Code Goed Gedrag Basisschool
'Cornelis Vrij’ algemeen bijzonder onderwijs
Versie: 1 juni 2015
Behandel een ander zoals je zelf behandeld wilt worden.
Voorwoord
3
Hoofdstuk 1
Visie en missie
4
Hoofdstuk 2
Hoe werken wij op school aan gedrag
5
Hoofdstuk 3
Onze gedragsregels
7
Hoofdstuk 4
Welke stappen worden er ondernomen als ongewenst gedrag wordt gesignaleerd? 8
Hoofdstuk 5
Aandachtspunten en inzet per niveau van de school
9
Ondertekening
10
Literatuuroverzicht/ bronvermelding
10
Bijlage 1, ruzieprotocol
11
Achtergrondinformatie
12
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-2-
Voorwoord Op school wordt door de kinderen een belangrijk deel van de tijd doorgebracht. Het is daarom belangrijk dat de school een prettige omgeving is om in te verkeren. Belangrijk is dan ook dat er een goed klimaat heerst op school en in de groep waarin de kinderen verblijven. Sfeer in een groep heeft alles te maken met de manier waarop we met elkaar omgaan. Dat gebeurt in een omgeving waar kinderen weten wat er van hen verwacht wordt, maar ook wat ze van de ander mogen verwachten. Slechts in een omgeving waarin ieder kind zichzelf kan zijn, zonder belemmerd te worden of anderen te belemmeren zal een kind optimaal kunnen functioneren. Het omgaan met waarden en normen vormt hierbij de basis. Pestgedrag en grensoverschrijdend gedrag komen helaas voor. Het is niet aan de orde van de dag en ook niet sfeerbepalend, maar het komt nog steeds te vaak voor. Daarom is in 2012 besloten een gedragsprotocol te schrijven. Dit protocol voor gedrag zal er jammer genoeg niet voor zorgen dat ongewenst gedrag volledig geweerd zal worden. Maar het protocol zal de leerkrachten op de Cornelis Vrijschool wel richtlijnen geven welke kunnen helpen bij het oplossen van grensoverschrijdend gedrag. Het protocol moet uiteindelijk ondersteuning geven aan iedere leerkracht, zodat iedere leerkracht op dezelfde wijze de veroorzaker en het slachtoffer zal kunnen ondersteunen. Door praktisch te werken met dit protocol zullen er ongetwijfeld punten zijn die aangepast moeten worden. Daarom wordt dit protocol regelmatig in het team geëvalueerd om het werkbaar en actueel te houden. De volgende keer dat dit protocol wordt geëvalueerd zal zijn in het voorjaar van 2015. Kinderen welke te maken krijgen met grensoverschrijdend gedrag moeten zich gehoord gaan voelen en tegelijkertijd moet grensoverschrijdend gedrag bespreekbaar zijn. Er moet een sfeer van vertrouwen en veiligheid zijn zodat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen. w.g. de directie Amsterdam, 1 juni 2015.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-3-
Hoofdstuk 1 Visie en Missie Visie op sociaal emotionele ontwikkeling. In onze visie heeft sociaal emotioneel gedrag in hoge mate te maken met hoe je in de omgang met de ander een balans vindt tussen handelen uit eigen belang en handelen met het oog op de belangen van een ander, binnen de normen en de waarden die in onze samenleving gelden. Bij het zoeken naar die balans gaan we uit van het kind als individu, het kind als deel van een groep (het gezin, de school, en het kind als participant in de wijk Museumkwartier, Amsterdam) en de samenleving. Wij wekken interesses bij leerlingen op die ze niet altijd uit zichzelf hebben op het gebied van sociale kennis, vaardigheden en houdingen. Wij realiseren dit door: werken vanuit een positieve blik: met respect, trots zijn op jezelf en elkaar aansluiten bij wat goed gaat: laat zien wie je bent en wat je kunt een veilige leeromgeving bieden: je mag en kan je gevoelens tonen confronteren en verzoenen: leer je verplaatsen in de ander en handel daar naar accepteren dat ieder kind anders is: oog hebben voor verschillen. Op Cornelis Vrij hebben wij vertrouwen in ieders: kwaliteit en persoonlijke groei verantwoordelijkheid voor eigen handelen betrokkenheid. Op onze school werken we school-breed en samen met ouders aan de sociale competentie van kinderen. Kinderen, ouders en leerkrachten hebben kennis, vaardigheden en attitude ten aanzien van omgaan met elkaar op Cornelis Vrijschool en daar buiten. Wij streven ernaar: ruzies/conflicten uit te spreken dat ieder, kind of volwassene, fouten mag maken en daarop terug mag komen dat ieder een eigen verantwoordelijkheid heeft binnen een groep (bijv. een kind in een klas, een ouder van een vereniging, de leerkracht binnen een team) onze ervaringen delen, jong en oud, goede en slechte ervaringen elkaar te complimenteren om een veilig klimaat te creëren waar ieder zich veilig voelt om zichzelf te presenteren ruimte te geven aan kinderen en volwassenen om eigen keuzes te maken dat kinderen kunnen opkomen voor zichzelf op een juiste manier
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-4-
Hoofdstuk 2 Hoe werken wij op basisschool ‘Cornelis Vrij’ aan ons gedrag? Op onze basisschool willen wij alle kinderen een veilig klimaat bieden. Het is daarom van belang dat iedereen weet welk gedrag wij op onze school graag willen zien. Aan het begin van het schooljaar en na de kerstvakantie schenkt iedere leerkracht aandacht in de klas aan onze schoolregels en het gedragsprotocol om een ruzie op te lossen (pagina 11). Het stappenplan wordt zodoende tenminste 2 x per jaar met de leerlingen besproken.
Werken aan de voorkant van het gedrag Wij willen onze aandacht en energie vooral steken in voorbeeldgedrag en voorkomen van ongewenst gedrag. Werken aan de voorkant van het gedrag in plaats van corrigerend optreden en/of straffen. Werken aan de voorkant betekent voor ons: zorgen voor een goed pedagogisch klimaat een juiste manier van reageren voorspelbaar gedrag van de volwassenen een systematisch aanbod een consequente aanpak door alle groepen heen Wij hanteren daarbij de vier basisprincipes van opvoeden: consequent zijn aandacht geven aan het gewenste en positieve gedrag slechts enkele keren waarschuwen situationeel gepaste sancties toepassen, indien nodig.
Gebruik van de KIVA methode Deze methode ondersteunt op preventieve wijze de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Zij werkt doelbewust aan gewenst gedrag en biedt een doorgaande leerlijn van groep 1 tot en met 8. Regels De school kent schoolafspraken die de omgangsvormen moeten verduidelijken. Deze staan in de schoolgids, zodat deze ook bekendheid hebben buiten de schoolmuren. Daarnaast heeft iedere klas een set regels en afspraken die aan het begin van het schooljaar samen met de kinderen zijn opgesteld. Deze regels zijn voor alle kinderen duidelijk. Deze regels betreffen onderwerpen als: gedrag in klas en op de hal, op het plein, bij gymnastieklessen, snoepen, uitdelen en eten, verjaardag vieren, gebruik mobiele telefoons e.d. Maar ook zaken als gebruik schrijfgerei, huiswerk maken, klassenbeurt, toiletbezoek, hoe lopen we naar de gymzaal enz. komen voorbij.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-5-
Gedragsprotocol: Aan de hand van vijf stappen kunnen kinderen zelf onderling hun problemen en kleine confrontaties oplossen. Aan het begin van het schooljaar en na de kerstvakantie wordt dit protocol onder de aandacht gebracht. zie bijlage 1. Protocol Schorsing en Verwijdering Dit document beschrijft de procedure in geval van schorsing en/of verwijdering. Vindplaats: op de site onder de knop protocollen. Parnassys Onze leerlingenadministratie geeft mogelijkheden om gedragszaken in kaart te brengen. Positief gedrag Positief gedrag van leerlingen wordt gecomplimenteerd en op deze wijze beloond. Complimenten hardop in de groep, corrigerende opmerkingen in een 1-op-1 situatie. Ouders Als school kunnen wij niet alleen zorg dragen voor een veilige basisschool. Om dit doel te behalen moeten school en ouders actief samenwerken. Wederzijds vertrouwen in elkaar en school draagt ertoe bij dat informatiestromen goed lopen en grensoverschrijdend gedrag eerder gesignaleerd wordt. Om preventief ongewenst gedrag te signaleren, te bespreken en tegen te gaan worden de volgende acties ondernomen: Ouders op gesprek vragen Tijdens rapportgesprekken informatie uitwisselen Tijdens ouderavonden aandacht besteden aan gedrag Ouders kunnen thuis bekendheid geven aan de schoolregels doordat de regels in de schoolgids vermeld staan. Het schoolplein Er is gedurende een kwartier voor aanvang van de lessen, en gedurende de pauzes, toezicht op het schoolplein. Van 8.30u tot 8.45u door de conciërge en de directeur. In de ochtendpauze lopen er leerkrachten van de betreffende groepen buiten. Tijdens de middagpauze van 12.15 uur – 13.15 uur houden de leden van de overblijfstaf toezicht. De volwassenen (leerkrachten/overblijfstaf) die ‘pleinwacht’ hebben, lopen rond en zien er onder andere op toe dat kinderen niet de Jan Luijkenstraat inlopen, zodat er geen oogcontact meer bestaat, laat staan adequaat toezicht. De kinderen mogen spelen tot de gele stippen/rode beugel (zijde Jan Luijkenstraat en richting PC Hooftstraat tot de zwarte hekken/rode beugel.) Kinderen mogen niet op eigen gelegenheid de wijk in. Drie spelbegeleiders van Woest Zuid ondersteunen de overblijfstaf met begeleid spelen. Op het schoolplein worden de gedragsregels en afspraken gehanteerd (zie hoofdstuk 3 gedragsregels). Leerkrachten Leerkrachten hebben kennis en inzicht m.b.t. alle aspecten van gedrag en zijn vaardig in het signaleren en het bijsturen van ongewenst gedrag. Alle leerkrachten zijn in het bezit van het dit protocol en handelen conform de hierin genoemde afspraken en stappen.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-6-
Overblijf / Tussen Schoolse Opvang / Woest Zuid (spelbegeleiders) De TSO wordt op de hoogte gebracht van dit protocol. Er wordt van de TSO medewerkers verwacht eenzelfde lijn als de school te volgens en zich aan het stappenplan van het gedragsprotocol te houden. Buitenschoolse Opvang De partners van de buitenschoolse opvang worden op de hoogte gebracht van ons protocol voor gedrag. Zorgbreedteoverleg Casuïstiek overleg: in dit overleg kunnen kinderen besproken worden waarbij de ouders en/of de school advies nodig hebben voor de aanpak van ongewenst gedrag. Jeugdadviesteam (casuïstiek overleg) In dit team, bovenschools en wijkgebonden, kan hetzelfde gebeuren.
Hoofdstuk 3 3.1
Welke gedragsregels worden gehanteerd?
In de school als algemeen
Gouden regel is dat iedereen het recht heeft om zichzelf te zijn. 1. Ik behandel iedereen zoals ik zelf graag behandeld wil worden. 2. Ik raak een ander alleen aan als die dat wil. 3. Ik vraag het een ander als ik iets van een ander wil gebruiken. 3. Ik gebruik geen ongewenste namen of bijnamen. 4. Als ik kwaad word, probeer ik er eerst samen over te praten. Als dat niet lukt, ga ik naar de leerkracht. 5. Klikken laat ik achterwege, maar ik ga wel naar de leerkracht als er gepest wordt of als er iets gebeurt wat we onprettig vinden of gevaarlijk vinden. 6. Als je wordt gepest, moet je er ook thuis over praten. Houdt het niet geheim. 7. We beoordelen elkaar niet op zijn of haar uiterlijk.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-7-
Hoofdstuk 4
Welke stappen worden er ondernomen als grensoverschrijdend gedrag wordt gesignaleerd?
Het doel van het ingrijpen bij incidenten is grensoverschrijdend gedrag direct te doen stoppen en ernstigere voorvallen te doen voorkomen. In situaties waarin grensoverschrijdend gedrag toch wordt gesignaleerd, wordt het volgende stappenplan gehanteerd en in gang gezet door de leerkracht die het ongewenste gedrag signaleert, dit kan dus de eigen leerkracht zijn of een andere leerkracht of volwassene binnen de school.
Stappenplan Stap 1
Probeer er eerst zelf uit te komen, of samen. zie bijlage 1.
Stap 2
Als je er niet zelf uitkomt dan leg je het probleem voor aan de eigen leerkracht. Of de leerkracht waar je op dat moment les van krijgt.
Stap 3
De leerkracht praat met de desbetreffende kinderen hierover, probeert de ruzie of het conflict op te lossen en maakt eventueel afspraken. Kort corrigerend gesprek, vervolgafspraken vastleggen om te bezien of de afspraken nageleefd worden.
Stap 4
Als de stappen niet het gewenste gedrag tot gevolg hebben, deelt de leerkracht een gepaste sanctie uit.
Stap 5
Wanneer ongewenst gedrag zich blijft herhalen, worden de ouders ingelicht en zo nodig op gesprek gevraagd. Verder kan advies gevraagd worden aan de schoolarts, huisarts, ABC, zorgbreedteoverleg, jeugd adviesteam, bij het OKC, Jeugdzorg of andere instanties.
Stap 6
Bij hardnekkig ongewenst gedrag wordt de directie ingeschakeld en kan een time-out, schorsing of verwijdering overwogen worden. Zie protocol schorsing en/of verwijdering.
Mogelijke sancties: de pester/ruziemaker kan één of meerdere pauzes binnen blijven nablijven na schooltijd tot alle anderen vertrokken zijn afspraken maken over gedragsverandering een gesprek met de ouders bij aanhoudend ongewenst gedrag een deskundige inschakelen dossiervorming in extreme gevallen overgaan tot schorsing of verwijdering (besluit directie/bestuur)
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-8-
Hoofdstuk 5 Aandachtspunten en inzet per niveau binnen de school: team
teambespreking over acute kwesties protocol bijstellen dossiervorming
interne begeleiding gesprekken met ouders en teamleden dossiervorming deelname wijknetwerk deelname jeugdadviesteam directie gesprekken met collega's en ouders bemiddeling wijknetwerk schorsing/verwijdering Groepsniveau / leerkracht overdracht doornemen aanbevelingen voor de voorgaande collega ter harte nemen en doorvoeren aandachtspunten uit observatielijst, korte corrigerende gesprekken voeren vervolgafspraken maken, korte frequente momenten kind laten weten dat vakdocenten, duopartner en/of ouders ook weet hebben van ongewenst gedrag Iedere groepsleerkracht stelt een lijst op met de kinderen waarop aandachtspunten staan voor goed gedrag. Elke groep maakt een poster waarop deze regels en afspraken te lezen zijn. Op gezette tijden worden deze besproken en zo nodig aangepast. Aan het begin van het schooljaar neemt de leerkracht het gedragsprotocol met de kinderen door en bespreekt de bedoeling. zie bijlage 1. De leerkracht houdt het leerlingendossier bij en maakt aantekeningen indien er sprake is van consequent ongewenst gedrag van een leerling. Er worden tevens notities vastgelegd van oudergesprekken en vervolgafspraken. Internet: We hebben de plicht de ouders te melden wanneer we in de gaten hebben dat leerlingen middels internet gepest en/of bedreigd worden. We moeten erop toezien dat het niet onder schooltijd voorkomt. Ook dit moet geregeld in de groep gepolst worden.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
-9-
Leerlingniveau leerling kent de groepsregels, de schoolregels en het gedragsprotocol en past ze toe.
Ouders/verzorgers Ouders worden tijdens de ouder informatie avond geïnformeerd over onze aanpak en de code Goed Gedrag. Op site staan de Code, de Klachtenregeling alsmede het protocol Schorsing/Verwijdering. De ouders wordt ook verteld dat herhaaldelijk ongewenst gedrag vastgelegd wordt in het leerlingdossier. Ook als dat tijdens het overblijven voorkomt.
Ondertekening:
vastgesteld door team en directie, d.d. 5 april 2015. vastgesteld door de MR en bestuur: d.d. 16 juni 2015 opgenomen op de schoolsite, d.d. 7 juli 2015.
Literatuuroverzicht / bronvermelding: Onze schoolgids www.pestweb.nl Pestprotocol een voorbeeld Cees de Groot Pesten op school Bob van de Meer PRIMA-aanpak (Proef Implementatie Anti Pestbeleid) Don Olweus Protocol Schorsing / Verwijdering Stichting Nieuwe Schoolvereniging Cornelis Vrij
Bijlagen: 1. ruzieprotocol 2. achtergrondinformatie over grensoverschrijdend gedrag: pesten en plagen.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
- 10 -
bijlage 1: gedragsprotocol om een ruzie o.i.d. op te lossen:
Zeg de ander dat je het niet leuk vindt en dat je wilt dat het ophoudt: STOP! Vraag waarom hij/zij dit doet. Los samen het probleem pratend op. Lukt het niet samen, haal er dan een leerkracht bij. Blijf een tijdje uit elkaars buurt.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
- 11 -
bijlage 2
1.1
Achtergrondinformatie
Wat verstaan wij onder grensoverschrijdend gedrag?
In hoofdlijnen kan aangegeven worden waar de grenzen in gedrag liggen. Deze grenzen mogen niet overschreden worden. We maken daarbij onderscheid in zichtbaar gedrag naar de ander toe en de wijze van communicatie met de ander. Wij accepteren geen Pesten, waaronder ook vormen van cyberpesten Fysieke en/of verbale agressie en intimidatie Sexueel getinte opmerkingen en/of gebaren Belediging en discriminatie Saboterend gedrag Vernieling uit baldadigheid of opzettelijk Drugs en alcohol Wapenbezit Diefstal Vuurwerk Ongewenst bezoek Overtreding Leerplichtwet Dit houdt in dat taalgebruik in de vorm van schelden, vloeken, kwetsen en vernederen ook niet worden geaccepteerd. Aangezien menselijke communicatie heel verfijnd is, laten we middels lichaamstaal respect voor de ander blijken. Storend, brutaal en manipulerend gedrag kunnen wij niet accepteren op school. Daar hoort ook gedrag bij dat erop gericht is om een ander te kwetsen of te negeren/ buiten te sluiten.
1.2
Wat verstaan wij onder pesten?
Definitie: Pesten is (psychisch, fysiek of seksueel) systematisch geweld van één of meerdere leerlingen ten opzichte van één of meer klasgenoten, die niet (meer) in staat is/zijn zichzelf te verdedigen.
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
- 12 -
Pesten en plagen, waar zit het verschil? Pesten kent duidelijk andere kenmerken dan plagen. Uit een plaagsituatie kan echter heel gemakkelijk een pestsituatie voortvloeien. Plagen mag wel, pesten niet. Maar wanneer is het nog plagen en wanneer wordt het pesten?
Plagen
Pesten
Is onschuldig en gebeurt onbezonnen en spontaan. Gaat soms gepaard met humor.
Gebeurt berekenend (men weet meestal vooraf goed, wie, hoe en wanneer men gaat pesten). Men wil bewust iemand kwetsen of kleineren.
Is van korte duur, of gebeurt slechts tijdelijk.
Is duurzaam: het gebeurt herhaaldelijk, systematisch en langdurig (stopt niet vanzelf en na korte tijd).
Ongelijke strijd. De onmachtgevoelens van de gepeste staan tegenover de machtgevoelens van de pestkop. Bij pesten is het ene kind sterker en het andere kind zwakker.
Speelt zich af tussen “gelijken”, er is geen machtsverhouding.
Is meestal te verdragen.
De pestkop heeft geen positieve bedoelingen en wil pijn doen, vernielen, agressief zijn of kwetsen.
Meestal één tegen één.
Meestal een groep (pestkop en meelopers) tegenover één geïsoleerd slachtoffer.
Wie plaagt ligt niet vast. De ene keer plaagt de één, de andere keer plaagt de ander.
Er bestaat een neiging tot een vaste structuur. De pestkoppen zijn meestal dezelfden, net zoals de slachtoffers (mogelijk wisselend door omstandigheden).
Bij plagen loopt de geplaagde geen blijvende psychische en/of fysieke schade op en is in staat zich te verweren.
Het gepeste kind voelt zich eenzaam en verdrietig, hij of zij is onzeker en bang. Bij pesten kan er een blijvende psychische en/of fysieke schade optreden.
Plagen mag, plagen moet, van plagen wordt je sterk(er), plagen is goed om voor je zelf te leren opkomen, plagen is goed voor je sociaal-emotionele ontwikkeling. Pesten echter kan niet!
Code Goed Gedrag basisschool Cornelis Vrij
1 juni 2015
- 13 -