Antwoordmodel
Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Het antwoordmodel dient als indicatie voor de corrector. Gebruikte literatuur:
Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. ISBN: 9789043019255
Case 1: Na sluitingstijd shoppen via interactieve etalage (40 punten) 1. Diverse strategieën zijn mogelijk. Hierna volgt een aantal mogelijke antwoorden: a. b. c. d.
koppelen van etalage nieuwe apps; gebruik QR-codes; uitbreiding mogelijkheden mobile social media; koppeling met nieuwe mobiele betaaldiensten.
Andere antwoorden ter beoordeling van de corrector. Criteria met betrekking tot toelichting: • •
strategieën zijn gekozen op basis van combinatie (interne) sterkten en gebruikmakend van positieve ontwikkelingen (in de omgeving/markt). de koppeling met groeiende populaire mobiele telefoondiensten wordt gemaakt.
Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 5 p. 191. Puntenverdeling: 2 punten per aannemelijke strategische keuze (= ‘aanvallende’ strategieën). 3 punten per correcte toelichting en onderbouwing. Maximaal 10 punten
18713 85317.am_v1
2. Content: productdemonstratie, vermaak, ruim assortiment. Customization: de klant kan zelf de paspop laten bewegen, interactiviteit, persoonlijk inloggen en betalen, opslaan op persoonlijke smartphone. Community: het via social media delen met vrienden. Convenience: 24 uur per dag bereikbaar, nieuwe en stimulerende (window) shoppin-
NCOI Opleidingsgroep
1
E-business - Examennummer 85317 - 29 juni 2013
gervaring, snelheid van bestellen. Choice: meer producten dan in de winkel, long tail, kernassortiment c.q. snellopers direct beschikbaar vanuit lokale voorraad, randassortiment (staart) uit centrale voorraad. Cost reduction: tijdbesparing voor klant, mogelijk prijsdifferentiatie. Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 1, p. 26. Puntenverdeling: 3 punten per onderdeel: 1 voor benoemen van correcte C, 2 voor benoemen voor correcte invulling Maximaal 18 punten 3. Onderstaand schema is ter verduidelijking voor de corrector. In dit schema zijn ook de onderlinge relaties zichtbaar.
Bereik: aantal voorbijgangers (per dag, week, maand enzovoort), aantal personen doelgroep in verzorgingsgebied (percentage hiervan dat overstapt naar ander kanaal). Respons: aantal en percentage van bereik dat gebruikmaakt van applicatie, aantal unieke bezoekers/gebruikers (per dag, week, maand) (responsefficiency). Leads: aantal en percentage van respons dat inlogt en winkelmandje gebruikt (efficiency conversie naar leads).
18713 85317.am_v1
Resultaten: aantal en percentage van leads dat werkelijk overgaat tot aankoop en betaling (efficiency conversie naar verkoop). De cijfers van de bovenstaande indicatoren worden vergeleken met de historische cijfers voor bestaand offline/fysiek winkelbezoek.
2
NCOI Opleidingsgroep
E-business - Examennummer 85317 - 29 juni 2013
Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 5, p. 204. Puntenverdeling: 1 punt per correct genoemde indicator en 1 punt voor de toepassing/motivatie. Maximaal 2 punten voor het duidelijk maken dat de genoemde leads van invloed zijn op elkaar. 2 punten voor het uitleggen van de vergelijking/benchmark van offline vs online. Maximaal 12 punten
Case 2: Snel@Home krijgt iPhone-applicatie van affiliate: Rutsch!! (60 punten) 4. • • •
• • • • •
Value proposition: overal en op ieder moment (mobiel) de Snel@Home-catalogus kunnen raadplegen en/of aankopen doen. Markt/publiek: Business to Consumer (BtC), iPhone-gebruiker. Inkomstenmodellen/kosten: inkomsten uit commissie over verkochte artikelen, kosten voornamelijk onderhoud applicatie (en eventueel personeel/administratie). Concurrentie: direct: andere/toekomstige aanbieders van Snel@Home-apps, indirect: andere kledingwinkels of concurrenten van Snel@Home. Waardeketen en positionering: de eerste (men heeft first-mover-advantage), nadruk ligt op gebruiksgemak als kritische succesfactor c.q. sleutelvaardigheid. Vertegenwoordiging virtueel/fysiek: vertegenwoordigt uitsluitend Snel@Homepostorderbedrijf. Organisatiestructuur: samenwerking met App Store, eventueel linkbuilding en/ of Search Engine Optimisation/Search Engine Advertising (SEO/SEA). Management: ontwikkelde eerder soortgelijke apps voor andere e-commercewebsites.
Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 2 p. 55. Puntenverdeling; maximaal 8 punten voor noemen van de acht hoofdelementen (1 per element). Maximaal 1 punt per correcte invulling.
18713 85317.am_v1
Maximaal 16 punten
NCOI Opleidingsgroep
3
E-business - Examennummer 85317 - 29 juni 2013
5. Insourcing: e-marketingactiviteiten door middel van het in huis halen van een eigen affiliateprogramma. Outsourcing: infrastructuur wordt uitbesteed aan KoMobiel, verkoopactiviteiten worden deels uitbesteed door middel van samenwerking met affiliates. Stakeholders: bij insourcing zijn bestaande affiliatenetwerken betrokken, aangezien deze activiteiten in eigen beheer worden genomen. Bij outsourcing zijn affiliates betrokken; dit zijn tussenpersonen aan verkoopzijde die op commissiebasis werken. Puntentelling: 2 voor insourcingactiviteit, 2 voor outsourcingactiviteit, 1 voor iedere relevante stakeholder Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 10, p. 417/418/419. Maximaal 6 punten. 6. Mogelijke voordelen: a. Dankzij KoMobiel bespaart Snel@Home op eigen ontwikkelings-kosten. b. Geen personeel voor technische ondersteuning nodig. c. Snellere invoering van systeem vanwege gebruik bestaande infrastructuur (timeto-market). Mogelijke nadelen: a. Geen kennisopbouw, intern wordt geen kennis ontwikkeld op technisch vlak. b. Mogelijk afhankelijkheid van de partner. Belang infrastructuur voor core-businessactiviteit is mogelijk groter dan gedacht. c. Kosten lange termijn. Kostenbesparing op korte termijn kan mogelijk op langere termijn anders uitpakken, afhankelijk van ontwikkelingen, markt enzovoort. Overige voor- en nadelen ter beoordeling docent Puntentelling: per voordeel 1 punt; maximaal 2 punten voor de voordelen. Per nadeel ook maximaal 1 punt; maximaal 2 punten voor de nadelen. Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 10 pag 417/418/419 en Hfdst. 5 pag 216/217
18713 85317.am_v1
Maximaal 4 punten.
4
NCOI Opleidingsgroep
E-business - Examennummer 85317 - 29 juni 2013
7. Disintermediatie: eigen beheer van netwerk en afscheid van bestaande affiliatenetwerken. Countermediatie: nieuwe intermediair KoMobiel verzorgt technische infrastructuur. Reïntermediatie: affiliates zoals Rutsch!! worden via de technische infrastructuur geïntegreerd met Snel@Home. Puntentelling: maximaal 6 punten. 1 punt per correcte koppeling; 1 punt voor een goed voorbeeld bij die definitie. Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 5, p. 216/217. Maximaal 6 punten. 8. a. KoMobiel is een partner in de lagere waardeketen. Motivatie: KoMobiel is een sell-sidetussenschakel. Handel4You is een value chain integrator. Motivatie: Handel4You is een integrated services-partner. Puntentelling: maximaal 4 punten,1 punt voor iedere organisatie correct benoemd, 1 punt voor motivatie b. Beide organisaties bevinden zich globaal stroomafwaarts aangezien ze zich bevinden aan het einde van de goederen- en waardeketen, dus meer richting klantzijde. Rutsch!! is wel meer stroomafwaarts georiënteerd, aangezien Handel4You als strategisch partner een bredere scope op de interne organisatie, strategie en activiteiten van Snel@Home veronderstelt. Puntentelling: maximaal 6 punten, 2 punten per correcte benoeming van een organisatie. 2 punten voor correcte motivatie Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 6 p. 249, tekst en fig 6.7.
18713 85317.am_v1
Maximaal 10 punten.
NCOI Opleidingsgroep
5
E-business - Examennummer 85317 - 29 juni 2013
9. Mogelijke uitdagingen: 1. Snelheid serviceniveau: verwachtingen van directe verkoop via website zijn hoger. 2. Aantal zendingen per bestelling: één bestelling dient bij voorkeur te worden gecombineerd in één aflevering, zowel vanuit kostenoogpunt als service. Dit vereist een goede planning en organisatie. 3. Aanvullende diensten: bijvoorbeeld controle status zendingen, track & trace-informatie ter beschikking stellen. Andere mogelijkheden: 4. Hoge aantal zendingen: groei e-commerce zet veel druk op transport en voorraadlogistiek en leidt tot capaciteitsproblemen in piekperiodes. 5. Hoge aantal retourzendingen: consumenten hebben het recht om binnen x dagen te retourneren en de verwachtingen zijn dat dit kosteloos gebeurt. 6. Kosten van logistiek: logistieke kosten met betrekking tot voorraad en transport zijn hoog. 7. Bevoorrading: bevoorrading vanuit meerdere centrale of lokale magazijnen vereist aanpassing logistieke infrastructuur, lokaties enzovoort. 8. Controle: bijhouden en registreren van servicelevels, kwaliteit, schades enzovoort. 9. Tijdige aflevering: tegemoetkomen aan steeds veeleisender wensen op het gebied van stiptheid. 10. Klantwensen/eisen steeds hoger: concurrentie maakt klant mondiger en veeleisender. Andere antwoorden ter beoordeling van de corrector. Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 6, p. 258-259.
18713 85317.am_v1
Puntentelling: maximaal 9 punten, 3 punten per genoemde relevante uitdaging inclusief motivatie. Maximaal 9 punten.
6
NCOI Opleidingsgroep
E-business - Examennummer 85317 - 29 juni 2013
10. a. API = application programming interfaces, betreffen de standaard programmaconventies om dynamische webpagina’s te kunnen genereren. Een productfeed betreft productinformatie, bijvoorbeeld in XML, die wordt uitgewisseld tussen twee servers. Puntentelling: 2 punten voor correcte omschrijving API en 1 voor productfeed. b. Het feit dat deze informatie ‘open’ is betekent dat deze voor iedereen beschikbaar is. Affiliates kunnen daardoor snel kunnen worden toegevoegd, doordat zij gebruikmaken van de basisgegevens en catalogi van Snel@Home. Puntentelling: 3 punten voor correcte beschrijving en onderbouwing gebruik ‘open’ vorm. Hiermee kan Snel@Home producten op afstand snel herkennen, waarmee efficiënt transport, opslag en informatieuitwisseling ten aanzien van bewegingen, aantallen en plaatsbepaling mogelijk is. Ook toepassing voor beveiliging tijdens vervoer en opslag (in winkel is bij postorderbedrijf Snel@Home niet van toepassing!) Puntentelling: 3 punten Chaffey, D. (2011). E-business en e-commerce. Amsterdam: Pearson Education. Hfdst. 3, p. 91 en Hfdst 5, p. 218. Maximaal 9 punten
Eindcijferberekening Maximaal aantal te behalen punten: 100 punten
Let op: conform artikel 32 van het examenreglement worden de eindcijfers op een decimaal nauwkeurig gewaardeerd. Hierbij wordt niet afgerond, maar afgebroken. Voorbeeld:
18713 85317.am_v1
5,45 -> 5,4 5,49 -> 5,4 5,52 -> 5,5 5,59 -> 5,5
NCOI Opleidingsgroep
7