=CONCEPT= Startnotitie nota volksgezondheid Drimmelen Doel: vaststellen speerpunten & procedure
1. Inleiding Op basis van de Wet collectieve preventie volksgezondheid (hierna: Wcpv) zijn gemeenten verplicht om iedere vier jaar een nota gezondheidsbeleid vast te stellen. Eind 2003 verscheen de eerste nota volksgezondheid van gemeenten Drimmelen 2004-2007. Voor de periode 2008-2011 zal een nieuwe nota volksgezondheid worden opgesteld. De lokale gezondheidssituatie is leidend bij het inrichten van deze nieuwe nota en voor het bepalen van de prioriteiten voor de komende 4 jaar. De GGD West-Brabant heeft de lokale gezondheidssituatie in beeld gebracht in ‘gezondheid telt! in Drimmelen’. Dit is op 23 augustus jl aan de commissie Inwonerszaken gepresenteerd tijdens een informatieve bijeenkomst. Eind november verschenen de resultaten van de gezondheidsenquête die de GGD West-Brabant heeft gehouden onder de zelfstandig wonende ouderen in Drimmelen. Hiermee zijn per leeftijdsgroep (jongeren, volwassenen en ouderen) gezondheidsgegevens beschikbaar. Naast de lokale gezondheidssituatie gelden het wettelijk kader en de landelijke speerpunten als belangrijke uitgangspunten voor de lokale nota. Tot slot dient rekening te worden gehouden met de evaluatie van de vorige nota gezondheidsbeleid. Hieronder worden deze uitgangspunten nader uitgewerkt. Op basis hiervan wordt een voorstel gedaan voor de speerpunten waarop het volksgezondheidsbeleid zich de komende jaren met name zal richten. Tot slot wordt een voorstel gedaan voor de procedure voor de totstandkoming van de uiteindelijke nota volksgezondheid Drimmelen 2008 tot 2011. 2. Wettelijk kader Vier wetten vormen de basis voor de gemeentelijke verantwoordelijkheid als het gaat om de gezondheid van haar burgers, namelijk de Grondwet, de Gemeentewet, de Wet collectieve preventie volksgezondheid en de Wet maatschappelijke ondersteuning. In de nota volksgezondheid zullen deze verder worden uitgewerkt. Ook zal worden ingegaan op de relatie tussen de Wcpv en de Wmo. 3. Het landelijke volksgezondheidsbeleid De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport stelt elke vier jaar de landelijke prioriteiten op het gebied van de collectieve preventie vast. In de nota Kiezen voor gezond leven staan de rijksprioriteiten voor de periode 2007 tot 2010: roken, schadelijk alcoholgebruik, overgewicht, diabetes en depressie. Het rijk verwacht dat de gemeenten deze landelijke prioriteiten vertalen naar de lokale situatie. 4. Gezondheidssituatie De gezondheidssituatie in de gemeente Drimmelen is door de GGD West-Brabant in beeld gebracht in Gezondheid Telt in Drimmelen en in de ouderenmonitor 2006/2007, ter inzage. Hieronder worden de belangrijkste en meest opvallende punten voor de gemeente Drimmelen samengevat, onderverdeeld naar ouderen, volwassenen en jeugd in de gemeente. 4.1 Jeugd Het percentage jongeren dat de eigen gezondheid als matig tot slecht ervaart is 16%. Daarnaast ervaart één op de tien jongeren een slechte psychische gezondheid. Als wordt
1
gekeken naar lichamelijke eigenschappen en leefstijl van jongeren dan is het beeld in Drimmelen als volgt: •
Ongezond gedrag en overgewicht komen ook bij jongeren in Drimmelen veel voor 9% van de jongeren (12 t/m 17 jaar) in Drimmelen rookt dagelijks sigaretten. 7% van de jongeren in Drimmelen geeft aan overgewicht te hebben. Metingen van lengte en gewicht bij kinderen uit Drimmelen van 5 en 6 jaar laten zien dat 7% te dik is. Bij de kinderen van 10 en 11 jaar is zelfs 11% te dik. Bijna een derde van de jongeren in Drimmelen sport minder dan één keer per week (buiten schooltijd). Verreweg de meeste jongeren in Drimmelen (88%) eten niet dagelijks groente én fruit. • Alcoholgebruik van jongeren is zorgwekkend In Drimmelen drinkt bijna zes op de tien jongeren alcohol. Dit is significant ongunstiger vergeleken met de regio West-Brabant. 18% Van de jongeren in Drimmelen is een ‘binge drinker’ (zes of meer glazen alcohol op minstens één weekenddag). Juist de grote hoeveelheid alcohol die dan gedronken wordt is schadelijk op jonge leeftijd. Uit de regionale cijfers blijkt verder dat binge drinken vooral een probleem is van 16- en 17jarigen. 4.2 Volwassenen Van de volwassenen in Drimmelen ervaart 17% beperkingen in het dagelijks functioneren als gevolg van hun lichamelijke gezondheid. Het percentage volwassenen dat de eigen gezondheid als matig tot slecht ervaart is 12%. Eén op de acht volwassenen ervaart een slechte psychische gezondheid. Tot slot voelt in Drimmelen bijna een derde van de bevolking (19 t/m 64 jaar) zich eenzaam. Als wordt gekeken naar lichamelijke eigenschappen en leefstijl van volwassenen in Drimmelen dan is het beeld als volgt: •
Roken, alcoholgebruik en lichamelijke inactiviteit dragen het meest bij aan ongezondheid Van de leefstijlfactoren dragen roken, alcoholgebruik en lichamelijke inactiviteit het meeste bij aan ongezondheid. Veel volwassenen in Drimmelen gedragen zich, net als in de regio, ongezond. Een kwart van de volwassenen rookt dagelijks, bijna één op de zes drinkt overmatig alcohol en bijna vier op de tien beweegt te weinig. Daarnaast voldoen de meeste volwassenen niet aan de aanbeveling voor groente- en fruitconsumptie. • Overgewicht is een groot probleem In Drimmelen heeft 54% van de volwassenen overgewicht. Drimmelen scoort hiermee ongunstiger dan de rest van de regio. Van de volwassenen heeft 10% ernstig overgewicht. Dit is vergelijkbaar met het gemiddelde in West-Brabant 4.3. Ouderen De gemeente Drimmelen vergrijst. Er komen meer ouderen (65-plussers). Opvallend is dat er tot 2020 meer ouderen bijkomen van 65-74 jaar dan van 75 jaar en ouder. Deze jongere ouderen kunnen een belangrijke maatschappelijke rol vervullen bijvoorbeeld door het verrichten van vrijwilligerswerk en mantelzorg. Het merendeel van de ouderen in Drimmelen ervaart de eigen gezondheid als goed tot uitstekend. Toch komt bij 31% een matige tot slechte ervaren gezondheid voor. Daarnaast voelt 22% van de ouderen zich psychisch ongezond. Bijna de helft (48%) van de ouderen in Drimmelen is matig tot (zeer) ernstig eenzaam. Hiermee is eenzaamheid, net als in de gehele regio West-Brabant, ook in de gemeente
2
Drimmelen een belangrijk probleem dat de kwaliteit van leven van ouderen aantast. Er is sprake van relatief meer kerkbezoek in Drimmelen, dit is een belangrijk aspect van het sociale netwerk waar ouderen zich in bevinden. Als wordt gekeken naar lichamelijke eigenschappen en leefstijl van ouderen in Drimmelen dan is het beeld als volgt: • Ongezond gedrag en overgewicht komen ook bij ouderen veel voor In Drimmelen heeft 66% van de 65-plussers overgewicht. Dit zijn significant meer ouderen dan in West-Brabant als geheel, waar 60% overgewicht heeft. Ernstig overgewicht komt voor bij 17% van de ouderen. Meer dan de helft van de 65-plussers voldoet niet aan de aanbeveling voor groenteconsumptie (77%) of fruitconsumptie (53%). Met gezonde voeding is ook bij ouderen gezondheidswinst te behalen. Tot slot is uit regionale analyses gebleken dat er binnen de groep ouderen specifieke groepen zijn die grotere gezondheidsrisico’s lopen, de zogenaamde kwetsbare ouderen. Dit zijn ouderen met een hoge draaglast een met een lage draagkracht. •
Kwetsbare ouderen In de gemeente Drimmelen behoort 27% van de ouderen tot de groep kwetsbaren (in West-Brabant 25%). Dit betekent dat deze ouderen eerder dan hun leeftijdgenoten een beroep zullen doen op de omgeving voor formele of informele hulp. Familie is zeer belangrijk voor de ouderen in Drimmelen, dit maakt hen ook kwetsbaar als de jongeren wegtrekken uit de gemeente. Ook ouderen met een lage sociaal-economische status vormen een belangrijke groep die kwetsbaar is voor gezondheidsachterstanden. De sociaal-economische status wordt bepaald door het financieel rondkomen met alleen AOW. Van de ouderen in Drimmelen ontvangt bijna één op de drie alleen AOW, terwijl dit in West-Brabant één op de vier is.
5. Voorstel speerpunten Vanuit bovengenoemd wettelijk en landelijk kader en met inachtneming van de lokale situatie in Drimmelen wordt voorgesteld om de volgende speerpunten en risicogroepen te benoemen waarop het gezondheidsbeleid zich de komende vier jaar vooral zal richten. Risicogroep: - Jeugd Een belangrijke doelgroep voor preventie in Drimmelen is de jeugd. Risicovol gedrag bij jongeren vertoont grote onderlinge samenhang en vraagt om een integrale aanpak. Naast het bevorderen van gezond gedrag moet er ook voldoende aandacht zijn voor preventie van psychische stoornissen via opvoedingsondersteuning, weerbaarheid en sociale vaardigheden. Vroegsignalering en daarop volgende begeleiding van het kind, school en ouders bevordert een juiste opvoedstijl en gezonde leefwijze. Hierbij speelt de ontwikkeling van Centrum voor Jeugd en Gezin een belangrijke rol. Speerpunten: - Alcohol In Drimmelen drinkt bijna één op de tien jongeren alcohol. Dit is significant ongunstiger vergeleken met de regio West-Brabant. Alcoholgebruik is voor jongeren onder de 16 jaar extra schadelijk. Zo verdragen ze alcohol slechter omdat ze nog in de groei zijn, minder wegen en kleiner zijn. Hierdoor worden de effecten sneller en heviger merkbaar. Ook zijn er sterke aanwijzingen dat alcoholgebruik een negatief effect heeft op de ontwikkeling
3
van de hersenen. Tot slot geldt dat hoe jonger kinderen met alcohol in aanraking komen, hoe groter de kans is op overmatig gebruik en verslaving op latere leeftijd. - Overgewicht Overgewicht is In West-Brabant, evenals in de rest van Nederland, de afgelopen jaren flink toegenomen. In Drimmelen heeft 54% van de volwassenen overgewicht. Daarnaast heeft 66% van de 65-plussers overgewicht. Drimmelen scoort hiermee voor beide leeftijdsgroepen ongunstiger dan de rest van de regio. Landelijke cijfers laten zien dat overgewicht al bijna 10% bijdraagt aan de ziektelast, vooral door het hoge risico op diabetes. - Depressie Eén op de acht volwassenen en één op de tien jongeren ervaart een slechte psychische gezondheid. Bij de ouderen voelt 22% zich psychisch ongezond. Aanvullen naar aanleiding van contact met GGZ. Hier ook eenzaamheid opnemen ivm risicofactor voor depressie. 6. Voorstel procedure en tijdpad 1) opstellen van startnotitie nota vgz waarin beperkt aantal speerpunten centraal wordt gesteld tot en met 29 november a.s. 2) behandeling in college op 4 december a.s. 3) commissie Inwonerszaken wordt gevraagd in te stemmen met startnotitie en daarin opgenomen speerpunten op 19 december a.s. 4) gemeente (ambtenaar vgz) overlegt bilateraal met kernpartners vgz o.a. ggd, ggz, huisartsengroep, thuiszorg, welzijnsinstellingen, verslavingszorg, etc. en verwerkt reacties in concepttekst nota vgz: januari 2008 5) het college stemt in met de nota: 29 januari 2008 6) schriftelijke inspraakprocedure: 30 januari – 29 februari 2008 7) verwerking reacties door gemeente ambtenaar vgz: tot 6 maart 2008 8) vaststelling concept nota vgz door college: 11 maart 2008 9) adviescommissie Inwonerszaken: 26 maart 2008 10) vaststelling nota door raad: raadsvergadering april 2008
4
Bijlage 1 voorstel inhoudsopgave nota vgz 1. Doelstelling nota • Algemene definitie gemeentelijk gezondheidsbeleid (GGD) • Visie gemeente op gezondheidsbeleid • Waarom een nota? • Evaluatie vorige nota 2. Plaatje bevolking • Overzicht feitelijke gegevens (GGD) • Van hieruit: speerpunten en kwetsbare groepen 3. Doelstellingen • richtinggevend, niet meetbaar kwantitatief • welke partijen betrekken 4. Aanpak • Nadruk op preventie • Integraal werken • Te evalueren • Wat wordt al gedaan & wat is nieuw 5. Middelen • Regie, subsidies • Effectieve interventies 6. Evaluatie • gebruik voortgangsmeter Apart: uitvoeringsplan met activiteiten
5
Bijlage 2 Bouwstenen Lokale nota volksgezondheid 2008-2011 Drimmelen De GGD adviseert de gemeenten bij de ontwikkeling van deze nota systematisch een aantal bouwstenen te gebruiken. Onderstaand wordt ingegaan op de belangrijkste bouwstenen voor de gemeente Drimmelen. Lokale bouwstenen. De verantwoordelijkheid voor het gezondheidsbeleid is niet voor niets op lokaal niveau gelegd. Gemeenten kunnen met hun beleid direct inspelen op de gezondheidssituatie van de bevolking en aansluiten bij fysieke en sociale omgevingsfactoren. Gemeenten kennen de partners in het veld die kunnen bijdragen aan bewaking, bescherming en bevordering van de gezondheid. Zij hebben daarin een regierol. Lokale bouwstenen zijn: - De lokale kernboodschappen volksgezondheid die, zoals bekend, voor de gemeente zijn verwoord in ‘Gezondheid telt! In Drimmelen’. - De evaluatie van de vorige lokale nota volksgezondheid. De vorige lokale nota bestrijkt de jaren 2003-2007. Nagaan welke activiteiten hebben plaatsgevonden en wat leerpunten zijn voor de nieuwe nota. - Monitors en andere epidemiologische gegevens. De GGD West-Brabant voert voor de gemeenten een Gezondheidsmonitor uit met een vierjarencyclus. Beschikbaar zijn op dit moment lokale gegevens uit de Jeugdenquête 2003 en de Volwassenenenquête 2005. Eind 2007 verschijnen de lokale resultaten van de Ouderenenquête 2007. - Politiek-bestuurlijke context. Bij de ontwikkeling van de lokale nota volksgezondheid moet gekeken worden naar de doelstellingen die de huidige raad (volksvertegenwoordiging) afgesproken heeft in haar coalitieakkoord (en de uitwerking daarvan). - Beleid op raakvlakken. Volksgezondheidsbeleid is integraal beleid. Dat wil zeggen ‘beleid waarbij de belangrijkste relevante sectoren binnen en buiten het volksgezondheidsdomein samenwerken aan het aspect gezondheid, waarbij het gemeenschappelijke doel is het bevorderen of beschermen van de gezondheid’ (RIVM). Beleid op aangrenzende terreinen kan bijdragen aan de volksgezondheid. Geadviseerd wordt lokaal te kijken naar de relatie met beleid gericht op de terreinen Jeugd, Maatschappelijke Ondersteuning, Onderwijs, Milieu, Integrale veiligheid, Ouderen, Wonen, Ruimtelijke ordening, Wijkgericht werken, Sport, enzovoorts. Drimmelen heeft hiervoor op 1 oktober een aparte interactieve bijeenkomst georganiseerd met ambtenaren van genoemde beleidsterreinen (zie verslag Gerrie van de bijeenkomst op 1 oktober 2007). - Lopende activiteiten. Natuurlijk moet bij de ontwikkeling van de nieuwe gezondheidsnota gekeken worden naar de acties die momenteel al plaatsvinden in de gemeente. Aan de hand van beleidskeuzes en prioriteiten uit de nieuwe nota kan besloten worden of zij voortgezet, geïntensiveerd, van richting veranderd of mogelijk afgebouwd worden. - GGD beleid. Een deel van de GGD activiteiten is lokaal ingekleurd. Het gaat om de producten uit categorie Ic en II. Jaarlijks wordt hierover met de gemeente een contract afgesloten.
6
Regionale bouwstenen. Behalve lokale gegevens zijn ook regionale ontwikkelingen van belang bij de voorbereiding van de gemeentelijke gezondheidsnota. Regionale bouwstenen zijn: - ‘Gezondheid telt! In West-Brabant’, de Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning. Het gaat hier om de regionale vertaling van de landelijke Volksgezondheid Toekomst Verkenning (‘Zorg voor Gezondheid’) die elke vier jaar verschijnt. Er wordt een advies gegeven in de vorm van 8 kernboodschappen voor gezondheidsbeleid, te weten: 1. Gezondheid in West-Brabant scoort onder Nederlandse gemiddelde 2. Hart- en vaatziekten en psychische stoornissen zijn belangrijkste gezondheidsproblemen 3. Ook in West-Brabant bestaan gezondheidsachterstanden 4. Aanzienlijk verlies van gezondheid door ongezond gedrag 5. Ongezond gedrag van jeugd baart zorgen 6. Investeren in gezond gedrag is noodzakelijk 7. Gemeenten kunnen regierol krachtiger invullen 8. Rol gemeenten rond zorg nog verder te ontwikkelen. Het rapport biedt belangrijke basisinformatie bij het lezen van de lokale boekjes. - ‘De Staat van de Openbare Gezondheidszorg in West-Brabant’, de regionale vertaling van het Inspectierapport ‘Staat van de gezondheidszorg 2005, Openbare Gezondheidszorg, Hoe houden wij het volk gezond?’. De inspectie voor de gezondheidszorg trekt in dit rapport conclusies over de uitvoering van de openbare gezondheidszorg door gemeenten en GGD. Nagegaan is of de situatie in WestBrabant overeenstemt met het landelijke beeld De gemeenten in West-Brabant besloten aan twee conclusies speciale aandacht te besteden: ‘De inzet van gemeentelijke, juridische instrumenten ter bevordering en bescherming van gezondheid’ en ‘Integraal werken aan gezondheid’ - De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft een indicatorenset ontwikkeld om op de uitvoering van de OGZ toezicht te houden. Het is belangrijk deze indicatoren te betrekken bij de voorbereiding van de nieuwe lokale gezondheidsnota. Een van de conclusies van het landelijke inspectierapport én de regionale vertaling luidde dat de lokale gezondheidsnota’s te weinig waarborgen bevatten voor daadwerkelijke uitvoering van de opgenomen actiepunten. Een oplossing is het SMART (= Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden) definiëren van actiepunten en het (tussentijds) evalueren ervan. Gemeenten hebben de regierol in de Openbare Gezondheidszorg - Het Regionaal Kompas Volksgezondheid is een actuele digitale wegwijzer over de mogelijkheden om de volksgezondheid te verbeteren. Het Regionaal Kompas biedt informatie over Gezondheid en ziekte, Gezondheidsdeterminanten en Bevolking. Voor elk onderwerp komen achtereenvolgens aan bod: achtergronden en cijfers, beleid én mogelijkheden om iets aan het probleem te doen.) - Regionaal beleid van organisaties en instellingen die een rol hebben in de Openbare Gezondheidszorg. Te denken valt onder meer aan Novadic/Kentron, GGZ regio Breda en GGZ Westelijk Noord-Brabant, de patiënten-/consumentenorganisaties verenigt in Zorgbelang, de Thuiszorgorganisaties en MEE. Binnenkort zullen hier beleidsnota’s van deze organisaties geplaatst worden, onder andere over het beleid van de GGZ gericht op de ontwikkeling van maatschappelijke steunsystemen. - OGGZ beleid - Collectieve preventie GGZ - Het GGD Beleid. De GGD West-Brabant, een gemeenschappelijke regeling van de 18 Westbrabantse gemeenten, adviseert de gemeenten over de Openbare Gezondheidszorg en voert bepaalde onderdelen daarvan uit. Via ambtenarenoverleg en portefeuillehoudersoverleg zijn gemeenten op de hoogte van diverse beleidsontwikkelingen
7
-
Provinciale rapporten (inclusief subsidieregelingen). Ook in provinciaal verband kunnen zaken van belang zijn bij de ontwikkeling van de lokale gezondheidsnota. Sportservice Noord-Brabant schreef voor gemeenten een Handvat over lokaal gezondheidsbeleid, sport en bewegen
Landelijke bouwstenen Er is een wisselwerking tussen het landelijke en het lokale preventiebeleid. Lokaal inzetten op de prioritaire thema’s uit de landelijke preventienota verstevigt de aanpak van gezondheidsproblemen. Belangrijke documenten zijn: - ‘Kiezen voor gezond leven’, de landelijke preventienota waarin 5 thema’s prioriteit krijgen: roken, overgewicht, overmatig alcoholgebruik, depressie en diabetes. Ook pleit VWS erin voor een intensievere samenwerking tussen preventieve en curatieve gezondheidszorg en een integrale aanpak van preventie en maatschappelijke ondersteuning - In het verlengde van de prioritaire preventiethema’s zijn/ worden Handleidingen voor lokaal gezondheidsbeleid voorbereid. Bij de opstelling van de handleidingen zijn de belangrijkste partners op dat deelterrein betrokken. Er zijn handleidingen ontwikkeld voor de thema’s: - Roken - Overgewicht - Depressie - - Alcoholbeleid - Samen Werken, Samen Leven’, het regeerakkoord dat uiteraard ook van belang is om te betrekken bij de voorbereidingen van het lokale gezondheidsbeleid. In het hoofdstuk over volksgezondheid en zorg wordt een aparte paragraaf gewijd aan preventie. Daarnaast is het beleid op aangrenzende beleidsterreinen van belang - VWS beleid. Het is belangrijk om regelmatig het beleid van het ministerie waar volksgezondheid onder valt te checken. Belangrijke zaken zullen hier opgenomen worden - Beleid op aangrenzende terreinen. Het is van belang ook op landelijk niveau ontwikkelingen te volgen op beleidsterreinen met raakvlakken met volksgezondheid. Bijvoorbeeld met betrekking tot gezondheid en milieu - Voorbeeldinstrumenten en Best-practices. Vaak zijn elders acties ontwikkeld waar dankbaar gebruik van gemaakt kan worden. In eerdergenoemde handleidingen zijn voor de 5 landelijke preventiethema’s voorbeeldinterventies opgenomen. Internationale ontwikkelingen Sommige internationale documenten liggen aan de basis van het lokale gezondheidsbeleid. Bijvoorbeeld The Ottawa Charter for Health Promotion, het Lalonde Report en diverse ontwikkelingen bij de World Health Organisation. Vaak zijn deze zaken al impliciet onderdeel van het Nederlandse gezondheidsbeleid. Indien van belang zullen hier internationale voorbeeldprojecten weergegeven worden. Wetgeving. De basis voor de lokale gezondheidsnota ligt in de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid. Vanzelfsprekend zijn de daarin vastgelegde gemeentelijke verantwoordelijkheden een belangrijke bouwsteen voor de nota’s Relaties zoals die bestaan tussen verschillende beleidsterreinen zijn er ook tussen de betreffende wetten. Er is onder meer grote samenhang met de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Diverse gemeenten kiezen ervoor de lokale nota volksgezondheid en de Wmo-nota in nauwe afstemming te ontwikkelen. Soms wordt er voor gekozen om één nota uit te werken. Relevante literatuur.
8
De Openbare Gezondheidszorg ontwikkelt zich voortdurend. Regelmatig worden relevante onderzoeksrapporten of beschouwingen gepubliceerd. Nieuwe visies daaruit kunnen richtinggevend zijn de voorbereiding van de lokale nota volksgezondheid. Belangrijke bouwstenen zijn: - ‘Nuchtere kijk op gezond gedrag’ van het Sociaal Cultureel Planbureau. Het rapport gaat in op (nieuwe) mogelijkheden van de overheid om gezond gedrag te bevorderen. Het behandelt verschillende visies op gezondheidsbevordering (Topdown vs. bottom-up en Van sturen naar leren), de invloed van de overvloed aan informatie over gezondheidsrisico’s, de rol van de lokale overheid en de bijdrage van het bedrijfsleven - ‘Publieke gezondheid’ van de Raad voor Volksgezondheid en Zorg. De raad geeft in dit rapport op verzoek van de minister aan welke volksgezondheidsproblemen de komende tijd aandacht vragen, waarom het zo lastig blijkt deze problemen aan te pakken, hoe dat beter zou kunnen en hoe de samenleving daarbij betrokken zou kunnen worden.
9