VERGADERING DATUM AGENDAPUNT BIJLAGE
: : : :
OPENBAAR BESTUUR 12 NOVEMBER 2008 14 OB-08-57
BETREFT
: Plan van Aanpak “Tillen”
Vorig jaar deed de Hoge Raad der Nederlanden (HR) uitspraak in een bijna 10 jaar slepende arbeidsongeschiktheidsdagvaarding waarbij een werknemer een werkgever daagde. De hoogste rechterlijke macht merkte op dat het maximale tilgewicht 23 kg is, maar het hanteert dit niet als absolute norm. In de diervoedersector wordt gewerkt met zakgoed van 25 kg. Deze uitspraak zorgde ervoor dat brancheorganisaties bij het Productschap Akkerbouw om informatie hebben gevraagd. De brancheorganisaties willen graag meer informatie over de wetgeving die bij dit onderwerp hoort en praktische voorlichtingsmaterialen. De afdeling Arbeid ontwikkelde een projectplan dat als bijlage is bijgevoegd. Het plan is dusdanig gestructureerd dat verschillende vormen van voorlichting worden voorgesteld. Dit projectplan is al goedgekeurd door het bestuur van het Productschap Akkerbouw en zal ook aan het Productschap Wijn en aan het Productschap Margarine, Vetten, Oliën worden voorgelegd voor deelname. Op 17 juli jl. is het Plan van Aanpak Tillen voor besluitvorming aan het bestuur gemaild. Achteraf bezien was dit – midden in de zomervakantie – geen optimale wijze van besluitvorming. Dit zal in het vervolg niet meer worden toegepast. Volledigheidshalve wordt het plan nogmaals voorgelegd. Het plan wordt samen met Productschap Akkerbouw uitgevoerd. ADVIES De Commissie Sociaal Economische Aangelegenheden Diervoedersector en het Dagelijks Bestuur adviseren positief. FINANCIËLE ASPECTEN De totale out-of-pocket kosten bedragen € 56.000, - excl. BTW en komen voor een derde ten laste van het PDV en tweederde van het PA. Het is opgenomen in de (herziene) begroting van project III.5: Arbeidsomstandigheden. Indien meer productschappen gaan meedoen, zullen de kosten naar rato worden herverdeeld.
Openbare bestuursvergadering PDV 12 november 2008
1 van 2
SOCIALE CONSEQUENTIES Het plan van aanpak zal bevorderen dat er duidelijkheid ontstaat over het gewenste maximale tilgewicht in de diervoedersector. VOORSTEL Het voorstel is in te stemmen met het plan van aanpak en de financiering ervan. COMMUNICATIE BIJLAGE(N) : 1
Openbare bestuursvergadering PDV 12 november 2008
2 van 2
Plan van aanpak Tillen
Plaats, datum: Opgesteld door:
Den Haag, juli 2008 afdeling Arbeid, Hilde Harren
Pagina 1 van 14
INHOUDSOPGAVE 1 ACHTERGROND .......................................................................................................................3 1.1 Opdrachtgever................................................................................................................3 1.2 Opdrachtnemer ..............................................................................................................3 2 PROJECTOPDRACHT ................................................................................................................4 2.1 Doelstelling.....................................................................................................................4 2.2 Opdrachtomschrijving.....................................................................................................4 3 PROJECTACTIVITEITEN ............................................................................................................4 3.1 Doelgroep.......................................................................................................................4 3.2 Onderwerpen..................................................................................................................4 3.3 Aanpak project ...............................................................................................................8 3.3.1 Initiële fase ..............................................................................................................8 3.3.2 Operationele fase ....................................................................................................9 4 PROJECTORGANISATIE ............................................................................................................9 4.1 Klankbordgroep ..............................................................................................................9 4.2 Projectteam ....................................................................................................................9 4.2.1 Projectleider.............................................................................................................9 4.2.2 Projectmedewerker..................................................................................................9 4.3 Extern deskundige........................................................................................................10 4.4 Communicatie ..............................................................................................................10 5 KOSTEN EN BATEN ................................................................................................................10 5.1 Kosten ..........................................................................................................................10 5.2 Baten ............................................................................................................................13
Pagina 2 van 14
1 ACHTERGROND Op 27 april 2007 deed de Hoge Raad der Nederlanden (HR) uitspraak in een bijna 10 jaar slepende arbeidsongeschiktheidsdagvaarding waarbij een werknemer een werkgever daagde. Op verzoek van zijn cheffin hielp de werknemer, met tenminste drie anderen, een oven op te tillen. De oven stond op een houten pallet en deze moest worden verwijderd. Het tillen gebeurde rechtstandig en de betrokkenen gingen allemaal door de knieën. Ondanks deze goede tilhouding voelt de werknemer plotseling pijn in zijn rug en twee maanden later meldt hij zich ziek met rugklachten. Een jaar later is hij geopereerd aan een hernia in zijn onderrug. Vanaf januari 2000 ontvangt hij een WAO uitkering op grond van een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80-100%. In de tussentijd daagt de werknemer zijn werkgever voor de kantonrechter. Via de kantonrechter en hoger beroep komt de zaak uit bij de HR. Deze bepaalt dat de werkgever de verplichting had om redelijkerwijs zorg te dragen voor mechanische hulpmiddelen en/of persoonlijke beschermingsmiddelen. Aanvullend merkt de hoogste rechterlijke macht op dat het maximale tilgewicht 23 kg is, maar het hanteert dit niet als absolute norm. De 23 kg, die de HR hanteert, is gebaseerd op de Amerikaanse NIOSH formule (National Institute for Occupational Safety and Health, 1981). Deze formule berekent het maximale aanbevolen gewicht dat met twee handen kan worden getild in een bepaalde tilsituatie zonder verhoogd gezondheidsrisico voor 90% van de werkende bevolking (bestaande uit 75% vrouw en 90% man). De uitspraak van de HR zorgde ervoor dat brancheorganisaties bij het Productschap Diervoeder om informatie hebben gevraagd. Vele vrachten (zoals zakgoed) die in de sector worden gebruikt zijn zwaarder. Brancheorganisaties willen graag meer informatie over de wetgeving die bij dit onderwerp hoort en praktische voorlichtingmaterialen. Deelname aan (onder)delen van dit voorgestelde project kunnen een praktische uitwerking zijn van een advies dat uit de Risico-Inventarisatie en –Evaluatie (RI&E) volgt. 1.1 Opdrachtgever Het Productschap Akkerbouw participeert voor 2/3 in dit project. Productschap Diervoeder voor 1/3. de besturen van beiden Productschappen zijn de opdrachtgever van dit project. In het bestuur van Productschap Akkerbouw zijn de kwekers, telers, handel, be- en verwerkende industrie, bakkers en de detailhandel vertegenwoordigd. Verder te noemen de akkerbouwsector. Het bestuur van Productschap Diervoeder is samengesteld uit vertegenwoordigers uit de verschillende geledingen van de diervoederkolom, benoemd door de ondernemers-organisaties en werknemersorganisaties actief in de volgende geledingen: akkerbouw, mengvoederindustrie, overige diervoeder- en diervoedergrondstoffenindustrie, niet-agrarische voortbrenging en handel in diervoeders, diervoedergrondstoffen en de (pluim) veehouderij. Verder te noemen de diervoederindustrie-sector 1.2 Opdrachtnemer De afdeling Arbeid zal voor de opdrachtgever de coördinatie en uitvoering van het voorlichtingsproject op zich nemen en treedt op als opdrachtnemer in dit project dat twee jaar zal duren.
Pagina 3 van 14
2 PROJECTOPDRACHT 2.1 Doelstelling Doelstelling van dit project is de akkerbouwsector en de diervoedersector van gerichte informatie te voorzien over fysieke belasting zodat de werkenden in die sectoren over meer informatie beschikken die zij praktisch kunnen toepassen voor het blijvend realiseren van veilige en goede arbeidsomstandigheden. De Productschappen willen hiermee bereiken dat de sector beschikt over de relevante informatie en kennis op dit gebied. Zodoende kunnen de sectoren wenselijke en noodzakelijke maatregelen nemen. Dit om te voldoen aan de vereisten ten aanzien van wet- en regelgeving en voorlichting aan werkenden in de sectoren. 2.2 Opdrachtomschrijving Als dit project wordt opgeleverd: •
Weten werknemers in de sectoren dat er vanuit de huidige wetgeving geen absolute tilnorm is in Nederland (bijv. 23 of 25 kg zoals velen nu wel denken). Het maximum tilgewicht is afhankelijk van houding, tilomstandigheden, vorm van de last etc.
•
Beschikken de sectoren over een voorlichtende folder en cd-rom.
•
Kunnen werknemers deelnemen aan een cursus waarin specifiek op fysieke belasting en juiste tilhouding binnen de akkerbouw- en diervoedersector wordt ingegaan.
•
Kunnen gebruikers via een webapplicatie snel in de databank hun eigen persoonlijke tilgegevens invoeren waarmee een maximale aanbevolen tilgrens in hun bedrijf (sector) bepaald kan worden.
•
Hebben werknemers inzicht welke tilhulpmiddelen beschikbaar zijn.
•
Is gecommuniceerd met de (werknemers in de) sector over de beschikbaarheid van bovengenoemde producten.
3 PROJECTACTIVITEITEN Het voorlichtingsproject zal uit drie pijlers bestaan. De doelgroep en deze drie delen zullen in dit hoofdstuk worden beschreven. De aanpak van dit project bevat een initiële en een operationele fase. Beide fasen zijn beschreven. Het project zal lopen tussen voorjaar 2008 en eind 2009. 3.1 Doelgroep Het voorlichtingsproject zal zich richten op werkenden in zowel de akkerbouw- als diervoedersector. De individuele deelsectoren staan vernoemd in paragraaf 1.1. 3.2 Onderwerpen Het voorlichtingsproject valt in drie pijlers uiteen.
A) Wetgeving Dit deel van het project heeft tot doel meer voorlichting te geven over de huidige wetgeving. Pagina 4 van 14
Op Europees niveau zijn verschillende normen en richtlijnen gepubliceerd die direct of indirect verband houden met aandoeningen aan het bewegingsapparaat. De Europese norm EU-1005-2 geeft aanbevelingen bij het handmatig verplaatsen van machines en onderdelen daarvan. Aanvullend bevat het document adviezen over hoe voorwerpen van drie kg of meer over afstanden van minder dan twee meter verplaatst kunnen worden. De Europese richtlijn 90/269/EEG beschrijft de minimum veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voor het handmatig hanteren van lasten met gevaar voor met name rugletsel bij werknemers. Deze richtlijn heeft als basis gediend bij het opstellen van het Arbeidsomstandighedenbesluit 1997. Het huidige Nederlandse Arbobesluit bevat ‘open normen’ dat wil zeggen dat er op het gebied van tillen geen wettelijke grenswaarden zijn gegeven. Dit is belangrijk uit te dragen omdat dit bepaalt dat de sector op kort termijn geen veranderingen hoeft aan te brengen op het gebied van bijvoorbeeld zakgoed. Dit uitdragen kan gebeuren via een notitie die naar alle betrokkenen wordt toegestuurd. Tevens wordt de ontwikkeling op het terrein van wetgeving in EU verband en nationaal nauwlettend gevolgd. Het blijkt namelijk dat het onderwerp in de sector leeft en wordt het onderling veel besproken. Voorstel: Gedurende de projectperiode worden minimaal drie mailingen (nieuwsbrieven) met informatie over wetgeving op dit punt verstuurd naar alle betrokkenen waardoor zij actief worden geïnformeerd.
B) Voorlichtingsmaterialen De afdeling Arbeid van het Productschap Akkerbouw en Diervoeder wil voorlichting geven aan werkgevers en werknemers aangaande het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen en/of de wijze van tillen op de werkplek. Uit onderzoek is gebleken dat effectieve voorlichting bijdraagt aan de bewustheidvorming en gedragverandering van personeelsleden. De afdeling Arbeid wil concrete vormen van voorlichting aanbieden. Deze kunnen via de achterban van de diverse brancheorganisaties verspreid worden. Het doel van de voorlichting is om deels te laten zien hoe het niet moet en wat er gebeurt als je slecht tilt en anderzijds hoe het wel moet. 1. Tilwijzer De tilwijzer is een specifieke folder over de juiste tilhouding. De tilwijzer is ontworpen voor een project van de Productschappen Wijn en Dranken. Met de tilwijzer wilden de productschappen de werkgevers én medewerkers in de verschillende drankensectoren nog eens wijzen op het belang van goed tillen. De kern van de tilwijzer bestaat uit twaalf voorbeelden waarin juist en onjuist tillen naast elkaar zijn afgebeeld. Bij iedere afbeelding is een korte tekst opgenomen. De tilwijzer is zo ontwikkeld dat hij op de werkplek kan worden opgehangen, om de medewerkers dagelijks te herinneren aan het belang van het gebruik van tilhulpmiddelen en goed tillen. Deze tilwijzer kan worden aangepast om te gebruiken in de akkerbouw- en diervoedersectoren. Aanvullend kan de folder een overzicht van diverse tilhulpmiddelen bevatten. Voorstel: Halverwege 2008 wordt een tilwijzer uitgegeven die toegespitst is op de akkerbouw- en diervoedersector. Deze tilwijzer bevat tevens een overzicht van bruikbare tilhulpmiddelen.
Pagina 5 van 14
Figuur 1: Tilwijzer van Productschappen Wijn en Dranken.
2. Cursussen Werknemers van bedrijven kunnen ook mee doen aan een tilcursus op maat. Deelname aan een dergelijke cursus kan een praktische uitwerking zijn van een advies dat uit de RI&E volgt. In een klein-middelgroot bedrijf kan deze cursus op de werkvloer worden gehouden. Door middel van concrete voorbeelden en oefeningen worden deelnemers gewezen op een juiste tilhouding. Een professionele tiladviseur geeft persoonlijke aanbevelingen en gaat concreet met de deelnemers aan de slag. Deze cursus kan in het individuele bedrijf ook ingepast worden op het gebied van gezondheidsmanagement. Hierdoor kan het onderwerp fitheid in de organisatie besproken worden. De tilcursus kan bijvoorbeeld naar aanleiding van een periodiek geneeskundig onderzoek volgen. Een andere workshop is afgestemd op de grotere bedrijven. Deze workshop leidt deelnemers op tot tilcoach. De tilcoach is een medewerker binnen de organisatie die wordt opgeleid om naar zijn collega’s te kijken hoe ze werken. Hij kan op gestructureerde en professionele wijze adviezen geven waardoor het ziekteverzuim kan verminderen. Het pluspunt van deze workshop is dat één tilcoach vele anderen binnen een grote organisatie arbotechnisch en ergonomisch bij kan staan. Ook hierbij leert de werknemer de juiste tiltechnieken aan de hand van voorbeelden en dat het essentieel is dat iedereen zich goed voorbereid alvorens hij gaat tillen. Voorstel: De afdeling Arbeid zal bedrijven ondersteunen bij het volgen van een geschikte cursus. Zij zal als intermediair optreden zodat bedrijven worden geholpen bij het vinden van een geschikte tilcursus. Hiertoe zullen enkele offerten van cursussen worden opgevraagd.
Figuur 2: Concrete oefeningen in de diervoedersector
Pagina 6 van 14
3. CD-rom De afdeling Arbeid wil een cd-rom ontwikkelen met goed- en foutvoorbeelden van tilhoudingen. Door middel van concrete filmpjes ziet de gebruiker hoe hij het beste materialen, zoals meel- of diervoederzakken, kan tillen. Hierbij kan ook gebruik worden gemaakt van PIMEX. Picture Mix Exposure is een instrument voor visualisatie van blootstelling aan gevaarlijke stoffen of -omstandigheden. De Arbo-Unie heeft de kennis en materialen waarmee duw- en trekbewegingen als kracht (in Newton) gemeten kunnen worden en waarmee spierspanning via een oppervlaktespier gemeten kan worden. Hierdoor wordt het inzichtelijk welke tilhoudingen het minst belastend zijn voor een lichaam. De video-opnames van werksituaties, die hierbij worden gemaakt, worden gekoppeld aan een visuele weergave van de meet-gegevens. De cd-rom kan onder andere gebruikt worden bij de training van (nieuwe) personeelsleden in de sectoren en is vrij opvraagbaar bij de afdeling Arbeid. Voorstel: De afdeling Arbeid ontwikkelt in 2008 een cd-rom waarmee visueel inzichtelijk wordt gemaakt welke tilhoudingen in de akkerbouw- en diervoedersector het minst belastend zijn voor het lichaam. De cd-rom geeft op een praktische en prikkelende manier concrete voorlichting over het onderwerp.
4. Rekenmodule met tilgegevens per beroep en tilhulpmiddelen De afdeling Arbeid wil ook een ondersteunende bijdrage leveren bij het inventariseren van de functies, werksituaties en taken waarin werknemers tillen in de diverse deelsectoren. Hierbij kijkend naar het gewicht, begin- en eindpositie, bewegingshoek (in °) en frequentie per uur. Alle genoemde tilgegevens zijn nodig om de NIOSH-formule in te vullen. In die formule worden reductiefactoren meegewogen. Deze factoren representeren de tilomstandigheden die het risco bij tillen verhogen zoals frequentie, duur, draaien tijdens het tillen, tilhoogte en tilafstand. Zodra de omstandigheden minder optimaal zijn, zal het aanbevolen maximale tilgewicht dalen. Als het aanbevolen gewicht kleiner is dan het gewicht dat daadwerkelijk wordt getild bestaat een risico op gezondheidsschade. De bedoeling is om deze rekenmodule aan een databank met tilhulpmiddelen te koppelen. De gebruiker kan voor een geschikt tilhulpmiddel kiezen en deze invullen in de rekenmodule. De gebruiker zal zien dat met gebruik van het betreffende tilhulpmiddel er meer gewicht getild kan worden. Hierin kan samenwerking worden gezocht met FNV Bondgenoten. In oktober 2007 hebben zij een rekenmodule ontwikkeld om een maximaal tilgewicht on-line te berekenen (zie http://www.arbobondgenoten.nl/arbothem/lichblst/lifttest.htm). De toepasbare tilhulpmiddelen moeten eenvoudig aan te klikken zijn. Vanuit de databank kan de website van de leverancier direct benaderd worden door middel van een hyperlink. Dit is makkelijk en kan het gebruik van die geschikte tilhulpmiddelen stimuleren. Met hulp van de berekende uitkomsten kunnen de bedrijven in eigen beheer de maximale aanbevolen tilgrenzen bepalen. Deze uitkomsten per werksituatie/taak kunnen vervolgens in een database geplaatst worden zodat alle sectoren geïnformeerd worden over de berekende waarden. De database kan ontsloten worden via de website van het Productschap Akkerbouw en Diervoeder zodat de sectoren deze gegevens on-line kunnen raadplegen. De delen van de databank (rekenmodule, tilhulpmiddelen en opslaan) moeten wel: • Snelle en eenvoudige toegang bieden om gegevens in te kunnen voeren en via een berekening uitkomsten te ontvangen. De componenten uit de berekening worden opgeslagen in een database. • Gebruiksvriendelijk zijn, duidelijke instructie erbij. • Bruikbare informatie bevatten (tilhulpmiddelen en -instructies) voor de gebruiker.
Pagina 7 van 14
Voorstel: Er wordt nagegaan bij FNV Bondgenoten of de NIOSH rekenmodule beschikbaar is. Deze module wordt in een database ingebouwd zodat ingevoerde tilgegevens automatisch bewaard worden. (Die diverse tilgegevens worden door de gebruikers zelf ingevoerd.) Om dat mogelijk te maken wordt de database zo gebouwd dat het via de Productschap Akkerbouw en Diervoeder websites beschikbaar is. Aan de database worden bruikbare hulpmiddelen gekoppeld. De gebruiker kan dan via een hyperlink naar de betreffende leverancier(s) klikken. De database wordt eind 2008 openbaar gemaakt.
C) Opnemen in arbocatalogus Samenwerken en maatwerk zijn kernwoorden voor het ontwikkelen van arbocatalogi. Voor deze catalogi maken werkgevers en werknemers samen afspraken over de wijze waarop zij binnen hun sector of branche invulling geven aan de door de overheid gestelde doelvoorschriften. In een arbocatalogus worden deze afspraken vervolgens vastgelegd. Het thema ‘fysieke belasting’ speelt in diverse agrarische sectoren. Op dit moment houdt de opdrachtnemer gesprekken met Colland. In Colland verband wordt er aan arbocatalogi gewerkt. Voorstel: De informatie en kennis vanuit dit project kunnen beschikbaar worden gesteld aan andere sectoren. Hierbij zal worden nagegaan of en zo ja waar samenwerking mogelijk is. De beschikbare informatie en kennis kan zo in diverse sectoren als onderwerp in toekomstige arbocatalogi worden opgenomen.
3.3 Aanpak project Een werkplan zal in het voorjaar van 2008 gereed zijn waarna gestart kan worden met de uitvoering door de projectmedewerker. 3.3.1 Initiële fase Deze fase heeft met name betrekking op de ontwikkeling en het vullen van de database met tilgegevens en tilhulpmiddelen om deze uiteindelijk beschikbaar te stellen via de Productschap Akkerbouw en Diervoeder websites. Tevens is de wijze waarop gecommuniceerd wordt met werkgevers en werknemers bepalend voor het eindresultaat. De volgende stappen worden daarin onderscheiden: 1. Het maken van een Plan van Aanpak. 2. Ontwikkelen rekenmodule met tilgegevens per beroep en tilhulpmiddelen: - Bij FNV Bondgenoten informeren of de NIOSH berekeningsmodule beschikbaar is. - Rekenmodule laten inbouwen in een database en deze beschikbaar stellen via een (besloten) deel van de PA en PDV website. - Inventariseren bij welke functies, werksituaties en taken in de akkerbouw- en diervoedersectoren wordt getild. Deze diverse partijen aanschrijven met het verzoek hun tilgegevens in te voeren in de database. - Inventariseren welke tilhulpmiddelen toepasbaar zijn voor de sectoren. Dit in een database zetten. - Ontwikkelen van een databank, inclusief een webapplicatie voor het raadplegen van deze databank zodat inzicht wordt verkregen in de uitkomsten bij diverse functies en bij het gebruik van tilhulpmiddelen. 3. Communicatie naar de sector: - Opstellen communicatieplan.
Pagina 8 van 14
3.3.2 Operationele fase Voor de operationele fase worden diverse trajecten tegelijkertijd uitgezet. Voor de tilwijzer zal contact worden gezocht met een vormgever en drukker. De versie van Wijn/Dranken zal worden aangepast met diervoeder- en akkerbouwvoorbeelden. Geschikte tilhulpmiddelen zullen eventueel worden toegevoegd. Voor de cursussen zullen eerst offerten worden opgevraagd. De gekozen instituten worden via de Productschap Akkerbouw en Diervoeder website bekend gemaakt zodat bedrijven kunnen kiezen. De afdeling Arbeid zal hen daarbij begeleiden. Voor de CD-rom zal contact worden gezocht met het Nederlands Bakkerij Centrum of de filmpjes daar mogen worden gedraaid. Een acteur wordt uitgenodigd. De Arbo-Unie zal PIMEX metingen verrichten. Panta Media b.v. maakt de video beelden. Voor de database worden bedrijven benaderd om hun tilgegevens in te voeren en dit up-todate te houden in de databank. 4 PROJECTORGANISATIE 4.1 Begeleidingscommissie Voor dit project zal een begeleidingscommissie worden ingesteld die bestaat uit mensen uit de diverse sectoren uit de diervoeder- en akkerbouwsector. De commissie heeft een: -belangrijke adviserende rol richting de financiers (besturen Productschap Akkerbouw en Productschap Diervoeder); - inhoudelijk discussiëren op het specifieke gebied van tillen; - inhoudelijk op de hoogte blijven van de voortgang van het project. 4.2 Projectteam De coördinerende en uitvoerende rol van het project ligt bij de afdeling Arbeid van het Productschap Akkerbouw en Diervoeder. Hierbij zijn een projectleider en projectmedewerker betrokken. 4.2.1 Projectleider Intern gericht management De projectleider zal samen met de projectmedewerker de voortgang van het project bewaken. De projectleider wordt regelmatig door de projectmedewerker geïnformeerd over de projectactiviteiten. De projectleider vertegenwoordigt in de begeleidingscommissie de secretarissen van het Productschap Akkerbouw en Diervoeder. Hij zal de secretarissen geregeld informeren die op hun beurt contact hebben met hun besturen. De projectleider delegeert taken aan de projectmedewerker. Extern gericht management De opdrachtgevers worden periodiek geïnformeerd over de voortgang van het project. Hiernaast zullen in de begeleidingscommissie tussenproducten en eindproducten worden overlegd. 4.2.2 Projectmedewerker De projectmedewerker is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken tijdens de duur het project. Tot de taken behoort het coördineren van het project, communiceren met de betrokkenen, het beleggen van vergaderingen, het maken van verslagen en het archiveren Pagina 9 van 14
van projectstukken. Tevens is het bewaken van de planning een taak van de projectmedewerker. 4.3 Extern deskundige Er participeert één externe deskundige binnen het project. Rol ICT-deskundige
Bedrijf Productschappen Akkerbouw/Diervoeder
Naam Sjoerd Schaper
In het project is één van de te leveren producten een database met tilgegevens en tilhulpmiddelen. Sjoerd Schaper is binnen het Productschap Akkerbouw betrokken bij de ontwikkeling van de databanken SPECSPLAZA en RISKPLAZA en bij het Productschap Diervoeder is hij verantwoordelijk voor het beheer van diverse databanken die beschikbaar zijn voor de sector. In dat kader kan zijn expertise ook worden ingehuurd bij dit project. 4.4 Communicatie Voor het ontwikkelen en versturen van de diverse voorlichtingsmaatregelen zal samenwerking worden gezocht met de HPA-afdeling Communicatie.
5 KOSTEN EN BATEN 5.1 Kosten Voor de onkosten van dit project is informatie ingewonnen bij vorige projecten die vergelijkbaar zijn. De cijfermatige onderbouwing is onderverdeeld per pijler. Per pijler volgt een korte beschrijving. A) Wetgeving Met het ontwikkelen van informatienotities zijn personeelskosten (werkuren) en portokosten gebonden. Dit zijn interne kosten die doorbelast worden aan het project. Deze kostenpost wordt geschat op € 4.000,00 excl. 19% BTW. B) Voorlichtingsmaterialen 1. Tilwijzer In 2006 is namens Productschap Wijn en Dranken een tilwijzer ontwikkeld. Die tilwijzer is gemaakt door Comtech Houten, De Molen 8, 3990 DC Houten. Tel. 030-6355136. De kosten zijn toen in totaal geweest € 10.944,43 incl.19% BTW (informatie ontvangen via Productschap Dranken). 2. Cursus Via Internet zijn de volgende cursusbedragen gevonden voor cursussen die op dit vlak al worden aangeboden. De cursus wordt door het bedrijf zelf betaald. De afdeling Arbeid treedt alleen als intermediair op. Deze cursussen zijn echter nog niet sectorspecifiek. Als de opdrachtgever kiest om een cursus in eigen beheer te ontwikkelen, komen de kosten van het ontwikkelen van het cursusmateriaal en het inhuren van een docent erbij. Kleine-middelgrote bedrijven Firma Arbody BV in Utrecht geeft een preventieve til training waarbij de medewerkers bewust met het lichaam leren omgaan in hun persoonlijke werksituatie. De aangeleerde tiltechnieken
Pagina 10 van 14
worden geoefend en uiteindelijk automatisch toegepast. De cursus is inclusief een uur basisvoorlichting en 2*20 minuten werkplekinstructie per persoon. De 2e keer wordt na een ruime tijd gegeven. Totaal kosten p.p.: € 107,00 p.p. excl. 19% BTW en € 0,28/km reiskosten. Het bedrijf Bouwradius Training en Advies geeft een 2-daagse praktijktraining –fysieke belasting-. In deze cursus wordt op een zeer praktische wijze aandacht besteed aan het aanleren van een noodzakelijke gezonde werkhouding. Er wordt gebruik gemaakt van theorie, veel praktijkopdrachten en speciaal ontwikkelde elektronische - en andere tilhulpmiddelen. De cursus kost € 441,00 per deelnemer (excl. 19% BTW). Deze organisatie levert ook een maatwerk cursus waarin werknemers leren werken met hulpmiddelen. Tijdens het praktijkgedeelte van de training worden video-opnamen gemaakt. Deze beelden zijn het uitgangspunt bij de nabespreking van het praktijkgedeelte. De training wordt toegespitst op bedrijfseigen hulpmiddelen en is een praktisch vervolg op de praktijktraining -fysieke belasting-. Grote bedrijven De firma Arbody BV leidt mensen ook op tot tilcoach. Deze cursus werkt met open inschrijving en een cursus die in-company kan worden gegeven. De open inschrijving kost € 150,00 p.p. (2 dagdelen) en € 90,00 p.p. (1 dagdeel follow up). De in-company cursus bestaat uit 4 dagdelen die binnen enkele weken worden gegeven. Daarna volgt één followup bijeenkomst. De onkosten bedragen € 1800,00 en € 450,00 voor de folow-up. Beide mogelijkheden zijn excl. 19% BTW en € 0,28/km reiskosten. Aangezien de afdeling Arbeid alleen als intermediair optreedt zitten aan dit onderdeel van het project voor de Productschap Akkerbouw en Diervoeder geen tot geringe onkosten aan. 3. CD-rom Voor het project Stof? Pak ’t aan! is een cd-rom met PIMEX beelden ontwikkeld. De PIMEX beelden zijn toen gemaakt door de Arbo-Unie. Met hen is weer contact gezocht. Hun huidige offerte is gebaseerd op 5 metingen die op 1 locatie worden gemeten. Kosten hiervoor zijn € 3.729,00 excl. 19% BTW. De Arbo-Unie heeft al in de zorg PIMEX beelden gemaakt voor wat betreft fysieke belasting. De cd-roms voor het project Stof? Pak ’t aan! zijn ontwikkeld en gedigitaliseerd door het bedrijf PantaMedia bv in Helmond. De kosten die met deze nieuwe cd-rom gepaard gaan, zijn geoffreerd. De prijsopgave is gebaseerd op de reeds eerder geproduceerde interactieve cd-rom. Voor die cd-rom zijn diverse films geproduceerd met een acteur. De 8 casussen zijn toen gedraaid op 2 verschillende locaties in Nederland. De gesprekken welke voorafgingen aan de realisatie van de scripts zijn eveneens in de prijsopgave opgenomen. Voor deze nieuwe cd-rom zijn 5 filmpjes op 1 locatie geoffreerd. De totale productie van de interactieve cd-rom zou nu € 26.391,45 excl. 19% BTW kosten inclusief 500 replica’s. 4.Rekenmodule met tilgegevens per beroep en tilhulpmiddelen De achterliggende rekenmodule voor het invullen van de gehele NIOSH berekening is al ontwikkeld door FNV Bondgenoten. Als zij akkoord gaan met een samenwerking zijn hierin geen grote onkosten te verwachten. Het ontwikkelen van een database voor het inventariseren van de functies, werksituaties en taken van werknemers in de diervoeder- en akkerbouwsector kost wel geld. Eveneens het aanvullen met tilhulpmiddelen. Deze database zou bijvoorbeeld door Q-ray ontwikkeld kunnen worden. Bij hen is nog geen offerte opgevraagd. Een schatting is gemaakt voor ± € 10.000.00 excl. 19% BTW. C) Opnemen in arbocatalogus
Pagina 11 van 14
Met het ontwikkelen van een arbocatalogus zijn personeelskosten (werkuren) gebonden. Dit zijn interne kosten die doorbelast worden aan het project. Naar verwachting zal deze kostenpost zeer beperkt zijn.
Pagina 12 van 14
Samenvatting In onderstaande tabel zijn de genoemde onkosten voor de voorlichtingsmaterialen genoemd, wel naar boven afgerond. Het is de keuze van het bestuur om al dan niet te participeren in alle (onder)delen van het plan. Zij kunnen kiezen aan welk (onder)deel zij mee willen doen. Out of pocket onkosten A1 B1 B2
Drie mailings over wetgeving Tilwijzer Cursussen
B 3 CD-rom vormgeving B 3 CD-rom PIMEX B 4 Database C 1 Arbo catalogi TOTAAL
Vaste kosten voor de sector (€) 4.000.00 11.000.00
Variabele kosten voor bedrijven (€)
Vanaf 150,00 out-company Vanaf 2.350,00 in-company 27.000.00 4.000.00 10.000.00 56.000.00 ex 19% BTW
De uiteindelijke kosten zullen voor twee derde betaald worden door Productschap Akkerbouw en voor een derde worden betaald door het Productschap Diervoeder.
Not out of pocket onkosten Gedurende de twee jaar dat het project duurt, worden ook werkuren van de projectleider en projectmedewerker gemaakt. Deze zijn beraamd op: Not out of pocket onkosten Projectleider Projectmedewerker TOTAAL
Uur 100 800 900
Deze uren zitten verrekend in de beschikbare uren die de afdeling Arbeid heeft voor werkzaamheden voor Productschap Akkerbouw en Diervoeder en brengen derhalve geen extra kosten met zich mee. 5.2 Baten Bedrijven die zorg dragen dat hun werkenden goed geïnformeerd zijn over de juiste tilhouding, en deze weten toe te passen, zullen een minder groot ziekteverzuim kennen en minder instroom richting WIA. De werknemers blijven met plezier hun werkzaamheden uitvoeren. Deze bedrijven zullen daardoor ook een betere verstandhouding met de Arbeidsinspectie kennen. Sectoren die een arbocatalogus ontwikkelen, kunnen een € 50.000 subsidie ontvangen van de overheid. Die subsidieregeling gaat uit van 50.000 euro per, door de Arbeidsinspectie en SZW goedgekeurde, Arbocatalogus per sector op basis van twee (arbeids)risico’s. Zodoende is sprake van een tegemoetkoming achteraf in de ontwikkelkosten. Aanvullend bestaat de Farbo-regeling. Individuele bedrijven en instellingen kunnen hiervoor in aanmerking komen. Wanneer zij bijvoorbeeld producten aanschaffen die op een lijst (uit 2008) staan, kunnen zij geld krijgen. Het subsidiebedrag per arbeidsmiddel bedraagt maximaal 10% van de aanschafkosten. Hiertoe moeten zij een het formulier digitaal invullen via de website van het Agentschap SZW. (Voor aanvragen die voldoen aan de regeling is een budget van € 1,9 miljoen beschikbaar.) De producten zorgen namelijk ervoor dat het Pagina 13 van 14
risico op gezondheidsproblemen zoveel mogelijk verkleind wordt. Elk bedrijf of elke bedrijfstak kan zelf voorstellen voor wijzigingen of aanvulling indienen bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het zou fijn zijn wanneer de database of de tilhulpmiddelen, die worden voorgesteld in deze database, op deze lijst kunnen komen te staan. De inhoud van de regeling staat op: http://agentschap.szw.nl/index.cfm?fuseaction=dsp_rubriek&rubriek_id=391296&menu_item =12870
Den Haag, 16 juli 2008 Ref: HH
Pagina 14 van 14