De ambassadeurs alfabetisering in Tilburg 1. Karakteristieken (Ex)deelnemers aan lees- en schrijfcursussen zijn bij uitstek degenen die laaggeletterden kunnen overhalen om ook een cursus te gaan volgen. (Ex)deelnemers die dit op min of meer structurele basis doen, worden ‘ambassadeurs alfabetisering’ genoemd. In de media (kranten, radio, TV, tijdschrijften) en door presentaties bij overheden, instellingen en bedrijven geven zij voorlichting over laaggeletterdheid en praten zij over hun eigen ervaringen. Aldus stimuleren zij deze instanties om laaggeletterden door te verwijzen naar een onderwijsinstelling. Ook halen zij aspirant-cursisten ertoe over om zich ook voor een cursus in te schrijven. Om deze voorlichting goed te kunnen doen ontvangen zij een mediatraining. 2. Wie voeren de campagne? De oorspronkelijke training is ontwikkeld door Helen Beeley van Prisma Brabant (organisatie die welzijns- en educatie-instellingen ondersteunt) en Hellen Alblas van de afdeling educatie bij ROC West-Brabant. Prisma Brabant deed de intake van de ambassadeurs. ROC WestBrabant trainde en begeleidde de ambassadeurs. Het werd hierbij ondersteund door Prisma Brabant. Nadat de training door Prisma Brabant en ROC West-Brabant was ontwikkeld, is hij overgenomen en verder ontwikkeld door Joke van Loon, toen werkzaam bij de afdeling educatie van ROC Midden-Brabant. Ten opzichte van de oorspronkelijke training legt men bij ROC Midden-Brabant zwaarder het accent op het intensief begeleiden van de ambassadeurs: ‘Het zijn niet mensen die je zomaar in hun eentje op pad kunt sturen’. Nadat de ambassadeurs van ROC Midden-Brabant waren getraind, zijn zij in 2002-2003 en in 2005-2006 intensief ingezet bij de wervingscampagnes van dit ROC. 3. Wie zijn de doelgroep? Autochtone cursisten die al langere tijd een lees- en schrijfcursus volgen en gemotiveerd zijn om een ambassadeursfunctie te gaan vervullen. 4. Wie zijn er nog meer bij betrokken? Beleidsgroep en bestuur van de Stichting ABC denken mee. 5. Wat zijn de doelen? De cursist - weet wat de ambassadeursfunctie inhoudt; - heeft inzicht in zijn eigen geschiedenis en in die van laaggeletterden in het algemeen; - kan daarover vertellen, zich presenteren aan journalisten, hulpverleners, een groep of individuele laaggeletterden; - kan zijn eigen grenzen aangeven.
6. Methodiekbeschrijving Een goede selectie van de ambassadeurs is van groot belang: kandidaten moeten integer zijn, over hun schaamte durven praten, het grotere geheel kunnen overzien, namens de hele groep kunnen praten, een ‘normaal’ uiterlijk hebben, verstaanbaar en begrijpelijk spreken, logisch kunnen redeneren, en bereid zijn om zich een jaar lang in te zetten. Belangrijk is dat het intakegesprek niet emotioneel wordt gevoerd, en dat kandidaten er van tevoren op worden gewezen dat ze misschien zullen worden afgewezen. Na de intake wordt er een groep gevormd van 6 à 10 ambassadeurs, die in een zestal bijeenkomsten worden getrained. Gedurende de eerste twee bijeenkomsten maakt men kennis met elkaar en met de functie. De twee bijeenkomsten daarna wordt er ‘droog’ geoefend en worden er video’s bekeken van anderen die al ooit presentaties gegeven hebben. Tijdens de laatste twee bijeenkomsten wordt er geoefend met cassettebandjes, video-apparatuur en een ‘echte’ journalist (in werkelijkheid een voormalig journaliste). Ook worden er extern oefensessies georganiseerd. Na afloop van de training krijgen de ambassadeurs een certificaat van bijvoorbeeld H.K.H. prinses Laurentien of de gedeputeerde onderwijs van de provincie. Eenmaal getraind krijgen de ambassadeurs begeleiding van docenten. De terugkombijeenkomsten (acht per jaar) zijn opgenomen in het reguliere aanbod basiseducatie. Parallel aan de ambassadeurstraining zijn er trainingen voor beroepskrachten, waarin deze laaggeletterdheid leren herkennen en bespreekbaar leren maken. Aan de werving ligt geen expliciet wervingsplan ten grondslag. In het kader van de werving zijn er in huis-aan-huis-kranten folders opgenomen die slechts weinig tekst bevatten. Belangrijker echter waren de activiteiten van de ambassadeurs: In 2002-2003 wierven zij bij de supportersvereniging van Willem II, bij voetbalclubs, buurthuizen, scholen, de Dienst Gezondheidszorg Onderwijs (onderdeel van het ROC), de sociale werkvoorziening en andere toeleiders. In buurthuizen en basisscholen bezochten de ambassadeurs teamvergaderingen en ouderavonden. Ook waren zij actief op markten, zoals de Mundial-manifestatie, en op plaatsen waar goedkope maaltijden worden verstrekt aan mensen met lage inkomens. In samenwerking met Stichting ABC werd ook de wethouder bewerkt. Mede daardoor kon er voorlichting worden gegeven bij Sociale Zaken, en kon met deze afdeling worden afgesproken dat deze laaggeletterde werklozen verplichtte om deel te nemen aan lees- en schrijfcursussen, op straffe van een korting op hun uitkering. Wanneer de ambassadeurs op pad gaan, gaat er altijd een begeleider mee om te voorkomen dat ze ‘afgaan’. Dat dit nodig is, blijkt uit wat er gebeurde tijdens een bijeenkomst van directeuren en managers uit het midden- en kleinbedrijf: De ambassadeurs werden er uitgelachen. Mede daardoor lukte het niet om het bedrijfsleven te benaderen. Wel zijn er folders verspreid in de kantines van bedrijven. De enige onderneming die serieus met laaggeletterdheid aan de slag ging, was Holland Casino. Het contact met Holland Casino is later overgenomen door Stichting Lezen &
Schrijven. In opdracht van Stichting Lezen & Schrijven voerde CINOP bij dit bedrijf een quickscan laaggeletterdheid uit: Teneinde hen bewust te maken van de problematiek en de eigen dienstverlening te verbeteren werden de medewerkers van het bedrijf ondervraagd, werd een van de bedrijfslocaties onderzocht op toegankelijkheid voor laaggeletterden, en werden de schriftelijke uitingen en website van het bedrijf geanalyseerd. Een aparte categorie ambassadeurs zijn de licht verstandelijk beperkten. Zij worden toegeleid door Amarant (instelling voor begeleid wonen). In een samenwerkingsverband door een convenant vastgelegd werken deze stichting, de Stichting MEE, de openbare bibliotheek Midden Brabant en het ROC ten behoeve van scholingsvragen van verstandelijk beperkten, het zgn. Educatie Netwerk LVG. Deze ambassadeurs verrichten nuttig werk bij het voorlichten van de Diamantgroep (sociale werkplaats voor mensen die door een lichamelijke of geestelijke beperking niet ‘meekunnen’). Met de werkleiders van de Diamantgroep zijn tijdens een teamvergadering afspraken gemaakt. De licht verstandelijk beperkte ambassadeurs hebben veel begeleiding nodig. Om in deze behoefte te voorzien is in 2005-2006 tijdens hun opleidingstraject elk van hen gekoppeld aan een student van het College DGO. De begeleiding door studenten bleek echter onvoldoende. Een van de redenen hiervoor was dat die begeleiding onvoldoende was ingebed in het praktijkleren van DGO. Ook bleken de ambassadeurs blijvend behoefte aan professionele begeleiding te hebben. Door het gebrek aan deze continue begeleiding kwamen de licht verstandelijk beperkte ambassadeurs te weinig aan werven toe. In plaats van een nieuwe groep van licht verstandelijk beperkte ambassadeurs te trainen legt men zich dit jaar daarom toe op het blijvend ondersteunen van de vorig jaar getrainde groep van acht licht verstandelijk beperkte ambassadeurs. 7. Dwarsverbanden met andere problematieken Werving en toeleiding van cursisten. 8. Duur van het traject De eerste training is gestart in 2002. Anno 2006 worden er nog steeds trainingen gegeven. De looptijd van een training bedraagt een half cursusjaar. Per week krijgen de cursisten een dagdeel training. Aansluitend komen ze gemiddeld één keer per maand bij elkaar voor evaluatie, reflectie, scholing, bespreking van opbrengsten en nieuwe opdrachten. 9. Regio Midden-Brabant (Tilburg e.o.). 10. Financieringsbronnen In 2002-2003 leverde het VSB-fonds een bijdrage van fl 25.000,- voor het ontwikkelen van de ambassadeurstraining. De andere partners (Prisma en ROC’s) betaalden elk zelf een deel van de overige kosten.
Als een groep start, krijgt het ROC een jaar lang één dagdeel per week vergoed door de gemeente vanuit de WEB-gelden. De kosten voor het trainen en begeleiden bedragen 8.000 tot 9.000 euro per groep. In de praktijk vergt het trainen en begeleiden van een ambassadeursgroep meer tijd dan wordt vergoed. Het genoemde bedrag is bovendien exclusief de advertentie- en wervingskosten. 11. Resultaten De eerste training (2002-2003) werd door twaalf deelnemers met succes afgerond. Van deze twaalf is er thans (2006) nog één ambassadeur over. De overige elf zijn inmiddels met het ambassadeurswerk gestopt in verband met werk, gezondheid of om andere redenen. Mede dankzij de inzet van de twaalf ambassadeurs verdrievoudigde in 2002-2003 het aantal cursisten van 47 naar 147. Toen men het jaar daarna van locatie veranderde (verhuizing naar de centrale ROC-locatie), daalde het aantal cursisten weer tot 35. Deze daling had nog een tweede oorzaak: doordat laaggeletterdheid geen aandachtspunt meer was in de contractafspraken met de gemeente, raakte de ambassadeursbegeleidster haar uren kwijt, en kwam er dus een einde aan de werving. In 2004-2005 is men echter weer enthousiast begonnen met werven, waardoor het aantal cursisten opnieuw met circa 100 is gestegen. In 2005-2006 is men opnieuw gestart met het trainen van ambassadeurs. Aan het eind van dat cursusjaar hebben twee groepen van in totaal 23 cursisten de ambassadeurstraining afgesloten. Kritische succesfactoren bij het werven blijken: - de inzet van de ambassadeurs; - continuïteit bij het werven (en in het aantal uren bestemd voor het begeleiden van ambassadeurs); - ervoor waken dat de band tussen ambassadeur en begeleider niet te hecht wordt; - het ESF-Equal-project Ticket to the Future (samenwerking van 3 ROC’s en 3 gemeenten in Noord-Brabant, gecoördineerd door de provincie); - de steun van de gemeente Tilburg; - het commitment van management en collega’s binnen het ROC (‘Het management moet de gemeente op het goede spoor zetten’); - de media-aandacht die het bezoek van H.K.H. prinses Laurentien opleverde; - de toeleiding van cursisten binnen het ROC via andere vakken, zoals Engels en computervaardigheden; - de samenwerking met andere toeleidende instanties. 12. Contactpersoon: Vormgevers van de oorspronkelijke ambassadeurstraining: Hellen Alblas ROC West-Brabant Hoogstraat 126 4702 ZW Roosendaal
0165-554990
[email protected] Helen Beeley Prisma Brabant Spoorlaan 460 Postbus 10346 5000 JH Tilburg Tel. (013) 544 14 40 hbeeley@prisma-brabant Ambassadeursbegeleidster ROC Midden-Brabant 2002-2003 (koppelde tevens de licht verstandelijk beperkte ambassadeurs aan studenten DGO): Joke van Loon ROC Midden-Brabant sector DGO (013) 539 70 80 Ambassadeursbegeleidster ROC Midden-Brabant 2005-2006: Lia Bergmans ROC Midden-Brabant sector Educatie 013-5397010 Projectleider wervingscampagne ROC Midden-Brabant 2005-2006: Paul Hermans ROC Midden-Brabant sector Educatie Apennijnenweg 4 5022 DV Tilburg 013-5397293
[email protected] Bronnen: Formulier voor nominatie ‘Nationale Alfabetiseringsprijzen 2006’. Interview d.d. 12 oktober 2006 van Jan Plooij (CINOP) met Joke van Loon (ROC MiddenBrabant).