Weekendbijlage van dagblad Amigoe zaterdag 1 juni 2013
SPORT
Fysiek en mentaal aan slag
CULTUUR
3
Gek op aandacht
IN BEDRIJF
Van boekhouder tot directeur
5
11
Gogorobí Foundation
De kunst van het vertellen
De Gogorobí Foundation is de enige stichting op Curaçao die zich officieel bezighoudt met muziekverteltheater. maar ook de aanwezige De naam van de stichting verwijst naar een instrument dat vroeger op het eiland veel werd gebruikt, een soort fluit gemaakt van een kleine, uitgeholde kalebas. Doorgaans werden er twee tonen op de gogorobí geblazen ter
leerkrachten zijn van het begin tot het eind geboeid. Maar hoe kan het ook
begeleiding van de wandelpas van kinderen op weg naar school. Weinig kinderen en volwassenen weten nog anders, het Gogorobí Ensemble
gaat
hele-
wat een gogorobí is. En dat is dan ook precies het doel van oprichtster Sheila Payne met haar stichting: tradities maal op in het verhaal van het eiland nieuw leven inblazen. Tekst en foto’s: Victorine Stille
P
ayne heeft specifiek voor de naam Gogorobí gekozen om het verleden en het heden bij elkaar te brengen, door iets uit het verleden terug te brengen naar deze tijd. De Gogorobí Foundation brengt vertelkunst en muziek samen voor kinderen in de leeftijd van vier tot en met twaalf jaar. Een van de doelen van de stichting is de traditie van de vertelkunst levend te houden. Net als de gogorobí is de kunst van het verhalen vertellen onlosmakelijk verbonden met de Caribische cultuur. In de loop van de geschiedenis kwamen er met de mensen die uit verschillende werelddelen naar Curaçao kwamen ook allerlei volksverhalen mee naar het eiland. Deze verhalen maakten op het eiland een eigen evolutie door en daarmee ontstonden specifieke Curaçaose vertellingen die van volwassenen op kinderen werden overgebracht. Sinds de komst van onder meer de televisie en computers en de daarbij horende games, raakt de vertelkunst steeds meer in de vergetelheid. Payne: “Bovendien heb ik het idee dat er steeds minder verhalen worden voorgelezen en verteld op scholen en bij kinderen thuis, dat is zonde. Verhalen van een volk bevatten de overdracht van cultuur, normen, waarden, volkswijsheid en geschiedenis waar kinderen veel van kunnen leren. Dat geeft hen namelijk identiteit.” Uit recent onderzoek van de Stichting Lezen, een Nederlandse stichting die (voor-)lezen bevordert en zich hard maakt voor literatuureducatie, blijkt dat kinderen die worden voorgelezen of veel naar verhalen luisteren een grotere woordenschat hebben. Het bevordert hun taalen leesvaardigheid en ze doen het vaak beter op school dan kinderen die niet krijgen voorgelezen. Door het luisteren naar verhalen wordt het inlevingsvermogen in andere mensen versterkt en het kind beschikt over meer kennis en kan deze ook toepassen in het dagelijks leven. Payne: “Verhalen stimuleren de fantasie en het vermogen tot het oplossen van problemen. Door minder verhalen te vertellen wordt het kind ontwikkeling in verschillende opzichten ontzegd.” Kennis maken met muziek Een van de andere doelen van de stichting is kinderen kennis te laten maken
met muziek en de daarbij horende in- Maarschalkerwaart, gitarist Pierre Dunstrumenten. Payne: “Muziek is er niet ker, Konkie Halmeyer op de steelpan en alleen om op te dansen, maar ook om je percussionist Raymond Justiana, alias emoties mee uit te drukken. Het is mijn Ompi Tio. Toen Payne in 2009 met het doel de kinderen zoveel verschillende idee kwam om een muziekverteltheasoorten muziek te laten tergezelschap op te horen, van klassiek tot zetten, zegden zij hun modern en van salsa samenwerking voltot folklore, maar ook Kinderen die mondig toe. Sindsdien kinderliedjes. Behalve vormen de muzikandat er minder wordt worden voorgelezen ten samen met Payne voorgelezen, wordt er en regisseur Albert naar mijn idee ook veel hebben een grotere Schoobaar het Gominder gezongen met gorobí Ensemble, een en door kinderen.” Volwoordenschat belangrijk fundament gens Payne wordt de voor de stichting. Uitcapaciteit van kinderen eindelijk is pas in 2011 om muziek beter te kunnen begrijpen en de Stichting Gogorobí officieel opgericht. waarderen groter als ze al op jonge leef- Na het succes van ‘Morto i Laman’ kwam tijd in aanraking komen met de combi- het Gogorobí Ensemble in opdracht van natie van vertellingen en muziek. ”Mu- de Kunstkring met ‘Animal Musikal’, een ziekverteltheater gaat om de vorming voorstelling die het succes van het vovan de mens en het stimuleren van ta- rige optreden met het Volksoperahuis lenten. Ik wil dat kinderen kennismaken evenaarde. De leden van het ensemble met de creatieve en muzikale kant van besloten om de muziektheater-projeczichzelf en ze er van bewust maken dat ten grootser op te zetten en specifiek te ze daar iets mee kunnen doen, van uiting richten op scholen in het funderend ongeven aan hun emoties tot daadwerkelijk derwijs. Niet alleen de muzikanten die naar de theater- of muziekschool gaan”, onderdeel van het ensemble werden, gealdus Payne. loven onvoorwaardelijk in het muziekverteltheater van Sheila Payne, maar ook Sheila Payne is van kinds af aan aange- de nodige geldschieters, zoals het Prins trokken tot het vertellen van verhalen Bernhard Cultuur Fonds, Cultuur Paren muziek. Ze groeide op in een gezin ticipatie Fonds Nederland, de MCB, de waar verhalen vertellen heel gewoon Refineria Isla en PWC zijn overtuigd van was en in haar herinnering speelde haar de doelen die de stichting nastreeft en moeder altijd piano. Toch duurde het steunen het initiatief van Payne. nog tot 2009 voordat beide ervaringen samenkwamen en ze er haar fulltime Yakobo i subanda werk van maakte. Tot die tijd trad Payne Sinds november 2012 trekt het gezelal meermalen op als vertelkunstenares, schap van school naar school met het maar ze zag het niet als iets waar ze haar verhaal ‘Yakobo i subanda’, een Curaçaovolledige baan van kon en durfde te ma- se bewerking van ‘De Bremer Stadsmuziken. Payne: “In 2009 kwam het Volks- kanten’. De voorstelling is tweetalig en er operahuis van Amsterdam naar Curaçao wordt gezongen en gedanst. Payne draagt om hier op te treden en zij vroegen Tea- tijdens de voorstelling een speciaal voor tro Luna Blou, waar ik toen werkte, met haar gemaakt kostuum. Het is grijs van hen samen te werken aan de Caribische kleur en vormloos. “Het maakt een beetje versie van ‘De dood en de zee - Morto i een tekenfilmfiguur van mij, maar door Laman’.” zijn neutrale uitstraling heb ik maar een paar accessoires nodig om de figuren van Gogorobí Ensemble het verhaal uit te beelden. Zoals de lange De combinatie van muziek en vertelthea- handschoen met lange nagels eraan voor ter in deze samenwerking was een open- de Surinaamse kat Suzie en de tooi met baring voor Payne en ze besloot haar gekleurde veren voor de zingende haan eigen stichting op te richten. Dat deed Kalo.” Het bijwonen van de voorstelling ze niet alleen. Tijdens ‘Morto i Laman’ leert dat zowel de allerkleinsten als de werkte ze behalve met het Volksopera- grote, stoere groep 8’ers ademloos kijken huis samen met de klarinettist Hein van en luisteren. En niet alleen de kinderen,
van de leukste reacties van een kind die we ooit kregen was een tekening door hem gemaakt, met daarop alle karakters uit het verhaal van Yakobo. Een andere spontane reactie was van een heel kleine jongen die zo gefascineerd was door de steelpan en al zijn moed bij elkaar had verzameld om te vragen of hij er even op mocht spelen. Zoiets juichen wij als ensemble natuurlijk enorm toe. Hij heeft toen ook samen met Konki op de steelpan gespeeld.”
Verhalen stimuleren fantasie en het vermogen problemen op te lossen
en ze hebben er duidelijk plezier in. Dat is ook een van de belangrijkste voorwaarden voor Payne en haar ensemble: ze moeten het verhaal leuk vinden om te vertellen en er muziek onder te zetten. En voor Payne zelf is het een must dat er avontuur en ontdekkingen in het verhaal zitten. Bovendien moeten de thema’s geschikt zijn voor kinderoren. Onderwerpen als seks en alcohol komen er vanzelfsprekend niet in voor. Na de voorstelling volgt een nabespreking. Payne stelt vragen over de voorstelling en laat de kinderen geluiden imiteren. Jong tot oud wordt hierbij betrokken en doet mee omdat Payne door haar publiek heen loopt. Payne: “Goed om te zien dat allerlei onderzoeken uitwijzen dat het luisteren naar verhalen zorgt voor positieve ontwikkelingen bij het kind, maar niets zegt zoveel als de reacties en de gezichten van de kinderen zelf.” Niets is minder waar. Na de voorstelling schuifelen de allerkleinsten nog zichtbaar onder de indruk het lokaal uit, een paar kinderen uit de groepen 4 tot en met 6 imiteren nog de beestengeluiden en de oudere kinderen hebben overduidelijk een glimlach op de lippen. “Een
Voorstelling in Luna Blou Als voortzetting van de voorstelling houdt het ensemble workshops op de scholen. Zij worden hierin ondersteund door onder meer docenten van de Jeugdtheaterschool op Curaçao, Drazans en door Teatro Luna Blou en de Muziekschool. Tijdens de workshops krijgen de kinderen de gelegenheid om de verschillende instrumenten te bespelen, personages te creëren, er bewegingen en pasjes bij te maken en associaties te maken met de diverse instrumenten. ‘Yakobo i subanda’ loopt nog tot eind augustus. Tot die tijd kunnen scholen zich opgeven voor een voorstelling en de workshops. Wie niet meer op school zit, maar wel graag een voorstelling wil bijwonen, kan in het weekend van 22 en 23 juni naar Teatro Luna Blou komen alwaar Sheila Payne met het Gogorobí Ensemble optreedt voor een breed publiek. Hoort en zegt het voort!
2
zaterdag 1 juni 2013
S P OT L I G H T
ÑAPA 2013 Nr. 20
Uitgelicht
De kunst van het vertellen
1
Ennia Curaçao Triathlon De Ennia Curaçao International Triathlon werd zondag gehouden bij
Ennia Curaçao Triathlon
2
Santa Barbara Beach & Golf Resort Curaçao en op het terrein van de Mijnmaatschappij. Het is de Olympische variant van de triatlon. De af-
Fysiek en mentaal aan slag
3
Gezondheid
4
standen bedroegen 1,5 km zwemmen, 40 km fietsen en 10 km hardlopen. Rick Nijhoving was de snelste man. Bij de vrouwen was dat Angelique van der Linden. De beste Curaçaose deelnemers waren Marlies Korte (derde) en Roland Melis (tweede). In het kader van de strijd om de Curaçaose titel
Maatschappelijke democratie
5
werd Iwan Jonker tweede en Dennis Janson derde. Marlies Korte ging Ta-
Cultuur
6
mara Neumann en Carine Bergmann voor.
Literatuur
7
Varia Puzzels
8
Eten & drinken
9
Business Columns
10
Van boekhouder tot directeur
11
Business Rubrieken
12
Foto’s: Ken Wong en Ellemieke van Beek
Colofon BLADMANAGER Linda van Eekeres EINDREDACTEUR Hans Vaders ADVERTENTIES Marloes Tak VORMGEVING Wendela Ataliede Sarah Kuiper Oscat Vanegas Aan deze Ñapa
Ellemieke van Beek Marja Berk Monique Casimiri CVF Verele Ghering Hans de Haan Lennart Huijsen Louis Hilgers
Foto van de week
Erik van Kampen
‘Kinderfeestje’
Brede Kristensen Shakti-Aroena Lakhi Judice Ledeboer Roxanne Martha Hans de Haan Voctorine Stille Jan de Ruijter May Voges Mineke de Vries Miriam de Windt Ken Wong
Ñapa is een publicatie van:
Uitgeverij Amigoe NV Scherpenheuvel z/n Curaçao Tips voor de redactie? Bel 736-9050 Email
[email protected] Adverteren? Bel Marloes Tak 736-9050 / 516-7377
[email protected]
Thuis
Heemskerker Bert Rodenburg fotografeert graag vogels van divers pluimage. Zo ook tijdens zijn recente familiebezoek op Curaçao. Het lukt hem een kolibri te benaderen, die op zijn gemak de nectar uit een bloem wil zuigen. Maar het vogeltje wordt tijdens deze bezigheden opgeschrikt door een uit de kluiten gewassen hagedis. Eerst lijkr de kolibri te schrikken, maar even later gaat hij er, aldus Bert, gewoon weer mee door. Heeft u een mooie foto? Stuur hem naar
[email protected]
Onze zoon is jarig en dat moet gevierd worden. Uiteraard met een Antilliaanse inslag. Dat wil zeggen, een piñata is er en veel eten en drinken. In dit geval ranja. De ongeschreven regel in Nederland om maar 1 kindje meer uit te nodigen dan je oud wordt heb ik dit jaar genegeerd. Hij wordt zes en zou dus zeven kindjes mogen uitnodigen. Ik heb gekozen voor vijftien. Ik begin er al in te groeien dat meer kinderen ook kan. Net als op Curaçao. Ik heb het ooit al eens geschreven, maar kinderfeestjes met 40 kinderen zijn daar niet ongewoon heb ik mij laten vertellen. Daar komen dan nog de ouders bij, tel uit je winst, of je verlies. De ouders heb ik uitgenodigd om hun kroost af te zetten hier. Tot zover hun deelname aan dit feestgebeuren. Ik snap wel waarom men hier minder kinderen uitnodigt. De ruimte is beperkter. De huizen zijn kleiner en de tuinen sowieso. Op Curaçao kan je gemakkelijk een heleboel kinderen kwijt in de tuin. Hier kan je kinderen alleen kwijt in de tuin als het mooi weer is, of in ieder geval droog en dan is een beetje tuin wel fijn. De meeste mensen hebben een klein Monique Casimiri tuintje. Ideaal voor een gezin met een paar kinderen, minder geschikt voor feestjes waarbij er gerend, geduwd en gespeeld moet worden. Aangezien onze tuin een stuk groter is dan gemiddeld was het aantal geen issue meer en konden er meer kinderen worden uitgenodigd. Hier kunnen ze rennen zoveel ze willen en wij hebben wat spelletjes achter de hand voor het geval ze zich gaan vervelen. Alles is geregeld, maar zoals alles in Nederland, heb je wel rekening te houden met het weer. Ach, vanaf zijn geboorte tot vorig jaar is het altijd rond de dertig graden Celsius geweest op zijn verjaardag. Hij woont dan wel niet in de tropen, maar op zijn verjaardag zijn de tropen altijd even bij ons. Tot dit jaar. De weergoden hebben een pact gesloten met het heimwee-comité. Ik verdenk de vliegmaatschappijen ervan hier ook aandelen in te hebben. Niks geen dertig graden, niet eens twintig. Een magere negen graden zal het worden. Négen graden! Er wordt zelfs gesproken over nachtvorst. Dat is koud en als ik ergens een hekel aan heb dan is het aan kou en mijn zoon ook. In de winter heeft hij menigmaal gevraagd of we toch op Curaçao kunnen gaan wonen, want daar is het lekker warm. Négen graden! Acute aanvallen van heimwee overvallen mij en ik google me suf naar reisjes naar de zon. Die temperatuur en dat op zijn kinderfeest, met vijftien kinderen, die nu binnen willen spelen, rennen, duwen, springen, klimmen, gillen en nog harder gillen. Ik snap mijn Nederlandse collegaouders een beetje, zeven kinderen klinkt nu best aantrekkelijk. We blijven binnen en ik troost mij met de gedachte dat het buiten dan wel koud kan zijn, binnen zullen we zweten met zijn allen. Oordoppen in en meedoen is mijn advies aan mijzelf. Proost zeg ik met een ranja-tic in mijn hand.
zaterdag 1 juni 2013
s p o rt
3
Curaçaos honkbalteam
Fysiek en mentaal aan slag Recent verscheen in de Ñapa een artikel over het World Port Tournament, één van de grootste internationale toernooien op honkbalgebied, dat begin juli plaatsvindt in Rotterdam en waar Curaçao, Nederland, Taiwan en Cuba tegen elkaar uitkomen. Op Curaçao spraken we met Thakaidzwa Doran, voorzitter van honkbalfederatie Febeko over het honkbal alhier, de wens en noodzaak tot professionalisering en betere accommodaties en tevens over de noodzakelijke mentaliteitsomslag in de Curaçaose sport. Maar ook over de voorbereiding van de jongens van het nationale team die eind juni naar Rotterdam afreizen sprak Doran, waarbij hij een tipje van de sluier oplichtte wie er mogelijk meegaan.
Tekst en foto’s: Mineke de Vries
E
De intensieve training van de nationale selectie voor het World Port Tournament begin juli is in volle gang. ind november begonnen de honkballers met de voorbereidingen voor het World in andere landen lopen we het risico Doran: “Wat voetbal voor Nederland is, Overigens heb ik wel horen. Het doel is om de Port Tournament. Twee da- achterstand op te lopen.” is honkbal voor ons. Maar de manier goed contact met de lat steeds hoger te leggen per week waren ze voor Doran is van mening dat je het niet meer waarop de overheid sport gebruikt en ontwerpers van de De jongens zijn zo gen. Ik heb het nu vier krachttraining te vinden in redt met alleen vrijwilligers. “Een na- promoot in de regio, daarin lopen we campus en ben dus generaties gevolgd en de sportschool en vanaf januari werd er tionaal team kan niet bestaan op basis echt ver achter. We moeten honkbal, alitjd op de hoogte gemotiveerd dat ze ik zie dat de mentaliteit daarnaast twee keer per week getraind van vrijwilligheid.” Hij zag het met ei- sport nummer één op ons eiland, ook zo van de laatste ontwikaan het veranderen is. op het veld van Santa Rosa - het enige gen ogen toen hij na het Maria Immacu- gaan behandelen.” kelingen. We hebben de hele week De jongens zien waarveld waar een grasmat ligt - en in het lata Lyceum de opleiding sportmanagemankracht, materiaal voor ze vechten en wilstadion Johnny Vrutaal, ment in Den Haag Goed opgeleide coaches en goede samenwerwillen trainen len hun potentie om op er werd hardgelopen bij ging doen. Doran: “Ik Het tij is in financiële zin enigszins aan king met Nederland het internationale pohet Rif en er is een fysiobeoogde met deze op- het keren, merkt Doran, maar het is nog nodig, omdat we veel dium te staan bewijzen. programma. Momenteel Wat voetbal voor leiding verandering te niet waar het wezen moet. In november van elkaar kunnen leHet is niet meer alleen worden ook oefenwedbrengen in de sport- startte hij op eigen initiatief een pro- ren, maar ik denk dat er de mogelijkheid sport, het is ook een mentale training die strijden gespeeld en is Nederland is, is wereld op Curaçao. Ik ject in Banda’bou waarin twee vrijwil- moet zijn dat iedere honkbalbond zijn ze doormaken. Ze worden anders benaer de mentale voorbereiheb in Nederland een lige coaches werden aangesteld en maar leden de kans moet kunnen bieden zich- derd, Balentina is een people manager, ding. Begin juli zal het honkbal voor ons heel ander soort ver- liefst dertig kinderen in Barber werden zelf internationaal te bewijzen.” Curaçao het gaat ook om de training op sociaal resultaat van de intenenigingsleven gezien, geadopteerd, dit om honkbal nieuw le- dient zich echter ook te realiseren, aldus gebied om het maximale eruit te halen. sieve training zichtbaar dat je ook elders in de ven in te blazen. “In december hadden Doran, dat sport een bedrijf is geworden. In Balentina en zijn staf hebben we een moeten worden. wereld tegenkomt. Die we al vijftig inschrijvingen, het loopt “Met zestien jaar zijn de jongens rijp om moderne coach, die internationale kenkennis wil ik gebruiken om onze vereni- dus fantastisch. En dat ondanks het feit te tekenen om naar het buitenland te nis heeft en tevens het werk van mental Achterstand voorkomen gingen hier beter en gestructureerder op dat het voor kinderen moeilijk is om aan gaan. Zowel ouders, overheid als de pri- coach doet.” Dit alles is hard nodig, volThaikadzwa Doran, voorzitter van de Cu- poten te zetten.” Alles in de Curaçaose sport deel te nemen vanwege slechte vate sector zouden moeten investeren in gens Doran. De selectie vertegenwoorraçaose honkbalbond Febeko (Federas- sportwereld valt of staat nog met vrijwil- infrastructuur en sociale problemen in jong talent.” digt hun land met hart en ziel. “Sommihon beisbòl di Kòrsou) volgt het team op ligers, maar wil je meetellen en in de in- het buurt. Er is sprake van armoede op gen verliezen met deze trips een deel van de voet. In zijn rol als voorzitter strijdt ternationale sportwereld gezien worden, sportgebied en dat is niet eerlijk tegen- Nationaal team hun salaris, wat wel aangeeft dat sport hij voor een structurele aanpak van het dan moet je het anders aanpakken. “Met over de opgroeiende jeugd. Niet iedereen In zijn jaren in Nederland maakte Doran op Curaçao nog steeds als vrijetijdsbesteverenigingsleven en daarmee voor pro- dezelfde talenten komt een jongen in Ne- kan advocaat, dokter of accountant wor- tevens mee hoe Nederland won met de ding geldt.” fessionalisering van de sport. Doran: “We derland veel verder dan een jongen van den, er zijn ook kinderen die hun brood Curaçaose spelers. “Dat stak me en ik rekunnen niet achterblijven in de wereld. Banda’bou. Ik wil de mogelijkheden ook als professionele sporter kunnen verdie- aliseerde me dat we ook met onze eigen Bekende namen Willen we toonaangevende spelers blij- hier bieden en geef de hoop niet op.” Hij nen, maar daarvoor moeten wij ons on- jongens ons eigen team kunnen vormen. Grote namen treffen we in het Curaçaose ven leveren, dan moeten we zaken daad- hoopt tevens dat de overheid het belang derwijssysteem aanpassen.” Doran pleit Er was altijd wel een nationale selectie, team: die van Quincy Ascension (1982) werkelijk veranderen. Aan de honkbal- gaat zien van sport als middel voor de er ook voor dat alle coaches een goede maar sinds 2003 kwam daar een dip in, als leider, een ex-prof en de beste spelers ligt het niet, de talenten hebben we jeugd en dat het daarbij ook een vorm opleiding krijgen, want daarmee begint tijd dus om het naar een hoger plan te ler van vorig seizoen. Eveneens een exin huis, maar vergeleken met de training van nation building is. het. “Het is een geheel nieuwe visie bin- trekken”, aldus Doran. Toen hij in 2008 prof is Quincy Martina (1987), een voornen het Curaçaose honkbal, maar ik wil na zijn studie terugkwam bood hij aan beeldspeler zowel binnen als buiten het mensen overtuigen van het nut van cur- Febeko-voorzitter Armin Konket zijn slagperk. Dan is er nog Johnny Gregorius sussen voor coaches. Het belang heb ik projectplan aan om de bond hogerop te (1982), de broer van Marieckson Gregoin Nederland gezien en daarom ben ik op krijgen en om onder meer binnen drie rius uit de Major League en Andly Simdat gebied bezig met een samenwerking jaar aan de Centraal Amerikaanse Spe- mons (1989) de oudste broer van Andrelmet de Koninklijke Nederlandse honk- len in Puerto Rico deel te nemen. “Als ton Simmons die nu bij Atlanta Braves balbond. Beetje bij beetje gaat het zo een overkoepelend orgaan zijn wij namelijk speelt. Deze groep gaat het goed doen, alstapje vooruit. Want we moeten toch elk aangesloten bij de Pan Amerikaanse dus Doran. Er wordt nog een aantal spejaar opnieuw een nationaal team kunnen bond (waarvan Doran bestuurslid is) wat lers uit Nederland en Curaçaose jongens vormen?” je het recht geeft aan Pan Amerikaanse die in Amerika op school zitten toegeTevens zou er volgens Doran een samen- toernooien deel te nemen met de moge- voegd. Met dertig man begonnen wordt werking moeten komen tussen de ver- lijkheid je te kwalificeren voor wereld- er met 24 spelers naar Nederland afgeschillende Curaçaose honkbalbonden. toernooien. Ook is Curaçao sinds kort als reisd. “Het toernooi begint 30 juni maar land aangesloten bij de Wereld Honkbal- we proberen al de 26e te reizen zodat we Kritische noot campus bond. “Onze eerste stap na vijf jaar inter- nog een paar oefenwedstrijden kunnen Aan jonge kinderen wordt overigens ook nationale afwezigheid was de Haarlemse spelen met de rest van de jongens erbij.” een kans geboden in de nieuw te bouwen honkbalweek in Nederland waaraan we Het bestuur van Febeko heeft haar verbaseball campus op Hato. Elk initiatief deelnamen.” trouwen geheel aan dit team gegeven. om te investeren in jonge talentvolle Zijn visie bleek trouwens een beetje te En ook het Curaçaose team zelf gaat erhonkballers/sporters juicht Doran van ambitieus. “Ik dacht ook dat ik met de voor. “De jongens zijn zo gemotiveerd harte toe. Hij is echter ook kritisch. “De sponsorgelden mijn eigen salaris wel dat ze de hele week willen trainen, zo intentie om kinderen kansen te geven is kon betalen, als een soort bondsdirec- heb ik het nog nooit gezien.” uiteraard goed. En als het daarnaast wer- teur, maar ook dat was wat te hoog ingekelijk een bijdrage levert aan de econo- schat dus ik zocht daarnaast een baan als Kans op overwinning mie, aan de wijk en aan verenigingen is docent lichamelijke opvoeding op een De Curaçaoënaars zijn bescheiden waar het geweldig. Maar er wordt nu al zolang middelbare school.” Momenteel werkt het gaat over hun kansen, maar alles over gepraat. Blijft het niet zoals zoveel hij bij Sedreko, een sportstichting in de wijst erop dat de voorbereiding maar dingen alleen bij plannen?” En vervol- ruimste zin van het woord. “Zo regelen ook de instelling de goede kant opgaan. gens zegt hij lachend: “We moeten ook we bijvoorbeeld alles voor schoolsport, Voorzichtig geven ze aan dat het mooi wel gaan oppassen dat we ons goud niet schoonmaak van sportvelden, we leve- zou zijn van Cuba te winnen, van wie al te goedkoop verkopen als deze jongens ren sportmaterialen en kopen producten ze ook in de tweede editie van het WPT de Nederlandse teams gaan versterken!” in bij de overheid.” wonnen; Taiwan is een uitdaging, het Het geld is hard nodig om de sport op Nederlandse team wordt ook als sterke peil te brengen en er is wel degelijk be- Sociale training tegenstander gezien. Uiteraard willen hoefte aan betere accommodaties en Terug naar het huidige Curaçaose natio- ze Nederland verslaan. Ze zullen daarspecifieke sportbegeleiding. “Maar mis- nale team. In het verlengde van de mis- bij tegenover (bevriende) Curaçaoënaars schien zijn we er wel meer bij gebaat als sie van Doran om te zorgen voor goed komen te staan die voor Nederland uitdat geld gestoken wordt in de verschil- opgeleide coaches wordt het Curaçaose komen. Doran: “Het mooie is dat er nooit lende bestaande verenigingen, waardoor team getraind door niemand minder dan frictie ontstaat. Ze zorgen altijd voor het wellicht meer een Curaçaose aange- hoofdcoach Randolph Balentina. Cura- muziek, voor drinken, maar vooral voor legenheid blijft.” çaoënaar Balentina - die overigens ook de sfeer. Ongeacht wie er wint.” in 2011 het nationale team in Rotterdam Doran spreekt zijn zorgen uit dat de coachte - speelde tijdens de Olympische De goede voorbereiding, de kracht van komst van een campus het verenigings- Spelen in het Nederlandse team als ach- het team, de enorm positieve instelling, leven kapot zou kunnen maken. “Ik ben tervanger en buitenspeler. Doran: “Hij het zijn ingrediënten voor een welvereen voorstander van goed overleg in heeft het internationale honkbal en de diende overwinning. En wij allen kunThakaidzwa Doran: “De Curaçaose sport moet echt professionaliseren om geen achterstand in de wereld dit verband en hoop op zijn minst dat ‘wereldmentaliteit’ gezien en kent ook de nen er getuige van zijn, want zowel radio op te lopen.” de campus een Curaçaos tintje krijgt. moderne trainingsmethoden die daarbij als tv verslaan de wedstrijden live.
4
zaterdag 1 juni 2013
g e z o n d h e i d
Medisch
Puur, wit en dodelijk De kop boven dit artikel is de vertaalde ti-
tion of energy) dat uiteindelijk leidt tot overgewicht. Naar aanleiding hiervan is een discussie ontstaan over de gewenste dagelijkse energie-inname. In de Verenigde Staten en Engeland bedraagt deze inname nu 15 procent. De WHO kwam in 2003 met de aanbeveling van 10 procent die nog steeds als realistisch geldt, terwijl de American Heart Association 5 procent aanbeveelt. Vervolgens is door de toegenomen kennis over de suikerstofwisseling bekend geworden dat juist fructose aanleiding geeft tot het ontstaan van het schadelijke metabool syndroom. Tenslotte kan het gebruik van suiker ook verslavend zijn.
tel van het in 1972 verschenen boek van de Engelse fysioloog John Yudkin over suiker: ‘Pure, White and Deadly’, waarin hij een verband legt tussen het ontstaan van hartziekten en het gebruik van suiker. Deze onderzoeker, als adviseur verbonden aan een
gezond-
heidscommissie van de Engelse overheid, was zijn tijd ver vooruit. Zijn boek werd toen niet serieus genomen, want vetten waren toen de boosdoeners, vond men. Alleen de tandartsen waren blij met zijn boodschap. Tekst: Hans de Haan
Y
udkin herschreef zijn boek in 1986 waarin hij de gevaren van suiker verder onderbouwde op grond van onderzoek bij dieren en mensen en vervolgens het unieke mechanisme bloot legde dat veel later het metabool syndroom zou worden genoemd (zie verder). Hij overleed in 1995, juist in de tijd dat er een mondiale discussie losbarstte over het al of niet gezonde effect van diëten met minder vet en koolhydraten, vooral gepromoot door Robert Atkins, wiens koolhydraatarm dieet later wereldberoemd werd. In 2003 verscheen er een rapport van de WHO over voeding, dieet en chronische ziekten, waarin sterk de nadruk werd gelegd op de negatieve relatie tussen suiker en obesitas. Het advies was het gebruik van suiker te minderen tot maximaal 10 procent van de dagelijkse energie-inname, hetgeen woedende reacties uitlokten van de machtige multinationals van de voedingsindustrie. In 2009 ontstond echter een doorbraak op dit gebied. Robert Lustig, een Amerikaanse kinderarts en endocrinoloog (hormoonspecialist), hield een lezing over de gevaren van suiker die op YouTube ruim 3 miljoen keer werd bekeken. Later verscheen zijn boodschap als boek onder de titel: ‘Fat Chance, the Bitter Truth about Sugar’. Eind vorig jaar besloot Penguin Books - na 40 jaar - tot een herdruk van Yudkins boek en Lustig schreef hierin een enthousiaste introductie. Doorslaggevend onderzoek Tot voor kort was er eigenlijk geen overtuigend bewijs dat het gebruik van (veel) suiker slecht is voor de gezondheid. De onderzoeken waarop Yudkin zijn stelling baseerde, bleken achteraf toch zwak te zijn en ook de
waarschuwing van de WHO in 2003 was onvoldoende onderbouwd. Er is daardoor jarenlang getwist over dit onderwerp, tot groot genoegen van de snoep- en limonade-industrie. Op 15 januari 2013 verscheen in de British Medical Journal de publicatie van Lisa Te Morenga en collega’s, van de University of Otago in Nieuw-Zeeland met overtuigende bewijzen over de nadelen van het gebruik van suiker door volwassenen en kinderen, getiteld ‘Dietary sugars and body weight: systematic review and metaanalyses of randomised controlled trials and cohort studies’. Het betreft een zeer uitgebreid onderzoek van hoge kwaliteit over de inname van zuivere suiker, componenten van suiker en suikerbevattende levensmiddelen en dranken, waarbij werd aangetoond dat suiker een bepalende factor is voor toename van het lichaamsgewicht. Aanvullend bewijs werd eerder geleverd door een Nederlands onderzoek bij 600 kinderen van 5 tot 11 jaar die slanker werden als ze anderhalf jaar lang limonade met zoetstof dronken in plaats van met suiker, dat vorig jaar werd gepubliceerd in de New England Journal of Medicine, samen met een soortgelijk Amerikaans onderzoek. Het metabool syndroom Het metabool syndroom is een toestand waarin men bloot staat aan drie van vijf risicofactoren voor het ontstaan van hart- en vaatziekten en diabetes. Deze risicofactoren zijn hoge bloeddruk, een te grote omvang van de taille, een hoog bloedsuikergehalte, een verhoogd trigly-
ceridengehalte (het meest voorkomende soort vet) en een vermindering van het (goede) HDL-cholesterol. De inname van suiker en koolhydraten verhoogt het bloedsuikergehalte, met als normale reactie een stijging van het insulinegehalte in het bloed, maar het verhoogt ook het gehalte aan triglyceriden en het verlaagt tevens het (goede) HDL-cholesterolgehalte. Gewone suiker (sucrose of saccharose) bestaat uit twee componenten in een gelijke verhouding: glucose (druivensuiker of dextrose) en fructose (afkomstig van fruit, maïs of suikerbiet/- riet en als honing). De thans populaire high fructose corn syrup is ook een combinatie van fructose (55 procent) en glucose (45 procent), met meer fructose.
Nog een boek... Michael Moss, een ‘Pulitzer Prize’-winnende journalist van de New York Times, schreef een boek over de obsessie van mensen voor zout, suiker en vet (‘Salt, sugar, fat) dat begin dit jaar verscheen. Hij biedt de lezers een toer langs de voedingsindustrie van verwerkte levensmiddelen. Hij heeft uitgerekend dat Amerikanen jaarlijks gemiddeld 35 kilo suiker eten in allerlei vormen. Moss was vooral onder de indruk van de vele inspanningen die deze industrie zich getroost om producten te maken waar mensen aan verslaafd raken, waarvoor zelfs wetenschappers werden aangetrokken. Hun doel is namelijk het toebrengen van het ‘bliss point’ (vrij vertaald: ‘het toppunt van zaligheid’), waarbij men in ‘hogere sferen’ raakt en niet kan stoppen met snoepen. Het is al lang bekend dat suiker wel degelijk verslavende eigenschappen heeft bij sommige mensen. De biochemie heeft bovendien aangetoond dat glucose gebruik maakt van dezelfde zenuwbanen naar de genotcentra in de hersenen als sommige narcotica. Niet voor iedereen, maar wel voor veel mensen is suiker dus een verslavend middel, waardoor het zo moeilijk is om het snoepen te matigen.
Er is een belangrijk verschil in het metabolisme tussen deze twee suikers: glucose wordt in de lever omgezet in glycogeen (blijft een suiker) en fructose in een bepaald soort, schadelijk vet die de werking van insuline verlamt. Bovendien bevordert fructose de aanmaak in de lever van triglyceriden. De boosdoener is dus fructose, maar niet in de vorm van vers fruit, want mede door de daarbij aanwezige vezels wordt fructose anders en trager door de darmen opgenomen. Waarom is suiker ongezond? Uit het onderzoek van Te Morenga blijkt dat de inname van suiker - vergeleken met andere vormen van koolhydraten - een te sterke energiestoot geeft (overconsump-
Hans de Haan is arts en jarenlang actief geweest als medisch adviseur bij diverse instanties.
Beweging
Valpreventie, het belang van balans en evenwicht
Vallen is bijna altijd een onverwachte gebeurtenis, waarbij niet
altijd letsel hoeft op te treden. Bijna
•
30 procent van de thuiswonende
• •
ouderen (boven de 65 jaar) valt 1
•
maal per jaar. Dit risico neemt toe naarmate de fysieke of psychische gezondheid achteruit gaat.
Lichamelijke factoren die een rol spelen bij valpreventie: •
Tekst: CVF
D
e gevolgen van valpartijen kan een klein letsel zijn (zoals een verstuiking), maar kan ook leiden tot botbreuken of hoofd-
trauma. Een ‘onvrijwillig letsel’ is de 5e doodsoorzaak bij 75-plussers waarbij valincidenten de belangrijkste oorzaak zijn van dit onvrijwillig letsel. Ten gevolge van een heupfractuur wordt 20 procent van de ouderen immobiel, herwint slechts 14 tot 21 procent volledige ADL-zelfstandigheid (Activiteiten van het Dagelijkse Leven) en overlijdt 25 tot 33 procent binnen het jaar na het valincident. Valpreventie is een zeer belangrijk onderdeel van gezond ouder worden. Het ondernemen van acties om de eigen veiligheid te verhogen draagt bij aan valpreventie. Factoren die bijdragen aan valpreventie zijn zowel factoren in uw omgeving als factoren van het lichaam zelf. Omgevingsfactoren die een rol spelen bij valpreventie: •
• • • •
Zorg ervoor dat uw woonomgeving georganiseerd en opgeruimd is. Ook speelgoed van uw kleinkinderen kan een reden tot valpartijen zijn. Zorg ervoor dat u geen loslopende huisdieren hebt in uw huis. Kijk uit voor natte en/of gladde ondergrond (vloer). Zorg ervoor dat niemand spontaan uw meubels van plaats verandert. Zorg ervoor dat u geen loszittende
schoenen draagt of kleren die te lang zijn of anders niet goed passen (struikelen over uw jurk of broek). Geen loszittende tegels en/of opkrullend tapijt in huis. Geen oneven trappen. Zorg ervoor dat uw stoelen stabiel en stevig zijn. Zorg ervoor dat de ruimtes goed verlicht zijn zodat u zo optimaal mogelijk kunt zien.
• • •
Zintuigen worden slechter naarmate onze leeftijd toeneemt. Probeer ze zo optimaal mogelijk te laten functioneren. Angstgevoelens en depressiegevoelens verhogen uw risico op valpartijen. Chronische ziekten en/of medicatiegebruik kunnen voor problemen zorgen met het bewegingsapparaat. Als we ouder worden gaan we wijder lopen (‘ganzenpas’).
Hoe kan bewegen helpen? Ouder worden gaat samen met een verminderd gezichtsvermogen en gehoor. Dit zijn twee belangrijke zintuigen die bijdragen aan evenwicht dan wel balans.Het is mede hierom van belang dat de zintuigen in de spieren en pezen die informatie geven over spierlengte en -spanning goed getraind blijven om kleine veranderingen in de omgeving goed te kunnen opvangen. Dit kunt u doen door balansoefeningen. Verder zorgen balansoefeningen en spierversterkende oefeningen ervoor dat uw spieren in een betere conditie blijven, waardoor uw gewrichten beter beschermd zijn en u zekerder op uw benen staat. Uw looppatroon is hierdoor beter en het risico dat u uw voet niet voldoende optilt, waardoor u struikelt, is hierdoor ook minder. Conditietraining en spiertraining zorgt ervoor dat gevoelens van angst en depressie minder worden en voorkomt chronische ziekten, danwel voorkomt de complicaties van chronische ziekten. Het simpele traplopen is niet zo gemakkelijk als het lijkt. Voor traplopen is zowel een goed evenwicht, voldoende spierkracht en lenige gewrichten een noodzaak.
Een actievere oudere bevolking behoudt en/of verbetert haar evenwicht en mobiliteit, waardoor de kans op valpartijen aanzienlijk kleiner wordt. Hoe kunt u uw balans verbeteren? U kunt uw balans verbeteren door regelmatig oefeningen te doen. Regelmatig betekent in dit geval zo vaak als u wilt. Begin de oefeningen uit te voeren met een stoel of een muur in de buurt waaraan u zich kunt vasthouden indien nodig. En zodra het gemakkelijk gaat (u heeft de stoel niet meer nodig), kunt u dezelfde oefening een stuk moeilijker maken door simpelweg op een andere soort ondergrond te gaan staan, of door uw ogen te sluiten. U kunt deze oefeningen overal doen, op uw werk, in de supermarkt (achter uw winkelwagentje), of als u staat te wachten in een rij. Op deze manier combineert u het nuttige met het minder aangename. Balansoefeningen Op de tenen staan - op de hielen staan: 1. Ga eerst op u tenen staan. 2. Probeer 30 seconden lang op uw tenen te lopen. Zowel voor- als achteruit. 3. Als dit goed gaat kan dit gevolgd worden door 30 seconden op de hielen te lopen. Tandem walk U loopt in 1 rechte lijn vooruit: hakken aangesloten aan tenen. Als dit goed gaat probeert u hetzelfde achteruit. Kruislings stappen Loop zijwaarts en kruis het rechterbeen voor het linkerbeen en het linkerbeen voor het rechter been. Mochten de oefeningen te moeilijk zijn, zorg er dan voor dat u in het begin gebruik maakt van een ‘balanssteun’. Dit kan een stoel zijn maar ook een simpele stok. Zodra de oefeningen te gemakkelijk worden, kunt u ze moeilijker maken door onder meer: • Tijdens de balansoefening een bal op te gooien. • Met het hoofd de andere kant opkijken. • Ogen sluiten.
Hoe goed is uw evenwicht ? Er is een aantal testen die u kunt laten afnemen door uw bewegingsspecialist om na te gaan hoe het met uw balans staat. De eenvoudigste testen zijn de ‘Berg Balance Scale’ en de ‘Fullerton Advanced Balance Scale’. Een test om na te gaan of u in staat bent om zijwaarts, achterwaarts of voorwaarts te reiken is de ‘Mutidirectional Reach Test’. Al deze testen dienen door een professional afgenomen te worden. Een simpele test die u thuis kunt uitvoeren is de ‘staan op 1 been test’. U gaat in uw deurpost staan (zodat u indien nodig direct steun kunt vinden), en probeert zo lang mogelijk op 1 been te staan. Als u 30 seconden op 1 been kunt staan is uw balans prima. Als u slecht 5 seconden of minder op 1 been kunt staan is uw balans zeer slecht, met een hoog risico op valpartijen.
zaterdag 1 juni 2013
5
a c h t e r g r o n d
Maatschappelijke democratie:
Denken met de handen, werken met het hoofd Twintig jaar geleden was ik betrokken bij een bizarre training. Een groep Oekraïense oud-generaals van het Sovjet-leger, te jong om met pensioen te gaan, moest worden omgeschoold tot managers om te werken in socialistische bedrijven die voldoende levensvatbaar waren om te worden omgebouwd tot zogenaamde ‘Europese bedrijven’. Ze moesten vertrouwd worden gemaakt met een Europees-kapitalistische bedrijfscultuur. Tekst: Brede Kristensen
D
e autoritaire soldatencultuur moest worden afgeleerd en een nieuwe overlegcultuur aangeleerd. Dat was de opdracht. Ik zie ze nog zitten, al die strenge figuren, zichtbaar onbehaaglijk in burgerkleding, onzeker over wat komen ging. Maar toen het Oekraïense ijs eenmaal gebroken was, liep de training als een trein. Ofschoon serieus en leergierig bulderden ze regelmatig van het lachen. Als er een autoritair trekje naar boven kwam, tikten ze elkaar of zichzelf vrolijk op de vinger. Ze hadden er duidelijk schik in. Bij de eindevaluatie bracht een van deze oud-generaals naar voren dat hij het als een training in democratie had ervaren. Iemand had hem ooit eens gezegd dat democratie
worden. Bovendoen moeten inkomensverschillen beperkt blijven, anders krijgt de een onherroepelijk meer macht dan anderen. Democratie als levensstijl zag hij als basis van democratie als politiek systeem. Autoritair optreden past daar niet bij. Autoritair en discriminerend denken evenmin. De Tocqueville begreep dat de Franse revolutie weliswaar een einde had gemaakt aan een traditioneel-autoritair politiek systeem, maar dat daarmee nog lang geen sprake was van democratie. Zolang onze levensstijl ondemocratische trekken vertoont, zal de politieke democratie dat eveneens doen. Omgekeerd zullen landen met een sterke maatschappelijke democratie op politiek vlak democratische denk- en omgangsvormen oproepen, zelfs wanneer de structuren traditioneel-autoritair zijn.
Alexis de Tocqueville (1805-1859), een beroemde denker over democratie.
eigenlijk een egalitaire omgangsvorm is zonder gebruik van wapens. Dat had hij nu begrepen en een beetje aangeleerd. ‘Je ziet Brede, we hebben de wapens neergelegd’. Een verrassende manier om democratie te omschrijven: besluitvorming zonder intimiderende wapens. Sinds de droevige moord op Helmin Wiels, is dit inzicht voor ons op Curaçao hoogst actueel. Alexis de Tocqueville Alexis de Tocqueville (18051859), deze beroemde denker over democratie, zei vaak: als democratie niet in het hoofd van mensen zit, werken democratische instituties niet. Tijdens zijn lange rondreis door Noord-Amerika was hij ervan overtuigd geraakt dat politieke democratie gestoeld moet zijn op maatschappelijke democratie. Maatschappelijke democratie betekent dat mensen thuis in familieverband, op het werk en in sociale verbanden vertrouwd zijn met een democratische omgangsvormen. Dat iedereen elkaar gelijkwaardig bejegend en dat ideeën en belangen van medemensen gerespecteerd
Mij is opgevallen dat landen met een lange democratische traditie zich het meest bewust zijn dat die traditie gemakkelijk in verval raakt en dus onderhouden dient te worden. Zwitserland Democratische instellingen zijn op zichzelf geen waarborg voor hun functioneren. Neem Zwitserland. Sinds 1291 een federaal georganiseerde democratie met inspraakmogelijkheden voor iedereen (nou ja, destijds alleen voor mannen). Ouders wordt op het hart gedrukt dat op hen de verantwoordelijkheid rust hun kinderen op te voeden in de geest van de democratische constitutie. Zodra kinderen naar school gaan worden zij met behulp van creatief ontwikkeld lesmateriaal verder ingewijd in cultuur, organisatie en spelregels van de democratie. Waaronder ook gelijke behandeling voor iedereen, beginnend in het gezin. Hebben ze meteen iets om over te praten met hun ouders en te onderzoeken of hun ouders willen en kunnen luisteren. Nu wij op Curaçao bezig zijn een nieuw democratisch land
Het gebouw van het Curaçaose parlement.
te bouwen, zouden we Zwitserland boven op het landenlijstje kunnen plaatsen waarvan iets te leren valt. Het Zwitserse lesmateriaal om leerlingen met democratie vertrouwd te maken is schitterend. Van Zwitserland kunnen we ook leren hoe politieke partijen hun aanhangers aansporen de democratie thuis, op het werk en in hun eigen hoofd te praktiseren. Slechte voorbeeld Ook in de 21e eeuw worden de meeste politieke culturen gekenmerkt door imponeren, manipuleren en intimideren. Vaak geven politieke leiders zelf het slechte voorbeeld. Slecht voorbeeld doet helaas gemakkelijker volgen dan goed voorbeeld. Erger, politieke partijen stimuleren hun kader soms ditzelfde soort ondemocratisch gedrag te ontwikkelen. Volgens mij is dat ook op Curaçao nogal eens het geval. Bij een gebrekkige maatschappelijke democratie zou het niemand moeten verbazen dat democratische instellingen slecht functioneren. De Tocqueville had gelijk. Maatschappelijke democratie heeft twee steunpilaren nodig. Een structureel-maatschappelijke en een levensbeschouwelijke. 1. Gelijkheid Een maatschappij die het juiste midden weet te vinden tussen inkomensgelijkheid en ongelijkheid zal de maatschappelijke democratie bevorderen. Extreem gelijke of ongelijke samenlevingen bieden die steun niet. Er kunnen ook concrete maatregelen worden genomen om het juiste midden te vinden, zoals de Scandinavische landen hebben gedaan. Het argument dat dit stabiele economische groei in de weg zou staan, gaat niet op. Een van de meest genivelleerde landen ter wereld, Zweden, groeit gestaag, in weerwil van de crisis. Belangrijk is dat we inzien dat grote maatschappelijke ongelijkheid democratische besluitvorming bemoeilijkt en spanningen veroorzaakt. Wanneer we als volwassen mensen begrijpen dat zelfverrijking weinig bijdraagt tot geluk en exclusieve clubjes zich zelden of nooit voor het algemeen belang inzetten, kunnen we als volwassen naties gelijkheidbevorderend inkomensen belastingbeleid voeren. Sociale dialoog, ook een vorm van maatschappelijke democratie, is cruciaal voor een effectieve beleidsmatige aanpak met draagvlak. Zwitserland doet veel aan maatschappelijke democratie, maar is geen democratisch paradijs. De inkomensverschillen zijn er groot en deze verschillen zijn moeilijk met democratie te combineren. Inkomensverschillen roepen meestal inspraakverschillen op. De laatste decennia zijn de inkomensverschillen in de meeste democratische landen de pan uitgerezen. Naar mijn gevoel worden de gevolgen hiervan onderschat. De nieuwe paus Franciscus, begrijpelijkerwijs moe van de kwestie, drukte zich onlangs kort en krachtig uit: ‘het kan niet zijn dat de straten wemelen van armen, terwijl de rijken uitbundig feesten’. Een democratisch systeem dat toene-
mende ongelijkheid bevordert, houdt geen stand. Hoe groter de ongelijkheid, hoe moeilijker het overleg tussen mensen en partijen. Het hoofd kan er mooie democratische theorieën op nahouden, maar als de praktijk van de handen er haaks op staat, raakt de democratie in verval. Helaas neemt ongelijkheid toe, binnen zelfs de meest genivelleerde landen en ook tussen landen onderling. De Gini-index spreekt boekdelen. Zelfs nu we midden in een financiële crisis zitten, lukt het ons niet de bonuscultuur aan te pakken. Hoe paal en perk aan ongelijkheid te stellen? Krishnamurti (Indiase bestrijder van mentale slavernij) en David Bohm (beroemde Australische fysicus) hebben het daarover in hun inspirerende dialoog over vrijheid van de geest. Beide zijn het erover eens dat onze individuele menselijke geest zich alleen kan ontwikkelen wanneer we inzien dat wij onderdeel zijn van de universele geest en dat inzicht ook in het intermenselijke verkeer praktiseren. Wat voor zin heeft het dan indruk te willen maken op medemensen? Deze doorzichtige tactiek voegt weinig toe aan onze geestelijke ontwikkeling. Krishnamurti: ‘hoe meer je bij jezelf komt, hoe meer je bij de ander komt. Daarbij komt nog iets anders, hoe meer je bij jezelf komt hoe creatiever je bent. Zonder creativiteit gebruiken we onze energie op destructieve wijze. Creativiteit is nodig om onze energie op constructieve wijze te benutten. De beste manier om criminaliteit en corruptie te beperken en democratie te bevorderen.’ 2. Universalistische waarden De tweede steunpilaar is van levensbeschouwelijke aard. De Franse oud-president Valéry Giscard d’Estaing, voorzitter van de Europese Grondwet Commissie, heeft het in 2004 scherp geformuleerd. Hij wees erop hoe cruciaal het is voor de Europese democratie dat christelijk-humanistische universalistische waarden hun plaats behouden in het politieke leven. Hij vreesde de opkomst van nationalistischpopulistische partijen. Niet onterecht. Giscard d’Estaing begreep heel goed dat een samenleving die niet doordrenkt is van de overtuiging dat mensen gelijkwaardig zijn, ongeacht hun ras, taal, nationaliteit, opleiding of religie, wezenlijk ongeschikt is voor democratie. De mensheid heeft duizenden religies gekend, meestal gekoppeld aan stam of natie. Dus met een lokale en exclusieve betekenis. De meeste religies gelden exclusief voor een specifieke groep mensen en zijn vaak de expressie van hun ‘wij-gevoel’. Mensen buiten dat verband worden als ‘anders’ en minderwaardig gezien. Daarnaast zijn er religies en wereldbeschouwingen die principieel universalistisch zijn, zoals Boeddhisme, christendom en islam. Plus de humanistische wereldbeschouwing. Je hoeft geen bepaalde nationaliteit of huidskleur te hebben om ertoe te behoren. Alhoewel christendom en islam niet bekend staan om hun tolerantie, gaan zij wel van fundamentele gelijkwaardig-
Als er geen balans is tussen inkomensgelijkheid en ongelijkheid wordt democratie een wankel kaartenhuis.
heid uit. Te weinig realiseren we ons hoe belangrijk dit is voor de democratie in een open en pluriforme samenleving. Als deze religies gepolitiseerd raken, kan democratie niet functioneren. De orthodoxie werd in OostEuropa door het communisme gepolitiseerd. Zij diende het politieke regiem te steunen. Katholicisme en protestantisme kunnen er trouwens van meepraten. Met de islam is het tegenwoordig ook weer het geval, zij het omgekeerd. Zij steunt niet een regiem, maar vormt zelf een politiek regiem of schrijft een regiem de wet voor. Met democratie is dat niet te rijmen. Dat is goed te zien in Egypte. In andere delen van de wereld, Europa en Amerika, zien wij dat de secularisering de invloed van vooral het christendom in ernstige mate heeft verzwakt. Christendom en humanisme maken plaats voor hedonisme en consumentisme. Onze kapitalistische economie heeft daarvan buitensporig profijt getrokken. Met als gevolg dat universele mensenrechten op de tocht staan. Democratie gedijt alleen op een fundament van universele mensenrechten. Dat fundament verzwakt ook
als een religie geseculariseerd raakt. Dat kan ertoe leiden dat de gemiddelde burger zonder veel gewetenswroeging toestaat dat sommige medemensen elders in de wereld en zelfs in eigen land als minderwaardig worden gezien, worden buitengesloten of uitgebuit. Exclusieve clubjes voor ‘very important people’ zijn de laatste decennia als paddenstoelen uit de grond geschoten. Al zijn de universalistische religies behept met veel ondemocratische trekjes, de betekenis van het uitgangspunt dat mensen gelijkwaardig zijn en als zodanig bejegend en behandeld moeten worden, kan moeilijk onderschat worden. Giscard d’Estaing had helemaal gelijk. Als we de politieke democratie willen onderhouden, moeten we deze maatschappelijk-democratische kwesties serieus aan de orde stellen. Politieke partijen, werkgevers, werknemers, kerken, en alle instellingen die zich met onderwijs en opvoeding bezighouden tot en met de universiteit. Alleen zo blijft de maatschappelijke democratie vitaal. Maar het gaat niet om discussie alleen. We zouden moeten leren met de handen te denken en met het hoofd te werken.
Ik zal een voorbeeld geven. Dit jaar herdenken we dat 150 jaar geleden het besef bij veel mensen was doorgedrongen dat slavernij in flagrante strijd is met elementaire mensenrechten. De slavernij werd formeel afgeschaft. Zo’n herdenking is belangrijk, maar wordt een aanfluiting als voorbijgegaan wordt aan actuele vormen van slavernij en mensenhandel, zoals die ook op ons eiland floreren. In feite valt er niets te vieren. Wel iets belangrijks te doen, namelijk zorgen dat hedendaagse vormen van slavernij worden aangepakt. Dat zou een teken zijn dat onze maatschappelijke democratie leeft. Los daarvan kunnen we ons inspannen om de maatschappelijke democratie te revitaliseren. Literatuur: Ian Buruma, Taming the Gods; Religion and Democracy on three Continents, 2011 Vincent Golay, Institutions politiques suisses, 2005 J. Krishnamurti and D. Bohm, The Future of Humanity, 1986 (Ned. vert. De toekomst van de mensheid)
Twee wolven en een schaap stemmen over wat zij vanavond gaan eten. Een grap, maar het toont wel aan dat democratie alleen werkt als er in een samenleving vanuit gegaan wordt dat iedereen gelijk is en dezelfde rechten heeft.
6
zaterdag 1 juni 2013
c u lt u u r
Gek op aandacht Niets was veilig voor haar: blikken, potjes, flessen, doppen, kranten of hout. Wat anderen weggooiden, pakte zij op. Afvalmateriaal veranderde onder haar vingers tot kleine kunstwerkjes. Hellen Wanga was als klein meisje al bezig met kleuren en vormen en het ontdekken van de meest eenvoudige materialen. Ging het toen om potjes en vaasjes, nu exposeert ze schilderijen en beschilderde voorwerpen. Eén van haar meest opvallende werken is de wasmachine die bij de Maduro & Curiel’s Bank op Curaçao staat. Maar ook zijzelf is een wandelend kunstwerk. Tekst en foto’s: Mineke de Vries
E
en in repen geknipte waterfles veranderde in een aantal fel beschilderde armbanden, de mergpijp uit de soep die haar moeder maakte werd tot een beschilderd vaasje voor kleine bloemetjes. Dat was hoe Hellouisa Maria Wanga - Hellen - als klein kind de wereld beleefde. Ze was vaak te vinden bij haar buurvrouw die eindeloos met haar knutselde. Maar al snel nodigde Hellen thuis allemaal kinderen uit die ze middagen bezighield. “Die kinderen liepen maar op straat en ik vond het leuk samen dingen met ze te maken. We hadden soms wel dertig kinderen in huis. We kleurden rijst en maakten daar wat van, we deden veel met papier-maché en maakten eigen verjaardagskaarten en allerlei schilderijtjes. Allemaal met materialen die we vonden.” Ook hielp ze haar vader altijd met schilderen en verdween dan opeens achter het huis met wat potjes verf om spullen te maken en een muur bij een oom thuis was op een onbewaakt ogenblik veranderd in een tafereel met flamingo’s en palmen. Opstandig Hellen werd in 1956 geboren op Bonaire, maar haar vader werd toen zij nog baby was voor de Shell overgeplaatst naar Curaçao. Ze kwamen in Scharloo, later in Dominguito terecht waar Hellen van de St. Margaretha school in Janwé naar de Julianahuishoudschool ging op Parera. “Daarna had ik allerlei jobjes, onder meer bij Avila om mijn eigen geld te verdienen; ik wilde namelijk naar Nederland. Al van jongs af aan wist ik dat ik of handenarbeidjuf wilde worden of verpleegster of schoonheidsspecialist.” Ze volgde in Amsterdam een opleiding in de verzorging en werkte in verzorgingshuizen en ziekenhuizen, maar al snel zat ze weer met de ouderen te knutselen als haar werktijd erop zat. “Mijn eigen kunst begon eigenlijk toen ik in 1983 vanwege hoge bloeddruk thuis kwam te zitten en het tekenen weer op begon te pakken. En geef mij een stapel blaadjes, ik teken en schilder ze in no time vol. Geen stuk papier is voor mij veilig. Ik maakte allerlei schilderijtjes en ging voorwerpen beschilderen. Toen ging het hard,
Ik kwam in kranten, op tv en kreeg grotere opdrachten.” Ze stortte zich ook op de opleiding tot voedingsassistente, maar vijftien jaar geleden werd ze geheel afgekeurd. Ze was opstandig, stortte zich op het schilderen, maar ging ook zichzelf op straat exposeren. Genieten van aandacht In opvallende kleuren, zwaar opgemaakt en met een enorme en opvallende tulband begaf Hellen zich op straat en nog altijd is dat haar imago. De tulbanden zijn iets minder opvallend geworden. “Ik had er vroeger allemaal voorwerpen in verwerkt: blikjes, flessen, hout en zelfs schoenen. Ik paste soms niet eens in de auto.” Haar man Roy Sint Jago vult aan: “Ze had soms een tas bij zich met voorwerpen die ze desgewenst nog bovenop de tulband zette.” De tulbanden bestaan nu alleen nog uit stof. Het is geen traditionele Antilliaanse feestdoek, maar een eigen creatie. Ze draait verschillende gekleurde en glimmende stoffen in een grote zwarte band die het geheel bij elkaar houdt. Roy - die er met in drie neonkleuren gelakte teennagels bij zit - doet graag mee. Als travestiet doet hij niets liever dan zich opvallend uit te dossen, ook voor Hellen een uitdaging: “Ik heb hem in mijn kunst opgenomen. Het is een wedstrijd wie er het mooiste uitziet.” Overigens ontwerpt en maakt Roy - die na de lerarenopleiding werktuigbouwkunde de modevakschool deed - Hellens kleding. Samen gaan ze in fantastische en extreme kledij de straat op en begeven zich op festivals, gaan naar het bloemencorso of dwalen door Amsterdam. Hellen: “We hebben samen zo veel lol. We maken veel mee, mensen willen overal met ons op de foto, soms komt er politie aan te pas, er gebeuren zelfs weleens auto-ongelukken als mensen ons zien”, en ze schieten samen in de lach. “In 1986 verscheen er een groot artikel over ons in de Telegraaf.” Ze genieten van de aandacht die het ze oplevert, het is een real life show. De Arubaan Roy ontmoette Hellen op een feestje bij haar tante; hij woonde inmiddels al in Nederland. Maar toen hij achttien werd en de dienstplicht dreigde, ging hij naar Curaçao en trok bij diezelfde tante in. Hellen: “Ik wist het meteen toen ik hem
zag en na al die tijd zijn we nog altijd happy samen.” Na hun trouwen in 1977 vestigden ze zich in Nederland, maar komen nog met grote regelmaat op de Antillen.
“En geef mij een stapel blaadjes, ik teken en schilder ze in no time vol. Geen stuk papier is voor mij veilig.”
Kwestie van lef hebben Hellens werk is opvallend, ze maakt schilderijen op doek, hardboard of tegels, maar ze had bijvoorbeeld ook een ‘schoenenperiode’. Vele laarzen, pumps en klompen werden in opvallende kleuren beschilderd - onder meer ook haar huwelijkspumps, als aandenken. Dit schoenentijdperk leverde een aantal artistieke creaties op, die in schoenenwinkels werden geëxposeerd. Het zijn veelal expressies van ofwel veel kleuren ofwel zwart/wit en soms opeens is er een stukje Antillen in verwerkt met vogels, palmen en bloemen. Verder maakt ze grote felle oorbellen en armbanden van het haar geliefde papier-maché - nog altijd met als basis een verknipte fles - en deze sieraden probeert ze te verkopen via een artistieke winkel in Amsterdam. Hellen deed mee aan groepsexposities en had solo-exposities, in hotels in Nederland en in het Schiedams museum, maar ook op Curaçao bij Bloemhof en Mangasina di Arte en op Bonaire bij Kas di Arte. Tevens hingen op een reisbureau in Duitsland en in een galerie in Korea werken van haar. Alles is een kwestie van lef hebben. Hellen: “We stappen in vol ornaat allerlei musea en expositieruimten binnen en vragen naar de directie. Dat lukt eigenlijk altijd wel. Ik leg dan mijn map met mijn werken op tafel en zo kom je overal binnen. Met thuis op de bank blijven zitten kom je namelijk nergens.” Wasmachine In 1993 deden Roy en Hellen mee aan Carib Art, waar ze op de rotonde van Saliña bij de toenmalige garage van Moreno ter plaatse in drie weken een bestelbusje beschilderden. Hellen: “Het was geweldig, er was muziek en iedereen kwam kijken. De auto stond lang bij het Curaçaosch Museum maar was inmiddels zo ver vergaan dat hij is vernietigd.” Op Bonaire beschilderden Roy en Hellen een jaar of drie geleden samen met schoolkinderen een hele muur. “Het doet ons zo goed om samen met kinderen bezig te zijn en ze te leren met kleur en vorm om te gaan.” Hellen vertelt over de beschilderde wasmachine. “Ik heb deze tijdens een expositie in landhuis Bloemhof beschilderd. Er werd tijdens deze expositie geld ingezameld voor een nieuw zwembad voor gehandicapten. Ik beschilderde een wasmachine, die werd gekocht door de Maduro & Curiel’s Bank, waar hij nu nog steeds staat. De opbrengst kwam ten goede aan het nieuwe zwembad.” Dit soort grotere projecten doen Roy en Hellen samen, Hellen maakt het ontwerp en Roy vult de vlakken in. Maar als het om figuratieve ontwerpen gaat, komt Roy in actie. Hellen: “Hij is bijvoorbeeld een expert in schoenen en voeten tekenen, dus dat soort zaken komen altijd van hem.” Perfect op elkaar ingespeeld, elkaar inspirerend en aanvullend en zichtbare weder-
zijdse trots. Na al die jaren delen Hellen en Roy nog altijd het plezier om samen op deze manier bezig te zijn. Onderwaterwereld In hun huis dat vol hangt en staat met werk van Hellen valt één schilderij het meeste op. Een werk met verfijnde vormen en felle kleuren, gemaakt na de bevalling van haar zus, wat haar enorm inspireerde tot dit werk. In het schilderij heeft het kind met de navelstreng een centrale plaats. Er omheen zijn vertolkingen uit de onderwaterwereld te zien. Hellen: “De hele bevalling, waar ik bij was, deed mij teruggaan naar de wereld onder water, met vissen, waterratten en planten.” Het werk - olieverf op hardboard - was onderdeel van een groepsexpositie in de Cariben en maakte na Parijs een toer door onder meer Peru, Jamaica, Curaçao, Aruba en Santo Domingo. “Apart vind ik wel dat het op de eilanden toch vooral de Nederlanders zijn die mijn schilderijen kopen. Die vallen toch kennelijk voor deze kleuren. Maar, je moet er natuurlijk ook van houden, er zijn ook veel toeristen die op schilderijen het liefst alleen flamingo’s en een Curaçaos huisje willen zien.”
Andere wereld “Ik respecteer alle kunstvormen, maar heb mijn eigen stijl. Zonder na te denken komt er een ontwerp, het ontstaat gewoon als je bezig bent. Ik speel met kleuren en vormen, het meeste is fantasie, vaak zijn het wel felle kleuren, maar ook veel strepen, lijnen, stippen. Het komt echt van binnen. Als ik bezig ben, dan ben ik echt in een andere wereld, ik hoor niks meer om me heen. Roy moet me dan soms aan mijn hand letterlijk die wereld uittrekken.” In een kleine kamer in hun appartement in Assendelft staan in een hoek de potten verf en allerhande doppen van potten waarin ze haar verf mengt. “Soms meng ik de kleuren op de schilderijen zelf, soms in een potje. Soms ook gooi ik de verf tegen het schilderij aan en dan bewerk ik de verf tot een figuur.” Eenmaal bezig schetst ze ook met potlood wel lijnen en vormen op het doek die ze daarna invult. Wasmachines, laarzen, auto’s, fietsen, borden, niets ontkomt aan de verfkwast van Hellen. “Maar”, zegt een lachende Roy, die overigens bezig is een boek te schrijven over het leven van Hellen, “onze grootste droom blijft het beschilderen van een vliegtuig!”
Culturele Agenda ‘Bai Bin’/‘Where Air meets Water’ Mimi van Bindsbergen gaat na vijf jaar terug naar Nederland met blijvende herinneringen aan Curaçao, het landschap en de mensen. “De ervaring hier opgedaan zal ik altijd met mij meedragen waar ik ook ga. Schilderijen met de aarde, het rode zand, het koraal en het onderwaterthema hebben gemaakt dat ik mijn palet moest
aanpassen”, aldus Van Bindsbergen. Vandaar dat ze nu vele blauwtonen gebruikt in haar werken. Een deel van deze expositie is in samenwerking met Tanya Haynes en draagt de titel ‘Where Air meets Water’. Het idee ontstond met de wens Curaçao van boven en onder water te verkennen, hetgeen resulteerde in de bijzondere overgang van lucht naar water. Nog tot 7 juni is deze tentoonstelling te bezichtigen in de Mon Art Gallery in het Rif Fort. C-Boys in Concert C-Boys bestaat uit vijf jongens die naast hun studie en sport ook een andere passie hebben: kunst. Ze namen deel in de talentenshow Luna Yen en kwamen als winnaars 2012 uit de bus. Ze zullen Curaçao en Luna Yen gaan vertegenwoordigen in de finale van Kunstbende in Nederland. C-Boys geven 2 juni om vier
uur ‘s middags een concert bij La Tentashon. Kaarten kosten 15 gulden en zijn verkrijgbaar bij Luna Blou. ‘Franje van Oranje’ Om de troonswisseling en de betekenis van de monarchie door de ogen van de kunstenaar te laten zien, organiseert Landhuis Bloemhof een groepsexpositie. De kunstenaars waren ook uitgenodigd om een passende naam te bedenken voor deze koninklijke expositie. Uit de vele creatieve inzendingen is de winnende titel ‘Franje van Oranje’ verkozen, die door Evelien Sipkes is bedacht. In deze expositie doen zowel kunstenaars die al langer een band hebben met Bloemhof als enkele amateurs, debutanten, mee die speciaal uitgenodigd zijn nieuw werk in te leveren. In totaal doen er 27 kunstenaars mee met een breed scala aan materiaal. De
kunstenaars zijn Annemieke Dicke, Babs de Brabander, Ans Mezas-Hummelink, Brigitte Wawoe, Ellen Spijkstra, Evelien Sipkes, Garrick Marchena, George Struikelblok, Gloria Luz de Waal, Goilo Brothers, Gwen Anderson, Julie Kooyman, Krista van der Meijden, Margo Nelissen, Marianne Faydherbe, Marjon Wegman, Martie Genger, Michèle Russel-Capriles, Myrna Moreno, Nicoline Winkel, Philippe Zanolino, Rubina Welvaart, Saida Hernandez, Serena Israel, Tanya Haynes en Wigberto Lopez. Landhuis Bloemhof is zeer verheugd met het grote aantal en de diversiteit van de ingezonden werken, waarin de kleur oranje centraal staat. U bent allen uitgenodigd om de expositie te bezoeken. Nieuws op cultureel gebied? Stuurt u uw info zo spoedig mogelijk naar agenda.cultuur@ gmail.com
Boekpresentatie Kanaä
H
et boek ‘Kanaä’ wordt zaterdag 8 juni gepresenteerd bij Mensing’s Caminada. De presentatie is van 10.00 tot 12.00 uur. Het boek kost 22 gulden en is natuurlijk verkrijgbaar bij Mensing’s, bij andere boekhandels en via Caribpublishing.Het boek vertelt het verhaal van een jonge man die als slaaf vanuit Afrika naar Curaçao wordt vervoerd. “Ik had mij zo goed verscholen en toch hebben ze mij te pakken. Het is het begin van een leven, een waarin de wil om te overleven het op moet nemen tegen de vele ontberingen, die het moet ondergaan. Het is de liefde voor mijn vrouw Kanaä en de vurige wens weer bij haar te kunnen zijn, die mij iedere keer opnieuw krachten geeft mij er doorheen te slaan. Ik word als handelswaar meegenomen op een tocht, die begint in het donkere oerwoud in Afrika om uiteindelijk aan te komen op Curaçao. Zal ik Kanaä ooit nog terugzien?” Herman Piso is geboren in Indonesië (1951) en verhuisde op zijn zesde jaar vandaar naar Curaçao. Hij studeerde bouwkunde in Nederland. Na zijn studie keerde hij terug naar Curaçao en werkte hier als aannemer.
zaterdag 1 juni 2013
7
l i t e r at u u r
Over vluchten en jezelf tegenkomen Twee nieuwe romans, beide in korte tijd veel gelezen en veel geprezen. Ik bespreek ze samen omdat ze veel gemeen hebben, maar ook verschillend zijn. Monique Roffey (Trinidad) schreef ‘Archipelago’ en ontving ermee de Bocas-literatuurprijs. Jesus Carrasco (Spanje) schreef zijn debuutroman ‘Intemperie’, dat gelijk in het Nederlands vertaald werd (met als titel ‘De Vlucht’). Beide boeken gaan over een vlucht. Tekst: Brede Kristensen
I
n Roffey’s roman vlucht de hoofdpersoon vanwege een crisis veroorzaakt door overstroming, in Carrasco’s roman vanwege een crisis veroorzaakt door droogte. De een vlucht naar zee en zwerft rond langs de Caribische eilanden. De ander vlucht een barre woestijn in. Beide worden blootgesteld aan de elementen. Na de nodige dramatische ontberingen worden in beide romans de hoofdpersonen gedwongen tot reflectie en zelfinzicht en tot het maken van existentiële en morele keuzes. Dan blijkt dat de vlucht een vorm van persoonlijke groei en thuiskomen is. Beide romans eindigen met weldadige regen, aanvaard en genoten als een geschenk uit de hemel. Voor het overige zijn de romans verschillend. Archipelago is oké. De Vlucht is subliem. Archipelago Aanleiding voor Archipelago vormen de voor Trinidad karakteristieke overstromingen. In de roman wordt het huis van de hoofdpersoon, Gavin, door het water gegrepen. Zijn zoontje komt daarbij om het leven. Zijn vrouw raakt in schoktoestand die haar mentaal en fysiek paralyseert. Gavin blijft in feite over met zijn dochtertje Ocean. Hij probeert een nieuw leven op te bouwen, maar als het jaar erop de regen opnieuw begint, wordt hij zelf overspoelt door wanhoop. In een opwelling besluit hij met zijn dochtertje en hond een zeereis te maken met het jacht dat ooit onbemand in de buurt van Trinidad was gevonden en dat zijn eigendom werd. Ze zetten koers naar de Venezolaanse Los Roques-eilanden, vervolgens naar de ABC-eilanden. De Venezolaanse grenspolitie stelt vragen. Waar komen jullie eigenlijk vandaan? Enzovoort. Dat zijn pijnlijke momenten die Gavin aan de reden van zijn reis
herinneren. Hij gaat die momenten zoveel mogelijk uit de weg en stort zich in toeristisch genieten. In Bonaire lukt dat goed. Op Curaçao iets minder. Ocean ziet hoe een leguaan wordt overreden. Onthutst zet haar dat aan het denken. Kennelijk gebeurt dat wel vaker. Kennelijk zijn we allemaal erg kwetsbaar. Kennelijk leven we dicht bij de dood. Het beeld van het dode broertje komt voor ogen. Gavin walst er overheen en laat zich verleiden tot een bezoek aan Campo. Hij gaat helemaal uit zijn dak. Alhoewel dat een ontnuchterende werking op hem heeft en hij ineens terugverlangt naar huis, weet hij zichzelf bijeen te rapen en de reis voort te zetten. In Aruba ontmoeten ze een Zweeds zeilmeisje, Phoebe. Gavin heeft een extra zeiler nodig voor de oversteek naar Panama. Zij wil naar Panama om haar vriend te ontmoeten. Dat komt dus goed uit. De komst van Phoebe betekent een nieuwe prikkel tot reflectie. Phoebe stelt weinig vragen. Het is haar aanwezigheid die hem en Ocean te denken geven en waardoor Ocean haar vader met nieuwe kinderlijke vragen uitdaagt. Waarom heb je me Ocean genoemd? Het antwoord dat hij geeft, zal door de loop van de verdere gebeurtenissen volledig worden ontkracht: omdat de oceaan wonderbaarlijk is en jij ook. Daarna zijn er geen antwoorden meer. Hij beseft dat het simpele feit dat de overstroming slechts wonderbaarlijk in haar zinloosheid was, oorzaak van verwarring is. Voor hem en zijn gezin een catastrofe. Voor de natuur betekenisloos. Na Panama zetten ze de reis naar de Galapagos-eilanden voort. In de Stille Oceaan loopt hun vlucht vast. De hond verdrinkt. De wind verdwijnt. Ze liggen stil. Een witte walvis duikt op. Ze denken aan Moby Dick en kapitein Ahab met zijn existentiële
vragen. Langzamerhand beseft Gavin dat de zee geen middel biedt om te vluchten. De zee is het bestaan zelf, tot wie hij zich moet leren verhouden. Uiteindelijk geeft Gavin het op, in letterlijke zin door zijn boot terug aan de zee te geven en zijn eigen vlucht te staken en naar huis terug te keren om zijn verantwoordelijkheid te nemen. Eenmaal terug in Trinidad begint het te regenen. Nu verwelkomt hij de regen. Roffey schrijft ongedwongen en onderhoudend. Dat leest gemakkelijk. Maar de stijl past niet bij de ernst van het onderwerp. Je kunt wel meedelen dat het verdriet om zijn verloren zoontje hem te machtig werd, maar als de taal dat gevoel van verdriet niet opwekt, blijft het bij informatie. Vooral de eerste 200 pagina’s geven de indruk van een toeristisch-journalistiek verslag. Pas na Aruba, wanneer Phoebe aan boord komt, merken we iets van de existentiële ernst van de vlucht voor de confrontatie met verdriet en zinloosheid. De vlucht is paradoxalerwijze nodig om die confrontatie aan te gaan. Dat gebeurt dus ook. De zee brengt Gavin dichter bij zichzelf, dichter bij huis. Archipelago is rijk aan ideeën, die ons in dialogen worden meegedeeld, met minimaal evocatief effect. Tenminste, zo is het mij vergaan. Ongewild en onbewust lijkt ze zich teveel te hebben geconcentreerd op de techniek van het schrijven. Bijgevolg worden we als lezer er niet echt door geraakt. De elementen Het tegenovergestelde is het geval in De Vlucht, waarmee de onbekende Jesus Carrasco enkele maanden geleden debuteerde. Hier zijn vorm en inhoud schitterend met elkaar verweven. Hoofdpersoon is een jongen, die opgroeit in een door extreme droogte geteisterd dorp. Iedereen trekt weg. Een pedofiele rechter heeft vrij spel en eist het kind van zijn vader. De naam van het kind krijgen we niet te horen. Het kind besluit op een dag te vluchten. Hij vlucht de dorre, hete woestijn-achtige vlakte in, die doet denken aan het landschap van Extremadura waar de auteur opgroeide. Maar de rechter zit hem achterna, uit angst dat hij gaat praten. Telkens weet de jongen te ontsnappen. Dan ontmoet hij een oude herder met enkele schapen, een ezel en een hond. Hij ontfermt zich over de schichtige jongen. Gesproken wordt er nauwelijks. Langzamerhand ontstaat een vriendschappelijke genegenheid. Ze trekken samen verder. De rechter komt hen echter op het spoor. De jon-
Want als ons ‘thuis’ ons ongemotiveerd laat om de elementaire essenties van het leven te leren kennen, is het een obstakel voor persoonlijke ontwikkeling.
gen weet zich verborgen te houden, maar de herder krijgt een afranseling die hem later het leven zal kosten. De jongen probeert de herder in leven te houden. Daartoe moet hij op stap op zoek naar water en voedsel. Dat brengt hem in contact met een invalide man die hem verraadt. Hij ziet zich gesteld voor onmogelijke morele beslissingen. Zo blijkt ‘de vlucht’ een wrede inwijding in het leven te zijn, even onbarmhartig als de woestijn. Prachtig en indringend geschreven: “De kinderlijke vlucht, de verschroeiende zon, de vlakte die niet genegen was zich naar zijn wensen te voegen. Hij voelde de onveranderlijkheid van de dingen om hem heen, dezelfde inertie in alles wat hij kon aanraken en zien... Hij huiverde bij de mogelijkheid dat hij alleen verder moest en voor zijn ogen doemden, als een rossige steekvlam, de silhouetten op van zijn huis, aan de rand van de spoorlijn... zijn wanhopige strijd tegen de natuur en de mensen opgeven en terugkeren naar huis..?” De jongen voert een innerlijke strijd en de lezer voelt dat die strijd ook in zijn eigen ziel wordt opgeroepen. Al lezend ben ik het gevoel gaan krijgen dat Carrasco iets bijzonder belangrijks heeft willen zeggen met hulp van dit verhaal als parabel. Om iets van het leven en van onszelf te begrijpen moeten we vluchten. Ons moderne ‘thuis’ is relatief comfortabel, alhoewel kritisch beschouwd
Letra Jamaica Kincaid
Ruim 10 jaar hebben we moeten wachten, maar dit jaar verscheen een nieuwe roman van Jamaica Kincaid (Antigua, 1949, bekend door At the Bottom of the River en The Autobiography of My Mother). Nu verscheen: See Now Then. Over nogal ondragelijke spanningen in een
huwelijk, rancune en wraak. Meneer en mevrouw Sweet mogen dan wel ‘sweet’ heten, maar de werkelijkheid is anders. De tijd, als derde personage, heeft teveel zitten slapen waardoor geen slijtage van pijnlijke gevoelens is opgetreden. Integendeel, oud zeer is geëscaleerd tot rancune die het huwelijk sloopt. Zoals haar eerdere romans, is ook deze enigszins autobiografisch en bovendien als parabel te lezen van het opgedrongen huwelijk tussen een Caribisch eiland en een Europese koloniale mogendheid. Het gebrekkige zelfinzicht van beide partijen draagt niet bepaald bij tot verbetering van de relatie. PEN-Festival Tijdens het begin deze maand gehouden internationale PEN-Festival in New York werd ze gevraagd voor te le-
zen uit eigen werk. Ze las echter voor uit Milton’s Paradise Lost. Waarom?, zo vroeg een interviewer haar. “Omdat ik ooit, als 7-jarige (!), werd getroffen door de kracht waarmee Milton over tirannie en onrechtvaardigheid schreef.” Ze merkte verder op dat ze niet de behoefte heeft aan verwachtingen te beant-
wreed. Want als ons ‘thuis’ ons ongemotiveerd laat om de elementaire essenties van het leven te leren kennen, is het een obstakel voor persoonlijke ontwikkeling. Pas in de ‘woestijn’ leren we iets van de elementaire trekken van het leven te begrijpen. Deze gedachte is onmodern en druist volledig in tegen de bekende theorie van Maslow dat eerst voor ons natje en droogje moet zijn gezorgd voordat we toekomen aan onze persoonlijke ontwikkeling. Carrasco’s boek vormt een schril contrast met Maslow. We zijn als het ware gedoemd te ‘vluchten’. Zo niet dan zullen we thuis in comfortabel onbegrip ten onder gaan. Op de keper beschouwd is ons ’thuis’ helemaal niet veilig. Ongemeen scherp haalt hij uit naar de decadente en verwoestende pedofilie, die het gelijkwaardige contact met medemensen verstoort en zodoende ook de communicatie tussen mensen kapot maakt. Tegenover de kwaadaardige rechter staat de goede herder, die wel contact weet te leggen met de vluchtende jongen. De herder staat voor zorgzaamheid en bescherming. Carrasco laat het zo ver komen dat de herder tegen het einde van zijn eigen leven niet anders kan dan de jongen tegen de rechter te beschermen door de rechter te doden. Er is geen andere keus. Daarbij komt
nog dat dit tevens de enige manier is waarop de rechter tegen zichzelf beschermd kan worden, zo lijkt Carrasco te willen zeggen. De herder is tegelijkertijd rechter, beeld van Christus. Nu wordt duidelijk dat het boek inderdaad een parabel is over de vicieuze cirkels van het kwaad die de goedheid nooit helemaal kunnen opheffen. De goedheid behaalt soms een zwakke overwinning. Als het boek eindigt met een regenbui die de verzengende hitte verbreekt, merkt hij op dat ‘God voor even de duimschroeven wat losser draaide’. Beide romans suggereren dat vluchten een complexe en paradoxale bezigheid is. Je vlucht voor iets weg, weg van huis, maar je komt dichter bij jezelf en zodoende kom je dus eigenlijk ‘dichter bij huis’. Het thema vlucht-zwerf-zelfinzicht is zo oud als de mensheid: van het boek Exodus tot aan Homerus en als we de lijnen doortrekken naar vandaag komen we terecht bij auteurs als Saul Bellow, Derek Walcott en niet te vergeten Cola Debrot, die het thema uitwerkt in Bewolkt Bestaan. Zowel Monique Roffey als Jesus Carrasco leggen uiteraard hun eigen accenten. Dat van Carrasco is een ijzersterk accent. Jesus Carrasco, Intemperie, 2013 (Nederlandse vertaling: De Vlucht) Monique Roffey, Archipelago, 2012
Ars Poëtica woorden. “Beter is mensen te verrassen opdat ze gaan nadenken.” Haar nieuwe roman is ontraditioneel geschreven zonder een duidelijke verhaallijn. Wat wil je daarmee bereiken? “Er zijn talloze dingen waarover niet geschreven kan worden omdat de conventies dat beletten... Ik wil weten hoe het leven eruit ziet dat door conventies verstikt wordt.”
Paradise Lost
Ze wil niet langer een masker dragen: “Ik zette het af en voelde dat ik meer mezelf was.” En dat betekent ook een nieuwe manier van schrijven. De interviewer merkte op dat door uit Paradise Lost voor te lezen, ze de suggestie wekte haar eigen werk met een grote mythe te vergelijken. Dat beaamde ze. We zijn, we maken deel uit van een mythe. “We leven in iets dat groter is dan we zelf zijn.”
a hell of heaven...
...The mind is its own place, and in itself can make a heaven of hell,
John Milton Paradise Lost 1667
8
zaterdag 1 juni 2013
va r i a
Milieu
Huntu Kòrsou Gezondheid, ons geluk voor het leven (2)
Water wordt schaars
Wat kan je als individu
De wereld is op koers
doen om gezond te leven?
om zonder water te gera-
Vorige week noemde ik
ken, zegt VN-secretaris-
drie verschillende manie-
generaal Ban Ki-moon.
ren, te weten: voldoende
“H
beweging, gezonde voeding en mindfulness. Een combinatie hiervan is in mijn ogen een optimale manier om weer in balans te komen.
E
en betere kwaliteit van leven is gegarandeerd. Nu sta ik stil bij mogelijkheden voor voldoende beweging op ons eiland en mijn ervaringen hiermee. Op ons eiland kan je dankzij het heerlijke klimaat genoeg doen aan beweging. Wandelen, zwemmen, fietsen. Noem het maar op. En als je het gezellig vindt om met anderen te sporten in het kader van ‘socializen’ zijn er diverse sportclubs aanwezig. Gezellig met anderen trainen en kletsen tegelijk. Regelmatig zie ik fietsers van TEC en Bellisima over het asfalt racen. Zelfs op de weg richting Banda’bou. Een bekende plek waar ook gesport en gechat kan worden is de sportschool. Individuele begeleiding van een sportcoach of klassikale lessen zoals aerobics en body pump zijn hier allemaal mogelijk. Degene die zwemmen, fietsen en hardlopen tegelijk leuk vindt, kan zijn hart ophalen bij de wedstrijden van de Curaçao Triathlon Association. En zelfs aan de allerjongsten wordt gedacht. Jaarlijks zijn er meerdere kids triatlons voor kinderen vanaf zes jaar. Je kunt er dus zo
Modderloop 2012 van de Roadrunners Club Kòrsou.
vroeg mogelijk bij zijn, want jong geleerd is oud gedaan. Hoewel ik zelf graag in mijn eentje sport, vind ik een avondje sporten met anderen een verfrissende afwisseling. Als liefhebber van hardlopen ben ik dan ook elke week te vinden bij de Roadrunners Club Kòrsou (RRCK). Deze hardloopclub is opgericht in 1981 en verzorgt iedere week kosteloos trainingen aan jong en oud. Allemaal gedaan door vrijwilligers. Om een ieder de kans te geven te kunnen bewegen is de groep in drieën gesplitst, één voor de snelle jelle’s en de fanatiekelingen onder ons. De ander is voor de relaxte en social minded lopers. En de derde groep tenslotte, de wandelaars die behalve voor het trainen ook komen om hun dagelijkse doen en laten met elkaar te delen. Voor ieder wat wils dus. Dit is nog niet alles wat deze club doet. Elk jaar vinden veertien wedstrijden plaats op verschillende locaties op het eiland van de ‘Banda Riba Cross’ tot de ‘Banda Bou Fun
Run’. Het nieuwe jaar wordt jaarlijks ingeluid met de ‘Moddercross’ in de zoutpannen van Jan Thiel. Tot hun middel door het water moeten de lopers zich ploeterend in een zo snel mogelijke tijd voortbewegen. Zo nu en dan raakt iemand een zool of zelfs een hardloopschoen kwijt. Echt bikkelen dus. De leukste loop vind ik de ontbijtloop als afsluiter van het jaar. Eerst samen wandelen en lopen en daarna gezellig ontbijten met elkaar. Het jaar onder
het genot van kerstmuziek afsluiten. Ons eiland heeft genoeg mogelijkheden om lekker te kunnen bewegen. Het ligt voornamelijk aan uw keuze of u dit wilt doen. Sta erbij stil welke sport het beste bij u past en wat u de rest van uw leven zou kunnen volhouden. En kies dan vervolgens uit de vele mogelijkheden die er zijn. Want uw gezondheid is uw persoonlijke geluk voor het leven.
Ir. Shakti-Aroena Lakhi is voorzitter en medeoprichtster van Huntu Kòrsou. Een stichting die zich inzet voor een ‘better quality of life’ op Curaçao. Meer lezen over dit initiatief: www.huntu-korsou. org en www.facebook.com/HuntuKorsou .
oewel water op het eerste zicht alomvertegenwoordigd is, is maar een fractie van het water op onze planeet beschikbaar als drinkwater”, zei Ban afgelopen week in een toespraak op de Internationale Dag van de Biodiversiteit. “We leven in een wereld van onzekere watervoorziening, waar de vraag het aanbod vaak overtreft. De waterkwaliteit haalt vaak de minimumstandaard niet. Gezien de huidige trends zal niet voldaan kunnen worden aan de toekomstige vraag naar water.” Volgens de VN-secretaris-generaal is er een sterk verband tussen water, voedselvoorziening en de klimaatverandering, en bieden de opvolgers van de millenniumdoelstellingen (MDG’s) een kans om die uitdagingen aan te pakken. “Naarmate de internationale gemeenschap inspanningen levert om de MDG’s te halen en een nieuwe agenda na 2015 uit te stippelen, waaronder een aantal doelstellingen op het vlak van duurzaamheid, kunnen water en biodiversiteit een belangrijk onderdeel vormen.” De klimaatverandering heeft nu al een belangrijke impact op de beschikbaarheid van drinkwater, omdat deze onder meer de neerslagpatronen en de vochtigheid in de aarde verandert. Het snellere afsmelten van sneeuw en gletsjers heeft een belangrijke impact op rivieren en stromen overal ter wereld. Concurrenten Vroeger werden de strijd voor biodiversiteit en water vaak als concurrenten gezien, zegt Ban, maar intussen is het begrip ge-
Een meisje staat in de uitgedroogde waterput van een dorp in de Chinese provincie Guangzhou. Meer dan een miljoen mensen in de provincies Guangzhou en Gansu kampen op dit ogenblik met een dreigend watertekort.
groeid dat de twee elkaar versterken. “Soortenrijkdom en de voordelen voor het ecosysteem die daaruit voortvloeien zijn een centraal onderdeel van de visie voor een waterzekere wereld. Ecosystemen beïnvloeden de lokale, regionale en wereldwijde beschikbaarheid en kwa-
liteit van water.” Zo helpen wouden om bodemerosie te beheersen en watervoorziening veilig te stellen. Moerassige gebieden verminderen het risico op overstromingen, en bodembiodiversiteit is van groot belang voor de landbouw.
Puzzels ANAGRAM
PRIJSPUZZEL
C RY P T O - O V E R L A P P E R
Op elke verticale regel dient een woord van vier een van vijf en een van zes letters te worden ingevuld. Het HORIZONTAAL: 1. Boosaardigheid; 5. rivier in Frankrijk; 8. chemisch element; 13. woord van vijf letters bestaat uit de letters van het devies; 14. els; 16. kleur; 17. stad in Duitsland; 18. soort papegaai; 19. door middel voorgaande woord plus 1, het woord van zes letters bestaat uit de vijf letters van het voorgaande woord van; 21. verlaagde toon; 22. struisvogel; 25. ijver; 27. heester; 28. golfterm; 30. leplus 1. Als de hele puzzel juist is ingevuld, vormen de venslucht; 32. verschil in diepgang van voor– en achterschip; 33. deel van een sleu- letters op de vet omlijnde regel een woord.
tel; 35. scherprechter; 37. uitroep van pijn; 38. mondwater; 39. oud–Germaans schriftteken; 40. zijde van een schip; 41. onbeweeglijk; 43. mensenhater; 45. soldatenkost; 47. eertijds; 49. lof; 50. half; 52. smart; 54. spijskaart; 56. wisselgebruik (It.); 58. stad in Frankrijk; 60. kathedraal; 61. open plek in een bos; 63. deel van een tafel; 65. gebroken graan; 67. moederoverste; 68. slinger; 69. gevangenis; 70. deel van Zuid–Afrika.
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10
Op elke regel twee woorden invullen. Twee of meer eindletters van het eerste woord zijn meteen de beginletters van het tweede woord.
1
2
3
4
O
6
R O P S T N O L
I
N E M M I
R G E P T
L G P E L
L D N N N R E O H A N E B
VERTICAAL: 1. Houdbaar deel van een zin (5); Vellen van schelpen en lellen (8); 2. De eerste die zich (s)appel maakte (4); Een dijk van een wedstrijd (8); 3. Bewerken en verkopen (8); Uitgelokt verblijf (4); 4. Direct + 1 (6); Knoflook aan de voet van een baby (7)
E O E E
I
P N E N
I W O O N G A T
P S C E S P W I O A E
I
© Puzzelland/130601
2
N L K I
F A A L A
E T R E U E E P L
M N U L A A R K E R L C G S R K L H M A A R K F E O K R F O T O G R A F Beitel Blaffer Bovenzijde Deen Flatwoning Fotografie Fruitwinkel Glatik Glimmen Grimeren
Haringnet Kleptomaan Kraam Kruistocht Lozen Machineolie Media Oceanograaf Ontsporing Opspelen
I
E T
Plot Poedel Sneeuwgordel Soja Synode Tappen Telefoonnota
SUDOKU
6 4 1
N G C M I
S Y D H U T T O N F M O T
PUZZELSLANG Begin bij vakje 1. Bij elk volgend cijfer begint een nieuw woord. De laatste letter van een woord is telkens de eerste letter van het volgende woord. Bij goede invulling, is in de licht gekleurde vakjes een woord te lezen.
E E E
E E K O A T T O R T A G T
8
Losse naad, inleiding, Morgenland; plezier, geestelijke, vloerbedekking; vloeibaar metaal, levendig, omslag; kasteel, greppel, immer; tocht, rechtspartij, kersrood; lol, pot, het kopen van gestolen goed; zwak, gevoelvol, kolenwagen; Noorse godheid, vereist, kleur; staat, omlaag gaan, schade; kleur, schrijflijn, trektuig.
I
I
N E T A S O J A L D T N B
7
Kaya Fraterna di Skèrpènè z/n tot drie uur n.m. Aruba: Bilderdijkstraat 16-2, tijdens kantooruren. Oplossingen moeten zowel op op Curaçao als Aruba zijn ingediend op woensdag voor 12:00voor uur. Oplossingen moeten zowel Curaçao als Aruba zijn ingediend op woensdag Gelieve duidelijk op de enveloppe Amigoe-puzzel. Vanuit Bonaire kan de oplos12:00 uur. Gelieve duidelijk op te devermelden: enveloppe te vermelden: Amigoe-puzzel. sing gefaxt worden naar (00599-9) De prijzen vervallen na drie767-4744. maanden. Vanuit Bonaire kan de Curaçao: oplossing gefaxt 767-4744. worden naar Curaçao: (00599-9)
O P L O S S I N G E N VA N V O R I G E K E E R
I
L A F L E D E O P
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
tijdens kantooruren. Bonaire: Shon Ma Carolina, Nikiboko Noord 18.Curacao: De winnaar kan zijn/haar prijs na identificatie ophalen opKaya het kantoor van de Amigoe.
N M G N
Z D N E R E M I
HORIZONTAAL: 5. Zo bekaf kan een herder zijn (8); Maak de schroefdraad kapot (4); 6. Haalbaar gewicht ((4); Dat doen hazen als ze honger hebben (8); 7. Een wapen volgens de letter aanvoelen (8); Rondhout met een steel zonder maat (5); 8. Opgewassen tegen een file (7); Berisping om je een houding te geven (7)
L.V. Brattinga T. Ling Zepplampestraat 1 Montanja di Rey C-10 De winnaar kan zijn/haar prijs na identificatie ophalen op het kantoor van de AmiAruba Curaçao goe. Curacao: Kaya Fraterna di Skèrpènè z/n tot drie uur n.m. Aruba: Patiastraat 13,
In deze mengelmoes van letters zijn al de onderstaande woorden verstopt. Streep alle woorden door. De resterende letters vormen dan regel voor regel van links naar rechts gelezen de oplossing van deze puzzel.
E E E D IJ Z N E V O B N E
5
VERTICAAL: 1. Snel; 2. edel; 3. boek uit het Oude Testament; 4. koude lekkernij; 5. Iers Republikeins Leger; 6. Chinese afstandsmaat; 7. vreemde munt; 9. reeds; 10. speloefening; 11. Spaanse uitroep; 12. ruimtevaartorganisatie; 14. wortel; 15. met ingang van; 18. vaatwerk; 20. op de wijze van; 23. geheugen; 24. bijbelse figuur; 26. ongedurig heen en weer lopen; 27. handelsterm; 28. takel; 29. dwaling; 31. veelvoudig; 32. buidel; 33. been; 34. mager; 36. traag persoon; 42. gehalte; 44. onbepaald vnw.; 46. talisman; 48. klap; 50. bijbelse figuur; 51. vlinderlarve; 53. deel van de week; 54. sporenplantje; 55. bestemming; 57. muzieknoot; 59. grafvaas; 60. van de; 62. bid; 64. overdreven; 66. geliefde van Zeus; 67. familielid.
Uit de inzendingen van de Amigoe-puzzel van vorige week is als winnaar van de Uit de inzendingen van de Amigoe-puzzel van vorige week is als winnaar van de weekprijs weekprijs vangetrokken: 25 gulden getrokken: van 25 gulden
WOORDZOEKER
3
4
5
1. Ronde van Italië; 2. defilé; 3. kegelvormig; 4. priestergewaad; 5. glad maken.
Prijspuzzel: HORIZONTAAL: 1. Arresteren; 8. kolk; 11. ato; 12. nul; 13. gas; 14. ar; 16. sul; 18. ges; 19. ob; 20. sub; 22. lei; 24. col; 25. ido; 26. kiev; 28. onera; 30. knel; 31. duo; 33. tsa; 34. aloud; 36. ikke; 37. clio; 38. prise; 40. eik; 42. rob; 45. aalt; 46. bloem; 48. nasi; 50. ral; 51. aat; 52. ruw; 54. nel; 55. af; 56. ulk; 58. som; 60. ma; 61. pre; 62. nee; 64. roi; 66. fooi; 67. ruziemaker. VERTICAAL: 1. Alaska; 2. ra; 3. ets; 4. soul; 5. en; 6. rue; 7. el; 8. kas; 9. os; 10. kobold; 13. gel; 15. rui; 17. leo; 18. goa; 19. odeur; 21. bed; 23. inteelt; 24. cracker; 25. ino; 27. vuist; 29. es; 30. kloon; 32. oke; 34. air; 35. graaf; 38. paraaf; 39. ill; 41. io; 43. ban; 44. pilaar; 46. bak; 47. mus; 49. sem; 51. ale; 53. worm; 56. uri; 57. fez; 59. moa; 61. po; 62. nu; 63. ei; 65. ik. Crypto-overlapper: Horizontaal: 5. Kluchtweg; 6. ijsgangmat; 7. vooruiten; 8. gewildpad. Verticaal: 1. Kloslopen; 2. schaardig; 3. stijgwindo; 4. gesareaal. Anagram: 1. stro-korst-Orkest; 2. neet-meent-Menuet; 3. poelPolen-Slopen; 4. grol-orgel-Logger; 5. laan-alant-Aantal; 6. dier-cider-Credit; 7. halt-halte-Halter; 8. toet-otter-Tekort; 9. riet-trein-Intern; 10. raad-aarde-Gaarde. Eindoplossing: OMSLACHTIG Woordzoeker: DANKZEGGEN Puzzelslang: 1. Olim; 2. macrame; 3. enak; 4. kukelen; 5. nalezen. Het sleutelwoord luidde: OMREKENEN
2 3 8
3 7 2
5 9 1 5 4 6
8
4 1 6 7
9 3 1 4 9 2 1 5 3 8 1 7 2
Schrijf alle cijfers 1 t/m 9 in alle verticale kolommen, alle horizontale rijen én in alle vierkantjes van 3 x 3 vakjes.
Oplossing vorige week 7 1 6 2 5 3 8 9 4
2 5 4 8 9 7 6 1 3
3 8 9 1 6 4 5 7 2
6 7 2 9 1 8 3 4 5
4 3 1 6 7 5 2 8 9
5 9 8 4 3 2 7 6 1
9 2 5 7 4 6 1 3 8
1 6 3 5 8 9 4 2 7
8 4 7 3 2 1 9 5 6
zaterdag 1 juni 2013
Pudding
Kook mee met May
Rijstpudding
Pudding is meestal een zoet nagerecht en bestaat uit vocht, melk of vruchtensap,
dat
9
e t e n & d r i n k e n
Ingrediënten 1 1/2 cup water 1/2 cup rijst 2 cup melk 1 cup room 2 eetlepels cognac 1 theelepel vanille-essence 1 cup suiker 1/2 cup rozijnen 3 eieren losgeklopt
gebonden
wordt met een geleermiddel. Als geleermiddel worden meestal eieren gebruikt, eventueel aangevuld met zetmeel. Er bestaan warme en koude zoete puddingen, maar ook hartige. Tekst: Miriam de Windt
C
hipolatapudding was oorspronkelijk een hartige pudding met macaroni als basis en uien - cipolla in het Italiaans. De Engelsen kennen ‘black pudding’, dit is hun benaming voor bloedworst. En wij kennen de ‘torta’, ook met macaroni als basis. Kortom, pudding is een met een graansoort en/of ei gebonden, gekookte massa, stortbaar, snijdbaar en warm of koud te eten. U mag dus helemaal creatief zijn! Rijstepap, rijstebrij of rijstpudding is een welkome variatie: lekker én handig als restverwerking van rijst. Analyserend Voor de analyse (zie kader) werd het recept verdeeld over zes personen. Ook werd er volle melk berekend. Calorieën, vetten, verzadigde vetten, cholesterol, koolhydraten, kalk, vitamine A en B2,
zijn de voedingsstoffen die het meeste worden geleverd door deze rijstpudding. 20 Procent van het totaal aantal calorieën voor een hele dag voor een warme maaltijd is prima. Maar 20 procent voor alleen het toetje of een tussendoortje is een ander verhaal. De hoge calorische waarde is afkomstig van de volle melk en de room. Zo ook het hoge aantal vetten, verzadigde vetten en een gedeelte van het cholesterol. Indien u in plaats van volle melk halfvolle melk gebruikt en koffiemelk in plaats van de slagroom, zullen de calorieën en vetten aardig verminderen. Het cholesterol niet zoveel, want dat is vooral afkomstig van de eieren. Verder is het ook belangrijk rekening te houden met melk. Velen hebben een intolerantie voor lactose of zijn ronduit allergisch voor koemelk. Indien dit het geval is bij u of in uw familie, dient u een vervanging van melk te gebruiken voor dit gerecht. Melk Slechts weinig voedingsmiddelen zijn voedzamer dan melk. Het bevat kalk dat gemakkelijk kan worden opgenomen, het is een belangrijke bron van eiwitten en levert ook andere mineralen en vitaminen. Vitaminen van de B-groep (B1, B2, B6, B12 en niacine) worden in waardevolle hoeveelheden geleverd. Evenals vitamine A en D. Volle melk bevat meer vitamine A en D; magere melk Miriam de Windt is diëtiste en natural nutritionist. T 889-1788 C 520-6932 E
[email protected].
het minst. Aangezien vitamine A en D in vet oplosbare vitamines zijn, als melk afgeroomd wordt, verliest het ook deze vitamines. Verder zijn de mineralen fosfor, magnesium en zink ook goed vertegenwoordigd in melk. Maar... indien u melk niet verdraagt, zullen al deze voedingsstoffen u ook niet ten goede komen. Wij zijn de enige levende wezens op de wereld die melk blijven drinken tot onze oude dagen. Bij zoogdieren is dit een aflopende zaak, zodra het jong groot genoeg is om ander voedsel te eten. Lactose-intolerantie Er zijn veel mensen die allergisch zijn voor het koemelkeiwit, de zogenaamde koemelkallergie en die een lactoseintolerantie hebben. Koemelkallergie komt vooral voor bij zuigelingen en jonge kinderen. Soms hebben ze op latere leeftijd hier geen last meer van. Lactose-intolerantie komt voor bij het merendeel van de mensheid. Voor mensen met koemelkallergie en voor degenen met lactose-intolerantie zijn er ver-
schillende melkvervangers die gebruikt kunnen worden. Van plantaardige oorsprong en van andere dieren. Plantaardige melkvervangers: sojamelk, amandelmelk, hazelnootmelk, kokosmelk en rijstemelk. Wel dient u te letten op de hoeveelheid kalk en vitamine A, die veel minder in deze plantaardige varianten voorkomen. Met andere woorden: kalk, vitamine A en D, dient u dan uit andere voedingsmiddelen te halen. Dierlijke melkvervangers: geitenmelk, schapenmelk en zelfs ezelinnenmelk. De plantaardige melkvervangers kunnen gebruikt worden bij koemelk-allergie én bij lactose-intolerantie. De dierlijke soorten kunnen gebruikt worden bij koemelk-allergie, maar zijn niet geschikt bij lactoseintolerantie omdat ze toch lactose bevatten. Dit recept voor rijstpudding is neutraal van smaak. U zou er behalve gewone melk, ook andere melkvervangers voor kunnen gebruiken. Kokosmelk bijvoorbeeld, om iets nieuws te proberen.
Bereidingswijze Water en rijst koken. Vuur temperen. Met de deksel op de pan 20 minuten pruttelen tot het water geabsorbeerd is en de rijst gaar. Af laten koelen. Oven voorverwarmen tot 300 graden Fahrenheit. Rijst met de rest van de ingrediënten mengen. Mengsel in een ovenschaal doen. 1 Uur in de oven bakken of tot de pudding stevig is. Warm of koud serveren. Eet smakelijk, May
Voedingswaarde voor een 1-persoonsportie: Voedingsstoffen Hoeveelheid % DAH Calorieën/ kJoules 398/1672 20% Natrium 87 mg 4% Eiwitten 7g 7% Kalk 150 mg 21% Vetten 20 g 30% IJzer 0.7 mg 5% Verzadigde vetten 10 g 50% Vitamine A 225 mcg 25% Cholesterol 136 mg 50% Vitamine B1 0.07 mg 7% Koolhydraten 44 g 18% Vitamine B2 0.27 mg 21% Voedingsvezels 1g 3% Vitamine C 2 mg 3% De percentages zijn berekend op basis van 2000 calorieën (8400 Kjoules) per dag, voor een gezonde volwassene.
Het genot van wijn
Bankierswijn anno 1855 In 1855 werd in Haut-Médoc een klassement van wijndomeinen opgesteld, gebaseerd op de toenmalige verkoopprijs van hun wijnen. Men ging ervan uit dat de duurste wijnen ook wel de beste zouden zijn, want waaraan hadden zij anders hun hoge prijs verdiend? Vanaf dat moment konden 61 wijndomeinen, allemaal uit Haut-Médoc, behalve Haut-Brion uit de Graves, de eretitel ‘Eerste’, ‘Tweede’, ‘Derde’, ‘Vierde’ of ‘Vijfde Grand Cru Classé’ aan hun domeinnaam toevoegen. Tot op de dag van vandaag is dit klassement ongewijzigd gebleven. Tekst: Erik van Kampen
A
lleen het zeer gerenommeerde Château Mouton-Rothschild promoveerde in 1973 naar de eerste rang, dankzij stevig lobbywerk van de machtige bankiersfamilie Rothschild, zodat de lijst van ‘Premiers Grand Crus Classés’ vanaf dat jaar vijf namen telde: Haut-Brion, Margaux, Latour, MoutonRothschild en Lafite-Rothschild. In 2010 vierden de ‘grands crus classés’ hun 155e verjaardag, en dat is opmerkelijk. Het klassement heeft immers vele stormen van kritiek doorstaan. Meermaals werd het basiscriterium, de prijs, in twijfel getrokken. Bovendien is de tijd sinds 1855 niet stil blijven staan. Sommige wijndomeinen gingen door perio-
den waarin zij hun vroegere reputatie niet meer waard waren. Andere investeerden zodanig in kwaliteit dat zij een opname in de lijst verdienden. Desondanks bleef het klassement overeind. Sterker nog: de toppers bleven in prijs stijgen. Kennelijk zijn er altijd voldoende rijken in de wereld te vinden om de meest waanzinnige prijzen te betalen voor een mythische naam. Mythevorming heeft altijd een grote rol gespeeld bij deze topkastelen. Dat weten zij heel goed. Vandaar dat ze zoveel investeren in uiterlijke aspecten: de architectuur van de gebouwen, de uitstraling van de kelders, de decoratie. Zo kunnen wijnliefhebbers uit de hele wereld met stijl en grandeur ontvangen worden. “Dat is onze vorm van communicatie”, zei directeur Jean-Philippe Delmas van Haut-Brion mij, “Mensen komen hier en vertellen erover wanneer ze terug thuis zijn.” Haut-Brion, Margaux en Lafite-Rothschild kunnen hun eigen ‘tonnellerie’ tonen, waar de mooie houten vaten van 225 liter worden gemaakt van het beste eikenhout. Strikt genomen is dat niet nodig, er is voldoende expertise buitenshuis te vinden. Maar het straalt traditie en vakmanschap uit. Château Latour scoort hoge ogen qua design: in 1999 begon een grote renovatie van alle gebouwen, en het resultaat is een spectaculaire confrontatie tussen de oude architectuur en hypermoderne elementen in glas, staal en beton. Het is eraan te zien dat de eigenaar, de zakenman François Pinault, geïnvesteerd heeft in de luxe modemerken Gucci en Yves Saint Laurent. Ook Latour moet de uitstraling van een luxemerk krijgen en is uitgegroeid tot een sterk merk. Bij Mouton-Rothschild (eigendom van de bekende bankiersfamilie) lijkt het dan weer of je een luxehotel betreedt. De ontvangstruimte heet trouwens ‘Club Mouton’. En Château Lafite-Rothschild (eigendom van een andere tak van de Rothschilds) heeft haar eikenhouten vaten ondergebracht in een spectaculair amfitheater onder de grond, waar jaarlijks een klassiek concert plaatsvindt. Maar met uiterlijk alleen red je het niet. De kwaliteit van de wijnen moet op niveau blijven. Het publiek waarnaar deze topkastelen zich richten, is immers verwend. En ook in andere landen zijn mythische domeinen opge-
staan. “We hebben weliswaar maar 10.000 kisten per jaar te verkopen”, zei Jean-Philippe Delmas van Haut-Brion, “maar weinigen kopen ons elk jaar, en zeker niet in de minder gereputeerde jaren.” Bovendien hebben al deze domeinen ook ‘tweede’, en soms zelfs ‘derde’ wijnen te verkopen, en in dat segment heb je ineens veel meer concurrentie. Ze doen dan ook veel moeite om het hele traject van wijnstok tot glas tot in de kleinste details te beheersen en te verbeteren. Zo selecteren Haut-Brion, Margaux en Lafite-Rothschild hun druiven meteen in de wijngaard, om te vermijden dat de slechte druiven de goede zouden aantasten tijdens het transport naar de kelder. Haut-Brion heeft speciale gistingskuipen laten maken in twee verdiepingen, zodat zowel de alcoholische als de 2e (malolactische) gisting in dezelfde kuip kunnen gebeuren. Latour heeft een enorme betonnen container gebouwd, waarin de totale wijnproductie ondergebracht kan worden na de assemblage van de verschillende druivensoor-
ten, zodat men zekerder kan zijn dat elke fles Latour dezelfde wijn bevat. Lafite-Rothschild laat het hout voor de vaten gedurende 2 jaar drogen op het eigen domein, voordat er vaten van worden gemaakt. Die investeringen zijn geen daad van barmhartigheid, ze worden doorberekend in de verkoopprijs. En die kon het laatste decennium enorm stijgen, omdat de vraag zo enorm steeg. Zijn deze wijnen hun prijs waard? Laat er geen twijfel over bestaan, het gaat hier om zeer goede, misschien wel unieke wijnen. Maar het is niet de kwaliteit, wel de wet van vraag en aanbod die de prijzen de pan doet uitrijzen. Deze kastelen zijn stuk voor stuk eigendom van bankiers of zakenlui. Als zij de kans krijgen hun prijs te verhogen, dan doen zij dat. Zouden we allemaal niet hetzelfde doen? À Votre Santé Erik van Kampen is sommelier bij Licores Maduro.
Business
10
zaterdag 1 juni 2013
r u b r i e k e n
Recht Duidelijkheid gewenst in een arbeidsovereenkomst Partijen nemen vaak bepalingen op in een arbeidsovereenkomst die niet duidelijk zijn. In de praktijk maak ik regelmatig mee dat partijen eigenlijk niet eens zelf precies weten wat er met een bepaalde passage uit een arbeidsovereenkomst wordt bedoeld. Afgezien van de opgenomen tekst in een arbeidsovereenkomst is de bedoeling van partijen van belang. De bedoeling van partijen kan bijvoorbeeld voortvloeien uit de onderlinge communicatie tussen partijen ten tijde van de indiensttreding van de werknemer. Tekst: William ten Veen
A
ls er in een arbeidsovereenkomst onduidelijk geformuleerde bepalingen zijn opgenomen, worden deze door een rechter vaak in het voordeel van de werknemer uitgelegd. Het is daarom van belang de bepalingen van een arbeidsovereenkomst duidelijk en ondubbelzinnig te formuleren. Duidelijk betekent in dit kader dat het voor beide partijen helder moet zijn wat in de overeenkomst staat en dat een andere uitleg van de tekst in alle redelijkheid niet verdedigbaar is. Het is dus van belang om zo precies mogelijk te zijn bij het op schrift zetten van de afspraken tussen partijen: bijvoorbeeld afspraken over verhuiskosten, het al dan niet doorschuiven van vakantiedagen naar een
volgend kalenderjaar, een eventuele huurbijdrage of bijdrage in de kosten van schoolgaande kinderen, een relatiebeding met daaraan gekoppeld een boetebeding, en zo kan ik nog wel even doorgaan. Hieronder neem ik het studiekostenbeding en de tussentijdse opzegbepaling onder de loep. Gezien de toenemende behoefte aan voortdurende scholing van werknemers zie ik in de praktijk dat steeds vaker een studiekostenbeding in een arbeidsovereenkomst wordt opgenomen. Op een dergelijke afspraak zijn geen wettelijke regels van toepassing, zodat werkgevers nog weleens het idee hebben dat daarom alles mag en kan. De praktijk leert (gelukkig) anders.
Mens & Werk
In de rechtspraak is de laatste jaren een aantal criteria ontwikkeld aan de hand waarvan wordt bepaald of het opgenomen studiekostenbeding rechtsgeldig is. Een beding inhoudende de verplichting van de werknemer tot terugbetaling van studiekosten ingeval van beëindiging van de arbeidsovereenkomst - na voltooiing van de studie - is geldig als deze voldoet aan de volgende voorwaarden: Als eerste dient te worden vastgesteld over welke periode de werkgever baat zal hebben bij de door de werknemer opgedane kennis. De verplichting tot terugbetaling van de studiekosten vermindert naarmate de werknemer langer blijft werken: in de regel is sprake van een glijdende schaal. Anders gezegd, hoe langer de werkgever gebruik kan maken van de extra opgedane kennis door de werknemer, hoe lager het bedrag aan studiekosten die een werknemer dient terug te betalen. Ten tweede dient de verplichting tot terugbetaling van de werknemer duidelijk en ondubbelzinnig te zijn voor de werknemer. De derde voorwaarde voor een rechtsgeldig studiekostenbeding is dat het initiatief voor het ontslag niet bij de werkgever ligt. Dit kan onder omstandigheden anders zijn, maar het voert in het kader van deze bijdrage te ver om dat verder uit te werken. Dan het beding van de tussentijdse opzegging. Het belang van een tussentijdse opzegbepaling wordt nogal een onderschat door werkgevers. Artikel 7A:1615e lid 3 van het Burgerlijk Wetboek van Curaçao bepaalt dat een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd alleen tussentijds
kan worden opgezegd als dat recht voor beide partijen schriftelijk is overeengekomen. Soms wordt een wettelijke bepaling (nog) duidelijker als we de keerzijde van de medaille bekijken. Het aangehaalde wetsartikel bepaalt dat een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet tussentijds kan worden opgezegd als zulks niet expliciet voor beide partijen is opgenomen in de arbeidsovereenkomst. Vaak wordt er in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wel een opzegbepaling opgenomen, maar is niet duidelijk of dit een tussentijdse opzegbepaling is. Daarnaast gaat het ook mis bij de navolgende tussentijdse opzegbepaling ‘Uitsluitend bij voortijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst geldt voor de werkgever een opzegtermijn van één (1) maand.’ In dit voorbeeld gaat het mis omdat het recht niet voor zowel de werkgever als de werknemer is overeengekomen, terwijl dat wettelijk wel verplicht is. De werkgever denkt slim te zijn door het opnemen van een dergelijke
bepaling voor zichzelf. Dan als laatste nog een uitstapje naar de kantonrechtersformule. In de Aanbevelingen van de Kring van Kantonrechters op deze formule, is opgenomen dat bij de ontbinding van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (in beginsel) een vergoeding wordt toegekend ter hoogte van het salaris per maand voor de resterende duur van de arbeidsovereenkomst. Dit is anders, als in de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd een tussentijdse opzegbepaling is opgenomen. Het is dus handig om een tussentijdse opzegbepaling op te nemen in de arbeidsovereenkomst. Uit het bovenstaande blijkt dat het dan helemaal handig is als de bepaling ook voldoet aan de wettelijke vereisten.
Mr. William ten Veen is advocaat en partner bij BBV Legal
[email protected]
Kennismanagement
Aangezien er in de nabije toekomst veel topmanagers met pensioen gaan, moeten bedrijven er rekening mee houden dat ze te maken kunnen krijgen met verlies van kennis en ervaring. Veel bedrijven zijn niet goed voorbereid op de uitstroom van hun managers en de kennis die zij meenemen. Tekst: Judice Ledeboer
M
aar het gaat bij verlies van kennis niet alleen om managers. Ook andere werknemers hebben door hun vak of functie bepaalde kennis die niet bekend is bij anderen binnen de organisatie. Voor veel bedrijven is het een zorg om te voorkomen dat kennis en ervaring verdwijnt. Dikwijls realiseert men zich pas op het moment dat iemand weggaat dat die persoon heel veel weet en dat veel kennis van het vak of de functie niet goed en overzichtelijk gedocumenteerd is. In vaktermen heeft men het over ‘kennismanagement’. Dit is het zodanig inrichten en besturen van processen in de kenniswaarde-keten dat daardoor het verlies van de productiefactor kennis beperkt wordt wanneer oudere werknemers vertrekken. Het probleem van het niet goed inrichten en besturen van processen komt niet alleen voor bij het vertrek van oudere werknemers, maar ook bij werknemers die slechts kort op een bepaalde, meestal belangrijke, positie gezeten hebben en bij
langdurige ziekte van werknemers. Het komt nog veel te vaak voor dat slechts één persoon weet over procedures en het verwerken van werkzaamheden. Deze eilandcultuur binnen bedrijven komt vaker voor dan men denkt. Met de ITtechnieken van tegenwoordig is dat niet meer nodig, maar er zijn werknemers die hun werkzaamheden alleen voor zichzelf houden, geen inzicht geven in wat ze doen, hebben gedaan of gaan doen en hun werk ligt bij afwezigheid volledig stil. Iedereen kent deze situaties wel en er zal vanuit het management opdracht gegeven moeten worden om werkzaamheden transparant te maken, waarbij op zijn minst twee personen op de hoogte zijn van processen en procedures. Het is nodig om onderscheid te maken tussen de soorten kennis die de werknemer bezit. Er zijn vier soorten kennis te onderscheiden. Allereerst is daar de dossierkennis, waarbij het gaat om beroepsspecifieke kennis die de basis vormt van
Dikwijls realiseert men zich pas op het moment dat iemand weggaat dat die persoon heel veel weet en dat veel kennis van het vak of de functie niet goed en overzichtelijk gedocumenteerd is.
elk vak of elke functie. Deze kennis is aan verandering onderhevig omdat er zich steeds nieuwe specificaties, regels en afwijkingen voordoen. Dan is er interventiekennis. Deze kennis heeft betrekking op allerlei methoden, technieken, procedures en manieren van aanpak om vak- of functiegebonden problemen, vragen en/ of opdrachten aan te pakken en tot een goed einde te brengen. Dan is daar ook de sociale kennis en die heeft te maken met geordende kennis over communicatieprocessen in de organisatie zoals ver-
gaderen, delegeren, rapporteren, signaleren en activeren. Deze kennis is nodig om in teams te kunnen samenwerken, tot actie over te kunnen gaan en beslissingen te nemen. Tenslotte is er de zogenoemde metakennis. Dit gaat over kennis met betrekking tot welke kennis nodig is, hoe die kennis verwerkt moet worden, waarom en wanneer welke informatie nodig is en waar deze kennis te vinden is. Deze kennis is vooral noodzakelijk om de veelheid aan aangeboden kennis op een adequate manier te kunnen verwerken en nieuwe
noodzakelijke kennis te kunnen ontwikkelen. Natuurlijk is er ook nog kennis die bij iedere werknemer individueel aanwezig is en die mag ook niet verdwijnen bij het vertrek van een werknemer. Op basis van deze indeling kan men een kennisportfolio samenstellen per personeelslid dat op vertrekken staat, maar eigenlijk zou iedere werknemer zo’n kennisportfolio moeten hebben, ook als hij niet op het punt van vertrek staat.
Het spreekt voor zich dat kennis die voor nu en de toekomst niet belangrijk is, niet noodzakelijk is om te documenteren of door te geven, maar soms kan kennis van de geschiedenis van een bedrijf ook nu nog van belang zijn. Veel kennis is natuurlijk ook te vinden in dossiers, mits deze correct zijn bijgehouden. Omdat de kennis tegenwoordig wordt overgedragen tussen diverse generaties is het ook van belang dat men de verschillende leerstijlen van de diverse leeftijdsgroepen begrijpt. Alle generaties maken op andere manieren gebruik van de technologie. Dit kan het proces nog weleens moeilijker maken. Jongeren corresponderen tegenwoordig vooral via de nieuwe media en maken gebruik van alles wat er via social media mogelijk is. Ook de manieren van netwerken, pr en marketing zijn anders dan vroeger. Er zijn echter nog steeds werknemers die, ondanks de nieuwe technieken hun werk het liefste doen zoals ze dat altijd hebben gedaan. De kennis van het bedrijf zit in hun hoofd en ze vinden het nergens voor nodig om dat met anderen te delen. Hierdoor creëren ze een bepaalde machtspositie. Het grootste probleem doet zich echter voor als deze medewerkers met pensioen gaan of onverwacht door bijvootbeeld ziekte niet meer werken. Om problemen te voorkomen en continuïteit te waarborgen is het voor bedrijven geen overbodige luxe om meer aan ‘kennismanagement’ te doen. Het voorkomt veel werk, kosten en energie.
Marketing Over organiseren, ondernemen, managen en leidinggeven
Performance-indicatoren
Door de tijden heen zijn er vier kengetallen gebruikt om specifiek de jaarrekening van een bedrijf te analyseren. Met name om de schuldenlast, de liquiditeitsgraad, de solvabiliteit van het bedrijf en het rendement op het totaal aangewend vermogen en op het eigen vermogen aan te geven. Maar ook de ratio’s op de verlies- en winstrekening behoren tot de performance-indicatoren. Tekst: Jan de Ruijter
O
ok die geven verhoudingen tussen eenheden aan zoals bijvoorbeeld tussen winst en omzet. Of tussen betaalde salarissen en omzet. De originele vier kengetallen voor de analyse van de jaarcijfers werden later steeds verder uitgebreid bijvoorbeeld voor werkkapitaal, netto bedrijfskapitaalbehoefte en de cashflow ratio. Voor de analyse van de debiteuren en crediteuren werd de omloopsnelheid van de debiteuren en crediteuren opgesteld die de gemiddelde incasso- en krediettijd weergaven. Deze performance-indicatoren worden niet uitgedrukt in cijfers maar in getallen net zoals de omloopsnelheid van de voorraden en het verloop van personeel. De performance-indicatoren maken het vanuit zakelijk oogpunt beter en gemakkelijker om
soms complexe verhoudingen te interpreteren. Inmiddels worden in het Excel-managementmodel de woorden kengetallen en key result areas niet meer gebruikt. Die zijn vervangen door de veel duidelijkere woorden performance-indicatoren. Ze worden gebruikt voor vergelijkingen en beoordeling in de tijd bijvoorbeeld de vergelijking met het vorige jaar, binnen de branche en voor vastlegging van gewenste doelen en de vergelijking tussen de begrote en de bereikte indicatoren. Ze zijn specifiek, gelinkt aan doelen, relevant en meetbaar en daardoor gemakkelijk te beoordelen op bereikt of niet bereikt. Veelal zijn de indicatoren betrokken bij verbeteringsprocessen en -doelen. En daarmee spelen de performance indicatoren een grote rol in de erkennings- en waarderingsbedrijfscultuur. Het uitkiezen van de juiste performance-indicatoren om te meten en te beoordelen, is een belangrijke zaak.
Kies er niet teveel, want dan wordt overzicht verloren. Kies die kengetallen waarop u kunt sturen en die zijn per afdeling heel verschillend. De vraag rijst altijd weer of performance-indicatoren er slechts zijn om de performance, de behaalde resultaten, te analyseren. Of kan het zijn dat je performance-indicatoren kunt gaan nastreven en dat op het nastreven betere bedrijfsresultaten volgen? Is het slechts een meetinstrument of kan je erop sturen? Indicatoren zijn een doorlopende ketting. Men kan ermee analyseren en men kan er doelen mee stellen. Bij het nastreven en bereiken van de performance-indicatoren, worden er in dat proces betere bedrijfsresultaten behaald. Ze vormen een doorlopend verbeteringsproces. Elke maand weer kunnen er nieuwe doelen opgemaakt worden aan de hand van performance-indicatoren. De praktijk heeft laten zien dat het opstellen van maandelijkse doelen voor iedereen van hoog tot laag in het bedrijf enorm motiverend werkt. Mensen voldoen met plezier en voldoening aan hun taken en doelen en het leidt tevens tot een objectieve evaluatie aan het einde van elke maand. Doelen zijn dan simpelweg wel of niet behaald, daar komen verder geen subjectieve beoordelingen aan te pas zoals in de jaren 80 van de vorige eeuw gebruikelijk waren. Helaas zag ik onlangs nog enkele evaluatieformulieren van een van de grote accountantskantoren die helaas het oude model van de jaren 80 nog steeds gebruikten en de inhoudsopgave van een lokaal
managementtrainingsinstituut vermeldde helaas de ouderwetse en al lang afgedane roleplaying voor de toentertijd zo afschuwelijke evaluatiegesprekken. Het is helaas oppassen in de wereld van bedrijfsadviseurs! Het vierde maandverslag Het onderwerp van performance-indicatoren is van enorm belang. De indicatoren worden dus zowel voor metingen en beoordeling gebruikt (achteraf, reactief) als voor doelstellingen (vooraf, proactief). Voor metingen en beoordeling van de maandelijkse resultaten zijn ze zo belangrijk dat het heel opmerkelijk is om steeds weer mee te maken dat deze in de meeste bedrijven nog steeds apart door de interne accountants berekend moeten worden in een apart verslag aan het management. Alleen de echt vooruitstrevende bedrijven hebben het inzicht gehad om de performance-indicatoren als een vierde maandelijks computer generated verslag te presenteren aan het eind van elke maand. Dan krijgt het management dus de balans, de verlies- en winstrekening, het cash flow statement en de performance- indicatoren automatisch opgesteld vanuit de balans en verlies- en winstrekening. Motivators, erkenning en waardering In recapitulatie, de motivators vormen het negende onderdeel van het belangrijke thema bedrijfscultuur, de fundering van elke organisatie of bedrijf. Het basisprincipe van de motivators is dat ieder
mens iets van zijn leven wil maken, iets wil bereiken in het leven, mensen zijn altijd voor iets gemotiveerd. Mensen zoeken dan ook naar werkorganisaties die het mogelijk maken die doelen na te streven en te bereiken. Bij motivators gaat het om alle vormen van beloningen die aan medewerkers gegeven worden om hen te stimuleren, te inspireren oftewel te ‘engagen’. Eén van de elf middelen in ons Excel-managementsysteem is erkenning en waardering tonen en geven. Het opstellen en bereiken van doelen is de grondslag voor de bedrijfscultuur van erkenning, waardering en viering. Erkenning moet vooral specifiek, op tijd, veelvuldig en op een oprechte wijze gegeven worden en beloningen moeten van betekenis zijn en waarde hebben voor de ontvanger. Het samen opstellen van doelen leidt tot betrokkenheid, tot engagement. En engagement is de hedendaagse vervanger van het ouderwetse controle houden. Het is afdoende bewezen en aangetoond dat de oude ‘control’ managementfunctie niet effectief is en bovendien zo tijdrovend dat managers niet eens meer aan hun echte werkzaamheden toekomen. (Wordt vervolgd) Jan de Ruijter is bedrijfsconsultant op Aruba,
[email protected] Voor managementseminars door Jan de Ruijter, zie www.omegacaribbean.com
Business
zaterdag 1 juni 2013
11
a dv e rto r i a l
Edson Jansen:
Van boekhouder tot directeur Een vlotte babbel heeft hij niet. Edson Jansen is eerder de degelijke vriend die je bovenaan je telefoonlijstje hebt staan voor als er iets gebeurt. Op die niet-opdringerige manier heeft Edson in de verzekeringsbranche zeer veel relaties opgebouwd. Dat hij inmiddels directeur is van Inter-Assure Schadeverzekeringsmaatschappij, heeft in zijn contacten weinig veranderd. Nog steeds staat hij dagelijks klanten te woord die hém willen spreken. Mede daarom wil Justus van der Lubbe, directeur en eigenaar van Inter-Assure, dat Edson op de voorgrond treedt voorafgaand aan de 20e verjaardag van het bedrijf in september.
D
e interactie met mensen gaat Edson van nature gemakkelijk af. Na 28 jaar in de branche geeft dat nog steeds de meeste voldoening en vormt het tegelijkertijd de grootste uitdaging. “Klanten zijn bewuster en mondiger geworden. Het belangrijkste is dat ik goed naar ze luister zodat ik de informatie kan geven die ze nodig hebben.” Die mondigheid heeft voor Edson niets te maken met ruwere omgangsvormen. Klanten komen gewoon met kritische vragen, wat niet uitsluit dat er ook mensen zijn die zich misdragen, bij een schadeafwikkeling bijvoorbeeld. “Dat laatste hangt eerder samen met de algemene sfeer op het eiland”, vult Justus van der Lubbe aan. “Als er langdurig spanningen zijn die hard in de media worden uitgevochten, komt het voor dat sommige klanten die toon ook aanslaan. Maar Edson gaat daar goed mee om en mensen voelen aan dat hij de dingen gewoon zegt zoals ze zijn.” Op 1 april 1985 trad Edson Jansen in dienst bij Assurantiekantoor J.P. van der Lubbe met vestigingen op Curaçao, Aruba, St. Maarten en in Nederland. Hij had net zijn studie bedrijfsadministratie (MBA) afgerond als vervolg op zijn Middelbaar Administratief Onderwijs. De bedoeling was om ook zijn SPD-graad te behalen, maar op Curaçao was daar geen dagopleiding voor. Hij kon kiezen om in Nederland te gaan studeren of om hier een baan te zoeken. Zoals bij veel mensen speelde het toeval bij die keuze een belangrijke rol. De zus van een vriend werkte bij J.P. van der Lubbe en vertelde dat daar een vacature was. Edson solliciteerde bij Ton van der Heijden, directeur van de vestiging op Curaçao. Na een tweede gesprek trad Edson Jansen als boekhouder in dienst. Het kantoor was gevestigd aan de Plutostraat 2. “De eerste tijd zat ik op de werkvloer letterlijk met mijn rug naar de klanten. Mensen die betalingsregelingen moesten treffen werden naar mij verwezen, maar zij hadden soms ook vragen over de polisvoorwaarden en ik ging mij steeds
meer verdiepen in de inhoudelijke en technische kant van het verzekeringswerk. Zodra er iemand aan de balie kwam, draaide ik mijn stoel om om de klant te helpen. Niet lang daarna haalde ik mijn assurantieopleiding B.” In die tijd ging Edson ook geregeld naar St. Maarten waar hij de boekhouding verzorgde van de vestiging waarmee zoon Justus van der Lubbe belast was. Zes jaar na zijn indiensttreding kwam Edson terecht in een stroom van ontwikkelingen in de branche. In 1991 verkocht J.P. van der Lubbe zijn bloeiende assurantiekantoor aan Ohra, dat Edsons nieuwe werkgever werd. Op zijn beurt kocht Ohra in 1998 de aandelen van Ennia. Toen Ohra een jaar later fuseerde met Delta Lloyd, bleek deze grote onderneming minder belangstelling te hebben voor de portefeuille van het vroegere Assurantiekantoor Van der Lubbe. “Met twee andere collega’s heb ik serieus overwogen om de portefeuille zelf over te nemen”, zegt Edson nu. “Maar toen wij daarover met Ennia wilden spreken, bleek dat ze daarover al met Seguros Brouwer aan het onderhandelen waren. De deal met Brouwer hield onder meer in dat enkele sleutelpersonen van Van der Lubbe mee zouden gaan om de overdracht van de portefeuille zeker te stellen. Zo ben ik in 2004 als office manager bij Brouwer in dienst getreden.” Dat dienstverband heeft niet lang geduurd. Want Justus van der Lubbe, zoon van J.P., was niet van plan om na de overname langer dan de afgesproken twee jaar voor Ohra te blijven werken en richtte in 1993 zijn eigen verzekeringsbedrijf op. Inter-Assure Curaçao was van het begin af aan een gevolmachtigd assurantiemakelaar die namens de verzekeringsmaatschappijen onder eigen naam producten verkoopt, zelfstandig verzekeringen accepteert, een polis afgeeft en de schade afhandelt. In 1997 volgde Inter-Assure Aruba. Ondanks de jonge uitstraling van het bedrijf, beschikt het over de kennis en traditie die vader Van der Lubbe sinds 1958 heeft
Edson Jansen van Inter-Assure.
opgebouwd: een bagage die Edson ook heeft meegekregen. Maar toen Justus hem in 1993 vroeg om met hem mee te gaan, zei Edson... nee. “Ik was er toen niet klaar voor om die stap te nemen. Maar in 2005 hebben we er weer over gepraat en toen was de tijd er rijp voor.” “Inter-Assure zat toen in het pand aan het Wilhelminaplein in Punda waar de Bank of America eerder had gezeten”, vervolgt Justus. “De beslissing om in zo’n oud gebouw te gaan zitten, was voor een deel ook idealistisch. Ik wilde graag iets voor de gemeenschap terugdoen door goed voor dat historische pand te zorgen. Maar voor onze klanten was de locatie niet ideaal. Veel mensen misten de locatie op Saliña waar ze gauw in en uit konden lopen. Toen ben ik met Edson overeengekomen dat hij op 1 juni 2005 als branch manager bij ons zou beginnen in het inmiddels gemoderniseerde pand in de
Mercuriusstraat. Ook werd hij in januari 2012 directeur van de pas opgerichte Inter-Assure Schadeverzekeringsmaatschappij.” Toen het Openbaar Ministerie belangstelling toonde voor het pand van Inter-Assure in Punda, besloot Justus om één centraal kantoor te bouwen in Saliña. In december 2012 verhuisde Inter-Assure van een historisch monument in Punda naar een monument voor de toekomst vlakbij het Autonomiemonument. Al tijdens de constructie was het opmerkelijke bouwwerk, ontworpen door prof. ir. Carel Weeber, onderwerp van discussie. De een vond het een lelijk gebouw dat onbuigzaam vierhoekig stond te wezen, de ander bewonderde de trotse, strakke lijnen die zich niets aantrokken van de welvingen van de ernaast gelegen rotonde. Het resultaat is een functioneel kantoor dat niet alleen fris oogt maar ook fris is, inclusief de niet gekoelde
delen zoals galerijen, toiletten, keuken en open eetruimte. Volgens het strikte principe van de architect zijn immers zowel de ligging op het terrein als de bouwvorm en bouwmaterialen op het klimaat afgestemd. Ventilatie is het sleutelwoord en dat is aan de façade van het kantoor goed te zien. Maar ook op de bovenverdieping moet men over een gleuf heen stappen die tussen de galerij en de aangrenzende werkplekken gaapt. Hoewel het niet gebruikelijk is om de twintigste verjaardag van een onderneming te vieren, geeft het spraakmakende gebouw onbewust een push om er toch bij stil te staan. Wat CEO Van der Lubbe betreft, is dit een goede gelegenheid om de man in het zonnetje te zetten die bij zijn vader als boekhouder begonnen was en na een stevige carrière in de branche nu directeur is van Inter-Assure Schadeverzekeringsmaatschappij.
Waarom we als de dood voor tegenspraak zijn De op Curaçao bekende Aart Broek publiceerde een nieuw boekje: ‘Dwarsliggers’ met als ondertitel ‘Tegenspraak onder schaamteloos leiderschap’. Opmerkelijk dat de netelige kwestie van ‘tegenspraak’ zo weinig aandacht heeft gekregen van gedragswetenschappers, terwijl het buitengewoon actueel en urgent is. Tekst: Brede Kristensen
W
aarom zijn we niet in staat serieus naar kritiek te luisteren? Waarom is het zo moeilijk om van mening te veranderen en het roer om te gooien als kritiek hout snijdt? Het antwoord van Broek: ‘tegenspraak zorgt voor een indringende vorm van vernedering, dan wel dreiging ervan. Die schok vertaalt zich in agressie, dikwijls van ernstige aard...’ Hoe hoger je komt, hoe meer macht je krijgt, hoe bedreigender kritische tegenspraak lijkt te worden. Op overtuigende wijze toont Broek aan dat dit direct is gerelateerd aan schaamte. Schaamte is de voedingsbodem voor weerzin tegen deugdelijke tegenspraak. Maakt niet uit tot welke cultuurkring je behoort, schaamtegevoelens zijn universeel. Alle mensen zijn ermee behept. Grote vraag is dus hoe met schaamte om te gaan. En hoe te voorkomen dat we vanwege schaamtegevoelens foute beslissingen nemen. Dwaasheid aller tijden Broek spreekt van een ‘dwaasheid
aller tijden’. Uitvoerig haalt hij de historica Barbara Tuchman aan
Aart Broek
die bekend werd om haar studie ‘The March of the Folly: from Troy to Vietnam’ (1984). Hierin vinden we een overvloed aan voorbeelden van politieke en geestelijke leiders, pausen bijvoorbeeld, die niet in staat waren kritische geluiden serieus te nemen en op hun
schreden terug te keren met desastreuze gevolgen. De leider luistert niet, ontkent, straft de criticus, verzint stupide tegenargumenten, bagatelliseert of komt met argumenten als gepasseerde stations en rijdende treinen. Een beroemde uitspraak van haar luidt: ‘policy founded on errors multiplies, never retreats’. De Grieken waren gewaarschuwd, de Trojanen waren gewaarschuwd, de pausen waren gewaarschuwd en zo gaat het de geschiedenis door. De bankiers waren gewaarschuwd en de bedenkers van de Betuwelijn waren gewaarschuwd. Liever ten hele gedwaald, dan ten halve gekeerd met vernedering als risico. Het is de angst voor schaamte die onze oren sluit voor kritiek. Nee, het gaat hier niet om schuld. Schuld, zo betoogt Broek, is het gevoel ‘waarbij je je afvraagt wat jouw handelen een ander voor nadeel berokkent. Bij schaamte denken we de andere kant op: wat dreigt de ander ons aan te doen voor ernstige pijn door vernedering of uitsluiting’. Dat doet denken aan de uitspraak van Dostojevski: ‘de hel is het permanent uit de boot vallen’. De pijn van schaamtegevoel is even reëel als fysieke pijn en heeft te maken met onze diepgewortelde behoefte ons duurzaam geborgen te weten. ‘Aanhoudende emotionele en sociale afwijzing scheurt het geborgen weten volledig aan flarden... we zullen dan ook alles in het werk stellen om bij de groep te (blijven) behoren’, aldus Broek. In het verlengde hiervan plaatst hij het schaamteloze zwoegen, met het doel te winnen en bewondering af te dwingen, zichtbaar gemaakt door publicaties, bonussen, auto’s en mediaoptredens.
Remedie Bestaat er een remedie? Broek pleit voor het aantrekken van kritische adviseurs die alternatieve scenario’s bedenken om te laten zien wat er allemaal fout kan gaan.
Ook wanneer een traject reeds in gang is gezet. Interessant is ook het zogenaamde ‘Crew Resource Management’, dat oorspronkelijk bedoeld was om piloten te trainen om elkaars kritische stem prio-
riteit te geven boven de neiging schaamte te voorkomen. Want die neiging maakt van iedere piloot een brokkenpiloot met direct rampzalige gevolgen. Iedereen met macht en verantwoordelijkheid zou deze korte en zeer helder geschreven studie moeten lezen. Glashelder, ontnuchterend en motiverend. Dat neemt niet weg dat hij ook eenzijdig is. Broek bagatelliseert het lastige feit dat na het passeren van een station de weg afgesloten wordt. Dat kan een reden zijn dat kritiek op de indertijd genomen beslissing zinloos is. Verder besteedt Broek vrijwel geen aandacht aan een ander lastig feit dat de gevreesde afstraffing daadwerkelijk gegeven kan worden. Wie de koers wijzigt, loopt reëel risico in ongenade te vallen, ontslagen te worden of de verkiezingen te verliezen. Het is niet alleen maar een kwestie van pijnlijk schaamtegevoel. De werkelijkheid kan zeer onbarmhartig zijn. Neem het dramatische voorbeeld van de Nederlandse minister Van Eekelen die in 1988 tot aftreden werd gedwongen omdat het onder zijn leiding ontworpen paspoort niet deugde. Hij gaf dit ruiterlijk toe, maar in plaats dat zijn eerlijkheid werd gewaardeerd, plaatste het parlement zijn hoofd op het hakblok. Premier Lubbers was razend: “Eindelijk een minister die jullie niet met lulsmoesjes het bos instuurt, en wat doen jullie? Jullie hakken zijn hoofd eraf.” Dit voorbeeld wijst meteen op een volgende eenzijdigheid. Het zijn altijd de omringende mensen die het schaamtegevoel aanwakkeren en daadwerkelijk straf uitdelen. Collega’s die er als de kippen bij zijn om iemands vertrek te eisen. Parle-
mentariërs die een minister afserveren. Kiezers die een vroeger politiek idool resoluut wegstemmen. Journalisten die heerlijk de spot drijven met de ‘zwakkeling’. En niet te vergeten het ordinaire roddel of redu-circuit. Broek besteedt daar geen aandacht aan. Daarmee komt een laatste eenzijdigheid in zicht. Ongetwijfeld is schaamtegevoel universeel. Maar niet alle culturen (inclusief politieke, kerkelijke en bedrijfsculturen) zijn even schaamteloos in het uitbuiten van schaamtegevoelens van medemensen. Kampioenen zijn de Angelsaksische competitiecultuur, de autoritaire Spaanse-Latino cultuur en de repressieve communistische cultuur die in China nog steeds floreert. Dit drietal oefent een grote invloed uit in onze wereld. Maar dat wil niet zeggen dat er geen culturen zijn die de disfuncties van het schaamtegevoel juist trachten te beperken. In de Scandinavische politiek worden ‘lulsmoesjes’ totaal niet gewaardeerd. Ronald Reagan stond erom bekend geen enkele behoefte aan ja-knikkers te hebben. Er zijn bedrijven waar discussie en tegenspraak worden aangemoedigd, zoals er ook kerken en maatschappelijke organisaties zijn waar de kritische stem niet al bij voorbaat gesmoord wordt. Daar liggen aanknopingspunten voor oplossingen. Afgezien van deze eenzijdigheden is ‘Dwarsliggers’ een boek dat het volledig verdient gelezen te worden.
Aart G. Broek, Dwarsliggers. Tegenspraak onder schaamteloos leiderschap, 2013.
Business
12
zaterdag 1 juni 2013
R U B R I E K E N
W Marja Berk
at is liefde eigenlijk? Moeilijk hoor! Houden van iets of iemand kan mooi, maar ook zo verstikkend voor de ander zijn. Partners die krampachtig bij elkaar blijven en zichzelf voorhouden ‘echt nog wel’ van die ander te houden. Gewoonteliefde. Angst-voor-alleen-zijn-liefde. Er zijn vele boeken over het onderwerp Liefde geschreven, maar je kunt lezen wat je wilt: het is er of het is er niet. Je respecteert, accepteert en vertrouwt elkaar en dat valt niet te leren. Als je dat uit een boek moet halen schei er dan maar mee uit. Kinderen geven pure en leuke definities hoe het werkelijk in elkaar zit. Soms rauw en ongezouten, soms vertederend. Wat vindt u van deze: “Als verliefd worden hetzelfde is als leren spellen, dan wil ik nooit verliefd worden. Het duurt veel te lang.” 7 Jaar. Hij moet nog leren dat verliefd worden soms kan inslaan als een bom. Toch handig voor die spelling. Of: “Je kan iemand op jou verliefd maken door met je heupen te schudden. En de rest komt dan wel.” Uiteraard geopperd door een meisjesmens. Heerlijk! De volgende sprak waarschijnlijk uit eigen ervaring: “Als je wilt dat de liefde blijft duren, mag je nooit de naam van je vrouw vergeten, want dan wordt ze boos.” En de laatste is niet minder hilarisch: “Gisteren heb ik een meisje gekust op een heel persoonlijke plaats. Achter een boom.”
MY
FASHION
Mijn eerste liefde vond plaats op de kleuterschool. Herinnert u zich uw eerste nog? Hij woonde een paar straten verderop en sliste. Zijn naam ben ik vergeten, maar ik hoor het hem nog zeggen: “Wat heb jij een mooie dasjjj.” Zoenend in de zandbak en zand schuurt de maag, niet het hart. Op de lagere school was het Wilfred die mijn hart stal. Wilfred was het type ‘foute man’. Knappe jongen, leuke praatjes en elke week een ander vriendinnetje. Als hij koekjes voor je meebracht, zat je goed. Totdat de stroom koekjes voor een klasgenootje was bedoeld. Weg koekjes, weg vriendje. Jaren later kwam ik hem nog eens tegen. Lelijke man geworden, zeg... Ik voel vele liefdes. Voor mijn partner, voor mijn kind. Ook dieren en bloemen ontkomen niet aan mijn gevoel. Ik zou zelfs liefde voor alle mensen kunnen voelen, als het niet zo’n puinhoop op de wereld was geweest. Love conquers all? M’n hoela! Die grootsheid is weggelegd voor de Daila Lama, niet voor mij. Ik kan dagenlang het nieuws overslaan. Pas ik voor de confrontatie met het gewelddadige dat toch ook in de mens huist. Ik krijg ineens een pop-up. De man die Wiels heeft vermoord, zal toch ook wel weten wat liefde is? Of heeft hij geen moederliefde gehad? Wat mankeert er toch aan een vader die zijn kinderen vermoord of een automobilist die ik bewust zijn stuur zie omgooien om een leguaan dood te rijden? Het is uiteraard geen vergelijk, maar op zulke momenten viert mijn emotie hoogtij. Ik kan dan zo boos worden, me zo machteloos voelen. Dan ben ik rauw en liefdeloos, komt mijn duistere kant naar boven en wens ik iemand het allerslechtste toe. Ik begrijp er soms niets meer van. Maar dat geeft niet, want ik bevind mij in groot gezelschap. Het is een wens maar tevens een utopie dat liefde eens zal zegevieren. In kleine kring is dat te bewerkstelligen, in het grootste geheel wordt het een ondoenlijk verhaal. Maar kom, ik ga mij weer in mijn eigen kleine wereld begeven en de maaltijd bereiden. Voor mij en voor hem. Hij brengt koekjes voor me mee. Altijd.
15 percepties Pasa Bon Siman Louis Hilgers (
[email protected]) woonde in de jaren zeventig op Curacao, is al 40 jaar getrouwd met een Antilliaanse, heeft een enorme passie en liefde voor Curaçao en deed hier een aantal onderwijsprojecten. Geregeld komt hij terug op zijn geliefde Curaçao. Tijdens zijn laatste bezoek liet hij zich inspireren tot het schrijven van een vijftiental stukjes. Een serie die in evenzoveel delen in de Ñapa verschijnt. Vandaag deel 6
L
angzaam wurmt de trotse Triunfo zich tussen de Maria I en de Virgin del Valle III. Hoe lang zou het Venezolaanse barkje onderweg zijn geweest? De kapitein laat trots een groot stuk tuna zien... toch eens tellen in hoeveel moten zo’n vis gehakt wordt. De Gran Marché, de karakteristieke ronde markt met het zaagtanddak, is weer open. Mijn inmiddels dagelijkse Té di Yerba (gras) wordt gemaakt van oregano zegt de theedame,,, heerlijk! De krant biedt weinig nieuws. De term MoU (Memorandum of Understanding) duikt de laatste tijd meer en meer op. Tussen Curaçao en de VS, Curaçao en St. Maarten, Curaçao en Nederland... zoveel begrip voor elkaar en toch zoveel misverstanden en problemen. Een nieuw cruiseschip ligt inmiddels aangemeerd. Zo dadelijk wordt het Brionplein en de rest van de stad weer overspoeld met toeristen en hopelijk ook met de nodige deviezen. ‘Pasa Bon Siman’ (‘n goede week gewenst) zoals ze hier op maandag tegen elkaar zeggen.
LIFE
STYLE
Saskia Fung Loij is oprichter en hoofdredacteur van www.myfashionlifestyle. com en eigenaar van pr-bureau ‘People’s Republic’. Ook is ze moeder van een 7-jarige zoon. Voor de Ñapa schrijft zij om de week een column over de laatste trends en ontwikkelingen op mode- en lifestyle-gebied op ons eiland.
Een eiland vol bijzonder talent
B
on Bini na Kòrsou, oftewel welkom op Curaçao, was het eerste wat ik zag toen ik acht jaar geleden arriveerde op het eiland. Het begin van een nieuw leven! Mijn naam is Saskia Fung Loij, moeder van een geweldige kleine man van 7 jaar en oprichter en editor-in-chief van de website www.myfashionlifestyle.com en tevens eigenaar van pr-boutique ‘People’s Republic’ gespecialiseerd in de public relations voor fashion en lifestyle-brands, -producten en -events. Op My Fashion Lifestyle promoten en introduceren we Caribbean fashion en lifestyle en onze regionale en lokale talenten op het gebied van fashion, art, culinair en muziek, want onze mooie Caribbean is zoveel meer dan alleen palmbomen, een turqouise zee en heerlijke cocktails. Curaçao is voor mij behalve de palmbomen, mooie stranden, cultuur en architectuur ook het eiland van fashion en lifestyle. Nu hoor ik u al denken, fashion op Curaçao? Ja lieve lezers, er is fashion en fashion-talent op Curaçao en wat voor talent! Curaçao heeft bijzondere talenten als het gaat om fashion designers, modellen, fotografen, make up-artiesten, haarstylisten en fashion-stylisten. Velen zijn zelfs al buiten ons eiland furore aan het maken. Denk hierbij aan Liza Lopez, woonachtig in Barcelona en oprichter en fashion designer
van Lilcollection en fashion designer Michelangelo Winklaar die tijdens de afgelopen Amsterdam Fashion Week zijn debuut maakte op de catwalk van dit prestigieuze Nederlandse fashion event met zijn fantastische collectie. Wie kent niet de beeldschone juwelen-designer Rebecca Paz van Beck Design wier handgemaakte sieraden inmiddels ook verkocht worden in de meest trendy boutiques in New York, Miami en Noorwegen en die zelfs te zien zijn in de Amerikaanse tv-serie ‘Heart of Dixie’? Onze talentvolle fotografen zijn ook niet de minste. Fotograaf Roger Gibbs, momenteel woonachtig in New York, die inmiddels klanten als Victoria Secrets op zijn cv kan plaatsen en upcoming fashion-fotograaf Steve Bakhuis die ons eiland en onze lokale fashionmodellen met grote regelmaat vastlegt in zijn fantastische fashion- en lifestyle-shoots. Maar ook de Curaçaose fotomodellen doen het meer dan fantastisch. Germaine Gibbs, vertegenwoordigd door Ford Models Miami, bikini-model Shari Thijm en fashion-model Jolien Braun die inmiddels vertegenwoordigd wordt door een agent in New York. Op dit moment schittert de Curaçaose Stephany Francisca als finaliste in de eerste editie van Caribbean Next Top Model en geruchten gaan dat ze tevens de winnares zal zijn van deze eerste editie, wat voor haar haar internationale doorbraak kan betekenen. Al deze Cura-
çaose schoonheden schitteren in nationale en internationale magazines en commercials. Veronique Toulon, Jolanda Smulders, Seven Geferts, Evita Held, Charylsen Jansen en de list goes on and on van zeer talentvolle lokale visagisten, haarstylisten en fashionstylisten die inmiddels hun sporen dubbel en dwars verdiend hebben in de fashionindustrie. Al deze toppers hebben meegewerkt aan grote fashion-shoots en -events, film-opnames en missverkiezingen in binnen- en buitenland. Reden genoeg om met z’n allen heel erg trots te zijn op onze lokale talenten. In mijn volgende columns neem ik u mee in mijn bijzondere wereld van de Curaçaose fashion en lifestyle en laat ik u kennismaken met het werk van onze toppers, trends, do’s and dont’s en zoveel meer!
Bestemming Curaçao Even uitrusten op Curaçao
Naam: Larissa Blaauw Komt uit: Utrecht, Nederland ‘Business or Pleasure?’: Pleasure Aantal dagen: 21 Verblijft: Bij een vriendin Larissa Blaauw zit nog in het laatste half uurtje van haar negeneneenhalf uur durende reis naar Curaçao op het moment van dit interview. “Het is weer een lange vlucht geweest met een eigenlijk veel te krappe zitplaats”, zegt Larissa lachend. “De reiziger die voor me zat lag zowat in mijn schoot op het moment dat hij de leuning van zijn stoel naar achteren deed. Zelf heb ik ook proberen te slapen maar dat ging niet. Er waren namelijk
veel kinderen en baby’s op de vlucht. Maar ik heb me goed kunnen vermaken met films kijken.” Het is niet de eerste keer dat Larissa Curaçao bezoekt. “Ik wilde altijd al op reis naar Curaçao maar mijn studie zat in de weg. Toen bedacht ik dat ik mijn studie en bezoek aan Curaçao kon combineren en heb me dus aangemeld om stage te gaan lopen op het eiland.” En zodoende is Larissa vorig jaar in het kader van haar studie Sociaal Juridische Hulpverlening zes maanden op Curaçao geweest om stage te lopen bij Bureau Slachtofferhulp. “Het was een zeer leerzame maar ook vermoeiende periode”, vertelt Larissa. “Zeker niet elke avond uitgaan, wat vaak over stagiairs wordt gezegd.” In Nederland is Larissa werkzaam als begeleider bij Bureau HALT Utrecht. HALT
staat voor Het ALTernatief. Het is een instantie waarin de gemeenten samenwerken met politie en justitie om kleine vergrijpen zoals vernieling, (winkel)diefstal of overlast met vuurwerk - gepleegd door jongeren van 12 tot 18 jaar, snel af te doen met een eenvoudige straf, meestal een leerstraf of een werkstraf. Zo kunnen jongeren rechtzetten wat zij fout hebben gedaan, zonder dat zij in aanraking komen met het Openbaar Ministerie. Jaarlijks worden in Nederland circa 21.000 jongeren door een opsporingsambtenaar (meestal de politie) naar HALT verwezen. Larissa zegt niet echt veel plannen te hebben voor haar drie weken op Curaçao. “Ik ga vrienden en kennissen opzoeken maar ook vooral veel uitrusten. Ik heb het de afgelopen zes maanden heel erg druk gehad met werken en afstuderen waardoor ik echt toe ben aan rust en ontspanning.”