstarten van een laptop met dongel. De laptop in ons bezit zijn zwaar verouderd en nog nooit geupdate. Die nummers schuiven werken niet goed op mijn telefoon dus niet helemaal juist ingevuld implementatie moet zorgvuldig gebeuren. De kaders moeten duidelijk zijn en afgestremd met zorgvraag jongeren en behandelars. Internet kan heel jandig zijn maar ook een gevaar meebrengen, deze afweging moet altijd zorgvuldig gemaakt worden. Zorg voor een goede implementatie. nee Denk om spelfouten, komt niet professioneel over. Tip: Iets gaan doen met het medium "serious gaming" . Volgens mij kan dat veel opleveren voor de organisatie. E.Jansen De Uitkomst Nee
Bijlage 3: Interview vragen eHealth Naam, functie & datum 1.Wat verstaat u onder eHealth? Evt. Uitleg waar je aan moet denken bij eHealth 64
2.Hoe maakt u gebruik van eHealth in uw werk? Wat gebruikt u aan eHealth toepassingen? Via welke digitale middelen gebruikt u eHealth in uw werk?(telefoon,pc,tablet..) Wat gebruiken collega's aan eHealth toepassingen? 3.Hoe denkt u over het gebruik van eHealth in uw werk? Wat zijn voordelen? Wat zijn nadelen? 4.Voldoen de eHealth middelen die u gebruikt aan uw verwachtingen? 5.Hoe ervaart u het gebruiksgemak van eHealth middelen? 6.Ziet u eHealth vooral als ondersteuning voor uzelf of vervanger van uw werkzaamheden? Leg uit. 7.Wanneer zou u er voor kiezen om een cliënt te verwijzen naar een eHealth middel in plaats van een professional? 8.Verhogen eHealth middelen uw effectiviteit en productiviteit? 9.Wanneer vindt u een eHealth toepassing betrouwbaar? (kwaliteitskeurmerk, omdat anderen het aanraden,..) Hoe merkt u kwaliteitsverschillen in de toepassing die u gebruikt? Hoe selecteert u de juiste toepassingen? 10. Wanneer zouden eHealth middelen de kwaliteit van het contact met uw cliënten veranderen? 11. Wat gebruiken cliënten aan eHealth middelen? Waar moeten eHealth middelen aan voldoen met het oog op de cliënt? 12. Welke nog niet genoemde eHealth middelen zouden ook bruikbaar kunnen zijn in uw werk? 13. Welke ondersteuning verwacht u van uw organisatie bij het inzetten van eHealth middelen? 14.Waar zou een eHealth koffer aan moeten voldoen om bruikbaar te zijn in de praktijk? Uitleg wat ze onder een eHealth koffer kunnen verstaan. (Een lijst met toepassingen passend bij de doelgroep, die gebruikt zouden kunnen worden in de hulpverlening) Vormgeving Via welk medium
65