11 juni 2007 Doorkiesnummer
Kopie aan
020 608 24 80
Directie Waternet Van
R.H. Koolhof Onderwerp
Vergadering van de commissie voor advies en bijstand Aanwezig
Dhr. Bremer, dhr. Van Blaaderen (voorzitter), mw. Di Bucchianico, mw. Garming, dhr. Korzelius, dhr. Pouw, mw. Reeser Cuperus-Hatzmann, mw. Res, dhr. Schrama, dhr. Vendrig, mw. Van de Vusse en dhr. Van der Zaag van ambtelijke zijde: dhr. Van der Kooij (directeur sector Afvalwater) dhr. Koolhof (bestuursondersteuning AGV) Afwezig
Zie bij mededelingen Datum en tijd bespreking
7 juni 2007, 13.30 uur Plaats bespreking
Zaal B9.05, Spaklerweg 16, Amsterdam
verslag commissievergadering 7/6/2007
1/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Datum
De leden van het algemeen bestuur
Concept
Aan
11 juni 2007
1.
Opening en vaststelling agenda. Dhr. Van Blaaderen opent de vergadering. Met de nazending is aan de commissies verzonden: • ter kennisname: effect wetswijziging op belastingtarieven (CIE 07/050); • ter kennisname: Volmacht project Landelijke Verkiezingen 2008 (CIE 07/057); • ter kennisname: brief aan Groengebied Amstelland over koudewinning door NUON in de Ouderkerkerplas (CIE 07/058). Ter tafel ligt: • een overzicht van gemaakte afspraken tijdens de extra bijeenkomst van 31 mei jl. over het Jaarverslag 2006 en de Jaarrekening 2006; • een overzicht van genomen besluiten van het Algemeen bestuur over de verplaatsing van de rwzi’s Amsterdam-Oost en Amsterdam-Zuid naar Amsterdam-West, dit naar aanleiding van de bespreking met de leden van het Algemeen bestuur van 31 mei jl. over het Jaarverslag AGV 2006 en de Jaarrekening AGV 2006. Er zijn geen ter kennisname onderw erpen voor bespreking aangemeld. De agenda wordt vastgesteld.
2.
Mededelingen. Er is bericht van verhindering ontvangen van dhr. Tiemersma, dhr. Rümke, dhr. Den Boer, dhr. Van der Klift en dhr. Vonk. Mw. Res komt later. Ook dhr. Korzelius komt wat later. Tevens is dhr. De Bondt afwezig. Het agendapunt ‘Voortgangsrapportage WBP’ wordt daarom behandeld door de overige DB-leden. Het agendapunt ‘Waterakkoord Weerdsluis’ wordt behandeld door dhr. Korzelius.
3.
Conceptverslag van de commissievergadering van 26 april 2007 en toezeggingenlijst (CIE 07/039) Tekstueel: Er zijn geen schriftelijke en mondelinge voorstellen voor wijziging van het verslag ingediend. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van: geen opmerkingen. Toezeggingenlijst Mw. Van de Vusse wil graag weten op welke wijze toezegging 487 (over gebruik FSc-hout) is afgehandeld. In de lijst staat dat met dhr. Tiemersma is afgestemd. Dhr. Van Blaaderen antwoordt dat de inhoud van de afhandeling is dat hij heeft aangegeven dat er geen verdergaande maatregelen worden genomen dan in het antwoordmemo was opgenomen. Er zijn geen overige vragen en opmerkingen over de toezeggingenlijst. TER BESPREKING
4.
Voortgangsrapportage Waterbeheerplan 2006 (CIE 07/040) . Voor ambtelijke ondersteuning is dhr. Loois aanwezig. Toelichting van het DB Dhr. Van Blaaderen licht toe dat deze rapportage nu voor bespreking voorligt zodat de rapportage na behandeling in de commissies aangeboden kan worden aan de Provincies Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland.
verslag commissievergadering 7/6/2007
2/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Reactie van de commissie in eerste termijn Mw. Van de Vusse constateert dat bij peilbesluiten een lager percentage is gerealiseerd. Daarbij wordt als reden gegeven dat dit komt door te wachten op de implementatie van de KRW. Zij vindt dit een vreemd argument en dat spreekt haar niet echt aan. Zij ziet graag dat het voorgenomen percentage wél gerealiseerd wordt. Bij de indicatoren ecologische toestand en chemische toestand wordt verwezen naar een andere meetmethode vanwege de implementatie van de KRW. Aangezien meetmethoden altijd aan verandering onderhevig zijn, vindt zij dat eveneens geen aansprekend argument. Bij het NBW-beleid is sprake van basisnormen voor wateroverlast. De rol van de provincies is daarbij duidelijk. Maar zij is benieuwd wat de rol van AGV daarbij is. Dhr. Vendrig heeft bij de bespreking in de extra bijeenkomst van 31 mei een aantal opmerkingen gemaakt over het Jaarverslag AGV 2006 die hij eigenlijk ook van toepassing acht op deze voortgangsrapportage WBP. Over het thema Grondwater wordt geconcludeerd dat dit vraagt om verscherping van beleidsdoelen. Daarover zou hij wat meer uitleg willen hebben. De toestandsindicatoren vaarwegbeheer zijn volgens de rapportage op orde. Maar omdat hij zelf ook vaart constateert hij nogal eens dat bij de automatische brugbediening weinig tot geen informatie wordt gegeven over de wachttijd. Voor degenen die gebruik maken van de vaarwegen zou dat prettig zijn om te weten. Opvallend uit de rapportage vindt hij dat één rwzi kennelijk niet goed heeft gewerkt. Tevens is hij benieuwd naar het afvalwaterakkoord met Amsterdam. Voor hem is nieuw dat de rwzi Horstermeer enkele incidenten heeft gekend. Hij vindt het prettig daarover geïnformeerd te zijn middels dit verslag. Verder vindt hij deze rapportage voortreffelijk. Antwoord van het DB Dhr. Van Blaaderen antwoordt dat minder peilbesluiten zijn voorbereid omdat capaciteit van medewerkers is gegaan naar de KRW. Dat zijn vaak dezelfde medewerkers . Het inspelen op de implementatie van de KRW is een tweede reden. Bijkomend is dat in het eerste jaar van AGV (1997) geen nieuwe peilbesluiten zijn genomen. In 2007 zijn er dus ook geen extra peilbesluiten die de termijn van 10 jaar hebben voltooid en vernieuwd behoren te worden. Mw. Garming antwoordt dat meetmethoden constant verbeterd worden, maar voor de implementatie van de KRW is toch een bijzondere inspanning nodig. Overigens hebben we daarvan nu al profijt bij het watergebiedsplan voor de Zuidelijke Vechtplassen. Dhr. Loois vult aan dat we wat betreft meten in principe niets laten liggen. Er is overigens nog een onderscheid tussen het meten voor de ecologische toestand en voor de chemische toestand. Er wordt ieder jaar gemeten. Maar het toetsingskader verandert door de invoering van de KRW. Dat valt voor de chemische toestand nog wel mee. Inmiddels is een project gestart waarbij oude meetgegevens voor de chemische toestand getoetst worden aan het nieuwe toetsingskader. Op die wijze is het mogelijk een trend te signaleren. Voor de ecologische toestand ligt het wat complexer. Dat toetsingskader wordt binnen AGV ontwikkeld. Maar het resultaat is dat veel meer gemeten moet worden. Daar is het afgelopen jaar veel inspanning op geweest. En omdat het slechts 1 jaar betreft is
verslag commissievergadering 7/6/2007
3/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
nog geen trend te bepalen. Het inzicht wordt wel verbreed. Eén voorbeeld: er wordt nu ook gekeken naar bepaalde vissen. En dat gebeurde tot nu toe nog niet. De normen voor wateroverlast worden bepaald door de Provincie, maar AGV is daar heel direct bij betrokken. Dhr. Korzelius antwoordt dat een afvalwaterakkoord hoofdzakelijk gaat over de afnameverplichting van afvalwater. Het gaat om een goede afstemming van de capaciteit van het rioolstelsel en de capaciteit van de rwzi’s. Er zijn als pilot twee afvalwaterakkoorden opgesteld, met Amsterdam en met De Ronde Venen. Dhr. Loois vult aan dat over grondwater in het vastgestelde WBP alleen uitgangspunten zijn geformuleerd. Inmiddels zijn een aantal zaken politiek en bestuurlijk doorontwikkeld en gewijzigd, en onder andere vastgelegd in het ontwerp-Waterwet. De vastgestelde uitgangspunten in het WBP moeten dus aangescherpt worden naar doelstellingen. Op dit moment is een voorstel hiervoor door de dienst in voorbereiding. Dhr. Vendrig merkt bij interruptie op dat wij kennis moeten hebben van het voortschrijdend inzicht maar dat hij heeft begrepen dat de primaire verantwoordelijkheid voor het grondwater nog altijd bij de gemeente berust. Dhr. Van Blaaderen beaamt dat. Reactie van de commissie in tweede termijn Mw. Van de Vusse merkt op dat op pagina 7 van de rapportage duidelijk staat dat het actualiseren van de peilbesluiten tijdelijk is getemporiseerd als gevolg van de implementatie van de KRW. Dat in 1997 geen peilbesluiten zijn vastgesteld wordt verderop in de rapportage ook wel genoemd en dat klopt ook wel, maar het argument implementatie KRW wordt dan niet meer genoemd. Haar verzoek is tenslotte hier nog een naar te kijken zodat dit beter geformuleerd kan worden en een beter beeld geschetst wordt. Antwoord van het DB Dhr. Van Blaaderen antwoordt deze suggestie mee te nemen naar het DB. Resultaat De suggestie worden meegenomen naar het DB en de voorzitter constateert dat daarmee in deze commissie de voortgangsrapportage voldoende is besproken. TER ADVISERING 5.
Jaarrekening AGV 2006 (CIE 07/041). Voor ambtelijke ondersteuning zijn dhr. Kniesmeijer, dhr. Comvalius, dhr. Kesting en dhr. Maas aanwezig. Tevens zijn dhr. Van den Braak (accountant ACAM) en dhr. Van Hooff (controleleider ACAM) aanwezig. Toelichting van het DB Dhr. Korzelius licht toe dat hiervoor op 31 mei ’s avonds een extra bijeenkomst is geweest. Bijna iedereen die nu aanwezig is was op die avond ook aanwezig. Hoofdpunt van deze jaarrekening is de wijze waarop de restant boekwaarde van de rwzi AmsterdamOost en rwzi Amsterdam-Zuid in de rekening is opgenomen. In eerste instantie is dat opgelost door
verslag commissievergadering 7/6/2007
4/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
de restant boekwaarde in 30 jaar af te schrijven en dat op te nemen aan de debetzijde van de balans bij immateriële vaste activa. De accountant heeft aangegeven dit de restant boekwaarde aan de creditzijde van de balans opgenomen moet worden, en daardoor wordt afgeboekt van de algemene reserve. De algemene reserve is daarmee negatief geworden. Ook op advies van de accountant heeft het DB besloten te gaan zoeken naar een aanpak van dit vraagstuk. De aanpak is mede nodig omdat de bestemmingsreserve waterkeringen, waterkwantiteit en vaarwegen ook negatief is. En de aangekondigde nieuwe regels in de comptabiliteitvoorschriften laat een negatieve bestemmingsreserve niet toe als de algemene reserve óók negatief is. Voor de goede orde: het feit dat een restant boekwaarde bestaat voor de rwzi Amsterdam-Oost en rwzi Amsterdam-Zuid is geen nieuw feit en dus ook geen verrassing. Bij de besluitvorming in het AB over de nieuwbouw van de rwzi Amsterdam-West was dat allemaal al aangegeven. Gisteren is in de commissie gevraagd naar meer inzicht in de uitwerking van de besluitvorming over de rwzi Amsterdam-West, ook over zaken als BTW-teruggaaf via de Waterlandstichting e.d. Daarover is toegezegd een notitie op te stellen. Een ander punt van de jaarrekening is het gerealiseerde percentage van de investeringen. Dat is lager dan geraamd. In hoofdstuk 4 van de Jaarrekening en hoofdstuk 5 van het Jaarverslag is dat allemaal toegelicht en verantwoord. Reactie van de commissie in eerste termijn Dhr. Bremer constateert dat voor het 10e opeenvolgende jaar de categorie gebouwd te hoog is aangeslagen. Iedere keer gebeurt dit weer. En in het SMP 2008- 2012 is weer de aanname opgenomen dat de totale WOZ-waarde maar met 1% stijgt, terwijl dit hoger is. Tevens is de jaarrekening niet transparant omdat op pagina 2/10 van de voordracht en op pagina 4 van de Jaarrekening staat dat de categorie ingezetenen een positief resultaat oplevert terwijl de kwijtschelding daarin niet is verdisconteerd. De kwijtschelding wordt immers geheel veroorzaakt door de categorie ingezetenen. Andere waterschappen werken overigens al tijden met een reserve per categorie terwijl het DB zegt dat dit niet mogelijk zou zijn. Maar het is wel mogelijk. Hij stemt daarom niet in met de Jaarrekening 2006 en hoopt op een onder curatelestelling van AGV door de provincies omdat het DB weigert te luisteren naar AB-leden. Hij kan alleen instemmen met de Jaarrekening als een goed voorstel komt hoe het teveel opgebrachte belastinggeld van gebouwd wordt gecompenseerd. Dhr. Vendrig is bij nader inzien behoorlijk geschrokken van de bijeenkomst van vorige week. Hij heeft daar nog geruime tijd over nagedacht. Vooral dat we nu een omvangrijke negatieve algemene reserve hebben en dat het DB dit eigenlijk nog maar 14 dagen weet. Hij is ook geschrokken van het verslag van de accountant, in het bijzonder wat is opgenomen op pagina 7 3 e regel van onderen en bovenaan pagina 8. Daarin is door de accountant een spanningsveld geformuleerd. Vraag is dan of we binnen afzienbare tijd nog meer rwzi’s gaan sluiten die een restant boekwaarde hebben en hoe we dat gaan doen. Naar zijn idee zou Amsterdam bij de rwzi Amsterdam-Oost en Amsterdam-Zuid het erfpachtcontract met AGV afgekocht moeten hebben zodat AGV daarmee de restant boekwaarde van de installaties (en andere opstallen) kan compenseren en Amsterdam daarmee het blote eigendom verkrijgt. Hij heeft moeite met de wijze waarop het nu is verlopen omdat naar zijn mening het voor de gemeente Amsterdam op een goedkope wijze is verlopen. Hij heeft in ieder geval uit de stukken niet kunnen opmaken welke compensatie is geboden voor de afkoop van de restant boekwaarde van de installaties. Hij is zeer ongelukkig met deze gang van zaken. Er is een tekort van 66 miljoen in één verslag commissievergadering 7/6/2007
5/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
keer afgeboekt. Normaal gesproken hadden de installaties nog 10 jaar te gaan. Maar de restant boekwaarde is overgebracht naar de rwzi Amsterdam-West en vervolgens weer in 30 jaar afgeschreven. Dat lijkt hem geen juiste gang van zaken. Er is sprake van een nieuw gevormde bestemmingsreserve ter dekking van de negatieve algemene reserve en daarvoor wordt een annuïteitlening afgesloten. Hij heeft daarom weerstand om deze jaarrekening goed te keuren. Hij heeft nog een aantal inhoudelijke vragen over de jaarrekening. De egalisatiereserve voor waterkeringen, waterkwantiteit en vaarwegen is ook negatief. En dat mag volgens de accountant niet. Kan dat nog nader toegelicht worden? Op pagina 15 is sprake van afboeken van ruim €1,7 miljoen van de reserve vanwege de verkoop van het kantoor Larenseweg Hilversum. Waardoor wordt dit veroorzaakt? Op pagina 18 is sprake van vrijval van €795.000 in de voorziening afname WOZ-gegevens. Waardoor wordt dit veroorzaakt? Op pagina 41 wordt gewag gemaakt van een dijkbezwijkproef Ankeveen. Dat vindt hij informatie die toegelicht kan worden in het jaarverslag, maar niet in de jaarrekening hoeft. Over baggeren wordt geconstateerd dat de ondergrens van de meerjarenplanning wordt gerealiseerd. Ook dat hoort in het jaarverslag toegelicht te worden. In de jaarrekening is sprake van opbrengst sluisgelden. Hij is benieuwd naar de stand van zaken over het eventueel stoppen met innen van sluisgeld in Muiden om daarmee uitwijkgedrag van de Vecht naar het Amsterdam-Rijnkanaal en de Oranjesluizen te voorkomen. Dhr. Schrama is op 31 mei bij de bijeenkomst geweest en constateert dat de afspraken van die bijeenkomst zijn vastgelegd. Hij vindt het prettig dat is toegezegd met een notitie te komen, waarin ook nog wordt ingegaan op de BTW en de Waterlandstichting. Hij heeft wel vertrouwen dat dit goed komt. Hij is benieuwd of in de goedkeurende verklaring van de accountant nog sprake is van een ‘mits’. Mw. Van de Vusse vindt de negatieve algemene reserve het belangrijkste feit en vindt dat jammer. Zij is benieuwd op welke termijn het AB daarover iets kan verwachten. Kan dat al voor het AB van 5 juli? In de bijeenkomst van 31 mei zijn nog meer afspraken gemaakt. Wanneer komt daarover informatie? Mw. Reeser Cuperus-Hatzmann is benieuwd naar het antwoord op de vraag van dhr. Schrama. Antwoord van het DB Dhr. Korzelius antwoordt dat de vragen van de bijeenkomst van 31 mei vóór het AB van 5 juli van een antwoord worden voorzien. De restant boekwaarde van de rwzi’s Amsterdam-Oost en Amsterdam-Zuid is geen tegenvaller. Dat wisten we al bij de besluitvorming over de nieuwbouw van de rwzi Amsterdam-West. We mogen het alleen niet activeren aan de debetzijde van de balans. Het is eigenlijk alleen een andere wijze van presenteren. En er is al toegezegd met een notitie te komen waarin nader ingegaan wordt op de besluiten over de nieuwbouw. De gemeente Amsterdam is niet goedkoop aan de gronden gekomen. Er was een maatschappelijk belang om tot verplaatsing over te gaan omdat de rwzi Amsterdam-Oost op het eiland Zeeburg op een vervelende plek stond gelet op de ontwikkeling van IJburg. Er is een win-win situatie gecreëerd door de installatie te verplaatsen in plaats van omvangrijk extra investeringen op de bestaande installatie te realiseren. De verplaatsing heeft in verhouding tot die extra investeringen geen extra tariefsverhogingen met zich meegebracht.
verslag commissievergadering 7/6/2007
6/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Er is toegezegd met een extra notitie te komen maar de BTW-teruggaaf via de Waterlandstichting is een bijzonder verhaal. Dat is op dit moment nog altijd onder de rechter, maar feit is dat op het moment van besluitvorming over de verplaatsing die werkwijze was toegestaan. Het klopt dat de categorie gebouwd voor het 10e jaar teveel opbrengt. In 2007 is uitgegaan van 1% stijging WOZ-waarde. We zien dat in de eerste 4-maandsrapportage dat in de pas loopt. De inschatting van de WOZ-waarde wordt buitengewoon nauwkeurig gedaan. De verwachting is dat per 2009 het instellen van een reserve per categorie mogelijk is. Nu kan dat niet. Bij interruptie merkt dhr, Bremer op dat dit wél kan. Rijnland past dat nu al toe. Dhr. Korzelius antwoordt dat het niet kan omdat het AB dat zo heeft vastgelegd in de Nota Reserves en Voorzieningen. En binnen de huidige constellatie doet het DB geen voorstel om dat te veranderen. Er is een ter kennisnamestuk bijgevoegd over het effect van de wetswijziging op de belastingtarieven. Het is merkwaardig dat die notitie niet voor bespreking is aangemeld, maar persoonlijk geeft hij aan dat het instellen van een reserve per categorie een goed idee is, maar dat is nog géén DB-standpunt. De kwijtschelding wordt inderdaad veroorzaakt door de categorie ingezetenen. Maar dat is bekend. AGV onder curatele stellen kan niet. Een artikel 12-constructie zoals bij gemeenten kan bij waterschappen niet. Over de negatieve algemene reserve moeten we nu niet net doen of rampspoed is ontstaan. Al het werk van AGV kan gewoon doorgaan. Naar aanleiding van het accountantsverslag is toegezegd dat het DB gaat onderzoeken hoe we deze zaak aanpakken. Vóór 1 januari 2008 moet daarvoor een oplossing bedacht zijn. Er kunnen inderdaad rwzi’s gesloten worden. Bijvoorbeeld de rwzi Hilversum. Daar gaat het probleem van de restant boekwaarde niet spelen. Het kantoor aan de Larenseweg Hilversum is verkocht voor een bedrag €1,7 miljoen onder de boekwaarde. De discussie over de sluisgelden, o.a. over de Groote Zeesluis Muiden is nog in voorbereiding bij het DB. Dhr. Van den Braak vult aan dat bij de goedkeurende verklaring van de accountant geen sprake is van een ‘mits’. In aanvulling op de discussie over de restant boekwaarde van de installaties is het zo dat onder de oude verslagregels de oorspronkelijke aanpak toegestaan was. Maar met ingang van 2006 is daar een einde aan gemaakt. Van rwzi’s of andere installatie die buiten gebruik gesteld worden moet de restant boekwaarde tot nul gebracht worden, en een dekkingsplan aan het bestuur voorgelegd worden. Er is daarover door de organisatie transparant aan het DB gerapporteerd. Er moet nu alleen nog een dekkingsplan gemaakt worden. Nu is een annuïteitlening met een looptijd van 30 jaar aangegeven. Tevens is de verwachting dat er nieuwe regels komen voor de verslaglegging. ACAM, Waternet en Unie van Waterschappen houden dat in de gaten en gaan overleg voeren zodra dat nodig is. Belangrijk is of voor de nieuwe regels voor verslaglegging ook een overgangsregeling wordt vastgesteld. Dat wordt goed in de gaten gehouden. Dhr. Maas vult aan dat een pot is gevormd voor verrekening van het verkrijgen van WOZ-gegevens. Daar was op overgehouden en het saldo is ten gunste van het resultaat geboekt. Dhr. Bremer vraagt bij interruptie hoe nu de negatieve reserve per 1/1/2008 weer positief kan zijn, omdat een negatieve reserve kennelijk niet meer mag.
verslag commissievergadering 7/6/2007
7/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Dhr. Van den Braak antwoordt dat de beperking alleen betrekking heeft op negatieve bestemmingsreserves. Als die negatief zijn mag de algemene reserve óók niet negatief zijn. Maar als de bestemmingsreserves positief zijn mag de algemene reserve wél negatief zijn. Dhr. Bremer vraagt bij interruptie of de Provincies de jaarrekening moeten goedkeuren. Dhr. Korzelius antwoordt dat dit niet het geval is. Reactie van de commissie in tweede termijn Dhr. Bremer constateert dat de debiteurenpositie van Wvo en Omslag op één hoop wordt gegooid. Hij ziet dat liever gesplitst en gespecificeerd per categorie. Het debiteurensaldo is door de jaren heen gestegen. Hij heeft overigens geen afdoende antwoord gekregen over mogelijke compensatie van teveel betaalde aanslag gebouwd. Dhr. Vendrig meent dat afgestemd moet worden met andere waterschappen hoe met regels omgegaan kan worden. We moeten dat voortaan betere vergelijken. Hij blijft het vreemd vinden dat voor een rwzi met een restant levensduur van 10 jaar de restant boekwaarde over 30 jaar wordt afgeschreven. Dat is lasten doorschuiven naar de toekomst. Waarom is voor die afschrijvingstermijn niet de tijdsduur aangehouden die de installatie nog te gaan had? Antwoord van het DB Dhr. Korzelius antwoordt dat in de vorige bestuursperiode door het AB voor die werkwijze van verrekenen van de restant boekwaarde is gekozen. Dat kunnen we dus niet wijzigen. Alleen de positie op de balans is dus aangepast. De discussie over reserves per categorie is al vaker geweest. We gaan nu gewoon bekijken wat we per 1/1/2009 gaan doen. Het vergelijken van omgaan met regels is niet opportuun. Overigens wordt in de versie van de Jaarrekening die vastgesteld moet worden nog in de risicoparagraaf een passage toegevoegd over de bodemverontreiniging aan de Larenseweg. Die passage stond in de Jaarrekening 2005. In 2006 is daar geen ontwikkeling op geweest, dus die passage wordt ongewijzigd opgenomen in de risicoparagraaf van de Jaarrekening 2006. Dhr. Maas vult aan dat het debiteurensaldo inmiddels beter is dat de stand per 31/12/2006. Het saldo in gedaald van €21,4 miljoen naar €10,5 miljoen. Afspraken Er wordt voor het AB van 5 juli een memo opgesteld met antwoorden op gestelde vragen in de bijeenkomst van 31 mei en van deze commissie, voor zover in de beantwoording toegezegd. Er wordt een notitie opgesteld met een toelichting op de besluiten van het AB over de verplaatsing van de rwzi Amsterdam-Oost en de rwzi Amsterdam–Zuid naar Amsterdam-West. Resultaat Dhr. Bremer adviseert negatief. De overige aanwezige leden onthouden zich van advies in afwachting van de afdoening van gedane toezeggingen door het DB.
verslag commissievergadering 7/6/2007
8/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
5a.
Jaarverslag AGV 2006 (CIE 07/042). Voor ambtelijke ondersteuning is dhr. Kniesmeijer aanwezig. Toelichting van het DB Dhr. Korzelius licht toe dat hiervoor op 31 mei ’s avonds een extra bijeenkomst is gehouden. Een overzicht van afspraken lag vandaag ter tafel. Het DB is met name benieuwd of er alsnog suggesties zijn voor de verbetering van de inhoud. Reactie van de commissie Dhr. Pouw heeft als suggestie voor de bekendheid van AGV en de samenwerking met anderen om volgend jaar in het verslag niet alleen op te nemen wat gedaan is maar ook aan te geven wat het effect of met andere woorden het resultaat is geweest. Dhr. Bremer mist criteria voor het kunnen bepalen van de kleur van een stoplicht. Dat bij realisatie het licht op groen staat terwijl bij lezing blijkt dat een boel zaken niet gerealiseerd zijn komt wat vreemd over. Wat onder ‘Bekendheid van AGV’ wordt verstaan is niet duidelijk. Het lijkt zo te zien om informatievoorziening te gaan, maar dat zegt niks over bekendheid. Voor het overige is het een mooi verslag geworden. Dhr. Schrama ziet bij afspraken geregeld staan ‘in het verslag van volgend jaar’. Daarbij wordt gedoeld op het Jaarverslag over 2007. Voor één punt wil hij een uitzondering maken, namelijk over bestuurswisselingen. Hij verzoekt het DB dat in het jaarverslag van 2006 alsnog op te nemen. Het overlijden van dhr. Hubbeling, het toetreden tot het DB van dhr. Van der Zaag en het toetreden tot het AB van dhr. Pouw en mw. Reijs mag niet onvermeld blijven. Mw. Van de Vusse merkt op dat het interessanter is het effect van activiteiten in het verslag te bespreken. Zij vraagt waarom naast de financiële gegevens ook is gekeken naar Bekendheid AGV en Samenwerking. Dat komt uit de lucht vallen, terwijl teruggrijpen op de Visie AGV waarin het onder meer gaat over klantgerichtheid, veel logischer is. Antwoord van het DB Dhr. Korzelius antwoordt dat deze aspecten niet uit de lucht vallen, maar dat het aansluit op de systematiek van de 4-maandsrapportages. Klantgerichtheid is een aspect dat meer aan de orde is voor Waternet. Het nader definiëren van de criteria voor de kleur voor een stoplicht wordt als suggestie meegenomen. Voor de Bekendheid AGV moet je het effect van acties gaan meten. Ook die suggestie wordt meegenomen. Hij zegt toe de informatie over bestuurswisselingen alsnog op te nemen in het Jaarverslag 2006. De complimenten voor het jaarverslag geeft hij graag door aan dhr. Kniesmeijer. Afspraken Gedane suggesties over de inhoud van het jaarverslag worden meegenomen naar het DB. Informatie over bestuurswisselingen wordt alsnog opgenomen in het Jaarverslag 2006. Resultaat De commissie heeft het verslag voldoende besproken.
verslag commissievergadering 7/6/2007
9/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
6.
Strategisch Meerjarenplan AGV 2008-2012 (CIE 07/043). Voor ambtelijke ondersteuning zijn dhr. Gross, dhr. Maas en dhr. Opgenhaffen aanwezig. Toelichting van het DB Dhr. Korzelius licht toe dat het SMP altijd een belangrijk onderdeel is van de besluitvorming van het AB. In dit SMP blijft de noodzaak voor het reserveren ten behoeve van de implementatie KRW en NBW aan de orde. Er is nog steeds sprake van globale ramingen in de orde van 400 tot 600 miljoen euro. Op dit moment is daarvoor geen betere inschatting beschikbaar. Wellicht is dat wel beschikbaar bij de begroting 2008, maar uiteraard zijn de bedragen pas écht bekend als in 2008 besluiten genomen moeten worden over uitvoering van maatregelen. In het DB is uitvoerig gesproken over dit SMP. Besloten is in ieder geval rekening te houden met de verwachte uitkomst van de nieuwe CAO voor het personeel. Omdat bij voortzetting van de lijn van het SMP van vorig jaar de tariefstijging hoog zou zijn is besloten een tandje lager te gaan. Het voorgenomen eindsaldo voor de reservering KRW en NBW wordt nu in 2012 gerealiseerd in plaats van in 2011. Maar het DB beschouwt deze reservering als voldoende. Op het vlak van kapitaalintensieve investeringen is een bedrag opgenomen van 42,7 miljoen euro voor de nieuwe rwzi Hilversum. Op voorhand is nu al duidelijk dat dit niet toereikend zal zijn. Omdat het voornemen is te gaan bouwen bovenop een bergbezinkbassin van de gemeente wordt het aandeel voor AGV hoger. Reactie van de commissie in eerste termijn Mw. Res leest onderaan pagina 2/5 van de voordracht de zin ‘Aan deze opslag lag geen concrete onderbouwing ten grondslag’. Dat is een vreemde zin. Is er écht geen betere omschrijving of reden bekend? Aan muskusrattenbestrijding wordt steeds meer geld uitgegeven. Zijn er al resultaten van evaluaties beschikbaar? Anders is het zonde van het geld. Mw. Van de Vusse constateert dat het SMP weergeeft wat we gaan doen en waar extra kosten gemaakt worden. Maar is nu duidelijk waar extra besparingen mogelijk zijn? Daarvoor worden alleen synergievoordelen van de fusie genoemd. Ook is sprake van nieuw beleid. Maar is ook sprake van afstoten van taken? Op pagina 7 is sprake van extra kosten voor muskusrattenbestrijding na het einde van de MKZ-crisis. Maar kan de hoogte van het bedrag nu weer worden teruggebracht? Op pagina 8 staat een stijging van afvalwaterbehandeling door derden vanwege Rijnland en HDSR. Kunnen we dat dan niet beter zelf doen? Bij Nieuw Beleid is een kostenloze herinnering ingevoerd. Maar de invoering daarvan brengt op zich toch weer kosten met zich mee? Op pagina 11 worden besparingen door de fusie genoemd. Zoals gezegd is zij benieuwd of er nog meer besparingen mogelijk zijn. Dhr. Schrama ziet op pagina 4/5 van de oplegnotitie opmerkingen naar aanleiding van de COELOAtlas 2007 en dat het tarief gebouwd voor AGV landelijk het laagst is. Omdat de categorie gebouwd op termijn bestuurlijk wordt opgeheven gaat hij ervan uit dat bij toepassing van de trits belangbetaling-zeggenschap het tarief voor gebouwd op termijn ook nul zal worden. In het voorstel AB staat dat detailuitwerkingen voor KRW en NBW er nog niet zijn. Maar zijn misschien wel parameters bekend voor de Rijksbijdrage hiervoor?
verslag commissievergadering 7/6/2007
10/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Voor de kostenloze herinnering is natuurlijk de hoop dat minder gebruik gemaakt wordt van duurdere methoden om het belastinggeld te innen. Maar zijn de extra kosten voor het versturen van zo’n kostenloze herinnering verrekend met de mogelijke opbrengsten? Er is sprake van nationale afstemming en het meer automatiseerbaar maken van de waterschapsverkiezingen in 2008. Daar is hij wel mee ingenomen maar de vraag is of de pot van 1,6 miljoen euro voor die verkiezingen toereikend is. Op pagina 11 wordt ingegaan op mogelijke nieuwbouw van de rwzi Weesp. Krijgen we daar óók te maken met versnelde afschrijving? En zijn we daarop dan voorbereid? Dhr. Vendrig vindt het een goede zaak dat voor de KRW en NBW bestemmingsreserves bestaan. Ook de andere reserves van het waterschap moeten versterkt worden, zoals de reserve voor waterkeringen. Maar het levert wel een bestuurlijk spagaat op, omdat kiezers liever minder belasting willen betalen. Voor de rwzi Horstermeer is een investering van 10 miljoen opgenomen voor korte termijn verbetering van de installatie en 3,3 miljoen euro opgenomen voor een onderzoek naar verplaatsing van de installatie op termijn. Het is zinloos te studeren op verplaatsing als je gaat verbeteren. Daar moet dus zo snel mogelijk duidelijkheid over komen. Dhr. Bremer ziet in dit SMP een stijging van de totale WOZ-waarde van 1%. Dat is te laag. Tevens heeft hij in de jaarrekening gelezen dat een aanslag gebouwd pas op 29/12/2006 is verzonden terwijl het tarief al 15 maanden eerder is vastgesteld. Er moet meer rekening gehouden worden met actuele gegevens en bijvoorbeeld twee maanden voordat de aanslag verstuurd wordt gebruik te maken van de mogelijkheid het tarief alsnog bij te stellen. Dhr. Pouw merkt op dat de categorie bedrijfsgebouwd een kleine daling ziet ten opzichte van de tariefsprognose van vorig jaar. Dat doet de categorie bedrijfsgebouwd deugd. Hij heeft de volgende vragen: Op pagina 7/15 is sprake van kalibreren van online-metingen van het laboratorium. Was dit niet te voorzien? Waren er prognoses voor de besparingen (pag. 11/15) en komen deze getallen overeen met die prognoses? De teneur voor de kostenloze herinnering is klantgerichtheid. Maar in zijn visie worden hiermee notoire wanbetalers gehonoreerd. Je krijgt immers nog een kostenloze herinnering, nietwaar? Rekeningen voor elektra/gas/water worden als belangrijker ervaren dan waterschapsbelastingen, en met het invoeren van de kostenloze herinnering worden waterschapsbelastingen nóg eerder ter zijde gelegd. In de berekening van het reserveverloop waterkwaliteit in bijlage 1 voor het jaar 2009 mist hij bij narekenen een bedrag van 2 miljoen euro. Hoe kan dat? Ook worden de loon- en inflatiecorrectie niet meegenomen waardoor je als AB op het verkeerde been wordt gezet. Antwoord van het DB Dhr. Korzelius antwoordt dat de kostenloze herinnering wordt gevoegd tussen de aanslag en de herinnering mét een toeslag voor administratieve kosten. Het is inderdaad een vorm van klantgerichtheid waarmee de hoop is dat duurdere methoden minder nodig zijn. Uiteraard zijn er kosten aan verbonden om het te versturen. Maar of we na verrekening daadwerkelijk minder kosten hebben weten we nog niet. Uiteindelijk wordt bij wanbetaling als laatste stap de deurwaarder ingeschakeld. verslag commissievergadering 7/6/2007
11/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
De zin ‘Aan deze opslag lag geen concrete onderbouwing ten grondslag’ is geen synoniem van ‘we klooien maar wat aan’. Die zin staat daar heel bewust. Het doorvoeren van besparingen is een continu proces van de organisatie. Maar primair gaat het om fusiebesparingen. Gisteren is toegezegd dat informatie word verstrekt of dit conform de prognoses is. Het goedkoper zelf afvalwater behandelen als de kosten voor HDSR of Rijnland hoger zijn zouden we doen als dat lukt. Maar omdat sprake is van grensoverschrijdend afvalwater moet dit zo. De categorie gebouwd gaat weliswaar uit het bestuur, maar de heffing voor gebouwd blijft bestaan. Een Rijksbijdrage voor uitvoering KRW en NBW is er niet. Het Rijk draagt de eigen kosten, de regionale kosten liggen bij provincies, waterschappen en gemeenten. De inrichting van de Bloemendalerpolder heeft effect op het afvalwater en dus ook op de rwzi Weesp. Maar er is ook onderzoek naar alternatieve sanitatie, bijvoorbeeld door kleinschalige MBR-installaties of het doorpompen van het afvalwater naar Amsterdam- West. Een voorstel daarvoor komt nog. De rwzi Horstermeer heeft de bijzonderheid dat er verplichtingen zijn voor de kwaliteit van het effluent op de Vecht, maar aan de andere kant AGV ook betrokken is bij discussies over de toekomst van de Horstermeerpolder. We zitten wat dat betreft daar in een spagaat dat nog enige jaren duurt. We behandelen nu het SMP maar in september komt een voorstel over de rwzi Horstermeer naar de commissies. Belastingtarieven moet je vaststellen in het jaar voorafgaand aan het jaar dat je ze oplegt. Nog niet zo lang geleden is er ter kennisname een notitie opgesteld over de kohierplanning van de belastingen. Dat is een zeer ingewikkeld proces, mede afhankelijk van WOZ-gegevens. Gemeenten die in gebreke zijn gebleven hebben we laatst nog een boze brief gestuurd. Al met al kan het dus zijn dat een laatste oplegging volgens planning pas in december wordt opgelegd. Dhr. Van Blaaderen antwoordt dat muskusrattenbestrijding in Utrecht wordt uitgevoerd door het OLM, het Openbaar Lichaam Muskusrattenbestrijding. Er zijn piekbestrijders aangesteld voor een periode van drie jaar. De kosten daarvoor lopen dus door. AGV draagt daar 7% aan bij. De Provincie Utrecht draagt het leeuwendeel van de kosten. Op termijn gaat dat overigens veranderen. De OLM wordt opgeheven en de organisatie wordt ondergebracht bij HDSR. De Provincie Utrecht blijft aan de kosten bijdragen. Er worden afspraken gemaakt met de waterschappen over de inzet van de piekbestrijders. In ons gebied heeft dat inmiddels goed geholpen. Dat heeft vlak ná de MKZ-crisis plaatsgevonden. Nu moet de piekbestrijding voornamelijk in HDSR-gebied ingezet worden, met name in Utrecht-Zuid cq. de Krimpenerwaard. Dhr. Van der Kooij vult aan dat kalibreren van metingen normaliter te voorzien is. Recent zijn echter enkele tientallen extra online-meters ter beschikking gekomen. De kosten voor het kalibreren was daarmee toch hoger dan voorzien. Dhr. Gross vult aan dat het verschil van 2 miljoen euro in de tabel bijlage 1 komt omdat per 2009 de voorziening riolering buitengebied wordt opgeheven. Het verwachte restant van die voorziening wordt dan toegevoegd aan de reserve waterkwaliteit. Reactie van de commissie in tweede termijn Dhr. Pouw vindt door het antwoord dat tabel 1 dus niet transparant is opgebouwd. Dhr. Bremer meent dat het mogelijk moet zijn het belastingtarief op het allerlaatste moment voor de aanslagoplegging naar beneden bij te stellen als daar aanleiding voor is. Dhr. Vendrig is benieuwd of een bestuursbesluit is genomen over het toevoegen aan de reserve waterkwaliteit van een restant voorziening riolering buitengebied.
verslag commissievergadering 7/6/2007
12/16
11 juni 2007
Antwoord van het DB Dhr. Korzelius geeft de beantwoording door aan de betrokken medewerkers. Dhr. Opgenhaffen antwoordt dat de belastingtarieven worden vastgesteld in de AB-vergadering van eind november. In mei daaropvolgend worden de eerste aanslagen gebouwd opgelegd. In principe bestaat de mogelijkheid voor die eerste oplegging het tarief te verlagen, maar daar was in 2006 op dat moment geen aanleiding voor. Dhr. Gross antwoordt dat geen apart bestuursbesluit is genomen over de toevoeging aan de reserve waterkwaliteit van een restant voorziening riolering buitengebied. Maar het is opgenomen op pagina 68/69 van de vastgestelde Beleidsbegroting AGV 2007. Dhr. Korzelius zegt toe in een voetnoot bij tabel 1 die informatie op te nemen.
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
Afspraken In het SMP(tabel 1) opnemen dat per 2009 het restant van de voorziening riolering buitengebied wordt toegevoegd aan de reserve waterkwaliteit. Resultaat Dhr. Bremer adviseert negatief. De overige aanwezige leden adviseren positief. 7.
Waterakkoord Weerdsluis (CIE 07/044) Voor ambtelijke ondersteuning is dhr. Van Alphen aanwezig. Toelichting van het DB Dhr. Korzelius licht toe dat het een bijzonder voorstel is. Het heeft enige tijd geduurd voordat het zover is, maar op deze wijze is het mogelijk voor het vertrek van dijkgraaf Vergunst van HDSR dit waterakkoord af te sluiten. Het is voor dijkgraaf Vergunst een mooi afscheidscadeau. Reactie van de commissie in eerste termijn Dhr. Vendrig kan instemmen met het waterakkoord maar had toch verwacht dat de inhoud van het ter kennisnamestuk over de Bijdrage aan rwzi HDSR onderdeel was geweest van de financiële paragraaf van dit waterakkoord. Antwoord van het DB Dhr. Korzelius antwoordt dat het ter kennisname stuk ‘Bijdrage aan rwzi HDSR’ (CIE 07/048) wel met dit waterakkoord samenhangt. Maar hij had de verwachting dat dhr. Vendrig daarmee kan instemmen. Reactie van de commissie in tweede termijn Dhr. Vendrig reageert dat er drie rwzi’s zijn die lozen op de Vecht en dat de eerste rwzi waaraan wij (mee)betalen niet van ons is. Resultaat De commissie geeft een positief advies.
verslag commissievergadering 7/6/2007
13/16
11 juni 2007
8.
Watergebiedsplan Naardermeer, ’s-Gravelandse polder en omgeving (CIE 07/045). Voor ambtelijke ondersteuning is dhr. Hofstra aanwezig. Toelichting van het DB Mw. Garming licht toe dat dit watergebiedsplan is besproken in de commissies van 1 en 2 november 2006 voor de ter inzage legging. Er zijn daarna 14 zienswijzen ingediend. De grote lijn van het plan is daardoor niet veranderd, maar op een aantal details is het plan alsnog aangepast. Zo is tegemoetgekomen aan enkele problemen van agrariërs in de ‘s-Gravelandse polder en zijn concrete maatregelen geformuleerd voor woningen die op palen gefundeerd zijn. Reactie van de commissie Mw. Van de Vusse vindt het een goed en helder plan. Bij eerdere watergebiedsplannen heeft zij wel eens opgemerkt dat de brieven van AGV onvolkomenheden bevatten en qua toon niet in orde waren. Maar voor dit watergebiedsplan zijn hele nette AGV-brieven opgesteld waarin keurig wordt ingegaan op de zienswijzen. Dhr. Vendrig heeft de opzet van dit plan van nabij gevolgd. Hij heeft complimenten voor de wijze waarop het is verlopen. Zo constateert hij dat door belanghebbenden van de Kreugerlaan die in eerste instantie behoorlijk stevig gereageerd hebben op een hoorzitting uiteindelijk toch geen bezwaar is ingediend. De zg. keukentafel-gesprekken zijn op deze wijze zinvol gebleken. Ook constateert hij dat de afvoer van de ’s Gravelandseweg met dhr. Vogel is besproken en dat het afwateringsprobleem wordt opgelost. Daar is hij tevreden over. In het Verslag van inspraak constateert hij een cryptische reactie op de brief van het Goois Natuurreservaat (GNR) Er moeten nog ‘nadere afspraken gemaakt worden’ over invulling van waterhuishoudkundige maatregelen geraamd op €155.000 voor de zanderij Cruysbergen. Hij had verwacht dat die afspraken al gemaakt zijn. Hij ruikt hier een potentiële conflictsituatie. Antwoord van het DB Mw. Garming antwoordt dat zij nu kan volstaan om de complimenten voor het plan door te geven aan dhr. Hofstra en de andere leden van de voorbereidingsgroep. Dhr. Hofstra vult aan dat de kosten van de waterhuishoudkundige maatregelen voor de zanderij Cruysbergen in principe in dit plan thuishoren, mits het AB dit plan ook daadwerkelijk vaststelt. Het bedrag van €155.000 is een raming uit 2006. En de slag om de arm is alleen ingegeven door de omstandigheid dat het definitieve bedrag bepaald wordt op basis van de meest recente stukken die door GNR overlegd worden zodra dit watergebiedsplan door het AB is vastgesteld. Resultaat De commissie geeft een positief advies.
9.
Nabehandeling effluent rwzi Maarssen (CIE 07/046). Voor ambtelijke ondersteuning is dhr. Piekema aanwezig. Toelichting van het DB Dhr. Korzelius licht toe dat dit een uniek voorstel is omdat het DB de commissie een keuzemogelijkheid voorlegt voor het aanpakken van het effluent van de rwzi Maarssen.
verslag commissievergadering 7/6/2007
14/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Reactie van de commissie in eerste termijn Dhr. Schrama heeft voorkeur voor de variant KRW+. Mw. Res constateert dat dit een mooie gelegenheid is een aanzienlijke besparing te realiseren en kiest daarom voor de variant KRW+. Mw. Van de Vusse dacht bij eerste lezing dat het gaat om twee stappen in één proces, maar beg rijpt dat een keuze gevraagd wordt. De varianten zijn een duurdere korte termijn oplossing of een langere termijn oplossing met het doen van nader onderzoek. Dat laatste (variant KRW+) lijkt haar een betere weg. Dhr. Pouw adviseert te kiezen voor variant KRW+. De Vecht is al honderden jaren vervuild dus een jaar onderzoek voor een goedkopere aanpak kan daar wel bij. Mw. Reeser Cuperus-Hatzmann adviseert eveneens variant KRW+. Maar zij is benieuwd of nog een tussenweg mogelijk is. Antwoord van het DB Dhr. Korzelius reageert op de adviezen met de opmerking dat AGV zich in het verleden heeft gecommitteerd aan het Restauratieplan Vecht. Het voldoen aan de eisen die daaruit voortvloeien kan gerealiseerd worden met de variant ‘snel’. Maar dan ga je voorbij aan de mogelijke effecten door de invoering van de KRW. Als je dan de variant ‘snel’ al hebt uitgevoerd moet je later alsnog aanvullende kosten maken. Variant KRW+ is pas later gereed maar biedt vooraf meer zekerheid. De variant KRW+ is eigenlijk al een tussenweg. Met de variant KRW+ kunnen we overigens goed gebruik maken van de resultaten van de onderzoeken die op dit moment in een loods op de rwzi Horstermeer uitgevoerd worden. Dhr. Van Blaaderen merkt op dat de commissie gisteren ook de variant KRW+ heeft geadviseerd. Resultaat De commissie spreekt zijn voorkeur uit voor de variant KRW+. Het DB bepaalt zijn standpunt nader. 10.
Krediet IBA’s de grond in (CIE 07/047). Voor ambtelijke ondersteuning is dhr. Van der Kooij aanwezig. Toelichting van het DB Mw. Garming licht toe dat in 1998 is besloten in de nota ‘Financiële taakafbakening tussen waterkwaliteitsbeheer en rioolbeheer, invulling waterkwaliteitsspoor’ dat AGV geld ter beschikking stelt aan gemeenten voor riolering buitengebied. In 2002 is dat gevolgd door het besluit ‘IBA’s de lucht in’ en in 2003 door ‘IBA’s de grond in’. Tenslotte zijn vorig jaar aanvullende afspraken gemaakt met de afzonderlijke gemeenten. In de reservering voor riolering buitengebied was de wens om 550 IBA’s aan te leggen. Gaandeweg het proces zijn steeds meer gemeenten alsnog riolering in het buitengebied gaan aanleggen. Dat is voor AGV plezierig en leidt tot minder IBA’s. IBA’s moeten goed beheerd en onderhouden worden. Afgesproken is dat AGV het beheer en onderhoud doet én de coördinatie van aanleg en beheer en onderhoud. Dat zijn kosten die AGV voor rekening neemt. De IBA’s worden eigendom van de gemeenten. Al met al is nu sprake van 135 IBA’s. De coördinatie is redelijk complex en ook onze eigen keur gooit nog roet in het eten. De kosten nemen daartoe toe. Maar vanwege het bijzondere belang voor AGV voor de waterkwaliteit wordt dit krediet voorgesteld. Riolering is aangelegd in een tijd dat de markt voor gemeenten gunstig was. Mogelijk compenseert dat deze extra kosten, maar dat weten we helaas nog niet zeker.
verslag commissievergadering 7/6/2007
15/16
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
11 juni 2007
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Concept
Datum
Reactie van de commissie in eerste termijn Dhr. Vendrig heeft een compliment dat het aantal IBA’s is teruggebracht van 550 tot 135. Hij vindt het positief dat meer afvalwater alsnog via het rioolstelsel wordt afgevoerd. Helaas is sprake van één uitzondering in de Gemeente Wijdemeren. Daar is het rioolstelsel aangesloten op een problematische rwzi. Er vindt daardoor 26 keer per jaar een overstort plaats. In plaats van een lozing via een IBA bij hun huis wordt nu elders in de polder regelmatig onbehandeld afvalwater via een overstort geloosd. Dit hadden we eigenlijk beter in de afweging moeten betrekken. Op de vraag van mw. Garming of dhr. Vendrig de Horn- en Kuyerpolder bedoelt antwoordt dhr. Vendrig bevestigend. Antwoord van het DB Mw. Garming antwoordt dat in de gemeente Wijdemeren ook sprake is van veel foutieve aansluitingen op het rioolstelsel. Er wordt echter binnen de regels van de Wvo gehandeld. En wij hebben als AGV nog een extra veiligheidsmarge gehanteerd. Desondanks leidt het tot het een aantal overstortingen. De categorie ongebouwd heeft eerder bij het DB aangedrongen een brief naar Den Haag te sturen om te verzoeken om een wetswijziging. Maar het DB heeft besloten dat niet te doen. Reactie van de commissie in tweede termijn Dhr. Vendrig merkt op dat in de Horn- en Kuyerpolder beter IBA’s aangelegd hadden kunnen worden zodat daar minder overstortingen vanuit het rioolstelsel plaatsvinden. Antwoord van het DB Dhr. Van Blaaderen antwoordt dat het DB daarvan op de hoogte is en dat het ook de aandacht van het DB heeft. Resultaat De commissie geeft een positief advies. 11.
Rondvraag en sluiting. Mw. Reeser Cuperus-Hatzmann heeft in Het Waterschap een artikel gelezen over een archeologiecursus voor waterschapspersoneel door Het Oversticht. Zij is benieuwd of dat iets is voor medewerkers van Waternet. Dhr. Van Blaaderen antwoordt deze vraag nu niet te kunnen beantwoorden en mee te nemen naar het DB. De voorzitter sluit de vergadering om 16:00 uur.
verslag commissievergadering 7/6/2007
16/16