Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
(concept) Beleidsplan 2008-2012 Van de Hervormde Gemeente Waddinxveen Wijkgemeente West
1
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
INHOUDSOPGAVE
Hoofdstukken 1. Inleiding 1.1. Inleiding 1.2. Historie 1.3. Verklaring en verwijzingen 1.4. Missie en visie 2. ONDERWERPEN 2.1. Eredienst en prediking 2.2. Pastoraat 2.3. Huwelijk en gezin 2.4. Gemeenteopbouw 2.5. Jeugdwerk 2.6. Diaconaat 2.7. Evangelisatie 2.8. Zending 2.9. Kerkbeheer 3. BIJLAGEN
2
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
HOOFDSTUK 1
1.1. IN LEIDING In de kerkenraadsvergadering van 11 oktober 2006 is een commissie ingesteld met als opdracht om een beleidsplan voor de periode 2008-2012 samen te stellen. Het doel van dit beleidsplan is – voor zover relevant – kort de huidige situatie en gang van zaken in onze wijkgemeente weer te geven en een aantal beleidsvoornemens voor de genoemde periode te benoemen. In 2007 heeft de wijkkerkenraad zich in een aantal vergaderingen bezonnen op de structuur en de inhoud van dit beleidsplan. Tijdens de gemeenteavond (datum nog in te vullen) is het beleidsplan toegelicht en besproken. In de kerkenraadsvergadering van (datum nog in te vullen) heeft de wijkkerkenraad – na gehoord te hebben de gemeente – dit beleidsplan vastgesteld. 1.2. HISTORIE Tot aan het begin van de jaren vijftig van de vorige eeuw werden in onze Hervormde Gemeente Waddinxveen alleen erediensten in de Brugkerk gehouden. Echter wegens toename van het aantal inwoners van de burgerlijke gemeente Waddinxveen – vooral door het ontstaan van de woonwijk de ´Sniep´– besloot de kerkenraad vanaf 1953 in het wijkgebouw ´De Hoeksteen´ erediensten te houden. Deze diensten vielen onder de verantwoordelijkheid van één (centrale) kerkenraad. Wel werkte men toen al met twee dienstdoende predikanten. Toen aan het einde van de jaren zestig van de vorige eeuw de burgerlijke gemeente Waddinxveen in Wijk Noord woningen ging bouwen, ontstond er behoefte om kerkdiensten te beleggen in Wijk Noord. De kerkenraad heeft toen besloten de Hervormde Gemeente Waddinxveen te spitsen in drie wijkgemeenten, namelijk Wijk Oost (Brugkerk), wijk West (Hoeksteen) en wijk Noord (Bethelkerk). Elk van deze wijkgemeenten zou dan een eigen predikant en een eigen (wijk)kerkenraad krijgen. Deze wijkindeling is ingaande 1 januari 1963 van kracht geworden. 1.3. VERKLARINGEN EN VERWIJZINGEN Signatuurverklaring 1.3.1.Op 12 december 2003 nam de synode het fusiebesluit waarbij de Nederlands Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Evangelisch-Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden per 1 mei 2004 opgaan in de Protestantse Kerk in Nederland. Hierbij leefden – ook in onze wijkgemeente – de nodige bezwaren op de kerkorde van de Protestante Kerk in Nederland. Hierop is door het moderamen van de synode een handreiking geboden, die het een Hervormde Gemeente mogelijk maakt op een verantwoorde wijze in de verenigde kerk te staan. Ook de kerkenraad van onze wijkgemeente heeft deze handreiking aangenomen door deze verklaring te ondertekenen. 3
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Wij onderschrijven de in hoofdstuk 3 opgenomen bijlage: Het ´convenant op basis van beleidsplan´opgesteld door de classicale vergadering van Alblasserdam. 1.3.2.Wij verklaren dat wij ons onopgeefbaar verbonden weten met Israël. Dit komt tot uitdrukking door het doen van voorbede voor het volk Israël en in de prediking aandacht te schenken aan Israël, met name op de Israëlzondag. 1.3.3.Verder weten wij ons verbonden met de doelstellingen van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland. De Gereformeerde Bond (GB) heeft als doel binnen de Protestantse Kerk in Nederland de gereformeerde waarheid te verbreiden en te verdedigen op basis van de Heilige Schrift en in overeenstemming met de reformatorische belijdenis zoals verwoord in de drie Formulieren van Enigheid. Naast het ´convenant op basis van beleidsplan´opgesteld door de classicale vergadering van Alblasserdam zijn de onderstaande plaatselijke regelingen en beleidsplannen van kracht: 1. De plaatselijke regeling van de Centrale Hervormde gemeente Waddinxveen in de Protestante Kerk in Nederland. (vastgesteld op 26 september 2007) 2. De plaatselijke regeling ten behoeve van het leven en werken van de wijkgemeente West van de Hervormde gemeente te Waddinxveen. (vastgesteld door de wijkkerkenraad op 21 april 2004) 3. Beleidsplan ´Kerntaken´2004-2008 van de Centrale Hervormde Gemeente Waddinxveen (vastgesteld op 24 maart 2004) 4. Beleidsplan van de Algemene kerkenraad van de Centrale Hervormde Gemeente Waddinxveen 2005-2010 (vastgesteld 28 juni 2006) 1.4. MISSIE EN VISIE Het beleid van wijkgemeente West van de Hervormde gemeente te Waddinxveen is er op gericht het Woord van God, zoals dat in de Bijbel tot ons komt, onverkort te blijven uitdragen. Voor onze grondslag betekent dit vervolgens dat: • De gemeente het algemeen ongetwijfeld christelijk geloof belijdt, zoals neergelegd in de drie algemene belijdenisgeschriften van de kerk, namelijk de Apostolische Geloofsbelijdenis, de geloofsbelijdenis van Nicea en de geloofsbelijdenis van Athanasius, • De gemeente in de traditie van de Reformatie wil staan en trouw wil zijn aan de belijdenis van ons voorgeslacht. Zij acht zich dan ook gebonden aan de drie bijzondere belijdenisgeschriften van de kerk, de drie formulieren van Enigheid, namelijk de Heidelbergse Catechismus, de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels.
4
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Als kerkenraad en gemeente belijden wij, met Gods hulp acht te geven op en vast te houden aan de zuivere prediking van het Evangelie, het aanwijzen van de zonden en het vermanen van de gemeente, de verkondiging van het verlossingswerk van onze Zaligmaker, de Heere Jezus Christus, de zuivere bediening van de sacramenten en het stimuleren van en het toerusten tot een leven uit dankbaarheid. We willen ons in alle dingen richten naar het onfeilbaar Woord van God, waarbij wij alles wat hiermede in strijd is, verwerpen. In Joh. 17:3 bidt de Zoon van God, de Heere Jezus Christus, tot Zijn Vader: ´Dat zij U kennen, de enige en waarachtige God en Jezus Christus Dien Gij gezonden hebt´. Van uit dit Bijbelse gegeven worden alle leden van de gemeente dagelijks opgeroepen tot bekering en geloof in de Heere Jezus Christus, Die Zijn leven heeft gegeven tot verzoening van onze zonden. Vanuit dit levende geloof verstaan wij, door de werking van de Heilige Geest, de roeping om in de wereld te staan en onze taak naar overheid en maatschappij te verstaan en anderen die Hem nog niet kennen in aanraking te brengen met het Evangelie van Jezus Christus. Ieder afzonderlijk lid en als gemeente zijn wij geroepen om een leesbare brief van Christus te zijn en verlangend de dag te verwachten van Zijn wederkomst op de wolken.
5
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
HOOFDSTUK 2 ONDERWERPEN 2.1. EREDIENST EN PREDIKING De kerkenraad acht de zondagse eredienst het hart van alle activiteiten van de christelijke gemeente. De gemeenteleden worden op allerlei wijze aangespoord de bijeenkomsten bij te wonen. Ook de betrokkenheid van de kerkradioluisteraars zal zo veel mogelijk bevorderd worden. De kerkenraad waakt ervoor dat de prediking gebracht wordt in overeenstemming met de Heilige Schrift en de volgende belijdenisgeschriften: de Apostolische geloofsbelijdenis, de geloofsbelijdenis van Nicea, de geloofsbelijdenis van Athanasius; de Heidelbergse Catechismus, de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels. De orde van dienst: Deze ziet er als volgt uit: Voorzang Stil gebed Votum en groet Psalm Wetslezing (morgendienst)/lezing van de geloofsbelijdenis(avonddienst) Psalm Gebed om de verlichting met de Heilige Geest en de opening van het Woord Schriftlezing Inzameling der gaven Psalm Prediking Psalm Dankgebed en voorbeden Psalm Zegen
Sacrament van de Heilige Doop: Het sacrament van de Heilige Doop is voor de dopeling een eenmalig sacrament en kan niet herhaald worden (NBG art. 34) De Heilige Doop wordt bediend aan de (jonge) kinderen van de gemeente op grond van Gods genadeverbond of aan volwassenen na hun geloofsbelijdenis. Als regel wordt eenmaal per maand een doopdienst gehouden. De doopdiensten vinden bij voorkeur in de morgendienst plaats. De ouderling van dienst is ook op de doopzitting aanwezig. Na de doopdienst is er voor de gemeente de gelegenheid om de doopouders de hand te drukken ter bemoediging. De doopouders ontvangen na de dienst een doopkaart (herinnering aan de doop). Regelmatig zal er tijdens de doopdiensten extra aandacht aan de betekenis van de doop worden geschonken ten behoeve van de in deze diensten aanwezige kinderen van de gemeente.
6
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Openbare Geloofsbelijdenis: Het doen van openbare belijdenis is in principe alleen mogelijk na het trouw volgen van een jaar belijdeniscatechese. Als minimumleeftijd wordt in de regel 18 jaar aangehouden.
Het sacrament van het Heilig Avondmaal: Vier maal per jaar wordt het sacrament van het Heilig Avondmaal in het midden der gemeente bediend. Toegelaten worden diegenen die openbare belijdenis van het geloof hebben afgelegd en die in woord en wandel naar de schriften verlangen te leven. In de week van voorbereiding wordt door de predikant een moment van bezinning rond het avondmaal gehouden. Censura morum: In de week van voorbereiding kunnen ten dienste van de rechte viering van het avondmaal, ambtsdragers en lidmaten van de gemeente bezwaren over belijdenis en wandel van de lidmaten van de gemeente inbrengen bij de kerkenraad, waarna deze tot behandeling daarvan overgaat. Op de kerkenraadsvergadering in de week van voorbereiding zullen ook de ambtsdragers van de gemeente voor de bediening van het avondmaal zichzelf en elkaar beproeven en wegnemen wat voor de rechte viering een beletsel zou kunnen zijn.
Bid-en dankdagdiensten: In onze wijkgemeente worden op de biddag en op de dankdag avonddiensten gehouden. In de ochtend worden twee centrale diensten gehouden, waarvan één dienst is bestemd voor de kinderen. De centrale ochtenddienst voor de kinderen wordt bij toerbeurt door één van de wijkpredikanten verzorgd. Themadiensten: Drie maal per jaar (januari, juni, september) worden er in de morgendienst themadiensten georganiseerd in samenwerking met de themadienstcommissie. Na deze diensten kan er een preekbespreking volgen waar jong en oud voor uitgenodigd worden. De themadienst in september valt samen met de opening van het winterwerk. Bijzondere diensten: Medewerking wordt verleend aan diensten met verstandelijk gehandicapten, georganiseerd door de diaconie. Huwelijksdiensten: De wijkpredikant leidt in principe de huwelijksdienst. De ouderling van dienst overhandigt namens de gemeente de huwelijksbijbel.
7
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Indien mogelijk is de sectieouderling van de bruid en/of van de bruidegom de ouderling van dienst. Er vinden geen huwelijksinzegeningen plaats van andere relaties dan tussen man en vrouw. Rouwdiensten: De wijkpredikant verzorgt de dienst. De wijkouderling zal na instemming van de familie de condoleance afsluiten met schriftlezing en gebed. Er zal geen medewerking worden verleend aan een rouwdienst in een crematorium. Leerdiensten: In de avonddiensten zal de prediking gedaan worden aan de hand van de reformatorische belijdenisgeschriften (Heidelbergse Catechismus, Nederlandse Geloofsbelijdenis, Dordtse Leerregels).
Liturgische vormgeving: Kenmerkend voor de zondagse eredienst is een Schriftuurlijk bevindelijke prediking. Er wordt gezongen uit de psalmbundel 1773 en de “enige gezangen”. Wij willen een psalmzingende gemeente zijn omdat wij graag rechtstreeks uit de Heilige Schrift zingen. De schriftlezing vindt plaats uit de Statenvertaling. Voor het lezen van formulieren worden de hertaalde klassieke formulieren gebruikt. De afkondigingen worden in principe beperkt tot het vermelden van aantal en doelen van de collectes, berichten van geboorte, overlijden en huwelijk. Voorbede wordt gedaan, bijvoorbeeld voor geboorte, huwelijk, huwelijksjubilea, zieken, zending, overheid, vervolgde kerk, Israël, meerdere kerkelijke vergaderingen, e.a. Een kwartier voor de diensten op 1e Kerstdag, 1e Paasdag, 1e Pinksterdag, dienst opening winterwerk, worden liederen gezongen. Deze worden bij voorkeur genomen uit de NH bundel 1938, Johannes de Heer en ‘Op toonhoogte’ van de HGJB. Crèche: De jongste kinderen van 0-4 jaar worden opgevangen in de crèche. Kinderen van 4-6 jaar worden in een andere groep opgevangen. In deze groep wordt een Bijbelverhaal voorgelezen of verteld en een verwerking gedaan. Deze groep komt terug in de kerk vóór het zingen van de slotpsalm. De wijkkerkenraad stimuleert dat kinderen in ieder geval vanaf 6 jaar de gehele eredienst bijwonen. Beleidsvoornemens: -
De kerkenraad ondersteunt het initiatief van de Gereformeerde Bond om te komen tot een Herziene Statenvertaling.
8
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
-
-
In diensten met een gestencilde liturgie (te weten: Kerst, Pasen, Pinksteren, Opening winterwerk, dienst Openbare belijdenis) zal de Herziene Statenvertaling, voor zover beschikbaar, naast de Statenvertaling worden afgedrukt. Er zal naar gestreefd worden om – naast de leerdiensten over onze belijdenis – ruimte te maken voor een aantal bijzondere leerdiensten. In deze bijzondere leerdiensten kunnen dan actuele thema´s worden behandeld, op dezelfde wijze zoals dit reeds in de huidige themadiensten plaatsvindt. Om het gesprek na de dienst en in het gezin te bevorderen kunnen preekbesprekingen volgen en enige mee te geven (discussie)vragen over het onderwerp van dienst zijn. De kerkenraad zal zich in de toekomst blijvend bezinnen of en in hoeverre de ´verstaanbaarheid´ van de Woordverkondiging dient te worden bevorderd.
9
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.2 PASTORAAT Algemeen: De doelstelling van het pastoraat is de gemeente te leiden tot Christus en om Hem dagelijks na te volgen. Daarom is de taak van de predikant, ouderlingen en bezoekbroeders vooral gericht op de pastorale zorg voor de gemeente. Deze zorg heeft vele invalshoeken, onder andere: de verkondiging, onderwijs, luisterend meeleven, vermaning, bemiddeling, leiding geven. De reguliere huisbezoekperiode loopt van september tot en met mei van het jaar daar op volgend. Eens in het jaar vindt een consistorievergadering plaats: een evaluerend gesprek tussen de sectieouderlingen en de predikant over de ‘lopende’ pastorale zaken. Het huisbezoek: Iedere wijkouderling heeft een sectie met een aantal kerkelijke eenheden met daarnaast een aantal onkerkelijke eenheden. Er wordt naar gestreefd om eenmaal per twee jaar alle gezinnen c.q. zelfstandige adressen te bezoeken of contact mee te leggen. Het huisbezoek geschiedt in principe door twee ouderlingen of door een ouderling en een bezoekbroeder. Periodiek worden de ouderlingen/bezoekbroeder koppels herzien en vastgesteld. De ouderlingen maken van hun bezoek een kort verslag, dat zij eventueel inbrengen in het overleg van predikant en ouderlingen op de consistorie vergadering. Indien nodig zal direct terugkoppeling plaatsvinden (van ouderling naar de predikant of omgekeerd). Gemeenteleden die verhuisd zijn naar een zorginstelling buiten Waddinxveen kunnen na perforatie blijven vallen onder onze pastorale zorg.
Bezoek aan ouderen: Gemeenteleden van 75 jaar en ouder worden naast het reguliere huisbezoek tevens) elk jaar door de betreffende bejaardenouderling of bezoekbroeder bezocht. Kennismakingsbezoek: De nieuw ingekomenen worden zo snel mogelijk doorgegeven aan de scriba, sectieouderling en predikant. De sectieouderling probeert zo snel mogelijk een huisbezoek te brengen. Bezoek rond geboorte: De predikant gaat op bezoek wanneer een geboorte van een gemeentelid gemeld wordt. Ouders die het teken van de Heilige Doop verlangen voor hun kind worden samen op de te houden doopzitting verwacht met het oog op een goede voorbereiding op de doopdienst. Op de doopzitting wordt gesproken over de betekenis van de doop en een aantal praktische zaken rond de te houden doopdienst doorgesproken. Het trouwboekje dient meegenomen te worden op de doopzitting. 10
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Bezoek rond huwelijkssluiting: Zij die hun voorgenomen huwelijk ook kerkelijk willen laten bevestigen en inzegenen, melden zich vroegtijdig bij de predikant. Dit verzoek wordt vermeld in de kerkbode. De gemeente heeft twee weken de tijd om schriftelijk, gemotiveerd en ondertekend te reageren. Bij het uitblijven van reactie regelt de predikant het huwelijksgesprek. In dit gesprek wordt het huwelijksformulier uiteengezet en de huwelijksdienst besproken. Ziekenhuisbezoek: De zieken die in het ziekenhuis worden opgenomen ontvangen door de predikant elke week pastoraal bezoek. Ernstige zieken en terminale patiënten ontvangen meer bezoek. Gemeenteleden worden met regelmaat er op gewezen om zelf de ziekenhuisopname bij de predikant te melden. De predikant zorgt ervoor dat de wijkouderling op de hoogte is van opname in/ontslag uit het ziekenhuis van gemeenteleden. Door voorbede en vermelding in het kerkblad wordt de gemeente op de hoogte gebracht van gemeenteleden in /uit het ziekenhuis. Rouwbezoek: In geval van overlijden wordt direct de predikant ingelicht, die op zijn beurt de sectieouderling op de hoogte stelt. De predikant overlegt met hem over pastorale contacten rond/ tijdens de begrafenis. De predikant bezoekt de familie en regelt e.a. rond de rouwdienst. Bij de rouwdienst is zo mogelijk de sectieouderling aanwezig. De predikant informeert of de familie het afsluiten van een condoleanceavond met schriftlezing en gebed door de wijkouderling, op prijs stelt. Kort na de begrafenis bezoekt de predikant de weduwnaar/weduwe/het gezin; de wijkouderling zet het bezoek voort. Ook ingeval van crematie zal – indien gewenst – deze pastorale hulp worden geboden. Crisispastoraat: Bij crisissituaties zal de predikant zo snel mogelijk een bezoek brengen. Hij zal vervolgens ook de sectieouderling informeren over de situatie en met hem de bezoekfrequentie afstemmen. In onze wijkgemeente is een gemeentelid als klaagvrouw werkzaam. Zij heeft hiervoor de opleiding PHH (Pastorale Psychische Hulpverlening) gevolgd en afgerond. De contacten lopen via de predikant. De predikant beoordeelt in hoeverre de sectieouderling hiervan in kennis wordt gesteld.
11
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Belijdenisbezoek: De predikant geeft aan het begin van het catechese seizoen de namen door van de belijdeniscatechisanten die zich aangemeld hebben voor de belijdeniscatechese, aan de betreffende sectie ouderlingen. De kerkenraad acht het van groot belang dat er in het jaar van de belijdeniscatechese een persoonlijk gesprek plaatsvindt met de betreffende catechisanten en de dominee en/of de sectieouderling.
Toerusting ambtsdragers: De toerusting van ambtsdragers vindt intern plaats door middel van de bezinning/inleiding door één van de ambtsdragers aan het begin van elke kerkenraadsvergadering. De bezinning/inleiding is gebaseerd op een aantal bladzijden uit een boekje, leerstellig of ethisch van aard. Nieuwe ambtsdragers worden door de scriba op een avond ingelicht over de gang van zaken in kerkenraad en gemeente.
Ook worden alle ambtsdragers uitgenodigd tot het bijwonen van de jaarlijkse ambtsdragersvergadering van de centrale gemeente en tot het bezoeken van speciale toerustingsavonden onder meer georganiseerd door de dienstencentra van onze Protestantse Kerk in Nederland, de HGJB en de Gereformeerde Bond.
Bezoek bij overkomst uit/en vertrek naar ander kerkgenootschap: De sectie ouderling brengt een oriënterend bezoek en doet verslag aan de kerkenraad. Al naar gelang advies/besluit van de kerkenraad wordt daarna door predikant en wijkouderling bezoek gebracht. Tijdens dit bezoek wordt in geval het een belijdend lidmaat betreft, de derde belijdenisvraag gesteld. De overkomst wordt doorgegeven en administratief verwerkt. Bij overgang naar een ander kerkgenootschap brengt de wijkouderling een afsluitend bezoek.
Beleidsvoornemens: - De kerkenraad zal zich bezinnen hoe het functioneren van de sectieteams kan worden verbeterd. - De kerkenraad dient zich te bezinnen in welke frequentie en op welke wijze de randkerkelijken uit de kaartenbak dienen te worden benaderd.
12
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.3 HUWELIJK EN GEZIN
Het huwelijk tussen man en vrouw is een instelling van God en dient als zodanig heilig gehouden te worden. Het huwelijk/ het gezin is de hoeksteen van de samenleving. In een samenleving waarin met God steeds minder rekening wordt gehouden, is het daarom van levensbelang dat huwelijken en gezinnen veilige havens zijn. Gemeenteleden die voor een andere samenlevingsvorm dan het huwelijk tussen man en vrouw kiezen (dan wel gekozen hebben), worden op pastorale wijze erop gewezen dat hun samenlevingsvorm on-Bijbels is. Dit met het doel om de ongewenste situatie te beëindigen. Kerkelijke bevestiging en inzegening van het huwelijk van hen die samengewoond hebben zal alleen plaats vinden na schuldbelijdenis voor God en afvaardiging van de kerkenraad en na gebleken inkeer door verbreking van het samenwonen. De kerkenraad verleent geen medewerking aan een kerkelijke bevestiging en inzegening van een burgerlijk huwelijk tussen leden van hetzelfde geslacht. Hertrouwen na scheiding is op grond van Gods Woord niet in alle gevallen uitgesloten. De kerkelijke bevestiging van een ´tweede´ huwelijk na echtscheiding zal per geval bezien en besproken worden. De kerkenraad zal op pastorale wijze met de betrokkenen in gesprek gaan.
13
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.4 GEMEENTEOPBOUW Als gemeente dienen we elkaar in het oog te houden, de onderlinge band te versterken en zorgen en vreugden met elkaar te delen. Om op deze wijze gemeente te willen zijn, worden er binnen de wijkgemeente allerlei vormen van gemeentewerk georganiseerd. -
Preekbesprekingen na Themadiensten Ontmoeting en koffiedrinken na de kerkdienst Gemeentedag Koffie ochtenden Ontmoetingmiddag/morgen voor ouderen en alleenstaanden waarop gezamenlijk de maaltijd wordt gebruikt Het vervaardigen en bijhouden van een fotoboek van de wijkgemeente
Deze activiteiten worden verzorgd door commissies vanuit de kerkenraad Voor het onderlinge contact en opbouw in kleiner verband zijn er ook verschillende kringen actief: -
Bijbelkringen Gebedskring Jonge lidmatenkring (en) Moedergroepen
Voor een goed contact met de kerkenraad is er bij elke kring, zo mogelijk, een kerkenraadslid betrokken. In het winterseizoen worden er door de predikant Bijbellezingen gehouden in De Hoeksteen en in het Anne Frankcentrum. In de week voor de bediening van het H. Avondmaal is er een uur van bezinning, waarin een bepaald onderwerp of Schriftgedeelte wordt besproken. Het belang van de opbouw van de gemeente, naast de wekelijkse Woordbediening, is voor de kerkenraad een blijvend aandachtspunt.
De kerkenraad heeft het voornemen (om/tot): -
-
Eén of meerdere gemeenteavonden te houden, waarin aan actuele onderwerpen zoals omgaan met moderne media, opvoeding en gezin, theologische en ethische vraagstukken de aandacht krijgen en met elkaar besproken kunnen worden. Het kringwerk te stimuleren. De kerkenraad zal de komende periode het aantal kringen inventariseren en nagaan of en in hoeverre er behoefte zal bestaan aan uitbreiding van het aantal kringen en aan meer uniformiteit in het gebruik van materiaal en waar mogelijk meer toegankelijkheid voor rand- en buitenkerkelijken. Ook zal worden nagedacht hoe de contacten tussen kerkenraad en kringen kunnen worden geïntensiveerd en op welke wijze er beter kan worden aangestuurd. 14
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
-
-
Andere vormen van gemeentewerk te ontwikkelen, waardoor het geloof wordt versterkt en de onderlinge band met elkaar wordt verstevigd. Doop- en Huwelijkscatechese te organiseren. Met een regelmaat van minimaal tweemaal per jaar op de agenda van de kerkenraad uitsluitend onderwerpen te plaatsen met een bezinnend karakter, bijvoorbeeld de (verstaanbaarheid van de) prediking en actuele ontwikkelingen binnen onze kerk en maatschappij. De kerkenraad kan – indien dit noodzakelijk wordt geacht – personen van buiten de kerkenraad uitnodigen hiervoor een bijdrage te leveren Per wijkkerkenraadsvergadering te besluiten of en in hoeverre over welke zaken de gemeente door middel van een bericht in het kerkblad dient te worden geïnformeerd. Met betrekking tot perforatie een terughoudend beleid te blijven voeren. Dit om te voorkomen dat de verschillen tussen de wijkgemeenten niet onnodig (te) groot worden. De kerkenraad accepteert hierbij een zekere verscheidenheid, mits we elkaar kunnen blijven vinden in de visie en missie zoals beschreven in 1.4.
15
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.5 JEUGDWERK De zorg voor de jongeren in de gemeente heeft voortdurend de aandacht van de kerkenraad. Juist in de groei naar de volwassenheid heeft onze jeugd alle zorg en aandacht nodig. In onze huidige samenleving waarin de gedachte ´ieder-voor-zich´ opgeldt doet, is het van het allergrootste belang dat onze jongeren, naast de geborgenheid van het gezin, zich ook binnen de gemeente voelen opgenomen. Dit vereist dan wel een goed ´invoelingsvermogen´ van elk kerkenraads-en gemeentelid.
-
Aandachtspunten hierbij zijn: In de zondagse erediensten de jongeren betrekken/aanspreken Aandacht voor de jongeren tijdens het huisbezoek en/of jongerenhuisbezoek Bezinning over de huidige samenleving, zoals sexualititeit, huwelijk, drank en drugs, occulte zaken De gemeentelijke leefomgeving , waarin de jeugd zich thuis voelt en kan ademen.
Catechese: Aan de jeugd vanaf 12 jaar wordt catechetisch onderwijs gegeven, waarbij het gronddoel is het onderwijs in de Bijbel. Daarnaast is er ook ruimte voor discussie en het spreken over de vragen die bij de jongeren leven. De predikant zal frequente afwezigheid van jongeren op de catechisatie doorgeven aan de jeugdouderlingen. Op enkele avonden in het seizoen worden gesprekgroepen gehouden, waarin de jongeren, nadat een onderwerp is behandeld, in groepen kunnen discussiëren. Deze gesprekgroepen worden geleid door de predikant en (jeugd) ouderlingen. Voor hen die zich willen voorbereiden op het afleggen van geloofsbelijdenis, is er een daarop afgestemde catechese. Clubwerk Het clubwerk voor jongeren vanaf 8 jaar wordt centraal over alle 4 de wijken geregeld. Zondagsschool: Elke zondagmiddag wordt er een zondagsschool gehouden. Dit werk wordt ook centraal geregeld.
De kerkenraad heeft het voornemen (om/tot): -
-
Het houden van jongeren-themadiensten. Deze diensten worden mede voorbereid door een speciale commissie. De liturgie van deze diensten past in de gebruikelijke liturgie van onze wijkgemeente. Deze diensten zullen gecombineerd worden met een maaltijd en/of koffiedrinken en preekbespreking. Intensievere aandacht voor de jongeren te ontwikkelen, waardoor de jeugd zich meer betrokken weet bij de gemeente. Het opzetten van jeugdpastoraat door onze jeugdouderlingen. 16
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.6. DIACONAAT Diaconie is dienen. Dit is immers de grondhouding van de gemeente(leden) in navolging van de Heere Jezus Christus. Immers Zijn leven was dienen. Om dit mede gestalte te geven heeft ook onze wijk vier diakenen. Deze vier diakenen van onze wijkgemeente vormen de wijkraad van diakenen. De activiteiten van de diaconie zijn velerlei. Een groot aantal activiteiten wordt door het (centrale) college van diakenen verricht, waarin onze diakenen zitting hebben. Het behulpzaam zijn bij het oplossen van sociale, economische en/of maatschappelijke noden van mensen is een taak van het (centrale) college van diakenen. Verder is de organisatie van Paas-, Kerst en Oudejaarsactie, de regeling van vervoer naar en van kerkdiensten, coördinatie van hand- en spandiensten, huisbezoeken jubilea, ziekte e.d. en de samenwerking met de Herberg aan de wijkraad van diakenen toevertrouwd. Hiervoor wordt naar het ´beleidsplan van de diaconie´verwezen. Beleidsvoornemens: - Als kerkenraad willen we de afstemming tussen sectieouderlingen en diakenen beter en frequenter laten verlopen. - Ook willen we dat het dames-bezoekwerk en de hand- en spandiensten meer worden gestimuleerd en daar waar mogelijk meer jeugd of jonge lidmaten daarbij betrekken. - Hoewel de diaconie in onze gemeente vooral ook centraal opereert, dient de wijkkerkenraad zich voortdurend te bezinnen hoe wij als wijkgemeente onze roeping tot het dienen van onze naaste (dichtbij en ver weg) meer gestalte kunnen geven.
17
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.7 EVANGELISATIE Als gemeente van Jezus Christus is Zijn gemeente per definitie missionair. De gemeente wordt hiertoe aangesproken in de prediking. Om dit gestalte te geven zal ook de evangelisatieouderling samen met de evangelisatiecommissie de gemeenteleden stimuleren om meer missionair te zijn. De echoverspreiding moet door zoveel mogelijk gemeenteleden worden verricht om op een meer natuurlijke en persoonlijke manier met rand- of buitenkerkelijken in de woonwijk of straat contact te hebben. Beleidsvoornemens: - De kerkenraad dient voortdurend na te denken hoe we als gemeente (en als kerkenraad) ons meer naar ´buiten´ kunnen richten, opdat de blijde boodschap van het Heil in Christus niet alleen binnen onze wijkgemeente maar ook daarbuiten wordt verkondigd en verstaan. Daarom dienen we steeds in heel ons gemeentewerk te zoeken naar verantwoorde vormen om dit te realiseren. - Er moet worden nagegaan in hoeverre jeugd of jonge lidmaten bij het evangelisatiewerk kunnen worden betrokken.
18
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.8 ZENDING Alle activiteiten in verband met de zending zijn centraal ondergebracht bij de zendingscommissie, die een orgaan van bijstand is van de algemene (centrale) kerkenraad. Beleidsvoornemens: De wijkkerkenraad dient extra aandacht te besteden aan het stimuleren van (jonge) gemeenteleden om (een deel van) van hun tijd heel concreet te besteden in de dienst van God door zich kortere of langere tijd beschikbaar te stellen voor zendingswerk.
19
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
2.9 KERKBEHEER Kerkbeheer is centraal geregeld. De ouderlingen-kerkrentmeester en de kerkrentmeester van onze wijkgemeente maken deel uit van het (centrale) college van kerkrentmeesters. Voor de kerkrentmeesterlijke aangelegenheden verwijzen we naar de Plaatselijke Regeling van onze (Centrale) Hervormde Gemeente Waddinxveen.
20
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
3 BIJLAGEN 1. ´Het convenant op basis van beleidsplan´ opgesteld door de classicale vergadering van Alblasserdam (zie bijlage 1) 2. De plaatselijke regeling van de Centrale Hervormde gemeente Waddinxveen in de Protestante Kerk in Nederland. (vastgesteld op 26 september 2007)(zie: www.kerkenwaddinxveen.nl/nhk) 3. De plaatselijke regeling ten behoeve van het leven en werken van de wijkgemeente West van de Hervormde gemeente te Waddinxveen. (vastgesteld door de wijkkerkenraad op 21 april 2004) (zie bijlage 2) 4. Beleidsplan ´Kerntaken´2004-2008 van de Centrale Hervormde Gemeente Waddinxveen (vastgesteld op 24 maart 2004)(zie: www.kerken-waddinxveen.nl/nhk) 5. Beleidsplan van de Algemene kerkenraad van de Centrale Hervormde Gemeente Waddinxveen 2005-2010 (vastgesteld 28 juni 2006)(zie: www.kerken-waddinxveen.nl/nhk)
Bijlage 1:
´Het convenant op basis van beleidsplan´ opgesteld door de classicale vergadering van Alblasserdam
Uitgangspunt. In het voorjaar van 2002 heeft het moderamen van de triosynode aangegeven dat op 12 december 2003 het fusiebesluit in de hervormde synode in stemming wordt gebracht en bij aanvaarding per 1 mei 2004 de kerkorde van de verenigde kerk van kracht zal zijn. Inmiddels wordt er door velen gesproken over de vraag welke positie er ten aan zien van de kerkfusie moet worden ingenomen. De kerkenraden zullen zich in dit jaar moeten uitspreken welke weg voor Gods Aangezicht begaanbaar is.1 Allerwegen wordt gesproken over breuken en scheuren, die dwars door de gemeenten heen dreigen te gaan lopen. Kerkenraden voelen zich verantwoordelijk voor de gehele gemeente(n), die krachtens hun ambtelijke jawoord aan hun zorg is toevertrouwd. Vanwege deze verantwoordelijkheid en grote zorg willen we al het mogelijke in het werk stellen om in de kerkelijke verwarring van onze tijd de eenheid te bewaren in de gemeenten.
1
De gesprekken die de afgelopen jaren binnen onze hervormd-gereformeerde beweging gevoerd zijn, hebben laten zien dat er ten opzichte van de SOW kerk verschillende posities worden ingenomen. In 1992 werd in Putten uitgesproken “ wij kunnen niet weg en wij kunnen niet mee “. Hoewel er na 1992 in hervormd-gereformeerde kring breed verzet is gebleven tegen het SOWproces in zijn huidige vorm, is er aan de ene kant een beweging die zich terugtrekt op het “wij kunnen niet weg”. Anderzijds is er een beweging waarneembaar die zich beroept op het “wij kunnen niet mee“. Zo dreigt het SOW-proces de eenheid onder de gereformeerde belijders in onze kerk te ondermijnen.
21
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
We willen met dit voorstel de kerkelijke weg gaan, dat wil zeggen de weg van de ambtelijke vergaderingen van kerkenraden en classes. Convenant. De classis is geroepen geestelijk leiding te geven aan de gemeenten binnen haar ressort. Bovengenoemde zorg noopt ons tot het coördineren van een convenant waarin gemeenten, die in de klassiek-gereformeerde zin hervormd zijn, zich kunnen verenigen. Aan het convenant ligt in iedere afzonderlijke gemeente een beleidsplan ten grondslag. In dit beleidsplan spreekt de kerkenraad namens de gemeente uit dat zij zich gebonden weet aan de Heilige Schrift als het geopenbaarde Woord van God, aan de oecumenische symbolen van de Kerk en aan de gereformeerde belijdenisgeschriften van de Kerk, conform artikel X van de hervormde kerkorde. Hiermee geven de gemeenten aan dat de binding aan de Heilige Schrift en de gereformeerde belijdenisgeschriften voor hen de enige deugdelijke basis is voor hun kerk-zijn. Met Gods hulp zullen zij weerspreken en weren alles wat in strijd is met dit belijden. Als gemeenten, ontstaan uit de gereformeerde reformatie aanvaarden zij niet zondermeer de Augsburgse Confessie en de Catechismus van Luther en aanvaarden zij niet de Konkordie van Leuenberg en de Barmer Thesen. Het bewaren van de eenheid. De gemeenten die het convenant aangaan, zoeken allereerst binnen de gemeente de eenheid te bewaren. Nieuwe scheuring(en) binnen de gemeenten zijn immers voor het Aangezicht Gods niet te verantwoorden (Efeze 4:1-6). Wanneer zij zich als gemeenten zomaar laten meevoeren in de SOWkerk, zal dit – onzes inziens – onvermijdelijk leiden tot breuken en scheuren in en tussen gemeenten. Daarom zoeken zij als gemeenten ook elkaar vast te houden op basis van Schrift en belijdenis. Het convenant is daarom een verband waardoor gemeenten elkaar in de kerkelijke verwarring vasthouden. Het convenant wil geen kerkpolitieke factor zijn, maar wil een bundeling van gemeenten zijn die door de synode in de onmogelijke positie van “wij kunnen niet weg en wij kunnen niet mee” terecht zijn gekomen. Wanneer de Kerk onverhoopt besluit tot kerkfusie, zullen gemeenten, die het convenant gesloten hebben, zelf geen actie ondernemen om los te raken van het kerkverband. Deze keuze zou immers onherroepelijk leiden tot scheuringen binnen gemeenten. Aan de andere kant laten zij de synode weten dat de SOW-kerk niet kan rekenen op hun instemming met het geheel van de nieuwe kerkorde, zoals die op dit moment voorligt.2
2
Onze Hervormde Gemeente staat op gereformeerde grondslag binnen de Nederlandse Hervormde Kerk. Dat houdt onder meer in dat binnen het gemeenteleven een centrale plaats wordt toegekend aan een schriftuurlijke en appellerende prediking in de beide zondagse erediensten en op de christelijke gedenkdagen. Daarbij geldt de Bijbel als het onfeilbaar Woord van God, gezaghebbend voor leer en leven. In de beide sacramenten, t.w. de viering van het heilig avondmaal en de bediening van de heilige doop belijdt en ervaart de gemeente de gemeenschap met Christus en met elkaar en de verbondstrouw van God. De gemeente belijdt het algemeen ongetwijfeld christelijk geloof, zoals neergelegd in de drie algemene belijdenisgeschriften van de kerk, nl. de Apostolische Geloofsbelijdenis, de geloofsbelijdenis van Nicea en de geloofsbelijdenis van Athanasius. De gemeente wil staan in de traditie van de Reformatie en trouw zijn aan de belijdenis van het voorgeslacht. Zij acht zich dan ook 22
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
gebonden aan de drie bijzondere belijdenisgeschriften van de kerk, de drie Formulieren van Enigheid, nl. de Heidelbergse Catechismus, de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels. De grondslag van onze gemeente kan onder geen beding worden gewijzigd door besluiten van meerdere ambtelijke vergaderingen van de kerk of de overheid. De kerkenraad en de gemeente hebben deze grondslag en enkele concretiseringen daarvan verwoord en geven daarmee aan waarop zij de synode aanspreken en waarop zij door haar aangesproken willen en mogen worden. 1.
Als kerkenraad en gemeente belijden wij, met Gods hulp acht te geven op en vast te houden aan de zuivere prediking van het Evangelie, de zuivere bediening van de sacramenten, het bestraffen van de zonden, ons in alle dingen te richten naar het onfeilbaar Woord van God, waarbij wij alles wat hiermee in strijd is, verwerpen. Als kerk, geboren uit de gereformeerde tak van de Reformatie, aanvaarden wij daarom niet zonder meer de Augsburgse Confessie, noch de Catechismus van Luther. Verder verwerpen wij de Konkordie van Leuenberg en de Barmer Thesen.
2.
Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat de heilige doop een instelling is van Jezus Christus om ons en onze kinderen Zijn verbond te verzegelen. Daarom behoren de kleine kinderen van de gemeente als erfgenamen van het Rijk Gods gedoopt te wezen.
3.
Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat het heilig avondmaal een instelling is van Jezus Christus, die Hij alleen heeft ingesteld voor Zijn gelovigen die in het midden van de gemeente belijdenis des geloofs hebben afgelegd. Wij vermanen alle ongelovigen en hen die zich met ergerlijke zonden besmet weten, zich van de tafel des Heeren te onthouden, zolang zij zich niet bekeren. Met Gods hulp zullen wij tegenstaan en weren allen die de heilige sacramenten misbruiken of verachten. Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat tot ambtsdragers van de gemeente – zowel ouderlingen als diakenen – door wettige verkiezing geroepen en bevestigd dienen te worden mannenbroeders, belijdende leden van de kerk en vervuld met de Heilige Geest. Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat het huwelijk tussen man en vrouw een instelling van God is en als zodanig heilig gehouden dient te worden. Alternatieve samenlevingsvormen zijn onbijbels en daarom censurabel. Daarom zal de kerkenraad op Bijbelse wijze tucht oefenen over hen die deze instelling van God ontkrachten. Als kerkenraad en gemeente spreken wij uit dat zodanige mannen als kandidaat tot de heilige dienst toegelaten en bevestigd dienen te worden, die, staande op de hierboven vermelde en verantwoorde grondslag, de kerk wensen te dienen met het Evangelie van Jezus Christus.
4.
5.
6.
Het is ons verlangen, dat geheel de kerk waarlijk belijdende kerk is, levend overeenkomstig Gods Woord en getuigenis, zodat aan haar geestelijk karakter geen afbreuk wordt gedaan door verwereldlijking. Staande op deze grondslag wensen wij in de kerk die God in ons vaderland geplant heeft, ons Nederlandse volk te dienen met het heilig Evangelie der genade Gods.
23
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Wat betekent dit in de praktijk? De gemeenten die het convenant sluiten, spreken uit dat ze kerk blijven op de huidige basis van Schrift en belijdenis, waarbij het hun verlangen is dat heel de kerk waarachtig belijdende kerk zal zijn, levend overeenkomstig het Woord van God. Omdat wij met dit voorstel de kerkelijke weg, de weg van de ambtelijke vergaderingen bewandelen, ligt de coördinatie van het convenant o.i. op de weg van de classes.
De rol van de classis Vanuit haar verantwoordelijkheid leiding te geven aan de gemeenten binnen haar ressort ziet de classis het als haar taak dit convenant te coördineren.3 Namens het breed moderamen der classis Alblasserdam W. van. Weelden
A.F. Kaars,
(Preses)
(Scriba)
3
Wij kunnen ons voorstellen dat ook andere gemeenten, buiten het ressort van de classis Alblasserdam, dit convenant zouden willen ondertekenen. Daarom wil dit convenant geen initiatief zijn van gemeenten uit de classis Alblasserdam alleen, maar openstaan voor alle gemeenten die zich hierin willen verbinden.
24
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Bijlage 2:
De plaatselijke regeling ten behoeve van het leven en werken van de wijkgemeente West van de Hervormde gemeente te Waddinxveen. (vastgesteld door de wijkkerkenraad op 21 april 2004)
Bij deze plaatselijke regeling hoort een toelichting. Inhoud
Paragraaf 1 2.1. 2.2. 2.3 3 4 5 6 6.1. 6.2. 6.3.
Inhoud Verklaring Samenstelling van de wijkkerkenraad Verkiezing van ambtsdragers algemeen Verkiezing van ouderlingen en diakenen Verkiezing van predikanten De werkwijze van de wijkkerkenraad Besluitvorming De kerkdiensten De vermogensrechtelijke aangelegenheden idem, kerkrentmeesterlijk idem, diaconaal Idem, algemeen
Deze plaatselijke regeling is vastgesteld door de wijkkerkenraad op 21 april 2004 en is vanaf 1 mei 2004 van kracht.
25
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
VERKLARING Als kerkenraad van de Hervormde Gemeente te Waddinxveen, wijk West weten we ons door onze Nederlandse Hervormde Kerk gebracht op een weg die wij niet hebben begeerd en waarover wij in het geweten bezwaard zijn. Wij erkennen dat wij delen in de schuld van onze kerk. Gedachtig aan het woord van de apostel: “Indien wij ontrouw zijn, Hij blijft getrouw” (2 Tim.2 vers 13) weten wij ons echter, zelf levend van Gods trouw, verschuldigd binnen de kerk trouw te zijn aan de roeping waarmee de Koning der Kerk, Jezus Christus ons geroepen heeft. Met de kerk belijden wij dat “Christus een eeuwig Koning is, die zonder onderdanen niet zijn kan” (art.27 Ned.Geloofsbelijdenis) en dat Hij Zijn kerk bewaart. Daarom beloven wij dat wij ons in gehoorzaamheid zullen onderwerpen aan het juk van Christus. Wij begeren ons te houden aan de verkondiging van Zijn Evangelie, de sacramenten te bedienen naar Zijn inzetting en de kerkelijke tucht te oefenen om elkaar te bewaren bij Zijn ontferming. Wij beloven ons te houden aan het betrouwbare Woord van God en alle dingen te verwerpen die daar tegen zijn, houdende Jezus Christus voor het enige Hoofd. Als wij zo als gemeente – met vreze en beven – onze plaats innemen binnen het geheel van de verenigde kerk, verklaren wij ons gebonden te weten aan de gereformeerde belijdenis. Met Gods hulp zullen wij weerspreken en weren wat met dit belijden in strijd is. Bij de inrichting van het leven der gemeente zullen wij ons houden aan de instellingen die met deze belijdenis overeenstemmen 1). In de gemeente zal de nodiging tot het Heilig Avondmaal en de roeping tot het ambt uitgaan naar hen die tot de openbare belijdenis des geloofs zijn gekomen 2). In de gemeente zal geen andere levensverbintenis worden ingezegend dan een huwelijk van man en vrouw dat wettig voor de overheid is gesloten 3). Omdat wij ons schuldig weten onze gaven “ten nutte en ter zaligheid der andere lidmaten gewillig en met vreugde aan te wenden” (antw. 55 Heid.Cat.) zullen wij de kerk en elkaar blijven oproepen om – in overeenstemming met de gereformeerde belijdenisgeschriften van de kerk - de weg van gehoorzaamheid aan God en Zijn Woord te gaan. De kerkenraad van de hervormde gemeente Waddinxveen, wijk West, Ds. H. Schipaanboord, preses
R.R. Markus, scriba
Getekend: 17 maart 2004
1) Als kerk geboren uit de gereformeerde tak van de Reformatie, aanvaarden wij daarom niet zonder meer de Augsburgse Confessie, noch de Catechismus van Luther. Verder verwerpen wij de Konkordie van Leuenberg en de Barmer Thesen. 2) Als kerkenraad en gemeente verklaren wij dat tot ambtsdragers van de gemeente – zowel ouderlingen als diakenen – door wettige verkiezing geroepen en bevestigd dienen te worden mannenbroeders, belijdende leden van de kerk en vervuld met de Heilige Geest.
26
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
3) Het huwelijk tussen man en vrouw is een instelling van God en dient als zodanig heilig gehouden te worden. Gemeenteleden die voor een andere samenlevingsvorm dan het huwelijk tussen man en vrouw kiezen, dan wel gekozen hebben, worden op pastorale wijze er op gewezen dat hun samenlevingsvorm onbijbels is. Dit met het doel om deze ongewenste situatie te beëindigen. Het niet aanvaarden van deze pastorale vermaning zal ertoe leiden, dat het huwelijk niet kerkelijk bevestigd en ingezegend wordt. De wijkkerkenraad heeft de intentie het Convenant op te nemen in het beleidsplan.
§ 1. Samenstelling van de wijkkerkenraad Ordinantietekst: Ord. 4, art. 6 1. Elke gemeente heeft een kerkenraad. 2. De kerkenraad wordt gevormd door de ambtsdragers van de gemeente. Met het oog op de vervulling van de door de kerkenraad te verrichten taken stelt de kerkenraad het aantal ambtsdragers vast met dien verstande dat in de kerkenraad alle ambten aanwezig zijn en wel naast de predikant ten minste twee ouderlingen die niet tevens kerkrentmeester zijn, twee ouderlingen die tevens kerkrentmeester zijn en drie diakenen. In een gemeente met minder dan 300 leden kan de kerkenraad een kleiner aantal ambtsdragers vaststellen, met dien verstande dat alle ambten aanwezig zijn en in de plaatselijke regeling – met medewerking en goedvinden van het breed moderamen van de classicale vergadering, na in daarvoor in aanmerking komende gevallen de evangelisch-lutherse synode te hebben gehoord – is voorzien op welke wijze de in de ordinanties genoemde taken worden verricht. Wanneer de helft van het aantal ambtsdragers ontbreekt of buiten functie is, bepaalt het breed moderamen van de classicale vergadering na overleg met de nog functionerende ambtsdragers en na in daarvoor in aanmerking komende gevallen de evangelisch-lutherse synode te hebben gehoord, op welke wijze de in de ordinanties genoemde taken kunnen worden verricht. 6. De kerkenraad kan bepalen dat en in hoeverre zij die in de gemeente in een bediening zijn gesteld, als adviseur aan de vergaderingen van de kerkenraad deelnemen. 7. De kerkenraad kan predikanten die met bijzondere opdracht aan de gemeente verbonden zijn en dienstdoende predikanten die lid zijn van de gemeente benoemen tot lid van de kerkenraad. Artikelen plaatselijke regeling 1.1. Aantal ambtsdragers De wijkkerkenraad bestaat uit de volgende ambtsdragers:
Predikant Ouderlingen ouderlingenkerkrentmeester Diakenen Totaal
verplicht minimum (Ord. 4-6-3) 1
òf
13
a)
3
*)
4 21
27
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
a) waarvan 2 bejaardenouderlingen, 2 jeugdouderlingen, 1 ouderling met bijzondere opdracht en 1 evangelisatieouderling. *) Totaal 4 kerkrentmeesters waarvan 1 niet-ouderling
§ 2.1 Verkiezing van ambtsdragers - algemeen Ordinantietekst (A) Ord. 3, art. 2. De verkiezingsregeling 1. De verkiezing wordt gehouden volgens een door de kerkenraad vast te stellen regeling. 2. Tot vaststelling of wijziging van deze regeling kan de kerkenraad overgaan met inachtneming van het bepaalde in ordinantie 4-7-2. 3. De kerkenraad bepaalt, na de leden van de gemeente er in gekend en er over gehoord te hebben, of alleen belijdende leden dan wel ook doopleden stemgerechtigd zijn en legt dit in de in lid 1 genoemde regeling vast. Om stemgerechtigd te zijn dienen doopleden de leeftijd van achttien jaar te hebben bereikt. 4. De kerkenraad kan in de regeling opnemen dat bij volmacht kan worden gestemd, met dien verstande dat niemand meer dan twee gevolmachtigde stemmen kan uitbrengen en alleen stemgerechtigde leden gevolmachtigde stemmen kunnen uitbrengen. Generale regeling gastlidmaatschap (A) Art. 6 Rechten van gastleden … 4. Gastleden kunnen lid zijn van kerkenraadscommissies en organen van bijstand van ambtelijke vergaderingen. Alleen indien de in ordinantie 3-2 bedoelde verkiezingsregeling van de gemeente daarin expliciet voorziet, hebben zij het passief en actief kiesrecht. Zij kunnen niet worden afgevaardigd naar een meerdere vergadering.
Artikelen plaatselijke regeling 2.1.1. Stemrecht De belijdende leden zijn stemgerechtigd. 2.1.2. Regels voor het stemmen De stemming geschiedt schriftelijk. Indien voor een vacature geen van de kandidaten een meerderheid heeft behaald, dan is de oudste in leeftijd verkozen. 2.1.3. Stemmen bij volmacht Er kan bij volmacht worden gestemd, met dien verstande dat niemand meer dan twee gevolmachtigde stemmen kan uitbrengen en alleen stemgerechtigde leden gevolmachtigde stemmen kunnen uitbrengen. 28
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
De volmachten zijn schriftelijk en ondertekend en worden van te voren aan de wijkkerkenraad getoond.
§ 2.2. Verkiezing van ouderlingen en diakenen Ordinantietekst (A) Ord. 3, art. 6. De verkiezing van ouderlingen en diakenen 1. De verkiezing van ouderlingen en diakenen geschiedt uit de stemgerechtigde leden van de (wijk)gemeente. Slechts per geval en na instemming van het breed moderamen van de classicale vergadering kan de kerkenraad een stemgerechtigd lid van een andere (wijk)gemeente kandidaat stellen met het oog op de verkiezing tot ouderling of diaken. 2. De kandidaatstelling met het oog op de verkiezing geschiedt door de kerkenraad. 3. Voorafgaande aan de kandidaatstelling wordt de gemeente uitgenodigd schriftelijk en ondertekend bij de kerkenraad aanbevelingen in te dienen van personen die naar haar mening voor verkiezing in aanmerking komen. Aanbevelingen van personen die naar de mening van gemeenteleden voor verkiezing in aanmerking komen, gaan vergezeld van een vermelding bij elke aanbevolene van het ambt waarvoor de aanbevolene in aanmerking komt. 4. De kerkenraad maakt voor elk ambt waarin een vacature is of zal ontstaan een verkiezingslijst op met daarop de namen van hen - die door tien of meer stemgerechtigde gemeenteleden voor dat ambt zijn aanbevolen - die door de kerkenraad zelf voor het ambt worden voorgedragen. Doopleden worden eerst op de verkiezingslijst opgenomen, nadat de kerkenraad zich ervan vergewist heeft, met inachtneming van ordinantie 9-4-1 en 2, dat zij onder de belijdende leden kunnen worden opgenomen. 5. Indien de verkiezingslijst meer namen telt dan het aantal vacatures voor dat ambt, vindt verkiezing plaats door de stemgerechtigde leden van de gemeente. Indien het aantal kandidaten niet groter is dan het aantal vacatures, worden de kandidaten verkozen verklaard. 6. De stemgerechtigde leden van de (wijk)gemeente kunnen - telkens voor een periode van ten hoogste zes jaren - de kerkenraad machtigen om, na kennisneming van de ingekomen aanbevelingen voor de verkiezing van ouderlingen en diakenen, voor elke vacature afzonderlijk een dubbeltal vast te stellen, waaruit de verkiezing door de stemgerechtigde leden van de (wijk)gemeente plaatsvindt. 7. In afwijking van het bepaalde in dit artikel geschiedt in een gemeente met wijkgemeenten de verkiezing van ouderlingen en diakenen met een bepaalde opdracht ten behoeve van de gemeente in haar geheel, door de algemene kerkenraad uit de stemgerechtigde leden van de gemeente, nadat de leden van de gemeente in de gelegenheid zijn gesteld personen aan te bevelen die naar hun mening voor verkiezing in aanmerking komen. Zij maken als boventallig lid deel uit van de algemene kerkenraad. Zij kunnen tevens, op verzoek van de wijkkerkenraad van de wijkgemeente waartoe zij behoren, deel uitmaken van die wijkkerkenraad. 8. De kerkenraad maakt de namen van hen die gekozen zijn, aan de gemeente bekend om haar goedkeuring te verkrijgen met het oog op hun bevestiging. 9. Bezwaren tegen de gevolgde verkiezingsprocedure of tegen de bevestiging van een gekozene kunnen worden ingebracht door stemgerechtigde leden van de gemeente en dienen uiterlijk één week na deze bekendmaking schriftelijk en ondertekend bij de kerkenraad te worden ingediend. 10. De kerkenraad zendt het bezwaarschrift binnen veertien dagen - onverminderd zijn verantwoordelijkheid te proberen zelf het bezwaar weg te nemen - indien het gaat om een bezwaar tegen de gevolgde verkiezingsprocedure, door naar het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen en, indien het gaat om een bezwaar tegen de bevestiging van de gekozene, naar het regionale college voor het opzicht. 29
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen doet terzake een einduitspraak. Het regionale college voor het opzicht doet, indien het de bezwaren ongegrond verklaart, een einduitspraak. Tegen de uitspraak van het regionale college voor het opzicht om de bezwaren gegrond te verklaren is beroep mogelijk. 11. Indien geen bezwaren zijn ingebracht of de ingebrachte bezwaren ongegrond zijn bevonden, vindt - met inachtneming van het in ordinantie 9-5-4 bepaalde - de bevestiging plaats in een kerkdienst met gebruikmaking van een daarvoor bestemde orde. De bevestiging kan onder handoplegging geschieden. Artikelen plaatselijke regeling 2.2.1. De verkiezing van ouderlingen en diakenen vindt in de regel plaats in november. 2.2.2. De uitnodiging tot het doen van aanbevelingen, genoemd in Ord. 3-6-3, wordt tenminste drie weken voordat de verkiezing plaats heeft, door de wijkkerkenraad gedaan. De uitnodiging om te stemmen wordt tenminste een week voordat de verkiezing plaats heeft, door de kerkenraad gedaan. 2.2.3. Ouderlingen en diakenen worden gekozen door middel van een stembusverkiezing. 2.2.4. Na kennisneming van de ingekomen aanbevelingen voor de verkiezing van ouderlingen en diakenen stelt de wijkkerkenraad voor elke vacature afzonderlijk een dubbeltal vast, waaruit de verkiezing door de stemgerechtigde leden van de wijkgemeente plaatsvindt. De stemgerechtigde leden van de gemeente hebben de wijkkerkenraad hiertoe voor een periode van maximaal zes jaar gemachtigd. Voor nadere bijzonderheden wordt verwezen naar de hieronder opgenomen machtiging. De procedure beschreven in dit artikel komt in de plaats van het bepaalde in Ord. 3-6-4, eerste deel.
Machtiging uit hoofde van Ord. 3-6-6 Op 4 november 1998 hebben de stemgerechtigde leden van de wijkgemeente West van de Hervormde Gemeente te Waddinxveen de kerkenraad van de gemeente voor de duur van zes jaar gemachtigd om voor de verkiezing van ambtsdragers de procedure, beschreven in Ord. 3-6-6, te volgen. De kerkenraad zal de gemeente hierover uiterlijk in november 2004 opnieuw raadplegen. voorzitter kerkenraad Ds. H.Schipaanboord scriba kerkenraad L. Blonk
Ord. 3-7 De ambtstermijn van ouderlingen en diakenen 1. De ambtstermijn van ouderlingen en diakenen is vier jaar. Zij zijn eenmaal terstond als ambtsdrager herkiesbaar. De kerkenraad kan hiervan slechts per geval in bijzondere omstandigheden afwijken na instemming van het breed moderamen van de classicale vergadering. 2. Zij die niet terstond herkiesbaar zijn, zijn eerst na afloop van een tijdvak van elf maanden na de datum waarop hun ambtstermijn volgens het rooster van aftreden verstreken is, verkiesbaar. 3. Indien een ambtsdrager is afgevaardigd naar een meerdere vergadering of als ambtsdrager zitting heeft in een regionaal of generaal college, kan de kerkenraad de ambtstermijn verlengen tot het einde van de termijn waarvoor deze als afgevaardigde is aangewezen of als lid is benoemd. 30
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
4. De kerkenraad stelt voor de ouderlingen en de diakenen een rooster van aftreden vast. Wanneer het gaat om de vervulling van een tussentijds ontstane vacature, handelt de kerkenraad met betrekking tot de datum van aftreden naar bevind van zaken. 5. Aftredende ambtsdragers houden zo mogelijk in de kerkenraad zitting tot hun opvolgers zijn bevestigd, doch in elk geval niet langer dan zes maanden na de datum waarop hun ambtstermijn volgens het rooster van aftreden verstreken is. 6. In de plaatselijke regeling voor de verkiezing van ambtsdragers wordt vastgesteld in welke maand de verkiezing van ouderlingen en diakenen wordt gehouden.
§ 2.3 Verkiezing van predikanten Ordinantietekst (A) Ord. 3, art. 4. De verkiezing van predikanten 1. Voor de verkiezing tot predikant van een gemeente komen in aanmerking zij die in de Protestantse Kerk in Nederland tot het ambt van predikant beroepbaar zijn.
2. Predikanten voor gewone werkzaamheden zijn pas beroepbaar wanneer zij ten minste vier jaar de gemeente waaraan zij verbonden zijn, hebben gediend. Afwijking hiervan is slechts mogelijk met instemming van het breed moderamen van de classicale vergadering van de classis waartoe de gemeente behoort waaraan de betrokken predikant verbonden is. 3. Een predikant kan niet binnen twee jaar voor de tweede maal worden beroepen in dezelfde vacature. 4. De kandidaatstelling met het oog op de verkiezing geschiedt door de kerkenraad. De kerkenraad van een wijkgemeente verricht de kandidaatstelling tezamen met de algemene kerkenraad in een gezamenlijke vergadering, waarbij elke van beide kerkenraden met de kandidatuur dient in te stemmen. 5. De verkiezing van een predikant vindt plaats in een door de kerkenraad belegde vergadering van de stemgerechtigde leden van de gemeente.
Gaat het om de verkiezing van een predikant die als predikant voor gewone werkzaamheden verbonden zal worden aan een wijkgemeente, dan geschiedt de verkiezing door de stemgerechtigde leden van de wijkgemeente. 6. Voor het geval dat de kerkenraad één kandidaat ter verkiezing aan de gemeente voorstelt, is een meerderheid van twee derde van de uitgebrachte geldige stemmen vereist om deze gekozen te kunnen verklaren. 7. In een gemeente met meer dan 200 stemgerechtigde leden kan - met medewerking en goedvinden van het breed moderamen van de classicale vergadering - in de in artikel 2-1 bedoelde regeling worden bepaald dat in afwijking van het in lid 5 voorgeschrevene de verkiezing van de predikant geschiedt door de kerkenraad. 8. In afwijking van het bepaalde in dit artikel geschiedt in een gemeente met wijkgemeenten de verkiezing van een predikant met een bepaalde opdracht ten behoeve van de gemeente in haar geheel die niet tevens aan een wijkgemeente verbonden wordt, door de algemene kerkenraad. Deze predikant maakt als boventallig lid deel uit van de algemene kerkenraad. 9. De kerkenraad maakt de naam van de gekozene aan de gemeente bekend om haar goedkeuring te verkrijgen met het oog op de beroeping. 10. Bezwaren tegen de gevolgde verkiezingsprocedure kunnen worden ingebracht door stemgerechtigde leden van de gemeente en dienen uiterlijk één week na deze bekendmaking schriftelijk en ondertekend bij de kerkenraad te worden ingediend.
31
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
11. De kerkenraad zendt het bezwaarschrift binnen veertien dagen - onverminderd zijn verantwoordelijkheid te proberen zelf het bezwaar weg te nemen - door naar het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen, dat terzake een einduitspraak doet.
Artikelen plaatselijke regeling 2.3.1. In aanvulling op het bepaalde in Ord. 3-4-7 worden predikanten verkozen op voordracht van de wijkkerkenraad en de algemene kerkenraad. De kerkenraad begint de voorbereiding van de verkiezing en beroeping van een predikant eerst nadat de instemming van de algemene kerkenraad is verkregen. De verkiezing van een te beroepen predikant geschiedt door de algemene kerkenraad, tezamen met de kerkenraad van de wijkgemeente, waarvan de predikantsplaats vacant is. De verkiezing vindt plaats in een vergadering van ambtsdragers. 3. De voorbereiding voor deze verkiezing geschiedt door de kerkenraad van de wijkgemeente, waarvan de predikantsplaats vacant is of wordt. De kerkenraad wint advies in bij de commissie voor het beroepingswerk en overlegt met het moderamen van de algemene kerkenraad met het oog op het beleid in de centrale gemeente. Daarna stelt de betreffende kerkenraad een dubbeltal voor aan de algemene kerkenraad. 4. De algemene kerkenraad besluit samen met de betreffende wijkkerkenraad wie van het door de wijkkerkenraad voorgestelde dubbeltal beluisterd zal worden. Indien geen van beide voorgestelde predikanten de goedkeuring ontvangt, stelt de wijkkerkenraad een nieuw dubbeltal op. 5. De wijkkerkenraad benoemt een hoorcommissie, die in de regel bestaat uit twee ouderlingen en een diaken, terwijl door de centrale kerkenraad telkens opnieuw één van zijn leden, die niet tot de betrokken wijkkerkenraad behoort, daaraan wordt toegevoegd. 6. De hoorcommissie woont, zo mogelijk in de eigen standplaats van de te beluisteren predikant één of meer door hem geleide kerkdiensten bij en maakt als regel daarna kennis met deze predikant, bij voorkeur in diens pastorie. 7. In een vergadering van ambtsdragers van de centrale gemeente wordt door de hoorcommissie verslag uitgebracht van de bijgewoonde kerkdiensten, van de gehoorde preek of preken en van het gevoerde gesprek in de pastorie met de predikant. 8. Na een positieve uitslag van de verkiezing brengt de betreffende wijkkerkenraad het beroep uit.
§ 3. De werkwijze van de wijkkerkenraad Ordinantietekst (A) Ord. 4, art. 8. Werkwijze 1. De kerkenraad komt ten minste zes maal per jaar bijeen.
2. De kerkenraad kiest jaarlijks uit zijn midden een moderamen bestaande uit ten minste een preses, een scriba en een assessor. In het moderamen hebben ten minste een predikant, een ouderling, een ouderling-kerkrentmeester en een diaken zitting. Indien de kerkenraad minder dan twaalf leden telt, hebben in het moderamen tenminste een predikant, een ouderling of een ouderlingkerkrentmeester en een diaken zitting. 3. Het moderamen heeft tot taak het voorbereiden, samenroepen en leiden van de bijeenkomsten van de kerkenraad, de uitvoering van die besluiten van de kerkenraad waarvoor geen anderen aangewezen zijn, en
32
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
voorts, onder verantwoording aan de kerkenraad, het afdoen van zaken van formele en administratieve aard en van zaken die geen uitstel gedogen.
4. De kerkenraad kan zich in zijn arbeid laten bijstaan door commissies die door hem worden ingesteld en die werken in opdracht van, onder verantwoordelijkheid van en in verantwoording aan de kerkenraad. 5. De kerkenraad stelt telkens voor een periode van vier jaar een beleidsplan op, na daarover overleg gepleegd te hebben met het college van kerkrentmeesters, het college van diakenen en met alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente. Elk jaar pleegt de kerkenraad met dezelfde colleges en organen overleg over eventuele wijziging van het beleidsplan. Nadat de kerkenraad het beleidsplan of een wijziging daarvan voorlopig heeft vastgesteld, wordt dit in de gemeente gepubliceerd. De kerkenraad stelt de leden van de gemeente in de gelegenheid hun mening over het beleidsplan of de wijziging kenbaar te maken. Daarna stelt de kerkenraad het beleidsplan of de wijziging vast. 6. De kerkenraad maakt een regeling voor zijn wijze van werken, waarin in ieder geval wordt geregeld: het bijeenroepen van zijn vergaderingen, de agendering, de wijze waarop de gemeente wordt gekend en gehoord, de toelating van niet-leden van de kerkenraad tot zijn vergaderingen en het beheer van zijn archieven. 7. De kerkenraad neemt geen besluiten tot het wijzigen van de gang van zaken in de gemeente ten aanzien van: het beantwoorden van de doopvragen door doopleden; het toelaten van doopleden tot het avondmaal; het verlenen van actief en passief kiesrecht aan doopleden; de wijze van de verkiezing van ambtsdragers; het zegenen van andere levensverbintenissen dan een huwelijk van man en vrouw; en ter zake van: de aanduiding en de naam van de gemeente; het voortbestaan van de gemeente; het aangaan van een samenwerkingsverband met een andere gemeente; de plaats van samenkomst van de gemeente; het verwerven, ingrijpend verbouwen, afbreken, verkopen of op andere wijze vervreemden van een kerkgebouw; zonder de leden van de gemeente daarin gekend en daarover gehoord te hebben. Het kennen en horen dient in elk geval plaats te vinden in de vorm van een beraad in de gemeente indien het beraad in de desbetreffende ordinantie is voorgeschreven. Ord. 4, art. 9.Wijkkerkenraden en algemene kerkenraad … 4. De verdeling van de taken en bevoegdheden over enerzijds de algemene kerkenraad en anderzijds de wijkkerkenraden wordt aangegeven in een door de algemene kerkenraad in overleg met de wijkkerkenraden vast te stellen regeling, met dien verstande dat de taken en bevoegdheden van de wijkkerkenraden alles omvatten wat tot de taken en bevoegdheden van de kerkenraad behoort, met uitzondering van datgene wat nadrukkelijk wordt toevertrouwd aan de algemene kerkenraad, waaronder, voor zover in de orde van de kerk niet anders is bepaald:
33
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Artikelen plaatselijke regeling 3.1. Aantal vergaderingen De wijkkerkenraad vergadert in de regel tien maal per jaar. 3.2. De vergaderingen van de wijkkerkenraad worden ten minste vijf dagen van te voren bijeengeroepen door het moderamen, onder vermelding van de zaken, die aan de orde zullen komen (de agenda). 3.3. Van de vergaderingen wordt een schriftelijk verslag opgesteld, dat in de eerstvolgende vergadering door de wijkkerkenraad wordt vastgesteld. 3.4. Verkiezing moderamen De in ord. 4.8.2. Genoemde jaarlijkse verkiezing van het moderamen geschiedt in de vergadering van de maand januari 3.5. In de gevallen dat de kerkorde voorschrijft, dat de kerkenraad de gemeente kent in een bepaalde zaak en haar daarover hoort belegt de wijkkerkenraad een bijeenkomst met de (betreffende) leden van de gemeente, die wordt aangekondigd in het kerkblad, dat voorafgaande aan de bijeenkomst verschijnt en afgekondigd op ten minste twee zondagen, die aan de bijeenkomst voorafgaan. In deze berichtgeving vooraf maakt de wijkkerkenraad in het kort kenbaar over welke zaak hij de gemeente wil horen. 3.6. De wijkkerkenraad kan besluiten dat wijkgemeenteleden als toehoorder tot een bepaalde vergadering toegelaten worden. 3.7. Verslag algemene kerkenraad en classis In de wijkkerkenraad wordt verslag gedaan van de vorige vergadering van de algemene kerkenraad. In de vergadering, volgend op een vergadering van de classicale vergadering, brengt de classisafgevaardigde verslag uit van het aldaar behandelde. 3.8. Het lopende archief van de wijkkerkenraad berust bij de scriba, met inachtneming van de verantwoordelijkheid van de het college van kerkrentmeesters voor de archieven van de gemeente uit hoofde van Ord. 11-2-7 sub g. 3.9. In overleg met de wijkkerkenraden is door de Algemene kerkenraad met inachtneming van het bepaalde in ord. 4-9-4 vastgesteld dat het de taak en bevoegdheid van de Algemene kerkenraad is de volgende zaken te regelen: - Het jeugdwerk van de centrale gemeente zoals dat gecoördineerd en georganiseerd wordt vanuit de jeugdraad. - Het werk van de zondagsschool. - Het evangelisatie- en zendingswerk zoals dat gecoördineerd en georganiseerd wordt door respectievelijk de centrale evangelisatie commissie en de zendingscommissie. - Het behartigen van de stoffelijke belangen van de gemeente door de kerkrentmeesters. - Het beheren van de diaconale gelden als wel het coördineren en organiseren van diaconale taken ten behoeve van de centrale gemeente. - Het vaststellen van het moederrooster waarin het aantal, de plaats en de tijd van de kerkdiensten wordt geregeld. Het samenstellen van het moederrooster dient in de november 34
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
vergadering te geschieden. - De AK benoemd een gemeentelid – bijvoorkeur een ambtsdrager – die tot taak heeft gastpredikanten te vragen voor de niet door de eigen predikanten ingevulde diensten. In overleg met AK kan hij zich laten bijstaan door een ander gemeentelid, cq. ambtsdrager. Jaarlijks - en wel in de maand november – vindt er een overleg plaats van de preses en scriba’s van de vier wijkenkerkenraden met eerder genoemde persoon/personen. Tijdens dit overleg wordt het afgelopen jaar geëvalueerd en kunnen de kerkenraden hun wensen met betrekking tot het vragen van gastpredikanten kenbaar maken. - Aangepaste catechese voor andersbegaafden - Draagt zorg, dat onder haar verantwoordelijkheid een kerkblad wordt uitgegeven - Datgene wat te maken heeft met de rechtspositie van de predikanten en de gesalarieerde medewerkers. 3.10. De wijkkerkenraad laat zich in zijn arbeid bijstaan door de navolgende commissies: - Commissie Plaatselijke regeling en beleidsplan - Werkgroep Themadiensten etc. - Catechesecommissie - Gemeentedagcommissie - Evangelisatie-commissie Nadere bepalingen omtrent de samenstelling, benoeming en opdracht van de commissies, de contacten tussen wijkkerkenraad en de commissies, de werkwijze van de commissies, de rapportage aan de wijkkerkenraad e.d. zijn per commissie vastgelegd in een instructie, die als bijlage aan deze plaatselijke regeling zal worden gehecht. • •
het overleg met de wijkkerkenraden over de taak en de samenwerking van de delen in het geheel van de gemeente en de uitvoering van het werk dat in dat overleg aan de algemene kerkenraad wordt toevertrouwd; het treffen van voorzieningen ten behoeve van de gemeente in haar geheel, waar dat nodig is om recht te doen aan de binnen de gemeente voorkomende kerkelijke verscheidenheid; de vermogensrechtelijke aangelegenheden; datgene wat te maken heeft met de rechtspositie van de predikanten en de gesalarieerde medewerkers.
§ 4. Besluitvorming Ordinantietekst, zie Ord. 4 art. 5 A. Ordinantietekst Ord. 4, art. 5 Besluitvorming 1. In alle kerkelijke lichamen worden besluiten steeds na gemeenschappelijk overleg en zo mogelijk met eenparige stemmen genomen. Blijkt eenparigheid niet bereikbaar, dan wordt besloten met meerderheid van de uitgebrachte stemmen, waarbij blanco stemmen niet meetellen. 2. Stemming over zaken geschiedt mondeling tenzij om schriftelijke stemming wordt gevraagd. Staken de stemmen, dan vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan is het voorstel verworpen.
3. Stemming over personen geschiedt schriftelijk. Wanneer er niet meer kandidaten zijn dan er verkozen moeten worden, kan mondeling worden gestemd als niemand van de aanwezige leden tegen mondelinge stemming bezwaar maakt. 35
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Indien één kandidaat wordt voorgesteld en de stemmen staken, vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan is de kandidaat niet verkozen. Indien er meer kandidaten zijn dan er verkozen moeten worden, zijn van hen verkozen diegenen op wie de meeste stemmen zijn uitgebracht en die de meerderheid van de uitgebrachte stemmen hebben behaald, tot het aantal vacatures dat vervuld moet worden. Indien voor een vacature geen van de kandidaten een meerderheid heeft behaald, vindt een herstemming plaats tussen de twee kandidaten die de meeste stemmen behaalden. Staken de stemmen, dan vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan beslist het lot. 4. Geen besluiten kunnen worden genomen indien niet ten minste de helft van het aantal leden van het kerkelijk lichaam ter vergadering aanwezig is.
Wanneer in een vergadering het quorum niet aanwezig is, kan ten aanzien van een op die vergadering ingediend voorstel een besluit worden genomen op een volgende vergadering die ten minste twee weken later wordt gehouden, ook wanneer dan het quorum niet aanwezig is.
§ 5. De kerkdiensten Ordinantieteksten (A) Ord. 5 artikel 1 De eredienst … 3. Tijd, plaats en aantal van de kerkdiensten worden vastgesteld door de kerkenraad. …
Ord. 6 artikel 2 De toelating tot de doop … 4. De kerkenraad bepaalt of doopvragen door doopleden mogen worden beantwoord. De kerkenraad neemt een besluit tot wijziging van het beleid ter zake niet dan na de leden van de gemeente daarin gekend en daarover gehoord te hebben. Ord. 7 artikel 2 De toelating tot het avondmaal … De kerkenraad bepaalt of alleen belijdende leden of ook doopleden aan het avondmaal kunnen deelnemen. De kerkenraad neemt een beslissing tot wijziging van het beleid ten aanzien van de deelname aan het avondmaal niet dan na beraad in de gemeente, tot deelname waaraan de leden van de gemeente worden uitgenodigd. …
Ord. 5 artikel 4 Andere levensverbintenissen 1. De kerkenraad kan –na beraad in de gemeente- besluiten dat ook andere levensverbintenissen van twee personen als een verbond van liefde en trouw voor Gods aangezicht kunnen worden gezegend.
36
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Artikelen plaatselijke regeling 5.1 De wekelijkse kerkdiensten, op Goede Vrijdag, op reguliere christelijke feestdagen, op bid- en dankdagen en op oud- en nieuwjaar worden volgens een door de algemene kerkenraad vastgesteld rooster gehouden in “De Hoeksteen” aan de Esdoornlaan. 5.2 In de gewone kerkdiensten zijn in de regel zes ouderlingen en twee diakenen ambtelijk tegenwoordig naar een daartoe door de scriba opgesteld rooster. 5.3 Bij de bediening van de Heilige Doop van kinderen kunnen belijdende leden en doopleden de doopvragen beantwoorden. Voorafgaand aan de bediening van de Heilige Doop wordt een bijeenkomst voor doopouders belegd, waarin uitleg wordt gegeven over de betekenis van de Heilige Doop. Bij voorkeur zijn beide ouders hierbij aanwezig. 5.4 Aan de openbare geloofsbelijdenis gaat in de regel belijdeniscatechisatie vooraf. De toelating tot openbare belijdenis van het geloof vindt plaats tijdens de zogenaamde “aannemingsavond”. Behalve de predikant zijn daarbij ten minste twee ouderlingen en een diaken aanwezig. De toelating tot het Heilig Avondmaal vindt plaats na de openbare geloofsbelijdenis. In de dienst van openbare geloofsbelijdenis gaat in de regel de wijkpredikant voor. Indien men in een andere wijk belijdenis van het geloof wenst af te leggen, heeft men toestemming nodig van de eigen wijkkerkenraad. 5.5.Tot de deelname aan het Heilig Avondmaal worden uitsluitend belijdende leden toegelaten. 5.6. Alleen een naar burgerlijke wet tot stand gekomen huwelijk van een man en een vrouw kan als een verbond van liefde en trouw voor Gods aangezicht worden ingezegend. Ten minste één van de betrokkenen dient lid van de wijkgemeente te zijn. Het verzoek om inzegening van het huwelijk wordt gericht tot de kerkenraad van de wijkgemeente, waarin de bruid woont. Woont alleen de bruidegom in Waddinxveen, dan wordt het verzoek gericht tot de kerkenraad van de wijkgemeente, waarin de bruidegom woont. Na ontvangst van het verzoek nodigt de wijkpredikant betrokkenen uit voor een gesprek en/of huwelijkscatechese.
§ 6.1. De vermogensrechtelijke aangelegenheden - kerkrentmeesterlijk Ordinantieteksten (A) Ord. 11, art. 4 Vermogensrechtelijke aangelegenheden van gemeenten met wijkgemeenten 1. Waar een gemeente wijkgemeenten heeft, dient in deze ordinantie in plaats van kerkenraad gelezen te worden algemene kerkenraad. 2. In een gemeente met wijkgemeenten vormen de kerkrentmeesters die lid zijn van een wijkkerkenraad tezamen met de andere kerkrentmeesters die benoemd zijn door de wijkkerkenraad, de wijkraad van kerkrentmeesters. De kerkrentmeesters die lid zijn van de algemene kerkenraad, vormen tezamen met de kerkrentmeesters die daartoe op gezamenlijke voordracht van de wijkraden van kerkrentmeesters door de algemene kerkenraad zijn benoemd, het college van kerkrentmeesters. 3. In overleg met de algemene kerkenraad kan het college van kerkrentmeesters, naast de zorg voor het kerkgebouw en de goede gang van zaken daarin tijdens de kerkdiensten, de verzorging van bepaalde vermogensrechtelijke aangelegenheden van de gemeente van niet-diaconale aard toevertrouwen aan de wijkraden van kerkrentmeesters. Een en ander geschiedt met inachtneming van het bepaalde in ordinantie 4-94.
37
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
4. … 5. … 6. Wanneer een gemeente uit minder dan vier wijkgemeenten bestaat, kan de algemene kerkenraad, met instemming van de wijkkerkenraden, besluiten geen wijkraden van kerkrentmeesters in te stellen. Wanneer geen wijkraden zijn ingesteld, bestaat het college van kerkrentmeesters uit alle kerkrentmeesters van de gemeente en worden de kerkrentmeesters die geen ouderling zijn benoemd door de algemene kerkenraad. Ord. 11, art. 2 Het college van kerkrentmeesters 1. De ouderlingen die in het bijzonder zijn aangewezen tot kerkrentmeester vormen tezamen met de kerkrentmeesters als bedoeld in lid 3 het college van kerkrentmeesters. 2. Het college van kerkrentmeesters bestaat uit ten minste drie leden.
De meerderheid van het college van kerkrentmeesters bestaat uit ouderlingen-kerkrentmeesters. 3. De kerkrentmeesters die geen ouderling zijn, worden door de kerkenraad uit de leden van de gemeente benoemd nadat hun namen zijn voorgedragen aan de gemeente om haar goedkeuring te verkrijgen. Zij kunnen in de gemeente niet tegelijkertijd een ambt dragen. 4. Ten aanzien van de kerkrentmeesters die geen ouderling zijn, is van overeenkomstige toepassing hetgeen voor ambtsdragers bepaald is ter zake van de zittingstijd, de mogelijkheid bezwaar te maken tegen de benoeming, het opzicht en de behandeling van bezwaren en geschillen. 5. Het college van kerkrentmeesters wijst uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester aan.
De voorzitter is een van de ouderlingen-kerkrentmeester. Het college van kerkrentmeesters draagt er zorg voor dat de boekhouding en het middelenbeheer niet in één hand zijn. 6. Indien aan de besluitvorming van het college van kerkrentmeesters minder dan drie leden deelnemen, is een besluit van het college slechts rechtsgeldig, a. wanneer, bij deelname door twee kerkrentmeesters, één ambtsdrager, daartoe aangewezen door de kerkenraad, aan de besluitvorming heeft deelgenomen en b. wanneer, bij deelname door één kerkrentmeester, twee ambtsdragers, daartoe aangewezen door de kerkenraad, aan de besluitvorming hebben deelgenomen. 7. Het college van kerkrentmeesters heeft tot taak: a. het in overleg met en in verantwoording aan de kerkenraad scheppen en onderhouden van de materiële en financiële voorwaarden voor het leven en werken van de gemeente door: - het meewerken aan de totstandkoming van het beleidsplan, de begroting en de jaarrekening van de gemeente overeenkomstig het bepaalde in ordinantie 4-7-1 en het bepaalde in de artikelen 6 en 7; - het zorg dragen voor de geldwerving; - het zorg dragen voor het beschikbaar zijn van ruimten voor de eredienst en de andere activiteiten van de gemeente; en voorts b. het beheren van de goederen van de gemeente; c. het verzorgen van het, in het beleidsplan en de begroting geformuleerde, personeelsbeleid; d. het zorgdragen voor de arbeidsrechtelijke aangelegenheden van hen die krachtens arbeidsovereenkomst bij de gemeente werkzaam zijn op niet-diaconaal terrein; e. het fungeren als opdrachtgever van kosters en beheerders van gebouwen en ander beherend en administratief personeel dat op arbeidsovereenkomst in dienst van de gemeente werkzaam is; f. het bijhouden van de registers van de gemeente, het doopboek, het belijdenisboek en - indien aanwezig - het trouwboek; g. het beheren van de archieven van de gemeente; h. het beheren van de verzekeringspolissen. Met het oog op deze taak kan de ouderling-kerkrentmeester worden vrijgesteld van 38
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
- het toerusten van de gemeente tot het vervullen van haar pastorale en missionaire roeping en de herderlijke zorg. 8. Het college van kerkrentmeesters blijft bij het beheren van en beschikken over de aan hem toevertrouwde vermogenrechtelijke aangelegenheden van de gemeente binnen de grenzen van het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en van de door de kerkenraad vastgestelde begroting. 9. De volgende rechtshandelingen behoeven vooraf de instemming van de kerkenraad: - het verkrijgen, bouwen, ingrijpend verbouwen, uitbreiden of restaureren, verhuren, bezwaren, verkopen of op andere wijze vervreemden en afbreken van een gebouw of een orgel, beide in gebruik ten behoeve van de eredienst of anderszins van belang voor het leven en werken van de gemeente; - het aangaan van verplichtingen waarin niet bij vastgestelde begroting is voorzien; - het aanvaarden van erfstellingen of schenkingen onder last of voorwaarde; - het oprichten van of deelnemen aan een stichting; Het college van diakenen en de wijkraad hebben hun afspraken over de uitvoering van deze taken, het overleg daarover en de rapportage van de wijkraad aan het college schriftelijk vastgelegd.
Artikelen plaatselijke regeling 6.1.1. Aantal leden Het college van kerkrentmeesters bestaat uit vier leden (waarvan drie ouderlingen-kerkrentmeester) Door de wijkkerkenraad wordt één lid afgevaardigd om zitting te nemen in de algemene kerkenraad.
§ 6.2. De vermogensrechtelijke aangelegenheden - diaconaal Ordinantieteksten (A) Ord. 11- 4. Vermogensrechtelijke aangelegenheden van gemeenten met wijkgemeenten … 4. In een gemeente met wijkgemeenten vormen de diakenen die lid zijn van een wijkkerkenraad, de wijkraad van diakenen. De diakenen die lid zijn van de algemene kerkenraad, vormen tezamen met de diakenen die daartoe op gezamenlijke voordracht van de wijkraden van diakenen door de algemene kerkenraad zijn benoemd, het college van diakenen. 5. In overleg met de algemene kerkenraad kan het college van diakenen de verzorging van bepaalde vermogensrechtelijke aangelegenheden van de gemeente van diaconale aard toevertrouwen aan de wijkraden van diakenen. Een en ander geschiedt met inachtneming van het bepaalde in ordinantie 49-4. … Ord. 11, art. 3. Het college van diakenen 1. De diakenen vormen tezamen het college van diakenen. Het college van diakenen bestaat uit ten minste drie leden.
2. Het college van diakenen wijst uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester aan. Het college van diakenen draagt er zorg voor dat de boekhouding en het middelenbeheer niet in één hand zijn. 3. Indien aan de besluitvorming van het college van diakenen minder dan drie leden deelnemen, is een besluit van het college slechts rechtsgeldig,
39
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
a. wanneer, bij deelname door twee diakenen, één ambtsdrager, daartoe aangewezen door de kerkenraad, aan de besluitvorming heeft deelgenomen en b. wanneer, bij deelname door één diaken, twee ambtsdragers, daartoe aangewezen door de kerkenraad, aan de besluitvorming hebben deelgenomen. 4. Het college van diakenen heeft tot taak:
a. het in overleg met en in verantwoording aan de kerkenraad scheppen en onderhouden van de materiële en financiële voorwaarden voor de door de gemeente te verrichten diaconale dienst door: - het meewerken aan de totstandkoming van het beleidsplan, de diaconale begroting en de diaconale jaarrekening overeenkomstig het bepaalde in ordinantie 4-7-1 en het bepaalde in de artikelen 6 en 7; - het zorg dragen voor de geldwerving ten behoeve van de diaconale arbeid van de gemeente; en voorts b. het beheren van de goederen van de diaconie; c. het verzorgen van het, in het beleidsplan en de diaconale begroting geformuleerde, personeelsbeleid; d. het zorgdragen voor de arbeidsrechtelijke aangelegenheden van hen die krachtens arbeidsovereenkomst bij de diaconie werkzaam zijn; e. het fungeren als opdrachtgever van hen die op arbeidsovereenkomst in de gemeente op diaconaal terrein werkzaam zijn; f. het beheren van verzekeringspolissen. 5. Het college van diakenen blijft bij het beheren van en beschikken over de aan hem toevertrouwde vermogensrechtelijke aangelegenheden binnen de grenzen van het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en de door de kerkenraad vastgestelde begroting. 6. De volgende rechtshandelingen behoeven vooraf de instemming van de kerkenraad: - het aangaan van verplichtingen waarin niet bij vastgestelde begroting is voorzien; - het aanvaarden van erfstellingen of schenkingen onder last of voorwaarde; - het oprichten van of deelnemen aan een stichting; - het voeren van processen voor de overheidsrechter en het aangaan van overeenkomsten om geschillen op een andere wijze tot een oplossing te brengen. 7. Het college van diakenen is bevoegd diaconale steun te verlenen aan personen, organen, kassen, fondsen, instellingen en rechtspersonen in binnen- en buitenland. Uitsluitend in zeer bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van het regionale college voor de behandeling van beheerszaken en nadat ter zake toestemming is verkregen van dit college, kan het college van diakenen besluiten diaconale gelden beschikbaar te stellen voor niet-diaconaal werk van de gemeente. 8. De kerkenraad neemt alleen in overleg met het college van diakenen beslissingen waaraan voor de diaconie van de gemeente financiële gevolgen verbonden zijn welke niet bij vastgestelde begroting zijn voorzien.
Artikelen plaatselijke regeling 6.2.1. Aantal leden De wijkraad van diakenen bestaat uit 4 leden. Door de wijkkerkenraad wordt één lid afgevaardigd om zitting te nemen in de algemene kerkenraad
40
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
§ 6.3 De vermogensrechtelijke aangelegenheden – algemeen Ordinantieteksten (A)
Ord. 11, art. 6. De begrotingen en het collecterooster 1. Elk jaar plegen het college van kerkrentmeesters en het college van diakenen met de kerkenraad en met alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente overleg over de in samenhang met het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan op te stellen begrotingen en het collecterooster van het komende kalenderjaar. 2. Vóór 1 november dienen het college van kerkrentmeesters en het college van diakenen hun ontwerpbegrotingen bij de kerkenraad in, vergezeld van een door hen in onderling overleg opgesteld gemeenschappelijk ontwerpcollecterooster. 3. Indien de kerkenraad wijzigingen wil aanbrengen in de ontwerpbegrotingen overlegt hij met het betrokken college over de voorgenomen wijziging. Indien over de wijziging geen overeenstemming wordt verkregen, vraagt de kerkenraad bemiddeling van het regionale college voor de behandeling van beheerszaken. Eerst na bemiddeling van het regionale college neemt de kerkenraad een definitief besluit. 4. Nadat de kerkenraad de begrotingen voorlopig heeft vastgesteld, worden deze in samenvatting in de gemeente gepubliceerd en tevens gedurende een week in haar geheel voor de leden van de gemeente ter inzage gelegd. De kerkenraad stelt de leden van de gemeente in de gelegenheid hun mening over de begrotingen kenbaar te maken op de wijze die in de regeling voor de wijze van werken van de kerkenraad is aangegeven. Daarna stelt de kerkenraad de begrotingen en het collecterooster vast. 5. Indien een kerkenraad wijzigingen wil aanbrengen in de vastgestelde begroting is het bepaalde in lid 3 en 4 van overeenkomstige toepassing.
Ord. 11, art. 7. De jaarrekeningen 1. Het college van kerkrentmeesters en het college van diakenen leggen elk jaar vóór 1 mei hun ontwerpjaarrekeningen over het laatstverlopen kalenderjaar aan de kerkenraad voor. 2. Deze jaarrekeningen worden in haar geheel of in samenvatting in de gemeente gepubliceerd en tevens gedurende een week in haar geheel voor de leden van de gemeente ter inzage gelegd. De kerkenraad stelt de leden van de gemeente in de gelegenheid hun mening over de jaarrekeningen kenbaar te maken. op de wijze die in de regeling voor de wijze van werken van de kerkenraad is aangegeven. 3. Daarna stelt de kerkenraad de jaarrekeningen vast, hetgeen strekt tot decharge van de kerkrentmeesters respectievelijk de diakenen inzake het door hen gevoerde beheer, tenzij de kerkenraad een voorbehoud maakt, of het regionale college voor de behandeling van beheerszaken nader overleg wenst. 4. Elk jaar wordt vóór de vaststelling van de jaarrekeningen de financiële administratie van de gemeente en van de diaconie gecontroleerd door een door de kerkenraad aan te wijzen certificerend accountant of twee andere onafhankelijke deskundigen.
41
Concept beleidsplan Wijkgemeente West versie 28.04.2008
Artikelen plaatselijke regeling 6.3.1. Vóór 1 oktober maken de wijkkerkenraden na overleg met de wijkraden van kerkrentmeesters en diakenen de wensen en aandachtspunten van de wijkgemeenten voor de begroting voor het komende jaar kenbaar aan de algemene kerkenraad, met afschrift aan het college van kerkrentmeesters c.q. diakenen.
6.3.2. Vóór 1 april maken de wijkkerkenraden na overleg met de wijkraden van kerkrentmeesters en diakenen de wensen en aandachtspunten van de wijkgemeenten voor de jaarrekening over het afgelopen jaar kenbaar aan de algemene kerkenraad, met afschrift aan het college van kerkrentmeesters c.q. diakenen.
Ondertekening Aldus te Waddinxveen vastgesteld in de vergadering van de kerkenraad van 21 april 2004.
Ds. H. Schipaanboord, preses
R.R. Markus, scriba
42