Winter – januari 2010
De eerste DELTASTROMEN nieuwsflits van 2010
Op de allereerste plaats wenst de redactie van DELTASTROMEN iedereen een zeer gelukkig en succesvol 2010! We vertrouwen erop dat in het nieuwe jaar medewerkers en vrijwilligers van onze beheereenheid een grote bijdrage zullen leveren aan de verdere natuurontwikkeling en aan het vergroten van de belangstelling voor onze gebieden.
In de eerste DELTASTROMEN nieuwsflits van 2010 de volgende nieuwsitems: •
Wat brengt het jaar 2010 voor de bruine kiekendief?
•
Wie zijn er actief in de Beninger Slikken?
•
Waarom zijn de kinderfeestjes op Tiengemeten zo’n succes?
•
Wat zijn de resultaten van de vogelinventarisatie 2009 in de Dintelse Gorzen?
•
Hoe gaat Natuurmonumenten bij strenge vorst om met de kuddes in de gebieden?
•
Wat betekent het internationale jaar van de biodiversiteit in 2010?
•
Welke preventieve maatregelen neemt Natuurmonumenten om Q-koorts te voorkomen?
•
Welke nieuwe gidsen zijn vanaf 2010 op Tiengemeten gestart?
•
Wie is incognito waargenomen op Tiengemeten?
Dintelse Gorzen december 2009 (foto Dirk Dekker)
Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.
Deltastromen, winter - januari 2010.
Wat brengt het jaar 2010 voor de bruine kiekendief? SOVON Vogelonderzoek Nederland en Vogelbescherming Nederland organiseren in 2010 het Jaar van de Bruine Kiekendief. Deze charismatische roofvogel is uitgekozen omdat nog lang niet alles van deze vogel bekend is. De soort is als toppredator een belangrijke indicator voor ecosystemen (met name moerassen en akkerland) en daarmee ook de biodiversiteit. Omdat 2010 tevens het Jaar van de Biodiversiteit is, zal dit aspect een belangrijke rol spelen bij de communicatie. Er wordt een aantal activiteiten georganiseerd om meer bekendheid te geven aan (de bescherming van) deze soort en om vrijwilligers te betrekken bij vogelonderzoek en -tellingen. Dit jaar zal er speciale aandacht zijn voor het betrekken van de jeugd bij deze fraaie roofvogelsoort. Voor de jeugd wordt een teken- en fotowedstrijd georganiseerd. Tot slot zullen ook scholen worden benaderd met een lesbrief. Er zijn openstaande onderzoeksvragen die men met behulp van vrijwilligers wil beantwoorden zoals: Waar broeden Bruine Kiekendieven in Nederland? Het doel is een compleet landdekkend beeld van de broedaantallen te krijgen. Wanneer komen en vertrekken onze Bruine Kiekendieven (Fenologie)? Dit onderdeel leent zich voor publiciteit en het enthousiasmeren van waarnemers. Daarnaast levert het mogelijk informatie op over o.a. de effecten van klimaatverandering. Waar slapen Bruine Kiekendieven in de winterperiode, hoe zien deze slaapplaatsen er qua samenstelling uit? De bruine kiekendief is een in onze gebieden redelijk voorkomende roofvogelsoort. In een volgende uitgave van DELTASTROMEN zullen we de bruine kiekendief uitgebreid behandelen. Voor vogelaars die zijn geïnteresseerd en/of mee willen doen is de meest actuele informatie te vinden op www.jaarvandebruinekiekendief.nl.
Wie zijn er actief in de Beninger Slikken? Hans op den Dries, coördinator van de vogelwerkgroep afdeling Voorne van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNNV), komt trots met wetenswaardigheden over 25 jaar tellen van broedvogels in de Beninger Slikken. Binnenkort komt de vogelgroep met een uitgebreid verslag van 25 jaar achtereen broedvogels tellen in de Beninger Slikken. Dat waarnemen en tellen heeft 81 soorten broedvogels en 89 soorten niet broedvogels opgeleverd. Door de jaren zijn in totaal 15 tellers actief geweest. Momenteel zijn er nog 6 tellers die het hoofd boven water proberen te houden om het gehele gebied te tellen. De meest vreemde waarneming is in 1987 een zwartmaskerwever geweest. In dat jaar zijn ook een veldrietzanger en een waterrietzanger geteld en geringd.
Er wordt ook al 18 jaar vuil geruimd in het gebied. Elke laatste zaterdag van februari zijn ongeveer 8 mensen hiervoor in de weer. Ook dit jaar vindt op zaterdag 27 februari een vuilruimactie plaats. Als er niet geraapt kan worden, dan wordt men getracteerd op een prachtige winterse wandeling over sneeuw en puur natuurijs. Ook dit jaar wordt een oproep gedaan aan de vrijwilligers om mee te doen. Men vertrekt om 9 uur vanaf de splitsing Zeedijk- Ruigendijk. Rond 12 uur hoopt men klaar te zijn. Wil men de hand uit de mouwen steken, laat het eventjes Hans op den Dries weten op tel.no. 0181-318329.
Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.
Deltastromen, winter - januari 2010.
Er is een toptien van vogels voor het gebied ontstaan. De topvijf van deze ranglijst zijn: (1) de bosrietzanger; (2) de kleine karekiet; (3) de rietgors; (4) de fitis en (5) de blauwborst. De huidige werkgroep bestaande uit Theo Hagendoorn, Bert van Dijk, Jan den Exter, Dick Zwart, Peter Vermaas en coördinator Hans op den Dries is nu met minder mensen. Toch heeft men besloten om verder te gaan met inventariseren. Dit zal wel in aangepaste vorm gebeuren, namelijk het hele gebied in twee jaar tellen.
Waarom zijn de kinderfeestjes op Tiengemeten zo’n succes? Wegens groot succes zal bij wijze van proef op woensdag 3 februari een tweede kinderfeestje worden ingepland. Slaagt de proef dan is de uiteindelijke bedoeling om elke veertien dagen twee kinderfeestjes te kunnen aanbieden. Het succes van de kinderfeestjes is een enorme opsteker voor de mensen die erbij betrokken zijn. De vrijwilligers Guido Rottiers, Elsa van der Wal, Kees Wisse en nu ook Hans van Ruiten zijn elke woensdag in de weer om de kinderen op een speelse manier wegwijs te maken in de natuur. Het is dan ook een hele belevenis voor de kinderen. Er worden worstjes gewarmd, er is een rondleiding over het eiland waarbij de kinderen in de weer zijn met verrekijkers en kompasjes. Kinderen bouwen zelf een vogelhuisje wat triomfantelijk naar huis wordt meegenomen. Er is een fotosessie waarbij trotse ouders foto’s kunnen maken. Een betere manier om kinderen met de o zo belangrijke natuur kennis te laten maken is ondenkbaar. De proef met het tweede kinderfeestje op de woensdagmiddag zal door Roel Hitzert en Jan Bulsing worden ingevuld.
Wat zijn de resultaten van de vogelinventarisatie 2009 in de Dintelse Gorzen? Het gebied is aan het veranderen. De linkerzijde wordt minder interessant voor steltlopers. Het staat vol met struiken waardoor er nu meer bosvogels voorkomen. De rechterzijde is aan het vergrassen en wordt minder interessant voor zangvogels. Desalniettemin blijft het een prachtig gebied volgens de West Brabantse Vogelwerkgroep. Vanaf de afsluiting van Krammer en Volkerak in het kader van de Deltawerken in 1987 heeft Natuurmonumenten het beheer over de Dintelse Gorzen. Sindsdien is ook een vogeltelgroep bestaande uit leden van de West Brabantse Vogelwerkgroep hier actief. Doel is om ten behoeve van NM inzicht te krijgen in de ontwikkelingen van het vogelbestand. Ronald Buynsters treedt op als coördinator. Maandelijks (tweede of derde zaterdag) wordt gedurende ongeveer 4 uur door twee groepen van 3 tot 4 vogelaars een inventarisatie gemaakt. De telgroep bestaat op dit ogenblik uit 9 actieve leden. De mogelijkheid bestaat indien er plek is in de auto, om een aankomende vogelaar extra mee te nemen en hem enthousiast te maken voor het vogeltelwerk. Tegen de basalt aan de linkerzijde van het gebied wil het nog wel vol zitten met eenden, voor de rest is het weinig interessant. Opvallend is ook dat als je op het voormalige schelpeneiland het water opkijkt, daar op het water weinig wordt waargenomen. Aan de rechterzijde die nog lang onbegroeid bleef en geschikt was voor plevieren, begint nu gras te groeien en ook andere planten komen op. Dit is de plek waar ook altijd grote aantallen ganzen worden geteld. De gegevens worden aan NM en SOVON (alleen de watervogeltelling) doorgegeven. De vogelaars zijn enthousiast over het gebied en willen de activiteiten in de huidige vorm voortzetten. Mogelijk dat in de toekomst karteringen kunnen worden uitgevoerd. Er zijn veel soorten eenden waargenomen zoals smient, bergeend, pijlstaart, wintertaling, krakeend, kuifeend, brilduiker, maar ook in grote getale vogelsoorten als graspieper, veldleeuwerik, kramsvogel, fitis, putter en rietgors. De West Brabantse Vogelwerkgroep kent vele activiteiten zoals bijvoorbeeld excursies, contactbijeenkomsten en cursussen. Voor verdere informatie is de website te raadplegen: www.westbrabantsevwg.nl.
Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.
Deltastromen, winter - januari 2010.
Hoe gaat Natuurmonumenten bij strenge vorst om met de kuddes in de gebieden? Door zich aan te passen kunnen planten en dieren goed uit de voeten met de winterse omstandigheden. De zwakke exemplaren leggen wel het loodje, wat een populatie alleen maar sterker maakt. Dat is dus van belang voor een duurzaam behoud van soorten. Het aanpassingsvermogen voor de winterse omstandigheden die we nu (gehad) hebben, geldt ook voor de Schotse Hooglanders die het hele jaar in de Dintelse Gorzen en op Tiengemeten rondlopen. De Hooglanders zijn echter geen geherïntroduceerde oerrunderen - ze werken hier in feite als natuurbeheerders!, want de Hooglanders zijn uitermate geschikt voor grote natuurterreinen. Ze boetseren als het ware het landschap, net zoals het in- en uitstromende water op Tiengemeten dat doet. Zo zijn ze verantwoordelijk voor het maken van vele overgangen tussen bos, ruigte en gras. De Hooglanders doen dit op hun best wanneer zij jaarrond in het gebied lopen, liefst in een samenstelling van koeien, stieren en kalveren.
Dintelse Gorzen december 2009 (Foto Dirk Dekker)
Natuurmonumenten wil dieren zoveel mogelijk in hun waarde laten. Dat wil zeggen dat ze het recht hebben om zelfstandig en vrij te leven, om door de mens met rust gelaten te worden. Maar Natuurmonumenten heeft voor dieren die ze zelf naar haar gebieden haalt, ook een zorgplicht. Op Tiengemeten en in de Dintelse Gorzen is gekozen voor Schotse Hooglanders, omdat zij ook in de winter prima kunnen overleven. In de zomer, wanneer er voedsel in overvloed is, vreten ze zich vol. Met de aangelegde vetreserves kunnen ze de winter, wanneer het voedsel schaars is, doorkomen. In de loop van de winter beginnen ze hun vetreserves aan te spreken en zoeken ze naar alles wat eetbaar is, waarbij je de dieren ziet afslanken. In het voorjaar begint deze cyclus weer opnieuw; het is hun overlevingstrategie waar zij net als de wilde zoogdieren zoals herten volledig op zijn aangepast. Van deze cyclus maken we als natuurbeheerders dankbaar gebruik, want juist in de late winter zoeken de Hooglanders in het gehele gebied hun kostje bij elkaar, ook op plaatsen waar ze gewoonlijk niet komen. Daar vreten ze planten waar ze normaal aan voorbijlopen zoals wilgen, berken en duinriet. Juist op deze momenten is begrazing met grote grazers heel goed voor de biodiversiteit. Zou je de dieren bijvoederen, dan verstoor je dit gedrag en leg je in feite de begrazing stil. Bovendien hebben de zwakste dieren weinig aan het extra voedsel, want de sterkste dieren, die het niet echt nodig hebben, houden hen erbij weg. Bovenal is het in een winter als deze niet nodig; de dieren zien er in beide gebieden gezond uit en kunnen het prima redden. Alleen in extreme winters waarbij massasterfte kan ontstaan (waar nu geen sprake van is), bekijkt Natuurmonumenten hoe het best kan worden ingegrepen. Of dat dan bestaat uit het bijvoeren of verwijderen van zwakke dieren uit het gebied zal voor ieder gebied afzonderlijk worden bekeken. Dat Natuurmonumenten een zorgplicht heeft voor de twee kuddes staat buiten kijf. Al voordat begonnen werd met jaarrondbegrazing op Tiengemeten en in de Dintelse Gorzen, is een nauwkeurige schatting gemaakt hoeveel Schotse Hooglanders er in de gebieden kunnen lopen op basis van o.a. verwachte vegetatietypen en voedselbeschikbaarheid. Tevens vinden er van meet af aan wekelijkse visuele controles plaats en krijgen ze de jaarlijkse “APK” keuring, waarmee de gezondheid van de dieren voortdurend in de gaten wordt gehouden. Ondanks de zorg is het mogelijk dat een enkel dier in de veestapel overlijdt. Veelal zijn dat zwakke dieren die vroeg of laat toch aan hun einde komen. Net als in de natuur zal dat juist bijdragen aan de kracht en gezondheid van de algehele kudde. Op een eerder verschenen artikel in de Telegraaf over het bijvoederen van damherten heeft Natuurmonumenten op haar website een reactie geplaatst: zie http://www.natuurmonumenten.nl/content/natuurmonumenten-detelegraaf-schetst-onjuist-beeld
Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.
Deltastromen, winter - januari 2010.
Wat betekent het internationale jaar van de biodiversiteit (IYB) in 2010? Wat is biodiversiteit eigenlijk en waarom moeten we zoveel mogelijk ervan redden? Donderdag 28 januari jl. was de opening van het IYB in Naturalis. Biodiversiteit is de totale verscheidenheid aan planten, dieren en micro-organismen op aarde (of in een ecosysteem). Biodiversiteit is bovenal functionele biodiversiteit, zeggen biologen. Belangrijk is niet alleen welke soort het is, maar welke rol die soort speelt in het ecosysteem. Is meer biodiversiteit per definitie beter dan minder biodiversiteit? Uit veldonderzoeken blijkt dat meer biodiversiteit leidt tot hogere productiviteit, minder kwetsbaarheid voor invasieve soorten en meer ecologische stabiliteit. Van het een komt het ander. Hoe erg is het als een soort uitsterft en de biodiversiteit met één soort afneemt? Hoe erg is het als we bijvoorbeeld één soort vlinder verliezen? Die vlinder kan wel de enige bestuiver zijn van een bepaalde plant. Met de bestuiver verlies je ook de plant en alle soorten die ervan afhankelijk zijn. Het verdwijnen van soorten tast ecosystemen aan. De Verenigde Naties hebben 2010 uitgeroepen tot internationaal Jaar van de Biodiversiteit (IYB). In het verdrag inzake Biologische Diversiteit (CBD) van Rio de Janeiro in 1992 hebben 168 aangesloten landen afgesproken dat het tempo waarin soorten uitsterven, in 2010 aanzienlijk moet zijn afgeremd. Op de tiende CBD in oktober in Nagoya (Japan) zal de voortgang worden geïnventariseerd. De Nederlandse opening is donderdag 28 januari met een symposium in Naturalis. Het is tevens de aftrap voor het Nederlands Centrum voor Biodiversiteit Naturalis (NCB). De overheid steekt er 30 miljoen in.
Als ambassadeur voor biodiversiteit is landelijk gekozen voor de bij. Doordat het slecht gaat met de bij, ondervinden ook veel andere soorten in de natuur schade. Een sprekend voorbeeld van de onderlinge verbondenheid van alles met alles in de natuur: de biodiversiteit. Vandaar dat NCB Naturalis de bij als beeld voor al haar activiteiten in het Biodiversiteitjaar gebruikt. Voor verdere informatie, bezoek www.naturalis.nl/ncb.
Welke preventieve maatregelen neemt Natuurmonumenten om Q-koorts te voorkomen? De komende maanden zullen de eigen schapen en geiten van Natuurmonumenten preventief worden gevaccineerd. In overleg met derden wordt ook gedacht aan vaccinatie van dieren van derden in de gebieden van NM. In verband met de heersende Q-koorts bij geiten en schapen in sommige gebieden in Nederland, zal NM de eigen geiten en schapen gaan testen op Q-koorts. Voorts zal het uitrijden van mest en stro tot nader order worden opgeschort. Bij geboorte van schapen en geiten worden de stallen zoveel mogelijk winddicht gehouden om te voorkomen dat via wind de bacterie zich in de omgeving gaat verspreiden. Ook de gezondheid van de mens kan in het geding komen. Het contact van personeel en vrijwilligers met schapen en geiten dient zoveel mogelijk vermeden te worden. Ten aanzien van het vermijden van contact tussen publiek en de eigen schapen en geiten, zullen publieksactiviteiten waarbij sprake kan zijn van contact met schapen en geiten tijdelijk worden opgeschort. Uiteraard zal een eventuele besmetting of verdenking onmiddellijk worden gemeld en aangepakt. Voor meer informatie over de Q-koorts kan men terecht op een speciale Q-koorts website: www.qkoortsinnederland.nl.
Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.
Deltastromen, winter - januari 2010.
Welke nieuwe gidsen zijn vanaf 2010 op Tiengemeten gestart? Vanaf januari 2010 zijn drie vrijwilligers gestart als gids op Tiengemeten. Proficiat! De vrijwilligers Wim Meijler, Hans van Dijkhuizen en Kees Wisse zijn benoemd tot natuurgids en zullen vanaf januari 2010 excursies op Tiengemeten gaan leiden. Wij wensen hen veel succes. In een later stadium zal de redactie van DELTASTROMEN met de heren gaan kennismaken en hiervan verslag gaan doen.
Wie is incognito waargenomen op Tiengemeten? Jan Jaap de Graeff, algemeen directeur van NM, was onlangs spontaan voor een paar dagen lichtelijk incognito op Tiengemeten. Jan Jaap doet nog altijd aan hardlopen. Zijn conditie heeft hij deze keer op Tiengemeten op bijzondere wijze in de smetteloos witte sneeuw kunnen uittesten. In 2008 was hij al eens op het eiland te gast en had buiten het hardlopen op Tiengemeten wat hij nu eenmaal graag doet, toen tevens een afspraak met journalist Caspar Janssen van de Volkskrant. Deze keer heeft hij op het eiland een ontmoeting met journalist Wieger Favier van de NCRV gehad. Jan Jaap had slechts drie eenvoudige reistassen bij zich, waaronder ook de ons zo bekende groene NM tas. Hij was daar duidelijk heel trots mee. Vooral toen hij onze vrijwilligers er ook mee zag. Voor de NCRV journalist was het heel jammer dat het eiland volledig in winterkleed gehuld was, want deze man had heel graag groene plaatjes willen maken. Het interview met Jan Jaap wordt in de komende lente door de NCRV in het blad “Vier” gepubliceerd. Naast deze ontmoeting met de NCRV journalist, was Jan Jaap de Graeff ook naar Tiengemeten gekomen voor een bijeenkomst met de groene directeuren ( NM, SBB, WNF, Vogelbescherming, SNM en de 12 Landschappen ).
Mededelingen Contact met de redactie Wij van de redactie zijn reuze benieuwd naar uw reactie op deze nieuwsbrief, maar ook naar kopij voor de volgende nieuwsbrief. Indien u suggesties heeft of belangrijke nieuwsfeiten, laat het ons weten. U kunt ons het beste bereiken via de e-mail of mobiele telefoon.Willem van Gilst is te bereiken op:
[email protected] of
[email protected] of 06-54384836
Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.