Concept Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen Veluwe Zuid periode 2012-2017
BMC september 2011 K. Pit D. Oxener MSc Projectnummer: 425116 Correspondentienummer: ON-2309-51623
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
INHOUD HOOFDSTUK 1
INLEIDING
3
1.1
Deelnemende partijen
3
1.2
Visie van de besturen
5
1.3
Leeswijzer
6
HOOFDSTUK 2
KADER
HOOFDSTUK 3
BESCHRIJVING VAN DE REGIO
10
Geografische beschrijving, afbakening regio
10
3.1
Demografische beschrijving
11
3.2
Economische beschrijving
13
HOOFDSTUK 4
HOOFDSTUK 5
7
GEGEVENS OVER HET AANBOD EN HET GEBRUIK VAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN
18
4.1
De onderwijsvoorzieningen in de Veluwe Zuid
18
4.2
Het gebruik van de onderwijsvoorzieningen in de regio Veluwe Zuid
18
4.3
Schoolportretten
30
BESCHRIJVING VAN DE GEWENSTE SITUATIE IN DE REGIO
96
5.1
Visie van de besturen op het onderwijs in de regio
96
5.2
Gewenste onderwijsvoorzieningen per 1 augustus 2012
96
5.3
Overige afspraken
99
5.4
Geschillen
100
HOOFDSTUK 6
DE RELATIE VAN HET BESTAANDE EN TOEKOMSTIGE ONDERWIJSAANBOD MET HET VERVOLGONDERWIJS EN DE ARBEIDSMARKT 102
HOOFDSTUK 7
ONDERWIJSHUISVESTING
103
7.1
Overzicht vestigingen per gemeente
103
7.2
Prognose aantal leerlingen per vestiging
103
HOOFDSTUK 8
HET GEVOERDE OVERLEG
106
8.1
Overige scholen
106
8.2
Vervolgonderwijs voor zover het VBO betreft
106
8.3
Bedrijfsleven
106
8.4
Gemeenten
106
1/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
8.5 HOOFDSTUK 9
Provincie
ESSENTIE VAN HET REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN
107 108
BIJLAGE 1
ONDERWIJSVOORZIENINGEN IN DE REGIO
75
BIJLAGE 2
DE REGIO IN GETALLEN
76
BIJLAGE 3
HERKOMST LEERLINGEN PER LOCATIE OP 1 OKTOBER 2010
78
BIJLAGE 4
PROCEDURE OP OVEREENSTEMMING GERICHT OVERLEG
79
2/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 1 Inleiding Dit document bevat het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen (RPO) van de regio Veluwe-Zuid, zoals dat zal gelden van 1 augustus 2012 tot en met 31 juli 2017. Vooruitlopend op het aflopen van het in februari 2007 gesloten Regionaal Arrangement, hebben de besturen besloten een nieuw Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen te maken dat beantwoordt aan de nieuwe wet- en regelgeving zoals deze op 1 augustus 2008 van kracht is geworden en dat recht doet aan de demografische ontwikkelingen en de ontwikkelingen die zichtbaar zijn ten aanzien van de schoolkeuze. De hoofdlijnen van de nieuwe wet- en regelgeving zoals deze op 1 augustus 2008 zijn vastgelegd in de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) worden hierna in hoofdstuk 2 beschreven. De ontwikkelingen in de regio krijgen vooral aandacht in de hoofdstukken 3 tot en met 5. 1.1
Deelnemende partijen Dit plan is gemaakt op verzoek van de besturen van de scholen voor voortgezet onderwijs die vestigingen hebben in de regio Veluwe-Zuid. Zoals gezegd vinden zij het van belang dat in er deze regio ook na 1 augustus 2012 een geldig RPO bestaat. Het gaat om de volgende besturen: • Stichting voor Protestants-Christelijk Voortgezet Onderwijs voor Barneveld e.o. • (41585); • Stichting voor Protestants-Christelijk Voortgezet Onderwijs in de Gemeente • Barneveld (42356); • Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs te Veenendaal (80328); • Stichting voor Christelijk VMBO en PRO (40068); • Stichting Voortgezet Onderwijs Reformatorische Grondslag Veenendaal • (69994); • Gemeente Veenendaal (10907); • Stichting Marnixcollege Ede (37314); • Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Ede (42549); • Stichting CSG Het Streek (40608); • Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Wageningen e.o. (13693); • Stichting Aeres Groep (40687); • Stichting Helicon Opleidingen (31142); • Stichting Speciaal Onderwijs en Voortgezet Speciaal Onderwijs op Gereformeerde Grondslag regio Veluwe (84515); • Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs Over- en Midden-Betuwe (41440); • Stichting voor Onderwijs op Reformatorische Grondslag (41769).
3/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
De volgende vestigingen van de scholen nemen deel aan het RPO: • De Meerwaarde VMBO Schoutenstraat (01MU00); • De Meerwaarde VMBO Wilhelminastraat (02FO00); • De Meerwaarde Praktijkonderwijs (02FO01); • Johannes Fontanus College (00SZ00); • Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00); • Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal (02MF00); • Ichthus College (06SU00); • Rembrandt College (19IP00); • Marnix College Prins Bernhardlaan 30 (02UP00); • Marnix College Prins Berhardlaan 25(02UP01); • Pallas Athene College (19KZ00); • CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00); • CSG Het Streek Amsterdamseweg (25GE02); • CSG Het Streek Bennekom (25GE04); • CSG Het Streek PRO (26HV00); • Pantarijn Hollandseweg 11, Wageningen (16YV00); • Pantarijn Hollandseweg 11, Wageningen (16YV01); • Pantarijn Rhenen (16YV02); • Pantarijn Kesteren (16YV04); • Groenhorst College Horapark Ede (25GV00); • Groenhorst College Zandlaan 31 Ede (25GV04 en 25GV05); • Helicon VMBO Groen Kesteren (26CC05); • Johannes de Swaef PRO (26MV00); • Hendrik Pierson College (00TM00); • Van Lodenstein College Kesteren (03WO02); • Van Lodenstein College Barneveld (03WO03). 1.2
Visie van de besturen Met het nu voorliggende RPO willen de besturen de bestaande samenwerking verstevigen door op het gebied van de scholenplanning afspraken vast te leggen voor alle schoolsoorten. In de bijeenkomsten van de besturen die tot dit nieuwe RPO hebben geleid, is vastgesteld dat dit Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen vooral een voortzetting moet zijn van de bestaande samenwerking op regionaal niveau. Er zijn weliswaar enkele nieuwe besturen aangeschoven, maar de uitgangspunten zijn in grote lijnen dezelfde als in 2007. Bij het opstellen van dit nieuwe RPO zijn tevens enkele inmiddels gerealiseerde veranderingen in de onderwijsinfrastructuur geformaliseerd.
1.3
Leeswijzer Het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen is als volgt opgebouwd. Na deze inleiding wordt in hoofdstuk 2 het RPO op hoofdlijnen beschreven en geplaatst in het wettelijke kader. In hoofdstuk 3 wordt de regio beschreven vanuit geografisch, demografisch en economisch perspectief. Vervolgens wordt in het vierde hoofdstuk de huidige situatie van het voortgezet onderwijs (VO) in de regio in kaart gebracht en in het vijfde hoofdstuk de gewenste.
4/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
In hoofdstuk 6 wordt de relatie van het bestaande en toekomstige onderwijsaanbod met het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt beschreven. Vervolgens komt in hoofdstuk 7 de onderwijshuisvesting aan de orde. In hoofdstuk 8 wordt het gevolgde proces op hoofdlijnen beschreven. Hierin is ook opgenomen welk overleg is gevoerd met andere betrokkenen in het kader van dit RPO. In hoofdstuk 9 worden de belangrijkste zaken nog eens samengevat.
5/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 2 Kader Met ingang van 1 augustus 2008 is de nieuwe Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) van kracht geworden. De voorbereidingen voor deze nieuwe wet zijn begonnen in 2003. In de vijf jaren tussen de start en de afronding van de wet is op het gebied van regionale samenwerking ten aanzien van de onderwijsvoorzieningen veel ervaring opgedaan in het VMBO door middel van Regionale Arrangementen (RA’s). Deze ervaringen zijn voor een belangrijk deel vertaald naar en opgenomen in de nieuwe wet. Met de nieuwe WVO komt er een einde aan de oude RA’s. In artikel 72 vinden wij de regionale samenwerking voorzieningenplanning nu wettelijk geregeld voor alle schoolsoorten in het VO. Het RA heet nu RPO. De nieuwe WVO kent drie algemene doelstellingen: 1. modernisering en vereenvoudiging van de huidige wet- en regelgeving betreffende de voorzieningenplanning in het VO; 2. vergroting van de autonomie van de scholen; 3. vermindering van de administratieve lasten. Voor artikel 72, het RPO, geldt in het bijzonder: • het onderwijsaanbod beter laten aansluiten bij wensen van de leerlingen/ ouders, het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt. Een RPO wordt, net als voorheen een RA, gesloten voor een periode van vijf jaar. Na deze periode, zo is de verwachting, zullen nieuwe afspraken over de onderwijsvoorzieningen nodig zijn. In tegenstelling tot die in het RA gelden de afspraken die in het kader van het RPO zijn gemaakt ook voor die vijf jaar. Indien men er na vijf jaar niet in slaagt om een nieuw RPO te sluiten, komen de gemaakte afspraken te vervallen. Alleen al om deze reden is het aan te bevelen een jaarlijks overleg in te plannen om de voortgang van de gemaakte afspraken met elkaar te bespreken en de regionale samenwerking op deze manier te bestendigen. Dit jaarlijks overleg kan ook gebruikt worden om een mogelijke update van het RPO te maken, indien nodig of wenselijk uiteraard. Afspraken hierover zijn opgenomen in hoofdstuk 8 van dit RPO. Het RPO biedt de scholen in de regio veel ruimte en vrijheid om de onderwijsvoorzieningen adequaat te regelen. De wet stelt uiteraard wel enkele voorwaarden. Wij volstaan in dit kader met het noemen van de belangrijkste. In het RPO moet duidelijk worden aangegeven welke voorzieningen de regio kent (gegevens over het aanbod en gebruik van onderwijsvoorzieningen) en welke voorzieningen de scholen in de regio willen realiseren en wat hiervan de gevolgen zijn voor het aantal leerlingen per vestiging (prognose van het aantal leerlingen per vestiging).
6/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
De omvang en de begrenzing van de regio moeten duidelijk zijn aangegeven. Een regio is het totale aaneengesloten grondgebied van één of meer aangrenzende gemeenten. De gemeente is dus de kleinste eenheid. Op de vestigingen van de samenwerkende scholen moet in elke gemeente die binnen de regio valt, samen minimaal 60% van alle leerlingen zitten die in de gemeente VO volgen. Voorts moet ten minste 65% van de bevoegde gezagsorganen die binnen een gemeente één of meer vestigingen van scholen of scholengemeenschappen hebben, bij het RPO betrokken zijn. Het RPO geldt voor een periode van vijf jaar (van 1 augustus tot 1 augustus) en wordt ingediend vóór 1 november, zodat het in kan gaan op 1 augustus van het volgende kalenderjaar. In het RPO wordt de relatie aangegeven van het bestaande en het toekomstige onderwijsaanbod met het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt in de regio. Voorts geven de deelnemende scholen een duidelijke visie op het bestaande en toekomstige onderwijsaanbod in relatie tot het vervolgonderwijs, de arbeidsmarkt en de onderwijshuisvesting. Over het concept van het RPO vindt overleg plaats met de besturen uit de regio die niet deelnemen, met de gemeente, de provincie en wat het VMBO betreft met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en de MBO-instellingen in de regio. Wat de gemeente betreft geldt dat over het concept op overeenstemming gericht overleg wordt gevoerd met burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente(n). Dit overleg vindt plaats overeenkomstig een procedure die daartoe is vastgesteld door de samenwerkende bevoegde gezagsorganen en burgemeester en wethouders van die gemeente(n). Het RPO biedt de scholen de volgende mogelijkheden: • verplaatsing van een vestiging van een school (over meer dan drie kilometer); • vorming van nieuwe nevenvestigingen van een school; • afsplitsing van één of meer scholen van een scholengemeenschap; • toevoeging van afsluitend onderwijs aan het onderwijsaanbod van een nevenvestiging; • toevoeging aan het onderwijsaanbod in de gemengde leerweg; • toevoeging van afdelingen in het VBO. Naast deze mogelijkheden staat het de deelnemers overigens vrij om ook andere afspraken op te nemen. Indien een nieuwe onderwijsvoorziening leidt tot meer dan 10% leerlingenverlies bij een vestiging van een school of scholengemeenschap van een bevoegd gezag dat niet deelneemt aan het RPO, geldt de regel van de hindermacht. Uiteraard geldt deze niet als dat bevoegde gezag heeft verklaard in te stemmen met de nieuwe onderwijsvoorziening. In het RPO zelf bepalen de deelnemers met elkaar welke hinder zij acceptabel vinden.
7/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 3 Beschrijving van de regio 3.1
Geografische beschrijving, afbakening regio Het gebied van het RPO voldoet aan artikel 72 lid 1 WVO. Dit artikel spreekt van een aaneengesloten gebied bestaande uit het grondgebied van één of meer gemeenten met (één of meer vestigingen van) een school voor VO. In dit geval gaat het om de gemeenten Barneveld, Ede, Rhenen, Neder-Betuwe, Overbetuwe, Veenendaal en Wageningen.
Figuur 3.1 Gemeenten Barneveld, Ede, Rhenen, Neder-Betuwe, Overbetuwe, Veenendaal en Wageningen
Genoemd artikel 72 schrijft voor dat op de deelnemende vestigingen van scholen of scholengemeenschappen van de samenwerkende bevoegde gezagsorganen per gemeente ten minste 60% staat ingeschreven van alle leerlingen die op het grondgebied van die gemeente voortgezet onderwijs volgen. Omdat alle scholen voor voortgezet onderwijs meedoen, is dat percentage in dit geval 100%.Verder dient ten minste 65% van de bevoegde gezagsorganen die binnen één gemeente één of meer vestigingen van scholen of scholengemeenschappen hebben, bij de samenwerking betrokken te zijn. Alle besturen met scholen in de regio nemen deel aan het RPO. Dit percentage is voor deze regio derhalve ook 100%. Hiermee beantwoordt het RPO aan alle criteria die gelden voor de omvang en begrenzing van de regio, zoals deze in de wet (WVO artikel 72) zijn gesteld.
8/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
3.2
Demografische beschrijving Allereerst volgen de demografische ontwikkelingen voor Veluwe-Zuid. Hiermee ontstaat zicht op de te verwachten ontwikkeling van de leerlingenaantallen in de regio. De prognose wordt aan de hand van de ontwikkeling van de basisgeneratie (gemiddeld aantal 12/13-jarigen per gemeente) gegeven op basis van de rapportage Basisgeneraties en aantallen inwoners van de Nederlandse gemeenten 2005 tot en met 2010.1 Onderstaande figuur (3.2) geeft de totale ontwikkeling van de basisgeneratie weer voor de periode 2005-2021. 1.800
Aantal 12/13-jarigen
1.600 1.400 1.200 1.000 800 600 400 200
Aantal 12/13 jarigen
0 2005
2006
Barneveld
2007
2008 Ede
2009
2010
2011
Neder-betuwe
2012
2013
Overbetuwe
2014
2015 Rhenen
2016
2017
2018
Veenendaal
2019
2020
2021
Wageningen
Figuur 3.2 Prognose basisgeneratie regio Veluwe-Zuid 2005-2021
In onderstaande tabel wordt de grafiek nog eens in cijfers weergegeven. Tabel 3.1 Prognose basisgeneratie regio Veluwe-Zuid 2005-2021 in cijfers Barneveld Ede Neder-betuwe Overbetuwe Rhenen Veenendaal Wageningen Totaal
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2021 805 807 811 809 803 811 804 830 844 819 812 805 787 774 1.440 1.447 1.478 1.479 1.441 1.408 1.424 1.481 1.555 1.547 1.515 1.530 1.523 1.459 365 367 390 376 353 345 353 360 370 367 348 337 338 303 575 573 585 586 617 635 647 676 693 692 688 688 650 575 219 236 245 229 240 234 226 244 258 262 267 278 270 256 846 829 846 846 830 833 856 884 928 957 932 902 906 857 331 329 359 346 318 315 328 336 326 326 332 331 307 288 4.581 4.588 4.714 4.671 4.602 4.581 4.638 4.811 4.974 4.970 4.894 4.871 4.781 4.512
Voor drie gemeenten geldt dat het aantal 12/13-jarigen in 2021 hoger zal zijn dan in 2011. Dit zijn Ede, Rhenen en Veenendaal. De overige gemeenten (Barneveld, Neder-Betuwe, Overbetuwe en Wageningen) laten een dalende trend zien, die bij Barneveld, Neder-Betuwe en Overbetuwe in de jaren 2013-2014 wordt ingezet. Het totale aantal leerlingen in deze regio neemt af tussen 2011 en 2021, waarbij in de eerstkomende jaren nog een stijging plaatsvindt.
1
CFI, 2010.
9/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Voor de jaren 2018-2020 zijn geen getallen beschikbaar, wel voor 2021. Deze getallen dienen echter met de nodige voorzichtigheid te worden gehanteerd, omdat veel recente ontwikkelingen hierin mogelijk nog niet zijn meegenomen. De genoemde aantallen zullen in een van de volgende hoofdstukken onder andere worden gebruikt om de voorgeschreven prognose per vestiging te bepalen. Bij de prognose per vestiging zullen we ook, voor zover relevant, de prognoses van de voedingsgemeenten buiten de regio betrekken. Bevolkingsopbouw In deze regio wonen relatief weinig allochtonen. De zogenoemde groene bevolkingsdruk (percentage jongeren in de beroepsbevolking van 20-64 jaar) is hoog. Volgens CBS-prognoses zal het aandeel jonge mensen in de toekomst afnemen. Het aantal 65+’ers zal in de WERV+-regio (Ede, Wageningen, Barneveld, Rhenen, Veenendaal) tot 2025 bijna verdubbelen (47% toename). In tabel 3.2 staat het aantal inwoners per 1 januari 2011 weergegeven. Tabel 3.2 Aantal inwoners per gemeente op 1 januari 2011 (bron: CBS Statline) Gemeente
3.3
Inwoners 1 januari 2011
Barneveld
51.390
Ede
107.422
Neder-Betuwe
21.863
Overbetuwe
45.799
Rhenen
18.601
Veenendaal
62.557
Wageningen
38.378
Economische beschrijving In deze paragraaf volgt een korte en globale schets van de economische ontwikkelingen en de arbeidsmarktontwikkelingen in de regio Veluwe-Zuid. Voor zover het in deze regio gaat over het beroepsonderwijs (VMBO en PrO), is het goed om ook een beeld te hebben van de economische situatie en de ontwikkelingen op de regionale arbeidsmarkt. Met name de VMBO-leerlingen en de leerlingen die Praktijkonderwijs volgen, zijn veelal kernbewoners van de regio, hetgeen wil zeggen dat zij, in tegenstelling tot hun leeftijdgenoten in HAVO en VWO, vaak in de regio blijven wonen en werken na hun opleiding. Deze leerlingen worden dus uiteindelijk opgeleid om in te stromen op de regionale arbeidsmarkt. Twee kanttekeningen zijn bij deze directe relatie onderwijs – arbeidsmarkt van belang. De ontwikkelingen van de economie en de arbeidsmarkt in de regio moeten met enige betrekkelijkheid beoordeeld worden, omdat een een-op-eenrelatie met vooral het VMBO niet altijd te maken is. Economische rapporten bieden vaak een perspectief voor de korte termijn en zijn, met andere woorden, kortcyclisch van aard en voor de lange termijn vaak aan fluctuaties onderhevig. Het is lastig om op basis hiervan valide conclusies te trekken of aanbevelingen te doen over de (in)richting of infrastructuur van het (beroeps)onderwijs en al helemaal voor het voorbereidend beroepsonderwijs. De tweede kanttekening betreft de aard van het VMBO.
10/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Het VMBO is in de eerste plaats een opleiding die de leerlingen voorbereidt op het middelbaar beroepsonderwijs (landelijk 80-90%) en moet vanuit dat perspectief de leerlingen breed opleiden, zowel in algemeen vormende als in beroepsoriënterende zin. Het VMBO heeft in dit opzicht een eigen verantwoordelijkheid en mag zich hierin niet (alleen) laten leiden door regionale ontwikkelingen op economisch gebied. Voor de beschrijving van de economische ontwikkelingen en de arbeidsmarktontwikkelingen is gebruikgemaakt van de volgende documenten: • CBS Statline; • CBS Gemeente op maat; • Economisch Jaarboek 2008 KvK; • Sociaal Economisch Beleidsplan 2011-2015; • Website KvK; • Sociale agenda en strategisch agenda 2012-2015; • SEB Overbetuwe; • Economisch Jaarboek Werv+-regio. Arbeidsmarkt en werkgelegenheid In de WERV+-regio is de structuur van het bedrijfsleven de afgelopen decennia verschoven van de landbouw en industrie naar de dienstensector. De (financiële en zakelijke) dienstverlening en handel zijn grote werkgevers. Barneveld kent een hoge bedrijvendichtheid vergeleken met de andere gemeenten. De sterke vergrijzing in de WERV+-regio heeft invloed op de arbeidsmarkt. De potentiële beroepsbevolking krinpt tot 2025 met 7%. In de gemeente Overbetuwe zijn de detailhandel, industrie, zakelijke dienstverlening en groothandel belangrijke sectoren. Naar verwachting zal de groei van de beroepsbevolking zich hier de komende jaren doorzetten. De sector logistiek is een belangrijke groeimarkt. Het beeld in Centraal-Gelderland van de economische ontwikkeling vertoont wisselingen: in het eerste kwartaal van 2011 trekt de werkgelegenheid aan, is de omzetontwikkeling positief en zit de winstgevendheid in de lift. Toch zijn de verwachtingen ten aanzien van het tweede kwartaal van 2011 gematigd positief: zo is de lage investeringsbereidheid een punt van zorg en ook zet de groei van de werkgelegenheid waarschijnlijk niet door. In onderstaande tabel staat het aantal banen per gemeente en per sector weergegeven.
11/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Tabel 3.3 Banen van werknemers naar activiteit teldatum 31 december 2005 (bron: CBS) 2
3
4
Gemeente
Landbouw
Industrie
Dienstverlening
Non-profit
Totaal
Barneveld
460
4.760
13.630
7.870
26.720
Ede
970
730
23.430
20.730
52.430
Neder-Betuwe
490
2.080
2.080
1.500
7.890
Overbetuwe
390
2.740
2.740
3.370
15.070
Rhenen
130
1.040
1.040
1.600
5.200
Veenendaal
180
6.110
17.220
7.010
30.520
Wageningen
-
-
8.310
6.590
16.130
Sociaaleconomische situatie De sterkte van de WERV+-regio komt onder meer voort uit de goede geografische ligging en de veelzijdigheid van de economie. Ook is de Veluwe als toeristisch gebied in opkomst door de groei van de beleveniseconomie. Zwakke punten zijn de achterblijvende werkgelegenheidsontwikkeling en de vergrijzing. Binnen de regio Food Valley vormen Ede en Wageningen het centrale hart en vervullen deze gemeenten een regionale werk- en woonfunctie. De functie van de andere gemeenten is meer lokaal. Overbetuwe combineert een gunstige ligging met een uniek Betuws landschap, dat toeristen aantrekt. In de gemeenten NederBetuwe, Barneveld, Wageningen en Veenendaal ligt het gemiddeld besteedbaar inkomen van de bevolking lager dan landelijk gemiddeld. Economische visie en plannen Belangrijke pijlers in deze regio zijn een goede bereikbaarheid, een gezond vestigingsklimaat, duurzaamheid en leefbaarheid. In de samenwerking tussen WERV+ en de regio Vallei/Renswoude komt dit tot uiting. Overbetuwe richt zich de komende jaren op versterking van werklocaties, vitale dorpskernen, versterking van toerisme en recreatie en de samenhang tussen onderwijs, arbeidsmarkt en bedrijfsleven. Neder-Betuwe heeft zich met tien andere gemeenten gecommitteerd aan de Sociaaleconomische Visie Rivierenland. Belangrijke pijlers in deze aanpak zijn duurzaamheid, bereikbaarheid en leefbaarheid, waarmee de kracht van de lokale economie behouden kan blijven. Arbeidsmarkt en onderwijs Naast een kwantitatief tekort aan arbeidskrachten en een vergrijzing van het personeelsbestand wordt ook een kwalitatieve mismatch verwacht in de komende jaren. Oplossingen worden vooral gezien in het vergroten van het arbeidsaanbod en de arbeidsproductiviteit. In 2008 is POA De Vallei tot stand gekomen. In dit samenwerkingsverband richten onderwijs, bedrijfsleven en overheid zich gezamenlijk op het oplossen van knelpunten op de arbeidsmarkt.
2 3 4
Landbouw, bosbouw en visserij. Nijverheid en energievoorziening Commerciële dienstverlening.
12/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Speerpunten zijn onder meer het verhogen van de mobiliteit van jongeren en ouderen en instroom in de zorg en de techniek. Diversiteit in werkgelegenheid en een ononderbroken leer- en ontwikkelingslijn zijn belangrijke aandachtspunten.
13/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 4 Gegevens over het aanbod en het gebruik van onderwijsvoorzieningen 4.1
De onderwijsvoorzieningen in de regio Veluwe-Zuid In bijlage 1 staat een overzicht van alle onderwijsvoorzieningen in de regio VeluweZuid zoals die op 13 december 2010 geregistreerd stonden bij DUO-CFI. Bij de schoolsoort VBO zijn de afdelingen vermeld waarvoor afsluitend onderwijs mag worden verzorgd op de betreffende locatie. Ook vermeld zijn de intra- en intersectorale programma’s, voor zover bij ons bekend. Deze mogen immers sinds 1 augustus 2008 altijd worden aangeboden, mits de onderliggende afdelingen of sectoren aanwezig zijn en mits voldaan wordt aan de bepalingen in in artikel 26J van het inrichtingsbesluit WVO. Het gaat in bijlage 1 dus nadrukkelijk om de startsituatie. In het RPO worden afspraken gemaakt over hoe de toekomstige situatie eruit zal zien.
4.2
Het gebruik van de onderwijsvoorzieningen in de regio Veluwe-Zuid Op basis van de oktobertellingen5 kan het verloop van het aantal leerlingen in de regio worden weergegeven. Per school staan voor iedere schoolsoort de bovenbouwaantallen weergegeven. Een uitzondering daarop vormt het Praktijkonderwijs: daar zijn alle ingeschreven leerlingen meegeteld. De scholen in de grafieken zijn geordend op gemeente en daarbinnen op plaatsnaam en BRINnummer.
In dit hoofdstuk wordt verder apart aandacht besteed aan het programma-aanbod in het VMBO, omdat de deelnemende scholen er belang aan hechten het aanbod en de deelname van leerlingen aan dit aanbod wat meer gedetailleerd in kaart te brengen. Voor het overige VO geldt deze behoefte aan detaillering naar aanbod minder. Wel is uiteraard ook voor het overige VO de onderwijsdeelname in kaart gebracht. In bijlage 2 staan alle getallen nog een keer uitgesplitst in tabellen. Praktijkonderwijs Het leerlingenaantal op Johannes de Swaefsch, PrO de Opstap, het SGM Veenendaal en De Meerwaarde is relatief constant gebleven tussen 2006 en 2010. Opvallend is de groei van het Pantarijn VMBO, dat in 2007 is gestart met Praktijkonderwijs. In tegenstelling tot het landelijk beeld, waarin het Praktijkonderwijs redelijk stabiel blijft, laat deze regio een groei zien.
5
Bron: DUO-CFI 2010
14/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
83 85 92 93 86
Joh de Swaefsch voor PRO (26MV00)
143 145 PRO De Opstap (26HV00)
124 122 146 152 143 141
Pantarijn VMBO (16YV01) 127
2010 2009 2008 2007 2006
137 148 149
Christelijke SGM Veenendaal (02MF00) 136 134 103 111 119 121 105
De Meerwaarde Praktijkonderwijs (02FO01)
0
20
40
60
80
100
120
140
160
Figuur 4.1 Leerlingenaantallen Praktijkonderwijs gehele regio
VMBO (VBO en MAVO) Figuur 4.2 laat het aanbod en de verdeling VMBO-BB/KB (basis- en kaderberoepsgerichte leerweg) zien voor de regio. In de figuur wordt zichtbaar dat enkele scholen dalen in leerlingenaantal tussen 2006 en 2010: De Meerwaarde Economie, Groen, Z&W, Christelijke SGM Veenendaal, van Lodensteincollege Kesteren, CSG Het Streek en het Pantarijn VMBO in Rhenen. Het Groenhorst College, De Meerwaarde Techniek, Helicon Kesteren, het Hendrik Pierson College en het Pantarijn VMBO hebben een stijgend aantal leerlingen tussen 2006 en 2010. Laatstgenoemde school groeit in 2007, maar laat vervolgens een dalende trend zien.
15/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
106 115 113 101 108
Van Lodensteincollege Kesteren (03WO02)
158 162 146 139 139
Hendrik Pierson College (00TM00) 106
Helicon VMBO Groen Kesteren (26CC05)
106 100
Groenhorst College Ede (25GV05)
157 137
123 85 101 91 120
Pantarijn VMBO Rhenen (16YV02)
Pantarijn VMBO (16YV01)
162 173 174 160
2010 150
143
2009 198 205 222 232
2008 2007
211 222 241 252
CSG Het Streek Amsterdamseweg (25GE02)
2006
337 367 392
Christelijke SGM Veenendaal (02MF00)
432 434 446
219 211 202 212 212
De Meerwaarde Techniek, locatie Wilhelminstraat (02FO00)
349 372 379
De Meerwaarde Economie, Groen, Z&W (01MU00) 0
100
200
300
400
417 421
500
Figuur 4.2 Leerlingenaantallen bovenbouw VMBO-BB/KB
Figuur 4.3 laat de leerlingenaantallen bovenbouw VMBO-GL/TL (gemengde en theoretische leerweg) zien voor de regio. We zien ook hier een wisselend beeld. In de periode 2006-2010 stijgen de leerlingenaantallen van het Ichthus College, Hendrik Pierson College en het Pallas Athenecollege het sterkst in absolute zin. Dalende aantallen worden geconstateerd op het Johannes Fontanus College, Christelijk Lyceum Veenendaal en het Rembrandt College. De leerlingenaantallen van Marnix College en het Pantarijn MHV dalen tussen 2006 en 2007 respectievelijk met 34% en 39%.
16/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
175 178 173 168 165
Van Lodensteincollege Kesteren (03WO02) Hendrik Pierson College (00TM00)
120 118
148 163 146
19 22 27 34 30
Helicon VMBO Groen Kesteren (26CC05)
47 59 41 23 34
Groenhorst College Ede (25GV05)
81 88 91 89
Pantarijn Kesteren (16YV04) 2 2 2
Pantarijn VMBO Rhenen (16YV02)
10
123 126 126 115
Pantarijn MHV (16YV00)
188 175 185 200 197 197
CSG Het Streek Bennekom (25GE04) 104 115 112 138 129
CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00)
2010 2009
154 156 157 150 136
Pallas Athene College (19KZ00) 93 92 96
Marnix College (02UP00)
2008 2007 2006
111
169 156 168 159 164 183
Rembrandt College (19IP00)
282 273 256 225 239
Ichthus College (06SU00) 91 88 79 82 79
Christelijke SGM Veenendaal (02MF00)
231 227 248 263 256
Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00)
263 283
Johannes Fontanus College (00SZ00)
311 330 350
50 48 56 66 58
De Meerwaarde Techniek, locatie Wilhelminstraat (02FO00)
116
De Meerwaarde Economie, Groen, Z&W (01MU00) 0
146 152 171 183
100
200
300
400
Figuur 4.3 Leerlingenaantallen bovenbouw VMBO-GL/TL
Landelijk gaat ongeveer de helft van de bovenbouwpopulatie in het VMBO naar de GL/TL en de andere helft naar de BB/KB. De verhouding BB/KB : GL/TL in de regio wijkt daarmee af van de landelijke verhouding. Het aandeel in de GL/TL is relatief hoog.
17/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
100% 90% 80% 70%
53,6%
53,0%
53,2%
53,4%
54,2%
46,4%
47,0%
46,8%
46,6%
45,8%
2006
2007
2008
2009
2010
60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
VMBO BB/KB (3,4)
VMBO GL/TL (3,4)
Figuur 4.4 Verhouding BB/KB : GL/TL
Tot slot zijn wij de verdeling van de beroepsgerichte leerwegen over de vijf sectoren van het VMBO nagegaan voor de gehele regio. In onderstaande figuur zien we dat de sector Zorg & Welzijn het grootst is in deze regio, maar dat dat aandeel de afgelopen jaren is geslonken. De sector Landbouw heeft het aandeel zien toenemen tussen 2006 en 2009. De intersectorale leerweg, die in 2007 is gestart, laat een lichte groei zien. Het aandeel van deze leerweg is relatief klein vergeleken met het landelijke beeld. 100% 90%
0% 13%
2%
2%
2%
4%
15%
17%
19%
18%
35%
34%
32%
32%
18%
18%
17%
18%
18%
30%
30%
30%
28%
28%
2006
2007
2008
2009
2010
80% 70%
38%
60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Techniek
Economie
Figuur 4.5 Verdeling van de sectoren
18/115
Zorg & Welzijn
Landbouw
Intersectoraal
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
HAVO/VWO Figuur 4.6 laat de leerlingenaantallen van de bovenbouw HAVO (leerjaar 4 en 5) zien van de afgelopen jaren per vestiging. Op de meeste scholen is het aantal HAVO-leerlingen gestegen tussen 2006 en 2010. Alleen het Marnix College en het Johannes Fontanus College laten een daling zien van respectievelijk 2% en 4%. Het Pantarijn MHV, Pallas Athene College en CSG Het Streek groeien tussen 2006 en 2010 het sterkst met respectievelijk 61%, 43% en 32%. Opvallend is de sterke stijging op het Van Lodensteincollege Kesteren van 68 leerlingen in het startjaar 2009 naar 141 in 2010.
68
Van Lodensteincollege Kesteren (03WO02)
141
141 133 118 127 114
Hendrik Pierson College (00TM00)
218 194 178 166
Pantarijn MHV (16YV00)
267
283 250 261 235 214
CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00) 171 163 140 126 120
Pallas Athene College (19KZ00) Marnix College (02UP00) Rembrandt College (19IP00)
2010 2009
197 182 204 217 201
2008
190 217 232 211 173
2006
2007
390 382 377 384 368
Ichthus College (06SU00) Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00)
315
348 345
388 387 454 443 442 463 474
Johannes Fontanus College (00SZ00) 0
50
100
150
200
250
300
350
400
450
500
Figuur 4.6 Leerlingenaantallen van de bovenbouw HAVO (leerjaar 4 en 5)
In figuur 4.7 zijn de leerlingenaantallen van de bovenbouw VWO te zien. Bij het VWO wordt een wisselend beeld waargenomen: enkele scholen stijgen in leerlingenaantal, terwijl andere scholen een daling laten zien. Het Johannes Fontanus College en Marnix College zijn gegroeid met respectievelijk 37% en 51% tussen 2006 en 2010. De stijging op het Marnix College tussen 2006 en 2007 van 43% valt hierbij op.
19/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
129 119 111 104 94
Hendrik Pierson College (00TM00)
322 336 343 350 363
Pantarijn MHV (16YV00)
CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00)
242 260
296
326
296
123 111 95 88 90
Pallas Athene College (19KZ00)
2010
415 417 406 392
Marnix College (02UP00) 275
2009 2008 2007
105 129 134 116 110
Rembrandt College (19IP00)
2006
357 318 334 325 311
Ichthus College (06SU00)
317 317 318
Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00)
Johannes Fontanus College (00SZ00)
350
326 330 304
0
100
200
300
388
374
400
417
500
Figuur 4.7 Leerlingenaantallen van de bovenbouw VWO (leerjaar 4, 5 en 6)
Als wij tot slot het geheel van de verdeling van de leerlingen over de verschillende schoolsoorten bekijken, mogen wij de algemene conclusie trekken dat de schoolsoorten HAVO en VWO de afgelopen vijf jaar flink zijn gegroeid. Voor de GL/TL geldt wat betreft leerlingenaantallen een daling, dit in tegenstelling tot het landelijke beeld, waarin de leerlingenaantallen GL/TL nog stijgen. Bij de basis- en kadergerichte leerwegen is sprake van een daling die geringer is dan de landelijke trend. Het Praktijkonderwijs groeit tussen 2006 en 2010, terwijl landelijk sprake is van een daling. In onderstaande grafiek is dit nog eens grafisch weergegeven.
20/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
2.511 2.417 2.309 2.315 2.231
VWO (4-6)
2.622 2.404 2.283 2.286 2.217
HAVO (4,5)
2010
2.318 2.419 2.432 2.446 2.516
VMBO GL/TL (3,4)
2009 2008 2007
1.961 2.110 2.137 2.173 2.179
VMBO BB/KB (3,4)
2006
618 632 625 599 471
Praktijkonderwijs (1-4)
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
Figuur 4.8 Verloop per schoolsoort voor de totale regio
Tevens zijn we nagegaan wat het voedinggebied van de regio is. Dit staat weergegeven in figuur 4.9. We zien dat veel leerlingen woonachtig zijn in Ede en omgeving. Relatief veel leerlingen komen uit het gebied ten westen van de regio.
Figuur 4.9 Herkomst van alle leerlingen die in 2009 binnen de regio onderwijs volgen
21/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
4.3
Schoolportretten In deze paragraaf worden de scholen die deelnemen aan het RPO geportretteerd. Hiertoe heeft elke school aan de hand van een afgesproken format een schoolportret geschreven. Hierin wordt onder andere ingegaan op de ontstaansgeschiedenis van de school, de visie op onderwijs, het onderwijsaanbod en de regionale samenwerkingsvormen. De schoolportretten zijn gerangschikt per gemeente, op dezelfde manier als in bijlage 1.
Barneveld De Meerwaarde (01MU00 & 02FO00) Historie De Meerwaarde is in 2008 ontstaan uit een fusie tussen het Groen van Prinsterercollege en de Christiaan Huygensschool. Onderwijsaanbod De Meerwaarde wil in Barneveld en omgeving dé school zijn voor beroepsonderwijs. Zowel VMBO- als MBO-opleidingen zijn ondergebracht in de school. De Meerwaarde kenmerkt zich als een school waar op een praktische manier onderwijs wordt gegeven aan leerlingen van Praktijkonderwijsniveau tot en met leerlingen op HAVO-niveau. In onderstaande figuur wordt de profiel- en sectorkeuze weergegeven voor Economie, Zorg & Welzijn, Groen en Techniek.
Figuur 4.10 Profiel en sectorkeuze 2010-2011
Populatie De school heeft alle sectoren van het VMBO en daarnaast het Praktijkonderwijs en huisvest ongeveer 1.600 leerlingen. In onderstaande tabel wordt het marktaandeel weergegeven naar gemeente.
22/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Tabel 4.1 Trend marktaandeel
2008-2009
2009-2010
2010-2011
Barneveld
23,1 %
22,2 %
22,1 %
Scherpenzeel
19,0 %
19,3 %
18,9 %
Renswoude
20,6 %
17,5 %
15,2 %
Ede
6,2 %
5,8 %
5,8 %
Putten
4,5 %
5,1 %
4,6 %
Woudenberg
2,8 %
3,5 %
2,7 %
Leusden
2,7 %
2,7 %
2,2 %
Nijkerk
1,1 %
1,2 %
1,1 %
Utrechtse Heuvelrug
0,1 %
0,2 %
0,2 %
Amersfoort
0,0 %
0,1 %
0,1 %
Veenendaal
0,1 %
0,2 %
0,1 %
In onderstaande figuren staat de herkomst per vestiging geografisch weergegeven.
Figuur 4.11 Herkomst leerlingen De Meerwaarde, 01MU00
Figuur 4.12 Herkomst leerlingen Meerwaarde Techniek, 02FO00
23/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Uitgangspunten/profilering De Meerwaarde staat voor motiverend onderwijs. Als protestants-christelijke school wil De Meerwaarde zichtbaar en voelbaar christelijk zijn. Het resultaat moet zijn dat leerlingen weten wat het christelijk geloof betekent en welke rol Jezus daarin speelt. Daarnaast moeten zij ervaren dat het personeel ook echt uit dat geloof leeft. Iedere leerling moet de kans krijgen om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen en hierdoor meer te bereiken dan mogelijk lijkt. De belangrijkste drijfveren om iets te willen leren zijn persoonlijke motivatie en emotionele betrokkenheid. Leren dient daarom betekenisvol en zinvol gemaakt te worden. Dat betekent voor De Meerwaarde een praktische manier van leren. Omdat iedere leerling zijn eigen leerstijl heeft, zal voor maatwerk en passende begeleiding gezorgd moeten worden. Succeservaringen zijn daarbij belangrijk en daarom moeten leerlingen ervaren wat ze kunnen. Dus mogen ze waar ze al goed in zijn nog verder ontwikkelen. In het kort: • De school is zichtbaar en voelbaar christelijk. • De school gelooft in elk talent! • De school zorgt voor motiverend onderwijs met passende begeleiding en dan wordt er meer bereikt dan mogelijk lijkt! Visie • De Meerwaarde wil in Barneveld en omgeving de school zijn voor beroepsonderwijs en heeft zowel VMBO- als MBO-opleidingen in school. • De Meerwaarde kenmerkt zich als een school waar op een praktische manier onderwijs wordt gegeven aan leerlingen van Praktijkonderwijsniveau tot en met leerlingen op HAVO-niveau. • Het onderwijsconcept kenmerkt zich door flexibiliteit, mogelijkheden en kansen voor talentontwikkeling. • Teams zorgen voor maatwerk voor leerlingen en zorgen dat er zo min mogelijk lesuitval is. • Teams bestaan uit een teamleider, docenten, onderwijsassistenten en studenten die stage lopen. De teamleden geven zo veel mogelijk les binnen het eigen team. • De hoge kwaliteit van het onderwijs op De Meerwaarde is bij iedereen bekend en staat niet ter discussie. De school heeft heel duidelijk gekozen wat zij wil zijn en dat geformuleerd in merkwaarden: • duidelijk: afspraak is afspraak – helder – direct; • dichtbij: kleinschalig – toegankelijk – betrokken; • gedreven: proactief – motiverend – energie; • positief: toekomstgericht – respect – optimistisch; • inlevend: zorgzaam – attent – samen.
24/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Samenwerkingsverband VO/VSO Aangaande de opvang, determinatie en verwijzing van zorgleerlingen participeert de school binnen het samenwerkingsverband VO/SVO met het Johannes Fontanus College (JFC in Barneveld) en de J.H. Donnerschool (REC, De Glind). Een van de kernpunten in dat verband is dat de aangesloten scholen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de opvang van alle leerlingen in de bandbreedte Praktijkonderwijs – leerwegondersteunend onderwijs – VMBO in de regio. Binnen de school is een goed ontwikkeld onderwijsservicebureau (OSB) met onder andere een zorgadviesteam (ZAT) aanwezig. Doorstroomgegevens Ruim 90% van de leerlingen van De Meerwaarde stroomt door naar het MBO. Het overige deel gaat naar de HAVO of aan het werk (vooral PrO-leerlingen). Samenwerking met MBO Met ROC A12 en ROC ASA zijn samenwerkingsovereenkomsten gesloten rondom afstemming en doorstroming en wordt nu gewerkt aan een duidelijk positionering van het MBO in Barneveld. Voor de PrO-leerlingen zijn afspraken gemaakt over examinering van de AKAopleidingen. Door 60% van de PrO-leerlingen wordt een opleiding op niveau 1 of hoger afgesloten. VIA (Veluwse Interne Arbeidsmarkt) Samen met tien andere VO-scholen participeert De Meerwaarde in de vereniging VIA. Knelpunten, wensen en ambities De Meerwaarde heeft de volgende wensen ten aanzien van het RPO: • de VMBO-licenties van BRIN-nummer 02FO verplaatsen naar BRIN-nummer 01MU. Daarmee gaat het Praktijkonderwijs verder onder BRIN-nummer 02FO, zodat dit zich als een aparte school kan profileren. Daarnaast is er dan ook een ongedeeld VMBO; • de licentie LWOO uitbreiden naar alle leerwegen (01MU 00). Het is niet mogelijk om dit binnen het RPO te realiseren; dit zal via het samenwerkingsverband moeten worden geregeld; • De Meerwaarde wil de komende jaren de samenwerking met het MBO uitbouwen en dat betekent dat er meer MBO-mogelijkheden komen in Barneveld.
Johannes Fontanus College (00SZ00) Historie/onderwijsaanbod Het Johannes Fontanus College (nader te noemen JFC) is een scholengemeenschap voor MAVO, HAVO, Atheneum en Gymnasium. De jongste afdeling is het Gymnasium, gestart in 2004. De school gaat uit van de Stichting voor Protestants-Christelijk Voortgezet onderwijs voor de gemeente Barneveld en omgeving. Populatie
25/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Het JFC is gevestigd in Barneveld en telt ongeveer 2.600 leerlingen. Uit onderstaande figuur wordt duidelijk dat JFC een regioschool is. In de figuur is te zien dat de meeste leerlingen afkomstig zijn uit de omgeving Barneveld, Lunteren, Voorthuizen, Kootwijkerbroek en in mindere mate Nijkerk en Putten.
Figuur 4.13 Herkomst leerlingen Johannes Fontanus College, 00SZ00
Uitgangspunten/profilering Het JFC kenmerkt zich door veel aandacht voor identiteit, kwaliteit van het onderwijs en de organisatie. De missie is richtinggevend voor de ontwikkeling van het onderwijs en de organisatie: vanuit een christelijke levensbeschouwing staat het JFC voor goed onderwijs, gericht op het bevorderen van de zelfstandigheid en het sociaal verantwoordelijkheidsgevoel van de leerlingen. In de notitie ‘Aanscherping Onderwijsvisie’ is een kader uitgewerkt dat de basis vormt voor het realiseren van de onderwijsdoelstelling: het verzorgen van effectief en kwalitatief hoogwaardig onderwijs. Het realiseren van deze doelstelling gebeurt vanuit de visie op het onderwijs: ‘het leren van de leerling staat centraal’. Hierbij wordt ingezet op de ontwikkeling van de volgende talenten/competenties van leerlingen: zelfvertrouwen, verantwoordelijk handelen, motivatie, effectief samenwerken en creativiteit. Dit wordt gedaan door onderwijs aan te bieden: • dat de leerling structuur in het leerproces geeft; • dat de leerling boeit en geboeid houdt; • dat het maximale uit de leerlingen haalt op basis van erkenning en herkenning van talenten; • dat vakinhoudelijk meetbaar van hoge kwaliteit is; • waarin de leerling actief en in toenemende mate zelfstandig leert volgens het concept ‘geleid – begeleid – zelfstandig leren’; • waarin de leerling leert samenwerken met anderen; • waar de leerstof/kennis in samenhang aangeboden wordt.
26/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Er is voor gekozen om de verantwoordelijkheid voor de uitwerking hiervan neer te leggen bij de teams. De uitwerking van de visie op het onderwijs is dus tegelijkertijd een opdracht voor de teams om via teamplannen een verdere invulling te geven aan deze uitspraken. Teams doen dat door het maken van keuzes inzake de ontwikkeling van dan wel het inzetten van (moderne) leer- en hulpmiddelen; het evalueren, aanpassen en vernieuwen van pedagogische en didactische methoden; het vormgeven van doorlopende leerlijnen en het bieden van (meer) keuzemogelijkheden voor leerlingen. Ontwikkelingen In 2011 start de school met de onderwijsvorm Technasium voor de leerlingen van de afdelingen HAVO en Atheneum. Ook is er een ontwikkeling binnen de afdeling MAVO naar meer modulair werken. Samenwerking Op het gebied van samenwerking worden de volgende activiteiten ontplooid: • In verband met de start van het Technasium participeert de school in een netwerk waarbij nog vijf andere scholen zijn aangesloten. Op 26 november 2010 is hiervoor een convenant ondertekend. • Het JFC werkt samen met een aantal andere PC-scholen in de VIA: Veluwse Interne Arbeidsmarkt. • Met acht andere scholen neemt het JFC deel aan een netwerk ‘Food Valley’ met de Wageningse Universiteit. Hiervoor is een convenant ondertekend op 4 oktober 2010. Doorstroomgegevens Het JFC kent de volgende gemiddelde doorstroomcijfers: • MAVO: 20% van de leerlingen gaat door naar de HAVO, 75% naar het MBO (BOL) en het overige deel naar het MBO (BBL). • HAVO: 80% gaat naar het HBO, 8% naar het MBO, 10% gaat werken en een kleine 2% gaat naar het VWO. • VWO: 65% gaat naar het WO, 25% naar het HBO en 10% gaat werken. Knelpunten, wensen en ambities Het JFC heeft op dit moment geen andere wensen dan het blijven leveren van onderwijskwaliteit, inclusief het ontwikkelen van onderwijsvernieuwingen. Daarnaast gaat de komende jaren aandacht uit naar het goed inrichten van de afdeling Technasium als nieuwe onderwijsvorm.
Barneveld/Kesteren Van Lodenstein College (03WO) Historie Het Van Lodenstein College is een reformatorische school en bestaat vanaf 1974. De school is gestart in Amersfoort.
27/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Aanleiding tot de oprichting van de school was de zorg van een groep ouders over de verwatering van de christelijke identiteit op de scholen waar hun kinderen naartoe gingen. Zij hechtten grote waarde aan het feit dat gezin, kerk en school inhoudelijk aansluiten. In de loop van de jaren is de school door fusie en uitbreiding uitgegroeid tot een brede scholengemeenschap met vestigingen in Amersfoort, Barneveld, Hoevelaken en Kesteren. De locaties Barneveld en Kesteren vallen binnen de regio Veluwe-Zuid. Het Van Lodenstein College behoort tot de reformatorische denominatie. Dat betekent dat de school onderwijs wil geven bij een opengeslagen Bijbel. De Bijbel wordt aanvaard als de uitdrukking van Gods wil en daarmee als gezaghebbend voor alle levensverbanden. Deze visie krijgt uitdrukking in het toelatingsbeleid en benoemingsbeleid van de school en is ook de basis voor het handelen op school. Alle ouders en werknemers onderschijven de grondslag en doelstelling van de school. Onderwijsaanbod Het onderwijsaanbod van het Van Lodenstein College is per medio 2011 als volgt samengesteld: • Amersfoort: brede onderbouw (LWOO tot en met VWO), bovenbouw HAVO, bovenbouw VWO; • Barneveld: brede onderbouw (LWOO tot en met VWO); • Hoevelaken: bovenbouw VMBO (afdelingen administratie, handel en verkoop, groen, bouwtechniek, elektrotechniek, metaaltechniek, voertuigentechniek, verzorging en gemengde en theoretische leerweg); • Kesteren: brede onderbouw (LWOO tot en met VWO), bovenbouw VMBO (afdelingen Zorg & Welzijn en gemengde en theoretische leerweg), bovenbouw HAVO. Populatie Het leerlingenaantal van het Van Lodenstein College beweegt zich al enkele jaren tussen de 3.900 en 4.000. De leerlingen komen uit een omvangrijk voedingsgebied, dat wordt bepaald door de ligging van andere scholen voor reformatorisch voortgezet onderwijs (waarvan die van Apeldoorn en Gorinchem aansluiten op het voedingsgebied van het Van Lodenstein College). De leerlingen zijn voor ongeveer 90% afkomstig uit het reformatorische primair onderwijs. In onderstaande figuren wordt de herkomst van leerlingen voor de locaties in Kesteren en Barneveld weergegeven.
28/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Figuur 4.38 Herkomst leerlingen Van Lodenstein College, locatie Kesteren, 03WO02
Figuur 4.39 Herkomst leerlingen Van Lodenstein College, locatie Kesteren, 03WO03
Uitgangspunten/profilering Visie Het motto van de school is: ‘Goed voor nu en later’. ‘Goed voor nu’ heeft betrekking op een leeromgeving met een open Bijbel en met goede resultaten, op een veilig schoolklimaat en op oog voor leerlingen met een extra zorgbehoefte. ‘Goed voor later’ duidt enerzijds op een adequate voorbereiding op de vervolgopleiding en in het verlengde daarvan op het functioneren in het beroepenveld en participatie in de samenleving. Anderzijds heeft ‘goed voor later’ ook een religieuze dimensie: gericht op het eeuwig welzijn van leerlingen. Profilering Het Van Lodenstein College profileert zich als de enige school voor reformatorisch voortgezet onderwijs in het voedingsgebied.
29/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Daarnaast profileert het Van Lodenstein College zich als een school met een goede onderwijskwaliteit, aandacht voor orde en gezag en een specifiek aanbod voor zorgleerlingen. Vanwege de identiteit kent de school een stringent toelatingsbeleid. Voor meer getalenteerde leerlingen zijn er specifieke leerwegen opgezet: • in het VMBO een TL+-route voor leerlingen die willen doorstromen naar 4 HAVO; • in de onderbouw van het VWO gecertificeerd tweetalig onderwijs, waarbij een deel van het onderwijsprogramma in de Engelse taal wordt aangeboden. Dit traject kan in de bovenbouw worden afgesloten met het behalen van een Cambridge-certificaat. Aandachtspunten Als aandachtspunten signaleert het Van Lodenstein College onder meer: • dat met name bovenbouwleerlingen veelal geconfronteerd worden met aanzienlijke reisafstanden. • dat door het volgen van onderwijs in de onderbouw en bovenbouw op verschillende locaties doorlopende leerlijnen niet altijd optimaal gestalte krijgen. Ontwikkelingen Ontwikkelingen die op de locaties zijn ingezet zijn: • De locatie Barneveld heeft vanaf de start in 2005 te maken met semipermanente huisvesting. Naar verwachting zal er medio 2013 een geheel nieuw pand aan de zuidkant van Barneveld in gebruik worden genomen; • De locatie Kesteren is met ingang van het cursusjaar 2009-2010 uitgebreid met een bovenbouw HAVO. In 2010 is een nieuw pand in gebruik genomen. Doorstroomgegevens Er is een nauwe samenwerking met het Hoornbeeck College voor reformatorisch middelbaar beroepsonderwijs. Deze samenwerking heeft geleid tot het aanbieden van een opleiding voertuigentechniek op niveau 2 op de locatie in Hoevelaken, onder verantwoordelijkheid van het Hoornbeeck College. De intentie is om deze samenwerkingsvorm te verbreden naar andere opleidingen op de locatie in Hoevelaken. Voor doorstroom naar het vervolgonderwijs is in dit verband alleen de locatie Kesteren relevant. Barneveld is immers een onderbouwlocatie en kent geen externe uitstroom naar scholen binnen het RPO-gebied.
30/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
De uitstroom uit Kesteren was in de afgelopen jaren als volgt: Tabel 4.5 Uitstroom locatie Kesteren
Opleiding BBL1 BBL2 BBL3 BBL4 BOL2 BOL3 BOL4 Overig Totaal
2007-2008
2008-2009
20 24 3 17 33 51 20 168
17 12 5 21 23 39 18 135
2009-2010 1 9 21 2 22 24 62 22 163
Knelpunten, wensen en ambities Een belangrijk uitgangspunt van de school is om onderwijs waar dat mogelijk is zo thuisnabij mogelijk aan te bieden. Gezien het feit dat een aanzienlijk deel van de populatie uit het voedingsgebied van de locatie Barneveld komt, leeft de wens om op deze locatie eindonderwijs aan te bieden. De ambitie voor de middellange termijn is om in Barneveld een bovenbouw HAVO te realiseren.
Veenendaal Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00) Historie Het Christelijk Lyceum Veenendaal (nader te noemen CLV) is een christelijke scholengemeenschap voor MAVO, HAVO, VWO en Gymnasium en is gevestigd op één locatie. De school bestaat sinds 1946. In 1992 fuseerde de school met de Koningin Juliana MAVO en vormde zo het huidige CLV. Onderwijsaanbod Het CLV heeft de eerste klas ingedeeld in MAVO, MAVO/HAVO, HAVO/Atheneum en Gymnasium. In de tweede klas vervolgen de leerlingen hun onderwijs in een verticale leerlijn: MAVO, HAVO, Atheneum of Gymnasium. In 3 MAVO kunnen leerlingen toegelaten worden tot de MAVO-plusklas die specifiek voorbereidt op de HAVO. In klas 1 en 2 MAVO bestaat het leergebied mens en natuur. In de Tweede Fase van HAVO en VWO worden de programma’s gevolgd van nieuwe scheikunde, nieuwe natuurkunde en nieuwe economie. Het CLV biedt alleen de theoretische leerweg aan in het VMBO-onderwijs; op het CLV heet dat MAVO. Leerlingen die zich aanmelden voor de MAVO hebben daarvoor een uitgesproken positief advies vanuit het basisonderwijs. Bij twijfel is de naastgelegen CSV (Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal) een goed alternatief. De MAVO wordt gezien in het licht van het lyceum, een school waarin alleen theoretische vakken aan de orde zijn.
31/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Populatie Het voedingsgebied is vrij groot, zoals onderstaande figuur laat zien. Van de leerlingenpopulatie komt gemiddeld 60% uit leerlingen uit Veenendaal, 8% uit de omgeving Scherpenzeel en zo’n 11% uit de omgeving Rhenen. Uit de omgeving van Amerongen komt ongeveer 12% van de leerlingen en uit de Betuwe ongeveer 9%.
Figuur 4.14 Herkomst leerlingen Christelijk Lyceum Veenendaal, 02VM00
Uitgangspunten/profilering Het CLV werkt onder het motto 'ruimte voor ontwikkeling' met de waarden: betrokken, christelijk, veilig en ruimte gevend. Leerlingen worden toegelaten op grond van inschrijfcriteria. Er is een hoge inzet op leerlingbegeleiding. De MAVO vormt het laagste instappunt als schoolsoort op het CLV en moet zich om die reden meer positief gaan profileren, gaan onderscheiden. Sterke punten binnen het CLV zijn de aandacht voor de leerlingen en de veiligheid in de groepen. Een verbeterpunt is onder andere aandacht voor de opbrengsten. Samenwerking Het CLV is betrokken bij het overlegplatform MAVO-MBO en van daaruit ook bij de sectorcommissie GL/TL. In het platform wordt onder andere de doorstroom naar het MBO belicht. Op een jaarlijkse oriëntatiemarkt voor het MBO heeft het CLV een plaats. Daarnaast participeert het CLV in het netwerk van scholen met een MAVOafdeling van de SLO. Doorstroomgegevens Na klas 4 MAVO gaat ongeveer 85% van de leerlingen door naar het MBO en 15% van de leerlingen naar de HAVO. Van de leerlingen die naar het MBO gaan kiezen de meesten voor ROC A12 (60%) en ROC Midden-Nederland (30%). De overige leerlingen kiezen voor een vervolg elders (10%). Na klas 5 HAVO stroomt ongeveer 89% van de geslaagden door naar een HBO, 7% kiest voor een opleiding in het MBO, 2% gaat naar het VWO en de resterende 2% gaat werken.
32/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Na klas 6 VWO stroomt ongeveer 74% van de geslaagden door naar een universiteit, 20% kiest voor een opleiding in het HBO, en de resterende 6% brengt een jaar anders door, via bijvoorbeeld vrijwilligerswerk, au-pairschap of een oriënterend jaar. Knelpunten, wensen en ambities Onderwijsontwikkeling en ambities Het CLV heeft sinds 2009 talentklassen sport, en kunst & cultuur. Deze talentlijnen lopen door in de bovenbouw. Vanaf de eerste klas kunnen leerlingen kiezen voor Gymnasium. In verband met de doorstroom wordt nagedacht over een andere ordening van de instroom op het CLV.
Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal (02MF) Historie De Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal (nader te noemen CSV) is de enige VMBO-school (inclusief Praktijkonderwijs) in Veenendaal en heeft als eenpitter een eigen bestuur. De school is sinds 2010 gehuisvest in een nieuw schoolgebouw ‘Het Perron’, waarin samen met ROC A12 voorbereidend en middelbaar beroepsonderwijs wordt verzorgd. Veenendaal is een gemeente met ruim 65.000 inwoners. In 2005 heeft de gemeente een strategische toekomstvisie ontwikkeld. Hierin geeft de gemeente aan dat Veenendaal ook na 2015 zal blijven groeien. Onderwijsaanbod In Veenendaal zijn vier scholen voor voortgezet onderwijs. Van deze vier scholen richt de CSV zich specifiek op het beroepsonderwijs. Er is expliciet voor gekozen dat ook de leerlingen die de gemengde of theoretische leerweg volgen zich oriënteren op een beroepssector en daar ook examen in afleggen. De CSV heeft in de bovenbouw een aanbod in drie sectoren: Techniek, Zorg & Welzijn en Economie. De school participeert samen met ROC A12 in het VM2experiment.
33/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Tabel 4.2 Onderwijsaanbod Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal
Leerjaar 3
Sector Techniek Bovenbouw
4
Zorg& Welzijn Economie Techniek
5 MBO2
Zorg & Welzijn Economie 6 1-5
PrO
Afdeling/opleidingsrichting Voertuigentechniek Bouwtechniek Elektrotechniek Metaaltechniek Installatietechniek Verzorging Handel en administratie Autotechnicus Monteur elektrische installaties Timmerkracht Helpende Zorg & Welzijn Verkoper Logistiek medewerker Dienstverlening Groen Techniek
Gezamenlijke nieuwbouw Het Perron CSV en ROC A12 hebben in 2007 een samenwerkingovereenkomst gesloten om gezamenlijk het voorbereidend en middelbaar beroepsonderwijs in Veenendaal vorm te geven. Afgesproken is dat het voor alle VMBO-opleidingen mogelijk is om op niveau 2 in Veenendaal af te sluiten. Tevens zal er voor iedere sector ook minimaal één niveau-3/4-opleiding worden aangeboden. Populatie De CSV-leerlingen zijn voor ongeveer 75% afkomstig uit Veenendaal en de overige 25% uit de omliggende gemeenten. In onderstaande figuur staat de herkomst geografisch weergegeven voor de hoofdvestiging (02MF00). Ondanks de groei van de leerlingenaantallen gedurende de afgelopen en komende jaren, daalt het leerlingenaantal VMBO geleidelijk vanwege de afgenomen belangstelling voor deze schoolsoort. In Veenendaal gaan steeds meer kinderen naar HAVO of VWO. De afgelopen jaren hebben laten zien dat de populatie op de CSV verandert van samenstelling. Er is een toename van leerlingen die extra zorg nodig hebben en een afname van leerlingen met een advies voor de theoretische of gemengde leerweg.
34/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Figuur 4.14 Herkomst leerlingen 02MF00
Uitgangspunten/profilering De CSV heeft drie jaar geleden een begin gemaakt met onderwijsvernieuwing. Er vindt een omslag plaats naar een leeromgeving die zich kenmerkt door ‘leren door te doen’. De overwegingen daartoe zijn: • onderwijs bieden dat leerlingen boeit en bindt; • goede aansluiting op vervolgonderwijs en arbeidsmarkt; • afstemmen van het leren op de mogelijkheden en de behoefte van de leerling; • het voorkomen van vroegtijdige uitval. De kern van het nieuwe onderwijs is weergegeven in de visie, missie en waarden en nader uitgewerkt in de strategische doelen. Visie De CSV is een innovatieve en betrokken leergemeenschap voor VMBO en Praktijkonderwijs met een christelijke identiteit, waar leerlingen worden opgeleid en gevormd tot zelfstandige, verantwoordelijke burgers die goed kunnen functioneren in de samenleving. CSV profileert zich samen met ROC A12 in het nieuwe schoolgebouw Het Perron als een school voor voorbereidend en middelbaar beroepsonderwijs.
35/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Doorstroomgegevens De CSV laat de volgende doorstroomcijfers zien:
Figuur 4.15 Doorstroomgegevens CSV
Knelpunten, wensen en ambities CSV constateert dat steeds meer leerlingen in Veenendaal kiezen voor HAVO en VWO in plaats van voor VMBO. Daarnaast neemt de belangstelling van leerlingen voor de sector Techniek geleidelijk af. Voor het nieuwe RPO heeft de school gevraagd om binnen de sector Zorg & Welzijn ook het onderliggende programma Uiterlijke Verzorging te kunnen aanbieden. Samen met ROC A12 zal er de komende jaren verder gewerkt worden aan de doorontwikkeling van de doorlopende leerlijnen VMBO en MBO. Beide scholen willen in het gezamenlijke nieuwe schoolgebouw Het Perron een school voor voorbereidend en middelbaar beroepsonderwijs realiseren en daarmee het beroepsonderwijs lokaal en regionaal stevig verankeren. De inmiddels opgestarte fusiebesprekingen tussen de beide organisaties moeten leiden tot een bestuurlijke verankering van deze ambitie.
Ichthus College (06SU00) Historie Het Ichthus College is in 1956 gestart met een MULO-school van ongeveer 300 leerlingen. In 1975 werd aan de school een HAVO-top toegevoegd en in 1982 een VWO-afdeling. In 2008 werd een Gymnasiumafdeling aan de school verbonden. Onderwijsaanbod/populatie De leerlingenpopulatie van het Ichthus College wijkt af van de leerlingenpopulatie van andere protestants-christelijke scholen. Ouders maken bewust een keuze voor deze school en geven aan dat dit alleen mogelijk is voor VMBO-TL, HAVO, Atheneum en Gymnasium. Dit heeft tot gevolg dat deze groep ouders regelmatig het Ichthus College verzoekt een mogelijkheid te openen voor leerlingen met een beroepsgerichte indicatie. De leerlingen zijn afkomstig van diverse basisscholen: protestants-christelijke, hervormde en reformatorische basisscholen.
36/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
De herkomst van de leerlingen door de tijd wordt in onderstaande tabel weergegeven. Tabel 4.3 Herkomst leerlingen door de tijd 06SU00
Veenendaal Heuvelrug (incl. Kromme Rijngebied Amerongen, Doorn, Driebergen-Rijsenburg, Elst (U), Houten, Langbroek, Leersum, Maarn, Maarsbergen, Odijk, Overberg, Werkhoven, Rhenen, Zeist. Betuwe Dodewaard, Echteld, Eck en Wiel, Elst (Gld), Hemmen, Herveld, Heteren, Ijzendoorn, Ingen, Kesteren, Lienden, Ochten, Ommeren, Opheusden, Randwijk, Valburg, Wamel, Zetten Gelderse Vallei Totaal aantal leerlingen:
1960 236 31
30 297
1980 560 141
2005 948 237
2010 973 234
50
222
216
86 836
646 2.053
706 2.129
Alle leerlingen zijn gehuisvest op één locatie. Momenteel bezoeken 461 leerlingen uit de gemeente Ede het Ichthus College. Onderstaande figuur laat de herkomst van leerlingen zien.
Figuur 4.16 Herkomst leerlingen Ichthus College, 06SU00
Uitgangspunten/profilering Het Ichthus College is een christelijke scholengemeenschap op reformatorische grondslag voor VMBO-TL, HAVO, Atheneum en Gymnasium. Het Ichthus College gaat uit van de Stichting voor christelijk voortgezet onderwijs op reformatorische grondslag voor Veenendaal en omgeving. De Stichting heeft als grondslag de Heilige Schrift als Gods Woord, opgevat naar de drie Formulieren van Enigheid. De raad van toezicht en het college van bestuur stellen als voorwaarde voor benoeming van personeelsleden dat zij deze grondslag en doelstellingen onderschrijven.
37/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Het Ichthus College is een christelijke school op reformatorische grondslag, waar onderwijs wordt gegeven dat kwalitatief en eigentijds is, gericht op het ontdekken en ontwikkelen van individuele door God gegeven gaven en talenten. Onderwijs is voor het Ichthus College het bijdragen aan het verwerven van kennis en vaardigheden, met als doel leerlingen toe te rusten voor een vervolgopleiding en aan vorming om een plaats als christen in de samenleving in te nemen. Hierbij zijn zij zich bewust van hun persoonlijke verantwoordelijkheid tegenover God, Zijn schepping en de naaste. Het Ichthus College onderscheidt zich van andere protestants-christelijke scholen in de regio door een andere invulling te geven aan het christelijke karakter van de school. De school heeft een middenpositie tussen de reguliere protestantschristelijke en reformatorische scholen. Met andere woorden: het Ichthus College vertegenwoordigt een eigen zuil (aparte denominatie) tussen het protestantschristelijk onderwijs en het reformatorisch onderwijs. Op het Ichthus College staat de ontmoeting tussen leerlingen, leerkrachten en de leerstof centraal. De docenten geven onderwijs voor het leven dat uitdagend, samenhangend en ontwikkelingsgericht is. Docentgestuurd De docent moet naast vakbekwaam inspirerend zijn. In de klas vervult hij meerdere taken als het gaat om toerusten, instrueren en begeleiden van leerlingen. Hij moet in staat zijn om samenhangen aan te geven en de leerlingen inzicht in de leerstof te bieden. Wil hij met gezag kunnen onderwijzen, dan zal hij ook een identificatiefiguur voor de leerlingen moeten zijn en het goede voorbeeld moeten geven. Belangrijk is zijn functie als cultuurdrager. Daarmee is hij een onmisbare schakel in het doorgeven en levend houden van de christelijke traditie waarin de scholengemeenschap staat. Voor het leven De leerlingen moeten worden toegerust voor het leven als christen in de samenleving, om zo vanuit de eigen taak en verantwoordelijkheid mee te bouwen aan Gods Koninkrijk. Het weerbaar maken van leerlingen is een belangrijk aspect van deze toerusting. Dat draagt eraan bij dat ze zich bewust worden van hun persoonlijke verantwoordelijkheid tegenover God, Zijn schepping en de naaste. Onder andere door middel van begeleide confrontatie leren de leerlingen wat het christen-zijn inhoudt in een overwegend postchristelijke maatschappij. Uitdagend De leerstof moet de leerlingen prikkelen om allerlei aspecten te onderzoeken, daarover na te denken, die beter te begrijpen en te onthouden. De aangeboden leerstofinhoud wordt kritisch doorgelicht en waar nodig gecorrigeerd of aangevuld, zeker als er leer- en werkboeken gebruikt worden die niet vanuit een specifiek christelijk perspectief op het vakgebied zijn geschreven.
38/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Daarnaast populariseren en bewerken de docenten de inzichten van christelijke wetenschappers op een voor het vak gericht onderwijs relevant terrein tot geschikt lesmateriaal. Samenhangend Vanuit christelijk perspectief bezien is er een bijzondere samenhang tussen het formele vakgerichte lesprogramma met zijn gerichtheid op kennis en vaardigheden enerzijds, en vorming met haar gerichtheid op de totale levenshouding anderzijds. Daarom neemt het buitenschools leren een eigen plaats in, omdat dat een waardevolle aanvulling kan bieden op het onderwijsprogramma van de school. Het onderwijsprogramma is opgesplitst in afzonderlijke vakken, overeenkomstig de wettelijke voorschriften. De school realiseert zich echter dat die vakgebieden in de door God geschapen werkelijkheid niet afzonderlijk bestaan. Zij kunnen alleen theoretisch van elkaar onderscheiden worden. Ontwikkelingsgericht In het didactisch handelen wordt rekening gehouden met de omstandigheid dat de leerling zowel individueel als in samenwerking met medeleerlingen leert. In het leerproces moet aandacht zijn voor de verscheidenheid aan gaven en bekwaamheden van de individuele leerling. Daardoor kunnen ieders persoonlijke talenten tot ontplooiing komen. De leerling moet worden uitgedaagd om te onderzoeken, na te denken, te volgen, te begrijpen, te onthouden. De docent maakt daarom gebruik van een didactiek die de leerlingen actief bij het werk betrekt. Doorstroomgegevens De doorstroom in kwalitatieve zin kan per schoolsoort als volgt omschreven worden: VMBO Het LOB (loopbaanoriëntatie en -begeleiding)-programma bestaat in klas 2, 3 en 4 uit praktijknabije opdrachten waardoor de leerlingen geholpen worden om een goede keuze te maken voor een sector, voor de vakken in klas 3 en 4 en voor een vervolgopleiding. De school participeert in het platform VMBO-MBO Zuid-West Vallei en neemt daarbij deel aan: • de inloopmiddag MBO-Ede voor derdeklassers; • coachingsproject: studenten onderwijsassistent van ROC A12 coachen vierdeklassers; • doorstroomdossier bij de overstap van het VMBO naar het MBO. Voor leerlingen en ouders van klas 3 worden er samen met het CLV, het Rembrandt College en Pantarijn Scholengemeenschap Rhenen en Kesteren twee MBOvoorlichtingsavonden (ruim twintig opleidingen) georganiseerd. De school participeert in het Overstapproject VMBO-MBO regio Vallei. Dit is een project van scholen en gemeenten ter voorkoming van uitval bij de overstap van VMBO naar MBO.
39/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
HAVO/VWO: Het LOB krijgt vorm door een onlineprogramma. In de derde klas verkennen de leerlingen studies en beroepen en worden een profiel en keuzevakken gekozen. Tevens is er vakkenvoorlichting en een oudleerlingenavond. In de bovenbouw oriënteren leerlingen zich op vervolgstudies en vinden verdiepende activiteiten plaats, zoals bezoeken aan open dagen, meeloopdagen en proefstuderen. In de vierde klas is er een regionale voorlichting, waarbij met acht andere VOscholen uit de regio wordt samengewerkt. Er is een samenwerkingsverband met de WUR (Wageningen Universiteit) in het Food Valley Scholennetwerk VO-WU ten behoeve van de aansluiting VO-WO. Hier wordt een aansluitend programma aangeboden dat zich nog in de pilotfase bevindt. Kwantitatieve doorstroom • Vanuit het VMBO stroomt 85% van de leerlingen uit naar het MBO, 7% naar de HAVO en 8% naar elders. • Van de HAVO-leerlingen gaat 85% naar het HBO, 5% naar het MBO en 10% kiest een tussenjaar of gaat werken. • Vanuit het VWO stroomt 69% uit naar het WO, 25% naar het HBO en 18% gaat werken of kiest een tussenjaar. Een tussenjaar houdt bijvoorbeeld in vrijwilligerswerk, een diaconaal jaar of vormingsjaar. Knelpunten, wensen en ambities In het kader van het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen heeft het Ichthus College voor de komende vijf jaar de volgende wensen: • de mogelijkheid om op het Ichthus College te starten met VMBO (basis- en kaderberoepsgerichte leerweg), zelfstandig of in samenwerking met een andere school voor VMBO; • de mogelijkheid om leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) aan te bieden, zelfstandig of in samenwerking met een andere school. Dit type leerling is op school aanwezig, maar er vindt geen bekostiging plaats. Dit kan alleen in het samenwerkingsverband worden geregeld, niet door middel van het RPO.
Rembrandt College (19IP00) Historie Het Rembrandt College is een Openbare school voor voortgezet onderwijs in Veenendaal en biedt VMBO-TL, HAVO en VWO aan. Bestuurlijk maakt het Rembrandt College integraal deel uit van de gemeente Veenendaal. Onderwijsaanbod In het schooljaar 2010-2011 biedt het Rembrandt College aan 1.029 leerlingen onderwijs. Het onderwijsaanbod is hoogwaardig. De slagingspercentages zijn hoog. Om deze kwaliteit ook in de toekomst te waarborgen vormen reflectie, evaluatie en innovatie onmisbare activiteiten binnen het Rembrandt College.
40/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Populatie Het voedingsgebied van de school strekt zich uit van Ochten en Eck en Wiel tot Woudenberg en Maarn, en Scherpenzeel en Renswoude. De komende jaren wordt een stijging van het aantal leerlingen verwacht. In onderstaande figuur staat de herkomst van leerlingen weergegeven.
Figuur 4.17 Herkomst leerlingen Rembrandt College te Veenendaal, 19IP00
Uitgangspunten/profilering Op het Rembrandt College gaan medewerkers, docenten, ouders/verzorgers en leerlingen met elkaar om vanuit wederzijds respect. De mogelijkheden van de leerling staan op het Rembrandt College centraal. Het onderwijsaanbod moet optimaal aansluiten bij de individuele mogelijkheden van de leerling. De school wil leerlingen een prettige en veilige studie- en leefomgeving bieden. Veel aandacht wordt besteed aan leerlingbegeleiding en waar nodig aan leerlingzorg. Het Rembrandt College bevordert het zelfstandig werken en leren en het nemen van verantwoordelijkheid voor het eigen (leer)gedrag. In dat kader eist de school stiptheid, het nakomen van afspraken en het zorg dragen voor een ordelijke omgeving. Het Rembrandt College is een Cultuurprofielschool, een Olympisch Steunpuntschool en een Universumvolgschool. Deze kenmerken complementeren elkaar. In het kader van onderwijsontwikkeling investeert de school in het versterken van de didactische vaardigheden van docenten om de motivatie, betrokkenheid, zelfwerkzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van leerlingen te blijven stimuleren. De school besteedt uitdrukkelijk aandacht aan de persoonlijke, sociale en emotionele ontwikkeling van de leerling door het aanbod van het vak leefstijl in de onderbouw en aan de ontwikkeling van sportieve, culturele en kunstzinnige vaardigheden door onder meer het aanbod van I-uren.
41/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Doorstroomgegevens Het Rembrandt College heeft: • een samenwerkingsovereenkomst met ROC A12 en ROC Midden-Nederland inzake deelname van leerlingen aan de opleiding VAVO; • een convenant ‘Aanval op de uitval’ van de (VSV-)RMC subregio Vallei. In onderstaande tabel staan de doorstroompercentages van de leerlingen van VMBO-TL, HAVO en VWO. Tabel 4.4 Doorstroomgegevens leerlingen Rembrandt College
Opleiding VMBO-TL HAVO
HAVO 12,8%
VWO
VWO
MBO 84,6% 2,9 %
HBO
WO
70,5%
11,4 %
60%
anders 2,6% VMBO-TL 14,3 % niet geslaagd 7,6% studie niet duidelijk 3,8% niet reguliere opleiding 0,9% werken 5,7% niet geslaagd 22,9% reizen, (al dan niet in combinatie met studeren of werken)
Knelpunten, wensen en ambities De komende vijf jaar zal het Rembrandt College in het bijzonder werken aan de versterking van de onderwijsorganisatie en de onderwijskwaliteit.
Ede Marnix College (02UP) Historie Het Marnix College is een oecumenische scholengemeenschap voor MAVO, HAVO, Atheneum, tweetalig VWO en Gymnasium. De school valt onder het bestuur van de stichting Marnix College. Het Marnix College is gesticht in 1937 als een van de eerste samenwerkingsscholen in Nederland en is lang de enige VO-school in Ede geweest. Onderwijsaanbod De school biedt de volgende onderwijstypen aan: MAVO, HAVO, Atheneum, tweetalig VWO en Gymnasium. Populatie Het Marnix College kent een licht groeiende leerlingenpopulatie van ruim 1.500 leerlingen, die voor het grootste gedeelte uit de gemeente Ede afkomstig zijn. In onderstaande figuur wordt de herkomst van leerlingen weergegeven.
42/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Leerlingen die vanuit de omringende regio naar het Marnix College komen, doen dat met name vanwege het aanbod van tweetalig onderwijs. De leerlingen komen van basisscholen van alle denominaties.
Figuur 4.18 Herkomst leerlingen Marnix College, 02UP00
Uitgangspunten/profilering Het Marnix College is een oecumenische school, waar mensen met verschillende levens- en geloofsovertuigingen met elkaar samenwerken. De school wil leerlingen vormen tot mensen die in staat zijn tot een weloverwogen stellingname ten aanzien van de samenleving waar zij deel van uitmaken en ten aanzien van levensbeschouwelijke keuzes en de christelijke traditie. De grondhouding van het Marnix College is er een van respect, vertrouwen, verantwoordelijkheid en durf. Het Marnix College staat voor gedegen, innovatief onderwijs van hoge kwaliteit dat leerlingen de ruimte biedt om zich te ontplooien en hen voorbereidt op het zelfstandig en verantwoordelijk functioneren in de maatschappij en op een succesvolle aansluiting op het vervolgonderwijs. Het Marnix College investeert in de ontwikkeling van een stevig curriculum, gericht op zowel kennis-, vaardigheden- als attitudeverwerving. De programmering van de Tweede Fase HAVO/VWO en bovenbouw MAVO staat voor optimale voorbereiding op het examen en op de vervolgopleidingen. Het Gymnasium en het tweetalig VWO als aparte leerroutes en een ruim aanbod aan buitenschoolse activiteiten, culturele activiteiten en internationalisering geven een permanente kwaliteitsimpuls aan de programmering. Profilering Het Marnix College profileert zich met name op de volgende gebieden: • inhoudelijk stevig curriculum; • hoog rendement; • breed aanbod in (extra) vakkenkeuze; • omvangrijk programma van culturele en kunstzinnige activiteiten; • omvangrijk internationaliseringprogramma.
43/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Doorstroomgegevens Jaarlijks verlaat 47% van de examenleerlingen van het Marnix College de school met een VWO-diploma, 36% met een HAVO-diploma en 17% met een MAVOdiploma. De leerlingen vinden vrijwel zonder uitzondering probleemloos hun vervolgopleiding. Voor de MAVO-leerlingen wordt de overstap naar het MBO in samenwerking met ROC A12 zorgvuldig en systematisch voorbereid in een kennismakings- en oriëntatieprogramma. Voor de HAVO- en VWO-leerlingen kent de school een veelheid aan activiteiten leidend tot hun definitieve studiekeuze. Omdat de leerlingen van het Marnix College naar HBO- en WO-instellingen over het hele land uitwaaieren, zijn er geen aansluitingsprogramma’s met specifieke instellingen/universiteiten. Knelpunten, wensen en ambities Knelpunten Het Marnix College kent als enige knelpunt een al jaren veel te krappe behuizing. Met veel creativiteit en improvisatievermogen slaagt de school er nog steeds in om tijdelijke oplossingen voor de ruimteproblematiek te creëren, maar de beschikbare mogelijkheden zijn bijna uitgeput. Wensen Het Marnix College heeft op dit moment geen plannen om het onderwijsaanbod ingrijpend te wijzigen.
Pallas Athene College (19KZ00) Historie Het Pallas Athene College is een openbare scholengemeenschap voor MAVO, HAVO en VWO met ruim 900 leerlingen. Deze 900 leerlingen volgen het onderwijs in het gebouw aan de Koekeltse Boslaan in Ede. De school werd tot 1 januari 2011 bestuurd door een bestuurscommissie van de Gemeente Ede. Met ingang van 1 januari 2011 wordt de school bestuurd door de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Ede met een directeur/bestuurder en een raad van toezicht. Onderwijsaanbod Het Pallas Athene College leidt op tot een diploma voor MAVO, HAVO of VWO. Met een breed aanbod aan vakken wordt gewerkt aan talentontwikkeling en begeleiding op maat in een kleinschalige schoolgemeenschap. Daarnaast biedt de school een apart traject voor hoogbegaafde leerlingen aan, het VWO-Sprint. In dit traject versnellen de leerlingen in de onderbouw. Daarbij wordt gewerkt volgens de ‘topdown’-didactiek in vakoverstijgende projecten tijdens de sprinturen. MAVO-leerlingen kunnen in het derde en vierde leerjaar de CIOS-vooropleiding volgen. Deze opleiding geeft een drempelloze instroom op het CIOS. Daarnaast oriënteren leerlingen zich op hun vervolgopleiding. Dat gebeurt onder andere door een programma bij ROC A12 van een dagdeel per week in het tweede semester.
44/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Daarin verdiepen zij zich in de sectoren van het middelbaar beroepsonderwijs. Alle sectoren worden bij het Pallas Athene College aangeboden. Getalenteerde leerlingen op het gebied van de exacte vakken in 5 en 6 VWO kunnen deelnemen aan het Junior College Utrecht. Populatie De school heeft de afgelopen jaren een gestage groei doorgemaakt en trekt voornamelijk leerlingen uit Ede, maar er komen ook leerlingen uit Veenendaal, Wageningen en Barneveld. In onderstaande figuur is dit te zien. De leerlingen komen zowel van openbare als van niet-openbare basisscholen uit de regio. Ook trekt de school als Begaafdheidsprofielschool, met expertise op het gebied van onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen, een aantal leerlingen van buiten de regio.
Figuur 4.19 Herkomst leerlingen Pallas Athene College, 19KZ00
Uitgangspunten/profilering Talentontwikkeling voor alle leerlingen staat centraal. De school profileert zich als Sportaccentschool met sportklassen en Sport High School, Cultuuraccentschool met expressieklassen, en Universumschool met researchklassen. Het Pallas Athene College leidt leerlingen op tot democratische burgers op voortgezetonderwijsniveau, met aandacht voor al hun talenten, door aan te sluiten bij hun individuele leerbehoefte en door maximale stimulering van hun leercapaciteit in samenwerking met ouders en de gemeenschap. Het handelen van de school wordt bepaald door drie kernwaarden: inspiratie, respect en prestatie. Doorstroomgegevens Leerlingen met een MAVO-diploma stromen voor 80% door naar het MBO. Er zijn goede contacten met het ROC A12, waar de meeste van onze leerlingen doorstuderen. Steeds meer leerlingen melden zich na de MAVO aan op de HAVO. Het gaat hierbij om ongeveer 20%. De toelating is aan voorwaarden gebonden die samen met de andere MAVO’s in Ede zijn vastgesteld. Leerlingen met een HAVOdiploma stromen door naar diverse HBO’s in de regio. Leerlingen met een VWOdiploma stromen uit naar zowel het WO als het HBO.
45/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Knelpunten, wensen en ambities Verdere ontwikkeling van LOB is wenselijk en inmiddels in gang gezet. De school doet met haar MAVO-afdeling mee aan het LOB-project van de VO-raad. Zowel voor de HAVO als het VWO zoekt de school naar mogelijkheden om leerlingen op individuele basis kennis te laten maken met het HBO en het WO, door het volgen van modules, minors en dergelijke. Er zijn contacten met de HAN, die verder uitgebouwd kunnen worden. De school participeert in het Food Valley Scholen Netwerk en zet in op meer contact met de WUR om leerlingen kennis te laten maken met de universiteit.
Christelijke Scholengemeenschap Het Streek (25GE) Historie Het Streek is een brede, christelijke scholengemeenschap. In 1995 fuseerden een aantal zelfstandige scholen tot een nieuwe scholengemeenschap. Het Streek profileert zich als een christelijke ontmoetingsschool. Een christelijke ontmoetingsschool heeft oog voor de veelkleurigheid waarin de christelijke traditie tot uitdrukking kan komen. Het Streek heeft nu nog vier locaties (zie hieronder). De locaties voor PrO/VMBO gaan vanaf augustus 2012 samen in één nieuw schoolgebouw aan de Zandlaan in Ede. Onderwijsaanbod Het aanbod is opgebouwd uit de volgende vestigingen en schoolsoorten: • locatie Bovenbuurtweg: VMBO-TL, HAVO, Atheneum, Gymnasium en Technasium (1.482 leerlingen); • locatie Amsterdamseweg: VMBO-TL, KBL, BBL, LWOO en leerwerktrajecten. Sectoren: Techniek, Economie, Zorg & Welzijn (345 leerlingen); • locatie Oranjelaan: Praktijkonderwijs (140 leerlingen); • locatie Bennekom: VMBO-KBL/TL en TL/HAVO (onderbouw), VMBOGL/TL(bovenbouw). Sectoren: Techniek, Economie, Zorg & Welzijn (364 leerlingen). Populatie De ruim 2.300 leerlingen komen uit Ede en Bennekom en ook uit de voedingsgebieden Amerongen, Arnhem, Barneveld, Lunteren, Renkum, Veenendaal en Wageningen. In onderstaande figuren staat de herkomst per vestiging geografisch weergegeven.
46/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Figuur 4.20 Herkomst leerlingen CSG Het Streek, locatie Bovenbuurtweg (25GE00)
Figuur 4.21 Herkomst leerlingen CSG Het Streek, locatie Amsterdamseweg (25GE02)
47/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Figuur 4.22 Herkomst leerlingen CSG Het Streek, locatie Bennekom 25GE04
Uitgangspunten/profilering Het Streek wil voor haar leerlingen goed en uitdagend onderwijs in een veilige en gestructureerde leer- en leefomgeving, waarin leerlingen zich geaccepteerd voelen. Het onderwijs stimuleert onderlinge ontmoeting en dialoog. Het Streek heeft een viertal kernwaarden geformuleerd: • de wereld is door God aan mensen gegeven; • verantwoordelijkheid nemen en geven; • samen leren, samen leven; • zinvol perspectief. Het Streek is een school waar leerlingen gezien en gekend worden, om van daaruit tot goede prestaties te komen. Zonder relatie geen prestatie. Het Streek profileert zich daarnaast door onder meer de volgende kenmerken: kleinschaligheid in de uitvoering van het onderwijs, goede leerlingbegeleiding, ontplooiingsmogelijkheden op artistiek en sportief gebied, het Technasium voor HAVO- en VWO-leerlingen en ontwikkeling van ondernemerschap bij VMBO-leerlingen. Doorstroomgegevens Het Streek constateert dat maar een beperkt aantal leerlingen vanuit de MAVO doorstroomt naar de HAVO (in 2010 19,6%). Het beleid van Het Streek is erop gericht deze doorstroom te verbeteren. Zo heeft de school de lessentabel in klas 3 en 4 van de MAVO aan de locatie Bovenbuurtweg met ingang van 2011-2012 aangepast. De vakken Nederlands, wiskunde en Engels hebben extra uren gekregen, omdat het juist deze vakken zijn die als relevant worden gezien voor de doorstroom. Samenwerking Samen met onder meer de gemeente, ROC A12 en de CHE (Christelijke Hogeschool Ede) is Het Streek bezig met de realisatie van de Kenniscampus Ede.
48/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Een van de doelen van deze campus is het verbeteren van de doorstroom van leerlingen naar het vervolgonderwijs. Om een goede aansluiting VMBO – MBO te bevorderen, werkt Het Streek intensief samen met ROC A12. Voor de volgende domeinen worden doorlopende leerwegen gerealiseerd: • kunst, cultuur, theater,muziek, dans, beeld en geluid; • sport, spel en recreatie; • design en living; • techniek (vakcollege, high-tech als mechatronica, domotica); • verzorging, uiterlijke verzorging, wellness en gezondheid; • horeca, bakkerij, catering, hospitality; • handel, verkoop, administratie, ondernemen. Voor de afdeling HAVO/VWO is onder meer samenwerking gezocht met de CHE en de Universiteit Wageningen (WUR). Zo werkt het Technasium intensief samen met de WUR: eindexamenleerlingen maken hun meesterstuk op de WUR mede onder begeleiding van docenten van deze universiteit. Voor alle afdelingen van Het Streek wordt samenwerking met het bedrijfsleven gestimuleerd. Dit gebeurt in formele samenwerkingsverbanden als het POA (platform onderwijs arbeidsmarkt), maar ook daarbuiten. Voor alle leerlingen en zeker voor de leerlingen van het Praktijkonderwijs is deze samenwerking essentieel. Zo heeft de school in samenwerking met een aantal winkelketens de cursus ‘Werken in de winkel’ uitgevoerd. De leerlingen lopen twee dagen stage in een winkel. Theorie en praktijk zijn hier nauw met elkaar verbonden en als de leerling beide met goed gevolg aflegt, levert dat een certificaat op. Knelpunten, wensen en ambities Knelpunten Het Streek heeft te maken met een afname van het aantal BBL-leerlingen. Mede naar aanleiding van die daling heeft Het Streek gekozen voor een herschikking van de onderwijsafdelingen. Dat betekent onder meer een versnelling richting Intersectoraal. Ambities Voor de nieuwe school aan de Zandlaan in Ede wil Het Streek gaan werken volgens het concept Learning Companies. In een learning company worden vakmanschap, ambacht en ondernemerschap gekoppeld. Een learning company bestaat uit een kernteam van docenten en een kring van bedrijven en instellingen. Iedere docent is vaste contactpersoon van een aantal bedrijven. Vanaf het eerste jaar worden leerlingen geconfronteerd met het werken in de diverse beroepsdomeinen. Door in te steken op de intersectorale uitstroommogelijkheden als Commercie & Dienstverlening, Techniek & Commercie en Techniek & Dienstverlening wordt ruimte gecreëerd voor specialisatie in de companies. Hiermee wordt gestart in klas 1.
49/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Naast breedte in de opleiding wordt ook ingezet op smalle opleidingen. Zo is Het Streek dit schooljaar gestart met het vakcollege Techniek. Aan de locatie Bovenbuurtweg is in het cursusjaar 2010-2011 gestart met een Technasium-route HAVO. Deze begint in de tweede klas. Met ingang van cursusjaar 2011-2012 zal deze route reeds starten in de eerste klas van de HAVO. In het VWO is sinds langere tijd ervaring met het Technasium. In cursusjaar 2009-2010 zijn de eerste examenkandidaten van het Techansium gekomen. De route van het Technasium in het VWO start in klas 1. Het Gymnasium heeft minder leerlingen dan het Technasium. Profilering is er op het gebied van debatteren, drama, verdieping op gebied van schrijfonderwijs. De school zoekt voor deze onderdelen steeds meer de samenwerking met de Christelijke Hogeschool Ede in de vorm van workshops voor leerlingen en uitwisseling van docenten. Deze samenwerking staat nog aan het begin en verdient een nadere uitbouw.
Groenhorst College (25GV05) Historie/onderwijsaanbod Het Groenhorst College (GHC) is een Agrarisch Opleidingscentrum (AOC) dat, vanuit een christelijke levensvisie, algemeen vormend onderwijs en beroepsonderwijs in de groene sector aanbiedt. Het Groenhorst College maakt deel uit van de Aeres Groep, waarin ook het MBO en HBO vertegenwoordigd zijn. De locatie Ede (25GV05) verzorgt VMBO-, MBO- en cursusonderwijs in de groene sector. Populatie In onderstaande figuur is te zien dat de leerlingen voornamelijk uit Ede en in mindere mate Veenendaal en Wageningen afkomstig zijn.
Figuur 4.34 Herkomst leerlingen AOC Groenhorst College (25GV05)
50/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Uitgangspunten/profilering Het Groenhorst College wil instaan voor de vorming van jongeren en volwassenen, waardoor zij met succes kunnen deelnemen aan de toekomstige samenleving en doet dit door: • binnen kleinschalige eenheden aan leerlingen zorg en aandacht te besteden en zelfstandigheid te bevorderen; • het aanbieden van vernieuwend onderwijs, dat aansluit bij vervolgonderwijs en bedrijfsleven; • onderwijs aan te bieden dat van regionale, nationale en internationale betekenis is; • een lerende organisatie te zijn, waarbij elke medewerker in collegiale samenwerking eigen verantwoordelijkheden kan en mag dragen; • een open instelling te zijn waar men respect heeft voor de natuur en de mens als uniek wezen. Visie Het Groenhorst College wil aantrekkelijk en inspirerend onderwijs verzorgen waarin de leerlingen en cursisten centraal staan. Het bedrijfsleven is sterk betrokken bij het onderwijsleerproces en ICT speelt een belangrijke rol. Maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen vormen de drijvende kracht voor de vernieuwing van het onderwijs. Een van die ontwikkelingen is competentiegericht onderwijs. Het laat zien waarom leerlingen iets moeten leren. Het leren krijgt daardoor betekenis. Ontwikkeling Er vindt momenteel een ontwikkeling plaats naar een betere benutting van het gebouw en de omliggende grond. Doordat er leerpleinen worden benut, is er een ontwikkeling in de praktijkvakken naar intersectoraal en modulair aanbod van de groene vakken gestart. Dit resulteert in een werkplekkenstructuur in en om het gebouw. Werkplekken die in dienst staan van het onderwijs en variëren van een schoolse setting waarin veiligheid vooropstaat tot een plaats in een bedrijf waar een leerling in een werkproces aan de slag gaat. Voor beide kanten van het spectrum geldt dat het werken en leren in een combinatie wordt aangeboden en dat er aandacht is voor de ontwikkeling van competenties. De kern van het onderwijs wordt gevormd door LOB (loopbaanoriëntatiebegeleiding). Dit moet leiden tot een goede doorstroom naar het vervolgonderwijs. Deze doorstroom naar MBO/HAVO-onderwijs aan de kenniscampus en binnen het GHC heeft bijzondere aandacht. Doorstroomgegevens De onderstaande leerwegen en opleidingen worden aangeboden aan het GHC. In het VMBO kunnen de leerlingen kiezen uit de sectoren Groen, Bloem, Dier en VAP (Verwerking Agrarische Producten). In de praktijk blijkt dat de doorstroom vooral naar het ‘grijze’ onderwijs gaat en dan met name de MBO-opleidingen in de regio waar de leerlingen vandaan komen.
51/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
VMBO • kaderberoepsgerichte leerweg; • basisberoepsgerichte leerweg; • gemengde leerweg. MBO • Groen BOL/BBL; • Bloem BOL/BBL; • Voeding BOL/BBL; • Food en catering BBL; • Infra-Groen BBL. Cursorisch onderwijs • Groenhorst Trainingscentrum voedingsmiddelentechnologie; • cursusonderwijs bloemschikken. Knelpunten, wensen en ambities Gezien de ontwikkelingen in het VMBO is het belangrijk om in de regio als VMBOscholen sterk naar buiten te treden. Het negatieve imago van VMBO-scholen is achterhaald en onterecht. De werkgelegenheid voor uitstromende leerlingen en deelnemers is erg goed. Doorstroom naar MBO/HAVO is van belang voor de beeldvorming. Deze dient succesvol te zijn en de samenwerkende instellingen moeten ervoor zorgen dat de doorstroming goed verloopt. Het onderscheid in TL/MAVO en GL (voor zover aanwezig) dient het VMBO-onderwijs te ondersteunen, gericht op kansen zonder elkaar hierin voor de voeten te lopen. Om het keuzemoment voor de leerlingen in het VMBO zo laat mogelijk te kunnen aanbieden en tevens een brede uitstroom succesvol te laten verlopen worden door het GHC de mogelijkheden voor intersectoraal breed onderwijs onderzocht.
Johannes de Swaef Praktijkschool (26MV00) Historie De Johannes de Swaef (vóór 2005: Rehobothschool) is in 1998 ontstaan uit het MLK-VSO en bestaat sinds 1984. De school heeft de Bijbel en de daarop gegronde belijdenisgeschriften als grondslag. Bestuur, personeel en leerlingen vormen een afspiegeling van de rechterflank van de gereformeerde gezindte. Onderwijsaanbod Johannes de Swaef biedt Praktijkonderwijs aan. Populatie Het voedingsgebied is mede door het denominatieve karakter groot en strekt zich uit over meerdere regio’s. Onderstaande figuur laat dit zien. Een toenemend aantal leerlingen is afkomstig van het regulier basisonderwijs, het overgrote deel echter nog van het speciaal basisonderwijs.
52/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Figuur 4.36 Herkomst leerlingen 26MV00
Uitgangspunten/profilering Missie De missie van Johannes de Swaef Praktijkschool is drieledig: 1. Gods Woord vormt de leidraad voor het onderwijs. 2. De talenten, die de anders lerende jongeren van hun Schepper ontvangen hebben, zijn de maat. 3. De school creëert kansen voor leerlingen om hun talenten optimaal te ontwikkelen, in cognitieve, sociaalemotionele en morele zin. Daarnaast hanteert de school de volgende uitgangspunten: • De leerling is medeverantwoordelijk voor zijn eigen leer- en ontwikkelingswerk en ontwikkelingsomgeving. • De docent ontwikkelt in samenwerking met de leerling zijn alertheid en kritisch (zelf)bewustzijn. • De school functioneert als pedagogische gemeenschap; verbondenheid met en respect voor de leerling vormt de leerling. Deze vorming vindt plaats door de leerling te leren om ruimte te geven aan anderen en het gezag in kerk, gezin en samenleving te accepteren. • De ontwikkelingsomgeving is krachtig, dynamisch, relevant, actueel, veilig en gestructureerd. • De docent stelt hoge eisen aan en heeft verwachtingen van de leerling, waarbij de maat verschilt per leerling en steeds opnieuw moet worden vastgesteld. • De docent ondersteunt de leerling door hem uit te dagen zichzelf te leren helpen.
53/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Om de begeleidingsstructuur rond en de ontwikkelingsplanning van de leerlingen te optimaliseren wordt er gewerkt met Individuele Ontwikkelingsplannen (IOP’s). In het cursusjaar 2011-2012 hebben alle leerlingen een IOP mét portfolio. Samenwerking Met het Van Lodensteincollege (VMBO) en het Hoornbeeckcollege (MBO) is een AKA-project gevolgd. Dit krijgt in 2011 en 2012 een vervolg met BKA-trajecten voor het Praktijkonderwijs. Met genoemde scholen is een convenant getekend. Met andere ROC/AOC’s wordt in voorkomende gevallen samengewerkt om een niveau-1-opleiding te kwalificeren, zoals met Helicon en Rivor. Ook zijn er uitwisselingstrajecten voor die leerlingen met andere scholen. De mogelijkheden zijn hierdoor enorm toegenomen. Bijvoorbeeld: een leerling van Het Streek die op de Johannes de Swaef niveau 1 Groen volgt of twee leerlingen van het Hoornbeeckcollege die niveau 2 Zorg op de Johannes de Swaef volgen. Doorstroomgegevens Kwantitatief Van de leerlingen stroomt 95%-100% uit naar reguliere arbeid waarvan 35-40% zonder subsidieregeling/ondersteuning. Van het totale aantal leerlingen kwalificeert meer dan 50% zich met een erkend certificaat en/of erkende opleiding. Knelpunten, wensen en ambities Ambities De regio is gebaat bij sterk Praktijkonderwijs. Het opbouwen van een netwerk van contacten met bedrijven, instellingen én scholen voor Praktijkonderwijs, VMBO en MBO is noodzakelijk. Voor de leerling Praktijkonderwijs werkt samenwerking met andere scholen kansverhogend. Graag neemt de school deel aan het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen om tot een dekkend netwerk en aanbod te komen. Om deze ambitie te verwezenlijken sluit het bestuur van de Johannes de Swaef niet uit dat er de komende vier jaar een verhuizing plaatsvindt binnen de grenzen van het RPO-gebied, buiten de driekilometergrens.
Wageningen RSG Pantarijn (16YV) Historie/situatieschets ‘Panta rhei’ luidt de Griekse spreuk waaraan de naam van deze scholengemeenschap is ontleend. Letterlijk vertaald betekent dit: ‘Alles stroomt’. De naam Pantarijn is ontstaan door de inhoud van deze Griekse spreuk te koppelen aan de ligging van de schoolgebouwen in Wageningen, Rhenen en Kesteren: ze bevinden zich alle in de buurt van de Rijn. Een woordspeling die duidt op de ligging van de gebouwen en tegelijkertijd aangeeft dat de maatschappij en daarmee het onderwijs, evenals de Rijn, voortdurend in beweging is en zichzelf voortdurend vernieuwt.
54/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Uitgangspunten/profilering RSG Pantarijn is een openbare scholengemeenschap. In de scholengemeenschap staat een actieve opstelling in de ontmoeting van mensen met diverse levensbeschouwelijke opvattingen centraal. Het onderwijs is doordrongen van respect en verdraagzaamheid ten opzichte van de verschillende overtuigingen. Pantarijn is méér dan een school waar leerlingen hun diploma kunnen behalen. Het is een ontmoetingsplaats met veel mogelijkheden voor initiatieven van leerlingen, ouders, docenten en overige medewerkers. Pantarijn is een school waar zowel leerlingen als medewerkers hun talenten kunnen ontdekken en ontplooien. Wageningen – MAVO/HAVO/VWO/Gymnasium (16YV00) De MHV-locatie in Wageningen verzorgt onderwijs voor MAVO, HAVO, VWO en Gymnasium, waarbij gehandeld wordt vanuit de Montessori-gedachte. Enkele jaren geleden is gestart met het nieuwe Gymnasium. Behalve voor de klassieke talen is hier veel plaats voor experiment en onderzoek. De leerlingen van het MHV komen met name uit de plaatsen Wageningen, Bennekom, Renkum en Rhenen. In onderstaande figuur wordt de herkomst weergegeven.
Figuur 4.23 Herkomst leerlingen Pantarijn MHV, 16YV00
Doorstroomgegevens Doorstroom vanuit Mavo 4 9% 5%
Diversen doublant havo 4
43%
17%
Onbekend ROC A 12 ROC Diversen
3% 12% 11%
Figuur 4.24 Doorstroom vanuit MAVO 4
55/115
ROC Rijn Ijssel
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
In de praktijk blijkt het moeilijk om precies te monitoren op welke opleiding de leerlingen na de HAVO en het VWO hun opleiding vervolgen. Uit het alumnionderzoek 2010 blijkt het volgende vervolgtraject: Vervolg na Vwo 5%
4%
Vervolg na Havo
Voltijdsopleiding
4%
13% Werken
Voltijdsopleiding 8%
Duale opleiding
Reizen/highschoo l iets anders
Werken 15%
58%
Reizen/highschool iets anders
88%
Figuur 4.25 Doorstroom vanuit HAVO
3%
Figuur 4.26 Doorstroom vanuit VWO
Knelpunt In relatief korte tijd is het belangstellingspercentage voor HAVO en VWO in de gemeenten Renkum en Wageningen gestegen tot 58%. Landelijk ligt dat op 45%. Dat heeft geleid tot een enorme druk op de locatie MHV. De school probeert die druk op te vangen door nieuwbouw aan en op het huidige gebouw en door gebruik te maken van enkele lokalen in de aanbouw van het VMBO. Ambities De school heeft de volgende ambities: • een doorlopende leerlingbegeleiding vanuit de nieuwe, verticale teamstructuur; • versterken van het nieuwe Gymnasium en ontwikkelen van extra aanbod in • de bovenbouw; • intensivering van het gebruik van digitale leermiddelen; flexibilisering en differentiatie door grootschalige inzet van laptops via draadloze netwerken; • uitbouwen van de Internationale Stroom – een speciaal traject waarbij anderstalige leerlingen snel binnen de school kunnen worden opgenomen. Wageningen – VMBO basis- en kaderberoepsgerichte leerweg (16YV01) Het VMBO Wageningen verzorgt taakgericht onderwijs, waarin samenwerkend leren een belangrijke rol speelt. Vakkenintegratie en brede opleidingsperspectieven zijn hierin kenmerkend. Onder de titel ‘Zin in school’ is het VMBO Wageningen in het schooljaar 2004-2005 van start gegaan met de innovatie van haar onderwijs. De nieuwbouw en het herontwerp van de basisvorming en de doorontwikkeling van de verbreding van de bovenbouw programma’s Techniek Breed en Zorg Breed waren aanleiding om het roer stevig om te gooien. Door de fusie met Het Streek – Wageningen kwam het bovenbouwprogramma Economie Breed erbij en recent is daar het programma Intersectoraal aan toegevoegd. Het onderwijs wordt gegeven in een combinatie van lokalen en leerpleinen. VMBO Wageningen heeft te maken gehad met de landelijke ontwikkeling van terugloop in het aantal leerlingen VMBO basis/kader. Inmiddels vindt er echter stabilisatie plaats.
56/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
De leerlingen van het VMBO en Praktijkonderwijs komen vooral uit de plaatsen Wageningen, Bennekom, Ede, Renkum en Rhenen en uit de Betuwe. In onderstaande figuur staat de herkomst weergegeven.
Figuur 4.27 Herkomst leerlingen Pantarijn VMBO Wageningen, 16YV01
Doorstroomgegevens
Figuur 4.28 Doorstroom vanuit HAVO en VMBO Wageningen
Ambities: • verbetering taal- en rekenvaardigheden; • goede doorstroming vervolgonderwijs VMBO > MBO; • verbetering uitkomsten inspectieonderzoek. Wageningen Praktijkonderwijs (ook 16YV01) Het Praktijkonderwijs groeit van 82 leerlingen in 2004 naar 152 leerlingen in 2011. Dankzij de nieuwbouw zit men ruimer in zijn jasje dan indertijd aan de Ceresstraat, maar de grenzen zijn nu toch wel heel duidelijk in zicht. Doorstroomgegevens In samenwerking met het ROC behaalden in 2010 14 leerlingen een AKA-niveau-1certificaat en acht leerlingen een branchecertificaat Horeca en Groen.
57/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Na Praktijkonderwijs 8%
8%
Arbeid Werk en BBL
25%
Roc Niveau 2 Onbekend
58%
Figuur 4.29 Doorstroom vanuit Praktijkonderwijs
Ambities Ambities van deze school zijn: • verbeteren omgaan met gedragsproblematiek; • doorontwikkeling leerlijnen binnen de school; • komen tot één doorgaande arbeidsvormende leerlijn die aansluit op het nazorgtraject. Rhenen – VMBO kader ICT en MAVO (16YV02) In Rhenen bleken de onderwijsvraag en het onderwijsaanbod niet synchroon te lopen. Daarom is in Rhenen nadrukkelijk gekozen voor een profilering als MAVOlocatie. De school vangt sinds drie jaar leerlingen op met een kader/MAVO- en een MAVO/HAVO-advies. Er is nu nog een groep leerlingen in klas 4 die de leerweg VMBO-basis volgt. Volgend schooljaar zal deze leerweg niet meer in Rhenen maar in Wageningen worden aangeboden. De intrasectorale programma’s zijn Economie Breed, Zorg & Welzijn Breed en de ICT-route. Het voedingsgebied van Rhenen is tamelijk diffuus.
Figuur 4.30 Herkomst leerlingen Pantarijn VMBO/MAVO Rhenen, 16YV02
58/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Doorstroomgegevens De doorstroom naar het vervolgonderwijs ziet er als volgt uit:
Figuur 4.31 Doorstroom vervolgonderwijs VMBO/MAVO Rhenen, 16YV02
Ambitie Ambitie van deze school is de doorontwikkeling van de MAVO. Kesteren – VMBO/HAVO onderbouw en MAVO (16YV04) Na het Regionaal Arrangement van 2007 is de locatie een nevenvestiging. De locatie Kesteren betrekt bijna uitsluitend leerlingen uit de Betuwe. De locatie Kesteren is een breed instroompunt voor leerlingen van basis- tot en met HAVO/VWO-niveau. De VMBO-basis- en MBO-kaderleerlingen stromen na klas 2 door naar andere locaties van Pantarijn of naar andere VO-scholen. De HAVO/VWO-leerlingen kunnen na klas 3 het onderwijs vervolgen in Wageningen of op andere VO-scholen. MAVO is het afsluitend onderwijs in Kesteren.
Figuur 4.32 Herkomst leerlingen Pantarijn MAVO Kesteren, 16YV04
59/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Doorstroomgegevens De doorstroom naar het vervolgonderwijs ziet er als volgt uit:
Figuur 4.33 Doorstroom leerlingen MAVO Kesteren. 16YV04
Ambities Ambities van deze school zijn: • versterken van het cultuurelement; • streven naar afsluitend HAVO-onderwijs (voldoen aan de vraag van de bevolking uit de gemeente Neder-Betuwe en de gemeente Buren).
Neder-Betuwe Helicon VMBO Groen (26CC05) Historie Helicon VMBO Groen in Kesteren is in 1960 gestart als landbouwschool en is de enige Groen-school in de Betuwe. De school valt onder de gemeente NederBetuwe. Helicon VMBO Groen is een algemene school voor voortgezet onderwijs. Het onderwijs wordt verzorgd vanuit de algemene normen en waarden van de Nederlandse maatschappij, met respect voor verschillende levensbeschouwingen. Onderwijsaanbod Helicon VMBO Groen verzorgt alle vormen van VMBO-onderwijs, inclusief LWOO. In de onderbouw zijn de vakken geclusterd in de leergebieden Mens & Taal, Mens & Cultuur, Mens & Maatschappij, Mens & Natuur en Mens & Beroep. In de bovenbouw kunnen de leerlingen onderwijs volgen in de volgende leerwegen: • basisberoepsgerichte leerweg: een programma met veel praktijk en minder theorie. Deze leerweg geeft toegang tot het tweejarig MBO; • kaderberoepsgerichte leerweg: dit programma bevat meer theorie. Deze leerweg leidt op voor drie- en vierjarige opleidingen in het MBO; • gemengde leerweg: de gemengde leerweg (met één beroepsvoorbereidend vak) leidt op voor een vierjarige middenkaderopleiding in het MBO;
60/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
•
VMBO-T-plus: de leerweg VMBO-T-plus is een uitbreiding van de gemengde leerweg met een extra algemeen vormend (AVO-)vak. Het AVO-deel is gelijk aan de theoretische leerweg. De ‘plus’ laat zien dat de leerlingen ook het beroepsgerichte programma hebben gevolgd. Deze leerweg sluit aan op de vierjarige middenkaderopleiding in het MBO. Leerlingen kunnen het diploma theoretische leerweg aanvragen zonder opnieuw examen te hoeven doen.
Daarnaast heeft Helicon VMBO Groen een leerwerktraject als route naar het ROC. Populatie Helicon VMBO Groen trekt leerlingen uit de Betuwe zelf en de omgeving die direct tegen de Betuwe aan ligt. De leerlingen komen van algemene basisscholen en van basisscholen van andere denominaties. De school heeft zo’n 300 leerlingen en 45 medewerkers. In onderstaande figuur wordt de herkomst geografisch weergegeven:
Figuur 4.35 Herkomst leerlingen Helicon VMBO Groen, 26CC05
Uitgangspunten/profilering Helicon VMBO Groen biedt leerlingen, afkomstig uit alle lagen van de bevolking, met verschillende levensbeschouwelijke overtuigingen en culturele achtergronden, een algemene beroepsvoorbereidende vorming, zodat zij in de maatschappij hun eigen plaats kunnen vinden. Uitgangspunten hierbij zijn: • De school is voor en van de leerlingen. • Leerlingen leren in belangrijke mate door te doen. Plant, dier en milieu zijn middelen om de doelen te bereiken. • Leerlingen ervaren de maatschappelijke werkelijkheid als basis van hun onderwijs. • Het leren is uitdagend en prikkelend. De leerlingen worden aangesproken op hun eigen mogelijkheden en interesses. • Het onderwijs heeft een belangrijke praktijkcomponent, zowel binnen als buiten de school. • Leerlingen hebben een actieve rol. Ze zijn voor een belangrijk deel zelf verantwoordelijk, vanuit de eigen motivatie om te leren. • Het samenwerken en leren met anderen wordt als een belangrijke werkvorm gezien.
61/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
•
•
De school is een veilige leef- en leeromgeving. Leerlingen respecteren opvattingen en gewoonten van anderen en ontwikkelen zo verantwoordelijkheidsgevoel voor anderen en zichzelf. De school biedt brede uitstroom- en doorstroommogelijkheden naar het vervolgonderwijs.
Visie Helicon VMBO Groen is een school met een brede uitstroom en trekt leerlingen vanwege deze brede uitstroom en de kleinschaligheid van de school. Omdat veel leerlingen niet specifiek voor de groensector komen, worden ze voorbereid op een vervolgopleiding waarbij algemene vaardigheden en competenties, kennis en een goede oriëntatie op studie en beroep speerpunten zijn. Profilering Helicon VMBO Groen profileert zich als een school met brede uitstroommogelijkheden. Binnen het schoolbeleid liggen de accenten op de volgende punten: • het VMBO-T+-programma; • het stimuleren van beweging en bewegingsonderwijs, onder meer door het project ‘Kesteren in beweging’ en door het aanleggen van een zogenoemde fitnesstuin; • de ontwikkeling van belangstellingsonderwijs. Doorstroomgegevens Bij de samenwerking in de regio, gericht op brede uitstroom, zijn er afspraken met de MBO’s, waarbij ‘warme overdracht’ van leerlingen het uitgangspunt is. Daarnaast zijn er met bedrijven in de directe schoolomgeving samenwerkingsprojecten gecreëerd, waarbij de brede oriëntatie centraal staat. Knelpunten, wensen en ambities Knelpunten zijn: • De kleinschaligheid, zorgvoorzieningen van de school en de brede instroommogelijkheden maken dat Helicon VMBO Groen steeds meer als een ‘zorgschool’ wordt gezien. • Het percentage LWOO-leerlingen komt boven 60% uit. • De keerzijde van de brede profilering van de school maakt dat de school voor de buitenwereld geen duidelijk ‘gezicht’ heeft. De wens is enerzijds de uitbreiding van het VMBO-T+-programma tot een zogenoemd ‘Groen Lyceum’, met als doel het aantrekken van leerlingen in het hogere VMBO-niveau, en anderzijds het in balans brengen van de leerlingenpopulatie binnen de verschillende VMBO-leerwegen.
62/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Overbetuwe Hendrik Pierson College te Zetten (00TM00) Historie De school is vernoemd naar Hendrik Pierson. In 1876 werd hij benoemd als predikant-directeur van wat nu de Heldringstichtingen heet, in Zetten. Het Hendrik Pierson College (nader te noemen HPC) is daaruit voortgekomen. Er is zowel een historische als een inhoudelijke band tussen Hendrik Pierson en het HPC. Christelijk onderwijs moet volgens Pierson ‘praktisch en helpend’ zijn. Vanuit zijn geloof wilde hij dienstbaar zijn en strijden tegen onrecht. Daarom kwam hij op voor zwakkeren in de samenleving. Onderwijsaanbod Het HPC maakt samen met het Over Betuwe College (OBC) deel uit van de scholengroep Over- en Midden-Betuwe (OMB). Vanuit de regiofunctie heeft het HPC zich ontwikkeld tot een school met een breed onderwijsaanbod. Op dit moment bezoeken 1.100 leerlingen het HPC. Als gevolg van demografische ontwikkelingen zal dit aantal iets afnemen en zich na verwachting stabiliseren rond de 1.000 leerlingen. Hier ligt ook de uitdaging voor de school: in de regio een breed, goed en adequaat onderwijsaanbod aanbieden met relatief gezien weinig leerlingen ofwel beperkte financiën. Op dit moment is er binnen VMBO Techniek nog sprake van een afdelingsstructuur, met de richtingen Metaal en Bouw Breed. Bij de sector Zorg & Welzijn wordt het brede beroepsgerichte programma aangeboden. Verder zijn er onderwijsmogelijkheden voor MAVO, HAVO en VWO. Voor deze laatste groep kent het HPC ook een VWO+-stroom. Deze stroom is er voor VWO-leerlingen die naast het basisprogramma te maken krijgen met versterkt Engels, Latijn en science. Sinds enkele jaren profileert het HPC zich met ‘sport en bewegen’. Zo zijn er op alle niveaus in de onderbouw mogelijkheden om te kiezen voor sportklassen of sportprofielen. In de bovenbouw krijgt dit een vervolg met de afdeling SDV (sport, dienstverlening en veiligheid) in de beroepsgerichte afdelingen, LO2 binnen de MAVO en BSM (bewegen, sport en maatschappij) in de onderwijsstromen HAVO en VWO. Tot slot is er in 2010 gestart met een kunstprofiel binnen het HAVO- en VWOonderwijs. Populatie De leerlingen die het HPC in Zetten bezoeken komen vooral uit de regio, met name uit de gemeente Overbetuwe en de gemeente Neder-Betuwe. In totaal komen de leerlingen van zeventig verschillende basisscholen in de regio. In onderstaande figuur staat de herkomst voor het HPC geografisch weergegeven.
63/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Figuur 4.37 Herkomst leerlingen Hendrik Pierson College, 00TM00
Uitgangspunten/profilering Het HPC wil de leerlingen vanuit dezelfde christelijke traditie voorbereiden op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Leerlingen opleiden tot verantwoordelijke mensen met innerlijke stevigheid, oog voor hun medemensen en gevoel voor rechtvaardigheid. De belangrijkste kernwaarde is: ‘het Hendrik Pierson College is een veilige school met een goede sfeer waar de leerling zich als persoon ontwikkelt, zijn kennis vermeerdert en zijn verantwoordelijkheid neemt.’ Ontwikkelingen Over vijf jaar is het HPC een VO-school waar alle leerlingen die passen binnen het beeld van het ‘brede begeleidingsprofiel’ welkom zijn en kwalitatief goed onderwijs ontvangen. Het onderwijsaanbod in de onderbouw is zo ingericht dat alle leerlingen, behalve voor een onderwijsstroom, kunnen kiezen voor een profiel dat aansluit bij hun interesse. De school gaat ervan uit dat leerlingen die in een bepaald deel van de onderwijstijd kunnen excelleren in iets wat ze heel leuk vinden, ook beter gemotiveerd zijn om de overige onderwijstijd goed in te vullen. De profielen die worden aangeboden zijn in ieder geval Sport en Bewegen, Breed, Techniek, en Kunst en Cultuur. Het onderwijs binnen het HPC wordt steeds vanuit de kernwaarden verzorgd. Daarbij heeft het woord ‘prestatie’ een duidelijke plaats in het onderwijs gekregen. De belangrijkste ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden zijn: • Behalve voor het opleidingsniveau kiezen alle leerlingen voor een profiel dat past bij hun interesse. • Het onderwijs binnen het beroepsgerichte VMBO-onderbouw is praktisch en vormgegeven via leergebieden. • De drie intersectorale programma’s binnen het VMBO met mogelijke doorontwikkeling op het gebied van landbouw zijn ingevoerd. • Er is de ontwikkeling naar een prestatiegerichte MAVO, waarin de leerlingen in zeven vakken examen doen. Voor leerlingen gericht op HAVO zijn dit zeven AVO-vakken. Voor leerlingen gericht op het MBO zal dit zevende vak een ‘LOBachtig’ vak zijn, gericht op een goede vervolgkeuze binnen het MBO. • Binnen HAVO/VWO zal de ontwikkeling naar een alfa- en een bètaprofiel gestimuleerd worden.
64/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Samenwerking Het HPC maakt deel uit van het samenwerkingsverband Arnhem en omgeving en neemt deel in het project ‘De lerende regio Arnhem’. Binnen dit project gaat het om LOB-activiteiten en het traject ‘HAVO competent’. Verder is er vanuit de HAVO een project rond warme overdracht met de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. In de regio neemt het HPC verder deel aan het Food Valley-project dat georiënteerd is op en rond de Wageningen Universiteit. Het HPC heeft via de scholengroep OMB een convenant tot samenwerking met ROC A12. De praktijk is dat VMBO-leerlingen van Zetten voor ROC-opleidingen in Arnhem, Ede, Nijmegen en Tiel kiezen. Doorstroomgegevens Knelpunten, wensen en ambities Omdat het beroepsonderwijs binnen het HPC zich richting intersectorale programma’s ontwikkelt, heeft het voor de sector Economie steun van binnen het RPO nodig. Tevens is deze steun nodig om de reeds bestaande afdeling SDV te kunnen handhaven. Om aan het inrichtingsbesluit WVO (artikel 26) te kunnen voldoen wordt het onderliggende afdelingsprogramma Administratie (AD) aangevraagd. Daarnaast wordt het afdelingsprogramma Uiterlijke verzorging (UV) aangevraagd om het programma Zorg & Welzijn Breed te kunnen blijven aanbieden.
65/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 5 Beschrijving van de gewenste situatie in de regio De ambities voor de regio zijn uitgebreid in een bestuurlijk overleg besproken en hebben geleid tot afspraken ten aanzien van de onderwijsvoorzieningen die hieronder worden beschreven. 5.1
Visie van de besturen op het onderwijs in de regio Zoals in de inleiding is beschreven sluit de visie van de besturen in de regio nauw aan bij de visie zoals die de afgelopen jaren is ontwikkeld in het kader van de weten regelgeving rondom de regionale planning van onderwijsvoorzieningen (Regionaal Arrangement en Regionale Planning Onderwijsvoorzieningen). De doelstelling van dit RPO is, in vervolg op het eerder gesloten Regionaal Arrangement, om alle huidige en op korte termijn gewenste onderwijsvoorzieningen in het voortgezet onderwijs in de regio Veluwe-Zuid in kaart te brengen, inclusief alle vestigingen en dislocaties, en vervolgens bestuurlijk overeenstemming te bereiken over het onderwijsaanbod voor de komende vijf jaar. Bestaande afspraken over het onderwijsaanbod zullen hierin een plaats krijgen.
5.2
Gewenste onderwijsvoorzieningen per 1 augustus 2012 De besturen hebben voor de periode van dit Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen een aantal wensen om recht te doen aan de ontwikkelingen van het VO in Veluwe-Zuid. Gedeeltelijk komen die wensen voort uit al gegroeide situaties die op dit moment niet op de juiste manier bekend staan bij DUO. Wij beschrijven deze hieronder kort per school en vatten deze nog eens samen in een tabel. De Meerwaarde (01MU en 02FO) De drie vestigingen van De Meerwaarde zijn nu nog afzonderlijk gehuisvest in Barneveld op achtereenvolgens Schoutenstraat 109 (01MU 00), Wilhelminastraat 82 (02FO 00) en Lijsterhof 1 (02FO 01). Als gevolg van nieuwbouw die in 2011 gerealiseerd wordt aan de Rietberglaan 6 in Barneveld ontstaat de mogelijkheid om het onderwijsaanbod te herschikken. Deze herschikking vindt in alle gevallen plaats binnen drie kilometer. Om deze herschikking mogelijk te maken worden de VBO-programma’s van de vestiging 02FO 00 opgeheven. Binnen dit BRIN-nummer blijft dus alleen het aanbod Praktijkonderwijs over. Vestiging 01MU 00 vraagt de volgende VBO-programma’s binnen de sector Techniek aan: VBO-BT, VBO-MT, VBO-ET, VBO-IT, VBO-VT en VBO-T&L. Daarnaast worden binnen de sector Techniek ook de intersectorale programma’s VMBO-BB en VMBO TB-ISP aangeboden. Op deze nieuwe vestiging wordt ook het experimentele programma VM2 aangeboden: EXPVMBOLWTE, VM2 LWWO TEC en VM2 VMBO TEC.
66/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Het oorspronkelijke aanbod van 01MU 00 blijft ongewijzigd. MAVO en VBO enerzijds en PrO anderzijds worden duidelijk onderscheiden aangeboden en gepresenteerd, zodat wordt voldaan aan de wet- en regelgeving. Ten slotte vraagt De Meerwaarde voor de vestiging 01MU 00 een verbreding van de LWOO-licentie aan voor de MAVO. Dit wordt door het bestuur volgens de daarvoor geldende procedure aangevraagd bij DUO. Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal (02MF) De school vraagt het afdelingsprogramma VBO-UV aan. Marnix College (02UP) De dislocatie van het Marnix College aan de Prins Bernhardlaan 25 in Ede (02UP 01) omzetten in een reguliere nevenvestiging door middel van opheffing van de dislocatie en het vormen van een reguliere nevenvestiging in plaats daarvan. De omzetting van deze dislocatie in een reguliere nevenvestiging heeft geen consequenties voor het onderwijsaanbod, aangezien hier enkel onderwijs in de onderbouw wordt aangeboden. Christelijke Scholengemeenschap Het Streek (25GE en 26HV) De vestigingen aan achtereenvolgens de Amsterdamseweg 56 in Ede (02), de Robert Kochlaan 2 in Bennekom (04) en de Oranjelaan 7 in Ede (26HV 00) worden per 1 augustus 2012 verplaatst naar de Zandlaan 25 in Ede. In de nieuwbouw die daar wordt gerealiseerd wordt MAVO, VBO en PrO aangeboden: MAVO en VBO onder het BRIN-nummer 25GE en PrO onder het BRIN-nummer 26HV. MAVO en VBO enerzijds en PrO anderzijds worden duidelijk onderscheiden aangeboden en gepresenteerd, zodat wordt voldaan aan de wet- en regelgeving. De verplaatsing van 25GE 04 en 26HV 00 vindt plaats binnen drie kilometer en houdt een verplaatsing in van de schoolsoorten MAVO en PrO. De verplaatsing van 25GE 02 vindt plaats over een afstand van meer dan drie kilometer en wordt hierbij aangevraagd. Dit betekent dat de volgende VBOprogramma’s verplaatst moeten worden: VBO-AD, VBO-VZ, VBO-UV, VBO-HV, VBO-BT, VBO-MT, VBO-ET, VBO-IT en VBO-CT. Ook het volledige VM2-programma moet worden verplaatst. De school biedt tevens de drie uitstroomvarianten van het programma intersectoraal aan: VMBO TenD, VMBO TenC en VMBO DenC en het intersectorale programma VMBO GL TEOR. De vestiging aan de Zandlaan 25 in Ede moet ook de LWOO-licentie ALW toegewezen krijgen. Dit wordt door het bestuur volgens de daarvoor geldende procedure aangevraagd bij DUO. Pantarijn SGM (16YV) De school vraagt voor de vestiging 02 in Rhenen het programma VBO-BT aan om hiermee voor het programma VMBO-ICT-route te voldoen aan de voorwaarden van het Inrichtingsbesluit WVO, artikel 26j. Het programma VBO-BT wordt niet geactiveerd in het onderwijsaanbod.
67/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
AOC Groenhorst College (25GV) De vestiging aan het Horapark 6 in Ede (00) wordt verplaatst naar Zandlaan 31 in Ede. Deze verplaatsing vindt plaats binnen drie kilometer. Voor deze vestiging worden tevens de LWOO-licenties LWOO-TLW en LWOO-GLW aangevraagd. Hierbij gaat het om een verbreding van de LWOO-licentie, aangezien binnen het BRIN-nummer de LWOO-licentie voor BLW al aanwezig is. Dit wordt door het bestuur volgens de daarvoor geldende procedure aangevraagd bij DUO. Johannes de Swaef Praktijkschool (26MV) Het bestuur van de Johannes de Swaef Praktijkschool sluit niet uit dat er in de komende vier jaar een verhuizing plaatsvindt binnen de grenzen van het RPOgebied, buiten de driekilometergrens. Indien dit inderdaad het geval is, dan kan dat in dit RPO geregeld worden, mits (citaat Ministerie van OCW): ‘de exacte datum van de verhuizing en het beoogde toekomstige vestigingsadres van de school nu reeds bekend zijn.’ Is dit niet het geval, dan moet er een nieuw RPO worden gesloten om de verhuizing te realiseren! Hendrik Pierson College (00TM 00) De school vraagt de programma’s VBO-AD en VBO-UV aan. Het programma VBOAD wordt aangevraagd om alle drie uitstroomvarianten van het programma intersectoraal (TenC, TenD en DenC) aan te kunnen bieden en daarmee te voldoen aan de voorwaarden van het Inrichtingsbesluit WVO, artikel 26j. Bovendien voldoet daarmee ook het programma VMBO-SDV aan deze voorwaarden. Het programma VBO-AD wordt niet geactiveerd in het onderwijsaanbod. Van Lodenstein College (03WO) De school vraagt voor de vestiging in Barneveld (03) eindonderwijs HAVO aan. Op dit moment is het gesprek met het Van Lodenstein College nog gaande. 5.3
Overige afspraken De scholen hebben afgesproken om jaarlijks vóór 1 mei als stuurgroep bijeen te komen voor overleg. In dit overleg informeren de scholen elkaar over de voortgang van de afspraken die in het kader van het RPO zijn gemaakt en over mogelijke nieuwe ontwikkelingen. In dit overleg wordt tevens beoordeeld of een update van het RPO wenselijk of noodzakelijk is.
5.4
Geschillen Op basis van deze regiovisie zal door de schoolbesturen een overeenkomst worden getekend. De schoolbesturen zullen zich maximaal inspannen om de gemaakte afspraken te verwezenlijken. Partijen bij deze overeenkomst zullen eventuele geschillen, die zich op basis van deze overeenkomst voordoen ter beslechting, voorleggen aan de civiele rechter. Zulks met uitsluiting van andere (zoals bestuurlijke) rechtsgangen, doch overigens onverlet eventueel in concrete gevallen nader te bereiken overeenstemming over geschilbeslechting buiten rechte.
68/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Tabel 5.1 Overzicht gewenste onderwijsvoorzieningen
69/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 6 De relatie van het bestaande en toekomstige onderwijsaanbod met het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt Voor deze paragraaf zijn wettelijk gezien alleen het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt van belang die aansluiten op de basis- en kaderberoepsgerichte leerwegen in het VMBO (schoolsoort VBO). De wetgever gaat ervan uit dat leerlingen die hun diploma halen op andere schoolsoorten veel vaker een vervolgopleiding buiten de regio zullen gaan volgen. Zoals al in eerdere paragrafen is opgemerkt, is de vormgeving en spreiding van de voorzieningen in de beroepsgerichte leerwegen telkens in goed en nauw overleg met het plaatselijke vervolgonderwijs tot stand gekomen. In de besprekingen die hebben geleid tot dit RPO heeft met het regionale bedrijfsleven en met het MBO afstemming plaatsgevonden over het programmaaanbod in het VMBO
70/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 7 Onderwijshuisvesting In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven per gemeente van alle vestigingen voor voortgezet onderwijs. Ook wordt er een prognose gemaakt van de vestigingen die de besturen in de periode 2012-2017 voor bekostiging in aanmerking willen laten komen. 7.1
Overzicht vestigingen per gemeente Tabel 7.1 Overzicht vestigingen per gemeente
7.2
Prognose aantal leerlingen per vestiging De leerlingen die op de verschillende vestigingen staan ingeschreven komen uit verschillende gemeenten, zowel binnen als buiten het voedingsgebied. In bijlage 3 staat een uitgebreid overzicht van de herkomst van de leerlingen op de vestigingen. Door ons is op basis van de voorgeschreven statistische gegevens6 een (in eerste instantie beleidsarme) prognose gemaakt voor de officiële hoofd- en nevenvestigingen van de verschillende scholen. Dit om te voldoen aan artikel 72 lid 2 onder 5 van de WVO.
6
Artikel 14 van de Regeling voorzieningenplanning VO van 11 juli 2008.
71/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Deze eerste prognose was uitsluitend gebaseerd op: • de leerlingen die op de datum van 1 oktober 2010 op de officiële vestigingen van de scholengemeenschappen ingeschreven stonden. Van dislocaties ontbreken de cijfers omdat die leerlingen op de hoofdvestiging staan ingeschreven; • de demografische ontwikkelingen vanaf 2010 in de gemeenten waar de ingeschreven leerlingen vandaan komen. Vervolgens is deze prognose besproken met de besturen, om deze aan te vullen met cijfers van de verschillende gemeenten en verdere beleidsrijke aannames van de scholen zelf in verband met recente school- en buurtontwikkelingen. Ook zijn de prognoses van in nevenvestigingen om te zetten dislocaties toegevoegd. Deze zijn in de meeste gevallen ontstaan doordat in de reële situatie deze leerlingen ook nu al op de aan te vragen dislocatie onderwijs krijgen. Verder is voor een enkele school de prognose naar beneden bijgesteld, omdat het bestuur deze school niet verder wil laten groeien. Daarmee wordt de definitieve prognose verkregen zoals vereist op basis van WVO artikel 72 lid 2 c onder 3. Tabel 7.2 Prognose van de vestigingen in de regio 2010-2017
Prognose 2010-2017
De Meerwaarde VMBO Schoutenstraat De Meerwaarde Wilhelminastraat De Meerwaarde Praktijkonderwijs Johannes Fontanus College Christelijk Lyceum Veenendaal Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal Ichthus College Rembrandt College Marnix College Prins Bernhardlaan 30 Pallas Athene College CSG Het Streek Bovenbuurtweg CSG Het Streek Amsterdamseweg CSG Het Streek Bennekom Pantarijn Hollandseweg 11 Pantarijn Hollandseweg 11 Pantarijn Rhenen Pantarijn Kesteren Groenhorst College Zandlaan 31 Ede Helicon VMBO Groen Kesteren CSG Het Streek PRO Johannes de Swaef PRO Hendrik Pierson College Van Lodenstein College Kesteren Van Lodenstein College Barneveld
72/115
2010
2017
01MU00
950
985
02FO00
525
548
02FO01
103
107
00SZ00
2582
2667
02VM00
1995
2145
02MF00
1027
1110
06SU00
2128
2282
19IP00
1031
1107
02UP00
1516
1612
19KZ00
907
965
25GE00
1487
1582
25GE02
348
371
25GE04
364
387
16YV00
1506
1581
16YV01
495
522
16YV02
170
180
16YV04
271
285
25GV05
385
411
26CC05
278
294
26HV00
143
152
26MV00
83
88
00TM00 03WO02
1110
1180
1143
1213
03WO03
712
739
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 8 Het gevoerde overleg In de periode tussen november 2010 en november 2011 is intensief overleg gevoerd tussen de bestuurlijke vertegenwoordigers van de deelnemende scholen. Ten aanzien van enkele wensen is tevens deeloverleg gevoerd met de betrokken besturen. Verder is overleg gevoerd met partijen zoals genoemd in artikel 72 lid 2 WVO. De inzet van dit overleg was het concept van dit RPO. Met de gemeenten is overleg gevoerd conform artikel 72 lid 2aa WVO. De in dit artikel genoemde procedure staat in bijlage 4. 8.1
Overige scholen Zoals in hoofdstuk 3 is uiteengezet, nemen alle schoolbesturen in de regio deel aan het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen. Derhalve was er geen overleg noodzakelijk met andere besturen in de regio.
8.2
Vervolgonderwijs voor zover het VBO betreft De besturen van de VO-scholen hebben overleg gevoerd en indien nodig afspraken gemaakt over de inhoud van dit RPO met de volgende MBO-instellingen: ROC A12, ROC Rijn IJssel College, ROC Midden-Nederland, ROC ASA en ROC Rivor. ROC Hoornbeeck College, AOC Groenhorst en AOC Helicon hebben van het begin af aan deelgenomen aan de besprekingen, omdat deze instellingen ook VMBO aanbieden in de regio.
8.3
Bedrijfsleven Het regionale bedrijfsleven is door de penvoerder van het RPO Veluwe-Zuid geïnformeerd over de inhoud en afspraken van het RPO.
8.4
Gemeenten Met de gemeenten Barneveld, Ede, Overbetuwe, Rhenen en Veenendaal is volgens de in dit RPO opgenomen procedure op overeenstemming gericht overleg gevoerd. De overige gemeenten Neder-Betuwe en Wageningen zijn geïnformeerd. De verklaringen van de gemeenten zijn bij dit RPO gevoegd.
8.5
Provincie De provincies Gelderland en Utrecht hebben het RPO ter informatie ontvangen van de schoolbesturen.
73/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Hoofdstuk 9 Essentie van het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen De besturen van de regio menen te voldoen aan artikel 72 van de WVO door een RPO vast te stellen waarin hun gezamenlijk gedragen visie op het onderwijs in de regio tot uitdrukking is gebracht. Dat geldt voor de gezamenlijk geformuleerde uitgangspunten (paragraaf 1.2) en de visie van de deelnemende scholen op hun huidige en toekomstige onderwijs (paragrafen 4.2, 5.1 en 5.2). In het document worden ook conform lid 2c van het hierboven genoemde artikel 72 WVO beschreven: • de omvang en begrenzing van de regio (hoofdstuk 3); • gegevens over het aanbod en het gebruik van onderwijsvoorzieningen (hoofdstuk 4); • een overzicht van de onderwijsvoorzieningen, bedoeld in het derde lid, die de bevoegde gezagsorganen binnen de periode, bedoeld in onderdeel b, voor bekostiging in aanmerking willen laten komen (hoofdstuk 5); • de relatie van het bestaande en toekomstige onderwijsaanbod met het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt (hoofdstuk 6); • een beschrijving van de huisvesting van de verschillende vestigingen en een prognose van het aantal leerlingen per vestiging (hoofdstuk 7); • de visie van de externe deelnemers van het overleg op het bestaande en toekomstige onderwijsaanbod in relatie tot het vervolgonderwijs, de arbeidsmarkt en de onderwijshuisvesting (hoofdstuk 8). Dit document is de basis voor de samenwerkingsovereenkomst zoals die door alle besturen is ondertekend.
74/115
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Bijlage 1 Onderwijsvoorzieningen in de regio Bestuur (naam)
Nr
School (naam)
Vestiging
(BRINno)
Adres
Stg PC VO Barneveld e o
41585 De Meerwaarde
De Meerwaarde Economie, Groen, Z&W
Stg PC VO Barneveld e o
41585 De Meerwaarde Techniek
De Meerwaarde Techniek
02FO00 Wilhelminastraat 82
Stg PC VO Barneveld e o
41585 De Meerwaarde Techniek
De Meerwaarde Praktijkonderwijs
02FO01 Lijsterhof 1
01MU00 Schoutenstraat 109
Stg PC VO Gem Barneveld
42356 Johannes Fontanus College Johannes Fontanus College
00SZ00 Weth. Rebellaan 135
Stg Christelijk VO
80328 Chr Lyceum SGM
Christelijk Lyceum Veenendaal
02VM00 Kerkerwijk 149
Stg voor Chr VMBO en PRO
40068 Chr SGM Veenendaal
CSV
02MF00 Industrielaan 16
Stg voor Chr VMBO en PRO Stg voor Chr VMBO en PRO Stg VO Ref Grondslag Gemeente Veenendaal Best Stg Marnixcoll Best Stg Marnixcoll OVO Ede Stg CSG Het Streek
40068 40068 69994 10907 37314 37314 42549 40608
CSV CSV Ichthus College Rembrandt College Marnix College Marnix College Pallas Athene College CSG Het Streek Bovenbuurtweg
02MF01 02MF02 06SU00 19IP00 02UP00 02UP01 19KZ00 25GE00
Stg CSG Het Streek
40608 Chr SGM Het Streek
CSG Het Streek Amsterdamseweg
25GE02 Amsterdamseweg 56
Stg CSG Het Streek
40608 Chr SGM Het Streek
CSG Het Streek Bennekom
25GE04 Robert Kochlaan 2
Stg v Opb VO Wageningen
13693 Pantarijn SGM
Pantarijn MHV
16YV00 Hollandseweg 11
Stg v Opb VO Wageningen
13693 Pantarijn SGM
Pantarijn VMBO
16YV01 Hollandseweg 9
Stg v Opb VO Wageningen
13693 Pantarijn SGM
Pantarijn VMBO Rhenen
16YV02 Nw Veenendaalseweg 137
Stg v Opb VO Wageningen Stichting Aeres Groep Stichting Aeres Groep Stichting Aeres Groep Stichting Aeres Groep Stichting Aeres Groep Stichting Helicon Opleidingen Stg CSG Het Streek
13693 40687 40687 40687 40687 40687 31142 40608
Pantarijn Kesteren Groenhorst College Ede(1) Groenhorst College Barneveld Groenhorst College Ede (2) Groenhorst College Ede (3) Groenhorst College Velp Helicon VMBO Groen Kesteren CSG Het Streek Oranjelaan
16YV04 25GV00 25GV02 25GV04 25GV05 25GV10 26CC05 26HV00
Stg SO en VSO Veluwe
84515 Joh de Swaefsch voor PRO Johannes de Swaef Praktijkschool
26MV00 Velengde Parkweg 49
Stg Chr VO Over-en MidBetuwe
41440 Hendrik Pierson College
Hendrik Pierson College
00TM00 Mammoetstraat 3
Stg S O R G
41769 Van Lodensteincollege
Van Lodensteincollege Kesteren
03WO02 Kasteelstraat 2
Stg S O R G
41769 Van Lodensteincollege
Van Lodensteincollege Barneveld
03WO03 Oldenbarnevelderweg 80
75/115
Chr SGM Veenendaal Chr SGM Veenendaal Ichthus College Rembrandt College Marnix College Avo Marnix College Avo Pallas Athene College Chr SGM Het Streek
Pantarijn SGM AOC Groenhorst College AOC Groenhorst College AOC Groenhorst College AOC Groenhorst College AOC Groenhorst College Helicon Opleidingen PRO De Opstap
Stationssingel 46 Boompjesgoed 14 Vondellaan 4 Rembrandtlaan 2 Prins Bernhardlaan 30 Prins Bernhardlaan 30 Koekeltse Boslaan 21 Bovenbuurtweg 1
Tollenhof 1 Horapark 6 Barnseweg 3 Zandlaan 31 Zandlaan 31 Pinkenbergseweg 5f Industrieweg 4 Oranjelaan 7
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Bijlage 2 De regio in getallen a. Praktijkonderwijs (alle leerjaren) Gehele regio Praktijkonderwijs (1-4) De Meerwaarde Praktijkonderwijs (02FO01) Christelijke SGM Veenendaal (02MF00)
2006 2007 2008 2009 2010 105
121
119
111
103
134
136
149
148
137
127
141
143
152
146
122
124
145
143
86
93
92
85
83
471
599
625
632
618
Pantarijn VMBO (16YV01) PRO De Opstap (26HV00) Joh de Swaefsch voor PRO (26MV00) Totaal
b. VMBO-basis- en kaderberoepsgerichte leerweg (bovenbouw) VMBO-BB/KB (3, 4) De Meerwaarde Economie, Groen, Z&W (01MU00) De Meerwaarde Techniek, locatie Wilhelminstraat (02FO00) Christelijke SGM Veenendaal (02MF00) CSG Het Streek Amsterdamseweg (25GE02) Pantarijn VMBO (16YV01) Pantarijn VMBO Rhenen (16YV02) Groenhorst College Ede (25GV05) Helicon VMBO Groen Kesteren (26CC05) Hendrik Pierson College (00TM00) Van Lodensteincollege Kesteren (03WO02) Totaal
2006
2007
2008
2009
2010
421 212 446 337 143 150 123 100 139 108 2179
417 212 434 252 232 120 160 106 139 101 2173
379 202 432 241 222 91 174 137 146 113 2137
372 211 392 222 205 101 173 157 162 115 2110
349 219 367 211 198 85 162 106 158 106 1961
c. VMBO-theoretische en gemengde leerweg (bovenbouw) VMBO-GL/TL (3, 4) De Meerwaarde Economie, Groen, Z&W (01MU00) De Meerwaarde Techniek, locatie Wilhelminstraat (02FO00) Johannes Fontanus College (00SZ00) Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00) Christelijke SGM Veenendaal (02MF00) Ichthus College (06SU00) Rembrandt College (19IP00) Marnix College (02UP00) Pallas Athene College (19KZ00) CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00) CSG Het Streek Bennekom (25GE04)
76/115
2006
2007
2008
2009
2010
183
171
152
146
116
58 350 256 79 239 183 169 136 129 197
66 330 263 82 225 164 111 150 138 197
56 311 248 79 256 159 96 157 112 200
48 283 227 88 273 168 92 156 115 185
50 263 231 91 282 156 93 154 104 175
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
VMBO-GL/TL (3, 4) Pantarijn MHV (16YV00) Pantarijn VMBO Rhenen (16YV02) Pantarijn Kesteren (16YV04) Groenhorst College Ede (25GV05) Helicon VMBO Groen Kesteren (26CC05) Hendrik Pierson College (00TM00) Van Lodensteincollege Kesteren (03WO02) Totaal
2006
2007
2008
2009
2010
188 2
115
126 2 91 41 27 146 173 2432
126 2 88 59 22 163 178 2419
123 10 81 47 19 148 175 2318
34 30 118 165 2516
89 23 34 120 168 2446
d. HAVO (bovenbouw) HAVO (4, 5)
2006 2007 2008 2009 2010
Johannes Fontanus College (00SZ00)
474
463
442
443
454
Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00)
387
345
315
348
388
Ichthus College (06SU00)
368
384
377
382
390
Rembrandt College (19IP00) Marnix College (02UP00)
173
211
232
217
190
Pallas Athene College (19KZ00)
201 120
217 126
204 140
182 163
197 171
CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00)
214
235
261
250
283
Pantarijn MHV (16YV00)
166
178
194
218
267
Hendrik Pierson College (00TM00)
114
127
118
133
141
68
141
Van Lodensteincollege Kesteren (03WO02) Totaal
2217 2286 2283 2404 2622
e. VWO (bovenbouw) VWO (4-6)
2006 2007 2008 2009 2010
Johannes Fontanus College (00SZ00)
304
330
326
374
417
Christelijk Lyceum Veenendaal (02VM00)
388
350
318
317
317
Ichthus College (06SU00)
311
325
334
318
357
Rembrandt College (19IP00) Marnix College (02UP00)
110 275 90
116 392 88
134 406 95
129 417 111
105 415 123
296
260
242
296
326
363
350
343
336
322
94
104
111
119
129
Pallas Athene College (19KZ00) CSG Het Streek Bovenbuurtweg (25GE00) Pantarijn MHV (16YV00) Hendrik Pierson College (00TM00) Totaal
77/115
2231 2315 2309 2417 2511
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Veenendaal
Rhenen
Neder-Betuwe
Overbetuwe
Wageningen
Locatie
BRIN
Buiten de regio
De Meerwaarde VMBO Schoutenstraat De Meerwaarde Wilhelminastraat De Meerwaarde Praktijkonderwijs Johannes Fontanus College Christelijk Lyceum Veenendaal Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal Ichthus College Rembrandt College Marnix College Prins Bernhardlaan 30 Pallas Athene College CSG Het Streek Bovenbuurtweg CSG Het Streek Amsterdamseweg CSG Het Streek Bennekom Pantarijn Hollandseweg 11 Pantarijn Hollandseweg 11 Pantarijn Rhenen Pantarijn Kesteren Groenhorst College Zandlaan 31 Ede Helicon VMBO Groen Kesteren CSG Het Streek PRO Johannes de Swaef PRO Hendrik Pierson College Van Lodenstein College Kesteren Van Lodenstein College Barneveld
01MU00
58% 21%
0%
0%
0%
0%
0%
21%
02FO00
42% 34%
0%
0%
0%
0%
0%
24%
02FO01
66% 16%
1%
0%
0%
0%
0%
17%
00SZ00
67% 12%
0%
0%
0%
0%
0%
22%
Barneveld
Ede
Bijlage 3 Herkomst leerlingen per locatie op 1 oktober 2010
78/115
02VM00
0%
2% 60%
16%
5%
0%
0%
16%
02MF00 06SU00
0% 3% 76% 0% 22% 45%
10% 5%
3% 6%
0% 2%
0% 1%
8% 19%
19IP00
0%
16%
4%
0%
0%
25%
02UP00
1% 83%
2%
0%
0%
0% 11%
2%
19KZ00
3% 90%
1%
0%
0%
0%
5%
1%
25GE00
1% 83%
1%
0%
0%
0% 10%
6%
25GE02
0% 96%
1%
0%
0%
0%
1%
2%
25GE04
0% 77%
0%
0%
0%
0% 13%
9%
16YV00
0% 14%
0%
3%
2%
2% 67%
13%
16YV01
0% 21%
1%
3%
4%
4% 39%
28%
16YV02
0%
1% 11%
36%
14%
1%
5%
32%
16YV04
0%
0%
0%
2%
55%
0%
0%
42%
25GV05
0% 80% 10%
0%
0%
0%
5%
5%
26CC05
0%
0%
1%
8%
31% 10%
0%
50%
26HV00
1% 90%
2%
0%
0%
1%
2%
4%
13% 13% 10%
10%
22%
0%
0%
33%
26MV00 00TM00 03WO02 03WO03
1% 54%
0%
0%
0%
0%
20% 78%
1%
1%
0%
2% 22%
13%
46%
2%
1%
14%
0%
0%
0%
0%
7%
59% 33%
0%
CONCEPT REGIONAAL PLAN ONDERWIJSVOORZIENINGEN REGIO VELUWE-ZUID
Bijlage 4 Procedure op overeenstemming gericht overleg Artikel 1 Deze procedure is gebaseerd op artikel 72, lid 2 aa van de Wet op het voortgezet onderwijs. Artikel 2 Deze procedure regelt het op overeenstemming gericht overleg tussen de samenwerkende bevoegd gezagsorganen van de scholen in de regio en burgemeester en wethouders van de betrokken gemeenten. Artikel 3 Bovengenoemd overleg vindt plaats over het concept-RPO zoals dat is vastgesteld door de samenwerkende bevoegd gezagsorganen van de scholen in de regio. Het overleg richt zich met name op de huisvestingsgevolgen van de aangevraagde onderwijsvoorzieningen, zoals beschreven in het desbetreffende hoofdstuk van het plan. Artikel 4 In het overleg wordt vastgesteld of er overeenstemming is tussen de samenwerkende bevoegd gezagsorganen en de gemeente over de huisvestingsgevolgen. Artikel 5 Indien over één of meer onderdelen van het concept-RPO geen overeenstemming wordt bereikt tussen de besturen en de betreffende gemeente, wordt dit geschil voorgelegd aan een commissie van drie personen. Voor deze commissie wordt één lid aangewezen door de samenwerkende bevoegd gezagsorganen, één door burgemeester en wethouders van de bij dit geschil betrokken gemeente en één lid door beide gezamenlijk. Deze commissie doet een bindende uitspraak, zo mogelijk voor de eerst mogelijke datum van indiening van dit RPO (1 november van enig jaar). Artikel 6 Indien het niet mogelijk is uitspraak te doen voor genoemde datum, dan worden alleen die aanvragen ingediend waarover overeenstemming is gebleken. Artikel 7 In die gevallen waarin deze procedure niet voorziet beslissen de samenwerkende bevoegd gezagsorganen van de scholen in de regio en burgemeester en wethouders van de betrokken gemeenten samen.
79/115