DC 2008_179
Resultaten VVSG-enquête “10 jaar politiehervorming” bij burgemeesters 1. 2. 3. 4.
Inleiding ............................................................................................................................................. 2 Methodologie ..................................................................................................................................... 2 Respondenten enquête ..................................................................................................................... 2 Resultaten van de enquête................................................................................................................ 4 4.1 Dienstverlening, beleid en taken door de politiezone................................................................ 4 4.1.1 Evaluatie dienstverlening politiezone.................................................................................... 4 4.1.2 Evaluatie basistaken lokale politie........................................................................................ 5 4.1.3 Evaluatie beleidsvrije ruimte politiezone............................................................................... 7 4.1.4 Evaluatie kerntaken lokale politie ......................................................................................... 7 4.2 Werking van de bestuursorganen en organisatie van de politiezone........................................ 8 4.2.1 Evaluatie sturing korpschef en politiezone .......................................................................... 8 4.2.2 Evaluatie stemgewicht en werking van politieraad en politiecollege..................................... 9 4.2.3 Evaluatie werking zonale veiligheidsraad........................................................................... 11 4.2.4 Evaluatie schaalgrootte politiezones .................................................................................. 12 4.2.5 Evaluatie rechtspersoonlijkheid ééngemeentezones.......................................................... 13 4.2.6 Evaluatie organieke regelgeving politiezone ...................................................................... 14 4.3 Financiering van de politiezone .............................................................................................. 15 4.3.1 Evaluatie gemeentelijke dotatie.......................................................................................... 15 4.3.2 Evaluatie intergemeentelijke verdeelsleutel in de politiezone............................................. 16 4.3.3 Evaluatie verhouding gemeentelijke politiedotatie en gemeentelijke begroting.................. 17 4.4 Personeel van de politiezone.................................................................................................. 18 4.4.1 Evaluatie selectie en rekrutering politiezone ...................................................................... 18 4.4.2 Evaluatie mobiliteitsysteem in de politiezone ..................................................................... 19 4.4.3 Evaluatie tuchtprocedure.................................................................................................... 19 4.4.4 Evaluatie geldelijk statuut ................................................................................................... 20 4.4.5 Evaluatie capaciteit personeel in de politiezone................................................................. 20 4.5 Open vragen ........................................................................................................................... 21 4.5.1 Belangrijkste voordelen politiehervorming.......................................................................... 21 4.5.2 Belangrijkste nadelen politiehervorming............................................................................. 21 5. Conclusies ....................................................................................................................................... 22
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 1/22
1. Inleiding Tien jaar geleden heeft de wet op de geïntegreerde politie het Belgische politielandschap grondig hertekend. De politiehervorming zorgde voor nieuwe structuren en spelregels op het lokale niveau: de creatie van politiezones, het opmaken van een zonaal veiligheidsplan in de zonale veiligheidsraad, vergaderingen in het politiecollege en de politieraad. We zijn nu tien jaar verder en daarom wil minister Dewael dit najaar een grondige evaluatie doen van de politiehervorming. De minister heeft de federale politieraad hiertoe de opdracht gegeven. Verschillende actoren in het politielandschap worden bij deze evaluatie betrokken (korpschefs, bestuurlijke en gerechtelijke overheden, enz...). Omdat ook de mening van de burgemeesters bij deze evaluatie zeer belangrijk is, hebben de Verenigingen van Steden & Gemeenten samen met de Adviesraad van burgemeesters beslist om alle burgemeesters te bevragen. De VVSG heeft daarom de afgelopen weken een elektronische enquête (via Socratos-tool) gehouden bij de Vlaamse burgemeesters.1
2. Methodologie -
-
De 308 burgemeesters in Vlaanderen hebben op 7 oktober 2008 een mail ontvangen met de vraag om de enquête elektronisch in te vullen. De enquête bevatte ongeveer 25 gesloten vragen (met commentaar mogelijk) en 2 open vragen. Samengevat kunnen we de vragen onderverdelen in 5 categorieën: o Dienstverlening, beleid en taken door de politiezone o Werking van de bestuursorganen en organisatie van de politiezone o Financiering van de politiezone o Personeel van de politiezone o Open vragen Onderscheid ééngemeentezones en meergemeentenzones: sommige vragen zijn alleen gesteld aan ééngemeentezones, sommige vragen alleen aan meergemeentenzones omwille van de relevantie. De resultaten zijn verwerkt tot 13 november 2008.2
3. Respondenten enquête -
-
Op 13 november 2008 hadden 95 van de 308 Vlaamse burgemeesters de enquête beantwoord: dit betekent 31% van alle Vlaamse burgemeesters.3 Aangezien dit een populatieonderzoek en geen steekproefonderzoek is, kunnen we besluiten dat een respondentiegraad van 31% een representatief en betrouwbaar beeld geeft over de mening van de gehele populatie (= de 308 Vlaamse burgemeesters). Bovendien zijn de respondenten gelijk verdeeld per typologie van de politiezone (5 categorieën op basis van de verstedelijkingsgraad). Van de 95 respondenten zijn er 13 burgemeester van een ééngemeentezone en 82 burgemeester van een meergemeentezone. De 95 respondenten zorgen ervoor dat we van 66 van de 118 Vlaamse politiezones minstens een antwoord van één (of meer) burgemeester(s) ontvangen hebben (=56%).
Respondentiegraad opgesplitst per soort politiezone type zone aantal Vlaanderen aantal zones respons ééngemeentezone 35 13 meergemeentezone 83 53 TOTAAL 118 66
% respons 37% 64% 56%
De enquête werd uitgevoerd door Koen Van Heddeghem i.s.m. Arne Dormaels, Tom De Schepper en Herman Callens (Socratos-tool). De antwoorden van deze enquête zijn verwerkt in grafieken (in kleur). Omwille van de duidelijkheid en de leesbaarheid kan u de grafieken best in kleur raadplegen. 3 Hierbij danken we graag alle burgemeesters die bereid waren deze enquête in te vullen. VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 2/22 1 2
Respondentiegraad per typologie van de politiezone op basis van de verstedelijkingsgraad typologie grootte zones aantal Vlaanderen aantal respons % respons 1 (grootsteden) 2 2 100% 2 19 7 37% 3 80 26 33% 4 117 33 28% 5 (landelijk) 90 27 30% TOTAAL 308 95 31% Respondentiegraad per Dexia-typologie van gemeenten typologie Dexia Totaal aantal Regionale steden 8 Verstedelijkte plattelandsgemeenten met industriële activiteit en demografische groei 12 Middelgrote steden 24 Agglomeratiegemeenten met tertiaire activiteit 17 Woongemeenten in landelijke zones 25 Landelijke en agrarische gemeenten met industriële activiteit 20 Erg landelijke gemeenten met sterke vergrijzing 33 Grote steden en regionale steden 6 Landelijke gemeenten of verstedelijkte plattelandsgemeenten met sterke demografische groei 37 Weinig verstedelijkte gemeenten met demografische achteruitgang 21 Kleine agrarische gemeenten 27 Sterk verstedelijkte gemeenten met lage inkomens 21 Woongemeenten in de stadsrand 27 Steden en agglomeratiegemeenten met een industriële activiteit 8 Residentiële randgemeenten met hoge inkomens 14 Kustgemeenten 8 TOTAAL 308
aantal respons 2
% 25%
6 8 2 14 3 12 3
50% 33% 12% 56% 15% 36% 50%
13
35%
6 5 6 7 4 2 2 95
29% 19% 29% 26% 50% 14% 25% 31%
De 95 respondenten geografisch weergegeven VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 3/22
4. Resultaten van de enquête 4.1 Dienstverlening, beleid en taken door de politiezone 4.1.1 Evaluatie dienstverlening politiezone Uw gemeente maakt deel uit van een meergemeentepolitiezone. Samen met uw collega burgemeesters bent u verantwoordelijk voor de aansturing van het politiebeleid in uw zone. Vindt u dat uw gemeente in uw politiezone op voldoende dienstverlening van de politie kan rekenen? (enkel meergemeentenzones) Deze vraag peilde bij de burgemeesters in welke mate zij tevreden zijn over de dienstverlening die de politie verzorgt binnen hun gemeente. We stellen vast dat 83% procent van de burgemeesters tevreden tot zeer tevreden is over de dienstverlening van de politie in hun gemeente. 8% van de burgemeesters vindt dat hun gemeente niet op voldoende dienstverlening van de politie kan rekenen.
Uit de commentaar blijkt dat de wijkwerking een (relatief) zwak punt is in de dienstverlening (te weinig uitgebouwd, onvoldoende kandidaten). Uit onderstaande grafiek blijkt dat de ontevredenheid over de dienstverlening aan de gemeente stijgt naarmate de politiezone minder verstedelijkt is. Opgelet, de ééngemeentezones hebben deze vraag niet moeten beantwoorden.
Grafiek: dienstverlening van de politie aan de gemeente per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 4/22
Krijgt de burger volgens u een betere dienstverlening door de politiehervorming? In de voorgaande vraag stond de dienstverlening van de politie aan de gemeente centraal. Deze vraag peilde naar de vraag of de burger op een betere dienstverlening kan rekenen door de politiehervorming. Belangrijk is dat bijna 62% van de burgemeesters (40% eens, 22% helemaal eens) van mening is dat de burgers op een betere dienstverlening kunnen rekenen door de politiehervorming. 16% vindt echter dat de politiehervorming niet tot een beter dienstverlening voor de burgers heeft geleid. De wijkwerking wordt opnieuw vermeld als zwak punt. Een andere kritiek is dat de betrokkenheid met de gemeente afneemt. Ze erkennen de zelfstandigheid van de politiezones maar wijzen erop dat de politiezones niet te ver van de gemeenten mogen staan.
In onderstaande grafiek kan de u evaluatie van de dienstverlening aan de burger raadplegen per typologie van de politiezone waartoe de gemeente van de burgemeester behoort.
Grafiek: evaluatie dienstverlening aan burger per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
4.1.2 Evaluatie basistaken lokale politie In welke mate bent u als burgemeester tevreden over de uitoefening van de basistaken door de politie in uw gemeente? We stellen vast dat ongeveer 75% van de burgemeesters tevreden tot zeer tevreden is over de uitoefening van de basistaken van de politie. Van alle basisfunctionaliteiten scoort wijkwerking duidelijker minder goed dan de andere basistaken.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 5/22
Opvallend is dat geen enkele burgemeester aangeeft ‘ontevreden’ is over de functies slachtofferhulp, openbare ordehandhaving en lokale recherche. Meer dan 80% van de burgemeesters is ‘tevreden’ tot ‘zeer tevreden’ over de werking van deze basisfuncties.
De hervorming van de politiediensten heeft met andere woorden geleid tot een toenemende professionalisering van de basisfuncties onthaal, lokale recherche, slachtofferhulp, openbare orde en verkeer. Maar de hervorming betekende blijkbaar geen of onvoldoende positieve dynamiek voor de organisatie van de wijkpolitie. Verschillende burgemeesters geven aan dat de hervorming tot een schaalvergroting leidde waarbij de band tussen de lokale politie en de gemeente afneemt en dat de afstand tussen de politie, de gemeentelijke administraties en de burger groter wordt. Het is duidelijk dat de vergroting van de afstand vooral voor de functie wijkwerking niet zonder gevolgen is. Het is duidelijk dat de wijkwerking dus nog kan verbeteren. Uit onderstaande grafiek blijkt dat die (relatieve) ontevredenheid over de wijkwerking in alle types van politiezones aanwezig is.
Grafiek: de functie wijkwerking per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 6/22
4.1.3 Evaluatie beleidsvrije ruimte politiezone Beschikt de politiezone over voldoende beleidsvrije ruimte om haar veiligheidsbeleid uit te voeren? Volgens 66% van de burgemeesters beschikt de burgemeester over voldoende beleidsvrije ruimte om haar veiligheidsbeleid uit te voeren. Slechts 16% van de burgemeesters vindt dat zij niet over voldoende mogelijkheden beschikken om lokale accenten en aandachtspunten in hun veiligheidsbeleid uit te voeren. Burgemeesters die de beleidsvrije ruimte onvoldoende vinden wijten dit hoofdzakelijk aan de te hoge personeelskost en het logge personeelsstatuut waardoor haar personeel niet kan worden ingezet wanneer het nodig is. Daarnaast zou de politie haar beleidsvrije ruimte kunnen verhogen door efficiënter en doeltreffender om te gaan met haar capaciteit en middelen. Specifiek is de ‘Brusselse rand’ waar de onderbezetting van het korps wordt vermeld als belangrijkste oorzaak voor de onvoldoende beleidsvrije ruimte.
4.1.4 Evaluatie kerntaken lokale politie De afgelopen jaren is er discussie gevoerd over de taken die de lokale politie nog moet doen (zogenaamde kerntakendebat). Kan u aangeven in welke mate u als burgmeester het eens bent met volgende uitspraken? - Lokale politie moet zich beperken tot haar kerntaken - De lokale politie zou de burgers een betere dienstverlening kunnen bieden door naast haar kerntaken nog andere taken uit te voeren - Het aantal gerechtelijke administratieve taken vraagt teveel capaciteit van de lokale politie - Het is goed dat sommige administratieve taken niet langer meer door de gemeente worden uitgevoerd. De afgelopen jaren is er discussie gevoerd over de taken die de lokale politie nog moet doen (zogenaamde kerntakendebat). 28% van de burgemeesters vindt dat de lokale politie zich tot haar kerntaken moet beperken. Ongeveer 56% is van menig dat de politie de burger een betere dienstverlening kan bieden door zich niet te beperken tot haar kerntaken. Bijna 80% van de burgemeesters is overtuigd dat de lokale politie te veel wordt belast met gerechtelijke administratieve taken (=kantschriften). Tenslotte is een meerheid van de burgemeesters (55%) van oordeel dat het een goede zaak is dat bepaalde administratieve taken (bijv. uittreksel strafregister) niet langer door de politie maar door de gemeenten worden uitgevoerd.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 7/22
4.2 Werking van de bestuursorganen en organisatie van de politiezone 4.2.1 Evaluatie sturing korpschef en politiezone Heb ik als burgemeester voldoende mogelijkheden om de korpschef te sturen? 58% van de burgemeesters geeft aan dat zij voldoende mogelijkheden hebben om de korpschefs te sturen terwijl 16% van de burgemeesters ervaart dat zijn onvoldoende mogelijkheden hebben om de korpschef te sturen.
Kan ik als burgemeester via de huidige politiestructuur voldoende sturing geven aan de lokale politie? (samen met andere burgemeesters in de zone)? Belangrijk is dat nog meer burgemeesters (65% i.p.v van 58%) aangeven dat zij via de huidige politiestructuur sturing kunnen geven aan de lokale politie (in samenwerking met de andere burgemeesters van de zone) dan dat zij individueel de korpschef kunnen sturen. Vermoedelijk kunnen we hieruit afleiden dat dit het gevolg is van het feit dat de organieke bevoegdheden (= bevoegdheden i.v.m. de organisatie van de politie) zich niet langer op het niveau van de gemeente maar op het niveau van de politiezone zich situeren. M.a.w. in de meergemeentenzones gebeurt de aansturing collegiaal via het politiecollege.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 8/22
4.2.2 Evaluatie stemgewicht en werking van politieraad en politiecollege Vindt u dat uw gemeente via het haar toegekend stemgewicht in de politieraad en –college voldoende kan meebeslissen in het veiligheidsbeleid van de politiezone? (enkel voor meergemeentenzones) Ongeveer 76% van de burgemeester is van mening dat de gemeente via het haar toegekende stemgewicht in de politieraad of –college voldoende kan meebeslissen over het veiligheidsbeleid van de politiezone. Belangrijker is echter dat slechts een minderheid van de burgemeesters (ongeveer 11%) ervan overtuigd is dat haar gemeente via het haar toegekende stemgewicht niet voldoende kan meebeslissen over het veiligheidsbeleid in de politiezone.
Hoe evalueert u de werking van het politiecollege? (enkel voor meergemeentenzones) Het is duidelijk dat de burgemeesters tevreden tot zeer tevreden (75%) zijn over de werking van het politiecollege. In de meeste politiecolleges heerst er een goede collegiale verstandhouding en wordt er bij consensus beslist. Ongeveer 11% is ontevreden over de wijze waarop de vergaderingen van het politiecollege verlopen. Een vaak gemaakte opmerking bij de evaluatie van het politiecollege is de situatie waarbij één gemeente de meerderheid van het stemgewicht bezit in het college.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 9/22
Uit onderstaande grafiek blijkt dat de tevredenheid over de werking van het politiecollege stijgt naarmate de politiezone behoort tot een meer landelijke politiezone.
Grafiek: evaluatie werking politiecollege per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad). Hoe evalueert u de werking van de politieraad? (enkel voor meergemeentenzones) De evaluatie over de werking van de politieraad is minder positief. Het is duidelijk dat de politieraad inhoudelijk veel minder gewaardeerd wordt door de burgemeesters. Vele burgemeesters vragen zich af wat de meerwaarde is van de politieraad. Dit is mogelijk te wijten aan volgende oorzaken: de beperkte bevoegdheden van de politieraad, geen bevoegdheden over het veiligheidsbeleid, er is weinig of geen interactie, discussie of beraadslaging tijdens de vergaderingen van de politieraad (geen meerderheid versus oppositie), de vergaderingen zijn een zuivere formele aangelegenheid, de gemeente beslist over de dotaties, enz … Sommigen pleiten resoluut voor de afschaffing en zijn van oordeel dat het politiecollege de bevoegdheden kan overnemen (zie krachtlijnen gemeentedecreet). Slechts 32% van de burgemeesters zijn ‘tevreden’ tot ‘zeer tevreden’ over de politieraad. De lage waardering voor de werking van de politieraad staat in schril contrast met de hoge waardering voor de werking van het politiecollege.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 10/22
Uit onderstaande grafiek blijkt dat de ontevredenheid over de werking van de politieraad stijgt naarmate de politiezone behoort tot een landelijke politiezone.
Grafiek: evaluatie werking politieraad per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
4.2.3 Evaluatie werking zonale veiligheidsraad Hoe evalueert u werking van de zonale veiligheidsraad? Uit onderstaande grafiek blijkt dat een meerderheid van de burgemeesters (65%) tevreden tot zeer tevreden is over de werking van de zonale veiligheidsraad. Zij vinden de veiligheidsraad een interessant overleg met de andere veiligheidspartners (Procureur, korpschef, Dirco). Ongeveer 1 op 5 burgemeesters is slechts matig tevreden over de werking van de zonale veiligheidsraad. Zij zijn van oordeel dat de zonale veiligheidsraad soms teveel een ‘praatbarak’ is met te weinig toegevoegde waarde. Soms wordt gewezen op het feit dat de Procureur teveel gewicht in de schaal legt ten opzichte van de gemeenten.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 11/22
Bent u tevreden over de invloed van de zonale Veiligheidsraad op het veiligheidsbeleid van uw politiezone/gemeente? Daarnaast geeft 63% van de burgemeesters aan dat zij tevreden tot zeer tevreden zijn over de invloed van de zonale veiligheidsraad op het veiligheidsbeleid van hun politiezone of gemeente.
4.2.4 Evaluatie schaalgrootte politiezones Om de basispolitiezorg te verzekeren vind ik de schaalgrootte van mijn politiezone: - Goed - Te klein - Te groot - Geen mening - Andere Een meerderheid van de burgemeesters (72%) vindt de schaalgrootte van zijn politiezone goed om de basispolitiezorg te verzekeren. Ongeveer 15% van de burgemeesters vindt de schaalgrootte van zijn politiezone te klein om een voldoende basispolitiezorg te kunnen verzekeren. Opvallend is dat ongeveer 7% van de burgemeesters van mening is dat hun de politiezone te groot is.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 12/22
Uit onderstaand grafiek blijkt dat de burgemeesters die van oordeel zijn dat hun politiezone te klein is zich vooral situeren in landelijke (en kleinere) politiezones. De burgemeesters die van oordeel zijn dat hun politiezone te groot is behoren eerder tot de meer verstedelijkte zones.
Grafiek: Antwoorden over de schaalgrootte opgesplitst per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
4.2.5 Evaluatie rechtspersoonlijkheid ééngemeentezones Is het wenselijk dat ééngemeentezones rechtspersoonlijkheid krijgen? (enkel voor ééngemeentezones) Meer dan de helft van de ééngemeentezones (54%) acht het niet wenselijk dat hun ééngemeentezone rechtspersoonlijkheid zou verwerven. Het werkt goed zoals het nu geregeld is en ze vragen zich af wat de meerwaarde hiervan is. Volgens een burgemeester zou het verlenen van rechtspersoonlijkheid eerder voor een democratisch deficit zorgen want nu moet de korpschef zich verantwoorden voor de voltallige gemeenteraad en niet voor een beperkte groep (model politieraad). Ongeveer 15% van de burgemeesters heeft hierover geen mening. Ongeveer 1 op 3 burgemeester vindt het wel zinvol dat hun zone een eigen rechtspersoonlijkheid krijgt.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 13/22
4.2.6 Evaluatie organieke regelgeving politiezone De organisatie van de politieraad en –college zijn gebaseerd op de bepalingen uit de Nieuwe Gemeentewet. Vindt u dat de politieraad en –college moeten worden georganiseerd volgens: - Eigen regels ingeschreven in de WGP - Regels Nieuwe Gemeentewet - Regels Gemeentedecreet - Geen mening Na de regionalisering van de gemeentelijke regelgeving bleef de organisatie van de politiezones gebaseerd op de bepalingen uit de Nieuwe Gemeentewet. De Wet op de geïntegreerde politie (WGP) maakt een hele reeks artikelen uit de Nieuwe Gemeentewet van toepassing op de politieraden en het politiecollege. De WGP, de Nieuwe Gemeentewet en hun uitvoeringsbesluiten blijven in alle Gewesten van toepassing op de werking van de organen van de meergemeentenzones. Ze blijven ook van toepassing op de werking van de gemeentelijke organen en ambtenaren in ééngemeentezones bij de uitoefening van een opdracht die door de WGP bepaald is. Maar een aantal regels uit de NGW zijn niet meer van toepassing op de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen maar wel nog op de politieraad en het politiecollege (bijv. vervanging van gemeenteraadslid wegens ziekte kan volgens gemeentedecreet maar diezelfde regeling geldt niet voor de politieraad). Dit brengt heel wat onduidelijkheden met zich mee. Het is duidelijk dat een aanpassing van de WGP noodzakelijk is. Deze vraag peilt naar de mening van de burgemeesters over hoe zij dit geregeld willen zien. Het is duidelijk dat de burgemeesters niet echt wakker liggen van deze eerder organieke en technische materie. Een duidelijk voorkeur om de organieke regels voor de politiezones in te schrijven in de WGP, te organiseren via de NGW of het Gemeentedecreet is er niet. Opvallend is dat een groot aandeel van de burgemeesters (40%) hierover geen mening heeft.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 14/22
4.3 Financiering van de politiezone 4.3.1 Evaluatie gemeentelijke dotatie Hoe evalueert u de gemeentelijke dotatie aan de politiezone? - Aanvaardbaar - Hoog maar aanvaardbaar - Te hoog - Te hoog en onaanvaardbaar - Weegt zwaar op de gemeentelijke begroting Ongeveer 1 op de 3 burgemeesters (35%) is van oordeel dat de gemeentelijke politiedotatie zwaar op de gemeentelijke begroting weegt. Ongeveer 1 op de 4 burgemeesters (23%) vindt de gemeentelijke politiedotatie te hoog. Volgens 26% van de burgemeesters is de dotatie hoog maar aanvaardbaar. Samengevat betekent dit dat volgens 84% van de burgemeesters de gemeentelijke politiedotatie (te) hoog is of zwaar op de gemeentelijke begroting weegt. Een kleine minderheid van de burgemeesters (14%) vindt de gemeentelijke dotatie aan de politiezone aanvaardbaar.
Uit onderstaande grafiek blijkt dat ongeveer 50% van alle politiezones die behoren tot de typologie 1,2, 3 en 4 de politiedotatie hoog maar aanvaardbaar vinden. In de meeste landelijke zones (typologie 5) is dat slechts 1 op 5. Ongeveer 25% van de zones uit typologie 5 vindt hun politiedotatie te hoog en/of onvaardbaar.
Grafiek: Antwoorden over de dotatie opgesplitst per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad). VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 15/22
4.3.2 Evaluatie intergemeentelijke verdeelsleutel in de politiezone
Hoe evalueert u de verdeelsleutel tussen de gemeenten van de zone? Ik vind - De dotatie aan de politiezone door mijn gemeente eerder hoog in vergelijking met de dotatie door de andere gemeente(n) van de zone - De dotatie aan de politiezone door mijn gemeente correct in vergelijking met de dotatie door de andere gemeente(n) van de zone - De dotatie aan de politiezone door mijn gemeente eerder laag in vergelijking met de dotatie door de andere gemeente(n) van de zone - Geen mening
De intergemeentelijke verdeelsleutel wordt door de meeste burgemeesters als billijk ervaren. Zo’n 76% van de burgemeesters geeft aan dat de dotatie van zijn of haar gemeente correct is in verhouding tot de dotatie van de andere gemeente(n) van de politiezone. ‘Kleinere’ gemeenten merken dikwijls op dat ze sinds de politiehervorming hun uitgaven sterk zagen stijgen of dat zij verhoudingsgewijs te veel moeten bijdragen aan de zone. Stijgt de gemeentelijke dotatie sneller dan de federale dotatie? Een meerderheid van de burgemeesters (63%) gaat akkoord met de uitspraak dat de gemeentelijke dotatie (veel) sneller stijgt dan de federale dotatie aan de politiezones. Volgens ongeveer 8% van de respondenten stijgt de gemeentelijke dotatie niet sneller dan de federale dotatie. Rekening houdend met het principe dat volgens de WGP de begroting van de politiezone in geen geval een deficitair saldo of een fictief evenwicht of overschot mag vertonen, komt het er eigenlijk op neer dat de gemeentelijke dotatie het verschil vormt tussen de gewone uitgaven en de gewone ontvangsten van de politiebegroting. De gemeentelijke dotatie vormt bijgevolg het sluitstuk van de politiebegroting. Dit relativeert enigszins de autonomie van de gemeenten om de hoogte van de dotatie zelf te bepalen. Aangezien de federale dotatie een ‘gesloten enveloppe’ is, betekent dit dat de gemeenten via de politiedotatie het verschil steeds bijpassen.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 16/22
Uit onderstaande grafiek blijkt dat hoe landelijker de zone is hoe meer men van oordeel is dat de gemeentelijke dotatie ‘sneller stijgt’ dan de federale dotatie.
Grafiek: Antwoorden over de stijging van de dotatie opgesplitst per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
4.3.3 Evaluatie verhouding gemeentelijke politiedotatie en gemeentelijke begroting Hoe verhoudt uw gemeentelijke politiedotatie zich tot uw totale gemeentelijke begroting? - blijft gelijk - daalt - stijgt - geen mening Volgens 65% van de burgemeesters stijgt het aandeel van de gemeentelijke politiedotatie in verhouding tot de totale gemeentelijke begroting. Met andere woorden 2 op de 3 burgemeesters vindt dat de gemeentelijke politiedotatie meer en meer een grotere hap ‘wegneemt’ uit de gemeentelijke begroting. De gemeentelijke politiedotatie weegt dus steeds zwaarder op de gemeentelijke begroting.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 17/22
Uit onderstaande grafiek blijkt dat de gemeentelijke politiedotatie in alle typologieën van politiezone stijgt (50% tot 70%). De daling van de gemeentelijke dotatie in verhouding tot de totale gemeentelijke begroting situeert zich vooral in de (meer) verstedelijkte zones.
Grafiek: Antwoorden over de verhouding politiedotatie tot gemeentelijke begroting opgesplitst per typologie van de politiezone (op basis van verstedelijkingsgraad).
4.4 Personeel van de politiezone 4.4.1 Evaluatie selectie en rekrutering politiezone Hoe evalueert u de selectie en rekrutering van de geïntegreerde politie? De selectie en rekrutering toont geen afgetekende scores: het aantal tevreden tot zeer tevreden burgemeesters (39%) is bijna even groot als het aantal ontevreden en matig tevreden burgemeesters (38%). Ongeveer 1 op 5 burgemeesters is tevreden noch ontevreden. De burgemeesters wijten de problemen i.v.m. de selectie en rekrutering vooral aan de instroom die te klein is en aan het selectieprofiel dat niet altijd aansluit bij de verwachtingen van de zones. Tenslotte merken verscheidene burgemeesters op dat zij het niet eens met de situatie dat zij de selectie-interviews van het politiepersoneel niet als waarnemer kunnen bijwonen.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 18/22
4.4.2 Evaluatie mobiliteitsysteem in de politiezone Hoe evalueert u het systeem van de personeelsmobiliteit? Het mobiliteitsysteem kan op veel minder bijval rekenen. Ongeveer 53% van de burgemeesters is niet tot matig tevreden over het mobiliteitsysteem. Volgens vele burgemeesters leidt dit systeem tot een te groot personeelsverloop waardoor de politie ‘vervreemdt’ van haar omgeving en bevolking. Daarnaast beschouwen ze deze procedure te omslachtig voor de werkgever: het systeem verloopt te bureaucratisch en laat niet toe om in te spelen op dringende personeelsbehoeften (want slechts 2 mobiliteitscycli).
Uit de onderstaande grafiek blijkt dat zowel de meest verstedelijkte zones als de meest landelijke zones het meest ontevreden zijn over het mobiliteitssysteem.
4.4.3 Evaluatie tuchtprocedure Hoe evalueert u de tuchtprocedure? Ongeveer 1 op 3 burgemeesters is tevreden over de tuchtprocedure. Geen enkele burgemeester is zeer tevreden over de tuchtprocedure. Ongeveer 40% van de respondenten is niet tot matig tevreden over de tuchtprocedure. Volgens vele burgemeesters is de tuchtprocedure te omslachtig en te ingewikkeld waardoor ze in de praktijk quasi onwerkbaar is. Het inzetten van de tuchtprocedure vereist ook een specifieke (technische) deskundigheid. VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 19/22
4.4.4 Evaluatie geldelijk statuut Hoe evalueert u het geldelijk statuut? Ongeveer 23% van de burgemeesters is tevreden over het geldelijk statuut. Ongeveer evenveel burgemeesters (22%) zijn niet tevreden over het geldelijk statuut. 1 op de 3 burgemeesters (31%) is maar matig tevreden over dat statuut. Ongeveer 19% is tevreden noch ontevreden. Volgens verscheidene burgemeesters zijn er teveel vergoedingen en premies en wordt het statuut federaal onderhandeld maar moet de lokale overheid de factuur betalen. Een andere geformuleerde kritiek is dat de verloning (te) hoog is in verhouding tot de verantwoordelijkheden en dat er een discrepantie is met het statuut van het gemeentepersoneel.
4.4.5 Evaluatie capaciteit personeel in de politiezone Beschikt uw politiezone over voldoende personeel: - om haar basisfunctionaliteiten uit te voeren? - eigen zonale accenten in te vullen? - eigen gemeentelijke accenten in te vullen? Volgens ongeveer 60% van de burgemeesters beschikt de politiezone over voldoende personeel om zijn basistaken uit te voeren. Ongeveer 1 op de 2 burgemeesters is ervan overtuigd dat de politiezone over voldoende personeel beschikt om zonale accenten en beleidsprioriteiten te verzekeren. Opvallend is dat heel wat minder burgemeesters aangeven (40%) dat de zone over voldoende personeel beschikt om ook gemeentelijke accenten in te vullen.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 20/22
4.5 Open vragen 4.5.1 Belangrijkste voordelen politiehervorming Wat vind u als burgemeester de belangrijkste voordelen van de politiehervorming? Hieronder vind een overzicht van de antwoorden (geclusterd): - Betere coördinatie - Verhoogde professionaliteit - Schaalvergroting - Meer efficiëntie bij inzet van personeel en middelen - Meer specialisatie aanwezig (bijv. slachtofferhulp, verkeer, recherche, milieu) - Beleidsmatige benadering en doelgericht werken - Betere informatie-uitwisseling - Verhoogde dienstverlening door 7d op 7d en 24u op 24u permanentie - Integratie van 2 korpsen – concurrentie valt weg - Gemeenschapsgerichte politiezorg (onder meer wijkwerking) - Lokale recherche zorgt voor hogere ophelderingsgraad - Globalere aanpak van fenomenen - Synergieën met naburige zones - Horizontale en verticale samenwerking - Geen voordelen
4.5.2 Belangrijkste nadelen politiehervorming Wat vind u als burgemeester de belangrijkste nadelen van de politiehervorming? Hieronder vind een overzicht van de antwoorden (geclusterd): - Financieel (te duur) - Federale dotatie te laag - Afstand tussen lokale politie en gemeente groter (verzelfstandiging) - Werklast van de parketten - Loodzwaar personeelsstatuut: zowel qua arbeidsvoorwaarden als financieel (vereenvoudiging nodig) – vergelijking met gemeentelijke personeel - Teveel bureaucratie (rapporten, administratieve rompslomp) - Centrale sturing door federale politie: eenheidsworst en geen ruimte voor maatwerk (rekrutering, mobiliteit) - Verbondenheid van de politieagent met gemeente verminderd (mobiliteit) - Wijkwerking VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 21/22
-
Onduidelijkheid over financiering(swet) -– herziening KUL-norm “Te veel generaals, te weinig soldaten” Geen megazones vormen Opleiding Geen nadelen
5. Conclusies Op basis van de antwoorden op de enquête kunnen we volgende algemene conclusies formuleren: - de burgemeesters zijn relatief tevreden over de politiehervorming; - de burger kan rekenen op een professionele basisdienstverlening (7d op 7d, 24u op 24u) en een gespecialiseerde dienstverlening indien nodig; - de burgemeesters zijn tevreden over de basistaken die de lokale politie uitvoert maar het is duidelijk dat de wijkwerking nog (veel) beter kan; - de burgemeesters zijn duidelijk bezorgd over de financiën van de politiezones: ze zijn bereid om diep in de gemeentelijke geldbeugel te tasten voor de werking van de lokale politie maar het is duidelijk dat de financiële limieten voor de meeste gemeenten bereikt zijn; bovendien wijzen ze op het feit dat ze die (zware) financiële inspanningen slechts kunnen verantwoorden zolang de afstand tussen de gemeente en de zone niet te groot wordt en zij het beleid mee kunnen bepalen. - organen zoals het politiecollege en de zonale veiligheidsraad werken (zeer) goed; de werking van de politieraad is duidelijk een (structureel) probleem; - de burgemeesters zijn over het algemeen tevreden met de schaalgrootte van hun zone. Een aantal landelijke politiezones vinden hun schaalgrootte te klein om een volwaardige basispolitiezorg te verzorgen, een aantal burgemeesters (uit verstedelijkte zones) vinden hun schaalgrootte daarentegen te groot; - het is duidelijk dat de werking van de selectie en rekrutering, het mobiliteitsysteem, de tuchtprocedure verbeterd kan worden; het geldelijk statuut is te bureaucratisch (teveel vergoedingen en premies) en een aantal burgemeesters wijzen op de discrepantie met het statuut van het gemeentepersoneel. Bovendien wordt het statuut (te) eenzijdig (op federaal niveau) bepaald zonder overleg met de lokale werkgever.
VVSG nota – Enquête evaluatie politiehervorming - 17 november 2008 - 22/22