1
Handleiding bij
de digitale les
Fix je Risk
Dit is de handleiding die hoort bij de digitale les Fix je Risk. De les is geschikt voor groep 7 en 8. De digitale les heeft als doel leerlingen uit te leggen wat de financiële gevolgen van risico’s zijn, wat de rol van verzekeren is en wanneer het wel of niet verstandig is je te verzekeren. In deze handleiding staat per onderdeel beschreven waar het over gaat en wat de kinderen hiervan leren. De antwoorden worden toegelicht. In de lesbeschrijving vindt u per onderdeel de geschatte duur. De hele les duurt ongeveer 35 minuten. U kunt de les in één keer geven of de oefeningen verdelen over meerdere momenten.
Kerndoelen In de les komt het kerndoel ‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’, onderdeel Mens en samenleving aan bod: Kerndoel 35 De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument.
LESBESCHRIJVING Slide 1: Startscherm Doel:
• introductie van het onderwerp verzekeren. Tijd: 5 minuten Op het beginscherm staan alle onderdelen van de les. Rechtsonder kunt u de handleiding downloaden als pdf. U kunt door de les navigeren door op de pijltjes rechtsboven te klikken. Klik op de pijl zodat het filmpje start Leerlingen zien een meisje dat haar fiets in de stalling zet, deze op slot doet en wegloopt. Vervolgens wordt de fiets door iemand anders meegenomen. Even later komt het meisje terug en ontdekt dat haar fiets gestolen is. Klik op ‘Wat is verzekeren?’
Verdiepingsopdracht: Jouw fiets Om de discussie over verzekeringen te beginnen, kunt u starten met een prikkelende vraag aan de klas. Van wie is de fiets ook weleens gestolen? En hoe kwam je toen aan geld voor een nieuwe fiets?
Had je genoeg geld voor een nieuwe fiets, was er spaargeld of was er een verzekering? Laat de leerlingen zo veel mogelijk zelf op het onderwerp verzekeren komen.
Handleiding bij de digitale les Fix je Risk
2
Slide 2: Wat is verzekeren? Doelen:
• koppeling maken van het filmpje en de eigen ervaringen naar wat verzekeren is; • basisbegrippen van het verzekeren uitleggen. Tijd: 3 minuten Wat is verzekeren eigenlijk? De leerlingen lezen het stukje tekst. Daarin staan de begrippen premie, polis en risico uitgelegd aan de hand van het voorbeeld van de fiets. De drie woorden staan nogmaals onder de tekst. Aan de hand daarvan kunnen ze bespreken wat de woorden betekenen. Polis – Contract waarin de afspraken over de verzekering staan. Premie – Geld dat je iedere maand betaalt voor een verzekering. Risico – De kans dat er iets gebeurt met iets of iemand. Klik op het pijltje naar rechts
Slide 3: Moet je alles verzekeren? Doelen:
• uitleggen hoe je kunt bepalen welke zaken relevant zijn om te verzekeren; • basisbegrippen van het verzekeren uitleggen. Tijd: 8 minuten Met je spullen kan iets gebeuren. Om te bepalen of het verstandig is om iets wel of niet te verzekeren, nemen we een gymtas als voorbeeld. Door middel van het invullen van de velden denken leerlingen na over wat er met hun gymtas kan gebeuren, hoe groot de kans daarop is en hoeveel schade dat zou betekenen. In het eerste veld vullen leerlingen in wat er met hun gymtas kan gebeuren. Antwoorden kunnen zijn: • zoek raken • gestolen worden • kapot gaan • beschadigen In het tweede veld vullen de leerlingen in wat de kans is dat er iets met hun gymtas gebeurt. In het antwoord staat in ieder geval dat de kans klein is. Leerlingen kunnen hier zelf aan bijdragen door de tas niet rond te laten slingeren, er zorgvuldig mee om te gaan en de tas niet te vergeten. In het derde veld vullen de leerlingen in hoeveel schade ze denken te hebben als er iets met hun gymtas gebeurt. Hierbij moeten ze denken aan de waarde van de tas zelf en de waarde van de inhoud. Ze houden niet alleen rekening met de prijs van de spullen, maar ook met hoe oud de spullen zijn. Zitten er nieuwe gymschoenen in de tas, of zijn het gymschoenen die binnenkort vervangen moeten worden? De waarde wordt daardoor beïnvloed. De schade zal normaal gesproken niet zo groot zijn, tenzij er hele dure merkschoenen of merkkleding in zit.
Handleiding bij de digitale les Fix je Risk Door het invullen zien de leerlingen dat het niet zoveel zin heeft om je gymspullen te verzekeren, omdat het risico dat er iets mee gebeurt laag is en de financiële schade meevalt. Op de volgende pagina’s wordt verder ingegaan op de vraag welke zaken relevant zijn om te verzekeren.
Verdiepingsopdracht: En je mobiele telefoon? Je gymspullen hoef je niet te verzekeren, maar hoe zit het met je horloge, een bril of je mobiele telefoon? Of met een voetbal? De leerlingen kunnen de drie velden ook invullen aan de hand van een ander, zelfgekozen voorbeeld. Door de ingevulde antwoorden te bespreken, komen ze erachter wat de kans is dat er iets met bepaalde spullen gebeurt en wat de schade dan is. Een voetbal heeft een
behoorlijke kans om kapot te gaan of zoek te raken, maar het financiële effect daarvan is niet zo groot. Een horloge heeft ook wel kans om vergeten te worden of gestolen te worden. De financiële gevolgen daarvan zijn wel groot. Door deze (of andere) voorbeelden te vergelijken, leren leerlingen af te wegen wanneer het zinvol is iets wel te verzekeren en wanneer niet.
Slide 4: Wat kun je verzekeren (1)? Doelen:
• laten zien dat er grote en kleine risico’s zijn; • leerlingen laten nadenken over de vraag wat je allemaal kunt verzekeren. Tijd: 2 minuten Klik op het pijltje en bekijk het filmpje. Hierin zien leerlingen hoe een fietser ontsnapt aan een omvallende boom. Door middel van dit filmpje is het begrip risico uit te leggen. Het risico dat je geraakt wordt door een omvallende boom is heel klein, maar het kan wel gebeuren. Betekent dat ook direct dat je je ertegen moet verzekeren? Op de volgende pagina’s leren de leerlingen kritisch nadenken over zin en onzin van verzekeren. Met de man in het filmpje is het goed afgelopen! Klik op het pijltje naar rechts
3
Handleiding bij de digitale les Fix je Risk Slide 5: Wat kun je verzekeren (2)? Doel:
• leerlingen laten nadenken over de vraag wat je allemaal kunt verzekeren. Tijd: 5 minuten Behalve een fiets, kun je nog veel meer verzekeren. Over de vraag wat allemaal, denken de leerlingen na. Door na te gaan wat de kans, risico en schade is, bepalen de leerlingen of verzekeren zin heeft of niet. Mogelijke antwoorden zijn: • Fiets Verzekeren hangt af van de kans op diefstal of schade, de waarde van de fiets, de plaats waar de fiets zich bevindt en de maatregelen die je kunt nemen om schade te voorkomen. • Auto Je bent wettelijk verplicht je auto te verzekeren voor schade die je aan een andere auto of andere verkeersdeelnemers zoals fietsers, voetgangers, scooters, motorfietsen toebrengt. Je bent niet verplicht je eigen auto te verzekeren voor schade die jezelf veroorzaakt of voor diefstal. • Ziektekosten Je bent wettelijk verplicht je te verzekeren tegen ziektekosten. Dit is de basisverzekering. Wil je je extra verzekeren voor bijvoorbeeld een beugel, bril of fysiotherapeut, dan kun je een aanvullende verzekering kiezen. • Huis Het is verstandig je huis te verzekeren tegen bijvoorbeeld brand, storm en waterschade. • Meubels of inboedel Je kunt je meubels en alles wat er in huis is verzekeren tegen bijvoorbeeld brand, diefstal en waterschade. • Op reis gaan Als je op reis gaat naar het buitenland, kan je bagage worden gestolen, je kunt ziek worden, je reis kan plotseling niet doorgaan. Daar kun je je voor verzekeren. Vraag je altijd wel af: wat is de kans dat er iets gebeurt, wat kan ik doen om dit te voorkomen en wat kost het? • Begrafenis Veel mensen in Nederland verzekeren de kosten van hun eigen begrafenis. Ook hier de vraag wat het kost, en kies ik voor verzekeren of voor sparen?
• Bal door de ruit Schop je per ongeluk een bal door de ruit van de school, dan moeten je ouders betalen. Voor de ‘per ongelukjes’ van het gezin zijn je ouders verzekerd. • Pensioen Als je met pensioen gaat, wil je ook een inkomen hebben. Sommige mensen verzekeren hun oude dag en krijgen dan een uitkering van de verzekeringsmaatschappij. Klik op het pijltje naar rechts
4
Handleiding bij de digitale les Fix je Risk Slide 6: Wat kun je verzekeren (3)? Doel:
• leerlingen laten zien dat alles van waarde verzekerd kan worden. Ook bijzondere dingen. Tijd: 2 minuten Op deze pagina staan drie foto’s van beroemde mensen die iets bijzonders verzekerd hebben. Dat doen ze omdat ze bijvoorbeeld met hun benen veel geld verdienen. Door op de foto’s te klikken, zien leerlingen voor hoeveel euro deze mensen hun benen of andere lichaamsdelen verzekerd hebben. • Op de eerste foto staat zangeres Rihanna. Zij heeft haar benen voor 1 miljoen euro verzekerd. • Op de tweede foto staat voetballer Cristiano Ronaldo, die zijn benen voor 206 miljoen euro verzekerd heeft. Voetbalclub Real Madrid betaalt hier ieder jaar 4,5 miljoen euro aan premie. Dat doen ze omdat ze gedupeerd worden als Ronaldo lang geblesseerd zou zijn. Niet alleen betekent dat een minder sterk team, maar ze lopen dan ook veel inkomsten mis uit reclame. • Op de derde foto staat zangeres Jennifer Lopez, die haar billen voor 200 miljoen euro verzekerd heeft. Klik op het pijltje naar rechts
Verdiepingsopdracht: Wat kun je nog meer verzekeren? Ter verdieping kunt u leerlingen na laten denken welke bijzondere verzekeringen er nog meer zijn en wie die zouden kunnen hebben. Bijvoorbeeld: • Een pianist of bokser kan zijn handen verzekeren. • Een model kan haar benen laten verzekeren, of haar gezicht. • Een zanger kan zijn stem verzekeren.
5
Handleiding bij de digitale les Fix je Risk Slide 7: Waar of niet waar? Doelen:
• leerlingen testen wat zij hebben begrepen van de eerdere uitleg over verzekeren; • leerlingen een afweging laten maken of zij voor of tegen de stelling zijn om je in het voorbeeld te verzekeren of niet. Tijd: 8 minuten Op deze pagina staan vijf stellingen die te maken hebben met verzekeren. De leerlingen lezen de stellingen en denken na of deze waar of niet waar zijn. Als ze het antwoord weten, klikken ze ‘JA’ of ‘NEE’ aan. Vervolgens verschijnt er een veld met uitleg waarom dit antwoord goed of niet goed is. Er zijn in totaal 5 waar of niet waar stellingen. Klik op het pijltje naar rechts
Slide 8: Einde les Doel:
• leerlingen laten weten dat ze hun kennis over verzekeren kunnen testen met een bordspel. Tijd: 2 minuten Na deze digitale les hebben de leerlingen kritisch leren denken wanneer verzekeren zin heeft en wanneer niet. Ze kunnen hun kennis gebruiken bij het spelen van het bordspel Fix je Risk. In het bordspel Fix je Risk gooi je met de dobbelsteen en loop je met een pion over het bord. Zo kom je in situaties terecht waar je je uit moet zien te redden. Tegelijkertijd leer je heel veel over geld, risico’s en verzekeringen. Wie is het eerste bij de finish?
6