up Check met AZ Sint-Maarten
Informatie voor zorgverstrekkers uit de regio oktober 2013
2-3 Baby’s die “teveel” huilen
4-5 MRI-geleide borstbiopsies 6-7 Spierletsels bij (amateur)sporters
7 Start nieuwbouw AZ Sint-Maarten
8-9 Praktijkcasus: Mobiele knobbel in de borst
10 Obesitas te lijf en verder
Even voorstellen Agenda Wetenschappelijke publicaties
Huilbaby’s:
Samen op zoek naar rust
A
CMYK Grijs = 0 - 0 - 0 - 45
Baby’s die ‘teveel’ huilen: samen op zoek naar rust
Multidisciplinair traject biedt uitkomst
In de zorgverlening voor baby’s die overmatig huilen ondervinden we hiaten in de standaardbehandeling. Voor deze kinderen en hun ouders is het AZ Sint-Maarten in oktober 2013 een multidisciplinair traject gestart, waarbij ouders met hun baby een aantal dagen op de kinderafdeling verblijven. Dit verblijf is gericht op een beter inzicht in de situatie, een hernieuwd zelfvertrouwen van de ouders en het terugkeren van de rust binnen het gezin.
ten of ongemak. Hierop hoort een verzorgende reactie te volgen zoals voeden, knuffelen of verpamperen. Daarnaast is huilen voor baby’s een manier om spanning, veroorzaakt door lichamelijke of
Huilbaby? Criteria van Wessel
Om te bepalen of er sprake is van overmatig huilen worden zowel objectieve als subjectieve criteria gehanteerd. Objectieve criteria zijn de Wessel-criteria. In de literatuur voldoet ongeveer 9% van de meldingen van overmatig huilen aan deze
• Organische oorzaken worden slechts in 5% van de gevallen teruggevonden (bv. refluxziekte, koemelkallergie, liesbreuk,…). niet tot rust kunnen brengen). • Verstoorde ouder-kindrelatie. De com-
De regel van 3: • Minimum drie uur per dag
municatie verloopt moeizaam. Het huil-
• Drie dagen per week • Drie weken op rij
er een affectieve mismatch ontstaan
emotionele stress, te ontladen.
Wat is “teveel” huilen?
We erkennen drie verklaringsmodellen:
• Regulatiestoornis bij de baby (zichzelf
Waarom huilt een baby? Huilen is het kenbaar maken van behoef-
Wat zijn de oorzaken?
criteria. Bovendien zien we geen impact van geslacht, gestationele leeftijd bij geboorte of soort voeding (fles- of borstvoeding). Subjectieve criteria zijn de perceptie en draagkracht van de ouders.
signaal wordt niet begrepen en zo kan tussen baby en verzorger. Oorzaken van stress bij baby’s: • Traumatische bevalling • Onvervulde behoeften • Overprikkeling • Ontwikkelingsfrustraties • Lichamelijke pijn • Beangstigende ervaringen
V.l.n.r.: Leen Broone, Geert Van Lommen (pediater), Ariane Van den Bergh, Anke Waelbers (pediater), Hilde Audiens (pediater), Karolien Serneels, Geert Mertens (pediater), Anne Vermeulen, Marjan Deplancke (pediater).
2
Er kan een negatieve spiraal ontstaan waarbij ouders hun zelfvertrouwen en plezier in het kind verliezen, met hechtingsstoornissen als gevolg.
Waarom een opname? Een opname op de kinderafdeling maakt het mogelijk om de acute emotionele crisis beter in te schatten en op te vangen. Tevens kunnen de nodige medische onderzoeken en gesprekken worden gebundeld. Een opname duurt gemiddeld drie dagen. Met ons team streven we naar rust binnen het gezin, een hernieuwd zelfvertrouwen van de ouders en een beter inzicht in de situatie. Tijdens het verblijf helpen we de ouders ook deze moeilijke, maar tijdelijke situatie te aanvaarden. Hiermee kan soms kinderpsychiatrische pathologie op termijn vermeden worden.
Waarom een multi-disciplinaire aanpak? Zoals eerder vermeld zijn er verschillende, niet enkel medische, verklaringen voor het overmatig huilen. Dit vereist een georganiseerde samenwerking en overleg tussen kinderarts, verpleegkundigen, lactatiedeskundige, kinesitherapeut en orthopedagoog.
Meer info Kinderartsen AZ Sint-Maarten Dienst pediatrie tel. 015 29 62 33
Afspraken Medisch secretariaat tel. 015 29 60 40
Multidisciplaire aanpak Lactatiekundige Leen Brone: “Bij de frustratie die een huilbaby teweegbrengt, komt vaak ook nog een ontregeld (borst-) voedingspatroon. Veel baby’s hebben een verkeerde drinktechniek, er is te veel of te weinig melk, de moeder ervaart pijn bij het aanleggen, etc. Overschakelen op flesvoeding is in deze omstandigheden bijna nooit aangewezen. Samen met de moeder bekijken we waar de problemen liggen en proberen we de voeding terug meer te structureren.” Orthopedagoge Ariane Van den Bergh: “Als orthopedagoge ondersteun ik de ouders dagelijks tijdens de opname. Enerzijds wil ik ruimte maken voor hun verhaal. Door te luisteren en begrip te tonen tracht ik hun crisisgevoel op te vangen en te begrijpen. Anderzijds wil ik zicht krijgen op de opvoedingssituatie, op de draagkracht en de draaglast van de ouders. Samen met hen bekijk ik hoe een positieve ouder-kind interactie kan heropgebouwd worden. En hoe we hun pedagogisch aanbod kunnen afstemmen op de pedagogische vraag van de baby. Dit doen we bijvoorbeeld door samen een dagprogramma op te stellen, dat is gebaseerd op rust en regelmaat. Ook help ik de ouders omgaan met bronnen van steun en stress vanuit de omgeving. Mijn doel is dat ouders het vertrouwen in zichzelf terugvinden en opnieuw kunnen genieten van hun baby. Wanneer ouders kampen met persoonlijke problemen die een evenwichtige opvoedingsrelatie belemmeren, zoek ik samen met hen naar gepaste hulpverlening.” Hoofdverpleegkundige Anne Vermeulen: “De pediatrisch verpleegkundigen op de afdeling staan de ouders terzijde bij de dagelijkse verzorging van de baby, zoals het geven van een fles, en het bed- en badritueel. Daarnaast observeren wij de baby en de interactie met de ouders. Daarbij wordt gekeken naar het huilgedrag, de voeding en eventuele andere klachten. Verder evalueren we het effect van het huilen op de ouders. Samen met de ouders zoeken we naar een manier om de baby rustig te krijgen en geven we adviezen die verband houden met de slaaphouding en beïnvloedende omgevingsfactoren. De verpleegkundigen communiceren hun bevindingen naar de andere disciplines.” Kinesitherapeute Karolien Serneels: “Wij leren de ouders aan hoe ze via babymassage op een fijne manier met hun kind in contact kunnen komen. Bovendien geven we tips over inbakertechnieken en manieren om de baby op te pakken en te dragen, bijvoorbeeld in geval van buikkrampen of reflux.”
3
MRI-geleide bor stbiopsies Nieuw MRI-toestel brengt borstletsels sneller en scherper in kaart
Het AZ Sint-Maarten is in oktober als eerste ziekenhuis in de provincie Antwerpen gestart met MRI-geleide borstbiopsies, dankzij een volledig nieuw en geavanceerd MRI-toestel. Doordat dit toestel nog preciezere beelden levert, kunnen nog kleinere borsttumoren worden teruggevonden en met MRI-geleide borstbiopsies worden gekarakteriseerd. In Vlaanderen bieden een paar grote zie-
ten met een verhoogd familiaal risico is
kenhuizen MRI-geleide borstbiopsies aan.
het belangrijk deze vroegtijdig op te spo-
Om lange wachttijden en verwijzing naar
ren. Dr. Katrien Vanwambeke, radioloog
een verafgelegen ziekenhuis te vermijden
bij het AZ Sint-Maarten: “Via een MRI-on-
heeft het radiologisch team van het AZ
derzoek van de borsten kunnen we bij pa-
Sint-Maarten besloten een extra, substan-
tiënten met een hoog risicoprofiel kwaad-
tiële investering te doen in een MRI-toestel
aardige borstletsels sneller en preciezer
van het allernieuwste type, waarmee het
vinden. Ook kunnen we de verspreiding
ziekenhuis de borstbiopsies zelf kan uit-
beter inschatten.”
voeren.
Zeldzame gevallen
Tissue is the issue Het is slechts mogelijk na anatomopatho-
MRI-geleide biopsies worden toegepast in
logisch onderzoek van borstweefsel defi-
specifieke en zeldzame gevallen, wanneer
nitief te zeggen of een letsel al dan niet
het letsel niet via echografie en mammo-
goedaardig of kwaadaardig is. Alvorens
grafie terug te vinden is in het borstklier-
de beslissing wordt genomen om een
weefsel. Dit soort letsels is gelukkig vrij
borstletsel te behandelen met chirurgie of
zeldzaam, maar vooral bij jongere patiën-
andere therapie is het absoluut noodzake-
lijk de identiteit van een letsel te kennen, omdat de behandeling grondig verschilt. De meeste borstletsels worden gevonden tijdens een echografisch onderzoek en kunnen onder echografie-geleide worden gebioptieerd. Een kleiner deel van de borstletsels, voornamelijk letsels die zich uiten door het vormen van minuscule verkalkingen (microcalcificaties) wordt eerder waargenomen met mammografie en onder mammografische geleide (stereotactisch) gebioptieerd.
Enkel zichtbaar via MRI Een nog kleiner aantal letsels is enkel terug te vinden met een MRI-onderzoek. Het gaat hier voornamelijk om letsels die veel minder een ‘knobbel’ vormen, maar zich eerder manifesteren door een grotere lokale toevoer van bloed, door de aanwezigheid van talrijke kleine bloedvaatjes in en rond het letsel. Dit wordt ‘neovascularisatie’ genoemd. Indien men deze moeilijk vindbare letsels wil bevestigen, moet de biopsie onder MRI-geleide gebeuren. Het contrastmiddel dat men inspuit tijdens het MRI-onderzoek gaat preferentieel en snel naar deze letsels, zodat zij zichtbaar worden tijdens het MRI-onderzoek.
De techniek De patiënte wordt op de buik op een specifieke coil gepositioneerd. De borst wordt gefixeerd tussen twee drukplaatjes. Na het toedienen van MRI-specifiek contrast wordt het letsel aangeduid in het gescande borstvolume. Een apart softwareprogramma berekent de coördinaten van het letsel in de ruimte. Na het bepalen van de X- en Y-coördinaten kent de arts de punctieplaats. Vervolgens wordt de borst verdoofd en maakt de arts
4
een kleine incisie. De mammotoomnaald
mostatische compressie van de borst om
beste chirurgische techniek hierop af-
wordt ingebracht tot op de juiste diepte
nabloeden te vermijden. Er wordt aan da-
stemmen. Op die manier kunnen we her-
(Z-coördinaat). In een cirkelvormige, ge-
mes gevraagd om voor het onderzoek
haal ingrepen vermijden.”
automatiseerde beweging worden de
een lichte tranquilizer te nemen en 24 tot
Dr. Katrien Vanwambeke besluit: “Door
weefselstaaltjes centraal uit het verdachte
48 uur na het onderzoek een stevige BH
steeds betere onderzoekstechnieken en
borstweefsel weggenomen. Terwijl de
te dragen.
de mogelijkheid om biopsies te nemen
naald ter plaatse blijft worden deze weef-
kan de diagnose van borstkanker sneller
selstaaltjes door een sterke aspiratie
Minder invasief
rechtstreeks verwijderd. Aan het einde
Dr. Patrick Berteloot (coördinator borstkli-
op het ziekteverloop, de noodzakelijke
van de procedure plaatst de arts een klei-
niek): “Het nemen van een biopsie vóór
behandelingen en finaal de overleving.”
ne titanium clip in de kleine holte waar de
een chirurgische ingreep is om meerdere
weefselfragmentjes zijn verwijderd. Hier-
redenen belangrijk. Het stelt ons in staat
door is het steeds mogelijk om later te vin-
om het aantal operaties voor goedaardige
den waar een letsel zich bevond, mocht
letsels te beperken. Door een accuratere
meer uitgebreide chirurgie nodig zijn.
preoperatieve diagnose van de uitge-
Het onderzoek eindigt met een goede he-
breidheid van de letsels kunnen we de
worden gesteld met een gunstige invloed
Investering in borstkliniek
Meer info
De aanschaf van het toestel betekent een investering in zowel de dienst medische beeldvorming als de borstkliniek van het AZ Sint-Maarten. Deze door het ministerie erkende borstkliniek bestaat uit een multi-disciplinair team van specialisten met een uitgesproken bekwaamheid in borstpathologie. Daarnaast heeft de borstkliniek een team van borstverpleegkundigen, psychologen en sociaal werkers paraat om borstkanker patiënten met alle zorg en steun bij te staan.
dr. Katrien Vanwambeke tel. 015 40 95 82
Afspraken Radiologie - campus Leopoldstraat tel. 015 30 30 50
praktijkcasus: Mobiele knobbel in de borst Een 42-jarige vrouw consulteert voor een pijnloze, harde mobiele knobbel vlakbij de tepel van de rechterborst. Het letsel bestaat sinds geruime tijd en groeit traag. De patiënte vermeldt dat er op jonge leeftijd reeds een goedaardig gezwel werd verwijderd. Er zijn geen risicofactoren voor een verhoogde incidentie op borstkanker. Er zijn geen eerstegraads- of tweedegraads familieleden met een verleden van borstkanker. Klinisch onderzoek bevestigt deze knobbel van ongeveer 15 mm, maar laat niet toe een diagnose te stellen. Bij de aanvullende investigatie met beeldvorming wordt een mammografie en echografie uitgevoerd. Mammografie: schuine opname
De vraag
Echografie: cranio-caudale compressie
1. Wat is uw voorkeursdiagnose? 2. Welke verdere diagnostische onderzoeken of therapeutische stappen stelt u voor? Het antwoord vindt u op blz. 8 en 9
5
Spierletsels bij de (amateur)sporter Het belang van correcte diagnostiek, revalidatie en preventie
Een plotse ‘dolksteek’ in de hamstrings, een ‘zweepslag’ met pijnlijke knap in de kuit. Heel wat sporters maken zoiets mee. Pees- en spierletsels blijven een plaag bij zowel de amateur- als de elite-sporter. De vraag naar betere diagnostiek, behandeling én preventie is dan ook groot.
De cijfers
Correcte diagnose cruciaal
Meer dan één op drie voetballers (37%) loopt elk seizoen een spierletsel op. Een topvoetbalploeg mag daardoor per seizoen rekenen op een werkverzuim van 223 dagen en 37 gemiste matchen. Voor topsportclubs betekent dit een belangrijk economisch verlies, naast de sportieve implicaties. Maar uiteraard verliest de (amateur)sporter hierdoor ook tijdelijk of recidiverend sociale contacten, benefits van sport en zijn of haar geliefde hobby. Bij sportletsels lopen voornamelijk de spieren rondom het bovenbeen (hamstrings 37%, adductoren 23%, quadriceps 19%) en de kuiten (13%) schade op door hun hoog intense en repetitieve excentrische krachtbelasting. Bovendien staan deze spierletsels met voorsprong op nummer één bij de risico’s op recidief (32%) en ver boven letsels die als ‘klassiekers’ worden beschouwd om te hervallen, zoals enkeldistorsies (15%).
Een correcte diagnose is cruciaal voor de inhoud, prognose en timing van revalidatie. Scheuren aan spiervezels kunnen vele gradaties vertonen. Dit laatste heeft medisch geen belang, maar het beïnvloedt wel het revalidatie-proces en ook de timing voor ‘return-to-sport’. Alhoewel spierweefsel op zich snel geneest omdat spiercellen zich snel reproduceren, duurt het toch lang vooraleer een gescheurde spier globaal hersteld is en deze weer inzetbaar is voor competitie-sport. Als je na één dag aan een gescheurde spier trekt, zal deze opnieuw scheuren ter hoogte van dezelfde plek. Doe je dat na tien dagen, dan zal de spier altijd scheuren op andere plaatsen door een deconditionering van de gehele spiergroep. Dit weinig gekende fenomeen verklaart het fors aantal (frustrerende) recidieven bij spierletsels.
Nieuwe shockwave therapie Een recent ontwikkelde en veelbelovende therapie ter behandeling van tendinopathieën (peesblessures) is ESWT (Extracorporeal Shock Wave Therapy): een niet-invasieve behandeling die een positief effect heeft op het vlak van pijn en peesfunctie. Deze therapie wordt onder andere toegepast bij tendinosen en calcifiërende peesletsels (bijvoorbeeld van de rotatoren cuff). Ook het AZ Sint-Maarten biedt sinds kort ESWT-behandelingen aan. De afdeling fysische geneeskunde & revalidatie beschikt hiertoe sinds kort over een nieuw en performant (gefocusseerd) ESWT-apparaat. Patiënten kunnen hier terecht voorbehandelingen in reeksen van drie sessies, met één week interval.
6
Herkennen risicofactoren Diagnostiek houdt uiteraard ook het herkennen van risicofactoren in, die uitgebreid gescreend en in kaart gebracht worden. Ook met het oog op preventie is hier veel aandacht voor. Op basis van screening zal de behandelend geneesheer het risico op spierletsels optimaal trachten te beperken door een aangepast advies te formuleren. Bijvoorbeeld op het vlak van sport-/trainingsinhoud, -materialen of advies dat verband houdt met mechanische en statiek-parameters (zoals statiek-afwijkingen en articulaire verhoudingen). Daarnaast is het belangrijk om neuromusculaire stoornissen te herkennen. Die vergen een totaal andere aanpak. Het herwinnen van lenigheid is hier tijdens het revalidatieproces het voornaamste. Neuromusculaire stoornissen zijn met eenvoudige klinische testen vast te stellen.
Behandeling De behandeling van spierletsels vereist een goed begrip van timing en inhoud van het pathofysiologisch proces. Door correct in te spelen op de verschillende fasen van het herstelproces kan de behande-
lend arts zorgen voor een optimale revalidatie. Een spierscheur noodzaakt niet alleen herstel, maar vooral het herwinnen van kracht van de gehele spiergroep. Dat vraagt tijd en gerichte revalidatie. Veel geblesseerde sporters beginnen opnieuw te sporten op het moment dat ze dénken genezen te zijn, terwijl bij metingen de spierkracht en spierkrachtsverhoudingen nog 20 tot 30% te laag liggen. Vanzelfsprekend is dit de ideale voedingsbodem voor een recidief van spierletsels. Naast de acute spierletsels stellen ook de eerder chronische peesletsels de sportarts voor grote uitdagingen. Ook de peesoverbelastingsletsels kennen een grote prevalentie en vereisen een correcte en specifieke aanpak. Voor een betere systematiek in behandeling is het belangrijk dat men een correcte terminologie hanteert. Zo zal de courante doch onterechte term ‘tendinitis’ vaak aanleiding geven tot het voorschrijven van ontstekingsremmers (NSAI’s), terwijl hier enkel aangepaste stretch- en belastingsoefeningen zijn die op termijn succes zullen garanderen.
Meer info dr. Pieter Theuniers Fysisch geneesheer, revalidatie-arts en sportarts tel. 015 30 30 63
Afspraken Campus Zwartzustersvest tel. 015 29 60 40
Werkzaamheden nieuwbouw gestart Op 1 oktober jl. zijn de (ondergrondse) werkzaamheden gestart voor het nieuwbouwziekenhuis van het AZ Sint-Maarten. Op 2 oktober werden omwonenden geïnformeerd over de laatste stand van zaken en de praktische implicaties die de bouw voor hen met zich meebrengt. De ruwbouw vangt aan in januari 2014. Bouwbedrijf MBG, die in augustus de opdracht formeel kreeg toegewezen, neemt behalve de bouw ook de volledige projectcoördinatie ter harte. De aannemer staat met een projectteam klaar voor de realisatie van de gesloten ruwbouw, parkeer- en omgevingsinfrastructuur en groenaanleg gedurende drie jaar. Daarnaast verzorgt MBG gedurende vijf jaar de coördinatie van alle afwerkingen, technieken, vaste en medische uitrustingen. Meer informatie over het nieuwbouwproject vindt u op www.azsintmaarten.be/nieuwbouw. 7
Mobiele knobbel in de borst
d r o o w t n a t e H
Bespreking praktijkcasus
In dit artikel bespreken we de praktijk-
Perifeer is er een dun hyper-echogeen
casus zoals beschreven op blz. 5 van
pseudokapsel herkenbaar (afb. 3 - witte pij-
deze Check-up.
len). Er is geen retro-akoestische schaduw,
Mammografie
noch hypervascularisatie bij kleuren Doppler-onderzoek (afb. 4).
De eerste stap in de diagnostiek van een
Omwille van de mammografische en echo-
borstknobbel bij een vrouw ouder dan 40
grafische kenmerken, de afwezigheid van
jaar bestaat uit een mammografie (cranio-
risicofactoren voor borstkanker en de blan-
caudale en schuine opnames). Het klier-
co familiale voorgeschiedenis is een onder-
weefsel is bij deze dame zeer dens. Er zijn
zoek door Magnetische Resonantie (MRI)
nog geen duidelijke tekens van involutieve
niet aangewezen*.
lipomateuze verkaveling. Op de schuine opname van de rechterborst wordt, onmid-
Diagnose
dellijk boven de tepel, een ovaalvormig vrij-
Op basis van de mammografische en echo-
wel isodense homogene massa herkend.
grafische kenmerken kan met vrij grote ze-
Het letsel is scherp afgelijnd en omgeven
kerheid een diagnose van een ‘fibroadeno-
door een halo (afb. 1 - witte pijlen). Op de
ma’worden gesteld. Dit letsel is goedaardig
craniocaudale opname is het letsel nauwe-
en bestaat uit fibreus en glandulair weefsel.
lijks zichtbaar (afbeelding 2, witte pijlen).
Een fibroadenoma ontstaat ter hoogte van
Het gaat om een solitair letsel dat geen mi-
de terminale ductale lobulaire eenheid van
crocalcificaties bevat. Er is geen distortio of
de borstklier en is de meest frequente
stellaire configuratie van het klierweefsel.
goedaardige tumor van de borst van de
Echografie
afb. 2: Echografie: cranio-caudale compressie
pre-menopausale vrouw (incidentie 25%). De meeste letsels worden gediagnosti-
Indien de diagnostische mammografie een
ceerd voor de leeftijd van 30 jaar. De fre-
letsel aantoont, wordt onmiddellijk een
quentie neemt af met de leeftijd. Slechts
echografie (afb. 3 en 4) vervaardigd. Dit
een klein aantal letsels wordt gevonden na
onderzoek toont een zeer scherp omschre-
de menopauze.
ven en ovaalvormig letsel, met een lengte-
afb. 1: Mammografie: schuine opname
diameter ratio > 2. De interne structuur is
Bi-RADS classificatie
homogeen, licht hypo-echogeen ten op-
Op basis van de kenmerken bij beeldvor-
zichte van het subcutane vetweefsel. De as
ming heeft de American College of Radio-
van het licht comprimeerbaar letsel ver-
logy een classificatie ontwikkeld (Bi-RADS)
loopt evenwijdig met het huidoppervlak.
die het beleid en behandeling van letsels
Klasse
Beeldvorming
Letselgradering
Bi-RADS 0
Niet voldoende interpreteerbaar
Aanvullend onderzoek nodig
Bi-RADS 1
Negatief onderzoek
Normaal
Bi-RADS 2
Goedaardige bevinding
Zeker goedaardig
Bi-RADS 3
Waarschijnlijk goedaardige bevinding
< 2% kans op maligniteit
Bi-RADS 4
Verdacht
zeer suspect op maligniteit < 95%
Bi-RADS 5
Hoge verdenking voor maligniteit
> 95% kans op maligniteit
Bi-RADS 6
Bewezen maligniteit
Bioptisch bevestigd
afb. 3: Echografie
Vergelijking vorige onderzoeken
Bi-RADS classificatie
8
afb. 4: Echografie met kleurendoppler
bepaalt (zie tabel). Volgens deze indeling is het letsel in deze casus een Bi-RADS 3. De kans op maligniteit van dergelijke letsels is < 2%.
Beleid De aard van het letsel (Bi-RADS-klasse) bepaalt het beleid. Bi-RADS 3 en 2 Bij Bi-RADS-3 letsels* bestaat het beleid uit biopsie (true-cut biopsie of core biopsie) of uit een korte termijn follow-up met een unilaterale mammografie en echografie na zes maanden. In beide gevallen vindt na 12 maanden een tweede controle met mammografie en echografie plaats. Pas wanneer het letsel volledig onveranderd voorkomt bij het derde controle-onderzoek (na 24 maanden) kan besloten worden tot goedaardigheid. In dat geval wijzigt de classificatie van Bi-RADS 3 naar Bi-RADS 2: goedaardig. Beeldvorming van een Bi-RADS 3-letsel geeft geen volledig uitsluitsel over de goedaardige natuur. Bovendien is de korte termijn follow-up eerder omslachtig en brengt deze in zeldzame gevallen uitstel van diagnose van een kwaadaardig letsel met zich mee. Om deze redenen wordt vaak onmiddellijk een echogeleide biopsie gevraagd door arts of patiënt. Hierbij worden, na het toedienen van een lokale anesthesie, verschillende kleine weefselcilinders verwijderd met een biopsienaald en aangeboden voor histologisch onderzoek. Deze biopsiename vergt geen specifieke voorbereiding
In een notendop • Fibroadenoma is de meest frequente goedaardige tumor van de borst bij de pre-menopausale vrouw. • De combinatie van mammografie en echografie laat meestal een nauwkeurige diagnose toe. • Het letsel is goedaardig en maligne ontaarding is zeer zeldzaam. • De leeftijd is een belangrijk element in de beslissing tot biopsiename. Een vastweefselletsel dat na de menopauze ontstaat dient als verdacht te worden beschouwd en moet histologisch op punt gesteld worden.
en is volledig veilig. Verwikkelingen zoals
Een eenvoudig fibroadenoma bij een pati-
bloeding worden vrijwel steeds vermeden
ënte die geen familiale risicofactoren ver-
door goed nadrukken. Een infectie met ab-
toont (in 2/3 van de gevallen) leidt niet tot
ces of mastitis tot gevolg is zeer zeld-
een verhoogd borstkankerrisico op lange
zaam.
termijn*.
Bi-RADS 4
Patiënten met een histopathologisch com-
Vertoont een gelijkaardig letsel een meer
plex fibroadenoma, multiple fibroadeno-
afgeronde vorm, een minder scherpe of ge-
ma’s of fibroadenoma’s met histologisch
lobde contour of een toegenomen vascula-
begeleidende tekens van hyperplasie met
risatie, dan neemt de classificatie toe naar
of zonder atypie worden best opgevolgd
Bi-RADS 4. In dat geval dient steeds een
met jaarlijkse klinisch onderzoek, mammo-
diagnostische biopsie te gebeuren. Korte
grafie en aansluitende echografie.
termijn follow-up is dan niet aangewezen.
*Referenties naar wetenschappelijke artikelen zijn aan te vragen bij de redactie.
Ook de leeftijd waarop het letsel wordt gevonden zal de beslissing tot biopsiename beïnvloeden. Bij patiënten jonger dan 35 jaar neemt men eerder een afwachtende houding aan, terwijl na 35 jaar biopsie de regel is. Maligne transformatie van een fibroadenoma is zeer zeldzaam*. Een vastweefselletsel dat ontstaat na de menopauze dient steeds als verdacht te worden beschouwd.
Contact Dienst medische beeldvorming dr. Katrien Vanwambeke dr. Sofie Dekeyzer prof. dr. Filip Vanhoenacker tel. 015 30 30 40 Dienst gynaecologie-verloskunde dr. Ingrid Wittevronghel tel. 015 30 43 91
9
Obesitas te lijf Heelkundige ingrepen op lange termijn succesvol
Obesitas is wereldwijd een erkende ziekte die als een ware epidemie om zich heen grijpt. We zien dan ook een dramatische toename in het aantal obese patiënten en obesitas-gerelateerde gezondheidsproblemen. In tegenstelling tot veel conservatieve behandelmethodes blijken heelkundige (bariatrische) ingrepen zeer effectief in het realiseren van blijvend gewichtsverlies.
Conservatieve methodes Het aantal mensen met overgewicht (BMI>25) wordt geschat op 1,5 miljard; het aantal mensen met obesitas op 500 miljoen (BMI>30). Als één van de belangrijkste gevolgen van obesitas zien we een dramatische toename in type-2 diabetes mellitus (DM). Ook in Noord-Europa en meer specifiek in België wordt deze stijgende trend waargenomen. Het natuurlijke verloop van deze ziekte is weinig hoopgevend. Uit de Swedish Obesity Study – onder meer dan 4000 patiënten, waarvan 2.000 conservatief en 2.000 operatief behandeld die inmiddels 15 jaar gevolgd worden – is overduidelijk gebleken dat conservatieve behandeling niet resulteert in enig blijvend gewichtsverlies. Bovendien is er sprake van een duidelijk lagere sterfte in de operatief behandelde groep. De belangrijkste aan overgewicht gerelateerde gezondheidsproblemen zijn DM, hypertensie, slaapapnoe, cardiovasculaire en orthopedische aandoeningen, verhoogd risico op kwaadaardige ziekten, infertiliteit en psychische problemen. Talloze studies hebben aangetoond dat een dieet bij morbide obese patiënten (BMI>40) slechts zeer beperkte en zeer tijdelijke resultaten geeft. Ook medicamenteuze therapie is weinig succesvol en zelfs onveilig gebleken.
Succesratio’s heelkunde Vele studies tonen aan dat heelkunde zeer effectief is om de gekende co-morbiditeit onder controle te krijgen of zelfs op te lossen. Type-2 DM verdwijnt bij bijna 10
80% van de patiënten met BMI>40, binnen het jaar. Maar ook in de behandeling van hypertensie, slaapapnoe, hypercholesterolemie en orthopedische problemen zijn er succesratio’s tot 85%. Het mortaliteitsrisico op lange termijn daalt met 90% terwijl dat van de procedure zelf slechts 0,2% bedraagt. Hoewel deze ingrepen relatief duur zijn, tonen kosten-baten analyses een duidelijk kostenbesparend effect aan. In zoverre zelfs dat er studies lopen om ze toe te passen als primaire behandeling voor type-2 DM. De indicaties voor bariatrische heelkunde werden voor het eerst beschreven door de NIH in 1991. In België zijn de terugbetalingsvoorwaarden vastgelegd in een Koninklijk Besluit.
Langetermijneffect chirurgie In de literatuur worden talloze bariatrische ingrepen beschreven, elk met hun specifieke indicaties en specifieke bijwerkingen. De gastric bypass, de sleeve gastrectomie en de gastric banding zijn de best gedocumenteerde en lijken de tand des tijds te doorstaan (Een toelichting op deze ingrepen vindt u op de website van de obesitaskliniek; zie infokader onderaan deze mail, red.). De twee eerstgenoemde hebben het beste effect op lange termijn. Dit succes is niet alleen te verklaren door het volume-reducerend effect (kleinere porties voeding) maar voornamelijk door de hormonale veranderingen die ze teweeg brengen. Een verlies van appetijt door uitschakeling van het ‘honger-hormoon’ ghreline en een verandering
en optimalisatie in het glucose metabolisme (hindgut hypothese) zorgen voor het succes op lange termijn (75% overgewichtsverlies).
Obesitaskliniek AZ Sint-Maarten De aanpak van obesitas blijft een grote uitdaging die vraagt om een multidisciplinaire aanpak met nauwkeurige follow-up en begeleiding. Binnen de obesitaskliniek van het AZ Sint-Maarten staat een team van chirurgen, endocrinologen, psychiaters, revalidatieartsen en diëtisten paraat. Tezamen onderzoeken zij of een patiënt fysiek en mentaal geschikt is voor een chirurgische ingreep. Komt de patiënt niet in aanmerking komt voor een operatie, dan wordt een alternatief programma onder begeleiding voorgesteld.
Meer info dr. Joris Ceulemans Algemene en abdominale heelkunde Of kijk op www.azsintmaarten.be/ obesitaskliniek. Campus Leopoldstraat tel. 015 40 95 75 Campus Rooienberg tel. 015 30 30 03
Even voorstellen...
Agenda Symposium
Werkzaam op
CL CR CZ
Naam: Dienst:
Radiotherapie & oncologie
Ine Degol
Spoedgevallen
Teamleden: dr. L. Tack, dr. K. Kindt, dr. K. Ba
ggerman, dr. M. Choukry, dr. R. Oonk, dr. J. Du Caju, dr. B. Je dr. W. Lauwers, spers, dr. P. Peeters, dr. R . Vanderweg en en dr. E. Sinjan
Bereikbaarheid: Spoedgevallen ca mpus Leopoldstr aat en campus Rooie nberg
Werkzaam op
CL CZ CR
Naam:
Oscar Semeraro
Medische discipline:
Cardiologie
Zaterdag 16 november 2013 Congrescentrum De Kleiput, Duffel Meer info? www.azsintmaarten.be → professionals → activiteiten of communicatiedienst tel.015 40 99 04
Info-avond oncoreva Donderdag 21 november 2013 Congrescentrum De Kleiput, Duffel Meer info? www.azsintmaarten.be → professionals → activiteiten of communicatiedienst tel.015 40 99 04
Symposium
Inwendige ziekten
Teamleden: dr. E. Raymenants,
Zaterdag 22 maart 2014 Montreal, Mechelen
Bereikbaarheid: Secretariaat cardiologie 015 40 95 43
Op pensioen
dr. H. Rombouts, dr. C. Scheurwegs, dr. G. Vervoort, dr. T. Vydt Tom, dr. M. Delvigne
Werkzaam op
CL CR
CZ
Naam: Dienst:
Erik Sinjan
Spoedgevallen - Urgen
tiearts
Teamleden: dr
dr. Rudi Van Driessche Medische beeldvorming
. L. Tack, dr. K. Kindt, dr. K. Bagger man, dr. M. C houkry, dr. R. Oonk, dr . J. Du Caju, dr. B. Jespers, dr. W. Lauwer s, dr. R . Vander dr. P. Peeters, wegen en dr. I. Degol
Bereikbaarheid : Spoedgevallen campus Leop oldstraat en campus Ro oienberg
Werkzaam op
CL CR CZ
Naam:
Mededeling
Anton Veyt
Medische discipline: Teamleden:
Neurochirurgie
dr. R. Herz en dr. J. Vangeneugden Bereikbaarheid: campus Rooienberg afsprakencentrale 015 30 30 03
Raadpleging Neuroloog dr. Nelly Govers Sinds vrijdag 6 september 2013 houdt dr. Nelly Govers, geneesheerspecialist in de neurologie, ook raadpleging op campus Leopoldstraat. Deze raadpleging gaat door op de vrijdagvoormiddag, om de 14 dagen. Afspraken kunnen gemaakt worden via telefoonnummer 015 40 95 75.
11
Ontvangt u deze Check up graag per mail, laat het ons dan weten:
[email protected]
Think Pink kleurt Antwerpen roze Op 29 september 2013 organiseerde Think Pink de 5de editie van ‘Race for the Cure’. Om sympathie te tonen aan mensen die vechten tegen borstkanker en goede doelen rond deze patiëntengroep te steunen, kon men een tocht van 6 km lopen of 3 km wandelen. Ook dit jaar nam de borstkliniek van het AZ Sint-Maarten het initiatief om met vrijwilligers, medewerkers, patiënten en entourage te trainen aan de hand van een aangepast start-to-run-schema. Het doel: 6 km lopen. Dit resulteerde in maar liefst 186 deelnemers van het AZ Sint-Maarten aan de startlijn. Dankzij sponsors vzw De Vlinder en WIVIPRIM konden deelnemers nadien genieten vaneen hapje en drankje.
We t enscha ppelijke p u blica ties Tijdschriftartikels Vernal keratoconjunctivitis in school children in Rwanda: clinical presentation, impact on school attendance and access to medical care S. K. De Smedt, J. Nkurikiye, Y. S. Fonteyne, S.J. Tuft, C.E. Gilbert, P. Kestelyn. Ophthalmology, Sept 2012;119(9): p.1766-1772 Vernal keratoconjunctivitis: an update S. K. De Smedt, G. Wildner, P. Kestelyn. Br J Ophthalmol. Jan 2013; 97(1): p. 9-14 Skin diseases among schoolchildren in Ghana, Gabon and Rwanda A. Hogewoning, A. Amoah, J.N. Bouwes Bavinck, D. Boakye, M. Yazdanbakhsh, A. Adegnika, S. K. De Smedt, Y. Fonteyne, R. Willemze, A. Lavrijsen. Int J Dermatol. May 2013; 52(5): p. 589-600 Orbital dermoid B. Denoiseux, J. Denekens, F. Van den Bergh, F.M. Vanhoenacker. Images in Clinical Radiology JBR–BTR, 2013, 96: p. 260 Lyme neuroborreliosis M. Eyselbergs, B. Tillemans, P. Pals, D. De Vuyst, F.M. Vanhoenacker. JBR–BTR, 2013, 96: p. 226-227 Een voetbalspeler met liespijn E. De Smet, F.M. Vanhoenacker, G. De Praeter, J. M.L. Bosmans, K. L. Verstraete Ortho-Rhumato, ISSN 1379-8928), 2013, 11(3): p. 6-7 https://interactivepdf.uniflip.com/2/61981/309372/pub/ Acute chest pain while exercising: a case report of Bochdalek hernia in an adolescent N. Kurniawan, L. Verheyen, J. Ceulemans Acta Chir Belg, 2013, 113, p. 290-292
12
Conferenties Geographic differences in the combined-modality treatment of stage III unresectable non-small cell lung cancer: Results from a global phase III trial of tecemotide (L-BLP25) C. Bogedain, M. Lambrechts, C. Butts, S. Ocinskima, F. Shepherd, A. Parades, M. Thomas, J. Kollmeier, H. Martins, M. Zemanova, P. Sadjadian, N. Ramu. Oral presentation at WCLC (27-30 okt in Sydney) The Belgian experience in treatment of persons who used drugs with the new standard of care in genotype 1 infected patients: an interim analysis - ID # 1738791 A. Arain, S. Bourgois, C. De Gallocsy, P. Deltenre, F. d’ Heygere, C. Georges, B. Bastens, L. Van Overbeke, R. Verrando, L. Bruckers, C. Mathei, F. Buntinx, H. Van Vlierberghe, W. Laleman, C. Moreno, G. Robaeys. Presented at the AASLD Annual Meeting, okt 2013, Washington Online publicaties Intraosseous sacral schwannoma F.M. Vanhoenacker, M. Camerlinck, I. Samson, E. De Smet, M. Posadzy (2013, Aug. 5) (A3) www.eurorad.org Subxiphoid herniation of the liver E. De Smet, K. De Cuyper, F.M. Vanhoenacker (2013, Jul. 12) www.eurorad.org
Eindredactie: dr. Erwin Schroyens Verantwoordelijke uitgever: dhr. Jan Ennekens Vragen bij deze nieuwsbrief? Natalie Wiesenekker communicatiedienst Leopoldstraat 2 - 2800 Mechelen 015 40 96 61
[email protected] Vragen-opmerkingen-suggesties over de zorgverlening of diensten: mail naar
[email protected] Vragen over elektronische berichtenstroom: mail naar
[email protected]
Het AZ Sint-Maarten overkoepelt 3 campussen Campus Leopoldstraat Leopoldstraat 2, 2800 Mechelen 015 40 95 11 Campus Rooienberg Rooienberg 25, 2570 Duffel 015 30 31 11 Campus Zwartzustersvest Zwartzustersvest 47, 2800 Mechelen 015 29 66 66
AZ Sint-Maarten maakt deel uit van de vzw Emmaüs. Deze nieuwsbrief zenden wij u toe op basis van uw persoonlijke gegevens zoals opgenomen in onze bestanden. Het AZ Sint-Maarten respec-
De vermelde publicaties betreffen een selectie. De volledige lijst en publicatiegegevens kunt u terugvinden op de website www.azsintmaarten.be onder de rubriek professionals → publicaties
teert uw privacy en we behandelen uw persoonsgegevens dan ook strikt vertrouwelijk en met de grootste omzichtigheid. Overeenkomstig de wet van 8 december 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens kan u uw gegevens inkijken, verbeteren of verwijderen.