Concept-Multidisciplinair
Rampbestrijdingsplan IGS
Versie : maart 2013 (0.6.6)
Vastgesteld door : Veiligheidsdirectie van Veiligheidsregio Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio Limburg-Noord Limburg-Noord Dhr. P. Lucassen
Dhr. A. Scholten
d.d.
d.d.
Rampbestrijdingsplan IGS Datum Versie
: : 0.6.6(Concept)
Doelgroep:
-
Operationele functionarissen overheidshulpdiensten en gemeenten Operationele functionarissen betrokken inrichtingen Gemeenschappelijke meldkamer Limburg-Noord Burgemeesters gemeenten Limburg-Noord De voerders van inrichtingen die vallen onder dit plan
Doelstelling:
-
-
Vastleggen van en inzicht geven in de specifieke omstandigheden en maatregelen voor inrichtingen met gevaarlijke stoffen met risico’s voor de omgeving; Voorkomen en/of beperken van schade en slachtoffers door adequate waarschuwing van de omgeving, adequate en veilige inzet van hulpdiensten en het bevorderen van (zelf)redzaamheid door het vooraf bieden van handelingsperspectief aan burgers.
-
Veiligheidsregio Limburg-Noord
Werkingsgebied:
Bijzonderheden:
-
-
Gekoppeld aan:
-
-
Inzage en vaststelling:
-
-
Dit plan bestaat uit 2 delen: Eén regionaal generiek deel, waarin in algemene termen de risico’s, scenario’s en maatregelen worden beschreven van de betreffende bedrijven. Uitgangspunt is dat de genoemde instellingen qua risicoscenario’s vergelijkbaar zijn. Een set bijlagen per inrichting, waarin specifieke omstandigheden en maatregelen zijn vastgelegd. Grondslag voor de organieke structuur van de bestrijdingsorganisatie, de opschaling en de informatie-uitwisseling is het crisisplan LimburgNoord. Grondslag voor de algemene wijze van optreden is het multidisciplinair coördinatieplan ongevalbestrijding gevaarlijke stoffen (MCP OGS). Dit generieke plan wordt de conform de algemene we bestuurrecht ter inzage gelegd met de voor de betreffende gemeente relevante bijlagen, en daarna bestuurlijk vastgesteld. De Veiligheidsdirectie Limburg-Noord is gemandateerd tussentijdse mutaties en aanvullingen aan de bijlagen van dit plan vast te stellen.
-2-
Inhoud INHOUD ................................................................................................................................................................ 3 1. INLEIDING & KADERS ................................................................................................................................. 4 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
DOELSTELLING VAN DIT PLAN ................................................................................................................ 4 AFBAKENING VAN DIT PLAN: VOOR WELKE RISICO-OBJECTEN? .............................................................. 4 TOTSTANDKOMING, BEHEER EN INZAGE VAN DIT PLAN .......................................................................... 4 OPLEIDING EN OEFENING ........................................................................................................................ 5 PUBLICATIE EN VERSPREIDING VAN DIT PLAN ........................................................................................ 5
2. RISICO’S ........................................................................................................................................................... 6 2.1. ALGEMEEN PROFIEL...................................................................................................................................... 6 2.2 SCENARIO’S ................................................................................................................................................... 6 2.2.1. Toxisch ................................................................................................................................................. 6 2.2.2. Brand .................................................................................................................................................... 6 2.2.3. Dreigende explosie ............................................................................................................................... 6 2.2.4. Explosie ................................................................................................................................................ 6 3. MAATREGELEN ............................................................................................................................................. 7 3.1. ALGEMEEN ................................................................................................................................................... 7 3.1.1. Opstart / alarmering ............................................................................................................................. 7 3.1.2. Operationele leiding ............................................................................................................................. 7 3.1.3. Alarmeren / informeren ........................................................................................................................ 7 3.1.4. Netwerk................................................................................................................................................. 7 3.1.5. Inzetkaart.............................................................................................................................................. 7 3.1.6. Communicatie....................................................................................................................................... 7 3.1.7. (Lands)grensoverschrijdend ................................................................................................................. 7 3.2. KEUZE MAATREGELENPAKKET ..................................................................................................................... 8 BIJLAGE 1: VASTSTELLINGSBESLUIT ..................................................................................................... 10 BIJLAGE 2: OVERZICHT INRICHTINGEN GEVAARLIJKE STOFFEN ............................................... 11 BIJLAGE 3: OVERZICHT PER BRZO-INRICHTING ................................................................................ 11 A: GMK-INSTRUCTIES...................................................................................................................................... 11 B: INZETKAART ................................................................................................................................................ 11 BIJLAGE 4: AFKORTINGEN / BEGRIPPEN ............................................................................................... 12 BIJLAGE 5: VERZENDLIJST ......................................................................................................................... 13
-3-
1. Inleiding & kaders In de veiligheidsregio Limburg-Noord is voorliggend rampbestrijdingsplan opgesteld voor Inrichtingen met Gevaarlijke Stoffen. Het plan bevat een generiek deel met scenario’s en maatregelenpakketten per scenario. Daarnaast wordt er per inrichting een specifiek deel opgesteld met een multidisciplinaire inzetkaart en meldkamerinstructies ten aanzien van alarmering en informering. Met de komst van de Wet Veiligheidsregio is de verantwoordelijkheid voor het vaststellen van rampbestrijdingsplannen overgegaan naar het bestuur van de veiligheidsregio.
1.1
Doelstelling van dit plan
De doelstelling voor dit rampbestrijdingsplan is als volgt geformuleerd: •
Het vastleggen van een generieke werkwijze bij de bestrijding van incidenten bij Inrichtingen met Gevaarlijke Stoffen.
•
Vastleggen van en inzicht geven in de specifieke omstandigheden en maatregelen voor inrichtingen met gevaarlijke stoffen met risico’s voor de omgeving;
•
Voorkomen en/of beperken van schade en slachtoffers door adequate waarschuwing van de omgeving, adequate en veilige inzet van betrokken diensten en het bevorderen van (zelf)redzaamheid door het vooraf bieden van handelingsperspectief aan burgers.
Daarbij ligt de nadruk van het rampbestrijdingsplan in het opzetten en periodiek actueel houden van een werkbaar document voor de betrokken diensten. Het plan beschrijft alleen die zaken die aanvullend zijn op bestaande afspraken, werkwijzen en procedures, en haakt zoveel mogelijk aan op het dagelijks (standaard)optreden van de diverse betrokken diensten en disciplines.
1.2
Afbakening van dit plan: voor welke risico-objecten?
Het besluit Veiligheidsregio’s verplicht het bestuur tot het opstellen van een rampbestrijdingsplan, zoals bedoeld in de Wet op de veiligheidsregio, voor de volgende inrichtingen: - inrichtingen die vallen onder het Besluit Risico’s Zware Ongevallen (1999) - voor vliegvelden - voor categorie A afvalvoorzieningen De Brzo-wetgeving verplicht een aantal inrichtingen om een veiligheidsrapportage op te stellen. Voor deze inrichtingen is het verplicht om een rampbestrijdingsplan op te stellen. Voor de inrichtingen die wel onder de Brzo-wetgeving ressorteren maar niet VR-plichtig zijn, geldt deze verplichting niet. De beslissing over het wel of niet opstellen van een rampbestrijdingsplan wordt daarbij overgelaten aan de directie van de veiligheidsregio. De inrichtingen die onder dit rampbestrijdingsplan vallen zijn opgenomen in bijlage 2. Voor het opnemen van overige inrichtingen in dit rampbestrijdingsplan wordt verwezen naar de procesroute voor het opstellen van multidisciplinaire planvormen.
1.3
Totstandkoming, beheer en inzage van dit plan
Voor VR-plichtige inrichtingen geldt dat het rampbestrijdingsplan dient te worden vastgesteld een jaar nadat het bestuur van de veiligheidsregio de veiligheidsrapportage heeft ontvangen
-4-
met hierin opgenomen het onderdeel van de omgevingsvergunning. Ten minste éénmaal per drie jaar dient het rampbestrijdingsplan te worden herzien en bijgewerkt. Het houdt daarbij rekening met veranderingen die zich in de inrichting of in de omgeving daarvan hebben voorgedaan, met veranderingen in de organisatie en taken van bij de bestrijding van rampen betrokken diensten en organisaties, met nieuwe technische kennis en met inzichten omtrent de bij rampen te nemen maatregelen. •
Op basis van deze kaders wordt in het jaarplan multidisciplinaire preparatie een vaststellings- en terinzageleggingstraject beschreven.
•
Voor niet VR-plichtige inrichtingen geldt dat gemeenten een aanvraag kunnen doen bij de veiligheidsregio voor het opstellen van een rampbestrijdingsplan c.q. het toevoegen van inrichtingen aan onderhavig rampbestrijdingsplan.
•
De veiligheidsregio toetst aan de hand van de procesroute voor het opstellen van multidisciplinaire planvormen of de betreffende inrichting(en) in dit plan kunnen worden opgenomen. De veiligheidsregio stelt vervolgens een jaarplanning op, waarvan actualisering van dit plan onderdeel uit maakt.
•
Het jaarplan wordt met toelichting en advies voorgelegd aan het bestuur van de veiligheidsregio. Op deze manier wordt de regie op de planvorming vanuit het regionale bestuur gewaarborgd.
•
Conform het vastgestelde jaarplan worden mutaties in de loop van het jaar onder regie van de veiligheidsregio doorgevoerd. De veiligheidsdirectie Limburg-Noord is gemandateerd deze tussentijdse mutaties vast te stellen. Daarmee wordt snelle operationele invoering van mutaties geborgd.
1.4
Opleiding en oefening
De wet stelt dat ten minste 1 maal per 3 jaar gezamenlijk met de onderdelen van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing een oefening wordt gehouden waarbij dit rampbestrijdingsplan op juistheid, bruikbaarheid en actualiteit wordt getoetst. Omdat bekendheid met en routine in de in dit plan omschreven werkwijze de meest relevante factor is voor operationele meerwaarde, worden de volgende kaders meegegeven voor het opleiding- en oefenbeleid in de veiligheidsregio.
1.5
•
De in dit plan beschreven werkwijze is tenminste 1 maal per 3 jaar onderdeel van multidisciplinaire bij- en nascholing van de betrokken diensten en disciplines.
•
Tenminste 2 maal per jaar wordt de beschreven werkwijze beoefend in een regionale oefening met ten minste één onderdeel van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding. De evaluatie van deze oefening dient als input voor eventuele aanpassing van dit plan.
Publicatie en verspreiding van dit plan
Na vaststelling wordt dit plan digitaal gepubliceerd op Veiligheidsnet en/of LCMS. De papieren versie met de relevante bijlagen wordt verspreid conform de verzendlijst in bijlage 5.
-5-
2. Risico’s In dit hoofdstuk wordt het (generieke) bedrijfsprofiel voor inrichtingen met gevaarlijke stoffen in de Veiligheidsegio Limburg-Noord beschreven. Deze beschrijving vindt plaats aan de hand van een algemeen profiel en een aantal scenario’s.
2.1. Algemeen profiel Een Brzo-bedrijf is een bedrijf welke valt binnen het toepassingsgebied van het Besluit Risico’s Zware Ongevallen 1999. Het toepassingsgebied richt zich op de hoeveelheid gevaarlijke stoffen die aanwezig kunnen zijn of kunnen worden gevormd bij een onbeheerst chemisch proces1. Zodra de waarschijnlijke effecten bij een incident buiten de grens van de inrichting kunnen reiken is het bedrijf verplicht een veiligheidsrapport (VR) op te stellen, waarin scenario’s zijn beschreven en de daaraan gerelateerde maatregelen die door het bedrijf worden genomen ter voorkoming en beperking van schade. De scenario’s uit de verschillende veiligheidsrapporten vormen voor de veiligheidsregio de basis voor dit generieke rampbestrijdingsplan.
2.2 Scenario’s Ondanks het feit dat elke risicovolle inrichting verschillende bedrijfsprocessen en risico’s kent, zijn de te voorspellen scenario’s op hoofdlijnen generaliseerbaar. Voor dit plan wordt onderscheid gemaakt in een viertal generieke scenario’s, te weten: 2.2.1. Toxisch Door falen in preventieve maatregelen of door een menselijke fout in het bedrijfsproces komt een stof met de intrinsieke eigenschap ‘toxisch’ vrij. De stof verplaatst zich met de wind mee buiten de inrichtingsgrens en bedreigt mens en milieu in benedenwinds gebied. De effectafstanden zijn hierbij afhankelijk van o.a. soort stof, windsnelheid en het weertype. 2.2.2. Brand Er is brand uitgebroken binnen de inrichting. De brand gaat afhankelijk van de aard en hoeveelheid van de stof gepaard met rookontwikkeling en hittestralingseffecten. De rook verplaatst zich met de wind mee buiten de inrichtingsgrens en bedreigt mens en milieu in benedenwinds gebied. De hittestraling kan resulteren in een uitbreiding en vergroting van het effect van het scenario. 2.2.3. Dreigende explosie Er dreigt een explosie als gevolg van ongecontroleerde drukopbouw in een drukvat. Dit als gevolg van bijvoorbeeld een onbeheerste chemische reactie en/of aan hittestraling blootgesteld reactie of opslag vat. Op (korte) termijn is te verwachten dat er (zonder maatregelen) een explosie plaats gaat vinden. De explosie zal/kan gepaard gaan met een vuurbal, drukeffecten en rondvliegende brokstukken. 2.2.4. Explosie Een hoeveelheid gevaarlijke stoffen explodeert. De explosie levert een vuurbal, overdrukeffecten en rondvliegende brokstukken op. Na de explosie zijn secundaire vuurhaarden, glasbreuk en instabiele objecten/bouwwerken te verwachten. 1
Art. 4 Besluit risico’s en zware ongevallen (Brzo)
-6-
3. Maatregelen 3.1. Algemeen In dit hoofdstuk volgt een algemene (generieke) beschrijving van de maatregelen die zijn getroffen in het kader van dit rampbestrijdingsplan. In de volgende paragrafen wordt per scenario een maatregelenpakket beschreven dat specifiek is toegespitst op het scenario. In paragraaf 3.2. wordt de keuze van het maatregelenpakket per scenario schematisch weergegeven. Deze maatregelenpakketten vormen de basis voor de uiteindelijke monodisciplinaire operationele doorvertaling in handboeken en instructies. 3.1.1. Opstart / alarmering In principe is elke functionaris uit de hoofdstructuur2 van de rampenbestrijding bevoegd om één van de maatregelenpakketten Brzo op te starten. De eerste inschatting zal echter bij de centralist van de GMK liggen. 3.1.2. Operationele leiding Operationele leiding in dit rampbestrijdingsplan wordt regulier ingevuld. De GRIP-structuur van de veiligheidsregio Limburg-Noord is te allen tijde van toepassing. De in de GRIPstructuur vastgelegde afspraken ten aanzien van informatie bestuur en opperbevel zijn onverkort van kracht. 3.1.3. Alarmeren / informeren Per inrichting wordt een GMK-blad3 gemaakt waarin specifiek het alarmeren en informeren per inrichting staat beschreven. Daarnaast wordt op de gemeenschappelijke meld kamer (GMK) het generieke maatregelenpakket per scenario opgestart. 3.1.4. Netwerk Op de inzetkaart (specifiek) is per object een organisatiestructuur (netwerk) opgenomen, waarin de betrokken organisaties bij de bestrijding van het specifieke incident staan opgenomen. 3.1.5. Inzetkaart Op de inzetkaart (specifiek) is per object preventief, preparatief en repressief relevante informatie opgenomen van de inrichting en de omgeving. 3.1.6. Communicatie In de maatregelenpakketten staan acties voor de kolom crisiscommunicatie beschreven. Daarnaast zijn in de regionale Publieksinformatie-tool (PIT) specifieke maatregelen beschreven ten aanzien van crisiscommunicatie en het waarschuwen van de bevolking. Tegen de achtergrond van zelfredzaamheid wordt de bevolking die direct bedreigd kan worden door incidenten bij de aan dit plan onderhevige inrichtingen op voorhand geïnformeerd over de risico’s (risico-communicatie). Ook wordt handelingsperspectief geboden door middel van berichtgeving via NL-alert. 3.1.7. (Lands)grensoverschrijdend Indien een ramp of zwaar ongeval regio- of landsgrensoverschrijdend is wordt opgeschaald naar GRIP 4. Het (R)BT is op dat moment belast met het informeren van getroffen regio’s of landen.
2 3
Art. 2.2.1 Besluit veiligheidsregio’s Bijlage 3 Overzicht inrichtingen met gevaarlijke stoffen
-7-
3.2. Keuze maatregelenpakket De keuze voor een scenario wordt gemaakt op basis van scenario-indicatoren. Elke functionaris kan de indicatoren interpreteren en komen tot een scenario uit dit rampbestrijdingsplan. Bij de opstart van een scenario wordt vervolgens een maatregelenpakket geactiveerd en worden de algemene maatregelen4 van kracht. BEELD Indicator Indicatoren kunnen van het bedrijf (bron) of de Major incident omgeving (effect) komen. Exact location METHANE is een handvat om te komen tot Type of incident scenario-indicatoren. Hazzards Acces De scenario-indicator bepaalt uiteindelijk het Number of casualties scenario en bijbehorend maatregelenpakket Emergency services
Grote lekkage / brand De Inrichting Lekkage,brand explosie Giftig, bijtend, rook etc. Bovenwinds aanrijden Slachtoffers Gecoördineerde hulpverlening
SCENARIOKEUZE (OORDEEL) Toxisch Brand Dreigende explosie Explosie Er komt een stof met Er is een brand Er dreigt een Er heeft een explosie de eigenschap uitgebroken explosie. plaatsgevonden toxisch vrij Effect: toxische Effect: hittestraling Effect: dreigende Effect: secundaire stoffen belendingen en vuurbal, drukeffecten branden, glasbreuk, toxische en rondvliegende instabiele verbrandingsproducten brokstukken objecten/bouwwerken Op basis van relatie tussen de verwachte ernst van de gebeurtenis en de waarschijnlijkheid dat het ongewenste effect optreedt, besluit de functionaris één van onderstaande maatregelenpakketten te activeren.
4
Zie paragraaf 3.1.
-8-
MAATREGELENPAKKETTEN (BESLUIT) Scenario’s
Toxisch
Brand
Dreigende explosie
Explosie
Multidisciplinair
GRIP: 2 +/+ CoPI
GRIP: 2 +/+ CoPI
GRIP: 2 +/+ CoPI
GRIP: 2+/+ CoPI
GMK
Werk cf. GMK-blad Alarmeer cf. inzetvoorstel RBP Brzo (TOXISCH)
Werk cf. GMK-blad Alarmeer cf. inzetvoorstel RBP Brzo (BRAND)
Werk cf. GMK-blad Alarmeer cf. inzetvoorstel RBP Brzo (EXPLOSIE)
Alarmeer MKA / MKP / MKB O.b.v. startzone sirenealarm NL-alert (in overleg met OvD-C)
Alarmeer MKA / MKP / MKB O.b.v. startzone sirenealarm NL-alert (in overleg met OvD-C)
Werk cf. GMK-blad Alarmeer cf. inzetvoorstel RBP Brzo (DREIGENDE EXPLOSIE) Alarmeer MKA / MKP / MKB O.b.v. startzone sirenealarm NL-alert (in overleg met OvD-C)
Brandweer
Groot OGS + DLS / SVM Meetplanorganisatie + 4 meetploegen starten
Grote brand + WAH / DPH + DLS / SVM Meetplanorganisatie + 4 meetploegen starten
Grote brand + WAH / DPH + DLS / SVM Meetplanorganisatie + 4 meetploegen starten
Grote brand + WAH / DPH + DLS / SVM
Gemeente
OvD-BZ ter plekke bepalen
OvD-BZ ter plekke bepalen
OvD-BZ ter plekke bepalen
OvD-BZ ter plekke bepalen
Politie
3 NHE
3 NHE
3 NHE
4 NHE + 1 peloton ME
GHOR
GAGS 3 ambulances
GAGS 1 ambulance
GAGS Middel alarm
GAGS Middel alarm
Crisiscommunicatie
Actiecentrum crisiscommunicatie
Actiecentrum crisiscommunicatie
Actiecentrum crisiscommunicatie
Actiecentrum crisiscommunicatie
-9-
Alarmeer MKA / MKP / MKB O.b.v. startzone sirenealarm NL-alert (in overleg met OvD-C)
Bijlage 1: Vaststellingsbesluit
Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Limburg-Noord Overwegende: dat alle inrichtingen met gevaarlijke stoffen, conform bijlage 2, gelegen op het grondgebied van de Veiligheidsregio Limburg-Noord; dat het noodzakelijk en wettelijk verplicht art 17 Wvr is een rampbestrijdingsplan op te stellen, waarin het geheel van de bij de ramp te treffen maatregelen is opgenomen; dat het plan in nauw overleg tot stand is gekomen en is afgestemd met de inrichtingen, de operationele diensten en de omringende overheden; dat dit plan geldt voor de gebieden in en rondom de inrichtingen met gevaarlijke stoffen in de Veiligheidsregio Limburg-Noord, zoals deze zijn aangeduid op de inzetkaarten; dat gelet op: - de Wet Veiligheidsregio, - het Besluit kwaliteitscriteria planvorming en rampenbestrijding, - het Besluit risico’s zware ongevallen 1999), - het Besluit informatie inzake rampen en zware ongevallen, - Landgrensoverschrijdende verdragen, - de provinciale toetsingscriteria, - het regionaal Crisisplan - de gemeentelijke uitwerkingen van de rampbestrijdingsprocesssen, - de Politiewet 1993, - de Wet openbaarheid van Bestuur (WOB); gelet op de reacties van omwonenden; I. vast te stellen het rampbestrijdingsplan IGS II. te bepalen dat het plan ingaande ……. in werking treedt.
Aldus vastgesteld op, .. .. 2013 te Venlo. De voorzitter veiligheidsregio Limburg-Noord,
Dhr. A. Scholten
*Tevens handtekening op de voorzijde van dit document
- 10 -
Bijlage 2: Overzicht inrichtingen met gevaarlijke stoffen VR-plichtige BRZO inrichtingen Akzo Nobel Functional Chemicals North Sea Group Solvay Chemie BV DSM Pharma Chemicals NV Rotterdam Rijn Pijpleiding maatschappij Vitesse Logistics Trespa International
Gemeente Roerdalen Roermond Roermond Venlo Venlo Venlo Weert
Inzetkaart Gereed
Revisie 1.0
Niet-VR-plichtige inrichtigen Spoorweg emplacement Venlo
Gemeente Venlo
Inzetkaart
Revisie
Bijlage 3: Overzicht per Brzo-inrichting A: GMK-instructies B: Inzetkaart
- 11 -
Bijlage 4: Afkortingen / begrippen Hieronder een opsomming van de in dit plan gebruikte afkortingen en begrippen. Voor een volledige opsomming wordt verwezen naar de bijlage van het Crisisplan. Afkortingen AGS BMC Brzo CaCo Copi DLS DPH GAGS GMK GRIP IGS LCMS MC MCP ME MKA MKB MKP MPL MPO MWP NHE OGS OvD-Bz OvD-C OvD-M RBP (R)BT SC Startzone SVM TBZ VR WAH WAS WOB WRZO Wvr
Beschrijving Adviseur Gevaarlijke Stoffen Brand Meld Centrale Besluit Risico's Zware Ongevallen Calamiteiten Coördinator Commando Plaats Incident Druk Lucht Schuim Dompel Pomp Haakarmbak Geneeskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen Gemeenschappelijke Meld Kamer Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure Inrichtingen met Gevaarlijke Stoffen Landelijk Crisis Management Systeem Meld Centrum (meldkamer) Multidisciplinaire Coördinatie Plan Mobiele Eenheid Meldkamer ambulancevoorziening Meldkamer brandweer Meldkamer politie Meetplan Leider Meetplan Organisatie Multidisciplinaire Werkgroep Preparatie Nood Hulp Eenheid Ongeval Gevaarlijke Stoffen Officier van dienst – bevolkingszorg (openbare orde en veiligheid) Officier van dienst – communicatie (operationeel woordvoerder) Officier van dienst - meldkamer Ramp Bestrijdings Plan (Regionaal) Beleidsteam Service Centrum (meldkamer) Een contour (lxb) 2500m x 1000m welke vanaf de bron met de wind mee een eerste inschatting is van het bedreigde gebied. Schuim Vormend Middel Team Bevolkings Zorg Veiligheids Rapportage Watertransport Haakarmbak Waarschuwing en Alarmering Systeem Wet Openbaarheid van Bestuur Wet Rampen en Zware Ongevallen Wet Veiligheidsregio's
- 12 -
Bijlage 5: Verzendlijst
Publicatie Rampbestrijdingsplan IGS
Digitaal
Veiligheidsnet www.vnet-nml.nl / LCMS Regionaal Coördinatie Centrum Gemeenschappelijke Meldkamer Openbaar Ministerie Provincie Limburg Provincie Limburg (België) Kreis Heinsberg (Duitsland) Kreis Kleve (Duitsland) Kreis Viersen ( Duitsland) Veiligheidsregio Limburg-Zuid Veiligheidsregio Brabant Zuid-oost Veiligheidsregio Brabant Noord Veiligheidsregio Gelderland Zuid Veiligheidsregio Limburg-Noord Regiobureau brandweer Limburg-Noord Politie Limburg GHOR Limburg-Noord GGD Limburg-Noord Waterschap Peel en Maasvallei Waterschap Roer en Overmaas Rijkswaterstaat dienst Limburg Waterleiding Maatschappij Limburg Gemeente Mook & Middelaar Gemeente Gennep Gemeente Bergen Gemeente Venray Gemeente Horst aan de Maas Gemeente Venlo Gemeente Peel en Maas Gemeente Beesel Gemeente Nederweert Gemeente Leudal Gemeente Roermond Gemeente Weert Gemeente Maasgouw Gemeente Roerdalen Gemeente Echt-Susteren
- 13 -
1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 1x
Papier
2x 3x